I. BESLISSING DE WIJZIGING. II.A. Beschrijving van de inrichting

Transcriptie

1 Afdeling Vergunningverlening Pythagoraslaan 101 Postbus TH Utrecht BESCHIKKING van GS van Utrecht Tel Datum 20 januari 2009 Team Milieubeheer Nummer 2009INT Referentie H. Slabbekoorn Uw brief van Doorkiesnummer Uw nummer Faxnummer Bijlage Voorschriften adres Onderwerp Wet milieubeheer, ambtshalve wijziging vergunning René Prinsen Spoorwegmaterialen BV te Woudenberg I. BESLISSING Gelet op het bepaalde in de Wet milieubeheer (hierna: Wm), Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit), de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), het Provinciaal Milieubeleidsplan en op hetgeen onder hoofdstuk II en volgende wordt overwogen, besluiten wij: ingevolge artikel 8.23, eerste lid, van de Wm, tot wijziging van de op 12 december 2006 (kenmerk 2006WEM005073i) aan René Prinsen Spoorwegmaterialen BV te Woudenberg verleende Wmvergunning; de wijziging betreft het toevoegen van voorschriften aan de vergunning met betrekking tot de opslag van gasflessen; deze beschikking bekend te maken op 27 januari II. DE WIJZIGING II.A. Beschrijving van de inrichting De inrichting is bestemd voor het sorteren, het opslaan en het geschikt maken voor hergebruik van oude bielzen. Tevens vindt opslag plaats van nieuwe spoorbielzen en van materiaal en materieel ten behoeve van bovengenoemde activiteiten. De inrichting is gelegen aan de Parallelweg 7a te Woudenberg, kadastraal bekend Woudenberg, sectie G, nummer 638 (ged.). Op grond van categorie 28.4 onder a, 6 e ; onder b, 1 e en onder c, 1 e van bijlage 1 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer zijn wij bevoegd gezag voor de inrichting. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 1 beschikking d.d. 20 januari 2009/ nr. 2009INT236163

2 II.B. Aanleiding voor de wijziging In de revisievergunning zijn per abuis geen voorschriften opgenomen met betrekking tot de wijze van opslag van gasflessen, terwijl deze opslag wel is aangevraagd. Met deze ambtshalve wijziging wordt in deze omissie voorzien. II.C. Beschrijving van de wijziging De onderhavige wijziging heeft betrekking op de wijze van opslag binnen de inrichting van een aantal gasflessen ten behoeve van het snijden van metalen. Het gaat om maximaal 55 flessen zuurstof met elk 50 liter waterinhoud, maximaal 12 flessen propaan/butaan met elk 26 liter waterinhoud en maximaal 6 flessen propaan/butaan met elk 80 liter waterinhoud. II.D. Huidige vergunningsituatie Voor de inrichting zijn eerder de volgende Wm-vergunningen verleend en de volgende meldingen van de aanvrager geaccepteerd: Soort Datum Nummer (Bevoegd gezag) Revisievergunning 12 december WEM005073i GS Melding artikel april wem001031i GS Ambtshalve wijziging 9 oktober INT GS III. PROCEDURE VAN DE WIJZIGING III.A. Algemeen Met betrekking tot de wijziging is de procedure ingevolgde afdeling 3.4 van de Awb van toepassing. III.B. Terinzagelegging De kennisgeving over de ontwerpbeschikking en bijbehorende stukken is gepubliceerd in een ter plaatse verschijnend regionaal weekblad op 11 november Vervolgens heben de ontwerpbeschikking en bijbehorende stukken gedurende zes weken terinzage gelegen, namelijk van 11 november 2008 tot en met 22 december Naar aanleiding van de ontwerpbeschikking zijn, binnen de door de wet gestelde termijn, geen zienswijzen of adviezen ingekomen IV. OVERWEGINGEN TEN AANZIEN VAN DE WIJZIGING IV.A. Artikel 8.8 tot en met 8.11 Wet milieubeheer Het bevoegd gezag kan beperkingen waaronder een vergunning is verleend en voorschriften die daaraan zijn verbonden, wijzigen, aanvullen of intrekken, dan wel alsnog beperkingen aanbrengen of voorschriften aan een vergunning verbinden in het belang van de bescherming van het milieu. De artikelen 8.8 tot en met 8.11 van de Wm omvatten het toetsingskader voor de beslissing om de beperkingen die zijn verbonden aan een vergunning te wijzigen, aan te vullen of in te trekken. IV.B. Inhoudelijke overwegingen Voor wat betreft deze wijziging wordt alleen ingegaan op het (brand)veiligheidsaspect. Wij zien geen aanleiding om voorschriften op te nemen met betrekking tot andere milieuaspecten, aangezien deze aspecten in de revisievergunning afdoende gereguleerd zijn. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 2 beschikking d.d. 20 januari 2009/ nr. 2009INT236163

3 In de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen 15 (PGS 15) zijn richtlijnen opgenomen voor de opslag van verpakte gevaarlijke stoffen. Door toepassing van deze richtlijnen wordt een aanvaardbaar beschermingsniveau voor mens en milieu gerealiseerd. De opslag van gasflessen voldoet bijna volledig aan het gestelde in PGS 15. De opslag van gasflessen vindt plaats tegen de gevel van een ander gebouw binnen de inrichting. In PGS 15 is voorgeschreven dat, indien de opslag van gasflessen plaatsvindt tegen de gevel van een bij de inrichting behorend gebouw, de wand van deze gevel direct achter de opslagvoorziening een brandwerendheid van ten minste 60 minuten moet bezitten. Verder geldt dat de wand van de gevel van dit bij de inrichting behorende gebouw, tot minimaal 4 meter boven en 2 meter aan weerszijden van de opslag van gasflessen tevens een brandwerendheid van ten minste 60 minuten moet bezitten. Dit is in de onderhavige situatie niet het geval. Het dak en de wanden van de opslag van gasflessen zijn echter met een minimale brandwerendheid van 60 minuten uitgevoerd. Hiermee zijn de risico s die verbonden zijn aan de opslag van gasflessen voldoende beperkt. In de voorschriften is met deze overwegingen rekening gehouden. V. Reacties op de ontwerpbeschikking V.A. Zienswijze Naar aanleiding van de ontwerp-beschikking op de aanvraag zijn, binnen de door de wet gestelde termijn, geen zienswijze(n) naar voren gebracht. V.B. Gedachtewisseling Naar aanleiding van de ontwerp-beschikking is geen verzoek om een gedachtewisseling bij ons ingekomen. V.C. Adviezen Naar aanleiding van de ontwerp-beschikking op de aanvraag zijn, binnen de door de wet gestelde termijn, geen adviezen ingekomen. V.D. Wijzigingen ten opzichte van de ontwerp-beschikking Ten opzichte van de ontwerp-beschikking zijn geen wijzigingen aangebracht. VI. CONCLUSIE Gelet op bovenstaande overwegingen zijn wij van mening dat de vergunning van René Prinsen Spoorwegmaterialen B.V. gewijzigd moet worden. Wij hebben derhalve besloten als weergegeven onder I. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 3 beschikking d.d. 20 januari 2009/ nr. 2009INT236163

4 VII. AFSCHRIFTEN Het origineel van deze beschikking te zenden aan René Prinsen Spoorwegmaterialen B.V. en een afschrift te zenden aan: - het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woudenberg; - VROM-Inspectie, Postbus 1006, 2001 BA Haarlem; - het dagelijks bestuur van het waterschap Vallei en Eem, Postbus 330, 3830 AJ Leusden. Tevens hebben wij deze beschikking openbaar gemaakt op het internetdomein van de provincie Utrecht: Gedeputeerde Staten van Utrecht, namens hen, mr J.L. Rosch Teamleider Milieubeheer (wnd) Afdeling Vergunningverlening Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 4 beschikking d.d. 20 januari 2009/ nr. 2009INT236163

5 Beroepsmogelijkheid Tegen dit besluit kan binnen zes weken na de dag van bekendmaking beroep worden ingesteld bij de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het beroep kan overeenkomstig het bepaalde in artikel 8:1 juncto art 7:1 van de Awb worden ingesteld door belanghebbenden die tijdig hun zienswijze over het ontwerpbesluit naar voren hebben gebracht of door belanghebbenden die geen zienswijze naar voren hebben gebracht maar die dat redelijkerwijs niet kan worden verweten of door belanghebbenden die zich niet kunnen vinden in de wijzigingen ten opzichte van het ontwerpbesluit. Het beroep staat open voor belanghebbenden. Het beroepschrift moet worden ondertekend en moet ten minste de volgende gegevens bevatten: 1. de naam en het adres van de indiener; 2. de dagtekening; 3. een omschrijving van de beschikking waartegen het beroep is gericht; 4. de gronden van het beroep. Bij het beroepschrift moet zo mogelijk een afschrift van de beschikking waarop het geschil betrekking heeft, worden overgelegd. Het beroepschrift moet in tweevoud worden gezonden aan de Raad van State, Afdeling bestuursrechtspraak, Postbus 20019, 2500 EA 's-gravenhage. Voor indiening van een beroepschrift is 145,- griffierecht verschuldigd voor een natuurlijke persoon en 288,- voor een rechtspersoon. Indien beroep is ingesteld tegen deze beschikking kan ook om een voorlopige voorziening worden gevraagd indien onverwijlde spoed dat vereist. Het verzoek moet worden gedaan bij de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak. Daarbij is hetzelfde griffierecht opnieuw verschuldigd. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 5 beschikking d.d. 20 januari 2009/ nr. 2009INT236163

6 Behorende bij de vergunning ingevolge de Wet milieubeheer van Rene Prinsen Spoorwegmaterialen B.V. te Woudenberg, d.d. 20 januari 2009 met nr. 2009INT Bijlage 1: VOORSCHRIFTEN 1. De opslagvoorziening voor gasflessen moet zijn uitgevoerd overeenkomstig de hoofdstukken 3 en 6 van PGS 15 voor wat betreft: de voorschriften van paragraaf 3.1, met uitzondering van de voorschriften en 3.1.5; de voorschriften van paragraaf 3.2 met uitzondering van voorschrift ; de voorschriften van de paragrafen 3.4, 3.5, 3.7, 3.11, 3.15 tot en met 3.20, voorschrift en paragraaf 3.23; de voorschriften tot en met van paragraaf 6.2, met uitzondering van voorschrift In afwijking van voorschrift van PGS 15 hoeft, indien de opslag van gasflessen plaatsvindt tegen de gevel van een bij de inrichting behorend gebouw, de wand van deze gevel direct achter de opslagvoorziening geen brandwerendheid van 60 minuten te hebben. Tevens hoeft de wand van de gevel van dit bij de inrichting behorende gebouw, tot minimaal 4 meter boven en 2 meter aan weerszijden van de opslag van gasflessen geen brandwerendheid van ten minste 60 minuten te hebben. Het dak, de zijwanden en de achterwand van de opslagvoorziening dienen in dat geval wel minimaal 60 minuten brandwerend te zijn. Afdeling Vergunningverlening/Team Milieubeheer 6 beschikking d.d. 20 januari 2009/ nr. 2009INT236163