Procenten 75% 33% 10% 50% 40% 25% 50% 100%

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Procenten 75% 33% 10% 50% 40% 25% 50% 100%"

Transcriptie

1 Procenten 50% 75% 25% 100% 10% 40% 50% 33%

2 Uitleg procenten & Hoofdstuk 1A: hele procenten Uitleg : Procent betekent: 1/100 deel Bij procentrekenen werken we met HOEVEELHEDEN Bij een hoeveelheid van iets kun je bij iets van alles invullen: land, geld, auto s Opgave 01: Zet in de juiste volgorde: 400 euro, 200 auto s, 700 m2 in de volgorde van de volgende hoeveelheden: oppervlakte, geld, auto s In welk deel van de wereld je ook komt, overal worden er van allerlei hoeveelheden procenten berekend. Het woord procent klinkt in de verschillende talen anders, maar het afgesproken teken % is overal hetzelfde. Als je ergens 1% ziet staan, dan weet je: Opgave 02: In het Nederlands betekent het voor mij: 1 p. (vul in) Bereken: 1% van 300,00 Werkwijze: deel de hoeveelheid door 100 en vermenigvuldig het antwoord met 1 Dus: 300,00 : 100 = 3,00 x 1 = 3,00 (1% bereken je door een hoeveelheid door 100 te delen) Opgave 03: Opgave 04: Opgave 05: Reken zelf: 600,00 : 100 =.. (vul in) Op de snelweg Rotterdam en Amsterdam staat een file van 900 voertuigen. 1% daarvan is bussen. Hoeveel bussen staan er in die file? Meneer Kruiswijk heeft 2000,00 op de bank. Hij wil daarvan 1% aan de Stichting MS Research schenken. Hoeveel geld krijgt de Stichting MS Research? Opgave 06: Mevrouw Kunst liet een schilderij maken. Dat kostte haar 1200,00 Omdat ze direct betaalde, kreeg ze 1% korting. Hoeveel korting kreeg mevrouw Kunst? Opgave 07: Toen ik jong was heb ik een doos met 400 ducaten gevonden. 1% van de opbrengst mocht ik zelf houden. Hoeveel ducaten mocht ik zelf houden? (ducaten zijn gouden muntstukken van vroeger) 2

3 Opgave 08: Hier volgen 4 1%-sommen zonder verhaal: a) 1% van 600 = b) 1% van 1400 = c) 1% van 3000 = d) 1% van 9500 = Nu volgen 1%-sommen van andere getallen. Voorbeeld: Hoeveel is 1% van 925? Antwoord: 925,00 : 100 = 9,25 (achter een heel getal kun je een komma zetten en daarna moet je de komma 2 plaatsen naar links verschuiven) Opgave 09: Hoeveel is 875 : 100? Opgave 10: Hoeveel is 1% van 615? Opgave 11: Met de schuivende komma kun je snel elk getal door 100 delen. Dat hebben we juist bij procentrekenen nodig. Hier is een vraagstukje om te kijken of het lukt: Bereken: 1% vaqn 795 Tip: de hoeveelheid 795 moet je door 100 delen, dan heb je 1% Bereken: 1% van 795 = Als een getal geen komma heeft, wat moet je dan doen? Denk achter het getal een komma. Schuif die 2 plaatsen naar links en je hebt 1%. Opgave 12: Bereken: 1% van 965 Opgave 13: Opgave 14: Werk met de schuivende komma om 1% te vinden. Bereken: 1% van 2970,- a) 1% van 900 flessen mineraalwater =.. flessen b) 1% van 3550 kilo =.. kilo c) 1% van 225 vaten olie =.. vaten We gaan nu verder met het berekenen van meer dan 1% Voorbeeld: In een jachthaven liggen 600 schepen. 5% daarvan zijn open bootjes. Vraag: hoeveel open bootjes liggen er in die haven? Oplossing: 1% van de hoeveelheid vann 600 boten = 6 boten 5% is dan 5 x zo veel. Het antwoord is: 5 x 6 boten = 30 boten. Opgave 15: Opgave 16: Bereken: 6% van 700 fietsen =.. fietsen Bereken: 10% van 900,- =.. Opgave 17: 2% van 300 ijsjes = Opgave 18: 7% van 1250,- = 3

4 Misschien ken je de breuken die bij mooi procenten horen nog niert uit je hoofd. Je kunt ze altijd vinden door ze met honderdsten te schrijven Opgave 19: 8% van 1631,- = Opgave 20: 100% van 20 = 100% van 400 = 50% van 20 = 50% van 400 = 25% van 20 = 25% van 400 = 50% van 10,- = 50% van 1,20 = 25% van 2,- = 25% van 1,60 = 50% van 100,- = 50% van 1,60 = 25% van 50,- = 100% van 2,- = Je bent klaar met de herhalingsstof van hoofdstuk 1A. Maak nu de toets die hoort bij hoofdstuk 1A. 4

5 Toets hoofdstuk 1A: hele procenten 01. De kippen van Boer Thor hebben 2300 eieren gelegd. Op weg naar de markt breekt 1%. Dat valt mee, zegt Thor. Er zijn maar.. eieren stuk. (vul in) 02. 9% van 300,- = 03. 5% van 1200 = 04. Langs een dijk lopen 1000 schapen. Het is mei en de schapen moeten hun vacht kwijt. De schaapscheerder scheert 20% van de kudde op een dag. Dat zijn dus.. schapen. (vul in) 05. 4% van 2500 reizigers =.. reizigers 06. 1% van 1425 liter =.. liter 07. 6% van 605,- = lopers en loopsters doen mee aan de marathon. In het eerste kwartier valt 4% uit. Dat zijn dus al direct.. uitvallers. (vul in) 09. 5% van 650,- =.. (vul in) 10. 7% van 1311,- =. Ik had in deze toets.. fouten. Heb je 4 of meer fouten, dan maak je hoofdstuk 1B.. Heb je minder dan 4 fouten, dan mag je verder met hoofdstuk 2. 5

6 We gaan alles nog eens herhalen Uitleg procenten & Les 1B: hele procenten Opgave 01. Overal op de wereld wordt er met procenten gewerkt. Dat is reuze handig. Een hoeveelheid in 100 stukjes verdelen gaat gemakkelijk. Elk stukje is dan 1% Alle stukjes bij elkaar als geheel is weer.. % (vul in) Hoe bereken je 1%? Als je een hoeveelheid door 100 deelt, krijg je 1%. Voorbeeld opgave: In een straat staan 200 huizen. 1% daarvan staat leeg. Hoeveel huizen staan er leeg in die straat? Je denkt: De hoeveelheid is 200 huizen. 1% = 200 : 100 =? Opgave 02. Opgave 03. Opgave 04. Er staan.. huizen leeg (vul in) Als een hoeveelheid een rond getal is, is de berekening snel gevonden. a) 1% van 500 =.. b) 1% van 1600 =.. c) 1% van 4000 =.. d) 1% van 9600 =.. Snel door 100 delen? Schuif de komma 2 plaatsen naar links. En als er geen komma in een getal staat, bijvoorbeeld 486? Achter een getal zonder komma mag je altijd een komma erachter zetten. Voorbeeld: Bereken 1% van 975 Antwoord: 975, - : 100 = 9,75 Bereken: 825,- : 100 =.. Met de schuivende komma kun je snel een getal door 100 delen. Dat hebben we juist bij procentrekenen nodig. Opgave 05. Bereken: 1% van 865 Opgave 06. Bereken: 1% van 2975,- 6

7 Opgave 07. 1% vinden is zo n probleem niet! We gaan dus verder met 2%, 3% en zo meer. Als je 2 of meer procenten moet berekenen, begin je altijd zo: - eerst naar de hoeveelheid kijken (is 100%) - hiervan 1% nemen - daarna het gevraagde aantal procenten berekenen Bereken: 5% van 300 fietsen Opgave 08. 8% van 500,- = Opgave 09. 3% van 600 wagons =.. wagons (vul in) Bereken 7% van 1325,- op twee manieren: met een kladblaadje en met de rekenmachine. 1. Methode kladblaadje: - 1% vind je door de komma 2 plaatsen naar links te schuiven 1% is dus 13,25-7% is dan 7 x 13,25 en dit moet op een kladblaadje worden uitgerekend 2. Methode rekenmachine: type in: 1325 x 7 (invers) % = (de invers-toets moet bij sommige rekenmachines, die geen aparte %-knop hebben, gebruikt worden) Opgave 10. Bereken: 4% van 675,00 Opgave 11. Bereken 3% van 2500,00 Opgave % van 60,- = 25% van 60,- = 25% van 1000,- = 10% van 400,- = 25% van 800,- = 100% van 100 = 25% van 100 = 25% van 32 = 25% van 40 = 50% van 5 = Je bent klaar met de herhalingsstof van hoofdstuk 1B. Maak nu de toets die hoort bij hoofdstuk 1B. 7

8 Toets hoofdstuk 1B: hele procenten In dit hoofdstuk hebben we kennis gemaakt met de wereldmaat procent. Het rekenteken hiervoor is %. Een hele hoeveelheid is altijd 100%. Opgave 1. 1/100 deel van een hoeveelheid is.. % Opgave 2. Als je een getal door 100 wilt delen, dan hoef je alleen de komma plaatsen naar. te schuiven. Vul in. Opgave 3. Bereken: 5% van 200 fietsen = Opgave 4. 1% is 7 appels. Hoeveel appels is 5%? Opgave 5. Bereken: 13% van 684,00 = Opgave 6. Hoeveel is: 5% van 300? Opgave 7. Hoeveel is: 5% van 1234? Opgave 8. In een doos zitten 300 potloden. 5% heeft een gebroken punt. Hoeveel potloden zijn dat? Opgave 9. 50% van 10 = 100% van 10 = 10% van 200 = 100% van 1 =. Ik had in deze toets.. fouten. Ga verder met hoofdstuk 2. 8

9 Hoofdstuk 2: halve procenten Opgave 1. Er bestaat een groot verschil tussen de helft en een half procent. Kijk maar naar het volgende voorbeeld. - Bereken: ½ van 600 = Uitkomst: de helft van 600 = ½% van 600 = 1% van 600 = 6, dus ½% = de helft van 6 = 3 Hebben de volgende twee opgaven dezelfde uitkomst: ½ van 400 en ½% van 400? Kies: ja of nee. Opgave 2. Wat is meer: ½ van of ½% van 600,00? Maak beide berekeningen en kies daarna. Opgave 3. Opgave 4. Opgave 5. Bereken: 3 ½% van 400,00 =.. 12 ½% van 400,00 =.. 37 ½% van 400,00 =.. 62 ½% van 400,00 =.. 87 ½% van 400,00 =.. 37 ½% van 160,00 =.. 62 ½% van 6400,00 =.. 87 ½% van 9600,00 =.. 62 ½% van 5600,00 =.. 37 ½% van 3200,00 =.. Je bent klaar met de stof van hoofdstuk 2. Maak nu de eindtoets die hoort bij dit hoofdstuk. 9

10 Toets hoofdstuk 2 Opgave 1a ½ van 600 = ½ van 500 = ½ van 80 = ½ van 720 = ½ van 1360 = Opgave 1b ½% van 800 = ½% van 500 = ½% van 80 = ½% van 720 = ½% van 1360 = Opgave 2 30 ½ % van 900,00 =.. 55 ½ % van 2800,00 =.. 47 ½ % van 4500,00 =.. 27 ½ % van 2500,00 =.. 17 ½ % van 3600,00 =.. Ik had in deze toets.. fouten. Ga verder met hoofdstuk 3. 10

11 Hoofdstuk 3: procent-breuk-verhouding Hoe maak je van 25% een breuk? Antwoord: 25% = 25/100 en deze breuk kun je vereenvoudigen door teller en noemer door het zelfde getal (25) te delen. Dan krijg je ¼. Opgave 1. Verander 75% in een breuk. Misschien ken je de breuken die bij mooie procenten horen nog niet uit je hoofd. Je kunt ze altijd vinden door ze met honderdsten te schrijven en daarna te vereenvoudigen. Reken mee: 40 % = 40/100 = 2/5 Onthoud dus: 40% = 2/5 Opgave 2. Reken zelf: 80% =.. Steeds werken we met breuken, die we makkelijk met procenten kunnen schrijven. Immers: tweeden, vierden, vijfden en tienden zijn eenvoudig te veranderen in honderdsten. (dus in procenten) Kijk maar eens naar de volgende voorbeelden: ½ = 50/100 = 50% ¼ = 25/100 = 25% 3/10 = 30/100 = 30% 1/5 = 20/100 = 20% 2/5 = 40/100 = 40% Opgave 3. Bereken: 3/5 =. % Opgave 4. Opgave 5. Opgave 6. Opgave 7. Opgave 8. Vul in: 50% van 60 leerlingen =.. leerlingen (50% is een mooi procent; het is hetzelfde als ½) 50% van 64,00 =.. Bereken 25% van 120 schepen. Antwoord:.. schepen (25% is een mooi procent; het is hetzelfde als 1/4) Bereken 25% van 160,00 =.. 75% van 120,00 =.. (75%=75/100=3/4; een mooi procent dus) 11

12 Opgave 09. Advertentie: ZAKREKENMACHINE Normale prijs 10,00 Nu met 20% korting Een mevrouw stapt de winkel in en geeft 8,00 voor de aankoop van 1 rekenmachine. Wat zegt de verkoopster? A. Dat is niet genoeg, mevrouw B. Precies gepast. Dank u wel. Welk antwoord is goed? Opgave 10. Opgave 11. Opgave % van 40,00 =.. 30% van 200 kilo =.. kilo 70% van 200 kilo =.. kilo Controleer eens of je deze mooie procenten vlug uit je hoofd met een breuk kunt schrijven: 10% = 90% = 50% = Opgave 13. Hier zijn er nog 3. Zoek de breuk die bij het procent past. 20% = 30% = 40% = Opgave 14. Bereken: 21% van % van % van % van 800 Opgave 15. Opgave 16. Verander het mooie procent in een breuk. 30% van 800 = / van 800 =.. 75% van 800 = / van 800 =.. Bereken ten slotte: 10% van 400 =.. 20% van 500 =.. Je hebt nu hoofdstuk 3 af. Maak de toets van hoofdstuk 3 om te controleren of je de stof beheerst. 12

13 Toets hoofdstuk 3 Schrijf de mooie procenten als breuk en vereenvoudig Opgave 1. Opgave 2. Opgave % = / = / 20 % = / = / 30 % = / = / 40 % = / = / 50 % = / = / 25 % = / = / 70 % = / = / 75 % = / = / 80 % = / = / 100 % = / = / Bereken: 10 % van 600 = 25 % van 800 = 60 % van 3600 = 75 % van 500 = 90 % van 400 = Ik had in deze toets.. fouten. Heb je meer dan 4 fouten, dan maak je hoofdstuk 4. Heb je minder fouten dan ben je nu klaar. 13

14 Hoofdstuk 4. Opgave 1. Opgave 2. Opgave 3. Opgave 4. We leerden procenten te veranderen in breuken. Dat kan je heel wat rekenwerk besparen bij het maken van procentsommen. 50% is wel een heel mooi procent. Het betekent 50 van de 100 en dat is precies de helft. Vul in: 50 % = / = / Het veranderen van procenten in breuken gebeurt in drie stappen. Stap 1: 30 % (het procent opschrijven) Stap 2: 30/100 (als breuk met als noemer 100 schrijven) Stap 3: de breuk vereenvoudigen (als dat kan) : / dus 3/10 Vul in 25 % = / = / Van procent naar breuk. Bij 5 % hoort de breuk: a. 5 % = 1/5 b. 5 % = 1/20 c. 5 % = 1/25 Welk antwoord is goed? a, b, c? De procenten die je hier ziet, zijn snel als breuk te schrijven. 50%, 25%, 20% en 10% passen mooi bij 100% Schrijf als breuk en vereenvoudig: 50 % = / = / 25 % = / = / 20 % = / = / 10 % = / = / Opgave 5. Bereken: 20 % van 35,00 (Aanwijzing: we kiezen natuurlijk de eenvoudigste berekening. 20 % is een mooi procent: 20/100 = 1/5) Opgave 6. Opgave 7. Bereken: 40 % van 25 =? Vul in: 40 % = / = / van 25 = 60 % van 25 =? Vul in: 60 % = / = / van 25 = Maak deze sommen op de volgende manier: Voorbeeld: 20 % van 750,00 = 1/5 van 750,00 = 150,00 10 % van 1100,00 = / van 1100,00 = % van 1000,00 = / van 1000,00 =.. 20 % van 900,00 = / van 900,00 =.. Opgave % van 400,00 = 75 % van 2000,00 = 90 % van 1200,00 = 30 % van 1500,00 = Maak nu de toets die hoort bij hoofdstuk 4. 14

15 Toets hoofdstuk 4 Opgave 1. Opgave 2. Opgave % = / = / 80 % = / = / 20 % = / = / 75 % = / = / 60 % = / = / 25 % = / = / 75 % = / = / 50% = / = / 70 % = / = / 10% = / = / 20 % van 350,00 = / van 350,00 =.. 70 % van 200,00 = / van 200,00 =.. 30 % van 150,00 = / van 150,00 =.. 50 % van 750,00 = / van 750,00 =.. 60 % van 3750,00 = / van 3750,00 =.. Ik had in deze toets.. fouten. Je bent klaar en hebt kennis gekregen van procenten. 15

16 Antwoorden Hoofdstuk 1: 01: 700 m2 400 euro 200 auto s 02: 1 procent 03: 6,00 04: 9 bussen 05: 20,00 06: 12,00 07: 4 ducaten 08: a: 6 b: 14 c:30 d: 95 09: 8,75 10: 6,15 11: 1/100 x 795 = 795 : 100 = 7,95 12: 9,65 13: 29,70 14: 9 flessen 35,50 kilo 2,25 vaten 15: 700 fietsen : 100 = 7 fietsen x 6 = 42 fietsen 16: 900,00 : 100 = 9,00 x10 = 90,00 17: 6 ijsjes 18: 87,50 19: 130,48 20: ,- 0,60 0,50 0,40 50,00 0,80 12,50 2,- 16

17 Toets hoofdstuk 1A 01: 23 eieren 02: 27,- 03: 60 04: 200 schapen 05: 100 reizigers 06: 14,25 liter 07: 36,30 08: 69 uitvallers 09: 32,50 10: 91,77 Les 1B 01: 100% 02: 2 huizen 03: : 8,25 05: 8,65 06: 29,75 07: 15 fietsen 08: 40,00 09: 18 wagons 10: 27,00 11: 75,00 12: 30,00 15,00 250,00 40,00 200, ½ 17

18 Toets hoofdstuk 1B 01: 1 % 02: 2 plaatsen naar rechts 03: 10 fietsen 04: 35 appels 05: 158,88 06: 15 07: 61,7 08: 15 potloden 09: Hoofdstuk 2 01: nee 02: 600,00 : 2 = 300,00 (de helft van iets is dus meer) 600,00 : 100 = 6,00 x ½ = 3,00 03: 400,00 : 100 = 4,00 x 3 ½ = 14,00 04: 50,00 150,00 250,00 350,00 60,00 05: 400, , , ,00 Toets hoofdstuk 2 1a: b: 4 2 ½ 0,40 3,6 6,8 02: 274, , ,50 687,50 630,00 18

19 Hoofdstuk 3 01: 75 % = 75 / 100 = 3 /4 02: 80 % = 80 / 100 = 8 / 10 = 4 / 5 03: 3 / 5 = 60 / 100 = 60 % 04: 30 leerlingen 05: 32,00 06: 30 schepen 07: 40,00 08: 90,00 09: antwoord B 10: 40,00 11: 60 kilo 140 kilo 12: 10 % = 1 / % = 9 / % = 1 / 2 13: 20 % = 1 / 5 30 % = 3 / % = 2 / 5 14: 21 x 8 = x 8 = x 8 = x 8 = 600 ( of 3 / 4 x 800 = 600) 15: 3 / 10 van 800 = / 4 x 800 = : 10 / 100 x 400 = 1 / 10 x 400 = / 100 x 500 = 1/5 x 500 =

2 REKENEN MET BREUKEN 3. 2.3 Optellen van breuken 6. 2.5 Aftrekken van breuken 9. 2.7 Vermenigvuldigen van breuken 11. 2.9 Delen van breuken 13

2 REKENEN MET BREUKEN 3. 2.3 Optellen van breuken 6. 2.5 Aftrekken van breuken 9. 2.7 Vermenigvuldigen van breuken 11. 2.9 Delen van breuken 13 REKENEN MET BREUKEN. De breuk. Opgaven. Optellen van breuken 6. Opgaven 8. Aftrekken van breuken 9.6 Opgaven 9.7 Vermenigvuldigen van breuken.8 Opgaven.9 Delen van breuken.0 Opgaven. Een deel van een deel.

Nadere informatie

De waarde van een plaats in een getal.

De waarde van een plaats in een getal. Komma getallen. Toen je net op school leerde rekenen, wist je niet beter dan dat getallen heel waren. Dus een taart was een taart, een appel een appel en een peer een peer. Langzaam maar zeker werd dit

Nadere informatie

Kommagetallen. Twee stukjes is

Kommagetallen. Twee stukjes is Kommagetallen Een kommagetal is een getal dat niet heel is. Het is een breuk. Voor de komma staan de helen, achter de komma staat de breuk. De cijfers achter de komma staan voor de tienden, honderdsten,

Nadere informatie

2. Optellen en aftrekken van gelijknamige breuken

2. Optellen en aftrekken van gelijknamige breuken 1. Wat is een breuk? Een breuk Een breuk is een verhoudingsgetal. Een breuk geeft aan hoe groot een deel is van een geheel. Stel een taart is verdeeld in stukken. Je neemt 2 stukken van de taart. Je hebt

Nadere informatie

REKENVAARDIGHEID BRUGKLAS

REKENVAARDIGHEID BRUGKLAS REKENVAARDIGHEID BRUGKLAS Schooljaar 008/009 Inhoud Uitleg bij het boekje Weektaak voor e week: optellen en aftrekken Weektaak voor e week: vermenigvuldigen Weektaak voor e week: delen en de staartdeling

Nadere informatie

De teller geeft hoeveel stukken er zijn en de noemer zegt wat de 5. naam is van die stukken: 6 taart geeft dus aan dat de taart in 6

De teller geeft hoeveel stukken er zijn en de noemer zegt wat de 5. naam is van die stukken: 6 taart geeft dus aan dat de taart in 6 Breuken Breuk betekent dat er iets gebroken is. Het is niet meer heel. Als je een meloen doormidden snijdt, is die niet meer heel, maar verdeeld in twee stukken. Eén zo n stuk is dan een halve meloen,

Nadere informatie

Het weetjesschrift. Weetjesschrift Galamaschool

Het weetjesschrift. Weetjesschrift Galamaschool Het weetjesschrift Dit is het weetjesschrift. In dit schrift vind je heel veel weetjes over taal, rekenen en andere onderwerpen. Sommige weetjes zal je misschien al wel kennen en anderen leer je nog! Uiteindelijk

Nadere informatie

Routeboekje. bij Rekenrijk. Groep 7 Blok 6. Van...

Routeboekje. bij Rekenrijk. Groep 7 Blok 6. Van... Routeboekje bij Rekenrijk Groep 7 Blok 6 Van... Groep 7 Blok 6 Les 1 Leerkrachtgebonden LB 7a 142 1 Hoeveel bussen? meedoen LB 7a 142 2 Reken uit - LB 7a 142 3 Reken uit maken LB 7a 143 4 Schat eerst,

Nadere informatie

Toets gecijferdheid augustus 2005

Toets gecijferdheid augustus 2005 Toets gecijferdheid augustus 2005 Naam: Klas: score: Datum: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing - Denk aan de tijd

Nadere informatie

Strategiekaarten. Deze strategiekaarten horen bij de ThiemeMeulenhoff-uitgave (ISBN 978 90 557 4642 2): Rekenen: een hele opgave, deel 2

Strategiekaarten. Deze strategiekaarten horen bij de ThiemeMeulenhoff-uitgave (ISBN 978 90 557 4642 2): Rekenen: een hele opgave, deel 2 Deze strategiekaarten horen bij de ThiemeMeulenhoff-uitgave (ISBN 978 90 557 4642 2): Joep van Vugt Anneke Wösten Handig optellen; tribunesom* Bij optellen van bijna ronde getallen zoals 39, 198, 2993,..

Nadere informatie

Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters

Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters Maerlant College Brielle 5 oktober 2009 c Swier Garst - RGO Middelharnis 2 Inhoudsopgave Rekenen met gehele getallen 7. De gehele getallen.....................................

Nadere informatie

kun je op verschillende manieren opschrijven of uitspreken: XX Daarnaast kun je een breuk ook opschrijven als een decimaal getal.

kun je op verschillende manieren opschrijven of uitspreken: XX Daarnaast kun je een breuk ook opschrijven als een decimaal getal. . Breuken Je kunt breuken gebruiken om een verhouding weer te geven. Een breuk schrijf je als een streepje met een getal erboven (de teller) en een getal eronder (de noemer), bijvoorbeeld. De streep zelf

Nadere informatie

Ruitjes vertellen de waarheid

Ruitjes vertellen de waarheid Ruitjes vertellen de waarheid Opdracht 1 Van fouten kun je leren Van fouten kun je leren, jazeker. Vooral als je héél goed weet wat er fout ging. Vandaag leer je handige formules begrijpen door kijken

Nadere informatie

Overstapprogramma 6-7

Overstapprogramma 6-7 Overstapprogramma - Cijferend optellen 9 Verdeel het getal. Het getal 8 kun je verdelen in: duizendtallen honderdtallen tientallen eenheden D H T E 8 D H T E 8 = 8 9 9 9 = = = = Zet de getallen goed onder

Nadere informatie

2.2 Ongelijknamige breuken en vereenvoudigde breuken 22. 2.3.1 Gemengde getallen optellen en aftrekken 26. 2.5 Van breuken naar decimale getallen 28

2.2 Ongelijknamige breuken en vereenvoudigde breuken 22. 2.3.1 Gemengde getallen optellen en aftrekken 26. 2.5 Van breuken naar decimale getallen 28 Breuken Samenvatting Als je hele getallen deelt, kunnen er breuken ontstaan. Een breuk is een deel van iets. Je hebt iets in gelijke delen verdeeld. Wanneer je een kwart van een pizza hebt, dan heb je

Nadere informatie

Hoe maak je nu van breuken procenten? Voorbeeld: Opgave: hoeveel procent van de onderstaande tekening is zwart gekleurd?

Hoe maak je nu van breuken procenten? Voorbeeld: Opgave: hoeveel procent van de onderstaande tekening is zwart gekleurd? Procenten Zoals op de basisschool is aangeleerd kunnen we een taart verdelen in een aantal stukken. Hierbij krijgen we een breuk. We kunnen ditzelfde stuk taart ook aangegeven als een percentage. Procenten:

Nadere informatie

2.1 Kennismaken met breuken. 2.1.1 Deel van geheel. Opdracht 1 Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd?

2.1 Kennismaken met breuken. 2.1.1 Deel van geheel. Opdracht 1 Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd? Oefenopdrachten hoofdstuk Gebroken getallen RekenWijzer, oefenopdrachten hoofdstuk Gebroken getallen. Kennismaken met breuken.. eel van geheel Opdracht Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd? deel

Nadere informatie

Een breuk is een getal dat kleiner is dan 1. Als je iets in tweeën, drieën, vieren enz. breekt, dan krijg je een breuk.

Een breuk is een getal dat kleiner is dan 1. Als je iets in tweeën, drieën, vieren enz. breekt, dan krijg je een breuk. Breuken Wat is een breuk Wat is een breuk? Een breuk is een getal dat kleiner is dan. Als je iets in tweeën, drieën, vieren enz. breekt, dan krijg je een breuk. Stel, je breekt één stukje krijt in tweeën,

Nadere informatie

1.3 Rekenen met pijlen

1.3 Rekenen met pijlen 14 Getallen 1.3 Rekenen met pijlen 1.3.1 Het optellen van pijlen Jeweetnuwatdegetallenlijnisendat0nochpositiefnochnegatiefis. Wezullen nu een soort rekenen met pijlen gaan invoeren. We spreken af dat bij

Nadere informatie

Onderstreep in elke opgave wat je eerst moet uitrekenen. Je hoeft de opdrachten niet uit te rekenen. 788 : (1 500 : 3)

Onderstreep in elke opgave wat je eerst moet uitrekenen. Je hoeft de opdrachten niet uit te rekenen. 788 : (1 500 : 3) Blok 5 G/B vraag : volgorde van bewerkingen bepalen en correct uitvoeren Volgorde van bewerkingen Heel MoDerne PopMuziek Reken eerst uit wat tussen Haakjes staat. Daarna werk je verder van links naar rechts.

Nadere informatie

Onderstreep in elke opgave wat je eerst moet uitrekenen. Je hoeft de opdrachten niet uit te rekenen. 788 : (1 500 : 3)

Onderstreep in elke opgave wat je eerst moet uitrekenen. Je hoeft de opdrachten niet uit te rekenen. 788 : (1 500 : 3) Blok G/B vraag : volgorde van bewerkingen bepalen en correct uitvoeren Volgorde van bewerkingen Heel MoDerne PopMuziek Reken eerst uit wat tussen Haakjes staat. Daarna werk je verder van links naar rechts.

Nadere informatie

Breuken met letters WISNET-HBO. update juli 2013

Breuken met letters WISNET-HBO. update juli 2013 Breuken met letters WISNET-HBO update juli 2013 De bedoeling van deze les is het repeteren met pen en papier van het werken met breuken. Steeds wordt bij gebruik van letters verondersteld dat de noemers

Nadere informatie

Derde domein: gebroken getallen. 1 Kennismaking met breuken. 1.1 De breuk als deel van een geheel. Opdracht 1. Opdracht 2. blaadje 1.

Derde domein: gebroken getallen. 1 Kennismaking met breuken. 1.1 De breuk als deel van een geheel. Opdracht 1. Opdracht 2. blaadje 1. Derde domein: gebroken getallen 1 Kennismaking met breuken 1.1 De breuk als deel van een geheel Opdracht 2 blaadje 1 blaadje 2 blaadje 3 blaadje 4 Een blaadje in twee delen vouwen geeft de helft van een

Nadere informatie

Reken zeker: leerlijn breuken

Reken zeker: leerlijn breuken Reken zeker: leerlijn breuken B = breuk H = hele HB = hele plus breuk (1 1/4) Blauwe tekst is theorie uit het leerlingenboek. De breuknotatie in Reken zeker is - anders dan in deze handout - met horizontale

Nadere informatie

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen Deel C Breuken vermenigvuldigen en delen - 0 Sprongen op de getallenlijn. De sprongen op de getallenlijn zijn even groot. Schrijf passende breuken of helen bij de deelstreepjes. 0 Welk eindpunt wordt bereikt

Nadere informatie

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk 4 KOMMAGETALLEN BASIS

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk 4 KOMMAGETALLEN BASIS Instructie voor Docenten Hoofdstuk 4 KOMMAGETALLEN BASIS Instructie voor docenten H4 KOMMAGETALLEN BASIS DOELEN VAN DE LES: Leerlingen weten dat getallen in de plaatswaardekaart een bepaalde waarde hebben,

Nadere informatie

Procenten. Een percentage van iets nemen. Handige percentages. Het percentage vinden

Procenten. Een percentage van iets nemen. Handige percentages. Het percentage vinden Procenten Een percentage van iets nemen 1% Percentages kom je overal tegen: Deze stof is % katoen. Dat is 99% zeker. Op deze bankrekening krijg je 4% rente. Wat is 1%? 1% (één procent) betekent 1 per.

Nadere informatie

Derde domein: gebroken getallen. 1 Kennismaking met breuken. 1.1 De breuk als deel van een geheel. Opdracht 1. Opdracht 2. blaadje 1.

Derde domein: gebroken getallen. 1 Kennismaking met breuken. 1.1 De breuk als deel van een geheel. Opdracht 1. Opdracht 2. blaadje 1. Derde domein: gebroken getallen 1 Kennismaking met breuken 1.1 De breuk als deel van een geheel blaadje 1 blaadje 2 blaadje 3 blaadje 4 Een blaadje in twee delen vouwen geeft de helft van een heel blaadje.

Nadere informatie

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk19 KOMMAGETALLEN - BASIS

Instructie voor Docenten. Hoofdstuk19 KOMMAGETALLEN - BASIS Instructie voor Docenten Hoofdstuk9 KOMMAGETALLEN - BASIS Instructie voor docenten H9: KOMMAGETALLEN DE BASIS DOELEN VAN DE LES: Leerlingen weten dat getallen in de plaatswaarde kaart een bepaalde waarde

Nadere informatie

Ouderbijeenkomst Rekenen. Procenten, kommagetallen en breuken

Ouderbijeenkomst Rekenen. Procenten, kommagetallen en breuken Ouderbijeenkomst Rekenen Procenten, kommagetallen en breuken Even vooraf Ga ik te snel, geef het aan Ga ik te langzaam, geef het aan Heeft u vragen, stel ze Mobieltjes graag op stil of uit. Vooraf 2 Wil

Nadere informatie

Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden

Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde Getallen

Nadere informatie

Onthoudboekje rekenen

Onthoudboekje rekenen Onthoudboekje rekenen Inhoud 1. Hoofdrekenen: natuurlijke getallen tot 100 000 Optellen (p. 4) Aftrekken (p. 4) Vermenigvuldigen (p. 5) Delen (p. 5) Deling met rest (p. 6) 2. Hoofdrekenen: kommagetallen

Nadere informatie

1. Optellen en aftrekken

1. Optellen en aftrekken 1. Optellen en aftrekken Om breuken op te tellen of af te trekken maak je de breuken gelijknamig. Gelijknamig maken wil zeggen dat je zorgt voor 'gelijke noemers': Om de breuken met 'derden' en 'vijfden'

Nadere informatie

Opdracht 2.1 a t/m c. Er zijn veel mogelijkheden. De vorm hoeft dus niet gelijk te zijn om toch een vierkant van dezelfde grootte te krijgen.

Opdracht 2.1 a t/m c. Er zijn veel mogelijkheden. De vorm hoeft dus niet gelijk te zijn om toch een vierkant van dezelfde grootte te krijgen. Uitwerkingen hoofdstuk Gebroken getallen. Kennismaken met breuken.. Deel van geheel Opdracht. a t/m c. Er zijn veel mogelijkheden. De vorm hoeft dus niet gelijk te zijn om toch een vierkant van dezelfde

Nadere informatie

TVE TIEN VRAGEN EXTENSIE LVS - VCLB WISKUNDE Begin 1 ste leerjaar

TVE TIEN VRAGEN EXTENSIE LVS - VCLB WISKUNDE Begin 1 ste leerjaar TVE TIEN VRAGEN EXTENSIE LVS - VCLB WISKUNDE Begin 1 ste leerjaar INSTRUCTIE BIJ VRAGEN Wiskunde Begin 1 ste leerjaar Voor de afname leg je aan iedereen kort de betekenis uit van de tekens =, < en > a.d.h.v.

Nadere informatie

RekenWijzer, uitwerkingen hoofdstuk 2 Gebroken getallen

RekenWijzer, uitwerkingen hoofdstuk 2 Gebroken getallen Uitwerkingen 2. Kennismaken met breuken 2.. Deel van geheel Opdracht B 8 deel. ( deel + 8 deel). Opdracht 2 C 5 deel Opdracht C Driehoek C past in driehoek A. Aangezien driehoek A deel is van de tekening,

Nadere informatie

Getallen. 1 Doel: een getallenreeks afmaken De leerlingen maken de getallenreeks af met sprongen van 150 000.

Getallen. 1 Doel: een getallenreeks afmaken De leerlingen maken de getallenreeks af met sprongen van 150 000. Getallen Basisstof getallen Lesdoelen De leerlingen kunnen: een reeks afmaken; waarde van cijfers in een groot getal opschrijven; getallen op de getallenlijn plaatsen; afronden op miljarden; getallen in

Nadere informatie

Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend 230 000 46 duizend 46 000 Andersom 345 600 345,6 duizend 24 500 24,5 duizend

Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend 230 000 46 duizend 46 000 Andersom 345 600 345,6 duizend 24 500 24,5 duizend Hoofdstuk 5 5A Grote getallen Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend 230 000 46 duizend 46 000 Andersom 345 600 345,6 duizend 24 500 24,5 duizend Miljoen 6 getallen achter de komma 230 miljoen

Nadere informatie

Rekenen met cijfers en letters

Rekenen met cijfers en letters Rekenen met cijfers en letters Maerlant College Brielle 5 oktober 009 c Swier Garst - RGO Middelharnis Inhoudsopgave Rekenen met gehele getallen 7. De gehele getallen.....................................

Nadere informatie

Hoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen.

Hoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen. Hoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen. Het werkt als volgt, Je maakt een opgave bijv. opgave 1. Hoe gaat het ook al weer denk je dan. Nou,

Nadere informatie

Rekentermen en tekens

Rekentermen en tekens Rekentermen en tekens Erbij de som is hetzelfde, is evenveel, is gelijk aan Eraf het verschil, korting is niet hetzelfde, is niet evenveel Keer het product kleiner dan, minder dan; wijst naar het kleinste

Nadere informatie

1.Tijdsduur. maanden:

1.Tijdsduur. maanden: 1.Tijdsduur 1 etmaal = 24 uur 1 uur = 60 minuten 1 minuut = 60 seconden 1 uur = 3600 seconden 1 jaar = 12 maanden 1 jaar = 52 weken 1 jaar = 365 (of 366 in schrikkeljaar) dagen 1 jaar = 4 kwartalen 1 kwartaal

Nadere informatie

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN a De standaardprocedure: getallen splitsen Zo lukt het altijd: 98 + 476 = 98 + 400 + 70 + 6 = 698 + 70 + 6 = 768 + 6 = 774 b Van plaats wisselen

Nadere informatie

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1]

4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1] 4.1 Negatieve getallen vermenigvuldigen [1] Voorbeeld 1: 5 x 3 = 15 (3 + 3 + 3 + 3 + 3 = 15) Voorbeeld 2: 5 x -3 = -15 (-3 +-3 +-3 +-3 +-3 = -3-3 -3-3 -3 = -15) Voorbeeld 3: -5 x 3 = -15 Afspraak: In plaats

Nadere informatie

Tafels bloemlezing. Inhoud 1

Tafels bloemlezing.   Inhoud 1 Tafels bloemlezing Leer- en oefenboek 49 bladzijden. Hier zie je de hele pdf, waarin veel geschrapt is, maar waarin je een prima indruk krijgt hoe deze methode is opgebouwd. Dit is een methode die niet

Nadere informatie

6 Breuken VOORBEELDPAGINA S. Bestelnr Het grote rekenboek - overzicht - Hoofdstuk Breuken

6 Breuken VOORBEELDPAGINA S. Bestelnr Het grote rekenboek - overzicht - Hoofdstuk Breuken Bestelnr. Het grote rekenboek - overzicht - Hoofdstuk Breuken K-Publisher B.V. Prins Hendrikstraat NL- CS Bodegraven Telefoon +(0)- 0 Telefax +(0)- info@k-publisher.nl www.k-publisher.nl Breuken Breuk

Nadere informatie

2.1 Kennismaken met breuken. 2.1.1 Deel van geheel. Opdracht 1 Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd?

2.1 Kennismaken met breuken. 2.1.1 Deel van geheel. Opdracht 1 Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd? Oefenopdrachten hoofdstuk Gebroken getallen RekenWijzer, oefenopdrachten hoofdstuk Gebroken getallen. Kennismaken met breuken.. eel van geheel Opdracht Welk deel van deze cirkel is zwart ingekleurd? 8

Nadere informatie

VOORBEELDEN REKENEN IN DE BEROEPSGERICHTE VAKKEN GROENHORST COLLEGE

VOORBEELDEN REKENEN IN DE BEROEPSGERICHTE VAKKEN GROENHORST COLLEGE VOORBEELDEN REKENEN IN DE BEROEPSGERICHTE VAKKEN GROENHORST COLLEGE 1.1 Rekenopgave Dier Het begrip verhoudingen met de breuken en procenten is lastig voor de niveau 2 deelnemers dier. Wanneer leerlingen

Nadere informatie

Breuken. Tel.: Website:

Breuken. Tel.: Website: Breuken Leer- en oefenboek Versie - april 08 Auteur en uitgever: Klaas van der Veen Tel.: 00-700 E-mail: info@ info@meesterklaas.nl Website: www. www.meesterklaas.nl Inhoud Wat is een breuk Wat is groter:

Nadere informatie

Uitwerking toets rekenvaardigheid. Opgave 1 a. 7125,98 + 698,99 = Tip: Bij kommagetallen is het eenvoudiger om aan geld te denken.

Uitwerking toets rekenvaardigheid. Opgave 1 a. 7125,98 + 698,99 = Tip: Bij kommagetallen is het eenvoudiger om aan geld te denken. Uitwerking toets rekenvaardigheid Opgave a. 725,98 + 698,99 = Tip: Bij kommagetallen is het eenvoudiger om aan geld te denken. 725,98 + 698,99 = 725,98 + 700,0= 7824,97 Denk eraan ik doe er teveel bij

Nadere informatie

1.1 Rekenen met letters [1]

1.1 Rekenen met letters [1] 1.1 Rekenen met letters [1] Voorbeeld 1: Een kaars heeft een lengte van 30 centimeter. Per uur brand er 6 centimeter van de kaars op. Hieruit volgt de volgende woordformule: Lengte in cm = -6 aantal branduren

Nadere informatie

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN

BEWERKINGEN HOOFDREKENEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN 40 NATUURLIJKE GETALLEN OPTELLEN a De standaardprocedure: getallen splitsen Zo lukt het altijd: 98 + 476 = 98 + 400 + 70 + 6 = 698 + 70 + 6 = 768 + 6 = 774 b Van plaats wisselen Uitsluitend te gebruiken

Nadere informatie

Getallen en breuken. 1 Doel: helen in breuken verdelen en helen uit de breuk halen. Herhalen

Getallen en breuken. 1 Doel: helen in breuken verdelen en helen uit de breuk halen. Herhalen Getallen en breuken Basisstof structuur van de getallen tot 000 000 breuken Lesdoelen De leerlingen kunnen: helen in breuken verdelen en helen uit de breuk halen; helen en breuken verdelen; getallen op

Nadere informatie

rekenboek 5a lessen

rekenboek 5a lessen rekenboek 5a lessen 507006 De stad in Blok 2 21 770 1000 500 400 Blok 2 Week 1 Les 1 1 Tellen. atel verder. 396 397 598 797 Tel terug. 402 401 903 101 bmaak sprongen van 10. Maak sprongen van 50. 480 490

Nadere informatie

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A

Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A Rekentijger - Groep 7 Tips bij werkboekje A Omtrek en oppervlakte (1) Werkblad 1 Van een rechthoek die mooi in het rooster past zijn lengte en breedte hele getallen. Lengte en breedte zijn samen gelijk

Nadere informatie

Toets gecijferdheid april 2006 versie 3

Toets gecijferdheid april 2006 versie 3 Toets gecijferdheid april 2006 versie 3 Naam: Klas: score: Datum: Studentnummer: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing

Nadere informatie

1 Rekenen met gehele getallen

1 Rekenen met gehele getallen 1 Inhoudsopgave 1 Rekenen met gehele getallen... 1.1 De gehele getallen... 1. Optellen... 1. Opgaven... 1. Aftrekken... 1. Opgaven... 1. Vermenigvuldigen... 1. Opgaven... 1.8 Delen... 9 1.9 Opgaven...9

Nadere informatie

RekenGroen Titel Rekenmodule Onderdeel Breuken Versie 20121907

RekenGroen Titel Rekenmodule Onderdeel Breuken Versie 20121907 RekenGroen Titel Onderdeel Versie Rekenmodule Breuken 202907 2_BREUKEN RECEPTEN Bij veel recepten worden breuken gebruikt om hoeveelheden van de ingrediënten aan te geven. A PPEL- KOMKOMMER SALADE Ingrediënten

Nadere informatie

Klok dag en nacht. Hulpkaart OPTELLEN/AFTREKKEN

Klok dag en nacht. Hulpkaart OPTELLEN/AFTREKKEN OPTELLEN/AFTREKKEN Zet de getallen onder elkaar in je schrift eerst zelf proberen uit te rekenen bij aftrekken: denk om lenen bij optellen: denk om doorschuiven geen vergissingen? bij lang nadenken: rekenmachine

Nadere informatie

Ouderbijeenkomst Rekenen

Ouderbijeenkomst Rekenen Ouderbijeenkomst Rekenen Breuken Breuken, procenten en kommagetallen horen bij elkaar. Vooraf Ga ik te snel, geef het aan Ga ik te langzaam, geen het aan Heeft u vragen, stel ze. op stil/tril a.u.b. Wat

Nadere informatie

Verdiepingsmodule Getallen Tweede bijeenkomst maandag 8 april 2013 monica wijers en vincent jonker

Verdiepingsmodule Getallen Tweede bijeenkomst maandag 8 april 2013 monica wijers en vincent jonker Verdiepingsmodule Getallen Tweede bijeenkomst maandag 8 april 2013 monica wijers en vincent jonker Programma Breuken PPON Leerlijn Didactiek van bewerkingen Breuken en kommagetallen in het echt Kommagetallen

Nadere informatie

Reken zeker: leerlijn kommagetallen

Reken zeker: leerlijn kommagetallen Reken zeker: leerlijn kommagetallen De gebruikelijke didactische aanpak bij Reken Zeker is dat we eerst uitleg geven, vervolgens de leerlingen flink laten oefenen (automatiseren) en daarna het geleerde

Nadere informatie

Toets gecijferdheid april 2006 versie 1

Toets gecijferdheid april 2006 versie 1 Toets gecijferdheid april 2006 versie 1 Naam: Klas: score: Datum: Studentnummer: Algemene aanwijzingen: - Noteer alle berekeningen en oplossingen in dit boekje - Blijf niet te lang zoeken naar een oplossing

Nadere informatie

Deel A. Breuken vergelijken

Deel A. Breuken vergelijken Deel A Breuken vergelijken - - 0 Breuken en brokken (). Kleur van elke figuur deel. Doe het zo nauwkeurig mogelijk.. Kleur van elke figuur deel. Doe het telkens anders.. Kleur steeds het deel dat is aangegeven.

Nadere informatie

Doe eenvoudige opgaven zonder een rekenmachine. XX. Gebruik een rekenmachine bij moeilijke opgaven. Controleer de berekening door te schatten.

Doe eenvoudige opgaven zonder een rekenmachine. XX. Gebruik een rekenmachine bij moeilijke opgaven. Controleer de berekening door te schatten. 1.2 Vermenigvuldigen Binnen de retail gebruik je een rekenmachine om getallen of bedragen of aantallen te vermenigvuldigen of te delen. Daarnaast kun je met schatten controleren of de berekening klopt.

Nadere informatie

Onderwijsassistent REKENEN BASISVAARDIGHEDEN

Onderwijsassistent REKENEN BASISVAARDIGHEDEN Onderwijsassistent REKENEN BASISVAARDIGHEDEN Verhoudingstabel Wat zijn verhoudingen Rekenen met de verhoudingstabel Kruisprodukten Wat zijn verhoudingen * * * 2 Aantal rollen 1 2 12 Aantal beschuiten 18

Nadere informatie

De wereld in getallen 3 Lessuggestie groep 8 Werkbladen

De wereld in getallen 3 Lessuggestie groep 8 Werkbladen De wereld in getallen Lessuggestie groep Werkbladen Rekenspelletjes Maak samen sommen Prik om de beurt een getal in het vak. Schrijf dat getal bij een som. Maak zo sommen. Reken om de beurt een som uit.

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 : REKENEN

Hoofdstuk 1 : REKENEN 1 / 6 H1 Rekenen Hoofdstuk 1 : REKENEN 1. Wat moet ik leren? (handboek p.3-34) 1.1 Het decimaal stelsel In verband met het decimaal stelsel: a) het grondtal van ons decimaal stelsel geven. b) benamingen

Nadere informatie

Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren

Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren Uren, Dagen, Maanden, Jaren,. Tijd: seconden, minuten, uren, dagen, weken, maanden, jaren 1 minuut 60 seconden 1 uur 60 minuten 1 half uur 30 minuten 1 kwartier 15 minuten 1 dag (etmaal) 24 uren 1 week

Nadere informatie

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 8 Blok 4. Van...

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 8 Blok 4. Van... Routeboekje bij Pluspunt Groep 8 Blok 4 Van... Groep 8 Blok 4 Les 1 Leerkrachtgebonden LB 8 38 1 De perenoogst van fruitkweker Wim maken LB 8 38 1 De perenoogst van fruitkweker Wim meedoen en maken LB

Nadere informatie

A. Cooreman. 56 DBP Breuken 2 Techniek en bewerkingen. Breukenschema. optellen + en aftrekken - vermenigvuldigen x delen :

A. Cooreman. 56 DBP Breuken 2 Techniek en bewerkingen. Breukenschema. optellen + en aftrekken - vermenigvuldigen x delen : A. Cooreman 56 DBP Breuken 2 Techniek en bewerkingen Leerjaar Groep Breukenschema Voor alle bewerkingen 1. breuk per breuk vereenvoudigen 2. gehele getallen op noemer 1 3. decimale getallen op noemer 10,

Nadere informatie

Kerstvakantiecursus. wiskunde B. Voorbereidende opgaven VWO. Haakjes. Machten

Kerstvakantiecursus. wiskunde B. Voorbereidende opgaven VWO. Haakjes. Machten Voorbereidende opgaven VWO Kerstvakantiecursus wiskunde B Tips: Maak de voorbereidende opgaven voorin in een van de A4-schriften die je gaat gebruiken tijdens de cursus. Als een opdracht niet lukt, werk

Nadere informatie

Wortels met getallen en letters. 2 Voorbeeldenen met de (vierkants)wortel (Tweedemachts wortel)

Wortels met getallen en letters. 2 Voorbeeldenen met de (vierkants)wortel (Tweedemachts wortel) 1 Inleiding Wortels met getallen en letters WISNET-HBO update sept 2009 Voorkennis voor deze les over Wortelvormen is de les over Machten. Voor de volledigheid staat aan het eind van deze les een overzicht

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Zwijsen jaargroep 7 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Waar staat deze paddenstoel ongeveer? Teken op de kaart. Welke afstand of welke route fietsen de kinderen? naam route afstand Janna

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs

rekentrainer jaargroep 7 Fietsen op Terschelling. Teken en vul in. Zwijsen naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Zwijsen jaargroep 7 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs Waar staat deze paddenstoel ongeveer? Teken op de kaart. Welke afstand of welke route fietsen de kinderen? naam route afstand Janna

Nadere informatie

mei 2009 Auteurs: P.C.M.M. Hosli B.D. De Wilde A.M.P. van de Luitgaarden Rekenvaardigheden: Inleiding bladzijde 1

mei 2009 Auteurs: P.C.M.M. Hosli B.D. De Wilde A.M.P. van de Luitgaarden Rekenvaardigheden: Inleiding bladzijde 1 mei 2009 Auteurs: P.C.M.M. Hosli B.D. De Wilde A.M.P. van de Luitgaarden Rekenvaardigheden: Inleiding bladzijde 1 Inhoud Inleiding met docentenhandleiding Handleiding voor leerlingen Werkbladen en antwoordbladen

Nadere informatie

REKENMODULE PROCENTEN VERHOUDINGEN

REKENMODULE PROCENTEN VERHOUDINGEN REKENMODULE PROCENTEN VERHOUDINGEN Rekenen voor vmbo-groen en mbo-groen Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Extra Rekenmodule Procenten en verhoudingen Leerlingtekst Versie 1.0.

Nadere informatie

De Wetenschappelijke notatie

De Wetenschappelijke notatie De Wetenschappelijke notatie Grote getallen zijn vaak lastig te lezen. Hoeveel is bijvoorbeeld 23000000000000? Eén manier om het lezen te vergemakkelijken is het zetten van puntjes of spaties: 23.000.000.000.000

Nadere informatie

qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwer tyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty

qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwer tyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqw ertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwer tyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty Procentrekenen voor vmbo kader uiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui INKIJK EXEMPLAAR Sjoerd Bongaerts

Nadere informatie

Het Breukenboekje. Alles over breuken

Het Breukenboekje. Alles over breuken Het Breukenboekje Alles over breuken 1 d elen colofon en hal eren Het ik maak DiKiBO de Breukenboekje som makkelijk Voor groep 6, 7 en 8 DiKiBO behandelt op iedere kaart een bepaald soort som en aan de

Nadere informatie

Leerlijnen groep 5 Wereld in Getallen

Leerlijnen groep 5 Wereld in Getallen Leerlijnen groep 5 Wereld in Getallen 1 2 3 4 REKENEN Boek 5a: Blok 1 - week 1 Oriëntatie - Getallen tot en met 1000 - Tafels 0 t/m 6 en 10 - Herhalen strategieën - Herhalen hele, halve uren en kwartieren

Nadere informatie

Inhoud kaartenbak groep 8

Inhoud kaartenbak groep 8 Inhoud kaartenbak groep 8 1 Getalbegrip 1.1 Ligging van getallen tussen duizendvouden 1.2 Plaatsen van getallen op de getallenlijn 1.3 Telrij t/m 100 000 1.4 Telrij t/m 100 000 1.5 Getallen splitsen en

Nadere informatie

Basisvaardigheden algebra. Willem van Ravenstein. 2012 Den Haag

Basisvaardigheden algebra. Willem van Ravenstein. 2012 Den Haag Basisvaardigheden algebra Willem van Ravenstein 2012 Den Haag 1. Variabelen Rekenenis het werken met getallen. Er zijn vier hoofdbewerkingen: optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Verder ken

Nadere informatie

Het Breukenboekje. Alles over breuken

Het Breukenboekje. Alles over breuken Het Breukenboekje Alles over breuken breuken breukentaal tekening getal een hele 1 een halve een kwart een achtste ½ of ½ ¼ of ¼ ⅛ of ⅛ 3 breuken breukentaal tekening getal een vijfde ⅕ of ⅕ een tiende

Nadere informatie

Rekenmachine. Willem-Jan van der Zanden

Rekenmachine. Willem-Jan van der Zanden Rekenmachine Vanaf hoofdstuk 5 mag je bij wiskunde bij bepaalde hoofdstukken een eenvoudige rekenmachine gebruiken; Als je nog geen rekenmachine hebt, koop dan een CASIO fx; Heb je al een rekenmachine

Nadere informatie

Toelatingsexamen. Vakcode: Wiskunde basis onderbouw. Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten

Toelatingsexamen. Vakcode: Wiskunde basis onderbouw. Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten Toelatingsexamen VOORBLAD VOORBEELDEXAMEN Vakcode: Wiskunde basis onderbouw Tijdsduur: 2 uur en 30 minuten De volgende hulpmiddelen zijn toegestaan bij het examen: rekenmachine (maar geen grafische) kladpapier

Nadere informatie

Rekentijger - Groep 4 Tips bij werkboekje A

Rekentijger - Groep 4 Tips bij werkboekje A Rekentijger - Groep 4 Tips bij werkboekje A Maak de getallen Werkblad 1 Werk van links naar rechts. Gebruik de uitkomst van elke som opnieuw. Kleursudoku Werkblad 2 Begin met de rij of kolom met de meeste

Nadere informatie

rekentrainer jaargroep 8 Hoeveel kilometer na 10 minuten? Kleur. Zwijsen naam: na 1 minuut: 0,200 km na 1 minuut: 0,040 km na 1 minuut: 0,008 km

rekentrainer jaargroep 8 Hoeveel kilometer na 10 minuten? Kleur. Zwijsen naam: na 1 minuut: 0,200 km na 1 minuut: 0,040 km na 1 minuut: 0,008 km Zwijsen jaargroep 8 naam: reken-wiskundemethode voor het basisonderwijs na 1 minuut: 0,200 km 0 10.000 m 0 10 km na 1 minuut: 0,040 km 0 1000 m 0 1 km na 1 minuut: 0,008 km 0 100 m 0 0,1 km rekentrainer

Nadere informatie

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen ( 15 x 3 = 45

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (  15 x 3 = 45 15 x 3 = 45 2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (http://www.youtube.com/watch?v=cceqwwj6vrs) 15 x 3 is een product. 15 en 3 zijn de factoren van het product. 15 : 3 = 5 15 : 3 is een

Nadere informatie

Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel breuken

Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel breuken Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel breuken De omschreven begrippen worden expliciet genoemd in de Kennisbasis. De begrippen zijn in alfabetische volgorde opgenomen. Breuk Een breuk is een getal

Nadere informatie

rekenboek 6a taken 507019

rekenboek 6a taken 507019 rekenboek 6a taken 507019 Blok 2 Week 1 Taak 1 Werken met getallen. a Neem het schema over en vul in: b Schrijf het getal in woorden: D H T E 3141 driehonderdzes 687 vierduizend acht 5870 veertienhonderdeenentachtig

Nadere informatie

Procenten en breuken, leren en oefenen 90 toetsopgaven met meerkeuze-antwoorden

Procenten en breuken, leren en oefenen 90 toetsopgaven met meerkeuze-antwoorden NL-211 CS Bodegraven Telefax +31(0)172-61 3 96 Honderd procent goed BLOEMLEZING Auteur en uitgever: Inhoud Deel 1 Deel 2 Inleiding Klaas van der Veen Procenten en breuken, leren en oefenen 90 toetsopgaven

Nadere informatie

kommagetallen en verhoudingen

kommagetallen en verhoudingen DC 8Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen 1 Inleiding Dit thema gaat over rekenen en rekendidactiek voor het oudere schoolkind en voor het voortgezet onderwijs. Beroepscontext: als onderwijsassistent

Nadere informatie

Als ik 3% rente krijg, heb ik na een jaar 6,- verdiend. Ik bezit dan 200,- + 6,- = 206,-

Als ik 3% rente krijg, heb ik na een jaar 6,- verdiend. Ik bezit dan 200,- + 6,- = 206,- Honderd procent goed Deel 1 Breuken en procenten blz.6 Als ik 3% rente krijg, heb ik na een jaar 6,- verdiend. Ik bezit dan 200,- + 6,- = 206,- 1% = 3,- 2% = 6,- 3% = 9,- Opdracht 1 1% van 500,- = 5,-

Nadere informatie

wat is de som zie ik een instinker bij de antwoorden? het goede antwoord aan

wat is de som zie ik een instinker bij de antwoorden? het goede antwoord aan e it re st r st 1. ik lees de opgave 2. ik kijk naar het plaatje 3. wat is de som die schrijf ik op kladpapier 4. ik kijk naar de antwoorden, antwoorden die niet kunnen streep ik in mijn hoofd weg! 5.

Nadere informatie

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (http://www.youtube.com/watch?v=cceqwwj6vrs) 15 x 3 = 45

2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (http://www.youtube.com/watch?v=cceqwwj6vrs) 15 x 3 = 45 15 x 3 = 45 2.1 Bewerkingen [1] Video Geschiedenis van het rekenen (http://www.youtube.com/watch?v=cceqwwj6vrs) 15 x 3 is een product. 15 en 3 zijn de factoren van het product. 15 : 3 = 5 15 : 3 is een

Nadere informatie

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 4 Blok 1. Van...

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 4 Blok 1. Van... Routeboekje bij Pluspunt Groep 4 Blok 1 Van... Groep 4 Blok 1 Les 1 Leerkrachtgebonden KB 4 1 1 Reken uit. Kun je het snel? maken KB 4 1 2 Kleur je antwoorden in maken naar keuze LB 4 2 1 Getallen in de

Nadere informatie

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN

TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN TOELICHTING REKENEN MET BREUKEN 1 2 3 11628_rv_wb_breuken_bw.indd 2 13-11-12 23:2611628_rv_wb_breuken_bw.indd 3 13-11-12 23:27 4 5 6 Rekenvlinder Rekenen met breuken Toelichting Uitgeverij Zwijsen B.V.,

Nadere informatie

1. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + 1) = 1.

1. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + 1) = 1. Tentamen-wiskunde?. De basiswiskunde. Een van mijn collega s, liet een mooi verhaal zien: De opgave was: Los op ln(x + 2) ln(x + ) =. Oplossing : ln(x + 2) = + ln(x + ) x + 2 = ln + x + 3 = ln dus x =

Nadere informatie