1. Leerlijnen jonge kind, executieve functies en OGW binnen spel!

Transcriptie

1 1. Leerlijnen jonge kind, executieve functies en OGW binnen spel! De werkwijze rondom leerlijnen jonge kind in ParnasSys eigen maken, werken aan executieve functies handen en voeten kunnen geven binnen concrete situaties en bij voldoende tijd werken aan opbrengstgericht werken binnen de spel! Toelichting De leerkrachten oriënteren zich op leerlijnen jonge kind in ParnasSys m.b.v. de demoversie. De werkwijze van KIJK! in ParnasSys vraagt veel tijd en blijkt omslachtig te zijn. Bij groen licht wordt dit het leerlingvolgsysteem voor de komende jaren. We zullen tijdens de bijeenkomsten stil staan bij de werkwijze, als het gaat om het registeren van behaalde doelen bij kinderen en het maken van groeps- en subgroepplannen. De IB-er wordt tijdens 2 momenten gecoacht in het voeren van groepsgesprekken m.b.v. leerlijnen jonge kind. Daarnaast gaan we concreet met de theorie rondom executieve functies aan de slag. We koppelen dit aan leerlingen bij wie de ontwikkeling van zelfsturing aandacht vraagt. Bij voldoende tijd gaan we aan de slag met opbrengstgericht werken binnen spel. Centraal staan de doelen die we koppelen aan spel en wat de opbrengsten hiervan zijn en hoe we dit in kaart brengen. Al met al voldoende uitdaging voor het komende schooljaar! Eindresultaat De leerkrachten kennen de werkwijze rondom leerlijnen jonge kind in ParnasSys en zijn in staat om leerlingen te volgen in hun ontwikkeling en het maken van groepsen subgroepplannen. De leerkrachten zijn in staat om kwalitatief goede groepsgesprekken met de IB-er te voeren m.b.v. leerlijnen jonge kind. De IB-er heeft voldoende vaardigheden hierin ontwikkeld. De leerkrachten zijn theoretisch op de hoogte van executieve functies en hebben voldoende vaardigheden ontwikkeld om hiermee aan de slag te gaan in concrete situaties. De leerkrachten kunnen betekenis geven aan opbrengstgericht werken binnen spel. 4 bijeenkomsten: Woensdagmorgen Woensdagmiddag Woensdagmorgen Woensdagmiddag momenten nog af te spreken met de IB-er! Evaluatie 2. Betrokkenheid van leerlingen We willen de leerlingen zich betrokken laten voelen bij wat er aangeboden wordt en bij de activiteiten waarmee ze bezig zijn. Toelichting De school ervaart de motivatie en betrokkenheid van leerlingen in het leerproces als problematisch. Leerlingen zijn niet vanuit zichzelf gemotiveerd en lijken de verantwoordelijkheid voor hun eigen leren niet altijd te beseffen. De school wil de leerlingen meer ruimte bieden om hun eigen leerproces vorm te geven en zo de motivatie en betrokkenheid vergroten. Hiervoor wil de school twee inzetten: coöperatief leren; thematisch wereldverkennend onderwijs Coöperatief leren zal een rol krijgen in zowel de basics in de ochtend als het ruimere werken rond wereldverkenning in de middag. Leraren leren coöperatieve structuren te gebruiken in de rekentaal en spellingles. Ook leren zij coöperatieve structuren in te zetten in open leersituaties zoals bij het wereldverkennende onderwijs. Thematisch wereldverkennend onderwijs is bestemd voor het middagprogramma waarbij zaakvakmethodes uitgangspunt worden. Leraren maken van hoofdstukken uit zaakvakmethodes korte thema s. Tijdens deze thema s zullen leerlingen worden uitgedaagd zelf 1

2 Eindresultaat aan de slag te gaan met de inhoud door bijvoorbeeld onderzoek te doen inhouden te presenteren, het schrijven van werkstukken. In dit alles is er aandacht voor de 21 ste century skills: samenwerken, sociale & culturele vaardigheden, concentratie, tijdsbeheersing, gericht zijn op de ander en woordgerichtheid. Visie op de vraag Onderwijs moet gericht zijn op het optimaal leren van alle leerlingen. Robert Marzano laat zien dat er een aantal goed renderende strategieën zijn die hierbij helpen. Coöperatief leren is er een van. (zie uitwerking coöperatief leren) De opbrengst van coöperatief leren heeft twee kanten: een cognitieve en een pedagogische. Het ondersteunt het leren van cognitieve inhouden door leerlingen op alle momenten in een leerproces. Coöperatief leren biedt de leerlingen de kans in interactie met klasgenoten actief betrokken te leren. Hierdoor wordt motivatie op krachtige wijze ondersteund. De werkwijze heeft tevens een grote invloed op de pedagogische component als het gaat om het leren van sociale vaardigheden als wel het positief beïnvloeden van pedagogisch klimaat in de school. Coöperatief leren moet daarom een integraal onderdeel zijn van het vakmanschap van de leraren. Deze zelfde actieve houding ontstaat als we leerlingen uitdagen om zelf thema s te exploreren en hiervan verslag uit te brengen. Leraren hebben de betrokkenheid van leerlingen vergroot door gebruik van coöperatieve structuren zowel bij de basics in de ochtend als in het wereldverkennende onderwijs in de middag; Leraren gebruiken zaakvak methodes om kinderen in korte thema s te activeren; Leerlingen zijn veel actiever in zowel de basicslessen in de ochtend als de wereldverkennende lessen in de middag. In het schooljaar zal een aantal interventies worden gedaan om de bovenstaande doelen te bereiken. Het gaat om een aantal studiemomenten en klassen bezoeken. ( zie Plan van aanpak Onderwijsadvies) Het betreft in ieder geval twee studiebijeenkomsten. 3. Coöperatief leren De school wil de leerlingen meer ruimte bieden om hun eigen leerproces vorm te geven en zo de motivatie en betrokkenheid vergroten. 21 ste century skills: samenwerken, creatief denken, sociale vaardigheden Toelichting De inhoud van de scholingsbijeenkomsten is gebaseerd op de visie op Coöperatief Leren van drs. Spencer Kagan. Binnen het traject Coöperatief Leren is het van belang dat leerkrachten ervaren hoe het cooperatief werken in de praktijk vorm krijgt, dat er een transfer gemaakt wordt naar de eigen praktijk en dat leerkrachten feedback op maat krijgen met behulp van coaching op de werkvloer. De aandacht voor dit traject moet zich niet beperken tot de scholingsmomenten. Het is van groot belang om tussentijds aandacht te besteden aan het borgen van afspraken, kennis en vaardigheden. Daarom is het aan te bevelen Coöperatief Leren als gesprekpunt terug te laten komen tijdens: (bouw)vergaderingen, functioneringsgesprekken en klassenbezoeken. Teambijeenkomsten op coöperatieve wijze gehanteerd: 1. Informatie over Structureel Coöperatief Leren (verdiepen) 2. Aanbieding van één of meer didactische structuren, waarbij ook steeds aandacht wordt besteed aan in welk soort lessen deze handig toegepast kunnen worden Plannen en voorbereiden van Structureel Coöperatief Leren activiteiten Bijhouden van alle teamafspraken in het handboek Structureel Coöperatief Leren. Momentcoaching: 2

3 Gedurende het traject worden leerkrachten gecoacht tijdens de ronde momentcoaching. De adviseur observeert de leerkracht tijdens het uitvoeren van een structuur en geeft waar nodig tussentijds feedback. Deze feedback wordt vastgelegd op een observatieformulier dat na de observatie bij de leerkracht wordt achtergelaten. Het meelopen van de directeur gedurende deze rondes wordt sterk aanbevolen. Eindresultaat Het team heeft goed zicht op de betekenis van Coöperatief Leren (CL); Het team heeft kennis van de theoretische achtergrond van CL; Het team kan een groot aantal van de aangeboden structuren in de les integreren; De school heeft een levend handboek CL samengesteld waarin de afspraken en toepassingen rond CL liggen vastgelegd; In vergaderingen staat CL regelmatig op de agenda Leerkrachten hebben geleerd op een coöperatieve manier te werken bestaande uit: het gebruiken van structuren, werken in teams en simultaan klassenmanagement. Kinderen hebben geleerd op een coöperatieve manier te werken; Er is een werkgroep geformeerd. Er zijn drie studiebijeenkomsten gepland en twee momentcoachingsmorgens. Er wordt gebruik gemaakt van structuren, teambakjes, handboek cl, materialen t.b.v. de structuren in de vorm van kaartjes, werkbladen, observatielijsten en formulieren. Evaluatie Aan het einde van het eerste jaar in ICT en nieuwe media ICT-gebruik is een vanzelfsprekend onderdeel van ons onderwijs. Alle leerkrachten maken volop gebruik van de mogelijkheden om met ICT een rijke leeromgeving te creëren voor de leerlingen. De hele school, zowel team als leerlingen, is mediawijs op het gebied van ICT-vaardigheden, het veilig hanteren van het internet en het kritisch omgaan met informatie. 21 ste century skills: mediawijsheid, ICT- basisvaardigheden, kritisch denken Toelichting De samenleving is volop in verandering. Het onderwijs wil zo goed mogelijk inspelen op deze veranderingen. De leerling, de leerkracht én de school staan immers middenin de samenleving. Bij eigentijds onderwijs horen kerndoelen, die aansluiten op de ontwikkelingen in onze samenleving. Er zijn kerndoelen voor vakken en voor algemene vaardigheden. Bepalend voor de inhoud van de kerndoelen is de vraag wat een leerling aan kennis en vaardigheden nodig heeft voor een succesvolle toekomst in vervolgonderwijs en maatschappij. ICT is een onlosmakelijk onderdeel van ons onderwijs en de maatschappij geworden en neemt daarom een belangrijke plek in op onze school. Gebruik van ICT vormt zowel een middel als een doel. Het is een middel om skills aan te leren, met behulp van bijvoorbeeld laptops, smartphones en digitale camera s. Hiermee kan geleerd worden in de vorm van bijvoorbeeld simulaties, social media of analyseren en beoordelen van op internet gevonden informatie. ICT vormt hiermee een belangrijk onderdeel van de 21st Century skills (samengevat): kennisconstructie, samenwerking, probleemoplossend vermogen, creativiteit, ICT. In het cursusjaar willen we ook aandacht besteden aan media-opvoeding, met name in groep 8. Daarvoor zullen de leerlingen van groep 8 en hun ouders worden uitgenodigd om samen na te denken over het gebruik van nieuwe media. Eindresultaat Alle leerkrachten weten wat goed en veilig internetgebruik is en passen dit zelf toe (geven het goede voorbeeld). Teamleden delen hun ervaringen rond internet gebruik en de toepassing van nieuwe media in hun onderwijs met elkaar. Leerlingen halen in de bovenbouw allemaal hun diploma veilig internet en/of krijgen een educatief programma zoals Nationaal Mediapaspoort (Mediawijsheid) aangeboden. Er zijn schoolbrede afspraken over internetgebruik. Leerlingen zijn in staat om informatie en bronnen te beoordelen op betrouwbaarheid. 3

4 Tijdens het onderwijs wordt door zowel leerlingen als leerkrachten gebruik gemaakt van nieuwe media. Dit gebruik vertaalt zich in (kritisch) gebruik van informatie en bronnen en het verstandig en verantwoordelijk publiceren en delen van informatie. Er is een schoolbreed beleid en er zijn duidelijke klassenregels. Leerlingen in de bovenbouw weten verantwoord om te gaan met nieuwe media, met name het gebruik van opties bij de smartphone. Door de aanleg van een eigen Wi-Fi verbinding is het mogelijk om met meerdere leerlingen draadloos op een device binnen ons netwerk te werken. Er worden laptops aangeschaft Workshops door de i-coach op het gebied van ICT gebruik en optimale inzet hiervan Twee coachingsrondes door de i-coach, waarbij vooral gewerkt wordt aan het maandelijks bijhouden van de groepspagina, mediawijsheidlessen en het gebruik àlle ICT die beschikbaar zijn Het bezoeken van workshops over het interactieve gebruik van het digibord door leerkrachten bij Sizoo-Centre ICT- op agenda van de vergaderingen Ouderavond over media-opvoeding vanuit de Driestar voor groep 8 5. Werken met een nieuwe methode Voortgezet Technisch lezen, blijvende aandacht voor Begrijpend lezen Het komende cursusjaar willen we de leesbeleving, de leesmotivatie en de leeropbrengsten van het technisch lezen verhogen. We willen de opbrengsten van begrijpend lezen en elk geval behouden. 21 ste century skills: dieplezen, concentratie Toelichting In april 2016 heeft collega Gerda onderzoek gedaan onder de leerkrachten en de leerlingen naar de leesbeleving en de leesmotivatie. Daaruit kwam voort dat de leesmotivatie laag is in alle groepen. Het aanbod van de bibliotheek is laag. We gebruiken op dit moment ook geen methode voor voortgezet technisch lezen vanaf groep 4. De tijd die per week aan lezen wordt besteedt is niet voldoende (schoolbreed). Op woensdag 26 april 2016 gaf Arie Visser van Driestar Educatief een presentatie van verschillende methoden voor voortgezet technisch lezen. We kwamen tot de conclusie dat er te weinig leestijd wordt ingezet. De opbrengsten in de groepen 6, 7 en 8 zijn boven gemiddeld. Echter, in groep 4 en 5 zijn de opbrengsten van DMT en AVI gemiddeld laag. In groep 5 is wel een groei te zien. Als team willen we gaan inzetten op leesmotivatie, leesbeleving en technisch lezen in groep 4 en 5. Vanwege de identiteit kiezen we voor de methode Leesfontein van Jongbloed. Omdat deze methode wat minder sterk is wat leesmotivatie betreft, zullen we daar extra aandacht aan moeten geven. Dat doen we op dit moment al met de methode Koekebacker lezen. Dat willen we voortzetten en uitbreiden. Eindresultaat Alle leerkrachten geven bewust aandacht aan leesmotivatie en leesbeleving door middel van bibliotheekbezoek (vanaf groep 3) en een goede motiverende opzet van Koekebacker lezen (vanaf groep 5). In groep 4 wordt 2,5 tot 3 uur per week aan technisch lezen. Daaronder valt de inzet van de nieuwe methode Leesfontein en stillezen. In groep 5 wordt 2 uur per week aan technisch lezen gedaan. Daaronder valt de inzet van de nieuwe methode Leesfontein en stillezen. In groep 6 wordt 2 uur per week aan lezen gedaan. Daaronder valt Koekebacker lezen en stillezen. In groep 7 en 8 wordt een uur per week aan lezen gedaan. Daaronder valt Koekebacker lezen en stillezen. Vanaf groep 5 wordt elke week 5x 10 minuten aan stillezen gedaan. Schoolbreed willen we op hetzelfde moment rust creëren om de kinderen geconcentreerd te laten lezen (dieplezen). In de groepen 3 en 4 vindt ook stillezen plaats, maar de tijdsinvestering is afhankelijk van de tijd die overblijft. Aan het einde van het cursusjaar willen we zien dat er vanaf groep 4 een groep is te zien in de leeropbrengsten. Vanaf groep 6 willen we een bovengemiddeld groeps- 4

5 gemiddelde zien. De leesmotivatie onder de kinderen is hoger. Aan het einde van het cursusjaar is de methode Leesfontein geïmplementeerd in het dagelijks curriculum in groep 4 en 5. Bij Begrijpend lezen (methode Nieuwsbegrip) wordt ook aandacht aan leesmotivatie gegeven. Daarnaast is het modellen van de leerkracht van groot belang wat betreft de strategieën. Uitbreiding schoolbibliotheek met boeken, zoekmachine op de computer, inzet ouders voor uitlenen. Gebruik van nieuwe methode Leesfontein (compleet) in groep 4 en 5. Gebruik van de boekjes Vlot en vloeiend lezen van methode Leesfontein in groep 6, 7 en 8, in te zetten bij Koekebacker lezen. Behoud en uitbreiding van Koekebacker lezen (inclusief tutorlezen) Behoud van methode Nieuwsbegrip voor leesmotivatie en strategieonderwijs. van tijd voor stillezen/dieplezen. Tijdens de bouwvergaderingen evalueren we de voortgang van het leesonderwijs (zowel technisch als begrijpend lezen). 5. Hoogbegaafdheid De school biedt passend onderwijs voor begaafde leerlingen Toelichting Begaafde leerlingen hebben veelal andere onderwijsbehoeften, welke niet altijd aansluiten bij het reguliere onderwijsaanbod op school. Om er zorg voor te dragen dat begaafde leerlingen hun leerstrategieën optimaal kunnen ontwikkelen is doorgaans een leeromgeving met een aangepast onderwijsaanbod en begeleiding noodzakelijk. Eindresultaat De leerkrachten signaleren en diagnosticeren begaafde leerlingen en begeleiden dezen in de eigen groep d.m.v. differentiatie in instructie en het compacten en verrijken van de aangeboden stof. De leerkracht bepaalt in overleg met IB-er en hoogbegaafdheidscoördinator of een leerling in aanmerking komt voor de plusgroep. Methode SIDI voor signalering en diagnosticering van begaafde leerlingen. Specialist excellentie en begaafdheid. Ondersteuning door de heer Bongiovanni (hoogbegaafdheidsspecialist van Antraciet) Evaluatie 5