Warmtekrachtcentrale Harnaschpolder

Transcriptie

1 Warmtekrachtcentrale Harnaschpolder Plan van aanpak Opsteller: Kees Meinema-Linders Status: Definitief Projectfase: Initiatief Datum: Kopie: Opdrachtgever projectleider bedrijfskundige clusterdirecteur projectteam Projectdossier (origineel)

2 Project Besluitvormingsblad (opdrachtgever en nemer) Projectnaam Budgetnummer : Warmtekrachtcentrale Harnaschpolder : [Tekst] 1. Projectleider : Kees Meinema Handtekening : Datum : 2. Programmamanager : [Tekst] Handtekening : Datum : 3. Hoofd uitvoerende afdeling : Joyce Rombouts Handtekening : Datum : 4. Opdrachtgever : Joyce Rombouts Handtekening : Datum : Middels het ondertekenen van dit Plan van Aanpak verklaart opdrachtgever zich akkoord met de wijze van uitvoering van het project zoals beschreven in dit plan van aanpak. Datum: pagina 2 Van 8

3 INHOUD Pagina 1. Inleiding Projectomschrijving 4 2. Aanleiding tot project/studie Doel Opzet 4 3. Kader 5 4. Stand van zaken 5 5. Resultaat project 5 6. Projectstrategie (planproces) 6 7. Projectorganisatie 6 8. Operationele organisatie 6 9. Projectbeheersing Kwaliteit Productkwaliteit Proceskwaliteit Geld Tijd Informatie en communicatie Risico inventarisatie Besluitvorming Procedures en standaard formulieren Lijst met afkorting / begrippen Bijlagen 8 Datum: pagina 3 Van 8

4 1. Inleiding 1.1 Projectomschrijving In de regio van Delft verdwijnt industriële warmte onbenut in de lucht of het oppervlaktewater. Deze warmte kan benut worden voor ruimteverwarming, hetgeen een belangrijke besparing van fossiele brandstoffen oplevert en een beperking van de milieudruk. Eneco, de gemeenten Delft en Midden-Delfland, en 3 woningbouwcorporaties hebben een warmtebedrijf (het Warmtebedrijf Eneco Delft, afgekort WBED) opgericht, dat gaat zorgen voor een warmteleveringsysteem van industriële bronnen naar woningen en bedrijven te realiseren. Het Hoogheemraadschap van Delfland (HHD), via haar waterzuiveringinstallaties een van de grootste producenten van industriële warmte, onderschrijft de doelstelling van het warmtebedrijf en ziet het ook als haar maatschappelijke taak mee te werken aan een verminderd gebruik van fossiele brandstoffen en beperking van de milieudruk. Zij is dan ook bereid mee te werken aan het afnemen door het WBED van warmte uit het effluent, voordat dit wordt afgevoerd naar de Noordzee. Voor Delfland houdt dit in, dat er een samenwerkingsovereenkomst moet worden gesloten met het warmtebedrijf. In deze samenwerking worden een realisatieovereenkomst en een effluentleveringsovereenkomst opgesteld. Alledrie overeenkomsten moeten door de relevante Delflandse besturen worden goedgekeurd. Daarnaast moet in samenwerking met Delfluent Services deze levering van effluent worden verwerkt in de WM-vergunning en zal het contract met Delfluent moeten worden aangepast. 2. Aanleiding tot project/studie 2.1 Doel In 2006 heeft de gemeente Delft contact opgenomen met het Hoogheemraadschap van Delfland om gezamenlijk een warmtebedrijf op te richten. Hierbij zou de awzi Harnaschpolder gaan dienen als warmtebron. Het warme water zou van daaruit naar de gemeente delft worden getransporteerd. Na uitvoerig onderzoek bleek deze constructie niet haalbaar en is het project tijdelijk stilgelegd. De gemeente Delft heeft daarna andere partners gezocht, namelijk het energiebedrijf Eneco, de gemeente Midden-Delfland en drie woningbouwcorporaties. Gezamenlijk hebben zij een warmtebedrijf (WBED) opgericht, dat door middel van meerdere warmtebronnen op verschillende locaties warm water gaat leveren in Delft. Een business case heeft aangetoond, dat dit rendabel is, mede door toezegging van een subsidie. Vervolgens heeft dit warmtebedrijf Delfland benaderd om de mogelijkheden voor het leveren van effluent van de awzi Harnaschpolder te onderzoeken, nu op een veel kleinere schaal dan wat eerder was bedacht. 2.2 Opzet De opzet is om een projectgroep te vormen binnen Delfland, die de verschillende werkzaamheden uitvoert. Deze projectgroep overlegt regelmatig met het warmtebedrijf. Belangrijkste resultaten zullen zijn de samenwerkingsovereenkomst, de realisatieovereenkomst en de leveringsovereenkomst, de vergunningaanvraag en de contractwijziging (Change to the Service). Voor deze laatste twee aspecten is samenwerking met Delfluent Services noodzakelijk. Datum: pagina 4 Van 8

5 3. Kader Delfland ondersteunt de doelstelling van het warmtebedrijf en ziet het ook als haar maatschappelijke taak mee te werken aan een verminderd gebruik van fossiele brandstoffen en beperking van de milieudruk. Met het oog op de geringe hoeveelheden effluent is Delfland van mening dat de levering aan het warmtebedrijf om niet kan plaatsvinden. Wel zullen alle kosten die door Delfland worden gemaakt door het warmtebedrijf moeten worden vergoed. Dat betreft personele kosten en de kosten die door Delfluent Services zullen worden doorbelast ten aanzien van de activiteiten voor de vergunningaanvraag en de Change to the Service. De bouw- en bedrijfsvoeringskosten zullen geheel door het warmtebedrijf worden gedragen. Voor de plaats van het warmtestation wordt momenteel gedacht aan een locatie in de nabijheid van de toegang tot de awzi Harnaschpolder. Op die manier worden de lengten van de leidingen en dus de investeringskosten zo laag mogelijk gehouden. Het warmtebedrijf zelf is verantwoordelijk voor de aankoop van de grond, de realisatie van de installatie en het verkrijgen van de noodzakelijke vergunningen. Het bevoegd gezag voor de WM-vergunning van de awzi Harnaschpolder is de provincie Zuid-Holland. Om innovaties te stimuleren en te versnellen is door Zuid- Holland het concept van de stroomversneller ontwikkeld. De stroomversneller gaat uit van een grondige analyse van de knelpunten in trajecten, waarna de focus ligt op het verbinden, regisseren en ondersteunen van partijen in het innovatietraject èn het versnellen van ontwikkelingen. Binnen de stroomversneller concentreert de provincie zich momenteel op drie thema s: windenergie, groen gas en warmte. Er wordt vanuit gegaan dat dit beleidsuitgangspunt van de provincie de vergunningsprocedure positief zal beïnvloeden. 4. Stand van zaken Inmiddels hebben enkele gesprekken plaatsgevonden tussen het warmtebedrijf en Delfland, waarbij ook de gemeente Delft als toehoorder aanwezig was. Hierbij zijn de globale planning, de randvoorwaarden en uitgangspunten en enkele technische aspecten besproken. Op basis van deze gesprekken is dit Plan van Aanpak geschreven. De scope voor Delfland (en voor het warmtebedrijf) is nu duidelijk, zodat alle projectbeheersingsaspecten kunnen worden beschreven. 5. Resultaat project Het eerste (sub)resultaat van het project zal een samenwerkingsovereenkomst zijn tussen het warmtebedrijf en Delfland. Deze samenwerking is uiteindelijk gericht op de levering van effluent door Delfland aan het warmtebedrijf, hetgeen geregeld wordt in een leveringsovereenkomst. Voor de bouwactiviteiten op de awzi Harnaschpolder is een realisatieovereenkomst nodig. Hiervoor is het nodig dat de WM-vergunning en het DBFO-contract worden aangepast. Datum: pagina 5 Van 8

6 6. Projectstrategie (planproces) De volgende keuzes en afspraken moeten worden gemaakt: 1) locatie van lozing van het effluent van het warmtestation: op de awzi, op gemaal Lookwatering of op het oppervlaktewater van de Lookwatering. Voor- en nadelen, mogelijkheid alsmede de kosten van deze opties moeten in kaart worden gebracht. 2) Ontwerp van de wateronttrekkingsinstallatie (en eventueel terugvoer) op de awzi Harnaschpolder in relatie tot de aanvraag van vergunning(en). 3) Type leveringsovereenkomst in combinatie met eventuele juridische binding tussen awzi en warmtestation. 4) Locatiekeuze warmtestation. Dit wordt door Eneco uitgevoerd en kan invloed hebben op de financiële haalbaarheid van het project. 5) Change to the Service. Deze wordt door Delfluent Services opgesteld op basis van de door Delfland aangeleverde uitgangspunten. 6) Delfland zal het water om niet leveren, maar het warmtebedrijf zal de door Delfland (en Delfluent Services) gemaakte kosten vergoeden. Over de uitgangspunten voor deze kostendoorbelasting moeten afspraken worden gemaakt. 7) Het onderhoud en de bedrijfsvoering van de pompinstallatie op de awzi. Hierover zullen tussen het warmtebedrijf en Delfluent Services afspraken moeten worden gemaakt. Indien dit door het warmtebedrijf zal worden gedaan, moeten er afspraken worden gemaakt over de toegankelijkheid. 8) Er moeten afspraken worden gemaakt op welke wijze wordt gecommuniceerd over deze activiteit en welke partij welke verantwoordelijkheid heeft. 7. Projectorganisatie Namens Delfland zal de projectorganisatie bestaan uit: 1) projectleider : Kees Meinema-Linders 2) juridisch adviseur : Martin Verschoor 3) strategisch beleidsadviseur: Joost de Haan Voor ondersteuning op het gebied van juridische zaken zal een beroep worden gedaan op de afdeling Juridische Ondersteuning en Vastgoed van de Sector Middelen. Om de mogelijkheid te onderzoeken of lozing op het oppervlaktewater een reële optie is, zal ondersteuning worden gevraagd van de Sector Beleid en Onderzoek. 8. Operationele organisatie Dit is niet van toepassing bij onderhavig project. Eventuele consequenties voor het DBFO-contract en daaruit voortvloeiende contractmanagementactiviteiten van Delfland kunnen door de bestaande organisatie worden uitgevoerd. 9. Projectbeheersing 9.1 Kwaliteit Productkwaliteit De kwaliteit van de te produceren documenten wordt bewaakt door de projectleider en de juridisch adviseur, waarbij de één de lijncontroleur voor de ander is en vice versa. Datum: pagina 6 Van 8

7 9.1.2 Proceskwaliteit De kwaliteit van het proces wordt gerelateerd aan het behalen van de tijdsdoelstellingen in combinatie met het verkrijgen van bestuurlijke goedkeuring. Tijdige aanlevering van de relevante notities aan de portefeuillehouder, de directie en het bestuur is hierbij van belang. Ook het aanleveren van informatie aan het warmtebedrijf en Delfluent Services overeenkomstig de afgesproken planning bepaalt de kwaliteit van het proces. Hiervoor zal een planning worden opgesteld, die zal worden geactualiseerd indien nodig. 9.2 Geld Zoals voorgaand beschreven worden de kosten van het project gedragen door het warmtebedrijf. Hiertoe is het noodzakelijk dat overeenstemming wordt bereikt met het warmtebedrijf over de te verwachten kosten, zowel van Delfland zelf als van Delfluent Services. Dit houdt ook in, dat binnen Delfland de bestede tijd en kosten duidelijk moeten worden geadministreerd. 9.3 Tijd Een planning wordt door de projectleider opgesteld voor het gehele project. Hierin zal duidelijk worden aangegeven wanneer overleg nodig is en wanneer de bestuurlijke beslismomenten zullen zijn. Aan de hand van deze planning zal door de projectleider de voortgang van het project worden bewaakt en gerapporteerd aan de teamleider. Globale mijlpalen zijn: Maart 2010: samenwerkingsovereenkomst in conceptvorm gereed Medio 2010: concept realisatie- en effluentleveringsovereenkomsten af Najaar 2010: Warmtebedrijf in bedrijf 10. Informatie en communicatie Alle projectinformatie wordt (ook) aan de projectleider gegeven, die zorg draagt voor de archivering. Alle teamleden zijn bevoegd om externe communicatie te onderhouden met de relevante partners (WBED, Delfluent Services). Bij voorkeur per wordt de projectleider op de hoogte gehouden van hetgeen besproken is. Communicatie in de betekenis van PR verloopt via de teamleider en de afdeling Communicatie. 11. Risico inventarisatie Dit project kent wat betreft de afname van industriewarmte een aantal risico s en cruciale succesfactoren. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen risico s voor Delfland en risico s voor het warmtebedrijf. Risico s voor Delfland 1) verstoring van de zuiveringstaak : beheersen via af te sluiten realisatie- en effluentleveringsovereenkomsten Datum: pagina 7 Van 8

8 2) contractuele consequenties voor Delfluent: beheersen via af te sluiten realisatie- en effluentleveringsovereenkomsten 3) technisch risico lozing van ammoniak in effluent: beheersen via af te sluiten realisatie- en effluentleveringsovereenkomsten inclusief ontwerp Risico s voor WBED 1. Een deel van de projectkosten worden gefinancierd uit subsidie. De subsidievoorwaarden kunnen van invloed zijn op de rentabiliteit. 2. Het ter beschikking komen van de benodigde bedragen voor de diverse investeringen. 3. Bij alle prognoses is uitgegaan van het ter beschikkingstellen van warmte om niet, alleen de beheer- en onderhoudkosten kunnen in rekening worden gebracht. 12. Besluitvorming De portefeuillehouder is op de hoogte gebracht van het voornemen om warmte te leveren aan het warmtebedrijf. Hij heeft ingestemd met dit beleidsvoornemen. De samenwerkingsovereenkomst moet door College van Dijkgraaf en Hoogheemraden worden goedgekeurd. Besluitvorming over de realisatieovereenkomst en de leveringsovereenkomst moet nader worden uitgewerkt. De planning wordt hierop afgestemd. Vanzelfsprekend zal hiertoe eerst de goedkeuring van de teamleider en de sectormanager worden verkregen. 13. Procedures en standaard formulieren Niet van toepassing 14. Lijst met afkorting / begrippen WBED : Warmtebedrijf Eneco Delft 15. Bijlagen Niet van toepassing Datum: pagina 8 Van 8