Lesbrief De Kleine Zeemeermin
Introductie Inhoud: Deze lesbrief is een aanvulling op het bezoek aan de voorstelling De Kleine Zeemeermin van Theater Terra. De voorstelling en daarmee ook de lesbrief, is geschikt voor leerlingen vanaf 6 jaar. De lesbrief biedt de groepsleerkracht handvatten om het theaterbezoek voor te bereiden en na te bespreken. Door middel van opdrachten en gespreksthema s kan de leerkracht met leerlingen dieper op de voorstelling en thema s van de voorstelling ingaan, waardoor leerlingen een breder inzicht krijgen in theater en in de thema s uit de voorstelling. De lesbrief kan ook gebruikt worden door (groot)ouders die met hun kind(eren) de voorstelling bezoeken. Het verhaal: In de diepe oceaan leefde een zeemeermin met een schitterende stem. Ze droomde vaak over de wereld boven de zeespiegel en wanneer ze daar eindelijk mag kijken, redt ze een jonge prins van een zinkend schip. Ze wordt verliefd en wil zelf ook mens worden. Wanhopig besluit ze een valse zee heks om hulp te vragen. Die stemt in om haar benen te geven, maar alleen in ruil voor haar mooie stem. Als de prins haar niet zijn onvoorwaardelijke liefde zal geven, zal de zee heks de betovering nooit meer verbreken Doelgroep en thema s: De voorstelling is voor kinderen vanaf 6 jaar. In de voorstelling komen thema s voor als samenwerken, de zee, voorbestemd zijn voor een lot en omgaan met het kwaad.
Voor de voorstelling De Theaterregels (5 minuten): Als je het theater binnenkomt, hangt er al een bepaalde sfeer in de zaal. Dat komt door het licht dat er brandt, door het decor dat er al staat, of de muziek die zachtjes speelt. Vanaf nu is het theater al begonnen. Geef jezelf de mogelijkheid om die speciale sfeer in te ademen en ga zo rustig mogelijk naar je plaats op de stoel of de bank. Het is de bedoeling dat je hier de hele voorstelling zal zitten (en dat duurt toch een klein uurtje). Dus zorg er zeker voor dat je op voorhand naar het toilet bent geweest, zodat je niet net het spannendste deeltje zal moeten missen omdat je naar het toilet moet. Als iedereen er is, kan het beginnen, niet schrikken of roepen als het zaallicht uitgaat. Dan moet je alleen nog genieten. Luister goed, dan ben je meteen mee in de wereld van het verhaal. Je mag lachen, huilen, meezingen en als er iets gevraagd wordt antwoorden, maar daarna moet het weer snel stil worden, zodat je verder kan genieten van het verhaal. Opnoemen theaterregels (15 minuten): Vraag de leerlingen om voorbeelden te noemen van goed en van verkeerd gedrag tijdens een theatervoorstelling. Schrijf de voorbeelden op het bord. Je kunt vragen wat de leerlingen zelf graag voor publiek hebben als ze iets presenteren of een verhaal vertellen. Als je deze inventarisatie hebt gedaan kun je samen met de kinderen oefenen door ze te vragen om eerst het slechtste publiek voor te doen en daarna het beste publiek. Voorbeelden hiervan zijn: Voor en na de voorstelling rustig lopen en rustig praten. Voor de voorstelling even naar de wc gaan. Niet praten tijdens de voorstelling. Lachen mag altijd! Tijdens de voorstelling rustig blijven zitten en niet met je schoenen tegen de stoel voor je schoppen. En het allerbelangrijkste: Genieten!
Na de voorstelling Kringgesprek (20 minuten): Voer een kringgesprek met de leerlingen aan de hand van de volgende vragen: Wat vond je van de voorstelling? Welk moment vond je leuk, spannend, grappig of ontroerend? Wat vond je juist minder leuk? Waar ging de voorstelling volgens jou over? Kun je een voorbeeld noemen van wanneer jij hulp nodig had? Durf je dan hulp te vragen? Waar word je blij van als je in de natuur bent? Van welke dieren houd je het meest? Een zakdoek met ogen (35 minuten) Deel alle kinderen een papieren zakdoek uit en een pen/stift. In het midden van de papieren zakdoek tekenen alle kinderen twee ogen. Let op dat de ogen niet te klein zijn. Laat de leerling de zakdoek tot leven brengen. Door met je vingers in de zakdoek rondom de ogen te bewegen kun je zien dat er gezichtjes ontstaan. Laat de leerlingen goed kijken naar de gezichtjes. Kun je het poppetje laten lachen, verdrietig laten kijken? Wat moet je daarvoor doen met je vingers? Laat de leerlingen verschillende stemmetjes uit proberen. Hoog en deftig, grappig, sloom of juist heel snel. De leerlingen kunnen dit oefenen met simpele zinnetjes zoals: -Ik ga boodschappen doen. -ja daar heb ik geen zin in. -ik voel me verdrietig. -mag ik nu aan de beurt enz. Laat de leerlingen nu de stemmen samen met de gezichtjes uit proberen.
Alle leerlingen hebben gezichten en stemmen uitgeprobeerd. Nu gaan ze een scene spelen, een kort verhaaltje met een begin midden en einde. Laat de leerlingen in tweetallen een kort verhaaltje verzinnen. Met de zakdoekmannetjes spelen de leerlingen hun korte verhaaltje. Een aantal van deze verhaaltjes spelen ze voor de klas. Hiervoor kun je de leerlingen op hun knieën laten zitten en de handen met de poppetjes boven de tafel uit laten komen. Soms is dit ook te moeilijk en moeten de leerlingen zelf nog naar de zakdoek kijken wat hij doet. Bespreek de korte scenes met de leerlingen. Vraag de leerlingen of de zakdoekgezichtjes tot leven kwamen. Wanneer lukt het wel en wanneer is het lastig? Keek het publiek naar de zakdoeken of vooral naar de kinderen die het aan het spelen waren? Drijven en zinken (45 minuten): Nodig: een doorzichtige bak, bijv. een aquarium, vissenkom of vaas. Verzamel allerlei materiaal wat kan drijven of juist zinkt. Dit kan ook samen met de kinderen. Bespreek met de kinderen of ze denken dat het materiaal (bijv. een kurk) zal blijven drijven of dat het zinkt. Waarom denken ze dat? Daarna wordt het getoetst. Blijft de kurk drijven of zinkt hij? Zo ga je alle materialen één voor één langs. Onder de doek (30 minuten) Leg een aantal voorwerpen die indirect iets met water te maken hebben onder een doek, bijv. een gieter, emmer, beker, washand, douchespullen, bootje enz. Laat een kind onder de doek voelen en een voorwerp omschrijven. De andere kinderen raden. Of: Stop al deze spullen in een zak, een kind voelt in de zak en omschrijft. De spullen die geraden zijn worden in de kring gelegd. Wanneer alles er ligt doen de kinderen de ogen dicht en haalt de leerkracht een voorwerp weg. Wat is weg?
Puzzelen met De Kleine Zeemeermin: Welk plaatje maakt de afbeelding compleet?
Spelers en Makers De spelers die de voorstelling in het theater spelen:
Colofon Neem voor vragen contact met ons op: Theater Terra Postjesweg 1 1057 DT Amsterdam T: 020-6197594 E: info@theaterterra.nl Deze lesbrief is geschreven door Annemarijn Clement