5 -minuten versie voor Provinciale Staten provincie j^qlland ZUID Directre DRM Afdeling Afdeling Mobiliteit en Milieu Registratienummer PZH-2013-430646654 (DOS-2007-0020855) Datum vergadering Gedeputeerde Staten 24 september 2013 Verzenddatum 2 5 SEP 2013 Geheim Nee Portefeuillehouder Bondt, IGM, de Paraaf Provjnc etans Termijn 16 oktober 2013 Onderwerp Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur 2014 l/m 2028 Bijlagen Voordracht aan PS MPI 2014 t/m 2028 Atlas Programma's en Projecten Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van bijgaande stukken op basis van Provinciewet artikel 193 l/m 196 (budgetrecht) 1. Onderwerp in kort bestek Hel Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur, afgekort MPI, wordt jaarlijks tegelijk met de begrot ng van de provincie Zuid-Holland opgesteld en vastgesteld. Hel vervult de rol van zowel planningsinstrument voor als toelichting op de in programma 2 van de begroting opgenomen middelen voor nieuwe en le verbeteren infrastructuur. In lotaal is in het MPI bijna 4,15 miljard opgenomen, inclusief de realisatie op lopende projeclen en nog toe te delen middelen. De in hel MPI opgenomen budgetten zijn in principe exclusief BTW. omdat de provincie de BTW op haar projecten, uitzondehngssilualies daargelaten, terug kan claimen via hel BTW-compensaliefonds (zie voor mogelijke hsico's rond het BCF de paragraaf weerstandsvermogen bij de Begroting 2014). De verhoging van de BTW van 19% naar 21% op 1 oktober 2012 heefl echter voor een beperkt aantal projecten wel gevolgen, voornamelijk omdat eerder toegezegde rijksbijdragen inclusief BTW niel opgehoogd worden om het verschil te compenseren. Om de gevolgen hiervan op te vangen wordt bij de besluitvorming over dit MPI voorgesteld om hiervoor 18.5 miljoen ( 18,7 miljoen na indexenng) vanuit de voor toedeling beschikbare middelen le reserveren. Vooralgaand aan dit MPI is een overzicht van (beoogde) verdeling van de impuls van 200 min. van het Hoofdlijnenakkoord en van overige (structurele) ruimte binnen het MPI voorgedragen aan Provinciale Staten. Deze (beoogde) verdeling is verwerkt in dil MPI. 2. Afbakening van (wettelijk) kader en partijen a. Europees/nationaai/provinciaal wettelijk en beleidskader Ons besluit hangt samen met het provinciaal beleidskader zoals dat is vastgelegd in het Provinciaal Verkeer en Vervoerplan (PVVP) en de reguliere bevoegdheden / verantwoordelijkheden conform de Provinciewet. 1.1
"^"^uid HOLLAND b. Relatie andere interne beleidsterreinen Het voorstel is vooral gerelateerd aan het beleidsveld verkeer en vervoer. Daarnaast bestaat een relatie met het beleidsveld ruimtelijke ordening via de Integrale Ruimtelijke Projecten. De middelen voor provinciale bijdragen in de ontsluiting van de IRP's zijn te vinden in de MPI-programma's Wegen en Fiets. Een overzicht wordt gegeven op pagina 12 van het MPI. c. Relatie externe partijen De relatie met externe partijen, zoals Rijk, gemeenten en waterschappen, verloopt via de afzonderlijke projecten. 3. Procesbeschrijving en rol Staten a. Voorgeschiedenis Het Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur, afgekort MPI, wordt jaarlijks tegelijk met de begroting van de provincie Zuid-Holland opgesteld en vastgesteld. Het vervult de rol van zowel planningsinstrument voor, als toelichting op de in programma 2 van de begroting opgenomen middelen voor nieuwe en te verbeteren infrastructuur. b. Waar staan we nu? Zie ook de samenvatting in het MPI. pagina 3 t/m 5. Vorig jaar is de opzet van het MPI grondig gewijzigd. De nieuwe opzet had tot doel het strategische karakter van het MPI te vergroten. Dit werd positief ontvangen in Provinciale Staten. In voorliggend MPI is deze opzet gehandhaafd. De belangrijkste aandachtspunten bij dit nieuwe MPI: Bij dit besluit is ook de toedeling van 18,5 min. aan projecten ter dekking van de BTWverhoging van 19 naar 21% opgenomen (zie ook punt 4) Het programma overprogrammering is als nieuwe paragraaf opgenomen (par. 5.9). De risicoparagraaf (par. 3.5) is uitgebreid met een korte toelichting op risico's rond ndexering van het Rijk en mogelijke consequenties van de Wet Hof. Samenhang met overzicht (beoogde) verdeling impuls Hoofdlijnenakkoord en overige ruimte In oktober 2012 hebben PS een besluit genomen over de globale verdeling van de toen beschikbare ruimte in het MPI, bestaande uit de impuls van 200 min. uit het Hoofdlijnenakkoord en uit overige (structurele) ruimte. De uitwerking van deze globale ^/erdeling is voorgedragen voor besluitvorming door Provinciale Staten in de vergadering van 9 oktober 2013. Het besluit over de beoogde verdeling komt overigens niet in de plaats van projectbesluiten, maar is aanvullend hierop. De (beoogde) verdeling is vena^erkt in dit MPI. Aangezien dit besluit van Provinciale Staten over de verdeling (en waar relevant afzonderlijke projectenbesluiten) niet genomen is voordat over het MPI en de Begroting in GS is besloten, is bij de relevante posten een voorbehoud gemaakt. 2/4
c. Vervolgprocedure Na vaststelling door Provinciale Staten wordt het MPI in gedrukte vorm gezonden aan de gemeenten (via de regio's) en waterschappen binnen de provincie Zuid-Holland, aan de Stadsregio Rotterdam, hel Stadsgewest Haaglanden en Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid. Ook marktpartijen en particulieren kunnen een MPI ontvangen; dit wordt op aanvraag toegezonden. Daarnaast wordl het MPI op de provinciale internetsite geplaatst. 4. Financiële aspecten (dekking en risico's) In totaal is in net MPI bijna 4,15 miljard opgenomen, inclusief de realisatie op lopende projeclen en nog toe le delen middelen. Alle dekking uil zogenaamd "nelto" provinciale investeringen en exploitatie (58%) is hiervoor beschikbaar gesteld door besluiten van Gedeputeerde Staten en Provinciale Stalen. De resterende dekking komt uit bijdragen van andere partijen (38%) en vanuit de BDU (4%). De netto provinciale dekking voor de diverse projecten is verankerd in de provinciale begrot ng. Hierbij is uitgegaan van het beschikbaar blijven van de jaarlijkse hoeveelheid structurele middelen (periode 2018 l/m 2028). In paragraaf 3.5 van het MPI (pagina 21) zijn ontwikkelingen beschreven, waardoor de beschikbaarheid van middelen onder druk kan komen te staan, waaronder de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF). De in het MPI opgenomen budgetten zijn in principe exclusief BTW, omdat de provincie de BTW op haar projecten (uitzonderingssituaties daargelaten) terug kan claimen via het BTWcompensaliefonds. De verhoging van de BTW van 19% naar 21% op 1 oktober 2012 heeft echter voor een beperkl aanlal projecten wel gevolgen, voornamelijk omdat eerder toegezegde rijksbijdragen inclusief BTW niel opgehoogd worden om het verschil te compenseren. Dit betreft onder andere het projecl Parallelstructuur Al 2 / Moordrechtboog. Om de gevolgen hiervan op te vangen wordt bij de besluitvorming over dit MPI voorgesteld om hiervoor 18,5 miljoen ( 18,7 miljoen na indexering) vanuit de voor toedeling beschikbare middelen te reserveren. Zoals al aangekondigd bij de besluitvorming over hel huidige MPI 2013 t/m 2027 wordt met ingang van het nieuwe MPI 2014 t/m 2028 de structurele bijdrage van 6 miljoen per jaar vanuil hel Bestedingsplan BDU aan provinciale infrastructuur direcl gekoppeld aan de huidige structurele bijdrage van 6 miljoen netto provinciale middelen in het Bestedingsplan BDU. Deze bijdrage hoeft daardoor niet meer via het Bestedingsplan te lopen, maar kan direct in de begroting worden gekoppeld aan de verbetering van provinciale infrastructuur zoals opgenomen in hel MPI. Dit betekent overigens niet dal het MPI in het geheel geen bijdragen van derden via de BDU bevat. Ten eerste zal de afronding van projecten, waaraan al eerder een provinciale bijdrage vanuit de BDU is toegekend nog meerdere jaren duren. Ten tweede wordt de BDU soms ook gebruikt door het rijk voor het verstrekken van projectspecifieke subsidies (het zogenaamde "absoijte deel" van de BDU). Hierover heefl de provincie echter geen beleidsvrijheid; hel bedrag mag alleen voor de gespecificeerde projeclen worden ingezet. VenA/achting is dal daarom op termijn de BDU als apart gespecificeerde dekking in het MPI kan vervallen en als onderdeel van de algemene bijdragen van derden kan worden beschouwd. 3/4
HOLLAND Naast risico's voor de dekkingsbronnen spelen de risico's en onzekerheden binnen de afzonderlijke projecten. Eventuele "tegenvallers" worden in eerste instantie op het niveau van het MPI door (her)verdeling van vrijval ("meevallers") en instroom van structurele middelen. Mocht dit op enig moment ontoereikend blijken te zijn, dan is aparte besluitvorming over herprioritering en/of beschikbaar stellen van extra middelen nodig. Dil algemene principe functioneert vooral goed wanneer het programma bestaat uit een grool aantal kleinere projecten in variërende stadia van voorbereiding en uitvoering. De onzekerheden en risico's van projecten in uitvoering kunnen dan verantwoord worden opgevangen door bij te sturen op projecten die nog in voorbereiding zijn. Incidenteel worden extra maatregelen voor afdekking van onzekerheden en risico's getroffen, vooral bij zeer grote projecten. Vanwege de onzekerheidsmarges van de Parallelstructuur A12 / Moordrechtboog en het HOV-net Zuid-Holland Noord was in 2010 in het MPI een lotaal volume van 100 miljoen aan projecten aangewezen, die voorlopig niel beschikbaar zijn voor verdere uitwerking in verband met het behouden van voldoende flexibiliteit. Ondertussen is bij de besluitvorming over het HOV-net, net als bij de Rijnlandroute, rekening gehouden met het afdekken van onzekerheidsmarges door naast het projectbudget een afzonderlijke risicoreservering te treffen. Daarom is hel volume aan projecten dat voorlopig niel beschikbaar is voor verdere uitwerking teruggebracht lol 45 miljoen, uitsluitend gekoppeld aan de onzekerheidsmarges van de Parallelstructuur Al 2 / Moordrechtboog. Technische & proces vragen en informatie bij Ambtenaar W Zwikstra / J.Haubrich Telefoon 070 441 6537 / 7759 Kamer A 1.52
Voordracht aan Provinciale Staten HOLLAND ZUID van Gedeputeerde Staten Onderwerp Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur 2014 t/m 2028 1 Ontwerpbesluit Provinciale Staten van Zuid-Holland, Gelet op: Artikel 193 t/m 196 van de Provinciewet, lid van de Provinciewet; Besluiten: vast le stellen het Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur 2014 t/m 2028 Den Haag, 6 november 2013 Provinciale Staten van Zuid-Holland, griffier. voorzitter. Voordracht aan Provinciale Staten - Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur 2014 tm 2028 Pagina 1 van:
2 Toelichting Het Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur, afgekort MPI, wordt jaarlijks tegelijk met de begroting van de provincie Zuid-Holland opgesteld en vastgesteld. Het vervult de rol van zowel planningsinstrument voor, als toelichting op de in programma 2 van de begroting opgenomen middelen voor nieuwe en verbeterde infrastructuur. Naast de jaren 2014 t/m 2017, die aansluiten op de meerjarenbegroting, geeft het MPI ook een doorkijk lol 15 jaar vooruil. de jaren 2018 t/m 2028. Met het MPI wordt geen nieuw beleid gemaakt, maar invulling gegeven aan het kaderstellend beleid van het Provinciaal Verkeer en Vervoerplan (PVVP), uitwerkingen daarvan en het Hoofdlijnenakkoord 2011-2015. Ook het toekennen van middelen aan projecten en ontwikkelingen gebeurt in principe in het kader van aparte, inhoudelijke besluiten door Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten, waarop de Procedureregeling Projecten MPI van toepassing is. Bij de inhoudelijke besluiten is het financiële totaaloverzicht, dat hel MPI biedt, uiteraard wel van belang. Voorafgaand aan dit MPI is daartoe een overzicht van (beoogde) verdeling van de impuls van 200 min. van hel Hoofdlijnenakkoord en van overige (structurele) ruimte binnen het MPI voorgedragen aan Provinciale Staten. Deze (beoogde) verdeling is venwerkt in dil MPI. Aangezien een besluit van Provinciale Staten over de verdeling (en waar relevant afzonderiijke projectenbesluiten) niel genomen kon worden voordat hel MPI en de Begroting in GS zijn behandeld, is bij de relevante posten een voorbehoud voor vaststelling van de verdeling gemaakt. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? Wat mag het kosten? Verbeteren van de bereikbaarheid en verkeersveiligheid in Zuid-Holland, zoals opgenomen doel 2.2 van de provinciale begroting 2013. Het oplossen van knelpunten door uitvoering van het MPI is hierin een belangrijk aspect. Aanleg en verbetering van infrastructuur. Het MPI vormt daarmee een toelichting op en uitwerking van taak 2.2.2 van de provinciale begroting 2013. De hiervoor bestemde middelen in de begrotingsperiode zijn opgenomen onder taak 2.2.2 van de provinciale begroting 2013. De structurele middelen zijn vastgesteld op een niveau, dat naar verwachting op langere lermijn verantwoord ten laste van de provinciale begroting kan worden gebracht. Voordracht aan Provinciale Staten - Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur 2014 tm 2028 Pagina 2 van:
Den Haag. 24 september 2013 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, secretaris. voorzitter, mw. drs. J.A.M. Hilgersom J. Franssen Voordracht aan Provinciale Staten - Meerjarenprogramma Provinciale Infrastructuur 2014 tm 2028 Pagina 3 van '