Bijlage 2 Regeling Financiële Ondersteuning Studenten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Bijlage 2 Regeling Financiële Ondersteuning Studenten 2014-2016"

Transcriptie

1 Vastgesteld door het college van bestuur op 1 juni 2015 Algemeen (artikel 1 tot en met 3) 1. Begripsbepalingen In het kader van deze Regeling worden de volgende definities en afkortingen gebruikt. college van bestuur: het college van bestuur van de Radboud Universiteit Nijmegen Wettelijk collegegeld: het wettelijk collegegeld volgens artikel 7.45 WHW DUO: De Dienst Uitvoering Onderwijs WHW: Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek WSF 2000: Wet studiefinanciering 2000 Prestatiebeurs: prestatiebeurs hoger onderwijs zoals bedoeld in artikel 5.1 van de WSF 2000 Prestatiebeursperiode: de periode, conform artikel 5.2.1b van de WSF 2000, waarin de student recht heeft op prestatiebeurs. Voor een student die op grond van zijn nationaliteit bij aanvang van de studie geen aanspraak op prestatiebeurs kon maken, wordt bij diens eerste jaar van inschrijving deze student behandeld als zou hij vanaf dat moment recht hebben gehad op prestatiebeurs. Student: een natuurlijke persoon die bij de Radboud Universiteit voor een voltijdse opleiding als student staat ingeschreven en daarvoor collegegeld aan de Radboud Universiteit betaalt Verlenging prestatiebeurs: verlenging van de prestatiebeurs hoger onderwijs zoals bedoeld in artikel 5.2b van de WSF 2000 Verzoek: een verzoek om financiële ondersteuning op grond van deze Regeling Collegejaar: het tijdvak dat begint op 1 september en eindigt op 31 augustus Uitschrijving: beëindiging van de inschrijving als student aan de Radboud Universiteit Overmacht: bijzondere omstandigheid zoals bepaald in artikel 3 onder a, b, c, d, g of h van deze Regeling HBO-doorstromer: een student die op grond van een in het HBO behaalde Bachelorgraad wordt toegelaten tot de Radboud Universiteit en die niet direct toelaatbaar is tot de Master en daarvoor in de premaster staat ingeschreven WO-premaster student : een student die op grond van een in het Wetenschappelijk Onderwijs behaalde Bachelorgraad wordt toegelaten tot de Radboud Universiteit en die niet direct toelaatbaar is tot de Master en daarvoor in de premaster staat ingeschreven. Toptalent: een student die op grond van de Regeling voor toptalenten in sport en kunst als toptalent is erkend. Basislening: de basislening hoger onderwijs zoals bedoeld in de artikelen 3.15 en 3.18 van de WSF 2000 Kwijtschelding studieschuld: de gedeeltelijke kwijtschelding van studieschuld voor studenten met handicap of chronische ziekte zoals bedoeld in artikel 6.2a van de WSF Doel van de Regeling Deze Regeling bevat de uitwerking van artikel 7.51 tot en met 7.51i van de WHW (Staatsblad 2000, nr. 11, zoals nadien gewijzigd). Deze regeling heeft ten doel financiële ondersteuning te bieden aan studenten wanneer zij als gevolg van bijzondere omstandigheden zoals genoemd in artikel 3 van deze regeling, studievertraging hebben opgelopen of dreigen op te lopen. De ondersteuning is in die gevallen bedoeld als tegemoetkoming voor de studiefinanciering die betrokkene geniet uit hoofde van hoofdstuk 3 van de WSF 2000, dan wel zou hebben genoten,

2 indien hij daarop aanspraak zou maken of zou hebben mogen maken. Uitgangspunt daarbij is dat de student probeert de (op te lopen) studievertraging zoveel mogelijk te beperken. 3. Bijzondere omstandigheden De bijzondere omstandigheden waarop de student zich kan beroepen, zijn uitsluitend: a. ziekte van betrokkene; b. zwangerschap en bevalling van betrokkene (maximaal 4 maanden) c. bijzondere familieomstandigheden; d. lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis van betrokkene; e. door het college van bestuur erkende bestuursactiviteiten; f. ontplooien van toptalent in sport of kunst naast de studie; g. een onvoldoende studeerbare opleiding; h. indien betrokkene is ingeschreven voor een opleiding waaraan niet opnieuw accreditatie is verleend en waarvoor aan betrokkene nog geen graad is verleend Deel 1: Ondersteuning in geval van overmacht (artikel 4 t/m 9) Dit deel werkt de financiële ondersteuning uit voor studenten die een beroep doen op bijzondere omstandigheden van artikel 3 onder a, b, c, d, g of h. 4. Algemene voorwaarden 4.1 Om in aanmerking te komen voor ondersteuning moet aan alle navolgende voorwaarden zijn voldaan: a. De bijzondere omstandigheden genoemd in artikel 3 onder a, b, c, d, g of h doen zich voor in de prestatiebeursperiode. b. De student is ingeschreven als voltijdstudent, betaalt daarvoor collegegeld aan de Radboud Universiteit Nijmegen en studeert daadwerkelijk. Dit geldt zowel voor het moment van registratie als voor het moment van uitbetaling. c. Aan de student is binnen de prestatiebeursperiode voor de opleiding waarvoor hij staat ingeschreven geen graad verleend. In geval van een dubbelstudie kan hierop een uitzondering worden gemaakt. d. Indien de student door een lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis vertraging heeft opgelopen, dan dient hij indien en voorzover hij daarvoor in aanmerking komt tevens gebruik te hebben gemaakt van de mogelijkheid van verlenging van prestatiebeurs hoger onderwijs om in aanmerking te kunnen komen voor financiële ondersteuning. 4.2 Per studiejaar geldt een maximale ondersteuningstermijn van 12 maanden. 4.3 De student moet hebben voldaan aan de meldingsplicht omschreven in artikel De student moet de afspraken nakomen die naar aanleiding van de melding zijn gemaakt met de studieadviseur en een studentendecaan. 5. Verplichte melding studievertraging 5.1 Om aanspraak te kunnen maken op ondersteuning moet de student iedere bijzondere omstandigheid, genoemd in artikel 3 onder a, b, c, d, g of h die tot studievertraging leidt of kan leiden, melden of laten melden bij de studentendecaan. Naar aanleiding van de melding vindt verplicht een gesprek met een studentendecaan plaats. Hierin worden bindende afspraken gemaakt die gericht zijn op het zo beperkt mogelijk houden van de vertraging. 5.2 De melding moet zo spoedig mogelijk plaatsvinden, maar in ieder geval binnen 3 maanden na het ontstaan van (1) de bijzondere omstandigheid, of (2) de studievertraging als gevolg daarvan. Bij melding kan geen aanspraak worden gemaakt op ondersteuning voor bijzondere omstandigheden of studievertraging die langer dan 3 maanden voor de melding is ontstaan.

3 5.3 De student ontvangt zo spoedig mogelijk (maar in ieder geval binnen 60 dagen) een bevestiging van de melding. 6. Registratie studievertraging en ondersteuning 6.1 Na afloop van het collegejaar waarin de melding heeft plaatsgevonden ontvangt de student het bericht om de ontbrekende gegevens om de studievertraging te kunnen registreren in te leveren. De gevraagde informatie moet uiterlijk 1 november daaropvolgend in het bezit zijn van de Dienst Studentenzaken. 6.2 De student ontvangt binnen 60 dagen een beslissing van het college van bestuur. De beslissing houdt in: hetzij de afwijzing van het verzoek; hetzij de toekenning van een aanspraak op financiële ondersteuning onder vermelding van de maximale duur en de voorwaarden waaronder deze wordt verleend. 6.3 De duur van de ondersteuning wordt vastgesteld aan de hand van het verband tussen de bijzondere omstandigheden en het nominale studieprogramma rekening houdend met de onderwijs- en examenprogrammering. Uitgangspunt daarbij is de studielast van 60 EC per jaar (= 5 ECTS-punten per maand). 6.4 Een studentbestuurder kan nooit zowel bestuursbeurzen als compensatie voor overmacht ontvangen voor dezelfde periode. Indien de bestuurder in een overmachtsituatie zijn bestuursfunctie neerlegt, zal hij compensatie ontvangen vanwege overmacht en kan zijn plaatsvervanger conform artikel 12 de resterende bestuursbeurzen krijgen. 7. Aanvraag ondersteuning 7.1 Het verzoek om uitkering moet uiterlijk binnen 3 maanden na afloop van de prestatiebeursperiode bij de Dienst Studentenzaken ingediend worden. 7.2 Bij het verzoek worden gevoegd: a. een kopie van de laatste kennisgeving van de DUO betreffende het maandelijks door verzoeker ontvangen beursbedrag op grond van de WSF 2000; b. een opgave van de desbetreffende examencommissie van het nog benodigde aantal maanden om het afsluitend examen te halen gebaseerd op het nog te halen aantal ECTSpunten. c. indien verzoeker, op grond van diens Nationaliteit geen aanspraak maakt of heeft kunnen maken op prestatiebeurs, dan hoeft de gevraagde informatie onder 7.2, sub a niet te worden ingeleverd. 7.3 Het college van bestuur beslist binnen 60 dagen na ontvangst op het verzoek. Indien het verzoek wordt toegekend, bepaalt het college van bestuur tevens gedurende welke periode een financiële uitkering zal worden verstrekt. 8. Hoogte van de ondersteuning 8.1 Hoogte ondersteuning De hoogte van het maandbedrag is gelijk aan: a) 286,15 zijnde 60,1% van het bedrag aan basislening van hoger onderwijs zoals bedoeld in artikel 3.18 van de WSF 2000; b) plus eventueel aanvullende beurs die verzoeker genoot in de laatste maand aan prestatiebeurs hoger onderwijs. Indien de student aanspraak maakt op verlenging prestatiebeurs hoger onderwijs zoals bedoeld in artikel 6.2a van de WSF 2000, komt de uitkering van de aanvullende beurs zoals onder b vermeldt voor de periode van de verlenging (12 maanden) te vervallen.

4 8.2 Vermindering hoogte uitkering i.v.m. kwijtschelding Indien de student gebruik maakt van verlenging prestatiebeurs en daardoor aanspraak kan maken op kwijtschelding zoals bedoeld in art. 6.2a van de WSF 2000 wordt dit bedrag aan kwijtschelding in mindering gebracht op de totale uitkering uit het Profileringsfonds. 9. Uitbetaling van de ondersteuning 9.1 De uitkering wordt verleend in de vorm van een gift. Betalingen nemen een aanvang uiterlijk vier maanden na afloop van de prestatiebeursperiode, tenzij de student uitdrukkelijk aan heeft gegeven de ondersteuning op een ander tijdstip te willen ontvangen. 9.2 De uitbetaling van de ondersteuning wordt beëindigd na afloop van de periode waarop recht op ondersteuning bestaat dan wel met ingang van de maand waarin de inschrijving als student is beëindigd. Deel 2 Ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten: bestuursbeurzen (artikel 10 t/m 15) Dit deel werkt de financiële ondersteuning uit voor studenten die een beroep doen op bijzondere omstandigheden van artikel 3 onder e. 10. Algemene voorwaarden 10.1 Om in aanmerking te komen voor ondersteuning moet aan alle navolgende voorwaarden zijn voldaan: a. De student is ingeschreven als voltijdstudent en stond het voorafgaande collegejaar ook als voltijdstudent aan de Radboud Universiteit ingeschreven, betaalt collegegeld aan de Radboud Universiteit en studeert daadwerkelijk. Dit geldt zowel voor het moment van aanvragen als voor het moment van uitbetaling; b. Aan de student is voor de opleiding waarvoor hij staat ingeschreven geen graad verleend. In geval van een dubbelstudie kan hierop een uitzondering worden gemaakt. c. In het collegejaar voorafgaand aan het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht geldt: c) dat de student ten minste 39 EC heeft behaald of; d) dat de student het afsluitend examen van de opleiding waarvoor hij staat ingeschreven met goed gevolg heeft afgelegd of; e) dat indien de student het afsluitend examen van de opleiding waarvoor de student staat ingeschreven niet heeft afgerond, maar in dat collegejaar financiële ondersteuning vanwege bestuurswerk heeft ontvangen op grond van deze Regeling, de student dan dient te voldoen aan de studievoortgangsnormen zoals in onderstaande tabel opgenomen: Aantal ontvangen Aantal te behalen EC bestuursbeurzen 1/3 39 EC 2/3 39 EC 1 39 EC 1 1/3 39 EC 2 35 EC 3 33 EC 4 30EC 5 27 EC

5 6 24 EC 7 20 EC 8 18 EC 10.2 Per studiejaar geldt een maximale ondersteuningstermijn van 8 bestuursbeurzen. De in bijlage A onder artikel 1 bij de tabel toegekende extra beurzen worden bij de toepassing van artikel 10.2 buiten beschouwing gelaten 10.3 De student heeft een bestuursfunctie bekleed bij een organisatie die is erkend door het college van bestuur en is opgenomen in de verdeling bestuursbeurzen. De criteria waaraan de organisatie moet voldoen, zijn beschreven in bijlage A Bestuursactiviteiten verricht in het eerste jaar van inschrijving als student aan de Radboud Universiteit Nijmegen kunnen niet leiden tot enige aanspraak op ondersteuning tenzij het college van bestuur (directeur Dienst Studentenzaken) hier in bijzondere gevallen op advies van de studieadviseur uitdrukkelijk toestemming voor heeft gegeven Studentleden van opleidingscommissies dienen de cursus opleidingscommissie gevolgd te hebben bij de Dienst Studentenzaken Uitbetaling van het totaalbedrag aan ondersteuning voor functies van 4 of meer bestuursbeurzen bestaat uit een onvoorwaardelijk en een voorwaardelijk deel. f) Het onvoorwaardelijke deel bestaat uit tweederde van het totaalbedrag. g) Het voorwaardelijke deel bestaat uit eenderde van dit totaalbedrag. De uitbetaling van dit voorwaardelijke deel is afhankelijk van het aantal EC dat de student behaalt in het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht en volgens onderstaande tabel. Dit geldt ook in geval een student meerdere functies combineert en daardoor in één collegejaar aanspraak maakt op 4 of meer bestuursbeurzen.

6 beurs ( waarvan 2/3 onvoorwaardelijk) aantal te behalen EC % % 30 of meer 100% % % 27 of meer 100% % % 24 of meer 100% % % 20 of meer 100% % % 18 of meer 100% % uitbetaling voorwaardelijk deel 11. Definiëring periode recht op ondersteuning bestuursactiviteiten 11.1 Een student heeft alleen recht op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten indien het bestuursjaar valt in de eerste vier jaar van inschrijving als Bachelorstudent aan de Radboud Universiteit Een student heeft alleen recht op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten indien het bestuursjaar valt in de eerste twee jaar van inschrijving als Masterstudent aan de Radboud Universiteit bij een nominale opleidingsduur van 1 jaar. Bij een langere opleidingsduur wordt deze periode met de langere opleidingsduur verlengd Een HBO-doorstromer heeft, in afwijking van artikel 11.1, geen recht op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten indien hij bij de Radboud Universiteit staat ingeschreven voor een pre-master Een WO-premaster student heeft in afwijking van artikel tijdens diens inschrijving in de pre-master- recht op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten indien een studentendecaan daarover positief adviseert De in artikel 11.1 en 11.2 bedoelde periode wordt voorts verlengd: - met één jaar indien er sprake is van studievertraging als gevolg van een bijzondere omstandigheid zoals bedoeld in artikel 3, onder a, b, c, d, g of h van deze Regeling, deze vertraging meer dan 12 maanden betreft en deze vertraging is geregistreerd conform artikel 6 van deze regeling of; - met één jaar indien de student op grond van artikel 5.6, tiende lid van de WSF 2000 een jaar verlenging van prestatiebeurs is verleend of; - met één jaar indien de student zich bij het tweede jaar van inschrijving aan de Radboud Universiteit voor een opleiding inschrijft waarbij die student een jaar eerder voor die opleiding van de Radboud Universiteit was uitgeloot Voor studievertraging op grond van bijzondere omstandigheden genoemd in artikel 3, lid e. en f. geldt per student over de totale periode van inschrijving een maximale ondersteuningstermijn van 12 bestuursbeurzen. Deze maximale termijn geldt ook ingeval van cumulatie van bestuursactiviteiten en/ of ontplooiing van toptalent(en). Voor de vaststelling van de cumulatie worden de maanden ondersteuning vanwege ontplooiing van toptalenten

7 vermenigvuldigd met de factor 2/3 e. De in bijlage A onder artikel 1 bij de tabel toegekende extra beurzen worden bij de toepassing van artikel 11.5 buiten beschouwing gelaten Voor de vaststelling van de aanvang van het bestuursjaar zoals bedoeld in de artikelen 11.1 t/m 11.3 geldt voor besturen of bestuursleden die aantreden vanaf juni dat het bestuursjaar geacht wordt aan te vangen op 1 september van het collegejaar dat daar direct op volgt. Besturen die aantreden voor juni gelden als bestuur van het betreffende collegejaar. 11a. Uitzonderingen op artikelen 10 en 11 Met betrekking tot de artikelen 10.1, sub c, artikel 10.6 en de artikelen 11.1 tot en met 11.5 geldt dat, indien de toepassing van deze artikelen niet strookt met de intentie van deze artikelen, het college van bestuur op advies van een studentendecaan van deze artikelen kan afwijken. 12. Tussentijdse vacature 12.1 Een student die een bestuursfunctie aanvaardt, is verplicht deze functie gedurende 12 maanden te vervullen Indien betrokkene in voorkomende gevallen niet aan deze verplichting kan voldoen en stopt met zijn bestuursactiviteiten, is het bestuur van de vereniging of organisatie verplicht dit zo spoedig mogelijk te melden bij Dienst Studentenzaken. Het recht op financiële ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten vervalt met onmiddellijke ingang. Toekenning van ondersteuning voor een opvolger is mogelijk met ingang van de eerste maand volgend op de melding van het bestuur bij Dienst Studentenzaken dat het aftredende bestuurslid niet meer in functie is. 13. Opgave en aanvraag ondersteuning door de bestuursleden 13.1 a. Voorafgaand aan het collegejaar ontvangt het bestuur van de organisatie in augustus het verzoek op te geven hoe de toegekende bestuursbeurzen verdeeld worden over de nieuwe bestuursleden. Uitgangspunt voor de verdeling door het bestuur is dat de toegekende bestuursbeurzen worden verdeeld in overeenstemming met de te verwachten werklast van de bestuursleden. b. Het bestuur van de organisatie is verplicht op te geven welke studenten op welke bestuursfunctie door het daartoe bevoegde orgaan van de betreffende organisatie zijn benoemd. c. De individuele bestuursleden dienen tegelijk met de opgave bestuursleden een verzoek tot uitbetaling bij de Dienst Studentenzaken in Het ingevulde formulier wordt na aantreden van het nieuwe bestuur of bestuurslid teruggestuurd naar de Dienst Studentenzaken. Afhankelijk van de zwaarte van de functies in het bestuur gelden de volgende inleverdata 1. Besturen met: functies met 8 of meer beurzen: voor 1 oktober/ zo spoedig mogelijk functies met 4 tot en met 7 beurzen: voor 1 december Functies tot en met 3 bestuursbeurzen: voor 1 mei 14. Hoogte van de bestuursbeurs 14.1 De hoogte van één bestuursbeurs is gelijk 429,23 zijnde 1,5 keer het bedrag zoals genoemd in artikel 8.1a van september van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht. 1 In afwijking van deze data geldt voor besturen of bestuursleden die aantreden tussen 1 november en 1 juni dat per geval andere inleverdata worden vastgesteld. Het advies is dat deze besturen of bestuursleden daarvoor contact opnemen met het secretariaat FONDS van de Dienst Studentenzaken.

8 14.2 In aanvulling op artikel 14.1 geldt dat als een student, met een verklaring van DUO, kan aantonen dat hij in september van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht, recht heeft op een aanvullende beurs, dan wordt het bedrag aan aanvullende beurs van september van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht, bovenop het in artikel 14.1 genoemde bedrag per bestuursbeurs uitgekeerd. Per bestuursbeurs wordt 1,5 keer het bedrag aan aanvullende beurs uitgekeerd Studentleden van de opleidingscommissie ontvangen een toekenning die is gerelateerd aan gemiddeld een 1/2 bestuursbeurs en bedraagt 225, Uitbetaling van de ondersteuning 15.1 De ondersteuning op grond van bestuursactiviteiten wordt tijdens, of direct na afloop van het collegejaar waarin het bestuurswerk is verricht, uitbetaald in de vorm van een gift. Uitbetaling vindt plaats aldus: functies met 8 bestuursbeurzen: het onvoorwaardelijke deel in 8 maandelijkse termijnen vanaf oktober van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht functies met 4 tot en met 7 bestuursbeurzen: het onvoorwaardelijke deel in twee termijnen, te weten februari en augustus van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht functies tot en met 3 bestuursbeurzen: in augustus van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht het voorwaardelijke deel van bestuursbeurs: in oktober, na afloop van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht Op verzoek van de student kan uitbetaling ook in één keer plaatsvinden in oktober na afloop van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht. Deel 3 Ondersteuning ingeval van erkende toptalenten in sport en kunst (artikel 16 tot en met 22) Dit deel werkt de financiële ondersteuning uit voor studenten die een beroep doen op bijzondere omstandigheden van artikel 3 onder f. 16. Erkende toptalenten Studenten die op grond van artikel 4 of artikel 9 van de Regeling voor toptalenten in sport en kunst als toptalent zijn erkend en door het uitoefenen van hun toptalent studievertraging oplopen, kunnen in aanmerking komen voor financiële ondersteuning. Voor erkende toptalenten in sport geldt dat alleen studenten met een status zoals genoemd in artikel 3 sub d van de Regeling voor toptalenten in sport en kunst voor ondersteuning uit het Profileringsfonds in aanmerking kunnen komen. 17. Verplichte melding Een student die op grond van de Regeling voor Toptalenten in sport en kunst in aanmerking wil komen voor financiële ondersteuning, dient aan de voorwaarden van de artikelen 4 of 9 van deze Regeling voor toptalenten in de sport en kunst te voldoen en aan de meldingsplicht conform artikel 5, eerste en tweede lid van deze regeling. 18. Omvang van de ondersteuning 19.1 Voor ieder studiejaar dat een student als toptalent is erkend zoals bepaald in de artikelen 4 en 9 van de Regeling voor toptalenten in sport en kunst wordt de opgelopen studievertraging geregistreerd op de wijze zoals dat in artikel 6.3 van deze Regeling is bepaald

9 19.2 Gedurende de gehele periode van inschrijving bij een cursusduur van 4 jaar (incl. Master) als student kan een student maximaal 12 maanden studievertraging registreren. Bij een langere cursusduur dan 4 jaar wordt dit maximum met 3 maanden verhoogd voor elk extra jaar. De opgebouwde maanden worden uitgekeerd conform de artikelen 9 en 11.4 én voor zover deze nodig zijn voor het behalen van het afsluitend examen. 19. Aanvraag van de ondersteuning De ondersteuning wordt aangevraagd na afloop van de prestatiebeursperiode zoals beschreven in artikel Hoogte van de ondersteuning De bepaling van de hoogte van het (maand)bedrag van de ondersteuning vindt plaats conform artikel 8.1 van deze Regeling. 21. Uitbetaling van de ondersteuning De ondersteuning wordt uitbetaald conform artikel Uitkering studiegarantiefonds NOC*NSF Indien betrokkene in aanmerking komt voor een uitkering uit het studiegarantiefonds van NOC*NSF, dan dient hij eerst gebruik te maken van deze mogelijkheid alvorens hij in aanmerking kan komen voor financiële ondersteuning. Het bedrag dat is uitgekeerd vanuit het studiegarantiefonds van NOC*NSF wordt in mindering gebracht op de financiële ondersteuning waar betrokkene volgens deze Regeling recht op heeft. Deel 5 Slot- en overgangsbepalingen (artikel 23 tot en met 27) 23. Overdraagbaarheid ondersteuning bij veranderen van onderwijsinstelling Aanspraken op profileringsfonds op grond van een inschrijving aan een andere instelling voor hoger onderwijs verkregen, worden door het college van bestuur overgenomen met dien verstande, dat op basis van het in deze Regeling bepaalde omtrent de duur en de omvang van de aanspraak opnieuw kunnen worden vastgesteld. De student moet een verklaring van de oorspronkelijke instelling overleggen dat hij daar geen aanspraak op ondersteuning heeft gemaakt of zal maken. 24. Hardheidsclausule In zeer bijzondere omstandigheden, ter beoordeling van het college van bestuur, waarbij de afwijzing van een verzoek om ondersteuning tot een onbillijkheid van overwegende aard zou leiden, kan het college ten gunste van de student van de bepalingen van deze Regeling afwijken. 25. Bezwaarmogelijkheid Tegen de beslissingen van het college van bestuur op grond van deze Regeling kan binnen 6 weken, mits schriftelijk en gemotiveerd, bezwaar worden aangetekend, dit wordt op de betreffende beslissing vermeld. Beslissingen worden schriftelijk meegedeeld aan de verzoeker. 26. Overgangsbepaling Voor studenten op wie artikel van de WSF 2000 van toepassing is, blijven de voorwaarden van toepassing van deel 1 van de regeling Financiële Ondersteuning Studenten zoals die gold op 1 september 2014 (zie bijlage C).

10 27. Inwerkingtreding en geldigheidsduur Deze Regeling treedt in werking op 1 september 2015 en geldt tot en met 31 augustus 2016.

11 Artikelsgewijze toelichting Algemeen (artikel 1 tot en met 3) Toelichting artikel 1: Begripsbepalingen Het begrip prestatiebeursperiode is zodanig geformuleerd dat voor een buitenlandse student die vanwege diens nationaliteit geen recht heeft op prestatiebeurs op grond van de WSF 2000, de instelling deze student behandelt als zou hij bij diens eerste jaar van inschrijving aan de Radboud Universiteit ook direct aanspraak hebben gehad op prestatiebeurs. Toelichting artikel 3: Bijzondere omstandigheden In artikel 3 is opgesomd voor welke bijzondere omstandigheden er een uitkering uit het Profileringsfonds mogelijk is. Het betreft de in het tweede lid van artikel 7.51 opgesomde bijzondere omstandigheden onder a t/m g, alsmede de situatie die door artikel 7.51b is omschreven (verlies van accreditatie van de opleiding). Ad a. Ziekte, dit betreft de bijzondere omstandigheid van artikel 7.51, tweede lid onder c. Ad b. Bij zwangerschap, inclusief de bevalling, wordt ervan uit gegaan dat de vertraging doorgaans maximaal 4 maanden bedraagt. Doen zich tijdens de zwangerschap of de bevalling complicaties voor waardoor de vertraging oploopt (meer dan 4 maanden) dan is er sprake van ziekte (a). Dit betreft de bijzondere omstandigheid van artikel 7.51, tweede lid onder c Ad c. Onder bijzondere familieomstandigheden wordt verstaan: een grote onvoorziene verandering in de huiselijke situatie zoals langdurige verzorging van de zieke partner, kind(eren) of ouders. Dit betreft de bijzondere omstandigheid van artikel 7.51, tweede lid onder e. Ad d. Bij functiestoornissen die per definitie chronisch zijn in tegenstelling tot ziekte bestaat de mogelijkheid verlenging van de periode van prestatiebeurs aan te vragen. De studentendecaan bekijkt in overleg met de individuele student voor welke vorm van financiële ondersteuning de student in aanmerking komt: verlenging van de periode van prestatiebeurs en/of maanden uit het Profileringsfonds. Dit betreft de bijzondere omstandigheid van artikel 7.51, tweede lid onder d. 1. Ad e. Erkende bestuursactiviteiten. Dit betreft de bijzondere omstandigheden zoals beschreven in artikel 7.51, tweede lid onder a en b. In Bijlage A en B van de Regeling wordt dit verder uitgewerkt. Ad f. Studenten die volgens de Regeling voor toptalenten in sport en kunst van de Radboud Universiteit Nijmegen worden erkend als toptalent kunnen aanspraak maken op ondersteuning uit het Profileringsfonds. Dit betreft een bijzondere omstandigheid zoals bedoeld in artikel 7.51, tweede lid onder g. 2. Ad g. De gebruikte term een onvoldoende studeerbare opleiding verwijst naar omstandigheden binnen de opleiding waardoor de student belemmerd wordt in de voortgang van zijn studie, zonder dat hij

12 daar zelf invloed op kan of heeft kunnen uitoefenen. Uitgangspunt is een jaarlijkse studiebelasting van 60 ECTS-punten per jaar. Dit betreft de bijzondere omstandigheid van artikel 7.51, tweede lid onder f. De instelling geeft tevens toepassing aan artikel 7.51d doordat studenten die voldoen aan de voorwaarden van 7.51d (in casu studenten die niet aan het nationaliteitsvereiste en/of woonplaatsvereiste voldoen, in de regel de niet-eer studenten) de zelfde financiële ondersteuning kunnen krijgen in geval van de bijzondere omstandigheden die in artikel 3 van deze Regeling zijn beschreven. Deel 1: Ondersteuning in geval van overmacht Toelichting artikel 4: Algemene voorwaarden Hier zijn de algemene voorwaarden opgenomen waaraan de student ingeval van een overmachtsituatie (bijzondere omstandigheden genoemd in artikel 3 onder a, b, c, d, g, of h) moet voldoen, wil hij in aanmerking kunnen komen voor ondersteuning. lid 1 a). b). Alleen de studievertraging wordt gecompenseerd indien de vertragende omstandigheden plaatsvinden tijdens de prestatiebeursperiode. Voor buitenlandse studenten die geen prestatiebeurs ontvangen, wordt ervan uitgegaan dat de prestatiebeursperiode is aangevangen bij diens eerste jaar van inschrijving. Daarbij geldt dat de periode van ondersteuning voor deze groep in de regel tot de eerste vier jaar van inschrijving is beperkt, met dien verstande dat deze periode wordt verlengd met de eventueel langere cursusduur (zoals de twee-of drie jarige masteropleidingen). Studenten die een opleiding volgen met een door de Radboud Universiteit Nijmegen erkend 5 e studiejaar en die in dat 5 e studiejaar studievertraging oplopen door overmacht, kunnen zich voor financiële ondersteuning melden bij een studentendecaan van de Dienst Studentenzaken (Bèta-Regelingen). Op de voorwaarde dat men niet is afgestudeerd (ad c.) binnen prestatiebeursperiode kan een uitzondering worden gemaakt voor zogenoemde dubbelvakkers. Voorwaarde is dat de student vanaf het eerste of tweede jaar van inschrijving aan de Radboud Universiteit Nijmegen voor beide opleidingen ingeschreven heeft gestaan en/of voor ieder van die opleidingen voldoende studiepunten heeft behaald, zodat hij bij het afstuderen voor de ene opleiding reeds een substantieel deel van de andere opleiding met goed gevolg heeft afgerond. Indien de eerste inschrijving een opleiding met een langere cursusduur (meer dan 4 jaar) betreft, wordt de student voor toepassing van deze regel ook als dubbelvakker beschouwd indien een inschrijving voor de tweede opleiding in het derde jaar heeft plaatsgevonden. Het is ter beoordeling van een studentendecaan, met inachtneming hetgeen hierboven is geformuleerd, of er een uitzondering kan worden gemaakt. Dit geldt ook in geval een student binnen de prestatiebeursperiode een tweede opleiding (na afronding van de eerste opleiding) volgt en door overmacht studievertraging oploopt. Toelichting artikel 5: Verplichte melding studievertraging Een student meldt zich in eerste instantie bij de studieadviseur en deze vult een digitale melding in ten behoeve van de studentendecaan. Vervolgens vindt verplicht een gesprek plaats met een

13 studentendecaan om te bespreken welke maatregelen getroffen moeten worden om de studievertraging zo beperkt mogelijk te houden. Dit is de melding zoals in artikel 6 bedoeld. N.B.: Indien een melding te laat plaatsvindt, wordt alleen gekeken naar de bijzondere omstandigheden die zich na de melding nog voordoen (zie lid 2). Dit kan betekenen dat betrokkene 3 of meer maanden aan ondersteuning misloopt! Toelichting artikel 6: Registratie studievertraging en ondersteuning lid 2 Hierin wordt bepaald dat de beslissing, indien zij positief is, een (voorwaardelijke) aanspraak is op financiële ondersteuning voor een aantal maanden, zgn. registratie studievertraging. De effectuering of uiteindelijke toekenning vindt pas plaats aan het eind van de prestatiebeursperiode naar aanleiding van een verzoek zoals bedoeld in artikel 7. lid 3 Bij de bepaling van de studievertraging wordt gekeken naar het aantal studiepunten dat behaald had kunnen worden in de periode dat de bijzondere omstandigheid zich voordeed, waarbij 60 ECTSpunten per studiejaar (= 5 ECTS-punten per maand) het uitgangspunt zijn. De periode dat iemand de studiefinanciering heeft opgezegd, dan wel de inschrijving aan de Radboud Universiteit heeft beëindigd, telt uiteraard niet mee. Voorbeeld: iemand heeft vanwege ziekte zijn studiefinanciering en/of inschrijving per 1 januari stopgezet en heeft tot dat moment 5 ECTS-punten gehaald. De studievertraging bedraagt in dit geval 3 maanden, omdat hij de maanden januari tot en met augustus niet gebruikt heeft en later kan inzetten. lid 4 In het geval dat zich een combinatie voordoet van bestuursactiviteiten en vertraging door andere bijzondere omstandigheden (overmacht) worden de reeds uitbetaalde of nog uit te betalen bestuursbeurzen in mindering gebracht op het aantal maanden dat als gevolg van overmacht geregistreerd wordt. Voor de omrekening van het aantal bestuursbeurzen naar maanden, wordt het aantal beurzen met anderhalf vermenigvuldigd. Wanneer een student in de situatie komt dat er een overmachtsituatie samenvalt met een bestuursfunctie heeft de student twee mogelijkheden: 1. de bestuursfunctie neerleggen en daarmee wordt ook de aanspraak op bestuursbeurzen verminderd (naar rato van de reeds verstreken zittingstermijn). 2. de bestuursfunctie niet neerleggen in de wetenschap dat het aantal bestuursbeurzen in minder wordt gebracht op de geregistreerde studievertraging. Voorbeeld variant 1: Een student vervult een functie waarvoor hij 4 bestuursbeurzen krijgt uitgekeerd. Tijdens dat zelfde jaar loopt hij wegens bijzondere familie omstandigheden 6 maanden studievertraging op. Deze omstandigheid doet zich halverwege de zittingsperiode voor. De student legt zijn functie neer. Hij krijgt slechts 2 bestuursbeurzen uitgekeerd. Van de opgelopen vertraging worden dan nog 6-3 maanden (2 bestuursbeurzen x 1,5) = 3 maanden geregistreerd. Voorbeeld variant 2: Een student vervult een functie waarvoor hij 4 bestuursbeurzen krijgt uitgekeerd. Tijdens dat zelfde jaar loopt hij wegens bijzondere familie omstandigheden 6 maanden studievertraging op. Deze

14 omstandigheid doet zich halverwege de zittingsperiode voor. De student besluit zijn functie niet neer te leggen. Van de opgelopen vertraging worden dan 6-6 (4 bestuursbeurzen x 1,5) maanden = 0 maanden geregistreerd. Toelichting artikel 7: Aanvraag ondersteuning lid 1 LET OP! Indiening na afloop van deze termijn heeft tot gevolg dat het verzoek wordt afgewezen. lid 2 De gevraagde documenten zijn bedoeld om de hoogte en duur van de uitkering vast te stellen. Toelichting artikel 8.1: Hoogte van de ondersteuning Ad a) De hoogte van het maandelijkse bedrag is gelijk aan 286,15. Dit is 60,1% van de basislening hoger onderwijs. Peildatum is het bedrag aan basislening hoger onderwijs van september van het collegejaar waarin de ondersteuning wordt aangevraagd. Dit bedrag geldt ook voor buitenlandse studenten die geen aanspraak maken of hebben kunnen maken op studiefinanciering. Ad b) Indien een student in de laatste maand van de prestatiebeursperiode aanvullende beurs ontvangt, dan ontvangt de student per maand ondersteuning uit het Profileringsfonds ook dit bedrag aan aanvullende beurs plus eventuele eenoudertoeslag. Studenten met aanvullende beurs waaraan DUO een verlenging prestatiebeurs heeft toegekend, ontvangen als gevolg van die verlenging 12 maanden extra aanvullende beurs. Bij een uitkering uit het Profileringsfonds vanwege een chronische ziekte of functiebeperking komt de uitkering van de aanvullende beurs voor de eerste 12 maanden te vervallen: deze aanvullende beurs is immers al via de verlenging prestatiebeurs hoger onderwijs gecompenseerd. Mocht een student recht hebben op meer dan 12 maanden Profileringsfonds dan wordt de aanvullende beurs voor deze extra maanden wel weer gecompenseerd. Toelichting artikel 8.2: Vermindering hoogte uitkering i.v.m. kwijtschelding Studenten met een chronische ziekte en/of functiebeperking kunnen op grond van artikel 5.2b van de WSF 2000 aanspraak maken op verlenging van de prestatiebeurs hoger onderwijs met één jaar. Als studenten een verlenging prestatiebeurs hoger onderwijs krijgen, kunnen deze studenten op grond van artikel 6.2a van de WSF 2000 gedeeltelijke kwijtschelding krijgen van hun studieschuld, mits zij binnen de diplomatermijn van de prestatiebeurs zijn afgestudeerd. In voorkomende gevallen kan de student daarbij -op advies van de studentendecaan- bij DUO om een verlenging van die diplomatermijn vragen. In geval de student aanspraak maakt op verlenging van de prestatiebeurs hoger onderwijs, dan gaat de regeling FONDS ervan uit dat de student ook aanspraak maakt of zal maken op de gedeeltelijke kwijtschelding van artikel 6.2a van de WSF Het bedrag aan kwijtschelding ( op 1 januari 2015, dit bedrag wordt jaarlijks op grond van een ministeriële regeling geïndexeerd) wordt in mindering gebracht op de totale uitkering Profileringsfonds. Een negatieve uitkering uit het Profileringsfonds is niet mogelijk (indien hoogte kwijtschelding hoger is dan de hoogte uitkering op grond van artikel 8.1). Toelichting artikel 9: Uitbetaling van de ondersteuning lid 1

15 In deze Regeling is gekozen voor een uitkering na afloop van de periode van prestatiebeurs. Niet alleen worden hiermee eventuele problemen vermeden maar tevens is op dat moment pas met enige zekerheid te zeggen hoe groot de studievertraging is. Mocht een student om de een of andere reden de ondersteuning toch op een ander tijdstip willen ontvangen, dan moet hierover contact worden opgenomen met de Dienst Studentenzaken (studentendecaan). Deel 2 Ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten (bestuursbeurzen) Toelichting artikel 10: Algemene voorwaarden lid 1a De financiële ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten is bedoeld voor eigen studenten van de Radboud Universiteit. Om die reden is de eis opgenomen dat de student in het collegejaar voorafgaand aan het collegejaar waarin het verzoek tot ondersteuning wordt gedaan als voltijdstudent staat ingeschreven. Daarnaast dient de student aan de Radboud Universiteit collegegeld te betalen. lid 1b De eis dat een student op het moment van uitbetaling moet staan ingeschreven geldt niet voor de uitbetaling van het voorwaardelijke deel van de bestuursbeurs. Deze wordt namelijk na afloop van het collegejaar uitbetaald. Op de voorwaarde dat men niet is afgestudeerd kan een uitzondering gemaakt worden voor zogenoemde dubbelvakkers. Voorwaarde is dat de student vanaf het eerste of tweede jaar van inschrijving aan de Radboud Universiteit Nijmegen voor beide opleidingen ingeschreven heeft gestaan en/of voor ieder van die opleidingen voldoende studiepunten heeft behaald, zodat hij bij het afstuderen voor de ene opleiding reeds een substantieel deel van de andere opleiding met goed gevolg heeft afgerond. Indien de eerste inschrijving een opleiding met een langere cursusduur (meer dan 4 jaar) betreft, wordt de student voor toepassing van deze regel ook als dubbelvakker beschouwd indien een inschrijving voor de tweede opleiding in het derde jaar heeft plaatsgevonden. Daarnaast kan een student in geval hij een tweede studie volgt aansluitend op de eerste studie in aanmerking komen voor bestuursbeurzen, mits aan de voorwaarden van artikel 11 wordt voldaan. Daarbij kan de Dienst Studentenzaken van de student vragen om een verklaring van de opleiding te overhandigen waaruit daadwerkelijk blijkt dat de student aan een tweede opleiding is begonnen (dus daadwerkelijk studeert, colleges en werkgroepen etc. volgt). Het is ter beoordeling van een studentendecaan, met inachtneming hetgeen hierboven is geformuleerd, of er een uitzondering kan worden gemaakt. Lid 1c Met deze bepaling wordt gestimuleerd dat studenten ook in het collegejaar voorafgaand aan het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht voldoende studievoortgang boeken. De norm is 39 EC of de student moet het afsluitend examen met goed gevolg hebben afgelegd in het collegejaar voorafgaand aan het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht. Voor studenten die in het collegejaar voorafgaand aan het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht in aanmerking kwamen voor een bestuursbeurs én in dat jaar niet zijn afgestudeerd, gelden afwijkende normen, zoals opgenomen in de tabel. lid 3 Eenmaal in de twee jaar worden studentenverenigingen en organisaties beoordeeld door een Toetsingscommissie, die adviseert over het aantal toe te kennen bestuursbeurzen. De

16 criteria waaraan een organisatie moet voldoen, alsmede de te volgen procedure worden beschreven in Bijlage A bij deze Regeling. lid 4 lid 5 In het verlengde van artikel 10, lid 1 onder a, kunnen studenten tijdens het eerste jaar van inschrijving geen aanspraak maken op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten. Het betreft hier dus alle eerste jaarsinstelling. Voor alle eerstejaarsinstelling (propedeuse, HBOdoorstromers of instromers in een masteropleiding) geldt dat zij het eerste jaar van inschrijving nodig hebben om aan het studieklimaat op de universiteit te wennen. Op deze wijze wordt tevens voorkomen (in geval van propedeusestudenten) dat als gevolg van de bestuursactiviteiten de student een negatief studieadvies wordt gegeven. Leden van de opleidingscommissie die eerder de training met goed gevolg hebben afgelegd hoeven deze in een volgend jaar niet opnieuw te volgen. Lid 6 Met deze bepaling wordt gestimuleerd dat studenten tijdens een bestuursfunctie studievoortgang boeken. Het totaal aantal EC dat in het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht telt mee, dus ook EC behaald buiten de opleiding van inschrijving tellen mee. Dit geldt ook voor EC behaald in het buitenland. Toelichting artikel 11: Maximering periode en duur voor recht op bestuursbeurzen Met artikel 11 wil de instelling voorkomen dat studenten die teveel vertraging hebben opgelopen en daardoor langer dan de nominale duur + 1 jaar aan de Radboud Universiteit staan ingeschreven nog financieel te ondersteunen om bestuurswerk te verrichten. lid 1 lid 2 lid 3 lid 5 De periode waarin een student recht heeft op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten is beperkt tot de eerste vier jaar van inschrijving als Bachelorstudent. Uitgangspunt is dat een student zich voor een heel collegejaar inschrijft. Indien de student de inschrijving heeft onderbroken, wordt de periode dat de student niet is ingeschreven niet meegerekend. De periode waarin een student recht heeft op ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten is beperkt tot de eerste twee jaar van inschrijving als Masterstudent bij een éénjarige Masteropleiding. Deze periode wordt verlengd met de langere opleidingsduur indien het een twee- of driejarige Master betreft. Bepalend voor het vaststellen van de periode recht op ondersteuning is de opleidingsduur van de Master waarvoor de student zich de eerste keer heeft ingeschreven. Uitgangspunt is dat een student zich voor een heel collegejaar inschrijft. Indien de student de inschrijving heeft onderbroken, wordt de periode dat de student niet is ingeschreven niet meegerekend. HBO-doorstromers kunnen geen aanspraak maken op een bestuursbeurs zolang zij voor de pre-master staan ingeschreven. Als pre-masterstudent dienen zij eerst de deficiënties weg te werken alvorens zij tot de master kunnen worden toegelaten. De instelling wil HBOdoorstromers, zolang zij niet tot de Master zijn toegelaten niet financieel ondersteunen om bestuurswerk te doen. HBO-doorstromers die als masterstudent staan ingeschreven hebben de rechten zoals onder 11.2 beschreven. Artikel 11.5 regelt de gevallen waarin de in het eerste en tweede lid gedefinieerde periode kan worden verlengd. Er zijn drie uitzonderingsgronden: a. voor studenten die te maken hebben met een overmachtsituatie zoals in deze Regeling gedefinieerd kan de periode met één jaar worden verlengd. De vertraging

17 moet dan 12 maanden of meer bedragen en conform artikel 6 van deze Regeling bij de Dienst Studentenzaken zijn geregistreerd. b. Voor studenten die zijn uitgeloot voor een opleiding en zich bij een andere opleiding aan de Radboud Universiteit hebben ingeschreven (de zogenaamde parkeerstudie) en na één jaar alsnog worden ingeloot en zich in het tweede jaar van inschrijving bij die opleiding inschrijven. De inschrijving in het eerste jaar zal dan niet worden meegeteld bij het bepalen van de verstreken inschrijvingsduur. Onder uitgeloot wordt niet verstaan studenten die niet door de decentrale selectie zijn gekomen. De student dient zelf, met bewijsstukken van DUO aan te tonen, aan te tonen dat hij in het eerste jaar was uitgeloot. c. Studenten met een functiebeperking kunnen een jaar extra studiefinanciering aanvragen. Voor deze groep wordt de periode met één jaar verlengd. Voor het aanvragen van verlenging van de studiefinanciering moet de student contact opnemen met een studentendecaan. lid 6 lid 7 Studenten die toptalentactiviteiten ontplooien en/of bestuursactiviteiten verrichten kunnen over de totale periode van inschrijving nooit meer dan 12 beurzen aan financiële ondersteuning ontvangen. Voor medezeggenschapsfuncties geldt dat er extra beurzen zijn toegekend in verband met het wegvallen van de vacatiegelden per 2012/2013. Deze extra beurzen tellen niet mee bij het berekenen van of een student al 12 beurzen heeft ontvangen. De ondersteuning vanwege bestuursactiviteiten is nog altijd een compensatie van opgelopen studievertraging. Om die reden wordt in het vijfde lid expliciet vermeld dat voor de vaststelling van de periode waarin een student recht heeft op bestuursbeurzen een bestuursjaar altijd aan een collegejaar moeten worden toegerekend. De grens daarvoor is gelegd bij juni. Toelichting artikel 11a: uitzonderingen op artikel 10 en 11 In de toelichting op artikel 10.1 sub c, artikel 10.6 en artikel 11.1 t/m 11.4 is de intentie van de artikelen opgenomen. Wanneer een student als gevolg van de toepassing van deze artikelen niet in aanmerking komt, kan de student schriftelijk een verzoek doen om op grond van artikel 11a af te wijken. Een studentendecaan brengt advies uit over het verzoek aan het college van bestuur (directeur van de Dienst Studentenzaken). De directeur van de Dienst Studentenzaken neemt namens het college van bestuur een besluit. Toelichting artikel 12: Tussentijdse vacature Uitgangspunt is dat een bestuurslid diens functie gedurende 12 maanden vervult. Het aantal uit te keren bestuursbeurzen wordt in geval van tussentijdse vervanging van het bestuurslid gerelateerd aan voor de opvolger nog te resteren termijn aan bestuursactiviteiten zal verrichten. Het bestuur van de organisatie moet zo snel mogelijk aangeven dat een bestuurslid wordt vervangen. De nieuwe bestuurder moet zelf een individuele aanvraag om ondersteuning indienen. Ook voor de opvolger gelden de criteria en voorwaarden zoals in deze Regeling gesteld. De bestuursbeurzen worden naar rato van de daadwerkelijke zittingstermijn tussen het teruggetreden bestuurslid en de opvolger verdeeld. Indien beiden of één van beide voor 4 of meer bestuursbeurzen in aanmerking komt, zal ook aan de voorwaardelijke eisen van de beurs moeten worden voldaan. Voorbeeld: Een student die een bestuursfunctie vervult van 6 bestuursbeurzen legt zijn functie na 4 maanden neer (eenderde van de totale zittingstermijn). De opvolger krijgt dan nog tweederde van de 6

18 bestuursbeurzen = 4 bestuursbeurzen. Om het gehele voorwaardelijke deel van de beurs te behalen, dient de student dan in het betreffende collegejaar 25 EC te halen. lid 5 Leden van de opleidingscommissie die eerder de training met goed gevolg hebben afgelegd hoeven deze in een volgend jaar niet opnieuw te volgen. Toelichting artikel 13: Opgave bestuursleden lid 1a Het bestuur van de organisatie dient op te geven welke bestuursleden voor hoeveel bestuursbeurzen worden opgegeven. Daarbij dient de door het opgegeven bestuur verdeling van de bestuursbeurzen over de afzonderlijke functies overeen te komen met het takenpakket van deze bestuursleden. Bij twijfel over de opgegeven verdeling kan de Dienst Studentenzaken om een onderbouwing vragen en/of de opgegeven verdeling weigeren. lid 1b Een organisatie is verplicht alle bestuursleden op te geven die formeel én daadwerkelijk in functie zijn. Het gaat erom dat de bestuursleden worden opgegeven die door het daartoe bevoegde orgaan zijn benoemd, bijvoorbeeld de Algemene Ledenvergadering van een vereniging. Daarnaast dient het bestuur dat formeel benoemd is ook het bestuur te zijn dat in de praktijk functioneert. Het is dus niet toegestaan dat een organisatie een fictief bestuur benoemt en dit opgeeft voor bestuursbeurzen en dat er daarnaast een ander, alternatief bestuur is dat in de praktijk het werk doet. De Dienst Studentenzaken kan aan een organisatie vragen om een bewijsstuk te overleggen waaruit blijkt dat de opgegeven bestuursleden ook formeel benoemd zijn, bijvoorbeeld een besluit of notulen van de ALV. Indien een organisatie niet het officieel benoemde bestuur heeft opgegeven, dan wel wanneer blijkt dat er in de praktijk een ander bestuur functioneert, kan het college van bestuur beslissen de aan de individuele bestuursleden toegekende bestuursbeurzen in te trekken, dan wel terug te vorderen. lid 1c Tegelijk met de opgave dienen de afzonderlijke bestuursleden de benodigde gegevens in te leveren waarmee zij een verzoek tot uitbetaling indienen. Toelichting artikel 14: Hoogte v/d ondersteuning lid 1 en 2 De hoogte van een bestuursbeurs is vastgesteld op 429,23 (1,5 keer het bedrag dat gelijk is aan 60,1% van de basislening hoger onderwijs van september in het collegejaar waarin de student het bestuurswerk verricht). Indien een student met bewijsstukken van DUO kan aantonen een aanvullende beurs te ontvangen, dan zal deze gecompenseerd worden. Peilmoment is daarbij de aanvullende beurs die de student ontvangt in september van het collegejaar waarin het bestuurswerk wordt verricht en de ondersteuning wordt aangevraagd. Per bestuursbeurs wordt 1,5 keer het bedrag aan aanvullende beurs uitgekeerd. lid 3 Voor de ondersteuning van studenten in de opleidingscommissie is in de regeling een vast bedrag vastgesteld. Jaarlijks wordt door het college van bestuur dit bedrag aangepast met de procentuele stijging van de uitwonende basisbeurs van september van het collegejaar dat daar op volgt ten opzichte van september het jaar daarvoor. Toelichting artikel 15: Uitbetaling van de ondersteuning lid 1 De uitkering is nog steeds bedoeld als compensatie voor studievertraging om de student in staat te stellen af te studeren. Het is de verantwoordelijkheid van de student hoe hij met de ontvangen

19 ondersteuning omgaat. Het is raadzaam het geld opzij te zetten en pas aan te spreken op het moment dat de studiefinanciering stopt. Het voorwaardelijke deel van de bestuursbeurs wordt in oktober uitgekeerd, nadat is vastgesteld dat de student aan de voorwaarden heeft voldaan. Deel 3 Financiële ondersteuning ingeval van erkende toptalenten in sport en kunst (artikel 18 tot en met 23) Toelichting artikel 16: erkende toptalenten In de Regeling voor toptalenten in sport en kunst (verder te noemen Toptalentenregeling) is opgenomen dat erkende toptalenten een compensatie uit het Profileringsfonds kunnen krijgen als zij studievertraging oplopen als gevolg van het ontplooien van hun toptalent. Als een student volgens de criteria en procedure van de Toptalentenregeling is erkend ontstaat een recht op Profileringsfonds. Een student kan na afloop van de prestatiebeurs deze rechten (opgebouwde maanden) aanspreken voor zover deze nodig zijn om het afsluitend examen af te leggen. Het betreft dus geen forfaitaire toekenning. In de Toptalentenregeling is tevens bepaald dat alleen topsporters met een B, S1 of T1 status een recht op Profileringsfonds kunnen opbouwen. Toelichting artikel 18: omvang van de ondersteuning Een erkend toptalent dient voor elk jaar dat hij is erkend de studievertraging te laten registreren. Daarbij kan een toptalent over de gehele periode van inschrijving maximaal 12 maanden registreren bij een cursusduur van vier jaar. Voor een opleiding met een langere cursusduur wordt dit met 3 maanden per jaar vermeerderd. Het is dus mogelijk dat een toptalent in de eerste jaren geen vertraging oploopt, maar dat door een intensiever trainingsprogramma (bijvoorbeeld in een preolympisch jaar), er in één jaar 12 maanden vertraging wordt opgelopen. Met de formulering van artikel 19 wordt deze flexibilisering mogelijk maakt. De maximering van 12 bestuursbeurzen in geval van cumulatie van bestuursactiviteiten en toptalent blijft gelden. Toelichting artikel 22: Uitkering studiegarantiefonds NOC*NSF Dit artikel regelt dat studenten die aan topsport doen en ook in aanmerking komen voor een uitkering uit het studiegarantiefonds van NOC*NSF, niet van beide Regelingen gebruik kunnen maken en zo op een hoger totaalbedrag aan financiële ondersteuning per maand komen dan andere studenten. Slot- en overgangsbepalingen (artikel 23 tot en met 27) Toelichting artikel 24: Hardheidsclausule Met dit artikel geeft de instelling invulling aan het bepaalde in artikel 7.51, tweede lid, sub h. Toelichting artikel 26: overgangsrecht In de WSF 2000 is in artikel voorzien in een cohortgarantie voor studenten die reeds voor 1 september 2015 aan een bachelor- of masteropleiding staan ingeschreven en die nog rechten prestatiebeurs bezitten. Deze studenten behouden voor de opleidingsfase waarin zij staan ingeschreven (bachelor of master) het recht op basisbeurs. Artikel 26 zorgt dat voor deze studenten de voorwaarden (waaronder uitkering van de basisbeurs) blijven gelden van deel 1 van de regeling FONDS zoals die gold 1 september Volledigheidshalve is de tekst van deze regeling als bijlage C bij deze regeling gevoegd.

20 Toelichting artikel 27: Inwerkingtreding en geldigheidsduur De regeling heeft een looptijd tot en met 31 augustus 2016 en geldt alleen voor het collegejaar 2015/2016.

Bijlage 2 Regeling Financiële Ondersteuning Studenten

Bijlage 2 Regeling Financiële Ondersteuning Studenten 2016-2018 Algemeen (artikel 1 tot en met 3) 1. Begripsbepalingen In het kader van deze Regeling worden de volgende definities en afkortingen gebruikt. college van bestuur: het college van bestuur van de

Nadere informatie

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING STUDENTEN (FONDS) Geldig van 1 september 2016 tot en met 31 augustus 2018

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING STUDENTEN (FONDS) Geldig van 1 september 2016 tot en met 31 augustus 2018 REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING STUDENTEN (FONDS) 2016-2018 Geldig van 1 september 2016 tot en met 31 augustus 2018 De regeling FONDS is een uitwerking van artikel 7.51 tot en met 7.51i van de Wet op

Nadere informatie

Bijlage 2 Regeling Financiële Ondersteuning Studenten

Bijlage 2 Regeling Financiële Ondersteuning Studenten 2016-2018 Vastgesteld door het college van bestuur op 11 juli 2016 Algemeen (artikel 1 tot en met 3) 1. Begripsbepalingen In het kader van deze Regeling worden de volgende definities en afkortingen gebruikt.

Nadere informatie

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT vastgesteld door het College van Bestuur met instemming van de Universiteitsraad op 12 mei 2015 en gewijzigd op 26 juni 2017. INLEIDING De artikelen

Nadere informatie

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT

REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT REGELING FINANCIËLE ONDERSTEUNING OP GROND VAN OVERMACHT vastgesteld door het College van Bestuur met instemming van de Universiteitsraad op 12 mei 2015. INLEIDING De artikelen 7.51, 7.51c, 7.51f en 7.51h

Nadere informatie

REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Theologische Universiteit Apeldoorn

REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Theologische Universiteit Apeldoorn REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Theologische Universiteit Apeldoorn Preambule. Het college van bestuur heeft deze regeling getroffen op grond van artikel 7.51 1 van de Wet op Hoger onderwijs en Wetenschappelijk

Nadere informatie

Regeling Bestuursbeurzen voor studentbestuurders in studentenorganisaties van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht

Regeling Bestuursbeurzen voor studentbestuurders in studentenorganisaties van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht Regeling Bestuursbeurzen voor studentbestuurders in studentenorganisaties van Hogeschool Utrecht en de Universiteit Utrecht Art. 7.51 en art. 7.51h van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

REGELING PROFILERINGSFONDS

REGELING PROFILERINGSFONDS REGELING PROFILERINGSFONDS 2016-2017 Preambule. Het College van Bestuur heeft deze regeling getroffen op grond van artikel 7.51 van de Wet op Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW). 1. Het

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds Protestantse Theologische Universiteit

Regeling Profileringsfonds Protestantse Theologische Universiteit Regeling Profileringsfonds Protestantse Theologische Universiteit 1. Er is een fonds ingesteld voor financiële ondersteuning van de student die a. aan de Protestantse Theologische Universiteit is ingeschreven

Nadere informatie

Profileringsfond Codarts versie 1.0. REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Codarts Geldend vanaf 1 september 2011

Profileringsfond Codarts versie 1.0. REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Codarts Geldend vanaf 1 september 2011 REGLEMENT PROFILERINGSFONDS Codarts Geldend vanaf 1 september 2011 1. Codarts heeft een voorziening ter financiële ondersteuning van studenten, het reglement profileringsfonds, conform artikel 7.51 WHW.

Nadere informatie

Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht, RUG 2015-2016

Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht, RUG 2015-2016 Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht, RUG 2015-2016 Inleiding Paragraaf 2a van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) betreft het Profileringsfonds

Nadere informatie

1. Begripsbepalingen In het kader van deze regeling worden de volgende begrippen gehanteerd: CROHO: Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs.

1. Begripsbepalingen In het kader van deze regeling worden de volgende begrippen gehanteerd: CROHO: Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs. Regeling financiële ondersteuning 2015 Deel 1: Overmacht 1. Begripsbepalingen In het kader van deze regeling worden de volgende begrippen gehanteerd: CvB: College van Bestuur Universiteit Leiden CROHO:

Nadere informatie

Regeling profileringsfonds hogeschool Van Hall Larenstein-I Voor studenten die voor 1 september 2015 zijn gestart met hun opleiding

Regeling profileringsfonds hogeschool Van Hall Larenstein-I Voor studenten die voor 1 september 2015 zijn gestart met hun opleiding Regeling profileringsfonds hogeschool Van Hall Larenstein-I Voor studenten die voor 1 september 2015 zijn gestart met hun opleiding Decoskenmerk: 2017 347.1 Citeertitel Profileringsfonds Van Hall Larenstein

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds RUG

Regeling Profileringsfonds RUG Regeling Profileringsfonds RUG 2017-2018 Deel A Financiële ondersteuning bij studievertraging door bijzondere omstandigheden Inleiding Paragraaf 2a van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds RUG

Regeling Profileringsfonds RUG Regeling Profileringsfonds RUG 2017-2018 Deel B - Financiële ondersteuning internationale studenten bij studievertraging door bijzondere omstandigheden. Inleiding Paragraaf 2a van de Wet op het hoger onderwijs

Nadere informatie

Regeling financiële ondersteuning 2010 Universiteit Leiden

Regeling financiële ondersteuning 2010 Universiteit Leiden Regeling financiële ondersteuning 2010 Universiteit Leiden Deel I. Overmacht 1. Begripsbepalingen In het kader van deze regeling worden de volgende begrippen gehanteerd: CvB: College van Bestuur Universiteit

Nadere informatie

Regeling financiële ondersteuning 2012

Regeling financiële ondersteuning 2012 Deel I. Overmacht... 1 Deel II: Bestuur... 6 Bijlage I Niet facultaire (bestuurs)organen en specifieke activiteiten... 9 Bijlage II (Bestuurs)organen binnen faculteiten... 10 Bijlage III Studentenverenigingen

Nadere informatie

Regeling profileringsfonds Hogeschool

Regeling profileringsfonds Hogeschool Regeling profileringsfonds Hogeschool VHL-II Voor studenten die met ingang van 1 september 2015 of later zijn gestart met hun opleiding Beleid DATUM Augustus 2015 AUTEUR Fetsje Hijlkema VERSIE 1.0 Decoskenmerk:

Nadere informatie

Regeling profileringsfonds Hogeschool VHL-I Voor studenten die voor 1 september 2015 zijn gestart met hun opleiding

Regeling profileringsfonds Hogeschool VHL-I Voor studenten die voor 1 september 2015 zijn gestart met hun opleiding Regeling profileringsfonds Hogeschool VHL-I Voor studenten die voor 1 september 2015 zijn gestart met hun opleiding Beleid DATUM Augustus 2015 AUTEUR Fetsje Hijlkema Decoskenmerk: 2015-196 VERSIE 1.0 Citeertitel

Nadere informatie

FONDS. Voorlichting Toetsingsprocedure en bestuursbeurzen Wieteke Kremer & Margreet Tielemans (Student Life, Student Affairs)

FONDS. Voorlichting Toetsingsprocedure en bestuursbeurzen Wieteke Kremer & Margreet Tielemans (Student Life, Student Affairs) FONDS Voorlichting Toetsingsprocedure en bestuursbeurzen Wieteke Kremer & Margreet Tielemans (Student Life, Student Affairs) Opzet presentatie Toelichting Toetsing Toelichting bestuursbeurzen voor individuele

Nadere informatie

Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht en promotiestudenten, RUG

Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht en promotiestudenten, RUG Regeling Financiële ondersteuning bij studievertraging door overmacht en promotiestudenten, RUG 2016-2017 Inleiding Paragraaf 2a van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (WHW) betreft

Nadere informatie

FONDS. Voorlichting Toetsingsprocedure en bestuursbeurzen

FONDS. Voorlichting Toetsingsprocedure en bestuursbeurzen FONDS Voorlichting Toetsingsprocedure en bestuursbeurzen Opzet presentatie Toelichting Toetsing Toelichting bestuursbeurzen voor individuele studenten Vragen? Toetsing en bestuursbeurzen Gaan hand in hand

Nadere informatie

Reglement Profileringsfonds

Reglement Profileringsfonds Reglement Profileringsfonds Reglement Profileringsfonds 2 Voorgelegd aan HR : 27 mei 2013 Instemming HR : 6 september 2013 Vastgesteld door CvB : 20 september 2013 Reglement Profileringsfonds 3 Toelichting

Nadere informatie

Regeling financiële ondersteuning studenten 2000. Deel I Overmacht Deel II Bestuur

Regeling financiële ondersteuning studenten 2000. Deel I Overmacht Deel II Bestuur Deel I Overmacht Deel II Bestuur Bijlage I Niet facultaire (bestuurs)organen Bijlage II (Bestuurs)organen binnen faculteiten Bijlage III Studentenverenigingen (PKvV) Overmacht 1. Begripsbepalingen In het

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling Profileringsfonds Financiële Ondersteuning Studenten

Uitvoeringsregeling Profileringsfonds Financiële Ondersteuning Studenten Algemene & Bestuurlijke Zaken Uitvoeringsregeling Profileringsfonds Financiële Ondersteuning Studenten Algemeen Onderstaande regels zijn uitvoeringsregels voor het bepaalde in de WHW (artikel 7.51 Profileringsfonds)

Nadere informatie

Algemene informatie

Algemene informatie Algemene informatie 2016-2017 BSA-regeling UITVOERINGSREGELING STUDIEADVIES BSA - TUA juni 2016 Aan de TUA geldt een bindend studieadvies. De Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek (WHW)

Nadere informatie

Regeling Financiële Ondersteuning Topsport- Student Stenden Hogeschool Profileringsfonds

Regeling Financiële Ondersteuning Topsport- Student Stenden Hogeschool Profileringsfonds AANVRAAGFORMULIER 1 studiefinancieringsvorm voor cohorten vóór 1-9-2015 én studiefinancieringsvorm(en) voor cohorten na 1-9-2015 Regeling Financiële Ondersteuning Topsport- Student Stenden Hogeschool Profileringsfonds

Nadere informatie

Reglement Profileringsfonds. Financiële ondersteuning studenten

Reglement Profileringsfonds. Financiële ondersteuning studenten Reglement Profileringsfonds Financiële ondersteuning studenten Reglement Profileringsfonds 2 Besluitvormingskader Instemming HR : 8 september 2015 Vaststelling CvB : 15 september 2015 Ingangsdatum : 1

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds

Regeling Profileringsfonds Regeling Profileringsfonds Colofon ons kenmerk datum Juli 2015 auteur Mw. mr. M.V.B. van Overbeek versie NL status Definitief pagina 2 van 13 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Algemene bepalingen 3 Artikel

Nadere informatie

Reglement profileringsfonds HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Reglement profileringsfonds HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Reglement profileringsfonds Citeertitel Datum inwerkingtreding 01-09-2018 Vastgesteld door College van Bestuur 06-11-2018 Instemming van Medezeggenschapsraad 16-10-2018 Rechtsgrondslag Bijzonderheden Korte

Nadere informatie

Regeling FONDS

Regeling FONDS Regeling FONDS 2018-2020 De regeling FONDS is een uitwerking van artikel 7.51 tot en met 7.51i van de Wet op het Hoger Onderwijs en Onderzoek (WHW). Vastgesteld door het college van bestuur op 17 juli

Nadere informatie

Reglement profileringsfonds HZ. Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences;

Reglement profileringsfonds HZ. Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences; Reglement profileringsfonds HZ Het college van bestuur van de Stichting HZ University of Applied Sciences; Gelet op het bepaalde in art. 7.51 t/m 7.51j van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

PROFILERINGSFONDS. Vrije Universiteit

PROFILERINGSFONDS. Vrije Universiteit PROFILERINGSFONDS Vrije Universiteit Inhoudsopgave - Algemeen deel - Deel 1: Overmacht - Deel 2: Specifieke situaties - Deel 3: Bestuursbeurzen instellingsorganen - Deel 4: Bestuursbeurzen studentenorganisaties

Nadere informatie

Toelichting bij het formulier Beëindiging inschrijving

Toelichting bij het formulier Beëindiging inschrijving Toelichting bij het formulier Beëindiging inschrijving Persoonlijke gegevens Vul hier je volledige naam en al je voorletters in. Als je getrouwd bent, dien je je meisjesnaam in te vullen, niet die van

Nadere informatie

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld 2009-2010

Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld 2009-2010 Regeling inschrijving, collegegeld en examengeld 2009-2010 Vastgesteld door het College van Bestuur op 7 april 2009 Hoofdstuk I Inschrijving Artikel 1 Reikwijdte van deze regeling 1. Deze regeling heeft

Nadere informatie

PROFILERINGSFONDS. Vrije Universiteit

PROFILERINGSFONDS. Vrije Universiteit PROFILERINGSFONDS Vrije Universiteit Inhoudsopgave - Algemeen deel - Deel 1: Overmacht - Deel 2: Specifieke situaties - Deel 3: Bestuursbeurzen instellingsorganen - Deel 4: Bestuursbeurzen studentenorganisaties

Nadere informatie

Bestuursbeurzen : voorwaarden en procedure. Frank Peters Team studentendecanen Directie Studenten, Onderwijs & Onderzoek

Bestuursbeurzen : voorwaarden en procedure. Frank Peters Team studentendecanen Directie Studenten, Onderwijs & Onderzoek Bestuursbeurzen 2019-2020: voorwaarden en procedure Frank Peters Team studentendecanen Directie Studenten, Onderwijs & Onderzoek Bestuursbeurzen 2019-2020 soorten bestuursbeurzen voorwaarden: inschrijving(s)duur

Nadere informatie

INFORMATIE REGELING PROFILERINGSFONDS PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT

INFORMATIE REGELING PROFILERINGSFONDS PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT INFORMATIE REGELING PROFILERINGSFONDS PROTESTANTSE THEOLOGISCHE UNIVERSITEIT 1. INLEIDING Er kunnen zich situaties voordoen waarbij je niet tijdig jouw studie kan afronden, of waarin om andere redenen

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds. Hogeschool de Kempel. September 2017 (versie 1.1)

Regeling Profileringsfonds. Hogeschool de Kempel. September 2017 (versie 1.1) Regeling Profileringsfonds Hogeschool de Kempel September 2017 (versie 1.1) Deze regeling geldt vanaf 01-09-2017 voor studenten die vallen onder WSF 2000 voor wie de Wet Studievoorschot van toepassing

Nadere informatie

Bestuursbeurzen : voorwaarden en procedure. Frank Peters Team studentendecanen O&O Studentbegeleiding

Bestuursbeurzen : voorwaarden en procedure. Frank Peters Team studentendecanen O&O Studentbegeleiding Bestuursbeurzen 2017-2018: voorwaarden en procedure Frank Peters Team studentendecanen O&O Studentbegeleiding Bestuursbeurzen 2017-2018 soorten bestuursbeurzen voorwaarden Procedure korte pauze collegegeldvrij

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds

Regeling Profileringsfonds Colofon ons kenmerk datum Oktober 2017 auteur Juridisch Loket / dhr. mr. R.H.J. van Stokkom versie status Definitief pagina 2 van 17 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Algemene bepalingen 3 Artikel 1. Begripsbepalingen

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds

Regeling Profileringsfonds Regeling Profileringsfonds Geldend voor studenten die vallen onder WSF 2000 en voor wie de Wet Studievoorschot van toepassing is mw mr M.V.B. van Overbeek Definitief september 2016 pagina 2 van 16 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Bestuursbeurzen : voorwaarden en procedure. Frank Peters Team studentendecanen O&O Studentbegeleiding

Bestuursbeurzen : voorwaarden en procedure. Frank Peters Team studentendecanen O&O Studentbegeleiding Bestuursbeurzen 2017-2018: voorwaarden en procedure Frank Peters Team studentendecanen O&O Studentbegeleiding Bestuursbeurzen 2017-2018 soorten bestuursbeurzen voorwaarden Procedure korte pauze collegegeldvrij

Nadere informatie

Regeling faciliteiten studenten/topsporters

Regeling faciliteiten studenten/topsporters Regeling faciliteiten studenten/topsporters Colofon ons kenmerk datum Juli 2015 auteur Mw. mr. M.V.B. van Overbeek versie status definitief pagina 2 van 8 Inhoudsopgave Inleiding 3 Artikel 1. Begripsbepalingen

Nadere informatie

Regeling faciliteiten studenten/topsporters

Regeling faciliteiten studenten/topsporters Regeling faciliteiten studenten/topsporters Colofon ons kenmerk datum Juli 2014 auteur versie status definitief pagina 2 van 8 Inhoudsopgave Inleiding 3 Artikel 1. Begripsbepalingen 3 Artikel 2. Definitie

Nadere informatie

Regeling Bindend Studieadvies

Regeling Bindend Studieadvies Regeling Bindend Studieadvies 2015-2016 Deze regeling is een uitwerking van artikel 58 van de OER en beschrijft de procedures van het uitbrengen van het bindend studie advies tijdens het eerste studiejaar

Nadere informatie

LVSA Studiedag 29 mei 2015

LVSA Studiedag 29 mei 2015 LVSA Studiedag 29 mei 2015 Wet Studievoorschot (sociaal leenstelsel) Frank Peters, studentendecaan Universiteit Utrecht Wet Studievoorschot (sociaal leenstelsel) Voor wie geldt deze wet? Veranderingen

Nadere informatie

Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Bindend Studieadvies. student. uva.nl/ rechten

Faculteit der Rechtsgeleerdheid. Bindend Studieadvies. student. uva.nl/ rechten m UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM Faculteit der Rechtsgeleerdheid Bindend Studieadvies (BSA) 2018-2019 student. uva.nl/ rechten Het (negatief bindend) studieadvies Als je als voltijd bachelorstudent staat ingeschreven

Nadere informatie

Beëindiging inschrijving Graag in blokletters invullen; lees eerst de toelichting.

Beëindiging inschrijving Graag in blokletters invullen; lees eerst de toelichting. Beëindiging inschrijving Graag in blokletters invullen; lees eerst de toelichting. en eventueel restitutie van collegegeld PERSOONLIJKE GEGEVENS (* doorstrepen wat niet van toepassing is) naam : voorletters

Nadere informatie

PROFILERINGSFONDS. Vrije Universiteit

PROFILERINGSFONDS. Vrije Universiteit PROFILERINGSFONDS Vrije Universiteit Inhoudsopgave - Algemeen deel - Deel 1: Overmacht - Deel 2: Specifieke situaties - Deel 3: Bestuursbeurzen instellingsorganen - Deel 4: Bestuursbeurzen studentenorganisaties

Nadere informatie

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen. 2015-2016 Inleiding. Alle studenten van de Leidse universiteit die zich in 2015 voor de eerste keer ingeschreven hebben

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.30b, vierde lid, van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek

Nadere informatie

Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase

Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase Zwolle, 8 december 2008 Gewijzigd op 9 juli 2012 1 Titel I - Algemeen Artikel 1 - Doel 1. Het doel van het uitvoeringsreglement is te garanderen

Nadere informatie

REGELING PROFILERINGSFONDS 2015-2016. Artikel 1 Indeling Deze regeling bestaat uit de volgende paragrafen:

REGELING PROFILERINGSFONDS 2015-2016. Artikel 1 Indeling Deze regeling bestaat uit de volgende paragrafen: REGELING PROFILERINGSFONDS 2015-2016 Artikel 1 Indeling Deze regeling bestaat uit de volgende paragrafen: Paragraaf I: Algemeen Paragraaf II: Voorwaarden, duur en omvang van de financiële ondersteuning

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto

Nadere informatie

Nota Universiteitsraad

Nota Universiteitsraad Nota Universiteitsraad UR nummer Corsanummer 15.042 15.30125 Aan : Universiteitsraad Van : College van Bestuur Opsteller : Arjen van Vliet Onderwerp : Vaststelling regelingen profileringsfonds Status :

Nadere informatie

ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956

ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956 ECLI:NL:RBALK:2011:BQ1956 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 14-04-2011 Datum publicatie 20-04-2011 Zaaknummer 10/719 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1998 1999 26 376 Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met het onder de prestatiebeurs brengen van de reisvoorziening Nr. 3 MEMORIE VAN

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 719 Wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met invoering prestatiebeurs in een deel van de beroepsopleidende leerweg

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds

Regeling Profileringsfonds Regeling Profileringsfonds Christelijke Hogeschool Windesheim Door het College van Bestuur vastgesteld op 8 mei 2018 na verkregen instemming van de CMR op 7 mei 2018. Besluit 2018-003 Regeling Profileringsfonds

Nadere informatie

Bindend Studieadvies (BSA)

Bindend Studieadvies (BSA) BSA_4luik_0708.qxp:BSA folder recht 06-06-2007 18:18 Pagina 1 Bindend Studieadvies (BSA) Neem contact op met het Bureau Studiebegeleiding Om dispensatie te krijgen van het negatief BSA moet u uw persoonlijke

Nadere informatie

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING TOELATING MASTEROPLEIDINGEN UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.31 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto

Nadere informatie

Artikel 1. Definities...2. Artikel 2. Eisen Bindend Studieadvies...2. Artikel 3. Het studiebegeleidingsplan en het advies...2

Artikel 1. Definities...2. Artikel 2. Eisen Bindend Studieadvies...2. Artikel 3. Het studiebegeleidingsplan en het advies...2 REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN Inhoud Artikel 1. Definities...2 Artikel 2. Eisen Bindend Studieadvies...2 Artikel 3. Het studiebegeleidingsplan en het advies....2 Artikel 4. Dossiervorming...3

Nadere informatie

Nota Universiteitsraad

Nota Universiteitsraad Nota Universiteitsraad UR nummer Corsanummer 12/036 12.30147 Aan : Universiteitsraad Van : College van Bestuur Opsteller : A. van Vliet Onderwerp : Profileringsfonds Status : ter instemming Behandeling

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2016:2567

ECLI:NL:RBNNE:2016:2567 ECLI:NL:RBNNE:2016:2567 Instantie Datum uitspraak 20-05-2016 Datum publicatie 25-07-2016 Zaaknummer LEE 15/3982 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Bestuursrecht

Nadere informatie

Reglement Financiële Ondersteuning Studenten Saxion

Reglement Financiële Ondersteuning Studenten Saxion Reglement Financiële Ondersteuning Studenten Saxion Voorwoord Het College van Bestuur (hierna: CvB ) van Stichting Saxion heeft het Reglement Financiële Ondersteuning Studenten Saxion (hierna: Reglement

Nadere informatie

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR Nummer : 589 Paraaf: Onderwerp : Gewijzigde Regeling Profileringsfonds Windesheim Besluit : Het College van Bestuur besluit tot wijziging van de Regeling Profileringsfonds,

Nadere informatie

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR Nummer : 741 Paraaf: Onderwerp : Herziening Uitvoeringsreglement Studieadvies in de propedeutische fase Besluit : Het College van Bestuur besluit tot herziening van het Uitvoeringsreglement

Nadere informatie

PROFILERINGSFONDS GERRIT RIETVELD ACADEMIE

PROFILERINGSFONDS GERRIT RIETVELD ACADEMIE PROFILERINGSFONDS GERRIT RIETVELD ACADEMIE 1. De Gerrit Rietveld Academie (GRA), Hogeschool voor Beeldde Kunst vormgeving, heeft e voorziing ter financiële ondersteuning van studt, het profileringsfonds,

Nadere informatie

Inhoud REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN. Artikel 1. Definities...2. Artikel 2. Eisen Bindend Studieadvies...2

Inhoud REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN. Artikel 1. Definities...2. Artikel 2. Eisen Bindend Studieadvies...2 REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN Inhoud Artikel 1. Definities...2 Artikel 2. Eisen Bindend Studieadvies...2 Artikel 3. Het studiebegeleidingsplan en het studieadvies....2 Artikel 4. Dossiervorming...3

Nadere informatie

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen. 2016-2017 INHOUD Inleiding 1. Wanneer worden de adviezen uitgebracht? pag 1 2. Welke normen worden gehanteerd bij het

Nadere informatie

REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.8b van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto artikel

Nadere informatie

REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN

REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN REGELING BINDEND STUDIEADVIES UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden, gelet op artikel 7.8b van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek juncto artikel

Nadere informatie

FAQ. Holland Scholarship 2016-2017

FAQ. Holland Scholarship 2016-2017 FAQ Holland Scholarship 2016-2017 Inhoud A. Voorwaarden... 4 1. Welke landen nemen deel aan het Holland Scholarship?... 4 2. Komen studenten uit de BES-eilanden (Bonaire, Sint Eustacius en Saba) en ui

Nadere informatie

STUDENTEN EN NEVENACTIVITEITEN: (voorheen studentactivisme) DE VISIE VAN DE UNIVERSITEIT TWENTE

STUDENTEN EN NEVENACTIVITEITEN: (voorheen studentactivisme) DE VISIE VAN DE UNIVERSITEIT TWENTE STUDENTEN EN NEVENACTIVITEITEN: (voorheen studentactivisme) DE VISIE VAN DE UNIVERSITEIT TWENTE 1 2 Inleiding De waarde van door studenten verrichte nevenactiviteiten, aan de UT ook wel studentenactivisme

Nadere informatie

Regeling contractonderwijs 2015-2016 webversie 13 februari 2015

Regeling contractonderwijs 2015-2016 webversie 13 februari 2015 Regeling contractonderwijs 2015-2016 webversie 13 februari 2015 Tilburg University (TiU) verzorgt naast het onderwijs van initiële opleidingen contractonderwijs. Deze regeling bevat een explicitering van

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9-1 2 6 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van mevrouw XXX te Den Haag, appellante tegen het bestuur van de Faculteit der Sociale

Nadere informatie

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen. 2019-2020 INHOUD Inleiding pag 1 1. Wanneer worden de adviezen uitgebracht? pag 1 2. Welke normen worden gehanteerd bij

Nadere informatie

Uitvoeringsregeling regeling Profileringsfonds

Uitvoeringsregeling regeling Profileringsfonds Uitvoeringsregeling regeling Profileringsfonds Deze Uitvoeringsregeling dient ter uitwerking van de Regeling Profileringsfonds, die is gebaseerd op artikel 7.51 tot en met artikel 7.51i WHW. INHOUD A.

Nadere informatie

Reglement van Toelating

Reglement van Toelating Reglement van Toelating Begripsbepalingen Artikel 1. Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder: de Orde: de Nederlandse Orde van Register EDP-Auditors; het Bestuur: het bestuur van de Nederlandse

Nadere informatie

Regeling Profileringsfonds RUG 2013-2014

Regeling Profileringsfonds RUG 2013-2014 Regeling Profileringsfonds RUG 2013-2014 Inhoud: Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen Art.1 Begripsbepalingen Art.2 Bijzondere omstandigheden Art.3 Voorwaarden financiële ondersteuning Hoofdstuk 2: Studievertraging

Nadere informatie

Regeling faciliteiten studenten/topsporters

Regeling faciliteiten studenten/topsporters d t J li 2014 Colofon ons kenmerk datum April 2016 auteur versie status definitief pagina 2 van 8 Inhoudsopgave Inleiding 3 Artikel 1. Begripsbepalingen 3 Artikel 2. Definitie van topsport 4 Artikel 3.

Nadere informatie

Bijlagenummer GV 470

Bijlagenummer GV 470 GEZAMENLIJKE VERGADERING UGV/OR/SR Onderwerp: Profileringsfonds 2014 Status Instemming Voorbereidende commissie USR Behandeling in Voorbereidende GV 23 juni 2014 Overlegvergadering GV op 30 juni 2014 Afsluitende

Nadere informatie

Flexstuderen FAQ voor studenten

Flexstuderen FAQ voor studenten Flexstuderen FAQ voor studenten 1. Wat is flexstuderen? Het experiment flexstuderen geeft jou als voltijds student hoger onderwijs de mogelijkheid om alleen collegegeld te betalen voor de vakken die jij

Nadere informatie

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant,

Uitspraak in de zaak tussen: [naam appellant], wonende te [naam woonplaats], appellant, Zaaknummer: 2009/025 Rechter(s): mrs. Nijenhof, Lubberdink, Borman Datum uitspraak: 19 oktober 2009 Partijen: Appellant tegen Technische Universiteit Delft Trefwoorden: Erkenning bijzondere omstandigheden,

Nadere informatie

FINANCIELE ONDERSTEUNING IN VERBAND MET BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN

FINANCIELE ONDERSTEUNING IN VERBAND MET BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN PROFILERINGSFONDS FINANCIELE ONDERSTEUNING IN VERBAND MET BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN Deze regeling is op 10 mei 2017 vastgesteld door het College van Bestuur, nadat de Studentenraad op 10 oktober 2016 instemming

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 227 Wet van 28 maart 1996, houdende wijziging van onder meer de Wet op de studiefinanciering en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk

Nadere informatie

Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek

Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek Reglement in- en uitschrijving Universiteit voor Humanistiek 1 1. Bepalingen... 3 2. Vooropleidingseisen... 3 2.1. Vooropleidingseisen Bachelor Humanistiek... 3 2.2. Vooropleidingseisen Premaster (schakelprogramma

Nadere informatie

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen

Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen Informatie over het BINDEND STUDIEADVIES voor studenten Pedagogische Wetenschappen. 2017-2018 INHOUD Inleiding pag 1 1. Wanneer worden de adviezen uitgebracht? pag 1 2. Welke normen worden gehanteerd bij

Nadere informatie

Ministerie van Onderwijs, Cultuuren Wetenschap

Ministerie van Onderwijs, Cultuuren Wetenschap Ministerie van Onderwijs, Cultuuren Wetenschap > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Colleges van Bestuur van universiteiten en hogescholen cc HBO-raad en VSNU Rijnstraat

Nadere informatie

Voor definities: zie artikel 9 1

Voor definities: zie artikel 9 1 Studiefonds, regeling 2017-2018 -2019. Artikel 1 - Voorwaarde en duur. 1.1. Deputaten studiefonds kunnen financiële steun verlenen aan studenten die via het admissie-examen zijn toegelaten tot de studie

Nadere informatie

Welkom bij DUO. Johannes Bos Servicekantoor Enschede

Welkom bij DUO. Johannes Bos Servicekantoor Enschede Welkom bij DUO Johannes Bos Servicekantoor Enschede Onderwerpen 1. Hervorming studiefinanciering 2. Vereenvoudigingen 3 OV kaart/studentenreisproduct Hervorming studiefinanciering Basisbeurs wordt lening

Nadere informatie

Verzoek Voorziening hoger onderwijs bij arbeidsongeschiktheid of bijzondere omstandigheden

Verzoek Voorziening hoger onderwijs bij arbeidsongeschiktheid of bijzondere omstandigheden Verzoek Voorziening hoger onderwijs bij arbeidsongeschiktheid of bijzondere omstandigheden Dit formulier Heb je door arbeidsongeschiktheid of bijzondere omstandigheden studievertraging opgelopen en kun

Nadere informatie

U I T S P R A A K

U I T S P R A A K U I T S P R A A K 0 9 69 van het College van beroep voor de examens van de Universiteit Leiden inzake het beroep van XXX, appellante tegen de Examencommissie Pedagogische Wetenschappen, verweerster 1.

Nadere informatie

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR

BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR BESLUIT COLLEGE VAN BESTUUR Nummer : 751 Paraaf: Onderwerp : Regeling Profileringsfonds Besluit : Het College van Bestuur besluit tot wijziging van de Regeling Profileringsfonds. De gewijzigde regeling

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2017:73. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Inhoudsindicatie

ECLI:NL:CRVB:2017:73. Uitspraak. Datum uitspraak Datum publicatie Inhoudsindicatie ECLI:NL:CRVB:2017:73 Instantie Datum uitspraak 04-01-2017 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 16/1380 WSF Socialezekerheidsrecht

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 124 Wet van 19 februari 2005, houdende wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met invoering prestatiebeurs in een

Nadere informatie

Kaderregeling bestuurlijk actieve studenten

Kaderregeling bestuurlijk actieve studenten Kaderregeling bestuurlijk actieve studenten 2015-2016 Colofon ons kenmerk datum september 2015 auteur mw. mr. M.V.B. van Overbeek/mr. T.A.P.M. van den Brule versie NL status definitief pagina 2 van 13

Nadere informatie