Hartfalen. in een notendop. Dr. Riet Dierckx 22/05/2018

Transcriptie

1 Hartfalen in een notendop Dr. Riet Dierckx 22/05/2018

2 Hartfalen definitie en classificatie Hartfalen is een klinisch syndroom gekarakteriseerd door symptomen en/of tekenen van congestie objectieve vaststelling van een structurele en/of functionele afwijking Systolisch versus diastolisch hartfalen (HeFrEF-HeFpEF) EF < 40% EF 50%

3 Hartfalen

4 Etiologie Systolische dysfunctie = HF met verminderde EF Coronair lijden AHT Tachycardie-geïnduceerd Valvulair lijden Toxines Myocarditis Diastolische dysfunctie = HF met bewaarde EF AHT Diabetes Coronair lijden Restrictieve cardiomyopathie Hypertrofe cardiomyopathie

5 Epidemiologie Prevalentie Algemene populatie: 1-3% Ouderen (70 tot 80jr): 10% Jaarlijkse incidentie (FHS): Algemeen: 0.2% m.a.w. 2/1000 Leeftijd = of > 85 jr: 2-3%, m.a.w. 20 à 30/1000 Slechte prognose Survival na 5jr: 40-50%

6 Prognose na hospitalisatie hartfalen Frequente oorzaak van overlijden en hospitalisatie 100 Hospital Readmissions 100 Mortality % 30 days 50% 6 mo Median hospital LOS: 6 days HF, heart failure; LOS, length of stay. Jong P et al. Arch Intern Med. 2002;162: % 30 days 33% 12 mo 50% 5 yr Annual mortality rate- NYHA Class III HF-12% [COPERNICUS data] NYHA Class II HF-7% [SCD-HeFT data]

7 Hartfalen- Frequente oorzaak van overlijden en hospitalisatie Survival (%) MI Bladder Prostate Bowel Heart Failure Lung HARTFALEN IS EEN DODELIJKE AANDOENING!!! >50% mortaliteit na 5 jaar Month of follow-up

8 Hartfalen: Pathofysiologie Systolisch hartfalen Verminderde contractiliteit linker ventrikel Diastolisch hartfalen Gestoorde relaxatie van het linker ventrikel Gestoorde vulling t.g.v. toegenomen stijfheid van de spierwand hartdebiet/ vullingsdrukken

9 Hartfalen: Pathofysiologie Compensatiemechanismen 1. Frank Starling mechanisme

10 Hartfalen: Pathofysiologie Compensatiemechanismen: 2. Hypertrofie

11 Hartfalen: Pathofysiologie Compensatiemechanismen 3. Neurohormonale activatie!! RAAS (renine angiotensine aldosteron systeem) Sympatisch zenuwstelsel: catecholamines Antidiuretisch hormoon BNP (brain natriuretic peptide)

12 Pathofysiologie hartfalen: Brain Natriuretic Peptide (BNP) Arteriële en veneuze vasodilatie Diurese Natriurese Inhibitie van RAAS en OSy stelsel!!!belangrijke diagnostische en prognostische marker NTproBNP < 125 ng/l : GEEN HARTFALEN

13 Pathofysiologie hartfalen Nefaste gevolgen van deze mechanismen: Continue activatie OSy zenuwstelsel Ritmestoornissen Myocardiale toxiciteit Nieren: vasoconstrictie, water en zoutretentie circulerend volume en preload overstemmen Frank-Starling mechanisme afterload en perifere vasoconstrictie belemmeren slagvolume

14 Symptomen: Laag hartdebiet ( forward failure ): Vermoeidheid, concentratiestoornissen, klam/koudegevoel, bleekheid/cyanose Hypotensie en sinustachycardie Verhoogde vullingsdrukken ( backward failure ): Gestuwde halsvenen (CVD) Longen: pleuravocht, longoedeem dyspnoe, orthopnoe Hepatomegalie Ascites opgezet abdomen Oedemen

15 Symptomen

16 Pleuravocht Longoedeem

17 Classificatie NYHA I Geen beperking van fysieke activiteit. NYHA II Milde beperking van fysieke activiteit. Geen klachten in rust, maar dagdagelijkse activiteit leidt tot vermoeidheid en/of dyspnoe. NYHA III Duidelijke beperking van fysieke activiteit. Geen klachten in rust, maar lichte inspanning leidt reeds tot vermoeidheid en/of dyspnoe. NYHA IV Symptomen in rust.

18 Beoordeling centraal veneuze druk (CVD) Cave: a. carotis v. jugularis externa

19 Behandeling Oorzaak weghalen -Klepherstel -Overbrugging -Ballondilatatie -Ritmestoornis behandelen -Alcoholstop Medicatie -Bestrijden van symptomen -Verbeteren van prognose -Verminderden van risico op hospitalisatie Biventriculaire PM/ICD Pacemaker/ICD die via 3 electroden de pompfunctie van het hart geheel of gedeeltelijk kan herstellen

20 Als niets helpt Kunsthart Harttransplantatie

21 Prevalentie van comorbiditeiten in hartfalen 74% van HF patiënten hebben tenminste 1 comorbiditeit Het aantal comorbiditeiten neemt toe met ernst van HF CNI 41% Anemie 29% Diabetes 29% COPD 15% CVA 11% EJHF 2014; 16:

22 Dank u voor uw aandacht!