Ondernemendheid en Ondernemerschap in het Hoger Onderwijs: voor iedereen die het verschil wil maken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ondernemendheid en Ondernemerschap in het Hoger Onderwijs: voor iedereen die het verschil wil maken"

Transcriptie

1 Ondernemendheid en Ondernemerschap in het Hoger Onderwijs: voor iedereen die het verschil wil maken Sectorraamwerk voor hoger beroeps- en universitair onderwijs in het kader van het ondernemerschap en onderwijs 2007 Door: Fred Dom Saskia Harkema Harmen Jousma

2 2

3 Inhoudsopgave Samenvatting 5 1. Inleiding De sectorraamwerken De opdracht Voor wie is dit document geschreven? 7 2. Uitgangspunt - de Europese visie Toelichting op begrippen Visie 9 Ondernemerschap en ondernemendheid Onderdeel van overkoepelende visies Europese visie Nederlandse visie Visie op sectorniveau 3.1. Inleiding Omgevingsbeeld Droombeeld Succesformule De instelling moet het zelf doen Versterken kennisbasis Bestuurlijke agenda Visie op instellingniveau Omgevingsanalyse Droombeeld Succesformule Profiel van de ondernemende student Inrichting van het onderwijs Internationale dimensie Kennisexploitatie Extracurriculaire activiteiten Samenwerking met externe partners Commitment, draagvlak, cultuur Teach the teachers 24

4 Samenvatting Het sectorraamwerk voor het hoger onderwijs presenteert een visie op de wijze waarop het hoger onderwijs kennis en vaardigheden van studenten op het gebied van ondernemendheid en ondernemerschap kan bevorderen. Er is voor een visiemodel gekozen dat bestaat uit drie elementen die ieder apart worden uitgewerkt: het toekomstige omgevingsbeeld, de droom en de succesformule. Het droombeeld van een ondernemende hoger onderwijs-sector kan als volgt worden omschreven: Dat alle instellingen en opleidingen op hen passende (en gedifferentieerde) wijze ondernemendheid en ondernemerschaps- vaardigheden bevorderen, met als resultaat: vakkundige èn ondernemende studenten die in staat zijn hun maximale potentieel te realiseren, meer ondernemende werknemers en betere ondernemers Een individuele instelling kan dit bereiken door zich te richten op de volgende acht aandachtspunten. 1. Profiel van de ondernemende student Het stimuleren van ondernemendheid en ondernemerschap begint met de vraag: hoe ziet het profiel van de ondernemende student er uit en welke competenties passen bij dat profiel? Er is eerder gesproken over studenten die het verschil willen maken, die creatief zijn, initiatiefrijk, goed zijn in het signaleren van kansen en deze omzetten in producten, diensten, nieuwe businessmodellen, etc. Het ligt voor de hand om na te gaan hoe het droombeeld zich verhoudt tot de eindtermen van de opleidingen. Is het mogelijk en wenselijk dat ondernemendheid en ondernemerschap hierin worden opgenomen? 2. Inrichting van het onderwijs 2.1 Ondernemendheid Ondernemendheid staat op zich los van de inhoud van het onderwijs. Veeleer zullen onderwijsvormen bepalen of de ondernemendheid wordt gestimuleerd en gecultiveerd. In principe zullen in iedere opleiding minstens een aantal vakken zich lenen voor ondernemende onderwijsvormen. Dat wil zeggen dat zij aanzetten tot initiatief, creativiteit, flexibiliteit en kansen zien. Vier belangrijke eigenschappen bij het omzetten van ideeën in daden. Ideeën omzetten in daden vergt ook vaak samenwerking tussen mensen met uiteenlopende kennis en ervaring. Projectmatig werken lijkt een voor de hand liggende vorm voor het bevorderen van doelgericht werken en het omzetten van ideeën in daden. Ondernemendheid kan ook bevorderd worden door onderdelen van het onderwijs buiten de (beschermde) context van de instelling te plaatsen. 2.2 Ondernemerschap Onderzoek wijst uit dat het gros van de studenten zich niet bewust is van ondernemerschap als een alternatief voor een baan in loondienst. Dat pleit voor een aanpak die al in een heel vroeg stadium van de opleiding werkt aan het creëren van awareness bij studenten dat die optie er is. Na bewustwording moet er gewerkt worden aan interesse en het echt aanwakkeren van een wens bij studenten om ondernemer te worden. Het doel moet echter actie zijn: het doen. 4

5 3. Internationale dimensie Expliciet aandacht en daarom hier apart benoemd vergt de internationale dimensie. Het opereren in de Nederlandse context leidt nog altijd snel tot het beperken tot de Nederlandse context. Dit is een beperking die in een globaliserende economie en één wordend Europa slechts tot achterstand - zowel voor bedrijven, instellingen en individuen (studenten)- kan leiden. Voor startende ondernemingen met groeiambitie is internationaal ondernemen al snel onontbeerlijk. Structurele uitwisseling van docenten tussen landen in Europa is wenselijk om van elkaar te leren en aan de eigen studenten te kunnen overbrengen wat de mogelijkheden elders in Europa zijn. Omgekeerd geldt dat ondernemerschapsonderwijs ook gericht kan worden op buitenlandse studenten die wellicht hier de beste mogelijkheden vinden voor de vervulling van hun ambities. 4. Kennisexploitatie Kennisexploitatie staat momenteel hoog op de agenda en er is sprake van nieuw elan op het gebied van kenniscirculatie en kennistransfer. Hier liggen goede kansen voor dwarsverbanden met ondernemendheid en ondernemerschap, door studenten een rol te geven in dit proces. 5. Extra-curriculaire activiteiten Naast activiteiten die plaatsvinden in het onderwijs en gericht zijn op stimulering van ondernemendheid, kunnen extra-curriculaire activiteiten een belangrijke rol spelen in het ontwikkelen van de benodigde vaardigheden - zoals netwerken, samenwerken en verkopen van de eigen ideeën- en attitude. 6. Samenwerking met externe partners Voor het omzetten van ideeën in daden is veelal samenwerking nodig tussen mensen met uiteenlopende kennis en ervaring. De onderwijsinstelling kan samenwerken bevorderen door partnerships op te tuigen met andere universiteiten, hogescholen, centres of entrepreneurship, bedrijven en vooral ondernemers. Het zal bijdragen aan de vorming van de ondernemende houding van de student. 7. Commitment, draagvlak, cultuur Committment op het hoogste bestuurlijke niveau voor het belang van een ondernemende houding van studenten en een toename van het aantal studenten dat kiest voor het zelfstandig ondernemerschap is een belangrijke voorwaarde voor het welslagen van de succesformule. De formulering van een visie op ondernemendheid en ondernemerschap vraagt ook een brede betrokkenheid binnen de hele instelling. 8. Teach the teachers Per opleiding zou gewerkt kunnen worden met ambassadeurs die op vakinhoudelijk gebied en qua attitude en vaardigheden passen binnen het profiel van een ondernemende docent. Door hen te scholen in onderwijs(vormen) gericht op ondernemendheid en ondernemerschap, kan gewerkt worden aan het ontwikkelen van netwerken op instellingsniveau die in een later stadium kunnen uitwaaieren buiten de eigen instelling op landelijk en internationaal niveau. Naast deze acht aandachtspunten formuleert het sectorraamwerk een drietal aanbevelingen richting het hoger onderwijs om ondernemerschap en ondernemendheid te verankeren. 1. Stel ondernemendheid voorop. Ondernemerschap wordt doorgaans geassocieerd met het oprichten en opbouwen van bedrijven, terwijl de Europese behoefte veel algemener ondernemendheid centraal stelt: een ondernemende houding en het vermogen om ideeën om te zetten in daden. Meer ondernemendheid is van belang voor alle studenten en past in alle opleidingen, ook wanneer ondernemerschap in de zin van het starten van een bedrijf niet aan de orde is. De term ondernemendheid vermijdt de directe associatie met het oprichten van bedrijven en dat mensen het zien als iets specifieks dat hen niet raakt. Het verdient daarom aanbeveling om ondernemendheid voorop te stellen en ondernemerschap te zien als een specifieke uiting van ondernemendheid 2. Een visie voor een instelling zal het meeste zin en effect hebben als die door en vanuit de instelling zelf wordt geformuleerd en als die visie zich voldoende rekenschap geeft van de verschillen binnen de instelling en van de verbindende elementen op het gebied van ondernemendheid en ondernemerschap. 3. Versterk de kennisbasis voor het in en met onderwijs bevorderen van ondernemendheid en ondernemerschap - best practices, indicatoren - en bevorder samenwerking tussen de instellingen, bijvoorbeeld door een gezamenlijk expertisecentrum op te zetten. 5

6 1. Inleiding 1.1 De sectorraamwerken Dit sectorraamwerk voor hoger onderwijs is geschreven om nieuwe initiatieven op het gebied van ondernemerschap en onderwijs uit te lokken en te verankeren in de schoolcultuur. Het sectorraamwerk geeft tevens de kaders aan voor subsidieaanvragen in het kader van de Subsidieregeling ondernemerschap en onderwijs Naast de criteria die vermeld staan in de subsidieregeling biedt het sectorraamwerk inhoudelijke handvatten waarmee u uw voorstellen vorm kan geven. De adviescommissie van de subsidieregeling zal dit raamwerk mede hanteren voor de beoordeling van de verschillende voorstellen. Voor spoor I is voor een periode van 4 jaar, van 2007 tot en met 2010, in totaal 8 miljoen beschikbaar. De subsidieplafonds worden verdeeld aan de hand van een tendersysteem. In 2007 is er voor zowel ondernemerschapsonderwijsprojecten van onderwijsinstellingen van de sector primair onderwijs als van de sector voortgezet onderwijs elk 2 miljoen beschikbaar. Daarnaast wordt in miljoen beschikbaar gesteld voor ondernemerschapsonderwijsprojecten voor de sector beroepsonderwijs en volwasseneneducatie. Mede op basis van de ervaringen van de eerste toekenningsronde in zowel ten aanzien van de kwantiteit als de kwaliteit van de ondernemerschapsonderwijsprojecten - zal in 2008 bekend worden gemaakt hoeveel middelen, en voor welke onderwijssectoren, verder beschikbaar worden gesteld. Voor het hoger onderwijs is in 2007 alleen voor spoor 2 - de Centers of Entrepreneurship - 12 miljoen beschikbaar. Dat betekent dat voor de instelling in het hoger onderwijs in 2007 geen extra middelen beschikbaar zijn gesteld in het kader van spoor 1 en dat in 2008 bekend wordt of er voor het hoger onderwijs wel middelen beschikbaar worden gesteld. Benadrukt wordt dat met het sectorraamwerk en de genoemde voorbeelden géén blauwdruk wordt gedicteerd. Wat in het sectorraamwerk wordt beschreven als de ondernemende school of droombeeld voor een onderwijsinstelling, is slechts een globale schets van wat mogelijk een ondernemende onderwijsinstelling kan zijn. Voor het beschrijven van de sectorraamwerken heeft het Partnership Leren Ondernemen drie teams in het leven geroepen. Team primair onderwijs en havo/vwo: Marianne Schuurmans (voorzitter), educatief ontwerper bij ontwerpbureau De Educatieve Stad; Monique Turkenburg, onderzoeker (Educatie en minderheden) bij het Sociaal Cultureel Planbureau; Maarten Overtoom, architect bij BBHD, ontwierp o.a. enkele schoolgebouwen waaronder De Sokkerwei in Castricum; Roland Lageveen, ondernemer en CEO van IQCorporation bv en lid deskundigen panel bewindslieden EZ/OCW; Piet Conijn, educatief ontwerper bij Ontwerpbureau De Educatieve Stad, auteur van o.a. Ondernemend leren, op weg naar talentontwikkeling en meesterschap Team vmbo, praktijkonderwijs en MBO: Jaap Westbroek, directeur DISQ, met bijdragen van Jessie Voermans, Lava Legato Development en Addy de Zeeuw, directeur CvI. Team hoger onderwijs: Fred Dom, managing director RSP Technology; Saskia Harkema, Lector Ondernemen en Innoveren, De Haagse Hogeschool; Harmen Jousma, Science Based Business Universiteit Leiden. 1.2 De opdracht De opdracht van het Partnership Leren Ondernemen luidde: Maak een visiedocument waarin een beeld wordt geschetst van de ondernemende school in het hoger onderwijs en waarin op concrete wijze de voornaamste knelpunten en doelstellingen voor de sector worden benoemd. Gaandeweg het proces van visievorming ontstond het inzicht dat dé ondernemende school of universiteit niet bestaat. Alle instellingen in het HO hebben hun eigen signatuur, afhankelijk van de aard van de opleidingen, de wijze waarop ze zich op de markt voor onderwijs en onderzoek positioneren en de missie die ze voor hun instelling formuleren. Er zijn teveel verschillen tussen universiteiten en opleidingen om van één type ondernemende school of universiteit te kunnen spreken. De originele opdracht is daarom verwoord als: 6

7 Ontwikkel een visie op de wijze waarop het hoger onderwijs kennis en vaardigheden van studenten op het gebied van ondernemendheid en ondernemerschap kan bevorderen. 1.3 Voor wie is dit document geschreven? Dit document beoogt iedereen in de sector informatie te bieden die kan helpen een eigen visie te ontwikkelen op de positie van ondernemendheid en ondernemerschap in het onderwijs: docenten, opleidingsdirecteuren, instellingsbesturen en beleidsmakers op sectorniveau. Uitgangspunt is de Europese visie vanuit de economische ontwikkelingen en de daaruit voortvloeiende onderwijsbehoefte (hoofdstuk 2). Een eerste slag is die naar de visie op sectorniveau, de wijze waarop de instellingen hieraan invulling kunnen geven en initiatieven op sectorniveau die dat kunnen ondersteunen (hoofdstuk 3). Een tweede slag is die naar de visie op instellingsniveau en naar voorbeelden van de manier waarop dit in het onderwijs gestalte kan krijgen (hoofdstuk 4). Voor alle betrokkenen zijn in elk geval twee noties relevant: 1) ondernemendheid is relevant voor ALLE studenten in ALLE opleidingen. Waar ondernemerschap geacht kan worden van belang te zijn voor een beperkte groep studenten en, is dit voor ondernemendheid absoluut niet het geval; 2) ondernemendheid en ondernemerschap kunnen niet los worden gezien van de aard en de context van de instelling en de opleiding. De wijze waarop zij in het onderwijs aandacht krijgen vergt een instellings- en opleidingsspecifieke benadering. 7

8 2. Uitgangspunt - de Europese visie 2.1. Toelichting op begrippen In de opdracht wordt een tweetal begrippen genoemd die een nadere toelichting behoeven: Visie Ondernemendheid en ondernemerschap Visie Een formulering voor het begrip visie is: Een beeld van de toekomst die we willen creëren. Dit beeld bestaat uit drie elementen: de omgevingsanalyse, de gedroomde positie en de succesformule. 1 Dit model wordt gebruikt om de visie op ondernemerschap in het hoger onderwijs verder uit te werken. Omgevingsanalyse droom succesformule Omgevingsanalyse Voor de ontwikkeling van een visie is het niet de bedoeling om sec op basis van uitgebreide analyses en observaties een toekomstig beeld van de omgeving te vormen. We proberen ook met het onderbuik-gevoel de toekomstige omgeving in te schatten. Dit toekomstbeeld zal voortkomen uit bijvoorbeeld trends in marktbehoeften, arbeidsmarkt, technologie ontwikkeling, veranderende concurrentieverhoudingen, toenemende globalisering, wetgeving, sociale en economische factoren. Droombeeld Een visie zal altijd een beeld bevatten van de plaats en positie van de eigen organisatie in die verre toekomst. Het gaat om vragen als, waar willen we staan, en wat willen we bereikt hebben? Succesformule De succesformule schetst de wijze waarop en de weg waarlangs het droombeeld gerealiseerd kan worden. Ondernemerschap en ondernemendheid Vanuit een Europese visie (zie 2.3) heeft de Europese Unie ondernemerschap als volgt gedefinieerd: Onder ondernemerschap wordt iemands vermogen verstaan om ideeën in daden om te zetten. Het omvat creativiteit, innovatie en het nemen van risico s, als ook het vermogen om te plannen en projecten te beheren om doelstellingen te verwezenlijken. Een ondernemende houding helpt iedereen in het dagelijks leven thuis en in de maatschappij. Het helpt werknemers zich bewust te worden van hun arbeidsomgeving en kansen te grijpen, en is de basis voor meer specifieke vaardigheden en kennis die ondernemers nodig hebben voor sociale of economische bedrijvigheid. Volgens deze definitie is ondernemerschap veel meer een bepaalde werkhouding of competentie, die net zo relevant is voor de werknemer als voor de ondernemer. We stellen voor om te spreken van ondernemendheid als het gaat om de werkhouding en van ondernemerschap als het gaat om je eigen bedrijf starten. Ondernemerschap komt voort uit ondernemendheid. 1 Bron: Holland Consulting Group 8

9 Voor ondernemerschap zijn naast ondernemendheid ook bepaalde vaardigheden nodig specifiek voor ondernemers, zoals financiën, opstellen businessplan, etc. Ondernemendheid, de werkhouding, is van toepassing voor iedere opleiding en dus onderwijsinstelling, terwijl dat bij ondernemerschap minder het geval zal zijn. ondernemendheid: van toepassing voor iedereen en de basis voor ondernemerschap ideeën omzetten in daden opportunities benutten creativiteit innoveren risico's nemen doelen realiseren specifieke kennis en vaardigheden, finance, marketing, planning, etc ondernemerschap: starten en opbouwen van een bedrijfde ondernemer 2.2. Onderdeel van overkoepelende visies Het belang van meer ondernemerschap en ondernemendheid komt niet uit de lucht vallen, maar is onderdeel van een visie over de ontwikkeling van de Europese en Nederlandse economie. Een visie moet richtinggevend zijn voor alle betrokkenen, en daarom dient de visie vanuit Europa en Nederland als input voor de ontwikkeling van een visie op sector- en instellingsniveau Europese visie Uit de Lissabon agenda is een droombeeld voortgekomen: in 2010 is Europa s werelds meest dynamische en concurrerende economie. Innovatie, onderzoek en ondernemerschap zijn sleutel instrumenten van de succesformule die deze droom moet realiseren. In het visiemodel kan dit als volgt worden weergegeven: Omgevingsbeeld globalisering, sterke internationale concurrentie, opkomst China, India, groter EuropaEuropa, veel kennis, toenemend belang van kennis als productiefactor. droom in 2010 is Europa meest dynamische en concerrerende economie van de wereld sucesformule meer ondernemerschap, innovatie,..

10 2.4. Nederlandse visie De Europese visie kan toegespitst worden op de Nederlandse situatie, door expliciet te kijken naar nationale omgevingsfactoren, waaruit de droom en succesformule voor Nederland kan worden gedestilleerd. Deze factoren zijn recentelijk in kaart gebracht door onder andere CBS (2006), EIM (2006), FNV (2007). 2 CBS: 1) Innovatie en ondernemerschap zijn de grootste knelpunten voor Nederland 2) Het gebrek aan innovatie het gevolg is van een gebrek aan ondernemerschap 3) R&D uitgaven van bedrijven zijn relatief laag 4) Nederlandse bedrijven slagen er in relatief beperkte mate in om niet-technologische vernieuwingen door te voeren 5) Nederland zwak is in het commercialiseren van (technologische) kennis 6) Nederlandse bedrijven hun omzet minder dan gemiddeld halen uit technologisch verbeterde producten 7) Nederland goed is in het ontwikkelen van technologische kennis. EIM: 1) Nederland scoort redelijk hoog qua aantal ondernemers, maar zeer laag qua nieuw ondernemerschap, 2) Nederlanders hebben redelijk positieve houding tegenover ondernemerschap (in tegenstelling tot studenten!), 3) Ze schatten hun eigen vaardigheden redelijk hoog in en 4) Ze hebben zelf weinig plannen echt een onderneming te beginnen EIM: Nederland (eigenlijk Europa) transformeert de komende jaren van een management economie naar een ondernemerseconomie (zie ook 3.2). FNV: 1) gemiddelde leeftijd waarop mensen voor zichzelf beginnen is 37 jaar, 2) één op de tien werkende jongeren geeft aan een eigen bedrijf te willen starten 3 Veel gehoorde klacht van ondernemers is gebrek aan waardering in Nederland voor ondernemerschap: Victor Muller, AD, : Nederlanders zijn helemaal niet trots op hun erfgoed en al helemaal niet op ondernemerschap. Tevens wordt vaak genoemd de te negatieve houding t.a.v. faillissement. De nationale visie ten opzichte van ondernemerschap en ondernemendheid is dan als volgt weer te geven: Omgevingsbeeld NL blijft achter (innovaties, R&D, techno-starters, starters, CBS/EIM/EFER onderzoek, etc), NL heeft veel kennis, overgang Nederland management economie naar ondernemersecnonomie. droom mensen die ideeën in daden kunnen omzetten, die creatief en innovatief kunnen en durven zijn, maximaal gebruik makend van hun talenten succesformule investeren in onderwijs, PO-MBO, HO, verankering ondernemerschap in onderwijs Vanuit de gepresenteerde Europese en Nederlandse visies ten aanzien van de ontwikkeling van de economie, ondernemerschap en ondernemendheid kan nu een visie voor de HO sector worden ontwikkeld (hoofdstuk 4). 2 Slechts een beperkte selectie van onderzoeksresultaten zijn hier genoemd 3 Bron: Het Financieele Dagblad, 2 mei

11 3. Visie op sectorniveau 3.1. Inleiding De urgentie en noodzaak om onze kenniseconomie te versterken middels innovatie en meer ondernemerschap en ondernemendheid past in een Europese en nationale visie. En is ook al vanuit vele instanties en invalshoeken ten gehore gebracht. De manier waarop dit vorm moet krijgen is lang niet altijd helder. Er is behoefte aan een visie voor de hoger onderwijs sector ten aanzien van ondernemerschap en ondernemendheid in het onderwijs. Immers de visie op hoger onderwijs sector niveau moet richting geven aan de visie van de individuele instelling. In de onderstaande paragrafen wordt de toekomstige omgeving beschreven waarin de sector opereert, hoe het droombeeld voor de sector er uit zou kunnen zien en de wijze waarop die droom kan worden gerealiseerd Omgevingsbeeld De omgeving voor de sector wordt deels bepaald door ontwikkelingen en trends in Nederland en Europa. Daarom heeft de toekomstige omgeving van de sector ook overlap met de Europese en Nederlandse omgeving. Er is een schat aan informatie, onderzoek en analyses als het gaat om de positie van ondernemerschap vanuit diverse invalshoeken. 4 De V.S. loopt op dit gebied voorop, en het is verstandig om hier van gebruik te maken. Naast een inventarisatie (waar staan we nu?), is een inschatting gemaakt van hoe de toekomstige omgeving eruit zou kunnen zien op basis van gesprekken met diverse mensen uit het veld (bedrijfsleven, universiteit, HBO, onderzoeksinstituten als EIM en EFER). Uit onderzoek blijkt dat ondernemerschap door studenten niet als een echte baan optie wordt gezien (wegens onbekendheid met die mogelijkheid), minder status heeft dan een baan in loondienst 5 en wordt gepercipieerd als risicovol. 10% van de afstudeerders heeft zin een eigen bedrijf op te zetten, en 70% van de starters vindt dat hun opleiding niet heeft bijgedragen aan het ontwikkelen en aanleren van hun ondernemende houding (SER). Nederland scoort relatief laag in aantallen succesvolle spin-offs/ outs van universiteiten en kennisvalorisatie in algemene zin (=realiseren van toegevoegde waarde door toepassing van kennis) Door globalisering en Europese eenwording is er eveneens meer concurrentie met buitenlandse universiteiten. Een aantal buitenlandse instellingen zet de toon op het gebied van kennisvalorisatie, ondernemerschap en ondernemendheid Voortdurende globalisering en toenemende concurrentie, binnen Europa en vanuit Azië, waar men niet alleen beschikt over goedkope arbeidskrachten, maar eveneens over een goede en hoogopgeleide arbeidsmarkt. Overgang naar een nieuwe economische fase. Door EIM is de management en ondernemerseconomie beschreven (2006). De management economie maakt plaats voor de ondernemerseconomie. In een ondernemers- economie is men gericht op het observeren, creëren en benutten van kansen en ook nemen van risico s. In de toekomstige omgeving van een ondernemerseconomie zullen van studenten andere competenties worden gevraagd. Daar dienen niet alleen de sector en de instellingen maar met name de studenten zich van bewust te zijn. 4 Bijvoorbeeld; CBS-, EIM onderzoek, inventarisaties in opdracht van EZ, privaat onderzoek (EFER, B. Twaalfhoven), wetenschappelijk onderzoek en best practises. 5 Uit onderzoek blijkt dat dit niet geldt voor allochtone studenten, bij wie het zelfstandig ondernemerschap evenveel of meer status heeft dan een baan in loondienst. 11

12 3.3. Droombeeld Studenten mogen verwachten dat ze niet alleen vanuit een traditie maar ook met het oog op de (hun) toekomst worden opgeleid. Het droombeeld van de sector draait in de eerste plaats om hen: dat zij zich staande kunnen houden, of beter: een voortrekkersrol kunnen spelen in de ondernemerseconomie van de toekomst, ongeacht of dit is als werknemer of ondernemer, of allebei. Wat dit voor de opleiding betekent zal per opleiding, en per instelling verschillen. Een specifiek droombeeld dat voor iedereen hetzelfde is kan niet bestaan, daarvoor zijn de verschillen te groot. In het hoger onderwijs gaat het immers om specialisatie en daarmee om het creëren van verschillen tussen opleidingen en studenten. Met deze overwegingen is de formulering van het droombeeld voor de sector als volgt: Dat alle instellingen en opleidingen op hen passende (en gedifferentieerde) wijze ondernemendheid en ondernemerschaps- vaardigheden bevorderen, met als resultaat: vakkundige èn ondernemende studenten die in staat zijn hun maximale potentieel te realiseren, meer ondernemende werknemers en betere ondernemers Dit droombeeld heeft als uitgangspunt dat optimalisatie voor de sector de resultante is van optimalisatie op instellings- en opleidingsniveau, mede gegeven hun context (regionaal, nationaal en internationaal). Dit betekent vrijheid maar geen vrijblijvendheid: de vrijheid om aan de opdracht invulling te geven op een wijze die het beste past, maar met de verplichting tot een duidelijk resultaat, namelijk: studenten die hun maximale potentieel kunnen realiseren in de maatschappij en economie van hun toekomst Succesformule De succesformule beschrijft langs welke weg en op welke wijze het droombeeld gestalte kan krijgen. Daarin verdienen de volgende drie elementen een belangrijke plaats. Ontwikkeling van visie door instellingen Versterken van kennisbasis Bestuurlijke agenda De instelling moet het zelf doen Iedere instelling is anders, heeft een eigen profiel, tradities, positie op de markt, positie in de regio, Europa, de wereld, al dan niet expliciet tot uitdrukking gebracht in een voor de instelling geformuleerde missie. De plaats van ondernemendheid en ondernemerschap kan daarvan niet los worden gezien. Een visie formuleren die beoogt iedere instelling te passen is daarom doenlijk noch zinvol. Vaak zal zelfs binnen de instelling niet van één visie sprake kunnen zijn. Godgeleerdheid en Natuurkunde, Verpleegkunde en Informatiekunde, etc., zijn in vele opzichten onvergelijkbare grootheden met -in termen van de elementen van de visie- een eigen omgeving die de basis vormt voor uiteenlopende dromen te vervullen met verschillende succesformules. De grote gemene deler is ondernemendheid - daarin begrepen de gedragsmatige dimensie van ondernemerschap- maar waar die ondernemendheid zich op richt en hoe die zich uit zal variëren. De succesformule zal gemeenschappelijke elementen hebben maar ook per opleiding verschillende benaderingen en accenten vereisen. Voor vele opleidingen zal de beroepsmatige dimensie van ondernemerschap een vanzelfsprekend aandachtspunt zo niet onderdeel zijn van de opleiding -bijv. de hogere hotelschool, bedrijfskunde, fotovakschool. Voor andere -sterrenkunde, leraar basisonderwijs- lijkt eerder sprake van een ver van mijn bed show 6. Bij praktijkgerichte opleidingen zal het vaker voor de hand liggen om direct na het afstuderen ondernemer te worden. Het starten van een bedrijf op basis van nieuwe vindingen in wetenschappelijk onderzoek vraagt doorgaans meer kennis en ervaring en is dan pas later in de (wetenschappelijke) carrière een optie. 6 Met de nadruk op lijkt omdat de werkelijkheid soms anders is dan gedacht. Zo zijn er nogal wat met name ICT-bedrijven- tot stand gebracht door sterrenkundigen. 12

13 Een visie voor een instelling zal het meeste zin en effect hebben als die door en vanuit de instelling zelf wordt geformuleerd en als die visie zich voldoende rekenschap geeft van de verschillen binnen de instelling en van de verbindende elementen op het gebied van ondernemendheid en ondernemerschap. De uitkomsten in termen van omgeving, droom en succesformule zullen per instelling verschillen zo niet per (groep van) opleiding(en). Gemeenschappelijk uitgangspunt en beoogd effect zijn uiteraard wel dat de visie -en de implementatie daarvanbijdraagt aan de visie voor de sector als geheel zoals afgeleid van die voor Nederland en Europa Versterken kennisbasis Ondernemendheid en ondernemerschap zijn geen nieuwe begrippen. Al langere tijd worden wereldwijd initiatieven genomen om ondernemendheid en ondernemerschap in het onderwijs te versterken. Diverse instellingen en organisaties hebben hiermee al veel ervaring opgedaan. Ook komt onderzoek naar de effectiviteit van deze initiatieven op gang. Afhankelijk van de omgeving en de droom zullen deze initiatieven en uitkomsten van onderzoek een bron van informatie en inspiratie kunnen zijn. Dat wil niet zeggen dat elders toegepaste formules zonder meer inzetbaar zijn. Een panel van de Kauffman Foundation -een toonaangevende organisatie op het gebied van entrepreneurshipingesteld om een samenhangende aanpak voor het hoger onderwijs ( colleges ) te formuleren, kwam recent tot de conclusie: When we started this Panel, there was some thought that we might put together a definitive textbook on entrepreneurship education. We ve concluded that s not possible. Every course has to be customized 7. Enerzijds valt er veel te leren van bestaande initiatieven, anderzijds blijft het (vooralsnog) maatwerk, op instellings- en opleidingsniveau. Er is nog weinig bekend over de mate waarin onderwijs gericht op ondernemendheid en ondernemerschap ook daadwerkelijk het beoogde effect heeft. Het entameren van meer onderzoek om de kennisbasis te versterken is op zijn plaats. Hier ligt ook een link naar monitoren van de effecten van aandacht voor ondernemendheid en ondernemerschap in het onderwijs. Het gaat er uiteindelijk niet alleen om dat er wat gebeurt, maar dat wat er gebeurt ook het gewenste effect heeft. Monitoring zal -zeker initieel- een onderdeel van de succesformule moeten zijn en tegelijkertijd gebruikt kunnen worden als de basis voor onderzoek waarvan de uikomsten gebruikt kunnen worden voor verdere optimalisatie. Van belang is het om onderzoekers hier ab initio bij te betrekken. Gegeven de aard van de materie zal onderzoek achteraf niet of nauwelijks kunnen leiden tot betrouwbare resultaten. Een aanpak op sectorniveau ligt het meest voor de hand. Versterk de kennisbasis voor het in en met onderwijs bevorderen van ondernemendheid en ondernemerschap best practices, indicatoren en bevorder samenwerking tussen de instellingen, bijvoorbeeld door een gezamenlijk expertisecentrum op te zetten. 7 Kauffman Thoughtbook

14 Bestuurlijke agenda Een ander belangrijk element van de succesformule is de bestuurlijke agenda. Er moet voor worden gewaakt dat de aandacht voor ondernemendheid en ondernemerschap ondersneeuwt in het grote aantal prioriteiten voor instellingen voor hoger onderwijs. Een aantal suggesties: 1. Vraag in de komende vijf jaar aandacht voor ondernemendheid en ondernemerschap in het jaarverslag van de instellingen; vraag daarin weer te geven hoe de instelling op weg is aan het droombeeld (de doelstelling) voor de sector; 2. Vraag de NVAO om aandacht te besteden aan ondernemendheid en ondernemerschap in onderwijsvisitaties en -accreditaties; 3. Zet ondernemendheid en ondernemerschap op de agenda van de HBO-raad en de VSNU. Schematisch ziet de visie voor de sector HO er dan als volgt uit: 14

15 4. Visie op instellingniveau Dit hoofdstuk gaat in op de elementen van de visie op instellingsniveau. Oogmerk is aan te geven waaruit die elementen zouden kunnen bestaan of hoe de formulering ervan tot stand zou kunnen komen. De beschrijving heeft geenszins de pretentie volledig te zijn. Primair doel is de verbeeldingskracht te stimuleren, in de zin van bij een dergelijke droom kan ik me veel voorstellen tot zo n aanpak werkt bij ons niet, dat moeten we anders doen Omgevingsanalyse Afgeleid van de omgevingsanalyse voor Nederland en de sector draait het om de rol van de instelling in de kenniseconomie. Het ligt voor de hand om de uitkomsten van CBS-onderzoek zoals vermeld in 2.4 als uitgangspunt te nemen. De vraag is vervolgens wat de positie van de instelling en vooral die van het onderwijs aan de instelling hierin is. Een voor de hand liggende invalshoek voor de omgevingsanalyse is die van de alumni van de instelling. Hoe doen zij het in termen van ondernemendheid en ondernemerschap? Werkgevers vormen wellicht de beste bron voor informatie over ondernemendheid in een corporate context. Wat zijn hun ervaringen en wat zijn hun verwachtingen? Welke facetten van ondernemendheid waarderen of missen zij het meest? Ook: is het denkbaar dat meer ondernemendheid en ondernemerschapvaardigheden de carrièremogelijkheden bevorderen en zelfs tot nog toe niet of weinig begane routes opent? Zijn er in dit opzicht trends waarneembaar? Een andere bron vormen de alumni zelf. Hebben zij de indruk dat meer aandacht voor ondernemendheid en ondernemerschap in het onderwijs een positieve bijdrage aan hun carrière en capaciteiten zou hebben betekend? Wie van de alumni zijn ondernemer geworden, welke zijn erin geslaagd een innovatief, groeiend bedrijf tot stand te brengen? Maar ook: welke alumni hebben een voortrekkersrol gespeeld in het tot stand brengen van innovatie en nieuwe bedrijvigheid in en vanuit bestaande bedrijven (intrapreneuring, corporate venturing)? Is er een relatie met hun studie, inhoudelijk of anderszins, of met extracurriculaire activiteiten? Hoe kijken zij aan tegen de door hen gevolgde opleiding in termen van (het stimuleren van) ondernemendheid en ondernemerschap? Zo zijn ook andere invalshoeken mogelijk. Een aantal voorbeelden hiervan, kort weergegeven: Studenten: hoe waarderen zij hun opleiding in termen van ondernemendheid en ondernemerschap? Kan meer aandacht hiervoor de aantrekkelijkheid van en motivatie voor de opleiding vergroten? Andere instellingen en opleidingen in binnenen buitenland: hoe besteden zij aandacht aan ondernemendheid en ondernemerschap? Zijn er instellingen en opleidingen die hierin voorop lopen en succes hebben? Hoe verhoudt hun positie zich tot die van de instelling? 15

16 Regio: welke rol speelt de instelling in de regio? Is er aansluiting mogelijk bij zwaartepunten en ontwikkelingen die baat hebben bij ondernemendheid en ondernemerschap in en vanuit de instelling? Is er belangstelling voor samenwerking op dit gebied met opleidingen en met de kennisinstelling als geheel? Onderzoek: heeft dit niet alleen een internationaal vooraanstaande positie maar speelt het ook een rol in innovatie? Zijn er mogelijkheden om de uitstraling naar het bedrijfsleven te vergroten? Kan het onderzoek een basis vormen voor investeringen in onderzoek en ontwikkeling van bestaande of nieuw te vormen bedrijven? Wordt het potentieel ten volle benut? Ongetwijfeld zijn nog vele andere invalshoeken en vragen denkbaar. Uiteindelijk gaat het om het beeld dat hieruit naar voren komt: wat zijn de positie en de rol van de instelling en haar opleidingen en hoe moeten zij gegeven de gesignaleerde ontwikkelingen en verwachtingen voor de toekomst veranderen? Hoe kan de instelling de positie in termen van ondernemendheid en ondernemerschap verbeteren en bijdragen aan het droombeeld voor de sector als geheel? 4.2. Droombeeld Student en context Het droombeeld moet inzicht geven in de gewenste toekomstige situatie, zeg in 2015: welke plek hebben ondernemendheid en ondernemerschap binnen de instelling, en welke doelstellingen zijn gerealiseerd? Twee aspecten zijn daarin van belang namelijk aspecten die te maken hebben met de context en omgeving waarin studenten worden opgeleid, en aspecten die gerelateerd zijn aan het individu, de student zelf. Vragen die daarbij relevant zijn; De student: wat is het profiel van een ondernemende student? Is ondernemerschap een beroep of heeft ondernemerschap vooral te maken met kennis, vaardigheden en attituden? Is ondernemerschap iets wat studenten van alle opleidingen zal interesseren, of is het juist voor een beperkte groep opleidingen interessant? De context: kan ondernemerschap verankerd worden binnen het onderwijs vanuit een nadrukkelijke verbinding tussen onderwijs, onderzoek en de omgeving (alumni, het mkb en grootbedrijf, overheid, internationale samenwerkingsverbanden, etc.)? Welke rol moet de omgeving daarin spelen? Is het wenselijk dat er verbindingen tot stand komen tussen het HBO en WO om de op de praktijk gerichte instelling te combineren met de op wetenschap gerichte instelling? Moet ondernemerschap verankerd worden binnen opleidingen of moet het gecentraliseerd worden binnen een multidisciplinair kennis- en expertisecentrum, zoals bijvoorbeeld een Centre of Entrepreneurship? Het gaat om het beeld dat hieruit naar voren komt: welke droom wil de instelling realiseren en hoe ziet die instelling en de studenten die daarin opgeleid worden er uit Mogelijke droombeelden Het droombeeld dat mede in relatie tot de missie en strategie van de instelling wordt ontleend aan de omgevingsanalyse kan diverse vormen aannemen. In ieder geval één universiteit heeft al in de tachtiger jaren van de vorige eeuw ondernemerschap in haar missie omarmd. Zij heeft dit vooral vorm gegeven in een programma dat zich erop richt studenten de gelegenheid te geven aan het eind van de opleiding als ondernemer aan de slag te gaan. Die droom is vervuld met een groot 16

17 aantal nieuwe bedrijven die in de regio Twente door oud-studenten tot stand is gebracht. Een mogelijk maar weinig richtinggevend droombeeld kan zijn een meetbare toename van de ondernemendheid van studenten. Of even algemeen: dat meer alumni een aantoonbaar verschil maken in de zin dat ze een betekenisvolle rol spelen en daden verrichten. Specifiekere droombeelden bieden wellicht meer inspiratie en kansen. Bijvoorbeeld dat op het aan de universiteit gelieerde science park een duidelijke groei zichtbaar wordt van mede door studenten en alumni gedragen spin-off bedrijven van de universiteit. Of dat de ondernemendheid leidt tot een bredere range van startposities en een beter carrièreperspectief voor alumni. Voor een bedrijfskundeopleiding kan dit wellicht zijn dat meer alumni -al dan niet later in hun carrière- een vooraanstaande rol spelen in (het realiseren van) groeiende, innovatieve of technologiegedreven ondernemingen. Een grotere waardering van bedrijven voor werknemers die aan de instelling -of in een specifieke opleidingzijn opgeleid kan ook een droom zijn, die beter te vervullen zal zijn wanneer in overleg met de bedrijven kan worden vastgesteld wat zij in termen van ondernemendheid of ondernemerschapvaardigheden op prijs stellen. Voor een aantal bedrijfstakken of grotere bedrijven kan het een droom zijn om samen met instellingen nieuwe bedrijven te realiseren die voeding geven aan de bedrijfstak. Vanuit de omgevingsanalyse en de missie van de instellingen zal het ongetwijfeld mogelijk zijn betere en meer inspirerende (want opleidings- en instellingsspecifieker) droombeelden te formuleren. Belangrijk voor het vervolg -het ontwikkelen van de succesformule- is dat dit de basis kan vormen voor een verifieerbare aanpak. Punt van aandacht daarbij is dat het zou moeten gaan om meetbaarheid in termen van beoogde effecten en niet van rendementen. Dat jaarlijks meer dan X % van de studenten een minor ondernemerschap succesvol afrondt kan een droom zijn, maar is uiteindelijk slechts een surrogaat parameter. Alleen indien de minor leidt tot meer ondernemendheid en ondernemerschap na de opleiding is sprake van het vervullen van een droom die recht doet aan het droombeeld voor de sector als geheel Succesformule De eigen specifiek situatie en missie van de instelling bepaalt de keuze voor het droombeeld ten aanzien van ondernemendheid en ondernemerschap. Om de effectiviteit van de succesformule ten aanzien van het realiseren van de droom te kunnen beoordelen zijn meetbare indicatoren van groot belang. De visie is pas compleet als het droombeeld vertaald is in een succesformule. Wederom geldt dat, hoe die succesformule luidt zal van instelling tot instelling en van opleiding tot opleiding verschillen. In het Hoger Onderwijs zijn in het afgelopen decennium -mede gedragen door een eerdere subsidieregeling voor onderwijs en ondernemerschap- talrijke initiatieven ontwikkeld, vooral gericht op ondernemerschap en het tot stand brengen van nieuwe bedrijven. Bij het ontwikkelen van de succesformule moet hieraan niet worden voorbijgegaan. Telkens opnieuw het wiel uitvinden lijkt weinig zinvol, bestaande wielen optimaliseren en dupliceren, zal sneller resultaat kunnen leveren. In het algemeen is er nog geen sprake van samenhangende programma s die beogen om ondernemendheid te stimuleren en het aantal studenten dat kiest voor het ondernemerschap te vergroten. Fragmentatie en gebrek aan samenwerking tussen instellingen, komen de output niet ten goede, het ontwikkelen van meer samenwerking en een gemeenschappelijke kennisbasis verdienen aandacht als onderdeel van de succesformule. Dit is niet de plaats om expliciete voorbeelden te geven van Nederlandse initiatieven of best practices. De kans is te groot dat daarmee een eenzijdig beeld ontstaat en dat vooral (nu nog) kleinschalige en nieuwe initiatieven tekort wordt gedaan. Om nog een aantal andere redenen is voorzichtigheid geboden. Over de mate waarin de uiteenlopende initiatieven het gewenste effect hebben is nog weinig bekend. Ook loopt momenteel de eerste ronde van de subsidieregeling voor Centers of Entrepreneurship waarin wordt gevraagd -mede op basis van bestaande activiteiten- een nieuwe 17

18 visie en nieuwe initiatieven te ontwikkelen. Het zou ongepast zijn dit proces met specifieke richtlijnen te belasten, immers, de onderwijsinstelling moet het zelf doen. Wel is het mogelijk om een aantal voorbeelden van aandachtsgebieden die relevant zijn voor de succesformule te benoemen en toe te lichten. Dit laat overigens onverlet dat een goed en grondig overzicht van wat er in het hoger onderwijs gebeurt (en gaat gebeuren) zeer nuttig zou zijn 8,9. Een achttal mogelijkheden dat hieronder wordt beschreven voor invulling van de succesformule is overigens ontleend aan initiatieven die mede in Nederland zijn ontwikkeld. Eindtermen cq profiel van de ondernemende student Inrichting van het onderwijs t.a.v. ondernemerschap en ondernemendheid Internationale dimensie Kennisexploitatie Extra curriculaire activiteiten Samenwerking met externe partners Commitment, draagvlak, cultuur Teach the teachers Profiel van de ondernemende student Het stimuleren van ondernemendheid en ondernemerschap begint met de vraag: hoe ziet het profiel van de ondernemende student er uit en welke competenties passen bij dat profiel? Een goede aansluiting bij de behoeften van toekomstige werkgever is onontbeerlijk. Er is eerder gesproken over studenten die het verschil willen maken, die creatief zijn, initiatiefrijk, goed zijn in het signaleren van kansen en deze omzetten in producten, diensten, nieuwe businessmodellen, etc. Het ligt voor de hand om na te gaan hoe het droombeeld zich verhoudt tot de eindtermen van de opleidingen. Is het mogelijk en wenselijk dat ondernemendheid en ondernemerschap hierin worden opgenomen? Bij lang niet alle opleidingen zal dit direct voor de hand liggen. Ondernemerschap kan wellicht opgenomen worden in de eindtermen van bepaalde afstudeer- of opleidingsvarianten. Maar ondernemendheid zou ook in meer algemene zin deel uitmaken van het profiel van de opleidingen, in het WO bijvoorbeeld als onderdeel van de academische competenties en in het HO als onderdeel van de beroepscompetenties Inrichting van het onderwijs Bij de inrichting van het onderwijs zal ondernemendheid en ondernemerschap apart worden benoemd. Immers, ondernemendheid en ondernemerschap vertonen weliswaar vele overeenkomsten, maar ook duidelijke verschillen. Ondernemendheid Ondernemendheid staat op zich los van de inhoud van het onderwijs. Veeleer zullen onderwijsvormen bepalen of de ondernemendheid wordt gestimuleerd en gecultiveerd. In principe zullen in iedere opleiding minstens een aantal vakken zich lenen voor ondernemende onderwijsvormen. Dat wil zeggen dat zij aanzetten tot initiatief, creativiteit, flexibiliteit en kansen zien, vier belangrijke eigenschappen bij het omzetten van ideeën in daden. Een op instructie en puur op overdracht van kennis gebaseerde onderwijsvorm staat haaks op het stimuleren van ondernemendheid. Veeleer valt te denken aan onderwijsvormen waarin de student veel meer zelf de regie in handen heeft. De meeste opleidingen in het Hoger Onderwijs zijn disciplinegericht en monodisciplinair, dat wil zeggen dat studenten vrijwel uitsluitend samen met studenten van de eigen of sterk verwante opleidingen onderwijs volgen. Ideeën omzetten in daden vergt veelal samenwerking tussen mensen met uiteenlopende kennis en ervaring. Vormen van onderwijs waarin studenten van verschillende opleidingen samenwerken, kunnen wellicht samenwerking na de studie bevorderen. Vormen die studenten aanspreken op een bijdrage vanuit hun discipline aan een multidisciplinaire doelstelling zullen dit versterken. Projectmatig werken lijkt een voor de hand liggende vorm voor het bevorderen van doelgericht werken en het omzetten van ideeën in daden. Het leent zich voor het leren werken in teamverband, het hebben en nemen van verantwoordelijkheid en het tonen van leiderschap. Een ander punt dat aandacht verdient is communicatie. Goede en grote ideeën zullen slechts zelden zonder medewerking van anderen gestalte kunnen krijgen. Het inspireren en overtuigen van anderen -bijvoorbeeld dat een andere aanpak (innovatie) nodig is om meer succesvol te kunnen zijn- is dan een noodzakelijke voorwaarde. 8 De expliciete suggestie is hiervan werk te maken, bijvoorbeeld in samenwerking met de (informele) Nederlands-Vlaamse Ondernemerschaps Academie. 9 Momenteel vindt ook een Europese inventarisatie plaats van ondernemerschap in het hoger onderwijs: 18

19 Ondernemendheid kan ook bevorderd worden door onderdelen van het onderwijs buiten de (beschermde) context van de instelling te plaatsen. Een voorbeeld hiervan vormen opdrachten die een vakinhoudelijk leerdoel hebben maar tevens vereisen dat (nieuwe) contacten buiten de instelling worden gelegd en geraadpleegd. Dit kan ook gestalte krijgen in samenwerkingsprojecten met bedrijven die uitdagen tot het nemen van initiatief, vereisen dat vakinhoudelijke oplossingen voldoen aan (te ontdekken) organisatorische randvoorwaarden en kennis meegeven van de wijze waarop het vak in de praktijk toepassing vindt. Zo kan meer worden samengewerkt vanuit een gedeelde verantwoordelijkheid voor wat beoogd wordt met het onderwijs. Ook een initiatief als ondernemers voor de klas kan nadrukkelijker gestalte krijgen vanuit een duidelijke visie wat de rol is van samenwerkende partijen in de ontwikkeling van een meer ondernemende attitude bij studenten. Onderwijsvormen waarin studenten en ondernemers samen participeren en in de vorm van case-studies werken aan (en vooral leren van ) real-life problemen zijn hier een goed voorbeeld van: het mes snijdt zo aan twee kanten. Ondernemerschap Onderzoek wijst uit dat het gros van de studenten zich niet bewust is van ondernemerschap als een alternatief voor een baan in loondienst. Dat pleit voor een aanpak die al in een heel vroeg stadium van de opleiding werkt aan het creëren van awareness bij studenten dat die optie er is. Initiatieven als Jong Ondernemen zijn bedoeld om studenten enthousiast te maken voor het ondernemerschap. Dat dit soort initiatieven - zoals ook bijvoorbeeld New Venture, Het beste Idee van Nederland, LifeWire etc. - vaak op zichzelf staan en niet deel uitmaken van een samenhangend programma, lijkt hun effect op studenten te beperken. Als we het AIDA 10 model als uitgangspunt nemen valt te denken aan een programma dat de stappen die nodig zijn om te komen tot actie doorloopt. Na bewustwording moet er gewerkt worden aan interesse en het echt aanwakkeren van een wens bij studenten om ondernemer te worden. Het doel moet echter actie zijn: het doen. Uit Nederlands onderzoek blijkt dat ook bij mensen die te kennen geven dat ze graag zouden willen kiezen voor het ondernemerschap, het gros dit niet doet. 11 Meer dan ondernemendheid vergt ondernemerschap -in de zin van een basiscompetentie voor het zien en beoordelen van (markt)kansen en het opzetten en uitbouwen van een bedrijf-, een meer vakinhoudelijke aanpak. In volle omvang betreft dit een breed spectrum van inzichten en vaardigheden ontleend aan uiteenlopende disciplines. Zo definieert bijv. de National Standards for Entrepreneurship Education 12, opgesteld door het Consortium for Entrepreneurship Education in de Verenigde staten, 15 aandachtsgebieden onderverdeeld in entrepreneurial skills, business knowledge and business skills ( ready skills ), en business functions. De mate waarin de uiteenlopende onderwerpen aandacht verdienen zal mede afhangen van de aard van de opleiding en het droombeeld. Entrepreneurial skills 13 zullen voor alle studenten van belang zijn maar overigens zullen aard en ambitieniveau de zwaartepunten bepalen. Inzicht in aspecten van corporate finance zal voor ondernemerschap dat zich richt op de vestiging als zelfstandige niet een hoge prioriteit hebben. Boekhouden is minder relevant voor technologiegedreven ondernemerschap dat grote 10 AIDA: Attention > Interest > Desire > Action 11 Schutjens, Door het Consortium for Entrepreneurship Education gedefinieerd als: the processes and traits/behaviors associated with entrepreneurial success 19

20 investeringen en een relatief groot management team vergt waarin dit wordt overgelaten aan specialisten. Ondernemerschap zal niet alle studenten aanspreken en in veel opleidingen zal het te ver voeren (het doel voorbij schieten) om het een verplicht onderdeel te laten zijn. Gegeven dat ondernemerschap niet disciplinegebonden is (onder ondernemers zijn mensen uit een divers en groot aantal -zo niet alledisciplines te vinden) lijkt het anderzijds redelijk dat studenten van alle opleidingen de gelegenheid krijgen zich tijdens de opleiding hierop te oriënteren. De nieuwe onderwijsstructuur met major/minor combinaties biedt hier een goed aanknopingspunt dat het mogelijk maakt instellingsbreed minors ondernemerschap aan te bieden of ondernemerschap (expliciet) onderdeel te laten zijn van meer algemeen op bedrijfswetenschap of -kunde gerichte minors. Een inmiddels in veel instellingen -zij het nog niet op grote schaal- toegepaste methode is het door studenten laten maken van een businessplan. Hoewel niet zaligmakend heeft het een aantal voordelen: het vergt een projectmatige en doelgerichte aanpak, leent zich voor werken in teamverband en verlangt van deelnemers dat ze zich kennis eigen maken van een aantal disciplines die de basis vormen van ondernemerschapsvaardigheden zoals planning, marketing, accounting en finance. In veel opleidingen lijkt ook een koppeling mogelijk met de eigen discipline wanneer de plannen ontleend zijn aan opportunities die daarmee samenhangen. Door de studenten actief aan te moedigen om informatie in te winnen bij inhoudelijk en ervaringsdeskundigen buiten de instelling kan ook de ondernemendheid en externe gerichtheid worden bevorderd en kunnen studenten tot dan toe verborgen kansen voor zichzelf ontdekken. Een ander concept is teams samen te stellen uit (bijv.) studenten technologie enerzijds en studenten bedrijfskunde anderzijds zodat de studenten in gemeenschappelijke verantwoordelijkheid vanuit hun eigen discipline aan het plan bijdragen en de drempel voor samenwerken tussen vakinhoudelijke en meer algemeen op bedrijfswetenschap gerichte disciplines verlagen. Zo is er een scala van mogelijkheden deze onderwijsvorm zo in te richten dat ze goed aansluit bij de opleiding en ook bijdraagt aan andere leerdoelen dan het verwerven van een aantal basisvaardigheden voor ondernemerschap. Een toegepaste en anekdotische aanpak zoals in business planning heeft een aantal beperkingen. Voor een vollediger inzicht zullen andere benaderingen nodig zijn die een breder spectrum van voorbeelden tonen en dieper op specifieke aspecten ingaan. Case-based en probleem georiënteerd onderwijs kan zo n benadering zijn. Extra inspiratie kan wellicht gevonden worden indien dit ook gebeurd aan de hand van Nederlandse cases die met gastcolleges van de betrokken ondernemers worden ondersteund. Gastcolleges van ondernemers -met name die studenten aanspreken bijvoorbeeld doordat de ondernemers dezelfde opleiding hebben gevolgd- zullen ook los van cases een belangrijke rol kunnen spelen in de stimulering van de verbeelding van studenten. Dit zijn slechts een aantal voorbeelden en aspecten van de wijze waarop ondernemerschap in het onderwijs kan worden opgenomen. Er zijn vele andere, beproefde en onbeproefde mogelijkheden -zowel als zelfstandig vak en ingebed in of in combinatie met andere studieonderdelen- om hieraan vorm te geven. Dat er geen standaard of beste oplossing kan worden aangegeven is -of lijkt- wellicht lastig, omdat maatwerk meer inspanning vergt. Dit kan ook als voordeel worden gezien. Maatwerk zal oplossingen bieden die voor de student efficiënter en doelgerichter zijn en goed zijn voor de kwaliteit van onderwijs. Slechts de ontwikkeling van betere kennis van de effectiviteit van (vormen van) ondernemerschapsonderwijs zal de efficiëntie van het inrichten van het onderwijs (standaard maatwerk) kunnen vergroten. 20

Leren ondernemen van basisschool tot universiteit

Leren ondernemen van basisschool tot universiteit Leren ondernemen van basisschool tot universiteit Samenvatting van de sectorraamwerken ondernemerschap en onderwijs Behorend bij spoor I van de Subsidieregeling ondernemerschap en onderwijs 2007 Partnership

Nadere informatie

ENTANGLE - Nieuwsbrief

ENTANGLE - Nieuwsbrief INHOUD Projectachtergrond 1 Projectomschrijving 2 Partners 3 Kick ck-off meeting in Brussel 4 Rethinking Education 4 Contactgegevens en LLP 5 ENTANGLE vindt zijn oorsprong in de dagelijkse praktijk binnen

Nadere informatie

MKB ziet wel brood in ondernemerschapsonderwijs

MKB ziet wel brood in ondernemerschapsonderwijs M201114 MKB ziet wel brood in ondernemerschapsonderwijs MKB-ondernemers over ondernemen in het reguliere onderwijs drs. B. van der Linden drs. P. Gibcus Zoetermeer, november 2011 MKB ziet wel brood in

Nadere informatie

Piter Jelles Strategisch Perspectief

Piter Jelles Strategisch Perspectief Piter Jelles Strategisch Perspectief Strategisch Perspectief Inhoudsopgave Vooraf 05 Piter Jelles Onze missie 07 Onze ambities 07 Kernthema s Verbinden 09 Verbeteren 15 Vernieuwen 19 Ten slotte 23 02 03

Nadere informatie

Profielschets. Ondernemende school

Profielschets. Ondernemende school Profielschets Ondernemende school Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534 11 58 fax: 023 534 59 00 1 Scholen met Succes Een school

Nadere informatie

Bantopa Terreinverkenning

Bantopa Terreinverkenning Bantopa Terreinverkenning Het verwerven en uitwerken van gezamenlijke inzichten Samenwerken als Kerncompetentie De complexiteit van producten, processen en services dwingen organisaties tot samenwerking

Nadere informatie

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Doel en beoogde opbrengst van de dialoog De opdracht van het platform is te komen tot een integrale, maatschappelijk breed gedragen en

Nadere informatie

Theo Koot Ivo de Nooijer Raffi Balder

Theo Koot Ivo de Nooijer Raffi Balder HUBspot is een plek waar innoverende studenten, ondernemers, investeerders, docenten en bedrijven elkaar ontmoeten en inspireren, kennis opdoen en samen ondernemen. Met als doel om Leiden innovatiever

Nadere informatie

Nota inzake Economic Development Board

Nota inzake Economic Development Board Nota inzake Economic Development Board Inleiding De economische ontwikkeling van Noord-Limburg krijgt een grote impuls met de campusontwikkeling, maar daarmee zijn niet alle economische uitdagingen deze

Nadere informatie

Ondernemingswijs beroepsonderwijs Sectorraamwerk voor vmbo, praktijkonderwijs en mbo

Ondernemingswijs beroepsonderwijs Sectorraamwerk voor vmbo, praktijkonderwijs en mbo Ondernemingswijs beroepsonderwijs Sectorraamwerk voor vmbo, praktijkonderwijs en mbo Door: Jaap Westbroek Met bijdragen van Jessie Voermans en Addy de Zeeuw Inhoudsopgave Ondernemingswijs beroepswijs

Nadere informatie

Advies onderzoeksfase Lef L up! Samenvatting

Advies onderzoeksfase Lef L up! Samenvatting Advies onderzoeksfase Lef L up! Samenvatting Achtergrond Aansluitend op de strategische doelstelling van Noorderlink 'Mobiliteit tussen Noorderlink organisaties bevorderen' gaan we de kracht van het netwerk

Nadere informatie

Auditrapport HG/VNO-NCW Noord kwaliteitslabel Ondernemen

Auditrapport HG/VNO-NCW Noord kwaliteitslabel Ondernemen Auditrapport HG/VNO-NCW Noord kwaliteitslabel Ondernemen Opleiding: School: Bedrijfskunde MER Instituut voor Bedrijfskunde Auditdatum: 23-06-2015 HG/VNO-NCW Noord kwaliteitslabel Ondernemen Data Datum

Nadere informatie

Voorwoord. Nienke Meijer College van Bestuur Fontys Hogescholen

Voorwoord. Nienke Meijer College van Bestuur Fontys Hogescholen 3 Voorwoord Goed onderwijs is een belangrijke voorwaarde voor jonge mensen om uiteindelijk een betekenisvolle en passende plek in de maatschappij te krijgen. Voor studenten met een autismespectrumstoornis

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. 12 juli 2010 Stand van zaken Onderwijs en Ondernemen.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. 12 juli 2010 Stand van zaken Onderwijs en Ondernemen. a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Werkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs

Werkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs Werkgevers Ondernemers In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel gedachten,

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA..DEN HAAG Kennis IPC 5200 Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

10-8 7-6 5. De student is in staat om op navolgbare wijze van vijf onderwijskundige (her)ontwerpmodellen de essentie te benoemen;

10-8 7-6 5. De student is in staat om op navolgbare wijze van vijf onderwijskundige (her)ontwerpmodellen de essentie te benoemen; Henk MassinkRubrics Ontwerpen 2012-2013 Master Leren en Innoveren Hogeschool Rotterdam Beoordeeld door Hanneke Koopmans en Freddy Veltman-van Vugt. Cijfer: 5.8 Uit je uitwerking blijkt dat je je zeker

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2015

Nationaal verkeerskundecongres 2015 Nationaal verkeerskundecongres 2015 Transitie Verkeer&Mobiliteit Bijdragen aan een verbonden vakgebied Mike Bérénos (AVB Mobiliteit&Onderwijs) (Voorzitter Transitieteam Verkeer&Mobiliteit) Samenvatting

Nadere informatie

Iedereen sterk. Zo stimuleer je innovatief gedrag en eigenaarschap van medewerkers

Iedereen sterk. Zo stimuleer je innovatief gedrag en eigenaarschap van medewerkers Iedereen sterk Zo stimuleer je innovatief gedrag en eigenaarschap van medewerkers JANUARI 2016 Veranderen moet veranderen Verandering is in veel gevallen een top-down proces. Bestuur en management signaleren

Nadere informatie

Nextport International community Zwolle Region

Nextport International community Zwolle Region Nextport International community Zwolle Region December 2014 1 Ideaalbeeld Zwolle 2020 Wat hebben we bereikt? We schrijven 2020. Regio Zwolle heeft een transitie doorgemaakt en wordt internationaal gezien

Nadere informatie

CONCEPT-OPDRACHT STICHTING EINDHOVEN/BRABANT 2018

CONCEPT-OPDRACHT STICHTING EINDHOVEN/BRABANT 2018 Hoort bij raadsvoorstel 27-2012 BIJLAGE 2 APPENDIX 1. CONCEPT-OPDRACHT STICHTING EINDHOVEN/BRABANT 2018 1. Doel van de opdracht Winnen van de titel Culturele Hoofdstad van Europa voor het project 2018Brabant

Nadere informatie

Bantopa Kennismaken met Samenwerken

Bantopa Kennismaken met Samenwerken Bantopa Kennismaken met Samenwerken Vernieuwen door Samenwerken Samenwerken als Kerncompetentie De complexiteit van producten, processen en services dwingen organisaties tot samenwerking met andere bedrijven

Nadere informatie

Leiderschap in Turbulente Tijden

Leiderschap in Turbulente Tijden De Mindset van de Business Leader Leiderschap in Turbulente Tijden Onderzoek onder 175 strategische leiders Maart 2012 Inleiding.. 3 Respondenten 4 De toekomst 5 De managementagenda 7 Leiderschap en Ondernemerschap

Nadere informatie

VRAGENLIJST JOnG. Mail het formulier met jouw antwoorden naar Dionne Neven (Regioadviseur MKB Limburg): Neven@mkblimburg.nl

VRAGENLIJST JOnG. Mail het formulier met jouw antwoorden naar Dionne Neven (Regioadviseur MKB Limburg): Neven@mkblimburg.nl VRAGENLIJST JOnG JOnG is een initiatief van en voor jonge ondernemers. Tot de doelgroep behoren Ondernemers in de eerste 5 jaar van hun ondernemerschap. JOnG stelt zich tot doel de individuele ondernemers

Nadere informatie

CommTalks. 40 Thought leaders over het communicatievak van morgen. Concept & samenstelling. Betteke van Ruler

CommTalks. 40 Thought leaders over het communicatievak van morgen. Concept & samenstelling. Betteke van Ruler CommTalks 40 Thought leaders over het communicatievak van morgen Concept & samenstelling Betteke van Ruler Spreek de taal van de bestuurskamer Piet Hein Coebergh 148 De communicatieprofessionals van vandaag

Nadere informatie

Instellingsbeleid doelstellingen en profiel

Instellingsbeleid doelstellingen en profiel Instellingsbeleid doelstellingen en profiel 1 Inleiding 2 Beleid 3 Onderwijs 4 Onderzoek 5 Beroepspraktijk en regio 6 Kwaliteit is mensenwerk 7 Operational Excellence 8 Bestuur 9 Raad van Toezicht 10 Financiën

Nadere informatie

Regionaal verslag. Landelijk debat Ons Onderwijs Den Haag, 28 mei 2015

Regionaal verslag. Landelijk debat Ons Onderwijs Den Haag, 28 mei 2015 Regionaal verslag Landelijk debat Ons Onderwijs 2032 Den Haag, 28 mei 2015 1. Een korte impressie van de dialoog De debatavond in Den Haag bij het HCO is bezocht door circa 35 deelnemers. Van de aanwezige

Nadere informatie

Platform Bèta Techniek. Connect 05 2015. Chemiedag 2015. Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken?

Platform Bèta Techniek. Connect 05 2015. Chemiedag 2015. Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken? Platform Bèta Techniek Connect 05 2015 Chemiedag 2015 Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken? Succesvolle samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven is de basis voor groei van

Nadere informatie

Innovatie support gids

Innovatie support gids Innovatie support gids Uw gids naar resultaat 1 Uw gids naar resultaat Innovatief duurzaam drukwerk Het drukwerk van deze gids is uitgevoerd in waterloos offset met inkt op plantaardige basis, dit resulteert

Nadere informatie

CONCEPT-OPDRACHT STICHTING 2018EINDHOVEN BRABANT

CONCEPT-OPDRACHT STICHTING 2018EINDHOVEN BRABANT Beslisdocument Investeringsdossier 2018 BIJLAGE 4 CONCEPT-OPDRACHT STICHTING 2018EINDHOVEN BRABANT 1. Doel van de opdracht Winnen van de titel Culturele Hoofdstad van Europa voor het project 2018 Culturele

Nadere informatie

STRATAEGOS CONSULTING

STRATAEGOS CONSULTING STRATAEGOS CONSULTING EXECUTIE CONSULTING STRATAEGOS.COM WELKOM EXECUTIE CONSULTING WELKOM BIJ STRATAEGOS CONSULTING Strataegos Consulting is een strategie consultancy met speciale focus op strategie executie.

Nadere informatie

Nameting Scan Mijn Bedrijf 2.0 2011-2012

Nameting Scan Mijn Bedrijf 2.0 2011-2012 Sociale innovatie De volgende vragen gaan over sociale innovatie en innovatief ondernemingsbeleid. Sociale Innovatie is een vernieuwing of een verbetering in de arbeidsorganisatie en in de arbeidsrelaties

Nadere informatie

leren in oss, zo doen we dat!

leren in oss, zo doen we dat! leren in oss, zo doen we dat! visie op een leven lang leren en ontwikkelen in de gemeente oss Oss is een open leergemeenschap waar individuen in verschillende omgevingen een leven lang leren en zichzelf

Nadere informatie

stimuleert ondernemerschap BRochure bill

stimuleert ondernemerschap BRochure bill BRochure bill 2015/2016 DreamStorm presenteert lesprogramma BilL het innovatieve dagprogramma Ondernemerschap DreamStorm helpt jongeren bewust te maken van het feit dat ze zelf verantwoordelijk zijn voor

Nadere informatie

De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301

De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301 De Verticale Ondernemerskolom Twente: Project 301 ROC van Twente - Hengelo In januari 2004 is de afdeling Handel van het toenmalige ROC Oost- Nederland, School voor Economie en ICT, locatie Hengelo - nu

Nadere informatie

Wat is jouw grootste uitdaging als ondernemer?

Wat is jouw grootste uitdaging als ondernemer? Wat is jouw grootste uitdaging als ondernemer? De Week van de Ondernemer doet het gehele jaar onderzoek naar de belangrijkste uitdagingen van ondernemers. We presenteren hierbij de belangrijkste uitkomsten.

Nadere informatie

Opbrengst vsv cafe 3 april talentontwikkeling Pagina 1

Opbrengst vsv cafe 3 april talentontwikkeling Pagina 1 Opbrengst van de werkgroepen tijdens het VSV Cafe 3 april met als Thema talentontwikkeling Stelling 1 Talentontwikkeling is de benadering om tot een positieve leerattitude te komen. Centraal staat de erkenning

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

Subsidieregeling Onderwijs Netwerk Ondernemen

Subsidieregeling Onderwijs Netwerk Ondernemen Subsidieregeling Onderwijs Netwerk Ondernemen www.onderwijsonderneemt.nl In de ontwikkeling van Nederland naar een meer kennisgedreven economie, zijn het vooral startende en jonge bedrijven en ondernemende

Nadere informatie

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA VOORWOORD Hoe leiden we elke student op tot de professional voor de wereld van morgen? Met de blik op 2025 daagt die vraag

Nadere informatie

Ja, ik wil graag leren hoe ik ondernemend onderwijs binnen mijn school kan vormgeven! ATOR Opleidingen

Ja, ik wil graag leren hoe ik ondernemend onderwijs binnen mijn school kan vormgeven! ATOR Opleidingen Ja, ik wil graag leren hoe ik ondernemend onderwijs binnen mijn school kan vormgeven! Grijp de Buitenkans: een zwarte zwaan www.grijpdebuitenkans.nl Ondernemend onderwijs? Ondernemend onderwijs is NIET

Nadere informatie

Bijlage 2. Human Capital Agenda s

Bijlage 2. Human Capital Agenda s Bijlage 2 Capital s De topsectoren gaan een human (onderwijs en scholing) voor de langere termijn opstellen en zullen onderwijsinstellingen hierbij betrekken. De s bevatten o.a. een analyse van de behoefte

Nadere informatie

Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland

Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland Profiel Lid Raad van Toezicht Met een achtergrond in het agrarisch bedrijfsleven en afkomstig uit Noord-Nederland 9 november 2016 Opdrachtgever Van Hall Larenstein University of Applied Sciences Voor meer

Nadere informatie

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s

Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s Samenvatting Flanders DC studie Internationalisatie van KMO s In een globaliserende economie moeten regio s en ondernemingen internationaal concurreren. Internationalisatie draagt bij tot de economische

Nadere informatie

Utrecht Business School

Utrecht Business School Cursus Persoonlijke Effectiviteit De cursus Persoonlijke Effectiviteit duurt ongeveer 2 maanden en omvat 5 colleges van 3 uur. U volgt de cursus met ongeveer 10-15 studenten op een van onze opleidingslocaties

Nadere informatie

Strategie Zuyd 2014-2018

Strategie Zuyd 2014-2018 Strategie Zuyd 2014-2018 Inleiding De strategie van Zuyd voor de periode 2014-2018 is op hoofdlijnen een voortzetting van de strategie van de afgelopen jaren, aangescherpt vanuit een aantal belangrijke

Nadere informatie

Strategisch Opleidingsbeleid

Strategisch Opleidingsbeleid Strategisch Opleidingsbeleid Achtergrondinformatie en tips om zelf aan de slag te gaan In deze handreiking vindt u de volgende onderwerpen: Wat is strategisch opleidingsbeleid? Hoe komt u tot strategisch

Nadere informatie

Profiel & Selectieprocedure. Directeur-bestuurder Stellingwerf College

Profiel & Selectieprocedure. Directeur-bestuurder Stellingwerf College Profiel & Selectieprocedure Directeur-bestuurder Stellingwerf College juni 2016 Onze school Het Stellingwerf College, een openbare school voor vmbo, mavo, havo, vwo en verrijkt en versneld vwo in Oosterwolde

Nadere informatie

STRATEGISCH PLAN 20152020. Excellent onderwijs voor een innovatieve regio

STRATEGISCH PLAN 20152020. Excellent onderwijs voor een innovatieve regio STRATEGISCH PLAN 20152020 Excellent onderwijs voor een innovatieve regio introductie Met meer dan 10.000 studenten en ruim 800 medewerkers zijn we het grootste opleidingencentrum voor beroepsonderwijs

Nadere informatie

Tilburg University 2020 Toekomstbeeld. College van Bestuur, april 2013

Tilburg University 2020 Toekomstbeeld. College van Bestuur, april 2013 Tilburg University 2020 Toekomstbeeld College van Bestuur, april 2013 Strategie in dialoog met stakeholders Open voor iedere inbreng die de strategie sterker maakt Proces met respect en waardering voor

Nadere informatie

Business Lounge: uw klant aan de bestuurstafel!

Business Lounge: uw klant aan de bestuurstafel! Gaby Remmers: senior onderzoeker Blauw Research Drijfveer: organisaties helpen inzicht te krijgen in de kansen op een nog klantgerichtere dienstverlening Andre Heeling: onderzoeker Blauw Research Drijfveer:

Nadere informatie

Talentgerichte benadering

Talentgerichte benadering Talentgerichte benadering 4. Strengths-based development (*) Noordelijke Hogeschool Leeuwarden Hoe creëren we een stimulerend leerklimaat waarin studenten het beste uit zichzelf kunnen halen? Dit was de

Nadere informatie

CREATIEF VERMOGEN. Andrea Jetten, Hester Stubbé

CREATIEF VERMOGEN. Andrea Jetten, Hester Stubbé CREATIEF VERMOGEN Andrea Jetten, Hester Stubbé OPDRACHT Creativitief vermogen meetbaar maken zodat de ontwikkeling ervan gestimuleerd kan worden bij leerlingen. 21st century skills Het uitgangspunt is

Nadere informatie

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen We zien een datagedreven wereld vol kansen Toepassingscentrum voor big data oplossingen We zien succesvolle organisaties groeien door big data 50% van de meest succesvolle organisaties Volg ons op twitter:

Nadere informatie

Duurzame Ontwikkeling

Duurzame Ontwikkeling Duurzame Ontwikkeling Korte toelichting op het begrip Praktische invulling - in bedrijven - technologie Invulling in het onderwijs J. Venselaar 17 november Duurzame ontwikkeling in het onderwijs 1 Duurzaam..

Nadere informatie

Managementsamenvatting

Managementsamenvatting De titel van het Strategisch Meerjarenbeleidsplan is een citaat afkomstig van een leerling van de stagegroep 1a van het Praktijkcollege Tilburg. Het citaat geeft het droombeeld van de leerling weer op

Nadere informatie

Platformtaak volgens gemeente

Platformtaak volgens gemeente Oplegvel 1. Onderwerp Cofinanciering Regionale proeftuin Cultuur om de hoek 2. Rol van het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Platformtaak volgens gemeente 3. Regionaal belang De jeugd in de regio Holland

Nadere informatie

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO Doel

Nadere informatie

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen

Nadere informatie

KRACHTENBUNDELING VOOR 2009 Corporate Identity BM-Support.org STICHTING BUSINESS MANAGEMENT SUPPORT STICHTING BUSINESS MANAGEMENT SUPPORT

KRACHTENBUNDELING VOOR 2009 Corporate Identity BM-Support.org STICHTING BUSINESS MANAGEMENT SUPPORT STICHTING BUSINESS MANAGEMENT SUPPORT STICHTING BUSINESS MANAGEMENT SUPPORT STICHTING BUSINESS MANAGEMENT SUPPORT OPEN BUSINESS INNOVATIE KRACHTENBUNDELING VOOR SUCCES OPEN BUSINESS INNOVATIE KRACHTENBUNDELING VOOR 2009 Corporate Identity

Nadere informatie

3D-PROJECT HOOGEVEEN !!! Talentontwikkeling door wetenschap en techniek. Kansen zien is. De aanpak

3D-PROJECT HOOGEVEEN !!! Talentontwikkeling door wetenschap en techniek. Kansen zien is. De aanpak 3D-PROJECT HOOGEVEEN Rotaryclub Staphorst-Reestland Kansen zien is Er is een tekort aan technici en zonder goede technici is het lastig innoveren en zonder innovatie komen duurzame ontwikkelingen niet

Nadere informatie

Het Innovatiekompas Inspiratie sessies Dr. Guy Bauwen

Het Innovatiekompas Inspiratie sessies Dr. Guy Bauwen Het Innovatiekompas Inspiratie sessies Dr. Guy Bauwen 1 Innovatiekompas Inspiratie Sessies Contacteer ons voor: Een voordracht om kennis te maken met het kompasmodel. Een workshop om het toepassen van

Nadere informatie

1. Waarom ondernemerschap? 2. Wat is ondernemerschap? 3. Wat kan/moet onderwijs met. ondernemerschap?

1. Waarom ondernemerschap? 2. Wat is ondernemerschap? 3. Wat kan/moet onderwijs met. ondernemerschap? Ondernemerschap 1. Waarom ondernemerschap? 2. Wat is ondernemerschap? 3. Wat kan/moet onderwijs met ondernemerschap? Overheid: O innovatie O banen Bedrijven: ondernemende medewerkers voegen waarde toe;

Nadere informatie

DE BOUWCAMPUS GIDS VAN EEN MERK

DE BOUWCAMPUS GIDS VAN EEN MERK DE BOUWCAMPUS GIDS VAN EEN MERK VERSIE JUNI 2014 INLEIDING De Bouwcampus staat in de steigers: hier pakken we de uitdagingen binnen de bouw gezamenlijk op. In vraagstukken die zowel private als publieke

Nadere informatie

Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent B 3. Survey commitment van medewerkers

Ellen van Wijk - Ruim baan voor creatief talent B 3. Survey commitment van medewerkers Survey commitment van medewerkers B 3 Survey commitment van medewerkers 229 230 Ruim baan voor creatief talent, bijlage 3 Voor je ligt een vragenlijst waarin gevraagd wordt naar verschillende aspecten

Nadere informatie

Bijeenkomst 4 november... 2 Conclusie:... 2 Kern:... 2 Quotes Politiek... 3 Verslag per thema... 4 Werken en Ondernemen... 4 Wonen... 4 Imago...

Bijeenkomst 4 november... 2 Conclusie:... 2 Kern:... 2 Quotes Politiek... 3 Verslag per thema... 4 Werken en Ondernemen... 4 Wonen... 4 Imago... Bijeenkomst 4 november... 2 Conclusie:... 2 Kern:... 2 Quotes Politiek... 3 Verslag per thema... 4 Werken en Ondernemen... 4 Wonen... 4 Imago... 4 Recreëren... 5 1 Bijeenkomst 4 november Sinds een aantal

Nadere informatie

Voor stichting SOM zijn in ieder geval de volgende invalshoeken van belang:

Voor stichting SOM zijn in ieder geval de volgende invalshoeken van belang: Profiel Bestuur Uitgangspunten Het algemene belang van stichting SOM staat bij de leden voorop De leden onderschrijven de visie en de missie van stichting SOM De leden onderschrijven de grondslag en de

Nadere informatie

Gaan we professionaliseren of aan onderzoek (mee)doen?

Gaan we professionaliseren of aan onderzoek (mee)doen? Gaan we professionaliseren of aan onderzoek (mee)doen? Sanneke Bolhuis emeritus lector Fontys Lerarenopleiding senior onderzoeker Radboudumc zetel praktijkgericht wetenschappelijk onderzoek Stuurgroep

Nadere informatie

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken.

Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. ONDERWIJSVISIE OP HO OFDLIJNEN Geachte collega s, 1 Deze brochure schetst de onderwijsvisie van onze universiteit op hoofdlijnen. De doelen die horen bij die visie kunnen we alleen samen bereiken. We

Nadere informatie

Diversiteit Loont?! Factsheet Middelbaar Beroepsonderwijs

Diversiteit Loont?! Factsheet Middelbaar Beroepsonderwijs Diversiteit Loont?! Factsheet Middelbaar Beroepsonderwijs Inleiding In opdracht van het Sectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt heeft EIM onderzoek gedaan naar de meerwaarde van diversiteitsbeleid in het onderwijs.

Nadere informatie

Talent in eigen hand. De positie van jonge wetenschappers in Nederland. december 2006

Talent in eigen hand. De positie van jonge wetenschappers in Nederland. december 2006 Talent in eigen hand De positie van jonge wetenschappers in Nederland december 2006 Statement Talent in eigen hand: De positie van jonge wetenschappers in Nederland Talent heeft de toekomst. In het akkoord

Nadere informatie

Wat zijn e-skills? Wat is het probleem met e-skills?? Wat is het probleem voor Nederland? TaskForce e-skills Nederland

Wat zijn e-skills? Wat is het probleem met e-skills?? Wat is het probleem voor Nederland? TaskForce e-skills Nederland Agenda Wat zijn e-skills? Wat is het probleem met e-skills?? Wat is het probleem voor Nederland? TaskForce e-skills Nederland Resultaten Ronde Tafel Conferentie 15 september Plan van Aanpak Nederland e-skills

Nadere informatie

Nieuwe kans op extra instroom

Nieuwe kans op extra instroom Nieuwe kans op extra instroom Focus op de arbeidsmarkt Naast het erkennen van leerbedrijven is Calibris verantwoordelijk voor ontwikkeling en onderhoud van kwalificaties in de sectoren zorg, welzijn en

Nadere informatie

Projectdefinitie. Plan van aanpak

Projectdefinitie. Plan van aanpak Projectplan DOT2 Projectdefinitie ICT is niet meer weg te denken uit ons onderwijs (Hasselt, 2014). Als (toekomstige) leerkracht is het belangrijk dat je daar op inspeelt en kennis hebt van de laatste

Nadere informatie

Studenten lerarenopleiding. In gesprek over de inhoud van het onderwijs

Studenten lerarenopleiding. In gesprek over de inhoud van het onderwijs Studenten lerarenopleiding In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel

Nadere informatie

FONTYS FOCUS 2020 ONTWIKKELDOELSTELLINGEN MET INDICATOREN

FONTYS FOCUS 2020 ONTWIKKELDOELSTELLINGEN MET INDICATOREN FONTYS FOCUS 2020 ONTWIKKELDOELSTELLINGEN MET INDICATOREN INLEIDING Fontys wil in 2020 een open betekenisvolle kennisinstelling zijn, verankerd in de verschillende regio s in Zuid-Nederland. Wij focussen

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 6. 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9

Inhoud. Inleiding 6. 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9 Inhoud Inleiding 6 1 Introductie 7 Ondernemerschap in Nederland 8 Drie manieren om een bedrijf te starten 8 IK als ondernemer 9 2 Instanties in Nederland 13 Belangrijke instanties voor ondernemers 14 Kamer

Nadere informatie

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst Leraar Schoolleider Bestuurder Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst.

Nadere informatie

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB M200616 De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB dr. J.M.P. de Kok drs. J.M.J. Telussa Zoetermeer, december 2006 Prestatieverhogend HRM-systeem MKB-bedrijven met een zogeheten 'prestatieverhogend

Nadere informatie

EFRO Luik Ondernemende Innovatieve Partnerschappen/Ecosystemen in Studentensteden: toelichting

EFRO Luik Ondernemende Innovatieve Partnerschappen/Ecosystemen in Studentensteden: toelichting EFRO Luik Ondernemende Innovatieve Partnerschappen/Ecosystemen in Studentensteden: toelichting Wat? Een ondernemend innovatief partnerschap ( ecosysteem ) binnen een studentenstad wordt door Agentschap

Nadere informatie

Techniekpact Twente: wat is dat ook alweer? Waarom een techniekpact in Twente? Programmalijnen

Techniekpact Twente: wat is dat ook alweer? Waarom een techniekpact in Twente? Programmalijnen Jaarverslag 2016 Techniekpact Twente: wat is dat ook alweer? Techniekpact Twente klinkt steeds meer mensen bekend in de oren. Maar wat is het ook alweer? Techniekpact Twente is een uitvoeringsprogramma

Nadere informatie

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015 Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015 In het leven van alle dag speelt Wetenschap en Techniek (W&T) een grote rol. We staan er vaak maar weinig bij stil, maar zonder de vele uitvindingen in de wereld van

Nadere informatie

Profileringstool Innerspective BV April 2018

Profileringstool Innerspective BV April 2018 01 TALENT AAN ZET! Profileringstool Innerspective BV April 2018 Auteur: Wout Plevier SLiM! Talent-ontwikkeling Innerspective BV 02 WAAROM TALENT SLIM! AAN ZET? De maatschappij gaat steeds sneller. Organisaties

Nadere informatie

Organisatiescan persoonsgerichte zorg

Organisatiescan persoonsgerichte zorg Organisatiescan persoonsgerichte zorg Doel organisatiescan: bijdragen aan implementatie (-bereidheid) van persoonsgerichte zorg en gezamenlijke besluitvorming in de organisatie. Insteek is op organisatieniveau.

Nadere informatie

AVANS HOGESCHOOL. Nies Rijnders Manager of Centre of Expertise for Sustainable Business

AVANS HOGESCHOOL. Nies Rijnders Manager of Centre of Expertise for Sustainable Business Economische opgave Internationalisering - Kennis: wat gebeurt daar? - Verzoek van het bedrijfsleven uit de Osse Haven: logistieke hub - Internationale bedrijven naar Oss - Platform om andere partijen te

Nadere informatie

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics 1 Inleiding Veel organisaties hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in

Nadere informatie

Colofon Juni 2015. Eindredactie: Dorine van Walstijn, projectleider. EDventure Bezuidenhoutseweg 161 2594 AG Den Haag

Colofon Juni 2015. Eindredactie: Dorine van Walstijn, projectleider. EDventure Bezuidenhoutseweg 161 2594 AG Den Haag Landelijk debat Ons Onderwijs 2032 28 mei 2015 Colofon Juni 2015 Eindredactie: Dorine van Walstijn, projectleider EDventure Bezuidenhoutseweg 161 2594 AG Den Haag 070 315 41 00 info@edventure.nu www.edventure.nu

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE Onderwijs en ondernemerschap: feiten en cijfers Wat gaan we doen? Tot slot

INHOUDSOPGAVE Onderwijs en ondernemerschap: feiten en cijfers Wat gaan we doen? Tot slot INHOUDSOPGAVE 1. Onderwijs en ondernemerschap: feiten en cijfers 2 1.1 Waarom is stimuleren van ondernemerschap in het onderwijs van belang? 3 1.2 Doelstelling en beleidsacties tot nu toe 3 1.3 Knelpunten

Nadere informatie

DAG VAN DE BEROEPSKOLOM 9 O K TO B E R 20 1 5

DAG VAN DE BEROEPSKOLOM 9 O K TO B E R 20 1 5 DAG VAN DE BEROEPSKOLOM MBO-HBO 9 O K TO B E R 20 1 5 Doelen Kijken wat al goed werkt Nagaan of iets bijdraagt aan de kwaliteit van de aansluiting en doorstroom Aangeven wat kan verder worden uitgewerkt

Nadere informatie

Bantopa (Samen)werken aan Samenwerken

Bantopa (Samen)werken aan Samenwerken Bantopa (Samen)werken aan Samenwerken Masterclass - Alliantievaardigheden Een praktische leidraad voor toekomstige alliantiemanagers Samenwerken als Kerncompetentie De complexiteit van producten, processen

Nadere informatie

Ron Bormans Voorzitter CvB Hogeschool Rotterdam. Bestuur Vereniging Hogescholen Lid Commissie Veerman

Ron Bormans Voorzitter CvB Hogeschool Rotterdam. Bestuur Vereniging Hogescholen Lid Commissie Veerman Ron Bormans Voorzitter CvB Hogeschool Rotterdam Bestuur Vereniging Hogescholen Lid Commissie Veerman Hoger beroepsonderwijs Het ongedelfde goud Twitter: @Ronbormans1 Mail: Ron.Bormans@HR.nl Nederland

Nadere informatie

Functieprofiel lid Raad van Toezicht

Functieprofiel lid Raad van Toezicht Functieprofiel lid Raad van Toezicht Bestuursbureau Postbus 245, 6710 BE Ede Bovenbuurtweg 27, 6717 XA Ede 088 020 70 00 aeres.nl info@aeres.nl Doel van de functie De Raad van Toezicht staat het College

Nadere informatie

Het EBC*L onderscheidt drie niveaus, die zich met name richten op bedrijfseconomische (basis)kennis.

Het EBC*L onderscheidt drie niveaus, die zich met name richten op bedrijfseconomische (basis)kennis. Vergelijking inhoud EBC*L en CE Ondernemerschap Inleiding Met de komst van de CE Ondernemerschap zijn er veel vragen gesteld over de overeenkomsten en verschillen tussen de CE Ondernemerschap en EBC*L.

Nadere informatie

Het Dream-project wordt sinds 2002 op ad-hoc basis gesubsidieerd.

Het Dream-project wordt sinds 2002 op ad-hoc basis gesubsidieerd. Naam evaluatie Volledige naam Aanleiding evaluatie DREAM-project Evaluatie DREAM-project De Vlaamse overheid ondersteunt een aantal initiatieven ter bevordering van het ondernemerschap en de ondernemerszin.

Nadere informatie

Contextschets Techniek

Contextschets Techniek Contextschets Techniek Nationaal Techniekpact 2020... 2 Welke activiteiten ondernemen de hbo-instellingen?... 2 Welke activiteiten ondernemen de universiteiten?... 3 Welke activiteiten onderneemt de 3TU?...

Nadere informatie

VISIETEKST POSTDOCTORAAL LOOPBAANBELEID EN LOOPBAANBEGELEIDING AAN DE UGENT

VISIETEKST POSTDOCTORAAL LOOPBAANBELEID EN LOOPBAANBEGELEIDING AAN DE UGENT VISIETEKST POSTDOCTORAAL LOOPBAANBELEID EN LOOPBAANBEGELEIDING AAN DE UGENT Goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 14 februari 2014 1 Deze visietekst werd opgesteld door de stuurgroep van het strategisch

Nadere informatie

Samenvatting. Inleiding

Samenvatting. Inleiding Inleiding Overgewicht en obesitas bij kinderen is een serieus volksgezondheidsprobleem. Het wordt veroorzaakt door een complex geheel van onderling samenhangende persoonlijke, sociale en omgevingsfactoren.

Nadere informatie

smartops people analytics

smartops people analytics smartops people analytics Introductie De organisatie zoals we die kennen is aan het veranderen. Technologische ontwikkelingen en nieuwe mogelijkheden zorgen dat onze manier van werken verandert. Waar veel

Nadere informatie

POSITIEVE INTERVENTIE BRENGT GEDRAGSVERANDERING

POSITIEVE INTERVENTIE BRENGT GEDRAGSVERANDERING POSITIEVE INTERVENTIE BRENGT GEDRAGSVERANDERING in dit geval innovatiekracht Februari 2016 Involve Sophiaweg 89 6523 NH NIJMEGEN www.involve.eu contact met ons op voor afspraken over het gebruik 1 Veranderen

Nadere informatie