Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Transcriptie

1 Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant a. op de op 17 november 2004 bij hen ingekomen aanvraag van Gebr. Aldenzee aan Ampèrestraat 7 te Deurne om een vergunning krachtens de Wet milieubeheer voor het veranderen of de werking daarvan te veranderen van een inrichting bestemd tot het bewerken van puin, asfalt en granulaat met het opslaan van gebroken puin tot maximaal m³ aan de Voltstraat te Deurne. b. om een nieuw voorschrift aan de vergunning te verbinden naar aanleiding van de beslissing van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op 29 september 2004, nummer /1/M1, om voorschrift van de vergunning 2003, kenmerk , te vernietigen. -1-

2 Aldenzee puinrecycling VOF Kwadestaartweg PV DEURNE BESCHIKKING Brabantlaan 1 Postbus MC s-hertogenbosch Telefoon (073) Fax (073) info@brabant.nl Bank ING Postbank Onderwerp Vergunning ingevolge de Wet milieubeheer. Ons Kenmerk Datum 15 maart 2005 I I.A De aanvraag Beschrijving van de aanvraag Op 17 november 2004 hebben wij een aanvraag van Gebr. Aldenzee v.o.f. (hierna: de aanvraagster) ontvangen voor een vergunning krachtens de Wet milieubeheer (Wm) voor het veranderen en in werking hebben van een inrichting of het veranderen van de werking daarvan (Wm, art. 8.1, lid 1). De inrichting is gelegen aan Amperestraat 7, kadastraal bekend gemeente Deurne, sectie E, nummers 3118 en De vergunning wordt gevraagd voor een periode van 3 jaar. De aanvraag voorziet in het opslaan van maximaal m³ gebroken puin aan de Voltstraat, kadastraal bekend gemeente Deurne, sectie E, nummer Op grond van categorie 28.4a.6 van bijlage I van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer zijn wij bevoegd gezag voor de inrichting. I.B Aanleiding voor het indienen van de aanvraag Aanvraagster heeft aan de Voltstraat, in de nabijheid van de inrichting gelegen aan de Amperestraat te Deurne, een extra opslaglocatie in gebruik genomen. Vanwege marktomstandigheden heeft aanvraagster (tijdelijk) behoefte aan meer opslagcapaciteit en vraagt hiervoor vergunning. I.C Aanleiding tot het wijzigen van de milieuvergunning In onderwerpelijk besluit zal een voorschrift aan de vergunning van aanvraagster worden toegevoegd. Dit houdt verband met de uitspraak van 29 september 2004, nummer /1/M1, van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State om voorschrift van de vergunning 9 december 2003, kenmerk , te vernietigen. Vanwege de handhaafbaarheid en om stofhinder naar de omgeving te voorkomen vinden wij het noodzakelijk om de maximale opslaghoogte opnieuw als voorschrift aan de vergunning te verbinden. -2-

3 I.D Locatie van de inrichting en het bestemmingsplan De extra opslaglocatie is gelegen aan de Voltstraat op het industrieterrein Kranenmortel en maakt onderdeel uit van de inrichting aan de Ampèrestraat 7. I.E Huidige vergunningsituatie Voor de inrichting hebben wij eerder op 9 december 2003 een revisievergunning ingevolge de Wm verleend. II II.A II.A.1 Procedure van de aanvraag om milieuvergunning De aanvraag Ontvangst van de aanvraag De aanvraag is door ons op 17 november 2004 ontvangen en is op 30 november 2004 doorgestuurd naar de wettelijke adviseurs, te weten: a. het college van burgemeester en wethouders van Deurne; b. de Regionaal inspecteur VROM-inspectie Regio Zuid te Eindhoven; c. het dagelijks bestuur van het waterschap Aa en Maas, Postbus 5049, 5201 GA 's-hertogenbosch. II.A.2 Aanvullende gegevens Op 1 december 2004 hebben wij van de aanvraagster een aanvulling op het akoestisch onderdeel van de aanvraag ontvangen. II.B Coördinatie Wm-vergunning en Wvo-vergunning Voor de inrichting is op 5 oktober 1999 een Wvo-vergunning verleend. Voor de aangevraagde verandering is geen Wvo-vergunning vereist. Dit is bevestigd door waterschap Aa en Maas bij brief d.d. 30 augustus Dit schrijven is als bijlage 4 in de aanvraag om milieuvergunning opgenomen. Coördinatie van de Wm-vergunning met de Wvo-vergunning is in dit geval niet aan de orde. III Toetsingskaders III.A Artikel 8.8 tot en met 8.10 Wet milieubeheer III.A.1 Algemeen De artikelen 8.8 tot en met 8.10 Wm omvatten het toetsingskader voor de beslissing op de aanvraag. Hierna geven wij aan hoe de aanvraag zich tot dat toetsingskader verhoudt. Hierbij beperken wij ons tot die onderdelen van het toetsingskader die ook werkelijk op onze beslissing van invloed zijn. III.B Lucht III.B.1 Het kader voor de bescherming van de lucht De aangevraagde activiteiten worden getoetst aan de voorwaarden die wij gesteld hebben in de vergunning van 9 december

4 III.B.2 De gevolgen van de aangevraagde activiteiten voor de lucht Het granulaat dat wordt getransporteerd, opgeslagen en overgeslagen kan stofhinder veroorzaken. III.B.3 De in de aanvraag opgenomen maatregelen en voorzieningen ter bescherming van de lucht In de aanvraag is opgenomen dat voor de extra opslaglocatie dezelfde maatregelen worden gehanteerd als voor de locatie aan de Amperestraat 7. Vanwege de duur van de opslag is in de aanvraag opgenomen dat een vastleggend middel of bindmiddel wordt toegepast. III.B.4 Beoordeling en conclusie Wij zijn van mening dat door de genomen maatregelen en de reeds vigerende vergunningen c.q. geldende voorschriften de omgeving voldoende tegen stofhinder wordt beschermd. III.C Geluid III.C.1 Het kader voor de bescherming tegen geluidhinder De aangevraagde activiteiten worden getoetst aan de grenswaarden opgenomen in de voorschriften van de vigerende vergunning. III.C.2 De gevolgen van de aangevraagde activiteiten voor geluidhinder De dagelijkse geluiduitstraling die vanuit de inrichting optreedt, wordt vooral veroorzaakt door het rijden van vrachtwagens, het storten van materiaal en het opladen van materiaal met behulp van een kraan. III.C.3 Beoordeling en conclusie De aanvraag is aangevuld met een akoestische onderbouwing d.d. 29 november Met de uitgangspunten en de resultaten van deze brief kunnen wij instemmen. Het bedrijf beschikt over een eigen kraan, die ook op het terrein van de uitbreiding ingezet kan worden. Dit is reeds vergund. Per dag kunnen maximaal 48 vrachtwagens worden beladen. Er zijn 100 vrachtwagens per dag vergund. Aangezien de rijlengte korter is zal er geen relevante toename van het geluid zijn. Voorts is de totale bronsterkte van de vrachtwagens verwaarloosbaar ten opzichte van de mobiele kraan. Wij verwachten derhalve geen toename van het geluidniveau ten opzichte van het reeds vergunde niveau. Uit de brief blijkt dat aan de reeds vergunde waarden wordt voldaan. Ten behoeve van de handhaafbaarheid van de Wm-vergunning zijn reeds in de vigerende vergunning van 9 december 2003 geluidgrenswaarden gesteld op referentiepunten kort nabij de inrichting. III.D Bodem III.D.1 Het kader voor de bescherming van de bodem Het (nationale) preventieve bodembeschermingbeleid is vastgelegd in de Nederlandse Richtlijn Bodembescherming (NRB) bedrijfsmatige activiteiten. Wij hanteren de (NRB) als het primaire toetsingskader voor de beoordeling van bodembedreigende activiteiten. -4-

5 III.D.2 De gevolgen van de aangevraagde activiteiten voor de bodem De aangevraagde verandering betreft opslag van gebroken puin. Van het menggranulaat is een kwaliteitsverklaring als bijlage bij de aanvraag opgenomen. Dit is een bewijsmiddel op grond van het Bouwstoffenbesluit. De opslag van menggranualat categorie 1 beschouwen wij als niet bodembedreigend. III.D.3 De in de aanvraag opgenomen maatregelen en voorzieningen ter bescherming van de bodem In de aanvraag zijn geen maatregelen en voorzieningen opgenomen om bodemverontreiniging te voorkomen. III.D.4 Beoordeling en conclusie De opslag van gebroken puin is geen bodembedreigende activiteit. Er zijn derhalve geen maatregelen en voorzieningen vereist. Er is geen bodemrisico. III.E Afvalwater Voor de aangevraagde verandering is geen Wvo-vergunning vereist. Er komt geen bedrijfsafvalwater vrij. In de aanvraag is geen lozing van bedrijfsafvalwater op het gemeentelijk riool opgenomen. III.F Doelmatige verwijdering van afvalstoffen Wet milieubeheer Op grond van artikel 8.10 Wet milieubeheer kan de Wm-vergunning slechts in het belang van de bescherming van het milieu worden geweigerd. Onderdeel van het begrip "bescherming van het milieu" is de zorg voor het doelmatig beheer van afvalstoffen. In artikel 1.1 Wet milieubeheer is aangegeven wat moet worden verstaan onder het doelmatig beheer van afvalstoffen. Op grond van artikel van de Wet milieubeheer moeten wij rekening houden met het geldende afvalbeheersplan. Wat dit impliceert is verwoord in de toelichting op de sectorplannen van het Landelijk Beheersplan (hierna aangeduid als LAP) onder de paragraaf "Algemene bepalingen bij vergunningverlening". Conclusie toetsing doelmatig beheer De aangevraagde activiteiten zijn reeds getoetst aan het LAP en het sectorplan 'Bouw- en sloopafval en daarmee vergelijkbare afvalstoffen'.tevens wordt voldaan aan de minimumstandaard voor de steenachtige fractie van bouw- en sloopafval. Wij zijn van mening dat een efficiënte en effectieve verwijdering voldoende is gegarandeerd. IV Wijzigen van de milieuvergunning In haar uitspraak van 29 september 2004, nummer /1/M1, heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State voorschrift van de vergunning 2003, kenmerk , vernietigd. Vanwege de handhaafbaarheid en om stofhinder naar de omgeving te voorkomen vinden wij het noodzakelijk om de maximale opslaghoogte opnieuw als voorschrift aan de vergunning te verbinden. In de praktijk is inmiddels gebleken dat, met een feitelijke opslaghoogte tot 9 meter, de vigerende voorschriften een voldoende beschermingsniveau tegen stofhinder bieden. -5-

6 Wij zijn derhalve van mening dat een opslaghoogte tot maximaal 9 meter in onderhavige situatie vergunbaar is. Hiervoor wordt een nieuw voorschrift aan de vergunning verbonden dat als volgt luidt: In de inrichting mag (on)gebroken puin en asfalt worden opgeslagen tot een maximale hoogte van 9 meter boven het maaiveld. V V.A Bekendmaking ontwerp-beschikking Ter inzage legging De kennisgeving over de ontwerp-beschikking en bijbehorende stukken is gepubliceerd in de Staatscourant en in een ter plaatse verschijnend regionaal dagblad. Vervolgens heeft de ontwerpbeschikking gedurende vier weken vanaf 31 januari 2005 tot en met 28 februari 2005 ter inzage gelegen in het gemeentehuis, tijdelijk adres Hogeweg 8 te Deurne. Naar aanleiding van de ontwerp-beschikking op de aanvraag zijn, binnen de door de wet gestelde termijn, geen bedenkingen of adviezen ingekomen. VI Conclusie Gelet op het tijdelijk karakter van de aangevraagde activiteiten verlenen wij de Wm-vergunning voor een periode van drie jaar. Voorts wordt een nieuw voorschrift aan de vigerende vergunning verbonden. VII Besluit Gelet op het voorgaande en de ter zake geldende wettelijke bepalingen besluiten wij: a. de door Gebr. Aldenzee vof, Kwadestaarrtweg 9, 5752 PV Deurne aangevraagde vergunning als bedoeld in artikel 8.1 lid 1 Wet milieubeheer voor het veranderen of de werking daarvan te veranderen van een inrichting bestemd tot het bewerken van puin, asfalt en granulaat met het opslaan van gebroken puin tot maximaal m³ aan de Voltstraat te Deurne te verlenen voor een periode van drie jaar gerekend vanaf het in werking treden van de beschikking. b. aan de wet milieubeheervergunning van 9 december 2003 een nieuw voorschrift te verbinden dat luidt: "In de inrichting mag (on)gebroken puin en asfalt worden opgeslagen tot een maximale hoogte van 9 meter boven het maaiveld". c. dat de bij dit besluit behorende gewaarmerkte aanvraag deel uitmaakt van dit besluit voor zover de voorschriften en beperkingen niet anderszins bepalen; d. het origineel van dit besluit te zenden aan Aldenzee puinrecycling VOF, Kwadestaartweg 9, 5752 PV Deurne en een afschrift te zenden aan: - het college van burgemeester en wethouders van Deurne, Postbus 3, 5750 AA Deurne; - de VROM-inspectie Regio Zuid, Postbus 850, 5600 AW Eindhoven; - het Samenwerkingsverband Regio Eindhoven, Postbus 435, 5600 AK Eindhoven; - Amitec BV, Hurk 303, 5403 LD Uden; - het dagelijks bestuur van het waterschap Aa en Maas, Postbus 5049, 5201 GA s-hertogenbosch; -6-

7 e. deze beschikking bekend te maken op 24 maart s-hertogenbosch, 15 maart Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, namens deze, ir. H.G.M. Wolfs, bureauhoofd Afvalbranches. -7-