PERCELEN BESTEMD VOOR VRIJSTAANDE BEBOUWING

Transcriptie

1 EXEMPLAAR I STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING VAN EEN VERKAVELING VOOR WONINGBOUW PROVINCIE ANTWERPEN, GEMEENTE HEIST- OP- DEN-BERG GELEGEN AAN DE WERFTSESTEENWEG 85A (lot 11.1) EN DE BIEKORFSTRAAT 64 (lot 11.2), 62 (lot 11.3) en 60 (lot 11.4) 2e AFDELING, SECTIE I, PERCELEN, 315D 1151A DOSSIER GEMEENTE 2017/21/rnro DOOR DE GEMEENTELIJK STEDENBOUWKUNDIG AMBTENAAR IN ROOD AANGEPAST OP 26 OKTOBER 2017 PERCELEN BESTEMD VOOR VRIJSTAANDE BEBOUWING ( Kavels nrs Urn 11.4 ) 1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING 1.1. BESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN) 1.1.A. Hoofdbestemming hoofdgebouwen Dossier gemeente 2017/21 Vraag tot verkavelingsvergunning VERGUND in zitting van het Schepencollege van 31 oktober 2017 (.1P il[u:ra Het betreft een landelijke omgeving Enkel eengezinswoningen, met inbegrip van zorgwoningen zijn (landschappelijk agrarisch gebied ) waar een toegelaten. meer open bebouwing wordt nagestreefd en waar bijkomende bewoning en de daarbij horende verkeersgenerende activiteiten dienen beperkt. Voorzieningen voor inwonende hulpbehoevenden zijn toegelaten voor zover ze niet afsplitsbaar zijn van de woning. Voor de definitie van zorgwoningen wordt verwezen naar de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening B. Nevenbestemming hoofdgebouwen Slechts een beperkt gedeelte van de woning kan ingericht worden als nevenbestemming. Het accent van de verkaveling ligt immers op 'wonen'. Volgende functies, complementair aan het wonen, zijn toegelaten: kantoorfunctie, vrij beroep, handel, dienstverlening en ambacht. mits aan alle van de volgende vereisten voldaan is: Nevenfuncties die een beperkte overlast Handel en ambacht zijn--enkel toegetaten rnits aan de hierna kunnen veroorzaken moeten in opewlakte vermelde-vereisten gelijktijdig voldaan is: beperkt blijven. 1 de woonfunctie blijft behouden als hoofdfunctie; 20 de complementaire functie beslaat een geringere Nevenfunctie die effectief overlast kunnen oppervlakte dan de woonfunctie met een totale maximale veroorzaken worden niet toegelaten. vloeroppervlakte van vierkante meter en uitsluitend in te richten op het gelijkvloers. 3 de nevenbestemming mag geen hinder veroorzaken voor de omwonenden (geen geluidshinder, geurhinder, stofhinder en geen Luchtverontreiniging). 4 het aanleggen van de noodzakelijke parkeerplaatsen 1.f.v. de Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 1 / 9 25/04/2017

2 complementaire functie Horecafuncties zijn niet toegelaten BESTEMMING BIJGEBOUW(EN) Alle conventionele bijgebouwen in het worden toegelaten bestemmingen van woongebied kunnen Strook voor bijgebouwen: enkel op lot 11.1 Garages, tuinhuisjes, bergingen, poolhouse, car-port enz. In de bijgebouwen mag er geen woonentiteit gecreëerd worden. Max. oppervlakte; maximaal 75 m 2 oppervlakte. Op alle toten zijn wel tuinhuisjes tot maximaal 12 m 2 mogelijk, volgens inrichtingsvoorschriften art BESTEMMING NIET BEBOUWD GEDEELTE Alle gangbare--tuininfichtingen kunnen Private tuinen, inrichting van zwembad of vijver is toegelaten worden-toegelaten Bouwvriie voortuinstrook: diepte gemeten vanaf de rooilijn= Binnen de verkaveling wordt bewust min. 6,00m en verder zoals aangeduid is op het verkavelingplan. geopteerd voor een dieptewerking ten 1. bebouwing: behoudens afsluitingen zoals vermeld in voordele van de privacy. Immers, door de art. 3.4, zijn alle constructies in de voortuin verboden zijdelingse grenzen tussen de kavels hard te met inbegrip van de hellende op- en afritten. definiëren kan de woning optimaal geënt 2. welstand: behoudens de toegangen tot de gebouwen worden op haar tuin zonder dat de privacy in dient de strook als tuin te worden aangelegd en als het gedrang komt. dusdanig gehandhaafd. Minimum 50% van de strook moet niet groenaanleg (tuin) afgewerkt worden. Bouwvriie ziituinstrook: breedte= min. 3m genieten vanaf de zijdelingse perceelsgrenzen; verder zoals aangeduid op het plan. 1. bebouwing: behoudens de afsluitingen, zoals voorzien in art. 3.4 en een carport in de linkse bouwvrije zijtuinstrook van lot 11.1, zoals voorzien in art, 3.5, zijn alle constructies verboden niet inbegrip van de hellende op- en afritten. Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 2 / 9 25/04/2017

3 2. VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN 2.1. VOORSCHRIFTEN HOOFDGEBOUW(EN) 2.1.A. Typologie hoofdgebouwen Het betreft een verkaveling buiten de Vrijstaande bebouwing, woonkern, het project is omgeven door zoals weergegeven op het verkavelingsplan. openruimte. Een kleinere woningdichtheid is in dit gebied aangewezen, rekening houdende ook met de bestaande bebouwing in de directe omgeving. 2.1.B. Inplanting hoofdgebouwen Een voldoende brede voortuin moet het open karakter van de omgeving waarborgen Op het verkavelingsplan wordt de zone voor het hoofdgebouw aangeduid : bouwlijn op 6m uit de rooilijn, Het gebouw moet kunnen waarborgen voldoende woonruimte a) Voorgevel Een zijde van de kleinste rechthoek waarin het gebouw, met inbegrip van de uitsprongen, kan worden ingeschreven moet: samenvallen met de voorgevelbouwlijn b) Achtergevel Op minimum 9 m achter de voorgevel en binnen de bouwstrook, bouwstroken gelegen in kavels project zone 11 maximale diepte 15m In principe bedraagt de bouwbreedte 2/3 van het perc-eet Vervolg 2.1.B maximum c) zijgevels Op minimum 3m afstand van de zijgrens van het perceel en binnen de bouwstrook aangeduid op het plan en rekening houdende met volgende bijkomende voorwaarden: c2) Zijgevels projectzone 11 Loten 11.1 op minimum 4m afstand van de zijgrens van het perceel Lot 11.4 op 3m afstand van de linker zijgrens van het perceel en op 5m van de grens met de aanpalende waterloop Lot 11.2 op minimum 6m van de de rooilijn grens met giekoristraat Werftsesteenweg. Alle-loten-binnen-de-bouwstrook voorzien op-het-plan Ook dit voorschrift heeft als doel het open e - c -. e veel-mogelijk te bewaren-, De-som-der afstand e e - c erccelsgrenzen moet-evenwel4enm4nste-14-3-van-de-perc-eelslgreed~eten op de-voorgevet-bouwlijn, bedragen Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 3 / 9 25/04/2017

4 2.1.C. Bouwvolume hoofdgebouwen De bouwhoogte wordt gemeten vanaf het GABAR1T maaiveld (nieuwe grondpei-t-)--het niveau ter Bouwhoogte maximum 7 m hoogte van de rand van de weg tot de voor het hoofdgebouw: gemeten van het niveau ter hoogte van bovenkant van de kroonlijst of de onderkant de rand van de weg tot de bovenkant van de kroonlijst of de van de dakoversteek. onderkant van de dakoversteek: maximum 6,50m voor de voorgevel en max. lim voor de nokhoogte, VLOERPEIL Max meter boven straatniveau. 2.1.D. Verschijningsvorm hoofdgebouwen Het bouwproject moet zich inpassen in de bestaande omgeving en mag in zijn totaliteit niet als een landschapsstorend element worden ervaren. Nieuwe bouwmaterialen en technieken vinden meer en meer ingang. Deze materialen moeten niet persé worden uitgesloten zolang het project in harmonie blijft met zijn omgeving. MATERIALEN Voor gevels en daken: het gebouw of constructie dient een architectonisch geheel te vormen o.a, door gepast gebruik van de aard en de kleur van de materialen, vormgeving en volume. Alle zichtbare delen van het gebouw moeten uitgevoerd worden in duurzame materialen. De vergunningverienende overheid bepaalt of een materiaal al dan niet als duurzaam kan beschouwd worden, ~baksteen, natuursteen, geverfde baksteen of gevet-bepleistering. Voor de het hoekloten 11.2 en dient extra aandacht besteed aan het straatbeeld, bedoeling is dat langs het openbaar domein alle gevels ervaren worden als voorgevel vandaar---dat--de dakvorm beperkt dient te blijven tot plat dak of schilddak,- Voor de overige loten moet een zekere architecturale vrijheid gewaarborgd blijven. Gevelbekledingen met hout, kunststof of metaal zijn over-de volledige achtergevel toegelaten, bij voor--engevets-wordt de-laek-leding-beperkt tot maximaal% van de geveloppervtakte Voor schuine-dal~pannen-y-leieriet Zonnepanelen en zonneboilers toegestaan. DAKVORM vrij te kiezen: - schuindak met een helling tussen 15 0 en kleiner dan 55 - plat dak - fonde-of-afgeronde-dalwegnen Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 4 / 9 25/04/2017

5 2.2. VOORSCHRIFTEN BIJGEBOUW(EN) ENKEL VOOR LOT A. Inplanting bijgebouwen Gelet op de beperkte diepte van de percelen kunnen er enkel bijgebouwen in de zones aangeduid op het plan Op enkele plaatsen zijn e-r--wagh-~ aanwezig van aanpalende--bestaand-e bijgebouwen. Bij uitzondering mag tegenaan deze waghtgevels aangebouwd word-en-in-de zijtuinstrook, Op het verkavelingsplan wordt de zone voor bijgebouwen aangeduid, (enkel voor kavel 11.1 ) behoudens binnen de voorziene bouwvakken zijn garages of bijgebouwen niet toegelaten in-de-zij-tuin-stroken Binnen dit bouwvak de bouwvakken voorschriften: gelden volgende - Gevel gericht naar het hoofdgebouw en binnen de op het plan aangegeven bouwzone voor bijgebouwen. - Achtergevel op minimum 5m -3m-van de achtergrens van het perceel afhankelijk van de aanduiding op plan - Zijgevels op minimum 3 m afstand ervan. --13e zijgevel mag-op-de-perceelsgrens worden gebouwd mits aan volgende-voorwaarden wordt voldaan 1. Mits aangebouwd wordt tegen een bestaande constructie 2-. Mits aangebouwd wordt met dez-elfde--aard van materiaal--(c-arport tegen carport, metselwerk tegen metsetwerk)-en-beide-gonstructies een plat dak bekomen, even hoog Bijgebouwen op te richten na of hoofdgebouw. gelijktijdig met het Bouwvolume bijgebouwen De hoogte van de bijgebouwen wordt beperkt, zodat de hogere hoofdgebouwen beeldbepalend zullen zijn voor de verkaveling. De bouwhoogte wordt gemeten van het maaiveld (grondpeil) tot de bovenkant van de kroonlijst of de onderkant van de dakoversteek. De bouwhoogte van de deksteen of de dakrand bij een plat dak is minimaal 2,50 m, maximaal 3m. De hoogte van het maaiveld tot de bovenkant van de nok van een zadeldak bedraagt maximaal 5m ém, de hoogte van het gebouw moet daarenboven begrepen zijn binnen een hoek van 45 0, gemeten vanaf 3 m boven het grondpeil op 3 m afstand van elke perceelsgrens.. Voor bijgebouwen-41e-worden aangebouwd-tegen-een bestaande constructie gelden de voorschriften van 2.2.A hiervoor, Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 5 /9 25/04/2017

6 2.2.C. Verschijningsvorm bijgebouwen Het uitzicht van het bijgebouw moet De hoofd- en bijgebouwen moeten één architecturaal geheel harmoniëren met dit van het hoofdgebouw vormen MATERIALEN: gevels zichtbaar vanaf-4e-epenbace-vvegfcle-4,nater-i-aat ats-de-voe Pgevet-va~oof-dgebeuw:- Overige gevels: baksteen, gevelbaksteen, natuursteen, geverfde-baksteen of gevelbeeteister-ing-r schuine daken: pann-, "- e - eer flauw hellende daken: daiwitt Voor gevels en daken: het gebouw of constructie dient een architectonisch geheel te vormen o.a. door gepast gebruik van de aard en de kleur van de materialen, vormgeving en volume. Alle zichtbare delen van het gebouw moeten uitgevoerd worden in duurzame materialen. De vergunningverlenende overheid bepaalt of een materiaal al dan niet als duurzaam kan beschouwd worden. DAKVORM: - gebouwen op de perceetsgrens: plat dak - overige gebouwen: plat dak of schuin dak met een maximum helling van Voor bijgebeuwen-die-werclen aangebouwd tegen een-bestaande constructie-gelden-de voorschriften van-2.,2.a-h-ieweer-, 2.3. VOORSCHRIFTEN DUURZAAM BOUWEN EN KWALITEITSASPECTEN Alle verhardingen dienen te gebeuren met waterdoortatende materialen of materialen toegepast met een brede voeg. Waterdichte vlakken zijn enkel voor de verhardingen van de terrassen toegelaten (max. 30 m2) mits ze afwateren naar de tuin en mits een onmiddellijke bezinking mogelijk is. De gewestelijke verordening hemelwater moet worden. nageleefd - Elke woning moet minstens voorzien in een gescheiden Een permanent recuperatiesysteem betekent rioteringssysteem met opvang van het hemelwater in een dat het systeem het volledige jaar door hemelwaterput zoals voorzien in de geldende effectief gebruikt wordt. hemelwaterverordening van L met verplichte toepassing van een permanent recuperatiesysteem voor minstens de spoeling van alle toiletten. Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 6 / 9 25/04/2017

7 3. VOORSCHRIFTEN NIET-BEBOUWD GEDEELTE 3.1. RELIEFWIJZIGINGEN Het gaat om een zeer vlak terrein, waar reliëfwijzigingen niet wenselijk zijn. Het terrein ligt iets hoger dan de straat dus er zijn geen wijzigingen van het bodemreliëf noodzakelijk. Ook in de strook naast de Notesloop (die iets lager ligt) zijn geen aanpassingen toegestaan. Reliëfwijzigingen groter-dan-30cm worden niet toegestaan VERHARDINGEN Het totale pakket aan verhardingen moet worden beperkt met het oog op een minimale infiltratie van hemelwater op het perceel. Voor en zijtuin: alleen het-gedeelte dat als toegang-dient naar hoofd- en bijgebo -. erden verhard. Verhardingen-moeten-beperkt-btij-ven-tot de-bouwzone-voor bij- en hoofdgebouwen. Een eventueel terras dient in pc-ingipe-ook -binnen-deze strook-te-worden aangelegd, naar-mag-met-maximu e erden-in-de achter-tuinstrook Noothakel-i-jke-voor-z-ieningen V-991, tuinpaden en oprit mogen voorz-iworden-,-omr-and-door groenaanleg. Buiten deze-bouwzones dient de tuin aangelegd -te worden-met-greenaanplantin-gen Verhardingen moeten beperkt blijven. Noodzakelijke voorzieningen voor tuinpaden en oprit mogen voorzien worden, omrand door groenaanleg. De tuin dient aangelegd te worden met groenaanplantingen. Terrasverharding van maximum 30 m 2 aansluitend aan de achterzijde van de woning. Voortuinstrook: minimum 50% van de strook moet met groenaanleg (tuin) afgewerkt worden. Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 7 / 9 25/04/2017

8 3.3. INRICHTINGSELEMENTEN In afwijking op deze bepalingen zijn houten tuinhuisjes toegestaan onder de volgende voorwaarden: - met een nokhoogte van max. 3,00-3T-50m - met een bebouwde oppervlakte van maximum 12m 2 - op te richten op minimum 2m uit de perceelsgrenzen - en op minimum 5 meter uit de achtergevelbouwlijn. - niet in voortuinstroken; één openlucht zwembad is toegestaan onder volgende voorwaarden: * maximaal 50m 2 groot. * op min. 2m van de perceelsgrenzen en op min. 5m uit de achtergevelbouwlijn. Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina 8 /9 25/04/2017

9 3.4. AFSLUITINGEN AARD Het landelijk karakter van de omgeving Enkel groene scheidingselementen met een maximale hoogte verdraagt normaliter geen harde afsluitingen van 2m zijn toegelaten zoals hagen, snoeibare heesters, zoals muren, betonplaten e.d. klimplanten, lei-bomen. Draadafsluitingen al dan niet in combinatie met levende groenelementen (klimop) zijn ook toegelaten. Houten schutsels tot een hoogte van 2 meter kunnen ook toegestaan worden, behalve in de voortuinstroken en op de plaatsen zoals gedefinieerd onder de rubriek "inplanting". Bet-onp, - e ''' 'ts schriftelijk akkoord van de-aanpalende eigenaar AFMETINGEN afsluitingen: maximale hoogte 2 meter Uitgezonderd voortuinstrook: maximale hoogte: 1 meter. INPLANTING Binnen de verkaveling moeten de afsluitingen geplaatst worden op de erfscheidingsgrens. Voer-het-plaatsen van afsluitingen op de erfscheictingsgfens met--de aanpalende percelen buit-en de verkaveling is het akkoord van de aanpalende-eigenaar nodig. Omwille van de Notesloop naast lot 11,4 en achter lot 11.1 zijn op die plaatsen geen afsluitingen toegestaan. Het onderhoud aan die gracht moet mogelijk blijven. 3,5, ZONE VOOR CARPORT IN DE LINKER BOUWVRIJE ZIJTUINSTROOK VAN LOT 11,1 Op het verkavelingsontwerp is de zone voor carport aangeduid (linker bouwvrije zijtuinstrook van lot 11.1). In deze bouwvrije zijtuinstrook mag een carport opgericht worden met de voorgevel samenvallend met het linksaanpalend gebouw (carport) in de zijtuinstrook van Werftsesteenweg 85 en met de achtergevel op een afstand uit de voorgevelbouwlijn te plaatsen die niet groter mag zijn dan de diepte van de aanpalende carport - Deze carport moet opgericht worden binnen de zone zoals aangeduid op plan. De bouwhoogte van de carport bedraagt 3 meter. De carport wordt afgewerkt met plat dak. Aanbevolen materiaal voor de carport: hout of metaal. Stedenbouwkundige voorschriften d3291 pagina /04/2017

10