Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Transcriptie

1 > Retouradres Postbus RM Groningen Vereniging Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur U.A. T.a.v. mr. H.J. van Geesbergen Postbus AC YERSEKE Cascadeplein 6 Groningen Postbus RM Groningen T Uw referentie HVG Betreft Natuurbeschermingswet 1998; vergunning; Waddenzee; voorjaarsmosselvisserij 2010 Bijlagen 4 Geachte heer Van Geesbergen, Bij brief van 22 maart 2010 verzoekt u mij om vergunningverlening op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet 1998) teneinde in het voorjaar van 2010 in de westelijke Waddenzee mosselen op te mogen vissen, op de percelen in de Waddenzee uit te mogen zaaien en dit bestand direct of na opkweek op de Waddenzee-percelen, af te voeren naar de Zeeuwse wateren c.q. naar de veiling. Procedureel Uw aanvraag is op 23 maart 2010 door mij ontvangen. Een bevestiging van uw aanvraag heb ik op 7 april 2010 (ons kenmerk: / ) aan u verzonden. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. Bevoegdheid tot vergunningverlening Op basis van de Nb-wet 1998 (artikel 2, lid 1 juncto artikel 16, lid 1, juncto artikel 19d, lid 1) zijn de Gedeputeerde Staten van de provincie waarin natuurmonumenten c.q. Natura 2000-gebieden geheel of grotendeels gelegen zijn, bevoegd ten aanzien van de beoordeling van aanvragen ter verkrijging van een vergunning op basis van artikel 19d, lid 1, van de Nb-wet Op 30 november 2005 is het Besluit vergunningen Nb-wet 1998 (hierna: het Besluit) (Staatsblad 2005, nr. 594) in werking getreden. De in dit Besluit specifiek opgesomde activiteiten worden aangemerkt als handelingen als bedoeld in artikel 16, lid 6, van de Nb-wet 1998 en projecten of andere handelingen of categorieën van gebieden als bedoeld in artikel 19d, lid 4, van de Nb-wet Voor deze specifieke activiteiten geldt de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV) als, in deze, bevoegd gezag. De voorgenomen bevissing valt onder artikel 2, sub l, van dit Besluit: uitoefening van niet-handmatige schaal- en schelpdiervisserij, het invangen van mosselzaad, schelpdiercultures en het uitzetten van mosselen daaronder begrepen. Pagina 1 van 7

2 Hiermee ben ik bevoegd om te besluiten op uw aanvraag. Besluit Ik ben van mening dat door de betreffende visserij, gelet op de relevante instandhoudingsdoelstelling, m.u.v. de doelstellingen zoals bedoeld in artikel 10a, lid 3, van de Nb-wet 1998, de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Waddenzee niet aangetast zullen worden. Tevens is met de inhoud van de betreffende Passende Beoordeling de zekerheid verkregen dat de aangevraagde activiteit de wezenlijke kenmerken van het voormalig natuurmonument Waddenzee niet zal aantasten. Deze conclusie geldt nadrukkelijk vanuit de door mij specifiek hiertoe geformuleerde vergunningvoorschriften. Voor een weergave van de inhoud van de aanvraag, de relevante wet- en regelgeving alsmede het toepasselijk beleid verwijs ik naar bijlage 1 van dit besluit. In dezelfde bijlage treft u voorts mijn inhoudelijke overwegingen, een weergave van de ontvangen zienswijzen en adviezen alsmede mijn reactie hierop aan. Bijlage 2 bevat de door u aangeleverde Passende Beoordeling. Bijlage 3 bevat een lijst met de tot de visserij gerechtigde vissers c.q. visserijbedrijven. Bijlage 4 bevat een weergave van het meldingssysteem. Alle genoemde bijlagen maken integraal onderdeel van onderhavig besluit uit. Voorschriften en beperkingen Bij deze verleen ik u vergunning op basis van de Nb-wet 1998 ten behoeve van: - het bevissen van door u in een nader Visplan aan te duiden visgebieden in de westelijke Waddenzee en daaruit te onttrekken hoeveelheden mosselen tot een omvang en in de samenstelling zoals vermeld in het betreffende Visplan en de daaraan ten grondslag liggende voorjaarssurvey; - dit bestand op de percelen in de Waddenzee uit te zaaien en/of - dit bestand direct of na opkweek op de Waddenzee-percelen, af te voeren naar de Zeeuwse wateren c.q. naar de veiling. zulks onder de hiernavolgende specificaties. Ter bescherming van de in het Natura 2000-gebied Waddenzee aanwezige natuurlijke kenmerken en (kwalificerende) waarden alsmede ter bescherming van de kenmerken en waarden zoals benoemd in de aanwijzingsbesluiten van het voormalig staats- en beschermd natuurmonument Waddenzee, verbind ik aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen. Formeel/algemeen 1. Deze vergunning wordt op naam gesteld van de tot de mosselvisserij gerechtigde vissers c.q. visserijbedrijven, die het Reglement Mosselvisserij 1998 hebben ondertekend, voor het vissen in het sublitoraal in de Westelijke Waddenzee, zulks volgens de bij deze vergunning gevoegde lijst (bijlage 3). Pagina 2 van 7

3 2. Van de onderhavige vergunning kan slechts gebruik gemaakt worden indien de houder van deze vergunning tevens in het bezit is van een geldige, publiekrechtelijke vergunning op grond van de Visserijwet 1963 voor dezelfde, specifieke voorjaarsvisserij. 3. De voorschriften en beperkingen als opgenomen in de vergunning op grond van de Visserijwet 1963, het Reglement Mosselvisserij 1998 en (eventuele) aanvullingen daarop, maken voor zover niet strijdig met deze vergunning - deel uit van de vergunning. 4. Tot de visserij gerechtigde vissers c.q. visserijbedrijven dienen tijdens de visserij-activiteiten een afschrift van deze vergunning aan boord te hebben c.q. te kunnen tonen aan de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. Survey & Visplan 5. Door de Vereniging P.O. van de Nederlandse Mosselcultuur U.A. (hierna: de P.O. Mosselcultuur) wordt ter gezamenlijke uitvoering door de vergunninghouders zoals weergegeven in bijlage 3 bij dit besluit, voor de specifieke voorjaarsmosselvisserij Waddenzee 2010, na beoordeling van de betreffende surveyresultaten, een Visplan opgesteld. 6. Het surveyrapport dient inzicht te geven in de contouren en ligging van de banken. 7. Het Visplan met de daarbij horende stukken, waaronder het in voorgaand voorschrift genoemde surveyrapport, dient door de P.O. Mosselcultuur zelf voorafgaand aan de start van de visserij, kenbaar te worden gemaakt aan de op deze vergunning voor inspraak door LNV benaderde partijen. 8. De P.O. Mosselcultuur kan besluiten tot het beleggen van een informerende bijeenkomst met de in voorgaand voorschrift genoemde partijen over de inhoud van het betreffende Visplan. Indien deze bijeenkomst haar aanleiding geeft het Visplan te wijzigen, zal de P.O. Mosselcultuur hiervan het Ministerie van LNV en bovengenoemde partijen onverwijld informeren. 9. Voorafgaand aan de vaststelling van het definitieve Visplan dient de P.O. Mosselcultuur een conceptversie daarvan minimaal 5 dagen voorafgaand aan de beoogde start van de visserij, inclusief de overlegging van de survey-gegevens, aan de regiodirecteur van de directie Regionale Zaken vestiging Noord van het ministerie van LNV of diens rechtsopvolger (hierna: de regiodirecteur Noord) voor te leggen, zulks ter controle van het hebben voldaan aan de in het opvolgend voorschrift opgenomen vereisten. 10. Het Visplan bevat tenminste een opgaaf van: a. de geplande visdagen- en tijden (de visserij mag uitsluitend bij daglicht uitgevoerd worden) incl. de specificatie van een eventuele zoekdag onder opgaaf van de registratienummers van de vaartuigen die bij dit zoeken ingezet zullen worden (maximaal 15 vaartuigen); b. de exact te bevissen gebieden c.q. banken inclusief een eenduidige aanduiding van de begrenzing van droogvallende platen (op zowel kaartbeeld als in coördinaten weergegeven); c. de ingeschatte op te vissen hoeveelheden mosselen; d. het registratienummer van elk van de schepen waarmee gevist zal worden. e. een percentageberekening in het licht van voorschrift nr Bij de in het voorgaand voorschrift benoemde eventuele zoekactiviteiten is het slechts toegestaan met 1 kor te vissen en dienen de opgeviste mosselen onmiddellijk weer overboord gezet te worden. Het is voorts niet Pagina 3 van 7

4 toegestaan om tijdens het zoeken en tussen het zoeken en de eerste opmeting op percelen te komen met de bij het zoeken betrokken vaartuigen. 12. Het is niet toegestaan te vissen binnen de Produs-onderzoeksplots en de op basis van artikel 20 van de Nb-wet 1998 voor bodemberoerende activiteiten gesloten gebieden. Dit geldt ook voor het zoeken. 13. Het is niet toegestaan droogvallende platen te bevissen; de begrenzing hiervan dient door de P.O. Mosselcultuur in het Visplan op kaartbeeld en in coördinaten aangeduid te worden. Dit geldt ook voor het zoeken. 14. Er dient een minimaal percentage van de daadwerkelijk opgeviste hoeveelheid (of een gelijkwaardig equivalent hiervan in biomassa) na de bevissing gedurende de winter volgend op de voorjaarsvisserij 2010, specifiek: tot 1 april 2011, op de percelen in de Waddenzee te resteren. Dit percentage dient berekend en vastgelegd te worden in het Visplan en dient, conform het Beleidsbesluit Zilte Oogst en de uitgangspunten in de betreffende Passende Beoordeling, minimaal 85% te bedragen. 15. Met het oog op de controle op de naleving van het voorgaand voorschrift geldt het in bijlage 4 vastgelegde meldingssysteem welke direct na beëindiging van deze voorjaarsvisserij in werking treedt. Uitsluitend verplaatsingen welke per (dan wel per fax) zijn aangemeld, mogen uitgevoerd worden. 16. Indien na de najaarsperceelsinventarisatie 2010 méér dan de gestelde minimumhoeveelheid (het onder voorschrift nr. 14 genoemde percentage van de tijdens deze visserij op de percelen op de Waddenzee gebrachte hoeveelheid mosselen) op de percelen op de Waddenzee resteert, mag desgewenst het meerdere tot dezelfde gestelde procentuele grens nog door de kwekers vanuit de Waddenzee naar de Zeeuwse percelen of de mosselveiling verplaatst worden. Ook voor deze verplaatsingen geldt het systeem als hierboven beschreven. Hiervan zal aan de P.O. Mosselcultuur door de regiodirecteur Noord schriftelijk melding worden gedaan. 17. Na elke visserijweek dient de P.O. Mosselcultuur opgave te doen van de exacte samenstelling en omvang van het daadwerkelijk opgeviste bestand in de betreffende week. Deze vangstopgave dient wekelijks, binnen 1 week na afloop van de betreffende visserijweek waarop deze betrekking heeft, aan de regiodirecteur Noord te worden verstrekt, zulks t.a.v. het Nb-wet team Noord (per s.n.m.van.dijk@minlnv.nl). 18. De (wekelijkse en/of totale) vangstgegevens kunnen aanleiding vormen tot correctie van het gestelde percentage (voorschrift nr. 14). De sector dient daartoe een eventueel herziene berekening aan te leveren bij de regiodirecteur Noord. Een evt. correctie zal schriftelijk aan de sector c.q. belanghebbenden door de regiodirecteur Noord gemeld worden. 19. Het Visplan maakt - voor zover niet strijdig met de onderhavige vergunning - integraal onderdeel uit van deze vergunning. Uitvoering 20. Alle Produs-onderzoeksplots welke buiten de betonde vaargeul zijn gelegen, dienen door of vanwege het bestuur van de P.O. Mosselcultuur met boeien of staken gemarkeerd te worden. Van deze verplichting zijn uitgezonderd de plots waar geen mosselen (meer) liggen en met zekerheid niet gevist wordt. 21. Verstoring van in het gebied aanwezige onder de Nb-wet 1998 beschermde relevante fauna in relatie tot het Natura 2000 gebied Waddenzee dient tot een minimum te worden beperkt. 22. Het is niet toegestaan om gedurende de visserij met de betrokken visserijvaartuigen met een hogere snelheid dan 20 km. per uur te varen. Pagina 4 van 7

5 23. Het moment van daadwerkelijke aanvang en beëindiging van de visserijactiviteiten als geheel dient door de P.O. Mosselcultuur uiterlijk op de bewuste dagen vóór 07:00 uur telefonisch gemeld te worden aan het ms. Phoca (tel.nr.: ). 24. Het bestuur van de P.O. Mosselcultuur informeert de regiodirecteur Noord (t.a.v. het Nb-wet team) zo spoedig mogelijk na het voordoen van eventuele (vermeende) overtredingen door één of meerdere vergunninghouders, van de bepalingen in het Visplan. Black Box en overtreding vergunningvoorschriften 25. De regiodirecteur Noord kan de P.O. Mosselcultuur schriftelijk verzoeken om uitlezing van de black-box van de tot de visserij gerechtigden, indien er aanwijzingen zijn dat er door een visser c.q. bedrijf welke het Visplan heeft ondertekend in strijd met het in deze vergunning bepaalde, is gehandeld. 26. De P.O. Mosselcultuur zal de regiodirecteur Noord onverwijld informeren over de resultaten van voorgenoemde uitlezing. 27. Bevissing buiten het in het Visplan aangeduide visgebied kan aanleiding vormen om over te gaan tot intrekking van de onderhavige vergunning. Wijzigingen/ingrijpen 28. Van opgetreden incidenten, waaronder verstaan worden alle gebeurtenissen waarbij onbedoeld schadelijke stoffen in het water geraken dan wel waardoor anderszins schade aan het Natura 2000-gebied Waddenzee kan worden toegebracht, dient onverwijld telefonisch melding te worden gedaan aan het ms. Phoca (tel.nr.: ). 29. Uitvoering van de visserijactiviteiten dient - voor zover niet strijdig met de onderhavige vergunning - geheel conform de aanvraag, de daarbij gevoegde stukken, alsmede het Visplan te geschieden. Afwijken van het hierin bepaalde is slechts mogelijk na schriftelijke voorafgaande schriftelijke toestemming van de regiodirecteur Noord. 30. Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 kunnen de voorschriften verbonden aan dit besluit worden gewijzigd indien naar het oordeel van het bevoegd gezag uit eigen waarneming of anderszins blijkt dat bevissing meetbare nadelige gevolgen voor het betrokken beschermde gebied heeft, anders dan die welke bij het nemen van dit besluit en bij de invulling van de voorschriften door het Visplan op basis van de op dat moment beschikbare informatie werd verwacht en deze effecten door het wijzigen van de voorschriften kunnen worden voorkomen of gemitigeerd. 31. Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 geldt dat, indien met betrekking tot de toepasselijke wetgeving op enig moment mocht blijken dat de vergunde visserij zodanige schade aan de kenmerken en waarden van het betrokken beschermde gebied dreigt toe te brengen dat hieraan door het geven van aanwijzingen of het stellen van aanvullende voorschriften redelijkerwijs niet kan worden tegemoet gekomen, de vergunning door of namens de regiodirecteur Noord (al dan niet gedeeltelijk) zal worden ingetrokken. 32. Alvorens tot wijziging van vergunningvoorschriften dan wel (gedeeltelijke) intrekking van de vergunning over te gaan, wordt de betrokken Visplanondertekenaar(s) alsmede de P.O. Mosselcultuur in de gelegenheid gesteld een zienswijze naar voren te brengen. 33. Alle door of namens de regiodirecteur Noord gegeven aanwijzingen dienen strikt te worden opgevolgd. Pagina 5 van 7

6 34. Het niet naleven van de voorschriften van deze vergunning kan, naast eventuele strafvervolging, intrekking van de vergunning tot gevolg hebben. Looptijd/geldigheid 35. Deze vergunning is geldig tot en met 15 juni 2010 waar het de visserij (meer specifiek: waar het de dagen c.q. visweken zoals aangeduid in het Visplan) en het uitzaaien op Waddenzee-percelen van het opgeviste bestand betreft. De vergunning heeft tevens gelding op de in het Visplan nader te benoemen dag en tijdvak voor het collectief zoeken, voorafgaand aan de daadwerkelijke visserij. 36. Voor wat betreft het garanderen van de op de Waddenzeepercelen te resteren hoeveelheid aan mosselen vanuit de onderhavig vergunde visserij en de daarmee direct samenhangende verplaatsing van het opgeviste mosselbestand vanuit de visserij c.q. vanaf percelen op de Waddenzee naar de Zeeuwse wateren c.q. de veiling, is deze vergunning geldig tot 1 april Deze geldingsduur geldt tevens voor de voorschriften nrs. 14 t/m 16, 18 t/m 19 en 29 t/m 34 en het in bijlage 4 opgenomen afvoerregistratie- en meldingssysteem. Bezwaar Tegen dit besluit staat op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht voor een belanghebbende de mogelijkheid open een bezwaarschrift in te dienen. Een dergelijk bezwaarschrift dient binnen zes weken na dagtekening van deze beschikking te worden ingediend bij: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Dienst Regelingen Afdeling Recht & Rechtsbescherming Postbus EK s Gravenhage Het bezwaar dient te zijn ondertekend en moet tenminste de volgende elementen bevatten: a) de naam en het adres van de indiener; b) de dagtekening; c) een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is, en d) de gronden van bezwaar. Het is raadzaam een kopie van dit besluit bij het bezwaarschrift te voegen. Kennisgeving Conform artikel 42, lid 3, van de Nb-wet 1998, zijn afschriften van deze vergunning verzonden aan: LNV directie Visserij (afd. Visserijregelingen), IMARES Texel, de provincie Fryslân (afd. Landelijk Gebied), de provincie Noord-Holland, de gemeenten Texel, Wieringen, Den Helder, Wûnseradiel, het Bildt, Harlingen, Franekeradeel, Vlieland en Terschelling, RWS Waterdistrict Waddenzee, Vogelbescherming Nederland, Waddenvereniging, Stichting WAD, Faunabescherming, het ms. Phoca, het ms. Stormvogel, de K.L.P.D. te Harlingen en de A.I.D. Groendesk te De Meern. Pagina 6 van 7

7 Publicatie besluit Op grond van artikel 42, lid 3, van de Nb-wet 1998 en artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur zal het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit onderhavig besluit openbaar maken. De besluiten op grond van de Nb-wet 1998, waaronder onderhavige, zullen, onder anonimisering van de persoonsgegevens, geplaatst worden op DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, G. Verburg Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Inhoudelijke overwegingen Passende Beoordeling Lijst met vissers c.q. visserijbedrijven Meldingssysteem Pagina 7 van 7