PvdA-SP-VVD-Stadsbelang-ChristenUnie/SGP-GroenLinks-D66-CDA- Gorcum Actief mevrouw E.L. Dansen, de heren M.A.J. Doodkorte, J. Freije en A.J.

Transcriptie

1 Verslag raadsbijeenkomst 9 september 2014 Aanwezigen Voorzitter Plv. raadsgriffier Fracties Wethouders Ambtelijk Afwezig m.k. Notulen de heer A. Barske de heer H. Sepers PvdA-SP-VVD-Stadsbelang-ChristenUnie/SGP-GroenLinks-D66-CDA- Gorcum Actief mevrouw E.L. Dansen, de heren M.A.J. Doodkorte, J. Freije en A.J. Rijsdijk de heer S. de Leeuw wethouder A.P. Faro, B. van Son en P. Schefferlie en de dames A.W. Vergouwe en F.J. Schouwenaar (die vervangen wordt door de heer De Zeeuw) notulistenbureau Leeuwenburgh-Vendrig 1. Opening Raadsbijeenkomst De voorzitter opent de raadsbijeenkomst om uur en heet de aanwezigen welkom. Hij bedankt de aanwezigen voor het betoonde medeleven na het overlijden van de moeder van zijn echtgenote. De voorzitter meldt de berichten van verhindering en geeft de heer Klink gelegenheid om een ordevoorstel in te dienen. De heer Klink (CDA) dient het verzoek in om een kort debat te voeren over het leerlingenvervoer gezien de maatschappelijke ophef omtrent de onzekerheid hierover. Hij verwijst in dit kader naar de landelijke aandacht voor dit onderwerp. In een latere vergadering zou een volgend debat moeten plaatsvinden over de inhoud en de andere aanbestedingsprocedures. De gemeenteraad zou hier zoveel mogelijk grip op moeten hebben naar zijn mening. Hij geeft een compliment aan de afdeling welzijn die de schade zoveel mogelijk heeft willen beperken. De voorzitter vraagt de fracties om op dit voorstel van orde te reageren. De heer Van Breemen (GroenLinks) begrijpt het verzoek heel goed. Hij merkt op dat het verzoek de fracties pas laat heeft bereikt. Het is goed als de raad hierover spreekt maar niet in deze bijeenkomst. Hij geeft de voorkeur aan bespreking op een ander moment als er meer inhoudelijke achtergrondkennis beschikbaar is. De heer Barth (SGP/ChristenUnie) vindt het voorstel begrijpelijk maar hij zou een stap verder willen gaan en op een ander moment een inhoudelijk debat willen voeren om te kijken of er lering voor de toekomst uit getrokken kan worden. Mevrouw Biesheuvel (PvdA) vindt het een sympathiek voorstel maar vindt het niet nuttig om het nu te agenderen omdat het dan vooral om emotie en onrust gaat. Zij stelt bespreking op een ander moment voor. Het is wel van belang om situaties als de onderhavige in de toekomst te voorkomen. Zij merkt voorts op dat er nog een heel traject met allerlei aanbestedingen te gaan is. Mevrouw Mager (VVD) vindt het vandaag bespreken van dit onderwerp niet verstandig omdat dit onvoldoende is voorbereid. Zij stelt voor het onderwerp voor een volgende vergadering te agenderen. 1

2 Mevrouw Van Dalen (SP) had voor het vragenuur een vraag hierover voorbereid. De meeste fracties willen het nu op een ander moment bespreken en daar is zij het ook mee eens. Zij zal haar vraag bij die volgende bespreking betrekken. Mevrouw Hamann (Gorcum Actief) heeft al langere tijd de behoefte om te spreken over aanbestedingen in het algemeen. Zij wijst ook op de zorg over de lokale ondernemers en de werkgelegenheid. De bespreking hoeft wat haar betreft niet nu plaats te vinden. Mevrouw Van Maaren (Stadsbelang) stelt voor het onderwerp aanbestedingen op een ander moment te agenderen, meer in het algemeen en ook Europese aanbestedingen. Zij heeft nog wel twee korte vragen bij de ingekomen stukken. Mevrouw Hoogesteger (D66) begrijpt dat een meerderheid van de raad voor een themabijeenkomst over aanbesteden is, los van leerlingenvervoer. Zij stelt voor het onderwerp nu niet te bespreken. De voorzitter concludeert dat het aanbestedingsbeleid op enige wijze bijvoorbeeld in de klankbordgroep financiën breed aan de orde gesteld zal worden. Overigens vindt de wethouder het jammer dat de SP haar vraag nu intrekt, want de wethouder had wel enige toelichting willen geven. Het ordevoorstel van de heer Klink om op dit moment een debat te hebben over het leerlingenvervoer wordt niet ondersteund. De voorzitter geeft aan dat in de volgende raadsvergadering aan de hand van de raadsinformatiebrief van het college dit onderwerp besproken kan worden. De heer Klink (CDA) stelt vast dat de raad kennelijk niet de behoefte heeft om op dit moment over dit onderwerp te spreken, maar het college wel. De voorzitter verwijst naar de spelregels met betrekking tot de behandeling van schriftelijke vragen. De suggestie om het onderwerp breder te bespreken wordt door de raad niet gedeeld. In de volgende raadsvergadering kan wel degelijk een discussie over dit onderwerp gevoerd worden, los van de vraag in het kader van het vragenuurtje. De voorzitter nodigt de raadsleden uit voor een besloten bespreking na afloop van de raadsbijeenkomst voor een briefing van de uitkomsten van de recente bespreking in regioverband. De bespreking is besloten omdat de raden van de andere gemeenten nog niet allemaal zijn geïnformeerd. 2. Vragenuurtje voor de raadsleden De heer Van Zanten (Stadsbelang) vraagt aandacht voor de raadsopdrachten met betrekking tot de binnenstad. Hij is bezorgd over de ontwikkeling van de binnenstad en de prioritering van de uitvoering van raadsopdrachten. Hij verwijst naar het coalitieprogramma waarin gesproken wordt over een bruisende stad die toeristisch veel te bieden heeft. Een van de actiepunten zou zijn om de huidige leisurenota te herzien en de economie in de binnenstad te verbeteren. Het is belangrijk om met ondernemers en vastgoedeigenaren te spreken en te komen tot een betere samenwerking, een gezamenlijke visie, strategie en acties. De gemeente heeft in dit kader een regierol geclaimd. De Stichting Binnenstadsmanagement Gorinchem (SBG) is hierbij een belangrijke speler. Hij verwijst naar het jaarverslag 2013 van deze stichting en het rapport Driemeting. Hij wijst op de toename van de leegstand en het feit dat de sociale en culturele voorzieningen onder druk staan. Ondernemers geven aan dat zij bij de SBG en de gemeente nauwelijks gehoor vinden voor hun voorstellen. De urgentie voor de aanpak voor de binnenstad is fors neergezet in het coalitieprogramma maar is nog niet echt aangepakt. 2

3 Hij merkt op dat de leisurenota herzien zou worden terwijl de huidige leisurenota niet uit de la is gekomen en informeert naar de stand van zaken met betrekking tot de herziening; wanneer kan die in de raad besproken worden en tot uitvoering gebracht worden? Hoe vindt het overleg plaats met de verschillende partijen in de binnenstad en tot welke resultaten moet dit leiden? Hoe worden die resultaten verder uitgewerkt en vormgegeven? Moet de aanpak nog wachten op een raadsopdracht? Een en ander duldt geen uitstel. Wanneer komt de raadsopdracht aan de orde en welke concrete maatregelen neemt het college vooruitlopend op de raadsopdracht? Tot slot pleit de heer Van Zanten voor citymarketing. De voorzitter antwoordt dat de leisurenota wel degelijk uit de la is gekomen en dat er hard gewerkt wordt aan de actualisering. Hij verwijst naar berichten in de pers op 14 augustus jl. waarin gesproken wordt over een redelijk toenemend aantal toeristen in de stad. In feite wordt de leisurenota voortdurend geactualiseerd. Er zijn verschillende ijkmomenten aangegeven. De invulling van de raadsopdracht is één ervan en dat zal weer leiden tot actualisering. De termijn waarop de leisurenota besproken kan worden hangt samen met de formulering van de raadsopdracht. Het overleg met verschillende partijen in de binnenstad is recentelijk geïntensiveerd; er is onlangs gesproken met ondernemers en vastgoedeigenaren. Voor het einde van de maand zal een plan van aanpak gereed zijn en dat vormt de basis voor de raadsopdracht. Hierin zijn twee speerpunten opgenomen; het bestrijden van de leegstand met een meetbare doelstelling en sterk inzetten op imagoverbetering en citymarketing. Geconstateerd is dat het niet verstandig is om veel andere speerpunten te formuleren. Het is beter van deze twee speerpunten echt werk te maken. Het werk hoeft overigens niet te wachten op de raadsopdracht, maar deze is voor de rol van de overheid wel leidend. Er is dan al wel veel werk verzet. De Gorinchem app is gelanceerd en er wordt ook aan andere vormen van marketing gedacht zoals panelen langs de snelweg. Hiervoor is commitment van andere partijen nodig. Mevrouw Van Maaren (Stadsbelang) vraagt aandacht voor de Woelsewaard, een belangrijk natuurgebied voor de inwoners dat behouden moet blijven. Rijkswaterstaat ziet dit gebied nog steeds als een mogelijke overnachtingsplaats voor schepen. Het college is daar weliswaar geen voorstander van maar bij een recente bijeenkomst van RWS werd duidelijk dat men nog steeds nastreeft hier overnachtingsplaatsen te realiseren. De minister zal hier binnenkort over beslissen. Welke activiteiten heeft de gemeente ondernomen om dit tegen te gaan en hoe kan het gebeuren dat in het verslag van de omgevingssessie van 8 juli jl. een ambtenaar aangaf dat er een achterstand is in de informatie van RWS? Hoe is de vinger aan de pols gehouden? Begin maart heeft de burgemeester nog gezegd dat RWS inmiddels overtuigd is geraakt van de onhaalbaarheid van de plannen. Er kunnen ankerplaatsen blijven bestaan maar de veiligheid hiervan is niet meegenomen in de overwegingen. Heeft de gemeente een specialist actief op dit onderwerp? Wethouder Rijsdijk praat de raadsleden bij over dit onderwerp en verwijst naar de bijeenkomst over het Programma Stroomlijnen van Rijkswaterstaat. In de afgelopen 10 maanden heeft er regelmatig, ambtelijk en bestuurlijk, overleg plaatsgevonden tussen de gemeente en RWS. De gevoelens van de gemeenteraad, inwoners en bezwaarmakers zijn duidelijk naar voren gebracht. Ook is gewezen op het bestemmingsplan binnenstad en is aangegeven dat de gemeente er niets voor voelt om mee te werken aan een bestemmingsplan wijziging voor een overnachtingshaven. RWS schakelt niet snel en zou zich beraden. Een en ander heeft geresulteerd in een overleg op 8 juli jl. waarbij is aangegeven dat RWS begrijpt dat een overnachtingshaven niet mogelijk zal zijn; men wil een alternatief plan aan de minister voorleggen. RWS heeft zich vervolgens tot de Provincie gewend en het is nog niet duidelijk welk voorstel er uiteindelijk zal komen. RWS heeft toegezegd met de conclusies naar de gemeente te komen. Ook is gesproken over de ankerplaatsen die nu al zijn toegestaan en over het feit dat de gemeente niet meewerkt aan het realiseren van steigers en dergelijke. 3

4 Desgevraagd vult hij aan dat dat de minister uiteindelijk een aanwijzing zou kunnen geven en verordonneren dat er een haven komt, maar de inschatting is dat dit, mede gezien de steun van alle ingediende bezwaren, niet zal gebeuren. De heer Lutterkort (SP) verwijst naar de ophef die is ontstaan door het uitblijven van leerlingenvervoer op de eerste schooldag in september; dat betrof een redelijk grote groep kwetsbare jonge mensen. De SP kan zich de commotie goed voorstellen. De eerste schooldag is erg belangrijk voor leerlingen, ouders en docenten. Het is schrijnend dat een forse groep leerlingen daar niet bij kon zijn. Hoe heeft het zo ver kunnen komen en hoe kunnen we zoiets voorkomen, vroeg men zich af. De raad heeft de raadsinformatiebrief van het college ontvangen en die was goed qua niveau. Er zijn nog wel enkele vragen. Hij verwijst naar het kort geding van de vorige contractant over de aanbesteding en het onmogelijke tijdstip waarop kenbaar gemaakt is dat het vervoer niet geeffectueerd kon worden. Veel ambtenaren hebben er alles aan gedaan om te redden wat er te redden viel, veel waardering daarvoor. Ook de vervoerder die het vervoer heeft overgenomen verdient lof. Maar iets dergelijks mag nooit meer gebeuren. Was het college bekend met het feit dat de firma die gegund is gebruik maakte van onderaannemers en dat dit risico s met zich meebrengt? Is het college met de SP van mening dat een dergelijke constructie met een hoofdaannemer en onderaannemers een groot risico is? Is er van de kant van het college toen te elfder ure bleek dat de firma niet aan zijn verplichtingen zou voldoen alles aan gedaan om de ouders in te lichten over de problemen? Zo ja, hoe komt het dat er ouders waren die maandagochtend van niets wisten? Welke maatregelen denkt het college te treffen om herhaling van een dergelijke gang van zaken in de toekomst uit te sluiten? Wethouder Freije geeft een toelichting. Het onderwerp heeft de gemoederen intensief beziggehouden. In 2013 heeft de accountant aangegeven dat de gemeente een nieuwe aanbesteding moest doen, voor de hand lag dat dit regionaal zou gebeuren. Er zijn kwaliteitseisen opgesteld, meer dan de wettelijke. Ook de prijs is in de aanbesteding meegenomen. Medio juli is de voorlopige gunning bekend gemaakt. Vervolgens kwam er een kort geding tegen de gemeente; net voor verstrijken van de termijn werd er bezwaar gemaakt. Bij een juridisch geschil kan er geen definitieve gunning komen. Dit leidde tot een tijdelijke maatregel met een andere vervoerder. Op 13 augustus deed de rechtbank uitspraak en werd de gemeente in het gelijk gesteld; de aanbesteding was correct en zorgvuldig verlopen. Vrijdagmiddag 29 augustus werd bekend dat de vervoerder niet in staat was om op maandag 1 september het vervoer te regelen. Dat was extra vervelend omdat het ging om leerlingen van perceel 4 en 6 die speciale aandacht nodig hebben. Die vrijdagmiddag en in het weekend is gelijk hard gewerkt om het probleem zo veel mogelijk te voorkomen. Er is alternatief vervoer gezocht. Voor een deel is dat niet gelukt. Er is zoveel mogelijk contact gezocht met de ouders per mail en telefoon. De gemeente wilde zoveel mogelijk duidelijkheid scheppen. De alternatieve vervoerder zou in het weekend contact zoeken met de ouders. Tot en met zondagmiddag is geprobeerd een en ander rond te krijgen met de ouders. Dat heeft geresulteerd in succesvol vervoer, weliswaar niet op de maandag, toen slechts de helft. Er is zo goed mogelijk gecommuniceerd en direct een raadsinformatiebrief aan de raad gestuurd. Het was bekend dat de firma werkte met onderaannemers en dat is ook gebruikelijk. Er was sprake van een voorlopige gunning. Er was sprake van een systematiek die wettelijk is vastgelegd, Europees aanbesteden. De gemeente heeft daar maar beperkte invloed op. Dit is ook afgestemd met de vervoersbranche. Aan de voorkant heeft de gemeente wel eisen gesteld, meer kwaliteitseisen dan wettelijk vereist. Het is zeker van belang herhaling van een dergelijke situatie te voorkomen, het was een calamiteit. Er is zo snel mogelijk gehandeld in het weekend. Als de bewuste vervoerder niet op vrijdag maar op donderdag aanhangig had gemaakt dat hij niet zou kunnen leveren, dan zou het veel gescheeld hebben en zou de calamiteit zijn voorkomen. Desgevraagd zegt de wethouder dat extra kosten die zijn gemaakt door het inhuren van een andere vervoerder indien mogelijk verhaald zullen worden. 4

5 De voorzitter bedankt voor de toelichting en stelt vast dat in de volgende raadsvergadering hierover nader gesproken kan worden. De heer Chaaby (PvdA) vraagt aandacht voor de garage sale Wijdschild, waar commotie is ontstaan over het wel of niet doorgaan ervan. Uiteindelijk is het doorgegaan maar een en ander verdiende geen schoonheidsprijs. De garage sale werd voor de elfde keer gehouden, de organisatie kon niet voldoen aan de eisen van veiligheid en juridische aansprakelijkheid zo werd bekend. Het is een mooi initiatief van de burgers en moet een voorbeeld zijn. Hij verwijst naar de motie over de ideeën makelaar en heeft enkele vragen. Is het college met de PvdA van mening dat de handelwijze van de gemeente eerder de burgers afschrikt dan stimuleert om zulke initiatieven te nemen? Hoe gaat de gemeente de belemmeringen wegnemen bij de burgers om dit niet meer te laten gebeuren? Hoe gaat de gemeente de individuele aansprakelijkheid oplossen zodat mooie initiatieven van burgers eerder gestimuleerd worden en niet afgeschrikt? De voorzitter beantwoordt de eerste vraag ontkennend. Er was sprake van een misverstand over de aard en de omvang van het te vergunnen evenement. Inmiddels zijn er afspraken gemaakt om herhaling te voorkomen. De gemeente probeert burgers zoveel mogelijk te begeleiden en adequaat vergunningen te verlenen. Als het evenementenbureau de concrete situatie niet goed kent gaan daar alarmbellen af. Het was betreurenswaardig. Aansprakelijkheid is een juridisch begrip. Als mensen evenementen organiseren kan er een situatie van aansprakelijkheid ontstaan. Bij het verlenen van vergunningen moet het element aansprakelijkheid wel ingebracht worden maar het klinkt zwaarder dan het is. Met de organisatie van de garage sale zal de gemeente misverstanden uit de weg ruimen, maar aansprakelijkheid moet altijd wel een rol spelen. De voorzitter is blij dat het uiteindelijk een groot succes is geworden. Het zal in de toekomst soepeler verlopen. De voorzitter sluit het vragenuurtje af. 3. Vaststelling verslag van de raadsbijeenkomst van 26 juni 2014 Het verslag van de raadsbijeenkomst van 26 juni 2014 wordt met inbegrip van een aanvulling door wethouder Doodkorte vastgesteld. 4. Inspreekrecht De heer Van Houwelingen van Taxi Haars spreekt in over het leerlingenvervoer. Aan het begin van de vergadering is besloten het onderwerp niet te agenderen; dat is enerzijds begrijpelijk maar aan de andere kant niet. De gemeente heeft het landelijke nieuws gehaald. Hij is blij dat het onderwerp toch even is besproken. De verstrekte informatie is echter niet volledig en niet correct. Het is goed om te onderzoeken wat zich daadwerkelijk heeft afgespeeld. De kwetsbare kinderen worden regelmatig genoemd. Zijn bedrijf vervoert deze kinderen dagelijks. Hij kan er niet bij dat het gelopen is zoals het gelopen is. Het is niet af te schuiven op het moeten aanbesteden. Als lokale ondernemer die veel vervoer is kwijtgeraakt met de aanbesteding, met veel chauffeurs die hun baan zijn kwijtgeraakt, wil hij nog iets zeggen. Het is heel bijzonder dat in het hele proces en bij de noodmaatregelen die getroffen zijn, de lokale vervoerders niet door de gemeente zijn benaderd om mee te denken over een oplossing. Ook niet op vrijdag 29 augustus. Dat was een vervoerder die het materiaal had staan om een oplossing te bieden. Er is inderdaad een procedure geweest. Op het totale tijdspad heeft dat een beperkte vertraging opgeleverd. Daar is het fundamenteel niet goed gegaan. De lokale vervoerder had perceel 1 nog wel gewonnen en is aan de kant gezet. Het is uiteindelijk aan de beoogd winnaar van de aanbesteding, perceel 3 was voor de lokale vervoerders, maar daar besloot de gemeente het vervoer aan 5

6 nummer 2 te gunnen. Daarvan heeft de rechter gezegd dat dit niet kan. De gemeente moest perceel 3 ook tijdelijk gunnen aan de winnaar van de aanbesteding. Zo is het ook gegaan, pas na de uitspraak van de rechter. Spreker kan er niet bij dat een vervoerder die meer dan 30 jaar hier in de omgeving het vervoer doet, bekend staat als een betrouwbare partner op deze manier gepasseerd wordt. De voorzitter stelt voor om deze info te betrekken bij de debatten die hierover nog zullen volgen. Naar aanleiding van een vraag van mevrouw Biesheuvel (PvdA) zegt de heer Van Houwelingen toe zijn informatie schriftelijk aan de griffier te sturen. De voorzitter zegt naar aanleiding van een vraag van de heer Van Breemen (GroenLinks) toe dat het college wat uitgebreider informatie zal verstrekken en kanttekeningen bij de informatie van de heer Van Houwelingen voor de volgende raadsvergadering. 5. Ingekomen stukken en mededelingen Ingekomen stukken juli / augustus 2014 Voor kennisgeving aangenomen. 6. Algemeen informerende presentaties Er zijn geen algemeen informerende presentaties. 7. Toelichtende presentaties op raadsvoorstellen Algemeen belang en Wet Markt en Overheid De heer A. Bil, jurist bij de afdeling juridische zaken geeft een presentatie. Hij schetst het doel van de Wet, een gelijk economisch speelveld, ruimte voor het MKB en de overheid moet de integrale kostprijs in rekening brengen voor economische activiteiten. Er is een inventarisatie gedaan van de economische activiteiten van de gemeente. De raad kan een uitzondering maken met een algemeen belang besluit. De totale kosten worden al toegerekend bij de veerdienst, parkeergarages en uithuur gemeentepersoneel binnen de regio. Het college stelt voor om tot algemeen belang te verklaren: transities sociaal cultureel werk en cultuur, maatschappelijk vastgoed en vastgoedbeleid, verzelfstandiging privatisering museum, artotheek, pilot pps cur. Niet integrale kosten worden in rekening gebracht van activiteiten met een algemeen belang voor sport, volksgezondheid, verhuur voor evenementen en tijdelijke verhuur van gebouwen. Mevrouw Biesheuvel (PvdA) begrijpt dat de raad bepaalt wat onder het algemeen belang valt. Worden hier ook eisen aan gesteld? De heer Bil antwoordt dat dit niet het geval is; het is aan de raad om dat te bepalen. De wet kent verder geen criteria. Tegen het besluit kan wel bezwaar gemaakt worden. De heer Onvlee (CDA) vraagt of over Waardlanden ook een keuze wordt gemaakt; waar valt een gemeenschappelijke regeling onder? 6

7 De heer Bil antwoordt dat de raad alleen bevoegd is voor de gemeente Gorinchem. Waardlanden is een gemeenschappelijke regeling en moet dit zelf regelen via het eigen bestuur. De heer Onvlee (CDA) informeert of de kosten voor sport te maken hebben met het onderhoud van de velden of ook met kantines of kleedkamers. De heer Bilt antwoordt dat het toegespitst is op het onderhoud van de velden, de activiteiten die door de gemeente uitgevoerd worden. De heer Klink (CDA) merkt op dat voor Waardlanden afvalstoffenheffing wordt gegeven. Teert Waardlanden alleen daarop of gaat er extra geld van de gemeente naartoe? Wethouder Doodkorte zegt dat het in het kader van dit voorstel primair gaat om activiteiten die door de gemeente zelf worden uitgevoerd. Waardlanden heeft ook commerciële activiteiten waarvoor dit regiem niet geldt. Er zijn afspraken over de kostendekkendheid van het tarief en dat wordt in rekening gebracht bij de afnemers in de gemeente. Waardlanden is een commerciële organisatie met belastingplicht. 8. Bespreking concept raadsvoorstellen voor de raadsvergadering van donderdag 25 september Wet Markt en Overheid Geen vragen of opmerkingen Beleidsrijk Regionaal Transitie Arrangement Jeugdhulp Zuid-Holland Zuid De voorzitter stelt voor met name bestuurlijke vragen te stellen en feitelijke vragen schriftelijk voor te leggen zodat die nog voor de raadsvergadering beantwoord kunnen worden. De heer De Jong (SGP/ChristenUnie) zegt zijn feitelijke vragen schriftelijk te zullen stellen en gaat in op bestuurlijke vragen. Beslispunt 4 en 5; hij citeert wij vinden dat er wel een stevige prikkel moet zijn voor alle gemeenten om zoveel mogelijk te zorgen voor een sterk jeugdteam en een beperking van de regionale zorgmarkt. Is dat een juiste formulering als we het hebben over goede zorg aan de kinderen en jeugd of gaat het alleen om beperking van zorgmarkt? Het inkoopbeleid is inmiddels gestart, tegen welk percentage wordt er ingekocht? Wat als bestaande aanbieders niet tegen gereduceerde prijzen willen aanbieden? Hoe garanderen we dan beschikbaarheid van de zorg? Beslispunt 9; zijn de huisartsen op de hoogte? Er is een grote informatie achterstand. Hoe denkt het college dit zo snel mogelijk te realiseren. Het stimuleren van de POH en GGZ Jeugd is een kansrijk initiatief dat de communicatie tussen huisartsen en het sociaal wijkteam kan verbeteren. Beslispunt 10, pgb; in de notitie van de BRTA staat pgb is altijd lager dan tarief in natura, maar in de notitie van de raad staat dat het pgb nooit hoger is dan het tarief voor vergelijkbare zorg in natura. Wat is de juiste formulering? Professionals uit het Jeugdteam beoordelen de kwaliteit van de individuele voorziening in de pgb. Hoe afhankelijk zijn zij en worden aan zorg in natura dezelfde kwaliteitseisen gesteld als aan de pgb? Waar kunnen ouders met een afwijzing van een pgb terecht met een bezwaar of verweer? In het vierde kwartaal worden cliënten geïnformeerd; wanneer gebeurt dat, in december? Dat is veel te laat. Er is veel onrust en onduidelijkheid. Waar kunnen mensen terecht met hun zorgvragen en op welke termijn kunnen zij duidelijkheid krijgen? 7

8 De heer Tekir (GroenLinks) constateert dat de uitvoering gepaard gaat met veel onzekerheden, er is een groot financieel belang. Het is van belang dat gedurende de uitvoering de raad goed wordt geïnformeerd. Het college wordt maandelijks geïnformeerd. Hoe gaat het college de raad informeren? Dat zou in ieder geval eenmaal per kwartaal moeten gebeuren met een analyse. De heer Klink (CDA) verwijst naar de WMO-adviesraad en citeert uit het begin van het advies. Hij kan zich niet voorstellen dat de adviesraden in de regio zo incompetent zijn dat ze geen enkel constructief advies hebben kunnen geven. Wat is er aan de hand als een belangrijk orgaan zich niet serieus genomen voelt en adviseren niet meer zinvol acht? Het CDA zal enkele adviezen van de WMO-adviesraad noemen. Men mist een doordenking van het effect dat huisarts, specialist en jeugdarts rechtstreeks kunnen doorverwijzen naar een jeugdhulpaanbieder en voor directe melders bij de gemeente een langdurige procedure nodig is via het sociaal team. Naast de vraag wat een hulpvrager ertoe zou brengen niet voor de kortste weg te kiezen is de vraag of met deze richting het doel één gezin, één plan, één hulpverlener gehaald wordt. Kan de gemeente dan nog wel via het sociaal team de gewenste regie voeren? Zeker als blijkt dat er in de communicatie met de artsen nog achterstand is. Kan het college toelichten hoe dit risico doordacht is? In het algemeen vindt de adviesraad dat tijdstermijnen van de AWB getuigen van ambtelijke cultuur. Zij pleiten voor het inzetten van een ombudsman of -vrouw die bemiddelt zodat de bestuursrechter er niet aan te pas hoeft te komen. Hoe ziet het college dit advies? Vindt het college het wenselijk als geschillen via de AWB worden uitgevochten? In een pilot bleek dat één gezin, één plan, één hulpverlener ertoe leidt dat de ene hulpverlener vooral hulp voorschreef die geleverd kon worden door de organisatie waaruit die ene hulpverlener voortkwam. Dit lijkt een risico. Er moet geen gevecht ontstaan om coördinator van een gezin te worden zodat de achterliggende organisatie vanuit productie overwegingen daar winst bij boekt. Met betrekking tot de pgb is vermeld dat de zorgprofessional de aanvraag zal beoordelen en anderzijds de serviceorganisatie. Hier ziet hij ook een risico; zal het sociaal team niet graag een pgb afwijzen zodat ze zelf zorg in natura kan gaan leveren? Mevrouw Van Dalen (SP) merkt op dat jeugdzorg eindigt bij 18 jaar. Is er iets geregeld voor de overgang naar volwassen zorg? Of is er enige vorm na nazorg als je 18 bent geworden? Hoe zit het met btw op gezamenlijke inkoop van zorg? Hoe die 21% op te vangen? Op pagina 15 staat de belangrijkste indicator is binnen het budget blijven, indicator waarvan en wat is leidend, budget of kwaliteit? Waar komt de risicoreservering van vandaan? Beheersmaatregelen zoals zorg niet meer aanbieden of in lagere intensiteit; dat klinkt griezelig als het budget op is. Pagina 37 en 39, deelovereenkomsten en kwaliteitseisen; blijven deze ook haalbaar voor kleinere aanbieders of worden er zoveel eisen gesteld dat zij daar niet aan kunnen voldoen en er een eerste schifting ontstaat? Pagina 62, moet ik als ouder vakbekwaamheid van de aanbieder beoordelen? Hoe dan wel? Pgb; de serviceorganisatie monitort de budgetuitputting door pgb; dat wordt niet bij zorg in natura vermeld. Is dat bij beide hetzelfde? Dat geldt ook voor het overwegen of herzien van de zorg. Dat wordt bij pgb wel genoemd en niet bij zorg in natura; dat geeft een negatieve klank aan het pgb. Mevrouw Hoogesteger (D66) vindt het niet overzichtelijk zoals de rijksoverheid heeft bedacht. Er wordt gesproken over een verschuiving naar meer preventie en licht ambulant werk. Het kleinste deel gaat naar de jeugdteams. Waar komt de vernieuwing dan vandaan? Beslispunt 4; sterkere basisvoorzieningen en minder druk op de regionale zorgmarkt. Wat zijn die basisvoorzieningen en hoe worden deze versterkt? In de transformatiefase zal nog niet alles helder zijn; dan is het van belang helder te hebben wie communiceert bij crisis. Dat is onvoldoende geborgd. De crisisdienst is ook 8

9 onvoldoende geborgd. Die komt bij de gecertificeerde instelling die voortkomt uit de gecertificeerde instelling. Hoe wordt dat geregeld? Wat wordt de exacte taak van het jeugdteam? Gaat die niet geïndiceerde zorg leveren, de mate van zorg bepalen bij pgb of ook bij zorg in natura? Wat is de generalistische basisondersteuning? Kan iemand van het sociaal team de zorg zelf uitvoeren en de indicatie doen? Bij pgb en informele zorg zouden dezelfde criteria moeten gelden. Dan is het geen informele zorg meer. Hoe is de objectiviteit geborgd en is er nog keuzevrijheid? Waar kan men met klachten terecht? Welke waarborgen zijn er voor het delen van vertrouwelijke informatie? De crisisdienst wordt enerzijds regionaal georganiseerd en anderzijds bij het lokale jeugdteam; wat wordt hiermee bedoeld? Bestaande organisaties zoals integrale vroeghulp en de Mee-organisaties, hoe verhouden die zich ten opzichte van de jeugdteams? De heer Elmaci(PvdA) merkt op dat er veel terechte vragen zijn gesteld. De inkoopprijzen van de zorg kunnen wel eens hoger uitvallen. In hoeverre is er al een begin mee gemaakt? Het antwoord op de vraag inzake de informatievoorziening tussen raad en college wacht hij af. Hij heeft zorgen over de samenwerking tussen artsen en de jeugdteams en sociale teams. Hoe wordt de afstemming geregeld? Wethouder Dansen zegt dat zij een aantal meer specifieke vragen schriftelijk zal beantwoorden. Het inkoopbeleid is nog gaande dus zij kan geen antwoord geven op de vraag over het percentage. Met betrekking tot de samenwerking tussen jeugdteams en huisartsen zegt zij dat zij zeer binnenkort een afspraak met de huisartsen heeft over een pilot. Daar komt zij later op terug. Het pgb is altijd lager dan het tarief voor zorg in natura omdat daarbij geen overheadkosten zijn. De professionals in het jeugdteam moeten het niveau van de zorg beoordelen. Zij worden niet verondersteld gelieerd te zijn aan een organisatie. Zij komen in dienst bij de stichting jeugdteams. De heer Klink (CDA) merkt op dat in een pilot is gebleken dat het voor een zorgprofessional moeilijk is om los te laten uit welke organisatie hij komt. Mensen houden hun achtergrond vast. Dat zorgt wel voor een probleem. Wethouder Dansen geeft aan dat er in Leerdam en Gorinchem ook pilots zijn waar nog niet veel informatie over bekend is. Misschien is het een aandachtspunt, maar het is wel de manier waarop een en ander ingestoken is. De jeugdprofessionals worden goed gemonitord. Op de vraag over informatie aan cliënten in het vierde kwartaal komt zij nog terug. Er zijn veel onzekerheden en het gaat om veel geld. De raad zal zeker goed geïnformeerd worden. Ze weet alleen nog niet in welke vorm dat zal gebeuren. Zij denkt dat het wel mogelijk is om eenmaal per kwartaal de raad te informeren. Met betrekking tot de WMO-adviesraad zegt zij dat de advisering zeker zinvol is en bij de voorbereiding van de besluitvorming betrokken wordt. Het is aan de raad om indien gewenst besluiten te wijzigen. Overigens gaat het om 17 gemeenten en in elke gemeente is een adviesraad; wat zij inbrengen wordt dus wel enigszins verdund. Het zal moeilijker zijn voor hen en zij zal zeker aandacht aan de WMO-adviesraad besteden. Integraliteit, verwijzing door artsen en specialisten. Een en ander is tot uiting gekomen in het uitvoeringsdocument. De werkwijze met het sociale team en jeugdprofessionals met verwijzingen en ook een gezinsgerichte aanpak. Wat betreft één gezin, één plan en één hulpverlener en doorverwijzen naar de eigen instelling licht de wethouder toe dat het meer gaat om een contactpersoon waar een team achter staat. Zij gaat uit van de professionaliteit van de teams zodat zij goed doorverwijzen. De overgang van jeugdzorg naar volwassenzorg wordt nog geregeld. De inkoop is exclusief BTW. Belangrijkste indicator is binnen het budget blijven; leidend is dat er factoren zijn die de kosten kunnen beïnvloeden. Versterking van preventie zal leiden tot een afname van een beroep op zorg. De risicoreservering komt aan de orde bij de begrotingsbehandeling. 9

10 Beheersmaatregelen zoals zorg niet meer aanbieden of in een lagere intensiteit worden nog uitgewerkt. Het is niet verstandig om nu voorbeelden te geven want het maakt altijd mensen ongerust. Deelovereenkomsten en kwaliteitseisen; kinderen die al zorg krijgen behouden hun aanspraak in Er zijn redelijke kwaliteitseisen en er moet goede zorg gegeven worden. Verwezen wordt naar pagina 38. Pagina 62, de ouder moet de vakbekwaamheid van de aanbieder beoordelen; bedoeld wordt dat iemand die zorg levert informatie moet geven. De serviceorganisatie monitort de budgetuitputting pgb en dat gebeurt ook voor zorg in natura. De zorg komt wel dichter bij huis. In het jeugdteam komen ook jeugdspecialisten en andere zorgspecialisten die elkaar kunnen ondersteunen. Met elkaar beoordelen zij wat de beantwoording van een zorgvraag kan zijn. Professionals kunnen zorgvuldig omgaan met privacy en vertrouwelijke informatie. Het is ook de gewoonte dat jeugdteams aan de ouders vragen of jeugd in het team besproken mag worden. Schriftelijk zal ingegaan worden op het uitwisselen van bestanden. Het is nog niet bekend of de inkoop van de zorg duurder zal worden; hier wordt nog aan gewerkt. Over de samenwerking tussen artsen en de jeugdprofessionals maakt de wethouder zich geen zorgen; zij gaat hierover nog goed in gesprek met hen. Binnenkort heeft zij een afspraak. De overige vragen worden schriftelijk beantwoord Bestemmingsplan Brede School Schuttersplein geen vragen of opmerkingen. 9. Sluiting De voorzitter bedankt de aanwezigen voor hun inbreng en sluit de vergadering om uur. 10