Uitgereie hnleiing voor e instllteur en e geruiker LRMEQ3BY1 LRMEQ4BY1 Neerlns
Inhou Inhou 1 Algemene veiligheismtregelen 3 1.1 Over e oumenttie... 3 1.1.1 Betekenis vn e wrshuwingen en symolen... 3 1.2 Voor e geruiker... 3 1.3 Voor e instllteur... 4 1.3.1 Algemeenheen... 4 1.3.2 Plts vn instlltie... 4 1.3.3 Koelmiel... 5 1.3.4 Pekel... 5 1.3.5 Wter... 5 1.3.6 Elektrish... 6 2 Over e oumenttie 6 2.1 Over it oument... 6 Voor e instllteur 8 3 Over e oos 8 3.1 Overziht: Over e oos... 8 3.2 Buitenunit... 8 3.2.1 De uitenunit uitpkken... 8 3.2.2 De uitenunit hnteren... 8 3.2.3 Om e toeehoren vn e uitenunit uit te nemen... 8 3.2.4 Trnsporteveiliging verwijeren... 8 4 Over e units 9 4.1 Overziht: Over e units... 9 4.2 Ientiitie... 9 4.2.1 Ientiitielel: Buitenunit... 9 4.3 Over e uitenunit... 9 4.4 Systeemly-out... 9 4.5 Units en opties omineren... 9 4.5.1 Mogelijke opties voor e uitenunit... 9 4.5.2 Over e innenunits... 10 5 Voorereiing 10 5.1 Overziht: Voorereiing... 10 5.2 Instlltieplts voorereien... 10 5.2.1 Vereisten inzke e plts wr e uitenunit geïnstlleer wort... 10 5.2.2 Bijkomene vereisten inzke e instlltieplts vn e uitenunit in koue klimten... 12 5.2.3 Voorzorgsmtregelen voor koelmiellekken... 12 5.3 De koelmielleiingen voorereien... 13 5.3.1 Oue leiingen hergeruiken... 13 5.3.2 Vereisten voor e koelmielleiingen... 13 5.3.3 Mteril koelmielleiingen... 13 5.3.4 Leiingmt seleteren... 13 5.3.5 Koelmieltksets seleteren... 14 5.3.6 Lengte koelmielleiing en hoogtevershil... 14 5.3.7 Keuze vn e expnsieklep... 14 5.4 De elektrishe ering voorereien... 14 5.4.1 Vereisten voor eveiligingen... 14 6 Instlltie 15 6.1 Overziht: Instlltie... 15 6.2 De units openen... 15 6.2.1 Over het openen vn e units... 15 6.2.2 De uitenunit openen... 15 6.3 De uitenunit monteren... 16 6.3.1 Over e montge vn e uitenunit... 16 6.3.2 Voorzorgsmtregelen ij e montge vn e uitenunit... 16 6.3.3 De instlltiestrutuur voorzien... 16 6.3.4 De uitenunit instlleren... 16 2 6.3.5 Ervoor zorgen t e uitenunit niet kn omvllen... 16 6.4 De koelmielleiing nsluiten... 16 6.4.1 Over het nsluiten vn e koelmielleiingen... 16 6.4.2 Voorzorgsmtregelen ij het nsluiten vn koelmielleiingen... 17 6.4.3 Rihtlijnen voor het uigen vn leiingen... 17 6.4.4 Het uiteine vn een uis soleren... 17 6.4.5 Geruik vn e sluiter en serviepoort... 17 6.4.6 Dihtgeknepen leiingen verwijeren... 19 6.4.7 Rihtlijnen ij e instlltie vn een kijkgls... 19 6.4.8 Rihtlijnen ij e instlltie vn een roger... 19 6.4.9 Koelmielleiing op uitenunit nsluiten... 20 6.4.10 Rihtlijnen ij nsluiten leiingtkkingen... 21 6.5 De koelmielleiing ontroleren... 21 6.5.1 Over het ontroleren vn e koelmielleiingen... 21 6.5.2 Koelmielleiing ontroleren: Algemene rihtlijnen... 21 6.5.3 Koelmielleiing ontroleren: Opstelling... 22 6.5.4 Lektest uitvoeren... 22 6.5.5 Vuümrogen... 22 6.6 Koelmielleiingen isoleren... 22 6.7 Koelmiel ijvullen... 23 6.7.1 Over koelmiel ijvullen... 23 6.7.2 Voorzorgsmtregelen voor het vullen met koelmiel... 23 6.7.3 Beplen hoeveel koelmiel toegevoeg moet woren... 23 6.7.4 Koelmiel vullen... 23 6.7.5 Foutoes ij het vullen met koelmiel... 25 6.7.6 De lel voor luorhouene roeiksgssen evestigen... 25 6.8 De elektrishe ering nsluiten... 25 6.8.1 Over het nsluiten vn e elektrishe ering... 25 6.8.2 Lokle ering: Overziht... 26 6.8.3 Voorzorgsmtregelen ij het nsluiten vn elektrishe ering... 27 6.8.4 Rihtlijnen ij het uitsln vn e uitreekopeningen.. 28 6.8.5 Rihtlijnen voor het nsluiten vn e elektrishe ering... 28 6.8.6 De elektrishe ekeling op e uitenunit nsluiten... 28 6.9 De instlltie vn e uitenunit voltooien... 30 6.9.1 De uitenunit sluiten... 30 7 Conigurtie 30 7.1 Overziht: Conigurtie... 30 7.2 Lokle instellingen uitvoeren... 31 7.2.1 Over lokle instellingen... 31 7.2.2 Toegng tot e omponenten voor lokle instellingen. 31 7.2.3 Componenten voor lokle instellingen... 31 7.2.4 Stn 1 o 2 tiveren... 31 7.2.5 Geruik vn stn 1... 32 7.2.6 Geruik vn stn 2... 32 7.2.7 Stn 1 (en stnrsitutie): Controle instellingen.. 32 7.2.8 Stn 2: Lokle instellingen... 32 7.2.9 PC-onigurtor nsluiten op e uitenunit... 33 8 Inerijstelling 34 8.1 Overziht: Inerijstelling... 34 8.2 Voorzorgsmtregelen ij e inerijstelling... 34 8.3 Cheklist voor e inerijstelling... 34 8.4 Cheklist tijens inerijstelling... 35 8.4.1 Over proerien... 35 8.4.2 Proerien (7-segmentenisply)... 35 8.4.3 Corretie n norml eëinigen vn het proerien... 35 8.4.4 Geruik vn e unit... 35 9 An e geruiker overhnigen 35 10 Onerhou en servie 35 10.1 Overziht: Onerhou en servie... 35 10.2 Voorzorgsmtregelen inzke onerhou... 36
1 Algemene veiligheismtregelen 10.2.1 Elektrishe gevren voorkomen... 36 10.3 Controlelijst jrlijks onerhou vn e uitenunit... 36 11 Opsporen en verhelpen vn storingen 36 11.1 Overziht: Proleemoplossing... 36 11.2 Voorzorgsmtregelen ij het opsporen en verhelpen vn storingen... 36 11.3 Prolemen op sis vn storingsoes oplossen... 36 11.3.1 Storingsoes vn reentste storingen weergeven... 36 11.3.2 Storingoes: Overziht... 37 12 Als vl verwijeren 38 13 Tehnishe gegevens 39 13.1 Servieruimte: Buitenunit... 39 13.2 Shem vn e leiingen: Buitenunit... 41 13.3 Beringsshem: Buitenunit... 42 Voor e geruiker 43 14 Over het systeem 43 14.1 Systeemly-out... 43 15 Voor het geruik 43 16 Beiening 43 16.1 Werkingsgeie... 43 16.2 Geruik vn het systeem... 43 16.2.1 Over het geruik vn het systeem... 43 17 Energie espren en optimle werking 43 18 Onerhou en servie 43 18.1 Onerhou n een lnge perioe vn stilstn... 44 18.2 Over het koelmiel... 44 18.3 Dienst-n-verkoop en grntie... 44 18.3.1 Grntieperioe... 44 18.3.2 Anevelingen voor onerhou en inspetie... 44 19 Opsporen en verhelpen vn storingen 44 19.1 Symptomen ie geen storingen vn het systeem zijn... 45 19.1.1 Symptoom: Het systeem werkt niet... 45 19.1.2 Symptoom: De unit stopt niet onmiellijk wnneer ze wort stilgeleg... 45 19.1.3 Symptoom: Gelui (uitenunit)... 45 19.1.4 Symptoom: Er komt sto uit e unit... 45 19.1.5 Symptoom: De ventiltor vn e uitenunit rit niet... 45 20 Verpltsen 45 21 Als vl verwijeren 45 22 Verklrene woorenlijst 45 1 Algemene veiligheismtregelen 1.1 Over e oumenttie De oumenttie is oorspronkelijk in het Engels geshreven. Alle nere tlen zijn vertlingen. Alle in it oument vermele voorzorgen etreen zeer elngrijke punten en ienen us stees nuwgezet te woren ngelee. De instlltie vn het systeem en lle in e instlltiehnleiing en e uitgereie hnleiing voor e instllteur eshreven hnelingen MOETEN oor een erkene instllteur woren uitgevoer. 1.1.1 Betekenis vn e wrshuwingen en symolen GEVAAR Duit op een situtie ie e oo o ernstige verwoningen ls gevolg heet. GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Duit op een situtie ie elektroutie kn veroorzken. GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN Duit op een situtie ie rnwonen kn veroorzken ls gevolg vn extreem hoge o lge temperturen. GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR Duit op een situtie ie een ontploing kn veroorzken. Duit op een situtie ie e oo o ernstige verwoningen ls gevolg zou kunnen heen. : ONTVLAMBAAR MATERIAAL VOORZICHTIG Duit op een situtie ie kleine o mtige verwoningen ls gevolg zou kunnen heen. Duit op een situtie ie she n pprtuur o eigenom zou kunnen erokkenen. Duit op nuttige tips o ijkomene inormtie. Symool Verklring Lees e montgehnleiing, e geruiksnwijzing en het instrutievel voor e ering lvorens te eginnen met e instlltie. Lees e serviehnleiing lvorens onerhousen serviewerkzmheen uit te voeren. Voor meer inormtie, zie e uitgereie hnleiing voor e instllteur en e geruiker. 1.2 Voor e geruiker Inien u twijels heet over e eiening vn e unit, neem ontt op met uw eler. Dit pprt kn woren geruikt oor kineren vn een leetij vn 8 jr en oor personen met verminere ysieke, zintuiglijke o mentle mogelijkheen o een gerek n ervring en kennis ls het geruik vn het pprt op een veilige mnier wer uitgeleg en ls zij e gevren hiervn egrijpen. Kineren mogen NIET met het pprt spelen. Reiniging en onerhou oor e geruiker mg NIET woren uitgevoer oor kineren zoner toeziht. Om elektrishe shokken o rn te vermijen: Spoel e unit NIET. Beien e unit NIET met ntte hnen. Plts GEEN voorwerpen ie wter evtten op e unit. 3
1 Algemene veiligheismtregelen Plts GEEN voorwerpen, pprtuur o uitrustingen ovenop e unit. Zit, klim o st NIET op e unit. Units rgen het volgene symool: Dit etekent t u GEEN elektrishe en elektronishe prouten mg mengen met ongesorteer huishouelijk vl. Proeer het systeem NIET zel te ontmntelen: het ontmntelen vn het systeem en het ehnelen vn het koelmiel, vn olie en vn nere onerelen moeten oor een erkene instllteur onorm met e gelene wetgeving uitgevoer woren. De units moeten voor hergeruik, reylge en terugwinning ij een gespeiliseer ehnelingserij woren ehnel. Door ervoor te zorgen t it prout op e juiste mnier wort weggeworpen, rgt u ij tot het voorkomen vn mogelijke negtieve gevolgen voor milieu en menselijke gezonhei. Voor meer inormtie, ontteer uw instllteur o e pltselijke overhei. Btterijen rgen het volgene symool: Dit etekent t e tterijen NIET met ongesorteer huishouelijk vl gemeng mogen woren. Inien oner het symool een sheikunig symool geeel stt, etekent it sheikunig symool t e tterij een zwr metl evt oven een eple onentrtie. Mogelijke hemishe symolen: P: loo (>0,004%). Lege tterijen moeten voor hergeruik oor een gespeiliseere instlltie woren verwerkt. Door ervoor te zorgen t wegwerptterijen op e juiste mnier woren weggeworpen, helpt u mogelijke negtieve gevolgen voor milieu en menselijke gezonhei te voorkomen. 1.3 Voor e instllteur 1.3.1 Algemeenheen Inien u twijels heet over e instlltie o e eiening vn e unit, neem ontt op met uw eler. Een oute instlltie o evestiging vn pprtuur, uitrustingen o essoires kn elektrishe shokken, een kortsluiting, lekken, rn o she n e pprtuur o uitrustingen ls gevolg heen. Geruik enkel essoires, optionele pprtuur en uitrustingen en reserveonerelen ie oor Dikin gemkt o goegekeur weren. Zorg ervoor t e mterilen ie voor e instlltie en e testen geruikt woren, voloen n e gelene wetgeving (ovenop e instruties eshreven in e Dikin-oumenttie). VOORZICHTIG Drg gepste persoonlijke eshermingsuitrustingen (eshermene hnshoenen, veiligheisril, enz.) wnneer u het systeem instlleert o onerhout. Sheur plstiekverpkkingen n stukken en gooi eze weg zot niemn, kineren in het ijzoner, ermee kn spelen. Mogelijk risio: verstikking. 4 GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN Rk tijens o net n erij GEEN koelmielleiingen, wterleiingen o interne onerelen n. Deze kunnen te wrm o te kou zijn. Gee ze e tij om terug op een normle tempertuur te komen. Inien u eze toh moet nrken, rg n eshermene hnshoenen. Rk per ongeluk lekken koelmiel NIET n. Neem gepste mtregelen om te eletten t e unit oor kleine ieren ls shuilplts geruikt kn woren. Kleine ieren ie in ontt komen met elektrishe onerelen kunnen storingen, rook o rn veroorzken. VOORZICHTIG Rk e luhtinlt o e luminiumlmellen vn e unit NIET n. Plts GEEN voorwerpen, pprtuur o uitrustingen ovenop e unit. Zit, klim o st NIET op e unit. Werkzmheen n e uitenunit woren est gepln ij roog weer om wterinsijpeling te voorkomen. Volgens e relevnte wetgeving kn het vereist zijn om ij het prout een logoek te voorzien met minstens: inormtie over onerhou, reprties, resultten vn tests, perioes vn stn-y, Voorzie ook minstens e volgene inormtie op een toegnkelijke plts ij het prout: Instruties voor het stilleggen vn het systeem in noogevllen Nm en res vn rnweer, politie en ziekenhuis De nm, het res en e teleoonnummers overg en 's nhts om onerhou te ekomen In Europ iet EN378 e vereiste inormtie voor it logoek. 1.3.2 Plts vn instlltie Voorzie voloene ruimte ron e unit voor onerhou en luhtirultie. Controleer o e plts wrop e unit moet komen, estn is tegen het gewiht en e trillingen vn e unit. Zorg ervoor t e zone goe geventileer wort. Blokkeer GEEN ventiltieopeningen. Controleer o e unit horizontl stt. Instlleer e unit NIET in een vn e volgene pltsen: In mogelijke explosieve omgevingen. In pltsen met toestellen o mhines ie elektromgnetishe golven uitzenen. Elektromgnetishe golven kunnen het esturingssysteem storen, wroor e pprtuur sleht kn werken. In pltsen met rngevr omwille vn lekkene ontvlmre gssen (zols verunners o enzine), koolstovezels, ontvlmr sto. In pltsen wr orroeren gs (zols zwveligzuurgs) geproueer wort. Corrosie n e koperleiingen o gesoleere onerelen kn e oorzk zijn t koelmiel gt lekken.
1 Algemene veiligheismtregelen 1.3.3 Koelmiel Inien vn toepssing. Voor meer inormtie, rpleeg e instlltiehnleiing o e uitgereie hnleiing (voor e instllteur) vn uw toepssing. Controleer o e instlltie vn e koelmielleiingen voloet n e gelene wetgeving. In Europ gelt EN378 ls e vn toepssing zijne norm. Zorg ervoor t e lokle leiingen en nsluitingen NIET woren elst. Zet, tijens testen, het prout NOOIT oner een ruk hoger n e mximl toegestne ruk (vermel op het nmpltje vn e unit). Neem voloene mtregelen wnneer koelmiel zou lekken. Ventileer onmiellijk e zone wnneer koelgs lekt. Mogelijke risio's: Te hoge koelmielonentrties in een gesloten ruimte kunnen leien tot een gerek n zuursto. Als koelgs in ontt komt met vuur, kn gitig gs ontstn. GEVAAR: ONTPLOFFINGSGEVAAR Apompen Koelmiellekken. Als u het systeem wil pompen en er zit een lek in het koelmieliruit: Geruik NIET e utomtishe pompuntie vn e unit ie l het koelmiel uit het systeem nr e uitenunit kn sturen. Mogelijk gevolg: Zelontrning en explosie vn e ompressor oor luht ie in e riene ompressor terehtkomt. Geruik een zonerlijk tpsysteem zot e ompressor vn e unit NIET moet rien. Tp het koelmiel ALTIJD. Lt het NIET rehtstreeks vrij in e omgeving. Geruik een vuümpomp om e instlltie leeg te pompen. Controleer o er geen gslekken zijn ls u lle leiingen heet ngesloten. Geruik stiksto om een gslektest uit te voeren. Vul NIET meer koelmiel ij n voorgeshreven om te voorkomen t e ompressor eet gerkt. Wnneer het koelmielsysteem moet woren geopen, MOET het koelmiel woren ehnel zols voorgeshreven in e gelene wetgeving. Zorg ervoor t er geen zuursto in het systeem zit. Bovenien mg er ps koelmiel woren ijgevul nt er een lekkgetest en een vuümroogproeure is uitgevoer. Zie het typepltje op e unit wnneer koelmiel in het systeem moet woren ngevul. Drop stn het type koelmiel en e vereiste hoeveelhei. De unit wer in e riek met koelmiel gevul en sommige systemen moeten, hnkelijk vn e mt en lengte vn e leiingen, ijkomen met koelmiel woren gevul. Geruik uitsluiten gereeshp t enkel en lleen voor het soort koelmiel eoel is om e vereiste rukweerstn te kunnen grneren en om te eletten t vreeme stoen in het systeem terehtkomen. Vul ls volgt met vloeir koelmiel: Als Er is een sionuis (.w.z. er zou iets zols Met vloeistovulsion op e les moeten stn) Er is GEEN sionuis Open koelmiellessen stees trg. Dn Vul ij met rehtopstne les. Vul ij met e onersteoven stne les. Vul ij met koelmiel in vloeire vorm. Het koelmiel in gsvormige se toevoegen kn e normle werking verstoren. VOORZICHTIG Wnneer het ijvullen vn koelmiel is voltooi o wnneer u even puzeert, moet u e krn vn het koelmielreservoir onmiellijk ihtrien. Als e klep NIET onmiellijk wort gesloten, kn er extr koelmiel woren ijgevul oor e resterene ruk. Mogelijk gevolg: Onjuiste hoeveelhei koelmiel. 1.3.4 Pekel Inien vn toepssing. Voor meer inormtie, rpleeg e instlltiehnleiing o e uitgereie hnleiing (voor e instllteur) vn uw toepssing. De gekozen pekel MOET voloen n e gelene wetgeving. Neem voloene mtregelen voor het gevl pekel zou lekken. Inien pekel lekt, ventileer onmiellijk e zone en neem ontt op met uw pltselijke vereler. De omgevingstempertuur in e unit kn veel hoger oplopen n ie vn e kmer, v. 70 C. In gevl vn een pekellek kunnen hete onerelen in e unit een gevrlijke situtie reëren. Het geruik en e instlltie vn e toepssing MOETEN voloen n e veiligheis- en milieumtregelen gespeiieer in e relevnte reglementering. 1.3.5 Wter Inien vn toepssing. Voor meer inormtie, rpleeg e instlltiehnleiing o e uitgereie hnleiing (voor e instllteur) vn uw toepssing. 5
2 Over e oumenttie Controleer o e kwliteit vn het wter voloet n e EUrihtlijn 98/83 EC. Voorzorgsmtregelen ij het leggen vn voeingsering: 1.3.6 Elektrish GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Shkel lle elektrishe voeingen UIT voorleer u het eksel vn e shkelkst verwijert, elektrishe ering nsluit o elektrishe onerelen nrkt. Shkel e elektrishe voeing lnger n 1 minuut uit en meet e spnning op e nsluitklemmen vn e onenstoren o elektrishe onerelen vn e hookring voorleer u een onerhou uitvoert. De spnning MOET oner e 50 V DC gevllen zijn voorleer u elektrishe onerelen mg nrken. Rpleeg het eringsshem voor e plts vn e nsluitklemmen. Rk elektrishe onerelen NIET n met ntte hnen. Lt e unit NIET onewkt hter wnneer het servieeksel verwijer is. In e vste ering moet een hooshkelr o een ner miel om uit te shkelen woren voorzien ls it nog NIET in e riek wer voorzien; eze shkelr MOET woren geïnstlleer in e vste ering en ient het ontt vn lle polen volleig te verreken en te voloen n e vereisten vn e overspnning-tegorie- III-speiitie wnneer hij open stt. Geruik ALLEEN koperren. Alle lokle ering moet voloen n e gelene wetgeving. Alle lokle eringen MOETEN onorm met het prout meegelever eringsshem woren uitgevoer. Knijp NOOIT geunele kels smen en ontroleer o ze NIET met leiingen o sherpe rnen in ontt (kunnen) komen. Zorg t er geen externe ruk wort uitgeoeen op e klemnsluitingen. Vergeet niet rren te leggen. Ar e unit NIET vi een nutsleiing, een piekspnningseveiliging o e ring vn e teleoon. Een onvolleige ring kn een elektrishe shok veroorzken. Geruik hiervoor een prte voeingskring. Geruik NOOIT een elektrishe voeing ie met een ner toestel geeel wort. Instlleer zeker e vereiste zekeringen o stroomonerrekers. Plts zeker een rlekshkelr. Aners estt het gevr t iemn een elektrishe shok krijgt o t er rn ontstt. Wnneer u e rlekeveiliging pltst, ontroleer o eze met e inverter omptiel is (estn tegen hoogrequente elektrishe ruis), zot e rlekeveiliging zih niet onnoig opent. Sluit GEEN ering vn vershillene iktes n op e klemmenstrook voor e voeing (speling in e voeingsering kn normle hitte veroorzken). Bij het nsluiten vn ering met ezele ikte, volgt u e nwijzingen in e ovenstne eeling. Geruik e ngewezen voeingsr en sluit eze stevig n, org ze vervolgens zot er vn uiten geen ruk op het klemmenor kn woren uitgeoeen. Geruik een pssene shroevenrien voor het vstrien vn e shroeven vn e klemmen. Met een shroevenrier met kleine kop eshigt u e shroekop wroor u e shroe niet goe meer vst kunt rien. Als u e shroeven vn e klemmen te vst rit kunt u ze reken. Controleer n het eëinigen vn e elektriiteit o lle elektrishe onerelen en nsluitklemmen in e elektriiteitskst veilig zijn ngesloten. Controleer o lle eksels iht zijn voorleer e unit n te zetten. Alleen vn toepssing ls e elektrishe voeing riesig is en e ompressor een AAN/UIT-strtmethoe heet. Als een se zih n een tijelijke lk-out kn omkeren en e stroomtoevoer gt n en uit terwijl het systeem in erij is, instlleer n pltselijk een eveiligingsiruit tegen seomkering. Door het systeem in omgekeere se te lten rien, kunnen e ompressor en nere onerelen stuk gn. 2 Over e oumenttie 2.1 Over it oument Beoel puliek Erkene instllteurs + eingeruikers Dit pprt is eoel voor geruik oor expert o opgeleie geruikers in winkels, lihte inustrie en op oererijen, o voor ommerieel geruik oor nieteskunigen. Doumenttieset Dit oument is een onereel vn een oumenttieset. De volleige set omvt: Algemene voorzorgsmtregelen met etrekking tot e veilighei: Veiligheisinstruties te lezen vóór e instlltie Formt: Ppier (in e oos vn e uitenunit) 6
2 Over e oumenttie Montgehnleiing en geruiksnwijzing uitenunit: Instruties voor instlltie en geruik Formt: Ppier (in e oos vn e uitenunit) : De instlltie voorereien, reerentiegegevens, Geetilleere stp per stp instruties en htergroninormtie voor sis- en gevorer geruik Formt: Digitle estnen op http://www.ikineurope.om/ support-n-mnuls/prout-inormtion/ Ltste herzieningen vn e meegelevere oumenttie kunnen op e regionle Dikin-wesite o vi uw eler eshikr zijn. De oumenttie is oorspronkelijk in het Engels geshreven. Alle nere tlen zijn vertlingen. Tehnishe gegevens Een eel vn e reentste tehnishe gegevens is eshikr op e regionle Dikin-wesite (puliek toegnkelijk). De volleige reentste tehnishe gegevens zijn eshikr op het Dikin-extrnet (uthentitie vereist). 7
3 Over e oos Voor e instllteur 3 Over e oos 3.1 Overziht: Over e oos In it hoostuk woren e stppen eshreven ie u moet uitvoeren nt e oos met e uitenunit ter pltse is gelever. Het evt inormtie over: Uitpkken en omgn met e units Aessoires vn e units verwijeren Trnsporteveiliging verwijeren Hou rekening met e volgene zken: De unit MOET ij e levering geontroleer woren op eshigingen. Elke vorm vn eshiging MOET onmiellijk n e sheverntwoorelijke vn e trnsporteur gemel woren. Breng e verpkte unit zo iht mogelijk ij e uiteinelijke instlltieplts om eshiging tijens het trnsport te voorkomen. Mk e weg wrlngs u e unit nr innen zult rengen op voorhn klr. Neem e volgene punten in ht ij het omgn met e unit: 3.2.2 De uitenunit hnteren Drg e unit trg zols op e eeling getoon: VOORZICHTIG Rk e luhtinlt o e luminium vinnen vn e unit NIET n, it om letsels te voorkomen. Vorkhetruk. Een vorkhetruk mg lleen woren geruikt wnneer e unit op e pllet lijt. Breekr, g voorzihtig om met e unit. Hou e unit reht om eshiging vn e ompressor te voorkomen. 3.2 Buitenunit 3.2.1 De uitenunit uitpkken 1 2 3.2.3 Om e toeehoren vn e uitenunit uit te nemen 1 Verwijer het servieeksel. Zie "6.2.2 De uitenunit openen" op pgin 15. 2 Verwijer e essoires. 1 1 1 1 e 1 1 g 1 e g Algemene voorzorgsmtregelen met etrekking tot e veilighei Montgehnleiing en geruiksnwijzing uitenunit Lel geluoreere roeiksgssen Meertlig lel geluoreere roeiksgssen Gsleiing essoire 1 (Ø15,9 mm nr 19,1 mm) Gsleiing essoire 2 (Ø19,1 mm) Gsleiing essoire 3 (Ø19,1 mm) 3.2.4 Trnsporteveiliging verwijeren Als e unit wort geruikt zoner eerst e trnsporteveiliging te verwijeren, kunnen er normle trillingen o geluien woren geproueer. 8
4 Over e units De trnsporteveiliging vn e ompressor moet woren verwijer. Deze is geïnstlleer oner e ompressorpoot en eshermt e unit tijens het trnsport. G te werk zols geeel en hiern eshreven. 1 Verwijer e moer () vn e montgeout vn e ompressor. 2 Verwijer e trnsporteveiliging () en gooi ze weg. 3 Verwijer e ring () en gooi hem weg. 4 Breng e moer () vn e montgeout vn e ompressor weer n en ri hem vst met een nhlkoppel vn 10,1 N m. Coe Verklring 3+4 Cpiteitsklsse B Moelreeks Y1 Elektrishe voeing [*] Anuiing kleine moelwijziging 4.3 Over e uitenunit Deze montgehnleiing etret e ZEAS-onenstie-unit. Deze unit is ontworpen voor instlltie uitenshuis en is eoel voor luht-luht-koeltoepssingen. Speiitie Cpiteit (koelen) 4 Ontwerptempertuur omgeving (koelen) (10.1 N m) 1 () () LRMEQ3 LRMEQ4 5,90 kw 8,40 kw 20~43 C roge ol Cpiteit gemeten oner e volgene omstnigheen: omgevingstempertuur 32 C, vermpingstempertuur 10 C, oververhitting 10 K. 2 4.4 3 4 Over e units 4.1 Overziht: Over e units Dit hoostuk evt inormtie over: Ientiitie vn e uitenunit. Mogelijke opties voor e uitenunit. 4.2 e uitenunits kunnen De plts vn e uitenunit in e ly-out vn het systeem. Met welke innenunits geomineer. Systeemly-out Buitenunit (ZEAS-onenstie-unit) Koelmielleiing Binnenunit (koellzer) Binnenunit (koelvitrine) woren Ientiitie 4.5 Units en opties omineren 4.5.1 Mogelijke opties voor e uitenunit Wnneer meerere units gelijktijig geïnstlleer o onerhouen woren, let op e serviepnelen NIET te verwisselen tussen vershillene moellen. Zie e tehnishe t voor e reentste optienmen. Koelmieltkkit Beshrijving 4.2.1 Ientiitielel: Buitenunit Plts Moelnm Renet-vereler KHRQ22M29H Renet-verining KHRQ22M20T KHRQ22M29T9 Mous-ommunitiekst (BRR9A1V1) Intere voor tweewegsommunitie met monitoringsystemen vn eren (BMS), vi Mous. Mkt toegng op stn mogelijk tot lle erijsprmeters, en iet tegelijk e mogelijkhei om e koelunits vnop stn te regelen: streevermpingstempertuur instellen, outoes resetten, Kel PC-onigurtor (EKPCCAB) Moelientiitie Vooreel: LR ME Q 4 B Y1 [*] Coe Verklring LR ZEAS-onenstie-unit ME Koeling op mielmtige tempertuur Q Koelmieltype R410A Bij e inerijstelling kunnen vershillene lokle instellingen woren ingestel met ehulp vn een p-intere. Voor eze optie is e EKPCCAB vereist; it is een speiieke kel voor ommunitie met e uitenunit. De sotwre vn e geruikersintere is eshikr op http://www.ikineurope.om/ support-n-mnuls/sotwre-ownlos/. 9
5 Voorereiing 4.5.2 Over e innenunits Rpleeg e reentste tehnishe t voor e ZEASonenstie-unit om zeker te zijn t uw systeeminstlltie (uitenunit+innenunit(s)) zl werken. De ZEAS-onenstie-unit kn woren geomineer met vershillene types innenunit vn nere merken en is uitsluiten eoel voor geruik met R410A. Let op e volgene punten wnneer meerere innenunits woren ngesloten: Expnsieklep. Instlleer op elke innenunit een expnsieklep voor R410A. Isoleer het voelerlok vn e expnsieklep. Instlleer hetzij een mehnishe thermosttishe expnsieklep, hetzij een elektronishe expnsieklep (proportioneel o pulstype). Besherm ij e instlltie vn een elektronishe expnsieklep vn het pulstype e leiingen tegen oor het openen en sluiten vn e klep veroorzkte rukgolven. De instlltie vn een expnsieklep vn het pulstype ehoort tot e verntwoorelijkhei vn e instllteur. Zie "5.3.7 Keuze vn e expnsieklep" op pgin 14 voor meer inormtie. Elektromgnetishe klep. Instlleer een elektromgnetishe klep voor R410A (met een openingsrukvershil vn 3,5 MP [35 r] o meer) n e primire zije vn e expnsieklep voor elke innenunit. Filter. Instlleer een ilter n e primire zije vn e elektromgnetishe klep voor elke innenunit. De msgrootte vn het ilter wort epl oor e geruikte elektromgnetishe klep en expnsieklep. Koelmielstroom. Leg e koelmielleiingen nr e wrmtewisselr vn e innenunit zonig t het koelmiel vn oven nr eneen stroomt. Ontooitype. Geruik hetzij moellen met o-ylus ontooien o moellen met ontooien met elektrishe verwrming. Geruik GEEN moellen met ontooien met wrm gs. Over het hergeruik vn oue innenwrmtewisselrs In sommige gevllen kunnen oue innenwrmtewisselrs woren hergeruikt, en in nere gevllen niet. Hergeruik NIET toegestn In e volgene gevllen mogen oue innenwrmtewisselrs niet woren hergeruikt: Wnneer e ontwerpruk onvoloene is. Minimum ontwerpruk = 2,5 MP o 25 r Wnneer e route nr e wrmtewisselr zo loopt t het koelmiel vn eneen nr oven stroomt. Wnneer e koperen leiing o e ventiltor is ngetst. Wnneer e wrmtewisselr vervuil is. Vreeme stoen (wroner oliën ie tijens e rige woren geruikt) mogen niet meer n 30 mg/10 m ergen. Hergeruik toegestn In nere gevllen n hiervoor vermel mogen oue innenwrmtewisselrs woren hergeruikt. Als e oue onenstie-unit ehter NIET met hetzele koelmiel (R410A) en ezele olie (FVC68D) ls e nieuwe werkte, n moeten e uizen vn e wrmtewisselr gronig woren shoongemkt. Als e oue onenstie-unit NIET met hetzele koelmiel (R410A) ls e nieuwe werkte, ontroleer n o e expnsieklep omptiel is met R410A. 5 Voorereiing 5.1 Overziht: Voorereiing In it hoostuk wort eshreven wt u moet oen en wt u moet weten lvorens u ter pltse gt. Het evt inormtie over: Instlltieplts voorereien Koelmielleiing voorereien Elektrishe ering voorereien 5.2 Instlltieplts voorereien Instlleer e unit NIET op een plts ie vk ls werkplts wort geruikt. Wnneer ouwwerken (ijv. slijpwerk) woren uitgevoer wrij veel sto wort geproueer, MOET e unit woren geekt. Kies een instlltieplts met voloene ruimte om e unit in en uit e site te kunnen rgen. 5.2.1 Vereisten inzke e plts wr e uitenunit geïnstlleer wort Lees ook e volgene vereisten: Algemene vereisten voor e instlltieplts. Zie het hoostuk "Algemene voorzorgsmtregelen met etrekking tot e veilighei". Vereisten voor e servieruimte. Zie het hoostuk "Tehnishe gegevens". Vereisten koelmielleiing (lengte, hoogtevershil). Zie verer in it hoostuk "Voorereiing". Het geluisrukniveu is lger n 70 BA. VOORZICHTIG Toestel niet toegnkelijk voor ieereen; instlleer het op een eveilige plts ie niet voor ieereen toegnkelijk is. Deze units, innen- en uitenunit, zijn zowel geshikt voor ommeriële ls kleininustriële toepssingen. Deze pprtuur is onorm Klsse A vn EN55032/ CISPR 32. In een resientiële omgeving kn eze pprtuur riostoringen veroorzken. De in eze hnleiing eshreven pprtuur kn elektronishe ruis veroorzken komstig vn riorequentie-energie. De pprtuur voloet n speiities ie een reelijke esherming moeten ieen tegen ergelijke intererentie. De grntie t in een speiieke instlltie geen intererentie zl optreen, kn ehter niet woren gegeven. Het is n ook n te ren e pprtuur en elektrishe ren op een gepste stn vn stereotoestellen, p's, enz. te instlleren. 10
5 Voorereiing e g Instlleer een sherming tegen e win ls e uitenunit n rehtstreekse zeewin wort lootgestel. Hoogte vn sherming tegen win 1,5 hoogte vn uitenunit Let ij e instlltie vn e sherming tegen e win op e vereisten inzke e servieruimte. 1500 1500 e g 1500 Arlekeveiliging Zekering Binnenunit (koelvitrine) P o rio Binnenunit (koellzer) Geruikersintere Buitenunit 1500 (mm) In pltsen met een slehte ontvngst, moet e stn 3 m o meer ergen om elektromgnetishe storingen vn nere pprtuur te voorkomen en moeten e voeings- en trnsmissieleiingen in keluizen liggen. Kies een plts wr e unit zoveel mogelijk uit e regen stt. Zorg ervoor t ingevl vn een wterlek, het wter geen she kn veroorzken n e instlltieruimte en e omgeving. Kies een plts wr e wrme/koue luht uit e unit o het lwi ervn NIEMAND stoort. De lmellen vn e wrmtewisselr zijn sherp en kunnen iemn verwonen. Kies een instlltieplts wr er geen risio is t iemn zih kn verwonen (in het ijzoner in omgevingen wr kineren spelen). Instlleer e unit NIET in een vn e volgene pltsen: Geluisgevoelige zones (zols nst een slpkmer), zot het geproueer gelui in erij geen overlst veroorzkt. Opmerking: Als het geproueer gelui in reële omstnigheen wort gemeten, kn e gemeten wre omwille vn omgevingsgeluien en geluisreleties groter zijn n het in e speiities oner Geluispetrum vermel geluisrukniveu. Pltsen met nevels vn minerlolie, oliespry o mpen in e luht. Plsti onerelen kunnen woren ngetst en vn het toestel vllen o wterlekken veroorzken. Het is NIET ngewezen e unit op e volgene pltsen te instlleren, omt eze pltsen e levensuur vn e unit kunnen verkorten: Wr e spnning veel shommelt In voertuigen o shepen In e nwezighei vn zuur- o lklinempen Instlltie n e kust. Zorg ervoor t e uitenunit NIET rehtstreeks n zeewin wort lootgestel. Dit om orrosie oor het hoge zoutgehlte vn e luht te voorkomen (kn e levensuur vn e unit verkorten). Zeewin Geouw Buitenunit Asherming tegen win Hevige win ( 18 km/u) ie tegen e luhtuitlt vn e uitenunit lst, veroorzkt kortsluiting (luhtnzuiging o -uitls). Dit kn e volgene gevolgen met zih meerengen: een verminering vn e piteit in erij; stilvllen oor een te lge o een te hoge ruk; een geroken ventiltor (ls hevige win onstnt tegen e ventiltor lst, kn eze eginnen zeer snel te rien en n een tijje reken). Er wort geviseer een stootplt te monteren wnneer e luhtuitlt n win lootgestel is. Dri e luhtuitltknt in e rihting vn e muur vn het geouw, hek o sherm. Controleer o er voloene instlltieruimte is Plts e uitltzije in een rehte hoek op e rihting vn e win. Instlleer e uitenunit uit rehtstreekse zeewin. Vooreel: Ahter het geouw. Belngrijkste winrihting Luhtuitlt 11
5 Voorereiing 5.2.2 Bijkomene vereisten inzke e instlltieplts vn e uitenunit in koue klimten Besherm e uitenunit tegen irete sneeuwvl en zorg ervoor t e uitenunit NOOIT ingesneeuw rkt. Rihting vn e koelmielstroom Ruimte wrin zih een koelmiellek heet voorgen (uitstromen vn lle koelmiel uit het systeem) Let voorl op met pltsen wr het koelgs kn lijven hngen, zols kelerveriepingen enz., omt koelgs zwrer is n luht. Akje tegen e sneeuw Voetstuk (minimle hoogte = 150 mm) Belngrijkste winrihting Luhtuitlt 5.2.3 Voorzorgsmtregelen voor koelmiellekken Over voorzorgsmtregelen voor koelmiellekken De instllteur en systeemeskunige moeten e veilighei grneren in gevl vn lekken in overeenstemming met e lokle reglementeringen en normen. Bij gerek n lokle reglementeringen, kunnen e volgene normen gelen. Dit systeem werkt met R410A ls koelmiel. R410A is op zih een volleig veilig, niet-toxish en niet-rnr koelmiel. Niettemin moet e ruimte wrin het systeem wort geïnstlleer, groot genoeg zijn. Dit verzekert t het mximle onentrtiepeil vn koelgs niet wort overshreen, ingevl t er een groot lek in het systeem zou ontstn, overeenkomstig e lokle reglementeringen en normen ter zke. Controle vn het mximum onentrtieniveu Controleer het mximle onentrtiepeil zols eshreven in e onerstne stppen 1 tot 4 en neem e noige mtregelen om ern te voloen. 1 Bereken e hoeveelhei koelmiel (kg) in elk systeem zonerlijk. Formule A B C A+B=C Hoeveelhei koelmiel in een systeem met één unit (hoeveelhei koelmiel wrmee het systeem is gevul voort het e riek verlt) Hoeveelhei extr koelmiel (lokl ijgevule hoeveelhei koelmiel) Totle hoeveelhei koelmiel (kg) in het systeem Als één enkel koelmielsysteem in 2 volleig onhnkelijke koelsystemen is opgeeel, ient u e hoeveelhei koelmiel te geruiken wrmee elk zonerlijk systeem is gevul. 2 Bereken het volume vn e ruimte (m 3 ) wr e innenunit is geïnstlleer. Bereken in e volgene gevllen het volume vn (D), (E) ls één ruimte o ls e kleinste ruimte. D Als er geen kleinere opelingen zijn vn e ruimte: Over het mximum onentrtieniveu De mximle hoeveelhei koelmiel en e erekening vn e mximle koelmielonentrtie zijn rehtstreeks gerelteer n e ruimte wrin personen verlijven en wrin het koelmiel us zou kunnen lekken. De meeteenhei vn e onentrtie is kg/m 3 (het gewiht in kg vn het koelgs in een volume vn 1 m 3 vn e geruikte ruimte). De lokle reglementeringen en normen etreene e mximl toeltre onentrtie moeten woren ngelee. Volgens e Europese Norm terzke is e mximl toeltre onentrtie vn koelmiel in een ruimte met mensen voor R410A eperkt tot 0,44 kg/m 3. E Als e ruimte opgeeel is, mr een opening nwezig is tussen e ruimten ie voloene groot is om een vrije luhtirultie toe te lten. Opening tussen e ruimten. Als er een eur is, moet e meting vn e openingen oven en oner e eur gelijkwrig zijn n 0,15% o meer vn het vloeroppervlk. Ruimteopeling 12
5 Voorereiing 3 Bereken e koelmielihthei n e hn vn e resultten vn e erekeningen in stp 1 en 2 hiervoor. Als het resultt vn e voorgne erekening groter is n e mximl toeltre onentrtie, moet een ventiltieopening nr e ruimte ernst woren voorzien. Formule F G F/G H Totl volume koelmiel in het koelmielsysteem Volume (in m 3 ) vn e kleinste ruimte met een innenunit H Mximle onentrtie (kg/m 3 ) 4 Bereken e koelmielihthei met het volume vn e ruimte wr e innenunit is geïnstlleer en e ruimte ernst. Voorzie ventiltieopeningen in e eur vn e ruimtes ernst tot e koelmielihthei kleiner is n e mximl toeltre onentrtie. 5.3 De koelmielleiingen voorereien 5.3.1 Oue leiingen hergeruiken In sommige gevllen kunnen oue leiingen woren hergeruikt, en in nere gevllen niet. Hergeruik niet toegestn In e volgene gevllen mogen geen oue leiingen woren hergeruikt: Wnneer er prolemen wren met e ompressor vn e oue instlltie (ijvooreel pnne). Mogelijk gevolg: geoxieere koelmielolie, klkresten en nere nelige eeten. Wnneer e innen- en uitenunits geurene lnge tij vn e leiingen wren losgekoppel. Mogelijk gevolg: wter en vuil in e leiingen. Wnneer e koperen leiing is ngetst. Hergeruik toegestn In nere gevllen n hiervoor vermel mogen oue leiingen woren hergeruikt, mr hou rekening met e volgene punten: Item Dimeter leiingen Mteril leiingen Leiinglengte en hoogtevershil Leiingisoltie Gelste veriningen Leiingen shoonmken Beshrijving Moet voloen n e vereisten. Zie "5.3.2 Vereisten voor e koelmielleiingen" op pgin 13. Te vervngen inien eshig. Moet voloen n e vereisten. Zie "6.6 Koelmielleiingen isoleren" op pgin 22. Controleer op gslekken. Als e oue onenstie-unit NIET met hetzele koelmiel (R410A) en ezele olie (FVC68D) ls e nieuwe werkte, n moeten e leiingen gronig woren shoongemkt. 5.3.2 Vereisten voor e koelmielleiingen Lees tevens e voorzorgsmtregelen en vereisten in hoostuk Algemene veiligheismtregelen. Voor R410A-koelmiel moeten strikte voorzorgsmtregelen woren genomen om het systeem shoon, roog en geiht te houen. Shoon en roog: voorkom t vreem mteril (zols minerle olie o voht) in het systeem terehtkomt. Ageiht: R410A evt geen hloor en is niet shelijk voor e ozonlg ie e re tegen shelijke ultrviolette strling eshermt. Wnneer R410A vrijkomt, kn it wel in kleine mte ijrgen n het roeikseet. Om eze reen verient e ihting vn e instlltie ijzonere nht. De leiingen en nere rukvoerene elen moeten geshikt zijn voor koelmiel. Geruik met osorzuur geeoxieere, nloze koperen leiingen voor koelmiel. Vreeme stoen in e leiingen, wroner oliën ie tijens e rige woren geruikt, mogen niet meer n 30 mg/10 m ergen. 5.3.3 Mteril koelmielleiingen Mteril leiingen: Met osorzuur geeoxieer nloos koper. Hringsgr en ikte leiingen: Buitenimeter (Ø) 6,4 mm (1/4") 9,5 mm (3/8") 12,7 mm (1/2") Hringsgr Gegloei (O) Dikte (t) () 0,80 mm 15,9 mm (5/8") Gegloei (O) 0,99 mm 19,1 mm (3/4") Hlhr (1/2H) 0,80 mm () Ahnkelijk vn e toepsselijke wetgeving en e mximle erijsruk vn e unit (zie "PS High" op het nmpltje vn e unit), zijn mogelijk ikkere leiingen vereist. 5.3.4 Leiingmt seleteren Bepl e juiste mt n e hn vn e volgene tellen en e eeling (lleen ls reerentie). H 1 A F B E 2 2 3 3 e C D1 1 D2 2 1 Buitenunit 2 Binnenunit (toonnk) 3 Binnenunit (koellzer) A~F Vloeistoleiing ~ Gsleiing H Hoogtevershil uitenunit-innenunit Wnneer e vereiste leiingimeters (inh-mten) niet verkrijgr zijn, mg u ook nere imeters (mm-mten) geruiken; hou hierij rekening met e volgene punten: Neem e leiingimeter ie het ihtst ij e gevrge imeter ligt. Ø t 13
5 Voorereiing Geruik e gepste pterstukken voor e overgng vn leiingen met inh-mten nr leiingen met mm-mten (lokl te voorzien). Wijzig e erekening voor extr koelmiel zols eshreven in "6.7.3 Beplen hoeveel koelmiel toegevoeg moet woren" op pgin 23. A/: Leiing tussen uitenunit en leiingtkking Vloeistoleiing Gsleiing () () Ø9,5 mm () Ø19,1 mm () Dezele imeter ls ie vn e nsluiting op e uitenunit. Geruik e essoireleiing om e imeter vn e sluiter vn e uitenunit (Ø15,9 mm) n te pssen n ie vn e lokle leiing (Ø19,1 mm). B+C/+: Leiing tussen leiingtkking Kijk voor e imeter vn e leiingen nr e totle piteit vn e stroomwrts ngesloten innenunits. Cpiteit Buitenimeter leiing Vloeistoleiing <4,0 kw Ø6,4 mm 4,0 x<8,4 kw Ø9,5 mm Gsleiing <1,0 kw Ø9,5 mm 1,0 x<6,0 kw 6,0 x<8,4 kw Ø12,7 mm Ø15,9 mm D~F/~: Leiing tussen leiingtkking en innenunit Geruik ezele imeters ls ie vn e nsluitingen (vloeisto, gs) op e innenunits. Als op e uitenunit slehts 1 innenunit is ngesloten, en e nsluitingen op e uitenunit vershillen vn ie op e innenunit, geruik n ezele leiingimeter ls e nsluitingen op e uitenunit en instlleer e gepste pters zo iht mogelijk ij e innenunit. 5.3.5 Koelmieltksets seleteren Bij tkkingen vn koelmielleiingen mogen T-veriningen, Y- veriningen, renet-veriningen en renet-verelers woren geruikt. U kunt een optiekit voor koelmieltkkingen geruiken uit e onerstne tel. Beshrijving Renet-vereler () Renet-verining () () () KHRQ22M29H KHRQ22M20T KHRQ22M29T9 Moelnm Sluit GEEN 2 o meer verelers in serie n. Kies voor e gszije een renet-vereler wrvn e imeter gelijk is n e imeter vn e hooleiing o één mt groter is n e imeter vn e hooleiing. Kies een renet-verining wrvn imeter gelijk is n ie vn e inkomene en uitgne leiingen. Zie "5.3.3 Mteril koelmielleiingen" op pgin 13 en "5.3.4 Leiingmt seleteren" op pgin 13 voor meer inormtie. Op een vereler kunnen mximum 8 tkkingen woren ngesloten. 5.3.6 Lengte koelmielleiing en hoogtevershil De leiinglengten en hoogtevershillen moeten voloen n e volgene vereisten. (zie vooreel in "5.3.4 Leiingmt seleteren" op pgin 13) Vereiste Mximle reële leiinglengte Vooreel: +++2 Limiet Mximle totle leiinglengte Vooreel: +++1+2+e+ Limiet Mximle lengte eerste tkkitinnenunit Vooreel: ++2 Limiet Mximl hoogtevershil uitenunitinnenunit Buitenunit hoger n innenunit Vooreel: H Limiet Buitenunit lger n innenunit Mximl hoogtevershil innenunitinnenunit 5.3.7 Keuze vn e expnsieklep Limiet 50 m 80 m 30 m 20 m 10 m 5 m De onerkoelingverhouing voor vloeir koelmiel vn eze unit is groter n ie vn units zoner onerkoelingmehnisme omt het vloeir koelmiel oor een ueluizige wrmtewisselr wort gekoel (onerkoelingverhouing = onenstietempertuur tempertuur vloeir koelmiel n uitlt uitenunit). Hou ij e keuze vn een expnsieklep voor e elsting volgens e tehnishe inormtie vn e riknt vn e expnsieklep rekening met e onerkoelingverhouing (K) voor het vloeir koelmiel in e onerstne tel. T Onerkoelingverhouing (K) Te 20 C 15 C 10 C 5 C 0 C 5 C 20 C 10 9 8 7 6 5 25 C 11 10 9 8 7 6 30 C 12 11 10 9 8 7 35 C 13 12 11 10 9 8 40 C 14 13 12 11 10 9 45 C 15 14 13 12 11 10 50 C 16 15 14 13 12 11 55 C 16 15 14 13 12 11 5.4 De elektrishe ering voorereien 5.4.1 Vereisten voor eveiligingen Elektrishe voeing De voeing moet woren eveilig met ehulp vn e vereiste eveiligingen, met nme een hooshkelr, een trge zekering op elke se en een rlekeveiliging volgens e gelene wetgeving. De keuze en mt vn e ering moet geeuren onorm e gelene wetgeving op sis vn e inormtie in e onerstne tel. 14
6 Instlltie Moel Minimum iruitmpère Anevolen zekeringen Elektrishe voeing LRMEQ3 6,5 A 16 A 3N~ 50 Hz LRMEQ4 9,1 A 380-415 V 6 Instlltie 6.1 Overziht: Instlltie In it hoostuk wort eshreven wt u ter pltse moet oen en weten om het systeem te instlleren. Shkelr eiening op stn, shkelr geluisrme werking en ering outputsignlen Typishe werkstroom Shkelr eiening op stn. De unit is in e riek uitgerust met een erijsshkelr wrmee e unit AAN/UIT kn woren geshkel. Om e uitenunit op stn AAN/UIT te shkelen is een shkelr voor eiening op stn vereist. Geruik een spnningsloos ontt voor mirostroom ( 1 ma, 12 V DC). Sluit n op X2M/C+D, en stel in op "Remote ". De erijsshkelr zit in e shkelkst (zie eeling hieroner). Een typishe instlltie estt uit e volgene stppen: De uitenunit monteren. De innenunits monteren. De koelmielleiing nsluiten. De koelmielleiing ontroleren. Koelmiel ijvullen. De elektrishe ering nsluiten. De instlltie vn e innenunit voltooien. OFF N O R EM O TE De instlltie vn e uitenunit voltooien. Voor e instlltie vn e innenunit (innenunit monteren, koelmielleiing nsluiten op e innenunit, elektrishe ering nsluiten op e innenunit ), zie e montgehnleiing vn e innenunit. De volgene rie stnen zijn mogelijk voor e erijsshkelr: Instelling erijsshkelr Funtie 6.2 De units openen OFF Unit werking UIT 6.2.1 Over het openen vn e units ON Unit werking AAN Soms moet u e unit openen. Vooreel: Remote Unit gestuur (AAN/UIT) met shkelr eiening op stn Bij het nsluiten vn e koelmielleiingen Wnneer u e elektrishe ering moet nsluiten Wnneer u onerhouswerkzmheen op e unit moet uitvoeren Shkelr geluisrm. Als u e geluisrme stn op stn IN/UIT wilt shkelen (zie instelling [2 18]), n moet een shkelr geluisrme werking woren geïnstlleer. Geruik een spnningsloos ontt voor mirostroom ( 1 ma, 12 V DC). Sluit n op X2M/A+B. GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Lt e unit NIET onewkt hter wnneer het servieeksel verwijer is. 6.2.2 De uitenunit openen GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE Outputsignlen. De uitenunit is voorzien vn een klem (X3M) ie 4 vershillene signlen kn genereren. Het signl is 220~240 V AC. De mximle elsting voor lle signlen is 0,5 A. De unit output een signl in e volgene gevllen: GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN C/C1: voorzihtig-signl nsluiting nevolen wnneer zih een out vooroet ie e werking vn e unit niet stillegt. C/W1: wrshuwing-signl nsluiting nevolen wnneer zih een out vooroet ie e werking vn e unit stillegt. R/P2: rien-signl nsluiting wnneer e ompressor rit. optioneel P1/P2: erij-signl nsluiting verpliht wnneer e elektromgnetishe klep vn e innenunit wort gestuur. Bering Ommntele kel (2 ren) 2 1 1 Plsti snoeren 0,75~1,25 mm² Mximle kellengte 130 m 15
6 Instlltie 6.3 6.3.1 De uitenunit monteren Over e montge vn e uitenunit Mk met moeren en hrssluitringen () e uitenunit vst op e nkerouten. Inien e ekleing vn e plts wrop e uitenunit wort vstgemkt, shilert o loskomt, zullen e moeren gemkkelijk roesten. Typishe werkstroom Een typishe montge vn e uitenunit estt uit e volgene stppen: 1 2 3 4 De instlltiestrutuur voorzien. De uitenunit instlleren. Ervoor zorgen t e unit niet kn omvllen. De unit eshermen tegen sneeuw en win oor een k tegen e sneeuw en geleieplten. Zie "De instlltieplts voorereien" in "5 Voorereiing" op pgin 10. 6.3.2 6.3.4 De uitenunit instlleren Voorzorgsmtregelen ij e montge vn e uitenunit 4 M12 Lees ook e voorzorgsmtregelen en vereisten in e volgene hoostukken: Algemene voorzorgsmtregelen met etrekking tot e veilighei Voorereiing 6.3.3 De instlltiestrutuur voorzien 6.3.5 Controleer e stevighei en het vlk zijn vn e gron wrop e unit geïnstlleer zl woren, zot eze niet gt trillen o lwi mken wnneer ze in erij is. Mk e unit stevig vst met nkerouten zols ngegeven op het shem vn e unering. Leg 4 sets met nkerouten, moeren en vulringen klr (lokl te voorzien): Ervoor zorgen t e uitenunit niet kn omvllen Wnneer e unit stt wr hevige winstoten e unit kunnen oen overhellen, neem n e volgene mtregelen: 1 Mk 2 kels klr zols getoon op e volgene eeling (ter pltse te voorzien). 2 Leg e 2 kels over e uitenunit. 3 Steek een stuk ruer tussen e kels en e uitenunit zot e kels e ver niet kunnen eshigen (ter pltse te voorzien). 4 Mk e uiteinen vn e kels vst en spn e kels op. 62 0 >150 ) 55-3 45 (3 35 0 4 M12 (mm) Blokkeer e voeropeningen niet. De nevolen hoogte vn het ovenste uitsteken eel vn e outen ergt 20 mm. 6.4 De koelmielleiing nsluiten 6.4.1 Over het nsluiten vn e koelmielleiingen Alvorens e koelmielleiingen n te sluiten Controleer o e uitenunit en innenunits gemonteer zijn. 20 Typishe werkstroom De koelmielleiing nsluiten etekent: De koelmielleiing op e uitenunit nsluiten Droger en kijkgls nsluiten Koelmielleiingtkking nsluiten 16
6 Instlltie Koelmielleiing nsluiten op e innenunits (zie e montgehnleiing vn e innenunits) De koelmielleiing isoleren Hou rekening met e rihtlijnen voor: Buigen vn leiingen Soleersel Geruik vn e sluiters Verwijeren vn ihtgeknepen leiingen 6.4.2 Voorzorgsmtregelen ij het nsluiten vn koelmielleiingen Lees ook e voorzorgsmtregelen en vereisten in e volgene hoostukken: Algemene voorzorgsmtregelen met etrekking tot e veilighei Voorereiing GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN Hou rekening met e volgene voorzorgen met etrekking tot e koelmielleiing: Zorg ervoor t nooit ner koelmiel n het ngewezen koelmiel in e koelmielylus vermeng wort (ijv. luht). Geruik enkel R410A wnneer u koelmiel moet ijvullen. Geruik uitsluiten instlltiegereeshp (ijv. mnometers voor het vereelstuk) t enkel en lleen voor R410A-instllties eoel is, zot het e ruk kn weerstn en er geen vreeme stoen (zols minerle oliën en voht) in het systeem tereht kunnen komen. Besherm e leiing zols eshreven in e volgene tel om te vermijen t vuil, vloeisto o sto in e leiing tereht zou komen. Wees voorzihtig wnneer u koperuizen oorheen muren steekt. Toestel Instlltieperioe Beshermingsmeth oe Buitenunit >1 mn De leiing ihtknijpen Binnenunit <1 mn De leiing Ongeht e perioe ihtknijpen o met kleen ihten Open e sluiter vn het koelmiel NIET voorleer e koelmielleiing geontroleer te heen. Wnneer u koelmiel moet ijvullen, wort geviseer e sluiter vn het koelmiel te openen voorleer ij te vullen. 6.4.3 Rihtlijnen voor het uigen vn leiingen Geruik een uisuiger om ohten te mken. Alle uisohten moeten zo zht mogelijk zijn (e ohtstrl moet 30~40 mm ergen o meer zels). 6.4.4 Het uiteine vn een uis soleren Voorzorgsmtregelen ij het nsluiten vn lokle leiingen. Breng soleersel n zols ngegeven in e eeling. Ø25.4 1 1 Doorlzen met stiksto ij het hrsoleren voorkomt elngrijke zettingen vn een geoxieere ilmlg op e innenknt vn e leiing. Deze ilmlg heet een nelige invloe op e kleppen en ompressoren in het koelsysteem en voorkomt een goee werking. Stel e stikstoruk met een rukreueerklep in op 20 kp (0,2 r) (.w.z. net genoeg om te voelen op e hui). e e Koelmielleiing Te hrsoleren eel Tpe Hneiene klep Reueerklep Stiksto Geruik GEEN nti-oxinten ij het hrsoleren vn leiingveriningen. Door resten kunnen leiingen verstopt rken en kn uitrusting stuk gn. Geruik GEEN vloeimiel ij het hrsoleren vn koper-opkoper koelmielleiingen. Geruik osorkoper toevoegmetl (BCuP), wrij geen vloeimiel wort vereist. Vloeimiel heet een uitermte shelijke invloe op koelmielleiingsystemen. Zo zl een vloeimiel op hloorsis orrosie vn e leiingen veroorzken, o ls het luor evt, zl het e koelmielolie ntsten. 6.4.5 Geruik vn e sluiter en serviepoort Omgn met e sluiter Hou lle sluiters open tijens e werking. De sluiters zijn gesloten in e riek. In e eeling hiern ziet u e nm vn elk onereel t vereist is ij het geruik vn e sluiter. Serviepoort en serviepoorteksel Asluiter Ansluiting lokle leiing Deksel sluiter 17
6 Instlltie e e Serviepoort Deksel sluiter Zeskntgt Shht Aihting Behlve een gs- en vloeistosluiter, is e uitenunit ook nog voorzien vn twee onerhoussluiters. Geruik e onerhoussluiters NIET ij het nsluiten vn e koelmielleiing op e uitenunit. De rieksinstelling vn eze kleppen is "open". Lt eze kleppen ltij open stn wnneer u e unit geruikt. Bij geruik vn e unit met gesloten kleppen kn e ompressor she oplopen. 3 Stop met rien zor e sluiter niet meer verer rit. 4 Instlleer het eksel vn e sluiter. Gevolg: De sluiter is nu iht. Omgn met het sluitereksel Het sluitereksel is verzegel op e oor e pijl ngegeven plts. Beshig it NIET. Dri n geruik vn e sluiter het sluitereksel goe vst en ontroleer op lekken. Zie e tel hieroner voor het nhlmoment. Asluiter openen Onerhoussluiter 1 Verwijer het eksel vn e sluiter. 2 Steek een zeskntsleutel in e sluiter en ri e sluiter linksom. Shroerorgmiel. Breng shroerorgmiel n op e shroer (NIET op het eksel o het ihtene geeelte) lvorens u het eksel vn e sluiter weer nrengt. Aners kn er onenswter innenringen en evriezen. Mogelijk gevolg: Vervorming, koelmiellekkge en slehte werking vn e ompressor. Deksel (reng GEEN shroerorgmiel n) Aihten geeelte (reng GEEN shroerorgmiel n) Shroer met shroerorgmiel Omgn met e serviepoort 3 Stop met rien zor e sluiter niet meer verer rit. 4 Instlleer het eksel vn e sluiter. Gevolg: De sluiter is nu open. Asluiter sluiten 1 Verwijer het eksel vn e sluiter. 2 Steek een zeskntsleutel in e sluiter en ri e sluiter rehtsom. Geruik ltij een vulslng met een rukpen omt e serviepoort een Shrer-ventiel is. Dri het serviepoorteksel n geruik vn e serviepoort goe vst. Zie e tel hieroner voor het nhlmoment. Controleer n het vstrien vn het serviepoorteksel op koelmiellekken. Shroerorgmiel. Breng shroerorgmiel n op e shroer (NIET op het eksel o het ihtene geeelte) lvorens u het eksel vn e serviepoort weer nrengt. Aners kn er onenswter innenringen en evriezen. Mogelijk gevolg: Vervorming, koelmiellekkge en slehte werking vn e ompressor. 18