Handleiding invullen van het Bodempaspoort

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Handleiding invullen van het Bodempaspoort"

Transcriptie

1 Handleiding invullen van het Bodempaspoort Samen vernieuwend boeren! Deze handleiding bevat instructies over de wijze waarop het Bodempaspoort ingevuld dient te worden. ZLTO Onderwijsboulevard 225, 5223 DE 's-hertogenbosch Postbus 100, 5201 AC s-hertogenbosch T: E: 1

2 Inhoudsopgave Het Bodempaspoort... 3 Invullen Bodempaspoort Bodemanalyse... 5 Indien u geen bodemanalyse beschikbaar heeft... 5 ZLTO Machtigen Visuele waarnemingen... 6 Hulp bij de visuele waarnemingen... 6 Bijlage 1 Handleiding uitvoeren visuele waarnemingen... 7 Wanneer u de visuele waarnemingen moet uitvoeren... 7 Benodigde materialen uitvoeren visuele waarnemingen... 7 Graven en opboren van een profielkuil Lagenbeschrijving Aanwezigheid verdichte lagen Textuurovergangen Bodemaggregaten Bodemvlekken Bodemkleur Regenwormen Beworteling Onkruidbestand Gewasstand Oogstmoment Plassen langer dan vijf dagen Drainage Bibliografie Bijlage 2 Handleiding invoeren visuele waarnemingen Bijlage 3 Invulformulier visuele waarnemingen Bijlage 4 Machtigingsformulier

3 Het Bodempaspoort Het Bodempaspoort is een instrument dat informatie over de kwaliteit van de bodem inzichtelijk maakt. Het Bodempaspoort geeft een indicatie van de bodemkwaliteit op basis van bodemkengetallen, het gebruik en de teelthistorie. De gegevens die worden ingevoerd in het Bodempaspoort bestaan uit: 1. Bodemanalyse 2. Visuele waarnemingen 3. Openbare landelijke data In tabel 1 is een overzicht van de gehele database weergegeven waar het Bodempaspoort uit bestaat (1). Tabel 1: Dataset Bodempaspoort. 1. Bodemanalyse 2. Visuele waarnemingen - Zuurgraad (ph) Chemisch - Bodemaggregaten (grootte) - Zoutgehalte (EC) - Bodemvlekken - CEC - Beworteling (diepte en intensiteit) Nutriënten - Aanwezigheid verdichte lagen - Macro nutriënten - Plassen langer dan vijf dagen - Micro nutriënten - Laagdikte - Nutriënten beschikbaarheid - Textuurovergangen (gelaagdheid) - Nutriënten bodemvoorraad - Bodemkleur - Nutriënten leverend vermogen - Regenwormen (aantallen en soorten) - Koolzure kalk - Wortelkleur - Onkruidbestand (soorten en Textuur bedekkingsgraad) - Korrelgrootte verdeling (klei/silt/zand) - Oogstmoment Fysisch/ textuur - Verkruimelbaarheid Gewasstand - Verslemping - Bedekkingsgraad - Bodemvocht - Aandeel oppervlakte afwijkende kleur - Gehalte OS - Gehalte C Organische stof Fysisch/structuur Bodemleven Gewas - Drainage Overig - C/N verhouding 3. Landelijk openbare data - Plantparasitaire nematoden: aantallen - Plantparasitaire nematoden: soortenrijkdom Bodem-leven Bodemclassificatie Grondwatertrappen - Bodemleven activiteit Bouwplan (teelthistorie en rotatie) Neerslaggegevens Perceelshoogte 3

4 Invullen Bodempaspoort De in te voeren gegevens van het te pachten perceel komen voort uit: 1. Bodemanalyse (uit te voeren door een laboratorium) 2. Visuele waarnemingen (uit te voeren door de boer) 3. Landelijk openbare data (automatisch ingevoerd in geografisch informatiesysteem) Hieronder is schematisch weergegeven hoe het Bodempaspoort ingevuld kan worden. Handelingen die u als boer zelfstandig moet ondernemen zijn GEEL gemarkeerd: Invullen Bodempaspoort Bodemanalyse (1) Visuele waarnemingen (2) Landelijk openbare data (3) Beschikbaar Uitvoeren visuele waarnemingen Wordt automatisch ingevoerd Ja Nee Invoeren visuele waarnemingen ZLTO machtigen Bodemanalyse aanvragen Wordt automatisch ingevoerd ZLTO machtigen Wordt automatisch ingevoerd Bodemanalyse aanvragen(1): voor het aanvragen van de bodemanalyse wordt een uitleg gegeven op pagina 5. ZLTO machtigen (1): voor het machtigen van de ZLTO wordt een uitleg gegeven op pagina 6. Visuele waarnemingen uitvoeren (2): voor het uitvoeren van de visuele waarnemingen wordt een uitleg gegeven op pagina 6. Visuele waarnemingen invoeren (2): voor het invoeren van de visuele waarnemingen wordt een uitleg gegeven op pagina 6. Landelijke openbare data (3): De landelijke openbare data zijn al opgenomen in het Bodempaspoort. 4

5 1. Bodemanalyse Een bodemanalyse bestaat uit een laboratoriumanalyse op een mengmonster van het te pachten perceel. Bodemanalyses zijn meestal al standaard onderdeel van de agrarische bedrijfsvoering. Wanneer een bodemanalyse (niet ouder dan 4 jaar) beschikbaar is van het te pachten perceel, hoeft u de ZLTO alleen te machtigen en wordt de analyse automatisch ingevoerd. Hoe u deze machtiging uitvoert is te vinden onder het kopje "ZLTO Machtigen" op pagina 6. Indien u geen bodemanalyse beschikbaar heeft Wanneer geen bodemanalyse van het te pachten perceel beschikbaar is, kan deze worden aangevraagd bij diverse laboratoria. De volgende analyses zijn beschikbaar en kunnen digitaal aangevraagd worden bij bijvoorbeeld: - Eurofins-Agro BemestingsWijzer - Koch Eurolab Bodemanalyse pakket 2 - bodemvruchtbaarheid en bemesting - Soiltech Bodembalansanalyse - Roba Laboratorium Bodemmonsters - HLB Laboratorium Bodemmonsters - N-xt Soil Services Bodemanalyses Analyse van het bodemleven zit niet standaard in een bodemanalyse. Eurofins-Agro, Koch Eurolab en Soiltech kunnen op verzoek een uitvoerige analyse uitvoeren. Deze analyse is onder meer gericht op bacteriën, schimmels en aaltjes (nematoden) (2). Deze lijst is niet uitputtend, dit houdt in dat u de bodemanalyse ook bij een ander laboratorium uit kan laten voeren. Dit laboratorium moet dan wel kunnen vastleggen hoe haar kwaliteit gewaarborgd wordt door middel van een ISO Wanneer de bodemanalyse beschikbaar is, hoeft u de ZLTO alleen te machtigen en wordt de analyse automatisch ingevoerd. Hoe u deze machtiging uitvoert is te vinden onder het kopje "ZLTO Machtigen" op pagina 6. 5

6 ZLTO Machtigen Wanneer een bodemanalyse (niet ouder dan 4 jaar) beschikbaar is van het te pachten perceel, hoeft u de ZLTO alleen te machtigen. Wanneer u de machtiging heeft uitgevoerd, worden de bodemanalyseresultaten automatisch ingevoerd in het Bodempaspoort. Met uw laboratorium kunt u contact opnemen om een machtigingsformulier in te vullen om vervolgens de ZLTO te machtigen. Indien u bodemanalyseresultaten bij Eurofins-Agro heeft, kunt u gebruik maken van het machtigingsformulier zoals dat in bijlage 4 van deze handleiding is opgenomen. U kunt een scan van dit ondertekende formulier sturen naar bodem@zlto.nl. ZLTO zal vervolgens met Eurofins-Agro de machtiging verwerken. 2. Visuele waarnemingen Visuele waarnemingen verricht u in het veld op het te pachten perceel. De gegevens van de visuele waarnemingen kunnen, na opname in het veld, door u ingevoerd worden in het Bodempaspoort. Hoe u de visuele waarnemingen uitvoert is beschreven bijlage 1. Voor het invullen van de visuele waarnemingen ter plaatse is een eenvoudige en overzichtelijk invulformulier toegevoegd in bijlage 3. In bijlage 2 is beschreven hoe de visuele waarnemingen, na opname in het veld, digitaal ingevoerd kunnen worden via Hulp bij de visuele waarnemingen Mocht u extra informatie en hulp nodig hebben over het uitvoeren van de visuele waarnemingen, neem dan contact op met de ZLTO. 6

7 Bijlage 1 Handleiding uitvoeren visuele waarnemingen Deze handleiding geeft een eenvoudige beschrijving om zelfstandig de visuele beoordeling van het Bodempaspoort uit te kunnen voeren. De getallen tussen haakjes in de tekst en figuren verwijzen naar de bronvermeldingen achterin deze handleiding. Wanneer u de visuele waarnemingen moet uitvoeren Niet alle visuele waarnemingen dienen beoordeeld te worden op hetzelfde tijdstip van het jaar. Hieronder is weergegeven wanneer in het jaar, welke parameter beoordeeld dient te worden. Beoordelen vóór 15 maart Beoordelen in groeiseizoen Beoordelen gehele jaar door 1. Lagenbeschrijving 2. Textuurovergangen 3. Bodemaggregaten 4. Bodemvlekken 5. Bodemkleur 6. Regenwormen 7. Beworteling 8. Onkruidbestand 9. Gewasstand 10. Oogstmoment 11. Plassen langer dan vijf dagen 12. Drainage In de volgende paragrafen wordt per parameter een uitleg gegeven hoe deze beoordeeld wordt. Benodigde materialen uitvoeren visuele waarnemingen Benodigde materialen voor het uitvoeren van de visuele waarnemingen zijn: Een schop Een zakmes of schildersmes Een plasticzak/vuilniszak Een rolmaat of (zand)liniaal Een pen Een camera (mobiele telefoon waarmee foto's gemaakt kunnen worden) Een palenboor Een flesje water 3x invulformulier visuele waarnemingen (bijlage 3) 7

8 Graven en opboren van een profielkuil Een effectieve manier om de visuele waarnemingen van het Bodempaspoort uit te voeren, is het graven en opboren van drie profielkuilen in het perceel. Het grote voordeel van een profielkuil is dat nagenoeg alle onderdelen van het Bodempaspoort beoordeeld kunnen worden op de bodemanalyse na. In diepere bodemlagen rond 1,50 meter onder maaiveld kunnen verdichte bodemlagen voorkomen zoals leemlagen. Door circa 2,00 meter diep te boren is snel te zien of zo'n diepere verdichte bodemlaag aanwezig is (3). Punten van aandacht bij het graven van de profielkuilen: Kies drie representatieve locaties voor de profielkuilen. Het is leerzaam om daarbij aan de hand van de gewasstand een goede, gemiddelde en matige plaats uit te zoeken in het perceel. Let op dat minimaal 10 meter uit de akkerrand gegraven wordt. Let op het bodemoppervlak en glooiingen in het veld en vermijd niet-representatieve plekken. Vermijd rijsporen: onder rijsporen is vaak een verdichte bodem aanwezig. Instructie (figuur 1): 1. Graaf met de schop een profielkuil van 50 x 50 cm en minimaal 50 cm diep. 2. Steek met de schop een ongestoorde kluit van de laag 0-25 cm vanaf de zijkant van de kuil bij voorkeur rond een plant. 3. Haal de kluit goed ondersteund naar boven. 4. Leg de kluit op de vuilniszak. 5. Boor in de profielkuil met een palenboor door tot 1,50 meter onder maaiveld. 6. Maak een foto van de profielkuil, de kluit en het boorprofiel Figuur 1: Graven van een profielkuil (3). 8

9 1. Lagenbeschrijving Bodemlagen zeggen veel over bodemprocessen en -historie. De diverse lagen in een bodem verschillen in kleur, vorm, dichtheid, poriëngehalte en wortelgroei. Daar kun je iets aflezen over: Aanvoer en omzetting van organische stof Uitspoeling, inspoeling en homogenisatie (menging) Oxidatie en reductie (verbinding met zuurstof of zuurstofgebrek) Bodembewerking: type en effecten ervan Gewasresten en wortels vormen een donkere, humusrijke laag in de bovengrond. Door grondbewerking worden de lagen gemengd. Zo wordt de dikte van de humuslaag een indicator voor de diepte van de grondbewerking. Als wortels in deze laag in hun groei worden belemmerd, zal dit direct gevolgen hebben voor de beschikbaarheid van voedingsstoffen (nutriënten) voor het gewas. Bodem De bodem is de bovenste laag van de aarde, deze is ontstaan door verwering van het oorspronkelijke gesteente. De bodem bevat voedingsstoffen en water waarvan de planten leven. Bij het bestuderen van de bodem wordt vaak naar het bovenste gedeelte tot maximaal 150 cm diepte gekeken. Deze kan vaak worden onderverdeeld in een aantal lagen, ook wel horizonten genoemd. De horizonten worden aangeduid met de letters A, E, B en C (4). De kenmerken van deze horizonten zijn: A-Horizont: De humusrijke bovenlaag van de grond. E-Horizont: De laag waar de materialen ijzer, klei, aluminium of lutum uitspoelen. Deze materialen worden door het infiltrerend regenwater mee naar beneden gevoerd. B-Horizont: De laag waar de bovenstaande materialen inspoelen. Het infiltrerende regenwater laat hier de meegevoerde materialen achter (inspoeling). Stoffen raken opgelost in de uitspoelingshorizont en slaan neer in het inspoelingshorizont (B-Horizont) ten gevolge van een andere ph en/of redox. C-Horizont: Het moedermateriaal, hierop hebben de bodemvormende processen geen invloed. Indeling van Nederlandse bodems: Op grond van het classificatiesysteem van de Bakker en Schelling (5) kunnen bodems in Nederland worden ingedeeld in vijf orden. Deze indeling geschiedt op basis van de volgende kenmerken. 1. De aanwezigheid van een dikke laag organisch moedermateriaal in de bodem. 2. De aanwezigheid van een humusrijke bovenlaag. 3. De neerwaartse verplaatsing van ijzer, klei, aluminium en lutum door de bodem. 4. De afwezigheid van deze bovenstaande verschijnselen. 9

10 Voor het in beeld brengen van de verschillende bodemlagen wordt uitgegaan van het systeem van De Bakker en Schelling (5). Deze bestaat uit vijf orden: 1. Veengronden 2. Podzolgronden 3. Brikgronden 4. Eerdgronden 5. Vaaggronden Veengronden Veengronden bestaan uit grotendeels onverteerde plantenresten. Veenbodems hebben van nature een hoge grondwaterstand en vaak stinken ze naar rotte eieren (door de vorming van rottingsgassen zoals zwavel en methaan). Op veel plekken is de grondwaterstand kunstmatig verlaagd, waardoor het veen uitdroogt, inklinkt en ten slotte verteert. Soms worden de veenlagen afgewisseld door zandof kleilagen. Het veen is dan overspoeld geraakt door rivieren of de zee, die er sediment op hebben afgezet. Je kunt echter spreken van een veenbodem zolang de bovenste 80 centimeter van de grond voor meer dan de helft uit veen bestaat. Om te bepalen welke lagen binnen deze bodem aanwezig zijn, is in figuur 2 te vinden (6) (4). Figuur 2: Lagenbeschrijving veengrond (6) (4). 10

11 Podzolgronden Podzolgronden zijn minerale gronden met onder de A-horizont een uitgespoelde lichte E-horizont. Daaronder zit een krachtig ontwikkelde B-horizont waarin de inspoeling van humus of van humus, ijzer en aluminium overheerst (duidelijke podzol-b). Podzolgronden bestaan uit dekzand waarop bodemprocessen gedurende lange tijd een sterke invloed hebben uitgeoefend. Regenwater heeft de bovenste bodemlaag schoongewassen. Bestanddelen die in deze laag zaten zijn door het water opgelost en meegevoerd, dieper de bodem in. Door de invloed van biologische en chemische processen is het oorspronkelijke geelgekleurde dekzand omgevormd tot een geheel dat uit drie opvallend gekleurde lagen bestaat. De mineraalarme uitspoelingslaag is grijsgekleurd, de mineraalrijke inspoelingslaag is donkerbruin gekleurd en het oorspronkelijke dekzand is geelgekleurd. Om te bepalen welke lagen binnen deze bodem aanwezig zijn, is in figuur 3 te vinden (6) (4). Figuur 3: Lagenbeschrijving podzolgrond (4) (6). 11

12 Brikgronden Brikgrond is een bodemtype die gekenmerkt wordt door een krachtig ontwikkelde kleiinspoelingslaag (B-horizont). De inspoeling van lutum of lutum en ijzer overheerst duidelijk in deze bodem (duidelijke textuur-b ofwel briklaag). Deze briklaag is lichtbruin gekleurd. In Nederland is dit bodemtype vooral te vinden in Zuid Limburg en ten zuidoosten van Nijmegen. Om te bepalen welke lagen binnen deze bodem aanwezig zijn, is in figuur 4 te vinden (4) (7). Figuur 4: Lagenbeschrijving brikgrond (4) (6). 12

13 Eerdgronden Eerdgrond is een bodemtype die gekenmerkt wordt door een dikke laag humus aan de oppervlakte (A-horizont). Deze bodem is meestal ontstaan door de mens opgebrachte mest welke inmiddels veraard is. De eerdlaag heeft een donkerbruine tot zwarte kleur en het oorspronkelijke plantaardig materiaal is niet meer te herkennen (dit maakt een eerdgrond anders dan een veengrond). In Nederland is dit bodemtype vooral te vinden in het oosten en zuiden. Om te bepalen welke lagen binnen deze bodem aanwezig zijn, is in figuur 5 te vinden (4) (8). Figuur 5: Lagenbeschrijving eerdgrond (1=C-horizont, 2=C-horizont, 3=E-horizont, 4=A-horizont) (6) (4). 13

14 Vaaggronden Vaaggrond is een bodemtype waarin nog geen bodemvormend proces heeft plaatsgevonden. In deze bodem ontbreken een in- en uitspoelingslaag. In Nederland is dit bodemtype vooral te vinden in de kustgebieden en rondom de grote rivieren. Deze vaaggronden worden vervolgens hieronder onderverdeeld in rivierkleibodems en zeekleibodems. Rivierkleibodems Rivierklei bestaat uit kleimineralen. Dit zijn zeer kleine deeltjes (< 2 micrometer) die overblijven na erosie van gesteenten in berggebieden, zoals de Alpen. In rivierklei komen veel mineralen voor die je bijvoorbeeld aantreft in graniet, waar de Alpen voor een groot deel uit bestaan. Mica en smectiet zijn voorbeelden van veelvoorkomende mineralen in rivierklei. Kleideeltjes hebben een platte vorm en kunnen zeer dicht op elkaar stapelen. Dat geeft rivierklei zijn taaie en waterondoorlatende structuur. Kleimineralen zijn vanwege hun elektronenconfiguratie vaak licht negatief geladen. Positieve ionen, zoals kalium (K+) of natrium (Na+), worden aangetrokken en 'kleven' aan de kleimineralen. Ook water wordt door de negatieve lading aangetrokken: het hecht zich als een film om de kleideeltjes. Water werkt als smeermiddel en maakt de klei smeuïg. Natte rivierklei is dan ook soepel tot een balletje te kneden. Om te bepalen welke lagen binnen deze bodem aanwezig zijn, is in figuur 6 te vinden (6) (4). Figuur 6: Lagenbeschrijving vaaggrond rivierkleibodem (4) (6). 14

15 Zeekleibodems Zeeklei is compacter dan rivierklei. De kleur is meestal blauwgrijs. Soms heeft de toplaag echter een zwarte kleur. Zeekleibodems missen meestal een opvallende gelaagdheid omdat bodemprocessen vanwege de dichte structuur en de slechte waterdoorlatendheid niet goed op gang komen. Alleen bij klei die langere tijd niet overspoeld is geweest zijn in de toplaag plantenwortels te zien. Natte zeeklei ziet er egaal glad uit. Droge zeeklei heeft een brokkelig uiterlijk en bevat krimpscheuren. Vaak zijn in de klei schelpen te zien die in de wadbodem hebben geleefd. Op de bodem van de IJsselmeerpolders (de voormalige Zuiderzee) liggen nog talloze schelpen tussen de klei. Ook kun je in zeeklei gaten aantreffen die gemaakt zijn door boormossels. Als je zo'n gat openmaakt kun je aan het eind van de gang vaak nog de schelp van de boormossel aantreffen. In de toplaag van zeeklei leven grote hoeveelheden bacteriën. Sommige zijn in staat om ijzer te reduceren. Hierdoor kleurt de zeeklei zwart. Om te bepalen welke lagen binnen deze bodem aanwezig zijn, is in figuur 7 te vinden (6) (4). Figuur 7: Lagenbeschrijving vaaggrond zeekleibodem (6) (4). Instructie: 1. Noteer op het invulformulier bij parameter 1 (Lagenbeschrijving) uit welke grondsoort de bodem bestaat. 2. Noteer vervolgens welke laagsoorten waarneembaar zijn in de profielkuil. Beschrijf de laagsoort (horizontgetal + naam), de laagdiepte (op welke diepte deze laag begint) en de laagdikte. 15

16 1.1 Aanwezigheid verdichte lagen Een verdichte laag heeft vaak een negatief effect op de opbrengst. In (voormalige) rijsporen of op kopakkers valt dit op door een slechte gewasbedekking of afwijkende kleur. Wanneer het gehele perceel geen optimale structuur heeft, zoals door storende leem- en kleilagen of een ondergeploegde verdichte grond, valt dit minder op. Een visuele bodembeoordeling kan dan meer duidelijkheid geven. Verschillende verdichte lagen zijn te onderscheiden zoals: klei- of leemlagen van nature aanwezig, inspoelingslagen bestaande uit ijzer, organische stof of lutum, of de ploegzool. Organische stof of ijzer- en aluminiumverbindingen kunnen in droge zandgronden uitspoelen en dieper in de bodem weer neerslaan. Dit manifesteert zich in een vaak gelige, oranje en soms roodbruine laag (oerlaag), die soms verdicht en ondoordringbaar is. In diepere bodemlagen rond 1,50 meter onder maaiveld komen vaak verdichte bodemlagen voor zoals leemlagen. Door het plaatsen van de boring wordt inzichtelijk weergegeven of een leemlaag, of andere diepere verdichte bodemlaag, aanwezig is. De meest voorkomende verdichte laag is de ploegzool. De ploegzool is een verdichte laag net onder de bouwvoor die weinig water doorlaat en moeilijk doordringbaar is voor wortels en regenwormen. Let met name op de overgangen van boven- naar ondergrond tussen zo'n 20 en 40 cm diepte (3). Instructie: 1. Steek een schop of zakmes langs de zijkant van de profielkuil van boven naar beneden (figuur 8). Indien een verschil in weerstand van de beweging met de spatel wordt opgemerkt is er sprake van een verdichte laag. Visueel kunt u een verdichte laag ook herkennen aan weinig tot geen doorworteling en poriën, nauwelijks wormgangen en eventueel scheuren (figuur 9). 2. Noteer op het invulformulier bij parameter 1 (Lagenbeschrijving) bij elke waargenomen laag of een verdichting aanwezig is, ja of nee. Figuur 8: Beoordeling aanwezigheid Figuur 9: Voorbeeld van de aanwezigheid van een verdichte laag. van verdichte lagen door midden van De wortels in de bovenliggende laag kunnen niet doordringen in de de spatel (3). onderliggende laag (9). 16

17 2. Textuurovergangen Na de beschrijving van de verschillende aanwezige lagen in de profielkuil en de aanwezigheid van eventuele verdichte lagen, kunnen nu de textuurovergangen van de profielkuil beoordeeld worden. Textuurovergangen zijn overgangen in de bodem tussen verschillende bodemlagen. Deze parameter heeft een relatie met de lagenbeschrijving. In het Bodempaspoort worden de textuurovergangen van de bodem beoordeeld op: weerstand, aanwezigheid poriën, wortelgroei en de overgang van verschillende bodemlagen (3). Instructie: 1. Gebruik tabel 2 voor het beoordelen van de textuurovergangen in de profielkuil. 2. Vul op het invulformulier bij parameter 2 (Textuurovergangen) de score in. Tabel 2: Beoordelen textuurovergangen. Score Goed Matig Slecht Gras- en akkerland Geen verschil in weerstand voelbaar met de spatel. Poriën aanwezig in alle dieptes. Goede wortelgroei. Homogene lagen die vloeiend in elkaar overgaan. Matig verschil in weerstand voelbaar met de spatel. Poriën aanwezig in alle dieptes. Goede wortelgroei. Verschil in kleuren tussen lagen. Groot verschil in weerstand voelbaar met de spatel. Weinig poriën aanwezig. Slechte wortelgroei. Verschil in kleuren tussen lagen met blauwe, grijze of bruine vlekken. 17

18 3. Bodemaggregaten Samenhangende bodemdeeltjes die met organisch materiaal een stabiele structuur vormen, worden ook wel aggregaten genoemd. De ontwikkeling van aggregaten hangt af van kitstoffen van bodemorganismen, zoals bacteriën die allerlei stoffen uitscheiden. Die laten bodemdeeltjes samenklonteren. Regenwormen mengen en eten grond en organisch materiaal. Dit scheiden ze weer uit met kitstoffen. Schimmels kunnen met name na toediening van organisch materiaal lange draden (hyphen) vormen, die als bundels door de bodem lopen en zo een verkittende werking hebben. Nog niet verteerde wortelresten kunnen de bodemstructuur tijdelijk verstevigen. Klei en humus geven stabiliteit aan de structuur door zogenoemde klei-humuscomplexen. De stabiliteit is hoger wanneer de grond meer calcium en minder magnesium, kalium en natrium bevat (3). Structuur Voor de plant is het van belang dat voldoende vocht en lucht in de bodem aanwezig zijn en dat voedingsstoffen goed bereikbaar zijn. De bodemstructuur speelt hierbij een belangrijke rol. Bij een verdichte grond blijft de groei van de gewassen al snel achter. Wanneer dit alleen plaatselijk het geval is, valt dat op. Wanneer het gehele perceel geen optimale structuur heeft valt dit vaak minder op. Bij de beoordeling van de bodemstructuur spelen de samengeklonterde bodemdeeltjes of structuurelementen een belangrijke rol. Op de vorm zijn drie basistypen te onderscheiden: kruimels, afgerond-blokkige elementen en scherp-blokkige elementen (10). In tabel 3 zijn de drie basistypen beschreven. Kruimels Dit zijn losse kruimels van 0,3 tot 1 cm groot. Wortels kunnen gemakkelijk in deze kruimels en tussen de kruimels doorgroeien. Kruimels hebben voldoende gangen en zijn altijd goed doorwortelbaar. Afgeronde structuurelementen Dit zijn blokjes grond van wisselende grootte, van 1 tot 10 cm groot. De zijkanten zijn niet vlak, de hoeken zijn rond. Bij doorbreken heeft het breukvlak vaak een andere glans of kleur dan de buitenkant. Afgeronde structuurelementen hebben voldoende gangen en zijn altijd goed doorwortelbaar. Scherpblokkige structuurelementen Deze zijn hoekig en compact. De wanden zijn glad. Scherpblokkige structuurelementen zijn in het algemeen niet doorwortelbaar. Uitzondering zijn zandgronden, die kunnen na bodembewerking goed doorwortelbaar zijn en tijdens het groeiseizoen verdichten tot scherpblokkige elementen. Deze elementen zijn dan toch doorwortelt. Tabel 3: Beoordeling structuurelementen. Type Kruimels Afgerond-blokkig Scherpblokkig Score Zeer gunstig Gunstig Ongunstig. Kan wortelgroei, waterbeweging en vertering van mest belemmeren. 18

19 Structuurelementen bij verschillende grondsoorten Hieronder in figuur 10 staan foto's met respectievelijk van links naar rechts: kruimels, afgerondblokkige en scherpblokkige elementen op verschillende grondsoorten (11). Rivierklei ooivaaggrond Rivierklei brikgrond Dekzand zwarte enkeerdgrond Figuur 10: Structuurelementen van verschillende grondsoorten met respectievelijk van links naar rechts: kruimels, afgerondblokkige en scherpblokkige elementen (11). Instructie: 1. Laat de uitgestoken kluit (25x25x25cm) 3 keer vallen vanuit ongeveer 1 meter hoogte op de plasticzak. 2. Sorteer de aggregaten op de plasticzak zoals in figuur 11 (pagina 20): de grootste aggregaten bovenaan en daaronder de kleinere, enz. 3. Vergelijk het resultaat met figuur 12 (pagina 20) en tabel 4 (pagina 21). 4. Vul op het invulformulier bij parameter 3 (Bodemaggregaten) de score in. 19

20 Figuur 11: Sorteren bodemaggregaten met respectievelijk van links naar rechts: goed, matig, slecht (3). Figuur 12: Beoordeling bodemaggregaten. Links goede, kleine bodemaggregaten met veel kruimels en rechts slechte, grote aggregaten met scherpblokkige elementen (12). 20

21 Tabel 4: Beoordelen bodemaggregaten. Score Gras- en akkerland Goed In deze grond zijn alle voorwaarden voor een goede groei aanwezig. Meer dan 50% bestaat uit kruimels en scherpblokkige elementen komen hier niet voor. Fijne aggregaten zonder grote kluiten. Veel poriën en geen harde laag. Matig Slecht Naast kruimels komen hier ook afgerond-blokkige en scherpblokkige elementen voor. Zowel fijne aggregaten als grote kluiten. Weinig poriën en een matig ontwikkelde harde laag. Dit tref je in de meeste gronden aan. Hier overheersen scherpblokkige elementen. Voornamelijk grote kluiten. Poriën zijn niet aanwezig en de aanwezigheid van een harde laag is goed zichtbaar. 21

22 4. Bodemvlekken Vlekken geven inzicht in de reductie (roest, zuurstofgebrek) en oxidatie (vergrijzing, verbinding met zuurstof) van metalen in de bodem. Een spel van uitgesproken kleuren in de grond is een sterke aanwijzig dat iets schort aan de waterhuishouding en de structuur. Roestvlekken duiden op ijzerverbindingen en fluctuerende grondwaterstanden. Dit kan een indicator zijn voor de hoogte van het water in de (winter)perioden. Vind je een blauwgrijze kleur in de grond, dan wijst dit op ijzerverbindingen (ferro) in zuurstofloze (anaerobe) omstandigheden. Een slechte doorluchting belemmert wortelgroei of maakt deze onmogelijk en remt de afbraak van mest en gewasresten. Dergelijke lagen wijzen op een ondiepe grondwaterstand (13). Instructie: 1. Vergelijk de profielkuil met figuur 13 en 14 om te bepalen óf vlekken aanwezig zijn, en zo ja welke. 2. Noteer op het invulformulier bij parameter 4 (Bodemvlekken) welke bodemvlekken waarneembaar zijn in de profielkuil (geen, roestvlekken of gley vlekken). Figuur 13: Bruine roestvlekken (14). Figuur 14: Blauwgrijzige gley vlekken (14). 22

23 5. Bodemkleur De kleur van de bodem wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door organische stof en ijzerverbindingen. In een goede bodem gaan homogeen gekleurde lagen vloeiend in elkaar over. Een bruine of zwarte bouwvoor gaat over in een ondergrond met een vrij neutrale tot lichtwarme kleur. Deze kleur is weinig uitgesproken: bruinig, gelig, of grijzig. Er zitten hooguit wat vage vlekjes in. Een goede grond is egaal van kleur. Voor de beoordeling kan gebruik worden gemaakt van een kleurenkaart (15). Instructie: 1. Vergelijk de bodemkleur met de kleurenkaart van figuur Noteer eerst het getal van de "value" en daarna het getal van de "chroma". Notatie is bijvoorbeeld 5/4. 3. Noteer op het invulformulier bij parameter 5 (Bodemkleur) de bodemkleur. Figuur 15: Kleurenkaart voor het beoordelen van de bodemkleur (15). 23

24 6. Regenwormen Een deel van het bodemleven is direct zichtbaar, een deel niet. De uitwerking van het bodemleven is wel goed te zien. Tekenen van een goede activiteit van het bodemleven zijn: - Een goede doorworteling van de grond. - Het goed aan elkaar kitten van bodemdeeltjes tot kruimels. - Een goede omzetting van mest en plantenresten. - De aanwezigheid van gangen waar lucht en wortels doorheen kunnen. Het best zichtbaar zijn de regenwormen (tabel 5). Er zijn 3 soorten regenwormen te onderscheiden. De strooiselbewoners (rood) verteren vers materiaal en zijn actief in de eerste 20 cm van de bodem. De bodembewoners (grauw) werken aan de bodemstructuur en zijn in de eerste 40 cm van de bodem aanwezig. De pendelaars (rood/roze) maken de ondergrond toegankelijk voor lucht en wortels. Tevens bevorderen de pendelaars de waterafvoer en zijn actief tot wel 300 cm in de bodem (3). Tabel 5: Overzicht meest voorkomende regenwormsoorten in de bodem (10). Kleur Beweeglijkheid Diepte (cm) Voedsel Strooiselbewoners Rood Snel 0-20 Plantenresten en organische mest Hoofdfunctie Vertering organisch materiaal Bodembewoners Grauw Zwak 0-40 Organische stof Structuurverbetering Pendelaar Rood/roze Matig Plantenresten Beluchting Het aantal wormen varieert door het jaar heen. In de nazomer en de herfst zijn ze het talrijkst. Verder is het vochtgehalte van belang. Een lange droge periode vertraagt de ontwikkeling van wormen. Instructie: 1. Zoek de wormen in de uitgegraven kluit van 25x25x25 cm. Zoek ook in de profielkuil of daar Pendelaars voorkomen. 2. Vergelijk de gevonden regenwormen met de referentiebeelden van figuur 16 en bepaal hoeveel soorten voorkomen in de kluit. 3. Bepaal het aantal regenwormen die voorkomen in de kluit. 4. Gebruik tabel 6 om de score te bepalen. 5. Noteer aantal, soorten en score regenwormen op het invulformulier bij parameter 6 (Regenwormen). Tabel 6: Beoordeling regenwormen in een kluit van 25x25x25 cm (3). Score Akkerland Grasland Goed Matig > 3 aantal 3 soorten 2-3 aantal 3 soorten > 6 aantal 3 soorten 3-6 aantal 2 soorten 24

25 Slecht <2 aantal 1 soort <3 aantal 1 soort Strooiselbewoner Bodembewoner Pendelaar 25

26 Figuur 16: De drie meest voorkomende regenwormen in de bodem (16). 7. Beworteling Voldoende lucht, vocht en voedingstoffen zijn de basis voor een goede beworteling. Daarnaast moet de grond ook voldoende los zijn. Als aan bovenstaande voorwaarde niet wordt voldaan ontstaan afwijkende wortelstelsels. Voor het vaststellen van afwijkende wortelstelsels, moet eerst onderscheid gemaakt worden tussen de verschillende type wortelstelsels. Zo vallen aardappelen en grassen onder vlakwortelende gewassen. Onder dieper wortelende gewassen worden bijvoorbeeld bieten en granen verstaan. Diep wortelende gewassen zijn bijvoorbeeld luzerne en koolzaad. De beoordeling van de beworteling is erg afhankelijk van het gewas. Daarom wordt voor de meest voorkomende gewassen een toelichting gegeven. Zo hebben granen over het algemeen een intensiever wortelstelsel dan bijvoorbeeld suikerbieten, die naar een verdikte penwortel uitgroeien. Voor de melkveehouderij zijn de gewassen maïs en grasland uitgewerkt. Verder vindt u hieronder een toelichting voor de gewassen aardappelen, uien en granen. Maïs Maïs vormt slechts één kiemwortel. Spoedig daarna verschijnen aan de onderste stengelknopen de eerste kroonwortels. De later gevormde kroonwortels aan de hogere stengelknopen zijn voornamelijk verantwoordelijk voor een stevige verankering in de grond. Daarnaast zijn de kroonwortels essentieel bij de opname van vocht én nutriënten. Het sterke wortelstelsel van maïs wortelt ongeveer één meter diep. figuur 17 geeft een goed ontwikkeld wortelstelsel weer (17). Figuur 17: Wortelgroei maïsplant (17). Grasland Grassen hebben over het algemeen een zeer uitgebreid wortelstelsel. De wortelontwikkeling is afhankelijk van de soort. Voorbeelden van soorten met een geringe wortelhoeveelheid (gewicht) zijn: fioringras, ruwbeemdgras, timotheegras en veldbeemdgras. Voorbeelden van soorten met een hogere wortelhoeveelheid zijn: kamgras, beemdlangbloem, engels raaigras en roodzwenkgras. Bij alle deze soorten is de wortelontwikkeling in het voorjaar het geringst met de wortelontwikkeling in het gehele seizoen. Bij kamgras, engels raaigras, beemdlangbloem en roodzwenkgras is deze wortel 26

27 ontwikkeling in het voorjaar sneller dan bij fioringras, ruwbeemdgras, veldbeemdgras, timotheegras, en kropaar. Figuur 18 geeft een goed ontwikkeld wortelstelsel weer van meerjarig grasland (18). Figuur 18: Goed wortelstelsel meerjarig grasland. Aardappelen Uit de okselknoppen van de ondergrondse delen van de stengels en stolonen ontstaan bijwortels. Alleen een plantje dat uit zaad opgroeit, heeft ook een hoofdwortel. In de gangbare teelten is dat logischerwijs niet van toepassing. Het wortelstelsel van de aardappelplant is relatief zwak ontwikkeld. Verder kan het worden omschreven als een draderig wortelstelsel. Vaak is de bewortelingsdiepte beperkt tot 40 à 50 cm. 27

28 De bewortelingsdiepte wordt sterk beperkt door storende lagen of scherpe overgangen in het profiel. Wanneer die lagen en overgangen er niet zijn, kan de aardappel tot tenminste een meter diep wortelen. Figuur 19 geeft een weergave van een uitstekend ontwikkeld wortelstelsel (19). Figuur 19: Schematische weergave wortelgroei aardappel (20). Uien De beworteling van de ui kan worden omschreven als oppervlakkig en schaars. Toch weet de ui een sterk wortelstelsel te ontwikkelen. Het duurt redelijk lang voordat de ui goede, diepe wortels heeft. Pas na 3,5 maand zitten de wortels diep in de grond. De ui is daarnaast gevoelig voor verdichting. Na kieming vormt de ui een primaire wortel. Binnen een korte tijd worden bijwortels gevormd, kenmerkend is dat ze niet vertakken en geen wortelharen hebben. Uit onderzoek is gebleken dat 90% van de wortels zich tot 18 cm diep bevinden (21). Figuur 20: Goed ontwikkeld wortelstelsel uien (22). Granen Tarwe behoort tot de monocotylen of éénzaadlobbigen. De plant beschikt over een uitgebreid wortelstelsel en vormt één of meerdere stengels of halmen, waarop zich een aar met bloeiwijzen ontwikkelt. De wortels zijn sterk vertakt en bij een goede bodemtoestand kunnen de wortels van wintertarwe gemakkelijk diepten tot ca 1½ m bereiken. Hoge indringingsweerstanden beperken de lengtegroei. Dit geldt met name bij aanwezigheid van dichte en storende lagen (ploegzool). Op zandgronden met een humusloze ondergrond is de beworteling beperkt tot de humeuze bovenlagen. Verdichtingen in de grond beperken of belemmeren de beworteling en de aanvoer van 28

29 zuurstof en heeft een negatieve invloed op groei en gewasopbrengst. De grondbewerking zal moeten resulteren in een goed doorluchte bodem, die naast zuurstof ook veel water kan bergen (23). Figuur 20 geeft een goed ontwikkelde tarweplant weer. Figuur 20:Wortelgroei tarweplant. (24) Suikerbieten Suikerbieten zijn een tweejarige plant. In het eerste jaar bevindt de plant zich nog in de vegetatieve fase waarbij alle energie wordt gebruikt voor de opbouw van het wortelstelsel en de opbouw van het bladapparaat. Vervolgens vormt de plant een verdikte penwortel. In deze penwortel wordt een groot deel van de droge stof opgeslagen in de vorm van suiker. De penwortel groeit gedurende het seizoen verder uit waarmee deze steeds rijker wordt aan suiker. In de figuur 21 vindt u een schematische weergave van de ontwikkeling van het wortelstelsel in verschillende stadia (25). Figuur 21: Wortelgroei suikerbieten (26) Tabel 7 geeft een indicatie van de optimale bewortelingsdiepte per gewas. Tabel 7: Optimale bewortelingsdiepte per gewas (27). Gewas Grasland 40 Snijmaïs 90 Aardappelen 40 Suikerbieten 90 Uien 30 Optimale bewortelingsdiepte (cm) Graan 90 Instructie: 1. Meet in de profielkuil én het boorprofiel met een rolmaat de diepte van de beworteling. Let daarbij niet op een enkele wortel die iets dieper zit. Om de wortels beter zichtbaar te maken kunt u de wortels in de profielkuil afspoelen door wat water langs de profielwant te laten stromen. 2. Vul op het invulformulier bij parameter 7 (Beworteling) de bewortelingsdiepte in. 29

30 Wortelkleur De wortelkleur geeft een beeld over de gezondheid van het gewas. Een gezond gewas heeft witte wortels. Hierbij gelden enkele uitzonderingen, zoals de wortelkleur van peen (oranje). Bruin- of zwartkleuring van de wortels geeft een indicatie van de hoeveelheid zuurstof in de bodem (28). Instructie: 3. Beoordeel de wortelkleur van het gewas in de profielkuil. 4. Noteer op het invulformulier bij parameter 7 (Beworteling) de wortelkleur van het gewas. 8. Onkruidbestand Het onkruidbestand zegt veel over de bemestingstoestand en de bodemgesteldheid. In het westen komen andere onkruiden voor op percelen dan in het oosten. Logisch, want de ene plant gedijt goed op klei, waar de ander een zanderige of humeuzere grond prefereert. Wortelonkruiden zijn vooral te vinden op de klei, terwijl op zandgronden meer zaadonkruiden voorkomen (29). In de grond bevinden zich ontelbare zaden van onkruiden. Bij een gezonde bodem blijven deze zaden in rust, maar zodra omstandigheden uit balans raken, prikkelt dat bepaalde zaden om tot ontwikkeling te komen. Welke zaden zich ontwikkelen, geeft informatie over de bodem. Ieder onkruid geeft zijn eigen informatie (29). In veel verschillende onkruidboekjes en apps zijn voorkomende onkruiden op akker- en grasland beschreven, zoals de onkruidboekjes van Misset of de apps van BASF. Er zijn enkele algemene stelregels. Zo komen kweek en klein kruiskruid beide voor als het beschikbare calcium te laag is. Kweek gedijt echter op een hoog fosfaat, terwijl kruiskruid groeit op gronden waar weinig opneembaar fosfaat aanwezig is. Muur groeit met name op plaatsen waar veel organisch materiaal aanwezig is. Hoe hoger de bemestingstoestand van de bodem, des te explosiever groeit de muur. Breedbladige planten gedijen goed bij een laag fosfaatgehalte en veel kali. Grassen doen het goed als er te weinig calcium is en relatief veel magnesium. Onkruiden met penwortels hebben in de natuur de functie om calcium op te halen uit een verdicht perceel (29). Instructie: 1. Maak met behulp van figuur 22 een inschatting van het aandeel oppervlakte met onkruid op uw perceel. 2. Noteer op het invulformulier bij parameter 8 (Onkruidbestand) het percentage oppervlakte met onkruiden op het perceel. 3. Ga na welk type onkruiden voorkomen op uw perceel. 4. Noteer op het invulformulier bij parameter 8 (Onkruidbestand) de voorkomende onkruiden op het perceel. Figuur 22: Percentagekaart aandeel oppervlakte onkruid (3). 30

31 9. Gewasstand Gewasstand is een belangrijk onderdeel van het functioneren van de bodem. Met de gewastand wordt visueel waargenomen hoe de gewasbedekking en kleur is en of verschillen waarneembaar zijn binnen één perceel (3). Instructie: 1. Maak met behulp van figuur 23 een inschatting van de veldbedekking van het gewas. 2. Noteer op het invulformulier bij parameter 9 (Gewasstand) het geschatte percentage van de veldbedekking. 31

32 3. Maak met behulp van figuur 24 een inschatting van het percentage gewas met een afwijkende kleur. 4. Noteer op het invulformulier bij parameter 9 (Gewasstand) het geschatte oppervlakte gewas met een afwijkende kleur. Figuur 24: Percentagekaart afwijkende kleur (3). 10. Oogstmoment Het oogstmoment is een belangrijk onderdeel van het functioneren van de bodem. Bij het oogstmoment wordt de zaai/plantdatum en oogstdatum ingevuld. Voor grasland wordt de datum van de 1e grassnede en het aantal grassneden per jaar genoteerd. 32

33 Instructie: 1. Noteer op het invulformulier bij parameter 10 (Oogstmoment) de zaai/plantdatum en de oogstdatum. 2. Indien grasland: noteer op het invulformulier bij parameter 10 (Oogstmoment) de datum van de 1e grassnede en het aantal grassneden per jaar. 11. Plassen langer dan vijf dagen Het is waardevol om te weten waar op de locatie regelmatig plassen blijven staan. Plassen op het land kunnen meerdere oorzaken hebben. Verdichting en structuurschade zijn de meest voornaamste oorzaken zijn van plasvorming. Instructie: 1. Stel vast hoeveel plassen langer dan vijf dagen te vinden zijn op het perceel. Beoordeel dit gedurende het hele jaar. Met name in het voorjaar en najaar is de kans het grootst dat plassen blijven staan op de percelen. De spuitsporen worden niet meegerekend bij de beoordeling. 2. Noteer op het invulformulier bij parameter 11 (Plassen langer dan vijf dagen) of plassen langer dan vijf dagen aanwezig zijn. Zo ja, noteer het aantal plassen langer dan vijf. 12. Drainage Drainage of ontwatering is het afvoeren van water uit de bodem over en door de grond, met als gevolg het verlagen van het grondwaterpeil. Hierbij kan het water worden afgevoerd via drains, kleine sloten of greppels. Via deze waterafvoermiddelen stroomt het water naar grotere watergangen, die de functie van afwatering hebben. De ontwatering kan alleen goed werken als de afwatering ook goed is. Daarom is drainage een belangrijke onderdeel van het functioneren van de bodem. Instructie: 1. Stel vast of op het perceel drainage aanwezig is ja of nee. 2. Noteer op het invulformulier bij parameter 12 (Drainage) wat voor soort drainage aanwezig is (geen, regulier of peil gestuurd). 3. Noteer op het invulformulier bij parameter 12 (Drainage) de leeftijd van de aanwezige drainage. 33

34 Bibliografie 1. Vernout, Robin en Rombout, Sjoerd. Bodempaspoort. 's-hertogenbosch : ZLTO, Agro, Eurofins. Eurofins Agro bemmestingswijzer bouwland. Eurofins. [Online] NB. [Citaat van: ] 3. Boerenverstand & partners. Handleiding bepaling MijnBodemConditie. Utrecht : sn, Schreurs. Geologische begrippen. classy.be. [Online] 5. Bakker, H. de enj. Schelling. Systeem voor bodemclassificatie voor Nederland. Wageningen : PUDOC Wageningen, Jaime van Trikt, Hansjorg Ahrens. Bodems. geologievannederland.nl. [Online] 7. Brikgronden. maps.bodemdata.nl. [Online] 8. Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid. ivngooi.nl. [Online] 34

35 9. Nutrinorm. Beoordeling van verdichte lagen. Nutrinor. [Online] NB. [Citaat van: ] Chris Koopmans, Jan Bokhorst, Coen ter Berg, Nick van Eekeren. Bodemsignalen. Driebergen : Louis Bolk Instituut, Bokhorst, Jan. Bodemstructuur. goedbodembeheer.nl. [Online] Shepherd, Graham. Bodemstructuur. kuleuven.be. [Online] Cate, J. A. M. ten. A. F. van Holst, H. Kleijer en J. Stolp,. Bodemdata. Handleiding bodem geografisch onderzoek. [Online] [Citaat van: ] Bodemdata. Bodemdata/info. Maps.Bodemdata. [Online] NB. [Citaat van: ] The Munsell Color System. dba.med.sc.edu. [Online] Bokhorst, Jan. Regenwormen. Goed Bodembeheer. [Online] NB. [Citaat van: ] WUR, edepot. Handboek snijmais. WUR. [Online] [Citaat van: ] Bolk, Louis. Hoe diep worteld grasland. Driebergen : Vlugschriften Louis Bolk Instituut, Teelthandleiding consumptieaardappelen. KennisAkker. [Online] [Citaat van: ] Landbouw Geografie. Groei van planten. Geografie van Nederland. [Online] NB. [Citaat van: ] 0groei%20van%20planten. 21. Teelthandleiding zaaiuien. WUR. [Online] [Citaat van: ] Zwanepol, S. Beworteling uien. Proefstation van de akkerbouw en de groenteteelt in de vollegrond, Lelystad : sn. 23. H. Bosch. Teelt van Wintertarwe. Leleystad : Proefstation voor de akkerbouw en groenteteelt, Haenen, J.A.H. Teelt van wintertarwe. Lelystad : Proefstation voor de akkerbouw en Groenteteelt in de vollegrond,

36 25. IRS. Groei en ontwikkeling van de Suikerbiet. IRS. [Online] [Citaat van: ] Kutschera, L. Groei en ontwikkeling van de suikerbiet. IRS, Bergen op Zoom : sn. 27. Nutrinorm. Beoordeling van beworteling. Nutrinorm. [Online] NB. [Citaat van: ] Robben, Jan. Beoordeling beworteling. [interv.] Ruud Janssens HortiNova en GroeiBalans. Onkruid zegt veel over de bodem. [Online] Roller, Johnny te. Handleiding bodempaspoort.nl. Wageningen, Utrecht, Nederland : sn, Eurofins Agro. Machtigingsformulier. Wageningen, Utrecht, Nederland : sn, Communicatiedienst van Chambre d agriculture de région du Nord-Pas de Calais. Bodem kit laat uw bodem spreken! Chris Koopmans, Marleen Zanen, Coen ter Berg. Bodemscan zand- en dalgrond. Driebergen : Louis Bolk Instituut, Bokhorst, Jan. Bodems vruchtbaar maken. Driebergen : sn, Wikipedia. Bodemclassificatie. wikipedia.org. [Online] Eerdgronden. maps.bodemdata.nl. [Online] Roestvlekken. maps.bodemdata.nl. [Online] Reductievlekken. maps.bodemdata.nl. [Online] Bokhorst, Jan. Regenwormen. goedbodembeheer.nl. [Online] KWS. KWS Maismanager. KWS, NB : sn. 41. Aviko. Aviko Corporate. Aviko, Steenderen : sn. 42. IRS. Groei en intwikkeling van de suikerbiet. IRS, Bergen op Zoom : sn. 43. Lelystad, PPO. Teelthandleidng wintertarwe. PPO, Lelystad : sn. 44. bodembeheer, Goed. Stikstof en koolstof. Goed Boedembeheer, Wageningen : sn. 36

37 45. Wijnhoven, Kostense, Elzebroek. Afbeeldingen van planten voor het practicum gewassenkennis. Wageningen : WUR, NB. Bijlage 2 Handleiding invoeren visuele waarnemingen 1. Opstartscherm (30) 37

38 Bij het opstarten worden alle percelen getoond die in het Bodempaspoort database aanwezig zijn. Dat zijn de percelen van de provincie Noord-Brabant. Aan de linkerkant staan de (achtergrond)lagen weergegeven die beschikbaar zijn en aan/uit gezet kunnen worden. 2. Selecteren van een perceel Een perceel wordt geselecteerd door erop te klikken. Rechts worden de algemene kenmerken van het perceel getoond en in principe ook de Bodemanalyse gegevens. In de afbeelding hierboven zijn dummy waarden weergegeven. 3. Inloggen 38

39 Om in te loggen wordt rechtsboven op de button "Login" geklikt. Voornaam is zowel de username als password. Na het inloggen zijn de percelen die de boer als eigendom of in pacht heeft met een onderscheidende kleur zichtbaar t.o.v. de overige percelen. 4. Aanpassen gegevens eigen percelen Van de eigen percelen kunnen de visuele kenmerken ingevoerd en aangepast worden. Door linksboven op de tab "Editor" te klikken wordt een lijst zichtbaar met de eigen percelen. Door een perceel te selecteren en vervolgens de tab "Visuele Kenmerken" te selecteren worden de visuele kenmerken van het geselecteerde perceel getoond. 5. Aanpassen visuele kenmerken 39

40 Door links een (set van) visuele kenmerken te selecteren wordt rechts een overzicht getoond van alle kenmerken. Hier kunnen deze kenmerken ingevuld en/of aangepast worden. Wanneer nog geen set van visuele kenmerken beschikbaar is, kan met de button "Voeg toe" een set toegevoegd worden. Om vervolgens de gegevens op te slaan wordt op de button "Submit" geklikt. 40

41 Bijlage 3 Invulformulier visuele waarnemingen Tabel 8: Invulformulier visuele waarnemingen. Parameter Subparameter Beschrijving Eenheid Beschrijving grondsoort Beschrijving laag 1 Verdichting aanwezig: Diepte cm Dikte cm Beschrijving laag 2 Verdichting aanwezig: 1. Lagenbeschrijving Diepte cm Dikte cm Beschrijving laag 3 Verdichting aanwezig: Diepte cm Dikte cm Beschrijving laag 4 Verdichting aanwezig: Diepte cm Dikte cm 2. Textuurovergangen Beoordeling textuurovergangen score 3. Bodemaggregaten Beoordeling bodemaggregaten score 4. Bodemvlekken Beschrijving bodemvlekken 5. Bodemkleur Beschrijving bodemkleur 41

42 Vervolg Tabel 8: Invulformulier visuele waarnemingen. Parameter Subparameter Beschrijving Eenheid Aantallen aantal 6. Regenwormen Soorten Beoordeling regenwormen score Diepte cm 7. Beworteling Beoordeling beworteling score Beschrijving wortelkleur 8. Onkruidbestand Bedekkingsgraad % Beschrijving voorkomende onkruiden 9. Gewasstand Bedekkingsgraad % Bedekkingsgraad afwijkende kleur % 10. Oogstmoment Zaai/plant datum Oogstdatum Datum 1e grassnede Grassnedens aantal 11. Plassen langer dan vijf dagen Aantallen aantal 12. Drainage Beschrijving drainage Leeftijd drainage jaren 42

Handleiding bepaling MijnBodemConditie

Handleiding bepaling MijnBodemConditie Handleiding bepaling MijnBodemConditie Beter boeren met de BodemConditieScore! Versie 1.0 uitgewerkt voor de Beemsterpolder (NH) Deze handleiding bevat instructies hoe een BodemConditieScore voor een enkele

Nadere informatie

De Kuil. Bodembeoordeling aan de hand van een kuil. Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg

De Kuil. Bodembeoordeling aan de hand van een kuil. Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg De Kuil Bodembeoordeling aan de hand van een kuil Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg De Kuil Bodembeoordeling aan de hand van een kuil Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg Colofon 2 e druk,

Nadere informatie

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodemkunde Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodems en hun eigenschappen 3 Bodems en hun eigenschappen Opdracht: - Zoek op wat het bodemprofiel is waar je zelf woont / werkt / stage loopt 4

Nadere informatie

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar

Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar 17-1- Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar BODEM De Bodem Van Groot naar Klein tot zeer klein 2 1 17-1- Bodemprofiel Opbouw van de bodem Onaangeroerd = C Kleinste delen = 0 en A Poriënvolume

Nadere informatie

Bodembenutting belangrijk gegeven voor bedrijfsbenutting

Bodembenutting belangrijk gegeven voor bedrijfsbenutting Bodembenutting belangrijk gegeven voor bedrijfsbenutting DE BODEM ONDER EEN VRUCHTBARE KRINGLOOP Nick van Eekeren DMS Vertrekpunt grondsoort Welke grondsoort zit u? Zie ook bodemdata.nl Losser 101 Veldpodzolen.

Nadere informatie

Biotoopstudie: Bodemonderzoek in hoogstamboomgaard

Biotoopstudie: Bodemonderzoek in hoogstamboomgaard Nationale Boomgaarden Stichting v.z.w. Vereniging voor pomologie, boomgaard- en landschapsbeheer (staatsblad 2 09-2005) Leopold-III-straat 8 3724 Vliermaal, tel: 012/391188; fax: 012/747438 E-mail: info@boomgaardenstichting.be

Nadere informatie

Masterclass Fruitteelt

Masterclass Fruitteelt Masterclass Fruitteelt Voelen van de bodem 21 maart 2013, Henk van Reuler en Ton Baltissen Wat is een bodem? Buitenste deel van de aardkorst waar de plantenwortels zich in bevinden, 1 2 m Bodem bestaat

Nadere informatie

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING Wat gaan we doen De bodem Bodemleven Voorstellen van verschillende groepen Wat doen deze beestjes in de bodem Goede bodemkwaliteit Regenwormen Petra van Vliet Blgg - Oosterbeek

Nadere informatie

Onderzoeksopdracht. Bodem en grondstaal

Onderzoeksopdracht. Bodem en grondstaal Onderzoeksopdracht Bodem en grondstaal Gebruik grondboor 1. Duw en draai gelijktijdig, in wijzerzin, de schroefachtige punt (het boorlichaam) in de bodem. Deze schroef verzamelt en houdt de grond vast.

Nadere informatie

Fysische eigenschappen

Fysische eigenschappen Fysische eigenschappen Fysische bodemkengetallen - structuur - - Hoe snel is de grond te berijden - Hoe snel verslempt de grond - Hoe groot is de doorwortelbaarheid - Storende laag/ploegzool - Watervasthoudend

Nadere informatie

De positieve kant van onkruid Boomkwekerij Hans Puijk - Vlamings

De positieve kant van onkruid Boomkwekerij Hans Puijk - Vlamings De positieve kant van onkruid Boomkwekerij 13-02-2016 Hans Puijk - Vlamings Inhoud Bodem, balans en elementen (herh) Bewerkingen en bodem management Wat zeggen onkruiden op het perceel Uitbreiding, nieuw

Nadere informatie

Proosten op het leven in de bodem

Proosten op het leven in de bodem Proosten op het leven in de bodem Nick van Eekeren Marleen Zanen Inhoud Bodemleven onderdeel van bodemkwaliteit Functies bodemleven Effect management op bodemleven 1 Diensten en functies bodem Productie

Nadere informatie

Met dit instrument kunt u de bodembiodiversiteit van uw percelen beoordelen en stappen bepalen om deze, als dat nodig mocht zijn, te verbeteren.

Met dit instrument kunt u de bodembiodiversiteit van uw percelen beoordelen en stappen bepalen om deze, als dat nodig mocht zijn, te verbeteren. Bodemkwaliteit 1 DOEL De biodiversiteit van de bodem uit zich in een betere bodemkwaliteit. Het bodemleven ondersteunt uw teelten via de ontsluiting en vastlegging van voedingsstoffen, het beschikbaar

Nadere informatie

Kennisdocument bodembeheer

Kennisdocument bodembeheer Kennis en tips uit de bodembijeenkomsten Kennisdocument bodembeheer In september 2015 startte het project Vruchtbare Kringloop Overijssel. Samen werken wij aan een vruchtbare bodem en een efficiënte benutting

Nadere informatie

Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman. Saalland Advies 1

Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman. Saalland Advies 1 Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman Saalland Advies 1 Wat ga ik vertellen? Wie ben ik? Wat is het? Eigen stappen Tips Vragen Saalland Advies 2 Introductie Akkerbouwbedrijf

Nadere informatie

De landbouwer als landschapsbouwer

De landbouwer als landschapsbouwer 9A. De bodem (theoretisch) 9A.1 Bodemvorming Door allerlei processen zoals humusvorming, inspoeling, uitspoeling en oxidatie ontwikkelt zich een bodem. Dit is een heel lang proces wat ook nooit stopt.

Nadere informatie

creating dairy intelligence

creating dairy intelligence 06-03-12 Cursus Bodemvruchtbaarheid. Deelnemers van de werkgroep Bedrijfsvoering uit het project ADEL heeft dinsdag 6 maart een plenaire cursus gevolgd over bodemvruchtbaarheid. Coen ter Berg van Coen

Nadere informatie

Inhoud. Naar een levende bodem. Beworteling en bodemleven Meer of minder een wereld van verschil. Functies beworteling

Inhoud. Naar een levende bodem. Beworteling en bodemleven Meer of minder een wereld van verschil. Functies beworteling Inhoud Beworteling en bodemleven Meer of minder een wereld van verschil Nick van Eekeren, Louis Bolk Instituut 1. Beworteling Functies Invloed op bemestingsadvies Invloed bemesting op beworteling 2. Bodemleven

Nadere informatie

Bodems beoordelen. Hoofdstuk 4

Bodems beoordelen. Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 4 Bodems beoordelen Beoordeling van de bodem is nodig om de groei van het gewas te begrijpen. Dit kan met de chemische bodemanalyse. Daarnaast is het nuttig de bodem in het perceel zelf te beoordelen

Nadere informatie

Bodem. Bodemleven. Bodemverzorging. Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres 2013-2014

Bodem. Bodemleven. Bodemverzorging. Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres 2013-2014 Bodem Bodemleven Composteren Bodemverzorging Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres 2013-2014 Vanavond. Bodem: leer je bodem kennen Bodemvoedselweb Composteren Bodem verbeteren en voeden

Nadere informatie

Duur : 30 min Moeilijkheidsgraad : +++++ Nauwkeurigheid: +++++ Benodigd materiaal : spade, bakken in plastiek, witte achtergrond

Duur : 30 min Moeilijkheidsgraad : +++++ Nauwkeurigheid: +++++ Benodigd materiaal : spade, bakken in plastiek, witte achtergrond De drop - test Praktijk A3 Met de drop-test kan je aan de hand van visuele criteria de bodemstructuur evalueren. Een blok aarde wordt met een spade uitgegraven. Na het breken van die blok wordt de bodemstructuur

Nadere informatie

Beter Bodembeheer de diepte in

Beter Bodembeheer de diepte in Beter Bodembeheer de diepte in 6 april 2017 Nijkerk Partners in PPS Duurzame Bodem: LTO Nederland, NAV, Brancheorganisatie Akkerbouw (Penvoerder), Agrifirm, IRS, Suiker Unie, AVEBE, CZAV, NAO, Bionext

Nadere informatie

Inhoud. Optimalisatie van de productie van eigen grond is de kern van goed boeren. Functies. 1.Productie: Strengere bemestings normen

Inhoud. Optimalisatie van de productie van eigen grond is de kern van goed boeren. Functies. 1.Productie: Strengere bemestings normen BETERE BODEM- MEER GRAS-MEER MELK Inhoud grasland Relaties functies en bodemkwaliteit Zegveld November 213 Nick van Eekeren Kringloop op een melkveebedrijf 1.Productie: Strengere bemestings normen 13 Ton

Nadere informatie

Rapport Bodemconditie Voedselbospercelen Park Lingezegen

Rapport Bodemconditie Voedselbospercelen Park Lingezegen Rapport Bodemconditie Voedselbospercelen Park Lingezegen Perceel 1 De Park Perceel 1 in De Park ligt ten zuiden van het voedselbos De Parkse Gaard. De oppervlakte van het perceel is 150m x 50m = 7500 m2.

Nadere informatie

Opdracht 1 Bodems en hun eigenschappen

Opdracht 1 Bodems en hun eigenschappen Opdracht 1 Bodems en hun eigenschappen Bekijk de Bodemkaart van Nederland op bladzijde 7 van Bodemsignalen. Maak een lijstje van grondsoorten die binnen een straal van ongeveer 50 km van je bedrijf voorkomen.

Nadere informatie

2 Bemesting 44 2.1 Meststoffen 44 2.2 Soorten meststoffen 46 2.3 Grondonderzoek 49 2.4 Mestwetgeving 49

2 Bemesting 44 2.1 Meststoffen 44 2.2 Soorten meststoffen 46 2.3 Grondonderzoek 49 2.4 Mestwetgeving 49 Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Bodem en grond 9 1.1 Grond, bodem en grondsoorten 9 1.2 Eigenschappen van grond 20 1.3 Problemen met de grond 23 1.4 Verbeteren van landbouwgronden 30 1.5 Transport van

Nadere informatie

Hoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen

Hoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen Hoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen Natuur en Landschap Pleasure green Milieu Tonnis van Dijk Nutriënten Management Instituut NMI 3 november 2011 Beperkingen in bemesting Europese regelgeving:

Nadere informatie

Onkruiden overzicht HortiNova blad 1 Naam: Afbeelding Ca Mg O.s. Fosfaat Kalium Ijzer Aluminium Structuur Vermeerdering Overige informatie Mogelijke oplossing Kweekgras Laag hoog Nat Zaad en ondergrondse

Nadere informatie

Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006

Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006 Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006 Hendrik Jans Inhoud: 1. Toen en nu 2. Wat moet je kennen en kunnen? 3. Soorten bodemleven 4. Water en zuurstofhuishouding 5. Drainagesystemen

Nadere informatie

Bemesting en Kringloopwijzer Gerrit Bossink Dier / Bodem / Bemesting /Gewas / Teelt. 2. Grondmonster analyse: Grasland / Bouwland

Bemesting en Kringloopwijzer Gerrit Bossink Dier / Bodem / Bemesting /Gewas / Teelt. 2. Grondmonster analyse: Grasland / Bouwland Bemesting en Kringloopwijzer 2016-2018 Gerrit Bossink Dier / Bodem / Bemesting /Gewas / Teelt 1 Agenda 1. Basis kennis bodem 2. Grondmonster analyse: Grasland / Bouwland 3. Kringloopwijzer Efficiënt Bemesten:

Nadere informatie

Informa(emiddag bodem & kringlooplandbouw

Informa(emiddag bodem & kringlooplandbouw Informa(emiddag bodem & kringlooplandbouw 13:30 Ontvangst met koffie 13:50 Welkomstwoord Jan van der Staak, vakgroep Rundveehouderij 14:00 Kringloopwijzer en doorkijk Frank Verhoeven, Boerenverstand 14:30

Nadere informatie

Met de grondmonsters die we u adviseren, wordt de chemische en biologische toestand van de grond geanalyseerd.

Met de grondmonsters die we u adviseren, wordt de chemische en biologische toestand van de grond geanalyseerd. Bodemanalyses Met de grondmonsters die we u adviseren, wordt de chemische en biologische toestand van de grond geanalyseerd. De kosten voor deze monsters bedragen 307,50 excl. BTW. Er zal dan een 1.)Bodembalansanalyse,

Nadere informatie

Bodem en Water, de basis

Bodem en Water, de basis Bodem en Water, de basis Mogelijkheden voor verbeteringen 5 febr 2018 Aequator Groen & Ruimte bv Het jaar 2017 April tot 30 juni April tot sept Aequator Groen & Ruimte bv 2 Jaar 2017 2017 Zomer warmer

Nadere informatie

Organische stof: Impact op bodem en bodemleven

Organische stof: Impact op bodem en bodemleven Organische stof: Impact op bodem en bodemleven Aad Termorshuizen Gouden Gronden, 26 januari 2018, Aduard Even voorstellen Aad Termorshuizen Specialist bodemkwaliteit en plantenpathogenen 20 jaar als docent

Nadere informatie

Dienst Landbouw Voorlichting (teruggaand tot voor 1900) Aequator Groen & Ruimte bv 3

Dienst Landbouw Voorlichting (teruggaand tot voor 1900) Aequator Groen & Ruimte bv 3 Groenbemesters, goed voor grond, boer en waterbeheerder Bodemverdichting Everhard van Essen Aequator Groen & Ruimte bv Even voorstellen Aequator Groen & Ruimte bv 2 1 Waar komen we vandaan? Dienst Landbouw

Nadere informatie

Instructie en werkbladen veldpracticum perceelvariatie

Instructie en werkbladen veldpracticum perceelvariatie Instructie en werkbladen veldpracticum perceelvariatie CIV themadag2 perceelvariatie bodem David van der Schans Praktijkonderzoek Plant & Omgeving, onderdeel van Wageningen UR Business Unit Akkerbouw,

Nadere informatie

Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit

Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit 1) Geïntegreerde gewasbescherming 2014 2) Selectieve gewasbescherming d.m.v. foggen 3) Mogelijkheden biologische bestrijding 4) Waarschuwings- en adviessystemen

Nadere informatie

Kansen voor NKG op zand

Kansen voor NKG op zand Kansen voor NKG op zand Sander Bernaerts DLV plant 14 juni Vessem NKG Niet Kerende Grondbewerking betekent het systematisch vermijden van intensief kerende of mengende grondbewerking en het zoveel mogelijk

Nadere informatie

Bodems en hun eigenschappen

Bodems en hun eigenschappen Hoofdstuk 1 Bodems en hun eigenschappen De Nederlandse landbouw is divers. Akkerbouw, groenteteelt, gras, maïs, fruit en bollen wisselen elkaar af in landschappen met een uiteenlopend karakter. Dit is

Nadere informatie

Bodembeheer bodembiodiversiteit

Bodembeheer bodembiodiversiteit Kop Tekst & Bodembeheer bodembiodiversiteit levende planten plantenresten Chap Kop 1 & Inleiding Deze waaier wordt uitgebracht als onderdeel van het project Kans voor Klei en gaat in op thema s die momenteel

Nadere informatie

Bodem en bodemstructuur

Bodem en bodemstructuur Bodem en bodemstructuur De basis voor een mooie tuin en beplanting! Wilma Windhorst, VHG docentendag 5-10-2017 Voorbereiding aanplant Tuin en beplanting : groen visitekaartje van bewoner, gemeente, wijk,

Nadere informatie

Kringlopen in de akkerbouw. Bodemscan zand- en dalgronden Beoordelingskader Veenkoloniale gronden Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg

Kringlopen in de akkerbouw. Bodemscan zand- en dalgronden Beoordelingskader Veenkoloniale gronden Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg Kringlopen in de akkerbouw I N S T I T U U T Bodemscan zand- en dalgronden Beoordelingskader Veenkoloniale gronden Chris Koopmans Marleen Zanen Coen ter Berg Verantwoording Deze brochure is opgesteld in

Nadere informatie

De bodem onder de kringloop Hou rekening met organische stof

De bodem onder de kringloop Hou rekening met organische stof Nutriënten Management Instituut B.V. Postbus 250, 6700 AG Wageningen T: 088 8761280 E: nmi@nmi-agro.nl I: www.nmi-agro.nl De bodem onder de kringloop Hou rekening met organische stof Marjoleine Hanegraaf

Nadere informatie

Precies bemesten door meer meten!

Precies bemesten door meer meten! Precies bemesten door meer meten! 2 Hoe help ik mijn bodem zo goed mogelijk de vernieling in Bodemaspecten fysisch, b.v.: structuur (grondbewerking, bandenspanning, bekalking) grondsoort (egalisatie, mengwoelen,

Nadere informatie

Waarde van bodemvruchtbaarheid. Oene Oenema. Wageningen University & Research

Waarde van bodemvruchtbaarheid. Oene Oenema. Wageningen University & Research Waarde van bodemvruchtbaarheid Oene Oenema Wageningen University & Research NBV-bijeenkomst Wageningen, 21-04-2017 Wat is bodemvruchtbaarheid? Twee definities: Productiecapaciteit van de bodem Vermogen

Nadere informatie

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken

Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Grondwater beïnvloedt kwaliteit Limburgse beken Resultaten WAHYD Hoe zit het in elkaar: afkijken bij Noord-Brabant In het onderzoeksproject WAHYD (Waterkwaliteit op basis van Afkomst en HYDrologische systeemanalyse)

Nadere informatie

Organische stof Impact op waterhuishuishouding

Organische stof Impact op waterhuishuishouding Landbouw & Waterkwaliteit Organische stof Impact op waterhuishuishouding 26 januari 2018 Gerard H. Ros Nutriënten Management Instituut Waterschap Amstel, Gooi en Vecht Wageningen Universiteit Gerard Ros

Nadere informatie

Uitplanten: bodem, structuur, bodembiologie en bemesting. Hoe inboeten voorkomen? Wilma Windhorst Hovenierscursus Vlamings BV

Uitplanten: bodem, structuur, bodembiologie en bemesting. Hoe inboeten voorkomen? Wilma Windhorst Hovenierscursus Vlamings BV Uitplanten: bodem, structuur, bodembiologie en bemesting Hoe inboeten voorkomen? Wilma Windhorst Hovenierscursus Vlamings BV 130116 Voorbereiding aanplant Beplanting: visitekaartje van de gemeente, de

Nadere informatie

1 Grond Bodem Minerale bestanddelen Organische bestanddelen De verschillende grondsoorten 16 1.

1 Grond Bodem Minerale bestanddelen Organische bestanddelen De verschillende grondsoorten 16 1. Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Grond 9 1.1 Bodem 9 1.2 Minerale bestanddelen 11 1.3 Organische bestanddelen 13 1.4 De verschillende grondsoorten 16 1.5 Afsluiting 17 2 Verzorging van de bodem 19 2.1

Nadere informatie

Organische stof en bodemleven deel , Nijeholtpade

Organische stof en bodemleven deel , Nijeholtpade maakt werk van bodemkwaliteit in het landelijk gebied Organische stof en bodemleven deel 2. 030211, Nijeholtpade Marjoleine Hanegraaf Nutriënten Management Instituut NMI www.nmi-agro.nl Inhoud Samenvatting

Nadere informatie

Thema 4: Een gezonde bodem

Thema 4: Een gezonde bodem Thema 4: Een gezonde bodem Bodemanalyse en de gezonde plant Emile Bezemer Eurofins Agro Minder chemie met steenmeel Bert Carpay Carpay Advies 25 september 2018 ConGRAS 1 Bodemanalyse en gezonde grasplant!

Nadere informatie

De kracht van een levende bodem

De kracht van een levende bodem Hoe veranderen bodems door biologisch-dynamische landbouw? De kracht van een levende bodem Wormgangen, poriën, wortels, scheuren, verharde lagen, wormenpoep er is van alles te beleven onder het maaiveld

Nadere informatie

Evenwicht in de volkstuin? april 1, 2014 DLV Plant

Evenwicht in de volkstuin? april 1, 2014 DLV Plant Evenwicht in de volkstuin? Evenwichtige bemesting Bodemmonster Belangrijk om te weten: Algemeen: Fosfaat, kali, magnesium Op zand: ph en o.s. Op klei: % slib Bodemmonster Fosfaat laag: voldoende bemesten

Nadere informatie

Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006

Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006 Thema Bodem en Bemesting Bron: Tuin en Landschap nr. 6a-2006 Hendrik Jans Inhoud: 1. Toen en nu 2. Groeivoorwaarden 3. Soorten bodemleven 4. Water en zuurstofhuishouding 5. Drainagesystemen 6. Werking

Nadere informatie

Bodem en bomen Everhard van Essen

Bodem en bomen Everhard van Essen Bodem en bomen Everhard van Essen Aequator Groen & Ruimte bv Even voorstellen Aequator Groen & Ruimte bv 2 Opzet presentatie Wat bepaald de geschiktheid van de bodem voor de boom? Wat weten we over de

Nadere informatie

Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers

Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers Marleen Plomp en Gerjan Hilhorst (Wageningen Livestock Research) Maart 217 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Dataset...

Nadere informatie

Grond of aarde weghalen door te graven. Graven is een gat in de grond maken. De plaats waar de grond wordt weggenomen.

Grond of aarde weghalen door te graven. Graven is een gat in de grond maken. De plaats waar de grond wordt weggenomen. Les 1 De bodemverontreiniging. afgraven Grond of aarde weghalen door te graven. Graven is een gat in de grond maken. De afgraving De plaats waar de grond wordt weggenomen. De bodemverontreiniging De grond

Nadere informatie

2. Het gewas. Voedergewassen

2. Het gewas. Voedergewassen 2. Het gewas Voedergewassen De plant Vegetatief - wortelstelsel - stengel - bladeren Generatief - kolf - pluim 2 Vegetatief (stengel en blad) Begint met bladeren stengel Lengte tot 4 meter Weinig zijstengels

Nadere informatie

2 Aanleggen van beplanting Planten van houtige tuinplanten Planten van kruidachtige tuinplanten Afsluiting 46

2 Aanleggen van beplanting Planten van houtige tuinplanten Planten van kruidachtige tuinplanten Afsluiting 46 Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Grondwerk en grondbewerking 9 1.1 Redenen voor grondbewerking 9 1.2 Bodemprofiel belangrijk 9 1.3 Ideale toestand 10 1.4 Niet slechter dan voorheen 10 1.5 Machines voor

Nadere informatie

De bodem van Flevoland

De bodem van Flevoland De bodem van Flevoland Om de bodem van Flevoland te leren kennen, moeten we terug in de tijd. Op 3 oktober 1939 is de Noordoostpolder ontstaan als diepe droogmakerij in de voormalige Zuiderzee. Na de tweede

Nadere informatie

Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek

Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek Bram Van Nevel Bram.van.nevel@inagro.be 051/27.33.47 Waarom groenbedekkers? 1. Restnitraat 2. Verhogen bodemvruchtbaarheid 3. Verlagen

Nadere informatie

Open teelten op zandgronden hebben meer tijd nodig om te voldoen aan nitraatrichtlijn

Open teelten op zandgronden hebben meer tijd nodig om te voldoen aan nitraatrichtlijn Resultaten Systeemonderzoek Vredepeel geven aan: Open teelten op zandgronden hebben meer tijd nodig om te voldoen aan nitraatrichtlijn BAVB workshop 11 februari 2014 Janjo de Haan Nieuw mestbeleid heeft

Nadere informatie

Toetsing van effecten van toediening van biochar op opbrengst en bodemkwaliteit in meerjarige veldproeven

Toetsing van effecten van toediening van biochar op opbrengst en bodemkwaliteit in meerjarige veldproeven Toetsing van effecten van toediening van biochar op opbrengst en bodemkwaliteit in meerjarige veldproeven J.J. de Haan, D. van Balen & C. Topper (PPO-agv Wageningen UR) M.J.G. de Haas, H. van der Draai

Nadere informatie

Werken aan bodem is werken aan:

Werken aan bodem is werken aan: DE BODEM ONDER EEN VRUCHTBARE KRINGLOOP Van knelpunten naar maatregelen Sjoerd Roelofs DLV 06-20131200 Werken aan bodem is werken aan: 1. Organische stof 2. Bodemchemie 3. Waterhuishouding 4. Beworteling

Nadere informatie

Eiwitgewassen. Voordelen luzerne. Nadelen luzerne 1/14/2016. Luzerne Rode klaver Lupine Veldbonen Soja. Eiwitrijke gewassen

Eiwitgewassen. Voordelen luzerne. Nadelen luzerne 1/14/2016. Luzerne Rode klaver Lupine Veldbonen Soja. Eiwitrijke gewassen Eiwitgewassen Eiwitrijke gewassen Luzerne Rode klaver Lupine Veldbonen Soja Voordelen luzerne Nadelen luzerne Positief effect op bodemstructuur Droogteresistent door diepe beworteling Nalevering N: 60

Nadere informatie

KringloopWijzer. Johan Temmink

KringloopWijzer. Johan Temmink KringloopWijzer Johan Temmink 1 Juli 2013: Sectorplan koersvast richting 2020 Melkveehouderij: Zuivelplan (NZO, LTO) Technische invulling binnen milieurandvoorwaarden KringloopWijzer centraal Film KringloopWijzer

Nadere informatie

Bemesting. Fosfaatgebruiksnormen. Mestwetgeving Wettelijk op maisland: 112 kg N/ha/jaar en bij hoge PW 50 kg P205/ha/jaar 1-2-2016.

Bemesting. Fosfaatgebruiksnormen. Mestwetgeving Wettelijk op maisland: 112 kg N/ha/jaar en bij hoge PW 50 kg P205/ha/jaar 1-2-2016. Even Voorstellen Pascal Kleeven Akkerbouw/vollegrondgroentebedrijf Sinds1999 in dienst bij Vitelia-Agrocultuur Bemesting Wie teelt er maïs? Vragen Wie heeft er een mestmonster? Wie heeft er actuele grondmonsters?

Nadere informatie

NutriNorm.nl. Op NutriNorm vindt u praktische en onafhankelijke informatie over bemesting, meststoffen, bodem en strooien.

NutriNorm.nl. Op NutriNorm vindt u praktische en onafhankelijke informatie over bemesting, meststoffen, bodem en strooien. NutriNorm.nl Op NutriNorm vindt u praktische en onafhankelijke informatie over bemesting, meststoffen, bodem en strooien. Wij werken samen met onze kennispartners: Eurofins Agro, WageningenUR, Louis Bolk

Nadere informatie

Landgebruik en bodemkwaliteit Jan de Wit Nick van Eekeren

Landgebruik en bodemkwaliteit Jan de Wit Nick van Eekeren Landgebruik en bodemkwaliteit 60-20 - 20 Jan de Wit Nick van Eekeren Grasland Bouwland Huidige landbouwontwikkeling naar controle just in time, precisiebemesting,. Dit vraagt ook om risico-beheersing,

Nadere informatie

BEGRIPPEN. Grond en Bodem. Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid.

BEGRIPPEN. Grond en Bodem. Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid. BEGRIPPEN Grond en Bodem Kuipers maakt in zijn boek Bodemkunde onderscheid. GROND Het losse materiaal zo we dat aan de oppervlakte van de aardkorst aantreffen. BODEM De manier waarop gronddeeltjes, in

Nadere informatie

verslag lancering Beemsterpolder 16 september 2013

verslag lancering Beemsterpolder 16 september 2013 MijnBodemConditie beter boeren met de BodemConditieScore! verslag lancering Beemsterpolder 16 september 2013 Wageningen Universiteit Boerenverstand Louis Bolk Instituut Livestock Research SKB duurzame

Nadere informatie

Goede bemesting geeft gezonde planten

Goede bemesting geeft gezonde planten Goede bemesting geeft gezonde planten Door: HortiNova Opbouw van presentatie: Doel van gezonde bodem & plant Hoe groeit een plant? Hoe kan een plant ziek worden? Waarom moeten we bladgroen en wortels promoten

Nadere informatie

2. Zijn aarde, grond en bodem drie omschrijvingen van hetzelfde? Geef met behulp van bovenstaande bronnen een omschrijving van deze drie begrippen.

2. Zijn aarde, grond en bodem drie omschrijvingen van hetzelfde? Geef met behulp van bovenstaande bronnen een omschrijving van deze drie begrippen. Vragen en opdrachten Bodem van Nederland ORIENTATIE BODEM... 1 BODEMVORMING... 2 ZANDGRONDEN... 5 HOOGVEEN:... 7 LAAGVEEN... 8 ZEEKLEI... 9 RIVIERKLEI... 9 LÖSSGROND... 10 DE BODEMKAART VAN NEDERLAND...

Nadere informatie

Bodemmonster Bodemmonster

Bodemmonster Bodemmonster Evenwicht in de volkstuin? Evenwichtige bemesting Bodemmonster Bodemmonster Belangrijk om te weten: Fosfaat laag: voldoende bemesten Kali laag: voldoende bemesten of bijsturen Magnesium laag: bijsturen

Nadere informatie

Het belang van een goede bodem

Het belang van een goede bodem Het belang van een goede bodem Een gezonde bodem is belangrijk. Logisch, zal iedere teler zeggen. Toch is het opvallend dat de praktijk niet altijd overeenkomt met dit zo vanzelfsprekende feit. In vele

Nadere informatie

ORGANISCHE STOF BEHEER

ORGANISCHE STOF BEHEER ORGANISCHE STOF BEHEER Weet wat je bodem eet! Anna Zwijnenburg van A tot Z landbouwadvies EVEN VOORSTELLEN Zelfstandig landbouwadviseur voor de akkerbouw/groenvoeder gewassen voor de thema s bodem, vruchtwisseling

Nadere informatie

Aanvulling. Dictaat Inleiding Bodem. Voor versie Bodem en Water 1 (LAD-10806) Bodem en Water II (AEW-21306) Oktober 2011.

Aanvulling. Dictaat Inleiding Bodem. Voor versie Bodem en Water 1 (LAD-10806) Bodem en Water II (AEW-21306) Oktober 2011. Aanvulling Dictaat Inleiding Bodem Voor versie 2010 Bodem en Water 1 (LAD-10806) Bodem en Water II (AEW-21306) ktober 2011 Inhoud - Practicumhandleiding Wat is een bodem P3 Practicum Wat is een bodem P3.1

Nadere informatie

Het gebruik van gips in de fruitteelt

Het gebruik van gips in de fruitteelt Het gebruik van gips in de fruitteelt Inleiding Als voedingselement zorgt calcium voor stevige, lang houdbare vruchten. Calcium speelt daarnaast ook een belangrijke rol bij bodemstructuur en -vruchtbaarheid.

Nadere informatie

Duurzaam bodemgebruik

Duurzaam bodemgebruik Duurzaam bodemgebruik Goed boeren in kleinschalig landschap Henry van den Akker Adviseur Akkerbouw ZON Specialist Bodem, Water en Bemesting DLV Plant Onderwerpen - Doel Bodem en bodemgebruik Problematiek

Nadere informatie

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen Overvloedige neerslag tijdens groeiseizoen - Bemesting en verslemping - Wortelrot Peter Wilting en Bram Hanse SID Heerenveen en Tilburg, 7/8 december 2016 Overvloedige neerslag tijdens het groeiseisoen

Nadere informatie

Voortgang veldproefen Klei naar de Veenkoloniën

Voortgang veldproefen Klei naar de Veenkoloniën Praktijknetwerk Klei voor de Veenkoloniën Doel en start. Het praktijknetwerk heeft tot doel: Kennis te ontwikkelen over de mogelijkheid nutriëntarme zandgronden op een rendabele manier te verrijken met

Nadere informatie

De organische stof balans: nuttig instrument voor bouw- èn grasland. NMI, Marjoleine Hanegraaf. Opstellen van een balans. Principe van een OS- balans

De organische stof balans: nuttig instrument voor bouw- èn grasland. NMI, Marjoleine Hanegraaf. Opstellen van een balans. Principe van een OS- balans De organische stof balans: nuttig instrument voor bouw- èn grasland. NMI, Marjoleine Hanegraaf Principe van een OS- balans Het doel van een OS-balans is handhaven van het organische stofgehalte. Aanvoerbronnen

Nadere informatie

Organische stof in de bodem

Organische stof in de bodem Organische stof in de bodem Theorie C1 Wat is organische stof in de bodem? Organische stof in de bodem bestaat uit materiaal zoals bv. oogst- en plantenresten, compost en mest, maar ook het bodemleven

Nadere informatie

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens INHOUD

VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST. ir. Koen Willekens INHOUD VERHOGING ZIEKTEWEERBAARHEID IN LAND- EN TUINBOUWGEWASSEN DOOR GEBRUIK VAN COMPOST ir. Koen Willekens INHOUD Compost en ziekteweerbaarheid Agro-ecosysteem Compost Compostthee Proeven met compost en compostthee

Nadere informatie

De bodem waarvan wij leven

De bodem waarvan wij leven De bodem waarvan wij leven Hilvarenbeek Ad Havermans adhavermans@concepts.nl 18 mei 2015 1 Inhoud van de presentatie 1. 2015 Het jaar van de bodem 2. Over geologie en bodemkunde 3. Bodemvormende processen

Nadere informatie

Groei voorbereiden. -voetafdruk van dit drukwerk is berekend met ClimateCalc en gecompenseerd bij: treesforall.nl. De CO 2

Groei voorbereiden. -voetafdruk van dit drukwerk is berekend met ClimateCalc en gecompenseerd bij: treesforall.nl. De CO 2 Groei voorbereiden De CO 2 -voetafdruk van dit drukwerk is berekend met ClimateCalc en gecompenseerd bij: treesforall.nl www.climatecalc.eu Cert. no. CC-000057/NL Groei voorbereiden WEGWIJZER Deze module

Nadere informatie

SKB-Showcase. Praktijkdemo s met ondernemers uit de akker- en tuinbouw. Slotbijeenkomst SKB Showcase Biezenmortel 11 december 2014

SKB-Showcase. Praktijkdemo s met ondernemers uit de akker- en tuinbouw. Slotbijeenkomst SKB Showcase Biezenmortel 11 december 2014 Nutriënten Management Instituut B.V. Postbus 250, 6700 AG Wageningen T: 088 8761280 E: nmi@nmi-agro.nl I: www.nmi-agro.nl SKB-Showcase Praktijkdemo s met ondernemers uit de akker- en tuinbouw Romke Postma

Nadere informatie

Instructieblad Aarde Activiteit 1.01: Grondsoorten

Instructieblad Aarde Activiteit 1.01: Grondsoorten 1. Wat ga je doen? Deze les gaat over grond en grondsoorten. Je gaat leren wat grondsoorten zijn, waar die in (de kop van) Noord-Holland te vinden zijn, wat het bijzondere aan deze grondsoorten is, en

Nadere informatie

Woordenschat les 8.1. Vervuilde grond?

Woordenschat les 8.1. Vervuilde grond? Woordenschat les 8.1 Vervuilde grond? Afgraven en de afgraving Afgraven is de grond of aarde weghalen door te graven. De afgraving is de plaats waar de grond wordt weggenomen. Boren We boren een gat in

Nadere informatie

Het belang van bodemleven Inspiratiedag over functionele agrobiodiversiteit Gent, 4 november 2014

Het belang van bodemleven Inspiratiedag over functionele agrobiodiversiteit Gent, 4 november 2014 Het belang van bodemleven Inspiratiedag over functionele agrobiodiversiteit Gent, 4 november 2014 Petra Deproost Departement LNE, Dienst Land en Bodembescherming Biodiversiteit: niet enkel bovengronds!

Nadere informatie

Waarom is de bodem belangrijk voor het waterbeheer?

Waarom is de bodem belangrijk voor het waterbeheer? Waarom is de bodem belangrijk voor het waterbeheer? Gera van Os Lector Duurzaam Bodembeheer (CAH Vilentum) Onderzoeker Bodem- en plantgezondheid (WUR) Bodembeheer Waterbeheer Diepe sporen als gevolg van

Nadere informatie

Landbouwkundig belang van een goede waterhuishouding Everhard van Essen Jan van Berkum

Landbouwkundig belang van een goede waterhuishouding Everhard van Essen Jan van Berkum Landbouwkundig belang van een goede waterhuishouding Everhard van Essen Jan van Berkum Aequator Groen & Ruimte bv Opzet presentatie Wat is het belang van een goede waterhuishouding? Wat is een optimale

Nadere informatie

Meer theorie over bodem & compost

Meer theorie over bodem & compost Basiscursus Ecologische Moestuin Meer theorie over bodem & compost Inhoud van de presentatie 1. Waarom biologisch? 2. Waar een moestuin aanleggen? 3. Inleiding bodem 4. Bodem: Minerale bestanddelen 5.

Nadere informatie

Aanleiding project. 2. Opzet project 3. Resultaten eerste. 4. Vervolg. Bodemkwaliteit op zandgrond. Inhoud presentatie

Aanleiding project. 2. Opzet project 3. Resultaten eerste. 4. Vervolg. Bodemkwaliteit op zandgrond. Inhoud presentatie Bodemkwaliteit op zandgrond Inhoud presentatie Resultaten en ervaringen NKG eerste jaar 2011 Borkel & Schaft, 14 december 2011, Janjo de Haan 1. Aanleiding project en visie op bodembeheer 2. Opzet project

Nadere informatie

Nieuwsbrief 13. Vergelijking van NKG en ploegen op zand voor aardappelen na grasland.

Nieuwsbrief 13. Vergelijking van NKG en ploegen op zand voor aardappelen na grasland. Vergelijking van NKG en ploegen op zand voor aardappelen na grasland. Op de zandgrond in Zuidoost Brabant heeft er in 2012 een boerenexperiment met NKG plaatsgevonden op een perceel aardappelen met als

Nadere informatie

van harte welkom Koolstof Kringlopen

van harte welkom Koolstof Kringlopen van harte welkom Koolstof Kringlopen 1 Programma 13:30 Opening met lezing 14:00 Instructie geleide rondgang 14:15 Geleide rondgang 16:45 Actieve demonstratie machines Afsluiting met drankje & snack Koolstof

Nadere informatie

Samenstelling en eigenschappen

Samenstelling en eigenschappen Samenstelling en eigenschappen Mest is onder te verdelen in kunstmest en natuurlijke mest. Natuurlijke mest is op zijn beurt weer onder te verdelen in mest van dierlijke herkomst en mest van plantaardige

Nadere informatie

Snuffelen aan de grond Ir. E.A. (Everhard) van Essen

Snuffelen aan de grond Ir. E.A. (Everhard) van Essen Snuffelen aan de grond Ir. E.A. (Everhard) van Essen Aequator Groen & Ruimte bv Even voorstellen Aequator Groen & Ruimte bv 2 Waar komen we vandaan? Dienst Landbouw Voorlichting (teruggaand tot voor 1900)

Nadere informatie

Veel leesplezier! Bertus Stip, Hoveniersbedrijf Stip

Veel leesplezier! Bertus Stip, Hoveniersbedrijf Stip Het bodemboek aanleg en onderhoud van de tuin Voorwoord De grond in de tuin, wat moeten we daar nu weer mee? Misschien heeft u zichzelf deze vraag wel eens gesteld. Wij van Hoveniersbedrijf Stip stellen

Nadere informatie

Werkblad bodem (vooraf)

Werkblad bodem (vooraf) Werkblad bodem (vooraf) Wat zit er in de bodem? In en op de bodem leven planten en dieren. Om te kunnen leven hebben ze licht, lucht, water en voeding nodig. Licht valt van boven op de bodem, de rest zit

Nadere informatie