Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Transcriptie

1 > Retouradres Postbus HC Eindhoven Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur Postbus AC YERSEKE Keizersgracht HB Eindhoven Postbus HC Eindhoven T F Betreft Vergunning Natuurbeschermingswet 1998; mosselzaadvisserij Voordelta Bijlagen 4 Geachte heer Van Geesbergen, Bij brief van 16 december 2009 verzoekt u mij om een vergunning op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna: Nb-wet 1998) aan u te verlenen teneinde ton mosselzaad in de Voordelta op te vissen. Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd. Bevoegdheid tot vergunningverlening Op 30 november 2005 is het Besluit vergunningen Nb-wet 1998 (hierna: het Besluit) (Staatsblad 2005, nr. 594) in werking getreden. De in dit Besluit specifiek opgesomde activiteiten worden aangemerkt als handelingen als bedoeld in artikel 16, lid 6, van de Nb-wet 1998 en projecten of andere handelingen of categorieën van gebieden als bedoeld in artikel 19d, lid 4, van de Nb-wet Voor deze specifieke activiteiten geldt de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (hierna: LNV) als, in deze, bevoegd gezag. De voorgenomen bevissing valt onder artikel 2, sub l, van dit Besluit: uitoefening van niet-handmatige schaal- en schelpdiervisserij, het invangen van mosselzaad, schelpdiercultures en het uitzetten van mosselen daaronder begrepen. Hiermee is de minister van LNV bevoegd om te besluiten op uw aanvraag. Gelet op het mandaatbesluit van 8 mei 2006 (kenmerk nr. TRCJZ/2006/775) zijn de regiodirecteur en MT-leden van de directie Regionale Zaken vestiging Zuid van het ministerie van LNV onder meer Pagina 1 van 5

2 gemachtigd om namens mij te beslissen en stukken te ondertekenen betreffende een besluit als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Nb-wet Besluit Ik ben van oordeel dat met de door u aangeleverde passende beoordeling als bedoeld in artikel 19f van de Nb-wet 1998, de zekerheid is verkregen dat de aangevraagde bevissing, gelet op de relevante instandhoudingsdoelstellingen, geen significante aantasting van de wezenlijke kenmerken van het betrokken Natura 2000-gebied Voordelta met zich mee zal brengen. Ten aanzien van de negatieve, maar niet significante, effecten ben ik van oordeel dat deze, nadrukkelijk rekening houdend met de door mij specifiek hiertoe geformuleerde vergunningvoorschriften, aanvaardbaar zijn vanuit het door mij vastgestelde beleid met betrekking tot de schelpdiervisserij in de Voordelta. Deze conclusie geldt nadrukkelijk vanuit de door mij specifiek hiertoe geformuleerde vergunningvoorschriften. Gelet op vorenstaande verleen ik u de gevraagde vergunning. Voor een weergave van de inhoud van de aanvraag, de relevante wet- en regelgeving alsmede het toepasselijk beleid verwijs ik naar bijlage 1 van dit besluit. In dezelfde bijlage treft u voorts mijn inhoudelijke overwegingen aan. Bijlage 2 bevat de door u aangeleverde passende beoordeling. De diverse bijlagen maken integraal onderdeel van dit besluit uit. Voorschriften en beperkingen Ter bescherming van de in het Natura 2000-gebied Voordelta aanwezige natuurlijke kenmerken en (kwalificerende) waarden verbind ik aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen: 1. Deze vergunning wordt op naam gesteld van de tot de mosselzaadvisserij gerechtigde vissers c.q. visserijbedrijven, die het Reglement Mosselvisserij 1998 hebben ondertekend, voor het bevissen van de aangeduide locatie in de Voordelta, zulks volgens de bij deze vergunning gevoegde lijst (bijlage 4). 2. De vergunning geldt slechts voor de in de passende beoordeling aangeduide vislocatie in de Voordelta, waar uitsluitend op mosselzaad gevist mag worden. 3. De voorschriften en beperkingen als opgenomen in het Reglement Mosselvisserij 1998 en (eventuele) aanvullingen daarop, maken - voor zover niet strijdig met deze vergunning - deel uit van de vergunning. 4. De visserij dient overeenkomstig de betreffende aanvraag en de, als bijlage bij dit besluit gevoegde passende beoordeling voor zover niet strijdig met onderhavige vergunning, te worden uitgevoerd. Pagina 2 van 5

3 5. Tot de visserij gerechtigde vissers c.q. visserijbedrijven dienen tijdens de visserij-activiteiten een afschrift van deze vergunning aan boord te hebben c.q. te kunnen tonen aan de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. 6. De vaartuigen dienen te beschikken over operationele volgapparatuur ten behoeve van de handhaving, zoals bedoeld wordt in het beheerplan Voordelta. 7. Het is niet toegestaan droogvallende platen te bevissen; uitgezonderd van de visserij zijn derhalve alle op de meest recente Hydrografische kaarten groen gekleurde gebieden; dit zijn de gebieden die boven het reductievlak (LAT) liggen (zie: De begrenzing van deze gebieden, wordt gevormd door de lijn die de scheiding aangeeft tussen de in groen en blauw of wit aangegeven gebieden op deze kaarten en niet door de werkelijke situatie ter plaatse. 8. Het is niet toegestaan te vissen in de rustgebieden zoals deze worden aangegeven in het beheerplan Voordelta. 9. Verstoring van in het gebied aanwezige fauna dient tot een minimum te worden beperkt. Rustende zeehonden en vogels mogen niet dichter dan tot op een afstand van m., respectievelijk 500 m. worden genaderd. 10. Het is niet toegestaan om gedurende de visserij met de betrokken visserijvaartuigen met een hogere snelheid dan 20 kilometer per uur te varen. 11. Van opgetreden incidenten, waaronder verstaan worden alle gebeurtenissen waarbij onbedoeld schadelijke stoffen in het water geraken, dan wel waardoor anderszins schade aan het betrokken beschermde gebied kan worden toegebracht, dient onverwijld melding te worden gedaan aan de regiodirecteur van Directie Regionale Zaken vestiging Zuid van het Ministerie van LNV of diens rechtsopvolger (hierna: de regiodirecteur), onder overlegging van alle relevante gegevens. 12. De regiodirecteur kan het bestuur van de vereniging Producentenorganisatie van de Nederlandse Mosselcultuur schriftelijk verzoeken om uitlezing van de black-box, indien er aanwijzingen zijn dat door een vergunninghouder als bedoeld in voorschrift 1 in strijd met het in deze vergunning bepaalde is gehandeld. 13. Het onder voorschrift nr. 12 genoemde bestuur zal de regiodirecteur onverwijld informeren over de resultaten van voornoemde uitlezing. 14. Alle door of namens de regiodirecteur of diens rechtsopvolger gegeven aanwijzingen dienen onverwijld te worden opgevolgd. 15. Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 kunnen de voorschriften verbonden aan dit besluit worden gewijzigd indien naar het oordeel van het bevoegd gezag uit eigen waarneming of anderszins blijkt dat de effecten van de bevissing nadelige gevolgen voor het betrokken beschermde gebied heeft, andere dan die welke bij het nemen van dit besluit op basis van de op dat moment beschikbare informatie werd verwacht. Pagina 3 van 5

4 16. Onverlet artikel 43, lid 2, van de Nb-wet 1998 geldt dat, indien met betrekking tot de toepasselijke wetgeving op enig moment mocht blijken dat de bevissing zodanige schade aan de kenmerken en waarden van de betrokken beschermde gebieden dreigt toe te brengen dat hieraan door het geven van aanwijzingen of het stellen van aanvullende voorschriften redelijkerwijs niet kan worden tegemoet gekomen, de vergunning door of namens mij zal worden ingetrokken. 17. Het niet naleven van de voorschriften van deze vergunning kan, naast eventuele strafvervolging, intrekking van de vergunning tot gevolg hebben. 18. Alvorens tot wijziging van vergunningvoorschriften dan wel intrekking van de vergunning over te gaan, wordt de houder van deze vergunning in de gelegenheid gesteld haar zienswijze naar voren te brengen. 19. Deze vergunning is geldig tot 31 december Bezwaar Tegen dit besluit staat op grond van het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht voor een belanghebbende de mogelijkheid open een bezwaarschrift in te dienen. Een dergelijk bezwaarschrift dient binnen zes weken na verzending van deze beschikking te worden ingediend bij: De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Dienst Regelingen Afdeling Recht & Rechtsbescherming Postbus EK s Gravenhage Het bezwaar dient te zijn ondertekend en moet tenminste de volgende elementen bevatten: a) de naam en het adres van de indiener; b) de dagtekening; c) een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is, en d) de gronden van bezwaar. Het is raadzaam een kopie van dit besluit bij het bezwaarschrift te voegen. Kennisgeving Conform artikel 42, lid 3, van de Nb-wet 1998 zijn afschriften van deze vergunning verzonden aan: LNV directie AKV t.a.v. de afdeling VIR en t.a.v. m.s. de Kokhaan, LNV directie NLP, LNV vestiging Noord, provincie Zeeland en Zuid-Holland, de gemeente Goedereede, gemeente Westvoorne, gemeente Hellevoetsluis, Rijkswaterstaat Zeeland en Zuid-Holland, Ministerie van Verkeer en Waterstaat directie Noordzee, Bestuurlijk Overleg Voordelta, de Zeeuwse Milieufederatie, de Zuidhollandse Milieufederatie, Stichting de Noordzee, Pagina 4 van 5

5 Het Zuidhollands Landschap, Vogelbescherming Nederland, Faunabescherming en de A.I.D. Groendesk te De Meern. Op grond van artikel 42, lid 3, van de Nb-wet 1998 en artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur zal het ministerie van LNV onderhavig besluit openbaar maken. De besluiten op grond van de Nb-wet 1998, waaronder onderhavige, zullen, onder anonimisering van de persoonsgegevens, geplaatst worden op DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT, voor deze; DE REGIODIRECTEUR ZUID, drs. J. Gosse Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Inhoudelijke overwegingen Passende beoordeling Survey-resultaten Lijst met gerechtigde vissers c.q. visserijbedrijven Pagina 5 van 5