4 September 2018 Alexandra Kleberger, MSc Palliatieve zorg bij Patiënten met Hartfalen
Deel I Wat is hartfalen Oorzaken van hartfalen Symptomen Compensatiemechanismen Diagnostiek Behandeling
Deel II Chronische zorg - palliatieve zorg - terminale zorg
Definitie HF is a clinical syndrome characterized by typical symptoms (e.g. breathlessness, ankle swelling and fatigue) that may be accompanied by signs (e.g. elevated jugular venous pressure, pulmonary crackles and peripheral oedema) caused by a structural and/or functional cardiac abnormality, resulting in a reduced cardiac output and/ or elevated intracardiac pressures at rest or during stress (ESC Guidelines CHF 2016)
Prognose Slecht 1 jaar na diagnose 37% overleden 2 jaar na diagnose 49% overleden 5 jaar na diagnose 65% overleden
Myocard infarct Hypertensie De meest voorkomende oorzaken van hartfalen in de westerse wereld zijn HFrEF (= systolisch HF) vs HFpEF (= diastolisch HF)
Kleplijden Alcohol Pulmonale Hypertensie (PHT) door b.v. COPD Na chemotherapie/bestraling
Symptomen Koude extremiteiten (perifere cyanose) Palpatieklachten Hypotensie
Compensatiemechanismen Normaal fenomeen Perfusie garanderen..(sympathicus + RAAS verhoogd) Morfologische veranderingen Bij hartfalen: compensatiemechanismen werken averechts en werken hartfalen in de hand
Diagnostiek voorgeschiedenis: hypertensie, DM, CVA, perifeer vaatlijden, longlijden, alcohol, roken, schildklier, chemotherapie, overgewicht, positieve familieanamnese Laboratorium: o.a. NT-proBNP ECG X-thorax echocardiografie andere diagnostiek: om oorzaak hartfalen te achterhalen (CAG,MIBI, cardiogenetica)
X-thorax 04.09.2018
Belangrijkste onderzoek om inzicht te verkrijgen in de hartfunctie (Gouden Standaard) : Echo cor 04.09.2018
Behandeling behandelen oorzaak (door CABG, PCI, TAVI, Mitraklip) niet medicamenteus (leefregels) medicamenteus ICD (interne cardiodefibrillator) Bi-ventriculaire Pacemaker (CRT met of zonder ICD)
Niet medicamenteus gewichtscontrole lichaamsbeweging Dieet: natriumbeperking, vochtbeperking indien nodig stoppen met roken OSAS behandeling Maar ook goede instelling van bloeddruk, diabetes, COPD, behandeling nierfunctiestoornissen, depressie, anemie/ijzerdeficiëntie, schildklier, voeding
Medicamenteus Meest gebruikte middelen: Vaatverwijders/vasodilatantia (ACE, AT II, ARNI) Bèta-blokkers/ sinusknoop-blokkers MRA s Diuretica Digitalispreparaten Additioneel toegepaste medicatie: Antistolling (NOAC, Vit-K antagonist) bloeddruk regulerende medicatie anti-aritmica IJzer infuus
Op naar de toekomst toename aantal hartfalenpatiënten meer samenwerking 1 e lijn: 1 ½ lijns-zorg Transmurale Zorg (TMZ) uitbreiding thuisbehandeling met i.v. Medicatie (furosemide/inotropica) door gespecialiseerde behandelteams (MTH) telemonitoring (RR, gewicht, HR) palliatieve zorg door palliatief team (tot hospice) Snelle diagnostiek poliklinisch
Deel II Palliatieve zorg Wanneer is een patiënt palliatief? Van Dale/wikipedia: Chronisch= slepend of langdurig (>3mnd ziek) Palliatief= verzachting, verlichting Terminaal= aflopend, eind(-fase) Chronische zorg voor chronisch zieke patiënten Chronisch zorg versus palliatieve zorg Zorg in de laatste terminale fase, de laatste 6 maanden
HARTFALEN Landelijke Transmurale Afspraak
De richtlijnen geven handreikingen voor elk moment van de ziekte (ziekte- en symptoomgericht) Herkenning & markering: surprise question Acties per NYHA klasse/fase (start morfinepleister, polyfarmacie) Alle dimensies worden meegenomen in de benadering Beslissingen formeel maken (ICD uit) Samenwerking afspreken: wie doet wat? Kansen binnen de palliatieve fase! Patiënt staat centraal!
Klachten en symptomen in de laatste terminale fase NYHA 4 Dyspneu d effort tot orthopneu Frequente ziekenhuisopnames met decompensatio cordis (1-3 weken tussen de opnames) Extreme moeheid Geen eetlust en cachexie Rechtsfalen: Ascites Pijn, obstipatie, misselijkheid, angst, depressie Let er op dat het een vloeiend proces is van de palliatieve naar de terminale fase!
Terminale zorg & Nazorg Palliatieve sedatie Euthanasie Hospice Thuiszorg met palliatief team/ huisarts Nazorg na overlijden voor familie En voor het geval ICD : zorg dat er een magneet aanwezig is.
MTH Een collega vertelt hoe het in de praktijk gaat. Het woord aan Ingrid Podt, verpleegkundige MTH-team en verpleegkundige palliatieve zorg.
Nog even nalezen http://www.oncoline.nl/hartfalen www.nvvc.nl www.stin.nl https://www.pallialine.nl/hartfalen