Verslag Laego middagsymposium 4 juni 2010: Zichtbare kwaliteit in de eerstelijns ouderengeneeskunde

Transcriptie

1 Verslag Laego middagsymposium 4 juni 2010: Zichtbare kwaliteit in de eerstelijns ouderengeneeskunde Ter gelegenheid van het afstuderen van 24 kaderhuisartsen ouderengeneeskunde werd s middags het tweede Laego symposium over kwaliteitsindicatoren. Er waren kaderhuisartsen ouderengeneeskunde aanwezig, medewerkers van de vakgroep PHEG van het LUMC en beleidsmakers (zorggroep directeur, medewerker ZN en NZA). Tevens was Huisarts en Wetenschap vertegenwoordigd. Na een korte inleiding op de middag door dr. Annet Wind, coördinator van de NHGkaderopleiding ouderengeneeskunde, gaf dr. Margriet Bouma, senior wetenschappelijk medewerker NHG, een presentatie over Kwaliteitsindicatoren. Zij belichtte de verschillende soorten indicatoren en hun voordelen en beperkingen. Indicatoren kunnen voor interne en/of externe doeleinden gebruikt worden. Doeleinden kunnen uiteenlopen van verbetering kwaliteit van zorg (vaak mbt de interne sturing), tot inzicht verkrijgen in de geleverde zorg (tbv externe

2 verantwoording). Het doel van indicatoren is voor de arts vaak anders dan voor de patiënt of de verzekeraar. Indicatoren worden onderscheiden in structuurindicatoren (voorwaarden voor goede zorg), procesindicatoren (geven informatie over verloop van het zorgproces) en uitkomstindicatoren (geven informatie over het niveau van de zorg voor patiënten). Vooral deze laatste wordt beïnvloed door patiëntfactoren en gedrag. In de discussie werd ingegaan op de vraag Hoe de verschillende indicatoren te registreren in het HIS? Wat is er mogelijk? Het NHG is bezig met de ontwikkeling van indicatoren. Op de website is te zien welke indicatoren het NHG op dit moment bruikbaar acht. Voorstellen voor indicatoren gaan naar gebruikersverenigingen van de verschillende HISsen. Na evt aanpassingen worden bruikbare indicatoren vastgesteld door het NHG, waarna de HIS-leveranciers het verzoek krijgen deze te implementeren. ( n/downloads-1.htm). Na deze discussie gingen we buiten in groepen aan de slag om te brainstormen over indicatoren over vallen, cognitieve stoornissen, verzorgingshuiszorg en samenwerken. Potentiële indicatoren werden ingedeeld in: structuur -, proces - en uitkomst indicator. De uitkomsten leest u verderop in dit verslag. Afstuderend kaderhuisarts Ouderengeneeskunde Frank van Kemenade hield een voordracht getiteld: Het huidige financiële plaatje; modules ouderenzorg en POH van zorgverzekeringen. Verschillende zorgverzekeraars hebben verschillende modules voor de zorg van kwetsbare ouderen. AGIS: kwetsbare ouderen worden gedefinieerd op basis van indicatoren uit het HIS. Voor deze kwetsbare ouderen kan een zorgplan worden gemaakt. Per oudere wordt 35 euro betaald voor niet-patiëntgebonden kosten. Consulten en visites ed. worden apart verrekend. CZ hanteert een brede definitie van kwetsbaren, vanaf de leeftijd van 65 jaar. Hiermee gaat ze meer preventief te werk. Gemiddeld gaat het om ongeveer 80 patiënten per jaar. UVIT voert een pilotproject uit in de praktijk van Van Kemenade (Helden/Panningen) en selecteert de echt kwetsbare ouderen met behulp van een screeningsinstrument. De tijd die aan deze patiënten besteed wordt (dus ook niet-patient

3 gebonden tijd) wordt vergoed. Bij de deze GPOM (module) gaat het om ca. 15 patiënten per praktijk, waarbij per patiënt euro betaald wordt. In de discussie werd ingegaan op de consequenties van de verschillende selectiemethoden en de financieringspraktijk. De criteria waaraan de patiënten moeten voldoen zijn bij geen van de verzekeraars nauwkeurig gedefinieerd. Naast leeftijdscriterium, is een reeks algemene criteria opgenomen in de voorwaarden tot deelname aan de verschillende modules. Duidelijk is dat de verzekeraars zoekende zijn om hun ouderenmodule scherp en goed onderbouwd neer te zetten. [Toevoeging bij het maken van dit verslag door Frank: Om dit vanuit de inhoud te doen, heeft UVIT enkele kaderhuisartsen uitgenodigd mee te denken over de inhoud van hun ouderenmodule Hier zou een kans liggen om vanuit de georganiseerde kaderhuisartsen verenigd in Laego een gezamenlijk standpunt te bepalen, om zodoende ingang te geven aan een wellicht generaal geaccepteerde ouderenmodule. Een werkgroep is hiertoe vanuit Laego opgestart om hieraan vorm te geven.] Mbt de financieringspraktijk: zorg voor mensen met een ZZP3 (zorgzwaartepakket) is AWBZ-zorg en hierbij kunnen huisartsen een intensieve-thuiszorg visite declareren. Het blijkt echter dat sommige verzekeraars dit niet vergoeden! Vervolgens hield Ernst de Kievit, directeur van de REOS (Zuid-Holland Noord / Midden Holland en Amstelland / Haarlemmermeer) een voordracht over Netwerkzorg en de rol van Rossen. Hij gaf een overzicht van de versschillende Rossen (regionale ondersteunings organisaties) in Nederland en hun werkgebied. De Rossen leveren ondersteuning aan de eerste lijn en stimuleren de integratie en samenwerking binnen de eerstelijnszorg ( Hij benadrukte het belang van kaderhuisartsen in het algemeen, als voortrekkers van innovatieve zorg op allerlei gebied. Hun kennis en vaardigheden en de ondersteuning en knowhow van Rossen vormen een krachtig duo voor kwaliteitsverbetering in de zorg! In de plenaire bespreking van het groepswerk mbt de kwaliteitsindicatoren op verschillende gebieden kwam als eerste het belang van goed registreren en coderen naar voren. Ook al lever je goede zorg, als je het niet op de juiste plek en meetbaar

4 opschrijft, kun je het niet aantonen. Het is duidelijk dat hier nog een hele slag te maken is, zowel door de praktijkmedewerkers, als door de indicatorontwikkelaars en HISleveranciers. Belangrijk is te bedenken wat je met je indicatoren wilt doen. Houdt het klein! Per onderwerp werden de volgende potentiële indicatoren voor ouderenzorg genoemd: Vallen Structuur: werkafspraken met de fysiotherapeut en andere zorgverleners, werkafspraken mbt signalering (assistente, thuiszorg, ea). Proces: episoderegistratie vallen, elementen uit het valprotocol (o.a. visus - multifocale bril, orthostatische hypotensie, valangst, vit D, omgevingsfactoren, osteoporose preventie, polyfarmacie, inzet en controle gebruik hulpmiddelen) Uitkomst: aantal valincidenten, aantal fracturen. Cognitieve stoornissen Structuur: werkafspraken ketenzorg, mogelijkheid tot inzetten casemanager / zorgbegeleider, informatie uitwisseling, signalering, ondersteuning mantelzorg Proces: Episoderegistratie cognitieve stoornissen, aantal mensen met dementie, elementen uit het dementieprotocol (mbt signalering, diagnostiek, controles, begeleiding, medicatiesanering, patiëntveiligheid, mantelzorgondersteuning, tel nr contactpersoon, afspraken wel/niet behandelen, zorgbehandelplan, MDO) Uitkomst: aantal crisisopnames, ANW-visites Verzorgingshuiszorg Structuur: aantal HA per verzorgingshuis, werkafspraken HA SOG, vaste EVV, MDO, HIS op locatie, werkafspraken mbt visiteaanvraag, delierobservatie, ea Proces: jaarlijkse medicatie check, melden valincidenten, consult SO bij nieuwe bewoners met ZZP 3 Uitkomst: minder ongeplande zorg (acute opname ANW), minder fracturen door valincidenten, minder benzodiazepine gebruik, minder ongewenste medicatie interacties. Samenwerking Structuur: sociale kaart ouderenzorg in de praktijk, MDO/hometeam protocollen, nascholing medewerkers, afspraken mbt zorgcoördinatie, werkafspraken 2 e lijn, afstemming binnen Hagro Proces: aantal MDO s, medicatiereviews, contacten met ouderennetwerk, ROS, inzet zorgcoördinator (POH)

5 Uitkomst:? Algemene discussie: Er bestaat zorg over de tijd die het registreren ten behoeve van de indicatoren gaat kosten. Het kan veel bureaucratische rompslomp met zich meebrengen. Ook bestaat er zorg dat de verzekeraar hier mee aan de haal gaat. Elke Peters (Zorgverzekeraars Nederland): de verzekeraar heeft baat bij uitkomstindicatoren. En die vergen niet veel tijd. Ben Scharp (Nederlandse Zorg Autoriteit): het is van belang om te kunnen laten zien wat je doet en hoe je het doet. Hiermee kun je argumenten aandragen om dingen gedaan te krijgen. Hoe meer feiten, des te makkelijker je betoog! Elke Peters: tot nu toe is er weinig energie gestoken in het zichtbaar maken van besparingen of mogelijkheden van besparingen in de eerste lijn. Er moet meer energie gestoken worden in het meetbaar maken hiervan. Huisartsen: er is geld nodig om dit te meten en er zijn nog veel mogelijkheden voor substitutie van zorg van de tweede lijn naar de eerste lijn. Geef ons meer ondersteuning en mogelijkheden om dit te doen! Margriet Bouma (NHG): het NHG is er hard mee bezig. Geef ons input over mogelijke, haalbare indicatoren. Wij bespreken de indicatoren inhoudelijk en nemen dit mee in het interne overleg met de sectie automatisering en met de HISleveranciers. Contactpersoon bij het NHG: Job den Boer, of voor de indicatoren. Agenda Laego activiteiten Donderdag 30 september, Amsterdam: Inspirerende voorbeelden samenwerking huisarts specialist ouderenzorg Dinsdag 9 november, Utrecht: uur Bespreking met het CIZ mbt op te lossen knelpunten, opgave voor deelname a.w.wind@lumc.nl uur ALV Laego uur KNMG congres Sterke medische zorg voor kwetsbare ouderen Donderdag 2 en vrijdag 3 februari 2011, Utrecht: 2-daagse nascholing kaderhuisartsen ouderengeneeskunde Vrijdag 10 juni 2011, Leiden: Afstuderen groep 6, ALV Laego en Laego-symposium JB/AW