Challenging relationships: Staff interactions in supporting persons with intellectual disabilities and challenging behaviour

Vergelijkbare documenten
Werken met jouw eigen omgangsstijl

Werken met jouw eigen

Werken met jouw eigen omgangsstijl. Arno Willems, GZ-psycholoog MFCG

Uitdagende relaties. Arno Willems Marlou Severins

De uitdaging ligt in de relatie!

UITDAGENDE RELATIES: INTERACTIES VAN BEGELEIDERS BIJ DE ONDERSTEUNING VAN MENSEN MET EEN VERSTANDELIJKE BEPERKING EN PROBLEEMGEDRAG.

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Dr. Linda Zijlmans. Trainer/Science Practitioner

Leen Poppe & Clara De Ruysscher 4 december 2015

Nederlandse samenvatting

The Whole is More. A Contextual Perspective on Attitudes and Reactions of Staff towards Aggressive Behaviour of Clients with ID in Residential

Menslievende Professionalisering. Onderzoek naar de training Menslievende Professionalisering. Petri Embregts, Maaike Hermsen & Lisanne van Alphen

Wetenschap en praktijk: in co-creatie verbonden. Prof. dr. Petri Embregts

Begeleiders in Beeld Een training voor begeleiders van mensen met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen. Linda Zijlmans Jill van den Akker

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Leergang Psychodynamisch Coachen en Adviseren

Inhoud. Woord vooraf 11

Smart Competentiemeting BSO

Begeleiders in Beeld

Competenties systeemtherapeutisch werker (STW) versie 15 januari 2015

Richtlijn Gezonde slaap en slaapproblemen bij kinderen (2017)

Doelgroep. Peilers consortium: Consortium Coping LVB. Inhoud. Begeleiders in Beeld. Impact gedragsproblemen

Persoonlijkheidstesten


Trainingen. Leiderschapstraining Inspirerend leiderschap Gedragsinzichtgevende training Reflect Intervisie

- De deelnemers hebben kennis over de verschillende rollen die je in de communicatie met anderen speelt;

Samenvatting (Summary in Dutch)

Vertrouwelijk GROEPSRAPPORTAGE EINDMETING Voorbeeldteam Aantal deelnemers:

DAPP-BQ. Dimensionale assessment van persoonlijkheidspathologie. HTS Report. Jeroen de Vries ID Datum

Als docent werk je vanuit een positie van autoriteit, als trainer vanuit een positie van gelijkwaardigheid

IXELF, jouw geluk dichtbij

Werken met veerkracht bij de Rabobank. BA&O, 22 oktober 2015

De begeleider cliënt relatie vragenlijst

De oplossingsgerichte benadering

MINDFULNESS VOOR DE PROFESSIONAL. aandacht ontspanning zelfvertrouwen

Jantine Spilt, Conferentie SBOwerkverband 2012

Dutch summary (Samenvatting van hoofdstukken)

FiT. Mastering Financiality. In tien maanden tijd je circle of influence vergroten

Welkom bij de workshop: Leiderschap in de dagelijkse MCL-praktijk. Versterken van zelfmanagement & gezamenlijke beschuitvorming!

Leergang Psychodynamisch Coachen en Adviseren

Leerlingbespreking m.b.v. de Klimaatschaal en de SIGA. Woensdag 11 december Ad Donkers en Danielle Langenhuijsen. Klimaatschaal SIGA.

Mindful Werken voor Verloskundigen Nascholing

Agressie tegen begeleiders. Wietske van Oorsouw i.s.m. Petri Embregts

Hogeschool van Amsterdam Amsterdamse Hogeschool voor Techniek Engineering, Design and Innovation (ED&I)

EQ - emotionele intelligentie in kaart

Het belang van (ondersteuning van) communicatie bij personen met een verstandelijke handicap

Lerende generaties op de werkvloer

Verklaring van Mentors op de Werkplek.

Au-tomutilatie. Een groot probleem, een grote uitdaging. Carmen van Bussel Orthopedagoog/GZ-psycholoog

Inhoud. Aristoteles. Quotes over emotionele intelligentie. Rianne van de Ven Coaching & Consulting 1

Meerdaagse trainingen voor bewustzijn, motivatie én plezier op de werkvloer

Roos van Leary. Steven Jonathan Geluk. Studentnummer: Projectleider techniek - Associate Degree Datum: S.J.G

SAMENVATTING Introductie

Teamontwikkeling Onderzoek Resultaten

TOPSIDE staat in het Engels voor Training Opportunities for Peer Supporters with Intellectual Disabilities in Europe. Richtlijnen

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Het CCE biedt scholing voor zorgprofessionals

Child Care Quality in The Netherlands: From Quality Assessment to Intervention K.O.W. Helmerhorst

Maak de juiste keuze. Coaching. Selectie/Promotie. Management Ontwikkeling. Loopbaanbegeleiding. Copyright 2005 Alert Management Consultants

Wetenschap en praktijk: door co-creatie verbonden. Petri Embregts

Succesvol Job Craften Hoe maak je je werk leuk(er)? Interventie bij een Politiekorps

Motiveren van (begaafde) onderpresteerders. Maak twee- of drietallen. Kies twee foto s.

WAT BEPAALT DE MAXIMALE PRESTATIE? HET HOOFD? Bert Van Poucke

Helpt het hulpmiddel?

Welke vaardigheden hebben een invloed op het al dan niet succesvol zijn van het outplacement?

coping en emotionele aanpassing na NAH

TH-PI Performance Indicator. Best Peter Assistant

MS: Revalidatie in de vroege fase. H.G.A. Hacking, revalidatiearts.

Tijdens en voor mijn studie Projectleider Techniek verwerf ik competenties door specifieke taken en werkzaamheden te verrichten.

INTERACTIEVE STUDIEDAG GEDRAG

Dutch Summary Acknowledgements Curriculum Vitae

Een innovatief behandelprogramma voor jongeren ( jaar) Aangevuld en verrijkt met evidence en practice based methodieken

Duurzame inzetbaarheid

Samenvatting. Leeftijd en Psychologisch Contractbreuk in Relatie tot Werkuitkomsten

DESSA. Vragenlijst over sociaal-emotionele competenties. HTS Report. Otto Peterszoon ID Datum Leerkrachtversie

Proefles Business Assistant - Secretary Management Institute - Dania van Damme

S a m e n v a t t i n g 149. Samenvatting

Thermometer leerkrachthandelen

Mindful Werken voor Verloskundigen - Nascholing

Effectief omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag

Besturen vanuit vertrouwen Frédérique Six Divosa Voorjaarscongres juni 2018

Doe mij maar een gewoon leven

Zontrainingen Specialist in trainingen voor de kinderopvang. Zontrainingen Het beste bieden aan kinderen, ouders en collega s in de kinderopvang

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

SCHATTEN VAN ADVOCATEN

Samenvatting, conclusies en discussie

Inleiding. It's the difference in mental capacities that will determine who the real winners are." Sven Goran Eriksson

Wendbaarheid: een inleiding

Groepsverslag Stress Reductie Effect Meting na HeartMath coachtraject maart 2016

Zideris eigenzinnige zorg

Inhoud. Inleiding Algemene gegevens Gevoel van veiligheid De mate waarin agressie voorkomt Omgaan met agressie...

Lastige samenwerking 9 Inleiding 11 Leeswijzer 15

Positionering dienstverlening. uitdaging. Preventief: focus op groei. probleem. klachten. huisarts. psycholoog. Curatief: focus op genezen

FEEL-KJ. Vragenlijst over emotieregulatie bij kinderen en jongeren. HTS Report. Julia de Vries ID Datum

MINDFULNESS IN MEDEZEGGENSCHAP. Training voor ondernemingsraadleden

Mindfulness, de stand van zaken & Hoe verder?

Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels

Inzet op maat. Christel Logemann, algemeen directeur Gé Oerlemans, business development manager

Mindfulness voor kinderen en ouders

Transcriptie:

1 Challenging relationships: Staff interactions in supporting persons with intellectual disabilities and challenging behaviour Proefschrift november 2016, Arno Willems 1 1 Arno Willems is GZ-psycholoog bij Koraal Expertisecentrum, docent binnen GZ-, OG- en enkele postmaster opleidingen, supervisor voor GZ-opleiding en NIP. Correspondentieadres: awillems@koraalgroep.nl Inleiding Begeleiders binnen de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking hebben vaak te maken met ernstige gedragsproblemen. Dat vormt een grote uitdaging voor de professionele relatie en de bejegening van die begeleider naar deze cliënten toe. Daarbij blijkt uit onderzoek dat niet alleen de cliënten zelf, maar ook hun ouders en de begeleiders een respectvolle relatie erg belangrijk vinden. Zowel binnen het recente paradigma van menslievende professionalisering als binnen het Kwaliteitskader 2.0 van de VGN wordt bejegening als een belangrijke pijler gezien. Verder wordt binnen een transdiagnostisch model de bejegening van begeleiders als een mogelijke verklaring voor gedragsproblemen gezien. Tenslotte is uit veel onderzoek over behandelingen duidelijk dat het vormen van een goede werkrelatie een van de belangrijkste werkzame factoren is. Hoewel het belang van de professionele relatie tussen begeleiders en mensen met een verstandelijke beperking dus is aangetoond, blijven er vragen wat begeleiders nu echt doén in hun interactie met mensen met een verstandelijke beperking en waar hun gedrag dan door beïnvloed wordt. In dit proefschrift worden middels vijf onderzoeken sinds 2009 de volgende vragen beantwoord: 1. Hoe kan interactie van begeleiders naar mensen met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen worden gemeten? 2. Welke factoren in begeleiders en mensen met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen beïnvloeden het interpersoonlijke gedrag van begeleiders naar deze mensen? 3. Wat zijn de dynamische interactiepatronen tussen begeleiders en een persoon met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen? Theoretisch kader Om zicht te krijgen op het interactiegedrag van begeleiders en hun dynamische interactiepatronen gaan we uit van de meest gevalideerde modellen rond interpersoonlijk gedrag, nl.: de interpersoonlijke cirkel van Leary en de structurele analyse van sociaal gedrag van Benjamin. Deze modellen bestaan in hoofdzaak uit een verticale dimensie van controle (dominantie versus autonomie geven; je eigen weg gaan versus volgzaam zijn) en een horizontale dimensie van affiliatie (vriendelijk versus vijandig) (zie Figuur 1).

2 Dominantie / Leiden / Je eigen weg gaan Affiliatie Vijandignegatief Vriendelijkwarm Autonomie geven / Volgzaam zijn Figuur 1. Belangrijkste dimensies en factoren uit de interactiemodellen van Leary en Benjamin Omdat een relatie altijd uit twee interactiepartners bestaat, is het ook nodig om te onderzoeken hoe de begeleider en de mens met een verstandelijke beperking elkaar wederzijds beïnvloeden en hoe die interacties zich gedurende de tijd ontwikkelen. Hiervoor hanteren we de twee belangrijke interpersoonlijke principes van symmetrie en complementariteit (zie Figuur 2). DOMINANT LEIDEN JE EIGEN WEG GAAN complementair NEGATIEF VIJANDIG symmetrisch symmetrisch VRIENDELIJK WARM AUTONOMIE GEVEN VOLGZAAM ZIJN 13 Figuur 2.Interpersoonlijke principes binnen de interactiemodellen

3 Ontwikkeling van de Schaal voor Interactief Gedrag van Begeleiders (SIG-B) Middels drie onderzoeken werd de ontwikkeling, replicatie en validering beschreven van een zelfrapportage vragenlijst voor begeleiders, die hun interactiegedrag meet naar een persoon met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen in hun eigen dagelijkse praktijk. De SIG-B omvat uiteindelijk 30 vragen, meet zeven factoren en is binnen 5-10 minuten te scoren. Vier factoren zijn sterk gebaseerd op de interpersoonlijke modellen van Leary en Benjamin en meten het interpersoonlijke gedrag van begeleiders die werken met mensen met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen: assertieve controle, vijandig, vriendelijk en steunzoekend gedrag. Daarnaast meet de SIG-B nog drie intrapersoonlijke gedragingen van begeleiders: proactief denken, zelfreflectie en kritische Expressed Emotion. De betrouwbaarheid en validiteit van de zeven factoren bleek voldoende tot goed. De SIG-B is uitgebreider onderzocht en is breder dan enigszins vergelijkbare instrumenten, die zich alleen richten op begeleiders die met jeugd werken of op de reacties van begeleiders op agressie. Met de SIG-B kunnen begeleiders snel zicht krijgen op hun bejegening van gedragsmoeilijke cliënten. Praktische aanbevelingen vanuit een functionele analyse van het interpersoonlijk gedrag van begeleiders. Om een interactie-gerichte training, coaching en consultatie van begeleiders zo effectief mogelijk te maken, is het nodig om te weten welke factoren in en rondom begeleiders van invloed zijn op hun interpersoonlijke gedrag. Daarom zijn twee onderzoeken uitgevoerd, waarvan de resultaten worden samengevat in Figuur 3. Gedrag van persoon met VB en gedragsproblematiek: Assertieve Gedragsproblematiek ++ --- + Internaliserend - + +++ -Dominante stijl + Affiliatie-Vriendelijke stijl +++ Context: Team klimaat ++ Interpersoonlijk gedrag Begeleiders Attitude van begeleider: Assert. Vijandig Ruw-dominant +++ +++ + Psychologische kenmerken van begeleider: Assert. Vijandig Zelfverzekerdheid + + ++ Vriendelijk Emotie-coping + Vermijdings-coping ++ + Zelf-reflectie - -- Zelf-inzicht - - Intrapersoonl. EQi - Emotionele reacties van begeleider: Assert. Positieve emo. ++ Negatieve emoties Opvattingen van begeleider: attributies Vriendelijk Externe controle + Vijandig Vriendelijk Vijandig Vriendelijk ++ + +++ Kritische EE +++ --- +++

4 Figuur 3. Significante uitkomsten van een functionele analyse van het interpersoonlijk gedrag van begeleiders (dikte van de pijlen geeft aan hoeveel invloed bepaalde factoren hebben op de vier interpersoonlijke stijlen: assertieve controle, vijandig, vriendelijk, steunzoekend. Meer + of - betekent dat die factor tot een hogere resp. lagere interpersoonlijke stijl leidt) Allereerst blijkt dat begeleiders naar een eigen zogenaamde gedragsmoeilijke cliënt toe veel minder vriendelijk, meer assertief controlerend en een beetje minder steunzoekend zijn dan als diezelfde begeleiders een eigen niet-gedragsmoeilijke cliënt begeleiden. Hierbij blijkt niet zozeer het externaliserend probleemgedrag invloed te hebben op de bejegening, maar is het juist het internaliserend probleemgedrag dat ervoor zorgt dat begeleiders meer vriendelijk zijn in hun bejegening. Zoals voorspeld binnen en gebaseerd op de interpersoonlijke modellen (symmetrie-principe) leidt vriendelijk interpersoonlijk gedrag van een gedragsmoeilijke cliënt inderdaad tot meer vriendelijk interpersoonlijk gedrag van de begeleider. En meer dominant gedrag van de cliënt leidt tot meer assertieve controle bij de begeleider. Op de tweede plaats blijken vooral negatieve emoties en kritische Expressed Emotion bij begeleiders veel meer invloed te hebben op hun interpersoonlijk gedrag dan hun opvattingen (hun attributies over wat het probleemgedrag veroorzaakt). Begeleiders dienen dan ook getraind te worden om emotieregulatie technieken te gebruiken, zoals hartcoherentie, ontspanning of mindfulness. Positieve emoties leiden vooral tot een meer vriendelijke bejegening naar die gedragsmoeilijke cliënt toe. Daarom zijn preventieve methoden erg nuttig, waarbij begeleiders getraind worden om hun positiviteitsratio te verhogen door oefeningen als 'drie goede dingen noemen' van de cliënt. Ook als begeleiders de opvatting hebben dat de gedragsproblemen van de cliënt van buitenaf gecontroleerd kunnen worden (bv. door de begeleiders zelf), leidt dat tot een meer vriendelijke bejegening. Dat betekent dat begeleiders ondersteund moeten worden om antecedente factoren in de sociale en fysieke context te ontdekken en om nieuwe kansen in de omgeving van de cliënt te creëren, middels het veranderen van dagprogramma's en het sociaal netwerk, zoals o.a. in Active Support gebeurt. Ten derde, ook de algemene interpersoonlijke attitude van begeleiders naar mensen met een verstandelijke beperking blijkt bepalend te zijn voor hun interpersoonlijke gedrag naar een eigen gedragsmoeilijke cliënt. Vooral als begeleiders een streng-dominante attitude hebben, zijn ze naar die ene gedragsmoeilijke cliënt meer assertief controlerend en meer vijandig. Als ze een begripvolle-vriendelijke attitude hebben, dan zijn ze ook meer vriendelijk naar die ene gedragsmoeilijke cliënt. Dit betekent dat het inderdaad belangrijk is om begeleiders te trainen in het hebben van een respectvolle attitude, zoals o.a. binnen menslievende professionalisering gebeurt. Dit kan o.a. door samen met een ervaringsdeskundige te reflecteren op de invloed van macht, vrijheidsbeperkende maatregelen, het gevoel van buitengesloten te worden en op hoe belangrijk een echte dialoog is voor cliënten. Op de vierde plaats, met betrekking tot de psychologische kenmerken van begeleiders blijkt dat een grotere zelfverzekerdheid bij begeleiders een erg positieve invloed heeft op hun vriendelijke bejegening, maar ook nogal verhogend werkt op assertieve controle en vijandige bejegening. Binnen training en coaching is het dan ook belangrijk om vooral te focussen op

5 sterktes en talenten van begeleiders, aan de hand van instrumenten als de VIA Signature Strengths, de R2 Strengths Profiler of de Talentenwijzer. Ten vijfde, zelfreflectie/-inzicht van begeleiders en hun intrapersoonlijke emotionele intelligentie leidt vooral tot minder assertieve controle en tot een minder vijandige bejegening. Dit komt overeen met onderzoeken die de positieve effecten aantonen van mindfulness-training of training in emotionele intelligentie. Op de zesde plaats, een vermijdingsgerichte copingstijl van begeleiders heeft met name een positieve invloed op hun vriendelijke bejegening naar die gedragsmoeilijke cliënt. Dit zoeken van afleiding en het gezelschap van anderen opzoeken is waarschijnlijk een geschikte strategie voor begeleiders om stress te voorkomen en met probleemgedrag om te gaan. Hierin mogen begeleiders dus duidelijk ondersteund worden, zolang dit niet ertoe leidt dat ze hun negatieve gevoelens ontkennen. Een emotiegerichte copingstijl zorgt juist voor meer steunzoekend gedrag, hetgeen past bij het gegeven dat zo'n copingstijl vaker tot negatieve resultaten leidt. In plaats van dit soort angst-, boosheid- of fantaseer-stijlen kunnen begeleiders beter preventieve of emotieregulatie technieken aanleren. Op de zevende en laatste plaats is het opvallend dat een beter teamklimaat correleert met meer steunzoekend gedrag bij begeleiders. Dit komt waarschijnlijk omdat begeleiders die meer steun zoeken bij hun gedragsmoeilijke cliënt hierover ook meer teamdiscussies hebben, in een poging om samen als team nieuwe oplossingen te zoeken voor het hanteren van die gedragsproblematiek. Met al deze factoren blijken we zelfs 56% van de vriendelijke bejegening te kunnen voorspellen. Dat is belangrijk, omdat warmte en vertrouwen immers essentieel zijn in het vormen van een positieve hechtingsrelatie tussen begeleiders en mensen met een verstandelijke beperking. De dynamiek in interacties tussen begeleider en cliënt Voor de derde onderzoeksvraag rond dynamische interactiepatronen hebben we een intensief observatieonderzoek uitgevoerd aan de hand van videoanalyse bij drie begeleiders met eenzelfde gedragsmoeilijke cliënt. Ook hier blijkt dat vriendelijkheid bij de gedragsmoeilijke cliënt samenhangt met vriendelijkheid bij de begeleider (symmetrieprincipe). En meer dominant gedrag van de cliënt hangt samen met meer assertieve controle bij de begeleider (complementair principe). Verder blijkt gedurende een langere interactie vooral de begeleider de toon te zetten voor deze interactiepatronen, terwijl het binnen 20 seconden vooral de cliënt is die hierop de meeste invloed heeft. Daarnaast laten de begeleiders veel meer actief interpersoonlijk gedrag zien (focus op de cliënt) dan reactief interpersoonlijk gedrag (focus op zichzelf), terwijl dat bij de cliënt net omgekeerd is. Deze actieve en professionele focus van begeleiders is adequaat, omdat het overeenkomt met basisvaardigheden als sensitieve responsiviteit, empathie en mentaliseren. Training en coaching op bejegening Omdat dit promotie-project ook een heel praktisch doel heeft, is er op basis van alle uitkomsten een uitgebreid raamwerk geschetst voor een Interactie Training, Coaching en

6 Consultatie voor Teams (ITCCT, zie Figuur 4). Dit raamwerk is niet alleen gebaseerd op ons onderzoek, maar ook op een toekomstvisie voor scholing voor professionals in de gezondheidszorg. Uiteindelijk bestaat ITCCT uit twaalf inhoudelijke thema's, vijf stadia in leren en zes leerstrategieën. INHOUD: Niveau 1. Informatief leren Interpersoonlijk model; vaardigheden in symmetrisch en complementair handelen Balans in actief en reactief Interactiepatronen Niveau 2. Formatief leren: minitheorieën en technieken Emotionele reacties; positiviteit ratio, emotieregulatie Zelfverzekerdheid; sterktes Effect van dominante attitude Coping stijl; vermijdingsgericht Externe controle: antecedenten in context Niveau 3. Transformatief leren: je competenties voortdurend aanpassen aan veranderingen Zelfreflectie en inzicht op gedrag Intrapersoonlijke EQi Reflectieve praktijk; vooraf, tijdens en achteraf reflecteren Team-visie: leren met je team STADIA in veranderen 1. Precontemplatie: Bewust van probleem Interesse 2. Kennis Inzicht 3. Contemplatie: Eens zijn met plan Beslissen om te veranderen 4. Actie: Uitproberen Gedragsverandering 5. Consolidatie: Vasthouden ervan Borgen 1. Denken, kennis Uitleggen Discussiëren STRATEGIEEN 2. Zelfsturing, ontdekkend Eigen belang, intrinsieke doelen Matchen met eigen drives Zelfverzekerdheid in taak Oplossingsgerichte technieken 3. Oefenen, praktijkervaring Instructies Voordoen, rolmodel Oefenen in kleine stapjes Positieve+corrigerende feedback 4. Werkplek-/Team-leren in dialoog Vragen/feedback van collega s Organisatie Coaching-On-Job, herhalingles Richtlijn/procedures aanpassen Expertise van trainer in: 4 rollen, motiveringstechnieken, interpersoonlijke stijlen Figuur 4. Raamwerk voor Interactie Training, Coaching en Consultatie voor Teams (ITCCT) Conclusies Dit proefschrift met onderzoeken bij meer dan 1000 begeleiders laat de bruikbaarheid zien van de interpersoonlijke modellen van Leary en Benjamin wanneer men te maken heeft met moeizame interacties tussen begeleiders en mensen met een verstandelijke beperking en probleemgedrag. Ook heeft het een snel in te vullen, betrouwbare en voldoende valide vragenlijst opgeleverd (SIG-B). Daarnaast hebben we nu een evidence-and theory-based onderbouwing voor de training, coaching en dagelijkse ondersteuning van begeleiders op het thema bejegening bij 'uitdagende' cliënten.