komen voor 2005 de volgende prestatieafspraken op het gebied van de volkshuisvesting overeen.

Transcriptie

1 Prestatieafspraken Drechtsteden 2005 Afspraken op het gebied van de volkshuisvesting tussen de gemeenten en de woningcorporaties in de Regio Drechtsteden Partijen 1. Het Drechtstedenbestuur, handelend namens de deelnemende gemeenten in de Regio Drechtsteden, hierbij vertegenwoordigd door dhr. C. Sas, hierna genoemd de gemeenten. en 2. De Vereniging van Woningcorporaties Zuid-Holland Zuid, handelend namens de bij de Kamer Drechtsteden aangesloten woningcorporaties, hierbij vertegenwoordigd door dhr. C.A. Oskam, hierna genoemd de corporaties. komen voor 2005 de volgende prestatieafspraken op het gebied van de volkshuisvesting overeen. 1. Uitgangspunten Bij deze prestatieafspraken staan de volgende uitgangspunten centraal: 1.1 Gemeenten en corporaties zijn elkaars belangrijkste partner in de volkshuisvesting. Partijen onderhouden niet alleen een duurzame relatie vanwege wettelijke regels, maar vooral vanwege de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de volkshuisvesting. Samen zien zij zich gesteld voor omvangrijke opgaven op het gebied van wonen en woonomgeving. De gezamenlijke beleid- en uitvoeringsdoelstellingen liggen vast in de Prestatieafspraken Lange Termijn. 1.2 Deze prestatieafspraken hebben ten doel een praktische afstemming te bewerkstelligen tussen de activiteitenplannen van de corporaties en de uitvoeringsaspecten van het regionale woonbeleid. Uitgangspunt is om deze prestatieafspraken zo kort en bondig mogelijk te houden. Afspraken die in een ander verband zijn, of worden gemaakt, worden in beginsel niet herhaald. 1.3 In deze prestatieafspraken worden regionale afspraken waar mogelijk en wenselijk vertaald naar individuele bijdragen van de afzonderlijke gemeenten en corporaties. 1.4 Deze regionaal vastgestelde afspraken worden in alle betrokken gemeenten overgenomen en per gemeente door de gemeente en de daar werkzame corporaties ondertekend. 1.5 Deze afspraken worden naar behoefte aangevuld met afspraken tussen gemeente en corporatie(s) op lokaal niveau. 2. Definities en begrippen Centraal in de Prestatieafspraken Lange Termijn staat de ontwikkeling van de voorraad. Het is van belang dat de partijen in de regio dezelfde definities en prijsgrenzen voor de voorraad en de doelgroep van beleid hanteren. Voor 2005 gelden de volgende definities en grenzen: G:\beleidsvelden\wonen en sted vernieuwing\vergaderingen\na Dsb punten wsv\2005\dsb Jaarplan\PAKT afspraken 2005.doc

2 2.1 Kernvoorraad Onder de kernvoorraad vallen zowel huur- als koopwoningen. 1. Tot de kernhuurvoorraad worden gerekend de huurwoningen waarvan het huurniveau niet uitkomt boven het bedrag genoemd in artikel 20, lid 2, sub b van de Huursubsidiewet (voor het subsidietijdvak ,92 per maand). 2. Onder een sociale huurwoning wordt verstaan een huurwoning met een huurprijs als genoemd onder 1, die in beheer is bij een woningcorporatie. 3. Onder een sociale koopwoning wordt verstaan een koopwoning waarvan de kosten van het verkrijgen in eigendom maximaal ,- vrij op naam bedragen. 4. Een ouderenwoning is een woning die voldoet aan de criteria genoemd in hoofdstuk 2 van de notitie Uitvoering afspraken en actiepunten Wonen voor ouderen in de Drechtsteden. 2.2 Huurprijsgrenzen Voor de onderverdeling van de huurvoorraad in de categorieën goedkoop, betaalbaar en duur baseren partijen zich op de grenzen genoemd in artikel 20 van de Huursubsidiewet: Huurprijsgrens Tijdvak Goedkoop Tot 325,91 Betaalbaar 325,91-499,92 Duur Hoger dan 499, Primaire doelgroep De doelgroep van beleid wordt gevormd door de huishoudens van wie het inkomen of vermogen niet uitkomt boven de bedragen genoemd in de artikelen 14 en 15 van de Huursubsidiewet: Maximaal rekeninkomen Tijdvak Vermogen Alleenstaand Meerpersoons Alleenstaand Meerpersoons Ontwikkeling van de voorraad 3.1 Sociale nieuwbouw in 2005 De corporaties leveren in 2005 volgens eigen opgave de volgende projecten op: Alblasserdam Drentsebuurt 20 koopwoningen 23 huurwoningen Alblastoren 36 huurappartementen Blokmakersstraat 10 huurwoningen Dordrecht Groenmarkt KVK 7 woningen (bijz. doelgroep) Polderwiel 72 huurwoningen H.I. Ambacht De Volgerlanden huurwoningen 19 koopwoningen De Volgerlanden huurwoningen 14 koopwoningen De Volgerlanden huurwoningen 33 koopwoningen Papendrecht Oostpolder 20 huurappartementen 16 huurwoningen Pagina 2

3 3.2 Bouwaanvragen sociale sector De corporaties vragen in 2005 volgens eigen opgave voor de volgende projecten een bouwvergunning aan: Alblasserdam Cortgene 20 huurappartementen 11 huurappartementen (vs) Kinderdijk 27 huurwoningen Groene Zoom 24 huurappartementen Dordrecht Schippersblok 10 huurwoningen 13 koopwoningen Leeuwstraat 25 koopwoningen (woongroep) Damstraat 24 huurwoningen H.I. Ambacht Oostendam 80 huurwoningen De Volgerlanden huurwoningen De Volgerlanden huurwoningen 29 koopwoningen De Volgerlanden ) 20 huurwoningen 25 koopwoningen De Volgerlanden ) 65 huurwoningen 31 koopwoningen Papendrecht Oostpolder 36 huurwoningen 21 huurappartementen 20 huurappartementen (vs) 21 koopwoningen Sliedrecht Westerstraat 32 huurwoningen Zuiderzeestraat 51 huurwoningen De Grote Rivieren 30 woonunits (behandeling) 1) Deze projecten kampen buiten schuld van de corporaties met vertraging door wettelijke eisen op het gebied van geluidhinder 3.3 Onttrekkingen in 2005 De corporaties onttrekken volgens eigen opgave in 2005 door sloop de volgende complexen aan de voorraad sociale huurwoningen: Alblasserdam Kinderdijk 117 huurwoningen Groene Zoom 36 huurappartementen Baandersstraat/ 36 huurwoningen Weversstraat Dordrecht Oud Krispijn Zuid huurwoningen Zeehavenbuurt 137 huurwoningen Callenburgstraat 40 huurwoningen Damstraat. huurwoningen (aantal n.n.b.) Pagina 3

4 3.4 Besteding BWS-reserves De Regio Drechtsteden beschikt nog over een beperkt budget aan BWS-reserves vanuit vrijgevallen subsidies en rentebijschrijvingen. De verdeling van het budget is in 2004 al afgesproken. Een drietal projecten kon in dat jaar niet op tijd worden ingediend. Deze projecten komen in 2005 alsnog voor subsidie in aanmerking: - 8 woonwagenstandplaatsen Staalindustrieweg, Alblasserdam , woonwagenstandplaatsen Brands Buysstraat, Dordrecht , ouderenwoningen Oostendam, Hendrik Ido Ambacht ,-- Als voorwaarde geldt dat de projecten voor 1 september 2005 zijn ingediend en dat de huurprijs van de woningen maximaal 499,92 per maand mag bedragen. 3.5 Grondprijzen sociale sector De gemeenten brengen in 2005 voor sociale huur- en sociale koopwoningen maximaal een grondprijs van ,- in rekening Bij het bepalen van de grondkosten voor gestapelde bouw (sociale huur en sociale koop) houden de gemeenten rekening met een stapelingsfactor van 0,9 voor twee woonlagen, 0,8 voor drie woonlagen en 0,75 voor vier woonlagen. Voor vijf en meer woonlagen geldt een lagere stapelingsfactor, lokaal af te spreken Partijen kunnen bij sociale huurwoningen per locatie de hoogte van de te berekenen grondkosten in relatie brengen tot de hoogte van de aanvangshuur, met inachtneming van het maximum genoemd onder De gemeenten hanteren voor de jaarlijkse indexering van de grondkosten het percentage waarmee de huursubsidiegrenzen worden aangepast. 3.6 Vrijstelling leges bouwvergunning De gemeenten heffen geen leges voor bouwvergunningen die betrekking hebben op door de corporaties te verhuren sociale huurwoningen, voor zover die woningen: 1. Een huurniveau hebben dat niet uitkomt boven het bedrag genoemd in artikel 20, lid 2, sub b van de Huursubsidiewet (de aftoppingsgrens voor huishoudens vanaf 3 personen). 2. Volgens een verklaring van de desbetreffende corporatie minstens 10 jaar voor verhuur beschikbaar blijven. 3. Zijn opgenomen in het jaarlijks vast te stellen programma sociale huurwoningen in de periode 2004 tot Woonruimteverdeling 4.1 Taakverdeling en verdeelsysteem In de overeenkomsten op het gebied van de woonruimteverdeling die de gemeenten en de woningcorporaties in de Regio Drechtsteden met ingang van 1 maart 2005 hebben gesloten, is onder meer het volgende afgesproken: - De corporaties verdelen hun voor verhuur vrijkomende woonruimten met inachtneming van de in de overeenkomst neergelegde, of nader tussen partijen te maken afspraken en verrichten daartoe alle uitvoerende taken. - De gemeenten stellen de kaders vast voor het te voeren woonruimteverdelingbeleid en beperken hun praktische bemoeienis met de woonruimteverdeling tot de woningzoekenden die een beroep doen op de voorrangsregeling, voor zover daarvoor geen aparte overeenkomst is gesloten. - De corporaties die zijn aangesloten bij de Stichting Woonkeus Drechtsteden verdelen hun woonruimten op basis van een regionaal aanbodsysteem: partijen kunnen een nadere, schriftelijk vast te leggen invulling van het verdeelsysteem overeenkomen. Pagina 4

5 - De Stichting Woondrecht verdeelt haar woonruimten op basis van een optiesysteem, het zogenoemde POL-model: partijen kunnen een nadere, schriftelijk vast te leggen invulling van het verdeelsysteem overeenkomen. - Partijen evalueren de op het gebied van de woonruimteverdeling geleverde prestaties ieder jaar kort en een keer per drie jaar uitgebreid. - Partijen geven eind 2005 een onafhankelijke instantie opdracht voor de evaluatie van de woonruimteverdeelsystemen van zowel de Stichting Woonkeus Drechtsteden als de Stichting Woondrecht over de jaren 2004 en Uitvoering woonruimteverdeling De corporaties baseren zich bij de uitvoering van hun taken op het gebied van de woonruimteverdeling op de jaarlijks door de directies, verenigd in de Raad van Toezicht van de Stichting Woonkeus Drechtsteden, vast te stellen Richtlijnen Uitvoering Woonruimteverdeling. Voorafgaand aan de vaststelling van de uitvoeringsrichtlijnen voert het bestuur van de Stichting Woonkeus Drechtsteden overleg met het bestuur van Stichting Woonwens over de te behalen prestaties, teneinde zoveel mogelijk met elkaar tot overeenstemming te komen. Indien de besturen het niet op alle punten over de uitvoeringsrichtlijnen eens kunnen worden, neemt de Raad van Toezicht van Stichting Woonkeus Drechtsteden daar kennis van en voert zij eventueel nader overleg met betrokken partijen. 4.3 Voorrangsregeling Partijen geven in 2005 uitwerking aan het beleid dat is vastgelegd in de nota Beleid voorrang bij woningtoewijzing in de Drechtsteden, ieder voor zover het de eigen verantwoordelijkheid betreft. De corporaties richten een regionaal afstemmingsplatform op voor de toewijzing aan woningzoekenden met een voorrangsverklaring. De gemeenten stellen een nieuwe voorrangscommissie in, die de colleges van burgemeester en wethouders van de Drechtstedengemeenten gaat adviseren over het al dan niet toekennen van voorrangsverklaringen. De bevoegdheid om te beslissen op aanvragen om een voorrangsverklaring is voorbehouden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar de aanvraag is ingediend. Partijen werken bij de uitvoering van de voorrangsregeling volgens dezelfde, in gezamenlijk overleg te ontwikkelen procedures, protocollen en criteria. 4.4 Voorrang in het kader van herstructurering De bewoners van de volgende woningen, die volgens opgave van de desbetreffende corporatie in verband met herstructurering aan de voorraad sociale huurwoningen zullen worden onttrokken, kunnen in 2005 in aanmerking worden gebracht voor een voorrangsverklaring als bedoeld in onderdeel 6 van de in de Regio Drechtsteden geldende Beleidsregels voorrangsregeling woonruimteverdeling : Alblasserdam Westwaard Wonen: Kinderdijk Groene zoom Van Eesterensingel Scheldehof 30 huishoudens 36 huishoudens 18 huishoudens 36 huishoudens Pagina 5

6 Dordrecht Woondrecht: Bloys van Treslongstraat 2 t/m 64 Frans Naereboutstraat 2 t/m 128 Van den Kloosterstraat 14 t/m 92 Anjelierstraat 2 t/m 40 Nassauweg 16 t/m 122 Johan Willem Frisostraat 41 t/m 75 Anna Paulownastraat 42 t/m 46 Torenstraat 6 t/m 66 Krispijn Wonen Tussen de Jacob Marisstraat en de Willem Marisstraat worden eind 2005 / begin woningen gesloopt. Circa 85 zittende huurders komen in aanmerking voor uitverhuizing met gebruikmaking van een voorrangsverklaring. Bewoners met een tijdelijk huurcontract en een speciale (verlaagde) huurprijs en/of ad hoc komen niet in aanmerking voor een voorrangsverklaring. Hendrik-Ido-Ambacht Algemeen Belang: Oostendam 145 huishoudens Papendrecht Geen Sliedrecht Tablis: Ruysdaelstraat 1 t/m 40 (alle nummers) Zwijndrecht Interstede: Forta: Progrez: geen geen geen 4.5 Huisvesting van verblijfsgerechtigden De corporaties huisvesten degenen die beschikken over een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd (VBT-A), voor zover de voorrangsverklaring past binnen en meetelt voor de lokale taakstelling die de afzonderlijke gemeenten is opgelegd. 4.6 Huursubsidie 1. De corporaties mogen woningen tot een huurniveau als genoemd in artikel 20, lid 2, sub b van de Huursubsidiewet (de aftoppingsgrens voor huishoudens van 3 of meer personen) toewijzen met gebruikmaking van de huursubsidieregeling. 2. De gemeenten adviseren het ministerie van VROM positief over huursubsidieaanvragen boven de in 1 genoemde grens voor: a. woningzoekenden van 65 jaar of ouder die een als ouderenwoning gelabelde woning willen huren; b. mensen met een handicap die op een aangepaste woning zijn aangewezen; c. huishoudens die uit 6 of meer personen bestaan. 3. De corporaties streven ernaar om hun woningen zodanig toe te wijzen dat maximaal 4% van de huursubsidietoekenningen aan verhuizende huurders betrekking heeft op woningen met een huur boven de in 1 genoemde grens. Pagina 6

7 4.7 Afwijking van passendheidscriteria Op grond van artikel van de Huisvestingsverordening kan het college van burgemeester en wethouders voor door hen aan te wijzen groepen woningen of woningcomplexen afwijken van het huur-inkomencriterium in artikel 2.2.3, lid c van de Huisvestingsverordening. Dit houdt in dat bij de publicatie van vrijkomende woningen in deze complexen andere financiële passendheidcriteria kunnen worden gesteld als dit in het belang is van de leefbaarheid en/of de doorstroming. Een corporatie die afwijkende criteria wil hanteren voor een bepaald complex, legt het voorstel daartoe om advies voor aan de Projectgroep Woonkeus. Na verkregen positief advies van de projectgroep, richt de desbetreffende corporatie een schriftelijk, gemotiveerd verzoek aan de gemeente waarin het complex is gelegen, onder vermelding van het advies van de Projectgroep Woonkeus. Het besluit van de gemeente om afwijkende criteria te mogen hanteren, wordt na bekrachtiging door de Raad van Toezicht van Stichting Woonkeus Drechtsteden opgenomen in de in 4.2 genoemde Richtlijnen Uitvoering Woonruimteverdeling. 5. Kwaliteit van de woningvoorraad 1. De gemeenten hanteren bij de toetsing van nieuwbouwplannen het pakket Kwaliteitseisen Nieuwbouwwoningen Drechtsteden. Dit pakket toetst nieuwe woningen en de directe woonomgeving op toegankelijkheid, veiligheid en aanpasbaarheid. 2. Partijen hanteren de Checklist Duurzaam Bouwen bij de toetsing van duurzaamheid van nieuwbouwplannen op ambitieniveau B. 3. Partijen hanteren de regionale Checklist Duurzaam Renoveren bij de toetsing van de duurzaamheid van verbeterplannen. 6. Informatie-uitwisseling en overlegstructuren 6.1 Overleg 1. Partijen organiseren voor informatie en afstemming het benodigde overleg met elkaar. 2. De corporaties vaardigen een bestuurlijke vertegenwoordiging af in de Bestuurlijke Commissie Wonen en Stedelijke Vernieuwing Drechtsteden en zijn vertegenwoordigd in de Ambtelijke Adviesgroep Wonen Drechtsteden. 6.2 Monitoring Voor monitoring van de afspraken sluiten partijen aan bij wat hierover is afgesproken in de Prestatieafspraken Lange Termijn Drechtsteden. 6.3 Beleidscyclus 1. Partijen evalueren jaarlijks de regionale Prestatieafspraken Korte Termijn. 2. De gemeente en de corporatie(s) die op lokaal niveau aanvullende afspraken hebben gemaakt als genoemd onder 1.5 evalueren die jaarlijks. 3. Gemeenten stellen jaarlijks het Regionale Jaarplan Wonen Drechtsteden op. Het jaarplan vormt de onderlegger voor de door de corporaties op te stellen beleidsplannen en activiteitenplannen voor het volgende jaar. 4. De onder 2 genoemde plannen vormen de basis voor de prestatieafspraken op het gebied van de volkshuisvesting die voor het volgende jaar gemaakt worden. Pagina 7

8 7. Slotbepalingen Deze prestatieafspraken gelden van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2005 en kunnen op verzoek van een van de partijen, als gevolg van wijziging van regelgeving en/of als gevolg van gewijzigde inzichten, tussentijds worden aangepast. Aldus overeengekomen te Dordrecht op 15 juni 2005 Namens de Vereniging voor Woningcorporaties Zuid-Holland Zuid, kamer Drechtsteden: Dhr. C.A. Oskam Namens het Drechtstedenbestuur: Dhr. C. Sas Pagina 8