Yara Sluiskil B.V. Postbus AA Sluiskil W-MWP170002/ Datum: 13 juni 2017

Transcriptie

1 OMGEVINGSVERGUNNING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND Aan: Yara Sluiskil B.V. Postbus AA Sluiskil Kenmerk: Afdeling: / Vergunningverlening Datum: 13 juni 2017 Onderwerp: Besluit tot vaststellen van maatwerkvoorschriften voor het indirect lozen van huishoudelijk afvalwater op grond van artikel 8.42 lid 3 Wet milieubeheer en artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit milieubeheer voor Yara Sluiskil B.V. Samenvatting besluit Wij hebben besloten om op 13 juni 2017 op verzoek van Yara Sluiskil B.V., gevestigd aan de Industrieweg 10 te Sluiskil maatwerkvoorschriften vast te stellen ten aanzien van het indirect lozen van huishoudelijk afvalwater op de afvalwaterleiding (AWL) welke uitkomt op de Westerschelde.

2 Inhoud 1. Besluit Onderwerp Besluit Ondertekening Rechtsmiddelen Afschriften Voorschriften Maatwerkvoorschrift Procedurele overwegingen Gegevens aanvrager Projectbeschrijving Huidige vergunning- en meldingsituatie Activiteitenbesluit Bevoegd gezag Volledigheid verzoek en opschorting procedure Procedure (regulier) en zienswijze Wettelijk kader Inhoudelijke overwegingen Inleiding Toetsing Maatwerk lozen huishoudelijk afvalwater Conclusie...9 Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 2 van 9

3 1. Besluit 1.1 Onderwerp Wij hebben op 5 april 2017 een verzoek ontvangen van Yara Sluiskil B.V. (hierna: Yara) voor het vaststellen van maatwerkvoorschriften ten aanzien van het lozen van huishoudelijk afvalwater. Het verzoek gaat over de Industrieweg 10 te Sluiskil. Het verzoek is geregistreerd onder zaaknummer. Concreet wordt verzocht om het vaststellen van maatwerkvoorschriften ex. Artikel 8.42 lid 3 van de Wet milieubeheer (hierna: Wm) juncto artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit milieubeheer (hierna: Activiteitenbesluit). 1.2 Besluit Wij besluiten om voor de inrichting van Yara Sluiskil B.V. aan de Industrieweg 10 te Sluiskil, op grond van artikel 8.42 lid 3 van de Wm en artikel 3.5 lid 5 van het AB: - het maatwerkvoorschrift zoals opgenomen in hoofdstuk 2 Voorschriften vast te stellen. Het maatwerkvoorschrift wordt van kracht naast de artikelen van het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling milieubeheer. 1.3 Ondertekening Gedeputeerde staten van Zeeland, namens dezen, hoofd afdeling Vergunningen mevr. mr. ing. I. Jansen Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 3 van 9

4 1.4 Rechtsmiddelen Belanghebbenden kunnen schriftelijk bezwaar maken tegen dit besluit bij Gedeputeerde Staten van Zeeland, t.a.v. de secretaris van de commissie voor bezwaarschriften, Postbus 6001, 4330 LA Middelburg In het bezwaarschrift dient ten minste te worden opgenomen: - de naam van degene die bezwaar maakt; - het adres van degene die bezwaar maakt; - het besluit waartegen bezwaar wordt ingesteld (datum en kenmerk en indien mogelijk een kopie van het besluit); - de reden waarom bezwaar wordt ingesteld en; - de dagtekening van het bezwaarschrift. Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend. Het bezwaarschrift moet binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt worden ingediend. Bekendmaking is de dag na de datum van verzending van het besluit. Overschrijding van de termijn kan ertoe leiden dat met uw bezwaren geen rekening wordt gehouden. Het besluit treedt in werking met ingang van de dag na haar bekendmaking. Bekendmaking geschiedt door toezending van het besluit. Volledigheidshalve wordt erop gewezen dat het bezwaar niet de werking van het besluit schorst. Er bestaat de mogelijkheid een verzoek te doen tot het treffen van een voorlopige voorziening (conform artikel 8:81, lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht). In dat geval treedt de beschikking niet in werking voordat op dat verzoek is beslist. Een verzoek om voorlopige voorziening wordt gericht aan de voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West Brabant, locatie Breda, team bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda. Voor de behandeling van het verzoek is griffierecht verschuldigd. 1.5 Afschriften Een afschrift van deze beschikking wordt gezonden aan: Het college van burgemeester en wethouders van Terneuzen; Veiligheidsregio Zeeland; Rijkswaterstaat Zee en Delta; Inspectie Leefomgeving en Transport; Waterschap Scheldestromen; Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 4 van 9

5 2. Voorschriften 2.1 Maatwerkvoorschrift De vergunninghouder draagt er zorg voor dat per 1 januari 2021 het indirect lozen van huishoudelijk afvalwater op de AWL afkomstig van septic tanks voldoet aan het gestelde zoals opgenomen in artikel 3.5 lid 1 van het Activiteitenbesluit. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 5 van 9

6 3. Procedurele overwegingen 3.1 Gegevens aanvrager Op 5 april 2017 hebben wij een verzoek ontvangen voor het vaststellen van maatwerkvoorschriften voor het lozen van huishoudelijk afvalwater als bedoeld in artikel 8.42 lid 3 Wm juncto artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit. Het betreft hier een verzoek van: Yara Sluiskil B.V., Industrieweg 10 te Sluiskil. 3.2 Projectbeschrijving Het verzoek waarvoor vergunning wordt aangevraagd betreft een verzoek tot het vaststellen van maatwerkvoorschriften voor het lozen van huishoudelijk afvalwater. Voor het lozen van huishoudelijk afvalwater valt Yara per 1 januari 2013, omdat het een type C inrichting betreft waartoe een IPPC-installatie behoort, onder het Activiteitenbesluit, paragraaf Behandelen van huishoudelijk afvalwater op locatie. Binnen de inrichting van Yara zijn 33 septic tanks aanwezig, waarvan 6 indirect lozen op de AWL. Uit onderzoek is gebleken dat het huishoudelijk afvalwater afkomstig van deze septic tanks van Yara vrijwel in alle gevallen niet aan de betreffende grenswaarden voldoen. Yara is in 2014 een saneringstraject gestart om te kunnen voldoen. Yara verzoekt tot maatwerk om niet te voldoen aan artikel 3.5 lid 1 van het Activiteitenbesluit tot Een uitgebreide beschrijving is opgenomen in het verzoek tot maatwerk. Gelet op bovenstaande omschrijving wordt verzocht om het vaststellen van maatwerkvoorschriften voor het lozen van huishoudelijk afvalwater ex artikel 8.42 lid 3 Wm juncto 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit. 3.3 Huidige vergunning- en meldingsituatie Voor de inrichting zijn eerder de onderstaande relevante vergunningen verleend, naast de onderstaande vergunningen zijn er ook nog veranderingsvergunningen dan wel meldingen geaccepteerd. SOORT VERGUNNING DATUM KENMERK ONDERWERP Deel revisievergunning 11/09/ /WA Reviseren van de vergunning voor de indirecte lozingen (met een eind datum van 1 april 2016) Wijziging op verzoek 25/08/2015 W-AOV140573/ Melden ongewone voorvallen en overschrijdingen Wijziging op verzoek 16/06/2016 W-WOV150011/ Verlengen van de tijdelijke vergunning voor het indirect lozen van afvalwater. 3.4 Activiteitenbesluit Op 1 januari 2013 zijn het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling milieubeheer (hierna: Activiteitenregeling) op deze inrichting van toepassing geworden. In het Activiteitenbesluit en de Activiteitenregeling zijn voor verschillende activiteiten die binnen inrichtingen plaats kunnen vinden algemene voorschriften opgenomen. 3.5 Bevoegd gezag Gedeputeerde staten zijn bevoegd gezag voor de inrichting. Dit volgt uit artikel 2.4 van het Wet algemene bepaling omgevingsrecht (hierna: Wabo) juncto artikel 3.3 lid 1 van het Besluit omgevingsrecht (hierna: Bor). De activiteiten van de inrichting zijn genoemd in bijlage I onderdeel C categorie 4.3 onder a en 7.1 onder b van het Bor en daarnaast betreft het een inrichting waartoe een IPPC-installatie behoort en waarop het Besluit risico s zware ongevallen 2015 van toepassing is. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 6 van 9

7 3.6 Volledigheid verzoek en opschorting procedure Na ontvangst van het verzoek hebben wij deze getoetst op volledigheid. Wij zijn van oordeel dat het verzoek voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. Het verzoek is dan ook in behandeling genomen. 3.7 Procedure (regulier) en zienswijze Deze beschikking is voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure als beschreven in paragraaf 3.2 van de Wabo. Gelet hierop hebben wij op 15 maart 2017 conform artikel 3.8 Wabo van het verzoek digitaal gepubliceerd op internet: Tevens hebben wij gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn te verlengen met 6 weken als bedoeld in artikel 8.42 lid 7 Wm, juncto artikel 3.9, lid 2 Wabo. Van deze verlenging is 26 april 2017 digitaal kennis gegeven op Wettelijk kader In artikel 8.42 lid 3 van de Wm is bepaald dat het bevoegd gezag voorschriften kan stellen die afwijken van de regels uit een algemene maatregel van bestuur (in dit geval het Activiteitenbesluit), indien dat in de betreffende algemene maatregel van bestuur is bepaald. In artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit is bepaald dat het bevoegd gezag op aanvraag bij maatwerkvoorschrift kan bepalen dat voor een vastgestelde termijn het lozen van huishoudelijkafvalwater niet aan de vastgestelde lozingsnormen (zoals opgenomen in lid 1) niet hoeft te voldoen. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 7 van 9

8 4. Inhoudelijke overwegingen 4.1 Inleiding Het verzoek van Yara heeft betrekking op het vaststellen van maatwerkvoorschriften voor het lozen van huishoudelijk afvalwater als bedoel in artikel 8.42 lid 3 juncto artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit. 4.2 Toetsing Een algemene voorwaarde voor het mogen stellen van maatwerkvoorschriften is dat deze nodig zijn ter bescherming van het milieu. Dezelfde toetsing geldt in geval het verzoek tot het stellen van een maatwerkvoorschrift wordt geweigerd. Op basis van artikel 8.42, lid 2 van de Wm moet bij het vaststellen van maatwerkvoorschriften het volgende worden betrokken: - De bestaande toestand van het milieu, voor zover de inrichting daarvoor gevolgen kan veroorzaken; - De gevolgen voor het milieu, die de inrichting kan veroorzaken; - De met betrekking tot de inrichting en de omgeving waarin deze is gelegen, redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen die van belang zijn met het oog op de bescherming van het milieu; - De mogelijkheid tot bescherming van het milieu, door de nadelige gevolgen voor het milieu, die de inrichting kan veroorzaken, te voorkomen, dan wel zoveel mogelijk te beperken, voor zover zij niet kunnen worden voorkomen; - De voor onderdelen van het milieu, waarvoor de inrichting gevolgen kan hebben, geldende milieukwaliteitseisen, vastgesteld krachtens of overeenkomstig artikel 5.1 of Bijlage 2 van de Wm; - De redelijkerwijs te verwachten financiële en economische gevolgen van het voorschrift. Daarnaast kan op grond van artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit bij het vaststellen van maatwerk voor het lozen van huishoudelijk afvalwater het bevoegd gezag andere waarden vaststellen of bepalen dat het huishoudelijk afvalwater door een aangegeven zuiveringsvoorziening dient te worden geleid. 4.3 Maatwerk lozen huishoudelijk afvalwater Algemeen Sinds 1 januari 2013 is het Activiteitenbesluit ook van toepassing op de zogenaamde IPPCbedrijven. Voor Yara heeft dit tot gevolg dat, zowel het direct lozen op het kanaal van Gent naar Terneuzen als het indirecte lozen van huishoudelijk afvalwater op de AWL, de bepalingen van paragraaf Behandelen van huishoudelijk afvalwater op locatie van toepassing zijn. Maatwerk Binnen de inrichting van Yara zijn 33 septic tanks aanwezig. Uit onderzoek is gebleken dat het huishoudelijk afvalwater afkomstig van deze septic tanks vrijwel in alle gevallen niet kan voldoen aan de lozingseisen zoals deze zijn opgenomen in artikel 3.5 lid 1 van het Activiteitenbesluit. Yara is dan ook in 2014 een saneringstraject gestart met als doel dat het te lozen huishoudelijk afvalwater voldoet aan het gestelde in artikel 3.5 lid 1 van het Activiteitenbesluit. Vanaf 2014 is Yara gestart met het testen van twee typen IBA-pilots (Individuele Behandeling Afvalwater). Daarbij is gebruik gemaakt van zowel een belucht rietveld als een actiefslibsysteem, ook wel Bever IIIa-installatie. Yara geeft in het verzoek aan dat de IBA-pilots Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 8 van 9

9 succesvol zijn en is besloten om, afhankelijk van de vracht en locatie binnen de inrichting, het beluchte rietveld of het actief-slibsysteem toe te passen op de overige locaties binnen de inrichting. Voor de realisatie is een plan van aanpak opgesteld. Yara geeft aan dat, gezien het groot aantal septic tanks, het enige tijd vergt om ze te plaatsen. In het plan van aanpak is aangegeven dat er grote investeringen mee zijn gemoeid, waardoor de realisatie van de aanpassingen noodgedwongen (praktische realisatie en budgettering) over meerder jaren verspreid zal worden. Yara geeft aan dat ervoor gekozen is om prioriteit te geven aan de septic tanks welke direct lozen op het kanaal van Gent naar Terneuzen. Voor deze 27 septic tanks die direct op het kanaal van Gent naar Terneuzen lozen heeft Rijkswaterstaat Zee en Delta op grond van artikel 3.5 lid 5 van het Activiteitenbesluit maatwerkvoorschriften vastgesteld. Dit betekent dat eind 2018 de lozing van huishoudelijk afvalwater op het kanaal van Gent naar Terneuzen zal voldoen aan de lozingsnormen zoals opgenomen in artikel 3.5 lid 1 van het Activiteitenbesluit. Voor wat betreft de 6 septic tanks welke indirect lozen op de AWL zijn destijds geen afspraken gemaakt opdat deze lozing van huishoudelijk afvalwater meegenomen zou worden in het saneringstraject waarvoor wij op 16 juni 2016 met kenmerk W-WOV een omgevingsvergunning hebben verleend. Met deze vergunning heeft Yara tijd gekregen voor onderzoek en de realisatie van de verwerking van onder andere deze afvalwaterstroom bij het Waterschap Scheldestromen. Echter op 7 juli 2016 heeft het Waterschap Scheldestromen Yara op de hoogte gebracht dat zij geen vervolg geven aan het verzoek van Yara om een afvalwaterstroom afkomstig van Yara te behandelen op de rwzi van Terneuzen. Yara heeft besloten om het reeds opgestelde plan van aanpak bij te stellen, waardoor voor de 6 septic tanks gekozen is om het afvalwater te behandelen in een belucht rietveld of in een actiefslibsysteem. Yara geeft in het verzoek aan dat de realisatie van deze systemen plaats zal vinden in Dit is nadat de behandelsystemen zijn geplaatst voor de septic tanks welke direct lozen op het kanaal van Gent naar Terneuzen. Op 24 april 2017 heeft Yara een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend voor het plaatsen van de beluchte rietvelden en actief-slibsystemen bij de zes septictanks. Gelet op het totaal aantal behandelingssystemen en het plaatsen van deze systemen binnen reeds bestaande installaties vinden wij de planning van Yara om eind 2020 alles te realiseren redelijk. Het huishoudelijk afvalwater wordt immers op dit moment behandeld door de nu aanwezige septic tanks waarvan het behandelde water wordt geloosd op het AWL en op het oppervlaktewater (onder lozingsvoorwaarden). De lozingssituatie verandert op termijn. Het huidige behandelde afvalwater uit de septictanks voldoet thans niet aan de lozingseisen uit het Activiteitenbesluit. Yara vraagt daarom maatwerk aan om niet te voldoen aan de lozingseisen uit het Activiteitenbesluit tot eind Hiermee hebben wij om bovengenoemde redenen ingestemd en als zodanig is dit opgenomen in een voorschrift. 4.4 Conclusie Vanuit het toetsingskader dat betrekking heeft voor het vaststellen van maatwerkvoorschriften zijn er geen redenen om de omgevingsvergunning te weigeren. In deze vergunning zijn voor deze activiteit relevante voorschriften opgenomen. Industrieweg 10 te Sluiskil Pagina 9 van 9