Stedenbouwkundige voorschriften

Vergelijkbare documenten
Deel 2 Stedenbouwkundige voorschriften

stedenbouwkundige voorschriften

GOEDGEKEURDE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Volgens vergunning nr. V/LE38/1 dd. 09/11/2016 Inclusief opmerkingen technische dienst

7 VERORDENEND DEEL. 7.1 Grafisch plan Kaart: grafisch plan. 7.2 Stedenbouwkundige voorschriften: algemene bepalingen

Stedenbouwkundige. voorschriften. GEOMEX bvba Veurne RUP Bieswal februari 2012 RUP_38025_214_00010_00001

G e m e e n t e Z o n n e b e k e R U P G u i d o G e z e l l e l a a n

Deel 2 Stedenbouwkundige voorschriften

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.VOORSCHRIFTEN EN BESTEMMING HOOFDGEBOUW. 1.1 Bestemming hoofdgebouw

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Projectzones Leemhoek. Zone P2

Artikel 0. Begrippen, algemene en specifieke bepalingen TOELICHTEND. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. 1. Begrippen. 1.1.

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN HORENDE BIJ DE AANVRAAG VOOR DE VERKAVELINGSVERGUNNING

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN HORENDE BIJ DE AANVRAAG VOOR DE VERKAVELINGSVERGUNNING

GOEDGEKEURDE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN volgens vergunning nr. V/W036/1 goedgekeurd op 22/05/2017

Stedenbouwkundige. voorschriften

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

516 m² m² m² m² - 25.

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

ART.0 ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VOOR DE BOUWGEBIEDEN

DEEL II: STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

GEMEENTE MEEUWEN-GRUITRODE. Verkavelingsvoorschriften half-open bebouwing

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1.1. TERMINOLOGIE 1.2. INTERPRETATIE VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.3. AFWIJKING VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

voorschriften bpa nr. 132 Witte Molenstraat

3. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

Gemeente Oud-Heverlee Reigersstraat ZN 5e afdeling - Sectie A Nummer 243G/deel & 237L/deel

Izegem, Hondekensmolenstraat / Katteboomstraat

Stedenbouwkundige voorschriften

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN 1. VOORSCHRIFTEN HOOFDGEBOUW(EN) 1.1. ZONE VOOR HOOFDGEBOUW(EN) BESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)

COLOFON. Opdracht: RUP Le Lis. Opdrachtgever: Gemeentebestuur Hamme Marktplein 1 B-9220 Hamme. Opdrachthouder: SORESMA nv Britselei Antwerpen

-1_. ff" ming van. 1 groene parkeerplaats naast de oprit.

DEEL I: ART.0 ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VOOR DE BOUWGEBIEDEN

Vooraf: bij twijfel hebben de grafische voorstellingen voorrang op de voorschriften.

Addendum B28b Specifieke verkavelingsvoorschriften

ALGEMENE BEPALINGEN TOELICHTEND. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. 2. Bepalingen. toelichting en visie

Stedenbouwkundige voorschriften

6 V e r o r d e n e n d g r a f i s c h p l a n ( c f r. a r t )

STEDENBOUWKUNDIGE VOORWAARDEN Verkaveling LEDE Kleine Kouterrede

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Stedenbouwkundige voorschriften

Stad Roeselare. Gedeeltelijke herziening BPA Buurt van Maerlantwijk. stedenbouwkundige voorschriften

9. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Stedenbouwkundige voorschriften

Stedenbouwkundige. voorschriften

VERKAVELING ADEGEM, VELDEKENS +17

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BETREFFENDE KAVELS 1 TOT EN MET 14

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING 1 / 7

Stedenbouwkundige. voorschriften

VERKAVELINGSVERGUNNING - STEDELIJK WOONGEBIED DREEF

ART. 0 ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VOOR DE BOUWGEBIEDEN

BESTEMMING HOOFDGEBOUW, BIJGEBOUW, NIET-BEBOUWD GEDEELTE. eengezinswoningen, met inbegrip van zorgwoningen worden toegelaten.

Stedenbouwkundige voorschriften

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN

DEEL 2: SPECIFIEKE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING :

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Voorschriften betreffende de aanleg en de inrichting van de aangeduide stroken

Stedenbouwkundige voorschriften

1. VOORSCHRIFTEN HOOFDGEBOUWEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING OF VERKAVELINGSWIJZIGING (TYPEVOORSCHRIFTEN).

1 ALGEMENE BEPALINGEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING 1. ALGEMENE BEPALINGEN 2. BIJZONDERE BEPALINGEN

BESTEMMING HOOFDGEBOUW, BIJGEBOUW, NIET-BEBOUWD GEDEELTE GEBOUWTYPE HOOFDGEBOUW. Geen toelichting noodzakelijk.

VOORSCHRIFTEN RUP 13/a WOONKORRELS OLSENE GROT & GROENEWEG/BAUTERSTRAAT. Verordenende voorschriften toelichting

RUP nr. 2quater Zeedijk-Tennis Gemeente Middelkerke. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan februari 2016

voorschriften bpa nr. 18 Kerklaan Noord

voorschriften bpa nr. 39 Sint-Jozefskwartier

stedenbouwkundige voorschriften

Stedenbouwkundige voorschriften

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

RUP nr. 2ter Zeedijk-Mouchotteplein Gemeente Middelkerke. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan juni 2018

MOTIVATIENOTA BETREFFENDE DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING HASSELT 16 e AFDELING SECTIE B nr. 162V

RUP Cardiff nv Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

stedenbouwkundige voorschriften RUP Hertshage 2

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

RUP Quintyn gebroeders bvba Gemeente Zulte. Stedenbouwkundige voorschriften en grafisch plan November 2017

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN

nihil zie grafische gedeelte zie aanvullende voorschriften

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Van Houcke NV. Gemeente Jabbeke. december 2010 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gemeente TURNHOUT VERKAVELING VOOR WONINGBOUW. van grond gelegen: Tramstraat z/n. Sectie P - Nummer 245 B5. Stedenbouwkundige Voorschriften

algemene bepalingen TOELICHTEND VERORDENEND stedenbouwkundige voorschriften toelichting en visie

Van Houcke NV. provinciaal rup. bestemmingsplan. plangebied. art. 1 zone voor detailhandel. art. 2 zone voor wonen. art. 3 zone voor buffer.

verkavelingsvoorschriften verkaveling elleboogstraat, helkijn

GEMEENTE HOUTHALEN ~ HELCHTEREN SECT/E E, ~~ DE HEIDE

Provincie West-Vlaanderen Gemeente Jabbeke. Woonkorrel Gistelsteenweg. De ontwerper

Stedenbouwkundige voorschriften

RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN "Agfa-Gevaert deel Roderveldlaan-Lode Vissenaekenstraat"

z.p. zie grafische cijfergegevens op plan AV zie aanvullende voorschriften aangeeft en van het volgnummer van de zones

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN - BIJLAGE BIJ VERKAVELINGSPLAN (plan 6)

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Gemeente Stabroek Verkaveling voor woningbouw RUP Schoem. Stedenbouwkundige voorschriften Dossier STA205

Bijgaand bij het besluit van Deputatie van de Provincie West-Vlaanderen houdende goedkeuring van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

RUP Gerda. Stedenbouwkundige voorschriften. ontwerp. april Departement ruimte en milieu Dienst ruimtelijke ordening Cel ruimtelijke planning

voorschriften bpa nr. 90 Sint-Andriesdreef

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1 DEELPLAN 1 - WILLTON PARKETVLOEREN

GEMEENTE OPWIJK RUP WIJZIGEN VAN HET AANTAL WOONLAGEN IN KERNWOONGEBIEDEN. Verordenend deel / Stedenbouwkundige voorschriften

Transcriptie:

Stedenbouwkundige voorschriften 16

ALGEMENE BEPALINGEN VERORDENEND TOELICHTING EN VISIE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 0.1. Verordenende kracht van de diverse elementen opgenomen in onderhavig RUP De grafische plannen en de erbij horende stedenbouwkundige voorschriften (kolom 1, weergegeven op een grijze ondergrond) hebben verordenende kracht. De toelichting bij de voorschriften (kolom 2) dient als richtinggevende interpretatie van de voorschriften gelezen te worden. Deze kolom is bijgevolg niet verordenend. 0.2. Behoud en instandhouding van bestaande regelmatig vergunde gebouwen, verhardingen en andere elementen. Bestaande gebouwen, verhardingen en alle elementen die regelmatig vergund zijn, kunnen qua plaats, bezetting en numerieke voorschriften gehandhaafd blijven in hun huidige toestand. Binnen deze gebouwen kan een normale exploitatie in functie van een aldaar gevestigde regelmatig vergunde activiteit geschieden. Instandhouding- en verbeteringswerken aan deze gebouwen en elementen zijn toegelaten. Bij werken die omwille van hun omvang dermate ingrijpend zijn zodat er sprake is van vervangingsbouw, dienen de voorschriften van onderhavig RUP nageleefd te worden. 17

0.3. bepaling omtrent hoogte Het referentiepeil 0,00m is het peil van de bestaande voetpaden, gelegen op het aanpalend openbaar domein. 0.4. bepaling omtrent bebouwingsdichtheid Ongeacht de hierna volgende inplantings- en bebouwingsvoorschriften voor woongebieden, dient overal een minimale dichtheid van 25 woningen per hectare te worden nagestreefd. de bebouwingsdichtheid dient te worden bekeken in de totaliteit van een homogeen bouwblok en op niveau van de wijk waarin dit bouwblok zich bevindt. Bv. in een verkaveling van bv.4 loten is het niet representatief om hier de dichtheid te berekenen voor deze 4 loten en hun respectievelijke bebouwing. De dichtheid dient dus te worden bekeken op niveau van het bouwblok. BV. tussen Rijkswachtstraat, Grasstraat, Esenweg en de grens met het landbouwgebied. 0.5. Werken/constructies in functie van openbaar nut, milieutechnische ingrepen. Werken en constructies in functie van openbaar nut en milieutechnische ingrepen kunnen in alle zones toegelaten worden voor zover - de schaal en bouwkarakteristieken ervan geen fundamentele afbreuk doen aan de kwaliteit van de omgeving en de betreffende bestemmingszone. - de eigenlijke bestemming niet in het gedrang komt. 0.5. werken/constructies in functie van openbaar nut, milieutechnische ingrepen Werken en constructies i.f.v. openbaar nut = bv. onderhoud en inspectie van waterlopen, werken i.f.v. waterhuishouding Milieutechnische ingrepen = bv. omleggen van waterlopen, aanpassingswerken aan riolering, pompinstallaties, waterbuffering, e.d. Onder bouwkarakteristieken wordt verstaan: inplanting, gabariet, materiaalgebruik,. Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen (bvr 5/6/2009 b.s. 24/8/2009) 0.6. Verklaring begrippen vloeroppervlakte: is de som van de vloeroppervlakten van alle bouwlagen gemeten tussen de buitenzijde van de gevels boven het maaiveld, terrassen niet inbegrepen. bezettingspercentage: is de verhouding van de vloeroppervlakte van de bebouwing (footprint) met inbegrip van de bijgebouwen en verhardingen, ten aanzien van de oppervlakte van het 18

volledige perceel. Jacuzzi en zwembad dienen gerekend te worden onder verharding. open, afgewerkte (zij)gevel: is een gevel met dezelfde afwerkinggraad als de voorgevel én met raam en/of deuropeningen. groendak: Dak waarvan de dakbedekking hoofdzakelijk bestaat uit levende planten. Bij extensieve groendaken bestaat de vegetatie voornamelijk uit kruiden, grassen, mossen en sedums (vetplanten). (vegetatiedaken). Intensieve groendaken wordt begrepen: daktuinen. Een groendak is opgebouwd uit 4 lagen: - vegetatielaag - erosiebeschermingslaag - substraatlaag (tussen 2 en 20 cm, afhankelijk van de vegetatie) - filterdoek bijgebouw.staat los van het hoofdgebouw/hoofdvolume en heeft een ondersteunende functie ten behoeve van de functie (of een van defuncties) van het hoofdgebouw vb. tuinhuis serre garages poolhouse 19

WONEN (VCRO, art. 2.2.3. 2) ARTIKEL 1. WOONZONE VOOR GESLOTEN EN HALFOPEN BEBOUWING VERORDENEND TOELICHTING STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.1. bestemming De zone is bestemd voor wonen. Hierbij wordt gesloten en/of halfopen bebouwing toegelaten. Meergezinswoningen worden hier dus niet uitgesloten. Naast de woonbestemming (zoals hierboven bedoeld) worden ook kleinhandel, kantoren en diensten toegestaan voor zover deze - geen abnormale hinder veroorzaken voor de directe woonomgeving - de draagkracht van de omgeving niet overschrijden - altijd worden vergezeld van een woonentiteit. De abnormale hinder voor de directe omgeving kan getoetst worden aan onderstaande criteria: - verkeer - lawaai - dynamiek - afzetgebied (is de activiteit gericht op een lokale of op een regionale markt?) - geur- en stofhinder - openingsuren - lichtvervuiling lichtreclames - werktijden buiten de normale kantooruren draagkracht van de omgeving De kleinhandel-, kantoor- en/of dienstenfunctie dient een lokaal karakter te hebben en de dynamiek, verkeersdruk, visuele aspect,.mogen het woonkarakter van de directe woonomgeving niet overheersen. Voor woningen, gelegen langs en georiënteerd naar de Rijkswachtstraat, geldt dat de vloeroppervlakte, aangewend voor kleinhandel, kantoren en/of diensten,, niet meer mag zijn dan 50% van de totale vloeroppervlakte. 20

Voor woningen, gelegen langs en georiënteerd naar een andere weg dan de Rijkswachtstraat, geldt dat de vloeroppervlakte, aangewend voor kleinhandel, kantoren en/of diensten, niet meer mag zijn dan 25% van de totale vloeroppervlakte. Alle nodige infrastructuurwerken zijn toegelaten, voor zover zij het direct gevolg zijn van de realisatie van de woonbestemming. vb. In geval een inbreidingsgericht woonproject wordt geplant in deze zone, dan is de nodige wegenis hiervoor toegelaten. 1.2. inrichting 1.2.1. algemeen bestaande, vergunde gebouwenvolumes die afwijken van deze bepalingen kunnen behouden blijven en hersteld worden. Bij uitbreidingen en/of nieuwbouw dienen alle bouw- en inplantingsvoorschriften te worden gerespecteerd. Aan elkaar gebouwde woningen dienen één architecturaal en stedenbouwkundig geheel te vormen. Materiaalkeuze, kleurkeuze, bouwstijl en gabariet worden bij voorkeur op elkaar afgestemd. 1.2.2. inplanting gebouwen bouwvrije afstand t.o.v. de rooilijn Rijkswachtstraat= minstens 5m. bouwvrije afstand ten opzichte van (eventueel) nieuw aan te leggen wegenis/openbaar domein. = ofwel 0m, ofwel minstens 5m. Aan elkaar gebouwde woningen moeten eenzelfde voorbouwlijn hanteren. Er dient een keuze gemaakt. Indien niet op de rooilijn wordt gebouwd, moet minstens een voortuinstrook van 5m gegarandeerd worden. bouwvrije afstand t.o.v. de zijkavelgrenzen = ofwel 0m, ofwel minstens 3m. uitzondering: Bijgebouwen kunnen ingeplant worden tot op de zijkavelgrens: - mits akkoord van de eigenaar van het aanpalend pand of - mits kan aangebouwd worden, aan een aanpalend bijgebouw. Ook hier dient de keuze gemaakt tussen koppelbouw en alleenstaande bebouwing. De vermelde 0.00m. geldt dus enkel indien kan aangebouwd worden aan een andere woning die ook gebouwd is (of zal gebouwd worden) op de zijkavelgrens. 21

7.00m 13.00m bouwvrije afstand t.o.v. de achterkavelgrenzen = minstens 5m. 1.2.3. bouwvoorschriften maximale kroonlijsthoogte = 7.00 meter maximum aantal bouwlagen = 2 (+1 in dakvolume) maximale nokhoogte = 13.00m maximale dakhelling = 45% 45 m bouwdiepte gelijkvloers = max. 16m bouwdiepte verdiepingen = max. 14m Platte daken moeten ingericht worden als een groendak, tenzij dit om technisch en/of praktisch aantoonbare redenen niet mogelijk is. onmogelijkheid tot realisatie : bv bij te lichte constructies of bij tijdelijke constructies. 1.2.4. Niet bebouwde ruimte voortuin De niet-bebouwde ruimte tussen voorgevel en openbaar domein kan slechts verhard worden voor maximaal 50%. De overige delen van deze niet-bebouwde ruimte dienen te worden aangeplant met streekeigen plantgoed.. De beperking van de verharding verhindert dat het volledig straatbeeld wordt gedomineerd door verharde opritten die naadloos aansluiten met de verharding van het openbaar domein niet-limitatieve lijst van streekeigen plantgoed: overige niet-bebouwde ruimte Voor deze ruimte kunnen alle verhardingen en constructies worden opgetrokken die behoren tot de normale tuinuitrusting. Een maximale terreinbezetting van 30% dient echter te worden gerespecteerd. behoren tot de normale tuinuitrusting: serres, zwembad, vijver, terras, paden, volière, tuinhuis,garage, e.d. = 30% van het perceelsdeel dat niet bebouwd is en geen voortuinstrook is. Deze verhardingen moeten maximaal uitgevoerd worden in waterdoorlatende materialen. Voor de niet-verharde en niet-bebouwde delen geldt dat deze moeten aangeplant worden met streekeigen plantgoed. 22

bijgebouwen Alle gebouwen en constructies, anders dan het hoofdgebouw, hebben een maximale hoogte en/of nokhoogte van 5m. - De hoogte van verticale vlakken en/of de kroonlijsthoogte wordt echter beperkt tot 3m. -in geval van hellende daken geldt een maximale dakhelling van 30. 1.2.5. afsluitingen Een keuze dient gemaakt uit volgende mogelijkheden: - geen afsluitingen - streekeigen hagen van maximaal 2.00 meter hoog - draad - en/of metaalafsluiting van maximaal 2.00 meter hoog. Al dan niet gecombineerd met levende groenaanplantingen - Tussen twee woningen (bij aaneengesloten en halfopen bebouwing), wordt een scheidingsmuur van max. 2.00m hoog, toegelaten over een lengte van 3m vanaf de achtergevel van de aanpalende woning. poorten kunnen geïntegreerd worden in de afsluiting uitzondering : Afsluitingen die een gesloten wand vormen, hebben in de voortuinstrook (tussen. voorgevel en openbaar domein) een maximale hoogte van 0,80m Poorten dienen ingepast te worden in het totaalbeeld van de afsluiting. Beperking hoogte afsluitingen = in functie van de zichtbaarheid op het openbaar domein. afsluitingen die een gesloten wand vormen zijn continue en ondoorzichtige afsluitingen. Vb. haag, stenen muur, rieten matten. transparante afsluitingen zijn bv. : hek, paal en draad,..; 1.2.6. parkeren Binnen deze zone moet voor elke woning minstens één autostaanplaats/autobergplaats worden voorzien op privaat terrein. dus: parkings en/of garages dienen niet noodzakelijk te worden voorzien op hetzelfde perceel als de bijhorende woning. Een oprit in de voortuinstrook heeft een maximale breedte van 4,00m! de voortuinstrook kan slechts voor 50% worden verhard (1.2.4.) EN de verharding, aangewend als parkeerruimte mag niet breder zijn dan 4.00m 23

1.2.7. Wegenis en openbaar domein Nieuwe wegenis moet voldoen aan volgende voorwaarden: minimale rooilijnbreedte ontsluitingsweg = 8.00m minimale rijwegbreedte = 4.50m minimale rooilijnbreedte garageweg = 5.00m ontsluitingsweg = wegenis ter ontsluiting van private percelen garageweg = bedieningsweg i.f.v. toegankelijkheid garages en bergingen. 1.3. projectzone Voor een inbreidingsgericht woonproject met aanleg van nieuwe wegenis, dient een globaal project te worden gerealiseerd. In elke vergunningsaanvraag moet duidelijkheid worden geven omtrent de ontsluiting, het aanzicht, de architecturale kwaliteiten, de dynamiek en de functionaliteit van het project en over de samenhang tussen de verschillende actoren. Een inrichtingsstudie wordt informatief gevoegd bij een bouwaanvraag/verkavelingsaanvraag aangaande de projectzone. samenhang tussen de verschillende actoren = samenhang tussen bebouwing, wegenis, groen, open ruimte, architectuur, mobiliteit, veiligheid, etc. 1.4. voorkooprecht Het recht van voorkoop, zoals bedoeld in de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, is van toepassing op de volledige zone. Het gemeentebestuur van de Stad Diksmuide is begunstigd met dit voorkooprecht. 24

WONEN (VCRO, art. 2.2.3. 2) ARTIKEL 2. WOONZONE VOOR OPEN EN HALFOPEN BEBOUWING VERORDENEND TOELICHTING STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 2.1. bestemming Deze zone is bestemd voor wonen, in de vorm van eengezinswoningen. Als nevenbestemming worden kleinhandel, kantoren en diensten toegestaan voor zover deze ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie en voor zover deze geen abnormale hinder veroorzaken voor de directe woonomgeving. de vloeroppervlakte voor de nevenbestemming, mag niet meer zijn dan 25% van de totale vloeroppervlakte. 2.2. inrichting 2.2.1. algemeen bestaande, vergunde gebouwenvolumes die afwijken van deze bepalingen kunnen behouden blijven en hersteld worden. Bij uitbreidingen en/of nieuwbouw dienen alle bouw- en inplantingsvoorschriften te worden gerespecteerd. Gekoppelde woningen dienen één architecturaal en stedenbouwkundig geheel te vormen. 25

2.2.2. inplanting gebouwen bouwvrije afstand t.o.v. de rooilijn = minstens 5m. uitzondering: op het perceel met minimale afstand van 3.00m toegelaten. -aanduiding wordt een bouwvrije afstand t.o.v. de zijkavelgrenzen = ofwel 0m, ofwel minstens 3m. uitzondering: Voor bijgebouwen geldt een bouwvrije afstand van 1.00m ten opzicht van de zijkavelgrens. Inplanting op de zijkavelgrens kan, : - mits akkoord van de eigenaar van het aanpalend pand of - mits kan aangebouwd worden, aan een aanpalend bijgebouw. In functie van de bebouwbaarheid van dit perceel en rekening houdend met de privacy (voldoende afstand) van de westelijk palende percelen wordt voor dit perceel afgeweken van de algemeen geldende regels in dit RUP (zie ook advies GSA inzake verkavelingsaanvraag 32003/9482/V/D141/1) bouwvrije afstand t.o.v. de achterkavelgrens = minstens 5.00m 2.2.3. bouwvoorschriften maximale kroonlijsthoogte = 6.00 meter maximum aantal bouwlagen = 2 (+1 in dakvolume) bij gekoppelde bebouwing dient de nokhoogte en kroonlijsthoogte aan te sluiten bij de aanpalende woning. maximale nokhoogte = 13.00m maximale dakhelling = 45% bij gekoppelde bebouwing geldt de dakhelling van de eerst vergunde woning, als richtinggevend. bouwdiepte = max. 14m bouwdiepte = afstand tussen voorgevel en achtergevel van het hoofdgebouw (de voorgevel is die gevel die evenwijdig staat met de rooilijn) Platte daken moeten ingericht worden als een groendak, tenzij dit om technisch en/of praktisch aantoonbare redenen niet mogelijk is. onmogelijkheid tot realisatie : bv bij te lichte constructies of bij tijdelijke constructies. 26

2.2.4. Niet bebouwde ruimte voortuin De niet-bebouwde ruimte tussen voorgevel en openbaar domein kan slechts verhard worden voor maximaal 50%.. De overige delen van deze niet-bebouwde ruimte dienen te worden aangeplant met streekeigen plantgoed.. overige niet-bebouwde ruimte Voor deze ruimte kunnen alle verhardingen en constructies worden opgetrokken die behoren tot de normale tuinuitrusting. Een maximale terreinbezetting van 30% dient echter te worden gerespecteerd. behoren tot de normale tuinuitrusting: serres, zwembad, vijver, terras, paden, volière, tuinhuis,garage, e.d. = 30% van het perceelsdeel dat niet bebouwd is en geen voortuinstrook is. Deze verhardingen moeten maximaal uitgevoerd worden in waterdoorlatende materialen. Voor de niet-verharde en niet-bebouwde delen geldt dat deze moeten aangeplant worden met streekeigen plantgoed. bijgebouwen Bijgebouwen hebben een totale terreinoppervlakte die niet groter is dan 40m². bijgebouwen zijn die gebouwen die los staan van het hoofdvolume. (hoofdvolume huisvest de hoofdfunctie) Alle gebouwen en constructies, anders dan het hoofdgebouw, hebben een maximale hoogte en/of nokhoogte van 5m. - De hoogte van verticale vlakken en/of de kroonlijsthoogte wordt echter beperkt tot 3m. -in geval van hellende daken geldt een maximale dakhelling van 30. bijgebouwen zijn gesloten constructies zoals bv. losstaande garage, tuinhuis, poolhouse, e.d. constructies kunnen zijn: pergola, Bijgebouwen worden ingeplant op minstens 1.00m van de zijkavelgrens, tenzij kan aangebouwd worden aan een belendend bijgebouw of mits akkoord van de aanpalende buren. 27

2.2.5. afsluitingen Een keuze dient gemaakt uit volgende mogelijkheden: - geen afsluitingen - streekeigen hagen van maximaal 2.00 meter hoog - draad - en/of metaalafsluiting van maximaal 2.00 meter hoog. Al dan niet gecombineerd met levende groenaanplantingen - Tussen twee woningen (bij halfopen bebouwing), wordt een scheidingsmuur van max. 2.00m hoog, toegelaten over een lengte van 3m vanaf de achtergevel van de aanpalende woning. poorten kunnen geïntegreerd worden in de afsluiting uitzondering : Afsluitingen die een gesloten wand vormen, hebben in de voortuinstrook (tussen. voorgevel en openbaar domein) een maximale hoogte van 0,80m 2.2.6. parkeren Binnen deze zone moet voor elke woning minstens één autostaanplaats/autobergplaats worden voorzien op privaat terrein. Een oprit in de voortuinstrook heeft een maximale breedte van 4,00m dus: parkings en/of garages dienen niet noodzakelijk te worden voorzien op hetzelfde perceel als de bijhorende woning, doch het openbaar domein kan niet extra belast worden met autostaanplaatsen die gebruikt voor residenten.! de voortuinstrook kan slechts voor 50% worden verhard (2.2.4.) EN de verharding, aangewend als parkeerruimte mag niet breder zijn dan 4.00m 28

WONEN (VCRO, art. 2.2.3. 2) ARTIKEL 3. WOONZONE VERORDENEND TOELICHTING STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 3.1. bestemming De zone is bestemd voor eengezins- en meergezinswoningen, alsook - kleine ambachtelijke bedrijven - horeca - handel - kantoren voorwaarden voor de realisatie van deze bestemmingen: - er dient steeds één woonentiteit aanwezig te zijn - de activiteiten moeten verenigbaar zijn met de woonomgeving en het schaalniveau van de omgeving niet overschrijden. De verenigbaarheid van de woonomgeving kan getoetst worden aan onderstaande criteria: - milieuimpact (stof, geur, licht, geluid) - mobiliteit - dynamiek -. 3.2. inrichting 3.2.1. algemeen bestaande, vergunde gebouwenvolumes die afwijken van deze bepaling kunnen behouden blijven en hersteld worden. Bij uitbreidingen en/of nieuwbouw dienen alle bouw- en inplantingsvoorschriften te worden gerespecteerd. Alle handelingen, activiteiten en verrichtingen, gerelateerd aan de bestemming dienen te gebeuren binnen deze zone. vb. publiciteit, fietsrekken, parkeren, laden en lossen, tijdelijk stationeren, manoeuvreren,. 29

3.2.2. inplanting gebouwen afstand tot. de rooilijn : zie rooilijnplan N35. afstand tot. de zijkavelgrenzen : minstens 4m en zeker niet minder dan de kroonlijsthoogte van de aanpalende zijgevel. afstand tot. de achterkavelgrens : minstens 10m en zeker niet minder dan de kroonlijsthoogte van de aanpalende achtergevel. Afstand tot de zijkavelgrens en achterkavelgrens is minstens de kroonlijsthoogte Voor bijgebouwen geldt dat ze minstens op 1meter van de kavelgrenzen moeten ingeplant worden. mits akkoord van de aanpalende eigenaar, kan deze afstand gereduceerd worden tot 0 meter. De afstand tot de rooilijn is altijd groter dan de afstand van de achtergevel van het hoofdgebouw, tot de rooilijn. Bouwzone bijgebouwen rooilijn 3.2.3. bouwvoorschriften i maximale kroonlijsthoogte = 7.00 meter maximum aantal bouwlagen = 2 (+1 in dakvolume) maximale nokhoogte = 13.00m maximale dakhelling = 45 bouwdiepte gelijkvloers = max. 16m bouwdiepte verdiepingen = max. 14m 30

bijgebouwen max. kroonlijsthooge = 3.00 meter max. nokhoogte = 5.00 meter max. dakhelling = 45 Platte daken moeten ingericht worden als een groendak, tenzij dit om technisch en/of praktisch aantoonbare redenen niet mogelijk is. 3.2.4. Niet bebouwde ruimte De niet-bebouwde ruimte mag verhard worden voor maximaal 80%. Deze verhardingen moeten maximaal uitgevoerd worden in waterdoorlatende materialen. Voor deze zone wordt een grotere densiteit en hogere dynamiek toegelaten omdat ze deeluitmaakt van een bebouwingslint langsheen een invalsweg. Daarom wordt hier voor de verhardingen een grotere bezettingsgraad (30% in de overige zones) toegelaten De niet-verharde delen van de niet-bebouwde ruimte dienen te worden aangeplant met streekeigen plantgoed.. Verhardingen zijn echter verboden in een 5-meter brede strook ten opzichte van de achterkavelgrens. Deze verhardingsvrije strook dient een zone te vrijwaren van vervoer, toeritten, parkings, containers, laadkaaien, e.d. Op die manier kunnen enkele garanties geboden worden aan de bewoners van de achterliggende kavels in de residentiële woonzone. 5,00 m Zone, vrij van verhardingen rooilijn 31

3.2.5. afsluitingen Afsluitingen hebben een maximale hoogte van 2.00m en moeten opgetrokken worden in esthetisch verantwoorde materialen die harmoniëren met de omgeving en de aanpalende panden. Bij voorkeur worden natuurlijke materialen gebruikt. vb. (niet limitatieve lijst) afsluitingen in natuurlijke materialen - bakstenen muur - draad en klimop - draadafsluiting gecombineerd met een beplantingsstrook, voorzien van struikgewas en heesters. - levende haag - uitzondering : Afsluitingen die een gesloten wand vormen, hebben in de voortuinstrook (tussen. voorgevel en openbaar domein) een maximale hoogte van 0,80m 3.2.6 parkeren Binnen deze zone moet voor elke woongelegenheid minstens één autostaanplaats/autobergplaats worden voorzien op privaat terrein. 32

LIJNINFRASTRUCTUUR (VCRO, art. 2.2.3. 2) ARTIKEL 4. WEGENIS - AS VERORDENEND TOELICHTING STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 4.1. bestemming wegenis - bij wijze van schematische weergave 4.2. inrichting Voor zover op het plan aangeduid met een wegas, kan de wegenis naar aanleiding van de betrokken verkavelingsaanvraag verschuiven in de grootteorde van 10meter t.a.v. de denkbeeldige as van het op het grafisch plan aangeduide wegas. Bij realisatie van deze ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer geldt: Minimale rooilijnbreedte = 8.00m Minimale rijwegbreedte = 4.50m Enkel de rijweg mag verhard worden in niet-waterdoorlatende materialen. vb. verhardingen in waterdoorlatende materialen: bv. voor voetgangerszones. kleinschalig materiaal in zandbed, kiezel en dolomiet (al dan niet gestabiliseerd), grasdals, e.d 33