Aanbevelingen. Behandeling van Epitheliale Borderline Tumoren van het Ovarium. Amin Philip MAKAR, MD, Ph.D.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Aanbevelingen. Behandeling van Epitheliale Borderline Tumoren van het Ovarium. Amin Philip MAKAR, MD, Ph.D."

Transcriptie

1 Aanbevelingen bij de Behandeling van Epitheliale Borderline Tumoren van het Ovarium Amin Philip MAKAR, MD, Ph.D. & Vlaamse Werkgroep Oncologische Gynaecologie: Amant F, Berteloot P, de Jonge E, De Rop C, De Sutter Ph, Makar A, Van Ginderachter J. (Voorzitter) Deze VVOG-consensus beschrijft een niveau van zorg te verlenen door een gynaecoloog in gemiddelde omstandigheden. Een gynaecoloog kan hiervan geargumenteerd afwijken wanneer concrete omstandigheden dat noodzakelijk maken. Dat kan onder meer het geval zijn wanneer een gynaecoloog moet tegemoet komen aan de objectieve noden en/of subjectieve behoeften van een individuele patiënte. Beleid op instellingsniveau kan er incidenteel toe leiden dat (volledige) lokale toepassing volgens de beschrijving in deze aanbeveling niet mogelijk is

2 Synoniemen voor een borderline tumor: : "tumor of low malignant potential", "atypically proliferating tumor". Definitie Historiek: In 1929 werden de epitheliale ovariële tumoren met pathologische kenmerken en een biologisch gedrag die intermediair zijn tussen benigne en maligne erkend als een aparte entiteit. Taylor noemde deze tumoren semimaligne (1). In de loop van de jaren werden verschillende synoniemen gebruikt ter beschrijving van deze tumoren en in 1971 werden zij door de FIGO carcinoma of low malignant potential genoemd. In 1973 werd door de WHO de terminologie: borderline tumoren van het ovarium aanvaard (2). De studies van Hart en Norris (3)en Scully (4) hebben de hoeksteen voor de pathologische definitie van deze tumoren gelegd. Het betreft een epitheliale cellulaire proliferatie met stratificatie, multi-layering, mitotitische activiteit en cytonucleaire atypieën maar zonder stromale invasie. In de Amerikaanse literatuur spreekt men bij sereuse tumoren soms over micro-invasieve tumoren. Dit zijn tumoren met een of meerdere invasieve haardjes die een maximale oppervlakte van 10mm2 hebben. Deze tumoren zouden zich gedragen als borderline tumoren (5).

3 Verschillen met invasieve tumoren: Er zijn wezenlijke verschillen tussen borderline en tussen invasieve epitheliale tumoren oa in de volgende aspecten: etiologie, epidemiologie, correlatie met CA 125 serum waarde, pathologische presentatie en respons op chemotherapie. In tegenstelling tot invasieve tumoren worden borderline tumoren bijna in 90% van de gevallen gediagnosticeerd in stadium I. De prognose van borderline tumoren is uitstekend en de vijf jaars overleving bedraagt meer dan 90%. (6-9) In tegenstelling met invasieve epitheliale carcinomen is er geen duidelijk nut voor postoperatieve chemo- of radiotherapie bij borderline tumoren (7). De misvatting van deze wezenlijke verschillen tussen borderline en invasieve tumoren leidt vaak tot een overbehandeling van patiënten met borderline tumoren zowel op chirurgisch als op farmacologisch vlak (7-9). Incidentie: De incidentie van ovariumcarcinoom in West-Europa varieert tussen 14-19/ vrouwen per jaar. De incidentie van borderline tumoren bedraagt ongeveer 15% van alle epitheliale ovariumcarcinoma s (5,6). De gemiddelde leeftijd voor een patiënte met een borderline tumor is 45 jaar. Dit is 10 jaar jonger dan voor invasieve tumoren. Ongeveer 27% van de gevallen vinden plaats bij vrouwen in de reproductieve leeftijd (<40 jaar). Bij >80% van de gevallen blijft het tumoraal proces beperkt tot een of beide ovaria (stadium I). Regionale of intraabdominale metastasering vindt plaats bij slechts 10%. Dit is in tegenstelling met invasieve tumoren waar intra-abdominale spreiding zich voordoet bij>75% van patiënten (6,9).

4 Etiologie en screening: In tegenstelling tot invasieve epitheliale tumoren behoren de borderline tumoren niet tot de erfelijke tumoren. Er bestaat dus geen indicatie voor screening (5). Zoals bij invasieve ovariële tumoren vermindert de inname van orale contraceptie (OC) het relatief risiko op borderline tumoren. (RR: CI: ). Dit beschermend effekt is blijvend na het stoppen van OC. De duur van bescherming is in directe correlatie met de duur van de inname van OC(7). Subfertiliteit of de behandeling ervan is op dit ogenblik geen bewezen risicofactor. Symptomen: Er zijn geen specifieke klachten. De diagnose wordt vaak toevallig gesteld tijdens een gynaecologisch of echografisch onderzoek. Intermittente pijn tgv torsie van een ovariële massa is minder frequent en kan ook gebeuren tijdens de zwangerschap. Borderline tumoren kunnen een behoorlijke grootte bereiken. Dit kan aanleiding geven tot een drukgevoel op de blaas met bijkomende mictie- of vage abdominale klachten (5) Presentatie: klinisch, radiologisch en serum CA 125 waarde: Transvaginale/abdominale echografie toont vaak een uniloculaire, soms een multiloculaire ovariële cystische massa met of zonder wandvegetaties. Ascites is vaak afwezig. Mucineuse tumoren kunnen een behoorlijke grootte halen met een diameter van >20-30 cm die zelfs kan vastgesteld worden bij abdominale palpatie. De kans op bilateraliteit is groter bij sereuse tumoren (tot 40%; < 10% voor de mucineuze)

5 Serum CA 125 kan pre-operatief verhoogd zijn (80%) (10). Toch blijft de absolute CA 125 waarde echter veel lager dan bij invasieve tumoren (10). CA 19.9 is ook vaak verhoogd bij mucineuse borderline tumoren (57%) (11).

6 Histopathologie I. Sereuse borderline tumoren (SBT): Sereuse borderline tumoren komen het meest voor en vertegenwoordigen ongeveer 55% van de borderline tumoren (12). Deze tumoren hebben een cystisch uitzicht met aanwezigheid van intra- en extra-cystische papillaire vormingen. In tegenstelling met invasieve tumoren betekenen deze extracystische vormingen (vegetaties) geen verhoogd risico op microscopische extraovariële spreiding of een minder gunstige prognose. Microscopisch zijn er vertakte papillen met vorming van primaire, secundaire en tertiaire papillen, bekleed door sereus epitheel met geringe tot matige atypie; een enkele keer wordt ook focaal mucineus epitheel gezien. In tegenstelling met invasieve sereuse tumoren worden psammoma lichamen minder frequent aangetroffen en er zijn geen zones van necrose of bloedingen. Er is geen stromale invasie en de invaginatie van het epitheel dient onderscheiden te worden van een echte invasieve groei (13,14). De kans op bilateraliteit is hoog en bedraagt 30-40%. Ongeveer 67% van de gevallen zijn in stadium I. De prognose van deze patiënten is zeer gunstig en de 10 jaar overleving is >97%. Bij 20-35% van de gevallen worden extra-ovariële implanten vastgesteld thv de buikholte, omentum en zelfs thv de retroperitoneale lymfeklieren. Het is belangrijk te weten dat het onderscheid tussen een sereuse borderline tumor en een invasief sereus carcinoom berust op het aantonen van invasieve groei in de primaire tumor en niet in de serosale implanten. De extra-ovariële implanten vormen vaak een diagnostische dilemma. Microscopisch dient een onderscheid gemaakt te worden tussen niet-invasieve versus invasieve implanten. De prognose is gunstig bij niet-invasieve implanten en spontane regressie van dergelijke implanten na het verwijderen van de primaire tumor is beschreven. De prognose is minder gunstig bij aanwezigheid van invasieve extra-ovariële implanten. Afhankelijk van het invasief karakter van deze extra-ovariële

7 implanten varieert de 10 jaar overleving van stadium III tussen 0-50% (12). Deze peritoneale letsels (invasieve als niet-invasieve) benadrukken nood tot formele chirurgische stadiëring. Invasieve implanten dienen op hun beurt onderscheiden te worden van goedaardige epitheliale aandoeningen zoals epitheliale mesotheelinclusies en endosalpingosis (tgv Mulleriaanse differentiatie). Endosalpingosis is een benigne fenomeen waarbij ronde kleine, soms papillaire structuren, afgelijnd door een tubair type epitheel vastgesteld wordt thv het peritoneum of thv de retroperitoneale lymfeklieren. Multiple biopsies van de extraovariële implanten zijn daarom noodzakelijk voor een correcte pathologische diagnose (13,14). II. Mucineuse borderline tumoren (MBT): Mucineuse borderline tumoren vertegenwoordigen 40% van alle borderline tumoren en 25% van alle mucineuze tumoren van het ovarium (12). Macroscopisch betreft het een cystische massa, multi of uniloculair, met vaak een glad cavum en mucineuse inhoud met eventueel aanwezigheid van papillaire groei. Een mucineuse tumor kan zeer volumineus zijn. Extra ovariële metastasen zijn zelden beschreven. De aanwezigheid van celarm slijm (pseudomyxoma peritoneii) bevindt zich bij 10-15% van deze gevallen thv het peritoneum of het omentum. Het komt enkel voor bij mucineuse borderline tumoren van het intestinale type en heeft geen verband met pre-of peroperatieve kapselruptuur. Mogelijk gaat het pseudomyxoma peritonei uit van mucocoele van het appendix. In dat geval is de appendix de primaire tumor en kunnen er metastatische letsels op de ovaria ontstaan (13,15). Microscopisch zijn de cysten bekleed met mucineus epitheel met stratificatie tot maximum 4 celrijen met geringe tot matige kernatypie en toegenomen mitotische activiteit. Er is geen invasieve groei. Mucineuse borderline tumoren worden verdeeld in 2 types volgens hun embryologische origine (intestinaal en

8 endocervicaal type). Enkel het intestinaal type kan gepaard gaan met pseudomyxoma peritoneii. Het onderscheid tussen mucineus borderline en graad 1 invasief mucineus carcinoom kan moeilijk zijn vooral tijdens de vriescoupe. Een differentiaal diagnose met een metastase van een hoog gedifferentieerd mucineus carcinoom vanuit de gastrointestinale tractus kan ook moeilijk zijn. Gezien de heterogeniciteit, die vooral bij mucineuse tumoren gezien wordt, moet per cm diameter tenminste 1 coupe onderzocht worden (13,15). ). Deze gegevens wijzen er dan ook op dat het vriescoupe onderzoek een beperkte waarde heeft bij de beoordeling van het borderline carcinoom. Meer dan 85% van de mucineuse borderline tumoren zijn in stadium I (67% bij de sereuse types) en de 10 jaar overleving is uitstekend >97% (9,12). Extra-ovariële implanten zijn zelden beschreven bij mucineuse borderline tumoren en voornamelijk bij MBT van het endocervicale type. Pseudomyxoma peritoneii doet zich voor bij 10-15% van deze tumoren. Het impact van pseudo myxoma op de overleving is onduidelijk en de behandeling is hoofdzakelijk heelkundig, ook bij recidieven. Appendectomie is aanbevolen gezien de hoge incidentie van bijkomende primaire mucineuse tumoren van de appendix. Andere pathologische criteria: DNA tumor inhoud: In verschillende studies met groot aantal patiënten met borderline tumoren werd aangetoond dat DNA -ploidie de meest significante prognostische factor is voor een lange termijnsoverleving. Aneuploide tumoren werden geassocieerd met een ongunstige prognose (12). Hormonale receptor status: In tegenstelling met invasieve tumoren zijn de oestrogen- en/of de progesteron- receptoren zeer vaak positief bij borderline tumoren. Toch is postoperatieve hormonale therapie niet vaak getest in een studieprotocol

9 Stadiëring en fertiliteitssparende chirurgie: Stadiëring gebeurt volgens dezelfde richtlijnen voor de invasieve ovariële tumoren (9). De pathologische classificatie gebeurt conform FIGO Volgens de literatuur: bevinden > 3/4 van deze tumoren zich in stadium I en ¼ in stadium II-IV. Dit is in tegenstelling met invasieve tumoren van het ovarium (9,16,17). Bovendien vinden borderline tumoren plaats in 1/3 van de gevallen bij vrouwen <40 jaar en vaak met onvoldane kinderwens. Indien gewenst is fertiliteits-sparende chirurgie een veilige procedure mits correcte chirurgische stadiëring. Omentectomie is noodzakelijk, vooral bij sereuse tumoren gezien 50% van de recidieven plaats vindt thv het resterend omentum (9,18). Bij mucineuse tumoren is appendectomie noodzakelijk omdat bij 8-10% van de gevallen een bijkomende primaire appendix tumor aanwezig kan zijn. Bij sereuse tumoren is het risico op bilateraliteit 40%.Toch wordt het voordeel van een blinde biopsie afname thv het contralateraal macroscopisch normaal ovarium in vraag gesteld. Microscopische tumoren zijn zelden beschreven igv een macroscopisch normaal ovarium. Een blinde biopsie geeft in de meeste gevallen weinig informatie wat de kansen op recidief betreft en verhoogt het risico op peri-ovariële adhaesies bij patiënten met kinderwens (9). Fertiliteits-sparende chirurgie kan ook toegepast worden bij patiënten met bilaterale sereuse borderline tumoren wanneer cystectomie mogelijk is. Het risico op lokaal recidief ligt in dit geval echter hoger en hangt af van de resectieranden. Patiënten dienen hierover ingelicht te worden en stricte langdurige klinische en echografische follow-up is aangewezen. Een lokaal recidief betekent geen slechtere prognose bij een tijdige diagnose (9,18). De prognostische betekenis van kapselruptuur of aanwezigheid van externe vegetaties bij stadium I is niet duidelijk bij borderline tumoren.

10 zoals bij invasieve tumoren. Bij mucineuse borderline tumoren van het ovarium zijn extra-ovariële tumorale implanten of lymfeklier metastasen zelden beschreven. Extraperitoneale implanten bevinden zich slechts bij 10-15% van de sereuse borderline tumoren (16,17). Wegname van deze peritoneale implanten is noodzakelijk voor een correcte pathologische diagnose. De incidentie van kliermetastasen bij de sereuse tumoren varieert tussen 12-15%. Het risico is hoog bij de aanwezigheid van invasieve peritoneale implanten (17). Een differentiale diagnose tussen lymfeklier metastasen en endosalpingosis is ook noodzakelijk. Fertiliteitssparende heelkunde met succesvolle zwangerschap is beschreven ook bij patiënten met aanwezigheid van peritoneale implanten (stadium II-III). Er zijn geen overtuigende argumenten dat medicamenteuse fertiliteits behandeling bij patiënten met borderline tumoren ( na fertiliteitssparende chirurgie) een verslechtering van de prognose zou meebrengen of het risico op recidief zou verhogen (19) Benadering per laparotomie bij geavanceerde stadia gaat mogelijks gepaard met minder recidieven: In vergelijking met een laparotomie, gaat een laparoscopische benadering mogelijk gepaard met een hogere kans op peritoneale recidieven. Een verhoogde kans op heringreep, de verhoogde kans op spilling en de onvolledige exploratie van de bovenbuik alsook intestinaal meso pleiten eerder voor een laparotomie (20).

11 Herstadiëring: De diagnose van borderline tumoren gebeurt vaak postfactum voornamelijk bij jonge patiënten die heelkunde ondergingen wegens een persisterende ovariële massa. Verschillende studies benadrukten het belang van herstadiëring. Een upgrading vindt plaats bij 10-15% van de gevallen vooral bij sereuse borderline tumoren en na cystectomie (9,21). De meest verborgen plaatsen voor metastasen zijn het omentum en het bekkenperitoneum. Lymfadenectomie is nuttig bij sereuse borderline tumoren met invasieve peritoneale implanten (9,21). Bij stadium I mucineuse tumoren kan een herstadiëring met bijkomende appendectomie uitgevoerd worden (9,22).

12 Adjuvante behandeling: Er is geen enkel voordeel aangetoond voor adjuvante behandeling met chemo- of radiotherapie bij borderline tumoren. Er zijn voldoende evidence-based gegevens dat chemotherapie geen voordeel geeft bij vroegtijdige stadia van borderline tumoren. Een review van 4 gerandomiseerde trials toonde dat adjuvante therapie gepaard ging met hogere morbiditeit zonder therapeutisch voordeel (5,8). Bij patiënten met extra-ovariële spreiding ontbreekt er ook het bewijs betreffende het nut van de chemotherapie (5). Bij niet invasieve implanten is spontane regressie na het verwijderen van de ovariële tumor vaak beschreven (5). Het nut van chemotherapie bij patiënten met postoperatieve residuele invasieve peritoneale implanten en recidieven ervan blijft een open vraag (5,23). Bij een snel recidief van invasieve implanten zijn er enkele retrospectieve gegevens met een mogelijke therapeutische response op een platinum gebaseerde chemotherapie (24). Follow-up na radicale of na fertiliteits-sparende chirurgie: De prognose van patiënten met stadium I is uitstekend en 10 jaar overleving is >95% zowel voor sereuse als voor mucineuse tumoren (5,6,9). Het risico op recidief is hoger bij onvoldoende stadiëring (bv geen omentectomie), na cystectomie of bij aanwezigheid van extraperitoneale implanten (6). Borderline tumoren kunnen recidiveren >10-15 jaar na de primaire diagnose (6). Daarom is een langdurige follow-up noodzakelijk. Patiënten dienen hierover duidelijk ingelicht te worden (6). Na fertiliteits-sparende chirurgie is een monitoring van het contralateraal ovarium via vaginale echografie aangewezen. Resectie van het resterend contralateraal ovarium dient overwogen te worden na een voldane kinderwens vooral bij sereuse tumoren gezien het hoog risico op bilateraliteit (9).

13 Serum CA 125 is in tegenstelling met invasieve tumoren geen betrouwbare parameter in de follow-up van deze tumoren. De CA 125 is verhoogd bij slechts 16% van de recidieven. Een normale CA 125 waarde sluit dus geen recidief van een borderline tumor uit (10). Recidief behandeling: Chirurgie blijft de hoeksteen in de behandeling van een borderline recidief (9,23). Herhaalde chirurgie blijft de enige therapie bij een pseudomyxoma peritoneii. Drainage van de cystisch omvormde lokalisatie met resectie van de pseudo-kapselvormingen, de tussenschotten en peritoneale stripping verminderen het risico op een nieuw recidief. Platinum gebaseerde chemotherapie heeft een beperkte plaats bij zeldzame recidieven van invasieve peritoneale componenten (5,24). Ondanks het feit dat deze tumoren zeer vaak hormoonreceptor positief zijn, zijn er weinig of geen gegevens betreffende de rol van hormonale therapie bij recidieven (25).

14 Literatuur: 1. Taylor HC. Malignant and semimalignant tumors of the ovary. Surg Obstet Gynecol 1929;48: Serow SF and Scully RE. Histological typing of ovarian tumors (International Histological Classification of Tumorrs nr 9). World Health Organization. Geneve (1973). 3. Hart WR, Norris HJ. Borderline and malignant mucinous tumors of the ovary. Cancer 1973; 31: Scully RE. in carcinoma of the ovary (Grundman.ED) Gustaf Fischer Verlag. New York.pp (1983) 5. Burger CW, Prinssen HM, Baak JPA, Wagenaar N, Kennemans P. The management of borderline epithelial tumors of the ovary. Int J Gynecol Cancer 200:10; Kaern J, Trope CG, Abeler VM. A retrospective study of 370 borderline tumors of the ovary treated at the Norwegian Radium Hospital from 1970 to A review of clinicopathologic features and treatment modalities. Cancer 1993;71: Kumle M, Weiderpass E, Braaten T, Adami HO, Lund E; Norwegian-Swedish Women's Lifestyle and Health Cohort Study. Risk for invasive and borderline epithelial ovarian neoplasias following use of hormonal contraceptives: the Norwegian- Swedish Women's Lifestyle and Health Cohort Study. Br J Cancer Apr 5;90(7): Trope C, Kaern J, Vergote IB, et al. Are borderline tumors of the ovary overtreated both surgically and systemically? A review of four prospective randomized trials including 253 patients with borderline tumors. Gynecol Oncol 1993;51:236-43

15 9. Tropé CG, Kristensen G, Makar AP. Surgery for borderline tumor of the ovary. Seminars in Surgical Oncology 2000;19: Makar AP, Kaern J, Kristensen GB, et al. Evaluation of serum CA 25 level as a tumor marker in bordrrline tumors of the ovary. Int J Gynecol Cancer 1993;3: Engelen MJ, de Bruijn HW, Hollema H, et al. Serum CA 125, carcinoembryonic antigen, and CA 19-9 as tumor markers in borderline ovarian tumors. Gynecol oncol 2000;78: Kaern J, Trope CG, Kristensen GB, et al. DNA ploidy: the most important prognostic factor in patients with borderline tumors of the ovary. Int J Cancer 1993;6: Seidman JD, Soslow RA, Vang R, et al. Borderline ovarian tumors: diverse contemporary viewpoints on terminology and diagnostic criteria with illustrative images. Hum Pathol. 2004: 35(8); Bell DA, Longacre TA, Prat J, et al. Srous borderline (low malignant potential, atypical proliferative) ovarian tumors: workshop perspectives. : Hum Pathol. 2004: 35(8); ; 15. Ronnett BM, Kajdacsy-Balla A, Gilks CB, et al. Mucinous borderline ovarian tumors: points of general agreement and persistent controversies regarding nomenclature, diagnostic criteria, and behavior. Hum Pathol. 2004: 35(8); Camatte S, Morice P, Thoury A, et al. Impact of surgical staging in patients with macroscopic "stage I" ovarian borderline tumours: analysis of a continuous series of 101 cases. Eur J Cancer. 2004: 40(12); Camatte S, Morice P, Atallah D, et al. Lymph node disorders and prognostic value of nodal involvement in patients treated for a

16 borderline ovarian tumor: an analysis of a series of 42 lymphadenectomies. J Am Coll Surg 2002;195: Chan JK, Lin YG, Loizzi V, et al. Borderline ovarian tumors in reproductive-age women. Fertility-sparing surgery and outcome. J Reprod Med. 2003:48(10); Donnez J, Munschke A, Berliere M, et al. Safety of conservative management and fertility outcome in women with borderline tumors of the ovary. Fertil Steril. 2003: 79(5); Vandenput I, Amant F, Vergote I. Peritoneal recurrences might be less common in advanced stage serous borderline ovarian tumors that were treated by laparotomy. A letter to the Editor. Gynecol Oncol 2005;99: Fauvet R, Boccara J, Dufournet C, et al. Restaging surgery for women with borderline ovarian tumors: results of a French multicenter study. Cancer. 2004: 100(6); Maneo A, Vignali M, Chiari S, et al Are borderline tumors of the ovary safely treated by laparoscopy? Gynecol Oncol. 2004: 94(2); Lackman F, Carey MS, Kirk ME, et al. Surgery as sole treatment for serous borderline tumors of the ovary with noninvasive implants. Gynecol Oncol. 2003:90(2); Barakat RR, benjamin I, Lewis JL, et al. Platinum based chemotherapy for advanced stage serous ovarian carcinoma of low malignant potential. Gynecol Oncol 1995;59: Hormone therapy in epithelial ovarian cancer. Makar A P. Endocrine related cancer 2000;7: WHO classification of tumors. Pathology & genetics. Tumors of the breast and female genital organs. FA. Tauassoli, P. Devilee. IRAC press 2003 pp

17 Tabel 1. Histologische classificatie van ovariële tumoren (volgens WHO 2003) (26) Sereus: Papillair cystadenoom Oppervlakte papillaire tumor Adenofibroom & cystadenofibroom Mucineus: Intestinaal type Endocervicaal type Endometrioid: Cystische tumor Adenofibroom, cystadenofibroom Heldercellig: Cystische tumor Adenofiroom, cystadenofibroom Transitionele (overgangs) tumoren: Borderline Brenner tumor Prolifererende variant Gemengd epitheliaal: Cystadenoom

18 Tabel 2: Histologisch dilemma bij serosale implanten Serosale implanten Niet invasieve implanten Desmoplastisch Epitheliaal invasieve implanten invasieve implanten dienen onderscheiden te worden van volgende benigne aandoeningen: Endosalpingosis: tubair type glandulaire structuren Epith. mesotheel inclusies: kleine stam glandulaire structuren afgelijnd door eenlagig vlak tot cubis epitheel zonder atypie

19 Tabel 3: Belangrijke verschillen tussen borderline en invasieve ovariële tumoren 1. Geen verhoogd risico op erfelijkheid bij borderline tumoren. 2. Sereuse en mucineuse tumoren zijn de meest voorkomende histologische types. 3. Ongeveer 2/3 van de borderline tumoren bevinden zich in stadium I (slechts ¼ bij invasieve tumoren). Extraperitoneale implanten zijn aanwezig in slechts 10-15% van de sereuse tumoren maar zelden bij mucineuse tumoren. 4. Gemiddelde leeftijd van een patiënte met borderline tumor is 45 jaar en is dus 10 jaar jonger dan bij invasieve tumoren. Bovendien zijn 1/3 jonger dan 40 jaar en velen hebben een onvoldane kinderwens. 5. Fertiliteit-sparende chirurgie is de optie bij jongere vrouwen met een onvoldane kinderwens. Cystectomie moet overwogen worden igv bilaterale tumoren.. 6. Wegens de enorme heterogeniciteit binnen de tumor kan de definitieve diagnose van een borderline tumor moeilijk zijn op vriescoupe vooral bij mucineuse tumoren (sampling error). Een onderscheid met graad 1 invasief carcinoom is niet altijd mogelijk. Igv twijfel dient bij een patiënte met een onvoldane kinderwens de definitieve diagnose na paraffine-coupe afgewacht te worden. 7. De prognostische betekenis van kapseldoorbraak of ruptuur is niet evident zoals bij invasieve tumoren en vormt geen indicatie voor een adjuvante behandeling. 8. CA 125 is geen betrouwbare tumormarker bij borderline tumoren ongeacht het histologisch type. 9. Adjuvante chemotherapie biedt geen enkel therapeutisch voordeel. 10. Recidieven van borderline tumoren treden vaak op na jaar. Een langdurige follow-up is aangewezen. Voldoende informatie naar patiënten en huisartsen.

20 Tabel 4: Richtlijnen voor een stadiëring bij fertiliteit-sparende chirurgie zijn in het algemeen dezelfde zoals bij invasieve tumoren. Hierbij enkele belangrijke punten: 1. Laparotomie per verticale onderbuikincisie 2. Spoelvocht voor cytologisch onderzoek. 3. Vermijd kapselruptuur. 4. Unilaterale ovariectomie of eventueel cystectomie igv bilaterale tumoren. Gebruik maken van oocytcryopreservatie faciliteiten indien mogelijk waar nodig. 5. Het nut van een blinde biopsiename van een contralateraal macroscopisch normaal ovarium bij sereuse tumoren wordt in vraag gesteld. 6. Omentectomie. 7. Appendectomie igv mucineuse tumoren. 8. De aanwezigheid van een pseudomyxoma bij mucineuse tumoren of extraperitoneale implanten bij sereuse tumoren vormen geen absolute contra-indicaties voor fertiliteitsconserverende chirurgie. Resectie van zoveel mogelijk (alle) macroscopische implanten is vereist voor een correcte pathologische diagnose. 9. Er is geen indicatie voor lymfadenectomie bij mucineuse tumoren. Bij sereuse tumoren is lymfadenectomie aangewezen bij aanwezigheid van peritoneale implanten of bij klinisch verdachte afwijkingen. 10. Endometriale curettage is aangewezen bij endometrioide tumoren gezien de associatie met primair endometrium carcinoom bij 8% van de gevallen. Endometrioide tumoren van het borderline type zijn wel zeldzaam.

21 Vriescoupe Ovariele massa Borderline Of graad 1 Jong of Kinderwens Oud of Geen kinderwens Fertiliteits sparend (table 4) Staging/debulking Zoals bij invasieve tumore Stricte follow up Definitieve chirurgie na voldane kinderwens

7.3.2. Baarmoedercarcinoom

7.3.2. Baarmoedercarcinoom 7.3.2. Baarmoedercarcinoom 1 Stadiëring 1.1 TNM-classificatie (7 th edition, 2009) Tx T0 Tis T1 T1a T1b T2 T3a T3b T4 Nx N0 N1 N2 M0 M1 Primaire tumor kan niet beoordeeld worden Geen evidentie voor primaire

Nadere informatie

J. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J

J. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J J. Mamma aandoeningen nhoudsopgave 1 J 2 J 3 J 4 J 5 J 6 J 7 J 8 J 9 J 1 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J Screening: vrouwen jonger dan 4 jaar zonder genetisch risico... 1 Screening: vrouwen

Nadere informatie

Hoofdstuk 8. Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Hoofdstuk 8. Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Hoofdstuk 8 Orale leukoplakie een klinische, histopathologische en moleculaire studie Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Nadere informatie

Diagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+

Diagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+ Diagnostiek van het afwijkende adnex: de rol van echografie. Dr. T. Van Gorp Gynaecoloog-Oncoloog MUMC+ Disclosures Geen onthullingen 10/11/2016 Symposium Het Ovariumcarcinoom 2 Casus 37 j. Zwelling in

Nadere informatie

Klinisch vroeg-stadium ovariumcarcinoom: belang van een adequate lymfkliersampling

Klinisch vroeg-stadium ovariumcarcinoom: belang van een adequate lymfkliersampling Klinisch vroeg-stadium ovariumcarcinoom: belang van een adequate lymfkliersampling Prof. dr. Roy Kruitwagen Symposium Het ovariumcarcinoom Oncologiecentrum Maastricht UMC + 10 november 2016 Disclosure

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/21797 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Bruin, Sjoerd Cornelis Title: The role of clinical, pathological and molecular

Nadere informatie

SAMENVATTING. Cervixcarcinoom

SAMENVATTING. Cervixcarcinoom Samenvatting 148 Serum tumor merkstoffen of tumormarkers zijn uitgebreid onderzocht op hun toepasbaarheid voor diagnostiek, prognose en follow-up van kanker. In dit proefschrift bestuderen we het gebruik

Nadere informatie

Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC?

Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC? Staat de radiotherapie indicatie ook vast na een complete respons op NAC? Nina Bijker, radiotherapeut AMC BBB symposium 7 september 2017 No conflict of interest Focus op postmastectomie radiotherapie (PMRT)

Nadere informatie

Voorspellende waarde van HE4 bij een complexe ovarium cyste ROELIEN VAN DE VRIE ARTS ONDERZOEKER

Voorspellende waarde van HE4 bij een complexe ovarium cyste ROELIEN VAN DE VRIE ARTS ONDERZOEKER Voorspellende waarde van HE4 bij een complexe ovarium cyste ROELIEN VAN DE VRIE ARTS ONDERZOEKER 16-06-2016 INHOUD Achtergrond Ovarium carcinoom HE4 Retrospectieve studie AvL & AMC Opzet van prospectieve

Nadere informatie

Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie

Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie Maligne melanoma Belang van sentinelklierbiopsie Annemie Rutten Medische Oncologie AZ St. Augustinus Maligne melanoma 10% van alle huidkankers, maar meest agressieve. Incidentie van maligne melanoma neemt

Nadere informatie

Gynaecologische echografie bij adnexiële massa s: IOTA-modellen voor dagelijks gebruik

Gynaecologische echografie bij adnexiële massa s: IOTA-modellen voor dagelijks gebruik An Coosemans Wouter Froyman Gynaecologische echografie bij adnexiële massa s: IOTA-modellen voor dagelijks gebruik An Coosemans *1,2#, Wouter Froyman *1,3, Ben Van Calster 3, Ignace Vergote 1,2, Dirk Timmerman

Nadere informatie

Landelijke PALGA Protocol: Adnexen

Landelijke PALGA Protocol: Adnexen Adnexen Pagina 1 van 27 Landelijke PALGA Protocol: Adnexen (voorheen Ovariumcarcinoom) Adnexen Pagina 2 van 27 Inhoudsopgave Algemeen Overzicht van aanpassingen per uitgebrachte versie Scherm 1: Klinische

Nadere informatie

Laarbeeklaan Brussel. Oncologisch Handboek. Richtlijnen Urologie. Testis

Laarbeeklaan Brussel. Oncologisch Handboek. Richtlijnen Urologie. Testis Laarbeeklaan 101 1090 Brussel Oncologisch Handboek Richtlijnen Urologie Testis V3.2014 Testis ICD-O C62 1 Inleiding De richtlijnen hebben betrekking tot kiemceltumoren van de testis, die meer dan 90% van

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker en ductaal carcinoma in situ

Nadere informatie

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting CHAPTER XII Nederlandse Samenvatting Dit proefschrift behelst een aantal klinische en translationele studies met betrekking tot de behandeling van het primair operabel mammacarcinoom. Zowel aspecten van

Nadere informatie

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn :

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn : Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009

Nadere informatie

Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom

Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Echogeleide chirurgie voor mammacarcinoom Een prospectief gerandomiseerd onderzoek N.M.A. Krekel M.H. Haloua M.P. van den Tol S. Meijer Chirurgische oncologie VU Universitair Medisch Centrum Incidentie

Nadere informatie

Ovariëlemassa s: de plaats van gynaecologische echografie.

Ovariëlemassa s: de plaats van gynaecologische echografie. h.-hartziekenhuis vzw Ovariëlemassa s: de plaats van gynaecologische echografie. Dr. Schmid Ann Gynaecologie 1 Even voorstellen Universiteit Antwerpen Zwolle - Klina - UZA - St.-Augustinus - St.-Vincentius

Nadere informatie

EFFECT studie. Formulier primaire registratie

EFFECT studie. Formulier primaire registratie EFFECT studie Formulier primaire registratie De variabelen met REQ in superscript zijn verplicht in te vullen variabelen. De variabelen met een zijn single-select variabelen; er kan slechts één antwoord

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

Laarbeeklaan Brussel. Oncologisch Handboek. Richtlijnen Urologie. Blaas

Laarbeeklaan Brussel. Oncologisch Handboek. Richtlijnen Urologie. Blaas Laarbeeklaan 101 1090 Brussel Oncologisch Handboek Richtlijnen Urologie Blaas V3.2014 Blaas ICD-O C67 1 Inleiding De meerderheid van de patiënten (75-85%) vertoont oppervlakkige blaastumoren (stadium Tis,

Nadere informatie

Lymfeknoop dissectie in borstcarcinoom, diagnostiek of therapie? Wim Demey, medische oncologie, Borstkliniek voorkempen

Lymfeknoop dissectie in borstcarcinoom, diagnostiek of therapie? Wim Demey, medische oncologie, Borstkliniek voorkempen Lymfeknoop dissectie in borstcarcinoom, diagnostiek of therapie? Wim Demey, medische oncologie, Borstkliniek voorkempen 85% via de axilla Mammaria interna alleen aantasting is zeldzaam

Nadere informatie

Indicator 1 Aanwezigheid van gynaecologisch oncoloog bij operatie ovariumcarcinoom -aanwezigheid bij stadiëringsoperatie -aanwezigheid bij debulking

Indicator 1 Aanwezigheid van gynaecologisch oncoloog bij operatie ovariumcarcinoom -aanwezigheid bij stadiëringsoperatie -aanwezigheid bij debulking Indicatoren epitheliaal ovariumcarcinoom Indicator 1 Aanwezigheid van gynaecologisch oncoloog bij operatie ovariumcarcinoom -aanwezigheid bij stadiëringsoperatie -aanwezigheid bij debulking Beperkingen/aandachtspunten

Nadere informatie

Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort. 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk

Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort. 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk Pien de Haas en John de Klerk nucleair geneeskundigen Meander Medisch Centrum Amersfoort 2e Mammacongres 28 januari 2011 Harderwijk Siemens Biograph true point PET/CT 40 slice Sinds 21 januari 2011 Sinds

Nadere informatie

NABON Breast Cancer Audit. Pathologie

NABON Breast Cancer Audit. Pathologie NABON Breast Cancer Audit Pathologie Dr. P.J. Westenend, patholoog, pathologisch laboratorium Dordrecht Drs. A.C.M. van Bommel, arts-onderzoeker, DICA DICA Congres 25 juni 2013 Pathologie Volledige verslaglegging

Nadere informatie

J. Mamma aandoeningen

J. Mamma aandoeningen Asymptomatische patiënten Screening: vrouwen jonger dan 4 jaar zonder genetisch risico 1 J Screening: vrouwen tussen 4-49 jaar zonder genetisch risico 2 J Screening: vrouwen tussen 5-69 jaar 3 J Screening:

Nadere informatie

ILC > 3 cm: neoadjuvante chemotherapie heeft geen nut! Sabine C. Linn, MD PhD Divisies Medische Oncologie en Moleculaire Biologie

ILC > 3 cm: neoadjuvante chemotherapie heeft geen nut! Sabine C. Linn, MD PhD Divisies Medische Oncologie en Moleculaire Biologie ILC > 3 cm: neoadjuvante chemotherapie heeft geen nut! Sabine C. Linn, MD PhD Divisies Medische Oncologie en Moleculaire Biologie Heeft neoadjuvant chemotherapie nut bij ILC > 3 cm? Ja Nee Weet niet/geen

Nadere informatie

PORTEC 4a studie. Landelijke brachy laboranten dag 17 november 2017

PORTEC 4a studie. Landelijke brachy laboranten dag 17 november 2017 PORTEC 4a studie Landelijke brachy laboranten dag 17 november 2017 L Opzet presentatie Studie design In- en exclusie criteria Randomisatie Moleculair profiel bepaling Logistiek 2 Randomized phase III trial

Nadere informatie

VAGINACARCINOOM. Stadium IVb 1.STADIUMINDELING (FIGO 1995, TNM 2003) 2. HISTOLOGISCHE INDELING (WHO CLASSIFICATIE 2003)

VAGINACARCINOOM. Stadium IVb 1.STADIUMINDELING (FIGO 1995, TNM 2003) 2. HISTOLOGISCHE INDELING (WHO CLASSIFICATIE 2003) VAGINACARCINOOM 1.STADIUMINDELING (FIGO 1995, TNM 2003) De ctnm en de ptnm lopen volledig parallel. Stadium 0 Tis carcinoma in situ Stadium I T1 de tumor is beperkt tot de vagina Stadium II T2 de tumor

Nadere informatie

Stadiering en triple diagnostiek van borst en oksel. Dr. P. Berteloot 10/2011

Stadiering en triple diagnostiek van borst en oksel. Dr. P. Berteloot 10/2011 Stadiering en triple diagnostiek van borst en oksel Dr. P. Berteloot 10/2011 Diagnostische beeldvorming Radiologisch onderzoek ter evaluatie van - klinische afwijking screenings gedetecteerde afwijking

Nadere informatie

Peniscarcinoom. Regionale richtlijn IKMN, Versie: 1.1

Peniscarcinoom. Regionale richtlijn IKMN, Versie: 1.1 Peniscarcinoom Regionale richtlijn IKMN, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd : 02-05-2003 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Reg. WG urologische tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1 Diagnostiek...2 Medisch

Nadere informatie

Cervixcarcinoom. PROTOCOL Centrum Gynaecologische Oncologie Amsterdam RICHTLIJNEN VOOR ONDERZOEK EN BEHANDELING VAN MALIGNE TUMOREN VAN DE CERVIX

Cervixcarcinoom. PROTOCOL Centrum Gynaecologische Oncologie Amsterdam RICHTLIJNEN VOOR ONDERZOEK EN BEHANDELING VAN MALIGNE TUMOREN VAN DE CERVIX PROTOCOL Centrum Gynaecologische Oncologie Amsterdam Cervixcarcinoom RICHTLIJNEN VOOR ONDERZOEK EN BEHANDELING VAN MALIGNE TUMOREN VAN DE CERVIX CGOA protocol cervixcarcinoom Pagina 1 Inhoud Inleiding...3

Nadere informatie

Spotlight on the pancreas. Klinische les Hepato-bilio-pancreatische heelkunde, 16 januari 2019

Spotlight on the pancreas. Klinische les Hepato-bilio-pancreatische heelkunde, 16 januari 2019 Spotlight on the pancreas Klinische les Hepato-bilio-pancreatische heelkunde, 16 januari 2019 Overzicht 1. Cystische pancreasneoplasieën / precursorletsels 2. Pancreasadenocarcinoma 3. Chirurgische aspecten

Nadere informatie

Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister

Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister 6. Kankerregistratie 1. Formulieren Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister Zie bijlage 3 en 4 Handleiding voor het invullen van de formulieren van de Stichting

Nadere informatie

MRI: more is less? Emiel Rutgers

MRI: more is less? Emiel Rutgers Het 9e NKI-AVL mammacarcinoom symposium Less is more? Minder overbehandeling voor meer borstkankerpatiënten MRI: more is less? Emiel Rutgers Indicaties MRI mammae Opsporen van onbekende primaire bij patiënten

Nadere informatie

Er zijn chromosomale veranderingen aangetoond in de cellen van de teelbaltumor. Er bestaat ook een familiale voorgeschiktheid.

Er zijn chromosomale veranderingen aangetoond in de cellen van de teelbaltumor. Er bestaat ook een familiale voorgeschiktheid. Teelbalkanker Auteur: Dr. Guy Boeckx Testistumor of teelbalkanker is een kwaadaardig letsel van de teelbal. Deze tumor komt frequent voor (3-6 nieuwe gevallen per 100.000 mannen per jaar). In minder dan

Nadere informatie

NEDERLANDSE SAMENVATTING

NEDERLANDSE SAMENVATTING NEDERLANDSE SAMENVATTING Nederlandse Samenvatting 195 NEDERLANDSE SAMENVATTING DEEL I Evaluatie van de huidige literatuur De stijgende incidentie van slokdarmkanker zal naar verwachting continueren in

Nadere informatie

Project Kwaliteitsindicatoren Borstkanker 2007-2008

Project Kwaliteitsindicatoren Borstkanker 2007-2008 Project Kwaliteitsindicatoren 2007-2008 De borstkliniek: Iedere nieuwe diagnose van een borsttumor dient door de borstkliniek te worden geregistreerd bij het Nationaal Kankerregister. Het Project Kwaliteitsindicatoren

Nadere informatie

Tumoren van het anaal kanaal

Tumoren van het anaal kanaal 7.1.8. Tumoren van het anaal kanaal 1. Inleiding 1.1. Incidentie Aparte entiteit! Incidentie uitzonderlijk (2% van de digestieve tumoren) Incidentie 3v - 2m Gem. 65 jaar 2. Klinische presentatie De meeste

Nadere informatie

Minder chirurgie na neo adjuvante chemotherapie?

Minder chirurgie na neo adjuvante chemotherapie? Minder chirurgie na neo adjuvante chemotherapie? Frederieke van Duijnhoven, chirurg-oncoloog Marie-Jeanne Vrancken Peeters, principal investigator MICRA studie 1 GEEN DISCLOSURES 2 NEOADJUVANTE SYSTEMISCHE

Nadere informatie

Bronchuscarcinoom Incidentiegegevens, initiële behandeling AZ Groeninge Kris Van Oortegem Pneumologie

Bronchuscarcinoom Incidentiegegevens, initiële behandeling AZ Groeninge Kris Van Oortegem Pneumologie Bronchuscarcinoom 2002 Incidentiegegevens, initiële behandeling AZ Groeninge Kris Van Oortegem Pneumologie Bronchuscarcinoom 2002 (n=112) Kleincellig versus Niet-kleincellig kleincellig 18% niet-kleincellig

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker (2009-2011) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2009-2011) - Beschrijving

Nadere informatie

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B

B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K. Inhoudsopgave 01 B 02 B 03 B 04 B 05 B 06 B 07 B 08 B 09 B 10 B 11 B 12 B 13 B B. Hals (weke delen) Voor cervicale wervelkolom, zie rubrieken C en K Inhoudsopgave 1 B 2 B 3 B 4 B 5 B 6 B 7 B 8 B 9 B 1 B 11 B 12 B 13 B Palpabele schildkliernoduli en euthyreotische struma... 1 Lange

Nadere informatie

Therapie & Prognose. Dr. A. Janssen

Therapie & Prognose. Dr. A. Janssen Therapie & Prognose Dr. A. Janssen Therapie & Prognose Heelkunde Radiotherapie Chemotherapie Hormonaal Herceptine Follow up Heelkunde van de borst Heelkunde van de borst Invloed leeftijd op de heelkunde

Nadere informatie

Het ovariumcarcinoma

Het ovariumcarcinoma Het ovariumcarcinoma Het ovariumcarcinoma het ovarium epidemiologie preventie en screening bilan behandeling Het ovarium anatomie histologie metastasering Anatomie van het ovarium Histologie van het ovarium

Nadere informatie

Locally advanced rectum carcinoom: wat gaat er veranderen na de RAPIDO studie? Dr B. van Etten, Oncologisch GE-Chirurg

Locally advanced rectum carcinoom: wat gaat er veranderen na de RAPIDO studie? Dr B. van Etten, Oncologisch GE-Chirurg Locally advanced rectum carcinoom: wat gaat er veranderen na de RAPIDO studie? Dr B. van Etten, Oncologisch GE-Chirurg Geen Disclosures Locally advanced rectum carcinoom Definitie o.b.v. MRI ct3 MRF+ ct4a/b

Nadere informatie

Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG

Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG Casus: Lokaal gevorderd Pancreascarcinoom (LAPC) Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG no disclosures Olivier Busch HPB Chirurg, AMC Amsterdam Voorzitter DPCG Pancreascarcinoom Slechte

Nadere informatie

Niet epitheliale maligniteiten van ovarium en tuba

Niet epitheliale maligniteiten van ovarium en tuba Niet epitheliale maligniteiten van ovarium en tuba Landelijke richtlijn, Versie: 1.2 Datum Goedkeuring: 04-06-2004 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Werkgroep Oncologische Gynaecologie (WOG) Inhoudsopgave

Nadere informatie

Maligne pleura exsudaat

Maligne pleura exsudaat Maligne pleura exsudaat Regionale richtlijn IKL, Versie: 1.1 Laatst gewijzigd : 25-10-2005 Methodiek: Consensus based Verantwoording: IKL werkgroep bronchuscarcinomen Inhoudsopgave Algemeen...1 Diagnostiek...2

Nadere informatie

Vlaams Indicatorenproject VIP²: Kwaliteitsindicatoren Borstkanker

Vlaams Indicatorenproject VIP²: Kwaliteitsindicatoren Borstkanker Vlaams Indicatorenproject VIP²: Kwaliteitsindicatoren Borstkanker INDICATOR B1 Proportie van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie een systeembehandeling voorafgegaan werd door ER/PR-

Nadere informatie

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary VII Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary naar Algemeen 538 Epidemiologie 538 1. Screening 538 2. Diagnostiek 538 2.1 Anamnese

Nadere informatie

Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling

Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling Status bepaling: 99,4% Aandeel van patiënten met invasieve borstkanker waarbij een ER, PR en/of HER2 statusbepaling werd uitgevoerd vóór enige systemische behandeling Vóór het starten van de behandeling

Nadere informatie

endometrium carcinoom in Nederland

endometrium carcinoom in Nederland endometrium carcinoom in Nederland 2012-2016 voorwoord Door informatie over variatie in diagnostiek en behandelingen periodiek met elkaar te bespreken, kunnen we samen de kwaliteit van zorg voor vrouwen

Nadere informatie

Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom

Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom Ontwikkelingen bij de chirurgie van het slokdarm- en maagcarcinoom Mark I. van Berge Henegouwen Chirurg, slokdarm en maagchirurgie Amsterdam UMC, locatie AMC GIOCA GE oncologisch congres, AMC 18 jan 2019

Nadere informatie

4e Post EAUN Meeting

4e Post EAUN Meeting 4e Post EAUN Meeting Testiscarcinoom Incidentie, behandeling en follow up Joost de Baaij Verpleegkundig Specialist i.o. Canisius Wilhelmina Ziekenhuis Nijmegen Inhoud Incidentie Risico factoren Diagnostiek

Nadere informatie

Heeft chirurgie of radiotherapie nog zin bij uitgezaaide prostaatkanker?

Heeft chirurgie of radiotherapie nog zin bij uitgezaaide prostaatkanker? Heeft chirurgie of radiotherapie nog zin bij uitgezaaide prostaatkanker? Wouter Everaerts Dienst urologie, Uzleuven @EveraertsW 16 september 2017 Natuurlijke evolutie van prostaatkanker PIN Gelokaliseerd

Nadere informatie

Belangenverstrengeling. Inhoud. Bekkenbodem (1) Bekkenbodem (2) Achtergrondinformatie prolaps. Wat willen vrouwen? Wat doen gynaecologen?

Belangenverstrengeling. Inhoud. Bekkenbodem (1) Bekkenbodem (2) Achtergrondinformatie prolaps. Wat willen vrouwen? Wat doen gynaecologen? Belangenverstrengeling Geen Uterus behouden of verwijderen? Dr. Renée J Detollenaere, Zwolle pagina 2 Inhoud Achtergrondinformatie prolaps Wat willen vrouwen? Wat doen gynaecologen? Wat zouden we moeten

Nadere informatie

BELEIDSLIJNEN MALIGNE TUMOREN VAN DE CERVIX

BELEIDSLIJNEN MALIGNE TUMOREN VAN DE CERVIX BELEIDSLIJNEN MALIGNE TUMOREN VAN DE CERVIX 1. INLEIDING Een persisterende Humaan Papilloma Virus (HPV) infectie is de meest belangrijke factor in het ontwikkelen van een cervixcarcinoom. Andere epidemiologische

Nadere informatie

HIPEC. MDL scholing 8 april Helma van Grevenstein

HIPEC. MDL scholing 8 april Helma van Grevenstein HIPEC MDL scholing 8 april 2019 Helma van Grevenstein HIPEC bij colorectale metastasen Incidentie Etiologie Techniek Evidence Patienten selectie Uitbreiding van indicaties en preventie Incidentie Colorectaal

Nadere informatie

Samenvatting 1. Chapter Samenvatting. Samenvatting. Charlotte M.C. Oude Ophuis. Charlotte M.C.

Samenvatting 1. Chapter Samenvatting. Samenvatting. Charlotte M.C. Oude Ophuis. Charlotte M.C. Samenvatting 1 http://hdl.handle.net/1765/100861 Chapter 12 Samenvatting Samenvatting Charlotte M.C. Oude Ophuis Charlotte M.C. Oude Ophuis 2 Erasmus Medical Center Rotterdam Samenvatting 3 Samenvatting

Nadere informatie

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Tissue microarray in prognostic studies on vulva cancer Fons, G. Link to publication

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Tissue microarray in prognostic studies on vulva cancer Fons, G. Link to publication UvA-DARE (Digital Academic Repository) Tissue microarray in prognostic studies on vulva cancer Fons, G. Link to publication Citation for published version (APA): Fons, G. (2009). Tissue microarray in prognostic

Nadere informatie

OLIJFdag 3 oktober 2015

OLIJFdag 3 oktober 2015 OLIJFdag 3 oktober 2015 Nieuwe behandelingen bij eierstokkanker Els Witteveen Internist-oncoloog Huidige en nieuwe inzichten Intraperitoneale toediening Toevoeging van bevacizumab Dose dense toediening

Nadere informatie

Gynaecologisch-oncologische Studies. Gynaecongres 11 november Focus Radiotherapie. R.A. Nout Radiotherapeut-Oncoloog Namens LPRGT

Gynaecologisch-oncologische Studies. Gynaecongres 11 november Focus Radiotherapie. R.A. Nout Radiotherapeut-Oncoloog Namens LPRGT Gynaecologisch-oncologische Studies Gynaecongres 11 november 2010 Focus Radiotherapie R.A. Nout Radiotherapeut-Oncoloog Namens LPRGT Overzicht: Focus Radiotherapie Cervix Lopend EORTC Embrace Nieuw Outback

Nadere informatie

Handleiding voor de registratie van een nieuwe diagnose (gevallen al dan niet besproken op een Multidisciplinair Oncologisch Consult (MOC))

Handleiding voor de registratie van een nieuwe diagnose (gevallen al dan niet besproken op een Multidisciplinair Oncologisch Consult (MOC)) U Private Stichting Kankerregister Handleiding voor de registratie van een nieuwe diagnose (gevallen al dan niet besproken op een Multidisciplinair Oncologisch Consult (MOC)) (1) Welke tumoren dient u

Nadere informatie

De indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn:

De indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn: Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING In dit proefschrift is de voorspellende waarde van magnetic resonance imaging (MRI)-parameters voor het optreden van een lokaal recidief larynxcarcinoom

Nadere informatie

Speekselklier carcinoom

Speekselklier carcinoom 7.5.6. Speekselklier carcinoom 1. Algemeen Work up Standaard klinisch onderzoek Volledige ziektegeschiedenis Gewicht en gewichtsverlies > 10 % Halsonderzoek Controle van craniale zenuwen n. V2, n. V3,

Nadere informatie

Stage. Clin staging. Treatment. Prognosis. Diagnosis. Evaluation. Early Node. Tumour. Loc advanced Metastasis. Advanced. Surgery

Stage. Clin staging. Treatment. Prognosis. Diagnosis. Evaluation. Early Node. Tumour. Loc advanced Metastasis. Advanced. Surgery Clin staging Stage Tumour Early Node Loc advanced Metastasis Advanced Treatment Surgery Diagnosis Evaluation pulmonary Chemotherapy Radiotherapy Combinations Prognosis cardiac general Univ Hospital Leuven

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/29317 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Nes, Johanna Gerarda Hendrica van Title: Clinical aspects of endocrine therapy

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting nederlandse samenvatting Algemene inleiding Primair bot lymfoom is een zeldzame aandoening. Het is een extranodaal subtype van het grootcellig B non Hodgkin lymfoom, dat zich

Nadere informatie

Marlies Peters. Workshop Vermoeidheid

Marlies Peters. Workshop Vermoeidheid Marlies Peters Workshop Vermoeidheid De ene vermoeidheid is de andere niet Deze vermoeidheid is er plotseling, niet gerelateerd aan geleverde inspanning De vermoeidheid wordt als (zeer) extreem ervaren

Nadere informatie

longtumoren stadia therapie prognose Els De Droogh Pneumologie ZNA Middelheim

longtumoren stadia therapie prognose Els De Droogh Pneumologie ZNA Middelheim longtumoren stadia therapie prognose smoking is cool!??? longtumoren > na WO II > roken en longtumoren 90 % mannen, 78% vrouwen aantal pakjaren > carcinogene stoffen in rook > asbest > radon, metalen,

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren Gynaecologische Oncologie (DGOA) Start registratie: 2014

Factsheet Indicatoren Gynaecologische Oncologie (DGOA) Start registratie: 2014 Factsheet en Gynaecologische Oncologie (DGOA) 2017 Start registratie: 2014 Inclusie & exclusie criteria DGOA Inclusie Exclusie Alle maligne tumoren van vulva, cervix, corpus uteri en ovarium. Er zijn bewust

Nadere informatie

Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam

Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom. Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Mogelijkheden van resectie na chemotherapie bij het pancreascarcinoom Prof. dr. Marc Besselink Afdeling Chirurgie, AMC Amsterdam Amsterdam, 19 Januari 2018 Pancreascarcinoom Slechte prognose (5 jaars-overleving,

Nadere informatie

Samenvatting 129. Samenvatting

Samenvatting 129. Samenvatting Samenvatting 128 Samenvatting 129 Samenvatting Het mammacarcinoom is de meest voorkomende maligniteit bij vrouwen, met wereldwijd een jaarlijkse incidentie van 1,67 miljoen. De prognose van patiënten met

Nadere informatie

Melanoom Niet één diagnose, niet één standaardbehandeling

Melanoom Niet één diagnose, niet één standaardbehandeling Melanoom Niet één diagnose, niet één standaardbehandeling Wolter J. Mooi VU medisch centrum Amsterdam Melanoomclassificatie Superficieel spreidend melanoom Nodulair melanoom Acrolentigineus melanoom Lentigo

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016 Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2016 Registratie gestart: 2009 Inclusie en exclusie criteria Inclusie Primaire mammacarcinomen waarbij de volgende tumorsoorten geïncludeerd worden: Alle tumorstadia,

Nadere informatie

Oncologische zorg bij ouderen

Oncologische zorg bij ouderen Oncologische zorg bij ouderen Balanceren tussen over- en onderbehandeling Johanneke Portielje, HagaZiekenhuis Kring ouderenzorg AMC & partners 12 juni 2013 mamma carcinoom

Nadere informatie

Borstkanker B1: Bepalen van ER/PR/Her2/Neu. Definitie: Aandeel van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie

Borstkanker B1: Bepalen van ER/PR/Her2/Neu. Definitie: Aandeel van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie Borstkanker B1: Bepalen van ER/PR/Her2/Neu Definitie: Aandeel van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie systemische therapie (hormoon- en/of chemotherapie) voorafgegaan werd door

Nadere informatie

Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom. M. van der Sangen, radiotherapeut

Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom. M. van der Sangen, radiotherapeut Oligometastatischeziekte bij het mammacarcinoom M. van der Sangen, radiotherapeut Borstkanker in perspectief Borstkanker in Nederland Nieuwe borstkankers per jaar: 15.000 Metastasen bij diagnose: 750 (5%)

Nadere informatie

Beeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog

Beeldvorming bij schildklierpathologie. Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog Beeldvorming bij schildklierpathologie Erik R. Ranschaert, MD, PhD Radioloog 2 Inleiding Schildkliernodi: steeds frequenter gediagnosticeerd vnl. door toenemend gebruik van echo -> incidentalomen Frequentie

Nadere informatie

Galblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1

Galblaascarcinoom. Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Galblaascarcinoom Landelijke richtlijn, Versie: 1.1 Datum Goedkeuring: 10-05-2004 Methodiek: Consensus based Verantwoording: Landelijke werkgroep GI-tumoren Inhoudsopgave Algemeen...1 Screening...2 Diagnostiek...3

Nadere informatie

Genetica en borstkanker voor de patholoog

Genetica en borstkanker voor de patholoog Genetica en borstkanker voor de patholoog Giuseppe Floris Pathologische Ontleedkunde, UZ Leuven Multidisciplinair Borst Centrum (MBC) Symposium 2017 21/10/2016; Leuven Morfologische heterogeneiteit van

Nadere informatie

EIERSTOKKANKER FACTSHEET. Wat is eierstokkanker?

EIERSTOKKANKER FACTSHEET. Wat is eierstokkanker? EIERSTOKKANKER FACTSHEET Wat is eierstokkanker? Engage brengt een reeks factsheets uit om de bewustwording rond gynaecologische kankers te verhogen en om haar netwerk verder uit te breiden. Eierstokkanker

Nadere informatie

NABON Breast Cancer Audit (NBCA)

NABON Breast Cancer Audit (NBCA) NABON Breast Cancer Audit (NBCA) Beschrijving Dit overzicht toont de kwaliteitsindicatoren welke per 1 april 2014 ontsloten zullen worden in het kader van het getrapte transparantiemodel van DICA. De ontsluiting

Nadere informatie

Onderbuik. Anatomie

Onderbuik. Anatomie Onderbuik Anatomie 1 Mannelijk Bij mannen geen ruimte van Douglas maar een retrovesicale ruimte begrenst door Denonvilliers' fascie. Vesciculae seminales bevinden zich achter / boven de prostaat. Met echo

Nadere informatie

Gerichte niet-invasieve borst-biopsies

Gerichte niet-invasieve borst-biopsies Gerichte niet-invasieve borst-biopsies Dr. Bart Claikens Dienst Radiologie NMR AZ Damiaan Oostende www.radiologie-azdamiaan.be Inhoud -Borstkanker -Het doel van borst biopsies -Wat wordt van radioloog

Nadere informatie

Landelijk Contactdag 2017

Landelijk Contactdag 2017 Landelijk Contactdag 2017 Radiotherapie voor Blaaskanker Bradley Pieters Academisch Medisch Centrum/ Universiteit van Amsterdam 2 Typen Blaaskanker Niet-spierinvasief Spierinvasief Behandelingen Verwijderen

Nadere informatie

(Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom. Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam

(Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom. Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam (Neo)adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom Prof.dr. Kees Punt afd. Medische Oncologie AMC Amsterdam Adjuvante chemotherapie bij rectumcarcinoom in Nederland Geloof Gewoonte Evidence-based medicine

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Centraal in dit proefschrift staat de minimaal invasieve slokdarmresectie als behandeloptie voor het slokdarmcarcinoom. In hoofdstuk 2 en 3 belichten wij in twee overzichtsartikelen de in de literatuur

Nadere informatie

Saffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom

Saffire Phoa. CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Saffire Phoa CT voor preoperatieve stagering van het pancreascarcinoom Pancreascarcinoom heeft een zeer slechte prognose, en de enige kans op curatie is een resectie van de tumor. Hoewel de mortaliteit

Nadere informatie

longcarcinoom: stadiëring en behandeling

longcarcinoom: stadiëring en behandeling Hoe actueel is de CBO richtlijn? Niet-kleincellig longcarcinoom: stadiëring en behandeling Prof. dr. Harry J.M. Groen UMCG Groningen Wat moet er veranderen? TBNA? Plaats van EUS-FNA? Plaats van EBUS-FNA?

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Nederlandse samenvatting Om de behandeling met intrauteriene inseminaties (IUI) zo optimaal mogelijlk te laten verlopen zijn een aantal factoren noodzakelijk. Deze factoren betreffen 1) voldoende progressief

Nadere informatie