Uitleg bij de spellingskaartjes.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Uitleg bij de spellingskaartjes."

Transcriptie

1 Uitleg bij de spellingskaartjes. 1. De BLAUWE kaartjes zijn bedoeld om alleen te oefen met de spellingskaartjes 2. Met de Paarse kaartjes mag je met zijn tweeën oefenen met de spellingskaartjes 3. De Groene kaartjes zijn bedoeld om met de hele klas te oefenen. In je spellingsschriftje maak je de opdrachten van de spellingskaartjes. Soms moet je het schriftje inleveren zodat de juf het kan nakijken. Als je een opdracht niet begrijpt kun je dit aan de juf of aan iemand in je groepje vragen. Soms moet je voor een opdracht de computer gebruiken maar dat is niet altijd mogelijk. Dan kun je eerst aan een andere opdracht beginnen. Let op! Als je in je schrift aan een opdracht gaat werken, zet er dan wel even boven om welke week en om welke oefenkaart het gaat. Het is wel de bedoeling dat je iedere keer een andere oefenkaart kiest. Doe het zo Spelling week 3 Spellingskaart 18 Sla vervolgens een regel over, en begin dan met de opdracht.

2 Oefenkaart 1 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Verdeel deze 10 woorden in lettergrepen. Doe dat op de volgende manier. hui zen mi- li- tair Oefenkaart 2 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf van de gekozen woorden eerst de 1 e letter op, dan de 1 e en de 2 e, dan de 1 e de 2 e en de 3 e enzovoorts. Kijk maar eens naar het voorbeeld. L lu lui luia luiaa luiaar luiaard

3 Oefenkaart 3 Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak met deze woorden een goede zin. Schrijf de zinnen op. Oefenkaart 4 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf 10 woorden op een blaadje over. Gebruik voor elke letter een andere kleur. Voorbeeld

4 Oefenkaart 5 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf de woorden over. Schrijf de letters die je moeilijk vindt in een andere kleur. Bijvoorbeeld Solidair Oefenkaart 6 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf deze woorden over. Gebruik sierletters. Je mag verschillende kleuren gebruiken. Voorbeeld voorbeeld voorbeeld voorbeeld

5 Oefenkaart 7 Kies 5 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf de letters van 5 woorden onder elkaar op. Maak met deze letters een nieuw woord. hemel elftal lachen pizza Oefenkaart 8 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Verzin bij ieder woord een rijmwoord. Citroen- meloen Militair-fair

6 Oefenkaart 9 Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf deze woorden in je schrift. Kijk goed naar de letters. Maak nieuwe woorden met de letters van het woord. Schrijf deze woorden ook in je schrift. citroen - oen - roei - toen Oefenkaart 10 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Hussel de letters van de woorden door elkaar. Het andere kind schrijft het woord goed op. 1. vloobrijdeeb - bijvoorbeeld

7 Oefenkaart 11 Maak samen een dictee. Eén kind leest 10 woorden voor, de ander schrijft ze op. Controleer samen of de woorden goed geschreven zijn. Kies de 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Oefenkaart 12 Speel het spel galgje. De één kiest een woord uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart en schrijft het aantal puntjes op. De ander raad het woord door goede letters te raden. Als je het woord geraden hebt, mag jij een woord bedenken.

8 Oefenkaart 13 Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak van deze woorden een verhaaltje, je mag zelf weten waar het over gaat. Oefenkaart 14 Kies samen 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. De ene leerling zegt een woord. De ander maakt een zin met dit gekozen woord. Doe dit om de beurt. Kijk maar eens naar het voorbeeld. Schrijf de woorden en zinnen op in je schrift. cursus Voor zijn werk moest hij een cursus volgen.

9 Oefenkaart 15 Zet 5 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart achter elkaar zonder ruimte ertussen. De ander zet streepjes tussen de woorden en schrijft de woorden op. Doe dit om de beurt. Citroenmilitaircursusluiaardtrottoir Citroen- militair- cursus- luiaard- trottoir Oefenkaart 16 Kies allebei 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Leerling 1 zegt van dit woord de eerst klankgroep.leerling 2 maakt het woord af en schrijft het op. Na 10 woorden wissel je van rol. Leerling 1: hui- Leerling 2: huizen

10 Oefenkaart 17 Kies allebei 5 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf het woord met je vinger op tafel. De ander mag raden om welk woord het gaat en schrijft het op in zijn/haar schrift. Als je het woord goed hebt geraden, mag jij een woord verzinnen en op de tafel schrijven met je vinger. Oefenkaart 18 Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf deze woorden in je schrift. Kijk goed naar de letters. Maak nieuwe woorden met de letters van het woord. Schrijf deze woorden ook in je schrift. citroen - oen - roei - toen

11 Oefenkaart 19 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak met deze woorden een vraagzin. Schrijf de vragen in je schrift. Schrijf het antwoord eronder. Welke cursus wil jij gaan doen? ik wil graag een cursus computeren gaan volgen. Oefenkaart 20 Kies 2 of 3 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak met deze woorden rare zinnen. Zet onder de woorden die je hebt gekozen een streep. Kijk of je de woorden goed hebt geschreven. De cursus taarten bakken is bij militairen erg populair

12 Oefenkaart 21 Degene die begint kiest een woord uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Vervolgens schrijf je in je schrift voor elke letter een punt, en onder elke punt een cijfer. Nu mag de ander letters raden. Voor elke foute letter komt er een stukje van de galg Oefenkaart 22 Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Gebruik deze woorden in de zin: als ik een was, dan zou ik Maak de zin af en schrijf hem in je schrift. Zet een streep onder de woorden die je hebt gekozen. als ik een militair was, dan zou ik zorgen voor vrede

13 Oefenkaart 23 Kies 12 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Lees de woorden zachtjes voor jezelf. Zeg het woord letter voor letter. Schrijf het woord letter voor letter in je schrift. Kijk of je het woord goed hebt geschreven. Doe dit met alle 12 de woorden h - u - i -z- e- n Oefenkaart 24 Schrijf op een blaadje het alfabet. Kies een woord uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellings-. kaart. Schrijf het woord bij een letter van het alfabet. Probeer bij elke letter een woord te schrijven. Doe het zo. gr A p B rood lu C ht man D je bo E ken sto F G etal

14 Oefenkaart 25 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf het 1 ste woord in je schrift. Schrijf het woord nog een keer, maar laat de laatste letter weg. Ga zo door tot je nog maar één letter hebt. Doe het zo. Cursus Cursu Curs Cur Cu C Oefenkaart 26 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf deze woorden over. Gebruik sierletters. Je mag verschillende kleuren gebruiken. Voorbeeld voorbeeld voorbeeld voorbeeld

15 Oefenkaart 27 Kies 12 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Lees het woord zachtjes voor jezelf. Schrijf het woord in je schrift. Gebruik sierletters. Militair Citroen luiaard Oefenkaart 28 Kies een woord uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf het woord in je schrift. tafel - lefat - tafel sterk - krets - sterk Schrijf het woord nu achterstevoren. Schrijf het letter voor letter over. Schrijf het woord weer achterstevoren. Nu heb je weer het goede woord. Kijk of je het goed hebt geschreven.

16 Oefenkaart 29 1 van de spelers schrijft een woord op uit de woorden van de week of van de spellingskaart en zegt Het is een woord met de letter De ander schrijft een woord op waarin die letter voorkomt. Is het woord geraden? Dan mag de andere speler een woord verzinnen. Is het niet goed? Dan zegt de spelleider nog een letter. Oefenkaart 30 Iedereen schrijft 6 woorden op uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Kijk of ze goed zijn geschreven. De juf noemt willekeurige woorden en schrijft deze woorden ook op. Wie heeft het eerst BINGO? Een punt voor de winnaar.

17 Oefenkaart 31 Maak samen een dictee. Eén kind leest 10 woorden voor, de ander schrijft ze op. Controleer samen of de woorden goed geschreven zijn. Kies de 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Oefenkaart 32 Maak samen een stripverhaal. Gebruik daarvoor 6 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Zet een streep onder de woorden die je hebt gekozen.

18 Oefenkaart 33 Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf deze woorden onder elkaar in je schrift. Kijk naar de laatste letter. Zoek een woord in je pakket met deze letter. Schrijf dit woord achter het eerste woord. Kun je geen woord vinden? Verzin er dan zelf een. Zoek daarna eerst weer in je woordpakket. bakker - rokje eerst tafel - later - r Oefenkaart 34 Schrijf 10 woorden op uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maar laat er iedere keer twee letters uit weg. De ander schrijft het hele woord erachter. Kijk of het goed geschreven is. Na vijf woorden ga je wisselen. p. a. t plant.. a p grap

19 Oefenkaart 35 De juf schrijft een woord op en zegt Het is een woord waar de letter inzit. De kinderen schrijven allemaal een woord op van de spellingskaart waarin die letter voorkomt. Is het woord geraden? Een punt voor de winnaar(s). Heeft niemand het goed? Dan zegt de juf nog een letter. Oefenkaart 36 Kies een woord uit de woorden van de Week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf de eerste twee letters van het woord in je schrift. Geef het schrift aan je medespeler. Die probeert het woord te raden. Ga door tot het woord geraden is. Kijk of het woord goed geschreven is. st stroop stip steel

20 Oefenkaart 37 De juf noemt hardop 4 woorden op van de spellingskaart. De kinderen luisteren goed en daarna schrijven ze de woorden op. Weet je alle vier woorden nog? Dan verdien je een punt. Per goed geschreven woord kan je ook nog een punt verdienen. Oefenkaart 38 Kies een woord uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart.. Schrijf het woord op ruitjespapier. In elk vakje een letter. Kies een ander woord. Gebruik een letter van het eerste woord. De woorden gaan van links naar rechts. En van boven naar beneden. Kijk maar eens naar het voorbeeld. n k a s t e n c a c h t l i c h t a t s t e r p i t

21 Oefenkaart 39 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak met deze woorden een vraagzin. Schrijf de vragen in je schrift. Schrijf het antwoord eronder. Welke cursus wil jij gaan doen? ik wil graag een cursus computeren gaan volgen. Oefenkaart 40 Kies 2 of 3 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak met deze woorden rare zinnen. Zet onder de woorden die je hebt gekozen een streep. Kijk of je de woorden goed hebt geschreven. De cursus taarten bakken is bij militairen erg populair

22 Oefenkaart 41 Je gaat een zon van woorden maken. Kies 8 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart waarin allemaal dezelfde letter zit Schrijf de letter die de woorden hetzelfde hebben in het midden van de zon. Schrijf de woorden er bij. Kijk of je ze goed hebt geschreven. Oefenkaart 42 Schrijf het alfabet onder elkaar in je schrift. Pak de spellingskaart van deze week en de woorden van de week erbij. Zoek eerst naar woorden die beginnen met een a, en zoek dan de woorden die beginnen met een b. Als je twee woorden vindt die beginnen Met dezelfde letter, dan kijk je ook naar de 2 de letter (bijv. bal en bes). appel bal bes fruit getal gewoon

23 Oefenkaart 43 Pak de spellingskaart van deze week erbij Zoek alle woorden op met 2 letters en de - grot schrijf ze in je schrift. we fors Zoek dan alle woorden op met 3 letters. stro Ga zo door tot je alle woorden hebt opgeschreven. Welk woord heeft de meeste letters? Oefenkaart 44 Gooi om de beurt met de dobbelsteen. Het aantal ogen bepaalt hoeveel woorden je mag opschrijven. Kies de woorden van de achterkant van de spellingskaart of uit de woorden van de week. Schrijf ze op in je schrift. Wie heeft het eerst 20 woorden opgeschreven? Kijk goed na of je alle woorden goed hebt geschreven.

24 Oefenkaart 45 Kies een woord van de achterkant van de spellingskaart. Gooi met de dobbelsteen. Schrijf het woord met een 1: rode potlood 4: oranje potlood 2: blauwe potlood 5: zwarte potlood 3: groene potlood 6: paarse potlood Kijk of je het woord goed hebt geschreven. Oefenkaart 46 Kies een woord uit het woordpakket. Schrijf het woord in het midden van je schrift. eerst fruit rest grijs schip mee Kies twee nieuwe woorden. ijzer zee school ijs Schrijf ze onder het eerste woord. Kies daarna drie nieuwe woorden. Schrijf ze onder de andere woorden. Ga zo door. Kijk steeds of je de woorden goed hebt geschreven.

25 Oefenkaart 47 Pak de spellingskaart erbij Kijk goed naar de woorden. Met welke letter begint je naam? Zoek in het woordpakket woorden met deze letter. t trein leeuw i gips ik kist m mast Doe hetzelfde met de andere letters van je naam. Kijk steeds of je de woorden goed hebt geschreven. Oefenkaart 48 De leerkracht maakt kaartjes met woorden uit het woordpakket. Vervolgens stopt de leerkracht de kaartjes in een hoed, en laat een leerling een kaartje trekken. Deze leerling moet vervolgens een verhaaltje of een mop vertellen aan de klas. Daarin moet hij het woord dat op het kaartje staat gebruiken. De leerlingen die luisteren, mogen slechts lachen als hij/zij in de mop een woord uit het woordpakket gebruikt. De leerlingen die luisteren moeten wel zeggen om welk woord het gaat, en het woord spellen.

26 Oefenkaart 49 Gooi om de beurt met de dobbelsteen. Het aantal ogen bepaalt hoeveel woorden je mag opschrijven. Kies de woorden van de achterkant van de spellingskaart of uit de woorden van de week. Schrijf ze op in je schrift. Wie heeft het eerst 20 woorden opgeschreven? Kijk goed na of je alle woorden goed hebt geschreven. Oefenkaart 50 Deze opdracht mag je met zijn tweeën doen. De jongste mag beginnen. Schrijf bij je buurman/ buurvrouw een woord uit de woorden van de week of van de spellingskaart op de rug met je vinger. Vervolgens moet de ander raden welk woord er op zijn/ haar rug is geschreven. Dit woord wordt opgeschreven in het schriftje. Dit doe je zo met 3 woorden en dan mag je wisselen.

27 Oefenkaart 51 Kies 10 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Maak er vervolgens meervoud van. Doe het zo. 1 militair 2 militairen 1 computers 2 computers Oefenkaart 52 Kies 5 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Schrijf het 1 ste woord in je schrift. Maak met de letters van dat woord 4 nieuwe woorden. Schrijf die woorden ook in je schrift: schilder schil dier schild lied

28 Oefenkaart 53 Zeeslag: Maak tweemaal een zeeslagschema op ruitjespapier met 11 vakjes opzij (genummerd) en 11 vakjes naar beneden (letters a t/m k). Ieder kind kiest zes woorden uit het pakket en schrijft ze in het schema. De woorden mogen elkaar niet raken of kruisen. Het andere schema laat je leeg. Om de beurt raad je een vakje; bijvoorbeeld c5 of d6. Wanneer er een vakje wordt genoemd waar een letter staat zeg je welke letter dat is. De ander kan deze dan invullen in het lege schema. Als je een letter geraakt hebt mag je nog een keer. Als het mis is zet je een kruisje in het vakje en mag de ander. Zo probeer je als eerste alle woorden van de ander te vinden. Oefenkaart 54 Maak een puzzel met de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Los elkaars puzzel op.

29 Oefenkaart 55 Zeeslag: Maak tweemaal een zeeslagschema op ruitjespapier met 11 vakjes opzij (genummerd) en 11 vakjes naar beneden (letters a t/m k). Ieder kind kiest zes woorden uit het pakket en schrijft ze in het schema. De woorden mogen elkaar niet raken of kruisen. Het andere schema laat je leeg. Om de beurt raad je een vakje; bijvoorbeeld c5 of d6. Wanneer er een vakje wordt genoemd waar een letter staat zeg je welke letter dat is. De ander kan deze dan invullen in het lege schema. Als je een letter geraakt hebt mag je nog een keer. Als het mis is zet je een kruisje in het vakje en mag de ander. Zo probeer je als eerste alle woorden van de ander te vinden. Oefenkaart 56 Maak een puzzel met de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Los elkaars puzzel op.

30 Oefenkaart 57 Maak een puzzel met de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart. Los elkaars puzzel op. Oefenkaart 58 Speel het spelletje woordbingo. Kies 6 woorden uit de woorden van de week of van de achterkant van de spellingskaart, en schrijf die op een blaadje. De juf noemt verschillende woorden op van de spellingskaart. Wie heeft er het eerst bingo.

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras -

WOORDEN VERANDEREN. grap. glas. kras. grijs NIEUWE WOORDEN MAKEN. sterk - kers. ster. Kies een woord uit het woordpakket. gras - WOORDEN VERANDEREN Kies een woord uit het woordpakket. gras - grap Schrijf dit woord in je schrift. glas kras Maak een nieuw woord door één letter grijs te veranderen. Zoek zoveel mogelijk nieuwe woorden.

Nadere informatie

Muziekslim. Muziekslim

Muziekslim. Muziekslim Muziekslim Opdracht Maak je eigen rap! Maak een lied of rap met de woorden uit het woordpakket. Verzin ook een leuk ritme voor de tekst. Muziekslim Opdracht Geheimen verborgen in muziek Maak een geheimtaal

Nadere informatie

Aan de tafel! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de tafels te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd. www.klasvanjuflinda.

Aan de tafel! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de tafels te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd. www.klasvanjuflinda. Aan de tafel! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de tafels te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd. www.klasvanjuflinda.nl Aan de tafel 1. Zeeslag 2. Snelle Jelle 3. Vier op een

Nadere informatie

15 min. 1-4. NL Spelregels 1. 17996_ikleer_naar groep2_guide.indd 1 23-09-15 16:10

15 min. 1-4. NL Spelregels 1. 17996_ikleer_naar groep2_guide.indd 1 23-09-15 16:10 4-5 15 min. 1-4 NL Spelregels 1 17996_ikleer_naar groep2_guide.indd 1 23-09-15 16:10 18 Leerzame spellen in 1 doos! Het alfabet leren & samenstellen van woorden 4 kruiswoordplaten, 90 letters en 1 alfabetbord

Nadere informatie

De Drakendokter: Gideon

De Drakendokter: Gideon De Drakendokter: Gideon Om hulp vragen Vervolgverhalen Groep 5 en 6 (SO en SBO) Overzicht De opdrachten zijn het leukst om te doen, als het hele boek in de klas is voorgelezen. Dit kan door elke dag in

Nadere informatie

Breukenpizza! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de breuken te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd. www.klasvanjuflinda.

Breukenpizza! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de breuken te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd. www.klasvanjuflinda. Breukenpizza! Ga je mee om de wonderlijke wereld van de breuken te ontdekken? Bedacht en ontwikkeld door Linda van de Weerd. www.klasvanjuflinda.nl Breukenpizza! 1. Knijpkaart 2. Decimalen 3. Domino 4.

Nadere informatie

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan? Les 1: Een poëziekaart maken poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de ramadan voelen

Nadere informatie

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS

Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS Lesideeën beroepenkaarten WERKEND NEDERLANDS Lesidee: Wat is weg? Speel dit spel met een klein groepje. Leg steeds vijf tot acht kaarten open op tafel. Geef de cursisten even de tijd om alle foto s in

Nadere informatie

Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren

Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren Studieschema voor goed en zelfverzekerd spelen Page 1 of 5 Het stappenplan om snel en goed iets nieuws in te studeren Taak Een nieuw stuk leren zonder instrument Noten instuderen Opname beluisteren Notenbeeld

Nadere informatie

spelregels Paul de Leeuw

spelregels Paul de Leeuw spelregels Paul de Leeuw In onvoorspelbaar strijd je alleen of in teams tegen elkaar. Het spel draait om het verzamelen van bitterballen en bamihapjes. Heb jij aan het eind van het spel de meeste bitterballen

Nadere informatie

TAFELTASJE. Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa

TAFELTASJE. Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa TAFELTASJE Tafeltasje is een rugzak met daarin allemaal leuke spelletjes om de maal- en deeltafels in te oefenen. juf Tessa 0 INHOUD MAALTAFELBOEKJE... 2 SNELLE JELLE... 12 VIER OP EEN RIJ... 14 KRUISWOORDPUZZEL...

Nadere informatie

Hoe leer ik uit... Naam: Klas:

Hoe leer ik uit... Naam: Klas: Hoe leer ik uit... Naam: Klas: 1 Inhoud Woorden... 3 Flashcards... 3 Opschrijven... 3 WRTS... 3 Tekenen... 4 Stones... 5 Flashcards Opschrijven - WRTS... 5 Het thema van de Stone... 5 Stukjes combineren...

Nadere informatie

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas.

flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas. flitsletters spellenbundel Voor speelse oefenmomenten, thuis en in de klas. Beste ouders, Van de leerkracht van uw kind heeft u een setje flitsletters ontvangen. Flitsen is het kort (enkele seconden) laten

Nadere informatie

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1 Versie 1 Datum: 11 juni 2011 Cursus: Docent: Taal in alle vakken Radha Gangaram Panday Door: Mario Hummeling, 1597628 Shafi Ilahibaks, 1540943 Cyril Bouwman, 1581806 Herman Hofmeijer, 1058201 Nico van

Nadere informatie

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan? Les 1: Een poëziekaart maken Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart Lees over Verbonden zijn. Verbonden zijn De Nieuwsbegrip leesles gaat over de ramadan. Tijdens de

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau B, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen week 17 20 april 2015 - Schrijfopdrachten niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Beantwoord deze vragen: Een mooie manier om te herdenken 1. Waarom is het volgens jou belangrijk om de

Nadere informatie

Elke letter heeft een waarde. De letter E is bijvoorbeeld 1 punt waard, de V is 4 waard. Woord Naam Waarde in punten

Elke letter heeft een waarde. De letter E is bijvoorbeeld 1 punt waard, de V is 4 waard. Woord Naam Waarde in punten A - Energiescrabble Elke letter heeft een waarde. De letter E is bijvoorbeeld 1 punt waard, de V is 4 waard. Spelregels: Leg alle letters van Scrabble open op tafel. Je hoeft het speelbord niet te gebruiken.

Nadere informatie

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL

werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL werkbladen thema 7 DE BASISSCHOOL 7.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken 1 2 3 Badria vindt Nederlands moeilijk. De juf komt op huisbezoek.

Nadere informatie

Dwerggras 30, Rotterdam. 1. Schrijf tijdens het kijken dingen op die jou belangrijk lijken. Je hebt dit later nodig.

Dwerggras 30, Rotterdam. 1. Schrijf tijdens het kijken dingen op die jou belangrijk lijken. Je hebt dit later nodig. Les 1: Een Wikitekst schrijven Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje over koningin Beatrix op www.nieuwsbegrip.nl 1. Schrijf tijdens het

Nadere informatie

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6 We gaan een werkstuk maken en je mag het helemaal zelf doen. Het is helemaal jouw eigen werkstuk. Maar om je even goed op weg te helpen hebben we hieronder alle stapjes even op een rij gezet. Wat moet

Nadere informatie

Leerinhoud: lettervorming. Locatie: klaslokaal. Groepsindeling: groepjes van twee leerlingen. Tijdsduur: 10 minuten.

Leerinhoud: lettervorming. Locatie: klaslokaal. Groepsindeling: groepjes van twee leerlingen. Tijdsduur: 10 minuten. Voel je de letter? Leerinhoud: lettervorming. Locatie: klaslokaal. Groepsindeling: groepjes van twee leerlingen. De ene leerling gaat met zijn rug naar de andere leerling zitten en sluit zijn ogen. De

Nadere informatie

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken

Opstartlessen. Les 1. Kennismaken www.edusom.nl Opstartlessen Les 1. Kennismaken Wat leert u in deze les? Uzelf voorstellen Kennismaken Veel succes! Deze les is ontwikkeld in opdracht van: Gemeente Den Haag en DWI Amsterdam HET GESPREK

Nadere informatie

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van:

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van: LEREN LEREN LEREN een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden Hieronder kun je lezen over het leren/maken van: 1. DICTEE 2. TAFELS 3. VRAGEN EN OPDRACHTEN 4. STUKKEN TEKST (bijv. hoofdstuk

Nadere informatie

a. Een zin lees je van links naar rechts. Waarom eigenlijk? Wat denk jij?

a. Een zin lees je van links naar rechts. Waarom eigenlijk? Wat denk jij? 5. Woordplaatjes Bijzondere woorden Woorden maken samen zinnen. Zinnen maken samen tekst. Een zin begint met een hoofdletter. Hij eindigt met een punt. Zo weet je hoe je moet lezen. De woorden staan netjes

Nadere informatie

Educatief materiaal bij de voorstelling Buurman en Buurvrouw, groep 3 en 4

Educatief materiaal bij de voorstelling Buurman en Buurvrouw, groep 3 en 4 bas Educatief materiaal bij de voorstelling Buurman en Buurvrouw, groep 3 en 4 In deze lesbrief staan een aantal ideeën die u na de voorstelling met de kinderen kunt doen. U krijgt deze lesbrief voorafgaand

Nadere informatie

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken - 2 - Weer huiswerk? Nee, deze keer geen huiswerk, maar een boekje óver huiswerk! Wij (de meesters en juffrouws) horen jullie wel eens mopperen als je huiswerk opkrijgt.

Nadere informatie

- Printversie van het Grote Sinterkerst Dobbelspel - - Veel plezier! www.sinterkerstspel.nl -

- Printversie van het Grote Sinterkerst Dobbelspel - - Veel plezier! www.sinterkerstspel.nl - - Het Grote SinterKerst Dobbelspel Het Grote SinterKerst Dobbelspel bestaat uit verschillende ronden waarin steeds met een dobbelsteen wordt gegooid. Iedereen gooit om de beurt met de dobbelsteen en de

Nadere informatie

Vragenkaartjes voor kinderen van 4 t/m 6 jaar

Vragenkaartjes voor kinderen van 4 t/m 6 jaar 4 t/m 6 jaar 4 t/m 6 jaar 4 t/m 6 jaar Hoe vraag je aan iemand om met je te spelen? Wat speel je graag op het schoolplein? Jij kan al goed helpen hè. Wie help jij graag? Wat doe je dan? van 4 t/m 6 jaar

Nadere informatie

De pietenschool. speluitleg

De pietenschool. speluitleg De pietenschool speluitleg Speel de pietenspelletjes, doe de oefeningen en word een echte hulppiet! De Pietenschool is een leuk en gezellig spel voor de Sinterklaastijd. Het spel kan op verschillende manieren

Nadere informatie

Ideeën om spelenderwijs thuis de rekenvaardigheid te stimuleren

Ideeën om spelenderwijs thuis de rekenvaardigheid te stimuleren Ideeën om spelenderwijs thuis de rekenvaardigheid te stimuleren voor groep 3-4-5 Opgesteld door Marjolein Berkhout rekencoördinator obs Letterland November 2009 Tel en getalrij spelletjes Van klein naar

Nadere informatie

SPELVARIANTEN. Bonus: Ondertussen oefen je met het geven en ontvangen van feedback en bouw je aan het vertrouwen in jouw team.

SPELVARIANTEN. Bonus: Ondertussen oefen je met het geven en ontvangen van feedback en bouw je aan het vertrouwen in jouw team. SPELVARIANTEN Wil jij weten waar je in jouw huidige werk goed in bent? Hoe jij communiceert en je gedraagt en vooral hoe de ander dat ziet? En wil jij dit graag uitwisselen met je teamgenoten zodat jullie

Nadere informatie

op weg naar groep 3 Inhoud - 4 lottokaarten - 48 lotto fiches - 4 kruiswoordplaten - 90 letterkaartjes - 10 cijferkaarten - 1 plaat met de heks

op weg naar groep 3 Inhoud - 4 lottokaarten - 48 lotto fiches - 4 kruiswoordplaten - 90 letterkaartjes - 10 cijferkaarten - 1 plaat met de heks op weg naar groep 3 Met ik leer op weg naar groep 3 leren kinderen spelenderwijs tellen van 1 tot en met 10, rekenen, letters herkennen en eerste woordjes spellen. Als een kind 5 jaar oud is, begint het

Nadere informatie

Kern 2: teen - een - neus - buik - oog. Spellen bij kern 2. In deze kern leert uw kind: Letters: t n b oo ee Woorden: teen - een - neus - buik - oog

Kern 2: teen - een - neus - buik - oog. Spellen bij kern 2. In deze kern leert uw kind: Letters: t n b oo ee Woorden: teen - een - neus - buik - oog Kern 2: teen - een - neus - buik - oog In deze kern leert uw kind: Letters: t n b oo ee Woorden: teen - een - neus - buik - oog De letters i - m - r - v - s aa - p e zijn bekende letters geworden. De letters

Nadere informatie

Spelregels IK BOX spel (3 of 4 personen)

Spelregels IK BOX spel (3 of 4 personen) IK BOX spelregels Spelregels IK BOX spel (3 of 4 personen) Spelmateriaal 1 spelbord (binnenkant van de IK BOX) met aan de zijkanten de grote ZaaiGoedkaarten. 4 pionnen (Tess, Mo, Max en Kate). 4 bakjes.

Nadere informatie

wwww.wijzeroverdebasisschool.nl

wwww.wijzeroverdebasisschool.nl 31 spelletjes voor in de auto 1. Bingo met nummerborden Voor dit spelletje heb je een speciale bingokaart nodig. Op de bingokaart staan de getallen t/m 100. voor de getallen t/m 9 staat een 0. Nu kan het

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken. Wat voor tekst schrijf je en aan wie?

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken. Wat voor tekst schrijf je en aan wie? Les 1: Je eigen reclameposter maken Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje op www.nieuwsbegrip.nl. Let vooral op de leerlingen van Het Geuzencollege

Nadere informatie

Hoe maak je een werkstuk?

Hoe maak je een werkstuk? Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg

Nadere informatie

Hoe maak je een werkstuk?

Hoe maak je een werkstuk? Hoe maak je een werkstuk? Je gaat een werkstuk maken. Maar hoe zit een werkstuk nou eigenlijk in elkaar? Hoe moet je beginnen? En hoe kies je nou een onderwerp? Op deze vragen en nog vele anderen krijg

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken Les 1: Verklaren hoe planten groeien Wat ga je schrijven: een verklarende tekst Hoe komt het eigenlijk dat planten groeien? Je schrijft een verklarende tekst voor leerlingen van een andere klas. Welke

Nadere informatie

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg.

Zwijsen. jaargroep 4. naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs. rekentrainer. jij. Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg. Zwijsen jaargroep naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs! jij rekentrainer Bezoek alle leuke dingen. Teken de weg. Groep blad 1 Hoe komt de hond bij het bot? Teken. Kleur de tegels. Kleur

Nadere informatie

Sta in je recht. Lessen over (kinder)rechten voor PO

Sta in je recht. Lessen over (kinder)rechten voor PO Sta in je recht Lessen over (kinder)rechten voor Speed-date Wij hebben een rechtsysteem waar iedereen zich aan moet houden. Maar welke rechten zijn dat dan? Welke ken je en welke rechten lijken jou vanzelfsprekend?

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken

Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Les 1: Je eigen vredesspreuk bedenken Waarom ga je schrijven: het Jeugdjournaalfilmpje bekijken Bekijk met de klas het Jeugdjournaalfilmpje op www.nieuwsbegrip.nl. Let er vooral op wat vrede precies betekent.

Nadere informatie

PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN

PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN PAGINA 2 PLEINGEIN SPELENDERWIJS IN GESPREK OVER HET SCHOOLPLEIN HANDLEIDING VOOR DE SPELLEIDER PAGINA 2 PLEINGEIN Het SAT is het team van kinderen waarmee jullie gaan samenwerken om een Gezond Schoolplein

Nadere informatie

Kern 6: geit-pauw-duif-ei

Kern 6: geit-pauw-duif-ei Kern 6: geit-pauw-duif-ei In deze kern leert uw kind Letters: g - ui - au - f - ei Woorden: geit, pauw, duif, ei Alle letters compleet In kern 6 leert uw kind de laatste nieuwe letters. Op het eind van

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Als je een tekst actief leest,

Nadere informatie

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen 1 Basisstof t/m 10 Lesdoelen De kinderen: kunnen hoeveelheden t/m ; kunnen een optelsom met voorwerpen t/m in de abstracte vorm noteren; kunnen werken met de rekentekens en. Materialen Klassikaal: Per

Nadere informatie

Sinterklaas Dobbelspel

Sinterklaas Dobbelspel Sinterklaas Dobbelspel Spelregels: Iedereen koopt van te voren 3 of 4 cadeautjes voor een vooraf bepaald bedrag. Tijdens het spel houdt iedereen altijd minimaal 1 cadeautje voor zich. Dus een opdracht

Nadere informatie

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.

Formeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam. Formeel en informeel Tijdens je stage praat je veel met mensen. Soms is het een officieel gesprek, soms een gezellig praatje met een collega. Dit noem je formele en informele gesprekken. Formeel betekent

Nadere informatie

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven?

Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven? Kijk naar de prenten van de bekende kunstenaar Andy Warhol. Kan je bij elke afbeelding het juiste product en de keersom geven? Teken een beeldtafel. Kijk naar het voorbeeld en gebruik je eigen fantasie.

Nadere informatie

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN

Hotel Hallo - Thema 2 Hallo TELEVISIE KIJKEN Hotel Hallo - Thema 2 Hallo opdrachten TELEVISIE KIJKEN 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer

Nadere informatie

Hiervoor zet ik me in! in klas

Hiervoor zet ik me in! in klas Hiervoor zet ik me in! in klas Ik ben voorzichtig met de spullen van een ander. Ik kom altijd op tijd op school. In de klas praat ik zachtjes met andere leerlingen. Ik behandel anderen zoals ik zelf behandeld

Nadere informatie

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel: Klap, stamp en sla Deelnemers: minimaal 2 Opstelling: kinderen vormen tweetallen : De tweetallen tellen om de beurt tot 3. Eerst zegt de één 1, daarna de ander 2 en tot slot nummer één weer 3. Hierna begin

Nadere informatie

werkbladen thema 1 naar een nieuwe school

werkbladen thema 1 naar een nieuwe school werkbladen thema 1 naar een nieuwe school 1.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken 1 Tarik en Zoera gaan naar de inburgeringscursus. waar / niet

Nadere informatie

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl

Spelenderwijs rijmen. Linda Willemsen. www.klasvanjuflinda.nl. www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Linda Willemsen www.klasvanjuflinda.nl www.klasvanjuflinda.nl Spelenderwijs rijmen Spelenderwijs rijmen Tekst & vormgeving: Linda Willemsen 2014 www.klasvanjuflinda.nl Linda Willemsen

Nadere informatie

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten

Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les

Nadere informatie

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard.

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard. Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard. Doel: Eén van jullie groep gaat opschrijven wat jullie al weten over De Tweede Wereldoorlog (bekend). Daarna schrijven jullie op wat jullie graag willen weten over

Nadere informatie

Uitspanning Het Klaverblad Holstweg 44a Olst. Binnenspelen

Uitspanning Het Klaverblad Holstweg 44a Olst. Binnenspelen Binnenspelen MANNETJES SPEL Materiaal: stok met daaraan een bal aan touw, deze moet aan het spel bevestigd worden. De speler moet de kegels omgooien met de bal aan het koord. De kegel die omvalt, en blijft

Nadere informatie

1. CIJFERSPEL 2. DOBBELEN

1. CIJFERSPEL 2. DOBBELEN 1. CIJFERSPEL De leerkracht schrijft vijf getallen op het bord en noemt een getal onder de 100. Bijvoorbeeld 75. De kinderen moeten met de vijf getallen op het bord zo dicht mogelijk bij de 75 komen. Ze

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte Les 1: Een gedicht over Egypte schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje gaat over de situatie

Nadere informatie

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag

Thema Op het werk. Demet TV. Lesbrief 8. De eerste werkdag Thema Op het werk. Demet TV Lesbrief 8. De eerste werkdag Deze les gaat over de eerste werkdag. gaat voor het eerst werken bij een snoepfabriek. Hij komt binnen en maakt kennis met de chef. De chef vertelt

Nadere informatie

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van:

LEREN LEREN LEREN. een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden. Hieronder kun je lezen over het leren/maken van: LEREN LEREN LEREN een overzicht met leerhulpjes voor de diverse vakgebieden LEREN, LEREN, LEREN Een verzameling aanwijzingen over hoe jij je huiswerk en proefwerken kunt leren. Hieronder kun je lezen over

Nadere informatie

blok 11 groep 4 Malmberg s-hertogenbosch

blok 11 groep 4 Malmberg s-hertogenbosch blok 11 groep 4 naam:... Malmberg s-hertogenbosch blok 11 les 6 0 Kleur de antwoorden van de tafel van 2 geel en de tafel van 5 rood. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26

Nadere informatie

Inhoud Voor de leerling Voor de leraar Algemeen

Inhoud Voor de leerling Voor de leraar Algemeen Vogel ABC Inhoud Voor de leerling... 2 Inleiding... 2 Aanpak... 2 Opdracht... 3 Evaluatie-formulier (groep 3-4)... 4 Voor de leraar... 5 Instructie en feedback... 5 Verbinding met hele groep... 5 Beoordeling...

Nadere informatie

Nieuwsbrief groep 3 december 2014

Nieuwsbrief groep 3 december 2014 Nieuwsbrief groep 3 december 2014 Hierbij ontvangt u van ons de nieuwsbrief van december. Nieuws uit de groep: We hebben de woorden van kern 5 bijgevoegd in de nieuwsbrief. Het is belangrijk om deze woorden

Nadere informatie

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven met je schrijfmaatje

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven met je schrijfmaatje Les 1: Een verklarende tekst schrijven Wat ga je schrijven: een verklarende tekst Jullie gaan een verklarende tekst schrijven: een flyer voor leerlingen uit een andere klas. Veel jongeren hebben geldproblemen.

Nadere informatie

HEB JE HUISWERK VANDAAG?

HEB JE HUISWERK VANDAAG? BLAD 1 HEB JE HUISWERK VANDAAG? Je kind moet thuis werken voor school. In de agenda kan je kijken wat je kind moet doen. Wat moet je doen? 1 Maak oefening 1 op blad 2: Wat doet je kind na de school? 2

Nadere informatie

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht I Lichamelijke ontwikkeling en zelfbeeld Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht Lesdoelen: Kinderen worden zich meer bewust van eigen talenten en eigenschappen en ontwikkelen een positief zelfbeeld. Kinderen kunnen

Nadere informatie

Voordoen (modelen, hardop denken)

Voordoen (modelen, hardop denken) week 11-12 maart 2012 - hardop-denktekst schrijven B Voordoen (modelen, hardop denken) Waarom voordoen? Net zoals bij lezen, leren leerlingen heel veel over schrijven als ze zien hoe een expert dit (voor)doet.

Nadere informatie

Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen. Introductiefase bij de eerste les:

Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen. Introductiefase bij de eerste les: Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen "Welkom,." Introductiefase bij de eerste les: 1. "Vandaag gaan we weer een tekst lezen. Daarbij gaan we een nieuwe strategie leren. Deze strategie

Nadere informatie

Spellen bij kern 2 Spel 1: Stickers plakken Spel 2: Wie maakt de meeste woorden? Spel 3: Woorden maken Spel 4: Zelf typen Spel 5: Letterboek maken

Spellen bij kern 2 Spel 1: Stickers plakken Spel 2: Wie maakt de meeste woorden? Spel 3: Woorden maken Spel 4: Zelf typen Spel 5: Letterboek maken Spellen bij kern 2 Spel 1: Stickers plakken Schrijf op een velletje met zelfklevende stickers een aantal keren de volgende woorden: oog - neus - buik - teen. Zet alle knuffels van uw kind bij elkaar. Laat

Nadere informatie

Mijn digitale leesrugzak

Mijn digitale leesrugzak Het hele schooljaar heb ik hard gewerkt op school. Een heerlijke lange zomervakantie heb ik zeker verdiend. Ik ben een lezer geworden en wil een lezer blijven. In mijn digitale leesrugzak zitten heel veel

Nadere informatie

WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang

WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang WOORDENSCHAT - MIDDENBOUW Met woorden aan de gang Praktische handvatten voor het taallees- en rekenonderwijs zoals deze Kwaliteits zijn te vinden op www.taalpilots.nl en www.rekenpilots.nl. De rubriek

Nadere informatie

Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles

Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles Workshop 1: Spelletjes in je taalles 7 oktober 2015 14.45 17.00 uur Willeke Beuker Elselien Boekeloo Spelletjes in je taal- en rekenles 7 oktober

Nadere informatie

Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8

Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8 Lesbrief bij Mijn broer is een boef van Netty van Kaathoven voor groep 7 en 8 Inhoud van deze lesbrief - Thema s in het boek - Lesopzet - Doel van de les - Uitwerking - Bijlage: opdrachtenblad Thema s

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst niveau A, les 1 Les 1: Een overtuigende tekst schrijven Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen Voor welk feest zou je in ieder geval een vrije dag willen hebben? Wat voor tekst schrijf je?

Nadere informatie

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn. Werkstukwijzer Deze werkstukwijzer helpt je om een werkstuk in elkaar te zetten. Je vult eerst een formulier in. Op dit formulier komt te staan waar je werkstuk over gaat en hoe je het aanpakt. Met behulp

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst

Tekst lezen en vragen stellen over de tekst Voorspellen Kijk naar de tekst. Voorspel waar de tekst over gaat. Let op de titel, de kopjes en het plaatje. Tekst lezen en vragen stellen over de tekst 1. Lees de uitleg. Tijdens het lezen van een tekst,

Nadere informatie

Begrijpend lezen. E i n d s i g n a l e r i n g k e r n 1 1. Inhoud De Eindsignalering bestaat uit de volgende toetsen:

Begrijpend lezen. E i n d s i g n a l e r i n g k e r n 1 1. Inhoud De Eindsignalering bestaat uit de volgende toetsen: Toet s i n s t r u c t i e E i n d s i g n a l e r i n g k e r n 1 1 Inhoud De Eindsignalering bestaat uit de volgende toetsen: Begrijpend lezen Spellingtoets deel 1 en 2 Veilig & vlot kern 11. Materialen

Nadere informatie

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

2 > Kerndoelen 11. 4 > Aan de slag 15. 5 > Introductie van de manier van werken 22. 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 Inhoud 1 > Uitgangspunten 9 2 > Kerndoelen 11 3 > Materialen 12 4 > Aan de slag 15 5 > Introductie van de manier van werken 22 6 > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27 7 > Waarom samenwerkend

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De huisarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 2. De huisarts Thema Gezondheid Lesbrief 2. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Kaya, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?

Nadere informatie

15 min. 1-4. NL Spelregels. 17998_ikleer_naar groep1_guide.indd 1 25-09-15 08:39

15 min. 1-4. NL Spelregels. 17998_ikleer_naar groep1_guide.indd 1 25-09-15 08:39 15 min. 1-4 NL Spelregels 17998_ikleer_naar groep1_guide.indd 1 25-09-15 08:39 Voor de ouders Ik leer Op weg naar groep 1 is een compleet spel met duidelijke doelen: 1 Kleuren en vormen leren 2 Letters

Nadere informatie

Wat ga je schrijven: een verhaal over een held die een uitdaging aangaat

Wat ga je schrijven: een verhaal over een held die een uitdaging aangaat Les 1: De uitdaging Wat ga je schrijven: een verhaal over een held die een uitdaging aangaat In deze les ga je een verhaal verzinnen. Je bent zelf de held van het verhaal. In het verhaal ga je als held

Nadere informatie

werkbladen thema 5 werk

werkbladen thema 5 werk werkbladen thema 5 werk 5.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken 1 Jan staat voor het uitzendbureau. Jan heeft werk. Tarik wil taxichauffeur

Nadere informatie

SPELREGELS SPELMATERIAAL BIG BROTHER VOORBEREIDING roddeltabel confrontatiekaarten camerakaarten de 20 stemkaartjes SPELVERLOOP 4 spelers

SPELREGELS SPELMATERIAAL BIG BROTHER VOORBEREIDING roddeltabel confrontatiekaarten camerakaarten de 20 stemkaartjes SPELVERLOOP 4 spelers SPELREGELS Voor je ligt misschien wel het meest confronterende spel dat je ooit gespeeld hebt. Maar let wel: het is en blijft een spelletje. Dus neem de confrontaties met een flinke korrel zout! SPELMATERIAAL

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid

Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Spreekopdrachten thema 4 Gezondheid Opdracht 1 bij 4.1 * Doe de opdracht in groepjes. Uitleg voor de docent: Verdeel de klas in groepjes van vier à vijf cursisten. Op deze pagina staan kaartjes met lichaamsdelen

Nadere informatie

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte

Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken. Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over Egypte Les 1: Een gedicht over Egypte schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje gaat over de situatie

Nadere informatie

Stappenplan voor je spreekbeurt in groep 3/4

Stappenplan voor je spreekbeurt in groep 3/4 Stappenplan voor je spreekbeurt in groep 3/4 Naam: Hallo allemaal, Dit boekje heb ik gemaakt om je te helpen bij het maken van je spreekbeurt. Want het is best lastig, zeker als je het voor het eerst gaat

Nadere informatie

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over de Paralympische Spelen

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht over de Paralympische Spelen Les 1: Een gedicht over de Paralympische Spelen schrijven Waarom ga je schrijven: Nieuwsbegripfilmpje kijken 1. Bekijk het Nieuwsbegripfilmpje van het Jeugdjournaal op www.nieuwsbegrip.nl. Het filmpje

Nadere informatie

Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles

Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles Schooljaar 2015-2016: Spelletjes in je taal- en rekenles Workshop 2: Spelletjes in je rekenles 25 november 2015 14.45 17.00 uur Willeke Beuker Elselien Boekeloo Spelletjes in je taal- en rekenles 7 oktober

Nadere informatie

werkboek groep 4 blok 7 en 8 naam

werkboek groep 4 blok 7 en 8 naam 1 2 3 4 5 6 werkboek groep 4 7 8 9 11 12 naam 10 blok 7 en 8 blok 8 x les xx 8 1 Hoeveel schroeven liggen hier? Vul in.... 2 34 Het konijnenhok x 4 schroeven is... schroeven. Reken uit. 2 groepjes van

Nadere informatie

Kopen van kussens Einde van het spel

Kopen van kussens Einde van het spel Beschrijf in één zin: Beschrijf het begrip op dit kaartje in één zin. Je mag het woord zelf of een deel ervan niet gebruiken in je beschrijving. Nu krijgt eerst de speler links van je een kans kans om

Nadere informatie

Bijlage interview meisje

Bijlage interview meisje Bijlage interview meisje Wat moet er aan de leerlingen gezegd worden voor het interview begint: Ik ben een student van de Universiteit van Gent. Ik wil met jou praten over schrijven en taken waarbij je

Nadere informatie

Dit spel bedoelt te kijken naar je leven: terugkijken èn vooruit kijken.

Dit spel bedoelt te kijken naar je leven: terugkijken èn vooruit kijken. Dit spel bedoelt te kijken naar je leven: terugkijken èn vooruit kijken. Teken het speelbord na op een groot vel. Of gebruik damstenen, doppen,.. en leg het na. Print de 32 kaartjes. Je ziet snel genoeg

Nadere informatie

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken Les 1: Verklaren hoe planten groeien Wat ga je schrijven: een verklarende tekst Hoe komt het eigenlijk dat planten groeien? Je schrijft een verklarende tekst voor leerlingen van een andere klas. Welke

Nadere informatie

Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox. Handleiding Leerkrachten. De materialen in de BloomBox -

Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox. Handleiding Leerkrachten. De materialen in de BloomBox - Hogere Orde Denken in de klas! De BloomBox Handleiding Leerkrachten De materialen in de BloomBox - Maken leerlingen vaardig in het stellen van hogere orde denkvragen Zijn speels van opzet en nodigen uit

Nadere informatie

Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts

Thema Gezondheid. Lesbrief 3. De huisarts Thema Gezondheid Lesbrief 3. De huisarts Inleiding Deze les gaat over praten bij de huisarts. Een man, meneer Wong, is aan de beurt. Hij praat met de huisarts over zijn probleem. Wat leert u in deze les?

Nadere informatie

1. Je krijgt van je juf of meester een plaatje. Bekijk het plaatje goed.

1. Je krijgt van je juf of meester een plaatje. Bekijk het plaatje goed. D S T R K C N T LS 1 Opdracht 1 Nodig: papier en lijm 1. Je krijgt van je juf of meester een plaatje. Bekijk het plaatje goed. 2. Zoek nu een klasgenoot met een ander plaatje. 3. Zoek nu samen nog vier

Nadere informatie