I. SAMENVATTING ONTWERP-BESLUIT

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "I. SAMENVATTING ONTWERP-BESLUIT"

Transcriptie

1 Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus TH Utrecht ONTWERP-BESLUIT van GS van Utrecht Tel Datum 14 december 2010 Team Milieubeheer Nummer C6 Referentie B.A.M. van t Hullenaar Uw brief van 6 juli 2010 Doorkiesnummer Uw nummer KO 10/1671 Faxnummer Bijlage 1 Onderwerp Wet Milieubeheer ontwerp-besluit, Schaverijstraat 3 te Utrecht I. SAMENVATTING ONTWERP-BESLUIT I.A. Samenvatting ontwerp-besluit Wij zijn voornemens om aan, Korpsondersteuning, regionale afdeling Facilitaire Diensten te Utrecht voor onbepaalde tijd een Wet milieubeheervergunning te verlenen voor het wijzigen, veranderen en uitbreiden van een inrichting. De inrichting is bestemd als opslaglocatie van diverse in beslag genomen goederen en gevonden voorwerpen, als locatie waar technisch onderzoek aan motorvoertuigen plaatsvindt en als locatie waar kantoorwerkzaamheden plaatsvinden. II. FEITEN II.A. Onderwerp aanvraag Op 7 juli 2010 hebben wij een aanvraag ontvangen ingevolge de Wet milieubeheer (verder: Wm) van, Korpsondersteuning, regionale afdeling Facilitaire Diensten om een veranderingsvergunning als bedoeld in artikel 8.1, lid 1 onder b en c, juncto 8.1, lid 2, van de Wm juncto Bijlage 1 van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (verder: Activiteitenbesluit) voor de inrichting van, gevestigd aan de Schaverijstraat 3 te Utrecht. De inrichting is bestemd als opslaglocatie van diverse in beslag genomen goederen en gevonden voorwerpen, als locatie waar technisch onderzoek aan motorvoertuigen plaatsvindt en als locatie waar kantoorwerkzaamheden plaatsvinden. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 1 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

2 De vigerende milieuvergunning voorziet in: - opslag van kg in beslag genomen consumentenvuurwerk klasse 1.4S en 1.4G; - opslag in beslag genomen goederen en voertuigen; - opslag weggesleepte voertuigen; - opslag gevonden voorwerpen; - technisch onderzoek aan motorvoertuigen. De volgende activiteiten gaan plaatsvinden c.q. zijn voorzien binnen de inrichting: - Wijziging in de aard en de locatie van de in beslag genomen goederen in een bestaande kluisruimte en de daaraan gerelateerde activiteiten. II.B. Locatie inrichting De inrichting bevindt zich aan de noordwestzijde van Utrecht op het industrieterrein Cartesiusweg. De afstand tot de dichtstbijzijnde woningen van derden bedraagt circa 115 meter. Het betreft de woningen gelegen aan de Marie Curielaan. De inrichting grenst direct aan de noord-, zuid- en westzijde aan andere percelen met bedrijfsmatige activiteiten. Ten oosten van de inrichting bevindt zich de spoorlijn tussen Utrecht en Amsterdam vice versa met aan de overzijde van het spoor een woonwijk. De inrichting ligt aan de Schaverijstraat 3 te Utrecht, kadastraal bekend gemeente Catharijne, sectie B, nummer II.C. Bestemmingsplan Op het terrein van de inrichting is het bestemmingsplan Cartesiusweg 1 e deel van toepassing dat op 15 december 1977 is vastgesteld door de gemeenteraad en op 31 januari 1979 is goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de provincie Utrecht. De aangevraagde activiteiten passen binnen het vigerende bestemmingsplan. Artikel 8.10, derde lid, van de Wm staat vergunningverlening derhalve niet in de weg. II.D. Vergunningsituatie De volgende vergunningen zijn eerder aan de inrichting verleend: Tabel 1: Vergunningen en meldingen Soort Datum Nummer Bevoegd gezag oprichtingsvergunning 19 september WEM003622i GS van de provincie Utrecht De voorschriften van de onderliggende oprichtingsvergunning zijn van overeenkomstige toepassing op de verandering, tenzij de aard of strekking van die voorschriften zich daartegen verzetten. III. PROCEDUREEL III.A. Inhoud aanvraag De volgende activiteiten gaan plaatsvinden c.q. zijn voorzien binnen de inrichting: - Wijziging in de aard en de locatie van de in beslag genomen goederen in een bestaande kluisruimte en de daaraan gerelateerde activiteiten. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 2 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

3 De veranderingsvergunning wordt aangevraagd voor onbepaalde tijd. De aanvraag bestaat uit: - Begeleidend schrijven met kenmerk KO 10/1671 d.d. 6 juli 2010; - Aanvraagformulier Wet milieubeheer; - Bijlage 1: Plattegrondtekening; - Bijlage 2: Machtigingsbewijs. Op bladzijde 8 van het aanvraagformulier ingediend op 7 juli 2010 staat bij paragraaf 3.1 abusievelijk een verwijzing naar een oprichtingsvergunning van 19 juni 2006 vermeld. Bij de beoordeling van de aanvraag zijn wij er van uitgegaan dat hiermee de oprichtingsvergunning van 19 september 2006 bedoeld wordt. heeft op grond van artikel 19.3, lid 1 van de Wet milieubeheer juncto artikel 10, lid 7 onder b van de Wet openbaarheid van Bestuur verzocht bepaalde gegevens uit de aanvraag geheim te houden. In een begeleidend schrijven bij deze aanvraag ingediend op 27 augustus 2010 heeft de aanvrager hierom gevraagd. Het betreft met name de aard en de locatie van de in beslag genomen goederen en de daaraan gerelateerde activiteiten. Op verzoek van de aanvrager hebben wij ingestemd met de geheimhouding van deze gegevens. Deze beslissing hebben wij op 30 november 2010 schriftelijk met ons kenmerk 80885A44 aan aanvrager medegedeeld op grond van artikel 19.5, lid 1 van de Wet milieubeheer. Met het oog op de inspraak is een door de aanvrager opgestelde en door ons goedgekeurde vervangende tekst ter inzage gelegd waarin die gegevens niet voorkomen of waaruit die niet kunnen worden afgeleid. Overeenkomstig artikel 19.4, lid 3 van de Wet milieubeheer hebben wij op deze vervangende tekst een aantekening geplaatst waaruit blijkt dat deze tekst dient ter vervanging van de oorspronkelijke tekst, waarin gegevens voorkomen met betrekking tot bedrijfsgeheimen en/of beveiligingsgegevens. III.B. Bevoegd gezag Volgens het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer (hierna: Ivb) behorende bij de Wm, valt de inrichting onder meer onder categorie 3.5, onder c van bijlage I uit het Ivb. Op grond hiervan zijn wij bevoegd gezag. III.C. Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit) In artikel 8.1, lid 2, van de Wm is bepaald dat bij algemene maatregel van bestuur categorieën inrichtingen worden aangewezen waarvoor een vergunningplicht geldt. Het gaat hier om het Activiteitenbesluit. In bijlage 1 bij het Activiteitenbesluit is een lijst met vergunningplichtige inrichtingen opgenomen, waarvoor de algemene regels gedeeltelijk van toepassing kunnen zijn. Voor deze inrichtingen moet een Wm-vergunning worden verleend. In artikel 1.4, lid 3, van het Activiteitenbesluit is bepaald dat een beperkt aantal, in het Activiteitenbesluit genoemde activiteiten, ook van toepassing is op vergunningplichtige inrichtingen. Door vergunningplichtige inrichtingen moet voor deze activiteiten worden voldaan aan de regels zoals gesteld in het Activiteitenbesluit en de daarbij behorende ministeriële regeling. De voorschriften opgenomen in het Activiteitenbesluit zijn direct werkend en mogen dan ook niet in de Wm-vergunning worden opgenomen. Ingevolge artikel 1.10 van het Activiteitenbesluit dient voorafgaand aan het uitvoeren van deze activiteiten een melding bij het bevoegd gezag te worden ingediend. In de aanvraag om veranderingsvergunning staat vermeld dat de aangevraagde veranderingen niet onder de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit vallen. Toetsing van de aanvraag wijst uit dat dit inderdaad het geval is. Voorts is in de aanvraag vermeld dat er geen gpbv-installaties binnen de inrichting aanwezig zijn. Onderhavige inrichting wordt genoemd in Bijlage 1 onder categorie K sub 3º van het Activiteitenbesluit en is dan ook vergunningplichtig. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 3 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

4 III.D. Voorbereidingsprocedure Voor de behandeling van de aanvraag is de uitgebreide voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) van toepassing. III.E. M.e.r.- (beoordelings)plicht De voorgenomen activiteiten komen noch voor in Bijlage C noch in bijlage D van het Besluit milieueffectrapportage 1999 (verder Besluit m.e.r.). De activiteiten zijn derhalve noch m.e.r.-plichtig noch m.e.r.-beoordelingsplichtig. III.F. Waterwet Er vindt ten gevolge van de aangevraagde veranderingen geen rechtstreekse lozing van afvalwater op het oppervlaktewater plaats. Er is dus geen sprake van een directe lozing en derhalve is het niet nodig om voor de aangevraagde activiteiten een vergunning ingevolge de Waterwet aan te vragen. Coördinatie van de Wm-vergunning met de Watervergunning is in dit geval gezien het bovenstaande dus niet aan de orde. III.G. Aanvullende gegevens In verband met het ontbreken van een aantal gegevens hebben wij de aanvrager op 28 juli 2010 (verzonden 2 augustus 2010) in de gelegenheid gesteld om tot 30 augustus 2010 de aanvraag aan te vullen. Het betreft hier onder andere gegevens met betrekking tot het verzoek om vertrouwelijke behandeling van de aanvraag om veranderingsvergunning. In een begeleidend schrijven is dit verzoek opgenomen. Deze gegevens hebben wij op 27 augustus 2010 ontvangen. De termijn voor het geven van het besluit wordt opgeschort tot de dag waarop de aanvraag is aangevuld of de door ons gestelde termijn voor aanvulling ongebruikt is verstreken (artikel 4:15 van de Awb). In dit geval is de termijn voor het geven van het besluit opgeschort met 25 dagen. De aanvullende gegevens bestaan uit een begeleidend schrijven met kenmerk KO 10/02051A d.d. 26 augustus III.H. Rondzending De aanvraag en de bijbehorende aanvullende gegevens zijn door ons ter informatie op 22 september 2010 toegezonden aan betrokken bestuursorganen te weten: a. het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht; b. de Regionale inspecteur VROM-inspectie Regio Noord-West te Haarlem; c. Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden te Houten; d. Veiligheidsregio Utrecht, afdeling brandweer te Utrecht. III.I. Terinzagelegging P.M. III.J. Inwerkingtreding P.M. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 4 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

5 IV. BELEIDSKADER IV.A. ALGEMEEN Bij vergunningverlening in het kader van de Wm wegen wij de verschillende milieugevolgen tegen elkaar af. Wij hebben aan alle relevante milieuaspecten getoetst. Verder houden wij rekening met de geldende milieubeleidsplannen. V. BESTE BESCHIKBARE TECHNIEKEN (BBT) V.A. Algemeen In het belang van het bereiken van een hoog niveau van bescherming van het milieu moeten aan de vergunning voorschriften worden verbonden, die nodig zijn om de nadelige gevolgen die de inrichting voor het milieu kan veroorzaken, te voorkomen of, indien dat niet mogelijk is, zoveel mogelijk - bij voorkeur bij de bron - te beperken en ongedaan te maken. Daarbij wordt ervan uitgegaan dat in de inrichting ten minste de voor de inrichting in aanmerking komende beste beschikbare technieken (BBT) worden toegepast. Bij de bepaling van BBT moeten wij in zijn algemeenheid de in de artikel 5a.1 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer (Ivb) vermelde aspecten betrekken, rekening houdend met de voorzienbare kosten en baten van maatregelen en met het voorzorg- en het preventiebeginsel. In het bijzonder moeten wij bij de bepaling van BBT rekening houden met de Regeling aanwijzing BBTdocumenten. Voor gpbv-installaties (aangewezen in bijlage 1 van de EG-richtlijn geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging) moet in ieder geval rekening worden gehouden met de in tabel 1 van de in de Regeling aanwijzing BBT-documenten opgenomen informatiebronnen. Met de in tabel 2 van de bij deze regeling behorende bijlage opgenomen documenten moet rekening worden gehouden, voor zover deze betrekking hebben op onderdelen van of activiteiten binnen de inrichting. Blijkens jurisprudentie moeten wij ook de eindconcept-bref's (Final Draft), en definitieve BREF's die nog niet zijn opgenomen in tabel 1 betrekken bij de besluitvorming. Deze moeten immers worden beschouwd als documenten die een beschrijving bevatten van vergelijkbare processen, apparaten of wijzen van bedrijfsvoering die met succes in de praktijk zijn beproefd. V.B. Concrete bepaling beste beschikbare technieken De aangevraagde activiteiten worden niet genoemd in bijlage I van de IPPC-richtlijn. Voorts hebben wij aan de hand van bestaande literatuur, de in de Regeling aanwijzing BBT-documenten genoemde Nederlandse informatiedocumenten en kennis van de aangevraagde activiteiten bij het verlenen van de vergunning BBT voorgeschreven. Met betrekking tot de aspecten voor de bepaling van de BBT als genoemd in artikel 5a.1, eerste lid, van het Ivb merken wij het volgende op: Toepassing van technieken die weinig afvalstoffen veroorzaken. Bij de toegepaste technieken en veranderingen komen geen extra afvalstoffen vrij anders dan tot nu toe vergund. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 5 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

6 Toepassing van minder gevaarlijke stoffen. Er worden in het proces - op enkele beperkte hoeveelheden hulpstoffen na - geen gevaarlijke stoffen toegepast. Ontwikkeling van technieken voor de terugwinning en het opnieuw gebruiken van de bij de processen in de inrichting uitgestoten en gebruikte stoffen, en van afvalstoffen. Binnen de inrichting worden met betrekking tot onderhavige aanvraag om veranderingsvergunning geen stoffen uitgestoten en gebruikt; de afvalstoffen worden van derden buiten de inrichting geaccepteerd. Om deze afvalstoffen beter te kunnen inzetten voor hergebruik houdt aanvrager de ontwikkelingen in het oog en zal die in de toekomst - rekening houdend met de voorzienbare kosten en baten van de maatregelen - zo mogelijk toepassen. Binnen de inrichting worden voorts met betrekking tot onderhavige aangevraagde activiteiten geen stoffen uitgestoten en gebruikt die in dit kader een nadere beschouwing behoeven. Vergelijkbare processen, apparaten of wijzen van bedrijfsvoering die met succes in de praktijk zijn beproefd en de ontwikkeling daarvan. Binnen de inrichting worden voor de op- en overslag van in beslag genomen goederen in een bestaande kluisruimte de thans beste beschikbare technieken toegepast, die ook bij vergelijkbare inrichtingen worden toegepast. Vooruitgang van de techniek en de ontwikkeling van de wetenschappelijke kennis. Vooruitgang van de techniek en de ontwikkeling van de wetenschappelijke kennis wordt, voor zover deze van toepassing is op de inrichting, door de gebouwbeheerder van de gesignaleerd en gerapporteerd in het milieulogboek. Aard, effecten en omvang van de betrokken emissies. De aard, effecten en omvang van de emissies zijn in de hierna volgende paragrafen overwogen. Data waarop de installaties in de inrichting in gebruik zijn of worden genomen. De aangevraagde installaties in de inrichting zijn thans reeds in bedrijf. De tijd die nodig is om een betere techniek toe te gaan passen. Betere technieken zijn thans niet aan de orde. Het verbruik en de aard van de grondstoffen, met inbegrip van water, en de energie-efficiëntie. Er is geen verbruik van grondstoffen, anders dan de in de aanvraag aangegeven hulpstoffen. Ook is er geen watervragend proces. Noodzaak om het algemene effect van de emissies op en de risico's voor het milieu te voorkomen of tot een minimum te beperken. De inrichting dient voor de inzameling van in beslag genomen goederen, met het oog op vermindering van emissies en het beperken van de gevolgen voor het milieu, maatregelen te nemen teneinde de emissies en de risico's voor het milieu tot een minimum te beperken. In de overwegingen met betrekking tot de verschillende milieuthema s in de navolgende paragrafen komen we hierop terug. Noodzaak ongevallen te voorkomen en de gevolgen daarvan voor het milieu te beperken. Voor de overwegingen met betrekking tot het voorkomen van ongevallen en beperking van de gevolgen daarvan wordt verwezen naar de overwegingen in de paragraaf over externe veiligheid. Ten aanzien van de risico s voor de omgeving als gevolg van een ongewoon voorval wijzigt de situatie niet significant ten opzichte van de reeds in het verleden vergunde situatie. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 6 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

7 V.C. Conclusies BBT De inrichting voldoet met betrekking tot de aangevraagde veranderingen - met inachtneming van de aan dit besluit gehechte voorschriften - aan de beste beschikbare technieken (BBT) ter voorkoming van emissies naar de lucht, de bodem, het water, geluidemissies, afvalpreventie, externe veiligheid en energiebesparing. Voor de overwegingen per milieuthema wordt verwezen naar de desbetreffende paragraaf. VI. AFVALSTOFFEN VI.A. Overwegingen voor primaire ontdoeners van afvalstoffen Preventie In hoofdstuk 13 van het LAP is het beleid uitgewerkt voor afvalpreventie. Preventie van afval is een van de hoofddoelstellingen van het afvalstoffenbeleid. Op welke wijze wij invulling geven aan preventie is beschreven in de handreiking 'Wegen naar preventie bij bedrijven' (Infomil 2005). Uitgangspunt voor alle bedrijven is dat het ontstaan van afval zoveel mogelijk moet worden voorkomen of beperkt. De totale hoeveelheid gevaarlijk en/of niet gevaarlijk afval dat binnen de inrichting vrijkomt, wijzigt in onderhavige aanvraag om veranderingsvergunning niet ten opzichte van de vigerende milieuvergunningsituatie. Er komen geen extra afvalstoffen vrij ten opzichte van de vergunde situatie. In de overwegingen van de vigerende oprichtingsvergunning van 19 september 2006 is preventie reeds voldoende aan bod gekomen en desbetreffende overwegingen zijn ook op de aangevraagde situatie van toepassing. Wij hebben daarom in deze vergunning verder geen aandacht besteed aan de preventie van binnen de inrichting vrijkomende afvalstoffen. Afvalscheiding In hoofdstuk 14 van het LAP is het beleid uitgewerkt voor afvalscheiding, waarbij paragraaf 14.4 specifiek ingaat op afvalscheiding door bedrijven. Daarbij is aangegeven dat het voor bedrijfsafval niet goed mogelijk is een limitatieve opsomming te maken van afvalstoffen die door alle bedrijven gescheiden moet worden gehouden. Bedrijven verschillen van aard en omvang veel van elkaar en er bestaat een groot aantal bedrijfsspecifieke afvalstoffen. Uitgangspunt is dat bedrijven verplicht zijn alle afvalstoffen te scheiden, gescheiden te houden en gescheiden af te geven, tenzij dat redelijkerwijs niet van hen kan worden gevergd. De totale hoeveelheid gevaarlijk en/of niet gevaarlijk afval dat binnen de inrichting vrijkomt, wijzigt in onderhavige aanvraag om veranderingsvergunning niet ten opzichte van de vigerende milieuvergunningsituatie. Uit de aanvraag om veranderingsvergunning blijkt dus niet dat er (als gevolg van de aangevraagde bedrijfsactiviteiten) binnen de inrichting afvalstoffen vrijkomen waarvan in het LAP is aangegeven dat er omstandigheden kunnen zijn dat scheiding daarvan redelijkerwijs van een bedrijf kan worden gevergd. Op basis van het gestelde in de aanvraag achten wij het in voorliggende situatie daarom niet redelijk van vergunninghouder afvalscheiding te verlangen. VI.B. Conclusie Gelet op het bovenstaande zijn wij van mening dat de aangevraagde activiteiten in overeenstemming zijn met het geldende afvalbeheersplan en daarmee bijdragen aan een doelmatig beheer van afvalstoffen. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 7 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

8 VII. AFVALWATER VII.A. Het kader voor de bescherming tegen verontreiniging door de lozing van afvalwater Op de lozing van afvalwater op een openbaar riool is de "Instructieregeling lozingsvoorschriften milieubeheer" van toepassing. In het kader van deze regeling moeten voorschriften opgenomen worden die gericht zijn op de bescherming van het openbaar riool, een zuiveringstechnisch werk of de bij een zodanig openbaar riool of zuiveringstechnisch werk behorende apparatuur. Verder moeten voorschriften opgenomen worden, die bepalen dat het afvalwater van dien aard moet zijn dat de kwaliteit van het rioolslib er niet door wordt aangetast zodat de verwerking van dit slib niet wordt belemmerd. Daarnaast dienen voorschriften te worden opgenomen die bepalen dat het afvalwater van dien aard moet zijn dat de nadelige gevolgen voor de kwaliteit van het oppervlaktewaterlichaam zoveel mogelijk worden beperkt. De genoemde voorschriften zijn reeds in de oprichtingsvergunning verleend d.d. 19 september 2006 opgenomen. De aangevraagde activiteiten in onderhavige aanvraag om veranderingsvergunning zijn echter niet zodanig dat een wijziging van de vigerende lozingsvoorschriften noodzakelijk wordt geacht. VII.B. Beoordeling en conclusie Ten opzichte van de reeds vergunde situatie wijzigt de lozingssituatie niet. In de vigerende beschikking d.d. 19 september 2006 zijn reeds voldoende voorschriften in paragraaf 2.3 opgenomen betreffende de lozing van afvalwater op de gemeentelijke riolering. Het actualiseren c.q. wijzigen als gevolg van de aangevraagde activiteiten van de vigerende milieuvergunning voor het milieuaspect afvalwater achten wij derhalve niet noodzakelijk. VIII. BODEM VIII.A. Het kader voor de bescherming van de bodem Het (nationale) preventieve bodembeschermingbeleid is vastgelegd in de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) bedrijfsmatige activiteiten. Het ministerie van VROM heeft de NRB in overleg met vergunningverleners, onderzoeksinstellingen en bedrijfsleven opgesteld. Deze richtlijn is ontwikkeld om vergunningvoorschriften te uniformeren en harmoniseren. Met de NRB kunnen (voorgenomen) bodembeschermende maatregelen en voorzieningen binnen inrichtingen worden beoordeeld en kan de besluitvorming met betrekking tot een optimale bodembeschermingstrategie worden gestuurd. De NRB beperkt zich tot de normale bedrijfsvoering en voorzienbare incidenten. Bodembescherming ten behoeve van calamiteiten wordt in NRB-kader niet behandeld. Een eventuele calamiteitenopvang echter wel. VIII.B. De potentieel bodembedreigende activiteiten De in beslag genomen goederen welke opgeslagen worden in een bestaande kluisruimte betreffen geen bodembelastende stoffen. De op- en overslag hiervan beschouwen wij derhalve niet als bodembedreigende activiteit. De NRB is hierop dan ook niet van toepassing. Met de aangevraagde activiteiten neemt de aard van de potentieel bodembedreigende activiteiten niet toe ten opzichte van de reeds vergunde situatie. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 8 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

9 VIII.C. Beoordeling en conclusie Ten opzichte van de reeds vergunde situatie wijzigen de risico s op bodemverontreiniging niet. In de vigerende beschikking d.d. 19 september 2006 zijn reeds voldoende voorschriften in paragraaf 2.2 opgenomen betreffende de bescherming van de bodem. Het actualiseren van de vigerende milieuvergunning voor het milieuaspect bodem achten wij derhalve niet noodzakelijk. VIII.D. Bodembelastingonderzoek Algemeen Het preventieve bodembeschermingbeleid gaat er van uit dat (zelfs) een verwaarloosbaar bodemrisico nooit volledig uitsluit dat een belasting van de bodem optreedt. Om die reden is altijd bodembelastingonderzoek noodzakelijk. Het bodembelastingonderzoek richt zich op de afzonderlijke activiteiten en de aldaar gebruikte stoffen. Bodembelastingonderzoek bestaat uit het vastleggen van de nulsituatie bodemkwaliteit voorafgaand aan, of zo spoedig mogelijk na, de start van de betreffende activiteit(en) en een vergelijkbaar eindsituatie bodemonderzoek na het beëindigen van de betreffende activiteit. Het nulsituatie onderzoek moet ten minste duidelijkheid verstrekken over: - de locatie van bemonsteringspunten rekening houdend met de mobiliteit van de gebruikte stoffen en de locale grondwaterstroming; - de wijze waarop de betreffende stoffen moeten worden gedetecteerd, bemonsterd en geanalyseerd; - de bodemkwaliteit ter plaatse van bemonsteringslocaties. De door middel van nulsituatie onderzoek vastgelegde bodemkwaliteit geldt als uitgangspunt bij de beoordeling of ten gevolge van de betreffende activiteiten bodembelasting heeft plaatsgevonden en of bodemherstel nodig is. Voor het bodemonderzoek noodzakelijke werkzaamheden als vermeld in de Regeling bodemkwaliteit moeten zijn uitgevoerd door een erkende instantie als bedoeld in het Besluit bodemkwaliteit. Voor de inrichting is, zoals blijkt uit het milieudossier, een verkennend bodemonderzoek (nr ) uitgevoerd. Het onderzoek is uitgevoerd vóór de inwerkingtreding van het Besluit bodemkwaliteit. Op 9 maart 2007 is schriftelijk medegedeeld dat het bodemonderzoek is beoordeeld, goedgekeurd en voldoet aan voorschrift van de oprichtingsvergunning van 19 september De gegevens van de bodem die hierin zijn vastgelegd beschouwen wij als nulsituatiebodemonderzoek. Hiermee is de kwaliteit van de bodem waarop de inrichting is gevestigd voldoende beschreven en ook vastgelegd. Het risico dat door de aangevraagde activiteiten in combinatie met de getroffen en te treffen voorzieningen een bodemverontreiniging ontstaat is (in combinatie met de gestelde voorschriften) verwaarloosbaar conform het gestelde in de NRB. Het is dan ook niet noodzakelijk dat de bodemkwaliteit tussentijds wordt gecontroleerd. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 9 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

10 IX. ENERGIE IX.A. Energieverbruik Het kader voor het beoordelen van energie in de milieuvergunning Aanvrager wordt tot de minder grote energiegebruikende industrie gerekend. De Handreiking "Wegen naar preventie bij bedrijven" (Infomil, december 2005) en de Circulaire Energie in de milieuvergunning (InfoMil, oktober 1999) zijn als uitgangspunt genomen bij de beoordeling van het aspect energie. Beoordeling en conclusie In onderhavige aanvraag om een veranderingsvergunning is met betrekking tot het energieverbruik binnen de inrichting aangegeven dat er geen verandering is ten opzichte van de vigerende milieuvergunningsituatie. Dossieronderzoek heeft uitgewezen dat er in de aanvraag ingediend op 23 juni 2006 behorende bij de oprichtingsvergunning verleend d.d. 19 september 2006 gegevens staan vermeld betreffende het energieverbruik. In 2005 bedroeg het elektriciteitsverbruik kwh en het verbruik uitgedrukt in aardgasequivalenten m³. Mede vanwege het feit dat de grenswaarde voor het elektriciteitsverbruik van kwh uit de Circulaire Energie in de milieuvergunning overschreden wordt én het energiebesparingspotentieel onvoldoende onderzocht is, zijn er aan de oprichtingsvergunning voorschriften verbonden voor de beperking van energie in de vorm van een registratieverplichting en in de vorm van een beperkt energiebesparingsonderzoek naar het energiegebruik. Ten opzichte van de reeds vergunde situatie wijzigt de situatie in het kader van onderhavige aanvraag om een veranderingsvergunning op het milieu-aspect energie niet. Het actualiseren van de vigerende milieuvergunning voor het milieuaspect energie achten wij derhalve niet noodzakelijk. X. EXTERNE VEILIGHEID X.A. Algemeen kader Het externe veiligheidsbeleid in Nederland is gericht op het verminderen en beheersen van risico's van activiteiten voor de omgeving (mens en milieu). Het gaat hierbij om de risico's die verbonden zijn aan de opslag en het gebruik van gevaarlijke stoffen. Bij zijn diverse gevaarlijke (afval)stoffen aanwezig. De processen, de aard en hoeveelheid van de gebruikte gevaarlijke (afval)stoffen zoals opgenomen in de aanvraag kunnen een risico vormen voor de omgeving. Ook bij ongewone voorvallen binnen dit bedrijf is het mogelijk dat gevaarlijke (afval)stoffen vrijkomen. Daarom is het aspect externe veiligheid voor de beoordeling van deze aanvraag relevant. X.B. Besluit externe veiligheid inrichtingen Op grond van artikel 2, lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen, valt de inrichting niet onder de werkingssfeer van dit besluit. Dit is ook als zodanig in de aanvraag en in de vigerende oprichtingsvergunning van 19 september 2006 aangegeven. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 10 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

11 X.C. Besluit risico s zware ongevallen 1999 (Brzo 1999) Met het in werking treden van het Besluit risico's zware ongevallen 1999 (Brzo 1999) is de Europese Seveso II-richtlijn uit 1997 geïmplementeerd in de Nederlandse wetgeving. Het Brzo 1999 richt zich op het beheersen van zware ongevallen en heeft tot doel om het risico van (grote) ongevallen bij bedrijven zo klein mogelijk te maken. Dat gebeurt enerzijds door de kans dat dergelijke ongevallen plaatsvinden te verkleinen (proactie, preventie en preparatie) en anderzijds door de gevolgen van een eventueel ongeval voor mens en milieu te beperken (repressie). Bij worden verschillende categorieën van gevaarlijke (afval)stoffen opgeslagen. De drempelwaarden voor deze categorieën stoffen, zoals genoemd in Bijlage I van het Brzo 1999, worden niet overschreden. Dit is ook als zodanig in de aanvraag en in de vigerende milieuvergunning aangegeven. X.D. PGS voor opslag gevaarlijke stoffen Ten behoeve van de opslag van gevaarlijke stoffen zijn richtlijnen opgesteld in de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS) waarmee een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu wordt gerealiseerd. Voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen respectievelijk de inpandige opslag van dieselolie in een tank is in de vigerende oprichtingsvergunning van 19 september 2006 aansluiting gezocht bij de PGS 15 Opslag van verpakte gevaarlijke stoffen respectievelijk de PGS 30 Vloeibare aardolieproducten, Buitenopslag in kleine installaties. Deze publicaties zijn van toepassing op specifieke opslagen van verpakte gevaarlijke stoffen. Uit de aanvraag om veranderingsvergunning blijkt dat een andere verpakte gevaarlijke stof op wil slaan dan thans vergund is. Voor de opslag van deze aangevraagde in beslag genomen goederen zijn andere voorschriften uit de PGS 15 van toepassing dan nu in de vigerende oprichtingsvergunning is opgenomen. De locatie van de bestaande kluisruimte waar de aangevraagde in beslag genomen goederen in opgeslagen worden staat vermeld op de plattegrondtekening welke onderdeel uitmaakt van de aanvraag. Gezien het verzoek om geheimhouding in verband met beveiligingsgegevens maakt deze tekening geen onderdeel uit van de stukken die ter inzage liggen. Gezien de wijze van opslag in een kluis kunnen wij instemmen met hetgeen is aangevraagd. Dit is in de voorschriften van deze vergunning vastgelegd. X.E. Beoordeling en conclusie Ten opzichte van de reeds vergunde situatie wijzigt de situatie in het kader van onderhavige aanvraag om veranderingsvergunning op het milieu-aspect externe veiligheid enigszins. Het actualiseren van de vigerende milieuvergunning voor het milieuaspect externe veiligheid achten wij derhalve op enkele punten met betrekking tot de opslag van overeenkomstig de PGS 15 noodzakelijk. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 11 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

12 XI. GELUID EN TRILLINGEN XI.A. Algemeen De bedrijfsactiviteiten van de onderhavige inrichting hebben tot gevolg dat geluid wordt geproduceerd. Deze geluidsemissie wordt vooral bepaald door transportbewegingen van personenauto s (politieauto s), heftruck, tankwagen, takelwagen en in mindere mate vrachtauto s op het buitenterrein van de inrichting. Voorts wordt de geluidsemissie bepaald door inpandige activiteiten in de vorm van het meten van snelheid van bromfietsen op een rollerbank. De door deze inrichting veroorzaakte geluidsbelasting in de omgeving is in kaart gebracht in een akoestisch rapport dat als bijlage onderdeel uitmaakte van de aanvraag om oprichtingsvergunning. Ten aanzien van de geluidsbelasting, maximale geluidsniveaus en indirecte hinder is in de oprichtingsvergunning verleend op 19 september 2006 geconcludeerd dat de aangevraagde situatie milieuhygiënisch aanvaardbaar. Wij hebben aan die milieuvergunning voorschriften verbonden, waarin grenswaarden zijn gesteld op beoordelingspunten op de zonegrens. De geluidsbelasting op deze punten is overeenkomstig de bij de aangevraagde activiteiten gewenste geluidsruimte met in acht name van de organisatorische en afschermende maatregelen. De aanvraag om veranderingsvergunning betreft niet de uitbreiding van geluidrelevante activiteiten dan wel een uitbreiding of wijziging van de werktijden. Onderhavige aanvraag om veranderingsvergunning omvat een wijziging in de aard en de locatie van de in beslag genomen goederen in een bestaande kluisruimte en de daaraan gerelateerde activiteiten. Hierdoor blijven de vergunde transportbewegingen van en naar de inrichting en de overige geluidrelevante activiteiten ongewijzigd. XI.B. Conclusies Het aantal transportbewegingen van en naar de inrichting en de aard van de geluidrelevante, bedrijfsmatige activiteiten blijft gelijk ten opzichte van de vergunde situatie. De aangevraagde bedrijfsmatige activiteiten van de onderhavige inrichting hebben derhalve geen gevolgen voor de hoeveelheid geluid die vanwege de gehele inrichting wordt geproduceerd. Ten aanzien van de geluidsbelasting, maximale geluidsniveaus en indirecte hinder is de situatie ons inziens nog steeds milieuhygiënisch aanvaardbaar en zijn de vigerende voorschriften overeenkomstig van toepassing. XI.C. Trillingen Gezien de aard van de aangevraagde activiteiten en de afstand tot de dichtstbijzijnde trillingsgevoelige bestemmingen is trillingshinder als gevolg van de aangevraagde veranderingen niet te verwachten. Een onderzoek naar trillingen achten wij daarom niet nodig. Ook achten wij het daarom niet nodig hierover voorschriften op te nemen. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 12 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

13 XII. GEUR XII.A. Algemeen Het in de NeR omschreven algemene uitgangspunt van het geurbeleid is het zoveel mogelijk beperken van geurhinder en het voorkomen van nieuwe hinder. Dit uitgangspunt vormt samen met het toepassen van de BBT de kern van het nationale geurbeleid. In het landelijke geurbeleid is vastgelegd dat wij de uiteindelijke afweging maken waarbij wij rekening houden met alle relevante belangen om tot een duurzame kwaliteit van de leefomgeving te komen. Het geurbeleid bestaat uit de volgende uitgangspunten: a. als er geen hinder of kans op hinder is, zijn maatregelen niet nodig; b. als er wel hinder of kans op hinder is, worden maatregelen op basis van de BBT afgeleid; c. voor bepaalde branches is een toetsingskader voor geurhinder in een bijzondere regeling van de NeR opgenomen; d. de mate van hinder die nog acceptabel is, wordt vastgesteld door het bevoegd gezag. Voor het bepalen van het acceptabele hinderniveau geeft de NeR de hindersystematiek. Met behulp hiervan kan een situatie van geuroverlast worden beoordeeld. Toepassen van de hindersystematiek leidt tot een specifieke afweging voor een individuele situatie of tot het toepassen van een bijzondere regeling van de NeR. XII.B. Beoordeling en conclucie Voor de inrichting zijn bij onderhavige procedure geen processen aangevraagd waarvan bekend is dat zij geurhinder veroorzaken. Ten opzichte van de reeds vergunde situatie wijzigt de situatie op gebied van geur dus niet. In de vigerende beschikking zijn ook al geen voorschriften opgenomen betreffende de geuremissie en geurhinder als gevolg van de bedrijfsmatige activiteiten behorende bij de inrichting. Het actualiseren van de vigerende milieuvergunning voor het milieuaspect geur door middel van het alsnog toevogen van voorschriften achten wij derhalve niet noodzakelijk. XIII. LUCHT XIII.A. Het wettelijke kader voor de bescherming van de lucht In Titel 5.2 van de Wet milieubeheer zijn luchtkwaliteitseisen opgenomen en regels gesteld ten aanzien van de beoordeling en het beheer van de luchtkwaliteit. Tevens is een aantal besluiten en regelingen van toepassing op de uitvoering van Titel 5.2. In de Wm is bepaald dat wij voor activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit slechts onder bepaalde condities vergunning kunnen verlenen. Deze condities zijn vastgelegd in artikel 5.16, lid 1. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 13 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

14 Wij kunnen vergunning verlenen als aannemelijk is gemaakt dat: - hetzij de effecten van die activiteiten op de luchtkwaliteit niet leiden tot het overschrijden van een in bijlage 2 van de Wm opgenomen grenswaarde; - hetzij de luchtkwaliteit ten gevolge van de te vergunnen activiteiten per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft; - hetzij de effecten van de te vergunnen activiteiten op de luchtkwaliteit niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie van de componenten in de buitenlucht waarvan de opgenomen grenswaarden worden overschreden. Voor het vaststellen van de criteria wanneer er sprake is van "niet in betekenende mate" zijn de AMvB en de ministeriële regeling 'Niet in betekenende mate' (NIBM) vastgesteld. Wij kunnen derhalve vergunning verlenen, indien de concentratie in de buitenlucht van de in bijlage 2 van de Wm genoemde luchtverontreinigende stoffen (inclusief eventuele locale bronnen in de omgeving van de inrichting) vermeerderd met de immissie ten gevolge van de activiteiten binnen de inrichting (inclusief voertuigbewegingen van en naar de inrichting) op enige plaats buiten de inrichting (zgn. worst place) lager is dan de grenswaarden, zoals vermeld in Bijlage 2 van de Wm. In deze bijlage zijn grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide, zwevende deeltjes (fijn stof, PM 10 ), lood, koolmonoxide en benzeen gesteld. Tevens zijn in deze bijlage richtwaarden voor ozon en voor arseen, cadmium, nikkel en benzo(a)pyreen, gedefinieerd als het totale gehalte in de PM 10 fractie, gegeven. Indien één of meer grenswaarden (dreigen te) worden overschreden, dan kan de vergunning niet worden verleend tenzij aan één van de hiervoor genoemde voorwaarden kan worden voldaan. Daartoe dient te worden bepaald of er sprake is van activiteiten die van invloed zijn op de luchtkwaliteit en of de grenswaarden (dreigen te) worden overschreden. Indien er sprake is van een emissie ten gevolge van de te vergunnen activiteiten, terwijl de grenswaarden (dreigen te) worden overschreden, moet worden bepaald of de luchtkwaliteit ten gevolge van de te vergunnen activiteiten per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft, dan wel of de bijdrage van de inrichting aan de concentratie in de buitenlucht groter is dan 3% van de grenswaarden zoals genoemd in Bijlage 2 van de Wm. De toets, of aan artikel 5.16 van de Wm wordt voldaan, wordt uitgevoerd nadat de emissies voor zover mogelijk zijn beperkt overeenkomstig de Nederlandse emissierichtlijn lucht (NeR) en BREF's, waarin de BBT is beschreven. Daarom beoordelen wij de emissies naar de lucht ten gevolge van de aangevraagde activiteiten volgens de systematiek van de NeR. Deze richtlijn, die op grond van de Ministeriële regeling Aanwijzing Nederlandse BBT-documenten moet worden gebruikt voor de toetsing van de beste beschikbare technieken (BBT) voor het beperken van emissies naar de buitenlucht, passen wij toe als toetsingskader voor de beoordeling en regulering van luchtemissies. De NeR heeft tot doel om de milieuvergunningen in Nederland te harmoniseren waar het gaat om eisen aan de emissies naar de lucht. Hierbij is de stand der techniek het uitgangspunt voor het vaststellen van de emissie-eisen en de daarbij behorende voorzieningen. De NeR is een belangrijke bron van informatie voor de praktische invulling van de BBT. De NeR is tot stand gekomen binnen een samenwerkingsverband van overheden en bedrijfsleven. De meest recente versie van de NeR dateert van juni Voor een aantal processen of branches zijn in de NeR bijzondere regelingen opgenomen. Voor de aangevraagde activiteiten is geen bijzondere regeling van toepassing. XIII.B. De gevolgen van de aangevraagde activiteiten voor de lucht De wijziging in de aard en de locatie van de in beslag genomen goederen in een bestaande kluisruimte en de daaraan gerelateerde activiteiten hebben geen gevolgen voor de emissies naar de lucht. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 14 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

15 XIII.C. De te verwachten ontwikkelingen Er zijn op dit punt geen ontwikkelingen te verwachten. XIII.D. De in de aanvraag opgenomen maatregelen en voorzieningen ter bescherming van de lucht Er zijn geen maatregelen en voorzieningen opgenomen in de aanvraag. XIII.E. Toetsing aan Bijlage 2 van de Wet milieubeheer Wettelijk kader De grenswaarden voor de luchtkwaliteit uit Bijlage 2 van de Wm, betreffende de stoffen zwaveldioxide, stikstofdioxide, zwevende deeltjes (PM 10 ), lood, koolmonoxide en benzeen in de lucht worden door ons als toetsingscriterium gehanteerd. De grenswaarden geven een niveau van de kwaliteit van de buitenlucht aan dat, in het belang van de bescherming van de gezondheid van de mens en van het milieu in zijn geheel, niet mag worden overschreden. In beginsel dienen ter beperking van de emissies de beste beschikbare technieken te zijn toegepast. Worden desondanks overschrijdingen van de grenswaarden verwacht en er is sprake van een in betekenende mate bijdrage van de inrichting, dan moet worden gezocht naar aanvullende eisen of alternatieven, waardoor de bijdrage van de inrichting per saldo niet groter wordt dan voor het te nemen besluit voor de vergunningverlening. Als dat niet mogelijk is moeten maatregelen worden getroffen, waardoor de effecten van de te vergunnen activiteiten op de luchtkwaliteit niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht van de betreffende parameters. Alleen ten aanzien van de stoffen die genoemd zijn in Bijlage 2 van de Wet milieubeheer en waarvan te verwachten is dat deze stoffen door de inrichting in betekenende mate worden uitgestoten is het noodzakelijk dat een onderzoek wordt verricht naar de mogelijke gevolgen voor de luchtkwaliteit door het in werking zijn van de inrichting. Aangezien geen van de genoemde stoffen in de lucht wordt gebracht als gevolg van de veranderingen van de inrichting, laten wij hier de verdere beoordeling van dit onderwerp achterwege. XIII.F. Conclusie overwegingen aangaande de emissies naar de lucht Artikel 5.16, aanhef en lid 1 van de Wm bepaalt dat wij bij activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit, slechts onder bepaalde condities vergunning kunnen verlenen. Wij kunnen vergunning verlenen als ingevolge artikel 5.16, lid 1, onder a van de Wm aannemelijk is gemaakt dat de effecten van die activiteiten op de luchtkwaliteit niet leiden tot het overschrijden van een in bijlage 2 opgenomen grenswaarde. In de aanvraag is met voldoende nauwkeurigheid aannemelijk gemaakt dat de emissies van de genoemde stoffen naar de buitenlucht door het toepassen van beste beschikbare technieken, in voldoende mate worden beperkt, waardoor als gevolg van de aangevraagde activiteiten per saldo de NO 2 - en PM10- concentratie in de buitenlucht verbetert of ten minste gelijk blijft. Wij hebben daarom geen specifieke voorschriften opgenomen ter bescherming van de lucht. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 15 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

16 XIV. OVERIGE ASPECTEN XIV.A. Verspreiding verontreinigingen Voor het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van door de inrichting veroorzaakte verontreinigingen over lange afstand of grensoverschrijdende verontreinigingen (artikel 8.12 b, sub e, van de Wm) zijn geen voorschriften in deze vergunning opgenomen. Dit omdat er naar aanleiding van de aangevraagde veranderingen geen verontreinigingen over lange afstand of grensoverschrijdende verontreinigingen te verwachten zijn. XIV.B. Bijzondere bedrijfsomstandigheden Voor het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van de nadelige gevolgen voor het milieu, die kunnen worden veroorzaakt door opstarten, lekken, storingen, korte stilleggingen, definitieve bedrijfsbeëindiging of andere bijzondere bedrijfsomstandigheden (artikel 8.12 b, sub f, van de Wm) zijn geen voorschriften in deze vergunning opgenomen. Nadelige gevolgen veroorzaakt door opstarten, lekken, storingen, korte stilleggingen of andere bijzondere bedrijfsomstandigheden zijn ten gevolge van de aangevraagde veranderingen niet van toepassing. XIV.C. Ongevallen Voorschriften, met als doel het voorkomen van ongevallen en het beperken van de gevolgen van ongevallen (artikel 8.12 b, sub g, van de Wm), zijn niet aan deze vergunning verbonden. Dit aspect is reeds voldoende geregeld in de Arbowet en het Arbobesluit. XIV.D. Bedrijfsbeëindiging Voor het treffen van maatregelen om bij definitieve bedrijfsbeëindiging de nadelige gevolgen die de inrichting heeft veroorzaakt voor het terrein waarop zij was gevestigd, ongedaan te maken of te beperken voor zover dat nodig is om dat terrein weer geschikt te maken voor een volgende functie (artikel 8.12 b, sub h van de Wm) zijn in de onderliggende oprichtingsvergunning verleend op 19 september 2006 voldoende voorschriften opgenomen en die hebben we overeenkomstig van toepassing verklaard op de aangevraagde veranderingen. Derhalve achten wij het niet noodzakelijk hier in onderhavige veranderingsvergunning ook voorschriften voor op te nemen. XIV.E. REACH De nieuwe Europese REACH (Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemische stoffen) Verordening (EC) 1907/2006 vervangt stapsgewijs de huidige Europese richtlijnen en verordeningen over stoffen. Op 1 juni 2008 is dit gecompleteerd. Per 1 juni 2007 is REACH in werking getreden en is het grootste deel van de Wet milieugevaarlijke stoffen (Wms) vervallen. Per 1 juni 2008 is de Wms helemaal vervallen. REACH werkt rechtstreeks. Voor een deel van de op grond van REACH geregistreerde stoffen bestaat er een autorisatieplicht. Deze stoffen mogen niet zonder meer worden gebruikt. Uit de aanvraag blijkt dat er binnen de inrichting geen stoffen worden geproduceerd, gebruikt en/of geëmitteerd waarop REACH van toepassing is. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 16 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

17 XV. GROENE WETTEN XV.A. Ecologische Hoofdstructuur (EHS) Door nieuwe natuur te ontwikkelen, kunnen natuurgebieden met elkaar worden verbonden. Zo kunnen planten zich over verschillende natuurgebieden verspreiden en dieren van het ene naar het andere gebied gaan. Het totaal van al deze gebieden en de verbindingen ertussen vormt de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) van Nederland. De provincies bepalen om welke gebieden het precies gaat. Deze gebieden worden meestal opgenomen in de structuurvisie, het provinciale omgevingsplan of in de provinciale milieuverordening. De aantasting van natuurwaarden komt primair aan de orde in het kader van planologische regelingen. Daarnaast blijft in het kader van de Wet milieubeheer in een vergunning ruimte voor een aanvullende toets. De inrichting is niet gelegen in een gebied aangewezen als Ecologische Hoofdstructuur. Wel is de inrichting gelegen nabij een gebied aangewezen als Ecologische Hoofdstructuur. Het betreft namelijk het op circa 1,3 kilometer gelegen oppervlaktewater Vecht welke als verbindingszone (ecologische verbindingszone: Vecht) is aangewezen. In onderhavig geval achten wij een aanvullende toets in de vorm van een ecologisch rapport/natuureffectbepalingsonderzoek niet noodzakelijk, aangezien het een reeds bestaande inrichting betreft en de aangevraagde activiteiten voorts geen relevante negatieve effecten zullen veroorzaken. XV.B. Flora- en faunawet Indien in een gebied waar de activiteiten plaatsvinden plant- en/of diersoorten voorkomen die op grond van deze wetgeving bescherming genieten en die mogelijk door deze activiteiten schade of hinder ondervinden zoals bedoeld in deze wet, moet een ontheffing worden aangevraagd bij de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het aspect van de soortenbescherming komt primair aan de orde in het kader van de beoordeling of een ontheffing krachtens de Flora- en Faunawet is vereist en zo ja, of deze kan worden verleend. In het kader van de Wet milieubeheer blijft slechts ruimte voor een aanvullende toets. In de aanvraag is beschreven dat voor de aangevraagde activiteiten geen ontheffing van de Flora- en Faunawet noodzakelijk is. De aangevraagde activiteiten hebben geen relevante gevolgen voor deze inrichting. Wij hebben dan ook geen aanvullende toets uitgevoerd in het kader van de Wet milieubeheer. XV.C. Natuurbeschermingswet 1998 De Natuurbeschermingswet 1998 heeft betrekking op gebiedsbescherming. In de Natuurbeschermingswet 1998 is opgenomen dat voor activiteiten in of nabij Natura2000-gebieden een vergunning op basis van die wet moet worden aangevraagd. In Nederland zijn de Vogel- en Habitatrichtlijngebieden (gebieden die aangewezen zijn op grond van de Europese richtlijnen 79/409 (Vogelrichtlijn) en 92/43 (Habitatrichtlijn) gecombineerd aangewezen als Natura 2000gebieden. Ook beschermde natuurmonumenten zijn aangewezen op grond van de Natuurbeschermingswet Tussen de Natuurbeschermingswetvergunning en de Wet milieubeheer bestaat geen coördinatieverplichting. Het ontbreken van de Natuurbeschermingswetvergunning is ook geen weigeringsgrond op basis van de Wet milieubeheer. In het kader van de Wet milieubeheer kunnen wel aanvullende voorschriften worden opgenomen. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 17 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

18 In het kader van de beslissing op de aanvraag om vergunning ingevolge de Wet milieubeheer vindt geen beoordeling plaats of er ten gevolge van de te ondernemen activiteit significante nadelige gevolgen zouden kunnen optreden voor dieren en/of planten in het te beschermen gebied. Ook zien wij geen redenen om aanvullende voorschriften op te nemen. Het dichtstbijzijnde Vogelrichtlijn- en Habitatrichtlijngebied Oostelijke Vechtplassen is gelegen op een afstand van circa 4 km en het dichtstbijzijnde Natuurbeschermingswetgebied Moerasterreinen langs de Bijleveld is gelegen op een afstand van circa 6,5 km en de aangevraagde activiteiten hebben geen relevante gevolgen voor de inrichting. XVI. TOEKOMSTIGE ONTWIKKELINGEN XVI.A. Algemeen Er zijn ons geen redelijkerwijs te verwachten toekomstige ontwikkelingen bekend met betrekking tot de inrichting en het gebied waar de inrichting is gelegen. XVII. TERMIJN VAN DE VERGUNNING XVII.A. Algemeen In dit geval verlenen wij de aangevraagde Wm-vergunning dan ook overeenkomstig de aanvraag voor onbepaalde tijd. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 18 ontwerpbesluit d.d. 14 december 2010/ nr C6

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

I. BESLISSING. I.A. Algemeen Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 26 januari 2010 Team Milieubeheer Nummer 2010INT255457

Nadere informatie

I. BESLISSING HET VERZOEK. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van het verzoek en de inrichting

I. BESLISSING HET VERZOEK. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van het verzoek en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 26 mei 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT242647

Nadere informatie

Beslissing. De aanvraag

Beslissing. De aanvraag Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 23 september 2008 Team Milieubeheer Nummer

Nadere informatie

Beschikking Wet milieubeheer

Beschikking Wet milieubeheer Beschikking Wet milieubeheer Besluit van burgemeester en wethouders van Woensdrecht. Datum beschikking: 16-12-2008 Onderwerp aanvraag Op 3 juli 2008 is een aanvraag om vergunning ingevolge de Wet milieubeheer

Nadere informatie

TEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN

TEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN BESCHIKKING D.D. 4 DECEMBER 2009 TEERDE STATEN VAN GELDERLAND - NR. MPM18173/2009-015262 VAN GEDEPU- Ingevolge artikel 8.24 Wet milieubeheer 1 FEITEN Onderwerp aanvraag Op 10 augustus 2009 hebben wij een

Nadere informatie

I. BESLISSING DE WIJZIGING. II.A. Beschrijving van de inrichting

I. BESLISSING DE WIJZIGING. II.A. Beschrijving van de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 20 januari 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT236163

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 31 januari 2008 bij hen ingekomen aanvraag van gemeente Drimmelen om een vergunning krachtens artikel 8.1 Wet milieubeheer voor het veranderen

Nadere informatie

De inrichting is gelegen aan De Schans nummers 14 en 16 te Soest, kadastraal bekend gemeente Soest, sectie A, nummers 5385 en 5387.

De inrichting is gelegen aan De Schans nummers 14 en 16 te Soest, kadastraal bekend gemeente Soest, sectie A, nummers 5385 en 5387. Afdeling Vergunningverlening BESCHIKKING van GS van Utrecht Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 10 juni 2008 Team Milieubeheer Nummer

Nadere informatie

I. BESLISSING DE AANVRAAG. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de aanvraag

I. BESLISSING DE AANVRAAG. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de aanvraag Afdeling Vergunningverlening BESCHIKKING van GS van Utrecht Aan: Wolfswinkel Reiniging B.V. Haarweg 19 3953 BG Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl

Nadere informatie

I. SAMENVATTING BESLUIT

I. SAMENVATTING BESLUIT Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESLUIT van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 16 november 2010 Team Milieubeheer Nummer 8087955C

Nadere informatie

I. SAMENVATTING ONTWERP BESLUIT

I. SAMENVATTING ONTWERP BESLUIT Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht ONTWERP-BESLUIT van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 14 december 2010 Team Milieubeheer Nummer

Nadere informatie

Reinigingsbedrijf Midden Nederland. Soest

Reinigingsbedrijf Midden Nederland. Soest Afdeling Vergunningverlening BESCHIKKING van GS van Utrecht Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 16 oktober 2007 Team Milieubeheer Nummer

Nadere informatie

I. BESLISSING DE MELDING. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting

I. BESLISSING DE MELDING. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 3 maart 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT238015

Nadere informatie

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

I. BESLISSING. I.A. Algemeen Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 10 november 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT250700

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor de activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V.

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor de activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Omgevingsvergunning voor de activiteit milieuneutraal veranderen Rockwool B.V. te Roermond Zaaknummer: 2015-1985 Kenmerk: 2016/48004 d.d. 23 juni 2016 Verzonden:

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM VOOR H. SMIT V.O.F. SCHROOT- EN METAALHANDEL TE BORGER

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM VOOR H. SMIT V.O.F. SCHROOT- EN METAALHANDEL TE BORGER ONTWERP Assen, @ Ons kenmerk @ Behandeld door mevrouw S. Stoetman (0592) 36 58 78 Onderwerp: Ontwerpbesluit ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor H. Smit v.o.f. Schroot- en Metaalhandel te Borger ONTWERPBESLUIT

Nadere informatie

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat

tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat tômgevingsd/msŕ jc Midden- ca Wts-t-Brabaat Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant c2ļ2223073472392 Van Gansewinkel Milieutechniek BV, Middenweg 15 te Moerdijk. t9mgevingsdí'm.sŕÿ Midden-

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant a. op de op 17 november 2004 bij hen ingekomen aanvraag van Gebr. Aldenzee aan Ampèrestraat 7 te Deurne om een vergunning krachtens de Wet milieubeheer

Nadere informatie

De inrichting is gelegen aan de Bobinestraat 2A te Veenendaal, kadastraal bekend gemeente Veenendaal, sectie E nummer 711.

De inrichting is gelegen aan de Bobinestraat 2A te Veenendaal, kadastraal bekend gemeente Veenendaal, sectie E nummer 711. Dienst water en milieu BESCHIKKING van GS van Utrecht Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 18 juli 2006 Sector V&H/Ketenbeheer

Nadere informatie

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : IJsbeer Energie Steenwijk B.V. Aangevraagde activiteiten : Gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning voor wat

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2015367/2717248 op de op 9 februari 2011 bij hen ingekomen aanvraag van Loon- en grondverzetbedrijf W. Arts BV, om vergunning

Nadere informatie

Afdeling Vergunningen

Afdeling Vergunningen Afdeling Vergunningen BESCHIKKING van GS van Utrecht Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 19 januari 2010 Team Milieubeheer Nummer 2010INT255154

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Ons kenmerk C2140613/3540209 op aanvraag om een omgevingsvergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) van Van Gansewinkel

Nadere informatie

I. SAMENVATTING BESLUIT

I. SAMENVATTING BESLUIT Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 16 maart 2010 Team Milieubeheer Nummer 2010INT257437

Nadere informatie

Ontwerp omgevingsvergunning UV

Ontwerp omgevingsvergunning UV Ontwerp omgevingsvergunning UV 20150044 Aanvraag Op 13 april 2015 is een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van een rundveehouderij op het adres Stokershorst 5 te Nederweert-Eind.

Nadere informatie

op grond van artikel 8.22 van de Wet milieubeheer (Wm) actualiseren.

op grond van artikel 8.22 van de Wet milieubeheer (Wm) actualiseren. Dienst Water en Milieu Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESLUIT Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 25 januari 2005 Sector V&H/ketenbeheer Nummer 2005WEM000164i

Nadere informatie

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : Van Gansewinkel Nederland B.V. Aangevraagde activiteiten : Ambtshalve wijziging in verband met IPPC toets Locatie

Nadere informatie

I. BESLISSING HET VERZOEK. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van het verzoek en de inrichting

I. BESLISSING HET VERZOEK. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van het verzoek en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 15 september 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT247161

Nadere informatie

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

I. BESLISSING. I.A. Algemeen Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 15 september 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT247784

Nadere informatie

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

I. BESLISSING. I.A. Algemeen Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl BESCHIKKING van GS van Utrecht Datum 11 augustus 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT246153

Nadere informatie

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM FRIESLAND FOODS DOMO BEILEN TE BEILEN

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WM FRIESLAND FOODS DOMO BEILEN TE BEILEN Assen, 18 februari 2009 Ons kenmerk DO/2009001842 Behandeld door mevrouw R.B. Dingemanse (0592) 36 58 36 Onderwerp: Besluit ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor Friesland Foods Domo Beilen te Beilen

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor het milieuneutraal veranderen. Sappi Maastricht B.V.

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. voor het milieuneutraal veranderen. Sappi Maastricht B.V. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Omgevingsvergunning voor het milieuneutraal veranderen. Sappi Maastricht B.V. te Maastricht Zaaknummer: 2017-206587 Kenmerk: 2018/2142 d.d. 11 januari 2018

Nadere informatie

op grond van artikel 8.22 van de Wet milieubeheer (Wm) actualiseren.

op grond van artikel 8.22 van de Wet milieubeheer (Wm) actualiseren. Dienst Water en Milieu Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESLUIT Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 25 januari 2005 Sector V&H/ketenbeheer Nummer 2005WEM000158i

Nadere informatie

Gelet op het bepaalde in de Wet milieubeheer besluiten wij dat:

Gelet op het bepaalde in de Wet milieubeheer besluiten wij dat: Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 www.provincie-utrecht.nl Datum 26 augustus 2008 Team Milieubeheer

Nadere informatie

Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Voor de activiteit milieuneutraal veranderen. MGG Netherlands BV te Tegelen gemeente Venlo

Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Voor de activiteit milieuneutraal veranderen. MGG Netherlands BV te Tegelen gemeente Venlo Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Omgevingsvergunning Voor de activiteit milieuneutraal veranderen MGG Netherlands BV te Tegelen gemeente Venlo Zaaknummer: 2017-200673 Kenmerk: 2017/18405 d.d.

Nadere informatie

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING

ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING ONTWERP OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan: Salt voor: solid soda dosering activiteiten: milieuneutraal veranderen (fase 1) locatie: Oosterhorn 4, Farmsum kenmerk bevoegd gezag: GR-VERG-2018-000460 kenmerk

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D *D170148704* D170148704 OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager : Sel Chemie B.V. Datum besluit : 13 april 2017 Onderwerp : het inperken van de opslagcapaciteit tot onder de lage drempels van de BRZO 2015 Gemeente

Nadere informatie

Pagina 1 van 14 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 14 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 13 oktober 2016 bij hen ingekomen aanvraag van Suez Water NV te Venlo, om

Nadere informatie

Aanmeldnotitie Besluit Mer

Aanmeldnotitie Besluit Mer Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Aanmeldnotitie Besluit Mer Geerlings Metaalrecycling BV te Venlo Zaaknummer 2012-0164 d.d. 5 april 2012 Verzonden: INHOUDSOPGAVE 1 Besluit 3 2 Procedure 4 2.1

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V. te Roermond

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Activiteit milieuneutraal veranderen. Rockwool B.V. te Roermond Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Omgevingsvergunning Activiteit milieuneutraal veranderen Rockwool B.V. te Roermond Zaaknummer: 2015-1632 Kenmerk: 2015/95267 d.d. 10 december 2015 Verzonden:

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D

OMGEVINGSVERGUNNING *D * D *D170252216* D170252216 OMGEVINGSVERGUNNING Aanvrager : Tapijtfabriek Intercarpet BV Datum besluit : 24 mei 2017 Onderwerp : aanpassen vergunning Locatie : Tweede Broekdijk 1 te Aalten OLO-nummer : 2807768

Nadere informatie

Omgevingsdienst Brabant Noord

Omgevingsdienst Brabant Noord ONTWERPBESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING WIJZIGEN Omgevingsdienst Brabant Noord Onderwerp Gemeente Uden heeft op 16 december 216 een verzoek ontvangen van de Provincie Noord-Brabant (hierna de provincie) voor

Nadere informatie

Gelet op het bepaalde in de Wet milieubeheer besluiten wij dat:

Gelet op het bepaalde in de Wet milieubeheer besluiten wij dat: Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 Fax 030-2583140 www.provincie-utrecht.nl Datum 20 mei 2008 Team Milieubeheer Nummer

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 10 mei 2006 bij hen ingekomen aanvraag van Van Gansewinkel Nederland BV aan Spaarpot 6 te Geldrop om een vergunning krachtens artikel 8.1

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2052623/2898163 op de op 25 oktober 2011 bij hen ingekomen aanvraag van H. de Kok Metaal- en Schroothandel, om vergunning

Nadere informatie

FUIV[b. Grou, 5 maart 2015 VERZONDEN -6 MRT Friese Uitvoeringsdienst Milieu en Omgeving

FUIV[b. Grou, 5 maart 2015 VERZONDEN -6 MRT Friese Uitvoeringsdienst Milieu en Omgeving FUIV[b Afvalverwerkingsinrichting Skinkeskans V.O.F./ TOP Leeuwarden T.a.v. de heer van Smaalen Postbus 6 9843 ZG GRIJPSKERK Grou, 5 maart 2015 VERZONDEN -6 MRT 2015 Ons kenmerk : 201 5-FUMO-0003748 Afdeling

Nadere informatie

Hoarnestreek RN Tzummarum. Omgevingsvergunning

Hoarnestreek RN Tzummarum. Omgevingsvergunning Aan: Jorritsma Hoarnestreek 10 8851 RN Tzummarum Gemeente ^l > F T3 06 kc faded Omgevingsvergunning Burgemeester en Wethouders hebben op 29 maart 2012 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen

Nadere informatie

De inrichting is gelegen aan de Caledoniastraat 9 en 13 te Tilburg, kadastraal bekend: gemeente Tilburg, sectie F, nummer 5343 en 5191.

De inrichting is gelegen aan de Caledoniastraat 9 en 13 te Tilburg, kadastraal bekend: gemeente Tilburg, sectie F, nummer 5343 en 5191. BESCHIKKING Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl www.brabant.nl Bank ING 67.45.60.043 Brabants Afval Team Postbus 3223 5003 DE

Nadere informatie

ODMH Omgevingsdienst Midden-Holland

ODMH Omgevingsdienst Midden-Holland WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT BESCHIKKING MILIEUASPECT INRICHTINGEN (artikel 3.10 lid 3 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) Datum Nummer aanvraag Gegevens aanvrager Naam aanvrager Postbus

Nadere informatie

I. SAMENVATTING VERGUNNING

I. SAMENVATTING VERGUNNING Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 23 februari 2010 Team Milieubeheer Nummer 2010INT256470

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING. uitbreiding met parelmolen ten behoeve van het fijnmalen van magnesiumhydroxide

OMGEVINGSVERGUNNING. uitbreiding met parelmolen ten behoeve van het fijnmalen van magnesiumhydroxide OMGEVINGSVERGUNNING voor: uitbreiding met parelmolen ten behoeve van het fijnmalen van magnesiumhydroxide activiteit: het milieuneutraal veranderen van een inrichting verleend aan: Nedmag bv locatie: Billitonweg

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op het op 14 augustus 2007 bij hen ingekomen verzoek van Gebr. Van Vijfeijken BV aan de Helmondsingel 131 te Deurne om wijziging van de op 21 september

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Plaatsen kantoorunit. Componenta B.V. te Weert. Zaaknummer:

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg. Plaatsen kantoorunit. Componenta B.V. te Weert. Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde Staten van Limburg Omgevingsvergunning Plaatsen kantoorunit Componenta B.V. te Weert Zaaknummer: 2013-0353 Kenmerk: 2013/37607 d.d. 27 juni 2013 Verzonden: INHOUDSOPGAVE 1 Besluit

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2024428/2752304 op de op 26 april 2011 bij hen ingekomen aanvraag van FrieslandCampina Consumer Products, om vergunning

Nadere informatie

beroepsmogelijkheid veranderingsvergunning IEH Group B.V. te Mijdrecht

beroepsmogelijkheid veranderingsvergunning IEH Group B.V. te Mijdrecht Afdeling Vergunningverlening BESCHIKKING van GS van Utrecht Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht Tel. 030-2589111 http://www.provincie-utrecht.nl Datum 5 februari 2008 Team Milieubeheer Nummer

Nadere informatie

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Ontwerpbeschikking Omgevingsvergunning Aanvrager : Recycling Kampen Beheer BV Aangevraagde wijziging : Wijziging vergunningvoorschrift (registratieverplichting) Locatie

Nadere informatie

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord- Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2082601/3080435 op de op 5 juli 2012 bij ons ingekomen aanvraag van B&C Ultrafiltratie voor de inrichting aan

Nadere informatie

Deze wijziging is vereist voor het opslaan van waterstof en koolzuur in gasflessen.

Deze wijziging is vereist voor het opslaan van waterstof en koolzuur in gasflessen. B E S C H I K K I N G omgevingsvergunning Besluit van het college van burgemeester en wethouders van Papendrecht. Onderwerp van de aanvraag Op 4 oktober 2018 hebben wij van Pon Power B.V. een aanvraag

Nadere informatie

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

I. BESLISSING. I.A. Algemeen Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 6 oktober 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT248511

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING. het in gebruik nemen van een nieuwe voorbreker ter vervanging van de huidige. milieuneutraal veranderen van een inrichting

OMGEVINGSVERGUNNING. het in gebruik nemen van een nieuwe voorbreker ter vervanging van de huidige. milieuneutraal veranderen van een inrichting OMGEVINGSVERGUNNING voor: het in gebruik nemen van een nieuwe voorbreker ter vervanging van de huidige. activiteiten: milieuneutraal veranderen van een inrichting verleend aan: Berger Recycling B.V. locatie:

Nadere informatie

Risico s beperken, leefbaarheid vergroten.

Risico s beperken, leefbaarheid vergroten. Besluit omgevingsvergunning milieuneutrale verandering uitbreiding aantal ggo-ruimten Aanvraagnummer OLO-1975447 Stichting Hoger Onderwijs Nederland Theresiastraat 8 2593 AN, s-gravenhage Locatie: Hogeschool

Nadere informatie

GEDEPUTEERDE STATEN DER PROVINCIE GRONINGEN

GEDEPUTEERDE STATEN DER PROVINCIE GRONINGEN GEDEPUTEERDE STATEN DER PROVINCIE GRONINGEN Groningen, 2 oktober 2001 Nr. 2001-16006/40, RMM Verzonden: 10 oktober 2001 Beslissen bij dit besluit op de aanvraag tot het veranderen van de vergunning ingevolge

Nadere informatie

Pagina 1 van 10 Registratienummer: Z / D

Pagina 1 van 10 Registratienummer: Z / D Postbus 8035 5601 KA Eindhoven T: 088-369 03 69 I: www.odzob.nl Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op de op 6 juli 2017 bij hen ingekomen aanvraag van Van Gansewinkel Nederland B.V.

Nadere informatie

Besluit op aanmeldingsnotitie m.e.r.-beoordeling. Provincie Gelderland datum: 23 december 2015 Nummer: OW2015EAM0003

Besluit op aanmeldingsnotitie m.e.r.-beoordeling. Provincie Gelderland datum: 23 december 2015 Nummer: OW2015EAM0003 Besluit op aanmeldingsnotitie m.e.r.-beoordeling Provincie Gelderland datum: 23 december 2015 Nummer: OW2015EAM0003 1. AANLEIDING Op 19 oktober 2015 hebben wij van Coops Mengvoeders BV te Halle (hierna

Nadere informatie

omgevingsdienst HAAGLANDEN

omgevingsdienst HAAGLANDEN Zaaknummer Ons Kenmerk Datum Bescliiklcing 00509630 ODH-2018-00040859 1 4 MEI 2018 omgevingsdienst HAAGLANDEN Bezoekadres Zuid-Hollandplein 1 2596 AW Den Haag Postadres Postbus 14060 2501 GB Den Haag T

Nadere informatie

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde staten van Limburg. gedeeltelijke intrekking locatie Grubbenvorsterweg 2 en 6

Ontwerpbesluit van Gedeputeerde staten van Limburg. gedeeltelijke intrekking locatie Grubbenvorsterweg 2 en 6 Ontwerpbesluit van Gedeputeerde staten van Limburg Omgevingsvergunning gedeeltelijke intrekking locatie Grubbenvorsterweg 2 en 6 DSM Pharma Chemicals Venlo B.V. te Venlo Zaaknummer 2015/52214 d.d. 23 juli

Nadere informatie

ONTWERP-BESLUIT TOT WIJZIGING VOORSCHRIFTEN OMGEVINGSVERGUNNING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

ONTWERP-BESLUIT TOT WIJZIGING VOORSCHRIFTEN OMGEVINGSVERGUNNING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND ONTWERP-BESLUIT TOT WIJZIGING VOORSCHRIFTEN OMGEVINGSVERGUNNING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Heros Sluiskil B.V. Postbus 1 4540 AA Sluiskil Middelburg, datum invullen Kenmerk: Afdeling: Onderwerp:

Nadere informatie

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 23 maart 2010 Team Milieubeheer Nummer 808223BE

Nadere informatie

De locatie is gelegen in Schalkwijk (gemeente Houten) kadastraal bekend: HTN04 I 414G. Het uitvlakken zal plaatsvinden op bovengenoemd perceel.

De locatie is gelegen in Schalkwijk (gemeente Houten) kadastraal bekend: HTN04 I 414G. Het uitvlakken zal plaatsvinden op bovengenoemd perceel. Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 14 juli 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT245642

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR NV AREA REINIGING TE HOOGEVEEN

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR NV AREA REINIGING TE HOOGEVEEN ONTWERP Assen, @ Ons kenmerk @ Behandeld door mevrouw S. Stoetman (0592) 36 58 78 Onderwerp: Ontwerpbesluit ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor NV Area Reiniging te Hoogeveen ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE

Nadere informatie

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Archiefexempiaar Provincie Zeeland Middelburg, 30 augustus 2011 Nummer: 11110538/Wa.11.010 Afdeling, Milieuhygifene GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND 1. DEFINITIVE VERKLARING VAN GEEN BEDENKINGEN VAN GS

Nadere informatie

Watervergunning II: aan Enduris B.V., Postbus 399, 4460 AT GOES (hierna: vergunninghouder) de gevraagde vergunning te verlenen voor:

Watervergunning II: aan Enduris B.V., Postbus 399, 4460 AT GOES (hierna: vergunninghouder) de gevraagde vergunning te verlenen voor: Watervergunning Datum : 24 september 2018 Documentnummer : 2018033630 Case nr. : WV118.0311 AANHEF Het dagelijks bestuur van het waterschap Scheldestromen heeft op 6 april 2018 een aanvraag ontvangen van

Nadere informatie

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR CUBRI PALLET- EN HANDELSMIJ BV TE SCHOONEBEEK

BESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INGEVOLGE DE WET MILIEUBEHEER VOOR CUBRI PALLET- EN HANDELSMIJ BV TE SCHOONEBEEK Assen, 31 mei 2010 Ons kenmerk DO/2010007053 Behandeld door mevrouw S. Stoetman (0592) 36 58 78 Onderwerp: Besluit ingevolge de Wet milieubeheer (Wm) voor Cubri Pallet- en Handelsmij BV te Schoonebeek

Nadere informatie

Ontwerp besluit UV

Ontwerp besluit UV Ontwerp besluit UV 20160070 Aanvraag en verzoek Op 3 mei 2016 is voor het adres Aan 't Ven 6 te Nederweert ingekomen: 1. Een omgevingsvergunning aanvraag voor het veranderen van een pluimveehouderij (OBM)

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2058712/2918394 op de op 14 december 2011 bij hen ingekomen aanvraag van Gemeente Waalwijk, om vergunning krachtens

Nadere informatie

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485

Kadastrale ligging: Mestbassins: Gem. Coevorden, Dalen Sectie H nr. 485 Bijlage 1: Overwegingen m.b.t. art. 2.1 lid 1 onder e Wabo (milieu) Bijlage behorende bij de omgevingsvergunning: Nummer: 20110227/129546 Bedrijfsgegevens Naam: Mts IJken Adres: Middendorp 17 Plaats: Wachtum

Nadere informatie

3. Toekomstige situatie Milieuaspecten Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7

3. Toekomstige situatie Milieuaspecten Planbeschrijving Inspraak Voorschriften 7 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Bestaande situatie 3 2.1 Plangebied 3 2.2 Vigerende bestemmingsplan 3 2.3 bestaande situatie 4 3. Toekomstige situatie 4 4. Milieuaspecten 4 5. Planbeschrijving 4 6. Inspraak

Nadere informatie

(ONTWERP) VERGUNNING WET MILIEUBEHEER

(ONTWERP) VERGUNNING WET MILIEUBEHEER (ONTWERP) VERGUNNING WET MILIEUBEHEER verleend aan Inverko Plastics B.V. / Poly Grind het veranderen van de bedrijfstijden (Locatie: Leek) Groningen, mei 2010 Nr. 2010-31268 Procedure nr. Inhoudsopgave

Nadere informatie

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Middelburg, 3 mei 2006 Nummer: RMW0605090 Afdeling: Milieuhygiëne BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Arrow Terminals B.V. is in bezit van een aantal vergunningen ingevolge de Wet milieubeheer.

Nadere informatie

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde staten van Limburg. Van Gansewinkel B.V. te Venlo. Zaaknummer:

Omgevingsvergunning. Besluit van Gedeputeerde staten van Limburg. Van Gansewinkel B.V. te Venlo. Zaaknummer: Besluit van Gedeputeerde staten van Limburg Omgevingsvergunning Van Gansewinkel B.V. te Venlo Zaaknummer: 2014-0777 Kenmerk: 2014/51651 d.d. 25 september 2014 Verzonden: INHOUDSOPGAVE 1 Besluit 3 2 Procedure

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Yara Sluiskil B.V. Postbus 2 4540 AA Sluiskil Kenmerk: Afdeling: Vergunningverlening Datum: 26 juli 2017 Onderwerp: Omgevingsvergunning op grond

Nadere informatie

Besluit omgevingsvergunning milieu. Aanvraagnummer: Aanvrager: Servauto Nederland B.V. Dhr. M. Haas Postbus BC Den Haag

Besluit omgevingsvergunning milieu. Aanvraagnummer: Aanvrager: Servauto Nederland B.V. Dhr. M. Haas Postbus BC Den Haag Besluit omgevingsvergunning milieu Aanvraagnummer: 170186 Aanvrager: Servauto Nederland B.V. Dhr. M. Haas Postbus 294 2501 BC Den Haag Locatie: Total Express Hoofddorp, Graan voor Visch 19201 te Hoofddorp

Nadere informatie

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 28 april 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT241154

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Beelen Terneuzen Finlandweg 28 4554 LW Westdorpe Kenmerk: / 00117809 Afdeling: Vergunningverlening Datum: 18 juli 2016 Onderwerp: Omgevingsvergunning

Nadere informatie

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting

I. BESLISSING DE MELDING. I.A. Algemeen. II.A. Beschrijving van de melding en de inrichting Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 3 maart 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009AVV207935i

Nadere informatie

I. BESLISSING. I.A. Algemeen

I. BESLISSING. I.A. Algemeen Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 15 september 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT247790

Nadere informatie

Ontwerp Watervergunning

Ontwerp Watervergunning Ontwerp Watervergunning Datum : 28 augustus 2014 Documentnummer : 2014025455 Case nr. : WV114.0470 AANHEF Het dagelijks bestuur van het waterschap Scheldestromen heeft op 25 juni 2014 een aanvraag ontvangen

Nadere informatie

BESCHIKKING INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING. Smurfit Kappa Solid Board BV

BESCHIKKING INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING. Smurfit Kappa Solid Board BV BESCHIKKING INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING van Smurfit Kappa Solid Board BV ten behoeve van de productie van massief karton (Locatie: KM1, Cereswijk 6 te Oude Pekela) Groningen, 14januari 2014 Nr. 2014-00964/3,

Nadere informatie

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Directie Ecologie Ons kenmerk C2040247/2803136 op de op 14 juli 2011 bij hen ingekomen aanvraag van Heijmans Facilitair Bedrijf BV, om vergunning krachtens

Nadere informatie

Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling

Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen. Vormvrije Mer beoordeling Eenheid Klant - Bouwen, Wonen & Ondernemen Datum : 17 september 2013 Onderwerp : Vormvrije Mer beoordeling Opsteller : Arie Johannes Vormvrije Mer beoordeling Inleiding Op 2 september 2013 is een aanvraag

Nadere informatie

ONTWERP-BESLUIT TOT WIJZIGING VOORSCHRIFTEN OMGEVINGSVERGUNNING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

ONTWERP-BESLUIT TOT WIJZIGING VOORSCHRIFTEN OMGEVINGSVERGUNNING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND ONTWERP-BESLUIT TOT WIJZIGING VOORSCHRIFTEN OMGEVINGSVERGUNNING GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Lijnco Green Energy B.V. Postbus 1 4540 AA Sluiskil Middelburg, datum invullen Kenmerk: Afdeling: Onderwerp:

Nadere informatie

(ONTWERP) AMBTSHALVE WIJZIGING VERGUNNING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT

(ONTWERP) AMBTSHALVE WIJZIGING VERGUNNING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT (ONTWERP) AMBTSHALVE WIJZIGING VERGUNNING WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT Verleend Aan Top Trans Holding BV (Locatie: Industrie 16 te Noordhorn) Groningen, april 2012 Nr. 2011-17266 Zaaknummer:

Nadere informatie

Ontwerpbesluit OMGEVINGSVERGUNNING. veranderen koelinstallatie. milieuneutraal veranderen van een inrichting. Oosterhorn 4 te Farmsum

Ontwerpbesluit OMGEVINGSVERGUNNING. veranderen koelinstallatie. milieuneutraal veranderen van een inrichting. Oosterhorn 4 te Farmsum Ontwerpbesluit OMGEVINGSVERGUNNING voor: veranderen koelinstallatie activiteiten: milieuneutraal veranderen van een inrichting verleend aan: Akzo Nobel Chemicals B.V. locatie: Oosterhorn 4 te Farmsum vth-nummer:

Nadere informatie

DEFINITIEVE VERGUNNING. EEW Energy from Waste Delfzijl BV

DEFINITIEVE VERGUNNING. EEW Energy from Waste Delfzijl BV DEFINITIEVE VERGUNNING verleend aan EEW Energy from Waste Delfzijl BV ten behoeve van de activiteit het wijzigen van de verwerkingscapaciteit (locatie: Oosterhorn 38, 9936 HD te Farmsum) Groningen, 17

Nadere informatie

Datum: 18 december 2015

Datum: 18 december 2015 Besluit omgevingsvergunning 47629 Aanvraagnummer OLO-1854791 Andre van Wees IJweg 1255 1252NA, Nieuw-Vennep Locatie: Andre van Wees IJweg 1255, 1252 NA, Nieuw-Vennep Onderwerp: Veranderen van de inrichting,

Nadere informatie

Wij hebben op 14 juli 2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van AVI Den

Wij hebben op 14 juli 2015 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van AVI Den BESLUIT OMGEVINGSVERGUNNING VERLENEN Onderwerp Wij hebben op 14 juli 215 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van AVI Den Bosch BV. Het betreft een aanvraag voor het opnemen van twee euralcodes.

Nadere informatie

Datum: 4 februari 2019 Cumapol Emmen B.V. Opnemen proefnemingsvoorschrift in de vigerende vergunning

Datum: 4 februari 2019 Cumapol Emmen B.V. Opnemen proefnemingsvoorschrift in de vigerende vergunning Datum: 4 februari 2019 Naam: Cumapol Emmen B.V. Activiteit: Opnemen proefnemingsvoorschrift in de vigerende vergunning Onderwerp: Reguliere procedure Zaaknummer ODG: Z2018-00010725 Besluit van Gedeputeerde

Nadere informatie

I. BESLISSING DE AANVRAAG. II.A. Beschrijving van de aanvraag

I. BESLISSING DE AANVRAAG. II.A. Beschrijving van de aanvraag Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus 80300 3508 TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel. 030-2589111 www.provincie-utrecht.nl Datum 16 juni 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT243836

Nadere informatie

OMGEVINGSVERGUNNING. intrekking terreindeel Salt. gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning. Oosterhorn 4 te Farmsum

OMGEVINGSVERGUNNING. intrekking terreindeel Salt. gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning. Oosterhorn 4 te Farmsum OMGEVINGSVERGUNNING verleend aan AkzoNobelChemicals BV voor: intrekking terreindeel Salt activiteiten locatie: kenmerk bevoegd gezag: gedeeltelijke intrekking omgevingsvergunning Oosterhorn 4 te Farmsum

Nadere informatie

BESLUIT INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING. Transportbedrijf P. Pikkert V.O.F.

BESLUIT INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING. Transportbedrijf P. Pikkert V.O.F. BESLUIT INTREKKING OMGEVINGSVERGUNNING van Transportbedrijf P. Pikkert V.O.F. Voor de op- en overslag van rejects, bietenstaartje en/of perspulp, zand/grind en bestratingsmaterialen (Locatie: Roderwolderdijk

Nadere informatie