Maatschappelijk verslag ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Maatschappelijk verslag 2013. ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V."

Transcriptie

1 Maatschappelijk verslag 2013 ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. Houten, 30 juni 2014

2 Inhoudsopgave 1. Aanbieding door de directie...2 I Governance en risicomanagement structuur...3 II Risicoprofiel en risicobereidheid...5 III Risicobeheersing...6 Klantbelang Organisatie en personeel Financiële informatie Profiel van de organisatie Algemeen Organisatie Productassortiment en positionering Kwaliteit, tijdigheid en bereikbaarheid (zorgplicht) Acceptatieplicht Wanbetalers Verbod op premiedifferentiatie Transparante informatie Kwaliteitsborging werkzaamheden door derden Privacy Naleving relevante wet- en regelgeving Governance Naleving gedragscodes Maatschappelijk verantwoord ondernemen Prestaties in relatie tot belanghebbenden Kwaliteit van producten Uitvoering zorgplicht (inclusief zorgbemiddeling) Afhandeling van klachten en resultaten daarvan Formele en materiële controle, gepast gebruik, voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik Controle aanpak Organisatie van materiële controle en gepast gebruik Vervolgacties en evaluatie van de materiële controles en controles op gepast gebruik Misbruik, oneigenlijk gebruik (M&O) en fraude Verantwoording over uitvoer van de Wtcg Pagina 1

3 1. Aanbieding door de directie Inleiding Hierbij biedt ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. (hierna: ONVZ) het Maatschappelijk verslag 2013 aan. ONVZ wil hiermee geïnteresseerden inzicht geven in haar doelstellingen, activiteiten en resultaten over Bij ONVZ draait alles om de klant. Wij werken daarom voortdurend aan het verder verhogen van de tevredenheid van onze klanten. Ook in 2013 hebben wij daar hard aan gewerkt. En uit verschillende onderzoeken kwam weer naar voren dat de klanten van ONVZ zeer tevreden zijn over onze dienstverlening. Het verheugt ons dat wij onze financiële positie verder hebben kunnen versterken. Hierdoor kunnen wij onze zelfstandige positie in de markt continueren. Klanttevredenheid, stabiliteit en continuïteit in zelfstandigheid zijn dan ook voor ONVZ sleutelbegrippen. Ontwikkelingen De concurrentie tussen zorgverzekeraars neemt ieder jaar nog verder toe. Dit lijkt zich vooral te concentreren op prijs, al dan niet door het in de markt zetten van nieuwe doelgroep- of internetlabels door de bestaande zorgverzekeraars. De zogenaamde vergelijkingssites spelen daarbij een prominente rol. De omvang van het verzekerdenbestand lijkt in deze markt belangrijker dan het uiteindelijke rendement. Een gevaarlijke ontwikkeling in een markt met een inherent marginaal rendement. Des te belangrijker is het dat ONVZ niet de prijsconcurrentie aangaat, maar zich onderscheidt door de kwaliteit van de dienstverlening, de vrije keuze van zorgverlener en de inhoud van de verzekeringsdekking. In 2013 is in de markt het verschil tussen de zogenaamde naturapolis en de restitutiepolis scherper geworden, mede onder invloed van de introductie van een aantal budgetpolissen bij andere verzekeraars. De vrije keuze -propositie van ONVZ, welke wordt ingevuld met onder andere de restitutiepolis, is hierdoor zichtbaarder geworden. Ondanks het feit dat vaak de hoogte van de premie een dominante rol speelt bij de keuze van de klant voor zijn zorgverzekering, wist ONVZ in het najaar van 2013, net als in het najaar 2012, veel nieuwe klanten aan te trekken. Daartegenover namen bestaande klanten afscheid van ONVZ. Per saldo is het aantal verzekerden gegroeid. Risicomanagement Inleiding Risicomanagement is een middel waarbij op een gestructureerde en expliciete manier risico s beheerst worden door deze risico s in kaart te brengen, te evalueren en er proactief mee om te gaan. De basis voor het risicomanagement is het maken van risicoanalyses. Het vertrekpunt van risicomanagement is het vaststellen van de risicobereidheid. Vervolgens worden de risico s gemanaged door, voor gesignaleerde risico s, vast te stellen hoe de kans van het optreden van het risico of de gevolgen bij het optreden moeten worden beheerst. Risicomanagement is het beheersen van kansen op en gevolgen van deze risico s. Pagina 2

4 Doelstelling risicomanagement Binnen ONVZ is risicomanagement gedefinieerd als een continu proces van effectief omgaan met kansen en risico s die van invloed zijn of kunnen zijn op het behalen van de organisatiedoelstellingen. Het doel van risicomanagement is het versterken van de interne beheersing en het bevorderen van de bewustwording van medewerkers van het bestaan van risico s en de invloed daarvan op hun werk. Risicomanagement is geïntegreerd in de cultuur, in het denken en het gedrag van de medewerkers van ONVZ. In 2013 heeft hierop verdere ontwikkeling plaatsgevonden. Belangrijkste ontwikkelingen in 2013 In het verslagjaar heeft ONVZ diverse werkzaamheden uitgevoerd in het kader van de interne beheersing, zoals: het vaststellen van de risicobereidheid; het actualiseren en vaststellen van het ORSA 1 -beleid; de ORSA-rapportage 2013; risicoanalyses in het kader van de vervanging van de informatiesystemen; het geven van interne risicomanagementtrainingen. Het risicomanagement wordt nader toegelicht aan de hand van de volgende paragrafen: I Governance en risicomanagementstructuur; II Risicoprofiel en risicobereidheid; III Risicobeheersing. I Governance en risicomanagement structuur Three lines of defence ONVZ heeft haar risicobeheersing ingericht aan de hand van het three lines of defence - principe. Dit principe hanteert drie verdedigingslinies waaraan de bedrijfsvoering onderhevig is. Per verdedigingslinie is aangegeven wie daaronder vallen en wat hun taken en bevoegdheden zijn. Primair zijn de (divisie)managers (eerste lijn) verantwoordelijk voor het ontwerp en de werking van hun systeem van interne beheersing, inclusief risicobeheersing, van de onderliggende processen en systemen. Deze eerste lijn draagt de dagelijkse verantwoordelijkheid voor de risicobeheersing en voert het risicobeleid uit. Zij brengt risico s in kaart aan de hand van risk self assessments en is verantwoordelijk voor de benoemde, van toepassing zijnde, beheersmaatregelen. De functies in de tweede lijn zijn verantwoordelijk voor het ontwikkelen van risicobeleid, het bieden van ondersteuning bij implementatie, het waarborgen en monitoren van de kwaliteit, aantoonbaar-heid en uniformiteit van de interne controle en risicobeheersing. De tweede lijn faciliteert hierin de gehele organisatie. Zij bewaakt tevens de kwaliteit van de wijze waarop de risico s en maatregelen worden geïnventariseerd en de beheersmaatregelen worden uitgevoerd. Diverse disciplines werken hiertoe samen, te weten: de risicobeheerfunctie, de compliancefunctie, de actuariële functie, financial control, de fraudecoördinator, informatiebeveiligingsmanagement, de Beleggingscommissie en de Liquiditeitencommissie De interne-auditfunctie vormt de derde verdedigingslinie. Deze functie is geheel onafhankelijk gepositioneerd. De interne-auditfunctie toetst het gehele risicobeheersingsraamwerk, inclusief het functioneren van risicomanagement. 1 ORSA staat voor: Own Risk and Solvency Assessment Pagina 3

5 De directie draagt de eindverantwoordelijkheid voor de risico s die ONVZ neemt en is er daarnaast verantwoordelijk voor dat de risicobereidheid in overeenstemming is met de bedrijfsstrategie. De raad van commissarissen oefent toezicht uit op de werking van de interne risicobeheersings- en controlesystemen, het beleid van de directie en de bedrijfsdoelstellingen van ONVZ. Risicocommissie Conform de uitgangspunten van de Code is uit de raad van commissarissen een risicocommissie ingericht. In verband met de omvang van ONVZ is ervoor gekozen om de risicocommissie te combineren met de auditcommissie. De audit- en risicocommissie is belast met het voorbereiden van het toezicht op de directie ten aanzien van de risicobereidheid, het risicomanagementbeleid en de uitwerking van dit beleid. Deze commissie brengt hierover advies en verslag uit aan de raad van commissarissen en is verantwoordelijk voor de kwaliteit en tijdigheid van de informatie aan de raad van commissarissen. Risicomanagement charter In het risicomanagement charter wordt een beschrijving gegeven van de inrichting van de organisatie, de risicobeheersingsstructuren en de hoofdlijnen van het risicomanagementbeleid. Daarnaast worden de verantwoordelijkheden, de bevoegdheden en de taken op het gebied van risicomanagement nader omschreven. Handleiding risicobeheersing De handleiding risicobeheersing geeft invulling aan hoe risico s in kaart gebracht en gemanaged moeten worden. Deze handleiding geeft handvatten aan het management met betrekking tot het uitvoeren van de risk self assessment en biedt inzicht in de werkzaamheden van risicomanagement. ORSA-beleid In het ORSA-beleid wordt een beschrijving gegeven van de uitgangspunten van de ORSA en het ORSA-proces, zoals deze bij ONVZ zijn geïmplementeerd. Belangrijke uitgangspunten hierbij zijn dat de ORSA: onderdeel is van het risicomanagementsysteem; onderdeel is van het vaststellen/herijken van de strategie en de premiebepaling; minimaal eenmaal per jaar wordt uitgevoerd; ad hoc wordt uitgevoerd, indien zich een gebeurtenis voordoet die een majeure impact kan hebben op het te voeren beleid en/of de vermogenspositie van ONVZ. Daarnaast worden de verantwoordelijkheden, de bevoegdheden en de taken binnen het ORSAproces nader omschreven. Pagina 4

6 II Risicoprofiel en risicobereidheid Strategische risicoanalyse Ten minste jaarlijks stelt de directie de strategische risico s vast. Deze risico s worden op basis van kans en impact, en de aanduiding laag, gemiddeld en hoog ingeschaald. De kans en impact worden ingeschat met inbegrip van de actuele beheersmaatregelen. De strategische risico s en de actuele beheersmaatregelen worden vastgelegd in een risicoregister. In 2013 is de jaarlijkse risico-inventarisatie uitgevoerd op basis van het Solvency II-kader. Bij deze periodieke inventarisatie zijn de strategische risico s opnieuw herijkt. Onderdeel van het ORSA-proces was het uitvoeren van een strategisch risk assessment. De toprisico s zijn in dit proces herbevestigd en enkele risico s toegevoegd. De toprisico s komen in belangrijke mate overeen met Het betreffen: 1. afhankelijkheid van politieke besluitvorming 2. inadequate risicoverevening 3. inadequate zorginkoop 4. verlies marktpositie 5. prijsconcurrentie 6. overgang informatiesystemen 7. verslechtering kwaliteit portefeuille aanvullende verzekering 8. afwaardering belegd vermogen. Risicoprofiel Het risicoprofiel wordt periodiek binnen de directie besproken. Aan de hand van de actualiteiten en de economische en politieke ontwikkelingen wordt getoetst in hoeverre het risicoprofiel gedurende de afgelopen periode gewijzigd is. Daarnaast worden ook de beheersmaatregelen beoordeeld en waar nodig aangescherpt. Risicobereidheid Het vertrekpunt van risicomanagement is het vaststellen van de risicobereidheid. De risicobereidheid beschrijft de soort risico s en de hoogte van de risico s die ONVZ bereid is te lopen bij het realiseren van haar doelstellingen. Om inzicht te krijgen in de risico's die samenhangen met de activiteiten die ONVZ uitvoert, en de mate waarin deze een potentiële bedreiging vormen voor haar doelstellingen, is binnen ONVZ voor het categoriseren van risico s gekozen gebruik te maken van het Solvency II-kader. Hierbij zijn de volgende risicocategorieën te onderscheiden: 1. Financieel marktrisico 2. Tegenpartijrisico 3. Verzekeringstechnisch risico 4. Liquiditeitsrisico 5. Operationeel risico: a. Operationeel uitvoeringsrisico b. Omgevingsrisico c. IT-risico d. Integriteitsrisico e. Juridisch risico f. Uitbestedingsrisico. Risicocategorieën Financieel marktrisico Financiële risico s Tegenpartij risico Definitie Het risico op verliezen of op een ongunstige verandering in de financiële situatie als direct of indirect gevolg van schommelingen in het niveau en de volatiliteit van de marktprijzen van activa, verplichtingen en financiële instrumenten. Het risico op verliezen of op een ongunstige verandering in de financiële situatie als gevolg van schommelingen in de kredietwaardigheid van tegenpartijen en debiteuren waaraan ONVZ in de vorm van een tegenpartijrisico blootstaat. Pagina 5

7 Niet financiële risico s Risicocategorieën Liquiditeitsrisico Verzekeringstechnisch risico Omgevingsrisico Operationeel uitvoeringsrisico Uitbestedingsrisico IT-risico Integriteitrisico Juridisch risico Definitie Het risico dat verzekerings- en herverzekeringsondernemingen geen beleggingen en andere activa te gelde kunnen maken om aan hun financiële verplichtingen te voldoen wanneer deze opeisbaar zijn. Het risico dat uitkeringen (nu dan wel in de toekomst) niet gefinancierd kunnen worden uit premie- en/of beleggingsinkomsten als gevolg van onjuiste en/of onvolledige (technische) aannames en grondslagen bij de ontwikkeling en premiestelling van het product. Het risico als gevolg van buiten de organisatie of groep komende veranderingen op het gebied van concurrentieverhoudingen, belanghebbenden, reputatie, ondernemingsklimaat en politiek. Het risico op verliezen door inadequate of falende interne procedures, personeel of systemen door externe gebeurtenissen. Het risico dat de continuïteit, integriteit en/of kwaliteit van de aan derden (al dan niet binnen een groep, al dan niet aan de sponsor) uitbestede werkzaamheden dan wel door deze derden ter beschikking gestelde apparatuur en personeel wordt geschaad. Het risico dat bedrijfsprocessen en informatievoorziening onvoldoende integer, niet continue of onvoldoende beveiligd worden ondersteund door IT. Het risico dat de integriteit van de instelling dan wel het financiële stelsel wordt beïnvloed als gevolg van niet integere, onethische gedragingen van de organisatie, medewerkers dan wel van de leiding in het kader van wet- en regelgeving en maatschappelijke en door de instelling opgestelde normen. Het risico samenhangend met (veranderingen in en naleving van) wet- en regelgeving, het mogelijk bedreigd worden van haar rechtspositie, met inbegrip van de mogelijkheid dat contractuele bepalingen niet afdwingbaar of niet correct gedocumenteerd zijn. Per risicocategorie worden normen en limieten benoemd die aangeven wanneer risico s nog acceptabel zijn. Vervolgens worden de risico s gemanaged door, voor gesignaleerde risico s, vast te stellen hoe de kans van het optreden van het risico of de gevolgen bij het optreden moeten worden beheerst. De kans dat omstandigheden kunnen leiden tot verrassingen wordt hierdoor verkleind. Ten aanzien van de risicobereidheid hanteert ONVZ als interne norm het benodigde aanwezige kapitaal uitgedrukt in de solvabiliteitsmarge. Voor een gezonde bedrijfsvoering acht ONVZ, onder het huidige regime, een solvabiliteitsmarge van ten minste 170% noodzakelijk. De huidige aanwezige solvabiliteit wordt als ruim voldoende beschouwd voor de komende overhevelingen vanuit de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet (Zvw), de mogelijke groei van het verzekerden-aantal en voor de invoering van Solvency II. III Risicobeheersing Algemeen Mede door de Wft en in voorbereiding op Solvency II neemt het belang van risicomanagement verder toe. Het risicomanagement, onder eindverantwoordelijkheid van de voorzitter van de directie, wordt breed opgepakt. Op basis van het van het Solvency II-kader zijn de belangrijkste risico s benoemd en uiteengezet in een score. Door classificatie naar kans, impact en mate van control ontstaat een verder inzicht in de waarschijnlijkheid dat risico s zich voordoen, de mogelijke gevolgen hiervan en de onderlinge rangschikking. Binnen het risicomanagement neemt de risicoanalyse op de naleving van de Zorgverzekeringswet een belangrijke plaats in. De inherente risico s worden bepaald op basis van (wijzigingen in) de Zorgverzekeringswet, het controleprotocol van de Nederlandse Zorg autoriteit (NZa) en wet- en regelgeving. Organisatie-specifiek zijn binnen de verantwoordelijke afdelingen de beheersmaatregelen vastgesteld en getoetst en is het restrisico bepaald. In de gevallen waarbij het restrisico boven het toegestane risico ligt, zijn aanvullende controleactiviteiten ontplooid. Pagina 6

8 Solvency II De Solvency II-richtlijn wordt op termijn van toepassing op alle verzekeraars in Europa. Deze richtlijn beoogt een nieuw solvabiliteitsraamwerk waarin het kapitaal beter afgestemd is op de risico s waaraan een verzekeraar blootgesteld wordt in het nastreven van zijn bedrijfsdoelstellingen. De ORSA speelt hierin een centrale rol. De verwachte vertraging van de invoering van de Solvency II-richtlijn had geen invloed op het besluit van ONVZ om de ORSA in 2013 uit te voeren. ONVZ neemt door het uitvoeren van de ORSA de verantwoordelijkheid om risico s, kapitaal en rendement in samenhang te brengen binnen de context van haar eigen strategie voor nu en in de toekomst. ORSA-rapportage In 2013 is voor de tweede maal een ORSA uitgevoerd voor de verzekeraars van ONVZ 2 als geheel. Bij het doorrekenen van de scenario s is een apart scenario opgezet voor ONVZ Aanvullende Verzekering N.V. In de ORSA zijn de strategische risico s van de organisatie via scenario s gekwantificeerd en geprojecteerd naar de toekomst (tot en met 2016) in de vorm van de ontwikkeling van de winst-en-verliesrekening en de balans. Op basis hiervan zijn het eigen vermogen en de Solvency Capital Requirement (SCR) voor elk van de jaren 2014, 2015 en 2016 bepaald. ONVZ heeft in de uitvoering van de ORSA het EIOPA-document over de ORSA: Consultation Paper On the Proposal for Guidelines on Own Risk and Solvency Assessment, EIOPA-CP- 11/008, 7 november 2011 als uitgangspunt genomen. ONVZ verkrijgt, door middel van de resultaten uit de ORSA, inzicht in de gevolgen van interne en externe risico s die op langere termijn kunnen optreden. Op basis hiervan zijn het benodigd eigen vermogen en de benodigde SCR voor elk van de toekomstige jaren berekend. Afhankelijk van de resultaten worden maatregelen getroffen of wordt het beleid aangepast. Bij de uitvoering van de ORSA zijn onder andere de directie en het senior management betrokken. Bepaling van de Strategische Asset Allocatie (SAA) De SAA dient twee doelen. Ten eerste is het de basis voor de solvabiliteit van ONVZ die nauw samenhangt met het vermogen. Ten tweede dient het jaarlijkse beleggingsresultaat structureel positief bij te dragen aan de hoogte van de premie. Op basis van deze doelstellingen heeft ONVZ het vertrekpunt voor de SAA intern vastgesteld. Er is gekozen voor een defensieve verhouding van 90% vastrentend en 10% aandelen. De beleggingscommissie van ONVZ komt ieder kwartaal bijeen en bespreekt aan de hand van de risicorapportage van de vermogensbeheerder de beleg-gingsportefeuille. Door de beleggingscommissie wordt terugkoppeling van de vergaderingen gegeven aan de audit- en risicocommissie. Om de beleggingsportefeuille zo veel mogelijk in overeenstemming te brengen met de vastgestelde SAA-normverdeling en het vastgestelde risicoprofiel vindt er per kwartaal rebalancing plaats naar de strategische normering. Het onroerend goed voor eigen gebruik wordt niet betrokken in de SAA. Matching- en renterisico Het beleid is erop gericht om te allen tijde aan de verplichtingen te kunnen voldoen. De liquiditeiten worden dagelijks gemonitord. Tijdelijke overschotten op liquide middelen worden belegd of op deposito s geplaatst. Indien de overschotten een permanent karakter krijgen, worden deze op basis van het beleggingsbeleid overgeheveld van liquide middelen naar belegd kapitaal. Als onderdeel van het beleggings- en liquiditeitsbeleid richt ONVZ zich op het asset-liability management (ALM). De term ALM is te omschrijven als: het proces van het verkrijgen van 2 Dit betreft de twee vennootschappen waarin de verzekeringsactiviteiten van ONVZ worden uitgevoerd, te weten ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en ONVZ Aanvullende Verzekering N.V. Pagina 7

9 inzicht in de onderlinge afhankelijkheden in de ontwikkeling van rechten en verplichtingen van een organisatie. Het doel van ALM is het verkrijgen van een zodanige situatie dat waardeontwikkelingen aan beide kanten van de balans van de organisatie zo veel mogelijk op elkaar zijn afgestemd. Door middel van het beleggings- en liquiditeitsbeleid en het premiebeleid draagt ONVZ zorg voor een goede match tussen de debet- en de creditzijde van de balans. Met betrekking tot de beleggingen maakt ONVZ een afweging tussen enerzijds een optimale matching en anderzijds een optimaal rendement. Bij deze afweging wordt geaccepteerd dat de duration op de beleggingen langer is dan de duration van de technische voorzieningen, welke met circa 1 kort is. Bij de beoordeling van dit risico wordt gewogen dat hiertoe additioneel risicokapitaal wordt aangehouden. De samenstelling op basis van marktwaarde van de portefeuille vastrentend en staatsobligaties (handelsportefeuille) per 31 december 2013 naar credit rating is als volgt: subtotaal Staatsobligaties Obligatiefondsen Staatsobligaties (handelsportefeuille) Totaal % ( duizend) AAA ,0% AA ,7% A ,2% BBB ,1% BB ,0% N/C ,0% Totaal ,0% ( duizend) Waarde portefeuille vastrentend op basis van: marktwaarde waarderingsgrondslagen ONVZ Verschil Beleggingen in staatsobligaties (langlopend) worden gewaardeerd op basis van geamortiseerde kostprijs. De beleggingen in staatsobligaties (handelsportefeuille) en obligatiefondsen worden gewaardeerd op marktwaarde. De impact van 1% van de rentegevoeligheid op het eigen vermogen van veranderingen in rente-standen met betrekking tot de vastrentende portefeuille van 100 basispunten, wordt weergegeven in de volgende tabel 4. miljoen Eigen vermogen Eigen vermogen + 1% -11,4-9,6-1% 11,4 9,6 De toename van de impact wordt veroorzaakt door de aankoop van de staatsobligaties (handels-portefeuille). De gemiddelde duration van de portefeuille vastrentend en de staatsobligaties (handelsportefeuille) is 2,9 (2012: 3,1). 3 De afwaardering van de Nederlandse Staat door S&P heeft geen effect op het beleggingsbeleid. Daar de andere ratingbureaus geen afwaardering hebben toegepast, blijft Nederland conform het treasurystatuut in de hoogste ratingcategorie. 4 Ten behoeve van de berekening is uitgegaan van marktwaarde. Pagina 8

10 De impact van de rentegevoeligheid op de portefeuille kortlopende staatsobligaties (handelsportefeuille) is beperkt vanwege de beperkte duration (<1). Marktrisico Ter beheersing van het marktrisico voert ONVZ een beleggingsbeleid waarin rekening wordt gehouden met de organisatiedoelstellingen en inherente risico s op korte en lange termijn. De beleggingen in aandelen en in obligatiefondsen zijn ondergebracht in een tweetal beleggings-fondsen. Van de fondsen waarin ONVZ participeert, zijn de onderliggende stukken, op basis van het look through -principe en de actuele koers, bekend. Waardering vindt plaats tegen actuele koersen en betreft fondsen waarvan de stukken ook daadwerkelijk tegen betreffende koersen verhandeld kunnen worden. Het belegde vermogen in de zogenoemde PIIGS-landen betreft uitsluitend beleggingen in bedrijven. De portefeuille aandelen bestaat voor 3,0% (2012: 2,6%) uit deze beleggingen en de portefeuille obligatiefondsen voor 18,9% (2012: 19,1%). De exposure van de beleggingen in deze landen is niet meer of minder dan de marktontwikkeling van deze (beurs)koersen. De impact op het eigen vermogen van veranderingen in de marktwaarde bij de portefeuille aandelen van 10% wordt weergegeven in onderstaande tabel. miljoen Eigen vermogen Eigen vermogen + 10% 4,7 3,3-10% -4,7-3,3 De toename van de impact wordt veroorzaakt door de toename van de absolute omvang van de portefeuille aandelen als gevolg van de aankoop van aandelen. Afgeleide financiële instrumenten ONVZ maakt geen gebruik van afgeleide financiële instrumenten. Valutarisico Valutarisico is het risico voor de gevoeligheid van de waarde van activa en verplichtingen voor veranderingen in het niveau van wisselkoeren. ONVZ loopt uitsluitend valutarisico in de beleggingsportefeuille die een wereldwijde spreiding kent, waarbij een deel van de beleggingen is genoteerd in vreemde valuta. Het nettovalutarisico voor deze portefeuille is beperkt. Tegenpartijrisico Om het tegenpartijrisico te beheersen, wordt een groot deel van de vastrentende waarden belegd in Nederlandse staatsobligaties. Indien buitenlandse staatsobligaties aangekocht worden moet het land minimaal een AAA-rating hebben. De liquide middelen worden verspreid over verschillende Nederlandse banken en indien de omvang uitstijgt boven hetgeen beleidsmatig is bepaald, wordt het bovenmatig deel kortlopend in AAA-staatsobligaties belegd. Om het debiteurenrisico zo veel mogelijk te mitigeren, heeft ONVZ verschillende maatregelen genomen, waaronder implementatie van adequate incassoprocedures ten aanzien van zowel individuele verzekerden als verzekeringsadviseurs en collectiviteiten. Verder bewaakt ONVZ actief de ontwikkeling en spreiding van het debiteurenrisico. ONVZ neemt niet deel aan het incassoprotocol Zorgverzekeringswet Met diverse zorginstellingen zijn aanneemsommen of omzetplafonds afgesproken. Indien meer gefactureerd wordt dan hetgeen afgesproken is, moet de zorginstelling dat terugbetalen. Het risico op oninbaarheid wordt gemitigeerd doordat enerzijds Multizorg VRZ B.V. de omzet van de zorg-instellingen actief monitort en anderzijds doordat de declaratiestroom van ziekenhuizen over 2013 laat op gang komt, waardoor verrekening mogelijk is. Het concentratierisico voor ONVZ wordt gemitigeerd door de spreidingseisen zoals deze zijn bepaald in het beleggingsbeleid. In het beleggingsbeleid zijn onder andere specifieke eisen Pagina 9

11 opgenomen voor de hoogte van de uitstaande banksaldi bij één bank in relatie tot de rating van de betreffende bank, maar ook spreidingseisen met betrekking tot de beleggingsmix. De afwaardering van de Nederlandse Staat door S&P heeft geen effect op het beleggingsbeleid. Daar de andere ratingbureaus geen afwaardering hebben toegepast, blijft Nederland conform het treasurystatuut in de hoogste ratingcategorie. Verzekeringstechnisch risico De verzekeringstechnische risico s hangen nauw samen met de ontwikkelingen in de Nederlandse zorgsector. Belangrijke aandachtsgebieden hierbij zijn concurrentie, prijsstelling, consumentengedrag, ontwikkelingen van wet- en regelgeving en ontwikkeling van de zorginflatie. ONVZ schat, uitgaande van de vermogenspositie, bij haar premiestelling deze risico s vooraf zo goed mogelijk in en tracht deze waar mogelijk te verkleinen of in zijn geheel te mitigeren, mede door selectiebeleid op aanvullende verzekeringen. Onzekerheden in de zorgbranche Basisverzekering Het huidige private zorgverzekeringsstelsel bestaat uit twee delen. Het eerste deel betreft de basisverzekering, een verplichte verzekering voor alle ingezetenen in Nederland en alle niet-ingezetenen die ter zake van in Nederland in dienstbetrekking verrichte arbeid aan loonbelasting onderworpen zijn. De invulling van de dekking van de basisverzekering wordt door de overheid bepaald. De zorgverzekeraar is verplicht alle onder de kring der verzekerden vallende personen, ongeacht leeftijd en gezondheidsrisico s, te accepteren. Tevens moet de nominale premie die de verzekeraar bij de verzekerde in rekening brengt voor alle verzekerden gelijk zijn. Het tweede deel van het systeem betreft de (vrijwillige) aanvullende verzekering. De dekking van deze verzekering is niet gebonden aan overheidsbepalingen. Voorts heeft de verzekeraar de mogelijkheid van premiedifferentiatie voor deze verzekering. Onzekerheden ten aanzien van kosten ziekenhuiszorg en GGZ-zorg Het huidige financieringsstelsel voor de ziekenhuis- en geestelijke gezondheidszorg (GGZ) leidt tot een aantal onzekerheden voor zorgverzekeraars. Deze worden hierna geschetst. Daarbij zij opgemerkt dat deze paragraaf zich beperkt tot het in 2013 vigerende systeem. A. Het systeem van DOT en registratie-/declaratieregels vanaf 2012 In 2012 zijn de tot dan bestaande circa DBC s vervangen door circa DBC-zorgproducten. Tevens is het aandeel vrij onderhandelbare DBC s in de kosten ziekenhuiszorg toegenomen van 30 naar 70%. Tegelijkertijd is de budgetfinanciering van ziekenhuizen vervangen door prestatiebekostiging. 5 Deze drie majeure veranderingen in de bekostiging van ziekenhuizen hebben vanaf 2012 tot een aantal onzekerheden voor de ziekenhuizen geleid. Dat kan deels ook de zorgverzekeraars raken. Zorgverzekeraars hebben hun afspraken met ziekenhuizen op basis van het schadejaar echter veelal gefixeerd door middel van aanneemsommen en plafond-contracten en hebben daarmee hun risico's in belangrijke mate ingeperkt. Zorgverzekeraars moeten voor de nog niet-gedeclareerde zorgkosten, die wel ten laste komen van het schadejaar, een raming maken. Vanwege de aanpassingen in 2012 in het stelsel, is het in eerste aanleg gecompliceerder om deze raming te maken. Daarentegen beperkt het type inkoop-contracten deze onzekerheden. B. Bepaling verhouding vast/variabel De verhouding tussen de vaste component ziekenhuiskosten (die 100% nagecalculeerd wordt) en de variabele component (die niet nagecalculeerd wordt) is van essentieel belang voor de 5 Specifieke informatie over omzetverantwoording 2013 van de ziekenhuizen is te vinden in de gelijknamige Handreiking. Pagina 10

12 zorg-verzekeraars. Met ingang van 2012 geldt per segmentonderdeel een van tevoren vastgesteld vast/variabel-percentage voor het gereguleerde segment van de ziekenhuiszorg. Dit is niet-ziekenhuisspecifiek en daarmee kan de zorgverzekeraar de omvang van de vaste en variabele kosten zelf vaststellen per ontvangen declaratie. Daarmee is de zorgverzekeraar op dit onderdeel niet langer afhankelijk van informatie van Zorginstituut Nederland (ZiNL) 6 of NZa. Tegelijkertijd is er nog wel onzekerheid over de verhouding vast/variabel voor de nog te ontvangen declaraties. Er is de afgelopen twee jaar een substantieel deel van de ziekenhuiskosten overgeheveld naar variabel. Dit betreft met name de kosten voor intensive care en hemostatica. Door de contracteringswijze worden ook de onzekerheden die hier uit voortvloeien zo veel mogelijk gemitigeerd. C. Financiering GGZ Voor de GGZ-instellingen geldt in 2013 een overstap naar prestatiebekostiging op basis van representatie. Dit betekent dat de representerende verzekeraar eenmalig het DBC-budget 2013 vaststelt per aanbieder. Daarmee is het risico voor de zorgverzekeraars feitelijk beperkt tot de gemaakte productieafspraak. Eventuele opbrengstverschillen moeten door GGZ-instellingen met de zorgverzekeraars worden verrekend conform de systematiek van voorgaande jaren. Daarnaast is voor de zorgverzekeraar het verzekeringstechnische risico op de GGZ-zorg beperkt als gevolg van de bandbreedteregeling (zie hierna). D. Overige onzekerheden en mitigering Er zijn bij de omzetverantwoording en de jaarrekening van ziekenhuizen en GGZ instellingen over 2013 ten opzichte van 2012 nog aanvullende onzekerheden/tekortkomingen geconstateerd die naar verwachting leiden tot niet goedkeurende verklaringen van accountants. Daarnaast wordt op dit moment landelijk gewerkt aan de opvolging van de Sint Antonius casus. Mede naar aanleiding van deze casus heeft de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op 22 mei 2014 de Tweede Kamer geïnformeerd over de aanpak om deze landelijk grote onzekerheid die zit in de verantwoorde omzet van medisch specialistische zorginstellingen op te lossen. Binnen deze aanpak worden de DOT-zorgproducten oud A-segment geopend en gesloten in 2012 niet onderzocht en gecorrigeerd. DOT-zorgproducten oud-b-segment geopend en gesloten in 2012, DOT zorgproducten geopend in 2012 en gesloten in 2013 dienen onderzocht te worden door de ziekenhuizen, waarna verrekening met zorgverzekeraars in het najaar van 2014 plaatsvindt op totaalniveau. Deze landelijke onderzoeken kunnen, samen met uitkomsten van controle van de zorgverzekeraars, in de toekomst mogelijk tot (gedeeltelijke) creditering van reeds ingediende declaraties door zorgverleners leiden en hiermee resulteren in een mogelijke financiële correctie van de schadelast respectievelijk de rekening-courant verhouding met het ZiNL. De verwerking hiervan vindt in beginsel plaats als schadelast oude jaren in het jaar daaropvolgend. Deze constateringen hebben naar huidig inzicht geen materiële impact op de jaarrekening van Tot slot zijn inzake materiële controle en controle op gepast gebruik landelijke, niet door ONVZ te beïnvloeden, onzekerheden geconstateerd, die verwoord zijn in paragraaf E. Onzekerheden door de werking van het risicovereveningssysteem De werking van het risicovereveningssysteem brengt met zich mee dat het circa drie jaar duurt voordat tot een definitieve afrekening met de individuele zorgverzekeraars overgegaan kan worden. Dat betekent een cumulatie van onzekerheden in die periode. Het ZiNL heeft de resultaten van de risicoverevening tot en met 2010 vastgesteld 7. Hierdoor heeft de zorgverzekeraar inzicht in de uitkomsten van de eerste jaren risicoverevening onder de Zorgverzekeringswet en daarmee tevens een beter beeld van de jaren na Ook zijn als gevolg van de beschikbaarheid van de resultaten van deze jaren de onzekerheden over de effecten van verdeelfouten in het model afgenomen. Anderzijds zijn vanaf 2012 maatregelen genomen, waaronder afschaffing van de macronacalculatie, die andere onzekerheden oproepen. Hoewel ziekenhuizen steeds meer energie steken in het opleveren van goede declaraties, geven accountants nog steeds geen onbeperkt goedkeurende verklaringen bij de omzetverantwoordingen. Dit vertaalt zich navenant in grotere controlerisico s bij de 6 Per 1 april 2014 heeft het College van Zorgverzekeraars (CVZ) haar naam gewijzigd in Zorginstituut Nederland (ZiNL) 7 De resultaten voor de tweede voorlopige vaststelling 2010 zijn beschikbaar. De definitieve vaststelling komt in maart 2014 beschikbaar. De sector is al geïnformeerd door het ZiNL over aard en samenstelling van de afwijking in de definitieve vaststelling t.o.v. de tweede voorlopige vaststelling. Pagina 11

13 zorgverzekeraars door het ten onrechte inbrengen van declaraties in het systeem van risicoverevening. De hiervoor weergegeven onzekerheden kunnen invloed hebben op het resultaat over 2013 en de hoogte van de technische voorzieningen voor de basisverzekering per eind Mechanismen ter mitigering van de onzekerheden De branche staan, naast de contracteringsbepalingen, twee mechanismen ter compensatie van hiervoor genoemde onzekerheden ter beschikking: het risicovereveningsmodel en versnelde informatie-voorziening. Deze twee systemen worden hierna toegelicht. 1. Het risicovereveningsmodel 8 Verzekeringstechnisch is de combinatie van acceptatieverplichting en verbod op premiedifferentiatie onmogelijk tenzij er een systeem van inkomstenverrekening buiten de verzekerde om is. Ook is een risicomitigerend systeem nodig in verband met de hiervoor genoemde onzekerheden bij de financiering van de ziekenhuiszorg en de GGZ. Dit systeem, het risicovereveningsmodel, bestaat uit twee delen: het ex-ante- en het ex-postdeel. Gedurende een jaar (ex ante) krijgt een zorgverzekeraar per verzekerde een bijdrage uit het vereveningsfonds 9, die is gebaseerd op een aantal vereveningscriteria. Op deze bijdrage wordt een rekenpremie 10 in mindering gebracht. Deze rekenpremie is de basis voor de vaststelling van de nominale premie van de zorgverzekeraar. Door de ex-antebijdrage ontvangt de zorgverzekeraar per saldo een bijdrage per verzekerde die overeenkomt met de vooraf verwachte zorgconsumptie van die verzekerde. Hoewel hierdoor op verzekeraarniveau de verwachte schaden grotendeels gedekt worden door de verwachte opbrengsten, wijken de werkelijke schaden af van de verwachting. Daarom wordt de bijdrage uit het vereveningsfonds achteraf deels aangepast aan de werkelijke schaden. Daarmee wordt ook een deel van de onzekerheden in de ziekenhuiszorg- en GGZ-financiering gemitigeerd. Dit is het ex-postdeel, bestaande uit een aantal stappen. Ex-postcompensatiemechanismen De precieze vormgeving en de mate van inzet van de ex-postcompensatiemechanismen ligt vooraf vast. Zorgverzekeraars kunnen dus bij de premiecalculaties rekening houden met de consequenties van de ex-post compensatiemechanismen. Deze mechanismen bestaan in 2013 uit de volgende vier componenten: a. Flankerend beleid macrokosten Het flankerend bestaat uit twee onderdelen. Het eerste onderdeel dat jaarlijks wordt toegepast, houdt in dat, nadat een verzekerdennacalculatie plaatsgevonden heeft, de verzekerde kosten in kaart gebracht worden. Daarna wordt de vereveningsbijdrage opgehoogd naar het niveau van de macrokosten. Vervolgens wordt het verschil tussen macrokosten en macrovereveningsbijdrage na verzekerdennacalculatie in mindering gebracht op de vereveningsbijdrage van de zorgverzekeraars op basis van een gelijk bedrag per premiebetalende verzekerde. Door deze correctie wordt voorkomen dat over-schrijdingen onevenredig doorwerken naar zorgverzekeraars met een sterk afwijkend risicoprofiel. Het tweede onderdeel wordt alleen toegepast als er in de periode tussen de toekenning van de vereveningsbijdrage en 1 januari van het vereveningsjaar wijzigingen in het te verzekeren pakket worden aangebracht. Ten aanzien van 2013 is dit gebeurd: de eigen betalingen tweedelijns-ggz en de eigen bijdrage van 7,50 per verpleegdag in instellingen medischspecialistische zorg zijn komen te vervallen 11. Als gevolg van de toepassing van dit onderdeel van het flankerend beleid zijn de macro prestatiebedragen medisch-specialistische zorg met 55 miljoen en het macroprestatie-bedrag GGZ met 146 miljoen verhoogd. Dit onderdeel van 8 Een gedetailleerde beschrijving van het risicovereveningsmodel is te vinden via de website van VWS. 9 Het vereveningsfonds wordt beheerd door het ZiNL. 10 Deze wordt vastgesteld door VWS. 11 De eigen bijdrage van 7,50 per verpleegdag is geen onderdeel geworden van de polisvoorwaarden. Het aspect vervallen van deze bijdrage heeft betrekking op het feit dat deze oorspronkelijk budgettair wel was meegenomen. Pagina 12

14 het flankerend beleid wordt bij de eerste voorlopige vaststelling van de vereveningsbijdrage 2013 door het ZiNL toegepast. b. Hoge kosten compensatie op geneeskundige GGZ Op de kosten geneeskundige GGZ voor verzekerden vanaf 18 jaar wordt HKC (hogekostencompensatie) toegepast. Kosten boven een drempelbedrag van worden voor 90% verevend. c. Bandbreedteregeling variabele ziekenhuiskosten en geneeskundige GGZ Indien het resultaat per premiebetalende verzekerde van een verzekeraar voor de variabele ziekenhuiskosten 12 na toepassing van vorengenoemde compensatiemechanismen meer dan 25,00 per premiebetalende verzekerde ten opzichte van het marktgemiddelde bedraagt (hetzij positief, hetzij negatief), wordt het meerdere voor 90% nagecalculeerd met het vereveningsfonds. Indien het resultaat van een verzekeraar voor de kosten geneeskundige GGZ na toepassing van alle compensatiemechanismen meer dan 7,50 bedraagt (hetzij positief, hetzij negatief), wordt het meerdere voor 90% nagecalculeerd met het vereveningsfonds. d. Integrale nacalculatie vaste kosten ziekenhuisverpleging en kosten geneeskundige GGZ voor verzekerden jonger dan 18 jaar De vaste kosten van ziekenhuisverpleging en de kosten van de geneeskundige GGZ voor verzekerden jonger dan 18 jaar worden voor 100% nagecalculeerd. 2. Versnelde informatievoorziening Om genoemde onzekerheden terug te dringen zijn afspraken met partijen gemaakt om buiten de formele afrekenmomenten van het ZiNL informatie beschikbaar te stellen. In 2011 is gestart met dit traject van versnelling van informatievoorziening. Het traject bevat vier elementen: 1 Inzake de opbrengstverrekening ontvangen zorgverzekeraars in het najaar voorinformatie over het voorgaande jaar van de NZa op basis van de meest recente marktaandelen en opbrengstbedragen van GGZ-instellingen. 2 Het ZiNL stelt actualisaties van de vereveningsbijdragen aan de zorgverzekeraars beschikbaar. 3 Vektis raamt de macropoolomvang van de HKC voor zowel de somatische zorg als de GGZ. 4 ZN verzorgt schadelastramingen. Kaderregeling AO/IC inzake DBC-registratie bij ziekenhuizen Ten behoeve van de betrouwbaarheid van de declaraties van ziekenhuizen is de kwaliteit van de AO/IC inzake DBC registraties bij ziekenhuizen relevant. Ziekenhuizen dienen zich hierover te verantwoorden door middel van een zogenaamde bestuursverklaring die aan de kaderregeling AO/IC inzake DBC registratie en facturatie moet voldoen. Over 2011 hebben alle instellingen verklaard aan de kaderregeling te hebben voldaan. Deze regeling is voor 2012 voortgezet, zij het als een onderlinge afspraak tussen partijen. Ook over 2012 hebben alle instellingen verklaard aan de kaderregeling te hebben voldaan, echter deze zijn door de externe accountants voor het merendeel voorzien van een controleverklaring met beperking. Over 2013 hebben of krijgen nagenoeg alle instellingen wederom controleverklaringen met beperking respectievelijk oordeelonthoudingen bij het verantwoordingsdocument gefactureerde DBC Zorgproducten en overige zorgproducten en DBC s Onzekerheid resultaat Basisverzekering De hiervoor weergegeven onzekerheden kunnen een significante invloed hebben op het vereveningsresultaat van ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. over 2013, dat in de periode definitief wordt vastgesteld. Ook de nog te ontvangen definitieve afrekeningen Zorgverzekeringswet over de jaren 2010 tot en met 2012 kunnen significante invloed hebben op het 12 Met ingang van 2013 zijn de deelbijdragen variabele ziekenhuiskosten en kosten van de vrij onderhandelbare DBC s voor de risicoverevening samengevoegd tot de deelbijdrage variabele ziekenhuiskosten. Pagina 13

15 vereveningsresultaat. ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. heeft bij de vaststelling van de technische voorzieningen voor de basisverzekering rekening gehouden met deze onzekerheden en daarbij de verwachtingen van de directie betrokken. Impactanalyse Basisverzekering Voor ONVZ is een impactanalyse uitgevoerd rondom de vele onzekerheden waarmee zorgverzekeraars in het kader van de basisverzekering, en in het bijzonder het risicovereveningsmodel, te maken hebben. Per verzekeringstechnische onzekerheid zijn, in relatie tot budget en schadelast, drie scenario s doorgerekend voor wat betreft de gevolgen voor het netto verzekeringstechnisch resultaat. Deze drie scenario s bestaan uit een worst case -scenario, een best estimate -scenario en een best case -scenario. De impactanalyse is opgesteld voor de afzonderlijke jaren 2011, 2012 en Waar nodig is rekening gehouden met eventuele afhankelijkheden tussen onzekerheden binnen een scenario. De drie scenario s zijn opgesteld op basis van eigen inzichten. Deze eigen inzichten worden gevoed door historische (verevenings)resultaten, portefeuilleontwikkelingen en macroinschattingen. Uit de uitgevoerde impactanalyses per ultimo 2013 is gebleken dat bij de door ONVZ aangehouden technische voorzieningen adequaat rekening is gehouden met de onzekerheden rondom de risicoverevening. Als restitutieverzekeraar is ONVZ inherent minder gevoelig voor inkooprisico s. Daar staat tegenover dat er minder schaalvoordelen te behalen zijn. Door echter toch, waar mogelijk, zeer breed en landelijk in te kopen, wordt getracht dat effect te mitigeren. ONVZ neemt deel in Multizorg VRZ B.V. Deze zorginkooporganisatie regelt voor vier zorgverzekeraars, met gezamenlijk circa 1,3 miljoen verzekerden, de zorginkoop. Herverzekering Hogekostencompensatie (HKC) Binnen het risicovereveningssysteem wordt op de somatische zorg en GGZ de HKC toegepast Bij de HKC met betrekking tot somatische zorg worden de kosten boven een drempelbedrag van bij individuele verzekerden ten laste van een (fictieve) zorgverzekeringspool gebracht. Boven deze drempelwaarde worden de kosten voor 90% onderling verrekend. De HKC voor somatische zorg is in 2012 vervangen door de Meerjaren Hoge Kosten-regeling (MHK). Op de kosten geneeskundige GGZ voor verzekerden vanaf 18 jaar worden de kosten boven een drempelbedrag van voor 100% verevend. De Nederlandsche Bank (DNB) beschouwt de HKC als een vorm van herverzekering. Nederlandse Herverzekeringsmaatschappij voor Terrorismeschade N.V. (NHT) De NHT dekt alle aanspraken op Nederlandse polissen als gevolg van terroristische aanslagen tot een maximumbedrag van 1 miljard. Claims als gevolg van terroristische aanslagen boven dit maximum worden uitgesloten in de polisvoorwaarden. De jaarlijks te betalen premie aan de NHT is gebaseerd op het marktaandeel. De verliezen van de NHT worden eveneens verdeeld over de aangesloten verzekeraars op basis van hun respectieve marktaandeel. Het risico ten aanzien van de aanvullende verzekeringen is niet herverzekerd. Omgevingsrisico Omgevingsrisico betreft het risico als gevolg van strategische besluiten in combinatie met buiten de organisatie komende veranderingen op het gebied van concurrentieverhoudingen, belang-hebbenden, reputatie en ondernemingsklimaat. Pagina 14

16 Jaarlijks wordt een uitgebreide interne- en externe analyse gemaakt. In deze analyse wordt stilgestaan bij onderwerpen zoals een evaluatie van de eindejaarscampagne, analyse zorginkoop, financiële analyse en relevante trends en ontwikkelingen. ONVZ is van mening dat de stelselgevoeligheid door politieke besluitvorming met betrekking tot risicovereveningsstelsel, prestatiebekostiging en effecten wijzigende regelgeving leidt tot verhoogde risicodragendheid bij zorgverzekeraars en ondermeer ook leidt tot clustering in de markt. In 2012 zijn stelselwijzigingen in het zorgstelsel doorgevoerd, waardoor er trendbreuken ontstaan die het inzicht in de cijfers beperken. De wijzigingen betreffen onder andere: prestatiebekostiging; invoering MHK; afschaffing macronacalculatie; invoering flankerend beleid; uitbreiding vrije prijzen ziekenhuizen; invoering nieuwe declaratiesystematiek DBC-Zorgproducten. De onzekerheden van de stelselwijzigingen met betrekking tot schadejaar 2012 zijn in 2013 nog onverminderd van kracht. Doordat over het schadejaar 2013 deze onzekerheden ook spelen, is de totale onzekerheid verder toegenomen. Daarnaast bestaat het risico als gevolg van strategische besluiten in combinatie met buiten de organisatie komende veranderingen op het gebied van concurrentieverhoudingen, belanghebbenden, reputatie en ondernemingsklimaat. Dit risico uit zich in onder andere: imago van verzekeraars; imago van verzekeringsadviseurs. Operationele risico s De operationele risico s die ONVZ loopt, zijn grotendeels gelijk aan die van andere zorgverzekeraars. De operationele risico s worden onder meer gemonitord door middel van een prestatie-indicatoren. ONVZ heeft de beheersing van de schadelasten aangescherpt door controleactiviteiten dichter op de operationele processen te positioneren. Daarnaast is de fraudebestrijding verder ingebed in de organisatie. Bedrijfscontinuïteitsrisico is het risico van materiële schade of verliezen als gevolg van het wegvallen van procesketens wat leidt tot een crisis binnen het bedrijf. Het beleid ten aanzien van bedrijfscontinuïteitsmanagement (BCM) beperkt dit risico. Kritieke bedrijfsprocessen zijn geïdentificeerd en voor deze processen is de adequaatheid van de risicobeheersingsmaatregelen en herstelmaatregelen geanalyseerd. Dit heeft geleid tot een duidelijk beeld van de verschillen om te voldoen aan de eisen van bedrijfscontinuïteit. Rollen en verantwoordelijkheden voor BCM zijn toegewezen aan medewerkers door de hele organisatie heen. Uitbestedingsrisico ONVZ hanteert ten aanzien van uitbestedingsrisico s het volgende beleid: het intensief volgen en aanpassen van de uitbestedingsovereenkomsten, onder andere op de uitdrukkelijk in de Wft opgenomen vereisten ten aanzien van de inhoud daarvan. Het operationele vermogensbeheer is uitbesteed aan ING Investment Management. Deze vermogensbeheerder opereert binnen de kaders van de daartoe opgestelde overeenkomst. De vermogensbeheerder heeft daarbij geen mandaat om zelfstandig beleggingsbeslissingen te nemen. Besluitvorming hierover ligt volledig binnen de interne governance van ONVZ. Voor zorginkoop zijn werkzaamheden uitbesteed aan Multizorg VRZ B.V. ONVZ is medeaandeelhouder in Multizorg VRZ B.V. Er bestaat een intensieve relatie met Multizorg VRZ B.V. waarbij constant wordt gewerkt aan optimalisering van risicoanalyses. Periodiek worden de Pagina 15

17 risico s geëvalueerd en worden de beheersmaatregelen getoetst. Ook binnen deze intensievere samen-werking voert ONVZ bewust op een aantal onderwerpen de inkoop zelf uit. Alleen door die keuze behoudt ONVZ zelf de vereiste mogelijkheid tot sturing in uitbesteding: zij blijft immers zelf actief en zij blijft in staat zelf in te kopen. Er zijn werkzaamheden uitbesteed aan ondermeer: Truston, Oracle, Euromail, DocCare, SOS, ANWB, CHS, Kasbank, Vecozo, Vektis en Clearing House Apothekers (CHA). Met deze leveranciers van diensten zijn schriftelijke overeenkomsten gesloten, waarin onder meer afspraken zijn vastgelegd betreffende de aard en kwaliteit van de dienstverlening. IT-risico Het beheersen van IT risico s is mede onderdeel van informatiebeveiliging, dat gericht is op het treffen van maatregelen en procedures om de integriteit, vertrouwelijkheid en continuïteit van de informatievoorziening binnen ONVZ te borgen. Ter beheersing van deze risico s beschikt ONVZ ondermeer over een informatiebeveiligingsbeleid, dat vanuit de 2e lijn geborgd is in de organisatie. Op basis van een risicogebaseerde meerjaren auditplan vindt door de afdeling Interne Controle bewaking plaats op de werking van de IT-gerelateerde beheersmaatregelen. Integriteit- en juridische risico s De integriteit- en juridische risico s worden gemonitord door de compliance-functie (Compliance). Dit is een onafhankelijke functie binnen ONVZ. Het belangrijkste doel van Compliance is de organisatie te ondersteunen bij de beheersing van de compliancerisico s van ONVZ. Compliance is verantwoordelijk voor het ontwikkelen van beleid, advisering over de beleidsimplementatie en naleving van wet- en regelgeving en integriteitsnormen. Compliance borgt ook de naleving van wet- en regelgeving en ethische normen. Daarnaast monitort Compliance de beoordeling van de toereikendheid en operationele effectiviteit van de belangrijkste controlemechanismen binnen de bedrijfsonderdelen. Klantbelang Bij ONVZ draait alles om de klant. Dit is zichtbaar in de sterke focus van de ONVZmedewerkers op de klant. Het zijn de hoogwaardige producten, de vrije keuze van zorgverlener en de excellente dienstverlening die ervoor zorgen dat onze klanten zich goed voelen bij ONVZ. En door de persoonlijke klantenbenadering wordt het onderscheid ten opzichte van onze concurrenten gemaakt. En dat onze verzekerden dit waarderen, blijkt uit de (absoluut en relatief) hoge scores in de diverse onderzoeken naar klanttevredenheid. Ook in 2013 zijn er weer verschillende initiatieven ontwikkeld die moeten resulteren in verdere stijging van klanttevredenheid en binding met ONVZ. Dit betreft niet alleen verzekerden; ook verzekeringsadviseurs en werkgevers waamee we een collectief contract hebben afgesloten, spreken hun waardering uit. Uit metingen blijkt dat ook de tevredenheid en de betrokkenheid van zorgverleners hoog is. Organisatie en personeel De jaarlijkse meting naar betrokkenheid, achterliggende drijfveren daarvoor en de ontwikkeling van de kernwaarden in gedrag leverde mooie uitkomsten en inzichten op. Zo was het overall cijfer voor betrokkenheid een 7,9 en is de gemiddelde score op de stelling ik ben trots op mijn bedrijf en zal het aan mijn vrienden aanbevelen als een goede organisatie om voor te werken een 8,1. Bij die 8,1 geeft 41% van onze medewerkers een score 9 of 10 op genoemde stelling. Dat percentage is exact gelijk aan het percentage verzekerden dat ONVZ een 9 of een 10 geeft voor zijn dienst-verlening. Daarnaast worden de vijf kernwaarden ieder jaar meer doorleefd. Deze vijf kernwaarden (klant centraal, eigen verantwoordelijkheid, open en transparant, voortdurende ontwikkeling, ideeën en initiatieven stimuleren) vormen het kompas voor het dagelijks handelen van onze medewerkers. De opgedane inzichten worden binnen divisies, afdelingen en teams gebruikt voor verdere groei. Pagina 16

18 Gedurende 2013 is het in 2012 gestarte mbo-programma voortgezet. Ruim 50 ONVZmedewerkers nemen deel aan dit programma met als doel in 2015 hun mbo 4-diploma te behalen, waardoor hun inzetbaarheid binnen en buiten ONVZ toeneemt en aan de randvoorwaarde wordt voldaan om aan een vervolgopleiding op hbo-niveau deel te kunnen nemen. Een mooie combinatie van onze kernwaarden voortdurende ontwikkeling en eigen verantwoordelijkheid, uiteraard gefaciliteerd door ONVZ. Daarnaast is in 2013 de tweede lichting van het Management Development- en High Professional-programma, in samenwerking met de Universiteit Nijenrode, van start gegaan. De aandacht voor energiemanagement, vitaliteit en een gezonde èn productieve werk- en leefstijl is in 2013 gecontinueerd. Inmiddels heeft de helft van de organisatie op vrijwillige basis deel-genomen aan het hierop gerichte programma. En het aantal deelnemers aan de beweegprogramma s Lekker Rennen, Lekker Fietsen en Lekker Wandelen neemt verder toe. Gezond gedrag werkt aanstekelijk. Hierbij horen ook een werkomgeving en werkstijlen die de balans tussen energie en productiviteit optimaliseren en daarmee maximaal bijdragen aan waardecreatie voor onze klanten en onze medewerkers. In dat kader is ONVZ het Energiek Werken, de ONVZ-invulling van Het Nieuwe Werken, verder aan het doorleven. Het aantal medewerkers (op basis van fte), exclusief uitzendkrachten en ingeleend personeel, bedroeg ultimo 2013 (2012: 315). Financiële informatie Kerncijfers In de onderstaande tabel zijn alle bedragen in duizenden euro s opgenomen tenzij anders vermeld Resultaat Resultaat technische rekening schadeverzekering Brutomarge Totaal beleggingsresultaten Bedrijfskosten Bedrijfskosten als percentage van de premie 3,6% 3,7% 3,2% Eigen vermogen Verzekerdenaantal Kasstroom Solvabiliteit (%) 209,3% 188,7% 201,9% Rentabiliteit (%) 17 15,5% 18,4% 12,9% Schaderatio (%) 18 95,1% 94,7% 95,5% Het resultaat is in vergelijking met 2012 afgenomen. Dit heeft drie oorzaken: ten eerste is de brutomarge toegenomen met 2,2 miljoen, ten tweede zijn de bedrijfskosten toegenomen met 2,7 miljoen en ten derde is het beleggingsresultaat toegenomen met 0,4 miljoen. De 13 Betreft totaal aantal medewerkers werkzaam binnen ONVZ, niet toegerekend naar de uitvoering van de basisverzekering of aanvullende verzekeringen. 14 Brutomarge is het saldo van de verdiende premies eigen rekening minus de schaden eigen rekening. 15 Het verzekerdenaantal betreft het aantal Zvw-verzekerden ultimo jaar. 16 Kasstroom betreft de mutatie liquide middelen. 17 Rentabiliteit is het nettoresultaat gedeeld door het gemiddeld eigen vermogen. 18 Schaderatio is de schade eigen rekening gedeeld door de verdiende premies eigen rekening. Pagina 17

19 brutomarge is in positieve zin beïnvloed door met name de macro-ontwikkeling voor farmaciekosten. Daartegenover staat dat er een voorziening is opgenomen waarbij rekening is gehouden met een niet kostendekkende premie voor In de premiestelling voor 2014 is rekening gehouden met het positieve effect van de genoemde macro-ontwikkeling voor farmaciekosten, door éénmalige verlaging van de premie. Met het resultaat over 2013 wordt invulling gegeven aan de strategie om een stabiele premieontwikkeling vast te houden. Het resultaat technische rekening bedraagt 19,2 miljoen (2012: 19,4 miljoen). De daling van het technische resultaat is in bovenstaande alinea s toegelicht. De schaderatio bedraagt 95,1% (2012: 94,7%). Solvabiliteit De vereiste solvabiliteit uit hoofde van de Wet op het financieel toezicht (Wft) bedraagt 72,1 miljoen (2012: 68,4 miljoen). De aanwezige solvabiliteit per 31 december 2013 bedraagt 150,8 miljoen (2012: 129,1 miljoen). In onderstaande tabel is de ontwikkeling van de solvabiliteitsmarge van ONVZ weergegeven over de afgelopen drie jaar % % % Solvabiliteit (%) 209,3% 188,7% 201,9% (cf. berekening DNB) De aanwezige solvabiliteitsmarge is per 31 december 2013 ten opzichte van ultimo 2012 gestegen van 188,7% naar 209,3%. Deze toename is met name het gevolg van het behaalde positieve resultaat in Voor een gezonde bedrijfsvoering acht ONVZ - onder het huidige regime-, een solvabiliteitsmarge van ten minste 170% noodzakelijk. De huidige aanwezige solvabiliteit wordt als ruim voldoende beschouwd voor de komende overhevelingen vanuit de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet, de mogelijke groei van het verzekerdenaantal en voor de voorbereiding op de invoering van Solvency II. Bij de bepaling van deze minimale solvabiliteit zijn diverse aspecten gewogen zoals een stresstest op beleggingen, operationele risico s, verzekeringstechnische risico s en tegenpartijrisico s. Liquiditeit Ten behoeve van het beheer van liquiditeiten is een liquiditeitscommissie ingesteld. Doel van deze commissie is om ervoor te zorgen dat er een adequate liquiditeitsplanning gedurende het jaar wordt opgemaakt. Daarnaast is deze commissie verantwoordelijk voor een adequate spreiding van de liquiditeiten conform de Wft en de uitgangspunten zoals vastgelegd in het treasurystatuut. Gedurende het verslagjaar is de omvang van de liquide middelen toegenomen. Dit is mede veroorzaakt doordat er aan het eind van het jaar een toename is van het aantal verzekerden die de premie voor 31 december 2013 hebben voldaan. De gekozen beleidsmatige spreiding van de liquide middelen over de vier grote Nederlandse banken was als gevolg van deze toename aan het einde van het jaar niet langer afdoende om tot een adequate spreiding te komen. Derhalve zijn voor een deel van de liquide middelen Pagina 18

20 staats-obligaties met een looptijd korter dan een jaar aangekocht. Beleidsmatig is bepaald dat dit beperkt is tot EU-staatsobligaties met een AAA-rating. Vereveningsresultaat In het verslagjaar werd de definiteve afrekening van het vereveningsresultaat over 2009 ontvangen. De afrekening kwam vrijwel overeen met het eerder genomen resultaat. Voorts werd de tweede voorlopige vaststelling van het vereveningsresultaat over 2010 ontvangen. Deze vaststelling mag worden beschouwd als een goede indicatie voor de definitieve vaststelling. De vaststelling kwam ook vrijwel overeen met het eerder genomen resultaat. Ook werd de eerste voorlopige vaststelling van het vereveningsresultaat over 2012 ontvangen. Deze vaststelling heeft, op zichzelf niet tot nadere bijstelling van het resultaat geleid. Het verwachte vereveningsresultaat over nog niet definitief vastgestelde jaren wordt jaarlijks bijgesteld op basis van beschikbare informatie. Deze informatie heeft het gerealiseerde resultaat technische rekening in 2013 in sterke mate beïnvloed. Met name nieuwe inzichten ten aanzien van de vereveningsjaren 2012 en 2013 heeft geleid tot een aanzienlijke bijstelling van het verevenings-resultaat. De belangrijkste oorzaak hiervoor is gelegen in het feit dat medio 2013 binnen de branche het inzicht is ontstaan dat het ministerie van VWS het macrokader voor de farmaciekosten voor 2012 en 2013 te hoog heeft vastgesteld. Dit heeft, net als bij ONVZ, branchebreed een positief effect op het resultaat bij zorgverzekeraars over Aangetekend moet worden dat de inschattingen voor de nog niet definitief afgerekende jaren met een grote mate van onzekerheid zijn omgeven. Nieuwe informatie met betrekking tot de vereveningsbijdragen of de schadeontwikkeling over deze jaren kunnen tot mogelijk nieuwe inschattingen leiden. Voor een nadere toelichting op de onzekerheden wordt verwijzen naar het onderdeel Onzekerheden door de werking van het risicovereveningssysteem. Beleggingen Ten opzichte van 2013 is er geen wijziging aangebracht in het beleggingsbeleid. Het beleggingsbeleid en de uitwerking hiervan in de Strategische Asset Allocatie, laat zich kenmerken door de volgende begrippen: defensief, prudent en gericht op het minimaliseren van de risico s. Het totale rendement op beleggingen over 2013 bedraagt 12,1 miljoen (2012: 11,7 miljoen). ONVZ is zich bewust van haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. Niet alleen ten aanzien van haar begeleiding van cliënten naar de juiste zorg maar ook ten aanzien van haar beleggingsportefeuille. De duurzaamheid van beleggingen is een belangrijke doelstelling. De door het Verbond van Verzekeraars opgestelde Code duurzaam beleggen wordt door ONVZ onderschreven. In 2013 is de volledige beleggingsportefeuille duurzaam; de portefeuille voldoet aan de duurzaamheidprincipes zoals vastgelegd in de Code duurzaam beleggen en in het treasurystatuut. Om hier invulling en richting aan te geven is maatschappelijk verantwoord beleggen onderdeel van het beleggingsbeleid en is dit opgenomen in het Treasurystatuut. Hieruit kan verantwoording worden afgelegd over de gemaakte keuzes binnen het beleggingsbeleid. De beleggingscommissie van ONVZ heeft als taak dit te bewaken. In de selectie ten behoeve van de keuze voor de nieuwe vermogensbeheerder (eind 2010) zijn ESG criteria meegenomen. ESG staat voor Environmental, Social & Governance, de gangbare Engelse termen voor verantwoord en duurzaam. Er is gezocht naar een vermogensbeheerder die ESG zeer belangrijk vindt, de United Nations Principles for Responsible Investment mede heeft ondertekend en deze uitgangspunten toepast in haar vermogensbeheer. ONVZ blijft eindverantwoordelijk voor de invulling van het mandaat door de vermogensbeheerder. Bij de uiteindelijke beslissing over een belegging houdt ONVZ rekening met de volgende fundamentele uitgangspunten (conform ESG/UNPRI): Pagina 19

21 respecteren van mensenrechten respecteren van arbeidsrechten tegengaan van corruptie bescherming van het milieu en het klimaat geen controversiële wapens respecteren van normen voor Corporate Governance respecteren van normen voor dierenwelzijn ONVZ gelooft dat ESG een positief effect heeft op de aandeelhouderswaarde van de investering, ook op de lange termijn. De door ONVZ geselecteerde vermogensbeheerder voldoet aan de uitgangspunten. ONVZ vindt het belangrijk er naar te streven dat de beleggingsportefeuille verantwoord is ingericht. Voor de beleggingen in de beleggingscategorieën Bedrijfsobligaties en Aandelen is dit vooralsnog niet mogelijk binnen de door ONVZ gestelde randvoorwaarden en uitgangspunten. Vanwege het feit dat voor een passieve aandelenstrategie is gekozen wordt de index gevolgd, waarbij het kan zijn dat er binnen de index fondsen zijn die niet voldoen aan de ESG-richtlijnen. Per kwartaal zal door de vermogensbeheerder een scan worden uitgevoerd op de posities van de door hen geselecteerde en voorgestelde beleggingsfondsen. Op grond van deze scan kan ONVZ aktie ondernemen. De mogelijkheden om de duurzaamheidsbeginselen binnen deze categorieën verder te kunnen implementeren blijven onderwerp van onderzoek. Voor de invulling van de discretionaire staatsobligatieportefeuille is rekening gehouden met de beleidsmatig gestelde fundamentele uitgangspunten en is gekozen voor 100% Nederlandse staats-obligaties. Bedrijfskosten Een belangrijk aandachtspunt vanuit de strategie is het beheersen van de bedrijfskosten. Hiertoe is een beleid geformuleerd inhoudende dat voor niet-onderscheidende processen marktconforme be-heerskosten gelden en dat voor de totale bedrijfskosten binnen een benchmark wordt geopereerd. De totale bedrijfskosten bedragen in ,6 miljoen (2012: 24,9 miljoen). De toename in vergelijking met 2012 wordt grotendeels veroorzaakt door de kosten die gemaakt worden ten behoeve van de vervanging en herinrichting van de informatiesystemen van ONVZ. De kostenratio komt in 2013 uit op 3,6% (2012: 3,7%). De grotendeels gelijkblijvende ratio is met name het gevolg van hogere verdiende premies eigen rekening over 2013, onder andere door de toename van het aantal verzekerden. Tot slot De klantervaring van een zorgverzekering wordt voor een belangrijk deel ingevuld door het handelen van onze medewerkers. Onze medewerkers hebben ook in 2013 weer bewezen dat zij daarin het verschil maken. Wij zijn hun dan ook veel dank verschuldigd. Wij danken onze leden, zorgverleners, verzekeringsadviseurs en labelpartners voor hun vertrouwen in ONVZ Houten, 27 juni 2014 De directie Mr. E.A. Kleijnenberg, voorzitter Drs. J.P.A. van Haarlem RA Pagina 20

22 2. Profiel van de organisatie 2.1 Algemeen De ondernemingsactiviteiten bestaan uit de uitoefening van het ziektekostenverzekeringsbedrijf in de breedste zin van het woord. Sinds 1 januari 2006 voert ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. de zorgverzekering uit. Voorts functioneert de vennootschap ten behoeve van haar verzekerden als uitvoeringsorgaan van de AWBZ. Tevens verzorgt de vennootschap de administratie van ONVZ Aanvullende Verzekering N.V. Het maatschappelijk verslag heeft alleen betrekking op ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. ONVZ stelt de klant en diens vrije keuze in de zorg voorop. Een goede dienstverlening draagt bij aan het behoud van bestaande verzekerden en het werven van nieuwe verzekerden. Een goede bereikbaarheid, korte doorlooptijden en hoogwaardige servicegerichte informatie spelen daarbij een belangrijke rol. Vanuit de perceptie meer gezondheidsverzekeraar dan ziektekostenverzekeraar te willen zijn, wordt invulling gegeven aan de dienstverlening. Deze is vooral gericht op het verzekerd zijn van gezondheid en zorg. ONVZ levert daartoe naast verzekeringen ook gezondheids- en zorgdiensten, onder andere gericht op preventie en begeleiding. ONVZ is een landelijk werkende zelfstandige verzekeraar die handelt onder de labelnamen ONVZ Zorgverzekeraar, VvAA zorgverzekering en 'PNOzorg'. De verzekeringsadviseurs verzorgen een deel van de voorlichting en fysieke en virtuele communicatie rond het zorgverzekeringsproduct aan (potentiële) verzekerden. ONVZ faciliteert dit door de verzekeringsadviseurs informatie- en communicatiemateriaal ter beschikking te stellen. De verzekerden kunnen zelf aanpassingen doorgeven in hun polissen, onder andere via een eigen domein op de site van ONVZ. ONVZ ondersteunt haar verzekerden niet alleen bij ziekte, maar behartigt ook hun belangen door ze te helpen gezond te blijven. De ONVZ ZorgConsulent speelt hier een belangrijke rol in. De interesse van consumenten en ondernemers voor een ziektekostenverzekering is stijgende. Prijs en voorwaarden zijn belangrijke beslispunten. Maar ook het zelf kiezen van de juiste zorg begint in de besluitvorming voor een zorgverzekering aan belangrijkheid toe te nemen. Onderzoek wijst uit dat vrije keuze van zorgverlener enorm wordt gewaardeerd maar veel Nederlanders denken daar pas over na als de zorg wordt geconsumeerd. Verzekerd zijn van vrije keuze van arts, ziekenhuis en medicijn is voor ONVZ het uitgangspunt voor haar producten, service en dienstverlening. Gezondheid van onze klanten is onze existentie. ONVZ is constant op zoek naar nieuwe ontwikkelingen op het gebied van gezondheid. Nu de vergrijzing in de samenleving steeds meer zichtbaar wordt, is de vraag: hoe kan ik in goede gezondheid blijven doorwerken? ONVZ heeft een dienst ontwikkeld, de werkgeverspropositie, waarmee bedrijven de arbeidsproductiviteit, vitaliteit, duurzame inzetbaarheid en de gezondheid van de medewerkers in balans brengen en houden. ONVZ is ervan overtuigd dat dit concept een win-win situatie is voor zowel de werkgever als de werknemer. Het distribueren van zorgverzekeringen verloopt via deskundige verzekeringsadviseurs, via werkgevers en via internet. ONVZ ondersteunt daarbij onder meer via internet bij het informeren en verkopen van haar product, service en dienstenassortiment. Identiteit ONVZ is de verzekeraar van zorg voor mensen die vrij en bewust keuzes maken. Met onze deskundigheid en voortreffelijke dienstverlening bieden wij onze verzekerden een persoonlijke benadering bij gezondheidsvragen. Pagina 21

23 Missie Door onze unieke persoonlijke benadering en voortreffelijke dienstverlening zijn wij de beste. Visie ONVZ is de verzekeraar van zorg. De klant staat centraal in alles wat wij doen en bieden. Vanaf het eerste contact verzekeren wij mensen van een persoonlijke en passende aanpak van de beste kwaliteit. Vanuit hun behoefte om vrij en bewust keuzes te maken, begeleiden wij onze verzekerden op deskundige en betrokken wijze. ONVZ volgt permanent de ontwikkelingen in de gezondheidszorg. Wij spelen hier proactief en vanuit onze eigen unieke positie op in. Bovendien is ONVZ voortdurend bezig haar voortreffelijke dienstverlening te verbeteren. Wij denken steeds in mogelijkheden en kansen. Wij kijken naar wat wél kan in plaats van naar wat niét kan. Vanuit onze kracht als verzekeraar van zorg stimuleren wij preventieve maatregelen. Samen met onze deskundige verzekeringsadviseurs leveren wij topkwaliteit voor zowel individuen als organisaties. Ons doel als organisatie zonder winstoogmerk is mensen zo lang mogelijk gezond houden en hen optimaal begeleiden naar de juiste zorg. De klant ervaart in de praktijk voortdurend onze voortreffelijke dienstverlening, deskundigheid en menselijke maat. Steeds weer nemen wij verantwoordelijkheid voor onze klanten en streven wij ernaar onze dienstverlening voortdurend te verbeteren. Hierbij staat de klant altijd centraal. Onze communicatie is open en transparant. Wij zijn ons er altijd van bewust dat alleen onze mensen het verschil maken. Daarom koesteren wij hun talenten en zorgen wij ervoor dat zij zich voortdurend kunnen blijven ontwikkelen. Onze kern- en merkwaarden zijn hierin leidend. Alleen dan ziet de markt ons als de belangenbehartiger bij het verzekeren van het kostbaarste bezit. ONVZ beschermt dit kostbare bezit. Zorgen voor de gezondheid van mensen zit immers in ons DNA. Ondernemingsstrategie De ondernemingsstrategie van ONVZ is gericht op het leveren van een hoge toegevoegde waarde en het realiseren van een hoge klanttevredenheid. ONVZ wil geen onderscheid maken tussen individueel en collectief verzekerden. Niet in producten, maar ook niet in service en dienst-verlening. Doordat de verzekerden de aanvulling op hun zorgverzekering op individueel niveau kunnen kiezen (zelfs binnen een gezin 19 ), kan de dekking op maat worden afgestemd aan de behoefte. Deze strategie wordt ingevuld door onderscheidende producten en een hoge kwaliteit van service en dienstverlening. 2.2 Organisatie Juridische structuur Binnen het private zorgverzekeringsstelsel heeft ONVZ ervoor gekozen om de basisverzekering en de aanvullende verzekeringen aan te bieden vanuit twee verschillende rechtspersonen. De basisverzekering wordt uitgevoerd door ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. De uitvoering van de aanvullende verzekeringen vindt plaats door ONVZ Aanvullende Verzekering N.V ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en ONVZ Aanvullende Verzekering N.V zijn een 100% dochter van ONVZ Holding B.V. te Houten. Deze splitsing is mede ingegeven door de destijds geldende Health Insurance Governance van Zorgverzekeraars Nederland (ZN) waarin vanwege - onder andere - de verschillende wettelijke verzekeringsregimes, en de transparantie in financieringsstromen werd aanbevolen om deze splitsing aan te brengen. ONVZ Holding B.V. heeft een 100% deelneming in ONVZ Benefits B.V. ONVZ Benefits B.V. is een organisatie die verzuimverzekeringen in de markt zet. 19 Meeverzekerden tot 18 jaar hebben eveneens vrijheid in keuze, doch kunnen geen hoger pakket kiezen dan het hoogst genoten pakket van meeverzekerde volwassenen. Pagina 22

24 De structuur voor alle verbonden juridische entiteiten, gezamenlijk te noemen ONVZ, kan per 31 december 2013 schematisch als volgt worden weergegeven: ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. en ONVZ Aanvullende Verzekering N.V. voeren de handelsnaam ONVZ Zorgverzekeraar. De genoemde rechtspersonen worden, met uitzondering van Vereniging ONVZ, geconsolideerd. Samenwerkingsverbanden ONVZ is sinds 12 juni 2013 voor 31,1% (voorheen 18,8%) aandeelhouder van de inkooporganisatie Multizorg VRZ B.V. overige aandeelhouders zijn: ASR (31,1%), Eno en Zorg en Zekerheid. DSW is in 2013 als aandeelhouder en deelnemer uitgetreden. Multizorg VRZ verzorgt voor de aangesloten zorgverzekeraars de (landelijke) zorginkoopfunctie en vertegenwoordigde ongeveer 1,3 miljoen verzekerden. ONVZ. is commanditair vennoot in Vektis C.V. Vektis ontwikkelt standaarden voor een efficiënte elektronische communicatie tussen zorgverzekeraars, zorg-verleners, zorgkantoren, zorginstellingen en overige instanties in de zorg. ONVZ is sinds medio 2013 voor 12,5% aandeelhouder van Vecozo B.V. Vecozo B.V. is hét communicatiepunt voor ketenpartners in de zorg. Vecozo biedt een portaal waarlangs ketenpartijen in de zorg snel, veilig en eenvoudig gegevens met elkaar kunnen uitwisselen. ONVZ is lid van de VRZ, de Nederlandse vereniging van kwaliteitszorgverzekeraars. De VRZ streeft voor naar kwaliteitsverbetering, doelmatigheid en toegankelijkheid van de zorg. De andere leden zijn Zorg en Zekerheid en Eno. Organisatiestructuur Door de aard van de activiteiten, de samenstelling van het verzekerdenbestand en vanwege een efficiënte bedrijfsvoering vindt de aansturing en uitvoering binnen ONVZ plaats vanuit één organisatorisch verband. Klantgerichtheid vormt hierbij de basis van het denken en handelen van ONVZ. Ook in onze organisatiestructuur staan onze klanten centraal. De dienstverlening aan onze klanten vindt plaats vanuit drie divisies: De divisie Verzekerden: gericht op dienstverlening aan verzekerden en het uitvoeren van de wet op de zorgverzekering. De divisie Zorg: gericht op zorginkoop en dienstverlening aan zorgverleners. Binnen de divisie Commercie vindt de dienstverlening aan verzekeringsadviseurs, collectiviteiten en prospects plaats en het beheer van de collectieve contracten. Pagina 23

25 De divisiemanagers en de directeur Commercie vormen samen met de directie, de directeur Financiën, ICT & Facilitaire Zaken en de manager Human Resources het Management Team van de ONVZ organisatie. De structuur van de ONVZ organisatie kan als volgt weergegeven worden: * De leden van de Raad van Bestuur zijn de statutaire directeuren van ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. Samenstelling van de raad van commissarissen De raad van commissarissen heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van de directie en de algemene gang van zaken binnen ONVZ. Bij het vervullen van hun taak moeten de leden van de raad van commissarissen, onafhankelijk van de organisatie, zich richten op het belang van ONVZ. De raad van commissarissen is collectief verantwoordelijk voor de uitvoering van zijn taak. De samenstelling van de raad van commissarissen van ONVZ is per 31 december 2013 als volgt: Mr. B. Staal, voorzitter Prof. dr. N.A.M. Urbanus, secretaris J.G. van der Werf De samenstelling van de audit- en risicocommissie van de raad van commissarissen van ONVZ is per 31 december 2013 als volgt: J.G. van der Werf, voorzitter Prof. dr. N.A.M. Urbanus Op 1 januari 2014 heeft een wisseling van het voorzitterschap plaatsgevonden. Vanaf deze datum heeft de heer Urbanus het voorzitterschap overgenomen van de heer Staal. De heer Staal fungeert vanaf deze datum als vice-voorzitter. In 2014 is de raad van commissarissen per saldo uitgebreid met één commissaris. Op 6 maart 2014 is de heer J.A. Kamps en op 12 mei 2014 is de heer E.W. Koning toegetreden. Op 1 mei 2014 is de heer J.G. van der Werf afgetreden. Pagina 24

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: Opdrachtgever

CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: Opdrachtgever CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan: Opdrachtgever Afgegeven ten behoeve van de Nederlandse Zorgautoriteit en het Zorginstituut Nederland Wij hebben opdracht gekregen om de opgave specifieke

Nadere informatie

over schadejaar 2006 zal hebben gepubliceerd.

over schadejaar 2006 zal hebben gepubliceerd. MEMO 23 februari 2009 Inleiding In diverse overleggen tussen de accountantskantoren werkzaam in de sector zorgverzekeringen is aan de orde geweest in hoeverre voor 2008 de accountants door middel van opname

Nadere informatie

Maatschappelijk verslag 2014. ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V.

Maatschappelijk verslag 2014. ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. Maatschappelijk verslag 2014 ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. Houten, 29 juni 2015 Inhoudsopgave 1. Aanbieding door de directie...2 I Governance en risicomanagement structuur... 3 II Risicoprofiel en

Nadere informatie

ONVZ past dit principe toe. Het principe is uitgewerkt in het reglement van de raad van bestuur.

ONVZ past dit principe toe. Het principe is uitgewerkt in het reglement van de raad van bestuur. Raad van bestuur Samenstelling en deskundigheid Samenstelling 3.1.1. De raad van bestuur is zodanig samengesteld, dat hij zijn taak naar behoren kan vervullen. Complementariteit, collegiaal bestuur en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 29 689 Herziening Zorgstelsel Nr. 810 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Aon Actualiteitenseminar

Aon Actualiteitenseminar Aon Actualiteitenseminar Risico's voor herverzekerde pensioenfondsen Erik Jan Jansen Van de website Brief Donner 17 sept 2010 Daarna gaat Erik Jan Jansen in op risico s bij herverzekerde pensioenfondsen.

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Risicomanagement functie verzekeraars onder Solvency II

Risicomanagement functie verzekeraars onder Solvency II Risicomanagement functie verzekeraars onder Solvency II AG Commissie ERM Leidraad: overzicht wetgeving en vereisten Introductie In dit document is een overzicht opgenomen van de vereisten aan de risicomanagement

Nadere informatie

Risk & Compliance Charter Clavis Family Office B.V.

Risk & Compliance Charter Clavis Family Office B.V. Risk & Compliance Charter Clavis Family Office B.V. Datum: 15 april 2013 Versie 1.0 1. Inleiding Het Risk & Compliance Charter (charter) bevat de uitgeschreven principes, doelstellingen en bevoegdheden

Nadere informatie

Risicomanagement functie verzekeraars onder Solvency II

Risicomanagement functie verzekeraars onder Solvency II Risicomanagement functie verzekeraars onder Solvency II Hoofdindeling: Leidraden Opgesteld door: Commissie Enterprise Risk Management (ERM) Vastgesteld door: Commissie Enterprise Risk Management (ERM)

Nadere informatie

Verklaring inzake beleggingsbeginselen

Verklaring inzake beleggingsbeginselen STICHTING PENSIOENFONDS RECREATIE Mei 2011 INHOUDSOPGAVE 0. Introductie 3 1. Doelstelling van het beleggingsbeleid 4 2. Organisatie en risicobeheerprocedures 5 3. Beleggingsbeginselen 7 Mei 2011 Pagina

Nadere informatie

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT KEMPEN N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V. Vastgesteld door de RvC op 8 december 2017 0. INLEIDING 0.1 Dit reglement is opgesteld door de RvC ingevolge artikel

Nadere informatie

Memo uitkomsten themaonderzoek Vermogensbeheer Zorgverzekeraars

Memo uitkomsten themaonderzoek Vermogensbeheer Zorgverzekeraars Memo uitkomsten themaonderzoek Vermogensbeheer Zorgverzekeraars De Nederlandsche Bank (hierna: DNB) heeft in 2013 en 2014 bij meerdere zorgverzekeraars onderzoek gedaan naar het beleid en de beheersomgeving

Nadere informatie

Verantwoordingsdocument Code Banken over 2014 Hof Hoorneman Bankiers NV d.d. 18 maart 2015. Algemeen

Verantwoordingsdocument Code Banken over 2014 Hof Hoorneman Bankiers NV d.d. 18 maart 2015. Algemeen Verantwoordingsdocument Code Banken over 2014 Hof Hoorneman Bankiers NV d.d. 18 maart 2015 Algemeen Mede naar aanleiding van de kredietcrisis en de Europese schuldencrisis in 2011 is een groot aantal codes,

Nadere informatie

Risicomanagementbeleid Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Risicomanagementbeleid Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot Signalering en inschatten risico s In de onderstaande tabel worden de financiële en niet financiële risico s en de mate van beheersing benoemd zoals relevant geacht voor het beleid van het PVL. Interpretatie

Nadere informatie

BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN 2014

BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN 2014 BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN 2014 1 Inleiding In deze notitie worden berekeningen gepresenteerd die ten grondslag liggen aan de bedragen die zijn opgenomen in de Regeling risicoverevening 2014. In de risicoverevening

Nadere informatie

DOORSTAAT UW RISICOMANAGEMENT DE APK?

DOORSTAAT UW RISICOMANAGEMENT DE APK? WHITEPAPER DOORSTAAT UW RISICOMANAGEMENT DE APK? DOOR M. HOOGERWERF, SENIOR BUSINESS CONS ULTANT Risicomanagement is tegenwoordig een belangrijk onderdeel van uw bedrijfsvoering. Dagelijks wordt er aandacht

Nadere informatie

Implementatie Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 bij BNG

Implementatie Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 bij BNG Implementatie Regeling beheerst beloningsbeleid Wft 2011 bij BNG Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 070 3750 750 www.bng.nl Vastgesteld door de Raad van Bestuur op en goedgekeurd door de Raad van Commissarissen

Nadere informatie

Afsluiten FB bij overgang naar prestatiebekostiging.

Afsluiten FB bij overgang naar prestatiebekostiging. Afsluiten FB bij overgang naar prestatiebekostiging. Zorgaanbieders en zorgverzekeraars hechten aan een goede overgang van FB bekostiging naar prestatiebekostiging. Door de werkgroep is geconstateerd dat

Nadere informatie

Hoofdlijnen inhoud INTEGRITEITPLAN

Hoofdlijnen inhoud INTEGRITEITPLAN Hoofdlijnen inhoud INTEGRITEITPLAN Mei 2009 Hoofdlijnen inhoud integriteitplan De wettelijke verplichting voor integer handelen bij een pensioenfonds is opgenomen in artikel 143 van de Pensioenwet. Dit

Nadere informatie

ICAAP Bewust van uw risico s. Alex Poel 18 mei 2010

ICAAP Bewust van uw risico s. Alex Poel 18 mei 2010 ICAAP Alex Poel 18 mei 2010 Inhoud 1. ICAAP algemeen 2. De uitgangspunten (vertaald) 3. Het ICAAP uitvoeren 4. De risico s 5. Enkele voorbeelden 6. Wat kan ICAAP voor u betekenen 1. ICAAP algemeen (1)

Nadere informatie

Jaarrekening Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS U.A.

Jaarrekening Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS U.A. Jaarrekening 2016 Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS U.A. SAZAS U.A Jaarrekening 2016 Inleiding V oor u ligt het verslag van de Onderlinge Waarborgmaatschappij SAZAS U.A. Dit verslag is een verantwoording

Nadere informatie

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen

Verklaring inzake de beleggingsbeginselen Verklaring inzake de beleggingsbeginselen van Stichting Bedrijfspensioenfonds AVH 1. Introductie 1.1 Inleiding Deze verklaring inzake de beleggingsbeginselen geeft beknopt de uitgangspunten weer van het

Nadere informatie

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V.

REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V. REGLEMENT RISICOCOMMISSIE VAN LANSCHOT N.V. EN F. VAN LANSCHOT BANKIERS N.V. Vastgesteld door de RvC op 23 juni 2016 0. INLEIDING 0.1 Dit reglement is opgesteld door de RvC ingevolge artikel 5 van het

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

De remuneratie disclosure is conform artikel 25 van de RBB.

De remuneratie disclosure is conform artikel 25 van de RBB. Remuneratie disclosure 2013 De remuneratie disclosure betreft de remuneratie van de leden van de Raad van Bestuur, de leden van de Raad van Commissarissen en de groep functionarissen die in het nieuwe

Nadere informatie

CONCEPT DE NEDERLANDSCHE BANK N.V. Good Practice Kapitaalbeleid kleine verzekeraars

CONCEPT DE NEDERLANDSCHE BANK N.V. Good Practice Kapitaalbeleid kleine verzekeraars CONCEPT DE NEDERLANDSCHE BANK N.V. Good Practice Kapitaalbeleid kleine verzekeraars Good Practice van De Nederlandsche Bank N.V. van [DATUM] 2014, houdende een leidraad met betrekking tot het kapitaalbeleid

Nadere informatie

De Zorgverzekering: Enige Verzekeringseconomische Opmerkingen

De Zorgverzekering: Enige Verzekeringseconomische Opmerkingen De Zorgverzekering: Enige Verzekeringseconomische Opmerkingen Prof. dr. Roger J. A. Laeven Amsterdam School of Economics University of Amsterdam, EURANDOM, ACIS, CentER and Netspar KNAW Amsterdam 15 maart

Nadere informatie

Visie op risicomanagement bij waterschap Hunze en Aa s

Visie op risicomanagement bij waterschap Hunze en Aa s Visie op risicomanagement bij waterschap Hunze en Aa s Wettelijk kader In het Waterschapsbesluit (2009) is vastgelegd wat de voorschriften zijn voor de paragraaf weerstandsvermogen in de meerjarenraming,

Nadere informatie

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen RAPPORT ACHMEA PENSIOEN- & LEVENSVERZEKERINGEN N.V. Laan van Malkenschoten 20 Postbus 9150 7300 HZ Apeldoorn www.achmea.nl Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen Rapportage Intern toezicht in

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk E. Langeveld RA

Behandeld door Telefoonnummer  adres Kenmerk E. Langeveld RA ZN Zorgverzekeraars Zvw Externe accountants van de zorgverzekeraars VWS CVZ Moeder Teresalaan 1 3527 WB Utrecht Postbus 317 352 GA Utrecht T 3 296 81 11 F 3 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl Behandeld

Nadere informatie

CONTROLSTATUUT WOONSTICHTING SSW

CONTROLSTATUUT WOONSTICHTING SSW CONTROLSTATUUT WOONSTICHTING SSW Vastgesteld: 23 november 2016 1 Algemene bepalingen 1.1 SSW hanteert three lines of defense, te weten (1) de medewerker zelf, (2) de activiteit businesscontrol in de organisatie

Nadere informatie

Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2013

Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2013 Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2013 Inhoudsopgave 1. Verslag van de Raad van Bestuur... 3 1.1 Algemene informatie... 3 1.2 Toestand per balansdatum... 4 1.3 Ontwikkeling gedurende het boekjaar en resultaten...

Nadere informatie

Matrix Comply-or-Explain Code Banken 2017

Matrix Comply-or-Explain Code Banken 2017 Matrix Comply-or-Explain Code Banken 2017 In oktober 2014 heeft de Nederlandse Vereniging van Banken de herziene Code Banken (de "Code Banken"), onderdeel van een pakket met de naam "Future Oriented Banking"

Nadere informatie

Beleggingsstatuut. 1. Algemene Richtlijnen. 2. Richtlijnen inzake het beleggingsbeleid

Beleggingsstatuut. 1. Algemene Richtlijnen. 2. Richtlijnen inzake het beleggingsbeleid Beleggingsstatuut 1. Algemene Richtlijnen 1. Statutaire doelstelling De Hartstichting strijdt tegen hart- en vaatziekten. Zij investeert in onderzoek naar harten vaatziekten in Nederland. Zij geeft hoogwaardige

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 29 689 Herziening Zorgstelsel Nr. 517 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Rapportage integrale risicoanalyse herziening Governance Havenschap Moerdijk

Rapportage integrale risicoanalyse herziening Governance Havenschap Moerdijk Rapportage integrale risicoanalyse herziening Governance Havenschap Moerdijk 1. Inleiding Tijdens de bespreking van de voortgang van de uitwerking van de governance van Havenschap Moerdijk in de gemeenteraad

Nadere informatie

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 1 juni 2015, PB15-220] Artikel 1 Definities De definities welke in dit uitbestedingsbeleid worden gebruikt zijn nader

Nadere informatie

Kerncijfers ONVZ Holding B.V. In de onderstaande tabel zijn alle bedragen in duizenden euro s opgenomen tenzij anders vermeld.

Kerncijfers ONVZ Holding B.V. In de onderstaande tabel zijn alle bedragen in duizenden euro s opgenomen tenzij anders vermeld. Kerncijfers ONVZ Holding B.V. In de onderstaande tabel zijn alle bedragen in duizenden euro s opgenomen tenzij anders vermeld. Jaarcijfers Basisverzekering ONVZ Ziektekostenverzekeraar N.V. 2017 in

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 29 689 Herziening Zorgstelsel Nr. 833 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

2011 Kwantitatieve analyse van het risicovereveningssysteem

2011 Kwantitatieve analyse van het risicovereveningssysteem 2011 Kwantitatieve analyse van het risicovereveningssysteem Publiekssamenvatting Somatische zorg, gggz en Eigen Risico 24 februari 2017 Inleiding Met het in 2006 ingevoerde zorgstelsel is de financiering

Nadere informatie

Verantwoordingsdocument Nacalculatie in de curatieve GGZ

Verantwoordingsdocument Nacalculatie in de curatieve GGZ Verantwoordingsdocument Nacalculatie in de curatieve GGZ Opzet voor 2013 november 2012 2 Inhoud 1. Nacalculatie in de cggz 4 Inleiding 4 2. Nacalculatie op de geopende DBC s 2013 5 2.1 Nacalculatie op

Nadere informatie

Informatiebeveiligingsbeleid

Informatiebeveiligingsbeleid Stichting Werken in Gelderland Versiebeheer Eigenaar: Review: Bestuur juni 2019 Versie Status Aangepast Datum Door 0.1 Concept Versiebeheer 31-5-2018 Privacyzaken, Michel Rijnders 1.0 Vastgesteld Vastgesteld

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ecolab. Compliance Charter. Voorwoord

Stichting Pensioenfonds Ecolab. Compliance Charter. Voorwoord Stichting Pensioenfonds Ecolab Compliance Charter Voorwoord Het Compliance Charter beschrijft de definitie, doelstellingen, scope, en taken en verantwoordelijkheden van de betrokkenen in het kader van

Nadere informatie

Controleprotocol. geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013. - Nacalculatie DBC s GRZ. - Oude parameters. - vaststelling verrekenbedrag 2013

Controleprotocol. geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013. - Nacalculatie DBC s GRZ. - Oude parameters. - vaststelling verrekenbedrag 2013 Controleprotocol geriatrische revalidatiezorg (GRZ) 2013 - Nacalculatie DBC s GRZ - Oude parameters - vaststelling verrekenbedrag 2013 Ten behoeve van de uit te voeren controle door externe accountant

Nadere informatie

Remuneratierapport 2014 Loyalis N.V.

Remuneratierapport 2014 Loyalis N.V. Remuneratierapport 2014 Loyalis N.V. Voorwoord Dit remuneratierapport geeft inzicht in de belangrijkste ontwikkelingen in het beloningsbeleid van Loyalis N.V. over het jaar 2014. Met dit rapport wil Loyalis

Nadere informatie

Seminar! BETEKENIS VAN INTERNE AUDIT voor specifieke verzekeraars! Internal Audit en doeltreffendheid van! risk management system!

Seminar! BETEKENIS VAN INTERNE AUDIT voor specifieke verzekeraars! Internal Audit en doeltreffendheid van! risk management system! Seminar! BETEKENIS VAN INTERNE AUDIT voor specifieke verzekeraars! Internal Audit en doeltreffendheid van! risk management system!! Tom Veerman! Triple A Risk Finance B.V.! 1! Programma! Solvency II stand

Nadere informatie

MPC PRIVATE EQUITYFONDS

MPC PRIVATE EQUITYFONDS MPC PRIVATE EQUITYFONDS GLOBAL 8 CV GRONINGEN Financieel verslag 2011 MPC Private Equityfond Global 8 CV Groningen JAARVERSLAG Hierbij bieden wij u het jaarverslag 2011 aan van MPC Private Equityfonds

Nadere informatie

Accountantsverslag 2012

Accountantsverslag 2012 pwc I Accountantsverslag 2012 Permar Energiek B.V. 24 mei 2013 pwc Permar Energiek B.V. T.a.v. de Raad van Commissarissen en de Directie Horaplantsoen 2 6717LT Ede 24 mei 2013 Referentie: 31024B74/DvB/e0291532/zm

Nadere informatie

EIGEN RISICO BEOORDELING (ERB) IORP II JASPER HOOGENSTRAATEN 27 SEPTEMBER 2018

EIGEN RISICO BEOORDELING (ERB) IORP II JASPER HOOGENSTRAATEN 27 SEPTEMBER 2018 EIGEN RISICO BEOORDELING (ERB) IORP II JASPER HOOGENSTRAATEN 27 SEPTEMBER 2018 Impact op uw fonds? 2 Inspanningen van toezichthouders nemen toe 3 Agenda Wat is de ERB en waarom eigenlijk? Vereisten in

Nadere informatie

Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018

Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018 Nota Risicomanagement en weerstandsvermogen BghU 2018 *** Onbekende risico s zijn een bedreiging, bekende risico s een management issue *** Samenvatting en besluit Risicomanagement is een groeiproces waarbij

Nadere informatie

HAN Jaarverslag 2013 8. Bestuur en management. Risicomanagement

HAN Jaarverslag 2013 8. Bestuur en management. Risicomanagement Risicomanagement Het College van Bestuur rapporteert jaarlijks aan de Raad van Toezicht over de belangrijkste risico s die de HAN bedreigen. Per risico worden kans, effect en beïnvloedbaarheid annex maatregelen

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2013 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie

Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2012

Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2012 Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2012 Inhoudsopgave 1. Verslag van de Raad van Bestuur... 3 1.1 Algemene informatie... 3 1.2 Toestand per balansdatum... 4 1.3 Ontwikkeling gedurende het boekjaar en resultaten...

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw BELEIDSREGEL Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Accountantsprotocol declaratieproces. revalidatiecentra fase 2 : bestaan en

Accountantsprotocol declaratieproces. revalidatiecentra fase 2 : bestaan en Accountantsprotocol declaratieproces revalidatiecentra fase 2 : bestaan en werking Versie 29 september 2015 Inhoud 1. Inleiding en uitgangspunten 3 2. Onderzoeksaanpak accountant 4 2.1 Doel en reikwijdte

Nadere informatie

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN

REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN REGLEMENT RISK- EN AUDITCOMMISSIE N.V. NEDERLANDSE SPOORWEGEN 24 november 2017 INHOUD HOOFDSTUK 1: Rol en status van het Reglement 1 HOOFDSTUK 2: Samenstelling RAC 1 HOOFDSTUK 3: Taken RAC 2 HOOFDSTUK

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 29 689 Herziening zorgstelsel H BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij ABTN

Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij ABTN Berekenmethode Vereist Eigen Vermogen Bijlage J bij december 2017 Dit document heeft 7 pagina s Versiebeheer Versie Auteur Datum Revisie V1.0 KPMG 1 november 2010 Herijkte versie V2.0 KPMG 20 juli 2011

Nadere informatie

Jaarcijfers Basisverzekering 2014 49552 (06-15)

Jaarcijfers Basisverzekering 2014 49552 (06-15) Jaarcijfers Basisverzekering 2014 49552 (06-15) Jaarcijfers Basisverzekering 2014 Het ministerie van VWS heeft 2015 uitgeroepen tot het jaar van de transparantie. Daarom publiceren Zorgverzekeraars dit

Nadere informatie

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE COMMODITY DISCOVERY FUND Bijgewerkt tot 8 juli 2014

PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE COMMODITY DISCOVERY FUND Bijgewerkt tot 8 juli 2014 PRINCIPLES OF FUND GOVERNANCE COMMODITY DISCOVERY FUND Bijgewerkt tot 8 juli 2014 Principles of Fund Governance Pag. 1/5 1. INLEIDING Commodity Discovery Management B.V. (de Beheerder ) is de beheerder

Nadere informatie

Compliance Charter. Pensioenfonds NIBC

Compliance Charter. Pensioenfonds NIBC Compliance Charter Pensioenfonds NIBC Vastgesteld in bestuursvergadering 9 december 2016 Inleiding Pensioenfonds NIBC voert de pensioenregeling van NIBC Bank N.V. uit. Het pensioenfonds is een stichting

Nadere informatie

medisch specialisten 2014

medisch specialisten 2014 Controleprotocol Verantwoordingsdocument honoraria medisch specialisten 2014 10 juli 2015 Inhoud 1. Uitgangspunten 3 1.1 Inleiding 3 1.2 Procedures 3 1.3 Leeswijzer 3 2. Onderzoeksaanpak 4 2.1 Beleidskader

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2014 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie

Visie op belonen. Rabobank Groep

Visie op belonen. Rabobank Groep Visie op belonen Rabobank Groep 2014 1 Contactgegevens: Human Resources Rabobank Humanresourcesrabobank@rn.rabobank.nl 2 Visie op belonen Intentieverklaring De Rabobank Groep hanteert een zorgvuldig, beheerst

Nadere informatie

Doel van de rol Iedere Compliance Officer heeft als doel het beheersen van de risico s die BKR loopt in haar strategische en operationele processen.

Doel van de rol Iedere Compliance Officer heeft als doel het beheersen van de risico s die BKR loopt in haar strategische en operationele processen. FUNCTIEPROFIEL Opdrachtgever: Functienaam: BKR Compliance Officer Security & Risk BKR is een onafhankelijke stichting met een maatschappelijk doel. BKR streeft sinds 1965, zonder winstoogmerk, een financieel

Nadere informatie

Horizontaal toezicht of horizontale samenwerking? Workshop bij Landelijke Themadag Verminderen administratieve lasten en Horizontaal toezicht

Horizontaal toezicht of horizontale samenwerking? Workshop bij Landelijke Themadag Verminderen administratieve lasten en Horizontaal toezicht Horizontaal toezicht of horizontale samenwerking? Workshop bij Landelijke Themadag Verminderen administratieve lasten en Horizontaal toezicht Inhoud Even voorstellen Handreiking control framework Enquête

Nadere informatie

GOVERNANCE PRINCIPES 2013. N.V. Levensverzekering-Maatschappij De Hoop

GOVERNANCE PRINCIPES 2013. N.V. Levensverzekering-Maatschappij De Hoop GOVERNANCE PRINCIPES 2013 N.V. Levensverzekering-Maatschappij De Hoop 1/19 Inleiding De Governance principes zijn opgesteld door het Verbond van Verzekeraars. Zij geven richtlijnen voor de samenstelling,

Nadere informatie

PERSBERICHT. Versterking kapitaalpositie ING met 10 miljard euro

PERSBERICHT. Versterking kapitaalpositie ING met 10 miljard euro PERSBERICHT Versterking kapitaalpositie ING met 10 miljard euro Op 19 oktober 2008 is bekend gemaakt dat ING haar kapitaal verder heeft versterkt met behulp van de Nederlandse overheid. De solvabiliteit,

Nadere informatie

Algemeen Controleplan Materiële Controle 2014-2015. Zorgkantoor DWO/NWN

Algemeen Controleplan Materiële Controle 2014-2015. Zorgkantoor DWO/NWN Algemeen Controleplan Materiële Controle 2014-2015 Zorgkantoor DWO/NWN December 2013 Inhoud INLEIDING 2 1. WETTELIJK KADER MATERIЁLE CONTROLE 2 1.1. Wettelijk kader 2 1.2. Verstrekking persoons- en gezondheidsgegevens

Nadere informatie

indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling Verslaggeving WTZi

indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling Verslaggeving WTZi Audit Alert 25 Verklaringen bij jaarrekeningen van AWBZ- en GGZ-instellingen indien ten behoeve van het getrouwe beeld een nadere toelichting noodzakelijk is in een jaarrekening die voldoet aan de Regeling

Nadere informatie

Zicht op opbrengsten. Overzicht houden in de complexiteit

Zicht op opbrengsten. Overzicht houden in de complexiteit Seminar Zicht op opbrengsten Overzicht houden in de complexiteit Arjen Hakbijl Landelijke onzekerheid omzet ziekenhuizen (1) Veroorzaakt door massieve impact van vele wijzigingen die elkaar beïnvloeden.

Nadere informatie

Remuneratie disclosure 2014

Remuneratie disclosure 2014 Remuneratie disclosure 2014 Remuneratie disclosure 2014 De remuneratie disclosure betreft de remuneratie van de leden van de Raad van Bestuur, de leden van de Raad van Commissarissen en de groep medewerkers

Nadere informatie

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen

Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen RAPPORT Prins Willem-Alexanderlaan 651 Postbus 700 7300 HC Apeldoorn Telefoon (055) 579 39 48 www.achmea.nl Uitvoering van rechtstreeks verzekerde regelingen Rapportage Intern toezicht in het kader van

Nadere informatie

Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2011

Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2011 Coöperatie Eno U.A. Jaarverslag 2011 Inhoudsopgave 1. Verslag van de Directie... 3 1.1 Algemene informatie... 3 1.2 Toestand per balansdatum... 4 1.3 Ontwikkeling gedurende het boekjaar en resultaten...

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure 0900 770 70 70 vragencure@nza.nl CI/13/9c

Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres Kenmerk Directie Zorgmarkten Cure 0900 770 70 70 vragencure@nza.nl CI/13/9c Aan de Raad van Bestuur en collectieven van medisch specialisten van Algemene ziekenhuizen (010) Categorale ziekenhuizen (011) Academische ziekenhuizen (020) Revalidatie-instellingen (100) Dialysecentra

Nadere informatie

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5 Treasury Statuut MT: Besproken: 21 februari 2017 CvB: Vastgesteld: 12 februari 2017 Raad van Toezicht Goedgekeurd: 6 maart 2017 MR: Besproken: 4 april 2017 Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE

Nadere informatie

BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA

BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== IMMATERIËLE VASTE ACTIVA JAARREKENING 2016 BALANS PER 31 DECEMBER 2016 (na resultaatbestemming) ====================== 31-12-2016 ---------------- 31-12-2015 ---------------- activa: IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 5.375 6.875 MATERIËLE

Nadere informatie

Wat zijn de risicomanagement eisen uit IORP II en wat is de bestuurlijke impact?

Wat zijn de risicomanagement eisen uit IORP II en wat is de bestuurlijke impact? Educatiesessie 19 september 2018 Wat zijn de risicomanagement eisen uit IORP II en wat is de bestuurlijke impact? N A T H A L I E H O U W A A R T Programma 1. Wat zegt IORP over risicomanagement? 2. Hoe

Nadere informatie

Bijlage 4 BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN Inleiding. 2. Het macro-prestatiebedrag Zvw 2009

Bijlage 4 BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN Inleiding. 2. Het macro-prestatiebedrag Zvw 2009 BEPALING MACRO-DEELBEDRAGEN 2009 Bijlage 4 1. Inleiding In deze notitie worden berekeningen gepresenteerd die ten grondslag liggen aan de bedragen die zijn opgenomen in de wijziging van hoofdstuk 3 van

Nadere informatie

VDZ Verzekeringen. Beloningsbeleid

VDZ Verzekeringen. Beloningsbeleid VDZ Verzekeringen Beloningsbeleid 2014 INHOUD 1. Inleiding... 3 Toezicht... 3 Inwerkingtreding... 3 2. Definities en begrippen... 3 De categorieën van medewerkers... 3 Beloning... 4 Vaste beloning... 4

Nadere informatie

Jaarcijfers Basisverzekering 2017

Jaarcijfers Basisverzekering 2017 Basisverzekering 2017 Basisverzekering 2017 Sinds 2014 publiceren zorgverzekeraars hun jaarcijfers voor de basisverzekering volgens een uniform format. Hierdoor geven zij verzekerden en andere belangstellenden

Nadere informatie

Raad van commissarissen

Raad van commissarissen Raad van commissarissen Samenstelling en deskundigheid Samenstelling 2.1.1. De raad van commissarissen is zodanig samengesteld, dat hij zijn taak naar behoren kan vervullen. Complementariteit, collegiaal

Nadere informatie

Stichting van Tuikwerd Fonds

Stichting van Tuikwerd Fonds Stichting van Tuikwerd Fonds JAARREKENING 2015 Stichting van Tuikwerd Fonds Coehoornsingel 14 9711 BS Groningen 050-3123569 Inschrijfnummer Kamer van Koophandel Groningen: 02087587 1 Inhoudsopgave pagina

Nadere informatie

REGLEMENT van de Audit- en Risicocommissie van de Raad van Commissarissen van coöperatie TVM U.A. en TVM verzekeringen N.V.

REGLEMENT van de Audit- en Risicocommissie van de Raad van Commissarissen van coöperatie TVM U.A. en TVM verzekeringen N.V. REGLEMENT van de Audit- en Risicocommissie van de Raad van Commissarissen van coöperatie TVM U.A. en TVM verzekeringen N.V. Overwegende dat: - de Raad van Commissarissen een Audit- en Risicocommissie dient

Nadere informatie

Stichting Tempel-Zwartsenberg Fonds

Stichting Tempel-Zwartsenberg Fonds Stichting Tempel-Zwartsenberg Fonds JAARREKENING 2015 Stichting Tempel Zwartsenberg Fonds Coehoornsingel 14 9711 BS Groningen 050-3123569 Inschrijfnummer Kamer van Koophandel Groningen: 41009074 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 13 februari 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 13 februari 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Toezicht op beleggingen

Toezicht op beleggingen Toezicht op beleggingen Studiebijeenkomst VvP, 6 Jurgen Willemsen Inhoud Sectie 1: Introductie toezicht op het beleggingsbeleid Sectie 2: Overzicht vermogensbeheeronderzoeken Sectie 3: Veranderingen in

Nadere informatie

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

Aan de raad van de gemeente Lingewaard 6 Aan de raad van de gemeente Lingewaard *14RDS00194* 14RDS00194 Onderwerp Nota Risicomanagement & Weerstandsvermogen 2014-2017 1 Samenvatting In deze nieuwe Nota Risicomanagement & Weerstandsvermogen

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 juni 2017 Betreft Risicoverevening 2018

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 juni 2017 Betreft Risicoverevening 2018 > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

Governance principes November 2015

Governance principes November 2015 Governance principes November 2015 Inhoud 1. Naleving Code en transparante verantwoording... 2 2. Raad van commissarissen... 2 3. Raad van bestuur... 4 4. Risicomanagement... 6 5. Audit... 8 6. Beloningsbeleid...

Nadere informatie

Het belang van risicomanagement voor maatschappelijke organisaties Beheersing of buikpijn?

Het belang van risicomanagement voor maatschappelijke organisaties Beheersing of buikpijn? Het belang van risicomanagement voor maatschappelijke organisaties Beheersing of buikpijn? 7 september 2017 Erik Breijer 1 Waarom Risicomanagement? Wat is aanleiding om met risicomanagement te starten:

Nadere informatie

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG Opgesteld door: G.Z-H In opdracht van: Recreatieschap Voorne-Putten-Rozenburg Postbus 341 3100 AH Schiedam Tel.: 010-2981010 Fax: 010-2981020

Nadere informatie

SEMINAR PRAKTISCH RISICOMANAGEMENT d.d. 1 juni 2010 in De Meern

SEMINAR PRAKTISCH RISICOMANAGEMENT d.d. 1 juni 2010 in De Meern SEMINAR PRAKTISCH RISICOMANAGEMENT d.d. 1 juni 2010 in De Meern Programma 13.30 uur Opening 13.40 uur Risicomanagement in het onderwijs door Marien Rozendaal RA 14.30 uur Pauze 15.00 uur Risicomanagement

Nadere informatie

Beleggingsprincipes. Juli 2013

Beleggingsprincipes. Juli 2013 Beleggingsprincipes Juli 2013 1 Inleiding en achtergrond Stichting Bedrijfspensioenfonds voor de Rijn- en Binnenvaart (hierna: ons pensioenfonds) belegt met een lange termijn horizon. Om het beleggingsbeleid

Nadere informatie

Doel Samenstelling en vergaderingen Taken en bevoegdheden Rapportage aan de RvC Diversen Herzieningstermijn...

Doel Samenstelling en vergaderingen Taken en bevoegdheden Rapportage aan de RvC Diversen Herzieningstermijn... Doel... 3 Samenstelling en vergaderingen... 3 Taken en bevoegdheden... 4 Rapportage aan de RvC... 4 Diversen... 5 Herzieningstermijn... 5 Doel De Risicocommissie is een permanente commissie van de RvC.

Nadere informatie

Beleggingsstatuut Longfonds (voorheen Astma Fonds)

Beleggingsstatuut Longfonds (voorheen Astma Fonds) Beleggingsstatuut Longfonds (voorheen Astma Fonds) April 2012 Inhoud 1. Algemeen...3 1.1 Inleiding...3 1.2 Wet- en regelgeving...3 2. Financiële middelen...3 2.1 Algemeen...3 2.2 Schulden en reserves...4

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 HALFJAARVERSLAG 2013 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

2. Spreiding verbetert effectief de verhouding tussen rendement en risico.

2. Spreiding verbetert effectief de verhouding tussen rendement en risico. Beleggingsbeginselen Spoorwegpensioenfonds 1. Rendement wordt behaald door het nemen van risico. Om de ambitie van SPF waar te maken is rendement op het belegd vermogen nodig. Sparen levert onvoldoende

Nadere informatie