ONDERSTEUNINGSPLAN RUW



Vergelijkbare documenten
InFORMATIE VOOR OUDERS

ONDERSTEUNINGSPLAN RUW

Op weg naar Passend Onderwijs in Zuidwest Friesland

TOEWIJZEN van bovenschoolse ondersteuning VANUIT ONDERWIJS- EN ONDERSTEUNINGSBEHOEFTEN

Achtergronden van de wet ( knelpunten huidig systeem) en doelen van deze wet:

Passend onderwijs. Passend onderwijs

Passend onderwijs. Passend onderwijs

Samenvatting Ondersteuningsplan

Samenwerkingsovereenkomst Samenwerkingsverbanden VO en Speciale onderwijsvoorzieningen in de regio Utrecht

Aandachtspunten Leraren passend onderwijs

Besturen, scholen en docenten in SWV OP WEG. wetgeving

Passend onderwijs Voorblad 1: Foto Typ hier de titel

Memorie van antwoord passend onderwijs

Schoolondersteuningsprofiel

Ondersteuningsplan

Roel Weener. Kwartiermaker Passend Onderwijs

TRIPLE T. Rapportage Passend onderwijs (uitwerking onderdeel Triple T)

Verklarende woordenlijst en lijst met afkortingen

Bijlage 6. Uitwerking KPI s uit het kwaliteitszorgsysteem

WMS congres 12 november 2014 OPR zo kan het ook! Piet Vromans i.s.m. Samenwerkingsverband VO - RUW (2604)

Samen voor kinderen Agenda. Ondersteuningsplan SWV PO Wat betekent Passend Onderwijs voor mij? 1. Passend Onderwijs algemeen

Belangrijk om te weten voor schooljaar Koers VO Directiebijeenkomsten vo-scholen juni 2014

wat waar Wie bepaalt Basisondersteuning Regulier VO school

Regeling rugzakleerlingen in het Passend Onderwijs

Ouderfolder POVO-procedure. Regio Utrecht West

Jaarverslag publieksversie

Doorontwikkeling ondersteuningsplan

Samen maken we het passend!

PERMANENTE COMMISSIE LEERLINGONDERSTEUNING Versie 2.0

leerlingen iedere school die is aangesloten bij het Samenwerkingsverband werkt volgens de kernwaarden (zie verderop).

Samenvatting. Aanvulling op het ondersteuningsplan ten behoeve van beleid kalenderjaar 2017 RSV Breda PO 30-03

Passend Onderwijs in PO; de wereld verandert niet op 1 augustus 2014!!

Schoolondersteuningsprofiel

TOEWIJZEN van bovenschoolse ondersteuning VANUIT ONDERWIJS- EN ONDERSTEUNINGSBEHOEFTEN

Kader kwaliteitszorg. Versie: 1.0 Datum: Status: Definitief

Publieksversie Ondersteuningsplan

Samenvatting Ondersteuningsplan Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Zuidoost Utrecht

Meerjarenontwikkelingsplan swv september 2014 inclusief speerpunten vastgesteld door ledenraad op

Bijlage 8 Begrippenlijst en afkortingen. Zorgplicht

Ondersteuningsplan SPPOH. (PO Haaglanden)

Ondersteuningsplan Samenwerkingsverband Passend Onderwijs IJmond Publieksversie voor scholen en ouders

Bezuiniging op Passend Onderwijs voor 2013 geschrapt. Houdbaarheid na 2013 Invoering op

Bijlage 2. Uitwerking zorgplicht

Afkorting en uitleg begrippen Passend Onderwijs. Kernbegrippen

Passend Onderwijs. Regio 30-08

wat waar Wie bepaalt Basisondersteuning Regulier VO school

Ondersteuningsplan Regsam. (VO Zoetermeer)

JAARPLANNING-WERKAGENDA Augustus 2018 juli Vastgesteld door bestuur d.d Goedgekeurd door RvT d.d

Studiedag Inrichting Passend Onderwijs SWV PO RKC Waalwijk 3 juni 2014

Prestatie indicatoren ten behoeve van SWV PO De Kempen schooljaar

HERIJKEN & DOORSTARTEN. Houtskoolschets bestuurlijke inrichting en organisatie Samenwerkingsverband PO PassendWijs

Bijlage E. Plaatsings- en thuiszittersprotocol. Passenderwijs,

April passend onderwijs SWV VO Utrecht en Vechtstreek

Samenvatting Ondersteuningsplan SWV Passend Onderwijs PO Midden-Limburg

Basisondersteuning in het samenwerkingsverband Primair Onderwijs Duin- en Bollenstreek

Samenwerkingsverband VO Amsterdam. Schoolondersteuningsprofiel

Kerndoelen SWV Zuid Utrecht

(VO Haaglanden) Ondersteuningsplan SWV Zuid-Holland West

Checklist Instemming ondersteuningsplan

Toezicht samenwerkingsverbanden passend onderwijs na 1 augustus Lunteren 5 oktober 2017

Passend Onderwijs. Grote veranderingen met Passend Onderwijs? Ja en nee. Wat blijft? Nieuwsbrief

Aannamebeleid Emile Weslyschool Maastricht

Team passend onderwijs wat is het, hoe werkt het?

Bijlage C. Communicatieplan. Passenderwijs

Passend onderwijs in de regio

Bijlage C. Communicatieplan. Passenderwijs

Proces en spoedprocedures Toelaatbaarheid tot een school voor Speciaal (Basis) Onderwijs in Unita

Werkwijze Adviescommissie Toelaatbaarheid SWV VO De Langstraat

Juni Model Ondersteuningsplan

1. Opening. 2. Presentatie over de kern van het concept Ondersteuningsplan. 3. Bespreken van het concept Ondersteuningsplan.

samenwerking De rol van de schoolleider en de MR in de cyclus van het schoolondersteuningsprofiel Drie niveaus van passend onderwijs

Jaarplan schooljaar

Toezichtkader SWV Passend Onderwijs Lelystad VO

Opbrengsten en adviezen pilot loket passend onderwijs: Toewijzen Vanuit Onderwijs- en Ondersteuningsbehoeften

Passend onderwijs Walcheren. 21 januari 2014

Overstapmomenten. De overstap van primair naar voortgezet onderwijs (PO naar VO)

Ondersteuningsplan PO-VO

Schoolondersteuningsprofiel

Factsheet passend onderwijs. Wat is passend onderwijs? Hoofdpunten wet passend onderwijs

1. Hoofdlijn Tripartiete overeenkomst personele gevolgen passend onderwijs

18 Begroting. Begroting

Schoolondersteuningsprofiel. 23 Dr. Theun De Vriesskoalle

Toelichting ontwikkelingsperspectief

Onderwijsondersteuningsarrangementen

Basisondersteuning Samenwerkingsverband Stromenland

Proces toeleiding tot extra ondersteuning SWV PO De Kempen met ingang van versie juni 2016

Schoolondersteuningsprofiel

Wat betekent passend onderwijs voor onze school?

Bijlage 5 ECT in beeld

Schoolondersteuningsprofiel

Aanvulling op het ondersteuningsplan Samenwerkingsverband PO Optimale Onderwijskans.

JAARVERSLAG

Schoolondersteuningsprofiel

Ondersteuningsplan VO Westland

Ondersteuningsplan

Passend onderwijs in de regio

Tripartiete overeenkomst personele gevolgen passend onderwijs

INFORMATIEBLAD 6. College voor de Rechten van de Mens. rubriek: Veel gebruikte termen en afkortingen

Transcriptie:

Samenwerkingsverband VO REGIO UTRECHT WEST ONDERSTEUNINGSPLAN RUW 2014-2018 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West Versie 5.0 mei 2014 1

Inhoudsopgave 1> Visie op passend onderwijs 12 1.1. Visie en missie RUW 12 1.2. Passend onderwijs als beheersvraagstuk 13 1.3. Visie vertalen naar inzet van middelen 13 1.4. De rol van ouders binnen de visie en missie 13 1.5. Visie op thuiszitters 13 1.6. Visie op de rol van de docent 14 2> Organisatie en personeel 15 2.1. Rechtspersoon 15 2.2. Bestuur en Toezicht 15 2.3. Belangen en besluitvorming 15 2.4. Organisatie van wettelijke taak, beheer en administratie 16 2.5. Organogram 16 2.6. Begeleiding en scholing van personeel op de scholen 16 2.7. Personeel in dienst van RUW 16 2.8. Uitwerking tripartiete akkoord 17 2.9. Medisch handelen 17 2.10. Informatieverstrekking en begeleiding van ouders 17 2.11. Ouders als onderdeel van de kwaliteitszorg 17 2.12. Kwaliteitszorg 17

3> Indiceren en toelaatbaarheidsverklaring 19 3.1. De basisondersteuning 19 3.1.1. Trajectvoorziening 19 3.2. Het RUW-Loket 20 3.3. Het afgeven van een toelaatbaarheidsverklaring 21 3.4. Criteria voor toelaatbaarheidsverklaringen 21 3.5. Criteria voor toelaatbaarheid afstemmen op de scholen 22 3.6. Betrokkenheid van school en personeel bij het afgeven van een TLV 22 3.7. Betrokkenheid van ouders bij het afgeven van een TLV 22 4> Arrangeren en een dekkend aanbod 23 4.1. RUW als schakelloket bij complexe ondersteuning 23 4.2. Ondersteuningsmiddelen 23 4.3. Een dekkend aanbod 23 4.4. Overgangsperiode voor huidige rugzakleerlingen/lwoo/pro leerlingen 24 5> Financiering en verdelen van gelden 25 5.1. Een positieve verevening 25 5.2. De meerjarenbegroting 25 5.2.1. Toelichting op meerjarenbegroting 26 5.2.2. Financiële consequenties van in de basis als het kan en speciaal als het moet 27 5.2.3. Investeren in het RUW Loket 27 5.2.4. Van rugzak naar trajectvoorzieningen 27 5.2.5. Verdeelsleutel overgangsjaar 2014 2015 27 5.3. De tripartiete overeenkomst in relatie tot financiën 27 5.4. Rechtmatigheid en doelmatigheid van de gelden 28 5.5. Middelen voor de basisondersteuning en extra ondersteuning op de scholen 28 5.6. Arrangementen 28

6> Samenwerking met derden 29 6.1. Afspraken met cluster 1 en 2 29 6.2. Ambulante dienstverlening voor leerlingen met epilepsie 30 6.3. Samenwerking met de gemeenten en instellingen jeugdhulp 30 6.3.1. Overleg volgens spelregels OOGO 31 6.3.2. Verkenning van thema s 31 6.4. Gezamenlijke behandel- en onderwijstrajecten 32 6.5. Warme overdracht 32 6.5.1. PO/VO 32 6.5.2. VO/VO en VO/MBO 32 6.6. Ontheffing van de leerplicht 32 7> De rol van ouders 34 7.1. Aanmeldings- en toelatingsbeleid (regulier, PrO, LWOO) 34 7.2. Ouders betrekken bij het ondersteuningstraject 34 7.3. Bezwaarprocedure en klachtenregeling 34 7.3.1 Klachten 35 Bijlagen 36 Bijlage 1 - Basisondersteuning 36 Bijlage 2 - Zorgplicht 48 Bijlage 3 - Woordenlijst 49

Samenvatting Voor u ligt de samenvatting van het Ondersteuningsplan 2014-2018 voor het Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West (kortweg RUW). Ieder jaar wordt dit plan geëvalueerd en indien nodig bijgesteld. Binnen ons samenwerkingsverband zien we de docent als belangrijkste spil in passend onderwijs. Waar staat en gaat RUW voor? De scholen van RUW garanderen voor iedere leerling een passende plek. Dat doen we in de eerste plaats op onze eigen scholen. Mocht blijken dat dit ondanks alle geboden extra ondersteuning niet lukt, dan zijn er plaatsen op het voortgezet speciaal onderwijs beschikbaar (VSO). Binnen ons samenwerkingsverband zien we de docent als belangrijkste spil in passend onderwijs, streven we naar thuisnabij onderwijs en werken we vanuit een gezaghebbende efficiënte organisatie met een prettig werkklimaat. De deelnemende scholen werken toe naar een samenwerkingsverband met gezamenlijke voorzieningen, waarin efficiënt wordt gewerkt en waar we, indien nodig, de beschikking hebben over experts. Onze ondersteuning wordt ingezet als we weten wat de leerling nodig heeft en wordt gemonitord om zodoende in de toekomst nog efficiënter te kunnen werken. Het samenwerkingsverband heeft hiervoor het RUW Loket ter beschikking. Onze ambitie is het stabiliseren van het aantal leerlingen dat naar het VSO wordt verwezen. Onze ambitie is het stabiliseren van het aantal leerlingen dat naar het VSO wordt verwezen. ö 6 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

In de basis als het kan, speciaal als het moet In de basis als het kan De scholen van RUW hebben een krachtige basisondersteuning. De scholen kunnen veel zelf, waardoor het verwijzingspercentage naar het VSO de afgelopen jaren laag is gebleven. De komende jaren gaan de scholen deze basis verder versterken, zodat ze nog beter in staat zijn leerlingen op de juiste manier te ondersteunen. In de basisondersteuning en de ondersteuningsprofielen van de scholen wordt de lat hoog gelegd. De ambulante begeleiding wordt geleidelijk vervangen door de flexibelere trajectvoorziening. Deze passen bij de werkwijze en behoefte van de individuele scholen. Hierdoor kunnen meer kinderen passend onderwijs krijgen en wordt de school nog meer in haar kracht gezet. Hierdoor kunnen meer kinderen passend onderwijs krijgen en wordt de school nog meer in haar kracht gezet. Ook wordt de jeugdhulpverlening dichter op de scholen georganiseerd. Het ZAT behoudt zijn netwerktaak en daarnaast ontstaan effectievere vormen van overleg met ketenpartners. Speciaal als het moet Leerlingen voor wie de ondersteuning op de scholen ontoereikend is, kunnen nog steeds gebruik maken van het VSO. De toegang hiernaartoe wordt eenvoudiger en gaat sneller. Een goede samenwerkingsrelatie met de VSO-scholen in onze omgeving is hierbij een voorwaarde. Het RUW Loket: het geweten van het samenwerkingsverband Bij het RUW Loket kunnen scholen terecht voor advies en/of een arrangement. Een arrangement is een (tijdelijk) passend onderwijsprogramma dat aansluit bij de ondersteuningsbehoefte van de leerling. Vanuit het RUW Loket kan op verzoek van de school een expert worden ingeschakeld die helpt bij het in kaart brengen van (onderwijs)belemmeringen. Het RUW Loket is laagdrempelig en eenvoudig te benaderen, maar legt de verantwoordelijkheid terug bij de desbetreffende school als het een vraag betreft die binnen de basisondersteuning valt. Daarnaast biedt het RUW Loket ouders de mogelijkheid contact op te nemen als zij vragen hebben over de ondersteuningsroute, de wijze waarop hun zoon of dochter extra ondersteuning krijgt en dergelijke. Het RUW Loket stimuleert ouders en school echter eerst met elkaar het gesprek aan te gaan. Het RUW Loket geeft toelaatbaarheidsverklaringen af voor het VSO cluster 3 en 4, regelt leerlingenvervoer en vanuit het RUW Loket worden ook de LWOO- en PrObeschikkingen voorbereid en toegekend vanaf 1 augustus 2015. Het RUW Loket monitort alle trajecten en rapporteert hierover aan het bestuur. Het beleid van RUW wordt hierop afgestemd. Het RUW Loket is onafhankelijk. De directeur van het samenwerkingsverband is voorzitter. Daarnaast is er een coördinator en een flexibele schil van deskundigen. Het loket beschikt over een budget om arrangementen uit te bekostigen. Het werkmodel van het RUW Loket De ondersteuning vanuit het Loket is gebaseerd op methoden die succesvol blijken voor het verbeteren van leeropbrengsten en welbevinden van leerlingen op scholen. Dit betekent dat de eisen worden aangepast wanneer een leerling dreigt vast te lopen, waarna dikwijls met meerdere partijen gewerkt wordt aan een reëel perspectief. In de laatste fase wordt de ondersteuning weer afgebouwd naar het niveau van uit- of doorstroom. 7

Trajectvoorzieningen De trajectvoorzieningen van de scholen van RUW maken onderdeel uit van de basisondersteuning 1 van de scholen. Dit betekent dat de school er binnen hun eigen ondersteuningsstructuur voor mag kiezen hoe zij de trajectvoorziening organiseert. Leerlingen die al dan niet tijdelijk ondersteuning nodig hebben, ontvangen die vanuit de trajectvoorziening. Ook worden vanuit de trajectvoorziening docenten begeleid in het omgaan met leerlingen met extra ondersteuningsbehoeftes. Ouders worden nadrukkelijk gezien als partner. Zij worden op tijd betrokken indien leerlingen extra ondersteuning nodig hebben al dan niet vanuit de trajectvoorziening. Trajectvoorzieningen zijn onderdeel van de basisondersteuning, maar kunnen op iedere school een andere invulling krijgen, passend bij de ondersteuningsstructuur van de school. De school verantwoordt zich over de inzet van de middelen voor de trajectvoorziening. De monitoring van de trajectvoorzieningen leidt tot een gezamenlijke ontwikkelagenda. Er wordt een substantieel bedrag beschikbaar gesteld voor de trajectvoorziening, onder andere bekostigd uit de voormalig LGF middelen (schoolen AB-deel). Voor scholen die in 2014-2015 willen starten met trajectvoorzieningen wordt onderzocht op welke wijze zij al maximale bestedingsmiddelen en vrijheid kunnen krijgen voor de uitvoering ervan. Een deel van de basisondersteuning wordt gefinancierd vanuit de Lumpsum. Daarnaast ontvangt de school extra middelen om de trajectvoorziening te financieren. De school verantwoordt zich tegenover het SWV over de inzet van deze laatste middelen. 1 Basisondersteuning: het door het samenwerkingsverband afgesproken geheel van preventieve en lichte curatieve interventies die binnen de onderwijsondersteuningsstructuur van de school planmatig en op een overeengekomen kwaliteitsniveau, eventueel in samenwerking met ketenpartners, worden uitgevoerd. RUW kiest daarvoor om trajectvoorzieningen binnen de basisondersteuning te laten vallen, zodat hiermee de ondersteuningsstructuur van de school wordt versterkt. Zorgcoördinator De spil in de ondersteuningsstructuur van de scholen is de zorgcoördinator. Hij signaleert, acteert en regisseert bij de ondersteuning van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeftes. Een goede samenwerking met interne en externe partners staat hierbij centraal. Samen met de andere zorgcoördinatoren van RUW vormt hij een netwerk waarin deskundigheidsbevordering en intervisie plaatsvindt. Ouders Ouders zijn een belangrijke partner in het bieden van de juiste ondersteuning voor de leerling. Zij beschikken over de meeste kennis van hun kind. Wanneer er risico s zijn voor het perspectief van een leerling doen we er samen met ouders alles aan om te kijken hoe we de oorzaken ervan kunnen aanpakken. We kunnen bijvoorbeeld tijdelijk de eisen aanpassen en soms is aanvullend onderzoek nodig. Hoewel de ambities van de scholen hoog zijn, kan het zijn dat de gewenste ondersteuning niet meer op school geboden kan worden. Het is vooral belangrijk om niet af te wachten maar snel te handelen wanneer een grens bereikt dreigt te worden. Hoe langer we wachten met het aanpakken van de oorzaken van problemen, hoe langer het ook duurt voordat het weer goed gaat. Geld De uitwerking van passend onderwijs van RUW (ook wel het School+ model genoemd) leidt tot een financieel verdeelmodel waarin er zoveel mogelijk geld naar de scholen gaat. Het komende schooljaar krijgen scholen ongeveer hetzelfde bedrag dat ze gewend waren te krijgen. Hierdoor kunnen lopende verplichtingen waargemaakt worden. De komende jaren groeien we toe naar een verdeelmodel dat meer recht doet aan de omvang van de scholen c.q. het ondersteuningsprofiel. 8 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

Organogram RUW: het Harkje In het organogram wordt duidelijk hoe het besluitvormingsproces binnen het samenwerkingsverband verloopt en hoe de uitvoering van de bestuursopdracht is georganiseerd. Het bestuur is samengesteld uit vertegenwoordigers (bestuurders/directeurbestuurders) van de deelnemende schoolbesturen en ziet toe op de uitvoering van de door haar gestelde bestuursopdracht. Gedurende de invoeringsfase van passend onderwijs zitten de werkzaamheden van het bestuur dicht op de uitvoering. De ondersteuningsplanraad (OPR) heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan en ziet de eerste jaren vooral toe op de uitvoering van de werkagenda. De directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de bestuursopdracht passend onderwijs. Hij heeft daarvoor een staf en het RUW Loket tot zijn beschikking. De staf van het samenwerkingsverband ondersteunt de directeur bij de beleidsvoorbereiding en uitvoering. De directeur voert bilateraal overleg met de afzonderlijke schooldirecties. Het RUW Loket is het uitvoeringsorgaan van het samenwerkingsverband. In het RUW Loket worden toelaatbaarheidsverklaringen afgegeven voor het VSO cluster 3 en 4. Scholen kunnen er terecht voor advies en er worden arrangementen extra ondersteuning toegekend. Deze worden ook gemonitord. Het schoolleidersoverleg (SLO) adviseert de directeur bij de beleidsvoorbereiding. In de werkgroep passend onderwijs worden in opdracht van de directeur inhoudelijke thema s voorbereid en uitgewerkt. In deze werkgroep zitten de hoofdverantwoordelijken voor de zorg op de locaties van RUW en op afroep extern deskundigen/extern betrokkenen. In het ZOCO netwerk werken de gezamenlijke zorgcoördinatoren van RUW aan het verbeteren van de uitvoering van hun taken. Het accent ligt op intervisie en deskundigheidsbevordering. RUW wordt in diverse werkgroepen vertegenwoordigd, zoals VO MBO, PO VO, REA enzovoort. OPR Bestuur Legenda hiërarchische relatie advies relatie instemmingsrecht OP OPR Directeur SLO Staf ZOCO netwerk Werkgroep Passsend Onderwijs Diverse (net) werkgroepen RUW Loket 9

2014 2015: een overgangsjaar, geen leerling tussen wal en schip Schooljaar 2014 2015 is een overgangsjaar. Een jaar waarin passend onderwijs van start gaat. De zorgplicht voor schoolbesturen gaat in en de taken van het REC worden overgeheveld naar het samenwerkingsverband. Scholen moeten anticiperen op de nieuwe verantwoordelijkheden en kunnen experimenteren met effectievere werkvormen van de ondersteuning aan leerlingen. Ondertussen mogen leerlingen niet tussen wal en schip vallen. Leerlingen die naar het VSO moeten, kunnen dat nog steeds. Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben in het reguliere onderwijs, al dan niet met behulp van experts uit het cluster 3 en 4 onderwijs, krijgen dat nog steeds. Financiële consequenties van in de basis als het kan en speciaal als het moet Doordat RUW kiest voor het school+ model, wordt er geïnvesteerd in de ondersteuningsstructuur van de scholen. Dat vormt de basis. Scholen krijgen gedurende het schooljaar 2014 2015 ongeveer evenveel geld voor de basisondersteuning. Het geld dat nu nog besteed wordt aan rugzakbegeleiding blijft beschikbaar. Leerlingen voor wie de ondersteuning op de scholen ontoereikend is, kunnen nog steeds gebruik maken van het Speciaal Onderwijs. In onze meerjaren-prognose zijn middelen gereserveerd om een eventuele groei op te vangen. Hierdoor wordt de kans verkleind dat leerlingen tussen wal en schip vallen. Ook maken we geld vrij voor leerlingen die tussentijds moeten instromen naar het Speciaal Onderwijs te kunnen bekostigen. en Herstart-trajecten hebben inmiddels vele leerlingen passend onderwijs ontvangen. De toekenning van deze tijdelijke arrangementen gaat nog steeds vanuit het RUW Loket. De coördinator van het Loket is 3 dagen per week in dienst van het RUW Loket. Deze wordt ondersteund door een administratieve kracht. Daarvoor wordt een substantieel bedrag vrijgemaakt. Ook scholen dragen financieel bij aan deze tijdelijke arrangementen. RUW heeft vaste mensen beschikbaar voor het afgeven van een toelaatbaarheidsverklaring. Daarnaast zitten er mensen in de flexibele schil die zich buigen over af te geven adviezen. Verdeelsleutel overgangsjaar 2014 2015 Het aantal leerlingen dat ondersteuning krijgt vanuit de rugzak cluster 4 is de afgelopen jaren gestegen. Die rugzak staat niet alleen voor geld, maar ook voor verwachtingen en verplichtingen die scholen en ouders wederzijds met elkaar zijn aangegaan. Hoewel aan de rugzak per 01-08-2014 geen rechten meer kunnen worden ontleend, moeten die verwachtingen wel kunnen worden waargemaakt. Het geld dat scholen krijgen voor de begeleiding van leerlingen met een rugzak (het school deel van LGF) blijft in schooljaar 2014 2015 gelijk. Dat geldt ook voor het geld dat wordt besteed aan ambulante begeleiders cluster 3 en 4. In schooljaar 2014 2015 wordt het geld verdeeld over de scholen op basis van de leerlingen die op 1 oktober 2013 een rugzak hebben. Er blijft daarvoor even veel geld beschikbaar voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. In de meerjarenprognose blijven de bedragen die besteed worden aan leerlingbegeleiding gelijk. De verdeelsleutel naar de scholen wordt uitgewerkt in schooljaar 2014 2015. Investeren in het RUW Loket Het RUW Loket is het belangrijkste orgaan van het samenwerkingsverband. De ontwikkeling van het RUW Loket is in 2012 gestart. De eerste monitor heeft in schooljaar 2013 2014 plaatsgevonden. Via Op de Rails- 10 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

11

Inleiding Voor u ligt het ondersteuningsplan 2014-2018 van het samenwerkingsverband voortgezet onderwijs Regio Utrecht West (kortweg RUW). De reguliere voortgezet onderwijs-scholen in de gemeenten Woerden, Montfoort, Oudewater en De Ronde Venen maken deel uit van dit samenwerkingsverband. Dit zijn het Kalsbeek College te Woerden (locaties Schilderspark en Bredius), het Minkema College te Woerden (locatie Steinhagenseweg en Minkemalaan), het Futura College te Woerden, het Wellantcollege te Montfoort en het VeenLanden College te Mijdrecht en Vinkeveen. Het opstellen van het ondersteuningsplan is binnen de wet op passend onderwijs die op 1 augustus 2014 in werking treedt, één van de wettelijke taken van het samenwerkingsverband. RUW ziet dit plan als een vertaling van haar visie hoe leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte optimaal ondersteund kunnen worden. In dit ondersteuningsplan staat dan ook hoe zij passend onderwijs in de Regio Utrecht West wil realiseren. Speerpunten hierbij zijn: Het vertalen van de onderwijsbeperking naar de onderwijsbehoefte Van indiceren naar arrangeren Daarnaast geeft dit ondersteuningsplan inzicht in de samenwerkingsafspraken die met omliggende ketenpartners (o.a. VSO-scholen, jeugdzorg, gemeenten) zijn gemaakt, waarmee gezamenlijk een zo dekkend mogelijk aanbod wordt gerealiseerd. Een goede samenwerking met ouders is hierbij essentieel. Wij werken vanuit het principe In de basis als het kan, speciaal als het moet. Er wordt in eerste instantie geïnvesteerd in de basisondersteuning van de scholen, waarmee zij nog meer in hun kracht worden gezet. Dit betekent ook dat er geen gespecialiseerde scholen binnen RUW ontstaan, maar dat iedere school in staat is om een breed aanbod aan leerlingen te kunnen bedienen. Door de stevige basis die er al staat, is het verwijzingspercentage naar het speciaal onderwijs de afgelopen jaren lager dan het landelijke gemiddelde gebleven. Thuisnabij onderwijs De docent is de spil Het stabiliseren of indien mogelijk afnemen van het aantal thuiszitters Minder bureaucratie Budgettaire beheersbaarheid en transparantie Scholen kunnen veel leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte al goed zelf bedienen. Mocht in de toekomst blijken dat een leerling naar het speciaal onderwijs moet, dan blijft dit natuurlijk mogelijk. Maar met het extra investeren in de basisondersteuning (o.a. door het positioneren van de zorgcoördinator en 12 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

de mogelijkheid van een flexibele trajectvoorziening binnen de school) streeft RUW ernaar dat scholen, en met name de docenten, nog beter toegerust worden om iedere leerling te kunnen bedienen. Scholen hebben hierin natuurlijk zelf een grote verantwoordelijkheid, maar vanuit het samenwerkingsverband kan het RUW Loket hierbij ondersteunen. Het RUW Loket biedt de mogelijkheid van tijdelijke arrangementen, maar geeft ook toelaatbaarheidsverklaringen voor het speciaal onderwijs af. Expertise en deskundigheid worden hierin gebundeld, zodat scholen zich ook daadwerkelijk gesteund voelen als zij een leerling niet meer kunnen bieden wat het nodig heeft. Uitgangspunt bij deze principes is dat er zoveel mogelijk geld naar het primaire proces, dus de leerling gaat. Onze visie is weergegeven in onderstaand model: Naast bovengenoemde principes houdt RUW de wettelijke taken die zij heeft, voor ogen: het vaststellen van een ondersteuningsplan; het verdelen van ondersteuningsmiddelen en ondersteuningsvoorzieningen aan de scholen; het beoordelen of leerlingen toelaatbaar zijn tot het speciaal onderwijs, op verzoek van het bevoegd gezag; het adviseren over de ondersteuningsbehoefte van een leerling op verzoek van het bevoegd gezag. Dit ondersteuningsplan heeft een wettelijke looptijd van 4 jaar. Binnen deze 4 jaar zal dit plan jaarlijks geëvalueerd en indien nodig bijgesteld worden. De werkagenda die aan het eind van ieder hoofdstuk te vinden is, speelt hierbij een belangrijke rol. Hierin staan de ontwikkelpunten voor de aankomende schooljaren. Daarnaast houdt RUW de landelijke ontwikkelingen (o.a. de eventuele wijziging in de financieringsstromen omtrent PrO en LWOO) natuurlijk nauwgezet in de gaten, zodat hier direct op ingespeeld kan worden. ö Figuur 1: Passend Onderwijs volgens RUW 13

1> Visie op passend onderwijs In de basis als het kan en speciaal als het moet, dat is kortgezegd waar RUW voor staat. In dit hoofdstuk worden deze principes en de visie en missie toegelicht. Vervolgens zal de visie worden vertaald naar de praktijk, waarbij leerlingen (o.a. thuiszitters), ouders en docenten centraal staan. Ook het vertalen van de visie naar financiën krijgt aandacht. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een werkagenda. Deze agenda biedt inzicht in de beleidsaspecten en afspraken die nog uitgewerkt moeten worden. 1.1. Visie en missie RUW Op 1 augustus 2014 wordt de wet passend onderwijs ingevoerd. Hiermee verdwijnen de landelijke criteria voor indicatiestelling en leerlinggebonden financiering. Het samenwerkingsverband wordt verantwoordelijk voor de toekenning en bekostiging extra ondersteuning aan kinderen met een extra onderwijsbehoefte (dit betreft cluster 3 en 4, cluster 1 en 2 vallen buiten het samenwerkingsverband) en komt in beeld als de ondersteuningsvraag van de leerling de basisondersteuning van de school overschrijdt. Scholen blijven financiële middelen voor leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte ontvangen, maar dit gebeurt via de samenwerkingsverbanden. Schoolbesturen krijgen binnen het samenwerkingsverband de plicht om een dekkende ondersteuningsstructuur op te zetten waarbij iedere leerling onderwijs en ondersteuning geboden krijgt om optimaal te kunnen functioneren op school. De zorgplicht treedt in werking als een leerling extra ondersteuning nodig heeft. Bij het bepalen van de ondersteuningsbehoefte wordt altijd uitgegaan van de landelijke eisen voor het niveau van de opleiding. Anders gezegd: voor een leerling die het niveau van een bepaalde leerweg heeft wordt de onderwijsbehoefte afgestemd op de betreffende leerweg, zodat hij 2 met succes het examen volgens de norm kan afleggen. Binnen RUW zijn vijf schoolbesturen van reguliere voortgezet onderwijs-scholen met gezamenlijk acht locaties verantwoordelijk voor het realiseren van passend 2 Waar hij staat wordt ook zij bedoeld. onderwijs. De samenstelling van RUW is landelijk gezien bijna uniek: binnen RUW zijn alleen reguliere voortgezet onderwijsscholen aangesloten. Aangezien er binnen de regio van ons samenwerkingsverband ook leerlingen zijn die voortgezet speciaal onderwijs volgen (VSO), worden ook met het VSO goede afspraken gemaakt om een dekkende ondersteuningsstructuur te kunnen realiseren en gebruik te kunnen blijven maken van deze expertise (zie ook hoofdstuk 4). Naast deze afspraken wil RUW ook gebruik blijven maken van de expertise vanuit het VSO. De volgende missie vormt hierbij het uitgangspunt: De leden van het Samenwerkingsverband Regio Utrecht West garanderen voor iedere leerling een passende plek. Dat doen we in de eerste plaats door samen te werken zonder daarbij onze autonomie als onderwijsinstelling uit het oog te verliezen. Gezamenlijk staan wij voor: de docent is de spil in passend onderwijs, thuis nabij onderwijs, een gezaghebbende efficiënte organisatie en een prettig werkklimaat. De samenwerking tussen de schoolbesturen staat centraal in deze missie, waarbij respect voor de autonomie van de verschillende besturen hoog in het vaandel staat. Goed onderwijs begint bij goede docenten 3. Dit is allereerst de verantwoordelijkheid van de eigen school. RUW wil indien nodig daarbij ondersteunen. Een helder geformuleerde missie heeft geen bestaansrecht, zonder een visie die aangeeft wat we nastreven: In 2015 kenmerkt het samenwerkingsverband zich door een hoge mate van efficiency en gezamenlijke voorzieningen met (een) expertisefunctie(s) en kunnen wij indien 3 Waar docent staat wordt al het personeel op school bedoeld. 14 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

nodig beschikken over experts. Tevens is het aantal leerlingen dat verwezen wordt naar het speciaal onderwijs niet of nauwelijks gestegen. Bovenal voert de docent zich gesteund door (de voorzieningen van) het samenwerkingsverband. 1.2. Passend onderwijs als beheersvraagstuk Passend onderwijs is geen bezuinigingsslag, maar een beheersvraagstuk. Een plaatsing in het speciaal onderwijs kost namelijk veel geld. Als reguliere scholen beter in staat zijn leerlingen op hun eigen school passend onderwijs te geven, kost dit minder geld. Passend onderwijs heeft daarom als één van de doelen de uitstroom van leerlingen naar het speciaal onderwijs (minimaal) te stabiliseren. Hiermee heeft de overheid de beheersbaarheid en betaalbaarheid van onderwijsondersteuning op de agenda gezet. RUW onderschrijft dit doel in haar visie. 1.3. Visie vertalen naar inzet van middelen Door de wet op Passend onderwijs krijgt het samenwerkingsverband stapsgewijs de beschikking over de financiële middelen voor extra ondersteuning (middelen voor leerlinggebonden financiering (LGF), Rebound en op de Rails trajecten). RUW laat zoveel mogelijk geld direct terugvloeien naar de scholen, zodat zij dit kunnen gebruiken om te investeren in hun basisondersteuning. Dit gaat als volgt: De middelen die de scholen in de oude regeling ontvingen voor de LGF-leerlingen (het schooldeel van de rugzakken) worden in 2014-2015 weer aan de scholen beschikbaar gesteld. Op deze manier kunnen scholen de leerlingen die op dit moment een rugzak hebben, maar ook zouden krijgen, voorzien van extra begeleiding. Begeleiding is mogelijk door bijvoorbeeld de oude werkwijze van de scholen te blijven hanteren (personal coach, investeren in mentoraat), maar kan ook middels een pilot trajectvoorziening (zie paragraaf 3.1.1.) Scholen mogen dit zelf bepalen en zijn hier zoveel mogelijk autonoom in, maar zullen aan het eind van het jaar wel verantwoording moeten afleggen over de wijze waarop zij de middelen hebben ingezet. Hoe de LGF-leerlingen ondersteund zullen worden vanaf augustus 2014 is een punt van de werkagenda. De middelen voor Rebound worden in 2014-2015 in gelijke mate ten opzichte van die van voorgaande jaren aan de scholen toebedeeld. Op deze manier is de continuïteit van de basisondersteuning gewaarborgd. 1.4. De rol van ouders binnen de visie en missie Zoals ook in het document Basisondersteuning (zie bijlage 1) staat weergegeven, streeft RUW partnerschap met ouders na. Ouders worden vroegtijdig betrokken bij signalering en bij de keuze voor passende interventies. Ouders en scholen, maar dus ook RUW, hebben wederzijdse informatieplicht. Een school en het samenwerkingsverband kunnen namelijk alleen passende ondersteuning bieden als zij zo volledig mogelijk weten wat een leerling nodig heeft. De school betrekt ouders bij het vaststellen van een IOP (Individueel Ontwikkelingsperspectief, voorheen handelingsplan genoemd) en verwacht dat wederzijdse gemaakte afspraken worden nagekomen. Ouders weten daarnaast, bijvoorbeeld uit de schoolgids, wat van hen verwacht wordt op het gebied van informatieverstrekking naar de school. Ook het samenwerkingsverband streeft goede informatievoorziening na. De website, maar ook voorlichtingsbijeenkomsten, kunnen hierin een rol spelen. 1.5. Visie op thuiszitters Met passend onderwijs krijgt de school zorgplicht. Als de school de leerling zelf niet kan plaatsen, zal na overleg met de ouders en eventueel de leerling een passend aanbod worden gedaan. Hierbij kan het samenwerkingsverband in overleg met leerplicht een verbindende rol vervullen. 15

RUW heeft de afgelopen jaren meerdere keren grootoverleggen 4 georganiseerd waarin wordt aangestuurd op een passende plaats. Hiervoor wordt soms ook het schoolleidersoverleg of het bestuursoverleg gebruikt. Een passende plaats kan een school binnen het samenwerkingsverband zijn, maar ook een andere school buiten het samenwerkingsverband. RUW kan dit soort overleggen alleen organiseren als de thuiszitters ook goed geregistreerd en gemeld worden. Afstemming tussen school, leerplicht en RUW is daarbij essentieel. Bij het zoeken naar een passende plek voor (potentiële) thuiszitters moeten de verwachtingen van de ouders over de extra ondersteuning van de school wel mogelijk en uitvoerbaar zijn. Informatie van leerling, ouders, docenten en relevante deskundigen, draagt bij aan het vinden van een passende plek. Als de leerplichtambtenaar de indruk heeft dat ouders niet willen meewerken aan een oplossing, kan dit leiden tot een proces-verbaal. Hoe dit ingevuld gaat worden, hangt af van de keuzes die de scholen zelf willen maken. Investering in de basisondersteuning en de plaats van de docent binnen deze basisondersteuning zijn daarbij belangrijke uitgangspunten. Werkagenda 2014-2015 Beleid opstellen omtrent thuiszitters, zodat de wederzijdse verantwoordelijkheid van school en RUW duidelijk wordt en het aantal thuiszitters afneemt of stabiliseert. De website van RUW actiever gaan gebruiken als medium om informatie te delen. Werkagenda 2015-2016 Met scholen afstemmen wat de rol van RUW kan zijn daar waar het gaat om deskundigheidsbevordering van docenten. 1.6. Visie op de rol van de docent De docent speelt een belangrijke rol bij het soepel kunnen doorlopen van een schoolloopbaan van een leerling. Bij het merendeel van de leerlingen verloopt dit probleemloos. Voor dat deel leerlingen dat alleen een diploma behaalt als het extra ondersteuning krijgt, is de docent nog belangrijker. RUW ziet daarom de docent als dé spil in passend onderwijs. De werkwijze die RUW ontwikkelt, kan vanuit dit oogpunt (al dan niet direct) bijdragen aan de deskundigheidsbevordering van de docent, om zodoende de leerlingen nog beter te kunnen ondersteunen. Professionalisering van personeel is primair een verantwoordelijkheid van de school zelf, maar RUW kan, met de kennis en expertise waar zij over beschikt, hieraan bijdragen. 4 RUW spreekt van grootoverleg als het gaat om een overleg met ouders en andere belangrijke partners op samenwerkingsverband-niveau. Daarnaast hanteren scholen eveneens de naam grootoverleg, maar ook over Multidisciplinaire Overleg indien meerdere ketenpartners zijn uitgenodigd om gezamenlijk tot een passende oplossing voor leerlingen te komen. Naar eenduidigheid in het jargon is een punt voor de werkagenda. 16 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

2> Organisatie en personeel Een goede organisatie staat of valt met een juiste organisatorische inrichting. In dit hoofdstuk wordt inzichtelijk gemaakt hoe het samenwerkingsverband ingericht is, hoe RUW de belangen behartigt van personeel al dan niet in dienst van RUW, en of voldaan is aan de wettelijke kaders (o.a. het tripartiete akkoord). Het hoofdstuk wordt afgesloten met een werkagenda. Deze agenda biedt inzicht in de beleidsaspecten en afspraken die nog uitgewerkt moeten worden. 2.1. Rechtspersoon In de wet passend onderwijs is vastgelegd dat het SWV een rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid moet zijn. Op 14 oktober 2013 zijn de statuten gewijzigd en is RUW in haar huidige hoedanigheid opgericht met als naam Stichting Samenwerkingsverband VO regio Utrecht West. De stichting heeft ten doel: het vormen en in stand houden van een regionaal samenwerkingsverband in de regio Utrecht West; het doen realiseren van een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen binnen en tussen alle scholen in de regio Utrecht West en wel als zodanig dat leerlingen in het voortgezet onderwijs in de meest brede zin van het woord een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en dat leerlingen die extra ondersteuning behoeven een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen. De volgende taken behoren hierbij: het vaststellen van een ondersteuningsplan; het verdelen en toewijzen van ondersteuningsmiddelen en ondersteuningsvoorzieningen aan de scholen; het beoordelen of leerlingen toelaatbaar zijn tot het voortgezet speciaal onderwijs op verzoek van het bevoegd gezag van de school waar de leerling is aangemeld of ingeschreven; het adviseren over de ondersteuningsbehoefte van een leerling op verzoek van het bevoegd gezag van een school waar de leerling is aangemeld of ingeschreven; het in stand houden van een permanente commissie leerlingenzorg. 2.2. Bestuur en Toezicht De stichting kent als orgaan een toezichthoudend bestuur. Het bestuur bestaat uit zoveel leden als er aangeslotenen zijn en is eindverantwoordelijk voor het SWV. De dagelijkse leiding ligt bij een directeur, op wie het toezichthoudend bestuur toezicht houdt. Hoe dit toezicht praktisch vorm krijgt, is onderdeel van de werkagenda. De directeur is belast met de door het bestuur gemandateerde bevoegdheden die zich vertalen in de voorbereiding en uitvoering van het beleid en de activiteiten binnen het SWV. De stichting maakt onderscheid tussen deelnemende en aangesloten scholen. Aangeslotenen van de stichting zijn schoolbesturen van de voortgezet onderwijs-scholen die met één of meerdere vestigingen in de regio Utrecht West gevestigd zijn. Hieronder vallen het Wellantcollege te Montfoort, Het Kalsbeek College (locatie Schilderspark en Bredius) te Woerden, Het Minkema College (locatie Minkemalaan en Steinhagenseweg) te Woerden, het Futura College te Woerden en het VeenLanden College (locaties Mijdrecht en Vinkeveen). Deelnemende scholen kunnen zijn het bevoegd gezag van een school voor voortgezet speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet onderwijs, behorend tot cluster 3 en 4, bedoeld in de Wet op de Expertisecentra, waarvan de vestiging of vestigingen buiten het gebied van het SWV liggen en die wensen deel te nemen aan het SWV. Deelnemende schoolbesturen hebben adviesrecht op het ondersteuningsplan en maken geen deel uit van het bestuur van het SWV. Er is op dit moment een aantal besturen VSO die opteren voor deelname. 2.3. Belangen en besluitvorming Soms kunnen belangen van een schoolbestuur tegenstrijdig zijn met de belangen van het samenwerkingsverband en vice versa. Er is afgesproken dat de besluitvorming zo verdeeld is, dat elk bestuur één 17

stem heeft en dat besluiten met 4/5 meerderheid van de stemmen genomen moet worden. Indien een besluit door het bestuur is aangenomen, kan een bestuurslid dat van oordeel is dat hij door het betreffende aangenomen besluit onevenredig wordt benadeeld, het betreffende besluit laten schorsen en dit besluit voorleggen aan de landelijke arbitragecommissie. Het bestuur is vervolgens gehouden het door de landelijke arbitragecommissie uit te brengen advies op te volgen (zie statuten artikel 10 lid 8). 2.4. Organisatie van wettelijke taak, beheer en administratie Zoals de werkagenda s aan het eind van de hoofdstukken laten zien, is een aantal zaken nog niet duidelijk en be-hoeft dit verdere uitwerking. De komende jaren worden daarom benut als een ontwikkelfase. Het eerste jaar richten we ons op de operationalisering van de werkprocessen volgens een valide methodisch kader dat in dienst staat van onze ambities (zie ook hoofdstuk 1). Het tweede jaar zal worden benut voor het verder uitwerken en verbeteren van deze werkprocessen en het derde jaar volgt een evaluatie en een herijking van ingezet beleid. Tussentijdse evaluatie en monitoring vinden vanzelfsprekend regelmatig plaats. Diverse gremia worden geraadpleegd om dit proces te verdiepen en draagkracht te geven. Zie hiervoor ook het organogram in 2.5. 2.5. Organogram 2.6. Begeleiding en scholing van personeel op de scholen Zoals eerder al is aangegeven, zijn de schoolbesturen primair verantwoordelijk voor het functioneren en eventuele scholing van de docenten. Wanneer docenten echter tegen problemen aanlopen met leerlingen waarbij de ondersteuningsvraag de basisondersteuning overschrijdt, dan stelt RUW zichzelf tot doel dat de docenten op de scholen zich gesteund voelen door het SWV. Dit kan bijvoorbeeld via een scholingsaanbod, op basis van de missie/visie en in samenhang met het scholingsaanbod van elke school. Een aanbod is, in overleg met scholen, in ontwikkeling en staat dan ook op de werkagenda 2014. Daarnaast zal de ondersteuningsroute van RUW er eveneens toe moeten bijdragen dat docenten zich gesteund voelen door de werkwijze van RUW. Snel en daadkrachtig optreden met weinig bureaucratie verlicht docenten als zij tegen de grenzen van hun mogelijkheden (en de mogelijkheden van de school) aanlopen. 2.7 Personeel in dienst van RUW In mei 2013 heeft de toenmalige projectleider passend onderwijs van RUW een analyse uitgevoerd op het wel of niet in dienst nemen van personeel bij RUW. Uit deze analyse bleek dat het voor RUW meer nadelen dan voordelen zou hebben om een werkgeversrol in te nemen. Er is geadviseerd om de nieuwe directeur mogelijk in de tweede fase van zijn projectaanstelling de opdracht te geven om nogmaals de afweging te maken, omdat het omslagpunt nadeel/voordeel op zo n 10 werknemers ligt. OPR Bestuur Legenda hiërarchische relatie advies relatie instemmingsrecht OP OPR Directeur SLO Staf ZOCO netwerk Werkgroep Passsend Onderwijs Diverse (net) werkgroepen RUW Loket

Op dit moment kiest RUW er voor om geen personeel in dienst te nemen. De personen die voor RUW werken (zoals de directeur, maar ook de staf), zijn gedetacheerd vanuit een detacheringsconstructie. 2.8. Uitwerking tripartiete akkoord Behoud van expertise is voor RUW belangrijk in het goed kunnen uitvoeren van haar taken. RUW voert daarom gesprekken met de REC s (Regionale Expertise Centra) en VSO-scholen cluster 3 en 4 waarin over de zogenaamde herbestedingsverplichting wordt gesproken. Uitgangspunt van deze gesprekken is dat de kwaliteit en werkwijze van het personeel moet passen bij de werkwijze van RUW. Daarnaast zal, zoals hierboven ook al is aangegeven, RUW ervoor kiezen om voorlopig geen personeel in dienst te nemen. Mocht RUW de deskundigheid vanuit de REC s en het VSO weten in te zetten, dan zal er gewerkt worden met een detacheringsconstructie. 2.9. Medisch handelen Wanneer een SWV personeel in dienst heeft, is zij wettelijk gezien verplicht om een protocol medisch handelen op te stellen. Gezien het feit dat RUW geen personeel in dienst heeft, geldt dit dus niet voor RUW. De scholen van RUW hebben echter wel afgesproken de verantwoordelijkheid voor medisch handelen op de scholen op te nemen in een gezamenlijk te ontwikkelen protocol. Dit staat op de werkagenda voor 2014-2015. vroegtijdig in het proces mee te nemen en op de juiste wijze te betrekken. Zie hiervoor ook hoofdstuk 1. RUW heeft in de voorbereiding naar passend onderwijs een ouderbijeenkomst georganiseerd voor ouders van en leerlingen met LGF op scholen. Dit is zowel door ouders als door RUW als zeer waardevol ervaren. RUW heeft daarop besloten de ouderbijeenkomst jaarlijks te organiseren met als doelen: ouders te informeren over ontwikkelingen en stand van zaken binnen RUW. Informatie wordt, net als het afgelopen jaar, meegenomen in de verdere ontwikkeling van het SWV; periodiek monitoren van oudertevredenheid. 2.11. Ouders als onderdeel van de kwaliteitszorg Partnerschap ontwikkelt zich in de samenwerking tussen scholen en ouders. RUW stimuleert daarom dat school en ouders met elkaar in gesprek gaan en wederzijdse betrokkenheid organiseren. Mocht er een geschil ontstaan en de klachtenprocedure van de school blijkt niet afdoende, dan kunnen ouders voor onafhankelijk advies terecht bij het RUW Loket. RUW heeft hiervoor samenwerkingsafspraken met het SWV PO (Passenderwijs), zodat hierbij wederzijdse deskundigheid en onafhankelijk ingezet kan worden (denk aan mediation). Als blijkt dat ook dit niet afdoende is, dan kunnen ouders de landelijke geschillencommissie inschakelen. 2.10. Informatieverstrekking en begeleiding van ouders Ouders zijn onze belangrijkste partners bij het behalen van gestelde doelen. Als er risico s dreigen voor het behalen van het uitstroomperspectief en bij het bepalen en inzetten van de gewenste ondersteuning voor de leerling worden ouders proactief betrokken. Ouders en scholen hebben wederzijdse informatieplicht. Ouders weten, bijvoorbeeld uit de schoolgids, wat van hen verwacht wordt op het gebied van informatieverstrekking naar de school. Scholen zullen er naar streven ouders 2.12. Kwaliteitszorg RUW hecht veel belang aan het bewaken van de kwaliteitszorg. Om als SWV optimaal te kunnen functioneren en de juiste opbrengsten te kunnen verkrijgen, is het belangrijk dat alle gremia vooraf weten waaraan gewerkt moet worden en welke factoren meegewogen moeten worden voor het realiseren van een kwalitatief goede organisatie. We doen dit op basis van de principes van R. Simons 5 en richten ons daarbij specifiek op enkele ankers/hefbomen die gezamenlijk de missie en 5 Simons, R. (1992), Levers of Control 19

visie kunnen realiseren: scholen/processen/organisatie en financieel management. Al deze hefbomen moeten met elkaar in control zijn. Binnen deze hefbomen moeten de pijlers waaraan gewerkt moet worden, nog worden geconcretiseerd. RUW gaat hierover in gesprek met diverse gremia (scholen/ouders/ketenpartners). ACT: Het goede behouden en verbeteringen die de basis voor het volgende plan vormen, concretiseren. Werkagenda 2013-2014 Het maken van afspraken met REC s en VSO over de herbestedingsverplichting. Het organiseren van een voorlichtingsbijeenkomst voor ouders, docenten en andere betrokkenen over de huidige stand van zaken van RUW. Afspraken maken over interne toezicht (governance). Het concretiseren en formaliseren van een onafhankelijke klachtenprocedure. Werkagenda 2014-2015 Het vaststellen van de hefbomen binnen het model van R. Simons (1992). Het organiseren van de jaarlijks terugkerende informatiebijeenkomst. Gezamenlijk protocol medisch handelen opstellen. Opstellen scholingsaanbod docenten. Naar R. Simons (1992) Werkagenda 2015-2016 Het in control krijgen en op de juiste manier monitoren van deze processen lukt alleen als cyclisch gewerkt wordt. RUW doet dit middels de PLAN-DO-CHECK-ACT principes: PLAN: DO: CHECK: Nadenken over wat RUW wil en dit beschrijven in het ondersteuningsplan. Uitvoeren van de voorgenomen acties. Controleren of de beoogde resultaten zijn behaald en op welke wijze dat is gebeurd. Een instrument ontwikkelen voor het monitoren van oudertevredenheid. Heroverweging door de directeur of RUW wel of geen personeel in dienst moet nemen. Het organiseren van de jaarlijks terugkerende informatiebijeenkomst voor ouders. 20 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West

3> Indiceren en toelaatbaarheidsverklaring In mei 2013 is door alle scholen gezamenlijk het niveau van de basisondersteuning voor iedere school van ons samenwerkingsverband vastgelegd. Vervolgens kunnen de scholen ervoor kiezen om naast deze basisondersteuning, extra ondersteuning te bieden. Eén van onze belangrijkste ambities is het niveau van de basisondersteuning hoog houden. Onze doelstelling om het huidige lage verwijzingspercentage naar het VSO stabiel te houden, kan alleen gerealiseerd worden als er binnen de reguliere scholen een stevige ondersteuningsstructuur staat. Dit hoofdstuk geeft inzicht in de gezamenlijke basisondersteuning en de mogelijkheden tot extra ondersteuning. Het hoofdstuk wordt afgesloten met een werkagenda. Deze agenda biedt inzicht in de beleidsaspecten en afspraken die nog uitgewerkt moeten worden. 3.1. De basisondersteuning Om de basisondersteuning te kunnen realiseren, streven de scholen van RUW ernaar Handelingsgericht te denken, werken en handelen: Wat heeft de leerling nodig? Hoe kan dat worden georganiseerd? Wie zijn daarvoor nodig? Een kritische blik op of in de toekomst het document basisondersteuning nog optimaal fungeert, blijft nodig. Om de basisondersteuning te waarborgen en verstevigen waar nodig, kent elke school van RUW in 2015-2016 een trajectvoorziening. 3.1.1. Trajectvoorziening Op alle scholen is in schooljaar 2015-2016 een trajectvoorziening ingericht. Een trajectvoorziening is een interne voorziening op de school en een geïntegreerd onderdeel van de (basis)ondersteuningsstructuur. De voorziening kent 4 uitgangspunten: Onder de basisondersteuning valt alles wat door de scholen gezamenlijk is vastgesteld en genoemd staat in het document basisondersteuning. Dit is het geheel van preventieve en lichte curatieve interventies die binnen de onderwijs-ondersteuningsstructuur van alle scholen binnen het samenwerkingsverband planmatig en op een overeengekomen kwaliteitsniveau, eventueel in samenwerking met ketenpartners, worden uitgevoerd. Deze interventies worden op de school uitgevoerd, onder regie en verantwoordelijkheid van de school. Voor de kwaliteit van de uitvoering van de ondersteuning zijn de schoolbesturen verantwoordelijk. Het is tevens onderdeel van het Toezicht,kader 6 van de Inspectie van het Onderwijs. De basisondersteuning is gericht op expertiseontwikkeling binnen de school en tijdelijke interne arrangementen gericht op het weer deelnemen aan het reguliere onderwijsprogramma van de betreffende leerling. Hierbij is het belangrijk dat er goede afspraken gemaakt worden met voorzieningen in de regio, mocht een externe plaatsing nodig zijn. Er is binnen RUW geen bovenschoolse rebound. 6 Toezichtkader 2013 Passend Onderwijs, integraal toezicht op de samenwerkingsverbanden in het primair en voortgezet onderwijs. Inspectie van het Onderwijs, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. begeleiding en ondersteuning van leerlingen; coaching van docenten; partnerschap met de ouders; expertiseontwikkeling ter versterking van de basisondersteuning, samen met de andere trajectvoorzieningen van RUW. De scholen zijn vrij in hoe zij zelf hun trajectvoorziening willen inrichten, al naar gelang het past binnen hun eigen ondersteuningsstructuur. Voor de ene school kan dit betekenen dat er gekozen wordt voor een lokaal waar leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte tijdelijk worden opgevangen en worden klaargestoomd om weer in de reguliere lessen mee te kunnen draaien. Een andere school kiest wellicht voor individuele gespreksvoering met leerlingen en deskundigheidsbevordering van docenten door voormalige ambulant begeleiders. Dit zogenaamde interne expertise centrum wordt beschouwd als een reële mogelijkheid om de ondersteuning aan onder meer de huidige LGF-leerlingen kwalitatief en organisatorisch te waarborgen. Deze voorziening is geen wondermiddel dat voor op alle ondersteuningsvragen een oplossing biedt. Arrangementen voor het speciaal onderwijs blijven noodzakelijk. De scholen kunnen hiervoor terecht bij het RUW Loket Ook blijft het aanbod van sommige voorzieningen in aangrenzende samenwerkingsverbanden 21

tenminste de komende jaren aan de orde, daarbij denken we bijvoorbeeld aan de Utrechtse School en het Transferium in Amsterdam. 3.2. Het RUW Loket Wanneer blijkt dat de interne ondersteuning niet voldoende is, kunnen scholen gebruik maken van het RUW Loket. Dit Loket wordt gezien als het geweten van het samenwerkingsverband. Bij het RUW Loket kunnen scholen terecht voor advies en/of een arrangement. Vanuit het RUW Loket kan op verzoek van een school een expert worden ingeschakeld die helpt bij het in kaart brengen van de onderwijsbelemmeringen van de leerlingen. Het RUW Loket is laagdrempelig en eenvoudig te benaderen, maar legt de verantwoordelijkheid terug bij de desbetreffende school als het een vraag betreft die binnen de basisondersteuning valt. Het RUW Loket geeft daarnaast toelaatbaarheidsverklaringen af voor het speciaal onderwijs cluster 3 en 4, regelt leerlingvervoer en bereidt LWOO- en PrO-beschikkingen voor die toegekend worden vanaf augustus 2015 7. Daarnaast monitort het RUW Loket alle trajecten en rapporteert hierover aan het bestuur. 7 Vanaf augustus 2015 kunnen scholen ervoor kiezen om de huidige indicatiecteria voor toekenning van LWOO en PrO los te laten. De financiële middelen komen bij het SWV terecht. Beleid hierop moet nog ontwikkeld worden, zie werkagenda blz.26. Het RUW Loket is onafhankelijk. De directeur van het samenwerkingsverband is voorzitter. Daarnaast is er een coördinator en een flexibele schil van deskundigen die op afroep beschikbaar zijn. Het Loket beschikt over een budget waaruit tijdelijke arrangementen worden bekostigd. Voor de ondersteuningsstructuur van RUW, zie afbeelding onderaan de pagina. Werkmodel Aan de werkwijze van het RUW Loket ligt een werkmodel ten grondslag dat dient als onderwijskundig kader van waaruit de medewerkers van het RUW Loket handelen. Het werkmodel is een hulpmiddel om met school, ouders en eventueel ketenpartners de onderwijsen ondersteuningsbehoeften van de leerling vast te stellen. De oorzaak voor het nodig hebben van extra ondersteuningsbehoefte bij een leerling, is dat in zijn leven de beschermende en risicofactoren (in de leerling, op school of in de sociale context) uit balans zijn geraakt. Dit is zichtbaar in de gedrags-, emotionele, leer- of ontwikkelingsproblemen die de leerling laat zien. Aan de hand van het werkmodel kan bepaald worden welke eisen er aan de leerling kunnen worden gesteld en welke ondersteuning de leerling nodig heeft om de vastgelopen ontwikkeling weer op gang te brengen (of het evenwicht te herstellen). ö 22 Samenwerkingsverband Voortgezet Onderwijs Regio Utrecht West