Gemotiveerd vitaal met motiverende gespreksvoering na een TIA of herseninfarct
|
|
- Merel Hendrickx
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Gemotiveerd vitaal met motiverende gespreksvoering na een TIA of herseninfarct 03 wec naar een accurate secuncaire preventie en cezonce leefstijl na een TIA of herseninfarct, een cohortstucie M. Moonen, M ANP, verpleegkundig specialist, stroke, Drs. S.M. van Schaik, neuroloog, LA. Deijle MSc, fysiotherapeut, Drs. H.M. Boss, neuroloog, Ziekenhuis Gelderse Vallei Ede Prof. dr. H.C. Weinstein, neuroloog, Dr. W.M.J. Bosboom, neuroloog, Dr. R.M. van den Berg-Vos, neuroloog, Patiënten hebben na een TIA of herseninfarct een verhoogde kans op het krijgen van een recidief-herseninfarct of andere cardiovasculaire ziekten. In de behandeling van deze ziekte zijn een accurate secundaire preventie en een gezonde en actieve leefstijl belangrijk. De ervaring leert dat patiënten vaak matig therapietrouw zijn en matig gemotiveerd zijn om tot een gezonde en actieve leefstijl over te gaan. Zelfmanagement speelt een cruciale rol bij de behandeling van vasculaire risicofactoren en bij aanpassing van de leefstijl. In het OLVG-ziekenhuis locatie West te Amsterdam heeft een cohortstudie van twee jaar plaatsgevonden. Het doel van dit onderzoek was om met behulp van intensieve poliklinische nazorg, in combinatie met het toepassen van motiverende gespreksvoering, een optimale instelling van de secundaire preventie te bereiken en een gezonde en actieve leefstijl in patiënten na een TIA of licht herseninfarct te realiseren. Inleiding In de westerse wereld is een stroke (herseninfarct/hersenbloeding, beroerte of cerebrovasculair accident) de vierde doodsoorzaak.' De verwachting is dat het totale aantal patiënten door de groei van de bevolking en vergrijzing zal gaan stijgen in de komende 20 jaar. Patiënten die een transient ischemic attack (TIA) of licht herseninfarct hebben doorgemaakt hebben een hoger risico om een recidief-stroke of ander cardiovasculaire aan- doening te krijgen.' 23% van alle herseninfarcten wordt voorafgegaan door een TIA.3 In een meta-analyse wordt gesteld dat adequate secundaire preventie (medicamenteuze behandeling en niet-medicamenteuze behandeling gericht op verbetering van de leefstijl) leidt tot een relatieve risicoreductie van maar liefst 80%,4 die in de praktijk meestal niet gehaald wordt. De medicamenteuze behandeling bestaat uit het voorschrijven van antitrombotische therapie, antihypertensiva bij hypertensie en een statine.5,6 De niet-medicamenteuze Dé Verpleegkundig Specialist nummer 3 september 2017
2 therapie die bestaat uit niet roken, geen of matig alcoholgebruik, een normaal gewicht, gezonde voeding en voldoende lichaamsbeweging is zeker zo belangrijk. In de landelijke richtlijn Beroerte van het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CB0 uit 2009 wordt gesteld dat de effecten van leefstijlmodificatie op de recidiefkans op een herseninfarct niet zijn onderzocht.' Wel is er voldoende bewijs dat ongezonde leefstijlfactoren een verhoogd risico geven op een herseninfarct.5-8 zorgverleners belangrijk gevonden omdat zij de patiënt verder kunnen ondersteunen bij het veranderingsproces van bijvoorbeeld leefstijl. Aan dit onderzoek werd ook meegewerkt door het ibmg (instituut Beleid & Management Gezondheidszorg) van de Erasmus Universiteit te Rotterdam. Aan patiënten werd verzocht om op vijf momenten tijdens de follow-up een vragenlijst in te vullen, waarin aan patiënten, hun mantelzorgers en professionals vragen werden gesteld over kwaliteit van leven, belasting van de mantelzorger en gemaakte kosten voor een economische evaluatie. J 111V Nr11A1 Het doel van de studie was om te onderzoeken of een intensief poliklinisch nazorgprogramma, waarbij motiverende gespreksvoering wordt toegepast, bij patiënten die recent een TIA of licht herseninfarct hebben doorgemaakt, van invloed was op het bereiken van adequate secundaire medicamenteuze preventie en het bereiken en handhaven van een gezonde en actieve leefstijl, bestaande uit niet roken, geen of matig alcoholgebruik, een normaal gewicht, gezonde voeding, medicatietrouw en voldoende lichaamsbeweging. Het 0 LVG-ziekenhuis locatie West in Amsterdam heeft in 2011 een tweejarig praktijkproject MotiveS Vitale Vaten opgezet in het kader van het programma Disease Management Chronisch Zieken, ondersteund door ZonMw. In dit praktijkproject is per risico- of leefstijlfactor een gesystematiseerde aanpak opgesteld waarin naast streefwaarden ook stapsgewijs de interventies zijn verwerkt, die gebruikt kunnen worden om het doel te behalen. De follow-up betrof gedurende twee jaar viermaal een bezoek door de arts en viermaal door de verpleegkundig specialist of gespecialiseerd verpleegkundige (figuur 1). Het intensieve nazorgprogramma gaf de zorgverlener en patiënt over een relatief lange periode mogelijkheden om meer zorg op maat te geven. Tijdens het polibezoek richtte de zorgverlener zich op uitleg over diagnose, prognose en medicatie en onzichtbare gevolgen na een stroke, de copingstrategieën, therapietrouw en een gezonde leefstijl. Beiden gingen aan de slag om per leefstijlfactor prioriteiten, doelen en een zorgplan op te stellen waarbij de patiënt het eventuele tempo van verandering aangaf en de zorgverlener dit proces bewaakte. De zorgverlener functioneerde als centrale zorgverlener in het hele veranderingsproces t.a.v. het bereiken van een accurate secundaire preventie en leefstijl. Voor het project is een patiëntgerichte interventie, een zelfmanagementinstrument, ontwikkeld waarin per risico- of leefstijlfactor de prioriteiten en de doelen worden vastgesteld. Deze afspraken worden vastgelegd in een individueel zorgplan dat deel uitmaakt van het instrument. Tijdens het intensieve nazorgprogramma werd de mantelzorger actief betrokken bij het ondersteunen van het proces tot verandering van leefstijl. Ondersteuning van de sociale omgeving bij leefstijlverandering werd door de Motiverende gespreksvoering Gelijkwaardig partnerschap tussen patiënt en zorgverlener is een voorwaarde om tot een goede samenwerkingsrelatie te komen. Dat wil zeggen dat er geen sprake is van een zorgverlenersgerichte benadering waarbij de zorgverlener de expert is en aangeeft wat de patiënt het beste zou kunnen doen, maar waarbij de patiënt richting geeft aan het gesprek en de zorgverlener de helper of gids is bij het maken van de beslissingen door de patiënt: de patiëntgerichte benadering. Deze gespreksmethode werd gebruikt om patiënten te begeleiden in het proces van leefstijlverandering en het bereiken en handhaven van een optimale secundaire preventie. Het vermijden van weerstand door de zorgverlener bij de patiënt en het niet invullen en benoemen van activiteiten die goed zouden kunnen zijn voor de leefstijl van de patiënt, zorgden voor eigen initiatief bij de patiënt om tot een gezonde leefstijl te komen. De zorgverlener was zich bewust van het feit dat het belangrijk is om als zorgverlener, naast de overdracht van medische kennis, de eigen opvattingen van de patiënt met een chronisch verhoogd cardiovasculair risicoprofiel te accepteren en dat hij de patiënt bij deze eigen opvattingen kan coachen. Op het moment dat in een gesprek bijvoorbeeld duidelijk wordt dat de patiënt ervoor kiest om niet nu te stoppen met roken, omdat hij zich niet sterk genoeg voelt maar wel het plan heeft om over drie maanden te stoppen, wordt de patiënt door de zorgverlener positief bekrachtigd in het gegeven dat hij een plan heeft om te stoppen met roken. De vraag wordt dan gesteld wat de zorgverlener zou kunnen doen om de patiënt hierbij te helpen om het plan om te stoppen met roken te laten slagen. Om zoveel mogelijk continuïteit in het contact met de patiënt te realiseren werd er de voorkeur aan gegeven de verpleegkundig specialist (VS) of gespecialiseerde verpleegkundige als centrale zorgverlener te laten functioneren (figuur 1). De in dit onderzoek toegepaste motiverende gespreksvoering volgens het 'stages of change'-model kenmerkt zich in het aanpassen van de zorgverlener aan de fase van gedragsverandering waarin de patiënt zich op dat moment bevindt.' Volgens dit model kunnen vijf fasen worden onderscheiden: precontemplatie, contemplatie, preparatie, actie en gedragbehoud. Een patiënt die zich niet bewust is van het nut van gedragsverandering of die niet wil veranderen (precontemplatje) heeft geen baat bij het opzetten van zelfmanagement. 37 Dé Verpleegkundig Specialist nummer 3 september 2017
3 Tijdens de eerste kennismaking bij het inclusiemoment wordt door de zorgverlener het ziekte-inzicht van de patiënt bepaald. Een voorbeeldvraag kan zijn: 'Hebt u een idee wat de oorzaak geweest zou kunnen zijn van het krijgen van dit TIA of herseninfarct?' Vervolgens wordt bepaald in welke gedragsveranderingsfase de patiënt zich bevindt. Afhankelijk daarvan wordt per leefstijlfactor een bepaalde tijd stilgestaan bij een bepaalde stap. Wanneer een patiënt zich bevindt in de precontemplatiefase (de patiënt is zich niet bewust van ongezond gedrag) richt de interventiestijl van de zorgverlener zich bijvoorbeeld op het neutraal informeren naar leefstijl en toestemming vragen voor het geven van informatie over een gezonde leefstijl. Bevindt de patiënt zich in de contemplatiefase (hij is zich ervan bewust dat het gedrag een probleem vormt en overweegt er iets aan te doen, maar twijfelt), dan kan de interventiestijl van de zorgverlener zijn om de voor- en nadelen van het gedrag van de patiënt te onderzoeken en een complexe reflectie te maken. Bij het maken van een complexe reflectie vraagt de zorgverlener neutraal de voor- en nadelen van leefstijl uit. Deze voor- en nadelen worden dan aan elkaar gekoppeld in een zin die de zorgverlener in het gesprek benoemt. De zorgverlener reflecteert wat een patiënt heeft gezegd. Een patiënt geeft bijvoorbeeld aan dat het roken ontspannend voor hem is en als nadeel benoemt hij dat hij bang is om kanker te krijgen en te sterven. 'Deze ontspanning wordt nog eens uw dood, geeft u dus aan.' Natuurlijk weet elke roker dat roken niet goed is voor de gezondheid, maar als men deze complexe reflectie juist maakt nadat iemand een herseninfarct heeft doorgemaakt kan dat voor de patiënt de trigger zijn om uiteindelijk met een plan te komen om te stoppen met roken. Resultaten In 2010 en 2011 werden 71 patiënten geïncludeerd in deze studie (zie tabel 2). Bij veel patiënten kwamen hypertensie en hypercholesterolemie voor. Van de 71 geïncludeerde patiënten volgden 63 patiënten (89%) het eerste jaar van follow-up en uiteindelijk hebben 54 patiënten (76%) het hele tweejaarprogramma gevolgd. Dat betekent dat een aanzienlijk deel (24%) van de opgenomen patiënten de interventie beëindigde of uitviel bij de follow-up, vanwege een verhuizing of omdat het te belastend werd gevonden om regelmatig naar het ziekenhuis te komen. Tabel 1. GeMotiveerd Vitaal: praktische vragenlijst voor de zorgverlener. gedragsveranderingsfase interventiestijl zorgverlener voorbeeldzinnen en vragen Precontemplatiefase De patiënt is zich (nog) niet bewust van ongezond gedrag of is er niet mee bezig het gedrag te veranderen. Contemplatiefase De patiënt is zich ervan bewust van dat het gedrag een probleem vormt en overweegt er iets aan te doen maar twijfelt. Er zijn nog geen concrete plannen. Voorbereidingsfase De patiënt heeft een besluit genomen om het gedrag op korte termijn te veranderen. Actiefase De patiënt is gestart met ander gedrag. Gedragsbehoud De patiënt probeert de gedragsverandering te behouden en terugval te voorkomen. empathisch reageren coöperatief niet in discussie gaan neutraal informeren naar leefstijl toestemming vragen om informatie te geven Onderzoek de voor- en nadelen van het gedrag en maak een complexe reflectie. Bekrachtig de patiënt positief bij veranderingsgerichte uitspraken. Lok verandertaal uit. Vergroot het vertrouwen, bekrachtig de verandertaal en probeer een plan van aanpak met de patiënt te maken. Maak de strategie tot verandering concreet. Besteed aandacht aan de uitvoering van het plan van aanpak. Bespreek eventuele barrières. Versterk het vertrouwen bij de patiënt. Inventariseer de lastige momenten bij en bespreek de mogelijke valkuilen. Wat heeft het herseninfarct met uw leven gedaan? Waar hebt u op dit moment het meeste last van? Wat doet u al om gezond te blijven? Vindt u het goed als ik u iets vertel over het verkleinen van het risico op een nieuw herseninfarct? Wat zou het u kunnen opleveren om dit gedrag te gaan veranderen? Hoe ziet u uw gezondheid over +/- vijfjaar? Waar zou u zichzelf neerzetten wat betreft motivatie op een schaal van 1-10? Hoeveel vertrouwen hebt u dat het gaat lukken en wat hebt u nodig om dit cijfer omhoog te laten gaan? Hoe kun je dit nou aanpakken om dit te laten slagen? > Wat zou voor u de eerste stap zijn? Wat zijn de moeilijke momenten die u tegen kunt komen? Wat zou u concreet willen doen om de kans op een nieuw herseninfarct te verminderen? Wat waren de moeilijke momenten de afgelopen tijd en hoe is het u gelukt om deze door te komen? Welke maatregelen kunt u bedenken die ervoor zorgen dat u dit kunt volhouden? Wat kan ik hierin voor u betekenen? Wat zijn de moeilijke momenten geweest de afgelopen tijd? Zijn er situaties denkbaar die in de komende periode moeilijk voor u zouden kunnen zijn? Welke oplossingen werken goed voor u? Dé Verpleegkundig Specialist nummer 3 september 2017
4 Secundaire preventie In figuur 1 is te zien dat het gecombineerde eindpunt (optimale behandeling), uitgaande van streefwaarden van <140/90 mmhg, respectievelijk < 2,5 mmol/l, na 12 maanden follow-up bij 68% van de patiënten behaald werd en in het tweede jaar bij 50%. In de praktijk bleken veel patiënten van het protocollair voorgeschreven statine bijwerkingen te ervaren; dankzij de intensieve nazorg bleven zij gemotiveerd tot het slikken van een ander statine, waarmee het vaak lukte de streefwaarde te bereiken. Voor het gebruik van plaatjesaggregatieremmers werd vooraf een erg hoog percentage van 99% ten doel gesteld. Met de behaalde 98% komen we hier dichtbij. Leefstijl In het verbeteren van de leefstijl zagen we een significante afname van het roken en de middelomtrek. Er waren geen significante verschillen te zien in alcoholgebruik, BMI, gewicht en bewegen. Met de interventie lukte het na 12 maanden een significant aantal patiënten te laten stoppen met roken (tabel 3). In alcoholgebruik zagen we tijdens follow-up weinig verandering. Hoewel de BMI niet afnam maar zelfs licht toenam was de middelomtrek na 12 maanden significant lager dan bij inclusie. Dit kan betekenen dat patiënten toch afname van 'verkeerd vet hebben bereikt. Tabel 2. Baseline-gegevens van de geïncludeerde patiënten (n = 57). geslacht (% man) 54,4 leeftijd (jaar) 67 ± 11,9 herseninfarct (%) 59,6 major stroke, NIHSS?3 (%) 14,0 minor stroke, NIHSS s3 (%) 45,6 transient ischemic attack (%) 40,4 National Institutes of Health Stroke Scale 1,9 ± 2,4 risicofactoren atriumfibrilleren (%) 10,5 hypertensie (%) 78,9 systolische bloeddruk (mmhg) 153,8 ± 26,8 diastolische bloeddruk (mmhg) 82,5 ± 13,6 hypercholesterolemie (%) 89,5 LOL-cholesterol (mmol/l) 3,5 ± 1,2 diabetes mellitus (%) 15,8 Body Mass Index (kg/m2) 26,5 ± 3,1 middelomtrek (cm) 100,8 ± 11,0 roken (%) 36,8 overmatig alcoholgebruik (%) 24,6 positieve familieanamnese (%) 45,6 herseninfarct of TIA in voorgeschiedenis (%) 22,8 perifeer vaatlijden in voorgeschiedenis (%) 7,0 coronaire hartziekte in voorgeschiedenis (%) 10,5 Mini Mental State Examination 28,3 ± 1,8 31_LVD INCIMA I OD De gegevens bestaan uit percentages of gemiddelden met een standaarddeviatie. 100% 80% s optimale behandeling bloeddruk (< 140/90 mmhg) LOL-cholesterol (<2.5 mmol/l) plaatjesaggregatieremmers o roken 1. overmatig alcohol gebruik 20% - be,s,,,,r> e. c2' b,,,zi,.». c,'i,e;s..,,,?:;5 &<,e' ' ț,e,'."?'<,,,,,s.,,fr \,,,, i>,,,,,,,,,,,,...,,, -, n,. 0 o,, e,,,, e,,,-,b.,.0, Q, Q, Q, Q, Q, Q, Figuur 1. Resultaten MotiveS Vitale Vaten. Tabel 3. Eindpunten leefstijl roken, alcohol en overgewicht (n = 57). baseline 12 maanden p-waarde roken (%) overmatig alcoholgebruik (%)* BMI (kg/m2) middelomtrek (cm) ** ** ^ ± ± ^ De gegevens bestaan uit percentages of gemiddelden met een standaarddeviatie. " Overmatig alcoholgebruik is in ons onderzoek gedefinieerd als > 2 eenheden per dag voor mannen en > 1 eenheid per dag voor vrouwen. **p-waarde van de McNemar test, " p-waarde van de gepaarde T-test. Dé Verpleegkundig Specialist nummer 3 september 2017
5 91 gedragsbehoud (maintenance): patiënt probeert de gedragsverandering te behouden en terugval te voorkomen. actiefase: patiënt is gestart met ander gedrag. preparatie of voorbereidingsfase: de patiënt heeft een besluit genomen om het gedrag op korte termijn te veranderen. precontemplatiefase: patiënt is zich (nog) niet bewust van ongezond gedrag of is er niet mee bezig het gedrag te veranderen. contemplatiefase: patiënt is zich er bewust van dat het gedrag een probleem vormt en overweegt er iets aan te doen maar twijfelt. Er zijn nog geen concrete plannen. Figuur 2. Het 'stages of change'-modet kenmerkt zich in het aanpassen van de zorgverlener aan de fase van gedragsverandering waarin de patiënt zich op dat moment bevindt. Volgens dit model kunnen vijf fasen worden onderscheiden. Beschouwing In deze tweejarige cohortstudie is na een TIA of licht herseninfarct met behulp van intensieve poliklinische nazorg, in combinatie met het toepassen van motiverende gespreksvoering, een sterke verbetering van de secundaire preventie bereikt en een verbetering van leefstijl gerealiseerd. 68% van de patiënten haalde na een jaar het primaire eindpunt van een optimale behandeling. Daarnaast vonden we een significante toename van het bereiken van de secundaire preventie; in de leefstijl verbeterden rookstatus en middelomtrek. Hoewel de resultaten op het bezoek na twee jaar en een jaar na de voltooiing van de interventie nog steeds gunstig waren vergeleken met de baseline-resultaten, daalde het percentage patiënten dat het primaire eindpunt bereikte met 18% (p < 0,001). Daarnaast vonden we na een en twee jaar in vergelijking met baseline een significante afname van zowel de bloeddruk als het LDL-cholesterol. De resultaten van deze studie steken gunstig af bij de resultaten van het relatief kleine aantal studies die tot nu toe zijn gerapporteerd Verschillende studies hebben getracht de kwaliteit van secundaire preventie door leefstijlinterventies bij patiënten met een TIA of herseninfarct te verbeteren, met tot nu toe vaak teleurstellende resultaten Tot nu toe is weinig bekend over de effectiviteit van de motiverende gespreksvoering bij patiënten die een TIA of herseninfarct hebben doorgemaakt. Een recente Australische studie toonde aan dat motiverende gespreksvoering geen effect had op de bloeddruk en het LDLcholesterolgehalte. Wel werd aangetoond dat motiverende gespreksvoering een significant positief effect had op Figuur 3. Te vaak zit de zorgverlener al in de trein terwijl de patiënt nog op het perron staat. Dé Verpleegkundig Specialist nummer 3 september 2017
6 therapietrouw ten aanzien van de medicatie ter secundaire preventie op 6 en 9 maanden na een TIA of herseninfarct. In deze studie ontvingen patiënten in de interventiegroep vier sessies met motiverende gespreksvoering waarbij de eerste sessie een persoonlijk gesprek was en de andere contactmomenten meestal telefonisch plaatsvonden.10 Onze cohortstudie kende de volgende beperkingen: 1. Ondanks onze systematische aanpak van de zorg voor patiënten na een TIA of herseninfarct beëindigde een aanzienlijk deel (24%) van de opgenomen patiënten de interventie of viel uit bij de follow up. 2. De eerste lijn werd niet betrokken in deze studie. Men zou kunnen beargumenteren dat de behandeling met betrekking tot de secundaire preventie in de eerste lijn dient te gebeuren, omdat de eerstelijns gezondheidszorg zich recent zodanig heeft ontwikkeld dat cardiovasculair risicomanagement inclusief het aanzetten tot een verandering van leefstijl, op steeds grotere schaal wordt aangeboden. Dit zou gepaard gaan met lagere kosten in de gezondheidszorg. Een betere overdracht van zorg tussen de tweede en de eerste lijn zou daarom een verdere verbetering kunnen betekenen van de kwaliteit van de secundaire preventie voor patiënten die een TIA of herseninfarct hebben doorgemaakt. Daarbij is het van belang dat er binnen de eerste lijn ook aandacht is voor de cognitieve beperkingen bij patiënten en dat deze voldoende herkend worden. Toekomstige studies moeten aantonen of deze veronderstelling juist is. Literatuur 1 Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) Volksgezondheid en zorg. onderwerp/sterfte-naar-doodsoorzaak/cijfers- context/ huidige-situatie#2823). Geraadpleegd juli Coutts SB, Hill MD, Campos CR. Recurrent events in transient ischemic attack and minor stroke: what events are happening and to which patients? Stroke 2008; 39: Van Wijk I, 'Capelle IJ, Van Gijn J, Koudstaal laj, Franke CL, Vermeulen M, et al. Long-term survival and vascular event risk after transient ischaemic attack or minor ischaemic stroke: a cohort study. Lancet 2005; 365: Hackam DG, Spence D. Combining multiple approaches for the secondary prevention of vascular events after stroke: a quantitative modeling study. Stroke 2007; 38; Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. Richtlijn 'Diagnostiek, behandeling en zorg voor patiënten met een beroerte': 2009; Available from: Geraadpleegd juli Voor de volledige literatuurlijst wordt verwezen naar Het stroomdiagram MotiveS Vitale Vaten vindt u ook op kb lad-dvs.nl. 311VD INCIINIAIOD Dit is een prospectieve cohortstudie waarbij eventuele conclusies over causaliteit niet getrokken kunnen worden. Om een definitief antwoord te krijgen op de vraag of motiverende gespreksvoering na een TIA of herseninfarct effectief is, is een gerandomiseerd onderzoek nodig. Dit onderzoek zou dan gericht kunnen worden op secundaire preventie en leefstijl, waarbij recidief-herseninfarcten en andere cardiovasculaire gebeurtenissen ook als eindpunt meegenomen dienen te worden. Conclusie Deze studie gebaseerd op motiverende gespreksvoering gekoppeld aan een langdurig programma voor secundaire preventie resulteerde in een aanzienlijke toename van de secundaire preventie en verbetering van leefstijl na één jaar. Het effect van dit behaalde resultaat in het eerste jaar daalde in het tweede jaar van de follow-up. Aangezien de huidige medische zorg zich steeds meer richt op het managen van langetermijneffecten voelen zorgverleners een groeiende behoefte aan interventies voor effectieve en blijvende gedragsverandering. Voor zover wij weten is dit de eerste studie waarbij effecten van motiverende gespreksvoering worden beschreven bij het bereiken van secundaire preventie en leefstijl bij patiënten met een TIA of een herseninfarct. Dé Verpleegkundig Specialist nummer 3 september 2017
HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN
HET EFFECT VAN DE CVRM ZORGSTRAAT OP DE BLOEDDRUK EN HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN IN DE HUISARTSENPRAKTIJK Berdien Oosterveld Begeleiding: Job van der Palen Peter van der Lugt Mirella Nijmeijer Wetenschapsavond
Nadere informatiePersoonsgerichte preventie in de praktijk. S.A. Petra
Persoonsgerichte preventie in de praktijk S.A. Petra 30-09-2010 Dé Gezonde regio: waar? Dé Gezonde regio: wie? Wij staan voor gezondheid! Kernwoorden Gezondheid Eigen regie Samenwerken Optimisme Innovatie
Nadere informatieOndanks de geboekte vooruitgang op het gebied van
S A M E N V A T T I N G Ondanks de geboekte vooruitgang op het gebied van preventie en behandeling van het herseninfarct, blijft deze aandoening een veelvoorkomende oorzaak van mortaliteit en morbiditeit.
Nadere informatieFries Wisselprotocol CVRM
Fries Wisselprotocol CVRM Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding waaronder zoutbeperking (tot 5 gram/dag) o stoppen roken o voldoende lichamelijke activiteiten
Nadere informatieFries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels
Fries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding
Nadere informatieZorgproces HVZ. identificatie. Anamnese/ probleeminventarisatie. Gedeelde besluitvorming / Individueel Zorgplan. Follow up
Zorgproces HVZ Het HVZ zorgproces bestaat uit 5 fasen: identificatie, anamnese/probleeminventarisatie, gedeelde besluitvorming/ individueel zorgplan, interventies en follow up. In de volgende hoofdstukken
Nadere informatieLeefstijlverandering na TIA of herseninfarct DECIDE MOTIVE. Dorien Brouwer, Peter Koudstaal, Heleen den Hertog
Leefstijlverandering na TIA of herseninfarct DECIDE MOTIVE Dorien Brouwer, Peter Koudstaal, Heleen den Hertog Stroke en TIA patiënten na opname of TIA analyse 4-6 weken en na 3 maanden consult actuele
Nadere informatieIndividueel zorgplan vitale vaten
Individueel zorgplan vitale vaten Wat kunt u zelf doen? Een gezonde leefstijl is het belangrijkste bij de aanpak van risicofactoren. Misschien is uw leefstijl wel goed. Zorgverleners kunnen u adviseren
Nadere informatiePrimaire preventie HVZ
Primaire preventie HVZ Stel altijd een risicoprofiel op bij patiënten: met doorgemaakte HVZ, diabetes mellitus (DM), reumatoïde artritis (RA) of chronische nierschade met een belaste familieanamnese voor
Nadere informatiehoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3
SAMENVATTING Dit proefschrift is gewijd aan Bouwen aan Gezondheid : een onderzoek naar de effectiviteit van een leefstijlinterventie voor werknemers in de bouwnijverheid met een verhoogd risico op hart
Nadere informatieBijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk
Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk Fenna Schouten f.schouten@nhg.org 09-02-2017 Versie 2 Inhoud Overzicht indicatoren... 2 Populatiegegevens... 2 Bloeddruk...
Nadere informatieBij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich.
Bijlage 1: samenwerkingsafspraken diëtisten binnen DBC CVRM GHC Uitgangspunten Cardio Vasculair Risico Management (CVRM) staat voor de diagnostiek, behandeling en follow-up van risicofactoren voor hart-
Nadere informatieFries Wisselprotocol CVRM
Fries Wisselprotocol CVRM Basis Educatie Leefstijloptimalisatie: o matig alcoholgebruik o bewuste voeding waaronder zoutbeperking (tot 5 gram/dag) o stoppen roken o voldoende lichamelijke activiteiten
Nadere informatieVitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011
Vitale Vaten Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Dé Gezonde regio: waar? Dé Gezonde regio: wie? Verleiden Opbouw presentatie Inleiding hart- en vaatziekten Project Vitale Vaten Gorinchem
Nadere informatieLipiden behandelen bij de oudere patiënt: starten, stoppen of doorgaan?
Lipiden behandelen bij de oudere patiënt: starten, stoppen of doorgaan? Dr. Mike Peters Internist VU medisch centrum Amsterdam mjl.peters@vumc.nl Ouderen passen niet in een richtlijn 1. Dhr S, 89 jaar,
Nadere informatieNieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief?
Nieuwe Richtlijn Herseninfarct en Hersenbloeding: wat verandert er in de zorg vanuit neurologisch perspectief? Dr. R.M. van den Berg-Vos, neuroloog Vergroot endovasculaire behandeling de kans op een goed
Nadere informatieSamenvatting voor niet-ingewijden
voor niet-ingewijden Type 2 diabetes Diabetes is een ernstige chronische ziekte, die wordt gekenmerkt door te hoge glucosespiegels (de suikers ) in het bloed. Er zijn verschillende typen diabetes, waarvan
Nadere informatieIndividueel zorgplan
Individueel zorgplan Diazon Hafank Inhoudsopgave Individueel Zorgplan 3 Stap voor stap 5 stap 1: Gezondheid & behoeften 5 stap 2: Meetwaarden 6 stap 3: Uw doel & acties 8 stap 4: Evaluatie 10 Bereid het
Nadere informatieUitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk
Uitgevoerd onderzoek in de huisartsenpraktijk ELLEN BANIERINK ANIOS INTERNE GENEESKUNDE 06-12-2016 Inhoud Aanleiding Vorming onderzoeksvoorstel Het onderzoek Praktisch gezien Planning Verloop Problemen
Nadere informatieWetenschap in praktijk
Wetenschap in praktijk CNE Hartrevalidatie & Acute cardiale zorg Marjolein Snaterse docent/onderzoeker Secundaire preventie coronaire hartziekten. 6 Agenda 1. Wetenschappelijk bewijs 2. Richtlijnen en
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Dit proefschrift richt zich op statinetherapie in type 2 diabetespatiënten; hiervan zijn verschillende aspecten onderzocht. In Deel I worden de effecten van statines op LDLcholesterol en cardiovasculaire
Nadere informatieHet Vrouwenhart: begeerd maar (nog) onbekend
Het Vrouwenhart: begeerd maar (nog) onbekend Nationale Gezondheidsbeurs 13 februari 2016 Utrecht Yolande Appelman Interventiecardioloog VU medisch centrum Amsterdam 2015 Campagne Hartstichting Awareness
Nadere informatieKent u de cijfers van uw hart?
Kent u de cijfers van uw hart? CHOLESTEROL? GEWICHT/ BUIKOMTREK? UW? BLOEDDRUK? SUIKERGEHALTE? V.U.: Dr Freddy Van de Casseye - Elyzeese-Veldenstraat 63-1050 Brussel Belgische Cardiologische Liga www.cardiologischeliga.be
Nadere informatieTIA/ herseninfarct van spoed- naar ketenzorg
TIA/ herseninfarct van spoed- naar ketenzorg neurologie Folkert Hoekstra, huisarts Renske van den Berg-Vos, neuroloog ACUTE FASE stroke ketenzorg START CHRONISCHE FASE 3 NHG standaard beroerte nieuwe standaard
Nadere informatieCardiovasculair risicomanagement. Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus
Cardiovasculair risicomanagement Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus Inhoud eerste uur Risicoprofilering Anamnese Lichamelijk Onderzoek Aanvullende diagnostiek Evaluatie en risicoschatting
Nadere informatieBepalingenclusters CVRM
Bepalingenclusters CVRM Onderstaande clusters zijn afkomstig uit de HIS-tabel Bepalingenclusters en zijn in verschillende HIS en ingebouwd. De clusters zijn opgebouwd uit bepalingen uit de HIS-tabel diagnostische
Nadere informatieHet voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis
Samenvatting Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis Hoofdstuk 1 bevat de algemene inleiding van dit proefschrift. Dit hoofdstuk
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 200 NEDERLANDSE SAMENVATTING Duizeligheid is een veel voorkomend probleem bij ouderen. Tot 30% van de thuiswonende ouderen van 65 jaar en ouder ervaart enige vorm van duizeligheid.
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
Samenvatting Hart- en vaatziekten zijn de meest voortkomende ziekten in ontwikkelde landen en veroorzaken het hoogste sterftepercentage. De term hart- en vaatziekten omvat alle klinische uitingen van slagaderverkalking
Nadere informatieInhoud Hoe BRAVO ben jij?
Inhoud Hoe BRAVO ben jij? Inleiding 2 De behandeling van een aandoening 2 Medicijnen 2 Leefstijl 5 Een verergering van je klachten 6 Jouw behandelplan 8 Bewegen 8 Roken 8 Alcohol en voeding 8 Ontspanning
Nadere informatie- 172 - Prevention of cognitive decline
Samenvatting - 172 - Prevention of cognitive decline Het percentage ouderen binnen de totale bevolking stijgt, en ook de gemiddelde levensverwachting is toegenomen. Vanwege deze zogenaamde dubbele vergrijzing
Nadere informatieInEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM
InEen/NHG Indicatoren DM-COPD-CVRM De zorggroep heeft hard gewerkt om de Indicatoren sets van InEen en NHG gelijk te trekken. Na veel overleg met NHG en InEen is dit gelukt. Hieronder is een artikel te
Nadere informatieDiabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren
Diabetes en ouder worden Dr. K.J.J. van Hateren Huisarts, lid DiHAG Senior-onderzoeker Diabetes kenniscentrum Disclosure Geen conflicts of interest De toekomst!!! >25% = >75 jaar Karakteristieken ouderen
Nadere informatieNazorg na een beroerte
Neurologie en Neurochirurgie Nazorg na een beroerte www.catharinaziekenhuis.nl Patiëntenvoorlichting: patienten.voorlichting@catharinaziekenhuis.nl NEU038 / Nazorg na een beroerte / 26-03-2019 2 Nazorg
Nadere informatieVirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico
VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico Diabetes Mellitus type 2 (DM2) wordt door verschillende experts aangeduid als een leefstijlziekte
Nadere informatieSAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172
SAMENVATTING MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 ALIFE@WORK DE EFFECTEN VAN EEN LEEFSTIJLPROGRAMMA MET BEGELEIDING OP AFSTAND VOOR GEWICHTSCONTROLE BIJ WERKNEMERS ACHTERGROND Overgewicht, waarvan
Nadere informatie09u30-10u30 Motivatie bij chronische zorg. Ingrid Luyckx, zorgexpert diabetes
09u30-10u30 Motivatie bij chronische zorg Ingrid Luyckx, zorgexpert diabetes Oefening 1.Ik eet elke dag bruin brood. 2.Ik eet elke dag 2 à 3 stukken fruit. 3.Ik eet elke dag 300gr groenten. 4.Ik rook
Nadere informatieMijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten
Mijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten WWW.ZORROO.NL 1 Voorwoord Zorroo staat voor Zorggroep Regio Oosterhout & Omstreken. Wij zijn een organisatie die samen met uw huisarts en andere
Nadere informatieInleiding 11 INLEIDING. Aanleiding. Onderwerp en doel
Inleiding Aanleiding In 2006 verschenen de eerste Nederlandse multidisciplinaire richtlijn cardiovasculair risicomanagement (CVRM) en de daarvan afgeleide NHG-Standaard. Gezien de constante stroom van
Nadere informatieAan de slag met het Individueel Zorgplan!
Aan de slag met het Individueel Zorgplan! Stannie Driessen, programmaleider Chronisch Zieken, Vilans, Utrecht Mark van der Wel, Huisarts-onderzoeker, WGC Lindenholt en UMC St Radboud, Nijmegen Carel Bakx
Nadere informatieTabel: Overzicht van de studieresultaten.
1 Educatieve interventies om de therapietrouw bij diabetes mellitus type 2 te verbeteren Subanalyse van een systematische review van gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken Tabel: Overzicht van de studieresultaten.
Nadere informatievan chaos naar eenheid
van chaos naar eenheid Alles is aanwezig, je moet het alleen op de juiste plek zetten Carel Bakx, huisarts Doesburg Mark van der Wel Henny Peelen Wat gaat er gebeuren? Waarom een nieuw Vasculair Risico
Nadere informatieCVRM in N.Kennemerland
CVRM in N.Kennemerland Goof Zonneveld Jacco Rempe Huisartsenzorg Noord-Kennemerland Zorgprogramma CVRM Preventie Preventie van HVZ traditioneel altijd aandacht voor hypertensie, onvoldoende aandacht voor
Nadere informatieCerebrovasculaire aandoeningen. Patricia Halkes 19-03-2013
Cerebrovasculaire aandoeningen Patricia Halkes 19-03-2013 Wat is een CVA? CerebroVasculair Accident CerebroVasculair Accident CerebroVasculair Accident CerebroVasculair Accident Oftewel in goed Nederlands
Nadere informatieChecklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen
Uitneembaar katern, handig om mee te nemen Hoofdstuk 2 Zorgverleners bij diabetes type 2 21 Checklists Dit uitneembare katern bevat checklists over controles die bij goede zorg horen; tips voor communicatie
Nadere informatieAddendum. Nederlandse Samenvatting
Addendum A Nederlandse Samenvatting 164 Addendum Cardiovasculaire ziekten na hypertensieve aandoeningen in de zwangerschap Hypertensieve aandoeningen zijn een veelvoorkomende complicatie tijdens de zwangerschap.
Nadere informatieregio uw praktijk 2004 43.8 56.2 % % jaar 6.9 jaar 15.9 66.5 8.2 9.4 % % % 67.8 54.1 17.6 % % % 7.1 4.4 81.8 148.5 29.9 mmhg
Algemene gegevens -5 In het onderstaande overzicht kunt u de gegevens uit uw praktijk van 5 (laatste kolom) vergelijken met die van 5 huisartspraktijken uit de regio (eerste kolom) en uw eigen praktijk
Nadere informatieBijsluiter gebruik HVZ-indicatoren in de huisartsenpraktijk. Fenna Schouten Versie 3
Bijsluiter gebruik HVZ-indicatoren in de huisartsenpraktijk Fenna Schouten f.schouten@nhg.org 09-02-2017 Versie 3 Inhoud Overzicht van de indicatoren... 2 Populatiegegevens... 2 Bloeddruk... 2 LDL en lipideverlagende
Nadere informatie3 Persoonlijke gegevens
3 Persoonlijke gegevens Naam Telefoonnummer Voorgeschiedenis en SCORE-risico (%)* Diagnose(n) centrale zorgverlener Mevrouw Jansen Tensieweg 120 3415 BP Bovendruk 011-22110022 Zwangerschapshypertensie.
Nadere informatieDoel van het L2M onderzoek. Achtergrond vicieuze cirkel LEARN 2 MOVE
LEARN 2 MOVE Beweegstimuleringsprogramma s gebaseerd op Motivational Interviewing voor kinderen, adolescenten en jongvolwassenen met cerebrale parese (CP) Leontien van Wely, MSc Prof. dr. Jules Becher
Nadere informatieHart en Vaataandoeningen, Leefstijlziektes? of! Leo Schrijvers Cardioloog
Van harte welkom! Hart en Vaataandoeningen, Leefstijlziektes? of! Leo Schrijvers Cardioloog CONFUCIUS: Chinees wijsgeer circa 500 voor Christus Het is niet moeilijk om het goede te herkennen, maar wel
Nadere informatieChronische Nierschade in Nederland
Chronische Nierschade in Nederland Stadium GFR (ml/min/1,73m 2 ) Albuminurie > 30 mg/24 hr Prevalentie VS (%) Prevalentie Nederland (%) 1 >90 Ja 3,3 1,3 2 60-89 Ja 3,0 3,8 3 30-59 Ja/nee 4,3 5,3 4 15-29
Nadere informatieHet verbeteren van therapietrouw bij mensen met type 2 diabetes middels ehealth interventies
Het verbeteren van therapietrouw bij mensen met type 2 diabetes middels ehealth interventies (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of
Nadere informatieStroke basisprincipes en nieuwe ontwikkelingen. Dr. S. (Sander) M. van Schaik Neuroloog Zaans Medisch Centrum & OLVG 24 november 2017
Stroke basisprincipes en nieuwe ontwikkelingen Dr. S. (Sander) M. van Schaik Neuroloog Zaans Medisch Centrum & OLVG 24 november 2017 Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Geen
Nadere informatieCVRM kwetsbare ouderen. Rotterdam maart 2015 AJ Arends, klinisch geriater en klinisch farmacoloog io
CVRM kwetsbare ouderen Rotterdam maart 2015 AJ Arends, klinisch geriater en klinisch farmacoloog io Disclosure belangen spreker (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties
Nadere informatieHart & Vaten Pas ú raait om die rg d o Z 1
Hart & Vaten Pas Zorg die draait om ú 1 Ik heb een hart- of vaatziekte In het geval dat ik onwel word: bel 112 bel voor mijn huisarts (0031) I have... In case I become unwell: call 112 call my General
Nadere informatieHet wetenschappelijke bevolkingsonderzoek naar de vroege opsporing van hart- en vaatziekten.
www.robinsca.nl INFORMATIEFOLDER VOOR HUISARTSEN Het wetenschappelijke bevolkingsonderzoek naar de vroege opsporing van hart- en vaatziekten. WBO-vergunning verleend door de minister van VWS op 27 augustus
Nadere informatieHart &Vaten. Hart en Vaten Pas. PeriScaldes
Hart &Vaten Hart en Vaten Pas PeriScaldes In het geval ik onwel word: Bel 112 voor een ambulance Hart & Vaten Pas Bel mijn huisarts: (0031) In case I get unwell: Call 112 in the Netherlands for an ambulance
Nadere informatieHart- en vaataandoeningen zijn de belangrijkste doodsoorzaak bij vrouwen in de Westerse wereld. Daarom moeten we werk maken van:
Hart- en vaataandoeningen zijn de belangrijkste doodsoorzaak bij vrouwen in de Westerse wereld. Daarom moeten we werk maken van: 1 CARDIOVASCULAIRE PREVENTIE BIJ VROUWEN. 2 SENSIBILISATIE van de vrouw
Nadere informatieLeven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten
Leven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten M. Rubens en E. Wesseling Leven met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten Houten 2012 2012 Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Media,
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting
12 Samenvatting Hoofdstuk 1 is een algemene inleiding en beschrijft de achtergronden en het doel van dit proefschrift. Met het stijgen van de leeftijd nemen de incidentie en prevalentie van hart- en vaatziekten
Nadere informatieModule gezonde leefstijl. 20 Oktober 2018
Module gezonde leefstijl 20 Oktober 2018 University of Michigan / Max Planck Institute for Demographic Research Mensen die niet roken, een gezond gewicht behouden en niet overmatig drinken worden zeven
Nadere informatieInvesteren in gezondheid Een gezonde investering! Symposium voor Leidinggevenden IZA Bedrijfszorg 27-03-2013
1 Investeren in gezondheid Een gezonde investering! Symposium voor Leidinggevenden IZA Bedrijfszorg 27-03-2013 2 Bevorderen van de gezondheid, inzetbaarheid en productiviteit van medewerkers 4 werkmaatschappijen
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 121 Nederlandse samenvatting Patiënten met type 2 diabetes mellitus (T2DM) hebben een verhoogd risico op de ontwikkeling van microvasculaire en macrovasculaire complicaties. Echter,
Nadere informatieLandelijk Diabetes Congres Diabetes en hart- en vaatziekten
Landelijk Diabetes Congres Diabetes en hart- en vaatziekten Joke Lanphen, kaderhuisarts hart en vaatziekten Inhoud presentatie 1 Voorkomen van HVZ bij DM type 2 2 NHG standaard CVRM en diabetes 3 Metingen
Nadere informatieRegionale VTV 2011. Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M.
Regionale VTV 2011 Levensverwachting en sterftecijfers Regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2011 Hart voor Brabant Deelrapport Levensverwachting en sterftecijfers Auteurs: Dr. M.A.M. Jacobs-van
Nadere informatiePersoonsgerichte preventie: wie, wat, waar, hoe. Roderik Kraaijenhagen NIPED, Amsterdam
Persoonsgerichte preventie: wie, wat, waar, hoe Roderik Kraaijenhagen NIPED, Amsterdam Chronic disease burden - hart- en vaatziekten - diabetes - COPD - depressie / angst - obesitas Adequate preventie
Nadere informatieOSS/Arts en voeding. Oktober 2018
OSS/Arts en voeding Oktober 2018 een gezondheidszorgsysteem dat alle drie de doelen, gezondheid, kwaliteit van zorg en kosten, kan bewerkstelligen zal er anders uit zien dan één die zich slechts richt
Nadere informatieAdviseur deskundigheidsbevordering, NISB Hoofddocent Instituut Sport en Bewegingsstudies, HAN
Een kennismaking ki met motiverende gesprekvoering Ingrid Broeders Adviseur deskundigheidsbevordering, NISB Hoofddocent Instituut Sport en Bewegingsstudies, HAN 1 Ervaring delen Vertel over een voldoening
Nadere informatie5-jaars Follow-up van de FAME studie
5-jaars Follow-up van de FAME studie WCN Congres 2015, Amsterdam 20-11-2015 Drs. L.X. van Nunen namens de FAME studiegroep Potential conflicts of interest Ik, Lokien X. van Nunen, heb GEEN conflicts of
Nadere informatieBelangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel
Belangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel Prasugrel behoort tot de farmacotherapeutische groep van de bloedplaatjesaggregatieremmers (heparine niet meegerekend), een groep waaronder ook clopidogrel
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting Cardiovasculaire Beoordeling na Hypertensieve Afwijkingen van de Zwangerschap Hypertensieve zwangerschapscomplicaties rondom de uitgerekende datum zijn veelvoorkomende complicaties.
Nadere informatieHoe kan ik als patiënt bijdragen aan verbetering in de zorg: Het Utrecht Cardiovasculair Cohort
Hoe kan ik als patiënt bijdragen aan verbetering in de zorg: Het Utrecht Cardiovasculair Cohort Michiel L. Bots, arts-epidemioloog Voorzitter van het UCC Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen &
Nadere informatieLipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement. 17 januari 2013, Utrecht Dr. Janneke Wittekoek, Cardioloog Stichting Actief Preventie Plan
Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement 17 januari 2013, Utrecht Dr. Janneke Wittekoek, Cardioloog Stichting Actief Preventie Plan Vet in Historisch Perspectief simpele vetopstapelingsziekte
Nadere informatieHypertensie. Huug van Duijn Spiegelavond 15 april 2013
Hypertensie Huug van Duijn Spiegelavond 15 april 2013 Waarom bloeddruk? Bloeddruk: niet te laag Bloeddruk: niet te hoog Het verband tussen bloeddruk en cardiovasculaire complicaties heeft als drempel
Nadere informatieNieuwe guidelines voor preventie. Cardio 2013 Johan Vaes
Nieuwe guidelines voor preventie Cardio 2013 Johan Vaes Waarom is preventie nodig? CV ziekten blijven belangrijkste doodsoorzaak Zowel mannen als vrouwen Overlijden voor 75 j is ten gevolge van CV ziekten
Nadere informatieStaken antihypertensiva bij ouderen. Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie
Staken antihypertensiva bij ouderen Groot Haags Geriatrie Referaat oktober 2016 Marielle Hofman, aios geriatrie 2 Vragen Zou u antihypertensiva staken bij een geriatrische patiënt met hypertensie en een
Nadere informatieCardio Vasculair Risico Management 29 januari 2014
Cardio Vasculair Risico Management 29 januari 2014 Opening en welkom Adriaan Timmers, huisarts, bestuurder STERK Presentatie ketenzorgprogramma CVRM en transmurale afspraken Huug van Duijn, kaderarts Hart-
Nadere informatieDE COACH METHODE BIJ MENSEN MET DIABETES TYPE 2
DE COACH METHODE BIJ MENSEN MET DIABETES TYPE 2 Dr. M.H.G. de Greef, Bewegingswetenschappen van Rijksuniversiteit Groningen. Drs. S.R. Sprenger, Centrum voor Beweging en Onderzoek Groningen. B.J. Houët,
Nadere informatieRichtlijn JGZ-richtlijn Overgewicht
Richtlijn JGZ-richtlijn Overgewicht Eerste - en vervolg consulten Het eerste consult Bij de anamnese wordt aandacht besteed aan voorgeschiedenis, familieanamnese, gezondheid, voeding, lichamelijke activiteit
Nadere informatieIndividueel behandelplan COPD/Astma
Individueel behandelplan COPD/Astma Persoonlijke gegevens Naam Adres Woonplaats Telefoon E-mail Geb. datum Diagnose Diagnose gesteld op Bij ongeval waarschuwen Naam Adres Telefoon Relatie met pasdrager
Nadere informatieSamenvatting in het Nederlands
Samenvatting in het Nederlands Samenvatting in het Nederlands 137 Sinds de jaren zeventig daalt de sterfte aan een beroerte, terwijl de incidentie ongeveer gelijk is gebleven. Uit een scenario-analyse
Nadere informatieSamen zorgen. Samen zorgen wij voor de beste zorg bij een acuut hartinfarct
Samen zorgen Samen zorgen wij voor de beste zorg bij een acuut hartinfarct Goof Zonneveld, huisarts in Sint Pancras en kaderhuisarts HVZ Secundaire preventie Verbinding tussen 2 e en 1 e lijn NVVC-Connect
Nadere informatieCEL 2010 0049. Indicatorenset DM
CEL 2010 0049 Indicatorenset DM Deze indicatorenset Diabetes Melitus is vervaardigd in opdracht van ZN en wordt ingebracht bij Zichtbare Zorg als de door zorgverzekeraars gewenste indicatorenset. Zorgverzekeraars
Nadere informatieDe patiënt en cardiovasculair risicomanagement Koos van Staveren en Karin Idema. k.idema@hartenvaatgroep.nl
De patiënt en cardiovasculair risicomanagement Koos van Staveren en Karin Idema k.idema@hartenvaatgroep.nl Onze boodschap vandaag? Sluit aan bij de persoonlijke situatie! Dus: wie bent u & waarom bent
Nadere informatieChapter 10 Samenvatting
Chapter 10 Samenvatting Chapter 10 De laatste jaren is de mortaliteit bij patiënten met psychotische aandoeningen gestegen terwijl deze in de algemene populatie per leeftijdscategorie is gedaald. Een belangrijke
Nadere informatieOvergewicht en Obesitas op Curaçao
MINISTERIE VAN Gezondheid, Milieu & Natuur Volksgezondheid Instituut Curaçao Persbericht Overgewicht en Obesitas op Curaçao In totaal zijn 62,6% van de mannen en 67,3% van de vrouwen op Curaçao te zwaar,
Nadere informatieHart- en vaatziekten: risicoprofiel en leefstijladviezen. Cardiologie Centrum Waterland
Hart- en vaatziekten: risicoprofiel en leefstijladviezen Cardiologie Centrum Waterland Hart- en vaatziekten: risicoprofiel en leefstijladviezen Hart- en vaatziekten zijn de belangrijkste doodsoorzaak in
Nadere informatieBelangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel)
Belangrijke Veiligheidsinformatie over EFIENT (prasugrel) EFIENT (prasugrel) behoort tot de farmacotherapeutische groep van de bloedplaatjesaggregatieremmers (heparine niet meegerekend), een groep waaronder
Nadere informatieSamenvatting R1 R2 R3 R4 R5 R6 R7 R8 R9
SAMENVATTING 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 134 Type 2 diabetes is een veel voorkomende ziekte die een grote impact heeft op zowel degene waarbij
Nadere informatieRegionaal ketenzorg protocol COPD
Bijlage 1. Regionaal Ketenzorgprotocol Titel Regionaal ketenzorg protocol Verwijzing naar formulier Verwijzing naar protocol Protocol case finding Kwaliteitsbeleid Zorggroep Privacyreglement Zorggroep
Nadere informatieDia 1 Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement. Dia 2. Dia 3. Vet in Historisch Perspectief. simpele vetopstapelingsziekte
Dia 1 Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement 17 januari 2013, Utrecht Dr. Janneke Wittekoek, Cardioloog Stichting Actief Preventie Plan Dia 2 Vet in Historisch Perspectief simpele vetopstapelingsziekte
Nadere informatieWerken met het ketenprogramma CVRM
Werken met het ketenprogramma CVRM Praktijkinformatie Zorgprogramma CVRM voor huisartsen en praktijkondersteuners www.rohamsterdam.nl Inhoud 1. AAN DE SLAG MET CVRM!... 3 2. KETENPARTNERS... 3 3. WAT DOET
Nadere informatieSekse en gender in hart- en vaatziekten: Implementatie in de praktijk
Sekse en gender in hart- en vaatziekten: Implementatie in de praktijk Dr Jeanine Roeters van Lennep Internist, Vascular Medicine Erasmus MC Rotterdam, The Netherlands email:j.roetersvanlennep@erasmusmc.nl
Nadere informatieLanger leven? LICHAAMSBEWEGING EN Meer bewegen. Marjolein Visser. ACA Congres 2012
ACA Congres 2012 LICHAAMSBEWEGING EN SUCCESVOL OUDER WORDEN Meer bewegen - Afdeling Gezondheidswetenschappen, Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen, Vrije Universiteit; - Afdeling Epidemiologie en
Nadere informatieChronische nierschade: hoe vaak, stadia en risico s
Factsheet Nieren en nierschade deel 3 Nierschade vraagt om continue alertheid en aandacht van de behandelaar Nierfunctie en eiwitverlies: voorspellers van complicaties Chronische nierschade: hoe vaak,
Nadere informatieBloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige
Bloeddrukstreefwaarden bij diabetes mellitus: lager of toch niet? Erik Serné Internist- vasculair geneeskundige Bloeddrukstreefwaarden bij patiënten met type 2 diabetes? A. Huidige richtlijn CVRM is achterhaald
Nadere informatieGezondheidsbevordering. werkplek Wat werkt? Karin Proper.
Gezondheidsbevordering op de werkplek Wat werkt? Karin Proper Karin.proper@rivm.nl Onderwerpen 1. Wat? Type interventies/ strategieen gezondheidsbevordering op de werkplek 2. Zijn deze effectief? Effectiviteit
Nadere informatieIndividueel Zorgplan Cardiometabool
Individueel Zorgplan Cardiometabool Vasculair Centrum Naam: Geboortedatum: Patiëntnummer: Vasculair centrum Rijnstate Het Rijnstate Vasculair Centrum is een kennis- en behandelcentrum voor patiënten met
Nadere informatieRisicofactoren voor hart- en vaatziekten in de Nederlandse bevolking. Een uitgave van de Nederlandse Hartstichting augustus 2006
cijfers en feiten Risicofactoren voor hart- en vaatziekten in de Nederlandse bevolking Een uitgave van de Nederlandse Hartstichting augustus 26 Prevalenties en trends in leefstijl- en risicofactoren in
Nadere informatie