e^)verijssel Spoorzone Zwolle (KvO Netwerksteden) provincie Aan Provinciale Staten Onderwerp Spoorzone Zwolle

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "e^)verijssel Spoorzone Zwolle (KvO Netwerksteden) provincie Aan Provinciale Staten Onderwerp Spoorzone Zwolle"

Transcriptie

1 Statenvoorstel nr. PS/2013/537 Spoorzone Zwolle (KvO Netwerksteden) Datum GS-kenmerk Inlichtingen bij / dhr. R. de Goederen, telefoon Aan Provinciale Staten Onderwerp Spoorzone Zwolle Bijlagen I. Ontwerpbesluit nr. PS/2013/537 (bijgevoegd) II. Overzicht vastgestelde beleidskaders PS (bijgevoegd) III. Rapportage Stad en Spoor verbonden (te raadplegen via onder het bovengenoemde PS-kenmerk) IV. Budgettaire gevolgen 19e wijziging 2013 (bijgevoegd) Samenvatting van het voorgestelde besluit Hierbij bieden wij u het Statenvoorstel Spoorzone Zwolle aan. Dit voorstel betreft opgave 60 uit de Kracht van Overijssel, investeringsprestatie Netwerksteden uit de kerntakenbegroting In november 2012 hebben uw Staten de kaderstelling vastgesteld (Statenbesluit 14 november 2012, PS/2012/855) waarin is aangegeven dat u medio 2013 een concreet investeringsvoorstel te willen ontvangen. Met voorliggend Statenvoorstel wordt aan deze vraag voldaan. Op dit moment staan wij - conform de TVPRE procedure - voor realisatie van de opgaven. De ontwikkeling van de Spoorzone Zwolle is een verantwoordelijkheid van de gemeente Zwolle. De provincie Overijssel is verantwoordelijk voor regionaal openbaar bus- en treinvervoer. Als opbrengstverantwoordelijke opdrachtgever is de provincie gebaat bij een goed functionerend en zo efficiënt mogelijk ingerichte Openbaar Vervoers-knoop (OV-knoop). Daarnaast bestaat het provinciaal belang uit de economische, ruimtelijke en sociale ontwikkeling van het gebied. Deze ontwikkeling geeft ruimte aan Zwolle en de directe omgeving om de concurrentiepositie te verbeteren, de entreefunctie voor Overijssel en Noordoost Nederland te vervullen en bedrijvigheid en functies aan te trekken. Het ontwikkelen van een goed functionerende OV-knoop is hierbij randvoorwaarde. Immers, een slecht bereikbaar gebied, met suboptimale ontsluiting en te weinig capaciteit voor voor- en natransport mist de concurrentiekracht die in de huidige markt noodzakelijk is. In voorliggend Statenvoorstel worden twee varianten aan uw Staten voorgelegd, namelijk een voorkeursvariant bestaande uit een integrale aanpak voor het gebied en een nulvariant die de huidige status-quo handhaaft. De voorkeursvariant voldoet aan de door uw Staten gestelde eisen ten aanzien van provinciale belangen en doelstellingen. De kern bestaat uit het op orde krijgen van de OV-knoop met afspraken en voorwaarden ten aanzien van de gebiedsontwikkeling met ruimtelijke kwaliteit en regionale economie. Wij stellen voor te kiezen voor de voorkeursvariant en daarvoor 45 miljoen beschikbaar te stellen. Indien u instemt met dit voorstel zullen wij de middelen onder voorwaarden beschikbaar stellen aan de gemeente, op basis van een bestuursovereenkomst met het college van Burgemeester en Wethouders van Zwolle. Door afspraken te maken met Zwolle over de resultaten die tegenover de bijdrage van de provincie staan worden de provinciale belangen geborgd, terwijl Zwolle in de positie blijft om invulling te geven aan haar rol en verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van een zo belangrijk gebied. e^)verijssel provincie

2 1. Inleiding en probleemstelling In deze paragraaf worden provinciale belangen en ambities beschreven. Vervolgens zijn de problemen in de Spoorzone geduid. Ook de potentie die het gebied heeft is onderdeel van deze paragraaf. Er wordt afgesloten met een korte leeswijzer. 1.1 Provinciale belangen en verantwoordelijkheid De provincie is verantwoordelijk voor goed functionerend regionaal openbaar vervoer en heeft daarmee een groot belang bij een optimaal functionerende Openbaar Vervoersknoop (voortaan: 0Vknoop) in Zwolle. Het provinciale belang bestaat daarnaast uit het versterken van de ruimtelijke, duurzame en sociale kwaliteiten van de Spoorzone. Daarbij fungeert de opwaardering van de OVknoop als vliegwiel voor de gebiedsontwikkeling en ruimtelijk-economische ontwikkeling van de Spoorzone. De provincie staat voor sterke steden als motor van de regionale economie, waaraan stationsgebieden een belangrijke bijdrage leveren. Steden zijn de gebieden voor dynamische en veerkrachtig woon-, werk- en voorzieningenmilieus waar de kwaliteiten en identiteit van de bestaande stad worden versterkt en benut voor herstructurering, transformatie, inbreiding en uitbreiding (Omgevingsvisie pagina 43). Zwolle-Kampen Netwerkstad (ZKN) is één van de KvOopgaven voor de netwerksteden in Overijssel. Spoorzone Zwolle vervult als OV-knoop een uiterst belangrijke functie voor de stad Zwolle en de regio. Het treinstation is voor wat betreft het aantal spoorlijnen de tweede knoop van Nederland. De verwachting is dat het treinstation qua aantal reizigers doorgroeit naar de tiende positie van Nederland. Ook het aantal van 25 stads- en streekbuslijnen is zeer aanzienlijk, evenals het fietsgebruik van en naar het station; het aantal fietsparkeerplekken zal groeien naar zo'n , vergelijkbaar met de grote steden in de Randstad. 1.2 Problemen in de Spoorzone Spoorse onderdelen krijgen impuls, niet-spoorse onderdelen nog onder de maat In de afgelopen jaren is het gebruik van het openbaar vervoer in Zwolle sterk gegroeid en is de maximale capaciteit voor busvervoer en ketenvoorzieningen die de Spoorzone biedt, bereikt. Op dit moment krijgen de spoorse onderdelen een sterke impuls van het Rijk (Prorail). Het betreft de realisering van de Hanzelijn en het bijbehorende vierde perron, lopende aanpassingen van de reizigerstunnel en het spooremplacement en geplande verbeteringen in het kader van "Zwolle Spoort", waaronder aanpassing van baanvakken naar het Noorden. De niet-spoorse onderdelen blijven vooralsnog achter. De volgende problemen zijn geconstateerd: 1. Maximale capaciteit busstation is bereikt (voor aantal bussen en passagiers). 2. Huidige voorzieningen voor de bus voldoen niet meer aan de wettelijke kwaliteitseisen met betrekking tot toegankelijkheid. 3. Maximale capaciteit en bereikbaarheid ontsluitende wegen is bereikt. 4. Milieutechnisch gezien worden grenzen overschreden met betrekking tot luchtkwaliteit. 5. Fietsparkeren is problematisch: op maaiveld is een tekort aan fietsparkeerplekken, geen ruimte voor uitbreiding en de kwaliteit staat onder druk. 6. Autoparkeren: op lange termijn maximale capaciteit bereikt Ruimtelijke en sociale kwaliteit in verval De ruimtelijke en sociale kwaliteiten van de Spoorzone ais centraal in de stad gelegen gebied zijn de afgelopen jaren afgenomen of op sommige plekken nooit aanwezig geweest. Oorzaken zijn niet alleen de groei van de mobiliteit, maar ook achterblijvende investeringen in de openbare ruimte en het vastgoed. De zuidzijde van de Spoorzone mist de functies die horen bij een dynamisch stationsgebied. De noordzijde mist de kwaliteit en allure van een stedelijk centrum. Daarbij zijn aan beide zijden geen plekken voor ontmoeting en beleving. 1.3 Regionaal-economische potentie van de Spoorzone In andere steden is duidelijk zichtbaar dat stationsgebieden doorgroeien van vervoersknoop naar nieuwe multifunctionele stadsgebieden. Het worden weer economische kerngebieden naast binnensteden, voorzieningencentra en bedrijventerreinen. Zwolle blijft in die ontwikkeling nog achter, maar de potentie om uit te groeien tot een nieuw stedelijk centrum in Noordoost Nederland is groot. De Spoorzone is hierin de cruciale ontwikkellocatie, vanwege de potenties als vervoersknoop, de centrale ligging in de stad, de nabije hoofdinfrastructuur en de al aanwezige topvoorzieningen in de omgeving. 2 f* Statenvoorstel nr. PS/2013/537

3 1.4 Leeswijzer In voorliggend Statenvoorstel wordt gestart met het weergeven van uw besluit over het kaderstellend perspectief (2). Vervolgens wordt geschetst welke kaders van belang zijn, en welke rollen en verantwoordelijkheden de verschillende partijen in de Spoorzone hebben (3). Daarna is aangegeven op welke manier de Spoorzone een impuls kan krijgen, oftewel: waarin kunnen uw Staten investeren? (4). Er worden twee varianten voorgelegd. Deze varianten zijn in paragraaf 5 langs de meetlat van het kaderstellend besluit (PS/2012/855) gelegd. In paragraaf 6 is beschreven wat de investeringen per planonderdeel zijn en wat de beschikbare middelen zijn. Vervolgens volgt er een tussenconclusie (7). In de daaropvolgende paragrafen is beschreven welke investeringsvorm wenselijk is (8) en onder welke voorwaarden de investering plaats kan vinden (9). Tenslotte wordt aangegeven hoe de voortgang en kwaliteit van het project Spoorzone bewaakt kan worden en hoe belangen en ambities geborgd worden (10). 2. Kaderstellend perspectief 14 november 2012 In deze paragraaf wordt het genomen besluit op 14 november 2012 weergegeven. In het kader van het Hoofdlijnenakkoord en Investeringsimpuls hebben uw Staten conform de TVPRE procedure (Toelaten Verkennen Planvorming Realisatie Evaluatie) op 14 november 2012 het kaderstellend perspectief voor de Spoorzone Zwolle vastgesteld. Uw besluit is leidend voor de uitwerking van de kaderstelling tot een investeringsvoorstel. De varianten die later in dit voorstel worden beschreven, worden beoordeeld op het wel of niet voldoen aan uw besluit. Uw Staten hebben het volgende besluit (PS 2012/855) genomen: Citaat: 1. de intentie uit te spreken dat van het beschikbare bedrag voor ZKN ca 45 miljoen geïnvesteerd wordt in de spoorzone Zwolle; 2. GS opdracht te geven om medio 2013 een voorstel te doen voor een concreet investeringsbesluit, waarbij voor wat betreft de benodigde provinciale investeringen uitgegaan wordt van het volgende provinciale kader: het realiseren van een efficiënt en toekomstbestendig en veilig openbaarvervoerknooppunt met een busterminal met een vrijliggende ontsluiting aan de zuidzijde van het station; het realiseren van hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit in de spoorzone Zwolle op basis van de omgevingsvisie met een openbaar toegankelijke Noord-Zuidverbinding voor voetgangers (eventueel met fiets) op of in de directe omgeving van het station; het benutten van kansen om de regionale economie te stimuleren; het bevorderen van een integrale gebiedsontwikkeling Spoorzone Zwolle. 3. Het bovengenoemde investeringsvoorstel bevat ten minste een gebiedsontwikkelingskader, een stedenbouwkundige visie, een programmeringsvoorstel voor ruimtelijke functies en een realistisch overzicht van de begroting met varianten voor mogelijkheden tot versobering, dekking, risico's, planning, een overzicht van taken en bevoegdheden en (mogelijkheden tot) fasering in de uitvoering; 3. Gestelde kaders, rollen en verantwoordelijkheden In deze paragraaf geven wij een overzicht van de voor dit dossier relevante door PS gestelde kaders. Vervolgens wordt aangeven welke verantwoordelijkheden en rollen de verschillende partijen hebben en wat dit betekent voor het Investeringsbesluit. 3.1 Gestelde kaders door PS In bijlage II geven wij de voor dit dossier relevante door PS vastgestelde beleidskaders. Daarnaast zijn de volgende kaders meegegeven in het kaderstellend debat en vragen gesteld in de infosessies (24 april en 12 juni): Rollen en verantwoordelijkheden, GS en PS, provincie, gemeente en anderen. In de verschillende fasen. Zie paragraaf 3.2. Rol Prorail ten aanzien van het verplaatsen busstation met betrekking tot voldoende mogelijkheden voor de toekomst om het station uit te breiden. Zie paragraaf 4. Inzicht in de gevolgen voor de busexploitatie in en rond Zwolle bij de diverse varianten. Zie paragraaf 4. Inzicht in doorrekening van de versobering tussen nulvariant en voorkeursvariant. En daarin de verschillende planonderdelen. Zie paragraaf 6. Statenvoorstel nr. PS/2013/537

4 Inzicht in financieringsvorm van subsidie in relatie tot de risico's. Zie paragraaf 8. Uitwerking van de kansen voor regionale economie en innovatie. Zie paragraaf 4. Een noord-zuid fietsverbinding is belangrijk onderdeel van de plannen. Zie paragraaf 4. Fietsparkeren verder uitwerken. Zie paragraaf 4. Zekerheden over cofinanciering van Zwolle. Zie paragraaf 6. Doorkijk in hoe andere partijen worden verleid mee te doen in gebiedsontwikkeling. Zie paragraaf 9 bij ontwikkelstrategie. Inzicht in afwegingen van de raad ten aanzien van de varianten overkluizing/passerelle/tunnel. Zie deze paragraaf en paragraaf 4. Mogelijkheden autoparkeren (nut en noodzaak) in relatie tot fiets en OV als voor- en natransport. Zie deze paragraaf en paragraaf 4. Relatie met het provinciaal kantorenbeleid en Rijkskantoren. Zie paragraaf 9. Inzicht In de formulering in de bestuursovereenkomst ter borging van de provinciale belangen. Zie paragraaf 9. Spoorse voorzieningen Daarnaast is er een kader voor de spoorse voorzieningen. Voor de huidige locatie, nabij het Engelse Werk, voor de spoorse voorzieningen (rangeerterrein) wordt door gemeente en NS momenteel een definitieve invulling ontworpen. Het terrein wordt gebruikt voor stalling en kleine service van treinen. Deze functie wordt gehandhaafd, mits aan een aantal voorwaarden kan worden voldaan op het gebied van borging van de grondwaterkwaliteit. Daarnaast zoekt NS een geschikte locatie voor het vestigen van een modern technisch centrum voor onderhoud etc. Daarvoor zijn meerdere locaties onderwerp van afweging. Ter plaatse van het rangeerterrein is het provinciaal belang, naast ruimtelijke kwaliteit als entree van de stad, voornamelijk gelegen in het feit dat het een grondwaterwingebied betreft. Door het risico voor de grondwaterkwaliteit van het Engelse Werk zijn er beperkte mogelijkheden voor ontwikkeling. De vraag of het rangeerterrein überhaupt onderdeel kan uitmaken van de locatieafweging voor een technisch centrum, wordt ten tijde van het opstellen van dit voorstel objectief onderzocht. Van belang is of de gewenste functie enig verhogend risico met zich meebrengt voor het grondwater. Het stap-vooruit principe uit de Omgevingsvisie is hier ook van toepassing. "Stad en Spoor verbonden" Daarnaast is er het kader voor de gemeente Zwolle, namelijk de rapportage "Stad en Spoor verbonden". Voor provincie is dit een inhoudelijk bouwsteen. Zie hiervoor bijlage III. 3.2 Rollen en verantwoordelijkheden De provincie is, als exploitant, verantwoordelijk voor goed functionerend regionaal openbaar vervoer en heeft daarmee een groot belang bij een optimaal functionerende OV-knoop in Zwolle. Het provinciale belang bestaat daarnaast uit het versterken van de ruimtelijke, duurzame en sociale kwaliteiten van de Spoorzone. Daarbij fungeert de opwaardering van de OV-knoop als vliegwiel voor de gebiedsontwikkeling en ruimtelijk-economische ontwikkeling van de Spoorzone. Na een genomen Investeringsbesluit eindigt de planfase (P) en begint de realisatiefase (R) van de TVPRE-systematiek. De provincie is dan geldverstrekker. De gemeente Zwolle"\s trekker, regisseur en verantwoordelijk voor beleid, planvorming en realisatie van de gebiedsontwikkeling en draagt het risico. De gemeente is verantwoordelijk voor de infrastructuur binnen haar gemeentegrenzen. De gemeenteraad van Zwolle besluit over de inhoud van de gebiedsontwikkeling. De gemeenteraad heeft op 30 juni 2009 besloten om in principe het busstation te verplaatsen van de noord- naar de zuidkant. Ook ligt er een B&W besluit over de financiering van Zwolle, namelijk voor 3 miljoen per jaar. B&W hebben ingestemd met de rapportage "Stad en Spoor verbonden". De gemeenteraad heeft het besluit met betrekking tot de rapportage uitgesteld vanwege haar behoefte aan meer informatie. De besluitvorming over "Stad en Spoor verbonden" vindt tegelijk plaats met het besluit over het investeringsvoorstel, namelijk in september De besluitvorming van de Zwolse raad vindt later plaats dan die van Provinciale Staten. Dit leidt er toe dat uw Staten voorgesteld wordt om een besluit met voorwaarden te nemen. Hierover meer in paragraaf 8 en 9. NS is als vervoerder en vastgoedontwikkelaar betrokken bij de OV-knoop en de gebiedsontwikkeling. Prorail is eigenaar van de spoorinfrastructuur en als opdrachtnemer van spoorse projecten betrokken bij de Spoorzone. Her Ministerie van Infrastructuur & Milieu (I&M) treedt op als opdrachtgever van Prorail. Mogelijk speelt I&M in de toekomst nog een rol als subsidieverstrekker met betrekking tot fietsparkeren. Belanghebbenden uit de buurt zijn betrokken bij de planvorming. 4 S* Statenvoorstel nr. PS/2013/537

5 Andere partijen, zoals ontwikkelaars (anderen dan NS), investeerders of ondernemers zijn dat nog niet. Daarvoor is de door Zwolle op te stellen ontwikkelstrategie van belang (paragraaf 8). De hiervoor geschetste rollen en verantwoordelijkheden betekenen het volgende: de Omgevingsvisie zet in op het versterken van goed georganiseerde overstappunten tussen vervoerswijzen, op verdichtingsmogelijkheden en op mixgebieden van voorzieningen, werken en wonen met een uitnodigende en aantrekkelijke kwaliteit. De provincie stuurt niet op inrichting en vormgeving van planonderdelen. Dat is een verantwoordelijkheid van de gemeente. De provincie heeft belang bij een goede ontsluitingsvorm. De gemeente bepaalt bijvoorbeeld of er een tunnel of busbrug komt. de provincie heeft belang bij goede ketenvoorzieningen. De gemeente (met partners NS en Prorail/I&M) gaat over fiets- en autoparkeren; de provincie heeft vanuit de regionale economie belang bij een gebiedsontwikkeling met ruimtelijke kwaliteit en stelt de daarvoor vereiste voorwaarden om die ontwikkeling op gang te krijgen. 4. Oplossingsrichtingen (Waarin) In deze paragraaf geven wij inzicht in de oplossingsrichtingen voor de Spoorzone. De vraag "Waarin kunnen PS investeren?" wordt beantwoord. Het Hoofdlijnenakkoord, de Investeringsimpuls Kracht van Overijssel en de Omgevingsvisie leveren naast de rapportage "Stad en Spoor verbonden" (bijlage III) de belangrijkste inhoudelijke ingrediënten voor de mogelijke oplossingsrichtingen voor de Spoorzone. De rapportage "Stad en Spoor verbonden" beschrijft de gewenste ontwikkeling van de Spoorzone vanuit de vier partijen: gemeente Zwolle, provincie Overijssel, NS en Prorail/I&M. Het gaat hier om: het op orde maken van de OV-knoop, starten met de gebiedsontwikkeling en verder investeren in entrees en routes. De rapportage geeft inzicht in een integrale aanpak voor de Spoorzone. Deze aanpak wordt in dit Statenvoorstel de voorkeursvariant genoemd. Daarnaast is er ook een nulvariant die de huidige status-quo handhaaft. In deze paragraaf worden de twee varianten toegelicht. Indien aan de orde worden de kosten van de planonderdelen genoemd. Deze kosten zijn gebaseerd op ramingen van Zwolle (5 juni 2013). Het ramingsniveau is 15%. 4.1 Voorkeursvariant De voorkeursvariant stelt een integrale aanpak van het gebied voor, die de hele Spoorzone een impuls geeft. Bij de voorkeursvariant wordt de zuidzijde de nieuwe locatie voor in het bijzonder bus en auto. Het centrale gebied wordt de toekomstige locatie voor economische groei en nieuwe stedelijkheid. De noordzijde wordt de locatie voor beleving van de stad, rust en ontmoeting. En dit gebied wordt het domein van vooral voetganger en fietser. De voorkeursvariant maakt de OV-knoop op orde en investeert in entrees en routes van OV-knoop en gebied. In haar rol als gebiedsregisseur heeft Zwolle diverse varianten voor de locatie en ontsluiting van het busstation verkend. De gemeenteraad van Zwolle heeft op 30 juni 2009 besloten om in principe het busstation te verplaatsen van de noordzijde naar de zuidzijde van het station. De voorkeursvariant sluit daar bij aan. De voorkeursvariant bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Verplaatsen van het busstation naar de zuidzijde, aanleg van een eilandperron en ontsluiting over/onder de sporen. 2. Vergroten capaciteit en kwaliteit ketenvoorzieningen (fiets- en autoparkeren). 3. Een openbare verbinding voor voetgangers en eventueel fiets tussen noord- en zuidzijde van het station. 4. Verbeteren openbare ruimte (routes en plekken) en stationsentrees noord en zuid. 5. Kansen voor regionale economie. Statenvoorstel nr. PS/2013/537

6 De verschillende onderdelen worden hieronder toegelicht. 1. Verplaatsen van het busstation naar de zuidzijde, aanleg van een eilandperron en ontsluiting over/onder de sporen: De noordzijde kent een gebrek aan capaciteit van het plein en van de toevoerende wegen. Dit maakt de zuidzijde meer geschikt voor busvervoer dan de noordzijde. Indien het busvervoer naar de zuidzijde verplaatst, kan de noordzijde zich ontwikkelen tot ontmoetings- en verblijfsplek. Ook ontstaat er zo een goede eerste indruk van de stad en een aantrekkelijke entree naar de stad. Hierdoor ontstaat er een betere verbinding tussen stationsgebied en binnenstad. De busterminal krijgt een omvang van 25 opstelplaatsen voor bussen in de vorm van een langgerekt eilandperron. De kosten bedragen 12,9 miljoen. De busterminal wordt gescheiden van het autoverkeer (taxi's, Kiss & Ride, doorgaand autoverkeer aan de noordzijde op Westerlaan en Oosterlaan en aan de zuidzijde op de Hanzelaan). De busterminal wordt via een ontsluiting over of onder de sporen aangesloten op het regionale wegennet door busbrug of tunnel. Het provinciale belang bestaat uit een goed en efficiënt openbaar vervoerssysteem; beide ontsluitingsvarianten voldoen aan het provinciaal belang. De kosten zijn: 26,7-51,6 miljoen (respectievelijk busbrug - tunnel). Voor reizigers is het overzichtelijk, sociaal veilig en comfortabel dat de busterminal en treinperrons door directe ruimtelijke aansluiting trein- en busperrons en soortgelijke vormgeving aan elkaar zijn gekoppeld. Bovendien wordt de overstap bus-bus verbeterd als er één terminal voor stads- en streekbussen is. Op de busterminal kan in de toekomst gebruik worden gemaakt van dynamisch busmanagement, waardoor de inzetbaarheid nog veel groter wordt dan de fysiek aanwezige opstelplaatsen. Daarmee kan naar verwachting de groei van het aantal bussen in de komende decennia worden opgevangen. In de opvatting van Prorail heeft het treinstation tot 2030 voldoende capaciteit. Als die capaciteit daarna moet worden uitgebreid wordt niet gedacht aan extra perrons aan de zuidzijde, maar aan intensiever gebruik van bestaande perrons. In het ruimtelijk ontwerp van de Spoorzone zijn de mogelijke vervoerswijzen voor de Kamperlijn meegewogen. De aanlanding van de Kamperlijn in het station Zwolle maakt daarvan onderdeel uit. Samen met kosten voor verwerving, tijdelijke maatregelen en organisatie bedraagt het totaal aan kosten 54,6-79,6 miljoen (exclusief inrichten openbare ruimte). Voor de exploitatie heeft de voorkeursvariant positieve gevolgen ten opzichte van de huidige situatie en de nulvariant (zie paragraaf 4.2). Zowel in de huidige situatie als in de nulvariant kunnen de bussen (deels) vanaf één zijde het busstation oprijden. Dit betekent veel (om)rij bewegingen tussen uitstaphalte, instaphalte en buffer. Bewegingen van en naar de buffer vervallen in de voorkeursvariant en de infrastructuur is exclusief voor bussen, hetgeen wachttijden en filevorming minimaliseert. Dit resulteert in een positief effect op de exploitatie van ,-- tot ,- per jaar (prijspeil 2012). 2. Vergroten capaciteit en kwaliteit ketenvoorzieninoen (fiets- en autoparkeren): Na de verplaatsing van het busstation kan aan de noordzijde fietsparkeercapaciteit worden uitgebreid in combinatie met de herinrichting van het voorplein. Daarbij kan een impuls worden gegeven aan de ruimtelijke kwaliteit. Het gaat hier om betaald parkeren onder het stationsplein voor fietsen. Aan de zuidzijde is voor fietsparkeren voldoende ruimte aanwezig. In totaal gaat het om fietsparkeerplekken. Er zijn verschillende groeiscenario's mogelijk met verschillende eindbeelden. Twee eindbeelden voldoen aan de provinciale doelstellingen voor de uitbreiding naar een acceptabel aantal fietsparkeerplekken. De uitbreiding aan de zuidzijde is in alle gevallen gelijk. Aan de noordzijde bestaan twee mogelijke eindbeelden die beide voldoen. Vervanging, sloop en nieuwbouw van een fietsflat op de locatie van de Westerlaan parkeergarage en een eindbeeld waarin op de Oosterlaan een uitbreiding van capaciteit wordt gerealiseerd in een (deels) gebouwde voorziening, aan de zuidzijde aan de Westerlaan blijven de fietsrekken op maaiveld. De kosten voor deze eindbeelden lopen uiteen van 16,7-34,0 miljoen. 6 )C Statenvoorstel nr. PS/2013/S37

7 In de plannen van de gemeente is een uitbreiding van 'Kiss & Ride' opgenomen. Daarin kan worden voorzien aan de zuidzijde van het station en aan de Oosterlaan, zodra de busterminal naar de zuidzijde is verplaatst. Er is, los van de eventuele verplaatsing van de hierboven genoemde Westerlaan parkeergarage, geen sprake van een uitbreiding van de autoparkeerplekken. Op korte termijn is de behoefte hiervoor niet aangetoond (op lange termijn wel). 3. Een openbare verbinding voor voetgangers en eventueel fiets tussen noord- en zuidzijde van het station De voorkeursvariant bevat een noord-zuidverbinding, waardoor het stationsgebied openbaar toegankelijk wordt op elk moment van de dag. Voor het benutten van de economische potentie en ontwikkelmogelijkheden van het gebied is deze verbinding van belang. Ook verbetert deze verbinding de bereikbaarheid van het busstation voor de reizigers van de Kamperlijn. De wijze waarop de gemeente hierin voorziet is aan haar. Dit kan door middel van een passerelle, dan wel een minimaal 20 uur toegankelijke openbare reizigerstunnel. De tunnel gaat een half uur na de laatste trein dicht en is een half uur voor de eerste trein weer open. De kosten van de passerelle zijn geraamd op 5,0 miljoen. 4. Verbeteren openbare ruimte (routes en plekken) en stationsentrees noord en zuid; Om een aantrekkelijke mix van innovatieve stedelijke functies te ontwikkelen, de Spoorzone in bestaand stedelijk gebied op te nemen, ruimte en erfgoed opnieuw te gebruiken, en om de Zwolse identiteit te versterken door aansluiting van de Spoorzone op binnenstad, Engelse Werk en IJsselzone worden de openbare ruimte (routes en plekken) en stationsentrees noord en zuid, als verbinding tussen het OV en het stedelijk gebied, herontworpen. Kosten zijn geraamd op 7,5 miljoen. 5. Kansen voor de regionale economie. De voorkeursvariant biedt optimale kansen voor de economische ontwikkeling van het gebied van de Spoorzone. Dit belangrijke economische knooppunt voor stad en regio is de plek om nieuwe werkmethoden en tijdelijke werkplekken aan te bieden voor bijvoorbeeld (door)reizigers en bezoekers van bedrijven en instellingen in de stad. Dit kunnen gecombineerde diensten en werkplekken zijn voor bijvoorbeeld starters vanuit de onderwijsinstellingen. De Spoorzone is de ideale locatie voor ontmoetingen, matchmaking, creatieve broedplaatsen al dan niet in combinatie met wonen, en evenementen voor nieuwe en gevestigde bedrijven, maar ook voor passanten en bezoekers van de stad. De vernieuwing van de OV-knoop en de openbare noord-zuidverbinding fungeren daarvoor als aanjager. Essentieel voor het realiseren van de potenties in het gebied is een krachtige gemeentelijke ontwikkelstrategie, die de gewenste ontwikkeling inhoudelijk en qua proces en middelen aanstuurt. 4.2 Nulvariant De nulvariant bestaat uit het oplossen van de meest urgente problemen in het afhandelen van de busstroom op de huidige locatie, het uitbreiden van de fietsparkeercapaciteit aan de noord- en zuidzijde en het inrichten van de openbare ruimte aan de zuidzijde. Dit biedt slechts een beperkte oplossing voorde geschetste problemen in paragraaf 1.2. De nulvariant omvat: 1. Aanpassing van het busstation noordplein. 2. Exploitatieverlies ten opzichte van de voorkeursvariant. 3. Verkeersmaatregelen voor de afhandeling van verkeer. 4. Uitbreiden capaciteit fietsenstallingen zuidzijde op maaiveld. 5. Inrichten openbare ruimte zuidzijde (inclusief Kiss & Ride en parkeren). 6. Uitbreiden capaciteit fietsstallingen noordzijde (gebouwd). Deze onderdelen worden hieronder toegelicht. 1. Aanpassing van het busstation noordplein Het busstation blijft aan de noordzijde, evenals zoveel als mogelijk de andere huidige functies. Het plein blijft een vervoersplein. De gehele noordzijde van het station wordt ingericht als stad- en streekbusstation. Bij deze variant zijn de minimale eisen voor toegankelijkheid, draaicirkels en veiligheid in acht genomen. De uitbreiding van het busstation gaat ten koste van de bestaande fietsenstalling aan de Oosterlaan. De kosten bedragen 3,1 miljoen. y% Statenvoorstel nr. PS/2013/537

8 Exploitatieverlies ten opzichte van de voorkeursvariant De voorkeursvariant kent een nagenoeg ideale wijze van de afhandeling van het busverkeer, vrijliggend van het overige verkeer. Daarnaast hoeft er bij de voorkeursvariant geen buffer te worden gebruikt. Dit betekent dat er tussen de voorkeursvariant en de nulvariant een exploitatief verschil van , ,- per jaar bestaat. Dit komt na 20 jaar neer op 7,4-9,8 miljoen (zonder prijspeil correctie). 2. Verkeersmaatregelen voor de afhandeling van verkeer In de huidige situatie wordt tijdens de spits actief verkeer geregeld om de stromen voetgangers, fietsers, bussen en auto's in goede banen te leiden. Dit zal naar verwachting moeten worden gehandhaafd in de spitsperiodes. Kosten per jaar bedragen ,--. Dit komt na 20 jaar neer op 5 miljoen (zonder prijspeil correctie). 3. Uitbreiding capaciteit fietsenstallingen zuidzijde op maaiveld Er is op dit moment meer vraag naar fietsparkeerplekken dan er plekken beschikbaar zijn. De geprognosticeerde behoefte bedraagt tussen de stallingsplaatsen met een verdeling van circa 33% aan de zuidzijde. Met de uitbreiding van deze capaciteit op maaiveld is 2,4 miljoen gemoeid. 4. Inrichten openbare ruimte zuidzijde find. Kiss & Ride en parkeren) De ruimte aan de zuidzijde ter hoogte van de tunnel-uitgang ligt nu braak. Deze ruimte moet geschikt worden gemaakt voor de ontvangst van reizigers, Kiss & Ride, reizigersvoorzieningen en Park & Ride. De kosten hiervoor bedragen, gebaseerd op een basis kwaliteitsniveau 4,9 miljoen. 5- Uitbreiding/vervanging fietsenstallingen noordzijde (gebouwd) De huidige locatie aan de Oosterlaan kan niet worden gebruikt voor de uitbreiding van het busstation. Dit heeft tot gevolg dat er een gebouwde oplossing op de Westerlaan moet worden gerealiseerd ter plaatse van het huidige stadsbusstation (ondergronds) en ter plaatse van de huidige Westerlaan parkeergarage. Daarnaast kan op maaiveld, verder weg van het station nabij het huidige "hoefijzergebouw" een maaiveldstalling worden gerealiseerd. Totale kosten voor het realiseren van deze stallingen bedragen 20,8 miljoen exclusief de kosten voor het verplaatsen van het autoparkeren in de Westerlaan parkeergarage. 5. Voorkeursvariant en nulvariant vergeleken In tabel 1 worden de door uw Staten gestelde voorwaarden uit het besluit PS/2012/855 naast de twee varianten gelegd. Wij geven een 'score' van zeer positief (++) tot zeer negatief ( ). Hiermee beantwoorden wij de vraag: 'Krijgt u wat u wilt?'. Tabel 1: Voorkeursvariant en nulvariant vergeleken Voorwaarden Voorkeursvariant 1. Het realiseren van een Efficiënt: efficiënt en Integrale OV-knoop; toekomstbestendig en Meer capaciteit busterminal; veilig openbaar vervoersknooppunt met een reistijden bus; Grotere betrouwbaarheid busterminal met een Sterk afgenomen verkeersdruk vrijliggende ontsluiting aan aan/afvoerwegen; de zuidzijde van het Verbeterde bus-bus overstap; station. Verbeterde bus-trein overstap; Verbetering ketenvoorzieningen. Toekomstbestendig: Voldoende opstel plaatsen bussen, ook voor toekomst; Busterminal is in toekomst geschikt voor dynamisch halteren waardoor de capaciteit stijgt; Locatie busterminal tot 2030 en erna niet bedreigd door uitbreiding capaciteit treinstation; Nulvariant Efficiënt: Capaciteitsprobleem aan/afvoerwegen niet opgelost; Onvoldoende capaciteit fïetsparkeren en K+R; Betrouwbaarheid reistijden per bus onder druk; Extra verkeersmaatregelen noodzakelijk (regelaars) Geen verbetering bus-bus overstap; Geen verbetering bus-trein overstap; Geen verbetering ketenvoorzieningen. Toekomstbestendig: Onvoldoende ruimte voor bus, fiets, voetganger en auto; Uitbreiding busterminal vermindert ruimte fïetsparkeren noordzijde; Geen ruimte voor uitbreiding keten voorzieni ngen. ;?* Statenvoorstel nr. PS/2013/537

9 2. Het realiseren van hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit in de spoorzone Zwolle op basis van de Omgevingsvisie met een openbaar toegankelijke Noord-Zuidverbinding voor voetgangers (eventueel met fiets) op of in de directe omgeving van het station. e Aansluiting busterminal op Kamperlijn verbetert; Meer dan voldoende ruimte voor uitbreiding ketenvoorzieningen. Veilig: Verbeterde veiligheid door busen autoverkeer aan de zuidkant en voetgangers en fiets aan de noordkant. Meer ruimte en overzicht op noord- en zuidplein; Verbeterde luchtkwaliteit. Vrijliggende ontsluiting aan de zuidzijde: Busterminal als vrijliggend eiland perron; Direct grenzend aan de bestaande treinperrons en nieuwe reizigerstunnel; Vrijliggende ontsluiting daarvan over/onder sporen. Verbeterde ruimtelijke kwaliteit door: aantrekkelijke mix van innovatieve stedelijke functies; ruimte en erfgoed opnieuw te gebruiken; aansluiting Spoorzone op binnenstad, Engelse Werk en Ijsselzone; door herinrichting voorplein als onderdeel van de stadsentree Veilig: Geen scheiding van vervoerswijzen, onoverzichtelijk en chaotisch noordplein en veiligheid voor elke verkeersdeelnemer vanwege groeiend verkeer; Geen verbetering van de luchtkwaliteit. Vrijliggende ontsluiting aan de zuidzijde: n.v.t. Geen sterke verbetering ruimtelijke kwaliteit, met uitzondering van de invulling aan de zuidzijde. Openbare noord-zuidverbinding: n.v.t. 3. Het benutten van kansen om de regionale economie te stimuleren en het bevorderen van een integrale gebiedsontwikkeling Spoorzone Zwolle. Openbare noord-zuidverbinding door voor voetgangers (eventueel met fiets) door aanleg passerelle of 20 uur toegankelijke openbare reizigerstunnel. Ruimtelijke randvoorwaarden (OVknoop) aanwezig, maar op dit moment nog geen ontwikkeistrategie ten aanzien van benutten van regionaal economische potenties. +/- Ruimtelijke randvoorwaarden niet op orde. 6. Benodigde investeringen varianten (Hoeveel) In de vorige paragraaf gaven wij inzicht in waar uw Staten in kunnen investeren. In deze paragraaf wordt geduid om welke bedragen het gaat, zowel de investeringen als de beschikbare middelen. 5.1 Investeringen per planonderdeel In tabel 2 wordt per planonderdeel aangegeven wat de investeringen zijn in de voorkeursvariant en de nulvariant. Het ramingsniveau is 15% op basis van de ramingen van Zwolle (5 juni 2013). Tabel 2: Investeringen per planonderdeel Planonderdeel Realisering busterminal inclusief overkapping Aanpassing busstation Noordplein Ontsluiting busterminal via busbrug - tunnel Inrichting Zuidzijde station Inrichten centrumzijde station Verwerving Tijdelijke maatregelen en organisatiekosten Dekking provinciale exploitatiekosten van het openbaar busvervoer ( 0,4-0,5 miljoen/jaar, over 20 jaar) Voorkeu rsva ria nt 12,9 miljoen N.v.t. 26,7-51,6 miljoen 4,0 miljoen 3,5 miljoen 8,0 miljoen 7,0 miljoen N.v.t. Nulvariant N.v.t. 3,0-4,0 miljoen N.v.t. 4,0 miljoen N.v.t. N.v.t. PM 9,0 miljoen Statenvoorstel nr. PS/2013/537

10 Dekking verkeersmaatregelen ( 0,25 miljoen/jaar, over 20 jaar) Totaal verplaatsen busterminal van noordzijde naar zuidzijde station N.v.t. 62,1-87,0 miljoen 5,0 miljoen 21,0-22,0 miljoen Vergroting capaciteit en kwaliteit fietsparkeren (eindbeeld) Eventuele verplaatsing ketenvoorzieningen / buslijnen naar de zuidzijde Passerelle als loop (eventueel flets) verbinding tussen noord- en zuidzijde station Totaal 16,7-34,0 miljoen N.v.t. 5,0-7,5 miljoen 83,8 - C 128,1 miljoen 32,7 miljoen PM N.v.t. C 53,7 - e 54,7 miljoen 5.2 Beschikbare middelen In tabel 3 zijn de beschikbare middelen opgenomen. Met de gemeente Zwolle is afgesproken dat zij investeert op basis van 50/50 verdeling met de provincie. Tabel 3: Beschikbare middelen Partijen Gemeente Zwolle I&M* Provincie Overijssel NS ** Maximaal totaal budget zonder extra partners * Betreft aan te vragen subsidie Ruimte voor de Fiets ** Precieze bijdrage is nog onbekend Maximale investering 45,0 miljoen 8,35-17,0 miljoen 45,0 miljoen 4,0-8,0 miljoen 102, miljoen 6. Tussenconclusie In paragraaf 4 hebben wij een beeld geschetst van de twee varianten voor de Spoorzone, namelijk de voorkeursvariant en de nulvariant. In deze paragraaf is ook geduid wat de verschillende planonderdelen zijn en wat de planonderdelen kosten. In paragraaf 5 is het genomen besluit van 14 november 2012 naast de varianten gelegd. Hieruit blijkt dat de voorkeursvariant inhoudelijk voldoet aan uw wensen. Paragraaf 6 geeft inzicht in de financiële verschillen tussen de twee varianten. Hieruit blijkt dat de investeringen de volgende zijn: voorkeursvariant 83,8-128,1 miljoen en de nulvariant 53,7-54,7 miljoen. Het maximaal totale budget is: 102, miljoen. Gezien het voorgaande stellen wij voor om te kiezen voor de voorkeursvariant, omdat deze variant aansluit bij de door uw Staten gestelde kaders. Voorstel Wij stellen uw Staten voor om een bijdrage te leveren aan de realisering van de voorkeursvariant, en daarmee onze belangen te borgen in een toekomstvaste en optimaal functionerende OV-knoop en in het ontwikkelpotentieel van het gebied van de Spoorzone. Vanuit de verantwoordelijkheid van de provincie voor de OV-exploitatie van de bus en trein draagt de provincie financieel bij in de OVelementen (busterminal, ontsluiting, ketenvoorzieningen, openbare noord-zu idverbind ing, pleinen noord en zuid), onder de voorwaarde dat de gebiedsontwikkeling met ruimtelijke kwaliteit door Zwolle en andere partijen geborgd is. Schematisch ziet dit voorstel er als volgt uit:

11 8. Investeringsvorm (Hoe) In deze paragraaf worden uitvoering, bestedingsritme en beschikbaarstelling van de provinciale bijdrage geduid. 8.1 Uitvoering en bestedinosritme Wij stellen voor het bedrag in eens bij te dragen aan de gemeente Zwolle. Vanuit provinciaal belang is het gewenst dat de uitvoering van de busterminal en busontsluiting zo spoedig mogelijk plaatsvindt. De uitvoering hiervan heeft positieve effecten op de exploitatie en concurrentiepositie van het OV. Het hiermee gemoeide bedrag bedraagt exclusief voorbereiding minimaal 39 miljoen. Uitgaande van de voorbereidingstijd van een jaar en een realisatieperiode van twee jaar betekent dit dat dit bedrag ten behoeve van de aanbesteding in 2014 beschikbaar moet zijn. De gemeentelijke bijdrage is een langjarige begrotingsclaim en is niet volledig beschikbaar in Door haar bijdrage ineens beschikbaar te stellen neemt de provincie haar verantwoordelijkheid als partner in de opgave van de gemeente Zwolle, terwijl de verantwoordelijkheid voor uitwerking, uitvoering alsmede het dragen van risico bij de primair verantwoordelijke partij, de gemeente Zwolle, blijft. Daarnaast stellen wij de gemeente Zwolle in staat om door de bijdrage ineens en vooraf beschikbaar te stellen haar bijdrage ten gunste van het project te optimaliseren door het voorkomen van de financieringskosten. 8.2 Investerinqsvormen Voor het beschikbaar stellen van een provinciale bijdrage zijn twee mogelijke opties verkend: 1. Subsidieverstrekking 2. Bestuursovereenkomst De bijdrage op basis van een bestuursovereenkomst is gezien de gewenste uitvoering en bestedingsplanning de beste optie. De bijdrage wordt dan in 2013 ineens betaalbaar gesteld. In de te sluiten bestuursovereenkomst worden de rollen van provincie en gemeente(besturen) in het project duidelijk vastgelegd. In de overeenkomst verplicht de gemeente zich tot realisatie. Daar tegenover staat de provinciale bijdrage van 45 miljoen onder voorwaarden (zie paragraaf 9). Wanneer aan de voorwaarden is voldaan wordt de bijdrage in 2013 als last genomen. De overeenkomst zal geen vrijblijvend karakter hebben: de verplichtingen kunnen over en weer in beginsel worden afgedwongen. Uw Staten wordt derhalve voorgesteld een bedrag van 45 miljoen over te hevelen van de algemene reserve "Kracht van Overijssel" naar de bestemmingsreserve uitvoering "Kracht van Overijssel". 8.3 Effecten Wet HOF Wanneer de last in 2013 wordt genomen zal in het kader van de Wet HOF voor de bijdrage van 45 miljoen geen sancties worden opgelegd. 9. Doelstellingen en voorwaarden In deze paragraaf worden de doelstellingen en voorwaarden voor een investering geschetst. Met het Kaderstellend besluit hebt u aangegeven te verwachten dat het investeringsvoorstel ten minste de volgende onderdelen bevat: een gebiedsontwikkelingskader, een stedenbouwkundige visie, een programmeringsvoorstel voor ruimtelijke functies en een realistisch overzicht van de begroting met varianten voor mogelijkheden tot versobering, dekking, risico's, planning, een overzicht van taken en bevoegdheden en (mogelijkheden tot) fasering in de uitvoering. Burgemeester en Wethouders van Zwolle hebben een gebiedsontwikkelingskader, een stedenbouwkundige visie en een programmeringsvoorstel voor ruimtelijke functies vastgesteld met de rapportage "Stad en Spoor verbonden". Deze onderdelen zijn opgenomen in deze rapportage. In de voorkeursvariant treft u de begroting van de planelementen aan en een versoberde optie in de vorm van de nulvariant. il f* Statenvoorstel nr. PS/2013/537

12 De bijdrage van de provincie komt tot stand onder de afspraak dat de gemeente Zwolle aan de door ons geformuleerde doelstellingen zal voldoen. De gemeente en provincie stellen hiertoe een Bestuursovereenkomst op. In de Bestuursovereenkomst worden de gezamenlijke doelstellingen, afspraken en nader te bepalen peildata geformuleerd. De te stellen doelstellingen en voorwaarden luiden als volgt: 1. De doelstellingen met betrekking tot de fysieke planelementen luiden: a. aanleg busterminal binnen het station en als integraal onderdeel van de OV-knoop aan de zuidzijde van de sporenbundel, waarbij het station een gelijkwaardige benadering van busreizigers en treinreizigers bevat; b. ontsluiting van de busterminal rechtstreeks en vrijliggend naar de Willemskade en ontsluiting naar de Van Karnebeektunnel; c. vergroting van de capaciteit en kwaliteit fietsparkeren tot een totaal van maximaal stallingsplaatsen, waarvan twee derde en minimaal bewaakte stallingsplaatsen aan de noordzijde van het station. Het minimaal te behalen stallingsplaatsen wordt bepaald op basis van de door NS en Prorail jaarlijks voor het programma "Ruimte voor de Fiets" opgestelde prognose; d. realisatie openbare voetgangersverbinding van noord naar zuid ter plaatse van het station, geschikt voor het meenemen van de fiets aan de hand en toegankelijk voor mensen die slecht ter been zijn; e. inrichting van de openbare ruimte bij de stationsentrees noord en zuid; f. dat alle planelementen dienen te voldoen aan de provinciale eisen ten aanzien van capaciteit en rijtijden van het busvervoer, en qua vormgeving bijdragend aan identiteit en entree van Zwolle. 2. De doelstellingen met betrekking tot de niet-fysieke planelementen luiden: a. Het opstellen van een ontwikkelstrategie, ten minste bestaande uit: i. de scope van het gebied; ii. doelen en belangen; iii. vastgesteld beleid, prioriteiten, korte en lange termijn; iv. plaats/positie station in regio/stad (sterke punten); v. verkenning kansrijke ontwikkelingen (marktanalyse); vi. een strategie om kansen te grijpen: acquisitie aanpak; doelgroepbeleid (niet alleen 'the usual suspects'); samenwerkingsovereenkomst partners. vii. zicht op wat en wanneer realiseren (korte en lange termijn); viii. plek/positie van omgeving/stakeholders; ix. organisatie: procedures, wie doet wat, competenties. b. Het opstellen van een kwaliteitsplan, ten behoeve van het borgen van ruimtelijke kwaliteit. Dit kwaliteitsplan voorziet in: i. de kwaliteitsopgaven en bijbehorende kwaliteitsambities voor de ontwikkeling van Spoorzone Zwolle; zowel voor het OV-knooppunt als de gebiedsontwikkeling. Vanuit de provinciale rol en sturing op ruimtelijke kwaliteit zijn daarvoor de volgende kwaliteitsambities van belang: het versterken van de identiteit en herkenbaarheid van Zwolle als regionaal centrum; contrast versterken tussen dynamische (Spoorzone) en luwe gebieden (van het Engelse Werk, Landgoed Schellerberg buurtschap IJsselzone) door het infrastructuurnetwerk; benutten van erfgoed om de Zwolse identiteit van de Spoorzone te borgen en te versterken; het opnemen van de Spoorzone in het vitale stedelijke weefsel van Zwolle in een aantrekkelijke mix van gebruiksfuncties; de aansluiting op de kwaliteiten van de binnenstad; de verbinding met de groen-blauwe gebiedskwaliteiten (van het Engelse Werk, Landgoed Schellerberg buurtschap IJsselzone). het (opnieuw) vormgeven van de entrees van de stad; zowel de entrees langs het spoor voor het treinverkeer als het station(spleinen) voor de reizigers Statenvoorstel nr. PS/2013/537

13 ii. het proces en organisatie om deze ambities te borgen. Uitgangspunt daarbij is dat het onderdeel OV-knoop plaatsvindt op basis van ontwikkelingsplanologie en het onderdeel gebiedsontwikkeling op basis van uitnodigingsplanologie. Voor dit laatste onderdeel is de ontwikkelstrategie die de gemeente opstelt (zie randvoorwaarde 2a) van belang. 3. De kantoorontwikkeling in de Spoorzone moet passen in het Omgevingsvisiebeleid. 4. Afhankelijk van het besluit van de Tweede Kamer over Rijkskantoren dient Zwolle de gevolgen hiervan te betrekken bij de op te stellen ontwikkelstrategie. 5. De provinciale investering is een maximale bijdrage. 6. De provinciale investering is een taakstellende bijdrage: uitgangspunt is de volledige realisering van uw PS-besluit van november Planonderdelen worden op nader vast te stellen peildata (voor besteding en realisatie) en conform onze doelstellingen gerealiseerd. In de bestuursovereenkomst wordt opgenomen op welk moment het escalatiemodel van toepassing is. 8. De bestuursovereenkomst wordt aangegaan, onder de voorwaarde dat de gemeenteraad van Zwolle voor 1 december 2013 heeft ingestemd met de rapportage "Stad en Spoor verbonden" en een investeringsbesluit met de voorkeursvariant heeft genomen. 9. In de bestuursovereenkomst worden afspraken gemaakt ten aanzien van monitoring en bestuurlijke mijlpalen. Risico's en beheersmaatregelen De provincie draagt bij in de Zwolse gebiedsontwikkeling om haar doelstellingen in de Spoorzone te bereiken. Uitgangspunt daarbij is: realisatie van de complete OV-knoop (busterminal, ontsluiting over/onder de sporen, ketenvoorzieningen, openbare noord-zuidverbinding en pleinen noord en zuid). De ontwikkeling van de totale OV-knoop is immers cruciaal voor het provinciale OV belang en is als compleet pakket noodzakelijk om de gebiedsontwikkeling met ruimtelijke kwaliteit van de grond te krijgen. Het op voorhand toekennen van een investeringsbijdrage brengt het risico met zich mee dat gedurende de realisatie niet meer gestuurd kan worden op de overeengekomen gezamenlijke belangen en op doelstellingen en uitvoering van de bijbehorende (fysieke en niet-fysieke) planelementen. Om dit risico te beheersen worden hierover in een bestuursovereenkomst afspraken gemaakt. Complete OV-knoop of niets Om de totale ontwikkeling van de OV-knoop te borgen, stellen wij voor om in de bestuursovereenkomst op te nemen dat zodra één van de elementen van de OV-knoop (zoals gedefinieerd onder 'doelstelling en voorwaarden la t/m lg') wegvalt, wij deze wijziging bij uw Staten voorleggen en het college van Burgemeester en Wethouders deze wijziging voor moet leggen aan de raad. Om het risico verder in te perken stellen wij voor dit alleen bij situatie van overmacht te doen gelden. Daarmee wordt voor alle partners continuïteit op de besloten inhoud geborgd. 10. Monitoring voortgang en kwaliteit; borging belangen en ambities; bestuurlijke mijlpalen Wij stellen voor dat de volgende afspraken worden gemaakt ten aanzien van monitoring van de voortgang en kwaliteit en het borgen van belangen en ambities: vaststellen door GS van de organisatie en inrichting van de volgende fase (Realisatie); in de bestuurovereenkomst vastleggen dat in de stuurgroep 2x per jaar de voortgang en kwaliteit wordt besproken, en op ieder moment indien afwijkingen aanleiding geven; rapporteren aan uw Staten over de voortgang die de gemeente Zwolle boekt via de reguliere planning en control cyclus in het voor- en najaar van 2014 en verder; informeren van uw Staten twee keer per jaar over voortgang en kwaliteit en op ieder moment indien afwijkingen aanleiding geven. Vervolg Wij stellen met het investeringsvoorstel deze vervolgstappen voor: Opstellen en sluiten van Bestuursovereenkomst tussen Gedeputeerde Staten en Burgemeester en Wethouders, na instemming van de gemeenteraad (voor 1 december 2013) met de rapportage 'Stad en Spoor verbonden' en een investeringsbesluit met voorkeursvariant heeft genomen; Monitoring voortgang en kwaliteit, o Specifiek: ontwikkelstrategie en kwaliteitsplan; Periodiek (2x per jaar) informeren van uw Staten over de voortgang en kwaliteit; Periodieke rapportage over de voortgang via P&C cyclus. 13 * Statenvoorstel'nr. PS/2013/537

14 Conclusie Naar aanleiding van uw besluit op 14 november 2012 is er gewerkt aan een Investeringsvoorstel voor de Spoorzone Zwolle bestaande uit een voorkeursvariant en een nulvariant. De voorkeursvariant bevat een integrale aanpak van de OV-knoop en het gebied. Het op orde brengen van de OV-knoop heeft prioriteit en fungeert als aanjager van de gebiedsontwikkeling met ruimtelijke kwaliteit. Deze variant past binnen het beleid van Omgevingsvisie, Hoofdlijnenakkoord en onze afspraken met B en W van Zwolle. De nulvariant beperkt zich tot het oplossen van de meest urgente problemen in de Spoorzone, zoals het verwerken van de busstroom, het uitbreiden van de fietsparkeercapaciteit en het inrichten van de openbare ruimte. De nulvariant biedt slechts een beperkte oplossing voor de geschetste problemen in het gebied. De financiële verschillen tussen de twee varianten zijn de volgende: kosten van de voorkeursvariant 83,8-128,1 miljoen en de nulvariant 53,7-54,7 miljoen. Het maximaal totale budget is: 102,35-115,0 miljoen. Dit beschouwende stellen wij u voor dat uw Staten instemmen met de voorkeursvariant, omdat deze voldoet aan de door u gestelde kaders. Ten behoeve van de realisatie zullen wij een bestuursovereenkomst sluiten met het college van B&W Zwolle en op deze wijze de provinciale belangen borgen. Wij stellen voor hieraan de voorwaarde te koppelen dat de gemeenteraad van Zwolle voor 1 december 2013 instemt met de rapportage 'Stad en Spoor verbonden', de voorkeursvariant hieruit vaststelt en voor 1 december 2013 een investeringsbesluit neemt. Wij stellen voor dat als aan deze voorwaarden is voldaan 45 miljoen wordt overgeheveld van de algemene reserve Kracht van Overijssel naar de bestemmingsreserve Uitvoering Kracht van Overijssel. Voorstel Gelet op het voorgaande stellen wij voor het besluit te nemen, als in concept in bijlage I verwoord. Gedeputeerde Staten van Overijssel, 14 Statenvoorstel nr. 'PS/2013/537

15 Bijlage I Ontwerpbesluit nr. PS/2013/537 Provinciale Staten van Overijssel, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten d.d. 02 juli 2013, kenmerk 2013/ , overwegende dat De provincie verantwoordelijk is voor goed werkend regionaal openbaar vervoer en daarmee een groot belang heeft bij een optimaal functionerende OV-knoop in Zwolle. De voorkeursvariant voldoet aan de door PS gestelde kaders (PS/2012/855) voor een investeringsbesluit en bestaat uit: A. fysieke planelementen: 1. aanleg busterminal binnen het station en als integraal onderdeel van de OV-knoop aan de zuidzijde van de sporenbundel, waarbij het station een gelijkwaardige benadering van busreizigers en treinreizigers bevat; 2. ontsluiting van de busterminal rechtstreeks en vrijliggend naar de Wiilemskade en ontsluiting naar de Van Karnebeektunnel; 3. vergroting van de capaciteit en kwaliteit fietsparkeren tot een totaal van maximaal stallingsplaatsen, waarvan twee derde en minimaal bewaakte stallingsplaatsen aan de noordzijde van het station. Het minimaal te behalen stallingsplaatsen wordt bepaald op basis van de door NS en Prorail jaarlijks voor het programma 'Ruimte voor de Fiets' opgestelde prognose; 4. realisatie openbare voetgangersverbinding van noord naar zuid ter plaatse van het station, geschikt voor het meenemen van de fiets aan de hand en toegankelijk voor mensen die slecht ter been zijn; 5. inrichting van de openbare ruimte bij de stationsentrees noord en zuid; B. niet-fysieke planelementen: 1. een optimaal functionerende OV-knoop van belang is voor de gebiedsontwikkeling met ruimtelijke kwaliteit van Spoorzone Zwolle, en bijdraagt aan de kracht van het stedelijke netwerk; 2. de gebiedsontwikkeling bestaande uit: o het creëren van een goed vestigingsklimaat; o het aantrekken van (publieke) functies; o het creëren van een ontwikkelingsperspectief; o het creëren van meerwaarde voor de markt. 3. de gemeente Zwolle een ontwikkelstrategie opstelt ten aanzien van de aanpak van een gebiedsontwikkeling (zoals verwoord in paragraaf 9 van het Statenvoorstel); 4. de gemeente Zwolle een kwaliteitsplan opstelt om de ruimtelijke kwaliteit te borgen (zoals verwoord in paragraaf 9 van het Statenvoorstel). Alle planelementen voldoen aan de provinciale eisen ten aanzien van capaciteit en rijtijden en capaciteit van het busvervoer, en qua vormgeving bijdragend aan identiteit en entree van Zwolle. besluiten: 1. in te stemmen met de door GS voorgestelde voorkeursvariant; 2. in te stemmen met het door GS aangaan van een bestuursovereenkomst met B&W Zwolle voor de uitvoering van de voorkeursvariant, dit onder de voorwaarden dat de gemeenteraad van Zwolle: a. voor 1 december 2013 heeft ingestemd met de rapportage 'Stad en Spoor verbonden'; b. voor 1 december 2013 een investeringsbesluit met de voorkeursvariant heeft genomen. 15 Statenvoorsté nr. PS/2013/537

16 45 miljoen over te hevelen van het investeringsbudget vanuit de algemene reserve "Kracht van Overijssel" naar de bestemmingsreserve "Uitvoering Kracht van Overijssel" door vaststelling van de begrotingswijziging conform bijlage IV. Zwolle, Provinciale Staten voornoemd, voorzitter, griffier, 16 i Statenvoorstei nr. PS/2013/537

17 Bijlage II Beleidskaders Eerdere Statenbesluiten In het Statenvoorstel zijn de door uw Staten recente besluiten ten aanzien van leegstand kantoren (PS 2012/875 en PS 2013/335), kaderstelling Herijking OV tactiek (PS/2012/1023), kaderstelling KvO ketenmobiliteit (PS 2013/15), en de provinciale beleidsontwikkeling t.a.v. de Kamperlijn meegenomen. Omgevingsvisie 2009 In de Omgevingsvisie Overijssel (2009) hebben uw Staten vastgesteld dat de steden (en dorpen) en de hoofdinfrastructuur de economische motor zijn van de provincie. Stationsgebieden moeten daarin een belangrijke rol spelen als goed georganiseerde overstappunten en als aanjagers van stedelijke dynamiek en aantrekkelijke binnensteden. Daaraan is in 2010 een financiële impuls gegeven door via het DIA project stationsomgevingen 25 miljoen waarvan 6,6 miljoen voor Zwolle - uit te trekken voor verbetering van bereikbaarheid en ruimtelijke kwaliteit. Hoofdlijnenakkoord In het Hoofdlijnenakkoord Kracht van Overijssel hebben uw Staten de steden aangemerkt als motoren van een dynamische economie en brandpunten van cultuur. Ook hebben uw Staten vijf gebieden waaronder de Spoorzone Zwolle - aangewezen waar vanwege de complexe opgave een gebiedsgewijze aanpak noodzakelijk is. Een onderscheidend profiel van de steden is belangrijk. In de kerntakenbegroting 2013 is dit nader uitgewerkt. Met het Hoofdlijnenakkoord als basis is in de Investeringsimpuls miljoen uitgetrokken voor de gebiedsontwikkeling van onze netwerksteden. Eén van die drie netwerksteden is Zwolle-Kampen Netwerkstad (ZKN). Het in 2012 door uw Staten vastgestelde werkprogramma ZKN heeft een provinciaal budget van 45 miljoen en telt 17 projecten. In overleg met ons hebben de besturen van Zwolle en Kampen in 2012 besloten dat de Spoorzone Zwolle van deze 17 projecten topprioriteit heeft en dat het gehele voor ZKN beschikbare budget ten goede komt aan de Spoorzone.

18 Stad en spoor verbonden Integraal perspectief op de ontwikkeling van Spoorzone en OV-knoop Zwolle Rapportage van de planfase 9 april 2013

19 Stad en spoor verbonden Integraal perspectief op de ontwikkeling van Spoorzone en OV-knoop Zwolle Rapportage van de planfase 9 april 2013

20 Spoorzone: van barrière naar verbinder Na een grondige voorbereiding is nu de tijd gekomen om samen op reis te gaan en koers te zetten naar een vernieuwde Spoorzone in Zwolle. Onder de noemer Stad en spoor verbonden schetsen de vier samenwerkende partijen hun ambities voor de opwaardering van het station tot een volwaardig knooppunt voor alle vormen van vervoer én voor de verdere ontwikkeling van het omliggende gebied. Dit is het resultaat van een intensieve samenwerking van gemeente Zwolle, provincie Overijssel, ProRail en NS. Enkele jaren geleden begonnen de gemeente en provincie aan een gezamenlijke verkenning van de mogelijkheden voor de ontwikkeling van de Spoorzone Zwolle. Hun vertrekpunt was het ambitiedocument Het beste van twee werelden. In de strategische verkenning Zwolle Kampen Netwerkstad 2040 en het bijbehorende werkprogramma is de Spoorzone benoemd als project dat met topprioriteit wordt opgepakt. De volgende halte was de bestuursovereenkomst die de colleges van GS en BenW in april 2012 hebben vastgesteld. Daarna stapten ook ProRail en NS in en werd met vier partijen de zoektocht naar de ambities voor de Spoorzone vervolgd. In een gezamenlijke programmaorganisatie is in korte tijd een perspectief voor de gebiedsontwikkeling geformuleerd en een ruimtelijk ontwerp voor de OV-knoop gemaakt. Daarmee hebben we het einddoel van onze reis zichtbaar gemaakt en kunnen we ook andere partijen uitnodigen om mee te doen in de verdere ontwikkeling van de Spoorzone. Duidelijk is dat we nog een lange reis te gaan hebben en dat we daarvoor op zoek moeten naar extra financiering. Wellicht zijn er extra tussenstops nodig om met elkaar de balans op te maken voor we aan een volgende etappe beginnen. Maar het reisdoel ligt vast. Een eerste succes heeft de samenwerking al geboekt. Er wordt hard gewerkt aan de reizigerstunnel. We zijn met elkaar in staat geweest het plan voor de reizigerstunnel aan te passen aan de nieuwe inzichten zodat de tunnel meer gaat doen dan alleen de groeiende reizigersstromen opvangen: hij verbindt en ontsluit ook Hanzeland met de binnenstad. Daarmee wordt een eerste stap gezet om de Spoorzone om te vormen van een historische barrière tot een verbinder, een motor om de ontwikkelingen aan de zuidzijde van het station op gang te brengen. En ik ben ervan overtuigd: de Spoorzone kan uitgroeien tot dé locatie voor regionale topvoorzieningen in Zwolle. Henk Jan Meijer Voorzitter stuurgroep Spoorzone Zwolle 4 5

21 Vooraf Voor u ligt het integrale perpectief voor de ontwikkeling van de Spoorzone en de OV-knoop. Het perspectief geeft zicht op de toekomst. Middels een raamwerk van verbindingen wordt de toekomstige structuur op de kaart gezet. Het raamwerk biedt houvast om nu en op termijn te werken aan een vitaal stadsdeel. De gepresenteerde tekeningen geven richting aan en dienen ter inspiratie. Het integrale perpectief is opgesteld door de Programmaorganisatie Spoorzone, waarin gemeente Zwolle, provincie Overijssel, NS en ProRail hun krachten hebben gebundeld. Bij de totstandkoming van dit rapport is samengewerkt met het stedenbouwkundigbureau Palmbout-Urban Landscapes en voor de financiële advisering met Rebel Group. Daarnaast is het ruimtelijk ontwerp kritisch getoetst door een Kwaliteitsteam bestaande uit de heer Rients Dijkstra, Rijksadviseur voor Stad en Infrastructuur, de heer Koen van Velsen, Spoorbouwmeester en mevrouw Anna Vos, Concepts for Urban Change. Opbouw van de rapportage De hoofdstukken 1 tot en met 3 presenteren de visie van partijen op de opgave in de Spoorzone en hun onderlinge samenwerking. Daarna preciseert en motiveert hoofdstuk 4 op basis van een ruimtelijke analyse van het gebied de ontwerpinzet. In de hoofdstukken 5 en 6 worden vervolgens ontwerpvoorstellen gepresenteerd voor respectievelijk de OV-knoop en de netwerken voor bus, auto, en langzaam verkeer waarmee de OV-knoop en Hanzeland zijn verbonden met de rest van de stad en de regio. Hoofdstuk 7 gaat in op de wijze waarop kan worden zorggedragen voor een programmatische invulling van het gebied en verkent verschillende kanslocaties, waarna hoofdstuk 8 de wenselijke en mogelijke ontwikkelvolgorde beschrijft. Tenslotte formuleert hoofdstuk 9 de strategische keuzes. Bij dit hoofdrapport horen 3 bijlagen: Kaders en onderbouwing van keuzes Business Case (vertrouwelijk) Wat staat er voor morgen op de agenda? Hierin zijn onder andere opgenomen: een beschrijving van de uitkomsten van de onderzoeken die ten behoeve van dit ontwikkelkader zijn verricht en die de daarin gemaakte keuzes nader onderbouwen; beleidsmatige en planologische kaders; het zogenoemde tweekolommenstuk, dat de reacties weergeeft welke door bewoners en belanghebbenden zijn gegeven op de hier gepresenteerde plannen en hoe deze zijn verwerkt in het ontwikkelkader. In mei 2012 is door de vier partijen een programmaorganisatie ingericht en het werkproces voor deze planfase gestart. Belangrijk uitgangspunt bij het werkproces was het zoveel als mogelijk gebruik maken en voortbouwen op het beschikbare materiaal dat de afgelopen jaren is opgebouwd. Het Startdocument van december 2011 is daarvan een van de belangrijkste documenten. De oorspronkelijke planning voorzag in een afronding van het werkproces in december 2012 ten tijde van de opening van de Hanzelijn. Gaandeweg het proces bleek behoefte bij partijen om, alvorens tot een afronding te komen, een proces van afweging en keuze in te lassen in de periode december-februari. In die periode zijn op basis van de bevindingen diverse gesprekken en bijeenkomsten gehouden en is een website geopend met verzoek om reacties. Tevens is op 23 januari 2013 een grote publieksbijeenkomst gehouden in de Groene Welle. Alle reacties zijn gebundeld en van commentaar voorzien in voornoemd tweekolommenstuk. 6 7

22 Als de Spoorzone weer bereikbaar is dan komt de rest van zelf. De passerelle moet toegankelijk zijn voor mindervalide en idealiter ook voor fietsers. Ik mis een landmark, dit is wel belangrijk voor Zwolle Ik zou graag meer groen aan de plannen willen toevoegen. Hierdoor wordt het een aantrekkelijke omgeving, ook sociaal gezien. Zowel aan de centrum- als aan de zuidzijde een plein met veel groen. Lübeckplein: Door de nieuwe entree direct voor het busplatform en de nieuw beoogde looproute naar Windesheim zal de levendigheid van het plein nog verder afnemen. In de planvorming dient een nieuwe functie te worden bedacht voor het Lübeckplein. Wij pleiten er voor dat u in dat geval kiest voor een fasering in de uitvoering in plaats van genoegen te nemen met een lagere ambitie. Het lijkt wel of Hanzeland zielig is, het is toch niet zo n eiland? Dit is een zeer aantrekkelijke optie aangezien dit leidt tot een vermindering van het autoverkeer aan de noordkant. De Oosterlaan en Westerlaan zijn erg druk qua autoverkeer. Als dit een doorgaande weg blijft, is het voor voetgangers gevaarlijk oversteken. De voetganger moet goed beschermd worden tegen deze autostroom. Hoe kan ik vanuit de Spoorzone deelnemen aan het Zwolse nachtleven? De passerelle Windesheim, heeft die prioriteit? Maak die zo snel mogelijk De 1200 bussen vanaf tunnel/fly-over is, in combinatie met ander verkeer op de Willemskade, vragen om problemen. En dus niet erg lange termijn denken Kunnen we niet eisen van de gemeente dat de reizigerstunnel openbaar blijft? Een OV-knooppunt moet met name uitblinken in korte looproutes. In veel steden ligt de stad aan de voorkant van het station en ziet de achterkant er desolaat uit. Het zou geweldig zijn als hier de achterkant inderdaad gelijkwaardig gemaakt zou kunnen worden. Een overkapping geeft ook andere kansen dien niet alleen gericht zijn op de bussen. Ik ben heel erg blij met het eilandperron dat vanuit de reizigerstunnel bereikbaar is. Grote vervuilende bussen horen gewoonweg niet meer in het centrum van de stad thuis. Kies voor kleine elektrische oplossingen in de stad. Levert naast forse besparingen ook veel minder overlast op. Fly-over: Omdat dit een mooi uitzicht geeft over het stationsgebied. Het gaat erom, hoe zou dit stuk stad kunnen groeien tot een meer stedelijk gebied. Van de Fly-over vrees ik dat hij er log zal uitzien. Mijn voorkeur gaat derhalve uit naar de tunnel, als zijnde het meest realistisch. 8 9

23 Inhoud 00. Samenvatting Visie op de Spoorzone Toekomstbeeld en urgentie Samenwerking tussen partijen Ruimtelijke analyse en ontwerpinzet Ontwerp van de OV-knoop Ontwerp van routes en plekken Programma en opgaves Ontwikkelvolgorde Keuzes en vervolg 129 Colofon

24 Spoorzone zwolle samenvatting 00 Samenvatting Spoorzone: de verborgen kracht van Zwolle Uitgangspunten Zwolle heeft een sterke regionale functie en is zowel aantrekkelijk voor ondernemingen als voor mensen die er graag willen wonen. De stad is hét bovenregionale centrum van Noordoost Nederland op een knooppunt van weg, spoor en water. De komst van de Hanzelijn verbetert de verbindingen met de Randstad, waardoor de stad en regio economisch en maatschappelijk verder kunnen groeien. Binnen Zwolle en de regio neemt de Spoorzone een unieke positie in. De Spoorzone omvat het gebied aan de zuidzijde van het spoor, met het belangrijke woon/ werkgebied Hanzeland, en een strook aan de noordzijde van het spoor, grenzend aan de statige Stationsbuurt en Assendorp, als ook de Veerallee aan de westkant van Hanzeland. Het gebied ligt nabij de binnenstad én provinciale en rijkswegen die de stad verknopen met de omgeving. De Spoorzone gaat nu schuil achter bussen, auto s en (tijdelijk) hoge traverses en bouwputten; het is een historisch gegroeide barriere in de stad. Het realiseren van hoogwaardige verbindingen tussen noord en zuid is van belang om de potenties van het gebied te gaan benutten. Hiermee verandert de Spoorzone van een barrière naar een verbindende schakel, die een nieuw perspectief voor stad en regio laat zien. Het stationsgebied en zijn omgeving hebben alle ingrediënten in zich om een duurzaam, toekomstvast en vooral ook mooi nieuw stadsdeel te worden. Juist hier kunnen ontwikkelingen een plek vinden die de stad en de regio versterken. De functies die er kunnen landen zijn uiteenlopend. De locatie leent zich door de goede bereikbaarheid uitstekend voor bedrijven en topvoorzieningen voor cultuur en onderwijs. De Spoorzone kan zich ontwikkelen tot een multifunctioneel gebied met meervoudig ruimtegebruik, mogelijkheden voor ontmoeting, voor verpozing, voor kortdurend of permanent werken, voor innovatie en creativiteit. Oude gebouwen krijgen de kans op een nieuw leven, nieuwe vullen open plekken in. Een herkenbaar visitekaartje voor stad, regio en provincie. Aan de zuidkant van het station ontstaat de mogelijkheid voor een attractief gemengd hoogwaardig stadsdeel. Een nieuw type centrum, waar werkers, bewoners en studenten met elkaar een keur aan ondersteunende, culturele en culinaire voorzieningen delen, een plek van ontmoeting, van uitwisseling, van interactie. Dit enorme potentieel maakt de Spoorzone tot een van de belangrijkste ontwikkelgebieden van Zwolle en van de regio. In 2010 hebben gemeente Zwolle en provincie Overijssel dit bevestigd in het ambitiedocument Het beste van twee werelden. Hierin zijn de strategische ambities voor Zwolle beschreven, als kader voor investeringsafspraken tussen beide partijen. In 2012 is vervolgens in de notitie Spoorzone: het beste van twee werelden hieraan een uitwerking gegeven specifiek voor het Spoorzone-gebied. Vervolgens hebben zij NS en ProRail uitgenodigd samen een plan te maken voor de aanpak van de Spoorzone. Dat heeft geresulteerd in dit integraal perspectief op de ontwikkeling van de Spoorzone en de OV-knoop Zwolle. De partijen zijn van mening dat de prioriteit nu moet liggen bij de ontwikkeling van een volwaardige, efficiente en toekomstbestendige OV-knoop. Als die optimaal functioneert en aan alle kanten goed is aangesloten op de omringende stad, ontwikkelt ook de omgeving zich verder tot een aantrekkelijk woon- en werkgebied, waar zowel de stad als de regio van profiteert. Nulalternatief Als wordt besloten om niet in de OV-knoop te investeren en het busstation niet te verplaatsen, moet het huidige busstation opnieuw ingericht worden om het voldoende bereikbaar te maken voor minder validen (wettelijk vereist). Daarbij zijn hoe dan ook extra stallingsplekken nodig voor fietsen aan de noordzijde en moet het terrein dat aan de zuidkant van het station vrijkomt worden ingericht. Gewenste ontwikkeling Het aantal reizigers en overstappers op station Zwolle groeit gestaag. Voor al deze reizigers is nu te weinig ruimte om op een comfortabele wijze te reizen. De aanleg van de Hanzelijn was aanleiding voor de aanleg van een nieuw perron en verbreding van de reizigerstunnel. Nu is het tijd om ook de organisatie van het busvervoer, de plaats van de reizigersvoorzieningen en de fietsenstallingen op orde te brengen. Dat vraagt om een nieuwe inrichting van het station: een overzichtelijke organisatie van de reizigersstromen, opwaardering van het oude hoofdgebouw tot integraal onderdeel van het station en een aanzienlijke verbetering van de aansluiting op de omgeving. Hiermee moet het serviceniveau en de uitstraling van het station gaan passen bij de hoeveelheid reizigers en de positie van Zwolle in het spoorwegnet. De groei van het station tot knooppunt van verbindingen wordt aangegrepen om de ruimere omgeving te ontwikkelen tot dynamisch stedelijk gebied. Het ruimtelijk ontwerp is erop gericht om met gebruikmaking van de aanwezige gebouwen en gronden tot een levendiger mix in de Spoorzone te komen. De geïsoleerde en van het spoor afgekeerde positie van de verschillende monofunctionele delen van Hanzeland zoals de kantorenstrip, werkplaatsen en woongebied wordt doorbroken. Voorwaarde voor deze ontwikkeling is dat de OV-knoop op orde wordt gebracht en de ruimtelijke kwaliteit van het station en omliggende gebied aanzienlijk verbetert. De delen van de stad aan beide zijden van het spoor worden beter verbonden, zowel onderling als met de stedelijke omgeving. Daarmee ontstaat een voor de regio uniek en aantrekkelijk gebied en sluit de Spoorzone letterlijk en figuurlijk beter aan op de historische binnenstad, maar kan ook verbonden raken met de prachtige groenstructuur tussen binnenstad en IJssel. In hoeverre het beoogde ambitieniveau voor de Spoorzone daadwerkelijk gerealiseerd kan worden hangt mede af van de beschikbare gelden. Om de schaalsprong in de OV-knoop te realiseren en daarmee de gebiedsontwikkeling op gang te brengen is een duidelijke visie van partijen op het gebied en de opgaven nodig. Centraal in de plannen voor de Spoorzone staan drie uitgangspunten: Overheden geven prioriteit aan Spoorzone Beide betrokken overheden, gemeente en provincie, zien de Spoorzone als hét belangrijkste project van stad en regio. Ze zien deze ontwikkeling als dé kans om de sociaaleconomische en maatschappelijke gewenste impuls aan stad en regio te geven vanwege zijn unieke karakteristieken: de ligging in de netwerken en de aanwezigheid van de multimodale vervoersknoop. Goed functionerende OV-knoop Voorop staat dat de OV-knoop op de locatie en in het stedelijk en landelijk netwerk goed moet functioneren. Daarmee wordt de basis gelegd voor de gewenste gebiedsontwikkeling. Ruimtelijke kwaliteit, duurzaamheid Wil de Spoorzone met deze OV-knoop de poort van stad en regio zijn en daar zijn aantrekkingskracht aan ontlenen, dan moet er bij alle ingrepen en in alle fasen aandacht zijn voor ruimtelijke kwaliteit - inclusief sociale kwaliteit - en duurzaamheid. Zowel reizigers als de mensen die er wonen en werken moeten er in alle opzichten plezierig en veilig kunnen verblijven

25 Spoorzone zwolle samenvatting Investeren langs drie sporen Advies De partners kiezen voor een verdere ontwikkeling van de Spoorzone langs drie parallelle sporen: het op orde maken van de OV-knoop, starten met de gebiedsontwikkeling en verder investeren in entrees en routes. Mede gegeven de beperkte financiele middelen, zijn binnen elk van de sporen een aantal keuzes te maken. Hiervoor stellen de partners na de vaststelling van dit perspectief investeringsvoorstellen op, die een gefaseerde én integrale ontwikkeling van het gebied en de OV-knoop mogelijk maken. In een gezamenlijke werkproces zijn verschillende varianten voor de ontsluiting van de busterminal, de fietsenstallingen en de stationsentrees ontwikkeld. Deze zijn in een business case doorgerekend. De belangrijkste stap in de ontwikkeling van de OV-knoop is de verplaatsing van de busterminal en de ontsluiting ervan. Voor de ontsluiting moet een keuze gemaakt worden tussen de tunnel en de fly-over. Er zijn verschillen tussen deze varianten. De laat zien dat bij een keuze voor de tunnel alle gelden nodig zijn waar op dit moment zicht op is. Daarmee blijft er geen ruimte voor andere belangrijke ambities in het gebied en voor het opvangen van risico s. In geval van een tunnel moeten dus aanvullende financiële middelen beschikbaar komen voor een verantwoorde projectuitvoering. Kiezen voor de fly-over betekent dat de OV-knoop goed kan functioneren en er een oplossing met kwaliteit is voor het busverkeer. De benodigde investering is lager, waarmee er financiële ruimte over blijft voor extra investeringen in het project en een risicobuffer. Duidelijk is dat de nu bekende en gereserveerde gelden ook bij de keuze voor een fly-over onvoldoende ruimte laten voor uitvoering van de voorkeursvarianten voor fietsen autoparkeren en de stationsentrees. Daarvoor moet aanvullende financiering gezocht worden. De gemaakte afwegingen leiden tot het advies binnen elk van de sporen de volgende keuzes te maken. Spoor 1: OV-knoop op orde maken In dit spoor gaat het om keuzes voor de organisatie, inrichting en kwaliteitsverbetering van de OV-knoop die leiden tot een efficiëntere afwikkeling van de reizigersstromen en verbetering van de belevingskwaliteit. Hiervoor worden medio 2013 uitgewerkte investeringsvoorstellen voorgelegd aan de gemeenteraad en Provinciale Staten. het verplaatsen van de busterminal naar de zuidzijde in de vorm van een eilandperron met een directe aansluiting op de reizigerstunnel De eerste stap die gezet moet worden om tot een beter functionerend station te komen is het verplaatsen van het busstation. De huidige haltes en routes hebben te weinig capaciteit en kunnen een verdere reizigersgroei niet aan. Het ontwerp voorziet in een langgerekt eilandperron voor de bussen aan de zuidkant van het station, direct grenzend aan de treinperrons. Rond dit perron is ruimte voor alle benodigde stads- en streekbussen. Het perron krijgt net als de treinperrons een rechtstreekse toegang vanuit de reizigerstunnel. Het busstation wordt daarmee een integraal onderdeel van de OVknoop. Hiermee wordt ook de directe overstap tussen trein en bus verbeterd. het aanpassen van de reizigerstunnel Het ontwerp van de tunnel - die nu wordt verbreed in het kader van ZwolleSpoort wordt hierop aangepast. Direct na het passeren van het busplatform eindigt de (verbrede) tunnel en geven trappen en liften direct aansluiting op het maaiveldniveau van het station. In de tunnel en de nieuwe stationshal komt ruimte om voorzieningen en winkels voor reizigers een plek te geven. de ontsluiting van de busterminal door middel van een fly-over over de sporen Door de verplaatsing van het busstation naar de zuidzijde van het station is een nieuwe verbinding nodig voor bussen vanaf het nieuwe busstation over het spoor naar de Veerallee/Willemskade. Tunnel en fly-over zijn beide voor de bus verkeerskundig volwaardige mogelijkheden, die geen extra barrière opwerpen voor het langzaamverkeer. De invloed op de omgeving en de ervaring voor de busreiziger verschilt echter. Het voordeel van de tunnel is dat de route kort is en de zichtbaarheid ervan beperkt. De stad is echter vanuit de bus voor de passagiers niet zichtbaar, anders dan bij de fly-over. Die is als bouwwerk vanzelfsprekend veel prominenter zichtbaar in het stadsbeeld, vanaf de treinperrons en vanuit de langsgelegen bebouwing. Dit vraagt om een zorgvuldige inpassing in overleg met ProRail en andere belanghebbenden en om een ontwerp dat de ruimtelijke kwaliteit van het gebied versterkt. Mits aan deze voorwaarde wordt voldoen is de fly-over een volwaardige en aantrekkelijke oplossing, die om financiële redenen de voorkeur verdient. de inrichting van de openbare ruimte aan de noord- en zuidzijde De verplaatsing van het busstation naar de zuidzijde maakt de beide zijden van het station nagenoeg gelijkwaardig in gebruik. Tussen de Hanzelaan en het busstation verrijst een nieuwe, duidelijk herkenbare stationsentree die toegang geeft tot de bus- en de treinperrons. Vóór de entree wordt een nieuw stationsplein ingericht. De Hanzelaan wordt geknipt en van een doorgaande weg omgevormd tot twee toeleidende wegen, zodat reizigersstromen en doorgaand autoverkeer elkaar niet in de weg zitten. Voetgangers en fietsers kunnen veiliger hun weg vinden

26 Spoorzone zwolle samenvatting Met het verdwijnen van het busstation aan de noordzijde komt er ruimte om het Stationsplein verkeersvrij te maken en de rotonde op de kop van de Stationsweg op te heffen. Hierdoor ontstaat er een overzichtelijk ingerichte verblijfsruimte met logische looproutes tussen station en stad. De kwaliteit van het Stationsplein wordt verder vergroot door het monumentale stationsgebouw te herontwikkelen met diverse commerciële voorzieningen. Hiermee wordt het plein een integraal onderdeel van de OV-knoop. fiets- en autoparkeren In de periode tot 2030 groeit de gewenste capaciteit van fietsenstallingsplekken tot circa , met een nadruk op de noordzijde van het station. Aan de zuidkant is ruimte gevonden voor 4000 plaatsen. Aan de centrumzijde zijn zo n 7000 gratis en 3000 betaalde plekken nodig. Het stallen in rekken op straat levert onvoldoende capaciteit en evenmin de gewenste ruimtelijke kwaliteit. Daarom is een ondergrondse betaalde stalling voorzien onder het Stationsplein, met ruimte voor 3000 fietsen. Als voorkeurslocatie voor de gratis stalling wordt de westelijke kop van het Stationsplein voorgesteld, op de plek van de huidige Westerlaangarage. De garage moet hiervoor worden gesloopt. Er ontstaat dan ruimte voor een drielaagse stalling voor 7000 fietsen. Alle fietsen en rekken die nu de Westerlaan en Oosterlaan ontsieren en looproutes blokkeren kunnen dan verdwijnen. Als de parkeergarage aan de Westerlaan gesloopt wordt, moet er vervangende parkeerruimte worden gecreëerd. Daarnaast moet een P+R plek voor treinreizigers worden gecreëerd. In eerste instantie zijn wellicht mogelijkheden aan de noordzijde. Op termijn komt ook de zuidzijde in aanmerking, vooral vanwege de goede ontsluitingsmogelijkheden vanaf de IJsselallee. In de komende maanden wordt een integraal plan (voor noord en zuid, inclusief fasering en beheerregime) voor het fietsparkeren en voor het autoparkeren opgesteld, mede met het oog op te verkrijgen rijksbijdragen. Spoor 2. Opstarten gebiedsontwikkeling In dit spoor is het belangrijk dat de partners zich committeren en richting geven aan de gebiedsontwikkeling. gemeente en provincie geven de hoogste prioriteit aan de ontwikkeling van de Spoorzone De gewenste herinrichting van de Spoorzone is een proces dat zich in vele kleine en grotere stappen zal voltrekken over langere tijd. De vier partners kunnen de daadwerkelijke ontwikkeling van de OV-knoop met elkaar in gang zetten. Voor de overige delen van de Spoorzone is de ontwikkeling minder direct te sturen. Er is op dit moment weinig druk vanuit de vastgoedmarkt, waardoor de overheid op zoek moet naar investerende partijen. Die laten zich alleen verleiden als de ontwikkelvoorwaarden op orde zijn. Dit vraagt duidelijke keuzes en prioriteit in het vestigingsbeleid van beide overheden. Gemeente en provincie maken er ruimte voor (boven)regionale functies die zich aandienen en die in de Spoorzone passen. Bij het ontwikkelen van de Spoorzone moet rekening worden gehouden met de milieukundige beperkingen door verkeer, industrie, het spoorwegemplacement en het vervoer van gevaarlijke stoffen over spoor en weg. Op deze manier wordt een geleidelijke ontwikkeling voorzien waarvoor het stedenbouwkundig ontwerp de ruimtelijke voorwaarden aanreikt. Het is daarmee geen blauwdruk, maar veeleer een duurzame basis voor de lange termijnontwikkeling in de Spoorzone. Het tempo waarin die ontwikkeling vorm krijgt, wordt mede bepaald door economische en praktische mogelijkheden en kansen. partijen geven met voorrang vorm aan de ontwikkeling van de stationsomgeving aan de zuidzijde De aanpak van de OV-knoop heeft prioriteit in de aanpak, maar gelijktijdig moet de directe omgeving van de OV-knoop op orde worden gebracht en een begin worden gemaakt met de planontwikkeling voor de zuidelijke stationsomgeving. Dit gebied wordt daarmee voor de hele Spoorzone een belangrijke en beloftevolle entreeruimte. partijen werken gezamenlijk aan een marketingen acquisitiestrategie De partners stellen gezamenlijk een marketing- en acquisitiestrategie op voor de Spoorzone. De NS werkt samen met de overige partijen de uitgangspunten en een acquisitiestrategie uit voor de directe stationsomgeving ten zuiden van het spoor. Partners gaan samen op zoek naar de eerste vliegwielprojecten als aanjagers voor de verdere ontwikkeling van het gebied. Dit kunnen ook tijdelijke dwarse initiatieven zijn waarmee het gebied een meer levendig karakter kan krijgen. Spoor 3. Investeren in kwaliteit entrees en routes In het derde spoor zetten de partners in op het vergroten van de kwaliteit van stationsentrees en verbindingsroutes voor fietsers en voetgangers en het aantrekken van extra gelden. openbare verbinding tussen noord en zuid voor langzaam verkeer Om optimaal te kunnen functioneren moet de OVknoop via nieuwe en bestaande langzaamverkeersroutes beter verankerd worden in de stad. Onderdeel van het voorgestelde ontwerp is de realisatie van een openbaar toegankelijke verbinding voor langzaam verkeer in ieder geval voor voetgangers, zo mogelijk ook voor fietsers. Dit primair als interwijkverbinding tussen noord en zuid en mogelijk ook als extra functionaliteit voor de OV-knoop. De reizigerstunnel is primair bestemd voor de ontsluiting van de perrons en als openbare stedelijke verbinding niet geschikt. Voorgesteld wordt een passerelle aan de westzijde van het station aan te leggen die noord- en zuidzijde verbindt. alternatieve route naar Hogeschool Windesheim Het is wenselijk voor de studenten van Hogeschool Windesheim een alternatieve route vanaf het station te maken. De bestaande voetgangerstunnel onder de IJsselallee is te krap en de grote stromen studenten veroorzaken overlast in de woonbuurten. Deze opgave pakt de gemeente buiten de kaders van het project Spoorzone op. Door een passerelle over de IJsselallee kunnen studenten worden verleid een andere looproute, via het Hanzeplein, te nemen. aantrekken investeringsgelden De ambities voor de Spoorzone en in het bijzonder die voor spoor 3 vergen aanzienlijk meer gelden dan op dit moment beschikbaar en gereserveerd zijn. Voor een extra kwaliteitsslag voor de stationshallen en hoogwaardige kwaliteit in de routes van en naar de OVknoop gaan de partners daarom op zoek naar aanvullende financieriing in gesprek met andere partijen, zoals het ministerie van IenM en Europese fondsen

27 Spoorzone zwolle samenvatting Investeren in twee fasen Vervolgstappen Voorgesteld wordt de investeringen te laten plaats vinden in twee fasen. In de eerste fase leggen partijen de focus op het in functioneel opzicht op orde brengen van de OV-knoop (spoor 1). Daarnaast is het voor gemeente en provincie van belang ook reeds in eerste fase een concrete stap te zetten in de versterking van het raamwerk van entrees en routes (spoor 3). Vandaar dat ook het creëren van een openbare noord-zuid verbinding voor langzaamverkeer via een passarelle in deze fase is opgenomen. Het investeringspakket omvat: De aanleg van de busterminal aan de zuidzijde met aansluiting op de reizigerstunnel; De bouw van een flyover over de sporen voor de ontsluiting van de busterminal; Inrichting openbare ruimte zuidzijde, inclusief aanpassing van de Hanzelaan; Herinrichting openbare ruimte noordzijde; De passerelle Het creëren van een functionerende en toekomstvaste oplossing voor het fiets- en autoparkeren gegeven het beschikbare budget. Daarbij kan eventueel gekozen worden voor een gefaseerde aanpak, waarbij een deel van de investeringen naar fase 2 verschoven worden. De investeringen in fase 1 dienen in dit geval te passen binnen een integraal toekomstig eindbeeld. De gemeente streeft ernaar in deze eerste fase ook de passerelle over de IJsselallee mee te nemen. Daarbij vindt de Stuurgroep het van belang dat de verdere uitwerking plaatsvindt binnen het kader van de Spoorzone. In de tweede fase wordt eventueel geïnvesteerd in de verdere optimalisering van het fiets- en autoparkeren vanuit het eerder genoemde integrale plan. Daarnaast wordt geïnvesteerd in vliegwielprojecten voor de gebiedsontwikkeling (spoor 2) en in extra kwaliteit van routes en stationsentrees (spoor 3). Deze investeringen zijn afhankelijk van het beschikbaar komen van additionele financiële middelen, hetzij uit gebiedsontwikkeling, hetzij uit rijksmiddelen of Europese fondsen. Op dit moment bestaat hierop nog geen uitzicht. De vervolgstap zal in het teken staan van het voorbereiden van het investeringsvoorstel voor Fase 1, zoals hiervoor weergeven. Dit investeringsvoorstel bestaat uit de volgende elementen: Het pakket aan planelementen zoals benoemd in fase 1 Het investeringsvoorstel inzake fiets- en autoparkeren in te dienen bij het ministerie van IenM voor subsidie Een ontwikkelstrategie voor het op gang brengen van de gebiedsontwikkeling, met de volgende onderdelen: o Aanpak van acquisitie en marketingstra tegie van de Spoorzone, met bijzondere aandacht voor vliegwielprojecten o Stedenbouwkundig programma van eisen voor de zuidzijde van het station als basis voor mogelijk vastgoedontwikkeling o Aanpak en uitvoering van lobby voor aantrekken van aanvullende financiële middelen: rijk, Europese programma s, EIB Een effectrapportage financien: in beeld brengen van alle actuele ontwikkelingen inzake overheidsfinanciën in relatie tot deze voorgenomen investeringen Samenwerkingsovereenkomsten tussen de partijen die zich verbinden aan de opgaven met daarin vastgelegd rol, positie, verantwoordlijkheid, bijdrage en risicopositie van partijen. In het vervolgproces zal nadrukkelijk aandacht worden besteed aan het proces met alle betrokkenen en belanghebbenden. Het is van belang dat de Spoorzone een project van de stad en de mensen wordt. Voor dit vervolg wordt een plan van aanpak opgesteld

28 01 Visie op de Spoorzone

29 Spoorzone zwolle visie op de Spoorzone 01 Visie op de Spoorzone Realiseren van een schaalsprong Visie op hoofdlijnen Begin december 2012 is de Hanzelijn officieel in gebruik genomen. De opening van deze nieuwe verbinding met de Randstad vergroot de knooppuntfunctie van Zwolle in het landelijk spoorwegnet en de bereikbaarheid van regio, stad en stationsgebied. De komst van de Hanzelijn was aanleiding voor het lopende project ZwolleSpoort van ProRail, waarin het station voorbereid wordt op de groeiende stroom treinreizigers: van naar in- en uitstappers in Een verbrede reizigerstunnel, de aanleg van een vierde perron, nieuwe trappen en liften naar de perrons en nieuwe perronkappen geven een forse capaciteits- en kwaliteitssprong. ZwolleSpoort is nog slechts het begin van de verbeterslag die nodig is. De OV-knoop is nog onvoldoende uitgerust om deze groei aan te kunnen. Het treinstation is met de tunneluitbreiding op zijn taak berekend, maar de service voor de reizigers blijft nog achter. De capaciteit van het huidige busstation kan de verwachte toename van busreizigers met 30% de komende jaren zeker niet opvangen. De situering van het station in de stad, via aantrekkelijke stationspleinen en uitnodigende stationsentrees en de voorzieningen voor reizigers (service, retail, fietsenstallingen, autoparkeren) vragen nog om een grootschalige aanpak. Op alle fronten is een schaalsprong nodig. Ook de ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid zijn belangrijke punten van aandacht. Het vele auto- en busverkeer aan de noordzijde van het station maken dit gebied tot een onaantrekkelijke en onbehaaglijke ruimte. De opschaling van het OV-knoopunt vormt tegelijk een aanleiding en een kans om ook de ontwikkeling van de wijdere Spoorzone een krachtige impuls te geven. Er ligt in het gebied een groot ontwikkelpotentieel; in de visie van gemeente en provincie is de Spoorzone verreweg de belangrijkste ontwikkellocatie van de stad en de regio. Om dit potentieel voor stad en regio te verzilveren is onderlinge samenwerking én samenwerking met NS en ProRail elk opererend vanuit een eigen opdracht en rol - onontbeerlijk. Stevige investeringen zijn nodig om een algehele schaalsprong van de OV-knoop mogelijk te maken en zo de condities te scheppen voor de toekomstige vastgoedontwikkeling in het Spoorzone-gebied. De markt is primair bepalend voor de vastgoedontwikkeling in het gebied. Door het geven van prioriteit aan dit gebied dragen overheden hier aan bij. Gemeente, provincie, NS en ProRail leggen in deze rapportage hun gezamenlijke propositie neer voor de ontwikkeling en inrichting van het Spoorzone-gebied en de OV-knoop en de daarvoor gefaseerd uit te voeren investeringen. Het grote belang van de Spoorzone voor stad en regio rechtvaardigt dat de beide overheden gemeente en provincie en NS in hun beleid de Spoorzone Zwolle de hoogste prioriteit geven. Niet alleen door het beschikbaar stellen van geld voor directe investeringen, maar ook door, daar waar mogelijk, te stimuleren dat passende ontwikkelingen in de Spoorzone terecht komen. Het optimaal functioneren van de OV-knoop en het realiseren van hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit staan daarbij voorop. De samenwerkende partijen zetten daarbij in op drie sporen: 1. OV-knoop op orde maken: Voor de toekomstvaste ontwikkeling van het Spoorzone-gebied vormt het goed functioneren van de OV-knoop een noodzakelijke voorwaarde. Het creëren van een goed functionerende OV-knoop vormt een integrale ontwerpopgave, waarin elk van de partijen zijn specifieke belangen en wensen heeft. De schaalsprong, die met ZwolleSpoort door ProRail is ingezet, dient te worden afgemaakt met: de aanleg van een nieuwe busterminal aan de zuidzijde in de vorm van een eilandperron; een goede busontsluiting in de vorm van een fly-over over de spoorbundel; de inrichting van stationspleinen aan noord- en zuidzijde; voorzieningen voor de reizigers en ketenvoorzieningen voor fiets en auto; 2. Starten met de gebiedsontwikkeling: De opgeschaalde OV-knoop schept de aanleiding en de conditie voor de verdere ontwikkeling en herontwikkeling van vastgoed in Hanzeland. De zuidelijke stationsomgeving heeft daarbij de potentie om uit te groeien tot een compacte knoop zuid met gemengd stedelijk programma. Gegeven de huidige marktsituatie, vergt het aantrekken van investeringen door derden een uitgekiende ontwikkelingsstrategie. Voor provincie en gemeente, maar ook voor NS, ligt er een krachtige motivatie om eigen programma in de Spoorzone te laten landen. Daarnaast is een doortastende, gezamenlijke inzet op marketing en acquisitie van groot belang om investerende partijen te verleiden in het gebied te investeren. 3. Investeren in entrees en routes: Een belangrijke randvoorwaarde voor zowel het functioneren van de OVknoop als voor gebiedsontwikkeling in de Spoorzone is, tenslotte, het optimaliseren van de entrees van het station en de verbindingen met de rest van de stad voor auto en langzaam verkeer. Gegeven de verplaatsing van de busterminal en de groei in betekenis van de zuidelijke stationsentree, ligt het zwaartepunt van de ontwerpopgave daarbij op de interne structuur en openbare ruimte van Hanzeland en de verbinding van Hanzeland met de rest van de stad en de regio. Daarnaast is een langzaamverkeersverbinding van noord naar zuid essentieel. De gemeente steekt bovendien in op een verbeterde verbinding voor voetgangers met Campus Windesheim. De regionale partijen zijn met elkaar in staat om een belangrijk deel van deze visie op eigen kracht te realiseren. Maar niet alles. Alle mogelijkheden voor het betrekken van partijen in deze opgave zullen worden benut

30 02 Toekomstbeeld en urgentie

31 Spoorzone zwolle toekomstbeeld en urgentie 02 Toekomstbeeld en urgentie Het potentieel van de Spoorzone De stad Zwolle kent een hoge economische dynamiek en een hoge kwaliteit van leven. Al jaren staat Zwolle in de top van de best presterende regionale economieën en woonmilieus in Nederland. De stad heeft een sterke regionale functie en heeft zowel een grote aantrekkingskracht op ondernemingen uit de regio en daarbuiten als op mensen die er graag willen wonen. Zwolle ontwikkelt zich als hét bovenregionale centrum van Noordoost Nederland op een knooppunt van weg, spoor en water. Na Utrecht is Zwolle het grootste spoorwegknooppunt van Nederland. De komst van de Hanzelijn heeft de verbindingen met de Randstad verbeterd, waardoor de potenties van Zwolle om in economisch en maatschappelijk opzicht nog verder te groeien, worden vergroot. Zwolle vormt de belangrijkste schakel tussen de Randstad, Noord- en Oost-Nederland. De Spoorzone omvat het gebied aan de zuidzijde van het spoor, met het belangrijke woon/werkgebied Hanzeland en een strook aan de noordzijde van het spoor, grenzend aan de statige Stationsbuurt en Assendorp, als ook de groene scheg aan de westkant. De Spoorzone als geheel kent relatief grote gebieden waar nieuwe ontwikkelingen kunnen plaatsvinden. Het station met de daaraan verbonden functies is daar het centrum van. Het gebied kent een aantal specifieke eigenschappen, die in belangrijke mate de potenties bepalen: Op landsdelige schaal: Als vervoershub verknoopt de Spoorzone geheel Noordoost Nederland. De uitbouw en versterking van de multimodale knoop bieden mogelijkheden voor het terugdringen van autoverkeer en het ontwikkelen van duurzame functies. Het biedt tevens een ideale voorwaarde voor de vestiging van dienstverlenende bedrijven en (semi)overheidskantoren; De faciliteiten in het gebied en de nabijheid van OV-voorzieningen bieden Windesheim kansen voor een uitbreiding, eventueel in combinatie met de VU, of andere onderwijsinstellingen. De Spoorzone is bij uitstek de locatie om nieuwe voorzieningen in het hoger onderwijs te faciliteren die in de wijde regio nog ontbreken. Op regionale schaal: De Spoorzone vormt voor bezoekers een belangrijke entree van de provincie Overijssel, de Regio Zwolle- Kampen, de stad Zwolle en niet te vergeten de binnenstad van Zwolle. Ambitie van de provincie Overijssel is dat elke stad zijn eigen kleur ontwikkelt. Door de entreefunctie voor bezoekers van de Spoorzone is het van cruciaal belang dat het gebied een duidelijke identiteit krijgt, die bijdraagt aan de herkenbaarheid van Zwolle. De centrale ligging en bereikbaarheid maken de locatie ideaal voor zakelijke en culturele topvoorzieningen, en voor een scala aan andere functies en bestemmingen, waaronder wonen, onderwijs, dienstverlening, creatieve bedrijvigheid, etcetera. Op lokale schaal: De verschillende gezichten en facetten van de Spoorzone en de nabijheid van de binnenstad op loopafstand maken de Spoorzone geschikt voor een variëteit aan woonmilieus voor diverse doelgroepen, van thuiswerkende (creatieve) zelfstandigen tot forenzen (station), van nieuwe stedelingen tot doelgroepen die willen wonen in het zeer gewilde woonmilieu van Assendorp. Een aantrekkelijke en levendige Spoorzone kan de aantrekkingskracht van Zwolle verder vergroten en kwaliteit toevoegen aan al het moois dat de stad al te bieden heeft, zoals de historische binnenstad, hoogwaardige gastronomie en museum de Fundatie. De aanwezigheid van een aantal grote (en soms heel mooie) hallen maakt hergebruik van een aantal gebouwen mogelijk, bijvoorbeeld voor creatieve broedplaatsen, verzamelgebouwen voor startende bedrijven, culturele evenementen, sport etc. plangebied en studiegebied Zwolle als spin in het web 26 27

32 Spoorzone zwolle toekomstbeeld en urgentie Toekomstbeeld Urgentie Het nulalternatief De Spoorzone Zwolle kan uitgroeien tot een levendige, multimodale vervoersknoop van landsdelig en nationaal belang, en een ruimtelijk economisch kerngebied met betekenis op alle schaalniveau s: nationaal, landelijk, regionaal en lokaal. Een gebied met dynamische ontwikkelkansen, waar de OV-bereikbaarheid de trigger is geworden voor topvoorzieningen op zakelijk en cultureel gebied en op het gebied van onderwijs, zorg en ontmoeten. In het gebied kunnen het nieuwe wonen, het nieuwe werken en het nieuwe recreëren samenkomen. Oude gebouwen kunnen een nieuw leven hebben, aangevuld met nieuwe gebouwen. Het gebied kan uitgroeien tot een multifunctioneel gebied met meervoudig ruimtegebruik, met mogelijkheden voor ontmoeting, voor verpozing, voor kortdurend of permanent werken, voor innovatie en creativiteit en op deze wijze een herkenbaar visitekaartje worden voor stad, regio en provincie. Binnen Zwolle onderscheidt de Spoorzone zich straks in haar functioneren en ruimtelijke vorm van de Binnenstad en andere kansrijke ontwikkelgebieden: Het gebied biedt de unieke combinatie van optimale bereikbaarheid voor de auto en het openbaar vervoer; Het gebied verenigt nieuw en oud. Hergebruik van de bestaande industriële gebouwen in combinatie met nieuwe toevoegingen kan resulteren in een gebied met een unieke mix van schaal, functie en tijd; Het gebied is zowel hoogstedelijk als stadslandschappelijk. Aan de zuidkant van het station kan een attractief gemengd hoogwaardig stadsdeel ontstaan. Een nieuw type centrum, waar werkers, bewoners en studenten met elkaar een keur aan ondersteunende, culturele en culinaire voorzieningen delen, een plek van ontmoeting, van uitwisseling, van interactie. Maar het gebied omvat ook de statige Stationsbuurt, gebouwd in een 19e eeuwse villatypologie: vrijstaande gebouwen op grotere groene kavels, ontsloten door plechtige bomenlanen. Via de Groene Scheg aan de westzijde van het spoor is de Stationsbuurt direct verbonden met het unieke IJssellandschap. Het enorme potentieel maakt de Spoorzone tot een van de belangrijkste ontwikkelgebieden van Zwolle en van de regio Zwolle-Kampen. Daarnaast is ook de urgentie om aan het gebied te werken groot: De bereikbaarheid en de capaciteit van de Spoorzone voor bus, fiets en auto schiet nu al te kort. Mede omdat Zwolle blijft groeien zijn aanzienlijke inspanningen noodzakelijk om de bereikbaarheidsknelpunten in de stad aan te pakken; De Hanzelijn is gereed en het station wordt momenteel voorbereid op de verwachte reizigersgroei (tunnels, perrons). De stationsentrees en de aanhaking aan de directe omgeving vragen om een verdergaande verbetering om als OV-knooppunt de noodzakelijke schaalsprong te kunnen maken; Het gebied is nu ruimtelijk en functioneel versnipperd en veel functies liggen met hun achterkant naar het spoor. Hierdoor oogt en functioneert het gebied niet als een aantrekkelijke entree van stad en regio en heeft het geen eigen, herkenbare, identiteit; Planvorming voor de nieuwe infrastructuur voor het stedelijke en regionale busvervoer is gestart en vraagt om keuzes; Er dienen zich kansen aan die benut moeten worden zoals de rijkshuisvesting en nieuwe zakelijke ontmoetingscentra; De huidige economische situatie vraagt om een nieuwe focus en aanscherping van bestaande plannen voor de Spoorzone. De wenselijkheid de noordzijde van het station te ontlasten en de busterminal te verplaatsen naar de zuidzijde is uitgangspunt voor de ontwerpvoorstellen. Het nulalternatief is het scenario dat zich zou ontrollen als deze ingreep achterwege zou blijven. Het nulalternatief betekent niet per se niets doen ; gezien de verwachte groei van het reizigersvervoer zouden evengoed ingrepen en investeringen nodig en mogelijk zijn om de reizigersstromen in de toekomst te accommoderen. Stad- en streekbussen zullen blijven halteren aan de noordzijde, waarbij het busstation meer ruimte in zal nemen dan nu het geval is om aan de wettelijke eisen te kunnen voldoen. Mogelijk is er een gedeeltelijke overloop naar de zuidzijde op ruimteproblemen op te lossen. Het stallen van fietsen stuit nu al op een capaciteitstekort. Dit tekort zal in de komende jaren alleen maar toenemen. Door het vervangen van enkellaags rekken door etagerekken en het opvullen van lege ruimten is op korte termijn enige opvang mogelijk, maar deze is beperkt en leidt tot een rommelig straatbeeld en weinig overzicht voor de fietser. Doorinvesteren in deze oplossingen is dus praktisch gezien ontoereikend en niet duurzaam. Alleen grootschalige en geconcentreerde ingrepen bieden soelaas

33 03 Samenwerking tussen partijen

34 Spoorzone zwolle samenwerking tussen partijen 03 Samenwerking tussen partijen Initiatief van gemeente en provincie Kaders Gemeente Zwolle en provincie Overijssel trekken als publieke partijen samen op bij de ontwikkeling van de Spoorzone. Het Hoofdlijnenakkoord De kracht van Overijssel en het Zwolse programma-akkoord stralen uit dat Zwolle en de provincie gedeelde ambities hebben. In de door B&W en GS vastgestelde strategische verkenning Zwolle-Kampen-Netwerkstad, Schaalsprong in de IJssel Vechtdelta wordt dat nog eens duidelijk onderstreept. In 2010 hebben gemeente en provincie gezamenlijk het ambitiedocument Het beste van twee werelden vastgesteld waarin de strategische en langere termijn ambities voor de ontwikkeling van geheel Zwolle zijn geformuleerd. Provincie en gemeente hebben afgesproken om de komende jaren dit ambitiedocument te hanteren als referentiekader voor het maken van (investerings)afspraken tussen beide partners. De Spoorzone is daarin als veruit het belangrijkste project benoemd. Op 24 april 2012 hebben de colleges van BenW van de gemeente Zwolle en GS van de provincie Overijssel besloten om samen volgende stappen te zetten in het project Spoorzone. De belangrijkste afspraken daaruit zijn: het hierboven geschetste toekomstbeeld (dat is neergelegd in de notitie: Spoorzone: Het beste van twee werelden, 3 april 2012), te kiezen als vertrekpunt voor de verdere planvorming en de samenwerking met de andere partijen; Spoorzone Zwolle prioriteit te geven in de stedelijke en provinciale programmering en daarin te maken keuzes; voldoende perspectief te zien in het kunnen realiseren van de noodzakelijke infrastructuur; de staten en raad voorstellen te doen voor reserveren van financiële middelen; samen te gaan werken in de planvorming en daarvoor een processtructuur in te richten; de partijen NS en ProRail uit te nodigen om in deze processtructuur deel te nemen. Zowel de gemeenteraad van Zwolle als Provinciale Staten hebben vervolgens in 2012 financiële middelen voor de ontwikkeling van de Spoorzone gereserveerd en daarbij de kaders voor de verdere planvorming bepaald. Effectuering van de inzet van middelen vanuit gemeente en provincie vindt plaats op basis van concrete investeringsvoorstellen, die op basis van het door de gezamenlijke partijen vastgestelde ontwikkelkader en ruimtelijk ontwerp voor de Spoorzone worden opgesteld. Kaders Gemeente Zwolle Belangrijke kaders voor de gemeente zijn: benutten van kansen op economisch en maatschappelijk terrein door ontwikkeling van een dynamisch en gedifferentieerd nieuw deel van de stad; wegnemen van de barrière van het spoor; goede verbinding van de Spoorzone met de andere stadsdelen zoals het centrum; realiseren en inpassen van een goed functionerende OV-knoop; realisatie van hoogwaardige openbare ruimte. Een belangrijke kader vormt tevens het in 2009 door de gemeenteraad genomen besluit om het busstation naar de zuidzijde van het station te verplaatsen. Tevens hecht de gemeenteraad groot belang aan een verbeterde voetgangersverbinding tussen de zuidzijde van het station en Windesheim en heeft daarvoor financiële middelen gereserveerd. Kaders provincie Overijssel Provinciale Staten hebben in november 2012 de kaders bepaald voor de Spoorzone vanuit het provinciale belang: het realiseren van een efficiënt, toekomstbestendig en veilig openbaarvervoer-knooppunt met een busterminal met een vrij liggende ontsluiting aan de zuidzijde; het realiseren van een hoogwaardige ruimtelijke kwaliteit in de Spoorzone Zwolle op basis van de provinciale Omgevingsvisie met een openbaar toegankelijke noord- zuid verbinding voor voetgangers (en mogelijk ook fiets) op of in de directe omgeving van het station; het benutten van kansen om de regionale economie te versterken; het bevorderen van een integrale gebiedsontwikkeling in de Spoorzone Zwolle. Randvoorwaarden: ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid Beide overheden hechten groot belang aan ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid als randvoorwaarden voor de planvorming. Bij ruimtelijke kwaliteit gaat het om de juiste functie op de juiste plek op de juiste manier vormgegeven en ingepast. De ruimtelijke kwaliteit vraagt aandacht in alle fasen van het planproces (van initiatieffase tot aan beheer). De toetsing van de kwaliteit is in ieder geval geborgd in de reguliere welstandstoetsing van de gemeente Zwolle. Daarnaast is een Kwaliteitsteam ingesteld dat het verdere verloop van het proces zal blijven volgen. Duurzaamheid betekent een afweging van ecologische en economische belangen in de Spoorzone. Voor een duurzame ontwikkeling zijn de volgende aspecten van groot belang: zuinig ruimtegebruik, hoogwaardige herontwikkeling, bevordering van duurzame vervoerswijzen, transitie naar duurzame energie en vermindering van CO2 uitstoot, bevordering van een gezond en veilig leefmilieu en behoud van de balans tussen gebruik en bescherming van bodem en ondergrond

35 Spoorzone zwolle samenwerking tussen partijen Samenwerking met NS en ProRail Samenwerking met marktpartijen NS en ProRail hebben de uitnodiging van gemeente en provincie voor een gezamenlijke aanpak van de planfase in april 2012 aanvaard. NS heeft direct belangen bij de kwaliteit voor de OV-reiziger en is gebaat bij een hoge kwaliteit van de reizigersvoorzieningen in en om een aantrekkelijk en comfortabel OV-knooppunt. Daarnaast is NS de belangrijkste grondeigenaar in het Spoorzonegebied en zijn er belangen bij verhuur van aanwezig vastgoed (zoals Wartsila en Novek) en de ontwikkeling van nieuw vastgoed. NS deelt de visie van gemeente en provincie op de ontwikkelpotentie van het gebied en de weg om dit te bereiken. Daarbij stelt NS in het bijzonder belang in het initiëren van een compacte en hoogwaardige vastgoedontwikkeling een compacte knoop zuid - op de eigen gronden aan de zuidzijde van het station. De voorziene investeringen van gemeente en provincie in de OV-knoop zijn voor NS aanleiding de vastgoedontwikkeling aan de zuidzijde met prioriteit aan te pakken om zo de markt optimaal te kunnen bereiken. ProRail is als uitvoerende organisatie verantwoordelijk voor het uitvoeren van het project ZwolleSpoort in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Hiermee is een investering van ruim 200 miljoen gemoeid in en om het OV-knooppunt Zwolle. Dat project omvat de aanlanding van de nieuwe Hanzelijn middels de aanleg van een nieuw vierde perron, de realisatie van de reizigerstunnel, nieuwe stijgpunten, nieuwe perronkappen en de aanpassing van het spooremplacement. Daarnaast moeten voorzieningen voor de treinen opstelsporen, wasstraten, reparatievoorzieningen op een hoger plan worden gebracht. In 2013 is ProRail gestart met de voorbereidingen voor de aanpassing van het spooremplacement. Dit is nodig voor het optimaliseren van de dienstregeling in relatie tot de Hanzelijn. Met de vier partijen is een gezamenlijk proces van planvorming doorlopen, waarvan deze rapportage het resultaat vormt. Voor de ontwikkeling van de Spoorzone is samenwerking met andere marktpartijen noodzakelijk. De huidige financieel-economische situatie, die volgens de beste prognoses nog wel een aantal jaren aanhoudt, noopt niet alleen de vier samenwerkende partijen tot terughoudendheid, maar leidt ook tot een andere visie op gebiedsontwikkeling. De vastgoedmarkt is radicaal omgeslagen; waar voorheen de aanbieders de vraag grotendeels konden sturen, moeten zij nu de vraag als het ware opzoeken. Een meer vraaggestuurde en organische vorm van ontwikkelen is nodig met bijbehorende creatieve en duurzame verdienmodellen. De gemeente Zwolle beïnvloedde tot voor kort de vestiging van woningen, kantoren, bedrijven, detailhandel en andere functies door middel van programmasturing. Als reactie op de crisis in de vastgoedmarkten, heeft in 2012 in afstemming met de provincie Overijssel - een fundamentele heroriëntatie plaatsgevonden van het gemeentelijke vestigingsbeleid. Deze tijd vraagt om een meer vraaggestuurde benadering van de ontwikkeling van gebieden. Dit betekent: goed luisteren naar de wensen van marktpartijen, maximaal flexibel zijn en maximaal inzetten op het goed op de markt zetten van locaties door middel van branding en marketing. De gemeente kiest ervoor waar mogelijk initiatieven te faciliteren. Voor de komende 5 jaar, en waarschijnlijk langer, zal de marktvraag naar nieuwbouw in de Spoorzone naar verwachting beperkt zijn. Gegeven de potentie van het gebied, is de opgave om de Spoorzone als prioritair gebied zo aantrekkelijk mogelijk op de markt te zetten. Dit betekent het creëren van passende randvoorwaarden ook juridisch-planologisch om het gebied voor potentiële investeerders en gebruikers zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het betekent ook stevig inzetten op marketing en acquisitie. Uitgaande van dit perspectief zal de gemeente, daarin gesteund door provincie, initiatieven in het gebied optimaal proberen te faciliteren. Bewoners en belanghebbenden Hoewel niet beslissend voor de te maken keuzes, is de kennis van bewoners, gebruikers en belanghebbenden van groot belang om te komen tot kwaliteitsvolle plannen. Bij het formuleren van de ontwerpvoorstellen gepresenteerd in de volgende hoofdstukken - hebben bewoners en belanghebbenden hun kennis en inzicht kunnen delen met de ontwerpers via een klankbordgroep en in speciale gesprekken en bijeenkomsten. De reacties van bewoners zijn verzameld in het bijlagenrapport

36 04 Ruimtelijk analyse en ontwerpinzet

37 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet 04 Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet De Spoorzone neemt een unieke positie in in het stedelijk gebied van Zwolle. Enerzijds is het gebied door de aanwezigheid van het station en de nabijheid van de binnenstad evident onderdeel van de klassieke stad. En die klassieke stad is van grote kwaliteit en vitaliteit. Tegelijkertijd ligt de Spoorzone aan een stelsel van regionale- en rijkswegen die het gebied verknopen met de regio. De autobereikbaarheid is daarmee vergelijkbaar met andere stadsflanken van de stad zoals bijvoorbeeld het gebied rond het PEC Zwolle-stadion en Voorsterpoort. Deze unieke dubbelpositie maakt dat het plangebied zowel voor de stad als de regio van groot belang is. Juist hier kunnen programma s een plek vinden die op regionale en landelijke schaal een werking hebben en tegelijkertijd aanvullend zijn voor de binnenstad. Een vergelijkbare dubbele positie is in de ruime omgeving niet nogmaals te vinden. Het plangebied bestaat uit diverse bebouwde en onbebouwde stadsfragmenten. Het tot ontwikkeling brengen van de Spoorzone en het kunnen aangrijpen van programmatische kansen vraagt om een scherpe lezing van de locatie. Op basis van zo n (ruimtelijke) analyse kunnen de benodigde ontwerpingrepen worden bepaald die de gebiedsontwikkeling aanjaagt en het gebied trefzeker inweeft in de bestaande stad en regio. De bereikbaarheidsparadox Bereikbaarheid is voor de ontwikkeling van stedelijk gebied van oudsher een basisvoorwaarde. De plattegrond van steden wordt in grote mate bepaald door een stelsel van routes waarmee stad en ommeland worden verbonden. Deze structuur van straten, pleinen en lanen is veelal door de tijd heen de meest constante factor in de stad, meer nog dan de bebouwing, en bepaalt daarmee mede de identiteit van de stad. In Zwolle is dat niet anders. De stad is sterk gegroeid, maar de historische stadsstructuur en die van het omringende landschap zijn nog immer medebepalend voor de hedendaagse stadsplattegrond. In de afgelopen eeuw zijn door de groei van mobiliteit delen van de infrastructuur sterk gespecialiseerd geraakt. Het netwerk van snelwegen en spoorlijnen dat is aangelegd heeft nieuwe verbindingen mogelijk gemaakt, maar in de stad ook voor ruimtelijke breukzones gezorgd. De Spoorzone Zwolle is een treffend voorbeeld van deze bereikbaarheidsparadox: Het gebied is uitstekend bereikbaar, en tegelijkertijd beperkt verbonden met en toegankelijk vanuit de omringende stad. De ontwerpopgave voor de Spoorzone richt zich op deze paradox. Enerzijds zal het gebied maximaal moeten kunnen profiteren van de nabijheid van bovenlokale spoor- en weginfrastructuur, anderzijds richten we ons op het slechten van de barrières die deze in de stad veroorzaken. De knelpunten zijn op meerdere schaalniveau s aanwezig. Spoorzone ISOLEMENT Spoorzone tussen stad en regio infrastructurele breukzones 38 39

38 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Ruimtelijke analyse: Isolement en fragmentatie Van IJsselbruggen tot binnenstad De Spoorzone ligt tussen de binnenstad en het landschap van de IJssel in. Van oudsher zijn er diverse verbindingen geweest tussen de IJssel en de binnenstad. De Willemsvaart, en de min of meer langsgelegen route richting de IJsselbrug zijn de meest directe verbindingen, stammend uit respectievelijk de 19e en 20e eeuw. Maar ook oude landelijke routes als de Schellenbergerweg maken onderdeel uit van dit netwerk. Tezamen met het Engelse Werk en het Spoolderbos vormen ze een unieke koppeling tussen het binnenstedelijk gebied en de prachtige stadsrand aan de IJssel. Hiermee liggen het landgoed Schellerberg en buurtschap IJsselzone onder handbereik. De IJsselallee heeft de kwaliteit van deze verbinding echter onder druk gezet. Bij alle kruisende bewegingen zijn verkeerskundige oplossingen gekozen die de ruimtelijke continuïteit hebben verbroken. Het spoor als breukzone in de stad. Aan alles is te zien dat de stad aanvankelijk vooral aan de centrumzijde was gelegen; het aantal verbindingen over het spoor is beperkt, en de aard van de bebouwing aan weerszijden van het spoor is zeer verschillend. En daarbij keert de stad zich af van het spoor. Vanuit de trein is dat goed zichtbaar. De achterkant van Windesheim aan de ene zijde, en de achterkant van het Ecodrome en een Peugeotgarage aan de andere zijde bepalen het beeld. Het zijn twee werelden aan weerszijden van het spoor die nauwelijks met elkaar verbonden zijn. En de braakliggende percelen nabij het spoor tonen opnieuw eerder als de periferie dan als een binnenstedelijke locatie. En dat terwijl de Peperbus zo nabij is. Voor grote groepen treinreizigers bepalen deze achterkanten het beeld van Zwolle en de regio. Maar ook vanaf de fietssnelweg naar de Veluwe zijn het vooral achterkanten waarlangs een weg gezocht moet worden. Ook ter hoogte van het station keert de stad zich af van het spoor. De massieve kantorenwand van Hanzeland staat met de rug naar het station gekeerd en de Hanzelaan is eerder een achterstraat dan een aantrekkelijke stedelijke ruimte. breuken in de continuïteit tussen IJssel en binnenstad achterkanten van de stad aan het spoor 40 41

39 STICHTING WOON- WERK STICHTING WOON- WERK WOON- WERK WOON- WOON- WERK STICHTING GROTE WINKELS WERK KERKPLEIN WOON- BANK WERK WOON- WERK NOTARIS STICHTING ADVOCAAT WOON- WERK WOON- STICHTING ADVOCAAT WERK ADVIES STICHTING BUREAU ADVIES BUREAU ADVIES ADVIES BUREAU ADVIES ADVIES ADVIES BUREAU BUREAU BUREAU BUREAU WOON- WERK ADVIES ADVIES WOON- ADVIES BUREAU BUREAU ADVIES STICHTING BUREAU WERK BUREAU ADVIES STICHTING BUREAU ADVIES BUREAU ADVIES WOON- BUREAU ADVIES WOON- WERK BUREAU STICHTING WERK ADVIES BUREAU ADVIES WOON- BUREAU WOON- WERK WERK WOON- STICHTING WOON- WERK WERK WOON- WERK ADVIES WOON- ADVIES BUREAU WOON- WOON- WERK BUREAU WERK WERK ADVIES BUREAU ADVIES WOON- BUREAU WERK STICHTING ADVIES BUREAU WOON- WERK WOON- WERK WOON- WERK Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Spoorzone Zuid: eilanden in de stad In tegenstelling tot de stad aan de centrumzijde valt op dat aan de zuidzijde van het spoor de stad bestaat uit sterk monofunctionele gebieden die beperkt verbonden zijn met de rest van Zwolle. De kantoren in Hanzeland, de Hanzebadlocatie, Windesheim, de woonbuurten en het Bedrijvenpark Hanzeland waar Wärtsila/Novek gevestigd zijn, vormen duidelijk gescheiden enclaves. De weinige routes die deze gebieden met de stad verbinden zijn óf fietsroutes óf busroutes, maar nimmer normale wegen voor alle stadsverkeer. De route vanuit Zwolle-Zuid via de Van Karnebeektunnel ligt vervolgens zeer terzijde en half verdiept waardoor deze het gebied meer schampt dan aandoet. PARK ENGELSE WERK BEDRIJF SPOOLDER- BOS SSELHALLEN BEDRIJF SCHOOL HOTEL SCHOOL SCHOOL WINKELS BEDRIJF/ INDUSTRIE KAN- TOREN CAFÉ/REST. CAFÉ/REST. CAFÉ/REST. PARK EEKHOUT SCHOOL GROTE CAFÉ/REST. CAFÉ/REST. WINKELS CAFÉ/REST. KERK BIOSCOOP WINKELS CAFÉ/REST. STADHUIS CAFÉ/REST. WINKELS CAFÉ/REST. SINGELPARK WINKELS WINKELS WINKELS WINKELS CAFÉ/REST. WINKELS WINKELS THEATER WINKELS WINKELS MUSEUM SCHOOL SOCIËTEIT PARKEREN STATION WINKELS SINGEL PARK HOTEL HOTEL KANTOREN SINGELPARK WINKEL SINGEL PARK CAFÉ/REST. CAFÉ/REST. WINKEL CAFÉ/REST. PARK SCHOOL INSTITUTENSTAD INSTITUTENSTAD INSTITUTEN- STAD CAFÉ/REST. monofunctionele zonering Ook onderling zijn de genoemde gebieden nauwelijks verbonden. Hekken rond Bedrijvenpark Hanzeland, watergangen rond kantoren, buffergroen bij Windesheim... Hanzeland, Windesheim en het bedrijvenpark Hanzeland vormen welbeschouwd eilanden in de stad. Het bedrijvenpark is van deze enclaves de minst toegankelijke en ligt tegelijkertijd het meest nabij het brandpunt van publieksstromen in de OV-knoop. monofunctionele verbindingen eilanden in de stad 42 43

40 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Structuur van Hanzeland De ligging te midden van zware infrastructuur heeft bij de aansluitingen op de omringende stad geleid tot het functioneel scheiden van auto en fietsverkeer. Dit leidt tot de situatie dat de ruimtelijke, programmatische en verkeerskundige logica niet altijd samenvallen. Meest duidelijke voorbeeld is de route naar Windesheim die niet de stedelijke hoofdroute volgt via het Hanzeplein, maar zich een weg zoekt door een woonbuurt en de achterzijde van een bedrijfskavel. Ook het abrupte verbod verder te fietsen aan de oostzijde van de Hanzelaan laat een wonderlijk verschil zien in stadsontwerp versus beoogd gebruik. Deze discrepantie tussen stadsbeeld en verkeerskundige benadering is ook zichtbaar in de formele hoofdstructuur van Hanzeland. Deze structuur van oost-west lopende wegen en kades eindigt aan de oost- en westzijde nogal abrupt. Aan de oostzijde stuit de centrale as van de Koggelaan op de fietsroute naar Zwolle-zuid, en aan de westzijde eindigt deze hoofdas in een wegdraaiende fietstunnel. Met het vervallen van de gelijkvloerse spoorwegovergang voor alle verkeer is het gebied hier praktisch en ruimtelijk meer gescheiden geraakt van de omgeving van de Nieuwe Veerallee en de routes naar de binnenstad. Ook de Hanzelaan kent een wat abrupt einde bij de toegangspoort tot Bedrijvenpark Hanzeland. Dit is een gebiedsoverstijgend probleem en een van de redenen waardoor het gebied zich als achterkant presenteert. Ook de doordringbaarheid en vindbaarheid van het gebied is daardoor beperkt. De fragmentarische interne dwarsverbindingen in Hanzeland compenseren dit gebrek aan ruimtelijke logica niet. Dit gemis is dagelijks te ervaren door de stroom studenten die zich een weg zoekt van station naar Windesheim. In weerwil van de stedelijke bouwvormen en openbare ruimte is Hanzeland door dit isolement nog geen dynamisch stedelijk gebied. Je komt er niet als vanzelf doorheen. De plinten van de bebouwing zijn daardoor ook nauwelijks interessant geprogrammeerd geraakt. De functionele zonering versterkt dit anti-stedelijke karakter nog eens. Een autorit van de Lübeckgarage naar de IJsselallee aan het einde van een winterse werkdag voert door een vrijwel geheel verduisterd stuk kantorenstad. Geen mens te zien op het Hanzeplein. Abrupt einde Koggelaan Plinten zonder stedelijk programma 44 onvolmaakte aanhechting van de hoofdstructuur van Hanzeland Hanzeplein 45

41 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Het station en omgeving Station Zwolle is opgebouwd volgens een klassiek schema: Een symmetrisch stationsgebouw langs het eerste perron, een Stationsplein ervoor en een laan die het station verbindt met de binnenstad. Oude foto s tonen de kracht van dit overzichtelijke schema. De grote lengte en lichte kleur van het stationsgebouw in combinatie met de markante perronkap maken het tot een markant beeldmerk van het spoorwegwezen. Dit heldere schema heeft door de groei van het aantal reizigers in de loop van de tijd sterk aan kracht verloren. De ruimte rond het klassieke stationsgebouw is duidelijk niet berekend op de enorme aantallen reizigers die hier uit stad en regio dagelijks overstappen. Alle beschikbare ruimte wordt in beslag genomen door bushaltes, taxistandplaatsen en fietsenstallingen. Het Stationsplein is hierdoor een onoverzichtelijke ruimte geworden waar het lastig is om je te oriënteren. Daarbij heeft het hoofdgebouw haar functie als belangrijkste stationsentree verloren. De reizigerstunnel vormt tegenwoordig de belangrijkste toegang tot het station, en deze ligt terzijde van het hoofdgebouw en het Stationsplein. In architectonisch opzicht is de hedendaagse hoofdentree armoedig uitgewerkt. Een luifel en een verzameling winkelketens bepalen het beeld. Deze winkels zijn met de achterkant naar de stad gekeerd en blokkeren het zicht tussen de tunneluitgang en de stad. Aan de andere zijde van het Stationsplein staat een minstens even armoedig ontworpen parkeergarage die evenmin recht doet aan de statige opzet die het stationsgebied vroeger kenmerkte. Aan de zuidzijde is de situatie eveneens diffuus. Met de ontwikkeling van Hanzeland werd voor het eerst vormgegeven aan een volwaardige zuidelijke stationsentree. Het Lübeckplein is hiervan de duidelijkste ruimtelijke representant. Dit plein vormt het publieke hart van een langgerekte kantorenwand die het stationsgebied afschermt van de stedelijke bebouwing van Hanzeland. Met het ontmantelen van het spooremplacement van de Lijnwerkplaats is de grens van het spoorweggebied echter opgeschoven geraakt. Opnieuw doet zich daardoor de opgave voor om vorm te geven aan de begrenzing tussen stad en spoorweggebied. De positie van het Lübeckplein als Stationsplein wordt daarmee minder logisch. Aan de andere zijde van de Hanzelaan ontstaat nu immers ook een stadsdeel en ruimte om dichter bij de treinperrons een stationsentree te maken. De noodzaak ontstaat daarmee om van de huidige achterkant van de Hanzelaan een voorkant te maken. Stationsplein zicht op het Station vanuit de Stationsweg de organisatie van de stationsomgeving is diffuus geraakt 46 47

42 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Ontwerpinzet Op basis van de in het eerste hoofdstuk beschreven visie en de analyse van de huidige situatie op de locatie komen we tot de volgende ontwerpinzet: De groei van het station tot knooppunt van verbindingen wordt aangegrepen om de ruimere omgeving te ontwikkelen tot dynamisch stedelijk gebied. De inzet van deze stedenbouwkundige visie is om gebruikmakend van de aanwezige bebouwing en beschikbare percelen- tot een levendiger mix van programma s en gebruik te komen. Basisvoorwaarde voor deze ontwikkeling is om de delen van de stad aan beide zijden van het spoor beter onderling en met de stedelijke omgeving te verbinden. Daarmee zal letterlijk en figuurlijk de Spoorzone gaan aansluiten op de kwaliteiten van de binnenstad, maar ook verbonden raken met de prachtige parkstructuur tussen binnenstad en IJssel. Vanuit de optiek dat stedelijkheid gebaat is bij gemengd gebruikte stadsruimtes worden de nieuw aan te leggen routes en verbindingen in de Spoorzone waar dat mogelijk is ontworpen als stedelijke multifunctionele verbindingen. De geïsoleerde en van het spoor afgekeerde positie van de verschillende monofunctionele delen van Hanzeland (kantorenstrip, werkplaatsen en woongebied) zal worden doorbroken. Deze algemene doelstellingen zijn vertaald in een aantal specifieke ingrepen in het bestaande stedelijk gebied. Deze ingrepen spelen op verschillende schaalniveau s en vormen tezamen een raamwerk van routes en verbindingen die de stedelijke en regionale ontwikkelings- en gebruiksmogelijkheden van de Spoorzone faciliteren. Ze worden hier achtereenvolgens benoemd. In Hoofdstuk 6 Ontwerp van routes en plekken wordt nader ingegaan op het ruimtelijk ontwerp ervan. Groene Scheg als koppelstuk Het gehele gebied van Het Engelse Werk, Landgoed Schellerberg, buurtschap IJsselzone tot aan de Binnenstad wordt behandeld als samenhangende reeks steppingstones. Een coherent routenetwerk en een zorgvuldige ontwikkeling van de sleetse terreinen maken het tot een koppelstuk tussen Binnenstad, Spoorzone en IJsselvallei. Hiermee wordt vormgegeven aan zowel de stedelijke als regionale betekenis van dit bijzondere stadslandschap. Zeker de zone tussen de spoorbaan en de Willemsvaart kan sterk aan kwaliteit winnen, waarmee ook de kwaliteit van de er langslopende routes tussen binnenstad, Spoorzone, IJsselbrug en IJssellandschap verbetert. De spoorbaan en de Nieuwe Veerallee zijn hierin idealiter geen harde grenzen, maar onderdeel van een prachtig stadslandschap. Met het recent opknappen van het snelwegfietspad langs de spoorlijn naar de Veluwe is al een eerste belangrijke stap gezet. Om tot een meer samenhangend netwerk te komen tussen binnenstad, Spoorzone, IJssel en Veluwe vraagt de aantakking van dit fietspad op Windesheim, Hanzeland en binnenstad nog de nodige aandacht. Met zorg moet de toekomstige inrichting van het spooremplacement worden ingepast in deze landschappelijke reeks tussen binnenstad en buitengebied. park Eekhout Spoolderbos Windesheim Katerveer Park Engelse Werk landgoed Schellerberg Stepping Stones 48 49

43 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Centrale ruimte in Hanzeland Binnen Hanzeland worden de raakvlakken van de industriezone, de kantorenstrip, en het bedrijfsterrein omgevormd van defensieve grenzen naar centrale kwaliteitsvolle ruimtes en routes. Hiermee wordt de ruimtelijke basis gelegd voor een meer divers en samenhangend Hanzeland. Bebouwing en openbare ruimte moeten hier in zorgvuldige samenhang tot waardevolle stadsruimtes worden ontwikkeld. Zowel het markante rode gebouw op Bedrijvenpark Hanzeland als de opvallende warmtekrachtsculptuur maken deel uit van deze stadsruimte. oriëntatie op centrale ruimte in Hanzeland Routenetwerk voor langzaamverkeer De ontwikkeling van de Spoorzone heeft baat bij een fijnmaziger routenetwerk voor langzaamverkeer. Met name tussen de Koggetunnel en de Van Karnebeektunnel ontbreekt het aan openbare verbindingen over het spoor. Hierdoor is de wisselwerking tussen binnenstad en de Spoorzone zeer beperkt. Om die samenhang te verbeteren wordt tussen Binnenstad, Hanzeland en Windesheim een netwerk van openbare langzaamverkeersroutes voorzien. Hiermee wordt met name de zuidzijde van de Spoorzone beter verbonden met de centrumzijde van de stad. We stellen voor om voor voetgangers een passerelle aan te leggen over de sporen heen ter plaatse van het Station. Hiermee wordt een belangrijke schakel ingevoegd in de route die de binnenstad via de Stationsweg verbindt met Hanzeland. In Hanzeland vertakt deze route zich zowel naar het Stadskantoor op het Lübeckplein en de zuidelijke stationstoegang als naar Windesheim. route stad - station - Windesheim Voor de route naar Windesheim stellen we voor deze via het Hanzeplein naar de IJsselallee te leiden. Het Hanzeplein komt er mee tot leven en de overlast langs de bestaande route door de Lünentunnel verdwijnt. Over de IJsselallee zal een passerelle voor fietsers en voetgangers de verbinding met de Windesheimcampus gaan vormen. Stationsentree aan de Hanzelaan De Hanzelaan is onderdeel van de beoogde kwaliteitsvolle routestructuur en wordt van achterkant omgevormd tot centraal deel van de Spoorzone. Om kwaliteit te geven aan deze achterstraat wordt het profiel getransformeerd tot een stedelijke bomenlaan. Deze krijgt aan weerszijden bebouwing en mondt uit op een nieuw aan te leggen Stationsplein. Het station krijgt hier een nieuwe entree. In het ontwerp van het laanprofiel wordt royaal ruimte geboden aan voetgangers.. Tezamen met de Stationsweg, Westerlaan en Oosterlaan ontstaat een stelsel van lommerrijke lanen die het station verbindt met de omringende stad. bomenlanen als stationstoegangen 50 51

44 Spoorzone zwolle Ruimtelijke analyse en ontwerpopzet Benutten van beide verschillende stationszijden De beschikbare ruimte aan de zuidzijde van het station wordt met voorrang benut om de 21ste eeuwse logistiek van het station te accommoderen. De laat 19e-, vroeg 20e eeuwse fijnmazige stadsstructuur van de stationsbuurt aan de centrumzijde wordt daarmee zoveel als mogelijk verlost van de druk van auto- en busverkeer die het station met zich meebrengt. Aan de centrumzijde wordt passende bij de aanwezige stedelijke schaal- voorrang gegeven aan voetgangers en fietsers. Concreet betekent dit dat wordt voorgesteld de bushaltes naar de zuidzijde van het spoor te verplaatsen en dat er zeker ook aan de centrumzijde- extra stallingen zullen moeten komen voor de enorme aantallen fietsen. Autoparkeerplekken worden bij voorkeur aan de zuidzijde voorzien. Fietsenstallingen krijgen daar en tegen aan de centrumzijde zo veel als mogelijk voorrang boven het autoparkeren. Het busstation wordt zo uitgewerkt dat het vanaf het treinstation zichtbaar is en daarmee voor reizigers eenvoudig te vinden is. Omgekeerd is vanaf het busstation het station met de grote stationskap herkenbaar. Hiermee is de vindbaarheid van de binnenstadszijde gewaarborgd. Slechten spoorbarrière bij de Nieuwe Veerallee Met name aan de westzijde is het aantal verbindingen met de Spoorzone beperkt. Om hier de barrière van het spoor radicaal te slechten en Hanzeland te verbinden met de stadsstructuur zou het goed zijn als de sporen nabij de Nieuwe Veerallee gekruist kunnen worden. Hiermee zou het verlies aan verbindingen dat begin deze eeuw is ontstaan bij het verwijderen van de spoorwegovergang worden goedgemaakt. Op die plek ontstaat dan een nieuwe oost-westroute in Hanzeland die verbinding maakt met de Nieuwe Veerallee. Een complexe maar kwaliteitsvolle verbinding zou ontstaan als de sporen overkapt kunnen worden. Over deze overkapping kunnen diverse routes en een parkzone worden gelegd die meerdere stadsdelen verknoopt. toekomstige ruimte aan de zuidzijde huidige verkeersdruk centrumzijde slechten van de spoorbarrière Bij de ontwikkeling van het uitgestrekte plangebied binnen het beoogde raamwerk worden de volgende accenten gelegd: Busontsluiting Met het verplaatsen van het busstation naar de zuidzijde moet voor busvervoer een nieuwe verbinding worden gemaakt tussen de zuidzijde van het station en de busroute op de Pannekoekendijk. Deze verbinding vraagt om een ongelijkvloerse kruising met de spoorbaan nabij de Nieuwe Veerallee. Naar een compacte knoop aan de zuidzijde Met voorrang wordt er studie verricht naar de ontwikkelmogelijkheden voor het braakliggende gebied tussen OVknoop en Hanzelaan. Hiermee wordt vormgegeven aan een complete en comfortabele stationsomgeving, ook aan de zuidzijde van het station. Deze plek leent zich bij uitstek voor een mix van programma s die zowel een stedelijke als (boven)-regionale betekenis hebben. Hiermee moet een eerste stap worden gezet naar een meer divers stedelijk gebied op een brandpunt van verbindingen. Duurzaam hergebruik In het plangebied staan monumentale oude werkplaatsgebouwen en een prachtig historisch station. Het zijn waardevolle elementen die het gebied en de OV-knoop onmiskenbaar tot onderdeel van de stad Zwolle maken. De bedrijfshallen op Bedrijvenpark Hanzelaan zijn als ze vrij komen uiterst geschikt om herontwikkeld te worden tot divers te gebruiken stadsgebouwen. Van veel recenter datum zijn vele kantoorgebouwen waarvan een deel kampt met leegstand. Deze beide type gebouwen oud en nieuw- worden ingezet om het gebied van stedelijk en onverwacht programma te voorzien. Hiermee kan verder vorm worden gegeven aan het doorbreken van de monofunctionele zonering in de Spoorzone. Focus op OV-knoop en het westelijk deel De Spoorzone is een uitgestrekt gebied waarbinnen diverse deelgebieden zijn te onderscheiden. De nadruk in de planvorming ligt in de delen rond het Station, de voormalige Lijnwerkplaats en Hanzeland omdat zich daar de grootste stedelijke dynamiek aftekent en zich daar de meeste bebouwing concentreert die programmatische vernieuwing kan opleveren. De Hanzebadlocatie, de Deventerstraatweg en de Ecodrome-locatie zijn minder direct gekoppeld aan en onder de invloedssfeer van de ontwikkeling van de OV-knoop

45 05 Ontwerp van de OV-knoop

46 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop 05 Ontwerp van de OV-knoop Programma Twee verschillende zijden Het aantal reizigers en overstappers groeit gestaag. Voor al deze reizigers is nu te weinig ruimte om op een comfortabele wijze te reizen. De aanleg van de Hanzelijn is aanleiding geweest om de reizigerstunnel te verbreden. Nu is het tijd om ook de organisatie van het busvervoer, de plaats van de reizigersvoorzieningen en de fietsenstallingen op orde te brengen. Voor het optimaal faciliteren van de reiziger moet er een plek komen waar alle reizigersinfromatie en services gecombineerd worden aangeboden. Nieuwe stationsentrees aan noord- en zuidzijde kunnen hiervoor ruimte bieden. In het ontwerp wordt daartoe een nieuwe organisatie van het station voorgesteld. Deze ordening heeft tot doel de reizigersstromen overzichtelijk te organiseren, het oude hoofdgebouw te herwaarderen tot integraal onderdeel van het station en de aansluiting op de omgeving verregaand te verbeteren. Hiermee moet het serviceniveau en de uitstraling gaan passen bij de hoeveelheid reizigers en de positie van Zwolle in het spoorwegnet. De groei van het aantal reizigers vertaalt zich in een groeiende behoefte aan stallingsruimte voor fietsen en auto s. Verwacht wordt dat het aantal fietsen nog sterk zal toenemen en op dit moment is er in Zwolle geen specifieke autoparkeergelegenheid voor de treinreiziger. De parkeergelegenheden die nu worden aangeboden betreffen altijd gedeeld gebruik met bijvoorbeeld kantoorbezoekers. De P+R verwijzingen op de verkeersborden verwijzen bijvoorbeeld naar de Lübeckgarage. Deze is echter dermate druk bezet dat er behoefte is aan meer parkeergelegenheid rondom station Zwolle. Daarnaast groeit de behoefte aan ruimte voor reizigersvoorzieningen en bushaltes. In de periode tot 2030 is een aantal van fietsenstallingsplaatsen benodigd. Daarbij is aangenomen dat er een registratie- en verwijzingssysteem wordt toegepast om de fietser snel te geleiden naar een vrije plek, waardoor de stallingen efficiënter gebruikt worden. Zo niet, dan is de behoefte nog groter. Al ruim voor 2030 is deze forse capaciteitsgroei noodzakelijk. De stallingsbehoefte wordt als volgt verdeeld: 4000 gratis plekken aan de zuidzijde 3000 bewaakte plekken aan de centrumzijde 7000 gratis plekken aan de centrumzijde Mede met het oog op verkrijgen van rijkssubsidie wordt een integraal investeringsplan voor fietsenstallingen opgesteld, waarbij inpasbaarheid, capaciteit, kwaliteit en beheerregime worden meegewogen voor het hele stationsgebied. Voor de stad- en streekbussen wordt voorzien in 25 halteplaatsen. Voor de reizigersvoorzieningen in het station, mogelijk in de vorm van retail, wordt gerekend met een groei van 1700 m2. Dat is ongeveer de oppervlakte van het oude stationsgebouw. Hiervan is ongeveer 1050 m2 voorzien aan de zuidzijde en 630 m2 als uitbreiding aan de centrumzijde. Voor autoparkeren zijn nog meerdere oplossingen denkbaar die nader moeten worden verkend. Voor P+Rreizigers zijn ruim 250 plaatsen gewenst. Er ontstaat een station met twee bijna gelijkwaardige maar verschillende zijden. De ontwerpopgave aan de centrumzijde is immers geheel anders van aard dan aan de zuidzijde; Aan de centrumzijde gaat het om het opnieuw opladen van het hoofdgebouw met voor reizigers relevante voorzieningen, het herinrichten van het Stationsplein en het verbeteren van de oriëntatie op de omringende stad. Het langgerekte stationsgebouw, het Stationsplein en de Stationsweg zijn hierin belangrijke ankerpunten die opnieuw in samenhang met elkaar worden gebracht. De historische kwaliteiten die op oude foto s zichtbaar zijn, bieden hiervoor de inspiratie. Hiermee moet vorm worden gegeven aan een herkenbare entree van de binnenstad van Zwolle, én aan een herkenbare entree tot de OV-knoop. De nadruk ligt aan deze stationszijde op fietsers en voetgangers, wat zich onder meer vertaalt in het concentreren van het merendeel van fietsenstallingen aan deze zijde. Aan de zuidzijde is de opgave anders van aard. Hier wordt vormgegeven aan een nieuwe aanhechting van de OV-knoop met de omringende stad. Er wordt ruimte geboden aan de logistiek die een station met zich mee brengt en er zal aan deze zijde als eerste kunnen worden begonnen met het ontwikkelen van nieuw stedelijk en regionaal programma direct nabij de OV-knoop. Dit moet een aangenaam nieuw stationsplein-zuid opleveren met een herkenbare nieuwe stationstoegang. De samenhang tussen beide zijden van de OV-knoop toont zich in de architectonische expressie van de entreehallen en het ontwerp van de perronkappen van trein- en busperrons. centrumzijde zuidzijde 56 57

47 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop Op deze pagina s is verbeeld hoe station Zwolle kan worden opgewerkt naar een volwaardige OV-knoop. Zowel aan de centrumzijde als aan de zuidzijde zijn hiervoor de nodige voorstellen gedaan die in dit hoofdstuk worden toegelicht. fietsenstalling fietsenstalling onder Stationsplein Stationsplein-Zuid fietsenstalling K+R busstation P? fietsenstalling K+R fietsenstalling onder Stationsplein P? busstation Stationsplein-Zuid fietsenstalling ruimtelijke verbeelding toekomstige OV-knoop mogelijk organisatieschema OV-knoop 58 59

48 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop de Zuidzijde Nieuw busstation De eerste noodzakelijke stap die gezet moet worden om tot een beter functionerend station te komen is het verplaatsen van de bushaltes. De huidige haltes en routes hebben te weinig capaciteit en kunnen een verdere reizigersgroei niet aan. In het ontwerp wordt voorzien in een langgerekt eilandperron aan de zuidzijde van het station, direct grenzend aan de treinperrons. Rond dit eilandperron is ruimte voor alle benodigde stads- en streekbussen. Dit perron functioneert gelijkwaardig met de treinperrons en krijgt een toegang via de reizigerstunnel. Het busstation wordt daarmee een integraal onderdeel van de OV-knoop. Hiermee wordt ook de directe overstap tussen trein en bus verbeterd. Het ontwerp van de tunnel is hierop aangepast. Een tweede toegang is te overwegen aan het westelijke uiteinde van het busstation. Hier kan aangetakt worden op de nieuw te maken stedelijke passerelle die voor voetgangers de spoorbarrière moet verkleinen. De noodzaak hiervan is afhankelijk van de vraag of de reizigerstunnel toegankelijk zal zijn als de nachtbussen rijden, en of de overstap tussen bus en Kamperlijn voldoende direct is te organiseren. Met de keuze voor een eilandperron grenzend aan de treinperrons wordt er expliciet voor gekozen het busstation onderdeel te laten zijn van het station. Het busstation is daarmee geen onderdeel van de ook door anderen gebruikte stadsruimte. Dit betekent een breuk met de huidige situatie waarin op het Stationsplein en de Oosterlaan het busvervoer diverse medegebruikers kent. De enorme aantallen bussen belasten deze stadsruimtes zwaar en de dienstregeling is te onbetrouwbaar door het sterk gemengde gebruik. Voor de kwaliteit van het busstation is het van belang dat de aangrenzende en afsluitende bebouwing zich niet afkeert van de busreizigers. Grote vensters en doorzichten naar de stedelijke programma s of binnentuinen en hoven in het bouwblok moeten zorg dragen voor de ruimtelijke kwaliteit en bezonning van het busstation. Naast het gekozen ontwerp van één eilandperron is ook het model van een waaier aan perrons onderzocht. In dat model liggen een reeks van perrons naast elkaar. De toegang tot de perrons kan dan niet rechtsreeks vanuit de reizigerstunnel worden georganiseerd. De directe verknoping met de OV-knoop is daarmee minder sterk, en ook is de overzichtelijkheid en het overstapgemak minder groot. Tegelijkertijd laat dit model zich door de forse benodigde omvang 25 bussen met capaciteit voor meer - slecht voegen in het ontwerp van een gemengd gebruikte stadsruimte. Daarmee zou dit model een forse beperking opleveren voor de bruikbaarheid van de ruimte aan de zuidzijde van het station. Nieuwe locatie stationsentree zuidzijde Met het ontmantelen van het emplacement dat behoorde bij de Lijnwerkplaats en de aanleg van het busstation verschuift de grens tussen stad en station. De stationstoegang aan het Lübeckplein verliest hierdoor zijn logica. Niet langer vormt dit plein immers de grens van Hanzeland; die grens ligt logischerwijze bij het nieuwe busstation. Om die reden wordt er voor gekozen de reizigerstunnel al eerder te beëindigen en een nieuwe stationsentree te maken tussen Hanzelaan en busstation. Hiermee wordt het te ontwikkelen plangebied op het voormalige emplacement direct bereikbaar vanuit de nieuwe stationstoegang. Dit betekent dat het oorspronkelijke ontwerp van de reizigerstunnel (nu in uitvoering in het kader van ZwolleSpoort) is aangepast. De verbreding van de tunnel wordt doorgezet tot en met het punt dat het toekomstige busstation is gekruist. Direct na het passeren van het busplatform eindigt de tunnel en zullen trappen en liften aansluiting geven op het maaiveldniveau. impressie stationsentree Zuidzijde mogelijke beëindiging reizigerstunnel en stationsentree 60 61

49 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop Stationshal Om comfort te bieden aan de reiziger, ruimte te bieden aan voorzieningen en het station een volwaardige uitstraling te geven wordt op de nieuwe kop van de reizigerstunnel een stationshal voorzien. Deze hal biedt toegang tot zowel de bus- als treinperrons. De verplaatsing van het busstation naar de zuidzijde maakt de twee zijden van het station meer gelijkwaardig in gebruik. De reizigersstroom wordt zó groot dat het rendabel wordt in de tunnel rond de trappen naar het busperron en in de nieuwe stationshal stationsretail en reizigersservices een plek te geven. Stationsplein zuidzijde Vóór de stationshal wordt een nieuw stationsplein voorzien dat de verbinding legt met de bestaande stad en het nieuw in te richten gebied grenzend aan de OV-knoop. Het Stationsplein wordt een autovrije ruimte. Dit plein ligt tussen het station en de bebouwing aan het Lübeckplein. Het ligt daarmee op een knooppunt van routes vanuit het Lübeckplein en de Hanzelaan. De Hanzelaan wordt geknipt; van een doorgaande weg langs het spoor wordt de laan in tweeën gedeeld en omgevormd tot twee toeleidende wegen naar het nieuwe Stationsplein. Hiermee wordt voorkomen dat reizigersstromen en doorgaand autoverkeer elkaar in de weg zitten. De westelijke helft van de Hanzelaan wordt omgevormd tot statige bomenlaan die een volwaardige entree vormt naar het stationsplein. Over deze laan loopt een comfortabele looproute richting de voormalige Lijnwerkplaats en Windesheim. Taxi s en Kiss and Ride-plaatsen worden eventueel voorzien in dit laanprofiel. De oostelijke helft ontsluit het busstation en is de hoofdroute voor fietsers die vanuit Zwolle-zuid naar het station toe komen. Stationsomgeving zuidzijde Aan weerszijden van de nieuwe stationsentree -tussen de Hanzelaan en het toekomstig busstation- is ruimte voor de ontwikkeling van nieuw stedelijk programma en bijkomende voorzieningen voor de OV-knoop. Deze bebouwing moet het nieuwe stationsplein omkaderen en kwaliteit geven. Deze bebouwing zal daartoe voldoende massa moeten hebben en op de begane grond ruimte moeten bieden aan bij voorkeur publieke functies. In de bebouwing aan de oostzijde van de stationstoegang zal een meerlaagse fietsenstalling worden geïntegreerd. Deze stalling biedt ruimte aan 4000 fietsen en vervangt de bestaande (maar afgelegen) bewaakte stalling en de vele rekken die nu langs de Hanzelaan staan. Met deze capaciteit wordt de verwachte groei van het aantal fietsen opgevangen. Bij de uiteindelijke keuze moet zorgvuldig gekeken worden naar de exploitatiegevolgen van het ontwerp. Vanuit de nieuwe stationshal zal deze stalling direct toegankelijk zijn. De bebouwing aan de westzijde van de stationstoegang moet ruimte bieden aan divers stedelijk en regionaal programma en een verbinding leggen met de mogelijke toekomstige herontwikkeling van de voormalige Lijnwerkplaats. Een publieke passage door dit ruim bemeten bouwblok is hiervoor een belangrijk element. De passage zal vanuit de stationshal en de stedelijke route over de nieuwe passerelle toegankelijk zijn. Voor de kwaliteit van de stationsomgeving is het van belang als deze ontwikkeling met voorrang kan worden gestart. Een goede integratie van ontwikkeling en ontwerp van de stationsentree, nieuw programma en openbare ruimte levert de beste condities voor een kwaliteitsvolle stationsomgeving aan de zuidzijde. impressie stationsplein Zuidzijde 62 63

50 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop De ontwerpopgave voor de zuidelijke Stationsentree De hal staat loodrecht op de reizigerstunnel en staat daardoor iets gedraaid ten opzichte van de Hanzelaan. Daarmee zal hij als blikvanger functioneren aan het Stationsplein. Tezamen met de aangrenzende bebouwing vormt de entreehal de omkadering van het Stationsplein. Aan de hal worden de volgende eisen gesteld: De stationshal moet een ruimte worden die niet alleen veilig en uitnodigend is, maar ook logisch en leesbaar voor de reiziger. Dit komt ten goede aan de vindbaarheid van trein- en busperrons. Er is voldoende ruimte tijdens ochtend- en avondspits voor loopstromen van reizigers in verschillende richtingen. Het busstation wordt bij voorkeur ruimtelijk geïntegreerd in de OV-knoop door de kap van de stationshal door te laten lopen tot boven de trapopgangen naar het busperron. Vanuit de entreehal zal er een rechtstreekse verbinding moeten zijn met de nieuw te bouwen stationsfietsenstalling. Vanuit de entreehal zal een doorgang moeten worden voorzien naar het toekomstig bebouwingsensemble tussen busstation en Stationsplein. In detaillering en materialisering zal de entreehal verwantschap moeten hebben met de entreehal aan de centrumzijde. De hier getoonde beelden zijn impressies die in volgende planfases architectonisch moeten worden uitgewerkt. Stationsplein versus Lübeckplein Het Nieuwe Stationsplein wordt ingericht als een verhard plein met volop ruimte voor voetgangers en fietsers. Het Lübeckplein zou in contrast hiermee een veel groenere inrichting kunnen krijgen, en tot een publieke binnenstadstuin kunnen worden omgevormd. Hiermee wordt de overmaat aan verharde ruimte in relatie tot het aantal passanten meer in evenwicht gebracht en krijgt het stenige Hanzeland een grotere rijkdom aan publieke ruimtes. Het Schellepoortgebouw staat tussen deze twee ruimtes in. Ook de begane grond van dit gebouw zou zich met retail en horeca moeten gaan oriënteren op het Nieuwe Stationsplein. Aanwezige horeca kan in de Lubecktuin een prachtig bezond tuinterras krijgen. De reizigerstunnel naar het Lübeckplein wordt afgesloten. Deze verliest met de aanleg van de nieuwe stationsentree en het nieuwe stationsplein aan belang en zou de toegang tot en vindbaarheid van het station nodeloos diffuus maken. mogelijk toekomstige zuidelijke entree en stationsplein mogelijke transparante zuidelijke entree 64 65

51 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop Centrumzijde Het Stationsplein en het stationsgebouw Op oude foto s is vanuit de Stationsweg het monumentale stationsgebouw en Stationsplein iets overhoeks zichtbaar. De stationsweg komt terzijde van het midden aan. Met de latere verplaatsing van de hoofdtoegang van het station naar de verder oostelijk gelegen reizigerstunnel is het Stationsplein vooral een ruimte geworden die in de lengterichting wordt gebruikt. De bushaltes blokkeren daarbij het overzicht over het Stationsplein waardoor het lastig is geworden zich te oriënteren. Het westelijk deel is hierbij enigszins uit de loop komen te liggen, en dit deel van het stationsgebouw is ook het minst volwaardig in gebruik. In het ontwerp wordt de verplaatsing van het busstation naar de zuidzijde aangegrepen om het Stationsplein en het Stationsgebouw opnieuw tot centrale publieke ruimte te maken. Het verdwijnen van de bushaltes en het vele busverkeer maakt het mogelijk het plein verkeersvrij te maken en ook de rotonde op de kop van de Stationsweg op te heffen. Hierdoor ontstaat er ruimte voor een overzichtelijk ingerichte verblijfsruimte met logische looproutes tussen station en stad. In 2012 is een begin gemaakt met het verbeteren van de route naar de binnenstad. Op termijn zal het profiel van de Stationsweg worden versmald en zal er kunst toegevoegd worden. In de lay-out van het plein wordt de route naar de Stationsweg benadrukt door zebrapaden te plaatsen recht tegenover de oude hoofdentree en op de kop van het plein. Een aantal banken en andere bijkomende inrichtingselementen markeren de grens van het plein en de langsgelegen Oosterlaan. De kwaliteit van het Stationsplein wordt verder vergroot door het oude stationsgebouw te herontwikkelen met diverse stationswinkelformules die de gehele lengte van het gebouw zullen vullen. De vele bogen in de stationsgevel bieden de mogelijkheid per winkel of voorziening een eigen toegang tot het Stationsplein te maken. Hiermee wordt het een levendige gevelwand over de gehele lengte van het Stationsplein. Ook de beide korte zijden van het Stationsplein worden voorzien van nieuw programma dat deel uitmaakt van de OV-knoop. Hiermee wordt het Stationsplein verder opgeladen tot integraal onderdeel van de OV-knoop. mogelijk toekomstige organisatie rond stationsplein aan centrumzijde frontale benadering langgerekt plein huidige krapte op het Stationsplein 66 67

52 impressie toekomstig stationsplein 68 69

53 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop Fietsenstallingen Er bestaat op dit moment al een tekort aan fietsenstallingsruimte aan de centrumzijde en dit tekort gaat in de komende jaren alleen maar groter worden. Er is een behoefte berekend van fietsplekken waarvan er 3000 betaald en met toezicht worden aangeboden. Er is niet voldoende ruimte om dit aantal op maaiveld te realiseren. Daarbij zou dit het huidige rommelige straatbeeld in stand houden. In het ontwerp voor de OV-knoop is daarom gezocht naar een zo logisch mogelijke plek voor een gebouwde betaalde stalling en een gebouwde gratis stalling. Uitgangspunt hierbij is dat de betaalde stalling dichter bij de stationstoegang zou moeten liggen dan de gratis stalling. Daarbij is er gezocht naar één centrale plek voor de gratis stalling om te voorkomen dat treinreizigers naar een plek zouden moeten zoeken in diverse stallingen en uiteindelijk de fiets ergens neerkwakken. De meerderheid van de fietsers komt vanuit het oosten. Zogezien zou een stalling aan de Oosterlaan de meest logische plek zijn. Er is echter onvoldoende ruimte om aan de Oosterlaan 7000 fietsplekken te realiseren. Een extreem lang en smal fietsgebouw langs het spoor of een enorm plateau hoog boven de sporen zou het resultaat zijn. Voor de kwaliteit van de Oosterlaan zou dit verre van ideaal zijn. Het uitzicht vanuit de langs liggende woningen zou geheel geblokkeerd raken. Een bijkomend gevolg zou zijn dat een belangrijk deel van de reizigers op weg naar de reizigerstunnel niet over het Stationsplein en langs het oude Stationsgebouw komt. Hiermee schuift het zwaartepunt van het station nog verder oostwaarts en verliest het stationsgebouw verder aan waarde en betekenis. Oosterlaan met fietsplatform boven de sporen Oosterlaan met fietsplatform boven de sporen Oosterlaan met fietsflat langs de sporen Oosterlaan met fietsflat langs de sporen 70 71

54 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop Omdat er onvoldoende ruimte is aan de Oosterlaan is er gekozen om de gratis stalling te bouwen op de westelijke kop van het Stationsplein, op de plek van de huidige Westerlaangarage. De garage moet hiervoor worden gesloopt. Er ontstaat dan ruimte voor een drielaagse stalling met in totaal ruimte voor 7000 fietsen. Alle fietsen en fietsenrekken die nu de Westerlaan en Oosterlaan ontsieren en looproutes blokkeren kunnen dan verdwijnen. De stalling zal daarmee een zichtbaar onderdeel gaan uitmaken van de bebouwing rond het stationsplein. In de plint van de stalling aan de pleinzijde wordt voorzien in aanvullende reizigersvoorzieningen. Bij deze variant is het van belang dat er een goed handhavingsbeleid is voor verkeerd gestalde fietsen, omdat veel fietsers vanuit de Oosterlaan komen. Met het opheffen van de rotonde kan het wegprofiel van de Oosterlaan en de Westerlaan weer meer in samenhang worden gebracht. Hiermee wordt het voor fietsers die vanuit het oosten komen een minder grote barrière om door te rijden naar de nieuwe stalling aan de Westerlaan. Het alternatief is om de ruimte van het streekbusstation aan de Oosterlaan geheel te vullen met dubbellaagse fietsenrekken. Tezamen met de plekken langs de Westerlaan is er dan vooralsnog voldoende capaciteit, maar deze ligt zeer verspreid en belast het aanzien van deze beide lanen. Bovendien is de capaciteit aan de Oosterlaan dan kleiner dan benodigd en moeten reizigers alsnog uitwijken naar de Westerlaan voor een stallingsplek. Tevens geeft deze oplossing een rommelig en niet gewenst straatbeeld. Voor de bewaakte stalling wordt een nieuwe ondergrondse stalling voorzien onder het Stationsplein. De fietsentoegang tot deze stalling zal onderdeel uitmaken van de nieuwe inrichting van het plein. Hiermee wordt de benodigde ruimte gevonden zo dicht mogelijk bij de reizigerstunnel. Het is mogelijk een directe toegang te maken naar de nieuwe stationshal op de kop van de tunnel. Westerlaan met fietsenstalling op de kop van het Stationsplein Westerlaan met fietsenstalling op de kop van het Stationsplein 72 73

55 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop De ontwerpopgave voor de vernieuwde stationsentree De ruimte op de kop van de reizigerstunnel is krap. Vrijwel direct stuiten reizigers op een rij stationswinkels en ontbreekt de ruimte om zich te oriënteren op een overstap of op het Stationsplein en de stad. Daarbij biedt de huidige luifel weinig beschutting, en staan de winkels met hun gesloten achterzijde naar de stad gekeerd. Net als aan de zuidzijde wordt er daarom ingezet op de bouw van een nieuwe stationshal als prominente stationstoegang. Deze hal vormt een van de koppen aan het heringerichte Stationsplein. In architectonisch opzicht zal er naar een nevenschikking moeten worden gezocht ten opzichte van het bestaande monumentale stationsgebouw. In detaillering en materialisering zal de entreehal eveneens verwantschap moeten hebben met de entreehal aan de zuidzijde, om de herkenbaarheid van de OV-knoop als samenhangend complex te waarborgen. nevenschikking oud en nieuw: Atocha-station Madrid In de ontwerpopgave van deze hal zal vorm moeten worden gegeven aan het ombuigen van de reizigersstroom vanuit de tunnel richting Stationsplein en binnenstad. Dit kan door op maaiveldniveau in de hal de reizigersstroom richting Stationsplein te dirigeren. Onderdeel van deze opgave is om alle functies in de stationshal logisch en leesbaar te ordenen en bovendien de reiziger zicht op de stad te geven. zicht op het Stationsplein vanuit de nieuwe stationsentree Spooruitbreiding Mogelijk gaat ProRail op enig moment het perron tussen spoor 15 en 16 verbreden om ruimte te bieden aan de treinreizigers. Hierdoor zou het buitenste spoor ongeveer 5 meter moeten opschuiven. Als het streekbusstation is verhuisd, ontstaat hiervoor de ruimte. Het zal dan echter niet meer mogelijk zijn hier voldoende fietsparkeercapaciteit op maaiveld te vinden om de stallingsvraag aan de centrumzijde mee op te vangen. De optie één grote fietsenstalling te bouwen aan de Westerlaan zal dan urgenter worden. nevenschikking oud en nieuw stationsentree in de loop vanaf de het Stationsplein tunnel met rechte trap 74 75

56 Spoorzone zwolle ontwerp van de Ov-knoop Taxi s en Kiss and Ride Taxi s krijgen een plek langs het nieuwe Stationsplein, direct in het zicht van de reizigers. De Kiss and Rideplaatsen worden voorzien langs de Oosterlaan op de plek van het huidige streekbusstation. Ook als het perron voor spoor 15 wordt verbreed is hiervoor voldoende ruimte. Stations-lay-out Op bijgaande tekening toont de opzet van de toekomstige OV-knoop. Aangeduid zijn de positie van de diverse planonderdelen en de gewenste samenhang tussen publieke ruimte en de bebouwing. Parkeren De positie van het autoparkeren vergt nadere analyse. Zowel aan de noord- als zuidzijde zijn mogelijkheden, afhankelijk van de gewenste verkeersstromen, het gemeentelijk verkeersbeleid, de beschikbare ruimte en de termijn waarop deze ruimten vrijkomen en de beschikbare financiële middelen. De meest logische locatie voor de parkeeroplossing lijkt aan de zuidzijde van het station te liggen. De bereikbaarheid van deze zijde van het station is goed (zie ook Hoofdstuk 6 Autoverkeernetwerk). Deze verdere vergroting van de parkeercapaciteit bij het station staat echter op gespannen voet met de beoogde stedelijke ontwikkeling; In het ruimtelijk meest ideale scenario wordt nabij het station aan de zuidzijde een ondergrondse parkeergarage gerealiseerd. Dit is echter een kostbare oplossing. Een bovengronds parkeerterrein blokkeert daar en tegen door de forse omvang de ontwikkeling van bebouwing rond het station. Bovengrondse garages zijn mogelijk een middenweg, maar vragen veel ontwerpaandacht. Als nader uit te werken locaties valt dan te denken aan de voormalige Lijnwerkplaats of nader te bepalen locaties aan de Westerlaan. Ook het beheer en de exploitatie vragen veel aandacht: De parkeerdruk in Hanzeland is hoog en dat vraagt om een goed beheersregime van de P+R-garage om te voorkomen dat elke toevoeging aan parkeergelegenheid zal worden gebruikt door kantoorgebruikers en er alsnog geen sprake is van een parkeergelegenheid specifiek voor de reiziger. mogelijke opzet OV-knoop tunnelniveau Voor dat de exacte locatie voor een parkeergelegenheid voor de treinreizigers wordt bepaald zal er nader onderzoek gedaan moeten worden naar het totale verband tussen de beschikbare parkeergelegenheden en de locaties die beschikbaar zijn voor het maken van een parkeergarage voor de treinreiziger. mogelijke opzet OV-knoop perronniveau 76 77

57 06 Ontwerp van routes en plekken

58 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken 06 Ontwerp van routes en plekken Nieuwe Verbindingen De beschreven opzet van de OV-knoop vormt een belangrijke schakel in de Spoorzone. Om de knoop optimaal te laten functioneren moet deze ingeweven raken in de stedenbouwkundige structuur aan beide zijden van het spoor. Uit de analyse van de locatie bleek dat het aantal bestaande stedelijke verbindingen in het gebied ondanks de goede regionale bereikbaarheid- niet overhoudt. In dit hoofdstuk worden de belangrijkste nieuw te maken verbindingen en de daarmee mogelijke routenetwerken beschreven die de Spoorzone en de OV-knoop verankeren in de stad. Passerelle bij het Station Zoals al eerder beschreven vormt het spoor een barrière in de stadsstructuur. Naarmate de beide zijden van de stad zich verder ontwikkelen wordt deze barrière steeds nijpender. De OV-knoop speelt hierin een belangrijke rol. Het is bij uitstek de publieke schakel tussen de twee zijden van het spoor. In het ontwerp worden twee routes voorgesteld die de beide stationszijden verbinden, maar verschillend van aard en gebruik zullen zijn. De meest voor de hand liggende verbinding wordt gevormd door de nieuwe brede reizigerstunnel. Deze tunnel biedt comfort en toezicht. Het is echter strikt genomen geen onderdeel van de openbare ruimte. En naar mate de kwaliteit van de OV-knoop stijgt door bijvoorbeeld de bouw van de genoemde entreehallen op de kop van de reizigerstunnel vermindert het openbare doorgaande karakter. De voorgenomen afsluiting van de tunnel met OV-chipkaartpoortjes om het station te kunnen beveiligen, versterkt daarbij de afscherming van het stationsdomein van de stad. Om die reden voorzien we in het raamwerk voor de Spoorzone een alternatieve verbinding over de sporen aan de andere zijde van het monumentale hoofdgebouw. Op de kop van het Stationsplein, op de plek waar vroeger een loopbrug de Lijnwerkplaats bereikbaar maakte vanuit de stationsbuurt, is plek voor een passerelle die als openbare route dag en nacht toegankelijk is. Deze passerelle vormt de kern van de ambitie om de gebieden aan de noord- en zuidzijde van het station beter met elkaar te verbinden. In een nadere uitwerking kan er voor gekozen worden deze route ook te benutten om bijvoorbeeld de overstap tussen Kamperlijn en het nieuwe busstation te vereenvoudigen, of parkeerplaatsen aan de zuidzijde van het spoor bereikbaar te maken voor de bezoekers van de Buitensociëteit. Gezien de grote maaswijdte van het fietsnetwerk zou het goed zijn om de passerelle ook voor fietsers begaanbaar te maken. Door de grote hoogte die hiervoor moet worden overbrugd is het echter lastig de passerelle befietsbaar te maken. De benodigde lengte van de hellingen is in de beschikbare ruimte niet goed in te passen. Mogelijk dat in combinatie met de beoogde meerlaagse fietsenstalling vorm kan worden gegeven aan het toegankelijk maken van de passerelle voor fietsers. Het architectonisch ontwerp van de passerelle moet zich goed voegen in het historische ensemble van stationsgebouw, stationskap en waardevolle werkplaatsgebouwen. Dit vraagt om een secuur en ingetogen ontwerp. Passerelle naar Windesheim De passerelle over de IJsselallee heeft als hoofddoel om de bestaande Lünentunnel te ontlasten door een alternatieve route te ontwikkelen tussen Windesheim en het station. Voorgesteld wordt om deze dagelijkse stroom studenten te verleiden via de stedelijke route Hanzelaan en het Hanzeplein naar Windesheim te lopen. Hiervoor zal in de Hanzeallee een passerelle over de IJsselallee moeten worden ingepast. Een langgerekte boogvormige passerelle maakt het zowel voor fietsers als voetgangers mogelijk de oversteek ongehinderd te maken. De meest logische positie van deze route is aan de westzijde van de Hanzeallee. Hier is echter beperkt ruimte. gecombineerde fiets- en wandelpasserelle referentie Nieuwe Brug Maastricht vroegere passerelle impressie passerelle bij het Werkplaatsplein 80 81

59 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Busverbinding Voorwaardelijk voor de beschreven ontwikkeling van de OV-knoop is het verplaatsen van het busstation naar de zuidzijde van het station. Doel is daarbij de bussen zoveel mogelijk in hetzelfde ritme met de treinen te laten aankomen en vertrekken. Het aantal overstapmogelijkheden is daarmee maximaal. Dit betekent dat er voor alle buslijnen tegelijkertijd haltes beschikbaar moeten zijn. Het eilandperron voorziet daarin. Het betekent ook dat de routes naar het busstation zoveel als mogelijk uit vrije busbanen moeten bestaan. Anders kan de dienstregeling onvoldoende worden gegarandeerd. In het busnetwerk speelt de Van Karnebeektunnel een belangrijke rol. Een derde van het busverkeer zal deze route blijven gebruiken. Voor twee derde van de bussen zal er een nieuwe verbinding moeten worden gemaakt tussen het busstation en de busroutes op de Pannekoekendijk. Hiervoor zijn verschillende varianten verkend; via een fly-over, via een tunnel en via een overkapping van de sporen. Laatstgenoemde variant valt op voorhand af. Als oplossing voor het ontsluiten van het nieuwe busstation komt deze variant te laat gereed. Met een tunnel onder de sporen door In dit voorstel wordt vanaf de westzijde van het nieuwe busstation een busroute aangelegd die zo rechtstreeks mogelijk naar de kruising Rieteweg-Willemskade leidt. Deze route wordt met een tunnel in de lengterichting onder de treinsporen doorgevoerd. Het voordeel van deze oplossing is dat de route kort is, en de zichtbaarheid ervan beperkt. Door de tunnelmonden parallel aan het spoor te leggen zal er ook geen extra barrièrewerking optreden. Ook zullen de aangrenzende gebouwen langs de Westerlaan en op het voormalige Lijnwerkplaats nauwelijks visuele hinder ondervinden van deze verdiept gelegen nieuwe route. Overigens moeten om ruimte te maken voor de aanleg van de tunnel onvermijdelijk de voormalige Lijnwerkplaats gesloopt worden. doorsnede 1 De flyover en de bustunnel vallen samen met het spooremplacement en hebben daarmee betrekkelijk weinig invloed op de bestaande inrichting van de stad. Het zijn specifiek voor de bus ontwikkelde routevarianten, gelegen in een bestaande infrastructuurbundel. doorsnede impressie van de tunnel vanaf de Willemskade positie tunnel 82 83

60 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Met een fly-over over de sporen heen Deze variant biedt voor de bussen dezelfde functionaliteit als de tunnelvariant. De positie van het fly-over en de hellingen worden bepaald door de benodigde hellinglengte in combinatie met de ligging van de spoorrails, seinen en bovenleidingsportalen. De speelruimte is daarmee beperkt en ook voor deze variant moet de voormalige Lijnwerkplaats gesloopt worden. De ligging van het deel dat de sporen oversteekt is gefixeerd door de benodigde lengte om boven de sporen te komen vanaf de Rieterweg- Willemskade. Vervolgens steekt de route iets schuin de sporen over om voldoende rijcomfort te bieden aan de bus. Aan de zuidzijde is de helling dicht tegen de treinsporen gelegd om de ruimtelijke versnippering te minimaliseren. In vergelijking met de tunnel is de zichtbaarheid vanaf de treinperrons en vanuit de langsgelegen bebouwing vanzelfsprekend veel groter. Met name direct aangrenzende bebouwing langs de Westerlaan en toekomstige bebouwing op het bedrijvenpark Hanzelaan ondervinden de invloed van de oplopende hellingen. Zo ligt de helling op het parkeerterrein van het voormalige Stationspostkantoor en komt de busbaan dicht langs de vensters op de eerste en twee de etage van het kantoorgedeelte. doorsnede 1 doorsnede impressie vanaf de Willemskade positie Fly-over 84 85

61 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Om er voor te zorgen dat de fly-over zich zorgvuldig voegt in de omgeving van bestaande en deels monumentale en historische bebouwing is een hoogstaand ontwerp vereist. Daarvoor zijn een aantal aanbevelingen te formuleren; het geheel van hellingen en brugdeel vormt een samenhangend architectonisch gebaar dat volwaardig onderdeel uit gaat maken van de uitstraling van de OV-knoop. om de dikte en hoogte van het kunstwerk te beperken bij de overspanning over het spoor en bovendien kolommen te vermijden die het zicht voor reizigers en machinist blokkeren, zou ingezet moeten worden op een boogconstructie. Hiermee wordt het kunstwerk familie van de monumentale spoorbrug bij de Van Karnebeektunnel en de nieuwe spoorbrug over de IJssel. de westelijke helling wordt geïntegreerd in het landschappelijk ontwerp van de vrijkomende ruimte langs de Kamperlijn, De helling zou daartoe met een groen talud moeten worden afgewerkt. Hiermee krijgt het kunstwerk een geïntegreerde plaats in de stadslandschappelijke zone van de Groene Scheg. de oostelijke helling staat op kolommen om de zichtbaarheid van de bebouwing op de voormalige Lijnwerkplaats vanaf het station en vice versa zo veel als mogelijk te behouden. Ook de zichtbaarheid vanuit de trein is een aandachtspunt. Dit betekent dat er een zorgvuldig gedetailleerd kunstwerk moet worden ontworpen dat zich respectvol voegt in het stationsgebied. Dit betekent dat beide varianten volwaardige mogelijkheden zijn in het stationsgebied en in de stadlandschappelijke zone van de Groene Scheg. De invloed op de omgeving en de ervaring voor de busreiziger verschilt echter fundamenteel. zicht vanaf treinperron fly-over en aangrenzende bebouwing zicht vanuit voormalig Stationspostkantoor zicht vanuit Westerlaan 86 87

62 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Toekomstige verbindingen Westelijke spoorbarrière Een belangrijke variabele in de routenetwerken is het al dan niet slechten van de barrière van het spoor aan de westzijde van Hanzeland. Uit de ruimtelijke analyse komt naar voren dat hier de stadsdelen aan weerszijden van het spoor beperkt verbonden zijn en ruggelings naar elkaar staan. De samenhang tussen binnenstad, Groene Scheg en Spoorzone is daardoor beperkt. Om die reden is onderzocht op welke wijze deze samenhang wél bereikt kan worden en welke verkeersstromen hiervan kunnen profiteren. Uit dit onderzoek is gebleken dat het geen eenvoudige opgave is omdat de ruimte voor ongelijkvloerse oplossingen beperkt is. Een mogelijke oplossing behelst het overkappen van de sporen en het verknopen van de Nieuwe Veerallee met de wegenstructuur van Hanzeland. Hiervoor is het noodzakelijk de Nieuwe Veerallee op de overkapping te leggen en een hooggelegen driesprong te maken. Door deze ingreep royaal uit te voeren en een aanzienlijk deel van de sporen te overkappen is het mogelijk ook het fietspadenstelsel tussen binnenstad en IJssel te completeren en de parkzones van het Engelse Werk en Spoolderbos te verweven met Hanzeland. Hiermee is de overkapping een middel om Hanzeland met een multifunctionele verbinding te koppelen aan de stadsstructuur.. De overkapping zou daarmee de enige niet-monofunctionele route tussen stad en Spoorzone zijn en bijdragen aan het ontwikkelen van een grotere mate van gemengd stedelijk gebruik in het gebied. De achterkant van Hanzeland wordt immers een voor ieder toegankelijke nieuwe voorkant nabij de binnenstad. Het functioneren van het bestaande bedrijventerrein wordt door het aanleggen van een openbaar toegankelijke verbinding belemmerd. Pas als deze bedrijvigheid verdwijnt ontstaat echt de mogelijkheid integraal vorm te geven aan een dergelijke oplossing. Om de Nieuwe Veerallee te verleggen zijn verwervingen nodig die deze oplossing kostbaar zullen maken. De verkeerskundige consequenties voor het autoverkeer strekken zich uit over een groot gedeelte van de stad. Voor Hanzeland betekent het een extra toegang die positief kan uitpakken. De groei van de verkeersstroom richting Pannekoekendijk is echter in strijd met het huidige verkeersbeleid. Op langere termijn blijft een verbinding over de sporen op deze plek in de stadsstructuur voor de ruimere gebiedsontwikkeling echter een interessante optie. Voor de diverse verkeersnetwerken wordt daarom allereerst beschreven welke samenhang er nu te bereiken is, en wordt een doorkijkje gegeven naar het langetermijnperspectief mét een overkapping van de sporen. Met deze extra verbindingen zijn op termijn fijnmaziger netwerken mogelijk die de OV-knoop en de Spoorzone verankeren in de stad. Voor de bus is daarenboven nog een gespecialiseerde- verbinding nodig. Nieuwe Veerallee over de overkapping 88 Voor de korte termijn, zeker in combinatie met de bestaande bedrijvigheid, is deze verbinding utopisch. De lengte van de hellingen zal fors zijn. De exacte lengte is mede afhankelijk van de vereiste hoogte boven het spoor. Duidelijk is al wel dat de helling richting binnenstad niet is aan te leggen als de Kamperlijn een spoorlijn blijft. Ook de bestaande bebouwing op Bedrijvenpark Hanzeland krijgt deels te maken met verhoogd gelegen weggedeeltes voorlangs de gevels. De hellingen moeten niet te stijl worden omdat anders er alsnog een barrière ontstaat in de dagelijkse routes. Vanuit het spoor wordt er echter op aangedrongen bij voorkeur niet te krap boven de bovenleiding te overdekken. overkapping ter hoogte van de Nieuwe Veerallee 89

63 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Raamwerk van Routes Met de beschreven beoogde extra verbindingen over het spoor en IJsselallee zijn nieuwe routes te weven door het gebied. Dit raamwerk verbindt plekken binnen de Spoorzone en verknoopt het gebied met de omgeving en de OV-knoop. Het raamwerk bestaat uit een reeks van nieuwe en her in te richten openbare ruimtes. raamwerk van routes en plekken 90 91

64 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Aan de zuidzijde van het spoor gaat het primair om de volgende onderdelen: Centrale ruimte in Hanzeland De grens tussen Hanzeland en het spoorweggebied (inclusief de voormalige Lijnwerkplaats) wordt omgewerkt tot centrale ruimte van het nieuwe stedelijk gebied. De Hanzelaan en op termijn- de bedrijfsstraat langs Wärtsilä worden daartoe omgevormd tot stedelijke lanen waaraan een diversiteit van programma s en gebouwen is gelegen. Deze twee lanen komen samen in een wigvormige ruimte waarop ook de route naar de Koggelaan aansluit. Rond deze open ruimte liggen de diverse gebiedsdelen van Hanzeland tegenover elkaar. De bestaande en nieuwe bebouwing die de ruimte gaat omsluiten wordt vanuit deze ruimte ontsloten. Hiermee wordt vanuit een open ruimte de ruimtelijke basis gelegd voor een meer divers en samenhangend Hanzeland. Zowel het markante rode gebouw op bedrijvenpark Hanzelaan als de opvallende warmtekrachtsculptuur maken deel uit van deze stadsruimte. De doorgaande routes lopen langs de randen van de ruimte; het midden wordt aansluitend op de middenbermen van de lanen- ingericht als groene verblijfsplek. Het vormt samen met het Lübeckplein en het Hanzeplein een reeks van open ruimtes in een compact stedelijk gebied. Het Werkplaatsplein Tussen de Hanzelaan en de stationspasserelle is een route voorzien langs de kop van de restanten van de voormalige Lijnwerkplaats. Meest markante gebouw is hier de rode hal. De route voert over een plein dat naast deze hal is gelegen. Bij herontwikkeling kan deze hal zich op deze pleinruimte richten. Het plein biedt ruimte aan terrassen en evenementen en wordt een nieuwe stedelijke plek in de Spoorzone. Hanzelaan Vanuit de genoemde open ruimte loopt de Hanzelaan naar de zuidelijke stationstoegang. Het wordt met een brede middenberm en ruime trottoirs een genereuze route van de OV-knoop naar Hanzeland, de voormalige Lijnwerkplaats en Windesheim. Het laanprofiel met middenberm eindigt ter plaatse van het nieuwe zuidelijke Stationsplein. Hier is een keermogelijkheid voorzien rond de kop van de middenberm. De laan is daarmee ook geschikt om reizigers af te halen en weg te brengen. Het oostelijk deel van de Hanzelaan wordt gebruikt als ontsluiting voor de fietsenstalling, de parkeergarage Pas de Deux en het busstation. Dit deel houdt daarmee een meer utilitair karakter. De laan heeft kwaliteit door een doorgaande bomenrij en zicht op de sporen. Lübeckplein Het Lübeckplein verandert van voormalig Stationsplein in een openbare stadstuin. De kwaliteit van het plein wordt daarmee niet primair gezocht in de programmering van de randen, maar in de parkachtige inrichting van het middendeel. In de stenige stationsomgeving biedt dit een welkome afwisseling. De draagkracht van de ondergrondse parkeergarage zal mede bepalend zijn voor de uiteindelijke inrichtingsmogelijkheden. Vooralsnog wordt gedacht aan het handhaven van de vijvers, het vervangen van de verharding in het midden door gras en beplanting en het formeel begrenzen van de middenruimte. De bestaande ventilatieschachten kunnen in een dergelijke begrenzing worden geïntegreerd. centrale ruimte werkplaatsplein Centrale ruimte en Werkplaatsplein Hanzelaan toegangsroute naar OV-knoop impressie groen Lübeckplein 92 93

65 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Aan de centrumzijde van het spoor gaat het om een kwalitatieve herinrichting van bestaande ruimtes. Het streven is de sterke bomenstructuur die op oude kaarten en beelden is terug te vinden rond het station in ere te herstellen. vroegere boomstructuur Kop Stationsweg/stationsplein In hoofstuk 5 is een toekomstbeeld geschetst van het toekomstige Stationsplein. Het wordt een open overzichtelijke ruimte waarop reizigers zich kunnen oriënteren en waaraan het oude stationsgebouw opnieuw tot leven is gewekt. In samenhang met de herinrichting van het Stationsplein zal ook de kop van de Stationsweg worden aangepakt. De rotonde kan verdwijnen ten gunste van een overzichtelijkere looproutes van en naar het Stationsplein. Het standbeeld van Thorbecke dat nu in de middencirkel staat kan op het Stationsplein een nieuwe meer respectabele plek krijgen. Oosterlaan Anders dan de Westerlaan heeft deze straat slechts aan één zijde bebouwing. De klassieke stadshuizen hebben daarmee uitzicht op het spoor. Als het streekbusstation verdwijnt ontstaat er ruimte om de kwaliteit van de inrichting van de straat te verhogen. In navolging van de Westerlaan zou ook hier voluit ruimte moeten worden geboden aan het herstellen van de laanbeplanting. De plek van het streekbusstation wordt in de eindsituatie deels ingericht als Kiss and Ridezone, en wordt mogelijk deels benut voor een verplaatsing van spoor 16. Voor bebouwing is deze zone te ondiep. Westerlaan Tussen de Westerlaan en het spoor staat een reeks gebouwen die alle in meer of mindere mate verbonden zijn of waren met de spoorwegen. Tezamen is het een chaotisch geheel, met name doordat de terreinen rond de gebouwen uiterst laagwaardig zijn ingericht. Dit in tegenstelling tot de overzijde van de straat waar woonhuizen en instituten een voornaam geheel vormen. De kwaliteit van de straat heeft veel te winnen bij een herinrichting van de ruimtes rond de bebouwing en bij een integrale herprofilering. De sloop van de Westerlaangarage en het verhuizen van de buslijnen biedt hiervoor op termijn goede kansen. Er ontstaat dan ruimte voor volwaardige trottoirs en fietspaden, en ook de monumentale bomen kunnen dan weer een volwaardige plek in de ruimte innemen. Met deze nieuwe verbindingen en routes worden de OV-knoop en de Spoorzone onderdeel van een samenhangend verbindend raamwerk. huidige Oosterlaan overal fietsenrekken langs de Westerlaan 94 95

66 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Langzaamverkeersnetwerk De Spoorzone is uitstekend per fiets te bereiken. Vanuit de binnenstad en de aangrenzende woonbuurten voeren diverse straten richting het gebied. De Stationsweg, Oosterlaan en Westerlaan zijn daarmee belangrijke routes in het dagelijks gebruik. Ook Hanzeland aan de zuidzijde van het station is goed bereikbaar. Drie verbindingen onder de IJsselallee, één onder de spoorbaan bij de Koggelaan en één onder het spoor bij de Van Karnebeektunnel ontsluiten het gebied. Vanuit de regio is het snelwegfietspad van belang dat achterlangs Windesheim de Spoorzone binnenkomt. De aansluiting op het netwerk in de Spoorzone en de Binnenstad loopt via de fietsroute op de Koggelaan. De verbinding is er, maar de kwaliteit van de route ter plaatse van de kruising met de IJsselallee en de aansluiting op de Koggelaan is nog mager. Het gevaar dreigt dat de route hier pragmatisch onder de fly-over en tussen dienstgebouwtjes van de NS wordt geleid, en dat een genereuze landschappelijke verbinding met de fietsroutes in Hanzeland niet ontstaat. Bij het verder uitwerken van de herinrichting van het emplacement tot voorzieningencentrum voor treinenonderhoud moet deze fietsverbinding daarom integraal worden mee-ontworpen. Ook moet met zorg worden vorm gegeven aan de kruising met de beoogde vrije busbaan ter hoogte van de kruising Willemskade-Rieterweg. Tussen de Van Karnebeektunnel en de Koggetunnel zijn geen doorgaande verbindingen voor fietsers over het spoor aanwezig. Het station vormt daarmee aan beide zijden eerder een bestemming dan een onderdeel van een doorgaande route. Om die reden is het logisch aan zowel noord- als zuidzijde te voorzien in fietsenstallingen. De meeste fietsen aan de zuidzijde naderen het station vanuit het oosten. Hier is heel Zwolle-zuid aangehaakt op de OV-knoop. Om die reden is er voor gekozen de nieuwe stalling aan de oostzijde van de nieuwe stationsentree te situeren. Aan de centrumzijde komen de fietsers vanuit diverse richtingen met ook hier een zwaartepunt vanuit de oostzijde. Zoals beschreven in het vorige hoofdstuk is er hier voor gekozen in te zetten op een grote stalling aan de Westerlaan en een stalling onder het Stationsplein. De passerelle over de IJsselallee biedt voor fietsers een nieuwe mogelijkheid om van Hanzeland naar Windesheim te fietsen. De nieuwe verbinding voor bussen biedt voor fietsers geen extra routekeuze. Als fietsroutes bieden ze door een combinatie van hellingen, hinder van bussen en het feit dat ze langs achterzijden van bebouwing voeren te weinig kwaliteit. Ook biedt een fietsroute op deze plek geen belangwekkende bijdrage aan het vervolmaken van het fietsnetwerk. Als aan de westzijde de sporen overkapt kunnen worden, verbetert de aansluiting en oriëntatie van het snelwegfietspad op de binnenstad en kan ook de route naar het station verlegd worden van Koggelaan naar de meer directe Hanzelaan. Voor voetgangers is hetzelfde netwerk beschikbaar, maar zal de beoogde passerelle bij het station zorgen voor een extra mogelijkheid de sporen te kruisen. fietssnelweg fietsroutenetwerk 96 97

67 Spoorzone zwolle ontwerp van routes en plekken Busnetwerk Autoverkeernetwerk Tweederde van de bussen komt over de nieuwe verbinding en eenderde door de Van Karnebeektunnel naar de het nieuwe busstation aan de zuidzijde. Aan de centrumzijde van het station rijdt nog een enkele buslijn, maar hier zijn alleen uitstaphaltes voorzien. De mogelijke toekomstige overkapping van de sporen biedt voor de bussen geen extra functionaliteit. De ligging van de Spoorzone aan de IJsselallee maakt het gebied uitstekend bereikbaar vanuit het zuiden. Dit gegeven, en de huidige verkeerskundige overbelasting aan de centrumzijde van het spoor maken het logisch de OV-knoop voor auto s primair vanuit het zuiden te ontsluiten. De Hanzelaan is voor auto s op weg naar de OV-knoop de belangrijkste toegangsroute. Aan deze laan zijn ook diverse bestaande parkeergarages ontsloten. Zowel aan de westzijde als aan de oostzijde van het toekomstige stationsplein zijn parkeergarages aanwezig. Gebruikmakend van deze goede bereikbaarheid lijkt het logisch ook parkeerruimte voor reizigers aan de zuidzijde te voorzien. In het meest vergaande scenario kan dit zelfs het verplaatsen van parkeerruimte van de centrumzijde naar de zuidzijde betekenen. (De beschreven sloop van de Westerlaanparkeergarage ten gunste van het fietsparkeren past in dit beeld). Aan de centrumzijde zou dan alleen voorzien kunnen worden in parkeren ten behoeve van aanwezige bestemmingen, terwijl aan de zuidzijde de OV-reiziger een parkeerplek vindt in een P+R-garage. Nader onderzoek is nodig om de juiste balans tussen noord- en zuidzijde te bepalen, mede afhankelijk van de ontwikkeling van de verkeerskundige ringstructuur in de stad. Aan de centrumzijde zijn de Stationsweg, Westerlaan en Oosterlaan de belangrijkste routes voor autoverkeer. Langs deze lanen wordt voorzien in ruimte voor het afzetten en ophalen van reizigers en taxistandplaatsen. Als ooit de westelijke barrière van het spoor wordt geslecht ontstaat de mogelijkheid een derde auto-toegang tot Hanzeland te maken. Deze route verandert de positie van het gebied in de stad radicaal. Vanaf dan wordt het mogelijk vanuit de Willemskade de westzijde van Hanzeland te bereiken, zonder eerst de stad gevoelsmatig te moeten verlaten via de IJsselallee en opnieuw de stad in te rijden via de Hanzeallee. Dit zal het besef van nabijheid van de locatie enorm ten goede komen, en daarmee de waarde voor de stad en de regio. busroutenetwerk autoverkeernetwerk 98 99

68 07 Programma en opgaves

69 Spoorzone zwolle programma en opgaves 07 Programma en opgaves Programma s De OV-knoop is een complex maar integraal te ontwikkelen project. Betrokken partijen zijn bekend en onderlinge afspraken kunnen de daadwerkelijke ontwikkeling in gang zetten. Voor de overige delen van de Spoorzone is de ontwikkeling minder direct te sturen. Er is op dit moment weinig druk vanuit de vastgoedmarkt, waardoor de overheid niet zozeer het aanbod aan projecten kan sturen, maar eerder zal moeten zoeken naar investerende partijen. En die kunnen alleen verleid worden als de ontwikkelvoorwaarden op orde zijn. Dit vraagt van de overheid om duidelijke keuzes in vestigingsbeleid. Ook zal het bestemmingsplan voor het gehele gebied geactualiseerd moeten worden om ruimte moeten laten voor de gewenste activiteiten. Daarbij is het ook van belang waar mogelijk de effecten van bestaande milieucontouren op de vestigingsmogelijkheden te minimaliseren. De programma s die in het gebied zouden kunnen landen zijn uiteenlopend. Zoals al eerder beschreven leent de locatie zich door de goede bereikbaarheid uitstekend voor bedrijven en topvoorzieningen voor cultuur en onderwijs die op lokale en regionale schaal van waarde zijn. De mix van oude en nieuwe bebouwing moet worden ingezet om onverwachte combinaties van gebruikers en ondernemers te lokken die niet op voorhand zijn te plannen, maar wel tot unieke projecten kunnen leiden die specifiek zijn voor deze locatie. Dit vraagt om een alert en creatief vestigingsbeleid. Daarnaast is het van belang dat er ook gewoond wordt in het te ontwikkelen gebied. Tezamen moeten deze verschillende programma s gaan leiden tot een levendig gemengd gebruikt stedelijk gebied, prachtig gelegen tussen binnenstad en IJssel. Eerste kansen Om de ontwikkeling op gang te krijgen is het van belang dat de uitstraling en verblijfskwaliteit in het gebied er op vooruit gaat. Met name bij de OV-knoop is veel te winnen. Enerzijds door het oude stationsgebouw te herontwikkelen en het stationsplein opnieuw tot een representatieve ruimte om te vormen. Anderzijds door aan de zuidzijde de braakliggende vlakte zo spoedig mogelijk integraal te ontwikkelen en in te richten. Deze eerste gewenste stap typeert meteen de aard van de ontwikkeling in de gehele Spoorzone. Steeds weer zal er sprake zijn van een combinatie van duurzame herontwikkeling en nieuwbouwopgaven. Tezamen zullen ze het gebied maken tot een gelaagd en divers geprogrammeerd stuk stad. Daarnaast is ook winst te behalen met relatief eenvoudige ingrepen in het routenetwerk in het gebied. Te denken valt aan het verbeteren van de kwaliteit van de inrichting rond de Koggetunnel en de fietssnelweg ter plaatse van de IJsselallee. Als aan deze beleidsmatige voorwaarden wordt voldaan kan een geleidelijke ontwikkeling worden voorzien waarvoor het geschetste raamwerk van plekken en verbindingen de samenbindende ruimtelijke condities aanreikt. Dit raamwerk ontsluit het gebied en verbindt de diverse locaties onderling. Hiermee ontstaat een fijnmaziger en hechtere stadsstructuur die een grotere programmatische diversiteit faciliteert. Het stedenbouwkundig ontwerp is daarmee geen driedimensionale blauwdruk, maar vooral een organiserend raamwerk dat zich uitstrekt van Stationsbuurt tot IJssel. Het vormt de duurzame basis voor de lange termijnontwikkeling in de Spoorzone. Het tempo waarin dit raamwerk en het programma gestalte krijgt zal mede bepaald worden door economische en praktische mogelijkheden en kansen. Op deze wijze wordt geleidelijk vorm gegeven aan de geambieerde maar ook onvoorspelbare stedelijkheid. Het plan is daarmee flexibel en groeit organisch mee met de ontwikkelmogelijkheden. mogelijk toekomstbeeld van de Spoorzone

70 Spoorzone zwolle programma en opgaves Nieuwbouw Bij de OV-knoop De meest prominente plek voor nieuwe bebouwing bevindt zich direct bij de zuidzijde van het station, rond de nieuwe stationsentree, nabij de kop van de voormalige Lijnwerkplaats en de nieuwe passerelle. Hier kan een ensemble van bebouwing worden ontwikkeld dat ruimte biedt aan een mix van stedelijke en regionale programma s. De ligging tegen de OV-knoop biedt hiervoor de unieke kans. Dit ensemble vormt met de bestaande bebouwing de contouren van het nieuwe stationsplein en de vernieuwde Hanzelaan. De bebouwing begrenst bovendien de ruimte van het nieuwe busstation. Aan de oostzijde van de nieuw stationstoegang is ruimte beschikbaar voor een compact gebouw. Dit gebouw vormt de oostelijke begrenzing van het stationsplein en knijpt daarom zoveel als mogelijk het profiel van de oostelijke Hanzelaan. In dit gebouw wordt de fietsenstalling geïntegreerd. Op de begane grond moet worden nagestreefd dat hier publieke functies een plek kunnen krijgen. Aan de westzijde is een veel groter kavel beschikbaar. Hier kan een bouwblok ontwikkeld worden dat het koppelstuk vormt tussen het station en de toekomstige ontwikkelingen op de voormalige Lijnwerkplaats. Deze koppeling bestaat uit een formele en informele route. De Hanzelaan zal als stedelijke laan de formele verbinding leggen. Een informele route verbindt de nieuwe stationshal met de stedelijke route over de nieuwe passerelle en het Werkplaatsplein bij de voormalige Lijnwerkplaats. Deze passage kan diverse publieke functies herbergen die zowel voor de stad als de regio van betekenis zijn. Het wordt hiermee een modern gemengd geprogrammeerd stadsblok bij uitstek. Aan de zijde van het busstation zijn geen toegangen voorzien. Grote vensters en openingen in de bouwmassa bieden hier een doorzicht naar de activiteiten aan de binnenzijde van het blok en voorkomen dat het busstation geheel weggestopt raakt achter een anonieme bebouwingswand. koppelstuk met indicatieve passage tussen station en voormalige Lijnwerkplaats publieke passages

71 Spoorzone zwolle programma en opgaves Langs de Lijnwerkplaatslaan Als het afgesloten bedrijventerrein op de voormalige Lijnwerkplaats wordt opengesteld kan voorlangs de bebouwing de beoogde nieuwe stedelijke laan worden ontwikkeld in het verlengde van de Hanzelaan. Langs deze laan is aan weerszijden ruimte om stoere appartementenblokken te ontwikkelen. Aan de zuidzijde staan de woonblokken aan het water dat nu het bedrijventerrein begrenst. Aan de noordzijde voegen de gebouwen zich tussen de te behouden waardevolle bebouwing. Het kopgebouw kijkt uit over de groene open ruimte op de samenkomst van Hanzelaan en Lijnwerkplaatslaan. Deze prominente ligging vraagt minstens om een publieke functie op de begane grond, maar een hotel is hier ook goed denkbaar. Tussen spoor en Oostzeelaan De ontwikkeling van deze zone is sterk afhankelijk van de vraag hoe de positie in de stadsstructuur in de toekomst zal zijn. Als de barrière van het spoor richting Nieuwe Veerallee kan worden geslecht ligt ze goed bereikbaar nabij de binnenstad en kan een ontwikkeling worden voorzien die aansluit op de ontwikkelingen in de Groene Scheg en het Ecodrome-terrein. Diverse compacte woonvormen die parasiteren op een groene setting zijn dan voorstelbaar. Als dat niet lukt ligt het gebied achteraf en zal de ontwikkeling weinig bijdragen aan de geambieerde stedelijkheid in het plangebied. Een extensief gebruik als groenzone of afronding van het bedrijfsterrein van Hanzeland ligt dan het meest in de rede. mogelijke toekomstige nieuwbouwlocaties Langs de Nieuwe Veerallee Een eenvoudig stelsel van ontsluitende straten en recreatieve routes langs de randen kan de locatie van het Ecodrome doorwaadbaar maken en omvormen tot een gewilde woonplek. De woningen kunnen zich nestelen in een robuuste groene setting en daarmee een vervolg zijn op de woonenclaves in de flanken van het Spoolderbos. wonen tussen spoor en Nieuwe Veerallee 1. wonen aan de Werkplaatslaan

72 Spoorzone zwolle programma en opgaves Duurzame herontwikkeling bestaande bebouwing Voormalige Lijnwerkplaats (Wärtsilä/Novek) De voormalige Lijnwerkplaats bestaat uit zeer diverse gebouwen uit een zeer uiteenlopende bouwperiodes. Voor de aanleg van de bustunnel of het busfly-over zal een deel ervan moeten worden gesloopt. Van de resterende delen van dit complex hebben een aantal gebouwen cultuurhistorische waarde. Voor de ontwikkeling van de Spoorzone biedt dit complex interessante kansen. We zien een stadsdeel voor ons dat bestaat uit een combinatie van nieuwe en historische bebouwing met een diversiteit aan gebruik. De directe nabijheid van het station maakt ook dit deel van het plangebied geschikt voor een mix van regionale programma s zoals bijvoorbeeld een mediacentrum, (ambachts)onderwijs of cultuur. Daarnaast is het door de centrale ligging ook geschikt voor nieuwe compacte stedelijke woningbouw en kantoren. Deze compacte bouwvorm moet een afscherming gaan vormen tegen het spoorverkeerlawaai en van de zone waar de nieuwe busroute is voorzien. formele en informele routes ontsluiten het Werkplaatsterrein De ligging tegen het spoor maakt dat het gebied vanuit de beoogde Lijnwerkplaatslaan wordt ontsloten. Een stelsel van dwarsstraten geeft toegang tot een stelsel van binnenhoven waaromheen de bebouwing staat gegroepeerd. Om de kwaliteit van deze stadsenclave ten volle te kunnen benutten wordt bij voorkeur in een aantal ondergrondse of in bebouwing geïntegreerde parkeergarages voorzien. Hiermee ontstaat een autoluwe informeel gebied waar tegenwicht wordt geboden aan de doorgaande verkeersstromen langs de randen. Door de waardevolle bebouwing zoveel als mogelijk te herontwikkelen wordt op een duurzame wijze een nieuwe toekomst voor dit gebied geboden. Het gebied zal langs de randen worden ontsloten. Een informeel stelsel van autoluwe routes, stegen en plaatsen ontsluit de binnenzijde van het complex. menging van oude en nieuwe bebouwing horeca, onderwijs, congres en innovatie

73 Spoorzone zwolle programma en opgaves Mengen in Hanzeland De kantorenstrook langs de Hanzelaan en het Lübeckplein zijn de meest direct op de OV-knoop aansluitende delen van Hanzeland. Het geheel heeft zich echter tegelijkertijd van het spoor afgekeerd. In deze strook is een overschot aan openbare ruimte. Zowel langs de buitenranden als door de binnenhoven zijn openbare routes aanwezig. De spoeling wordt daardoor dun. De plinten van de bebouwing zijn nauwelijks interessant geprogrammeerd geraakt en het aantal entree s is zeer beperkt. Met de ontwikkeling van de zuidzijde van het station zou deze kantorenstrook geleidelijk aan moeten transformeren tot een gemengder gebruikt geheel en zich meer moeten richten op de stationszijde. De transformatie bestaat uit een aantal onderdelen: De openbare route door de Hanzehoven kan worden opgeheven. De hoven kunnen worden heringericht als kwaliteitsvolle groene interieurs die primair ten dienste staan aan de gebruikers van de omringende bebouwing. De parkeerplaatsen ten behoeve van deze gebruikers worden vanzelfsprekend in deze hoven geïntegreerd. De eenzijdige kantorenprogrammering moet worden doorbroken. Met name aan de Hanzelaanzijde is het van belang delen van het complex om te vormen tot woningen. Hiermee verlevendigt deze zijde van Hanzeland en brandt er ook s avonds nog licht in de nabijheid van het station. Publieke functies of commerciële voorzieningen vestigen zich bij voorkeur in de plinten aan de Hanzelaan. Het Schellepoortgebouw is hierin de belangrijkste bouwsteen. Het komt immers direct aan het zuidelijke Stationsplein te liggen. Een herontwikkeling tot bijvoorbeeld een hotel of andere publieke en commerciële functies zou een waardevolle eerste stap zijn naar een rijkere stedelijke programmering. mogelijke toekomstige herprogrammeringsopgaven Een tweede herontwikkeling dient zich aan op rond het Hanzeplein. Dit plein is aangelegd als stedelijke plek, maar ontbeert programma en passanten. Met de aanleg van een passerelle over de IJsselallee naar Windesheim zal het plein alsnog in de loop komen te liggen. De waarde van deze plek zal verder toenemen als ook de bebouwing de pleinruimte weet te activeren. De herontwikkeling van het kantorengebouw aan dit plein tot een onderwijs- of woon-werkgebouw zal een eerste stap zijn om deze zijde van Hanzeland tot leven te wekken

74 Spoorzone zwolle programma en opgaves mogelijk toekomstbeeld Spoorzone vanaf de OV-knoop richting Nieuwe Veerallee

75 Spoorzone zwolle programma en opgaves Milieucontouren Externe veiligheid Het vervoer van gevaarlijke stoffen levert voor het gebied wel de nodige programmatische beperkingen op: Tot 30 meter vanuit het spoor waarover de gevaarlijke stoffen worden vervoerd moeten speciale brandwerende voorzieningen worden toegepast en mogen geen verblijfsfuncties worden gerealiseerd. In de praktijk valt deze zone goeddeels samen met het spooremplacement. Op een afstand tussen de 30 m en 250 m van het spoor zijn vervolgens geen functies toegestaan die een lage zelfredzaamheid met zich meebrengen zoals kinderopvang, zorginstellingen, basisscholen, etc. Ook hoogbouw dient zover mogelijk van het spoor verwijderd te zijn. De gehele voormalige Lijnwerkplaats en de braakliggende percelen langs het spoor vallen binnen deze zone. Dit levert voor de programmering van deze gebieden beperkingen op. gezoneerde bedrijventerrein Wartsila/Stork* geluidzone Wartsilae Stork lijnwerkplaats* 50 db(a) geluidcountour emplacement in db(a) industrielawaai montage toekomstig raamwerk Spoorzone Industrielawaai Het gezoneerde industrieterrein, waar de bedrijven Wartsila en Novek zijn gevestigd, beperkt de mogelijkheden in een ruim gebied voor geluidgevoelige functies zoals woningen, scholen, zorginstellingen, kinderopvang, etc. Binnen de 50 db(a) zone zijn deze functies niet toelaatbaar. Voor de ontwikkeling van de Spoorzone tot gemengd gebruikt stedelijk gebied is het opheffen van lawaaimakende activiteiten op het bedrijventerrein een voorwaarde om mogelijkheden te creëren om dergelijk programma te huisvesten. Daarnaast wordt het gebied ook belast door het spoorwegemplacement. Hiervoor geldt dat gevoelige functies niet binnen de 55 db(a) contour van het emplacement kunnen worden gerealiseerd. Er is een directe relatie met de toekomstige organisatie van de spoorse voorzieningen (opstellen en servicen van treinstellen, het Technisch Centrum, etc.). Indien deze functies zoveel mogelijk op éénzelfde locatie worden gerealiseerd betekent dat een aanzienlijke reductie van het aantal rangeerbewegingen, met als gevolg een significant lagere geluidsbelasting op de omgeving en dus meer mogelijkheden voor geluidgevoelige functies bijvoorbeeld tussen het RGS terrein en het station. Spoorweglawaai en verkeerslawaai Het geluid afkomstig van het spoor en de hoofdinfrastructuur is duidelijk aanwezig in het gebied, maar levert geen onoverkomelijke beperkingen op ten aanzien van gevoelige functies. De geschetste bebouwingsopzet op de voormalige Lijnwerkplaats met hoven die afgeschermd zijn van het spoor betekent bijvoorbeeld veel voor reductie van geluidoverlast. Bij het ontwikkelen van het beschreven toekomstige gebruik van het gebied moet rekening worden gehouden met de nodige, maar niet onoverkomelijke milieukundige beperkingen veroorzaakt door verkeer, industrie, het spoorwegemplacement en het vervoer van gevaarlijke stoffen over spoor en weg. De geldende milieucontouren zijn op de kaarten weergegeven. geluidcontouren wegverkeer en railverkeer montage toekomstig raamwerk Spoorzone Risicokaart inrichting ongevallen gevaarlijke stoffen vervoer gevaarlijke stoffen weg en spoor* invloedsgebied plasbranden (0-30 m) invloedsgebied BLEVE ( m) invloedsgebied brandbaar gas ( m) een+bos 100% letaliteitszone (100m) contouren externe veiligheid montage toekomstig raamwerk Spoorzone

76 08 Ontwikkelvolgorde

77 Spoorzone zwolle ontwikkelvolgorde 08 Ontwikkelvolgorde Een kaart met alle beschreven planelementen toont een ingrijpende herinrichting van de Spoorzone. Deze herinrichting bestaat echter in hoofdzaak uit nieuwe onderdelen die zich invoegen in de bestaande stad. Het is daarmee een behoedzaam project dat beoogt de bestaande delen een waardevollere positie in de stad te geven. Het is daarmee ook een duurzaam project omdat het bestaande opnieuw wordt gewaardeerd en er bovendien nauwelijks wordt gesloopt. Bovendien zal de ontwikkeling van de OV-knoop en het grotere gebied zich in vele kleine en grotere stappen voltrekken. In dit hoofdstuk wordt aan de hand van een reeks kaarten in beeld gebracht hoe de transformatie van de Spoorzone zich in het ideale geval zal ontrollen. Ook wordt getoond hoe parallel daaraan de OV-knoop zich ontwikkelt tot kwalitatief knooppunt in het hart van het gebied. Toekomstbeeld Spoorzone en Groene Scheg

78 Spoorzone zwolle ontwikkelvolgorde Spoorzone Het heeft de sterke voorkeur met de planontwikkeling te starten rond het station. Hier is een eerste quick win te behalen door de directe omgeving van de OV-knoop op orde te brengen. Voor de gehele Spoorzone wordt dit gebied daarmee een belangrijke en beloftevolle entreeruimte. De eerste belangrijke ingreep zal de verplaatsing van de bushaltes naar de zuidzijde zijn. In samenhang daarmee zal het busfly-over over de sporen of de bustunnel onder de sporen moeten worden aangelegd. Hiervoor moet een deel van de voormalige Lijnwerkplaats worden gesloopt. Om de nieuwe zuidelijke stationstoegang kwaliteit te geven zal ook het zuidelijke Stationsplein worden aangelegd en de herinrichting van de Hanzelaan worden aangepakt. noodzakelijke sloop fase

79 Spoorzone zwolle ontwikkelvolgorde In een volgende fase worden de routes over de passerelles over het spoor en de IJsselallee aangelegd. Hiermee raakt het gebied goed verankerd in de stad. Ook zal nu de bebouwing rond het zuidelijke stationsplein worden ontwikkeld. Tegelijkertijd zijn ook meer onafhankelijke projecten aannemelijk zoals de herontwikkeling van het stationspostkantoor of de herprogrammering van kantoren in Hanzeland. Een volgende belangrijke fase is het verder doorontwikkelen van de zuidzijde richting de voormalige Lijnwerkplaats. Dit kan gefaseerd gebeuren, afhankelijk van de vraag of bestaande bedrijven al dan niet nog doorfunctioneren in de voormalige Lijnwerkplaats. Een grens kan getrokken worden bij de moderne bedrijfshal van Wärtsilä. Tot aan deze grens is het mogelijk een samenhangend stadsdeel te ontwikkelen, aansluitend op de OV-knoop. In deze fase wordt vormgegeven aan het groene midden, de aanhechting met Hanzeland en een aanzet gegeven voor de aanleg van de Lijnwerkplaatslaan. fase 2 fase

80 Spoorzone zwolle ontwikkelvolgorde Een volgende planfase vervolmaakt de Lijnwerkplaatslaan en vervolledigt het wegennet in Hanzeland. De bedrijfshallen zijn alle herontwikkeld en langs de lijnwerkplaatslaan zijn stoere appartementsgebouwen verrezen. Mogelijk is in de laatste planfases de ontwikkeldruk in Hanzeland zo groot geworden dat de beoogde vooralsnog utopische - verbinding over de sporen en de nieuwe gebiedsentree zijn aangelegd. Op dat moment raakt Hanzeland volwaardig verankerd in de stadsstructuur en komen ook de zones langs de spoorboog tot ontwikkeling. Ook zijn in deze tijdspanne mogelijk de Hanzebadlocatie en de zone langs de Deventerstraatweg tot ontwikkeling gekomen. De tekening toont hiervoor een vingeroefening. De daadwerkelijke ontwerpopgave zal te zijner tijd moeten worden bepaald, mede in samenspraak met grondeigenaren en omwonenden. Met deze projectenwordt het slotakkoord ingezet op de gebiedsontwikkeling van de Spoorzone en komt het laatste kaartbeeld binnen handbereik. fase 4 mogelijke langetermijnontwikkelingen

81 Spoorzone zwolle ontwikkelvolgorde OV-knoop De ontwikkeling van de OV-knoop start met het verplaatsen van het busstation. Hiermee ontstaat ruimte om aan de centrumzijde de herinrichting ter hand te nemen. Na de verplaatsing van de bussen kan tijdelijk de ruimte van het streekbusstation aan de Oosterlaan worden benut als extra fietsenstalling. Afhankelijk van de mogelijkheden, zowel ruimtelijk als financieel, wordt gestart met de aanleg van een grootschalige fietsenstalling aan of onder het Stationsplein. Onder het stationsplein kan de bouw van de bewaakte fietsenstalling een aanvang nemen. Na afronding van deze werkzaamheden start de herontwikkeling van het stationsgebouw en bij het eerst realiseren van de ondergrondse stalling de inrichting van het Stationsplein. Aan de zuidzijde wordt het nieuwe stationsplein aangelegd en de nieuwe toegang tot de reizigerstunnel op orde gebracht. In een volgende fase worden de passerelle over het spoor aangelegd en worden aan de beide stationszijden nieuwe fietsenstallingen gebouwd. Aan de centrumzijde wordt daarvoor de Westerlaangarage gesloopt. Alle fietsenrekken langs de Oosterlaan en Westerlaan worden vervolgens opgeheven. Hiermee ontstaat de ruimte om deze lanen opnieuw in te richten en tot kwaliteitsvolle routes te maken. Afhankelijk van de beschikbare financiële middelen wordt ook gebouwd aan een nieuwe stationsentree op de koppen van de reizigerstunnel. fietsparkeren op maaiveld fietsparkeren op maaiveld Stationsplein-zuid fietsenstalling K+R Busstation P? fietsenstalling fietsparkeren op maaiveld fietsparkeren onder stationsplein startfase K+R fietsparkeren onder stationsplein vervolgfase

82 9 Keuzes en vervolg

83 Spoorzone zwolle keuzes en vervolg 10 Keuzes en vervolg Randvoorwaarden en uitgangspunten Keuzes Het realiseren van de schaalsprong in de OV-knoop en daarmee het stimuleren en op gang brengen van de gebiedsontwikkeling vergt een duidelijke visie van partijen op het gebied en de opgaven. Partijen werken aan de ontwikkeling van de Spoorzone vanuit de volgende uitgangspunten: Spoorzone: overheden geven prioriteit aan Spoorzone Beide betrokken overheden, gemeente en provincie, zien de Spoorzone als het belangrijkste project van stad en regio. Beide overheden zien dit project als de kans om de sociaaleconomische en maatschappelijke impuls aan stad en regio te geven vanwege zijn unieke karakteristieken: de ligging in de netwerken en de aanwezigheid van de multimodale vervoersknoop. Daarmee zijn de beste voorwaarden aanwezig om tot een toekomstbestendige en duurzame stedelijke en regionale ontwikkeling te komen. Goed functionerende OV-knoop is voorwaarde Voorop staat dat de OV-knoop op de locatie en in het stedelijk en landelijk netwerk goed moet functioneren. Daarmee wordt de basis gelegd voor de gewenste gebiedsontwikkeling. Ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid Bij alle ingrepen die worden gedaan en maatregelen die worden uitgevoerd zijn ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid belangrijke randvoorwaarden. Wil de Spoorzone met deze OV-knoop de poort van stad en regio zijn en daar zijn aantrekkingskracht aan ontlenen, dan moet er aandacht zijn voor deze beide aspecten in alle fasen van het planproces. In de visie van de samenwerkende partijen (zie hoofdstuk 1) verloopt de verdere ontwikkeling van de Spoorzone langs drie sporen: 1. het op orde maken van de OV-knoop 2. starten met gebiedsontwikkeling 3. investeren in entrees en routes Om aan deze visie uitvoering te geven zijn binnen elk van de pijlers een aantal duidelijke keuzes te maken: Te maken keuzes binnen spoor 1: OV-knoop op orde maken: het verplaatsen van de busterminal naar de zuidzijde in de vorm van een eilandperron Het project Zwolle Spoort, uitgevoerd door ProRail in opdracht van IenM legt de basis voor de vergroting van de capaciteit van de OV-knoop. Het ruimte bieden voor de sterk groeiende stroom busreizigers door verplaatsing van de bushaltes naar een nieuwe terminal aan de zuidzijde in de vorm van een eilandperron vormt de aansluitende noodzakelijke structuuringreep. Kiezen voor het eilandperron maakt de OV-knoop tot de gewenste efficiënte en veilige overstapmachine. het aanpassen van de reizigerstunnel Het verplaatsen van de busterminal naar de zuidzijde maakt een aantal direct aansluitende maatregelen noodzakelijk zoals de afronding van de reizigerstunnel aan de zuidzijde waardoor reizigers voor de Hanzelaan op het maaiveld aankomen. de ontsluiting van de busterminal middels een fly-over over de sporen Voor de ontsluiting van de nieuwe busterminal liggen een aantal mogelijkheden voor. Uit de analyse komt naar voren dat de keuze moet worden gemaakt tussen de variant tunnel en de variant fly-over. De variant overkapping valt om heldere redenen voor de korte termijn af. Nadere afweging tussen tunnel en fly-over laat zien dat in functionele zin er weinig verschil is. Wel in ruimtelijke en financieel opzicht. In financiële zin is relevant dat de business case laat zien dat kiezen voor de tunnel op dit moment alle middelen benut waar op dit moment zicht op is en er geen ruimte is voor andere belangrijke ambities in het gebied dan wel voor het opvangen van risico s. Dat betekent dat ingeval van een tunnel aanvullende financiële middelen beschikbaar moeten komen voor een verantwoorde projectuitvoering. Kiezen voor de fly-over betekent dat de OV-knoop goed kan functioneren en er een oplossing met kwaliteit is voor het busverkeer. Omdat er een lager investeringsniveau mee is gemoeid is, ontstaat er financiële ruimte. Nadat deze in een volgende fase preciezer is vastgesteld kan voor deze ruimte worden bepaald voor welke deel deze voor risicobuffering moet worden ingezet en voor welk deel voor additionele investeringen in het project. Omdat deze oplossing het spoor kruist, waarvoor nu nieuwe plannen worden gemaakt, is nadere uitwerking in samenspraak met ProRail nodig. de inrichting van de openbare ruimte aan de noord- en zuidzijde Verplaatsen van de bussen naar de zuidzijde betekent dat aan de noordzijde veel ruimte beschikbaar komt. Dat biedt de kans om het openbaar gebied aan de noordzijde opnieuw in te richten. Dat is beter voor de kwaliteit en de uitstraling van het gebied en voor de aansluiting op de route met de Binnenstad. Tevens zal aan de zuidzijde, gekoppeld aan de busterminal en het knippen van de Hanzelaan, de openbare ruimte moeten worden ingericht om een aantrekkelijk stationsplein te realiseren. fietsparkeren Een belangrijk onderdeel van de OV-knoop is het fietsparkeren. In de periode tot 2030 is een aantal van fietsenstallingsplaatsen benodigd. Al ruim voor 2030 is deze forse capaciteitsgroei noodzakelijk, hetgeen een omvangrijke opgave is. Daarvoor zijn in het onderzoek een aantal oplossingsvarianten in verschillende ambitieniveaus bezien. Deze varianten zijn een afgeleide van een in functioneel opzicht optimale variant waarin sprake is van een compacte oplossing in gebouwde voorzieningen aan de noord- en aan de zuidzijde. In de business case wordt uitgegaan van een 50% bijdrage vanuit IenM. Er is nog geen zekerheid over deze bijdrage. Uit de business case wordt duidelijk dat, zelfs met deze bijdrage, er op dit moment onvoldoende dekking is voor de optimale variant. Het fietsparkeren vraagt om een gefaseerde aanpak, waarbij uitgegaan moet worden van een integrale visie. Na iedere fase kunnen keuzes worden gemaakt voor een aanpassing van het ambitieniveau. Een verdere uitwerking van deze gefaseerde ontwikkeling is nodig mede in afstemming met IenM om desinvesteringen te voorkomen, daarbij ook het risico beschouwend dat de bijdrage vanuit IenM lager uit valt. Echter, er is nu al een tekort aan capaciteit dus er moet snel naar toekomstvaste oplossingen gezocht worden. Autoparkeren In aansluiting op het fietsparkeren is ook van belang om de situatie van het autoparkeren te betrekken. Daarbij gaat het om zowel om de gewone parkeervoorzieningen als P&R voorzieningen voor de treinreizigers. De aanpak dient in 2013 helder te zijn in verband met de termijnen welke zijn gekoppeld aan subsidieregelingen van het ministerie van Infrastructuur en Milieu voor fiets- en autoparkeren. Te maken keuzes binnen spoor 2: opstarten gebiedsontwikkeling gemeente en provincie geven prioriteit aan de Spoorzone en maken daarin een duidelijke keuze Zoals eerder benoemd is het de markt en de marktsituatie die belangrijk van invloed is op de ontwikkeling van vastgoed in het gebied, zowel naar aard als naar tempo. Op de locatiekeuze door marktpartijen hebben gemeente en provincie maar beperkt invloed. De beide overheden kunnen echter voor de gebiedsontwikkeling een belangrijke aanjaagfunctie vervullen door bij de vestiging van eigen programma van regionaal en bovenregionaal niveau aan de Spoorzone de voorkeur te geven. met voorrang vormgeven aan de compacte knoop zuid Door NS is aangeven dat met voorrang studies naar de compacte knoop zuid opgestart worden. Dit tegen de achtergrond van de investeringen in de OV-knoop en het belang dat NS hecht aan een goed ontvangstdomein voor de reizigers. gezamenlijk werken aan een marketing- en acquisitiestrategie Gegeven de huidige situatie op de vastgoedmarkten dient een grote inspanning te worden verricht om investeerders te verleiden in de Spoorzone te investeren. Tegen de achtergrond van de investeringen in een

84 Spoorzone zwolle keuzes en vervolg Investeren in twee fasen Vervolgstappen goed functionerende OV-knoop gaan partijen gezamenlijk aan de slag met een marketing- en acquisitiestrategie. Onderdeel daarvan zal zijn het kiezen van de eerste vliegwielprojecten. Te maken keuzes binnen spoor 3, investeren in entrees en routes: openbare verbinding tussen noord en zuid voor voetgangers en zo mogelijk fietsers Onderdeel van het voorgestelde ontwerp is de realisatie van een openbaar toegankelijke verbinding voor langzaam verkeer in ieder geval voor voetgangers, zo mogelijk ook voor fietsers. Dit primair als interwijkverbinding tussen noord en zuid en mogelijk ook als extra functionaliteit voor de OV-knoop. De reizigerstunnel is primair bestemd voor de ontsluiting van de perrons en als openbare stedelijke verbinding niet geschikt. Voorgesteld wordt een passerelle aan de westzijde van het station aan te leggen die noord- en zuidzijde verbindt. de alternatieve route naar Hogeschool Windesheim Een belangrijk onderdeel van de analyses vormt de wenselijkheid om voor de studenten van Hogeschool Windesheim een alternatieve route vanaf het station te realiseren. De bestaande voetgangerstunnel onder de IJsselallee is te krap en de grote stromen studenten veroorzaken overlast in de woonbuurten. Er is een nieuwe route voorgesteld die in nauwe samenspraak met de Hogeschool en direct belanghebbenden door de gemeente wordt uitgewerkt. Dit betreft een gemeentelijke opgave die buiten de kaders van dit project door de gemeente zal worden opgepakt. aantrekken investeringsmiddelen Rijk en Europese fondsen Binnen het derde spoor wordt ingezet op het realiseren van een hoogwaardige kwaliteit van het station middels stationshallen aan de noord- en zuidzijde, evenals het realiseren van hoogwaardige kwaliteit in de routes van en naar de OV-knoop en in Hanzeland. Hiervoor ontbreekt nu de dekking. Er wordt ingezet op een traject om andere partijen zoals het ministerie van IenM en Europese fondsen te betrekken bij deze door partijen gewenste kwaliteitsslag. Voorgesteld wordt de investeringen te laten plaats vinden in twee fasen. Fase 1 In de eerste fase leggen partijen de focus op het in functioneel opzicht op orde brengen van de OV-knoop (spoor 1). In het tweede spoor, het opstarten van de gebiedsontwikkeling, wordt nog niet concreet geïnvesteerd. Wel worden tijdens de uitvoering van fase 1 reeds voorbereidende stappen gezet, zoals hieronder beschreven onder vervolgstappen. Daarnaast is het voor gemeente en provincie van belang ook reeds in eerste fase een concrete stap te zetten in de versterking van het raamwerk van entrees en routes (spoor 3). Vandaar dat ook het creëren van een openbare noord-zuid verbinding voor langzaamverkeer via een passarelle in deze fase is opgenomen. Het investeringspakket omvat: De aanleg van de busterminal aan de zuidzijde met aansluiting op de reizigerstunnel; De bouw van een flyover over de sporen voor de ontsluiting van de busterminal; Inrichting openbare ruimte zuidzijde, inclusief aanpassing van de Hanzelaan; Herinrichting openbare ruimte noordzijde; De passerelle Het creëren van een functionerende en toekomstvaste oplossing voor het fiets- en autoparkeren gegeven het beschikbare budget. Daarbij kan eventueel gekozen worden voor een gefaseerde aanpak, waarbij een deel van de investeringen naar fase 2 verschoven worden. De investeringen in fase 1 dienen in dit geval te passen binnen een integraal toekomstig eindbeeld. De gemeente streeft ernaar in deze eerste fase ook de passerelle over de IJsselallee mee te nemen. Daarbij vindt de Stuurgroep het van belang dat de verdere uitwerking plaatsvindt binnen het kader van de Spoorzone. Voor het fiets- en autoparkeren kan een rijksbijdrage worden verkregen. Het investeringsvoorstel moet dan nog in 2013 worden ingediend. De exacte hoogte van deze bijdrage is nog niet bekend. Fase 1 kan worden gedekt uit het beschikbare budget, waarbij mogelijk nog wat financiële ruimte resteert ten behoeve van risicobuffering voor fase 1 of voor fase 2. Indien medio 2013 tot Fase 1 wordt besloten, kan dit project, rekening houdend met verwervingen, een bestemmingsplanprocedure en de benodigde afstemming met Prorail, in 2017 voltooid zijn (zie planningsschema). Fase 2 In de tweede fase wordt eventueel geïnvesteerd in de verdere optimalisering van het fiets- en autoparkeren vanuit het eerder genoemde integrale plan. Daarnaast wordt geïnvesteerd in vliegwielprojecten voor de gebiedsontwikkeling (spoor 2) en in extra kwaliteit van routes en stationsentrees (spoor 3). Deze investeringen zijn afhankelijk van het beschikbaar komen van additionele financiële middelen, hetzij uit gebiedsontwikkeling, hetzij uit rijksmiddelen of Europese fondsen. Op dit moment bestaat hierop nog geen uitzicht. De vervolgstap zal in het teken staan van het voorbereiden van het investeringsvoorstel voor Fase 1, zoals hiervoor weergeven. Dit investeringsvoorstel bestaat uit de volgende elementen: Het pakket aan planelementen zoals benoemd in fase 1. Het investeringsvoorstel inzake fiets- en autoparkeren in te dienen bij het ministerie van IenM voor subsidie Een ontwikkelstrategie voor het op gang brengen van de gebiedsontwikkeling, met de volgende onderdelen: o Aanpak van acquisitie en marketingstrategie van de Spoorzone, met bijzondere aandacht voor vliegwielprojecten o Stedenbouwkundig programma van eisen voor de zuidzijde van het station als basis voor mogelijk vastgoedontwikkeling o Aanpak en uitvoering van lobby voor aantrekken van aanvullende financiële middelen: rijk, Europese programma s, EIB Een effectrapportage financien: in beeld brengen van alle actuele ontwikkelingen inzake overheidsfinanciën in relatie tot deze voorgenomen investeringen Samenwerkingsovereenkomsten tussen de partijen die zich verbinden aan de opgaven met daarin vastgelegd rol, positie, verantwoordlijkheid, bijdrage en risicopositie van partijen. In het vervolgproces zal nadrukkelijk aandacht worden besteed aan het proces met alle betrokkenen en belanghebbenden. Het is van belang dat de Spoorzone een project van de stad en de mensen wordt. Voor dit vervolg wordt een plan van aanpak opgesteld

85 Spoorzone zwolle keuzes en vervolg Reizigerstunnel gestart Start voorbereiding scope interventie medio 13 Start realisatie reizigerstunnel Voorbereiding scope interventie gereed eind 13 Start uitvoering scope interventie reizigerstunnel medio 14 Technisch ontwerp gereed eind 14 Uitgang reizigerstunnel; opgang etc. Uitvoering scope interventie gereed medio 15 Busterminal Investerings besluit Gemeente + Provincie Investeringsbesluit: busterminal, busontsluiting, reizigerstunnel BP busterminal onherroepelijk Schetsontwerp (SO) busterminal vastgesteld medio 13 medio 13 BP busterminal vastgesteld BP busterminal vigerend eind 13 begin 14 begin 15 Technisch ontwerp (bestek) gereed Europese aanbesteding gereed/ gunning najaar14 voorjaar 15 Start realisatie busterminal voorjaar 15 Busterminal gereed voorjaar 16 Start opstellen bestemmings -plan (BP) BP vastgesteld BP vigerend BP onherroepelijk Variant A1: fly-over *Afhankelijkheden: 1) aanpassing spoorlayout Start opstellen ontwerp (SO) medio 13 medio 13 Technisch ontwerp gereed medio 14 eind 14 Europese aanbesteding gereed/ gunning begin 15 begin 15 begin 16 * Start realisatie fly-over Fly-over gereed begin 16 Spoorlayout tussen station en IJssel + fly-over eind 17 gelijktijdig Besluit ProRail PvA aanpassing spoorlayout mei 13 Voorbereiding ProRail gereed 2016 Start aanpassing spoorlayout (ProRail) Aanpassing spoorlayout gereed (ProRail) begin 16 eind 17 *: Vergunningen voor werken boven. op/ naast sporen of buitendienststelling moeten vroegtijdig worden aangevraagd : Kritieke pad planning

86 COLOFON Stuurgroep Arjan Bleeker; NS Ineke van Gendt; NS Bert Boerman; Provincie Overijssel Gerrit Jan Kok; Provincie Overijssel René de Heer; Gemeente Zwolle Jan Mulder; ProRail Henk Jan. Meijer; Gemeente Zwolle Gerrit Piek; Gemeente Zwolle Directieteam Allart Maijers; ProRail Hans Broekman; NS Joram Wortman; Provincie Overijssel Jan Nabers; Gemeente Zwolle Kwaliteitsteam Rients Dijkstra; Atelier Rijksbouwmeester Koen van Velsen; Bureau Spoorbouwmeester Anna Vos; Anna Vos Concepts for Urban Change Programma manager Rob Tutert; Lysiasgroup Participanten in de programma organisatie Spoorzone De vier partijen hebben samengewerkt in de verschillende werkgroepen, het gebiedsteam en tijdens de werksessies. Provincie Overijssel Martin Tijhuis Remco de Goederen Lourens de Jong NS Inge Duyne Maarten van Ammers Metta Streefkerk Anita Boomstra Martine van der Griendt Ed Siemonsma Martine van der Voort Stef de Vos Wouter Pluim ProRail Folkert Piersma Alex Wong Allart Maijers Martin de Vries Rebecca van der Horst Gemeente Zwolle Rutger Ekhart Nynke Jutten Martin Klapwijk Bert Aalders Joost Hillen Jan Albert Slurink Arie de Bie Toon van Beek Littie Diederen Carla van Hooff Gerard Huizing Oebele Jansma Anne Marie Mosterman Jennifer Nijboer Marleen Bijker Dorine Velner Robert Vink Palmbout Urban Landscapes Jeroen Ruitenbeek Bas van der Vinne Leonie Rupert Lucas van Willenswaard Kristian Vukadinovic Joost Glissenaar Witteveen + Bos Hans Laagland Ingrid Mouwen Dirk Kramer Jan Muntinga Passya Advies Paul Schulten Triode Bauke Henstra NedTrain Albert-Jan van der Ster Bert Apperlo Arriva Arie Hoornstra Bureau Spoorbouwmeester Jos van den Hende RebelGroup Koen Mulder Marcel Ham Antoinette Kemper

87

nieuwsbrief - april 2013 Spoorzone Zwolle

nieuwsbrief - april 2013 Spoorzone Zwolle nieuwsbrief - april 2013 Spoorzone Zwolle De spoorzone Zwolle: nu nog verscholen achter bussen, auto s, fietsen, hoge loopbruggen en bouwputten, maar straks de place-to-be in Zwolle. Dit gebied is een

Nadere informatie

Spoorzone Zwolle. Noordzijde Fietsparkeren. Fietsenkelder. Gevolgen perronverbreding. Gevolgen aanleg passerelle

Spoorzone Zwolle. Noordzijde Fietsparkeren.  Fietsenkelder. Gevolgen perronverbreding. Gevolgen aanleg passerelle Spoorzone Noordzijde Fietsparkeren sen bij het station. Er zijn nu circa 7.3 stallingsplekken voor noordkant. In 23 zijn er ongeveer 12. plekken nodig. Ruimtelijk wensbeeld De spoorzonepartners werken

Nadere informatie

nieuwsbrief 3 - september 2013 Spoorzone Zwolle

nieuwsbrief 3 - september 2013 Spoorzone Zwolle nieuwsbrief 3 - september 2013 Spoorzone Zwolle Eén plan De Zwolle en de Overijssel zijn het erover eens dat de Spoorzone dé belangrijkste ontwikkellocatie in de stad Zwolle is. Ze hebben daarom afgesproken

Nadere informatie

Maak Plaats! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio.

Maak Plaats! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio. Maak plaats voor Hoorn! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio. Iedere dag is het hier een komen en gaan van duizenden

Nadere informatie

De nieuwe entree van Hilversum

De nieuwe entree van Hilversum De nieuwe entree van Hilversum Het stationsgebied over vijftien jaar: een waardig visitekaartje voor de Mediastad in het groen. Door de ontwikkeling van deze belangrijke entree zet Hilversum zich weer

Nadere informatie

Hellendoorn. Aan de raad. Noord. Punt 5 : Financiën Stationsomgeving LjCMlCClIlC

Hellendoorn. Aan de raad. Noord. Punt 5 : Financiën Stationsomgeving LjCMlCClIlC Punt 5 : Financiën Stationsomgeving LjCMlCClIlC Noord Hellendoorn Aan de raad Samenvatting: In september 2012 dient het NS-station verplaatst te zijn naar het centrum van Nijverdal. De stationsomgeving

Nadere informatie

stedenbouwkundig plan stationsgebied hilversum informatieavond 13 november 2017

stedenbouwkundig plan stationsgebied hilversum informatieavond 13 november 2017 stedenbouwkundig plan stationsgebied hilversum informatieavond 13 november 2017 programma 19:30-19:40 19:40-19:45 19:45-20:15 20:15-20:30 20:30-21:00 21:00-21:15 Welkom (Wimar Jaeger) Toelichting op de

Nadere informatie

Prognose fietsparkeerplekken station Overvecht Tuindorpzijde

Prognose fietsparkeerplekken station Overvecht Tuindorpzijde Prognose fietsparkeerplekken station Overvecht Tuindorpzijde Actieplan Fietsparkeren Niets is makkelijker dan fietsen naar het station, zeker in grote steden. Veel treinreizigers doen dat, en hun aantal

Nadere informatie

Spoorkruising en stationsomgeving. Marijke Terpstra, 31 maart 2010

Spoorkruising en stationsomgeving. Marijke Terpstra, 31 maart 2010 Spoorkruising en stationsomgeving Marijke Terpstra, 31 maart 2010 1)Wijck 1: 1853-1856 2)Wijck 2: 1856-1884 3)Boschpoort: 1856-1861 4)Staatspoor: 1865-1914 5)Huidige station: 1914- Luchtfoto uit 1965:

Nadere informatie

FIETSEN IN UTRECHT 11 juni 2014. Frans Jan van Rossem Programmamanager Fiets, Gemeente Utrecht

FIETSEN IN UTRECHT 11 juni 2014. Frans Jan van Rossem Programmamanager Fiets, Gemeente Utrecht FIETSEN IN UTRECHT 11 juni 2014 Frans Jan van Rossem Programmamanager Fiets, Gemeente Utrecht 8-5-2006 Utrecht Fietsstad, aantrekkelijk en bereikbaar. De groei van het fietsverkeer is hoog en Utrecht wil

Nadere informatie

BEHOREND BIJ COLLEGENOTA VAN DATUM CORRESPONDENTIENUMMER

BEHOREND BIJ COLLEGENOTA VAN DATUM CORRESPONDENTIENUMMER BEHOREND BIJ COLLEGENOTA VAN DATUM SEB A. Deze nota is in overleg met de volgende disciplines geconcipieerd: B. Er is wel overeenstemming KORTE INHOUD (GELIJKDUIDEND AAN VOORBLAD) Overeenkomst P+R terrein

Nadere informatie

Integraal Plan van Aanpak

Integraal Plan van Aanpak 35 toekomst Integraal Plan van Aanpak Spoorzone Zwolle 2014-2017 Inhoud 1 Inleiding 4 1.1 Achtergrond en opgaven 4 1.2 Doel en scope plan van aanpak 5 1.3 Inhoud en opbouw plan van aanpak 6 1.4 Positie

Nadere informatie

Spoorcafé 20 juni 2018 Spoorcafé Welkom 20 juni 2018

Spoorcafé 20 juni 2018 Spoorcafé Welkom 20 juni 2018 Spoorcafé 20 juni 2018 Spoorcafé Welkom 20 juni 2018 Inspiratiesessie passerelle in de Spoorzone Inspiratiesessie passerelle Twitter mee: @spoorzone038 Agenda Projectaanpak en historie Ontwikkelperspectief

Nadere informatie

Inhoud. Introductie p. 4 Station Alkmaar in 8 stappen p. 6 Conclusies p. 65 Vervolg... p. 66

Inhoud. Introductie p. 4 Station Alkmaar in 8 stappen p. 6 Conclusies p. 65 Vervolg... p. 66 17 september 2010 1 Inhoud Introductie p. 4 Station Alkmaar in 8 stappen p. 6 Conclusies p. 65 Vervolg... p. 66 3 Visie 2030 Karakteristieke bebouwing Overige bebouwing Belangrijke loopverbinding Voetgangersgebied

Nadere informatie

Verbetering stationsomgeving Wezep

Verbetering stationsomgeving Wezep Verbetering stationsomgeving Wezep Startdocument Januari 2014 Intern projectnummer gemeente Oldebroek: E23 Kenmerk 164348 INHOUDSOPGAVE Inleiding. 3 Regiocontract. 3 Plangebied 3 Resultaat 4 Werkwijze.

Nadere informatie

Burgemeester en wethouders

Burgemeester en wethouders Burgemeester en wethouders Raadsvoorstel voor behandeling in oordeelvormende/besluitvormende vergadering Datum vergadering 30-4-2015 Zaaknummer : Onderwerp Kredietaanvraag tijdelijke P&R en verplaatsen

Nadere informatie

INTENTIEVERKLARING HOOGWAARDIG FIETSNETWERK GOOI EN VECHTSTREEK

INTENTIEVERKLARING HOOGWAARDIG FIETSNETWERK GOOI EN VECHTSTREEK INTENTIEVERKLARING HOOGWAARDIG FIETSNETWERK GOOI EN VECHTSTREEK Over een samenhangend netwerk van hoogwaardige fietsroutes in regio Gooi en Vechtstreek PREAMBULE Overwegende dat: - In het onderzoek voor

Nadere informatie

Verstedelijkingsopgave Delft: We geven de stad een kwaliteitsimpuls :36

Verstedelijkingsopgave Delft: We geven de stad een kwaliteitsimpuls :36 Verstedelijkingsopgave Delft: We geven de stad een kwaliteitsimpuls 30-05-2018 12:36 Delft heeft de ambitie om tot 2040 maar liefst 15.000 woningen, 10.000 banen en bijbehorende voorzieningen aan de stad

Nadere informatie

Stad en spoor verbonden Integraal perspectief op de ontwikkeling van Spoorzone en OV-knoop Zwolle. Rapportage van de planfase 10 april 2013

Stad en spoor verbonden Integraal perspectief op de ontwikkeling van Spoorzone en OV-knoop Zwolle. Rapportage van de planfase 10 april 2013 Stad en spoor verbonden Integraal perspectief op de ontwikkeling van Spoorzone en OV-knoop Zwolle Rapportage van de planfase 10 april 2013 Stad en spoor verbonden Integraal perspectief op de ontwikkeling

Nadere informatie

Gemeente Woerden. Defensie-eiland: inrichting zone rond Kasteel en parkeergarage

Gemeente Woerden. Defensie-eiland: inrichting zone rond Kasteel en parkeergarage RAADSVOORSTEL Gemeente Woerden 11R.00075 gemeente WOERDEN Agendapunt: Indiener: - college van burgemeester en wethouders Aandachtsveld portefeuillehouder: - wethouder Schreurs Contactpersoon: R. Broekmeulen

Nadere informatie

Statenvoorstel. Wijziging incidentele subsidie Gemeente Gorinchem - Reizigerstunnel Gorinchem

Statenvoorstel. Wijziging incidentele subsidie Gemeente Gorinchem - Reizigerstunnel Gorinchem Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 31 oktober 2017 Portefeuillehouder: Vermeulen, F Uiterlijke beslistermijn: 20 december 2017 Behandeld ambtenaar: dhr. H. Aydin E-mailadres: h.aydin@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

Inleiding. 28 januari 2014 Corr.nr , VV Nummer 6/2014 Zaaknr

Inleiding. 28 januari 2014 Corr.nr , VV Nummer 6/2014 Zaaknr 28 januari 2014 Corr.nr. 2014-03713, VV Nummer 6/2014 Zaaknr. 500723 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen betreffende het RSP-project Facelift Noordelijke Stations. Samenvatting:

Nadere informatie

Agenda vergadering Provinciale Staten op 14 november 2012

Agenda vergadering Provinciale Staten op 14 november 2012 Agenda vergadering Provinciale Staten op 14 november 2012 Hierbij wordt u uitgenodigd voor de openbare vergadering van de Provinciale Staten Datum: woensdag 14 november 2012 Aanvang: 10:00 uur (de vergadering

Nadere informatie

150 pp. Busstation. 150pp

150 pp. Busstation. 150pp Busstation en hoogspanningskabel 150 pp Busstation 150pp 0 m 20 m 40 m 60 m 80 m 100 m huidige busstation en Momenteel is de verspreidt over 2 locaties. Beide locaties zijn tijdelijk ingericht voor parkeren

Nadere informatie

Voor het evenementenbeleid stellen wij voor ,-- beschikbaar te stellen.

Voor het evenementenbeleid stellen wij voor ,-- beschikbaar te stellen. Staten voorstel nr. PS/2016/380 Investeringsvoorstel Evenementenbeleid 2017-2019 Datum GS-kenmerk Inlichtingen bij 31.05.2016 2016/0180465 mw. H.AJ. Meelissen, telefoon 038 499 74 88 e-mail H.Meelissen@overijssel.nl

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad.

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Raadsvoorstel raadsvergadering 10-12-2013 agendapunt nummer 13INT02344 onderwerp Ontwikkelagenda Netwerkstad Twente, deel 2; Werkprogramma 2014-2018 Aan de gemeenteraad. Samenvatting voorstel Door de raden

Nadere informatie

e^verijssei N35 Samenvatting van het voorgestelde provincie Aan Provinciale Staten

e^verijssei N35 Samenvatting van het voorgestelde provincie Aan Provinciale Staten Statenvoorstel nr. PS/2014/691 N35 Datum GS-kenmerk Inlichtingen bij 26.08.2014 2014/0232126 dhr. M. Oving, telefoon 06 46037666 e-mail M.Oving@overijssel.nl Aan Provinciale Staten Onderwerp Investeringsvoorstel

Nadere informatie

Stationsgebied. Toelichting Stedenbouwkundig Plan. 2 & 3 april 2013

Stationsgebied. Toelichting Stedenbouwkundig Plan. 2 & 3 april 2013 Stationsgebied Toelichting Stedenbouwkundig Plan 2 & 3 april 2013 Stedenbouwkundig plan 2010: masterplan: geen vierde kwadrant, dóór de stad 2011: variantenstudie: keuze variant Korte Autotunnel 2012:

Nadere informatie

Heerhugowaard Stad van kansen

Heerhugowaard Stad van kansen Raadsvergadering : ļ ļ p^g 2012 Besluit: C f IVoorstelnummer: Ç.Q)2LJ\\ Heerhugowaard \QĮ 3 z Agendanr.: 8. Voorstelnr.: RB2011101 Onderwerp: Kredietaanvraag langzaamverkeersbrug over N242 in verlengde

Nadere informatie

Stedenbouwkundige ontwikkelvisie Centraal Station Nijmegen

Stedenbouwkundige ontwikkelvisie Centraal Station Nijmegen Toelichting over de presentatie: Stedenbouwkundige ontwikkelvisie Centraal Station Nijmegen Burgerronde 1 februari 2012, 18.00-19.00 uur Traianuskamer Doel: Toelichting: Informeren Presentatie Stedenbouwkundige

Nadere informatie

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas

Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas provincie :: Utrecht Plan van aanpak Rondweg-Oost N233 Maatregelen treden 3 Um 5 Ladder van Verdaas In samenwerking tussen Veenendaal: 23 oktober 2017 Versie: 0.1 Opgesteld door: Maurice Kassing Gemeente

Nadere informatie

Portefeuillehouder: J. Hoekzema Behandelend ambtenaar J. Koomans van den Dries, 0595 447784 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. Koomans van den Dries)

Portefeuillehouder: J. Hoekzema Behandelend ambtenaar J. Koomans van den Dries, 0595 447784 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. Koomans van den Dries) Vergadering: 11 september 2012 Agendanummer: 3 Status: Informerend Portefeuillehouder: J. Hoekzema Behandelend ambtenaar J. Koomans van den Dries, 0595 447784 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. Koomans

Nadere informatie

Uitkomst besluitvorming Zwolle - Herfte

Uitkomst besluitvorming Zwolle - Herfte De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000 F 070-456 1111 Getypt door / paraaf H.C.

Nadere informatie

Hoezo, fietsparkeren lastig? 03/06/2016 1

Hoezo, fietsparkeren lastig? 03/06/2016 1 Hoezo, fietsparkeren lastig? 03/06/2016 1 Fietsen stallen in het stationsgebied Folkert Piersma ProRail Project manager Business unit Stations Kees Peters I Movares I Stedenbouwkundig adviseur Inhoud:

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus MD Haarlem

Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus MD Haarlem Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus 123 2000 MD Haarlem Haarlem, 2 mei 2016. Onderwerp: Regionaal openbaar vervoer & inter-concessie stroomlijnen Geachte

Nadere informatie

Vergadering van 17 december 2013 bestemd voor de gemeenteraad

Vergadering van 17 december 2013 bestemd voor de gemeenteraad BESLUIT OPSCHRIFT Vergadering van 17 december 2013 bestemd voor de gemeenteraad nummer: 2013_BW_00791 Onderwerp Uitbreiden parkeren Station Sassenheim - vormend Beknopte samenvatting Voorgesteld wordt

Nadere informatie

VRIJGAVE INSPRAAK FIETSVERBINDING KRUISPUNT WALDORPSTRAAT-VIADUCTWEG (ONDERDEEL STERFIETSROUTE RIJSWIJK/DELFT)

VRIJGAVE INSPRAAK FIETSVERBINDING KRUISPUNT WALDORPSTRAAT-VIADUCTWEG (ONDERDEEL STERFIETSROUTE RIJSWIJK/DELFT) RIS297062 VRIJGAVE INSPRAAK FIETSVERBINDING KRUISPUNT WALDORPSTRAAT-VIADUCTWEG (ONDERDEEL STERFIETSROUTE RIJSWIJK/DELFT) Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, overwegende dat: - het

Nadere informatie

Vervoersknooppunt voor 110.000 reizigers per dag

Vervoersknooppunt voor 110.000 reizigers per dag Vervoersknooppunt voor 110.000 reizigers per dag Een aantrekkelijk gebied, met een uitgebreid aanbod aan werkgelegenheid Onder de noemer Arnhem Centraal ondergaan station Arnhem en zijn directe omgeving

Nadere informatie

Spoorcafé 19 juni Twitter

Spoorcafé 19 juni Twitter Spoorcafé 19 juni 2019 Twitter mee: @spoorzone038 Gaetana Ferla moderator Terugblik Spoorcafé 15 mei Gebiedsontwikkeling Spoorzone/Hanzeland Wim Korf Stand van zaken bouw ondergrondse fietsenstalling

Nadere informatie

M- C ^ y* ) iieywegein. y*^-% Roytingformylier. Middelen/ dekking Akkoord concei Akkoord leidinggevende. Nummer: 2010/73G4

M- C ^ y* ) iieywegein. y*^-% Roytingformylier. Middelen/ dekking Akkoord concei Akkoord leidinggevende. Nummer: 2010/73G4 iieywegein Roytingformylier Nummer: 2010/73G4 y* ) Onderwerp: Opstarten projectbesluitprocedure fietsenstalling Ringstede Afdeling Duurzame Ontwikkeling Behandelend ambtenaar Susanne Siebers Naam portefeuillehouder

Nadere informatie

Hoogeveen. Gemeente. Raad 3 1 MRT Conform besloten. Raadsvoorstel. Datum raadsavond 31 maart 2017 Programma. Krachtige wijken & dorpen Onderwerp

Hoogeveen. Gemeente. Raad 3 1 MRT Conform besloten. Raadsvoorstel. Datum raadsavond 31 maart 2017 Programma. Krachtige wijken & dorpen Onderwerp Gemeente Hoogeveen Conform besloten Raad 3 1 MRT 2017 Raadsvoorstel Datum raadsavond 31 maart 2017 Programma Krachtige wijken & dorpen Onderwerp Kunstijsbaan Hoogeveen Samenvatting De stichting kunstijsbaan

Nadere informatie

Factsheet Verkeer. 1. Inleiding. 2. Ambities. Definities, bestaande wetgeving en beleid

Factsheet Verkeer. 1. Inleiding. 2. Ambities. Definities, bestaande wetgeving en beleid Factsheet Verkeer 1. Inleiding In deze factsheet Verkeer staan de voertuigen en personen centraal die de openbare weg gebruiken. Het gaat hier dus niet om de fysiek aanwezige infrastructuur (die komt aan

Nadere informatie

Openbaar vervoer concessie

Openbaar vervoer concessie Openbaar vervoer concessie Gemeenteraad Jordy van Slooten, fysiekdomein@regiogv.nl Januari 2019 1 2 3 Opgave en inzet Gooi en Vechtstreek MIRT Bereikbaarheid per weg en spoor staat onder druk. OV is onvoldoende

Nadere informatie

TOELICHTING op het Besluitformulier - Voorstel met registratienummer 2015/2302.

TOELICHTING op het Besluitformulier - Voorstel met registratienummer 2015/2302. Openbaar Besluit Projectmanagement Registratienummer : 2015/2321 Datum : 16 januari 2015 Opgesteld door : J.A. Pierik Onderwerp: Uitspreken voorkeur variant treinstation Hazerswoude-Koudekerk TOELICHTING

Nadere informatie

1 Station Mook-Molenhoek

1 Station Mook-Molenhoek 1 Station Mook-Molenhoek station Mook-Molenhoek Opgeleverd Station Mook-Molenhoek is op 6 mei 2009 geopend aan de Maaslijn. Het station ligt op het traject Nijmegen- Roermond. Het station levert een belangrijke

Nadere informatie

Voorstel aan Stadsregioraad nr

Voorstel aan Stadsregioraad nr Voorstel aan Stadsregioraad nr. 2010.001 datum 1 december 2009 portefeuillehouder(s) J. Walraven beleidsterrein(en) Openbaar vervoer onderwerp Realisatie station Westervoort samenvatting voorstel De ambitie

Nadere informatie

provincie /^ groningen

provincie /^ groningen provincie /^ groningen 13 maart 2012 Corr.nr. 2012-09267, W Zaaknr. 383034 Nummer 7/2012 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen betreffende het RSP-project Facelift Noordelijke

Nadere informatie

In onderstaande nota lichten we de verschillende stappen die we doorlopen hebben toe en zetten wij de financiële consequenties uiteen.

In onderstaande nota lichten we de verschillende stappen die we doorlopen hebben toe en zetten wij de financiële consequenties uiteen. Raadsvoorstel Aan de gemeenteraad Van : College van Burgemeester en Wethouders Datum : 28-05-2019 Pfh. : Brandligt Steller : Derk van Schoten tel.nr. : 0622569928 e-mail : dvschoten@delft.nl Registratie

Nadere informatie

OV SAAL MLT. Openbaar Vervoer Schiphol- Amsterdam Almere Lelystad Middellange Termijn

OV SAAL MLT. Openbaar Vervoer Schiphol- Amsterdam Almere Lelystad Middellange Termijn OV SAAL MLT Openbaar Vervoer Schiphol- Amsterdam Almere Lelystad Middellange Termijn Presentatie Klankbordgroep Cees de Vries regiodirecteur ProRail Inhoud: OV SAAL MLT in context Toelichting verkende

Nadere informatie

Argumenten 1.1 Binnen de randvoorwaarde van soberheid en doelmatigheid is de voorgestelde variant (3B) de best haalbare.

Argumenten 1.1 Binnen de randvoorwaarde van soberheid en doelmatigheid is de voorgestelde variant (3B) de best haalbare. Portefeuillehouder Datum raadsvergadering drs A.J. Ditewig 26 januari 2012 Datum voorstel 23 december 2011 Agendapunt Onderwerp Spoorwegovergang in Leijenseweg te Bilthoven De raad wordt voorgesteld te

Nadere informatie

Samenvatting Stedenbouwkundig plan

Samenvatting Stedenbouwkundig plan Samenvatting Stedenbouwkundig plan Stationsplein Stationsgebied Hilversum de groene loper naar de Mediastad Brinken, levendige straten en volop ruimte voor fietsers, voetgangers en groen. Deze kwaliteiten

Nadere informatie

5.1 Autoverkeer. 5.2 Parkeren

5.1 Autoverkeer. 5.2 Parkeren 5 52 Verkeer 5.1 Autoverkeer Huidige situatie De verkeersstructuur van de Stationsbuurt en de Schilderswijk is historisch gegroeid, de wijken liggen ingeklemd tussen de historische grachten en het spoor.

Nadere informatie

Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue)

Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue) Brainport Eindhoven/ A2-zone (Brainport Avenue) Nota Ruimte budget 75 miljoen euro voor Brainport Eindhoven en 6,8 miljoen voor ontwikkeling A2-zone Planoppervlak 3250 hectare (Brainport Eindhoven) Trekker

Nadere informatie

provinsje fryslân provincie fryslân

provinsje fryslân provincie fryslân Heerenveen provinsje fryslân provincie fryslân Provinciale Staten van Fryslân postbus 20120 8900 hm leeuwarden tweebaksmarkt 52 telefoon: (058) 292 59 25 telefax: (058) 292 5125 ;vvsv.fryslan.ni provincie@fryslan.nl

Nadere informatie

Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten

Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten Toelichting sleutelprojecten programma Stad en Regio 2012-2015/17 1 1 Inlichtingen bij dhr. A.J.H.P. Elferink, (026) 3599756, e-mailadres a.elferink@gelderland.nl

Nadere informatie

Inleiding en leeswijzer

Inleiding en leeswijzer Memo Ontwikkeling Projectontwikkeling Aan De leden van de gemeenteraad van Zwolle Van Onderwerp Rutger Ekhart Stand van zaken Spoorzone en vervolg 1 Inleiding en leeswijzer Telefoon (038) 498 26 67 Fax

Nadere informatie

Aan de raad van de gemeente Wormerland

Aan de raad van de gemeente Wormerland RAADSVOORSTEL Aan de raad van de gemeente Wormerland Datum aanmaak 28 juli 2014 Onderwerp Programma en portefeuillehouder Voorstel Divinvest herinrichting sportcomplex VV Jisp Programma 3: Maatschappelijke

Nadere informatie

Op 11 september 2014 heeft de raad het voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld.

Op 11 september 2014 heeft de raad het voorbereidingskrediet beschikbaar gesteld. Aan: Van: Betreft: De gemeenteraad College van burgemeester en wethouders Stand van zaken Scholencluster Kruiswiel en Jeugdspeelpark. Datum: 18-9-2014 1. Historie in grote lijnen In 2012 is een haalbaarheidsonderzoek

Nadere informatie

B en W. nr d.d

B en W. nr d.d B en W. nr. 13.1174 d.d. 17-12-2013 Onderwerp Brief aan de raad inzake Stand van Zaken Openbaar Vervoer Besluiten:Behoudens advies van de commissie 1. De brief aan de leden van de gemeenteraad met onderwerp

Nadere informatie

Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord

Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord Wat is het plan voor Schieoevers? In 2010 heeft het college van B&W van de gemeente Delft de gebiedsvisie Schieoevers 2030 vastgesteld. De gebiedsvisie

Nadere informatie

: Inzet middelen Stimuleringsfonds t.b.v. Science Park. Inhoudsopgave. Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5. Bijlage(n): 2.

: Inzet middelen Stimuleringsfonds t.b.v. Science Park. Inhoudsopgave. Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5. Bijlage(n): 2. S T A T E N V O O R S T E L Datum : 31 oktober 2006 Nummer PS : PS2006IME05 Dienst/sector : MEC/ERT Commissie : IME Registratienummer : 2006MEC002172i Portefeuillehouder: Dr. G. Mik Titel : Inzet middelen

Nadere informatie

Uw kenmerk Verzonden 9 december 2009 Bij antwoord datum, ons kenmerk en onderwerp vermelden

Uw kenmerk Verzonden 9 december 2009 Bij antwoord datum, ons kenmerk en onderwerp vermelden Burgemeester en Wethouders Postadres Postbus 16200, 3500 CE Utrecht Telefoon 030 286 10 00 Fax 030 286 12 24 www.utrecht.nl De raadscommissie Stad en Ruimte Behandeld door Moniek van der Sanden Doorkiesnummer

Nadere informatie

i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî" Òä i Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving

i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî Òä i Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî" Òä i Gebiedsvisie T P E C N O C Hollands Spoor en omgeving mei 2008 2 Inleiding 1 Straatnamenkaart 1 Inleiding Voorwoord Voor u ligt de Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving.

Nadere informatie

Kwalitatieve onderbouwing parkeren Noordgebouw Utrecht

Kwalitatieve onderbouwing parkeren Noordgebouw Utrecht Deventer Den Haag Eindhoven Snipperlingsdijk 4 Casuariestraat 9a Flight Forum 92-94 7417 BJ Deventer 2511 VB Den Haag 5657 DC Eindhoven T +31 (0)570 666 222 F +31 (0)570 666 888 Leeuwarden Amsterdam Postbus

Nadere informatie

Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen

Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen Convenant gezamenlijk werken aan de stedelijke ontwikkeling van Heerlen In het provinciale coalitieakkoord 2015-2019 is aangegeven dat de provincie de economische en sociale structuur binnen de provincie

Nadere informatie

17 november 2015 Corr.nr , FC Nummer 82/2015 Zaaknr

17 november 2015 Corr.nr , FC Nummer 82/2015 Zaaknr 17 november 2015 Corr.nr. 2015-49.452, FC Nummer 82/2015 Zaaknr. 603304 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake het optimaliseren van de huidige Planning & Controlcyclus

Nadere informatie

INTENTIEVERKLARING. Snelfietsroute F15 IJsselmonde. Ondergetekenden genoemd onder 1 t/m 8, hierna gezamenlijk te noemen partijen.

INTENTIEVERKLARING. Snelfietsroute F15 IJsselmonde. Ondergetekenden genoemd onder 1 t/m 8, hierna gezamenlijk te noemen partijen. ONDERGETEKENDEN: 1. Gemeente Barendrecht, rechtsgeldig vertegenwoordigd door wethouder H.L.A. van Noort BHS. Hierna te noemen gemeente Barendrecht. 2. Gemeente Albrandswaard, rechtsgeldig vertegenwoordigd

Nadere informatie

Openbaar Vervoer in Leiden Routes door de binnenstad. Elke dag dichterbij!

Openbaar Vervoer in Leiden Routes door de binnenstad. Elke dag dichterbij! Openbaar Vervoer in Leiden Routes door de binnenstad Elke dag dichterbij! Inhoud Doel van de bijeenkomst Achtergrond Toelichting op OV onderzoeken Aanpak voor ontwerpproces Hooigracht-Langegracht Overige

Nadere informatie

wordt door Zuidasdok nog beter bereikbaar De feiten op een rijtje

wordt door Zuidasdok nog beter bereikbaar De feiten op een rijtje wordt door Zuidasdok nog beter bereikbaar De feiten op een rijtje Waarom Zuidasdok? Zuidasdok is een van de grootste infrastructurele projecten van Nederland. Het project zorgt voor een betere bereikbaarheid

Nadere informatie

Stedenbouwkundige reactie

Stedenbouwkundige reactie Stedenbouwkundige reactie 1. Stedenbouwkundige visie Stationsgebied Buitenpost Naast het voornemen voor de bouw van een passerelle over het spoor, is er ook een plan gemaakt voor de totale invulling van

Nadere informatie

Datum: 02 juli 2013 Portefeuillehouder: De heer R. Windhouwer

Datum: 02 juli 2013 Portefeuillehouder: De heer R. Windhouwer Raadsvoorstel Raadsnummer: 2013-057 Registratiekenmerk: Onderwerp: Haalbaarheidsonderzoek Voorzieningen Nijkerkerveen - fase 2 Korte inhoud: De gemeente heeft een haalbaarheidsonderzoek laten uitvoeren

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 43. Haarlem, 25 mei Onderwerp: TWIN-H projectvoorstel HOV Velsen. Bijlagen: ontwerpbesluit

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 43. Haarlem, 25 mei Onderwerp: TWIN-H projectvoorstel HOV Velsen. Bijlagen: ontwerpbesluit Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht 43 Haarlem, 25 mei 2010 Onderwerp: TWIN-H projectvoorstel HOV Velsen Bijlagen: ontwerpbesluit 1. Inleiding Op 15 december 2008 heeft u een besluit genomen

Nadere informatie

PS2009RGW : Concept-Ontwikkelingsvisie Noordvleugel Utrecht (Eindbalans) Ontwerpbesluit pag. 5. Toelichting pag. 7

PS2009RGW : Concept-Ontwikkelingsvisie Noordvleugel Utrecht (Eindbalans) Ontwerpbesluit pag. 5. Toelichting pag. 7 PS2009RGW06-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 3 februari 2009 Nummer PS : PS2009RGW06 Afdeling : PRO Commissie : RGW Registratienummer: 2009INT235473 Portefeuillehouder : Krol

Nadere informatie

Kennisnemen van Het overzicht met de programmering van projecten voor de portefeuille Mobiliteit.

Kennisnemen van Het overzicht met de programmering van projecten voor de portefeuille Mobiliteit. Statenmededeling Onderwerp Programmering Mobiliteit in Brabant (2018-2023). Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van Het overzicht met de programmering van projecten voor de portefeuille

Nadere informatie

Statenvoorstel. Snelfietsroute Leiden-Katwijk

Statenvoorstel. Snelfietsroute Leiden-Katwijk Statenvoorstel Vergadering Januari 2018 Nummer 7066 Onderwerp Snelfietsroute Leiden-Katwijk Vergaderdatum GS: 19 december 2017 Portefeuillehouder: Vermeulen, F Uiterlijke beslistermijn: 31 januari 2018

Nadere informatie

Ontwerpbesluit pag. 4. Toelichting pag. 5

Ontwerpbesluit pag. 4. Toelichting pag. 5 College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel DATUM 19-12-2017 NUMMER PS PS2018MME07 AFDELING Mobiliteit COMMISSIE MME STELLER A.M. van 't Zand DOORKIESNUMMER 3346 DOCUMENTUMNUMMER 81C4B60E PORTEFEUILLEHOUDER

Nadere informatie

B&W Vergadering. 2. Het college heeft besloten de begroting te wijzigen conform de toelichting op de middelen na goedkeuring gemeenteraad;

B&W Vergadering. 2. Het college heeft besloten de begroting te wijzigen conform de toelichting op de middelen na goedkeuring gemeenteraad; 2.1.8 Uitvoeringskrediet Verbeteren entree binnenstad stationstunnel 1 Dossier 539 voorblad.pdf B&W Vergadering Dossiernummer 539 Vertrouwelijk Ja Vergaderdatum 19 juli 2016 Agendapunt 2.1.8 Omschrijving

Nadere informatie

Raadscommissie SMM 18 juni 2012

Raadscommissie SMM 18 juni 2012 Raadscommissie SMM 18 juni 2012 Opbouw presentatie: 1. Tram Vlaanderen Maastricht in het kort 2. Nederlandse overwegingen 3. Waar staan we nu? 4. TVM onder de loep? 5. Rondje langs het tramtracé 6. Uw

Nadere informatie

reportage Zwolle in uitvoering

reportage Zwolle in uitvoering Zwolle in uitvoering Zwolle maakt zich met de projecten ZwolleSpoort en Spoorzone Zwolle op voor de toekomst. Een uitbreiding van de infra, een nieuw busstation en modern stationsgebied. OV-Magazine reisde

Nadere informatie

ENSCHEDE. Verkenning fietsenstallingen rond station. Bestuurlijk Overleg. 5 juni 2013. Marc Nahar, Planontwikkelaar Programma Actieplan Fietsparkeren

ENSCHEDE. Verkenning fietsenstallingen rond station. Bestuurlijk Overleg. 5 juni 2013. Marc Nahar, Planontwikkelaar Programma Actieplan Fietsparkeren ENSCHEDE Verkenning fietsenstallingen rond station Bestuurlijk Overleg 5 juni 2013 Marc Nahar, Planontwikkelaar Programma Actieplan Fietsparkeren PROGRAMMA Huidig aantal beschikbare plaatsen: +/- 1900

Nadere informatie

Gemeente Delft. College van B&W 29 oktober 2013 Gescand archief clatum

Gemeente Delft. College van B&W 29 oktober 2013 Gescand archief clatum Raadsvoorstel Gemeente Delft Aan de gemeenteraad Van Datum Pfh. Steller tel.nr. e-mail Programma Registratie nr. Stuk Ondenwerp College van B&W 29 oktober 2013 Gescand archief clatum M.C. Junius [U A.A.J.

Nadere informatie

Concept Raadsvoorstel

Concept Raadsvoorstel Concept Raadsvoorstel Aan de raad van de gemeente Sliedrecht Agendapunt: Sliedrecht, 6 oktober 2009 Onderwerp: Eindrapportage onderzoek capaciteit binnensportaccommodaties 2009. Voorgesteld besluit: 1.

Nadere informatie

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Bijlage 5 bij Raadsvoorstel Regionale Agenda dd 16 mei 2011 Bestuursovereenkomst Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Vastgesteld door de Stuurgroep Regiovisie Bergen, Gennep, Mook en Middelaar op

Nadere informatie

Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda

Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda Kiezen om ruimte te maken Den Haag 2040 Den Haag is volop in beweging, de stad is in trek. Verwacht wordt dat Den Haag groeit, van 530.000 inwoners in 2017 naar

Nadere informatie

Proces- en onderzoeksinstrumenten programma OV-knooppunten

Proces- en onderzoeksinstrumenten programma OV-knooppunten Proces- en onderzoeksinstrumenten programma OV-knooppunten Binnen het programma OV-knooppunten bestaan diverse instrumenten die worden ingezet voor kennisontwikkeling. Bovendien hebben we instrumenten

Nadere informatie

Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van het Programma en Overzicht voorzieningen huisvesting onderwijs 2007. Nummer: 3d.

Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van het Programma en Overzicht voorzieningen huisvesting onderwijs 2007. Nummer: 3d. Gemeente Boxmeer Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van het Programma en Overzicht voorzieningen huisvesting onderwijs 2007. Nummer: 3d. AAN de Raad van de gemeente Boxmeer Boxmeer, 24 oktober 2006 Aanleiding

Nadere informatie

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. 9. Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent.

Raadsvoorstel AGENDAPUNT NO. 9. Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent. Raadsvoorstel Voorstel tot het vaststellen van de fietsbeleidsnota Fiets, een natuurlijke concurrent. AGENDAPUNT NO. 9. AAN DE RAAD Samenvatting Vanuit het ministerie van Infrastructuur en Milieu is met

Nadere informatie

Tabel 2: Vergelijking scenario s op hoofdcriteria

Tabel 2: Vergelijking scenario s op hoofdcriteria Tabel 2: Vergelijking scenario s op hoofdcriteria In deze tabel is voor ieder hoofdcriterium de samenvatting overgenomen uit tabel 1. Dat is nog steeds een feitelijke basis voor conclusies. Vervolgens

Nadere informatie

Behandeld door: Jorg Meijerink. Onderwerp: Parkeervisie binnenstad Purmerend (versie na behandeling in commissie SOB)

Behandeld door: Jorg Meijerink. Onderwerp: Parkeervisie binnenstad Purmerend (versie na behandeling in commissie SOB) RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1037384 Datum: 15 juni 2012 Behandeld door: Jorg Meijerink Afdeling/Team: Ruimtelijke Ontwikkeling / Beleid Onderwerp: Parkeervisie binnenstad Purmerend

Nadere informatie

Spoorzone Zwolle nieuwsbrief 10 - juli 2015

Spoorzone Zwolle nieuwsbrief 10 - juli 2015 Spoorzone Zwolle nieuwsbrief 10 - juli 2015 Foto: Prorail/Stefan Verkerk Blijf op de hoogte van ontwikkelingen in het stationsgebied. In deze nieuwsbrief aandacht voor onder andere de kwaliteit van de

Nadere informatie

Reactie Katwijk op Nota voorkeursmaatregelen R-net buscorridor Leiden-Katwijk-Noordwijk.

Reactie Katwijk op Nota voorkeursmaatregelen R-net buscorridor Leiden-Katwijk-Noordwijk. Voorstel Aan : Burgemeester en Wethouders Kenmerk : 504271 Status : Openbaar / Ter besluitvorming Datum : 3 juli 2015 Afdeling : Projecten Raad : Ja, ter kennisgeving Medewerk(st)er : S.W. van Beveren

Nadere informatie

Statenvoorstel. Uitvoeringsbesluit vernieuwing Steekterbrug te Alphen ad Rijn

Statenvoorstel. Uitvoeringsbesluit vernieuwing Steekterbrug te Alphen ad Rijn Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 14 februari 2017 Portefeuillehouder: Vermeulen, F Uiterlijke beslistermijn: 29 maart 2017 Behandeld ambtenaar : S.R. van Altena E-mailadres: sr.van.altena@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord Holland

Provinciale Staten van Noord Holland Provinciale Staten van Noord Holland Voordracht 59 Haarlem, 23 augustus 2005 Onderwerp: Overeenkomst Omlegging A9 Badhoevedorp Bijlagen: ontwerpbesluit scope document cash flow prognose Inleiding. Op het

Nadere informatie

Concept voorontwerp Jaarbeursplein. 27 maart 2013

Concept voorontwerp Jaarbeursplein. 27 maart 2013 Concept voorontwerp Jaarbeursplein 27 maart 2013 Toelichting Het Jaarbeursplein krijgt in de toekomst een complete metamorfose. De nieuwe bebouwing rondom het plein en het feit dat er geen auto's, bussen

Nadere informatie

Datum: Adviserend

Datum: Adviserend 15 PHO voorstel verlenging Regiotaxi Oplegvel 1. Onderwerp Verlenging Regiotaxi Holland Rijnland 2. Rol van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland 3. Regionaal belang Basistaak Efficiencytaak Platformtaak

Nadere informatie

De meerwaarde van POW in het gebied tussen Rotterdam en Drechtsteden is veelzijdig:

De meerwaarde van POW in het gebied tussen Rotterdam en Drechtsteden is veelzijdig: Statenvoorstel Vergadering December 2018 Nummer 7139 Vergaderdatum GS: 30 oktober 2018 Portefeuillehouder: Janssen, RA Uiterlijke beslistermijn: 19 december 2018 Documentnummer: PZH-2018-658953107 Onderwerp

Nadere informatie

2 februari 2015. Aan Kadaster Ruimte en Advies

2 februari 2015. Aan Kadaster Ruimte en Advies 2 februari 2015 Aan Kadaster Ruimte en Advies OPBOUW PRESENTATIE Willemien Berkers, Projectleider SGA 1. FlorijnAs 2. Stationsgebied Assen en de deelprojecten 3. Architectenselectie Stationsgebouw: samenwerking

Nadere informatie

REALISATIE MASTERPLAN CENTRUM ZEVENBERGEN. Presentatie raadscommissie Fysieke Infrastructuur 25 september 2012

REALISATIE MASTERPLAN CENTRUM ZEVENBERGEN. Presentatie raadscommissie Fysieke Infrastructuur 25 september 2012 REALISATIE MASTERPLAN CENTRUM ZEVENBERGEN Presentatie raadscommissie Fysieke Infrastructuur 25 september 2012 Opening Doel presentatie van vandaag: Toelichting op het raadsvoorstel dat u heeft ontvangen

Nadere informatie

Zwolle Herinrichting Gasthuisplein

Zwolle Herinrichting Gasthuisplein Herinrichting Gasthuisplein Februari 2016 In deze presentatie wordt het plan toegelicht aan de hand van een aantal thema s die bepalend zijn voor de inrichting van het plein: Historie Verbinding met de

Nadere informatie

PLAN VAN AANPAK INRICHTING STATIONSPLEIN

PLAN VAN AANPAK INRICHTING STATIONSPLEIN PLAN VAN AANPAK INRICHTING STATIONSPLEIN Datum: juli 2009 1 Inleiding Reeds in 2007 is door de toenmalige wethouder verkeer toegezegd om de integrale toegankelijkheid voor het Busstation aan te pakken.

Nadere informatie