RAADSVOORSTEL - ADVIESNOTA

Vergelijkbare documenten
Reglstratiedatum Aanmaakdatum 10 04,2013 TT GEMEENTE IIMil III HUI II II il

Advies aan de gemeenteraad

Voorstel voor de Raad

Naam opdrachtgever Jeroen Oosterling Status: concept Naam opsteller/projectleider

BELEIDSKADER SOCIAAL DOMEIN (NIEUWE WMO EN JEUGDWET)

* *

Steller :J. Verbeek Telefoonnummer ; Afdeling : Advies en Control - PC j.verbeek@hoorn.nl

RAADSVOORSTEL *D * D

ADVIES BURGEMEESTER EN WETHOUDERS. Datum B&W-vergadering : Openbaar Onderwerp : Beleidskader Sociaal Domein

Portefeuillehouder: W. Zorge Behandelend ambtenaar Tina Bollin, (t.a.v. Tina Bollin)

1. De hoofdlijnennotitie 'Aanpak transities en herinrichting sociale domein in de gemeente Stein vast te stellen

Decentralisaties in het sociaal domein Stand van Zaken. Informatieve raadssessie 23 mei 2013

Raadsvergadering. Onderwerp Regionaal beleidskader transitie jeugd Zuidoost Utrecht en Lokaal beleidsplan jeugdhulp

IIIIIIIIIIIIIIIIIIII INI

Raadsvergadering : 3 december 2013 Agendapunt : Commissie : Sociaal. Onderwerp : Transities sociaal domein: start pilots in 2014

Raadsvoorstel. Koers in het sociale domein. Maatschappelijke participatie kaderstelling Koers in het sociale domein

Voorstelnummer: Houten, 18 maart 2014

Burgemeester en Wethouders 9 maart Steller Documentnummer Afdeling. R. van Wijk 15I Samenleving

Beslisdocument college van Peel en Maas

1. Onderwerp Regionale projectorganisatie voor de voorbereiding op de 3 decentralisaties in het sociale domein

Advies aan de gemeenteraad

Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid:

Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld het beleidsplan Wmo 2015 en Jeugdwet 2015 en 2016 Samen kan er meer vast te stellen.

Raadscommissievoorstel

: 29 november 2011 : 12 december : J.L.M. Vlaar : E.M. de Rijke

Visie gemeenten Midden-Holland op sociaal domein

BESTUURSOPDRACHT MAJEURPROJECT VOORTGEZET ONDERWIJS Gemeenteraad

DECENTRALISATIE STAND VAN ZAKEN BREDE COMMISSIE 26 AUGUSTUS 2013

- 1 - Begrotingswijziging n.v.t. X Kaderstellen Controleren Budget autoriseren Consulteren

Advies aan de gemeenteraad


Bijlage: Projectplan Passend Onderwijs

Openbaar. Decentralisatie-uitkering Invoeringskosten Jeugdzorg

Raadsvoorstel. Besluit om: Inleiding. Beoogd effect

Besluit op basis van de oplegnotitie behorend bij "Rapportage voor bepaling koers WSD" en een zienswijze op de betreffende rapportage.

Raadsinformatiebrief B&W vergadering 13 maart 2012

RAADSINFORMATIEBRIEF Oudewater 19R.00397

Raadsvergadering van 1 november 2012 Agendanummer: 5

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Extra kosten personele inhuur Openbare Orde en veiligheid (OOV) Aan de raad,

voorstel raad en raadsbesluit gemeente Landgraaf

Concept Visie gemeenten Midden- Holland op sociaal domein

Paragraaf Decentralisaties

: herindicatie cliënten huishoudelijke hulp

* * ADVIESNOTA AAN B&W. Postregistratienummer. Onderwerp en inhoud. Maatschappelijke opgaven Pact van West Friesland 19.

Uitgangspunten bezuinigingsproces

Pho Madivosa 11 februari 2016, bijlage agendapunt 11 DE REGIONAAL EDUCATIEVE AGENDA WEST-FRIESLAND

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Datum: Portefeuillehouders: De Graaf, Horst en Windhouwer

Advies aan de gemeenteraad

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Het college van burgemeester en wethouders geeft in zijn reactie aan de conclusies van de rekenkamer te herkennen.

: invoering Participatiewet in Oost-Groningen

Advies aan de gemeenteraad

Onderwerp: Visiedocument Drie decentralisaties: Vooruitzicht op veranderingen in het maatschappelijk domein

Toelichting BenW-adviesnota

Investeringsplan 2015 Krachtig Noordoostpolder

Onderwerp: Decentralisatie extramurale begeleiding AWBZ (DAL).

Bijlage: Projectplan Jeugdzorg

Aan de raad. No. 10. Wissenkerke, 21 oktober 2013

Onderwerp: Gewijzigde begroting 2014, ontwerpbegroting 2015 en scenariokeuze transitie werkvoorzieningsschap Zaanstreek-Waterland (Baanstede).

* *

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Strategische kaders Participatiewet. Aan de raad, Onderwerp Strategische kaders Participatiewet

AAN DE RAAD. Raadsvergadering d.d. : 26 juni 2014 Voorstelnummer : Portefeuillehouder : E. Hollenberg Carrousel d.d.

Onderwerp: Gemeentelijke opschaling, regionale samenwerking en decentralisaties

Decentralisatie Jeugdzorg. Regionale Visie. en Stappenplan

2. GEVRAAGDE BESLISSING:

Decentralisatie Jeugdzorg Regionale Visie en Stappenplan Regio IJmond

Uitgangspunten doordecentralisatie beschermd wonen & maatschappelijke opvang Westfriesland

Koggenland voor elkaar

Raadsvergadering 11 juli 2019

Doetinchem, 18 juni Voorstel: Kennisnemen van de stand van zaken Financiële uitwerking RTA Jeugdzorg en de budgetverdeling voor 2015

Kaders voor continuïteit en vernieuwing op het sociale domein.

Registratienummer: GF Datum collegebesluit: 3 juni 2014 Agendapunt: 3

Onderwerp Meedoen mogelijk maken, kadernota participatiewet Versienummer 1

Raadsbesluit Raadsvergadering: 17 december Budgetsubsidie 2015 t/m 2016 Stichting Welzijn Ouderen Heemstede

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

Raadsvoorstel agendapunt

1. Onderwerp Begroting drie decentralisaties in het sociale domein Rol van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland

Vast te stellen het Kaderstellend Plan Wmo in ebook-versie.

VOORSTEL Het Wmo beleidsplan (De Beakens fersette, ek yn de Wmo) voor De Friese Meren vaststellen.

1. Inleiding. Projectplan. Naam project: Passend Onderwijs. 1 van 9

GEMEENTE ONDERBANKEN

G.A.J. Adams Inwoners en zorg M.C. Emmelkamp - van de Weijgaert

Vaststellen Visiedocument decentralisatie extramurale begeleiding en persoonlijke verzorging van AWBZ naar Wmo

Raadscommissievoorstel

Decentralisaties. Ingangsdatum 1 januari 2015: Jeugdzorg (behandeling in 1e kamer ws in feb 2014) Wmo 2015 / AWBZ. Participatiewet

De drie decentralisaties, Holland Rijnland en de gemeente Teylingen. Presentatie Commissie Welzijn 5 maart 2012

07.0. Nieuwe "Verordening Wmo-raad Gemeente Houten"

Oplegvel. 1. Onderwerp Werkplan 3D Rol van het samenwerkingsorgaan

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2014/51

Onderwerp : Financiele verkenning bestuursakkoord met betrekking tot de Wet Werken Naar Vermogen

OplegvelRaadsvoorstel inzake de financiele verwerking van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Commissienotitie. Onderwerp De Ontwerpnota Wet Werken naar vermogen (WWnv) Status Informerend

Participatiewet en de lokale invulling. Presentatie aan de raad van de Gemeente Oude IJsselstreek Prof. Dr. Rob van Eijbergen

Doetinchem, 28 juni 2017

documentnr.: INT/G/16/26685 zaaknr.: Z/G/16/29445 Raadsvoorstel

PROGRAMMAPLAN DECENTRALISATIES

Regeerakkoord bruggen slaan en de transitie AWBZ

STANDPUNT EN PLEIDOOI OVER EXTRAMURALE BEGELEIDING

Transcriptie:

RAADSVOORSTEL - ADVIESNOTA VOORSTEL: RAADSVERGADERING: 27 juni ONDERWERP: Voorbereiding decentralisaties en werkorganisatie West-Friesland Opmeer, Beslispunten 1. Vaststelling van het programmaplan Decentralisaties West-Friesland en akkoord te gaan met de daarin beschreven visie en uitganspunten. De kernpunten van het programma zijn: Het doel is om de over te nemen taken uit de Jeugdzorg, de AWBZ, de Participatiewet en het Passend onderwijs in samenhang en binnen de kaders (wettelijk, financieel, politiek en juridisch) te realiseren. De visie luidt: Meer doen door meedoen, op basis van ieders eigen kracht! De uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl worden gehanteerd, waarvan de meest relevante zijn: o Eigen regie en eigen verantwoordelijkheid staan voorop; o Bij gevaar of (ernstige) bedreiging van ontwikkeling snel ingrijpen (er-op-af); o Sluitende financieringssystemen; o Waar nodig gebiedsgericht en vindplaatsgericht werken; o Eén gezin/huishouden, één plan, één hulpverlener/coördinator. 2. Vaststelling van de projectplannen AWBZ, Jeugdzorg, Participatiewet* en Passend onderwijs, waarin onder andere de projectstappen staan uitgeschreven. 3. Akkoord te gaan met het beschikbaar stellen van een budget van 35.000 (= 20.000 t.b.v. Programmaplan decentralisaties en projectplannen + 15.000 Werkorganisatie) in en 49.460 (= 17.210 t.b.v. Programmaplan en projectplannen + 32.250 Werkorganisatie) in, voor de benodigde ambtelijke capaciteit voor de uitvoering van het programmaplan en de projectplannen, en deze budgetten te onttrekken aan de reserve Niet voorziene uitgaven en/of investeringen. 4. De bij dit besluit behorende begrotingswijzigingen vast te stellen. * = Vanwege het Sociaal Akoord van 11 april wordt het projectplan Participatiewet in de komende periode geactulaisaeerd. Het Sociaal Akkoord heeft nog niet de status van wetgeving. Duidelijk is wel dat de Participatiewet een jaar later wordt ingevoerd, op 1 januari 2015. Inleiding De gemeente Opmeer bereidt zich momenteel voor op de decentralisaties in het sociale domein. Taken vanuit de AWBZ, de Jeugdzorg, de Participatiewet en het Passend onderwijs worden vanaf en 2015 overgeheveld naar gemeenten. In geld uitgedrukt bedraagt de omvang van de decentralisaties voor de West- Friese gemeenten meer dan 100 miljoen structureel. De decentralisaties stellen forse eisen aan de uitvoeringskracht van gemeenten. In het regionale portefeuillehoudersoverleg Madivosa (sociaal domein) van september 2012 is ervoor gekozen om het voorbereidingstraject op de decentralisaties in West-Fries verband in te gaan. Hierdoor kan de ambtelijke capaciteit gebundeld worden, wat ook een kwaliteitsimpuls oplevert. De gemeenteraden van de West-Friese gemeenten beslissen uiteindelijk of en in hoeverre zij voor (boven)regionale samenwerking kiezen. De West-Friese gemeenten staan aan de start van een complex proces, waarin nog veel politieke keuzes te maken zijn. Met het programmaplan Decentralisaties en de projectplannen AWBZ, Jeugdzorg, Participatiewet en Passend onderwijs is een goede start gemaakt. Er is al een aantal stappen (in gang) gezet om het raadsvoorstel pagina 1

uiteindelijk doel, het in samenhang en binnen de kaders (wettelijk, financieel, politiek en juridisch) uitvoeren van de nieuwe taken, te realiseren. Om de (project)plannen uit te voeren wordt in dit voorstel een budget aangevraagd, onder andere voor het uitvoeren van proeftuinen en voor de inhuur van expertise. De investering in de voorbereiding moet uiteindelijk leiden tot een effectievere en efficiëntere uitvoering. Het proefdraaien is daarbij essentieel om te ontdekken welke vernieuwingen, verbeteringen en vormen van samenwerking er gewenst zijn. Uiteraard wordt er kritisch gekeken naar de noodzaak van de uitvoeringskosten en wordt getracht de kosten zo laag mogelijk te houden. Reden van het voorstel De gemeente Opmeer bereidt zich momenteel voor op de aanstaande decentralisaties in het sociale domein. Met de invoering van de Participatiewet, de overgang van taken uit de AWBZ naar de Wmo en de overname van de Jeugdzorg, worden gemeenten in de komende jaren verantwoordelijk voor alle maatschappelijke ondersteuning en niet-medische zorg aan haar burgers. Bovendien wordt met ingang van schooljaar - 2015 het Passend onderwijs naar de schoolbesturen gedecentraliseerd. Gemeenten moeten samen met de schoolbesturen afspraken maken over sluitende zorg in en om de school. De decentralisaties stellen forse eisen aan de uitvoeringskracht van gemeenten. In het bestuurlijk portefeuillehoudersoverleg Madivosa van september 2012 is, zoals gezegd, ervoor gekozen om het voorbereidingstraject op de decentralisaties in West-Fries verband (gemeenten Drechterland, Enkhuizen, Hoorn, Koggenland, Medemblik, Opmeer en Stede Broec) in te gaan. De gemeenteraden van de West-Friese gemeenten beslissen uiteindelijk of en in hoeverre zij voor (boven)regionale samenwerking kiezen. Projectplannen Voor de afzonderlijke decentralisaties zijn er projectplannen opgesteld: projectplan Jeugdzorg, projectplan AWBZ, projectplan Participatiewet in relatie tot het programma (dit is exclusief de oprichting van de Werkorganisatie) en projectplan Passend onderwijs. De vraagstukken van de aparte decentralisatieplannen bevatten veel dwarsverbanden. Om de dwarsverbanden tussen de decentralisaties en daarmee de samenhang binnen het sociale domein te bewaken is er naast de projectplannen een regionaal programmaplan Decentralisaties West-Friesland opgesteld. In de vijf plannen wordt omschreven wat de West- Friese gemeenten willen bereiken (o.a. visie, uitgangspunten), hoe zij dit willen bereiken (het proces) en welke resultaten zij willen opleveren. Om de projectplannen en het programmaplan uit te voeren is het noodzakelijk middelen (geld) en ambtelijke capaciteit beschikbaar te stellen. In Opmeer is een stevige ambtelijke capaciteit die met het bovenstaande is gemoeid in georganiseerd met behulp van de implementatiebudgetten Jeugdzorg en AWBZ, die via de Algemene uitkering beschikbaar zijn gesteld. Voor de uitvoering van het programmaplan en de projectplannen is (extra) geld nodig dat zal worden aangewend voor inhuur van de programmamanager, inhuur externe deskundigheid en expertise, projectondersteuning en voor zogenaamde proeftuinen. Daarnaast dient de organisatie ambtelijke capaciteit (op management- en uitvoeringsniveau) te leveren voor de implementatie van de Werkorganisatie West-Friesland. Deze inzet kan niet naast de dagelijkse, reguliere werkzaamheden worden geleverd. Bestuurlijk is besloten dat hiervoor geen beroep kan worden gedaan op het budget van ruim 1 miljoen voor zgn. projectkosten; dit budget kan alleen worden aangewend voor externe inhuur (bijvoorbeeld voor een aan te stellen projectleider). Op basis van de huidige kennis van zaken en verwachtingen houden we rekening met een beroep van 700 uur in en. Op basis van een gemiddeld uurtarief van 67,50 is er in twee jaar 47.250 nodig, waarvan 15.000 in en 32.250 in. Hiermee is geen rekening gehouden in (meerjaren)begroting. Overigens merken wij op, dat een en ander mogelijk in een ander licht komt te staan in verband met uitstel van de Participatiewet tot 1 januari 2015 en de koers die de regio naar aanleiding hiervan gaat kiezen daar waar het de Werkorganisatie West- Friesland betreft. raadsvoorstel pagina 2

Belang De gemeente Opmeer wordt vanaf de komende jaren (-2015) bij wet verplicht om nieuwe taken en verantwoordelijkheden uit te voeren, waarop het Rijk forse bezuinigingen heeft ingeboekt. Het is in maatschappelijk en financieel opzicht enorm belangrijk om als gemeente zo optimaal mogelijk voorbereid te zijn en de nieuwe taken en verantwoordelijkheden binnen het budget te kunnen uitvoeren. Anders zijn de gevolgen, zowel financieel als maatschappelijk, enorm. Om de voorbereidende (project)plannen uit te voeren wordt in dit voorstel een budget aangevraagd, onder andere voor het uitvoeren van proeftuinen en voor de inhuur van expertise. De investering in de voorbereiding moet zich uiteindelijk uitbetalen in een effectievere en efficiëntere zorguitvoering. Het proefdraaien is daarbij essentieel om te ontdekken welke vernieuwingen, verbeteringen en vormen van samenwerking er gewenst zijn. Beoogd maatschappelijk resultaat/effect Door de decentralisaties integraal, in samenhang, te realiseren streven de West-Friese gemeenten naar participatie van haar burgers, ieder naar zijn/haar vermogen en op eigen wijze. De volgende maatschappelijk effecten worden beoogd: Het versterken van het zelfoplossend vermogen van mensen Het versterken van het scala aan kortdurende hulpverlening en ondersteuning, daar waar nodig aangevuld met specialistische zorg. Het terugdringen van de inzet van specialistische zorg en het aansluiten van deze specialistische zorg op de brede doelstelling van participatie. Het aanspreken van burgers op hun zelfoplossend vermogen en ondersteuning daarop laten aansluiten. Voor de echt kwetsbaren wordt een vangnet van ondersteuning en bescherming geborgd. Kaders Het kabinet Rutte II heeft de decentralisatiebeweging doorgezet die al jaren geleden is ingezet. Eén gezin, één plan, één regisseur, dat is voor het rijk het uitgangspunt bij de decentralisaties in het sociale domein. Dit vergt één budget en één verantwoordelijke van overheidszijde. In het regeerakkoord is gemeenten veel beleidsvrijheid beloofd, maar er wachten ook extra bezuinigingen. De hoofdlijnen van het regeerakkoord zijn als volgt: Met ingang van 1 januari vormen alle schoolbesturen in het primair onderwijs en voortgezet onderwijs samen een regionaal samenwerkingsverband, waarbij alle scholen als onderdeel van het samenwerkingsverband een zorgplicht hebben. Invoering participatiewet vanaf 1 januari 2015, waarbij de regering kiest om de onderkant van de arbeidsmarkt verder te reguleren. Maatregelen AWBZ en WMO: gemeenten worden vanaf 1 januari 2015 geheel verantwoordelijk voor de activiteiten op het gebied van ondersteuning, begeleiding en verzorging. De jeugdzorg wordt per 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar gemeenten. Belangrijk is hierbij op te merken dat voorlopig alleen de wet Passend onderwijs is aangenomen door de Tweede en Eerste Kamer. De overige wetten zijn nog niet in de Tweede Kamer behandeld. De kans is aanwezig dat de wetten m.b.t. Jeugdzorg, AWBZ en Participatiewet in gewijzigde vorm zullen worden vastgesteld. Tot dat moment gaan wij als gemeente(n) uit van de kaders die zijn vastgesteld in het regeerakkoord, met de nodige onzekerheden. Het Sociaal Akkoord, voorlopig ook nog geen wetgeving, is hier een goed voorbeeld van. Het Sociaal Akkoord heeft grote gevolgen voor de Participatiewet. De komende periode zal het projectplan Participatiewet dan ook worden geactualiseerd. Argumenten 1. Waarom het programmaplan goedkeuren en de visie en uitgangspunten van het programmaplan als kader te hanteren voor de projectplannen? 1.1 Landelijk worden de uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl als uitgangspunt voor de decentralisaties gehanteerd. Deze uitgangspunten geven de koers aan bij het uitvoeren van de projectplannen en het programmaplan. Dit is belangrijk omdat: De visie en uitgangspunten richting geven aan hoe de gemeente wil bewerkstelligen dat inwoners, ieder naar zijn/haar vermogen en op eigen wijze, participeren in de samenleving. raadsvoorstel pagina 3

Een gedeelde visie en gedeelde uitgangspunten de basis vormen voor samenwerking tussen de partners in het sociale domein. De visie en uitgangspunten in het programmaplan de integraliteit, samenhang, in het sociale domein waarborgen. 1.2.Een samenhangende aanpak, waarbij de uitgangspunten van Welzijn Nieuwe Stijl worden gehanteerd, is daarbij essentieel, omdat: Het voorop staan van de eigen regie en eigen verantwoordelijkheid houdt in dat mensen (voor zo ver mogelijk) zelf beslissen welke zorg en ondersteuning past in hun leven. Naast dat vraaggericht werken aansluit bij de wensen van de burger kunnen de kosten voor zorg en ondersteuning dalen als er echt goed op maat geïndiceerd wordt en dit ook integraal gebeurt. Het snel ingrijpen (er-op-af) bij gevaar of ernstige dreiging zorg ervoor dat problemen niet escaleren en de inzet van duurdere specialistische wordt beperkt. De gemeenten worden gekort op het budget voor de over te nemen taken. Door middel van een samenhangende aanpak moet worden getracht een efficiencyslag te slaan, waardoor de nieuwe taken budget-neutraal kunnen worden uitgevoerd (sluitende financieringsstromen). Voordelen van gebieds- en vindplaatsgericht werken zijn dat zoveel mogelijk aangesloten kan worden bij de vraag vanuit de wijk en dat in aandachtswijken zorg en ondersteuning geïntensiveerd kunnen worden. Hierdoor kan escalatie worden voorkomen. Soms heeft een gezin veel problemen. Als dat zo is, dan zijn vaak meerdere hulpverleners werkzaam voor dat gezin. Deze hulpverleners zijn niet altijd van elkaars betrokkenheid en activiteiten op de hoogte. Om de hulpverlening aan multi-probleemgezinnen effectiever te maken is de aanpak 'één gezin één plan' geïntroduceerd, waarbij een zorgcoördinator ervoor zorgt dat er samenwerking plaatsvindt tussen de hulpverleners die voor een bepaald gezin werken. 1.3.De West-Friese gemeenten bereiden zich gezamenlijk voor op de decentralisaties, op basis van een gedeelde visie en uitgangspunten. Een gezamenlijke voorbereiding heeft als voordeel dat de ambtelijke capaciteit van de verschillende gemeenten gebundeld kan worden. Dit levert niet alleen tijdwinst op, maar zorgt ook voor een kwaliteitsimpuls. Daarbij is de insteek om ook m.b.t. de uitvoering regionaal samen te werken, waarbij als uitgangspunt geldt: lokaal wat kan, regionaal wat moet. Een regionale aanpak rendeert boven een lokale aanpak: Naarmate de ondersteuning, hulp of zorg specialistischer wordt en het aantal burgers waar het betrekking op heeft kleiner, dan is opschaling van het aanbod onontkoombaar. Het wordt dan te specialistisch en te duur om dit lokaal aan te bieden. Zie het figuur op de volgende pagina. Indien samenwerking tussen gemeenten een sterkere onderhandelingspositie oplevert ten opzichte van (boven)regionaal opererende zorgaanbieders en ten opzichte van andere dienstverleners. Op dit moment bereiden de West-Friese gemeenten zich gezamenlijk voor op de decentralisaties om de raden in positie te brengen te kunnen kiezen uit de verschillende scenario s. Ondersteuning kan meestal lokaal, dichtbij de burger, worden georganiseerd (bijvoorbeeld thuiszorg). Maar bij specialistisch aanbod is de omvang van de vraag vooral bepalend voor de schaal van de organisatie. (Boven) regionale samenwerking ligt dan voor de hand. Dit wordt geillustreerd in het onderstaande figuur. raadsvoorstel pagina 4

Over welke onderwerpen de raad in positie wordt gebracht staat onder kopje uitvoering. 2. Waarom de projectplannen goedkeuren? 2.1. De projectplannen geven aan welke stappen er gezet moeten worden om de West-Friese gemeenten zo optimaal mogelijk voor te bereiden op de nieuwe taken en verantwoordelijkheden. 3. Waarom de medefinanciering van het regionale uitvoeringsbudget? 3.1. De gemeente zal in de voorbereiding moeten investeren om ervoor te zorgen dat de gemeente op tijd in staat is om haar burgers de gewenste zorg en ondersteuning te bieden. Als we als gemeente nu niet investeren en proefdraaien met vernieuwde werkwijzen en samenwerkingsverbanden, dan loopt de gemeente straks als de decentralisaties zijn doorgevoerd enorme risico s, zowel financieel als maatschappelijk. A. De implementatie vraagt grote ambtelijke inzet, inhuurcapaciteit en adviesbudget. Het rijk stelt hiervoor geld beschikbaar, maar te weinig om alle kosten uit te dekken. Het rijk verwacht bovendien dat ook de gemeente bijdraagt aan de invoeringskosten. De invoeringskosten worden besteed aan: Het uitvoeren van proeftuinen. Wat betreft de kosten voor het uitvoeren van proeftuinen is op dit moment sprake van een kostenraming. Hierbij is een inschatting gemaakt van de te verwachten kosten. Daarvoor is gebruik gemaakt van ervaringscijfers van andere proeftuinen, zoals het Koplopersproject en proeftuinen in andere gemeenten. Proeftuinen zijn essentieel om samen met de (toekomstige) partners werkende weg te ervaren welke aanpak het beste past bij de visie, uitgangspunten en eigenheid van de West-Friese gemeenten. De uitkomsten en ervaringen van de proeftuinen zijn van wezenlijk belang voor de toekomstige inrichting van het sociale domein. Ervaringen die worden opgedaan in de proeftuinen vormen dan ook een noodzakelijke voorinvestering om in de toekomst de kostenbesparing op de nieuwe taken te kunnen realiseren. Het ontwikkelen van een regionaal communicatieplan. Het inhuren van de programmamanager. De programmamanager bewaakt de samenhang tussen de verschillende decentralisaties. De inhuur van externe deskundigheid en projectondersteuning. Niet alle kennis en expertise zijn bij de gemeente zelf in huis, waar nodig worden externen ingezet. Voor de inhuur van de externe projectleider voor projectplan Passend onderwijs. raadsvoorstel pagina 5

De medewerkers binnen de projectteams zijn zich bewust van de financiële situatie van de gemeenten. Benadrukt wordt dat de afdelingshoofden worden gemandateerd om de gelden daadwerkelijk uit te geven en dat kritisch zal worden gekeken naar de noodzaak om gelden uit te geven. Tevens wordt getracht zo veel mogelijk uitgaven op te vangen met subsidieverstrekkingen, wat kan leiden tot minder kosten. 4. Waarom extra budget voor ambtelijke capaciteit? 4.1. Er is ambtelijke capaciteit nodig om de decentralisaties voor te bereiden. De huidige ambtelijke bezetting is niet toereikend om de capaciteit te leveren die nodig is om de projecten uit te voeren. De reguliere werkzaamheden moeten immers ook gewoon doorgaan, want de winkel blijft gewoon open. Vandaar dat er wordt gevraagd ambtelijke capaciteit beschikbaar te stellen voor de projectleiding- en medewerking voor de projecten Jeugdzorg, Passend Onderwijs, AWBZ en de Participatiewet. Kanttekening Het alternatief is dat de gemeente de nieuwe taken overneemt zoals ze op dit moment worden uitgevoerd. Dus zonder dat er noodzakelijke stelselwijzigingen (transformatie) plaatsvinden. Met als gevolg dat de gemeente hetzelfde blijft doen voor aanzienlijk minder geld. Aangezien er in de decentralisaties veel openeinde-regelingen zitten brengen de nieuwe taken grote financiële risico s met zich mee. De voorinvestering in capaciteit zorgt ervoor dat de decentralisaties beter kunnen worden voorbereid waardoor de gemeenteraad in staat is de noodzakelijke keuzes hierbij te maken. Hierdoor kunnen bewustere keuzes gemaakt in de beheersing van de risico s. Zonder adequate voorbereiding kunnen de beoogde en noodzakelijke verbeteringen in het sociale domein niet worden doorgevoerd, met als gevolg dat onze inwoners niet de ondersteuning kunnen krijgen die ze nodig hebben. Financiën Het regionale uitvoeringsbudget voor het Programma Decentralisaties (in totaal 430.000 voor en, d.w.z. 215.000 per jaar) is nodig voor programmamanagement (bewaken samenhang tussen de decentralisaties), proeftuinen (die zijn nodig om samen met toekomstige partners werkende weg te ontdekken welke aanpak het beste past bij de visie en uitgangspunten van de West-Friese gemeenten), inhuur deskundigheid en expertise en ontwikkeling communicatieplan. Voor het projectplan Jeugdzorg is in en jaarlijks 102.000 nodig voor inhuur externe expertise en projectondersteuning. Voor het projectplan AWBZ is in regionaal 45.000 nodig dat deels wordt ingezet voor externe inhuur en projectondersteuning. Voor het projectplan Passend Onderwijs is in 25.000 nodig voor de inhuur van een extern projectleider. Deze kosten zijn reeds binnen de exploitatiebegroting afgedekt. In gaat het in totaal om een regionaal uitvoeringsbudget van 215.000 (Programma Decentralisaties) + 102.000 (Jeugdzorg) + 45.000 (AWBZ) = 362.000. We hanteren voor de verdeling hiervan het inwonertal. West-Friesland telt afgerond 210.000 inwoners, en Opmeer 11.400. Op basis hiervan kan de bijdrage van Opmeer worden vastgesteld op 20.000 (afgerond). In is er op basis van bovenstaande een regionaal uitvoeringsbudget nodig van: 215.000 (programma Decentralisaties) + 102.000 (Jeugdzorg) = 317.000. Op basis van de hierboven beschreven verdeelsleutel leidt dit tot een Opmeerse bijdrage van 17.210. Hiermee is geen rekening gehouden in de begroting. Wij stellen u voor om hiervoor een onttrekking te doen aan de reserve Niet voorziene uitgaven en/of investeringen. Daarnaast dient voor de implementatie van de Werkorganisatie West-Friesland de nodige (niet)beschikbare capaciteit te worden geleverd. Zoals gesteld kan deze inzet niet naast de dagelijkse, reguliere werkzaamheden worden geleverd. Op basis van de huidige kennis zaken en verwachtingen houden we vooralsnog rekening met een benodigd budget van respectievelijk 15.000 in en 32.250 in. raadsvoorstel pagina 6

Hiermee is geen rekening gehouden in de begroting. Wij stellen voor om hiervoor een onttrekking te doen aan de reserve Niet voorziene uitgaven en/of investeringen. Communicatie Om de betrokkenen (burgers, instanties, overheden, raadsleden, bestuurders, ambtenaren, etc.) zo goed mogelijk op de hoogte te brengen en houden van wat er in het sociale domein aan de orde is wordt er een communicatieplan gemaakt waarin wordt aangegeven op welke wijze de communicatiemiddelen het beste kunnen worden ingezet. Dit plan wordt in juni ter besluitvorming aan het Madivosa voorgelegd en ter kennisname aan de raad gestuurd. Uitvoering Het programmaplan en de vier projectplannen hebben ieder een projectleider en een ambtelijk en bestuurlijk opdrachtgever die ieder zijn/haar verantwoordelijkheden heeft met betrekking tot de voortgang van het betreffende project. Met betrekking tot de risico s en projectbeheersing is er in het programmaplan als bijlage een lijst met risico s opgenomen. Wat kunt u wanneer verwachten? Zoals eerder ook is aangeven, het programmaplan en de projectplannen geven aan welke stappen er gezet moeten worden om onze gemeenten zo optimaal mogelijk voor te bereiden op de nieuwe taken en verantwoordelijkheden. Zodoende kan de raad in positie worden gebracht om te kiezen uit de verschillende scenario s. Zoals onder het kopje kaders is aangeven, zijn er de nodige onzekerheden. Vooral omdat er nog drie wetten door de Tweede en Eerste Kamer moeten worden vastgesteld. Op basis van de huidige inzichten worden in de komende maanden de volgende keuzes aan de raad voorgelegd: Onderwerp Doel Programma Participatie wet Passend onderwijs AWBZ > Wmo Projectplannen Besluitvorming 2 e kwartaal 2 e kwartaal 2 e kwartaal 2 e kwartaal Visienotitie Besluitvormend Advies over Besluitvormend regionale (scenario s) samenwerking Jeugdzorg 2 e kwartaal Koersbesluit over Menings- en het functionele besluitvormend zorgmodel (scenario s) (toegang en vraagverheldering) 4 e kwartaal 4 e kwartaal Kaderstellende notitie Besluitvormend 1 e kwartaal 1 e kwartaal 1 e kwartaal Verordeningen Besluitvormend 4 e kwartaal raadsvoorstel pagina 7

Bijlagen Programmaplan en projectplannen. Burgemeester en wethouders van Opmeer, raadsvoorstel pagina 8