Deel 1 overlegvergadering

Transcriptie

1 GMR-SO dinsdag 16 april 2013 Locatie: Fornhese Deel 1 overlegvergadering 1. Opening/Mededelingen PLANNING: 1. Woensdag 22 mei: vooroverleg 2. Dinsdag 28 mei: GMR MEDEDELINGEN: 1. Op maandag 15 april is bekend gemaakt dat de directeur Speciaal Onderwijs door het CvB uit zijn functie is ontheven. Hij wordt voorlopig vervangen door een interimdirecteur mei is de eerste bijeenkomst van de gezamenlijke auditcommissie. Onderwerpen: Jaarrekening en Bestuursverslag mei gaan de leden van de gezamenlijke auditcommissie de cursus Inkomsten en uitgaven, de basis van het schoolbeleid van de AOb volgen. De cursus wordt verzorgd door Arnold van Horssen en wordt gegeven op De Borgwal. 4. Actieve DMR en: Maarsbergen, Fornhese, Rietschans, Eikenstein, Lindenhorst Contactpersonen aangemeld: Maarsbergen, Fornhese, Rietschans, Eikenstein, Lindenhorst Mulock 2000: 1 aangemelde ouder en twee leerkrachten, maar de raad is nog niet bij elkaar geweest 5. De GMR-VO heeft besloten een commissie voor de Samenwerkingsverbanden/Passend Onderwijs in te stellen. De GMR-SO wil op dit moment geen gezamenlijke commissie instellen, maar gaat zich naar het voorbeeld van Friesland en op advies van het Steunpunt verdiepen in het oprichten van een Werkgroep Samenwerkingsverbanden. 2. Notulen 12 februari Opmerking PGMR over pagina 6: De veiligheidsmonitor is niet zo anoniem als hij wordt voorgesteld. Een personeelslid is er persoonlijk op gewezen dat hij hem nog niet had ingevuld. De notulen zijn vastgesteld. 3. Communicatie tussen de locaties Het ATC, Mulock 2000 (en Fornhese en Huizen) werken in verband met stages en de AKAopleiding veel samen. De communicatie hierover verloopt niet goed, waardoor onduidelijkheden ontstaan en dingen worden gecommuniceerd aan personeel, ouders en leerlingen waar nog geen overeenstemming over is bereikt door de verschillende locaties. Er zijn op managementniveau afspraken gemaakt en de coaches van het ATC hebben een mededelingenblad ontvangen, maar er heerst veel onduidelijkheid en er zijn afspraken secretariaat.gmr.so@gmail.com 1

2 gemaakt die niet nagekomen kunnen worden. Hierdoor staan de docenten zwaar onder druk, en dit is een verontrustende ontwikkeling. Een gevolg van de onduidelijke communicatie is dat het vormgeven van het proces enorm is vertraagd. Het probleem is dat leerlingen die vroeger een jaar de tijd hadden voor hun opleiding en het samenstellen van hun portfolio dat nu ineens binnen twee maanden moeten doen, wat zowel voor leerlingen als coaches een onhaalbare taak is. Behalve de tijdsdruk worden de leerlingen bovendien begeleid door coaches die dit werk nog nooit eerder hebben gedaan, wat bijkomende problemen oplevert. Het personeel weet niet meer waar het aan toe is en niemand neemt verantwoordelijkheid voor de werkgroep die dit probleem moest oplossen. Op managementniveau staan mensen lijnrecht tegenover elkaar en er is geen goede, eenduidige communicatie tussen leidinggevenden, en tussen leidinggevenden en personeel. Er is onenigheid tussen leidinggevenden en coaches. Wie moet waar en op welke manier onderwijs vormgeven? Een van de grote zorgen is dat het competentiepaspoort niet in twee maanden kan worden opgesteld en dat leerlingen aansluiting met het vervolgonderwijs missen, waardoor het vervolgonderwijs als dit niet wordt verbeterd straks geen leerlingen meer zal willen aannemen. Een tweede zorg is dat de opleiding een opleiding op papier wordt en dat er straks geen sprake meer is van kwaliteit. Een derde zorg is de werkdruk voor leerlingen en leerkrachten. Het document over dit onderwerp kan op deze manier niet op een verantwoorde wijze naar inspectie. De gemaakte beleidswijziging is niet goed doorgedacht en er moet dringend (vóór de meivakantie) een bovenschoolse beslissing worden genomen over hoe we nu verder moeten. Een voorgestelde oplossing is dat klanten/leerlingen/ouders wordt verteld dat de gedane belofte helaas niet haalbaar is en dat een aantal kinderen dit jaar zijn/haar diploma niet zal gaan behalen. 4. Voorlichting samenwerkingsverbanden Inleiding: De Onderwijsgroep Amersfoort wijkt qua samenstelling (VO, SO en VSO) af van de gemiddelde standaard en is misschien wel uniek in Nederland. De OA heeft te maken met 5 verschillende samenwerkingsverbanden. Per locatie en op leerlingniveau (bekeken van waar leerlingen wonen) hebben sommige vestigingen zelfs met meer dan 10 samenwerkingsverbanden te maken. Presentatie Steunpunt: De presentatie wordt kosteloos verzorgd door het Steunpunt Medezeggenschap Passend Onderwijs. Het steunpunt is een landelijke organisatie die bestaat uit ouder-, leerlingenorganisaties en vakbonden en die tot doel heeft het werkveld te informeren, begeleiden en adviseren. Het steunpunt wordt gefinancierd door OCW. Doel van het steunpunt is het bevorderen van de medezeggenschap binnen het passend onderwijs. De medezeggenschapsraad van een samenwerkingsverband heet een ondersteuningsplanraad (opr) en heeft als taak in te stemmen met het ondersteuningsplan van het swv. Elke locatie moet een ondersteuningsprofiel hebben, waarin wordt beschreven welke basissteun er wordt gegeven en wat er aan extra zorg wordt geboden. De MR van een school (of deelraad) heeft adviesrecht op het ondersteuningsprofiel. In de wet staat dat de MR adviesrecht heeft, maar het is logisch om per deelraad een adviesaanvraag te doen. Dit is een omissie in de wet en een van de vele onduidelijkheden die er in de wet nog zijn en die door de bestuurders van de swv en moeten worden opgelost. Dit is een ingewikkelde taak die veel vragen met zich meebrengt. Missers en omissies in de wet worden hersteld in de variawet. De opr heeft adviesrecht op het ondersteuningsplan. Adviesrecht (D)MR: ondersteuningprofiel per locatie Adviesrecht OPR: ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband Variawet: herstel van missers in de wet secretariaat.gmr.so@gmail.com 2

3 De samenwerkingsverbanden van het VO bestonden al, die van het VSO komen daar nu bij. In totaal zijn er 75 samenwerkingsverbanden voor het VO en 75 voor het PO. Cluster 1 en 2 onderwijs (doven, blinden en spraaktaalproblemen) blijft landelijk geregeld en valt niet onder de swv en. Het SO moet met een uitstroomprofiel voldoen aan de kwaliteitswet, dat staat beschreven in het ontwikkelingsperspectiefplan van elke leerling. Een ondersteuningsplan heeft een maximale geldigheidsduur van 4 jaar Alle samenwerkingsverbanden mogen hun eigen rechtsvorm kiezen: een Stichting (2602), Vereniging of Coöperatieve Vereniging. Als je voor een stichting kiest, moet er ook een Raad van Toezicht zijn. Wet VO: de opr doet bindende voordracht voor een lid van de RvT Tijdens de oprichting van de swv en wordt nagedacht over hoe je een swv gaat managen, of er bijvoorbeeld een directeur of een bestuurder komt. Doel van Passend Onderwijs is dat je als ouder straks binnen je eigen regio een aanbod krijgt voor álle vormen van onderwijs, maar dat betekent niet dat je als ouder binnen je eigen regio moet kiezen. Je mag je kind aanmelden op elke school naar keuze, ook buiten de regio (maar de kans is groot dat je buiten de regio bijvoorbeeld dan wel zelf voor het vervoer moet betalen). Een school mag bepalen of ze een aangemelde leerling de benodigde zorg kan bieden, of er extra ondersteuning nodig is, of er een goede plaats is binnen het swv, etc. Het swv geeft de indicatie voor speciaal onderwijs af, die is gebaseerd op criteria van dat swv (de landelijke REC s worden opgeheven). Als swv moet je alle vormen van onderwijs aanbieden, en het schoolbestuur is verantwoordelijk voor een passende plek voor zijn leerlingen. Als je leerlingen aanneemt, houdt je als bestuur de zorg, ook als er eventuele vervolgzorg nodig is. Binnen elk swv moet sprake zijn van dekkende zorg. In veel swv en is nu nog sprake van witte vlekken, die moeten worden ingevuld. Bij de verdeling en besteding van de middelen zijn er verschillende keuzes: gaat de hele pot geld direct naar het bestuur, blijf je doen wat je altijd al deed, of gaat het geld de leerling volgen, als een soort rugzakje (2602). Het steunpunt vindt dat de GMR en in het proces om tot een dergelijke keuze te komen moeten worden betrokken, maar dit is geen wettelijke verplichting. Besturen zijn momenteel aan het bespreken hoe ze gaan kiezen, ook daarin zijn verschillende mogelijkheden: geef je grote besturen twee stemmen en kleine één? Geef je het SO in je swv een extra stem? Samenwerkingsverband 2602 (Amersfoort) bestaat uit 7 besturen. De leden van de opr worden afgevaardigd door de MR en. De Geschillencommissie heeft beslist dat afgevaardigd betekent dat je bent gekozen. Iedereen die is verbonden met een school, een ouder, leerling of personeelslid, mag zich verkiesbaar stellen voor de opr, maar de leden van de opr worden gekozen door de leden van de MR. Wie de kiesgroepen zijn, mag je zelf bepalen, bijvoorbeeld: elke MR is een kiesgroep, of elk bestuur is een kiesgroep. De gemaakte keuze over de kiesgroepen staat beschreven in het reglement van de opr. In de wet mist dat de opr van toepassing is verklaard op artikel 44 WMS. Daarom adviseert het steunpunt om voor elk swv een werkgroep op te richten die informeel gaat nadenken over hoe de opr moet worden samengesteld en die daarover in gesprek gaat met het bestuur van het swv, dat het statuut en reglement vaststelt. Wie het reglement maakt, staat niet in de wet, artikel 44 is vergeten, dus tot die tijd is het behelpen en is het advies om werkgroepen te vormen en de modelreglementen van het steunpunt te volgen. Verder adviseert het steunpunt wegens gebrek aan artikel 44: de werkgroep praat met het bestuur over reglement en statuut, stelt dat gezamenlijk samen (maar: het bestuur van het swv stelt reglement en statuut vast) en spreekt af het reglement binnen een jaar na het oprichten van de opr te evalueren en dat dan met instemming van de opr. In de wet staat dat een opr minimaal uit 4 leden moet bestaan (2 ouders/leerlingen en 2 personeelsleden). Het steunpunt adviseert secretariaat.gmr.so@gmail.com 3

4 12 tot 24 leden. Qua samenstelling van de opr zijn er ook verschillende mogelijkheden (maar houd je wel aan het pariteitsprincipe): zorg je dat iedereen wordt vertegenwoordigd, of laat je mensen met een bepaalde expertise zitting nemen in de opr, bijvoorbeeld een financiële expert en een zorgexpert. In de tripartitie-overeenkomst wordt de opvang voor personele gevolgen van het Passend Onderwijs geregeld. Passend onderwijs kan gevolgen hebben voor mensen die nu werken voor AB, REC, centrale diensten, etc. Het principe is dat iedereen van werk naar werk wordt begeleidt. Dit geldt alleen voor personeel in vaste dienst. Leden van de opr zijn lid zonder last of ruggenspraak: je zit er niet voor jezelf, maar voor het hele swv. Het steunpunt biedt een webfaciliteit aan waar je als swv met je achterban kunt communiceren. Over faciliteiten voor opr-leden wordt momenteel gesproken. In Friesland krijgen personeelsleden 35 uur per jaar en ouderleden 120 euro per vergadering (maar dit is een heel klein swv). Deel 2 overlegvergadering 5. Rol voorzitter/secretaris/leden GMR Er is binnen de GMR verschil van mening ontstaan over de rol van de voorzitter. Iedere voorzitter voert zijn rol op zijn eigen manier uit. Als er onvrede is over de manier van werken, kan die persoonlijk worden besproken. Ter informatie: elk lid van de GMR kan agendapunten inbrengen. Als je een punt wilt bespreken, dien dat dan in vóór het vooroverleg. Alles wat tijdens het vooroverleg wordt besproken, wordt daarna verspreid via de Mededelingen. Tijdens het vooroverleg wordt in overleg tussen voorzitter/secretaris en bestuur de agenda samengesteld. 6. RI&E ATC De RI&E van het ATC is een onderwerp voor het ATC, niet voor de GMR. Omdat het ATC geen deelraad heeft, moet de RI&E daar tijdens de personeelsvergadering worden besproken (zie notulen directieraad: alle medezeggenschapskwesties dienen op AB en ATC bij gebrek aan een deelraad in de personeelsvergadering te worden voorgelegd). Over de RI&E in het algemeen: Hierover is de vorige vergadering gezegd dat daarin niet het welzijn en welbevinden naar voren moet komen, maar in de inleiding van die van het ATC staat dat dat wél moet. Vraag PGMR: Hoe zit dat nou? Moet dat nou wel of niet? Reactie: deze vraag leggen we aan het bestuur voor. Opmerking PGMR: Er zou op elke locatie met een personeelslid worden gesproken over de RI&E, maar dat is niet overal gebeurd. Vraag PGMR: Is de RI&E overal al uitgevoerd? Wat is de planning? 7. Wat verder ter tafel komt/rondvraag Voorstel aan het bestuur: De GMR-SO zou graag eens per jaar een overzicht/uitleg van de ziekteverzuimcijfers krijgen Besluiten/Afspraken/Actiepunten GMR-SO d.d. 12 februari 2013 Vastgesteld: 1. Notulen Besluiten/Afspraken/Actiepunten GMR: besluit/afspraak/actie datum afgehandeld op 1. AOb vragen naar onderwijskundige wijzigingen (groep 22-1 antwoord 24-2 secretariaat.gmr.so@gmail.com 4

5 8 M2000, intake Eikenstein, ATC OOP wordt OP) 2. Controleren of op alle locaties de vacatures worden doorgegeven Besluiten/Afspraken/Actiepunten/Vragen bestuursbureau/directie besluit/afspraak/actie datum afgehandeld op 1. Functieomschrijving vestigingsdirecteuren/directie SO Voorlopige agenda 28 mei: 1. Vertrek directeur SO 2. Voorstellen interim-directeur 3. Risicoanalyse (presentatie aan de hand van model) 4. Stakeholderbeleid (komt nadat het in de RvT is geweest naar de GMR) 5. Onderwijskwaliteit/kwaliteit personeel/gesprekkencyclus 6. Protocol Schorsing en Verwijdering SO (komt nadat het naar een jurist is geweest naar de GMR) 7. Submandateringsregeling (komt nadat wijzigingen zijn doorgevoerd en de functieomschrijvingen voor vestigingsdirecteuren en directie SO definitief is.) 8. Functieomschrijvingen vestigingsdirecteuren/directie SO (12 april, bijlagen Middenkader) 9. Formatieproblemen 5