Samenvatting Economie Hoofdstuk 5, 20, 21, 22, 28 en 29
|
|
- Bernard Koning
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Samenvatting Economie Hoofdstuk 5, 20, 21, 22, 28 en 29 Samenvatting door een scholier 1688 woorden 8 april keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 5. Productie over de grenzen: internationale handel Internationale concurrentiepositie = de mate waarin een land in staat is goederen te exporteren Mechanisering = machines nemen handelingen van mensen over Automatisering = machines (computers) nemen de besturing van het productieproces over Ruilvoet = PI uitvoer/pi invoer Arbeidsproductiviteit = geproduceerde hoeveelheid goederen Benodigde hoeveelheid arbeidsuren Vrijhandel (liberalisering) = overheden staan de internationale handel niet in de weg Protectie = de bescherming van een bedrijfstak of een gehele economie tegen buitenlandse concurrentie Handelspolitiek = het ingrijpen door overheden in het internationale goederen- en dienstenverkeer: - tarifair (heffing)* - non-tarifair (contingenteringen, administratieve beperkingen, handelsverdragen, subsidies)** * Prohibitief = als door invoerheffing de invoer tot vrijwel nul daalt ** - contingenteringen (quota) = maxima aan hoeveelheid import - administratieve beperkingen = invoerbeperking dmv douane-, fiscale, gezondheids- of milieueisen te stellen - handelsverdragen = afspraken over de vrije toegang tot elkaars markten - subsidies = de productie subsidiëren om de concurrentiepositie te verhogen OF exportsubsidies helpen met verhogen export Pagina 1 van 7
2 5 vormen van economische samenwerking: Onbelemmerd onderling verkeer van goederen en diensten = vrijhandelszone + Een gemeenschappelijk buitentarief (dezelfde invoerrechten) = Douane-unie + Vrij verkeer van productiefactoren = Gemeenschappelijke markt + Een gemeenschappelijke economische politiek = Economische unie + gemeenschappelijke munteenheid = Economische en monetaire unie Hoofdstuk 20. De betalingsbalans Internationale geldstromen: - Goederen en dienstenverkeer ruilhandel en bijv toeristenverkeer-> inzetten van->- Inkomensverkeer loon, winst en rente->buitenlandse productiefactoren in het binnenland - internationale betalingen waar niets tegenover staat->inkomensoverdrachten - Directe investeringen, effectenverkeer en->financiële transacties internationale kredietverlening Internationale betalingsmiddelen = Deviezen = tegoeden in dollars, ponden, yens, enzovoort. Betalingsbalans = overzicht waarop alle in- en uitgaande geldstromen uit economische transacties met het buitenland gedurende een bepaalde periode staan geregistreerd. Bestaat uit 2 delen: 1. Lopende rekening: - goederenrekening (overzicht waarde in- en uitvoer van goederen)* - dienstenrekening (bijv. toerisme, transport, verzekeringen etc.) - inkomensrekening (beloningen voor productiefactoren) ** - inkomensoverdrachtenrekening (betalingen zonder tegenprestatie) 2. Financiële rekening: - directe investeringen (bijv. oprichting, uitbreiding, overname ondernemingen) - effectenverkeer (aan- en verkoop effecten met buitenland) - overige financiële transacties (krediet) * Goederenrekening: - overschot = groter uitvoerwaarde dan invoerwaarde - tekort = grotere invoerwaarde dan uitvoerwaarde - import quote = import/bbp - Export quote = export/bbp - dekkingspercentage = waarde goedereninvoer x100% waarde goederenuitvoer Open economie = een land met relatief hoge in- en uitvoerquotes overschot op de betalingsbalans = werkeloosheid-> prijsstijging of inflatie ->actieve betalingsbalans tekort op lenen in-> deviezenvoorraad neemt af ->de balans = passieve betalingsbalans buitenland, maar kan ook niet voor altijd. (beide dus ongunstig!) Pagina 2 van 7
3 4 oorzaken voor tekorten en overschotten: 1. conjuncturele oorzaken = laagconjunctuur -> productie stagneert door onvoldoende vraag Hoogconjunctuur -> veel vraag, consumptie, investeringen, import en export Wereldconjunctuur -> alle landen zijn aanhankelijk van de conjunctuur in landen in de rest van de wereld 2. structurele oorzaken = ontwikkelingen in het niveau vd arbeidskosten, natuurlijke gesteldheid, economie of milieu? meer investeerders->3. monetaire oorzaken = rente (rente verhogen = kapitaalimport) 4. Handelspolitieke oorzaken = elke regering heeft de neiging de binnenlandse bedrijvigheid te beschermen tegen de buitenlandse concurrentie. Invoerheffingen, invoerverbod, exportsubsidies. Samenwerking levert meer op dan strijd (de EU!) Hoofdstuk 21. Vrije wisselkoersen Wisselkoers = de prijs van vreemde valuta s uitgedrukt in euro s Prijs komt tot stand door VRAAG EN AANBOD Zie blz 58 voor overzicht vraag en aanbod op de betalingsbalans! Neerwaartse druk is te compenseren met verkoop van deviezen. Valutamarkt = het geheel van vraag en aanbod van buitenlands geld. Convertible valuta s = valuta s die vrij inwisselbaar zijn voor andere valuta s de evenwichtskoers = als de vraag en aanbod curve in evenwicht zijn vergroten aanbod d.m.v.: - rentestijging = meer buitenlandse beleggers - prijsstijging in het buitenland = export neemt toe - winstverwachting = meer investeringen en beleggen Verkleinen aanbod d.m.v.: - rentestijging in het buitenland - voorkeur aan producten uit het buitenland Vrije, zwevende of flexibele wisselkoersen = als de prijsvorming van vreemde valuta s volkomen vrij is. Voordeel: betalingsbalans aanbod vreemde->gaat automatisch naar een evenwichtssituatie. (bij overschot nieuwe, lagere-> aanbodcurve verschuift naar rechts ->valuta neemt toe invoer stijgt en uitvoer-> vreemde valuta wordt goedkoper ->evenwichtskoers daalt) Nadeel: wisselkoersen kunnen op elk moment een andere waarde aannemen = onzekerheid en belemmerd de internationale handel, leveranciers en afnemers kunnen niet meer calculeren of een offerte opstellen. Ook kunnen speculanten de koers zelf kanten op kunnen drijven. Appreciatie = waardestijging van een valuta ten opzichte van een andere valuta(ten gevolge van veranderingen in vraag en/of aanbod) Depreciatie = waardedaling Appreciatie leidt tot een dalend uitvoervolume en stijgend invoervolume (de producten uit eigen land Pagina 3 van 7
4 lijken duurder en uit het buitenland goedkoper) Depreciatie leidt tot een stijgend uitvoervolume en dalend invoervolume (de producten uit eigen land lijken goedkoper en uit het buitenland duurder) toch nadelen:-> producten die in eigen land niet kunnen worden geproduceerd, moeten toch duur uit het buitenland worden gekocht + toegenomen binnenlandse vraag kan prijs opdrijven, hogere lonen eisen, nog hogere prijzen. Hoofdstuk 22. Internationale monetaire samenwerking Vaste of stabiele wisselkoersen = schommelingen in wisselkoersen kunnen óf in het geheel niet óf slecht in beperkte mate voorkomen Spilkoers = de afgesproken koers, waarvan de werkelijke koers slechts een van tevoren overeengekomen percentage mag afwijken Interventiekoersen = zijn de koersen waartussen de koers van een valuta zich mag bewegen. Bij het bereiken van de interventiekoersen moeten de monetaire autoriteiten (de centrale banken) ingrijpen. Als de hoogste interventie bereikt wordt zal de ECB geld moeten verkopen (aanbod stijgt, prijsstijging blijft voorbehouden) en zal het land zelf de andere valuta kopen. En andersom! Devaluatie = een officiële waardevermindering van een valuta t.o.v. een andere valuta Revaluatie = een officiële waardevermeerdering van een valuta t.o.v. een ander valuta. Vaste wisselkoersen Voordeel: zekerheid voor het internationale betalingsverkeer, men weet hoe veel het kost. Nadeel: permanente overschotten of tekorten kunnen op de betalingsbalans ontstaan. Bij voortdurende tekorten zal de overheid moeten ingrijpen (belastingverhoging, geringere overheidsaankopen) wat leidt tot meer werkloosheid. En helpt het niet, dan zal de spilkoers moeten worden aangepast. IMF: doel is het bevorderen van een ordelijk internationaal betalingsverkeer met stabiele wisselkoersen. Bij vaste wisselkoersen: pas als er sprake is van fundamentele betalingsbalansonevenwichtigheid (als tekorten permanent worden). Elk land heeft een bepaald quotum gestort: 25% in deviezen 75% in eigen valuta. Per land is dit verschillend maar per land verschilt dus ook wat ze kunnen lenen van het IMF in geval van tekorten op de betalingsbalans. De convergentiecriteria (toelatingeisen tot de EMU): 1. Inflatie niet meer dan 1,5% boven gemiddelde inflatiepeil van de drie EU-landen met de laagste inflatie van de EU 2. Financieringstekort lager dan 3% van het BBP 3. Overheidsschuld minder dan 60% van het BBP of in die richting bewegen 4. Rente op de kapitaalmarkt lager dan 2% boven gemiddelde rente van de drie EU-landen met de laagste inflatie Pagina 4 van 7
5 5. Minstens 2 jaar deelnemen aan het EMS zonder dat zijn munt in de 2 jaar voor de beslissing over toetreding is gedevalueerd ten opzichte van de andere valuta in het EMS. Economische unie = een gemeenschappelijke markt met een vrij verkeer van goederen, diensten en productiefactoren. Ten aanzien van andere landen hanteren de leden van de unie dezelfde invoertarieven. Monetaire unie = de lidstaten voeren een gemeenschappelijk monetair beleid. Als de landen hun eigen nationale valuta behouden, zullen de onderlinge wisselkoersen volstrekt vast zijn. In de EMU is echter gekozen voor een gemeenschappelijke munt: de euro. Hoofdstuk 28. Internationale inkomensongelijkheid Eigenschappen ontwikkelingslanden: 1. armoede en ondervoeding: absolute armoede (niet voldoende voedsel), relatieve armoede (wel voldoende voedsel, maar onvoldoende om in de samenleving te functioneren), armoedegrens (tot $755 nationaal inkomen) 2. een scheve inkomensverdeling: groepen rijke, maar ook arme, mensen 3. de samenstelling van de beroepsbevolking: verdeling in primaire (agrarisch) sector, secundaire (industrie, bouwnijverheid en mijnbouw) en tertiaire sector (commerciële dienstverlening) 4. de samenstelling van de in- en uitvoer (vaak sprake van monocultuur: de economische bedrijvigheid is rond 1 of enkele producten geconcentreerd) 5. de infrastructuur: zonder goede infrastructuur is een grote productie niet mogelijk 6. de bevolkingsgroei: de groei is in ontwikkelingslanden veel hoger 7. de verstedelijking: niet genoeg woonruimte in de steden (sloppenwijken) 8. de werkloosheid: in ontwikkelingslanden betekend werkloos ook meteen geen inkomen Oorzaken ontwikkelingsproblematiek: 1. Lage arbeidsproductiviteit = gebrekkige infrastructuur en kapitaalgoederen 2. Grote bevolkingsgroei = velen werk tegen laag inkomen, weinigen werk tegen hoog inkomen 3. Geringe besparingen = houden niets van productie over als opslag 4. Economisch beleid = verouderde structuren, protectionisme, centraal geleide economie Vicieuze cirkel: voedsel-> geringe voedselproductie ->Geringe arbeidsproductiviteit Geringe arbeidsproductiviteit-> geen deviezen voor kapitaalgoederen ->importeren en zo door!-> 5. Historische achtergrond 6. De structuur van export en import = grondstoffen, met weinig waarde, geëxporteerd en kapitaalgoederen, met veel waarde, geïmporteerd = te kort op betalingsbalans 7. Het grillige prijsverloop op de grondstoffenmarkten = omdat ze van vaak maar 1 product afhankelijk zijn, is het natuurlijk ongunstig als de prijs van dat product minder wordt 8. Protectie door westerse landen = kapitaalgoederen maakt men liever zelf en worden dus niet Pagina 5 van 7
6 geïmporteerd 9. De afhankelijkheid van geldstromen uit westerse landen = hulp ontmoedigt het eigen initiatief 10. Centrum-periferietheorie = rijke landen staan in het centrum van de wereldeconomie en de arme landen aan de rand (de periferie). Het centrum buit deze perifere landen uit. Hoofdstuk 29. Schuldenlast en ontwikkelingssamenwerking Lopende rekening + financiële rekening + verandering van de voorraad buitenlandse betalingsmiddelen = hoofdstuk 20! Oorzaken tekorten op de lopende rekening: Eenzijdigheid van het exportpakket Marktpositie van industriële producten en grondstoffen Ontoegankelijkheid van westerse markten Ruilvoetveranderingen Beperkte mogelijkheden tot importverlaging Debt service ratio = Jaarlijks te betalen rente en aflossing op buitenlandse schuld x 100% Jaarlijkse waarde van de export -> laat zien of een land in staat is de schuld terug te betalen IMF = verleent leningen om tekorten op de betalingsbalans op te vangen Wereldbank = verstrekt leningen aan regeringen van ontwikkelingslanden voor projecten die de economische ontwikkeling bevorderen. VN = aandacht voor landbouwontwikkeling en scholing WTO = bevordert een vrije wereldhandel dmv het afschaffen van protectionistische maatregelen Grondstoffenovereenkomsten = afspraken over regelmatige aanvoer van grondstoffen tegen stabiele prijzen Buffervoorraden = voorraden bij een goede oogst Ontwikkelingshulp = iedere vorm van economische samenwerking tussen industriële landen en ontwikkelingslanden om de ontwikkeling van laatstgenoemde landen te bevorderen 3 motieven om ontwikkelingshulp te verlenen * Ethische motieven = verbeteren bestaan en het verschil tussen rijk en arm te verkleinen * Economische motieven = exportbevordering * Politieke motieven 3 soorten ontwikkelingshulp * Technische hulp = het ter beschikking stellen van deskundigheid en kennis * Voedselhulp = om acute hongersnoden te bestrijden * Financiële hulp = schenkingen en leningen op zachte voorwaarden. Pagina 6 van 7
7 Bilaterale hulp = wanneer overeenkomsten worden gesloten tussen de overheden van twee landen zonder tussenkomst van internationale organisaties als de wereldbank of de VN gebonden hulp-> Multilaterale hulp = wanneer internationale instellingen bij de hulpovereenkomsten zijn betrokken ( als ze zelf ook mogen bepalen wat er met de hulp gebeurt) -> ongebonden hulp Concentratielanden = zijn zó arm, dat er behoefte is aan zowel financiële hulp als technische hulp Pagina 7 van 7
Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen
Hoofdstuk 5: Internationale betrekkingen Economie VWO 2011/2012 www.lyceo.nl H5: Internationale betrekkingen Economie 1. Inkomen 2. Consument 3. Producenten 4. Markt en Overheid 5. Internationale betrekkingen
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale Handel
Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 1611 woorden 9 september 2001 6,5 169 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel Hoofdstuk 1 Nederland is erg
Nadere informatieInnovatie, modernisering, goede scholing - een land levert dan goede kwaliteit. Afnemers; goede verhouding prijs en kwaliteit
Samenvatting door een scholier 1633 woorden 8 juni 2007 6,5 4 keer beoordeeld Vak Economie Economie Internationale Handel. Hoofdstuk 1 Nederland handelsland. Nederland afhankelijk van handel omdat het
Nadere informatie1. natuurlijke omstandigheden. 2. loonkosten. 3. infrastructuur
Samenvatting door een scholier 1067 woorden 13 juli 2001 4 44 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting:Internationale Handel Hoofdstuk 1: ****Nederland Handelsland**** 1.1 Export/Import: de waarde van
Nadere informatie7,8. Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april keer beoordeeld
Samenvatting door een scholier 1939 woorden 26 april 2005 7,8 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 5 Internationale handel: Als mensen van het ene land goederen of diensten kopen in
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 3, Economische Integratie Samenvatting door een scholier 2379 woorden 23 maart 2004 5,4 20 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 3 Economische Integratie
Nadere informatieDe groei van de wereldeconomie wordt gemeten aan de hand van de groei van de nationale productie van alle landen in de wereld
Samenvatting door een scholier 1909 woorden 17 april 2007 4,8 30 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Import: goederen uit het buitenland kopen Export: producten aan het buitenland verkopen Uitvoersaldo:
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale Handel
Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 2653 woorden 21 januari 2002 7 392 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel Hoofdstuk 1 Nederland Handelsland Er is
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 10 Een klein binnenland, een groot buitenland
Samenvatting Economie Hoofdstuk 10 Een klein binnenland, een groot buitenland Paragraaf 1 Karakteristieken van het internationale handels- en betalingsverkeer Nederland heeft een relatief open economie.
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 20
Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 20 Samenvatting door een scholier 3435 woorden 29 januari 2010 5,9 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie H 17: inflatie. 17.1: soorten inflatie.
Nadere informatie6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE
Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari 2011 6,3 17 keer beoordeeld Vak Economie ECONOMIE Lesbrief Globalisering INFLATIE Soort Oorzaken OPLOSSINGEN Vraag Bestedingsinflatie Door de oplevende
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Internationale handel
Samenvatting Economie Lesbrief Internationale handel Samenvatting door een scholier 1819 woorden 4 mei 2004 8,2 97 keer beoordeeld Vak Economie INTERNATIONALE HANDEL COMPLETE SAMENVATTING: H 1 T/M 3 Hoofdstuk
Nadere informatieHoofdstuk 1: Waar produceren
Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het buitenland, importeert & exporteert veel Er is meer keuze aan goederen of diensten dan in een gesloten economie Concurrentiepositie
Nadere informatieInternationale handel H7 1. Internationale handel. Waarom importeren: 25-2-2013. Waar komt het vandaan?
Internationale handel H7 1 Waar komt het vandaan? Economie voor het vmbo (tot 8,35 m.) Internationale handel Importeren = invoeren (betalen) Exporteren = uitvoeren (verdienen) Waarom importeren: Meer keuze
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale handel
Samenvatting Economie Internationale handel Samenvatting door een scholier 1484 woorden 7 oktober 2003 5,5 44 keer beoordeeld Vak Economie Lesbrief Internationale handel HS 1 Nederland handelsland Par.
Nadere informatieLoonkosten per product omhoog - Prijzen omhoog - Internationale concurrentiepositie omlaag
Samenvatting Economie Europa Samenvatting door S. 1608 woorden 27 maart 2017 7,5 27 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren Open economie - Een land handeld veel met het
Nadere informatieHandel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8
betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste
Nadere informatie6,8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je. Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei keer beoordeeld. Checklists Thema 8.
Antwoorden door een scholier 3896 woorden 16 mei 2003 6,8 37 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode Checklists Thema 8. Als je de stof van 37.1 beheerst, kun je 1. het verschil uitleggen tussen een
Nadere informatie6,3. Samenvatting hoofdstuk 9 Een klein binnenland, een groot buitenland.
Samenvatting door een scholier 1415 woorden 9 juni 2003 6,3 24 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting hoofdstuk 9 Een klein binnenland, een groot buitenland. Par 1. - Nederland afhankelijk ontwikkelingen
Nadere informatieEUROPESE SAMENWERKING
ECONOMIE EUROPESE SAMENWERKING HOOFDSTUK 1: HET BUITENLAND 1.1 OVER DE GRENS Bij uitvoer oefent het buitenland vraag uit naar Nederlandse producten. Tegenover goederen- en dienstenstromen staan geldstromen.
Nadere informatieAntwoorden Economie Handel
Antwoorden Economie Handel Antwoorden door een scholier 973 woorden 14 april 2004 4,8 61 keer beoordeeld Vak Economie Begrippen: Open Economie: Bijvoorbeeld: Nederland exporteert veel goederen en diensten
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens?
Samenvatting Economie Hoofdstuk 8 Over de grens? 8.1 Waarom handel met het buitenland? Importeren = het kopen van goederen en diensten uit het buitenland. Waarom? -Goedkoper of van betere kwaliteit -Bepaalde
Nadere informatieLesbrief Buitenland 2
Lesbrief Buitenland 2 Hoofdstuk 1 Internationale handel 1.1 Uitvoer en invoer Invoervolume ( = importvolume): Uitvoervolume (= exportvolume): de hoeveelheid goederen en / of diensten gekocht uit het buitenland
Nadere informatiewisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?
wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590? 1,3644 * 590 = $805 2300 is dan 1,3644 * 2300 =$3138,12 Hoeveel euro is $789? 1,3644 dollar = 1 euro $789 / 1,3644 =578,28 euro Bereken
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 7/8 kern
Samenvatting Economie Hoofdstuk 7/8 kern Samenvatting door een scholier 1492 woorden 20 januari 2004 8 13 keer beoordeeld Vak Economie 7.1 Overheid in Enge zin: Overheid in Den Haag (Rijk) Overheid in
Nadere informatieToetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase
Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase Opgave 1 Sinds 1 juni 1998 maakt De Nederlandsche Bank (DNB) samen met de centrale banken van andere
Nadere informatieValutamarkt. fransetman.nl
euro in dollar wisselkoers Wisselkoers (ontstaat op valutamarkt) Waarde van een munt uitgedrukt in een andere munt Waardoor kan de vraag naar en het aanbod van veranderen? De wisselkoers van de euro in
Nadere informatieValutamarkt. De euro op koers. Havo Economie 2010-2011 VERS
Valutamarkt De euro op koers Havo Economie 2010-2011 VERS 2 Hoofdstuk 1 : Inleiding Opdracht 1 a. Dirham b. Internet c. Duitsland - Ierland - Nederland - Griekenland - Finland - Luxemburg - Oostenrijk
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland
Samenvatting Economie Module 4 Nederland en buitenland Samenvatting door een scholier 2095 woorden 5 oktober 2004 6,5 27 keer beoordeeld Vak Economie Samenvatting Economie De welvaart neemt toe door internationale
Nadere informatieSamenvatting Economie Internationale Handel
Samenvatting Economie Internationale Handel Samenvatting door een scholier 3059 woorden 10 juni 2004 6,4 124 keer beoordeeld Vak Economie 1.1 Introductie Bij export en import praten we over de waarde van
Nadere informatiewe noemen een munt convertibel indien deze bij banken inwisselbaar is. (bijv. de Roebel is niet convertibel; wordt door banken niet geaccepteerd).
Dome D Nederlandse betalgsbalans Open economie / gesloten economie: Open economie: veel handel (export en import) met het benland. (bij een open economie zijn de exportquote en importquote groot). Bijvoorbeeld
Nadere informatieEindtermen VWO. Domein E. Wisselkoersen
Eindterm VWO Domein E Wisselkoers Domein E Wisselkoers Eindterm 19: e valuta (van e bepaald land): De vraag naar e valuta wordt bepaald door: a) Export op de lopde reking (van de betalingsbalans) Het buitland
Nadere informatieSamenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april keer beoordeeld. Samenvatting economie Buitenland 2
Samenvatting door een scholier 3593 woorden 4 april 2011 6 4 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting economie Buitenland 2 Hoofdstuk 1 Internationale handel: - Nederland is erg afhankelijk
Nadere informatie= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.
1 De wisselmarkt 1.1 Begrip Wisselkoers = de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. bv: prijs van 1 USD = 0,7
Nadere informatieWerkstuk Economie De betalingsbalans
Werkstuk Economie De betalingsbalans Werkstuk door een scholier 3561 woorden 7 januari 2005 6,3 38 keer beoordeeld Vak Economie De Betalingsbalans 1. Inhoudsopgave 2. Wat is de betalingsbalans en door
Nadere informatieAls de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.
Top 100 vragen. De antwoorden! 1 Als de lonen stijgen, stijgen de productiekosten. De producent rekent de hogere productiekosten door in de eindprijs. Daardoor daalt de vraag naar producten. De productie
Nadere informatieInhoud. 1 Inleiding. Markt of overheid. 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2
Inhoud 1 Inleiding 1 wat is economie? 11 Productiefactoren 11 Schaarste en welvaart 12 2 modellen 12 2 Markt of overheid 1 de vraag 14 Prijzen en gevraagde hoeveelheid 14 D De vraagfunctie 14 D Verschuiving
Nadere informatie1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren.
Samenvatting door een scholier 3866 woorden 28 november 2007 7,2 38 keer beoordeeld Vak Economie Internationale handel: Hoofdstuk 1: 1. De oorzaken van internationale arbeidsverdeling beschrijven en verklaren.
Nadere informatieModule 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging
Module 8 havo 5 Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. laagconjunctuur Reëel binnenlands product groeit
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk
Samenvatting Economie Hoofdstuk 21 22 23 Samenvatting door E. 2523 woorden 12 juli 2013 5,7 10 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie hoofdstuk 21 22 23 Havo 4 en 5 Hoofdstuk 21: Conjuctuur
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie Woensdag 9 maart 2016 B / 9 2015 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (21
Nadere informatieDe armoedegrens is het bedrag dat minimaal nodig is om menswaardig te kunnen leven.
Samenvatting door Yanoe 2582 woorden 5 juli 2017 1 1 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Hoofdstuk 1 De armoedegrens is het bedrag dat minimaal nodig is om menswaardig te kunnen leven. Het gebruik
Nadere informatie6,4. Samenvatting door een scholier 1622 woorden 13 april keer beoordeeld. Praktische economie
Samenvatting door een scholier 1622 woorden 13 april 2004 6,4 26 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie MODULE 5 Hoofdstuk 1 Par. 1 Door de waarde van de in-en uitvoer te delen door het
Nadere informatieLandenanalyse H4. Week 1 Landenrisico
Landenanalyse H4 Week 1 Landenrisico Risico s en problemen die verbonden zijn met het exporteren naar het buitenland - Importbelemmeringen (als bijvoorbeeld de handelsbalans een groot tekort vertoont)
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 6
Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 Samenvatting door een scholier 2139 woorden 16 oktober 2005 7,4 25 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Paragraaf 1 Micro-economie: als we de productie door 1
Nadere informatieVroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding / ruilverhouding te schatten.
Samenvatting door een scholier 1593 woorden 27 juni 2003 4,4 11 keer beoordeeld Vak Economie Leerstof Economie 1: Hoofdstuk 4: Vroeger: directe ruil goederen tegen goederen, nadeel: moeilijk waardeverhouding
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 23
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 23 Samenvatting door een scholier 1247 woorden 24 maart 2004 4,6 28 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hoofdstuk 1 - Productiefactoren: - arbeid loon - natuur
Nadere informatieSamenvatting Economie Wereldeconomie
Samenvatting Economie Wereldeconomie Samenvatting door C. 2843 woorden 29 mei 2016 7,1 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Samenvatting Economie Wereldeconomie H.1 Een wereld van verschillen *BBP
Nadere informatieH2: Economisch denken
H2: Economisch denken 1 : Produceren Produceren: Het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van de productiefactoren door bedrijven en de overheid. Alleen bedrijven en de overheid kunnen produceren
Nadere informatie2 De goederen en pakketjes worden daar overgeladen om snel op de eindbestemming afgeleverd te kunnen worden.
Hoofdstuk 8 Over economische grenzen Intro Exportmedewerker 1 Bijvoorbeeld: - Goede beheersing van het Engels - Goede communicatieve vaardigheden - Goed met mensen kunnen omgaan - Goed in een team kunnen
Nadere informatieDeze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER 2015 15.15-16.45 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat
Nadere informatieExamen HAVO. Economie 1
Economie 1 Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 21 juni 13.30 16.00 uur 20 00 Dit examen bestaat uit 31 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een goed
Nadere informatiePraktische opdracht Engels De Betalingsbalans
Praktische opdracht Engels De Betalingsbalans Praktische-opdracht door een scholier 3615 woorden 27 juni 2004 6,4 17 keer beoordeeld Vak Engels 1. Inhoudsopgave 2. Inleiding 3. Wat is de betalingsbalans
Nadere informatie5,8. Samenvatting door een scholier 1415 woorden 17 augustus keer beoordeeld. Hoofdstuk 1
Samenvatting door een scholier 1415 woorden 17 augustus 2006 5,8 28 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Consumeren->omgangstaal = gebruiken, verbruiken -> Economie = kopen aanschaffen van goederen
Nadere informatieDomein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)
1) Geef de omschrijving van trendmatige groei. 2) Wat houdt conjunctuurgolf in? 3) Noem 5 conjunctuurindicatoren. 4) Leg uit waarom bij hoogconjunctuur de bedrijfswinsten zullen stijgen. 5) Leg uit waarom
Nadere informatieLever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.
SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 9 MAART 2016 08.45-10.15 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle
Nadere informatie1 De onderneming en algemene economie 15
Inhoud Inleiding 11 1 De onderneming en algemene economie 15 1.1 Economisch handelen en algemene economie 16 1.2 Bedrijfsomgeving en algemene economie 19 1.3 Absolute en relatieve gegevens 24 Samenvatting
Nadere informatieHoofdstuk 24 Valutamarkt
Hoofdstuk 24 Valutamarkt Open vragen 24.1 Een valutahandelaar van een bank die in dollars handelt, krijgt op een gegeven moment de volgende gegevens op zijn beeldscherm (we gaan ervan uit dat het verschil
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief Europa Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5
Samenvatting Economie Lesbrief Europa Hoofdstuk 1, 2, 3, 4 en 5 7,1 Samenvatting door Naomi 3970 woorden 15 keer beoordeeld 9 april 2017 Vak Economie Methode LWEO Hoofdstuk 1: Waar produceren? 1.1 Oost-Europeanen
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)
Nadere informatieSamenvatting Economie Toetsweek 2
Samenvatting Economie Toetsweek 2 Samenvatting door E. 1301 woorden 3 december 2016 10 1 keer beoordeeld Vak Economie VERKOOPWAARDE 2000 INKOOPWAARDE: (INTERMEDIAIR VERBRUIK) GRONDSTOFFEN 1100 DIENSTEN
Nadere informatieSamenvatting Economie Lesbrief De Wereld
Samenvatting Economie Lesbrief De Wereld Samenvatting door een scholier 2534 woorden 7 april 2004 7,4 54 keer beoordeeld Vak Economie Economie Samenvatting DE WERELD (Lesbrief LWEO) Hoofdstuk 1: Globalisering
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER 2016 15.30-17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie vrijdag 16 december 2016 B / 12 2016 NGO-ENS B / 12 Opgave
Nadere informatie6,7. Samenvatting door een scholier 2242 woorden 16 november keer beoordeeld. Economie - Percent
Samenvatting door een scholier 2242 woorden 16 november 2010 6,7 3 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Economie - Percent H.11 moderne productie wordt gekenmerkt door arbeidsverdeling/specialisatie.
Nadere informatie7,9. Samenvatting door E woorden 21 april keer beoordeeld. 1.Waar produceren? Kennen:
Samenvatting door E. 3688 woorden 21 april 2014 7,9 44 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO 1.Waar produceren? Arbeidsmigratie: Werknemers verhuizen naar plaatsen waar werk is. Dat kan binnen een
Nadere informatieInternationale wegen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.
Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 19 September 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/73828 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet.
Nadere informatieH1: Economie gaat over..
H1: Economie gaat over.. 1: Belangen Geld is voor de economie een smeermiddel, door het gebruik van geld kunnen we handelen, sparen en goederen prijzen. Belangengroep Belang = Ze komen op voor belangen
Nadere informatieWelvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?
1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten? 3) Wat zijn negatief externe effecten? 4) Waarom is deze maatstaf niet goed genoeg? Licht toe. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatieEindexamen economie vwo II
Beoordelingsmodel Opmerking Algemene regel 3.6 is ook van toepassing als gevraagd wordt een gegeven antwoord toe te lichten, te beschrijven en dergelijke. Opgave 1 1 maximumscore 2 Voorbeelden van een
Nadere informatieoefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4
oefentoets 3 e periode 0910 vier opgaven pagina 1 van 4 Opgave 1 valutamarkt Groot-Brittannië behoort niet tot de Economische Monetaire Unie (EMU). Het Britse pond ( ) is op de valutamarkt nog een zelfstandig
Nadere informatieSamenvatting Economie H1: Beschrijvende economie
Samenvatting Econ H1: Beschrijvende econ Samenvatting door een scholier 1399 woorden 11 mei 2003 6 10 keer beoordeeld Vak Econ ECONOMIE HOOFSTUK 1: BESCHRIJVENDE ECONOMIE 1.1 Econ is overal Privatisering:
Nadere informatieBegrippenlijst betalingsbalans (met antwoorden) pagina 1 van 8
Begrippenlijst betalingsbalans (met antwoorden) pagina 1 van 8 A Betalingsbalans De betalingsbalans registreert het betalingsverkeer tussen een land en het buitenland. Dit betalingsverkeer wordt vooral
Nadere informatieSamenvatting Economie Europa en Conjunctuur
Samenvatting Economie Europa en Conjunctuur Samenvatting door K. 9041 woorden 25 maart 2014 8,1 24 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO Europa hoofdstuk 1 Voordelen arbeidsmigratie van Nederlandse
Nadere informatieEconomische conjunctuur
Economische conjunctuur hoogconjunctuur Reëel binnenlands product groeit procentueel sterker dan gemiddeld. Ontstaat door veel vraag naar producten Trend (Gemiddelde groei over groot aantal jaren) laagconjunctuur
Nadere informatieEindexamen economie 1 havo 2000-I
Opgave 1 Meer mensen aan de slag Het terugdringen van de werkloosheid is in veel landen een belangrijke doelstelling van de overheid. Om dat doel te bereiken, streeft de overheid meestal naar groei van
Nadere informatieCorrectiemodel. SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER UUR. Belangrijke informatie
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE WOENSDAG 16 DECEMBER 2015 15.15-16.45 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Algemene economie B / 10 2015 NGO-ENS B / 10 Opgave
Nadere informatieEindexamen economie havo I
Opgave 1 Verdienen ministers te weinig? Een commissie stelt dat een minister meer zou moeten verdienen dan zijn topambtenaren. Uit onderzoek van de commissie blijkt echter dat in 2005 het salaris van een
Nadere informatie5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1
Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari 2016 5,7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode H4 4.1 Mensen hebben verschillende motieven om te werken. Behalve om geld te verdienen, werken
Nadere informatieModule 16: docentenhandleiding. Experimenteel lesprogramma nieuwe economie
Module 16: docentenhandleiding Experimenteel lesprogramma nieuwe economie Verantwoording 2010 Stichting leerplanontwikkeling (SLO), Enschede Het auteursrecht op de modules voor Economie berust bij SLO.
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23
Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23 Samenvatting door H. 1617 woorden 18 november 2012 6,5 9 keer beoordeeld Vak Methode Economie Percent Hfd 17 Het Bruto Binnenlands Product (blz 24 & 25) 17.1 Een
Nadere informatieSamenvatting Economie Hoofdstuk 2
Samenvatting Economie Hoofdstuk 2 Samenvatting door een scholier 1990 woorden 6 december 2010 3,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Economie In balans 2.1 produceren Produceren: het maken van goederen en het
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART UUR 13:00 UUR. Belangrijke informatie
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECOMONIE MAANDAG 2 MAART 2015 11.30 UUR 13:00 UUR Belangrijke informatie SPD Bedrijfsadministratie Algemene ecomonie Maandag 2 maart 2015 B / 9 2015 Stichting
Nadere informatieSamenvatting Economie Module 6
Samenvatting Economie Module 6 Samenvatting door een scholier 2955 woorden 20 januari 2004 7,9 40 keer beoordeeld Vak Methode Economie Praktische economie Hoofdstuk 1 Paragraaf 1 Bankbiljetten, munten
Nadere informatieInvoerheffingen en exportsubsidies zijn tarifaire maatregelen. De andere maatregelen zijn non-tarifair.
Samenvatting door een scholier 4754 woorden 13 april 2004 7,6 61 keer beoordeeld Vak Economie H1 Internationale Samenwerking Er vindt internationale handel plaats omdat landen sommige producten niet zelf
Nadere informatieEindexamen economie 1-2 havo 2000-II
Opgave 1 Uit een krant: Uitzendbranche blijft groeien Uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat de uitzendbranche in het eerste kwartaal van 1998 flink is gegroeid. In vergelijking
Nadere informatieEindexamen economie havo II
Opgave 1 Buitenland en overheid in de kringloop In de economische wetenschap wordt gebruikgemaakt van modellen. Een kringloopschema is een model waarmee een vereenvoudigd beeld van de economie van een
Nadere informatieSamenvatting Economie De wereld
Samenvatting Economie De wereld Samenvatting door een scholier 2459 woorden 21 februari 2006 3,9 21 keer beoordeeld Vak Methode Economie LWEO DE WERELD Hoofdstuk 1 Globalisering leidt in het algemeen tot
Nadere informatieANTWOORDEN HOOFDSTUK 5
ANTWOORDEN EINDTOETS HOOFDSTUK 5 RONDKOMEN ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5 TOETS 1 RONDKOMEN 1 Prioriteiten stellen. 2 B 3 2,55 + 2,80 = 5,35 4 52 27 : 12 + 95 : 2 + 40,50 : 3 + 25 = 203. 5 A 3; B 4; C 2; D 1.
Nadere informatieSPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI UUR UUR
SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE 22 JUNI 2015 14.45 UUR 16.15 UUR SPD Bedrijfsadministratie Algemene Economie 22 juni 2015 B / 11 2015 NGO - ENS B / 11 Opgave 1 (21 punten) Vraag
Nadere informatieHOOFDSTUK 19: OEFENINGEN
1 HOOFDSTUK 19: OEFENINGEN 1. Op de beurs van New York worden de volgende koersen genoteerd : 100 JPY = 0,8 USD ; 1 GBP = 1,75 USD en 1 euro = 0,9273 USD. In Tokyo is de notering 1 USD = 140 JPY. In Londen
Nadere informatiePraktische opdracht Economie Euro
Praktische opdracht Economie Euro Praktische-opdracht door een scholier 1619 woorden 17 februari 2003 6,7 12 keer beoordeeld Vak Economie 1 Onderzoeksvraag. Mijn onderzoeksvraag is: Wat zijn de voor- en
Nadere informatieExamen HAVO. economie. tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur. Bij dit examen hoort een bijlage.
Examen HAVO 2010 tijdvak 2 woensdag 23 juni 13.30-16.00 uur economie tevens oud programma economie 1,2 Bij dit examen hoort een bijlage. Dit examen bestaat uit 27 vragen. Voor dit examen zijn maximaal
Nadere informatieDomein Goede Tijden, Slechte Tijden
Domein Goede Tijden, Slechte Tijden Zie steeds de eenvoud!! vwo Frans Etman Hoog- of laagconjunctuur Het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS) heeft 2 filmpjes gemaakt over de indicatoren van de economie.
Nadere informatieBruto binnenlands product
Bruto binnenlands product Binnenlands = nationaal Productie bedrijven Individuele goederen Omzet Inkoop van grond- en hulpstoffen - Bruto toegevoegde waarde Afschrijvingen- Netto toegevoegde waarde = Beloningen
Nadere informatieSlechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!
Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.
Nadere informatie