Opleiding APOTHEKERSASSISTENT

Transcriptie

1 Naam student: Praktijk: Opleiding APOTHEKERSASSISTENT Handboek bij de beroepspraktijkvorming Voor student en praktijkopleiders Cohort 2017 Fase 2 BOL

2 INHOUD Algemeen Voor wie is dit handboek 3 Het kwalificatiedossier apothekersassistent 3 De plaats van de BPV in het onderwijs 4 Studieadviesregeling 5 Beoordeling BPV 5 Ziekteverzuim 6 De rol van de student, BPV coördinator, praktijkopleider en SLB ér 7 Begrippenlijst 8 Bijlagen 11 Verklaring tot geheimhouding 13 Formulier informatie communicatie 16 Formulier kennismakingsgesprek 19 Formulier voortgangsgesprek 20 Formulier eindgesprek 21 Formulier POP/PAP 22 Formulier beoordeling werkhouding BPV 23 Formulier stand van zaken kennis en vaardigheden student 25 BPV opdrachten 26 BPV model

3 Voor wie is dit handboek Dit handboek is bedoeld voor zowel praktijkopleiders als studenten. Met dit handboek willen we een ieder zo goed mogelijk informeren over de stage. Het bevat handvatten om de beroepspraktijkvorming vorm en inhoud te geven. Het Handboek is digitaal aanwezig voor studenten op It s learning en voor de praktijkopleiders op Vragen over de inhoud van dit handboek: - de student bespreekt het met de SLB docent - de praktijkopleiders kunnen het beste contact opnemen met de BPV coördinatoren of met de domeinhouder BPV Marlies Grommen M.Grommen@rocwb.nl Het Kwalificatiedossier De basis van de opleiding wordt bepaald door het beroepscompetentieprofiel van de apothekersassistent. Vervolgens is door de MBO Raad en het ministerie van OC&W bepaald dat om voor een diploma in aanmerking te komen, je moet voldoen aan gestelde eisen, die beschreven staan in: het kwalificatiedossier (2015) van de betreffende opleiding de kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap Kellebeek 2013 Regelgeving m.b.t. taal- en rekenvaardigheden MBO Het kwalificatiedossier maakt duidelijk hoe binnen het onderwijs gehoor gegeven wordt aan het beroepsprofiel. Hierin worden op hoofdlijnen de diploma-eisen beschreven. Deze eisen geven samen weer wat de gediplomeerde moet kunnen als hij/zij op de arbeidsmarkt start. Het kwalificatiedossier Apothekersassistent crebo is opgebouwd uit de volgende kerntaken: Kerntaak 1: Bieden van farmaceutische patiëntenzorg Kerntaak 2: Bereiden van geneesmiddelen Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie- en professie gebonden taken In het kwalificatiedossier wordt de inhoud van de opleiding beschreven. Je kunt dus in het kwalificatiedossier lezen wat je allemaal moet weten en kunnen aan het einde van de opleiding. Elk beroep heeft een aantal kerntaken, dit zijn kenmerkende werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar. Bij elke kerntaak worden werkprocessen beschreven die iemand als startende beroepsbeoefenaar in de beroepspraktijk moet kunnen uitvoeren. Iedere kerntaak heeft meerdere werkprocessen. Een werkproces heeft een begin en een eind. Dit leidt tot een bepaald resultaat. Je kunt het kwalificatiedossier en de keuzedeeldossiers van de opleiding vinden op de website: 3

4 De BPV van de Apothekersassistent Sleutelrol voor beroepspraktijk Leren in de beroepscontext is van groot belang. Zo ontwikkelen studenten de gevraagde kwaliteiten door integratie van kennis vaardigheden en houding. De eisen van de beroepspraktijk staan centraal bij beroepsgericht opleiden. Handelingsbekwaam worden op de werkvloer, daar gaat het om. De praktijk is de beste leerschool. De leervraag van de student vormt daarin het vertrekpunt. Praktijkbegeleiding coacht Zelfstandige studenten moeten hun eigen leertraject kunnen volgen. Begeleiders stemmen hun aanpak hierop af. Meer coachend en ondersteunend zijn, minder docerend en sturend. Dat betekent zelfsturing stimuleren, alsmede zelfleren en reflectie op het eigen handelen. De praktijkbegeleiding schept voorwaarden om dit mogelijk te maken. In fase 2 doorloopt de student twee BPV- perioden. BPV dagen: woensdag en donderdag Eerste BPV - periode: (start m.i.v. week 35, t/m ) Geen BPV woensdag : student heeft dan een themadag. BPV uren: 312 Week: 35 Week: 38/39 Week: 41 t/m 2 Week 45 Week 3 Week: 4 Week: 5 Start BPV BPV adres bellen BPV bezoek Inleveren werkhouding BPV (tussenbeoordeling) Inleveren werkhouding BPV (eindbeoordeling) Einde BPV periode Inleveren getekende BPV aanwezigheidsregistratie Tweede BPV periode : (start m.i.v. week 5) Week: 5 Week: 7/8 Week: 11 t/m 19 Week: 11 Week: 20 Week: 27 Week: 27 Start BPV BPV adres bellen BPV bezoek Inleveren werkhouding BPV (tussenbeoordeling) Inleveren werkhouding BPV (eindbeoordeling) Einde BPV periode Donderdag uur tot uur Inleveren werkhouding BPV, eindbeoordeling op school. 4

5 Studenten hebben geen BPV gedurende vakantieperioden (tenzij in onderling overleg anders is bepaald). Vakantie schooljaar Week: t/m Herfstvakantie Week: t/m Kerstvakantie Week: t/m Kerstvakantie Week: t/m Voorjaarsvakantie Week Goede vrijdag Week: t/m Meivakantie Week: t/m Meivakantie Week: t/m Zomervakantie Studieadviesregeling Elk schooljaar krijgt de student minimaal twee keer een studieadvies (OOK art. 7, lid 3). Een studieadvies komt tot stand door te bepalen of er sprake is van: 1. Voldoende aanwezigheid school en BPV 2. Studieresultaten voldoende 3. Studiehouding op school en/of werkhouding in de BPV. Voorgenoemde onderdelen worden besproken voor zowel de prestaties op school als in de beroepspraktijk. Week: 4 Week: 25 Eerste studieadvies Tweede studieadvies Beoordeling BPV Naast de uitvoering en beoordeling van de BPV opdrachten vindt er periodiek een beoordeling plaats van de werkhouding van betreffende student. Aan het eind van elke BPV periode moeten alle vijf benoemde houdingsaspecten ( afspraken nakomen, werken volgens regels en voorschriften, communicatie, geheimhouding en samenwerken en overleggen) met een voldoende zijn beoordeeld. Voorafgaand aan een studentbespreking op school en afsluiting van de gehele BPV periode vraagt de student de praktijkopleider om het beoordelingsformulier in te vullen. De student zorgt ervoor dat de SLB er deze formulieren direct ingevuld en ondertekend ontvangt. Ter voorbereiding op de beoordeling vult ook de student zelf betreffend formulier in en plant een overlegmoment. Per houdingsaspect volgt een beoordeling op basis van waargenomen gedrag. De praktijkopleider stelt de definitieve beoordeling vast en ondertekent het formulier. Bij een TOTAAL-beoordeling onvoldoende voor de werkhouding aan het eind van de BPV periode volgt er automatisch een negatief (oranje ) studieadvies. De SLB er stelt in overleg met de BPV coördinator een contract op waarin de verbeter-acties die door de student dienen te worden 5

6 ingezet, worden vastgelegd. In de navolgende stage moeten de onvoldoende aspecten een duidelijke verbetering/voortgang/ontwikkeling laten zien met een voldoende score. De BPV coördinator heeft hierover contact met de BPV. Een onvoldoende werkhouding kan zo uiteindelijk leiden tot verlenging van de BPV in de laatste fase van de opleiding teneinde de werkhouding BPV met een voldoende te kunnen afsluiten. Week 45 Week 3 Week: 11 Week 20 Inleveren werkhouding BPV (tussenbeoordeling) Inleveren werkhouding BPV (eindbeoordeling) Inleveren werkhouding BPV (tussenbeoordeling) Inleveren werkhouding BPV (eindbeoordeling) BPV opdrachten Tijdens de lessen en op stage werken studenten aan BPV opdrachten. Deze opdrachten worden op school besproken en voorbereid, en op stage uitgevoerd en beoordeeld. De praktijkopleider tekent deze opdrachten af en geeft hiermee aan dat de informatie over de organisatie klopt. De student levert na het uitwerken elke opdracht in bij de docent. Ziekteverzuim Verzuim gedurende de BPV dient zoveel mogelijk te worden voorkomen. Als de student om dringende reden niet naar het BPV-adres kan, moet dit voorafgaand kenbaar worden gemaakt aan het verzuimbureau, bij de BPV-instelling en de SLB er. Verzuim door ziekte (of andere oorzaken) moet door de student tijdig en voor aanvang van een BPV werkdag worden gemeld bij de praktijk en op school (receptie en BPV coördinator). Het is prettig om de BPV regels m.b.t. ziekteverzuim/beter melden tijdens het kennismakingsgesprek vast te leggen zodat de student goed op de hoogte is. Wanneer een student zich niet afmeld, dan is er sprake van ongeoorloofd verzuim. Kellebeek College is wettelijk verplicht ongeoorloofd verzuim te melden bij het Verzuimloket. Wij verzoeken de praktijk dan ook dit verzuim te melden via kcverzuim@rocwb.nl Indien de student weer beter is, meldt de student dit eveneens op beide locaties. Aanwezigheidsregistratie Om te kunnen verantwoorden dat er voldoende BPV-uren zijn gemaakt vult de student digitaal het formulier aanwezigheidsregistratie stage in. In de beroepspraktijkvorming (BPV) houdt de student een aanwezigheidsregistratie bij, die elke leerperiode wordt gecontroleerd door de studieloopbaanbegeleider. Bij een dreigend tekort aan te maken BPV-uren worden er aanvullende afspraken gemaakt hoe deze uren te compenseren. Deze afspraken worden gemaakt na overleg met de BPV coördinator. De BPV coördinator heeft hierover overleg met de BPV. 6

7 De rol van de student De student zal zich presenteren in een kennismakingsgesprek. Zij zal daarin aandacht vragen voor haar specifieke leerdoelen en inventariseert duidelijk de eisen die aan haar gedurende betreffende stageperiode worden gesteld door het praktijkadres zowel wat betreft inhoudelijke taken als regels en gewoonten. De student voert taken en werkzaamheden uit in opdracht van de praktijkopleiders en ontplooit daarnaast ook eigen initiatieven. Ze is er zich tevens van bewust dat er van haar verwacht wordt dat ze zelf leerrijke situaties opzoekt. De student stelt zich leergierig op en vraagt om feedback. De rol van de praktijkopleider Het is belangrijk dat de beroepspraktijk de student voldoende ruimte biedt om zich te kunnen ontwikkelen tot een competent beroepsbeoefenaar. Voor een goed verloop van het leerproces is een gerichte instructie en begeleiding tijdens de beroepspraktijkvorming van cruciaal belang. Het heeft de voorkeur dat de begeleiding in handen is van één of twee personen. De student is gebaat bij opleiders die haar persoonlijk stimuleren in het ontwikkelen van haar competenties en wijst op verbeterpunten door middel van het regelmatig geven van feedback. Dit zal vaak tussentijds gebeuren maar er kan ook voor worden gekozen om een voortgangsgesprek te laten plaatsvinden. Het eindgesprek wordt in overleg met de student gepland. Hierin komt de verwerking en beoordeling van de opdrachten aan de orde als onderdeel van de totale beoordeling van de stageperiode. De rol van de studieloopbaanbegeleider (SLB'er) De student wordt bij de beroepspraktijkvorming (BPV) vanuit de opleiding ondersteund door de SLB er. Deze docent houdt overzicht over het individuele leerproces van de student en treedt hierin, indien nodig, sturend op. Eventueel met behulp van de POP/PAP gesprekken op school. De rol van de BPV coördinatoren (praktijkbegeleider van school). De BPV coördinator onderhoudt het contact met het praktijkadres. De BPV coördinator neemt gedurende deze stageperiode telefonisch contact op met het praktijkadres en bezoeken het BPV adres. Mocht het zijn dat er behoefte is aan persoonlijk contact, dan maakt deze BPV coördinator zo snel mogelijk een afspraak. Het initiatief tot telefonisch contact ligt bij de BPV coördinator. Tijdens het telefonisch contact staat de voortgang van de student centraal. Eventuele knelpunten, bijvoorbeeld met betrekking tot het gebruik van de formulieren of beoordelingen uit dit handboek BPV, kunnen worden besproken. Echter wanneer er zich tussentijds problemen voordoen, dan kan de praktijkopleider ook eerder contact opnemen met de BPV coördinator. BPV coördinator: Lindsay Seip Kerstens Week: 38/39 Week: 41 t/m 2 Week: 7/8 Week 11 t/m 19 BPV adres bellen BPV bezoek BPV adres bellen BPV bezoek 7

8 BEGRIPPENLIJST Assessment Een instrument van STeAG dat wordt ingezet voor toetsing en beoordeling wat voldoet aan de volgende voorwaarden: 1. Kennisconstructie (geen kennisreproductie) 2. Toepassen van kennis en vaardigheden zijn het doel van de meting (kennen en kunnen); 3. In authentieke of levensechte situaties. Assessor Een bevoegd en bekwaam beoordelaar Begeleiding Begeleiding is de professionele ondersteuning van de student, gericht op competentieontwikkeling, eigen verantwoordelijkheid en zelfstandigheid van de student. Mate van begeleiding: Geleid In een geleide beroepssituatie krijgt de student opdrachten en instructie van de begeleider. De student volgt bij het uitvoeren van werkzaamheden de aangereikte richtlijnen, procedures en protocollen. Begeleid In een begeleide beroepssituatie is er overleg met de begeleider over de aanpak van de uitvoering. De student doet zelf onderzoek en komt met voorstellen voor de uit te voeren werkzaamheden, daarbij gebruikmakend van bestaande richtlijnen, procedures en protocollen. Zij krijgt ondersteuning op afstand van de begeleider als dat nodig is. De student rapporteert bevindingen aan de begeleider of verantwoordelijke functionaris. Zelfstandig Bij het zelfstandig functioneren in een beroepssituatie handelt de student naar eigen inzicht, rekening houdende met de geldende richtlijnen, procedures en protocollen. De student kan zelfstandig functioneren in wisselende situaties en in nieuwe situaties en rapporteert bevindingen aan de begeleider of verantwoordelijke functionaris. Beroepsprofiel Een door de beroepsorganisatie NMT opgesteld document waarin de beroepscompetenties behorende bij 8

9 het vak van tandartsassistent worden beschreven. De laatste versie is het Beroepscompetentieprofiel BPV Beroepspraktijkvorming ( stageperiode). BPV coördinator ( praktijkbegeleider) Aangewezen door de onderwijsinstelling, ziet er op toe dat de begeleiding en de ontwikkeling van de deelnemer in de beroepspraktijkvorming zich voltrekt volgens de afgesproken werkwijze in de regeling met betrekking tot het onderwijs en de examinering. Competentie Een specifiek, ontwikkelbaar vermogen van een individu, bestaande uit kennis, inzicht, houding en vaardigheden. Kwalificatiedossier De beschrijving van de startpositie van de beginnende beroepsbeoefenaar op de arbeidsmarkt en in de maatschappij. Het Kwalificatiedossier 2015 beschrijft de kerntaken van de beroepsopleiding. Iedere kerntaak is opgebouwd uit werkprocessen. Aan de werkprocessen zijn beroepscompetenties verbonden. In welke mate deze competenties beheerst zullen worden staat beschreven in de prestatie-indicatoren. Leerbedrijf Het bedrijf of de organisatie waar de beroepspraktijkvorming plaatsvindt. Praktijkopleider De persoon op het BPV-adres die de student directe begeleiding geeft. Prestatie-indicator Aanwijzingen aan de hand waarvan werkprocessen worden beoordeeld, namelijk: aangetoond, deels aangetoond of niet aangetoond. POP en PAP Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) en Persoonlijk activiteitenplan (PAP). In het POP beschrijft de student zijn leerdoelen op korte en lange termijn. In het PAP beschrijft zij op welke wijze, waar en wanneer zij haar competentieontwikkeling, leerdoelen en dergelijke wil verwezenlijken. Portfolio Een registratiesysteem wat een overzicht biedt van individuele leer- en werkervaringen, onderbouwd met 9

10 bewijsstukken en gerelateerd aan de eisen uit het beroepenveld en de opleiding. Stagiaire Student van de opleiding Tandartsassistent die in een erkend leerbedrijf/ praktijk werkzaam is. STeAG De Stichting Examinering Assisterende Beroepen in de Gezondheidszorg Studieloopbaanbegeleiding Begeleiding aan groepen en/of individuele studenten met als doel het leerproces van de studenten te monitoren, afgestemd op specifieke behoeften en vragen van de student, zodat deze steeds beter in staat is zelfstandig te functioneren en een reële kans kan verwerven op de arbeidsmarkt. Uitgangspunt hierbij is dat de student verantwoordelijkheid draagt voor haar eigen leerproces. SLB'er De studieloopbaanbegeleider. Dit is een docent die de student begeleidt tijdens het opleidingstraject. Werkproces Een geheel aan beroepshandelingen gericht op een specifiek doel binnen de beroepspraktijk, vastgelegd in het Kwalificatiedossier WIP Stichting Werkgroep Infectie Preventie biedt richtlijnen op het gebied van infectiepreventie. 10

11 Bijlagen Verklaring tot geheimhouding Formulier Informatie- communicatie Kennismakingsgesprek Eindgesprek Voortgangsgesprekken POP/PAP formulieren Formulier Beoordeling werkhouding BPV Formulier stand van zaken kennis en vaardigheden student BPV opdrachten BPV model N.B. Van alle formulieren is er een voorbeeld bijgevoegd. Er mogen extra kopieën worden gemaakt. 11

12 Geheimhouding van medische en/of persoonlijke gegevens Beroepsgeheim en geheimhoudingsplicht Op grond van artikel 88 Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg hebben artsen, tandartsen, apothekers, gezondheidszorgpsychologen, psychotherapeuten, fysiotherapeuten, verloskundigen en verpleegkundigen een medisch beroepsgeheim. Aan het medisch beroepsgeheim wordt nadere invulling gegeven in de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst WGBO. De WGBO is opgenomen in het Burgerlijk Wetboek (BW). Het medisch beroepsgeheim houdt in dat een hulpverlener geen gegevens aan anderen dan de patiënt of de medebehandelaar mag verstrekken. De apothekersassistent is verplicht tot geheimhouding van alle gegevens die hem of haar zijn toevertrouwd en die de hulpverlener in de uitoefening van haar beroep te weten komt. Het gaat hierbij niet alleen om medische gegevens, maar ook om alle persoonlijke informatie die aan de hulpverlener is toevertrouwd. Denk hierbij ook aan informatie ten aanzien van ziekte, relaties, meningen en financiën. Hoewel tijdens de studie geen eed of belofte wordt afgelegd, geldt het beroepsgeheim ook voor stagiaires. Zij mogen over datgene wat onder het beroepsgeheim valt, uitsluitend contact hebben met hun praktijkopleider(s). Buiten de BPV-praktijk mogen nooit namen van patiënten en/of zorgverleners worden genoemd; ook niet op school of in BPV-verslagen. Op de volgende pagina is een verklaring tot geheimhouding opgenomen. Door ondertekening geeft de stagiaire aan dat zij zich ervan bewust is dat zij een geheimhoudingsplicht heeft. 12

13 Opleiding Apothekersassistent Verklaring tot geheimhouding Ondergetekende Naam student:... Voornamen:... Geboortedatum:..... Verklaart hierbij: "Ik beloof geheim te zullen houden al wat mij tijdens de uitoefening van mijn stage als geheim is toevertrouwd, of wat daarbij als geheim te mijner kennis is gekomen en waarvan ik het vertrouwelijk karakter zou moeten begrijpen." Roosendaal,... Handtekening student:.. Getuige is de studieloopbaanbegeleider, Naam en handtekening van de SLB er:. 13

14 Communicatie Om de communicatie tussen school en het BPV-adres snel en efficiënt te laten verlopen, vullen studenten het bijgevoegde informatie-communicatie-formulier voor de BPV-begeleiding in. Het is de verantwoordelijkheid van de student dat zowel de praktijkopleider als de SLB ér een volledig ingevuld exemplaar ontvangen. POK Op de praktijkovereenkomst (POK) staat vermeldt hoeveel uren de student in een bepaalde periode op het BPV-adres aanwezig moet zijn. Voor meer info over de praktijkovereenkomst: zie Om te kunnen verantwoorden dat er voldoende BPV-uren zijn gemaakt vult de student digitaal het formulier urenregistratie stage in. De student levert het origineel in op school bij de SLB er. Een kopie ervan wordt toegevoegd aan het portfolio Een aantal malen tussentijds en bij beëindiging van de betreffende stage print de student dit bestand en biedt het ter ondertekening aan bij de praktijkopleider en bij de SLB ér. Bij een dreigend tekort aan BPV uren dient de student te compenseren. Extra uren worden gemaakt in overleg met het huidig praktijkadres of in een volgende BPV periode.) In geval van ziekte dient een student dit zowel op het BPV-adres als aan de opleiding te melden. Indien zij weer beter is, meldt zij dit eveneens op beide locaties. 14

15 15

16 Formulier Informatie- communicatie Naam student:... adres student:... Mobiel nummer student: Telefoonnummer thuis: Naam domeinhouder BPV: Marlies Grommen Bereikbaar op werkdagen: ma t/m donderdag adres: Telefoon: / Naam coördinatoren BPV : Lindsay Seip - Kerstens Bereikbaar op werkdagen: Maandag en dinsdag adres: L.Seip-Kerstens@rocwb.nl Telefoon: / Stage matching: RBB Periode 2.1 /2,2 Naam leerbedrijf/ praktijk: Straat: Plaats: Telefoon: Periode 2.1/.2,2 Naam praktijkopleider: Bereikbaar op werkdagen: adres: Telefoon: rbb@partnersinopleiden.nl voor vragen stagebereidheid/werving selectie en stageplanning

17 Het kennismakingsgesprek De student kan contact opnemen met het praktijkadres nadat hiervoor toestemming is gegeven door het RBB. Inventariseren van eigen specifieke leerdoelen is van groot belang als voorbereiding op dit kennismakingsgesprek. In een kennismakingsgesprek worden de verwachtingen van de student en de praktijkopleider(s) uitgesproken en wordt eventueel de overdracht van de voorafgaande BPV besproken. De student neemt alle opdrachten van betreffend leerjaar mee naar het praktijkadres zodat in overleg een keuze kan worden gemaakt. Naast de eigen leerdoelen heeft de student haar eigen theoretische kennis en praktische vaardigheden in kaart gebracht en bespreekt deze met de praktijkopleider.(bijlage) De student maakt kennis met de organisatie en indien mogelijk vindt er een rondleiding door de praktijk plaats. Verwachtingen en afspraken worden vastgelegd met behulp van formulier kennismakingsgesprek. (bijlage) De student neemt mee: - ID of paspoort - Praktijkovereenkomst - Uitwerking POP/PAP formulier, voorbereiding BPV fase 2 - Formulier kennis en vaardigheden Student - Aanwezigheidsregistratie BPV uren - BPV opdrachten Het voortgangsgesprek Voortgangsgesprekken vinden bij regelmaat plaats. Het voortgangsgesprek is een gesprek tussen de student en de praktijkopleider(s) en heeft tot doel de student te ondersteunen in het leerproces door kritisch te kijken naar de manier waarop zij tot dan toe heeft gewerkt aan de competenties in de BPV. Belangrijk hierbij is dat de student bewust wordt van haar gedrag in relatie tot anderen en dat er feedback gegeven wordt op haar functioneren in de beroepspraktijk. Reflecteren, ofwel kritisch nadenken over eigen handelen zal altijd deel uitmaken van dit gesprek. Het formulier POP/PAP kan een hulpmiddel zijn bij dit gesprek. De student geeft hierop duidelijk aan, aan welke leerdoelen ze gewerkt heeft en evalueert haar eigen handelen. Zij gaat na wat goed ging en waar nog aan gewerkt moet worden. De student krijgt de gelegenheid vragen te stellen over haar functioneren. De praktijkopleider geeft de student adviezen en tips over het leren en functioneren. De praktijkopleider stelt vast of alles volgens plan verloopt en bepaalt of er moet worden bijgesteld. Uit het gesprek zal duidelijk worden aan welke competenties en/of leerdoelen de student nog moet werken. De student komt daarop met verbeteracties. Alle voortgangsgesprekken worden vastgelegd met behulp van formulier voortgangsgesprek. (bijlage) Het eindgesprek Het eindgesprek heeft tot doel het opleidingsproces en het verloop van de begeleiding te bespreken. Het eindgesprek wordt gepland in de laatste of voorlaatste week van de BPV-periode. Het betreft een gesprek tussen de student en praktijkopleider(s). Het eindgesprek wordt goed voorbereid door de student. De onderstaande vragen kunnen de student hierbij helpen. Wat heb ik de afgelopen periode geleerd? 17

18 Wat is er goed en wat minder goed gegaan? Hoe heb ik de afgelopen periode geleerd (van wie en door welke ervaringen)? Waar wil ik de volgende periode aan gaan werken? Waar zie ik tegenop? Wat lijkt mij een uitdaging? Hoe ben ik omgegaan met het beroepsgeheim? Hoe ga ik om met de gevoelens van anderen? Kan ik me inleven in de situatie van anderen? Het eindgesprek wordt vastgelegd en ondertekend door de student en de praktijkopleider op het formulier eindgesprek.(bijlage) Belangrijk onderdeel van dit eindgesprek vormen de beoordeling van de opdrachten en de werkhouding. 18

19 Formulier kennismakingsgesprek BPV-periode 2.1 / 2.2 BPV periode Praktijkopleider:... Naam student: De student bespreekt haar leerdoelen en verwachtingen voor deze periode. De student overlegt een document waaruit blijkt wat de student al weet en kan en bespreekt dit. 2. De praktijkopleider maakt duidelijk aan welke leerdoelen gewerkt kan worden en welke verwachtingen de praktijk heeft. De praktijkopleider komt eventueel met een plan hoe dit vorm kan krijgen. 3. Student en praktijkopleider maken afspraken over de wijze van begeleiding en beoordeling.(hoe vaak-welk tijdstip) Tevens worden afspraken betreffende de praktijkregels (kleding/ sieraden/ schoeisel), werktijden, houding en gewenst gedrag besproken. 4. De student bespreekt de stage opdrachten. BPV periode: Datum: Handtekeningen voor akkoord en gezien: Praktijkbegeleider: Student: 19

20 Formulier voortgangsgesprek BPV-periode 2 Naam praktijkopleider:... Naam student: Wat zijn de ervaringen van de student ten aanzien van samenwerking, de ontvangen instructies, eigen initiatief, inzet. 2. Wat zijn de ervaringen van de praktijkbegeleider ten aanzien van samenwerking, het opvolgen van instructies, initiatief nemen, inzet, houding en motivatie. Hoe staat het met de theoretische kennis en praktische vaardigheden. Is een en ander in overeenstemming met hetgeen de student tijdens het kennismakingsgesprek heeft aangegeven 3. Welke leerdoelen zijn al gerealiseerd. Welke zaken dienen bijgesteld te worden. 4. Afspraken en/of aandachtspunten voor praktijklessen op school. Waar moet aan gewerkt worden BPV periode: Datum: Handtekeningen voor akkoord en gezien: Praktijkbegeleider: Student: 20

21 Formulier eindgesprek BPV-periode 2 Naam praktijkopleider:..... Naam student:... 1 De student bespreekt welke positieve ervaringen zij heeft opgedaan en geeft ook aan wat ze liever anders had gezien. 2. De begeleider bespreekt de sterke en minder sterke kanten van de student en geeft tips voor een volgende BPV periode. 3. De student geeft aan hoe ze de begeleiding heeft ervaren en wat ze tijdens haar BPV heeft geleerd. 4. De student geeft tips naar de begeleider om begeleiding te verbeteren in de toekomst: De begeleider bespreekt met de student De aanwezigheid c.q. verzuim de beoordeling van opdrachten de werkhouding in de BPV BPV periode: Datum: Onvoldoende/ voldoende *omcirkel wat van toepassing is Handtekeningen voor akkoord en gezien: Praktijkbegeleider: Student: 21

22 Formulier POP/PAP BPV-periode 2 Persoonlijk ontwikkelingsplan Datum: BPV periode: Leerdoelen Noteer globaal wat je de komende periode wilt leren. Werk de activiteiten die je daarvoor gaat ondernemen uit in je PAP. Zijn er bepaalde zaken die het behalen van je leerdoelen kunnen belemmeren? Netwerk Wie kun je inschakelen bij het realiseren van je leerdoelen? Overige Ondertekening Student SLB-er Praktijkopleider (optioneel) Naam Naam Naam Datum Datum Datum 22

23 Formulier Beoordeling werkhouding in de BPV Student: Praktijkopleider: Tussenbeoordeling Leerperiode Opleiding: SLB er: Eindbeoordeling Houding/gedrag Dit betekent onder andere dat je: O V G Toelichting Afspraken 1. Afspraken nakomen afspraken nakomt op tijd en helder communiceert over de redenen als dit niet lukt. op tijd BPV-opdrachten laat beoordelen/ op tijd feedback vraagt 2. Werken volgens de regels en voorschriften van de instelling 3. Communicatie volgens de regels van de praktijkinstelling werkt; je aan de (kleding) voorschriften en aanwijzingen houdt van de instelling; interesse toont voor het werk en de organisatie. vriendelijk en beleefd bent; een correct taalgebruik hebt; naar anderen luistert; een actieve, geïnteresseerde houding hebt; op de juiste manier omgaat met feedback. 4. Geheimhouding zorgvuldig omgaat met informatie; je houdt aan de geheimhoudingsplicht; 5. Samenwerken en overleggen initiatief neemt en inzet toont; advies aan collega s en leidinggevende(n) vraagt; bereid bent om taken op je te nemen en uit te voeren; over je werk overlegt en afstemt met collega s; jouw collega s informeert en leidinggevende(n) uit jezelf (proactief). Totaal beoordeling Alle houdingsaspecten moeten voldoende zijn voor een voldoende eindbeoordeling van de werkhouding aan het eind van de BPV-periode! Datum: Handtekening praktijkopleider: Voor gezien, handtekening student 23

24 Formulier Beoordeling werkhouding in de BPV Student: Praktijkopleider: Tussenbeoordeling Leerperiode Opleiding: SLB er: Eindbeoordeling Houding/gedrag Dit betekent onder andere dat je: O V G Toelichting Afspraken 1. Afspraken nakomen afspraken nakomt op tijd en helder communiceert over de redenen als dit niet lukt. op tijd BPV-opdrachten laat beoordelen/ op tijd feedback vraagt 2. Werken volgens de regels en voorschriften van de instelling 3. Communicatie volgens de regels van de praktijkinstelling werkt; je aan de (kleding) voorschriften en aanwijzingen houdt van de instelling; interesse toont voor het werk en de organisatie. vriendelijk en beleefd bent; een correct taalgebruik hebt; naar anderen luistert; een actieve, geïnteresseerde houding hebt; op de juiste manier omgaat met feedback. 4. Geheimhouding zorgvuldig omgaat met informatie; je houdt aan de geheimhoudingsplicht; 5. Samenwerken en overleggen initiatief neemt en inzet toont; advies aan collega s en leidinggevende(n) vraagt; bereid bent om taken op je te nemen en uit te voeren; over je werk overlegt en afstemt met collega s; jouw collega s informeert en leidinggevende(n) uit jezelf (proactief). Totaal beoordeling Alle houdingsaspecten moeten voldoende zijn voor een voldoende eindbeoordeling van de werkhouding aan het eind van de BPV-periode! Datum: Handtekening praktijkopleider: Voor gezien, handtekening student 24

25 Formulier kennis en vaardigheden Student Wat weet ik Wat kan ik 25

26 BPV opdrachten fase 2 Toelichting BPV opdrachten Beste student, stagebegeleider, Voor jullie liggen de stage opdrachten voor leerjaar 2 aan de opleiding apothekersassistent van het Kellebeek college in Roosendaal. Jullie gaan deze stageopdrachten uitvoeren in de BPV periode. Van de stageopdrachten maak je een klein portfolio, mapje. Per opdracht staat aangegeven of je deze op school of op het BPV adres uit moet voeren. Daarbij staat ook een uitleg van de opdracht en welke bewijsstukken je in moet leveren. Terwijl je stage loopt krijg je ondersteuning op school, deze lessen gebruik je om je opdrachten uit te werken, vragen te stellen en de schoolopdrachten te maken. In de bijlage zit een feedbacklijst die je meerdere keren nodig hebt, zorg dus dat je deze kopieert. Op het einde van je stage is de beoordelingstabel achter in dit document volledig ingevuld en ondertekend. Zowel door je begeleider, de docent en jezelf. Tip: op het moment dat een opdracht volledig is afgerond laat de opdracht dan al aftekenen op de eindbeoordeling. Let op! Jullie hebben twee keer een BPV periode. Zorg dat je de opdrachten verdeeld over de twee BPV adressen. Je levert uiteindelijk ook twee eindbeoordelingen in. Waarbij je alle opdrachten tenminste een keer gedaan hebt. Als allerlaatste lever je het mapje in met al je stageopdrachten, bewijsstukken en beoordelingen. Veel succes en plezier op de BPV! 26

27 Opdracht 1: Geneesmiddeldistributiesysteem, medicijnrol Bij oudere patiënten met veel geneesmiddelen blijkt nog weleens uit een medicatiebeoordeling dat het lastig is om alle inname tijdstippen en tabletten goed uit elkaar te houden. Een mogelijk oplossing is bijvoorbeeld de geneesmiddelen aan te leveren in een medicijnrol (Baxterrol). Ga na in de apotheek wanneer iemand in aanmerking komt voor een medicijnrol. Meestal heeft de assistente thuis of in de apotheek een gesprek met de patiënt om uit te leggen hoe de medicijnrol werkt. Zorg dat je een keer meekijkt met zo n gesprek en/of dat je zelf onder toezicht van de assistente zo n gesprek een keer uitvoert. Mocht het niet mogelijk zijn om dit zelfstandig bij een patiënt te doen kijk dan of je het in simulatie kunt uitvoeren. Maak een verslag van dit gesprek en over de afspraken en regels om in aanmerking te komen voor een medicijnrol. Noem daarbij 4 voorbeelden van patiënten in de apotheek (zonder naam en toenaam) met de reden daarbij om met een medicijnrol te beginnen. Resultaat Na het uitvoeren van deze opdracht kan je een medicijnrol adviseren en uitleggen aan de patiënt. Bewijsstukken Verslag distributiesysteem, medicijnrol Opdracht 2: Interacties In de apotheek krijg je regelmatig een signaal op je scherm als je een recept invoert. Vaak betreft het een interactie of een contra-indicatie, maar ook MFB s (Medisch Farmaceutische Beslisregels) zal je steeds vaker tegenkomen. In de apotheek zijn afspraken over hoe je met een interactie, contra-indicatie of MFB om moet gaan. Uiteraard moet elke interactie, contra-indicatie of MFB zorgvuldig beoordeeld en afgehandeld worden. Beschrijf minimaal twee interacties die veel voorkomen bij diabetes. Waar vind je gedegen informatie over interacties? Beschrijf wat je moet doen (op basis van de werkafspraken in de apotheek) als er zo n interactie op het scherm verschijnt. Welke actie moet je ondernemen en welke literatuur gebruik je hiervoor? Beschrijf van deze twee verschillende soorten interacties die je in de apotheek tegen komt: o Welke geneesmiddelen zorgen voor de interactie, eventueel het interactie nummer noteren. o Wat er precies aan de hand is o Hoe deze ontstaat o Wat het effect/gevolg is van de interactie o Hoe de interactie is afgehandeld. Beschrijf op welke wijze de patiënt voorgelicht wordt over de beschreven interacties en welke vervolgstappen er dienen te worden ondernomen. Resultaat Je hebt met deze opdracht kennis gemaakt met de afhandeling van interacties in de apotheek. Dit heb je verwerkt in een verslag. Bewijsstukken Verslag interacties 27

28 Opdracht 3: MFB s In de apotheek krijg je regelmatig een signaal op je scherm als je een recept invoert. Vaak betreft het een interactie of contra-indicatie, maar ook MFB s (Medisch Farmaceutische Beslisregels), zal je steeds vaker tegenkomen. In de apotheek zijn afspraken over hoe je met een interactie, contra-indicatie of MFB om moet gaan. Uiteraard moet elke interactie, contra-indicatie of MFB zorgvuldig beoordeeld en afgehandeld worden. Enkele MFB s zijn op school in de theorielessen behandeld. Ook kun je informatie vinden over MFB s op de KNMP-kennisbank. Afhankelijk van het apotheekinformatiesysteem (AIS) wordt de MFB volgens een stappenplan afgehandeld, met als resultaat een afhandeling gebaseerd op risicofactoren bij de patiënt (zorg op maat). Enkele MFB s die behoren tot de landelijke set MFB s en met betrekking tot maagbescherming, osteoporose profylaxe, diabetes, inhalatiemedicatie, reuma, laxantia. 1. Maagbescherming bij NSAID- gebruik 2. Maagbescherming bij salicylaat- en/of coxib- gebruik 3. Osteoporose profylaxe 4. Verstrekking antimycoticum 5. Metformine bij diabetes mellitus type 2 6. Verstrekking van laxans 7. Verstrekking van methotrexaat Beschrijf wat MFB`s zijn en waarom ze er zijn. Zoek uit hoe in de apotheek met MFB s omgegaan wordt. Beschrijf van 2 verschillende MFB`s uit bovenstaande voorbeelden 1 t/m 7: Hoe deze afgehandeld zouden moeten worden: geef toelichting over de achtergrond (zie ook theorielessen school en informatie op de KNMP Kennisbank). Hoe deze in de apotheek waar je de BPV volgt afgehandeld worden. Maakt de apotheek waar je de BPV volgt gebruik van N-Control of een ander systeem? Zoek uit wat dit inhoudt en beschrijf kort en via welke stappen MFB`s binnen dit systeem afgehandeld worden. Resultaat Met deze opdracht heb je geoefend met de medische farmaceutische beslisregels. Tijdens de theorielessen gaan we hier nog verder op in. Bewijsstukken Verslag van twee verschillende MFB s 28

29 Opdracht 4: Maken van een actueel medicatieoverzicht (AMO) In de apotheek vraagt een patiënt regelmatig om een actueel medicatieoverzicht, bijvoorbeeld om mee te nemen op vakantie of omdat de patiënt opgenomen wordt in het ziekenhuis. Ga naar de 9 tips voor het maken van een Actueel Medicatieoverzicht op de website van de KNMP ( en geef kort aan wat deze tips inhouden. Kijk mee met het verifiëren van een medicatieoverzicht van een patiënt die minimaal 5 chronische medicijnen gebruikt. Doe dit volgens de 9 tips, samen met de informatie die je van de patiënt krijgt (en eventueel collega s, andere zorgverleners). Geef aan welke veranderingen je hebt aangebracht in het Medicatieoverzicht volgens deze 9 tips en draai vervolgens het Actueel Medicatieoverzicht uit. Resultaat Na het uitvoeren van deze opdracht weet je precies waar je rekening mee moet houden bij het controleren van een medicatieoverzicht en het up to date maken. Bewijsstukken Het oude en het nieuwe medicatie overzicht (zonder patiëntengegevens!) Een verslag over je eigen handelen Opdracht 5: Recept aannemen, zorgvraag verhelderen Als de patiënt de apotheek benadert met een vraag, wil diegene graag weten of je hem hebt begrepen, of hij direct antwoord krijgt op zijn vraag of dat hij daarop moet wachten. Het is daarom belangrijk dat je laat merken dat je zijn vraag hebt begrepen en dat je hem duidelijkheid geeft over de afhandeling ervan. Om hierop goed te kunnen reageren helpt het om meer inzicht te krijgen in de processen 'gang van het recept'. Opdracht 5a: Gang van het recept Volg na ontvangst van het recept de 'gang van het recept' tot en met opslag in het (digitale) archief. Doe dit als op het recept een geneesmiddel of product staat voorgeschreven dat: Direct aan de patiënt afgeleverd wordt Niet direct aan de patiënt afgeleverd wordt (is welvoorradig) Niet direct aan de patiënt afgeleverd wordt (is wel voorradig), maar in de koelkast moet worden bewaard Niet direct aan de patiënt afgeleverd wordt (is wel voorradig), maar bij aflevering voor toedieninggereed moet worden gemaakt m.b.v. een hulpstof (bv. water) Niet op voorraad is en besteld moet worden Bezorgd moet worden bij de patiëntthuis. Maak een stapsgewijs verslag van de 'gang van het recept'. Indien toegestaan kan je foto s toevoegen van de handelingen. Je verwerkt tenminste vier van bovenstaande situaties en vermeld daar onderstaand in: De naam van het geneesmiddel De controles die plaatsvinden De overwegingen die moeten worden gemaakt De notities die op het recept worden geplaatst De plaatsen waar het recept zich bij de verschillende stappen bevindt in de apotheek De verantwoordelijke persoon bij iedere stap. Leg uit waarom de handeling door een apotheekhulp, apothekersassistent of apotheker of in overleg kan/moet worden verricht. De tijdsduur van ontvangst tot aflevering (terhandstelling) aan de patiënt 29

30 Opdracht 5b: Zorgvragen en afhandeling per telefoon Sta tenminste tien patiënten telefonisch te woord die de apotheek met een zorgvraag benaderen. Stel met behulp van vraagstelling vast wat hun zorgvraag is Vat de zorgvraag samen door bv. "U wilt." Vraag je begeleider naar de afhandeling en eventueel door wie de zorgvraag afgehandeld zal worden Informeer de patiënt over de afhandeling Beschrijf jouw ervaringen en toegepaste kennis in een verslag. Opdracht 5c: Zorgvraag aannemen met behulp van AIS Neem aan de balie van tenminste vijf patiënten recepten aan. Voer in het Apotheek Informatie Systeem (AIS) de benodigde gegevens in om de juiste patiënt op het computerscherm te tonen. Vergelijk de patiëntgegevens op het recept met de gegevens in het AIS Stel de patiënt indien nodig vragen om: o De exacte patiënt in het AIS te kunnen selecteren o De zorgvraag te verhelderen o De medicatiebewaking en verdere afhandeling(en) te vergemakkelijken. Vraag je begeleider naar de afhandeling en eventueel door wie de zorgvraag afgehandeld zal worden. Informeer de patiënt over de afhandeling. Resultaat Je hebt de zorgvraag op de juiste wijze vastgesteld en afgehandeld. De ontvangen informatie en vervolgstap(pen) zijn duidelijk voor de patiënt. Bewijsstukken Verslag gang van het recept Verslag zorgvragen aan de telefoon Opdracht 6: Gebruiks- en doseringscontrole Iedere keer als je recepten verwerkt ben je als apothekersassistent bezig met het uitvoeren van medicatiebewaking. In deze oefenopdracht ga je aan de hand van medicatiegegevens en het raadplegen van bronnen medicatiebewaking uitvoeren op het vlak van medicatiegebruik en de voorgeschreven dosering. Opdracht 6a: Controle op gebruikstermijn en dosering Controleer bij vijf recepten de gebruiks- en doseringscontrole voor zowel volwassenen als kinderen. Controleer op: Onder- of over gebruik De voorgeschreven dosering (handmatig) Zoek ook op waar het geneesmiddel voor gebruikt wordt Wat de bijwerkingen van het geneesmiddel zijn Opdracht 6b: Verslag gebruikstermijn en dosering Schrijf een verslag over opdracht 6a. Verwerk hierin jouw opgedane ervaringen, kennis, vaardigheden en de antwoorden op de vragen. 30

31 Resultaat Je hebt de medicatiebewaking nauwkeurig en volledig uitgevoerd waardoor fouten in de geneesmiddelenverstrekking zijn voorkomen. Je kunt jouw handelen onderbouw. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Verslag Opdracht 7: Afleveren van tweede- en vervolguitgifte met gesprek Deze oefenopdrachten gaan over het afleveren van tweede- en vervolgmedicatie aan de patiënt. Je geeft, indien van toepassing, informatie over de leveringstermijn. Je past op aanwijzingen het gesprek aan op tweede- of vervolguitgifte. Je stimuleert actief therapietrouw. Opdracht 7a: Tweede- en vervolguitgifte Je verzorgt onder begeleiding, tenminste vier tweede-uitgiftes en tenminste vier vervolguitgiftes rechtstreeks aan de patiënt. Stel vragen aan de patiënt, controleer of de NAW-gegevens (naam, adres en woonplaats) en eventueel geboortedatum op het recept overeenkomen met de patiënt aan de balie. Controleer in het AIS of voorgeschreven medicatie aansluit op het geactualiseerde medicatieoverzicht Toon de patiënt de medicatie en lever af Pas het gesprek aan op de tweede- of vervolguitgifte. Bespreek met de patiënt indien van toepassing: o Het gebruik van het geneesmiddel o Wat zijn/haar ervaring is met het gebruik van het geneesmiddel o Eventuele bijwerkingen o Adviezen om bijwerkingen te voorkomen en therapietrouw te bevorderen o De te verwachten levertijd als een gedeelte van de aanvraag later zal moeten worden geleverd o Welke (schriftelijke) informatie aan de patiënt moet worden verstrekt Rond het gesprek af en groet de patiënt Handel het recept administratief af door het bijvoorbeeld: o Te registreren o Te paraferen o Op de juiste plaats op te bergen Indien nodig schakel je tijdig een collega of je begeleider in. Opdracht 7b: Verslag tweede- of vervolguitgifte Maak een verslag van een van jouw uitgiftes bij opdracht 7a. Uit het verslag moet blijken dat: Je ordelijk en systematisch hebt gewerkt Nauwkeurig volgens voorgeschreven procedures, richtlijnen en protocollen hebt gehandeld Een op de persoon gerichte patiëntbenadering hebt toegepast Therapietrouw hebt bevorderd Geneesmiddelen kennis hebt toegepast 31

32 Bewijsstukken Ingevulde feedback lijst Verslag tweede- of vervolguitgifte Opdracht 8: Instrueren onder begeleiding Het geven van een begrijpelijke instructie over hulpmiddelen is nodig om ervoor te zorgen dat de patiënt het geneesmiddel juist toedient. Zeker het inhaleren van een geneesmiddel is voor een patiënt niet eenvoudig. Dat vraagt dus van jouw deskundigheid en goede communicatieve vaardigheden, die je ontwikkelt door middel van simulatie en het onder begeleiding geven van instructie. Opdracht 8a: Verslag geneermiddel gerelateerde hulpmiddelen Maak een verslag over de onderstaande hulpmiddelen. Je beschrijft tenminste twee verschillende hulpmiddelen. Poeder inhalator Aerosol met voorzetkamer Geneesmiddel gerelateerd hulpmiddel m.b.t. diabetes (bv. Insuline pen) In dit verslag verwerk je per hulpmiddel: Een foto van het hulpmiddel met verwijzingen naar belangrijke onderdelen De exacte naam en het merk Het doel van het hulpmiddel Instructieve tekst in eigen woorden met verwijzingen naar de foto Copy van schriftelijk instructie- of informatiemateriaal (indien aanwezig) Indien van toepassing, printscreen(s) van registratie van instructie in het AIS (Apotheek Informatie Systeem). Opdracht 8b (op school): Leren instrueren door simuleren Simuleer met jouw docent een instructie van de door jou uitgewerkte hulpmiddelen bij opdracht 8a. Maak een verslag van de simulaties waarin je de door jou toegepaste kennis en de ontvangen feedback verwerkt. Opdracht 8c: Onder begeleiding instrueren Voer onder begeleiding een instructie aan patiënten uit van tenminste drie onderstaande hulpmiddelen. Maak, indien van toepassing, gebruik van het AIS. Tenminste een instructie gaat over een hulpmiddel die je bij opdracht 8a hebt uitgewerkt. Verwerk dit in een verslag. Medicijnrol en houder Medicijn doseerdoos (bv. per dag of per week) Tabletsplitter en/of tabletverpulveraar Tubecanule of doseerspuit (bv. dose-pac) Hulpmiddel voor het vaginaal toedienen van een crème, ovule of tablet Hulpmiddel voor oogdruppels Poeder inhalator Aerosol met voorzetkamer Geneesmiddel gerelateerd hulpmiddel m.b.t. diabetes (bv. insulinepen) Eigen keus geneesmiddel gerelateerd hulpmiddel. Resultaat Je hebt de patiënt geïnstrueerd over het gebruik van geneesmiddel gerelateerde hulpmiddelen en over het gebruik van geneesmiddel(en) i.v.m. ziekenhuis polibezoek, -opname en/of ontslag. 32

33 Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Verslag geneesmiddel gerelateerde hulpmiddelen Verslag simulaties Verslag onder begeleiding instrueren Opdracht 9: Invoeren van meervoudige recepten en gegevensbeheer In deze oefenopdracht ga je je verder bekwamen in het administratief verwerken van receptgegevens en de verkoop van zelfzorgartikelen, een van de belangrijkste werkzaamheden als apothekersassistent. Bij receptverwerking kom je in aanraking met enkel- en meervoudige recepten, d.w.z. recepten met resp. één en meer dan één receptregel. Verder zal je in het AIS (apotheek Informatiesysteem) gegevens invoeren m.b.t. bijwerkingen, patiëntgegevens wijzigen in het dossier en met het (Elektronische Patiënten Dossier) EPD werken. Opmerking: Daar waar recept staat, kan ook medicatieopdracht worden gelezen. Opdracht 9a: Instructieboekje AIS (deel 2) Start in het AIS de receptverwerking op en kies een testpatiënt. Indien deze nog niet is aangemaakt, laat dan jouw eigen persoonsgegevens invoeren als testpatiënt. Noteer in jouw eigen instructieboekje, op max. 3 pagina's, waar en hoe je tenminste zes van de onderstaande gegevens: Kunt vinden Kunt invoeren, wijzigen of aanvullen En de daarbij gebruikte codes. Patiëntgegevens: Adres, telefoonnummer, adres Zorgverzekering Huisarts Contra-indicatie (bv. chronische aandoening, zwangerschap) Allergie/intolerantie EPD Opt-in registratie Reisdocument Een andere wijziging/aanpassing in overleg met begeleider. Opdracht 9b: AIS t.b.v. medicatiebewaking Het computersysteem dat in de apotheek gebruikt wordt, het AIS, ondersteunt de assistente en de apotheker bij medicatiebewaking. Het systeem geeft medicatie bewakingssignalen, reikt aanwijzingen aan voor de afhandeling ervan en zorgt ervoor dat informatie op een etiket wordt vermeld. Beschrijf aan de hand van onderstaande opdracht hoe het AIS jou en de apotheker heeft ondersteund bij tenminste vier door jou afgehandelde medicatie bewakingssignalen: 1. Vermeld of maak een schermafdruk hoe het AIS de melding in beeld brengt 2. Vermeld of maak een schermafdruk hoe de afhandeling in het AIS wordt geregistreerd 33

34 3. Plak bij iedere afhandeling het controle etiketje zoals dat uit het AIS komt Denk aan de privacy van jouw patiënt! Opdracht 9c: Recept- en gegevensverwerking in AIS Verwerk onder begeleiding minimaal vier van onderstaande gegevens in het AIS. Indien patiënt en/of productgegevens onduidelijk of onvolledig zijn, dan bespreek je jouw voorstel vooraf met je begeleider. Meervoudig recept met geneesmiddelen voor vervolguitgifte: herhalen uit de afleverhistorie Enkelvoudig recept met nieuw geneesmiddel: invoeren van product- en gebruiksgegevens incl. BNG (begeleidingsgesprek nieuw geneesmiddel) Meervoudig recept met geneesmiddel: met aanpassing i.v.m. preferentiebeleid, substitutie- en/of prescriptiebeleid Enkel- of meervoudig recept: met administratieve afhandeling van een of meer medicatie bewakingssignalen Verkoop of uitgifte van een zelfzorgproduct, verbandmiddel of geneesmiddel gerelateerde hulpmiddel Gegevens wijzigen van een of meer patiëntgegevens in één dossier Gegevens wijzigen of aanvullen in het EPD. Lever per recept- of gegevensverwerking een van onderstaande bewijstukken in: Het recept en een print van de door jou aangevulde afleverhistorie met de uitgeprinte etiketten Het recept en een print van de door jou aangevulde afleverhistorie met de uitgeprinte etiketten, incl. print screen(s) van administratieve afhandeling van medicatiebewakingssignalen Een notitie of vermelding in het AIS, van uitgifte van zelfzorg- of hulpmiddel en een print van de afleverhistorie met de uitgeprinte etiketten Een notitie met verzoek tot wijziging van patiëntgegeven(s) Een notitie met verzoek tot informatieverwerking in het EPD Denk aan de privacy van jouw patiënt! Resultaat Je hebt de gegevens volledig en betrouwbaar, volgens geldende procedures, richtlijnen en wet- en regelgeving vastgelegd, beheerd en gearchiveerd. Het medicatieoverzicht is actueel, beschikbaar en toegankelijk voor behandelaars uit de eerste en tweede lijn. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Instructieboekje AIS (deel II) Vier beschrijvingen van AIS t.b.v. medicatiebewaking Vier bewijsstukken van recept- en gegevensverwerking Opdracht 10: Oefening geven van voorlichting & advies Voorlichting en advies geven is een belangrijk onderdeel binnen de apotheek. Daarbij moet je als apothekersassistent rekeningen houden met verschillende doelgroepen. Werk systematisch aan de volgende opdrachten. Opdracht 10a: Geven van voorlichting en advies Kies een patiënt en/of naastbetrokkene uit waaraan je voorlichting en advies wilt geven. Kies bijvoorbeeld een patiënt met: 34

35 Diabetes mellitus Een hoge leeftijd Een CVA Dementie Een auditieve of visuele handicap Een taalbarrière Oefen het geven van voorlichting met behulp van de volgende stappen: Bepaal het doel van jouw voorlichting (gericht op kennis, vaardigheden en/of gedrag) Maak een voorlichtingsplan Verzamel gegevens, materialen en middelen die je nodig hebt om de voorlichting te geven Geef de voorlichting Evalueer het resultaat (productevaluatie) en het proces met je begeleider Beschrijf drie leerdoelen voor de volgende keer. Opdracht 10b: Geven van instructie Kies een patiënt uit waaraan je een instructie wilt geven. Oefen het geven van instructie met behulp van de volgende stappen: Bepaal waarover je instructie wilt geven Verzamel gegevens, materialen en middelen die je nodig hebt om de instructie te geven Verwerk de informatie die je wilt geven in een schematisch overzicht (instructieplan) Geef de instructie en handige tips Evalueer het resultaat (productevaluatie) en proces met je begeleider Beschrijf drie leerdoelen voor de volgende keer. Kies bijvoorbeeld een patiënt die: Een proefpakket met incontinentiemateriaal ontvangt Nieuw is ingeschreven in de apotheek Aanvraag herhaalmedicatie online aan de apotheek kan doorgeven. Resultaat Je hebt de zorgvraag van de patiënt op een gestructureerde en empathische wijze beantwoord en je hebt de patiënt over medicatie, zelfzorgartikel en/of therapie geïnformeerd. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Voorlichtingsplan met leerdoelen Instructieplan met leerdoelen Opdracht 11: Zelfzorg is zelf zorgen? Veel mensen bespreken hun medische klacht liever in de apotheek dan met de huisarts. Je hoeft bijvoorbeeld geen afspraak te maken, hebt eerder een geneesmiddel en het gesprek is ongedwongen. Kortom: de apotheek is laagdrempeliger dan een huisartsenpraktijk. Aan ons, als apothekersassistent, zaak om goede vragen te stellen en te luisteren om de ernst van de medische klacht te achterhalen en een juist advies te geven. Zo'n gesprek mag niet te veel tijd kosten,maar klantvriendelijkheid is nog altijd belangrijker dan tijd en geld van de apotheek. 35

36 Opdracht 11a (op school): Casuïstiek zelfzorgvraag Bedenk in drietallen van tenminste zes van onderstaande onderwerpen een casus. Bij tenminste één casus gaat het om een kind of een zwangere vrouw. Bij tenminste één casus zal de patiënt moeten worden verwezen naar de huisarts. Per casus verwerk je de WHAM-vragen, de daarbij passende antwoorden en de voorlichtingspijl. Verwerk hoe je luistert, samenvat en doorvraagt (lsd). Vermeld naast het door jou gekozen geneesmiddel ook een tot twee niet-medicamenteuze adviezen die je beknopt aan de patiënt geeft om de klacht te behandelen en/of te voorkomen. Motiveer aan de patiënt waarom je voor dit advies kiest. Noem de titel van de zelfzorgfolder die je met de patiënt bespreekt en aan hem meegeeft. Tenslotte check je of de patiënt nog vragen heeft. Toon d.m.v. rubrieken dat je het gesprek bewust indeelt in een kop-romp-staartstructuur Zelfzorg onderwerpen: Aambeien Allergische rhinitis Diarree Hoofdpijn Maagklachten Menstruatieklachten of noodanticonceptie Obstipatie Reisziekte Spier- en gewrichtspijn Opdracht 11b: Zelfzorg in de apotheek Behandel, onder begeleiding, aan de balie in de apotheek bij tenminste drie patiënten een zelfzorgvraag waar bij je door gebruikmaking van de WHAM techniek aan de patiënt een advies geeft. Gebruik daarbij het AIS. Laat bovendien lsd in je gesprek naar voren komen en zorg voor een kop-romp-staartstructuur. Er moeten tenminste drie zelfzorgonderwerpen aan de orde zijn gekomen. Maak een verslag waarin je uitlegt wat er goed ging en wat minder goed. Verwerk hierin ook het beleid van de apotheek, hoe gaan ze om met eerste keuze middelen, invoeren van interacties, UA lijst? Jouw verslag laat je lezen, van feedback voorzien en ondertekenen door je begeleider. Resultaat De zelfzorgvraag van de patiënt is vastgesteld en beantwoord en het juiste zelfzorgartikel is beschikbaar gesteld aan de patiënt. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Zes zelfzorgvragen met afhandeling (casuïstiek) Ondertekend verslag zelfzorg Opdracht 12: Pakken en plakken Je werkt altijd volgens procedures, richtlijnen en veiligheidsvoorschriften. Zo zoek je op basis van het recept het juiste geneesmiddel en voorziet het van een etiket en eventueel (waarschuwing)stickers. Je controleert of de gegevens op het recept overeenkomen met die van het etiket. Na de controle is het klaar om afgeleverd of bezorgd te worden. Soms is er onvoldoende op voorraad en kan je maar een gedeelte van het voorschrift klaarmaken. 36

37 Opdracht 12a: Deellevering Beschrijf een voorgekomen situatie in de apotheek waar jij maar een gedeelte van het voorschrift kon klaarmaken, omdat er onvoldoende op voorraad was. Verwerk hierin: Jouw notitie(s) op het recept Locatie van het door jou klaargezette deel van het recept Jouw afhandeling. Laat je beschrijving controleren door je begeleider. Opdracht 12b: Controles Beschrijf en motiveer tenminste vijf controles die jij bij het klaarmaken van het recept uitvoert. Laat je beschrijving controleren door je begeleider. Opdracht 12c: Klaarmaken voor aflevering Maak binnen een vooraf afgesproken tijd tien recepten klaar voorlevering. Vraag na afloop aan je begeleiderfeedback. Resultaat Het geneesmiddel is voor terhandstelling en voor toediening gereed gemaakt. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst klaar maken voor aflevering Beschrijving over deellevering Beschrijving controles Opdracht 13: Bereiding in beeld, VTGM, uitvullen en uitbesteden Sommige geneesmiddelen die een arts voorschrijft, moeten in de apotheek worden aangemaakt alvorens de patiënt het zichzelf kan toedienen. In een enkel geval moet een geneesmiddel speciaal worden bereid in de eigen apotheek of wordt dit uitbesteed. Uiteraard wordt de patiënt dan op de hoogte gebracht van de te verwachten levertijd. Om bij het klaarmaken van geneesmiddelen efficiënter te werken wordt soms de standaard verpakkingsgrootte vooraf aangepast aan een gangbare hoeveelheid. Kennis over toedieningsvormen, bereidingsmethoden, grondstoffen en utensiliën (gebruiksvoorwerpen) geven je inzicht in de bereiding, het product en de daarin gebruikte grondstoffen. Opdracht 13a (op school): Bereidingsmethoden 1 Maak aan de hand van het FNA, LNA en/of een bereidingsprotocol een verslag van bereidingsmethoden van tenminste een van onderstaande bereidingen: Oplossing Suspensie Basis crème (o/w of w/o -emulsie) Crème of zalf met een afwrijving en/of oplossing van een geneesmiddel Vermeld in het verslag: De titel van het gekozen product De toegepaste utensiliën De verwerkte grondstoffen met daarbij o Werking of reden van toevoeging in dit product 37

38 Indien van toepassing: specifieke eigenschap. De kwaliteitseisen. Opdracht 13b: VTGM Maak in de apotheek zelfstandig tenminste twee antibioticumdrankjes voor toediening gereed(vtgm). En laat de opdracht door een begeleider aftekenen. Gebruik water van goede microbiologische kwaliteit Gebruik de juiste maatcilinder Volg nauwkeurig de door de fabrikant vermelde instructies Werkveilig Werk hygiënisch Voorzie eindproduct van juiste hulpmiddel, etiket (en stickers) en informatie Laat iedere stap en eindproduct controleren door je begeleider. Opdracht 13c (op school): Uitvullen op maat Sommige producten worden zo vaak in dezelfde afwijkende hoeveelheid voorgeschreven dat de apotheek besluit om deze hoeveelheid voor de voorraad alvast uit te vullen. Dit scheelt veel tijd bij het pakken van geneesmiddelen op recept. Vul binnen een vooraf afgesproken tijd vaste hoeveelheden uit van tenminste twee van onderstaande toedieningsvormen Crème, zalf of gel in tubes Vloeistof in flesjes Tabletten of zakjes in resp. potjes of doosjes Andere toedieningsvorm i.o.m. docent Laat jouw weging, afmeting of aantal controleren en paraferen door een docent. Voorkom kruiscontaminatie en/of verwisseling Werk veilig en hygiënisch Voorzie eindproducten van etiket (en stickers) met informatie Maar hier een verslag van 38

39 Opdracht 13d: Bereiden in de eigen apotheek of uitbesteden In de praktijk komt het regelmatig voor dat een voorgeschreven geneesmiddel moet worden bereid. Dit gebeurt in de eigen apotheek of het wordt uitbesteed aan een grootbereider of ziekenhuis. Onderbouw in een verslag de keuzes en jouw aanpak van twee voorgekomen situaties waarbij jij: Je opdracht moest geven voor eigen bereiding of uitbesteding De patiënt hebt geïnformeerd over de levertijd Verwerk in je verslag: Een copy van het recept of de medicatieopdracht Een copy van de aanvraag of schermafdruk bestelsysteem Productkennis (toedieningsvorm, geneesmiddel, hulpstoffen) De verwachte levertijd Naamleverancier Denk aan de privacy van jouw patiënt! Resultaat Er is gecontroleerd of het geneesmiddel op maat gemaakt is en voldoet aan de kwaliteitseisen, zodat de patiënt het geneesmiddel veilig kan innemen, zichzelf kan toedienen of toegediend kan krijgen. Het uit gevulde en het voor toediening gereedgemaakte geneesmiddel is voor verdere verwerking of terhandstelling gereed gemaakt. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Verslag bereidingsmethoden 1 Verslag zelf bereiden of uitbesteden Verslag uitvullen op maat Opdracht 14: Voorraadbeheer en VBS Iedere dag bestelt de apotheek geneesmiddelen, zelfzorgmiddelen en verband- of medische hulpmiddelen bij diverse leveranciers. Dit gaat meestal m.b.v. een automatisch voorraadbeheersysteem(vbs). Sommige geneesmiddelen worden speciaal op naam van de patiënt geleverd, bv. de Central Filling zakjes en de medicijnrollen. Men werkt volgens procedures bij het plaatsen, opruimen en administratief verwerken van de bestellingen en tevens bij het controleren van het aantal, bewaarconditie en verloopdatum. Soms wordt het opruimen van de bestelling geheel of gedeeltelijk door een 'robot' uitgevoerd. NB. Indien bepaalde werkzaamheden alleen voorbehouden zijn aan werknemers met speciale taken en/of niet zelfstandig door jou mogen worden uitgevoerd, dan wordt het praktijkadres aangeraden de werkzaamheden door jou zelfstandig, maar wel onder toezicht, te laten uitvoeren. Opdracht 14a: Bestelling plaatsen Plaats, onder begeleiding, (handmatig) een bestelregel of bestelling bij een leverancier inhet voorraadbeheersysteem (VBS). Maak een printscreen van de bestellijst voor én nadat je de bestel regel of bestelling hebt geplaatst.

40 Opdracht 14b: Bestelling opruimen en administratief verwerken Ruim onderstaande geleverde bestellingen volgens de regels op. Observeer en onderzoek hoe de levering administratief in het VBS wordt verwerkt: Tips: De dagelijkse bestelling van de reguliere groothandel Indien de apotheek voorzien is van een 'robot' en sommige artikelen niet automatisch worden geladen, laadt je deze artikelen indien mogelijk handmatig in Central/Smart Filling en GDS (bv. medicijnrollen) Zet je geleverde bestelling op alfabet op tafel of op een karretje Check de kwaliteit van de verpakking. Is het afleverbaar? Check of er iets van de bestelling voor een patiënt is binnengekomen. Zet dit apart Ruim koelkastartikelen als eerste op Plaats in de kast/lade de verpakkingen met kortste verlooptermijn vooraan, hanteer FIFO Let goed op de sterkte aanduiding! Veel verpakkingen lijken op elkaar Opdracht 14c: Controles op de voorraad Controleer een deel van de voorraad op: Bewaarconditie en vervaldatum Fysieke aantal versus administratieve aantal Beschrijf jouw conclusies in een kort verslag en laat dit ondertekenen door je begeleider. De door jou gevolgde procedures Wat er in jouw apotheek gedaan wordt met de geneesmiddelen die zijn verlopen Welke aanpassingen naderhand in het VBS, indien van toepassing, worden uitgevoerd m.b.t. aantal administratieve voorraad Normvoorraad en/of bestelhoeveelheid. Resultaat Het voorraadbeheer van medicijnen, zelfzorgartikelen en medische hulpmiddelen is op peil. Bewijsstukken Ingevulde feedbacklijst Twee prints van een bestellijst Beschrijving controles op de voorraad Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 40

41 Opdracht 15: Werkt aan deskundigheid Het kwalificatiedossier vermeldt onder andere in dit werkproces dat je deelneemt aan inhoudelijke discussies met collega s en anderen over beroepstaken en werkzaamheden. Zo ontwikkel je en lever je een bijdrage aan visieontwikkeling van de beroepsuitoefening. Tevens draag je de beroeps- en organisatievisie uit naar anderen. Een visie stuurt je handelen. Voor patiënten en naastbetrokkenen is het belangrijk dat alle behandelaars en zorgverleners binnen de instelling/praktijk handelen vanuit dezelfde visie. Na deze opdracht weet je wat de visie van je praktijk/instelling is, hoe deze het dagelijks handelen stuurt en hoe jouw eigen visie zich verhoudt tot de praktijk/instellingsvisie. Opdracht 15a (op school): Onderzoek visie praktijk/instelling Onderzoek wat de visie is van de praktijk/instelling waar je werkt of stage loopt. Onderzoek welke theoretische visie hieraan ten grondslag ligt Onderzoek hoe je de visie van de praktijk/instelling terugziet in het dagelijks handelen. Beschrijf jouw persoonlijke visie. Opdracht 15b (op school): Presentatie visie praktijk/instelling Presenteer aan je medestudenten op school hoe je de visie van de praktijk/instelling in het dagelijkse werk terugziet en hoe jij werkt vanuit de visie van de praktijk/instelling. Formuleer een stelling/dilemma die aansluit bij jouw visie en discussieer tijdens de presentatie hierover met je medestudenten. Bijvoorbeeld: Iemand vraagt naar een duur vitaminepreparaat. Hij wil weten of dit zinvol is. Je hebt geleerd dat dat niet nodig is bij een goede voeding en zeker niet een duur preparaat. Dit leg je uit. De apotheker staat achter je en nadat de patiënt vertrokken is spreekt hij je er op aan dat het wel de bedoeling is om die preparaten te verkopen. Wat doe je?" Stel vijf feedbackvragen op waar de deelnemers je feedback op geven na de discussie. Resultaat Je bent op de hoogte van de visie op zorg van de praktijk/instelling waar je werkt of stage loopt en je kunt je eigen visie verwoorden. Bewijsstukken Volledig ingevulde feedbacklijst Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 41

42 Opdracht 16: Werkt aan bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Binnen de organisatie werk je mee aan het verbeteren van de kwaliteit van je werk. Je let op de kwaliteit van je eigen werkzaamheden en die van je collega s. Je analyseert complexe problemen en draagt oplossingen aan. Het signaleren en melden van knelpunten is hierbij vanzelfsprekend. Je spreekt anderen aan op het correct gebruik van voorschriften. Je neemt deel aan onderzoeken binnen de organisatie. Opdracht 16a: Verbeterplan Werk mee aan de uitvoering van een verbeterplan dat een effectieve bijdrage levert aan het bevorderen en bewaken van de kwaliteitszorg. Analyseer knelpunten van beroepstaken en werkzaamheden op je BPV plek Signaleer en meld knelpunten aan de begeleider Draag voor een knelpunt oplossingen aan. Bespreek deze met je begeleider. Volg voorgeschreven protocollen en procedures Spreek anderen aan op het correct gebruik van voorschriften Resultaat Je hebt meegewerkt aan een verbetertraject. Bewijsstukken Volledig ingevulde feedbacklijst Opdracht 17: Werken in teamverband Om in teamverband goed te kunnen werken is het noodzakelijk om de werkzaamheden op elkaar af te stemmen. In onverwachte situaties moet je snel kunnen overleggen wie wat doet, zodat de dienstverlening zo soepel mogelijk verloopt. In deze oefenopdracht werk je in teamverband en neem je actief deel aan werkoverleg. Opdracht 17a: Prioriteitsbepaling werkzaamheden Inventariseer gedurende een week alle werkzaamheden in de apotheek waar je werkt. Deel de werkzaamheden in naar prioriteit. Opdracht 17b: Verbetervoorstel dienstverlening Welke verbetering is er naar aanleiding van opdracht 17a mogelijk in de dienstverlening? Beargumenteer deze verbetering Breng je verbetervoorstel in overleg met je begeleider in tijdens een werkoverleg Vraag om feedback (je hoeft het verbetervoorstel dus niet meteen uit te voeren) Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 42

43 Opdracht 17c: Coaching on the job Vraag een keer per twee weken een kort gesprek met je begeleider. Vertel je begeleider wat je verwacht in de begeleiding van de komende weken. Bespreek de leerdoelen en resultaten die je wil behalen en maak hier afspraken over. De student legt de afspraken vast in een logboek. Laat je begeleider het leerproces beoordelen en het logboek ondertekenen. Resultaat De apothekersassistent heeft functioneel contact met andere zorgverleners. Zij heeft eventuele knelpunten opgelost en werkzaamheden afgestemd binnen team- of ketenverband. Bewijsstukken Prioriteitsindeling werkzaamheden Verbetervoorstel met feedback Logboek begeleiding- en coaching gesprekken Opdracht 18: Geneesmiddelen kennis Deze opdracht voer je op beide BPV adressen uit. Opdracht 18a: Geneesmiddelen kennis Zoek van tien verschillende geneesmiddelen op waar het geneesmiddel voor bedoeld is (indicaties), in welke geneesmiddelen groep het geneesmiddel zit, wat de normdosering van het geneesmiddel is en wat de meest voorkomende bijwerkingen zijn. Verwerk deze geneesmiddelen schematisch in een verslag. Opdracht 18b: Kinderdoseringen Vraag je begeleider om minimaal 6 recepten voor een kinderdosering. Bereken de kinderdosering en laat deze controleren door je begeleider. Verwerk het recept en de berekening in een verslag. Let op de privacy van de patiënt! Resultaat Je hebt je deskundigheid verder ontwikkeld. Bewijsstukken Schematisch verslag van tien geneesmiddelen Minimaal 6 recepten met berekening voor kinderdoseringen Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 43

44 Bijlagen Feedbacklijst Resultaat (student) Wat is het resultaat dat je hebt bereikt? Welke kennis, vaardigheden en houding heb je toegepast? Hoe is het afgelopen? Heb je geleerd wat je wilde leren? Reflectie (student) Hoe kijk je terug op de situatie? Waarom heb je het zo gedaan? Waar was je tevreden over? Waarover minder? Welke competenties heb je hierbij ontwikkeld? Hoe zou je het de volgende keer aanpakken? Welke leerdoel kan je je jezelf stellen? Feedback stagebegeleider Op reflectie stagiaire, bijbehorende aandachtspunten in concreet waarneembaar gedrag. Dus dat wat je ziet en hoort. Daarnaast beargumenteer je wat jou mening hierover is. Handtekening stagiaire : Handtekening stagebegeleider:. Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 44

45 Eindbeoordeling stageopdrachten BPV: periode 1 en 2 Opdracht Onvoldoende Voldoende Goed Opmerkingen a 5b 5c 6a 6b 7a 7b 8a 8b (school) 8c 9a 9b 9c 10a 10b 11a (school) 11b 12a 12b 12c 13a (school) 13b 13c (school) 13d 14a 14b 14c 15a (school) 15b (school) 16a 17a 17b 17c 18a 18b Datum: Datum: Naam begeleider BPV Naam student Handtekening begeleider BPV Handtekening student Datum: Naam docent Handtekening docent Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 45

46 Eindbeoordeling stageopdrachten BPV: periode 3 en 4 Opdracht Onvoldoende Voldoende Goed Opmerkingen a 5b 5c 6a 6b 7a 7b 8a 8b (school) 8c 9a 9b 9c 10a 10b 11a (school) 11b 12a 12b 12c 13a (school) 13b 13c (school) 13d 14a 14b 14c 15a (school) 15b (school) 16a 17a 17b 17c 18a 18b Datum: Datum: Datum: Naam begeleider BPV Naam student Naam docent: Handtekening begeleider BPV Handtekening student Handtekening docent Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 46

47 Kellebeek College, BPV Handboek Opleiding Apothekersassistent, Fase 2 BOL, cohort 2017 Pagina 47