Studiegids

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Studiegids"

Transcriptie

1 Studiegids

2 INHOUD 1 Uitgangspunten TNA SLO Doel en Doelgroep Visie TNA SLO Competentiegehelen in de Specifieke lerarenopleiding Kwalificatieprofiel van de leraar secundair onderwijs Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs Curriculumorganisatie Modulaire opleidingsstructuur en flexibele trajecten Studielast en inhoud Praktijkcomponent van de opleiding Organisatie Observatie- en doestage in de Specifieke lerarenopleiding Het Competentieportfolio Taal in de SLO Het cursistenvolgsysteem: de synthesekaart Leerlijnontwikkeling van het kwalificatieprofiel ECTS-fiches Aandachtspunten Opstapmodule Taalvaardigheid Opstapmodule Algemene Vorming ECTS Didactische Competentie Algemeen ECTS Didactische Competentie Praktijkinitiatie ECTS Didactische Competentie Oefenlessen ECTS Didactische Competentie Stage ECTS Psycho-Pedagogische Competentie ECTS Communicatie en Overleg ECTS Groepsmanagement ECTS Begeleiding ECTS Onderwijs en Maatschappij ECTS Leraar en Verantwoordelijkheden

3 1 Uitgangspunten TNA SLO 1.2 Doel en Doelgroep Wie wil lesgeven in het secundair onderwijs dient te beschikken over onderwijsbevoegdheid. Om deze onderwijsbevoegdheid te verwerven, dien je te beschikken over een pedagogisch diploma. De Specifieke lerarenopleiding richt zich tot iedereen die wil lesgeven in het secundair onderwijs en biedt een onderwijskundige en pedagogisch-(vak)didactische vorming aan. De kennis, vaardigheden en attitudes die je binnen het kader van de opleiding verwerft, kunnen echter ook worden ingezet in andere opleidings- en vormingssectoren, zoals bijvoorbeeld het hoger onderwijs, bedrijfsopleidingen, basiseducatie, enz. De Specifieke lerarenopleiding is een toegevoegde opleiding, wat wil zeggen dat deze best gevolgd wordt na het behalen van een vakdiploma. Deze vakkennis wordt tijdens de lerarenopleiding aangevuld met kennis, vaardigheden en attitudes die nodig zijn voor het uitbouwen van een loopbaan als professioneel leraar. 1.2 Visie TNA SLO De snelheid waarmee de westerse samenleving de laatste vijftig jaar is veranderd als gevolg van onder andere de kennisexplosie, globalisering, technologische ontwikkelingen, de opkomst van ICT en internet, en een grotere diversiteit, heeft zijn uitwerking op het beroep van leraar niet gemist. Het beroep werd opnieuw onder de loep genomen. De opvoedende rol van de leraar is ruimer dan vroeger, de nood aan innovatie en reflectie wint steeds meer aan belang, en ook samenwerkingsverbanden met collega s en externen werden verbreed. Een leraar doet vandaag de dag dan ook veel meer dan lesgeven alleen. Daartoe formuleerde de Vlaamse Overheid het beroepsprofiel van de leraar in tien functionele gehelen en de daarbij behorende basiscompetenties. Deze brengen de veelzijdige en complexe opdracht van de leraar duidelijk in kaart. Ook de visie op leren en onderwijzen onderging heel wat verandering. Mede dankzij de snelle maatschappelijke ontwikkeling heeft traditionele kennis een ander statuut gekregen: kennis vermeerdert immers in hoog tempo en gaat vliegensvlug de wereld rond, maar wordt ook snel achterhaald. Leren wordt steeds meer beschouwd als een levenslang proces, waarbij jonge mensen moeten leren om zelf actief informatie op haar waarde te schatten en te verwerken (Dochy & Nickman, 2005). De leerling komt in het kader van het 3

4 onderwijsleerproces daarom steeds centraler te staan. Leren omvat vandaag een emancipatorisch en actief proces, dat nauw verbonden is met de realiteit/praktijk. Onderwijs is daarom sterk competentiegericht en vaardigheden als reflectie en het ontwikkelen van een onderzoekgerichte houding zijn onmisbaar om verdere groei in het professionele bestaan van een leraar te verzekeren. Wie nauwer kennis wil nemen van de missie, visie op leren en onderwijs, competentiegericht onderwijs, reflectie en vakdidactiek van TNA SLO, kan daartoe de visiegids raadplegen die op de website en smartschool staat. 1.3 Competentiegehelen in de Specifieke lerarenopleiding Zoals reeds eerder werd gesteld, bouwt de Specifieke lerarenopleiding verder op reeds gedane studies en/of aanwezige beroepservaring. Het is in die zin een toegevoegde opleiding. De opleiding ontwikkelt bij de cursist de nodige competenties met het doel een startersbekwaamheid te behalen als professioneel leraar. Deze basisprofessionaliteit kent vier vormen: Didactische competenties: deze hebben betrekking op het voorbereiden, uitvoeren en beoordelen van onderwijsleerprocessen. De cursist leert algemene en vakdidactische vaardigheden beheersen om leerlingen doelmatig in hun leerproces te sturen, begeleiden en evalueren. Psycho-pedagogische competenties: een leraar heeft een belangrijke opvoedende taak. De cursist verwerft binnen de pedagogische modules de nodige inzichten in de totale persoonlijkheidsontwikkeling van een leerling, en ontwikkelt vaardigheden m.b.t. het begeleiden van leerprocessen en zorgverbreding. Pedagogisch-organisatorische competenties: de cursist onderzoekt verder de eigen pedagogische opdracht als leraar, ontwikkelt het eigen pedagogisch handelen en kadert dit binnen de school als pedagogisch milieu. Daarnaast leert de cursist omgaan met de organisatorische aspecten van het beroep van leraar. Maatschappelijke & beroepsgerichte competenties: de cursist maakt kennis met het opvoedingsproject dat door een schoolgemeenschap wordt gedragen en met de vele samenwerkingsverbanden. Alle partijen van het werkveld worden bekeken, m.n. directie, collega s, pedagogische begeleiders, CLB-diensten, navormingscentra, externen, enz. Ook de maatschappelijke verantwoordelijkheid en de rechtspositie van de leraar wordt hier onderzocht. 4

5 1.4 Kwalificatieprofiel van de leraar secundair onderwijs Hieronder volgt een overzicht van de verantwoordelijkheidsgebieden en functionele gehelen voor de leraar, zoals geformuleerd door de Vlaamse Overheid: Verantwoordelijkheid tegenover de lerende: 1 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen 2 De leraar als opvoeder 3 De leraar als inhoudelijk expert 4 De leraar als organisator 5 De leraar als innovator Verantwoordelijkheid tegenover de school/onderwijsgemeenschap: 6 De leraar als partner van ouders/verzorgers 7 De leraar als lid van een schoolteam 8 De leraar als partner van externen 9 De leraar als lid van een onderwijsgemeenschap Verantwoordelijkheid tegenover de maatschappij: 10 De leraar als cultuurparticipant Aan deze functionele gehelen werden een aantal attitudes gekoppeld: A1 beslissingsvermogen A2 relationele gerichtheid A3 kritische ingesteldheid A4 leergierigheid A5 organisatievermogen A6 zin voor samenwerking A7 verantwoordelijkheidszin A8 flexibiliteit Op de volgende pagina s vind je een overzicht van de basiscompetenties per functioneel geheel en de kennis die daarvoor dient te worden verworven. 5

6 1.5 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs Verantwoordelijkheid tegenover de lerende: Functioneel geheel 1: De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen 1.1 de leraar kan de beginsituatie van de leerlingen en de leergroep achterhalen. 1.2 De leraar kan doelstellingen kiezen en formuleren. 1.3 De leraar kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren. 1.4 De leraar kan de leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten. 1.5 De leraar kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen. 1.6 De leraar kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen. 1.7 De leraar kan een krachtige leeromgeving realiseren, met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep. 1.8 De leraar kan observatie en evaluatie voorbereiden, individueel en indien nodig in team. De ondersteunende kennis omvat de leerlingenkenmerken en de kenmerken van de leergroep en de werkwijzen om die te achterhalen. De ondersteunende kennis omvat het leerplan en schoolwerkplan in kwestie, de eindtermen en/of ontwikkelingsdoelen, leerlijnen, het proces van handelingsplannen en classificaties van doelstellingen. De ondersteunende kennis omvat de eindtermen, leerplannen, schoolwerkplannen, relevante leerboeken en onderwijsleerpakketten en andere informatiebronnen, en eventueel de beroepsprofielen. De ondersteunende kennis omvat ordeningsvormen zoals de cursorische en exemplarische ordening. Ze omvat eveneens verwantschappen tussen het eigen vakgebied en andere vakgebieden, kennis over soorten opdrachten en taken, en praktijkvoorbeelden van omgaan met meertaligheid. De ondersteunende kennis omvat diverse didactische werk- en groeperingsvormen en elektronische leeromgevingen. De ondersteunende kennis omvat relevante bronnen om leermiddelen te vinden, alsook criteria om ze te beoordelen. De ondersteunende kennis omvat kennis van leerprocessen en de kenmerken van een adequate en motiverende leeromgeving, inclusief de rol van een aangepast taalgebruik daarin. De ondersteunende kennis omvat visies op evalueren, evaluatievormen, - technieken en instrumenten, en (leerling)volgsystemen. 6

7 1.9 De leraar kan proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie De leraar kan in overleg met collega s deelnemen aan zorgverbredingsinitiatieven en die laten aansluiten bij de totaalbenadering van de school De leraar kan het leer- en ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Standaardnederlands en daarbij rekening houden met het taalbeheersingsniveau van de leerlingen De leraar kan omgaan met de diversiteit van de leergroep De leraar kan leer- en ontwikkelingsprocessen opzetten vanuit een vakoverschrijdende invalshoek. Functioneel geheel 2: De leraar als opvoeder 2.1 De leraar kan in overleg een positief leefklimaat creëren voor de leerlingen in klasverband en op school. De ondersteunede kennis omvat visies op evalueren, referentiekaders, evaluatievormen, -technieken en instrumenten, (leerling)volgsystemen en foutenanalyse. Ondersteunende kennis met het oog op remediëring en oriëntering omvat eveneens de eigenheid van de verschillende onderwijsvormen, onderwijsniveaus en studiegebieden. De ondersteunende kennis omvat de kenmerken van de grootstedelijke context en belangrijke beleidsmaatregelen inzake gelijke kansen en zorg. De ondersteunende kennis omvat communicatiestrategieën voor taalgebruik in functionele situaties en methodieken voor taalondersteuning en taalgerichtheid in niet-taalvakken. De ondersteunende kennis omvat de eigenheid van de B-stroom en van de verschillende onderwijsvormen (ASO, BSO, KSO/TSO), de werking van het CLB en methoden en werkvormen voor leerlingen met leermoeilijkheden; zij omvat tevens de kenmerken van de grootstedelijke context en leef- en jongerencultuur. De ondersteunende kennis omvat de vakoverschrijdende eindtermen en de vakoverschrijdende werking en de voorwaarden voor uitvoering van interdisciplinaire projecten en kennis van inhouden, structuur en heuristieken van verwante disciplines en vakoverstijgende disciplines. De ondersteunende kennis omvat groepsdynamische en interactieprocessen, de eindtermen en ontwikkelingsdoelen voor sociale vaardigheden en kennis van sociale ontwikkeling bij leerlingen. 7

8 2.2 De leraar kan de emancipatie van de leerlingen bevorderen. 2.3 De leraar kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden. 2.4 De leraar kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context. 2.5 De leraar kan adequaat omgaan met leerlingen in sociaal-emotionele probleemsituaties of met gedragsmoeilijkheden. 2.6 De leraar kan het fysieke welzijn van de leerlingen bevorderen. 2.7 De leraar kan strategieën inzetten om te communiceren met anderstalige leerlingen. De ondersteunende kennis omvat het begrip risicoleerling (leer- en/of ontwikkelingsbedreigde leerlingen), diverse leef- en jongerenculturen en de wijze waarop daarmee kan worden omgegaan. De ondersteunende kennis omvat het pedagogisch project, het schoolwerkplan, de eindtermen/ontwikkelingsdoelen die van toepassing zijn, en de verschijningsvormen van het verborgen curriculum. Ondersteunende kennis omvat tevens de participatiestructuren op school, participatietechnieken en kenmerken van groepsdynamische processen. De ondersteunende kennis omvat maatschappelijke thema s en gebeurtenissen, en de manier waarop die door de media worden vertolkt. De ondersteunende kennis omvat diverse vormen van sociaal-emotionele probleemsituaties en hun achtergrond, van het ontstaan van gedragsmoeilijkheden, van hulpverlening binnen en buiten de school (waaronder het CLB) en van eigen mogelijkheden en grenzen bij het omgaan met probleemgedrag. De ondersteunende kennis omvat de kenmerken van fysiek welzijn van leerlingen en de basisprincipes van eerste hulpverlening, en tevens basisinterventies bij frequent voorkomende gezondheidsproblemen. De ondersteunende kennis omvat de mogelijkheden die de communicatie met anderstalige kinderen kunnen vergemakkelijken. Functioneel geheel 3: De leraar als inhoudelijk expert 3.1 De leraar beheerst de domeinspecifieke kennis en vaardigheden, en kan die verbreden en verdiepen. De ondersteunende kennis omvat de concepten, inhouden, structuren en methodes van het vakgebied. 8

9 3.2 De leraar kan de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aanwenden. 3.3 De leraar kan het eigen vormingsaanbod situeren en integreren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en oriëntering van de leerlingen. Functioneel geheel 4: De leraar als organisator 4.1 De leraar kan een gestructureerd werkklimaat bevorderen. 4.2 De leraar kan een soepel en efficiënt lesen dagverloop creëren, passend in een tijdsplanning vanuit het oogpunt van de leraar en de leerlingen. 4.3 De leraar kan op correcte wijze administratieve taken uitvoeren. 4.4 De leraar kan een stimulerende en werkbare klasruimte creëren, rekening houdend met de veiligheid van de leerlingen. Functioneel geheel 5: De leraar als innovator de leraar als onderzoeker 5.1 De leraar kan vernieuwende elementen aanwenden en aanbrengen. 5.2 De leraar kan kennisnemen van toegankelijke resultaten van onderwijsonderzoek die relevant zijn voor de eigen praktijk. De ondersteunende kennis omvat de concepten, inhouden en structuren, en methodes van het vakgebied. De ondersteunende kennis omvat leerlijnen, verwantschappen tussen eigen en andere vakgebieden, en onderwijsstructuren en studieloopbanen. De ondersteunende kennis omvat klasmanagement, leerbevorderende en belemmerende factoren. De ondersteunende kennis omvat de diverse vormen van tijdsmanagement zoals het gebruik van agenda s en het jaarplan. De ondersteunende kennis omvat de administratieve verplichtingen van de leraar, alsook het doel ervan. De ondersteunende kennis omvat de kenmerken van stimulerende en veilige leer- of werkvoorzieningen in een lokaal. De ondersteunende kennis omvat kenmerken van de schoolculturen en relevante informatiebronnen met betrekking tot ontwikkelingen over onderwijs en samenleving, waaronder beleidsinitiatieven inzake onderwijs. De ondersteunende kennis omvat relevante en toegankelijke informatiebronnen van onderwijsonderzoek. 9

10 5.3 De leraar kan het eigen functioneren ter discussie stellen en bijsturen. De ondersteunende kennis omvat vormen van reflectie op het eigen handelen en functioneren in de klas en op school, en de kenmerken van een eenvoudig praktijkgericht onderzoek. Verantwoordelijkheid tegenover de school/onderwijsgemeenschap: Functioneel geheel 6: De leraar als partner van de ouders of verzorgers 6.1 De leraar kan zich informeren over en discreet omgaan met gegevens over de leerling. 6.2 De leraar kan met ouders of verzorgers communiceren over het kind in de school op basis van overleg met collega s of externen. 6.3 De leraar kan in overleg met het team, communiceren met de ouders of verzorgers over het klas- en schoolgebeuren, rekening houdend met de diversiteit van de ouders. 6.4 De leraar kan met ouders of verzorgers een gesprek voeren over opvoeding en onderwijs. 6.5 De leraar kan in Standaardnederlands of naargelang de context in een ander passend register, adequaat in interactie treden met ouders en verzorgers. 6.6 De leraar kan strategieën ontwikkelen om te communiceren met anderstalige ouders. Functioneel geheel 7: De leraar als lid van een schoolteam 7.1 De leraar kan overleggen en samenwerken binnen het schoolteam. De ondersteunende kennis omvat elementen van deontologie in verband met gegevens over de leerling. De ondersteunende kennis omvat agogische inzichten met betrekking tot de communicatie tussen school en ouders, kennis van interne en externe begeleidingsdiensten en van externe hulpverleningsinstanties. De ondersteunde kennis omvat kennis van de diversiteit van sociale en culturele realiteiten van ouders of verzorgers, en communicatietechnieken. De ondersteunende kennis omvat referentiekaders om onderwijskundige thema s en ontwikkelingen te duiden. De ondersteunende kennis omvat communicatiestrategieën voor taalgebruik in functionele situaties. De ondersteunende kennis omvat de mogelijkheden die de communicatie met anderstalige ouders kunnen vergemakkelijken. De ondersteunende kennis omvat vormen van samenwerkingsverbanden binnen de school, decretale participatiestructuren, overlegorganen en hun 10

11 7.2 De leraar kan binnen het team over een taakverdeling overleggen en de afspraken naleven. 7.3 De leraar kan de eigen pedagogische en didactische opdracht en aanpak in het team bespreekbaar maken. 7.4 De leraar kan zich documenteren over de eigen rechtspositie en die van de leerlingen. 7.5 De leraar kan in Standaardnederlands adequaat in interactie treden met alle leden van het schoolteam. Functioneel geheel 8: De leraar als partner van externen 8.1 De leraar kan met hulp van collega s contacten leggen, communiceren en samenwerken met externe instanties die onderwijsbetrokken initiatieven aanbieden. 8.2 De leraar kan met de hulp van collega s de nodige relaties met organisaties initiëren, uitbouwen en onderhouden. 8.3 De leraar kan met het oog op gelijke onderwijskansen en in overleg met collega s, contacten leggen, communiceren en bevoegdheden, en kennis over de schoolcultuur. Eveneens relevante aspecten inzake schoolbeleid, de functies van het schoolwerkplan, de aanwending van het lesurenpakket en soorten leiderschapsstijlen. De ondersteunende kennis omvat kennis van functies en taken binnen een school. De ondersteunende kennis omvat diverse vormen van schoolinterne coaching en reflecterend leren. De ondersteunende kennis omvat basisregelgeving en instanties of bronnen die toegang geven tot geselecteerde en goed toegankelijke juridische kennis rond de rechten van het kind, van ouders of verzorgers, en van meerderjarige leerlingen. De ondersteunende kennis omvat communicatiestrategieën voor taalgebruik in functionele situaties. De ondersteunende kennis omvat zoekmethoden om initiatieven of instanties op te sporen die actief zijn in een betrokken regio. De ondersteunende kennis omvat zoekmethoden om in de betrokken regio actieve instanties en initiatieven op te sporen. De ondersteunende kennis omvat zoekmethoden om in de betrokken regio actieve instanties en initiatieven op te sporen. 11

12 samenwerken met de brede sociaal-culturele sector. 8.4 De leraar kan in Standaardnederlands adequaat in interactie treden met medewerkers van onderwijsbetrokken initiatieven en van stage-tewerkstellingsplaatsen. Functioneel geheel 9: De leraar als lid van de onderwijsgemeenschap 9.1 De leraar kan deelnemen aan het maatschappelijk debat over onderwijskundige thema s. 9.2 De leraar kan dialogeren over zijn beroep en zijn plaats in de samenleving. De ondersteunende kennis omvat communicatiestrategieën voor taalgebruik in functionele situaties. De ondersteunende kennis omvat recente ontwikkelingen in het onderwijs en referentiekaders om ontwikkelingen in het onderwijs te duiden. De ondersteunende kennis omvat referentiekaders om het lerarenberoep maatschappelijk te kunnen situeren, en de eigen basiscompetenties en het eigen beroepsprofiel. Verantwoordelijkheid tegenover de maatschappij: Functioneel 10: De leraar als cultuurparticipant 10.1 De leraar kan actuele maatschappelijke De ondersteunende kennis omvat alle relevante informatiebronnen. thema s en ontwikkelingen onderscheiden en kritisch benaderen op de volgende domeinen: - het sociaal-politieke domein - het sociaaleconomische domein - het levensbeschouwelijke domein - het cultureel-esthetische domein - het cultureel-wetenschappelijke domein. 12

13 Attitudes A1 Beslissingsvermogen A2 Relationele gerichtheid A3 Kritische ingesteldheid A4 Leergierigheid A5 Organisatievermogen A6 Zin voor samenwerking A7 Verantwoordelijkheidszin A8 Flexibiliteit Durven een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor dragen. In contacten met anderen kenmerken van echtheid, aanvaarding, empathie en respect tonen. Bereid zijn zichzelf en zijn omgeving ter discussie te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de wenselijkheid en haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen. Actief zoeken naar situaties om zijn competentie te verbreden en te verdiepen. Erop gericht zijn de taken zo te plannen, te coördineren en te delegeren, dat het beoogde doel op een efficiënte manier bereikt kan worden. Bereid zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken. Zich verantwoordelijk voelen voor de school als geheel en het engagement aangaan om een positieve ontwikkeling van het kind te bevorderen. Bereid zijn zich aan te passen aan wijzigende omstandigheden, zoals middelen, doelen, mensen en procedures. Wie de uitgebreidere versie wil raadplegen waarin de basiscompetenties verder worden onderverdeeld, kan dit doen op smartschool onder algemene info voor cursisten SLO. 13

14 2 Curriculumorganisatie 2.1 Modulaire opleidingsstructuur en flexibele trajecten De opleiding kent een modulaire structuur. Elke module heeft een omvang van 1 tot 6 lestijden. Deze lestijden zijn ingericht onder de vorm van contact- en gecombineerd, of afstandsonderwijs. De opleiding kent verschillende trajecten: Het reguliere traject: bestaat uit vier semester waarbinnen telkens 2 à 3 modules worden aangeboden. Het individuele leertraject: een traject op maat van de mogelijkheden van elke individuele cursist. Op deze manier kan het studietraject worden verkort of worden verlengd (met een maximum van 4 jaar). Het jaartraject: een intens traject, in eerste instantie afgestemd op cursisten met sterke en zelfstandige studievaardigheden. Zij doorlopen de hele opleiding in 1 jaar tijd. Het LIO-traject: verkort traject voor cursisten die minstens 60% werkzaam zijn in het onderwijs. Opstapjaar: een voorbereidend brugjaar voor mensen zonder diploma of gehomologeerd getuigschrift hoger secundair onderwijs. Nadat dit opstapjaar met vrucht wordt beëindigd, kan men instappen in een SLOtraject. De cursist doorloopt de opleiding module per module. Telkens hij slaagt voor een module, ontvangt hij daarvoor een getuigschrift. Indien hij alle modules succesvol heeft afgerond, ontvangt hij het diploma van leraar. Cursisten kunnen de opleiding zowel in september als in februari aanvangen. De jaaropleiding start echter enkel in september. 2.2 Studielast en inhoud De studielast wordt per module uitgedrukt in studiepunten. Eén studiepunt (stp) is gelijkgesteld met 25 à 30 uren studietijd voor een gemiddelde cursist. Deze studietijd omvat de tijd die de cursist besteed aan: het volgen van de lessen; het instuderen van leerinhouden; het voorbereiden van oefenmomenten; het maken van portfoliowerk binnen gecombineerd onderwijs; het reflecteren over praktijkoefeningen; feedbackmomenten. 14

15 Zo zal een module van 2 studiepunten voor een gemiddelde cursist bijvoorbeeld een studietijd vragen van 50 tot 60 uur. Hieronder vind je het structuurschema van de opleiding, gevolgd door een overzicht van de studielast van de volledige opleiding en van elke afzonderlijke module: De modules binnen de didactische competentie dienen verplicht in volgorde te worden afgelegd. Dat wil zeggen dat je enkel kan aanvangen met de module didactische competentie praktijkinitiatie als je het getuigschrift behaalde voor de module didactische competentie algemeen, enz. Overzicht studielast opleiding als geheel: Studietrajecten Opstapjaar: voor cursisten die niet in het bezit zijn van een diploma of gehomologeerd getuigschrift hoger secundair onderwijs Regulier-, individueel-, LIO- en jaartraject Studielast 15 studiepunten 60 studiepunten 15

16 Overzicht studielast per module: Competentiegeheel Module Studielast Opstap OTV 9 stp Opstap taalvaardigheid Didactische competentie Psycho-Pedagogische competentie Pedagogischorganisatorische competentie Maatsschappelijke en beroepsgerichte competentie OAV Opstap algemene vorming DCA Didactische competentie algemeen DCP Didactische competentie praktijkinitiatie DCO Didactische competentie oefenlessen DCS Didactische competentie stage PPC Psycho-pedagogische competentie COO Communicatie en overleg BEG Begeleiding GRM Groepsmanagement OMA Onderwijs en maatschappij LEV Leraar en verantwoordelijkheden 6 stp 6 stp 10 stp 10 stp 7 stp 6 stp 6 stp 4 stp 4 stp 3 stp 4 stp Overzicht aanbod modules binnen het jaartraject: Periode September t.e.m. oktober Modules DCA, GRM, OMA, COO*, BEG* November t.e.m. december DCP, PPC, BEG*, DCO*, COO* Januari t.e.m. februari DCO*, COO*, BEG* Maart t.e.m. juni DCS, LEV Opmerking: Modules aangeduid met een * lopen over verschillende perioden (zie concreet lessenrooster) 16

17 Overzicht aanbod modules binnen het regulier traject: Semester Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 Modules DCA, OMA, PPC DCP, COO DCO, GRM, BEG DCS, LEV 2.3 Praktijkcomponent van de opleiding De tien functionele gehelen en de daarbij behorende basiscompetenties vormen het uitgangspunt voor de Specifieke lerarenopleiding. Binnen de tien modules van de opleiding worden deze vereiste basiscompetenties concreet nagestreefd. Een competentie wordt beschouwd als de integratie van ondersteunende kennis, vaardigheden en attitudes. Competentiegericht onderwijs wijkt in verschillende vormen af van de traditionele wijze van leren. Waar de traditionele wijze van onderwijs zich voornamelijk beperkt tot het geven van een complete uitleg met instructie, is het competentiegericht leren voornamelijk gericht op het vergroten van de persoonlijke vermogens. Daarom wordt vaak uitgegaan van de kwaliteiten waarover iemand reeds beschikt. Uitgangspunten van competentiegericht leren zijn: Een sterke relatie met de beroepspraktijk; Een focus op de persoonlijke ontwikkeling en competentiegroei van de cursist; Een krachtige leeromgeving. Binnen competentiegericht leren wordt de brug theorie-praktijk erg belangrijk. Theoretische kaders moeten worden gekoppeld aan de praktijk, en omgekeerd moet de praktijk op zijn beurt worden teruggekoppeld aan de geziene theoretische kaders. Het gevolg hiervan is dat binnen de Specifieke lerarenopleiding vaardigheden, ondersteunende kennis en attitudes niet als afzonderlijke componenten worden aangeboden maar gecombineerd binnen elke module aan bod komen. In elke component komt met andere woorden de brug theorie-praktijk aan bod, al kan de mate waarin variëren. Het nieuwe decreet lerarenopleiding bepaalt dat 30 van de 60 studiepunten besteed moeten worden aan praktijk, terwijl de andere 30 besteed moeten worden aan theorie. 17

18 De praktijkcomponent wordt binnen de opleiding aangeboden onder drie vormen: Praktijkgerichte onderwijsactiviteiten (PO), die ingericht worden binnen het opleidingsinstituut zelf; Preservicetraining (PT), onderwijsactiviteiten die ingericht worden in de stageschool van de cursist; Leraar-in-opleiding (LIO-baan): onderwijsactiviteiten in de stageschool waarin de cursist ook daadwerkelijk wordt tewerkgesteld. De praktijkgerichte onderwijsactiviteiten komen samen met de ondersteunende theoretische kennis binnen elke module aan bod door: Contactonderwijs: de lessen die de cursist volgt; Gecombineerd- en/of afstandsonderwijs: de opdrachten binnen de context van gecombineerd- en/of afstandsonderwijs die de cursist uitvoert. De pre-servicetraining komt aan bod via het uitvoeren door de cursist van observatiestages en een doestage in een zelfgekozen stageschool. Concreet maken de cursisten dus vanaf de aanvang van de opleiding kennis met het werkveld. Hieronder volgt een overzicht: (gebaseerd op het jaartraject) Semester Oriënterende stage Observatiestage Participatiestage Doestage 1 DCA 2 DCP 3 GRM DCO 4 DCS DCS De pre-service praktijk heeft binnen de didactische modules een opbouw van oriënterend, naar observerend, naar participerend, naar uiteindelijk de actieve doestage. Bij deze opbouw heeft TNA SLO zich gebaseerd op onderstaand vakdidactisch model: Vakdactisch model (Elant, 2014) 18

19 DCA: de cursist onderzoekt de pijlers van de algemene didactiek, alsook de relevantie, het bestaansrecht van het specifieke vakgebied. De observatiestage focust voornamelijk op het ontsluiten van het eigen vak voor een specifieke doelgroep en is in die zin vooral oriënterend. DCP: de cursist onderzoekt de methodisch-didactische principes, werkvormen en gehanteerde media op de stageschool binnen het eigen vakgebied. De cursist onderzoekt voornamelijk de vertaling van de didactiek naar het vakdidactisch domein. De observatiestage is voornamelijk observerend. DCO: de cursist onderzoekt met de stagementor de concrete vakdidactische aspecten van het eigen vakgebied en oefent een aantal vakdidactische vaardigheden in. De stage is in die zin participerend. DCS: de cursist observeert en voert actief een doestage uit binnen het eigen vakgebied. Hij bereidt voor, voert uit, reflecteert over lessen met als doel een krachtige leeromgeving te realiseren. De stage is in die zin integrerend. Ook voor de module GRM gaan de cursisten op observatiestage: GRM: de cursist onderzoekt het klasmanagement en de groepsdynamische aspecten van de eigen doelgroep, het situationeel leiderschap van de geobserveerde leraar, de schoolcultuur en reflecteert over de eigen competenties als leraar, opvoeder en organisator. Cursisten dienen, met uitzondering van de module LEV, alle andere modules doorlopen te hebben alvorens ze de module didactische competentie stage kunnen aanvangen. De pre-service opdrachten worden telkens per module opgegeven, uitgevoerd en geëvalueerd. 2.4 Organisatie Observatie- en doestage in de Specifieke lerarenopleiding Om de praktische organisatie van de observatie- en doestages vlot te laten verlopen, krijgen de cursisten de nodige ondersteuning van een stagecoördinator. Hij onderhoudt ook de contacten met het werkveld. De stagecoördinator organiseert op gezette tijden stagebijeenkomsten waarop de cursisten ruim geïnformeerd worden over te ondernemen administratieve stappen en uit te voeren taken en opdrachten met betrekking tot de stagecomponenten. 19

20 Op het elektronisch leerplatform Smartschool vinden cursisten: alle benodigde formulieren en documenten terug om aan de administratieve formaliteiten van de observatie- en doestage te voldoen en de ondersteunende stappenplannen daarvoor; info en formulieren in verband met uit de voeren taken en opdrachten; regelmatige berichtgeving over de stagescholen. Elke cursist krijgt een persoonlijke stagebegeleider toegewezen vanuit het opleidingsinstituut, alsook een vakmentor binnen de stageschool die het leerproces van de cursist observeert, ondersteunt en evalueert. 2.5 Het Competentieportfolio Het uitgangspunt van de Specifieke lerarenopleiding zijn de 10 functionele gehelen, de daaraan gekoppelde basiscompetenties en de 8 beroepsgebonden attitudes. De cursist bewijst het realiseren van die basiscompetenties op verschillende manieren doorheen de verschillende modules, via examens, taken en opdrachten binnen de context van opleidings- en pre-service praktijk, het volgen van toolshops. Het portfolio heeft als voornaamste doel het ontwikkelen van een individueel vakdidactisch leertraject en het ontwikkelen van de vereiste reflectievaardigheden die nodig zijn binnen het kader van levenslang leren. De cursist leert grondig stilstaan bij de eigen talenten en werkpunten en ontwikkelt via het opstellen van actieplannen een onderzoeksgerichte en innovatieve houding, waarbij het optimaliseren van het eigen functioneren als leraar centraal staat. Zo ontwikkelt hij gaandeweg de professionele identiteit die aan de uitdagingen van de hedendaags visie op leren en onderwijzen tegemoet komt. Uiteraard komen ook de 8 beroepsgebonden attitudes hierbij aan bod via doelgerichte reflectie aan de hand de attitudeschaal. Zo kunnen evaluatiegegevens van competenties door de lectoren vergeleken worden met de zelfinschatting van de cursist. De sterkte-zwakteanalyse en attitudeschaal wordt geëvalueerd binnen de modules van de didactische competentie. Binnen de module DCS vullen ook de vakmentoren een attitudeschaal in over de betrokken cursist. Verder reflecteren de cursisten binnen de modules BEG, GRM en COO doelgericht over een aantal basiscompetenties. 20

21 2.6 Taal in de SLO Een leraar dient de nodige taalcompetenties te bezitten om adequaat te kunnen lesgeven, om verzorgd en correct cursusmateriaal te ontwikkelen, om professioneel met verschillende partijen te kunnen communiceren, omdat hij op vlak van taal een voorbeeldfunctie heeft naar zijn leerlingen toe,. Daarom biedt TNA SLO elke cursist die de opleiding aanvangt een taalproef aan die nagaat hoe vlot de cursist de verschillende taalfuncties beheerst. Indien een tekort wordt vastgesteld wordt de cursist geadviseerd aan taalremediëring te doen. Tijdens de module DCP wordt opnieuw een taalproef aangeboden. Indien opnieuw een tekort wordt vastgesteld, krijgt de cursist opnieuw de ruimte aan taalremediëring te doen. Tijdens DCO wordt nogmaals een taalproef aangeboden. De cursist bij wie op dat moment nog steeds een tekort wordt vastgesteld kan niet aanvangen met de module DCS tot het taaltekort werd geremedieerd. Aan de hand van De Dertien Doelen werden duidelijke taaldoelstellingen geformuleerd. Deze doelstellingen worden doorheen de opdracht mee geobserveerd en geëvalueerd. 2.7 Het cursistenvolgsysteem: de synthesekaart De cursist voert heel wat leeractiviteiten uit binnen zijn leerproces en deze worden geëvalueerd via examens, taken en opdrachten voor de opleidingspraktijk en pre-service praktijk en het competentieportfolio. Zo bewijst de cursist gaandeweg dat hij de verschillende basiscompetenties en beroepsattitudes heeft bereikt. De evaluatie geschiedt volgens duidelijke criteria. Het bewijs daarvoor is terug te vinden in de uploadzone van elke afzonderlijk gevolgde module op Smartschool. Tijdens klassenraden overlegt het lectorenteam over de vorderingen van de cursist. Deze vorderingen worden gebundeld in de synthesekaart, die binnen het cursistenvolgsysteem bewaard wordt op smartschool en door alle lectoren kan worden geraadpleegd. De synthesekaart geeft relevante informatie met betrekking tot het leerproces en de procesbegeleiding van de cursist. Je vindt een voorbeeld van deze synthesekaart op de volgende bladzijde. 21

22 Synthesekaart Naam cursist: Module Lector Werden de FG s en BC s van toepassing volgens de competentieniveaus bereikt? DCA DCP DCO DCS PPC COO GRM BEG OMA LEV Relevante info cursist Klas: Opmerkingen Binnen elke module kunnen drie componenten worden geëvalueerd: De theorie; De opleidingspraktijk en de pre-service praktijk; Het competentieportfolio. Modules worden variërend in verhouding ingericht onder de vorm van: Contactonderwijs; Gecombineerd onderwijs; Afstandsonderwijs. 2.8 Leerlijnontwikkeling van het kwalificatieprofiel Cursisten groeien doorheen hun leerproces in het behalen van de 48 verschillende basiscompetenties. Ze bereiken ze niet in een keer maar in verschillende opbouwende stappen. Daartoe werden leerlijnen ontwikkeld vanuit de 10 functionele gehelen waarin wordt weergegeven: In welke modules aan welke basiscompetenties wordt gewerkt; Welk beheersingsniveau van een basiscompetentie binnen een module door de cursist moet worden bereikt. 22

23 Voor de weergave van de 4 verschillende competentieniveaus baseert TNA SLO zich op het EDIE-model waarin: Elk niveau wordt omschreven op vlak van kennis en vaardigheden, context en autonomie; Het bereiken van een hoger stadium steeds het bereikt zijn van een lager competentieniveau veronderstelt. Kennis en vaardigheden Context Autonomie Elementair Stadium Verwerven van kennis = weten en inzien Beperkte handelingscontext Beperkt, externe sturing en begeleiding Doorgroei Stadium Integratie stadium Expert Stadium Toepassen van verworven kennis/uitvoeren van handeling onder gecontroleerde omstandigheden Afgebakende handelingscontext, wisselende variabelen Zekere zelfstandigheid, feedback en begeleiding Evalueren van verworven kennis/efficiënt en doeltreffend handelen Complexe handelingscontext, onverwachte factoren, complex Onafhankelijk functioneren, zichzelf bijsturen, methodologische begeleiding en supervisie Nieuwe denkpatronen ontwikkelen (creëren) en aangepaste gedragingen vertonen Authentieke en multidisciplinaire handelingscontext, zeer complex en onduidelijk Volledige autonomie, zelfsturing en intervisie De volgende pagina s geven een overzicht van de concrete leerlijnontwikkeling per basiscompetentie in de competentiematrix TNA SLO: 23

24 Competentiematrix TNA SLO Functionele gehelen en bijbehorende basiscompetenties Niveau 1: Elementair Stadium Niveau 2: Doorgroei stadium Functioneel geheel 1: de leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen Niveau 3: Integratie stadium Niveau 4: Expert stadium 1.1 De leraar kan de beginsituatie van de leerlingen en de leergroep achterhalen. Inzicht hebben in hoe individuele leerlingen en leerlingengroepen van elkaar verschillen. De beginsituatie van een leerling en van een leerlingengroep achterhalen uit verschillende bronnen. Kritisch evalueren van de achterhaalde beginsituatie van een leerling en leerlingengroep. Actief gebruik maken van individuele leerlingen- en groepsdossiers om de beginsituatie te achterhalen. DCA, PPC DCP, DCO DCS 1.2 De leraar kan doelstellingen kiezen en formuleren. Inzien dat de keuze en formulering van doelstellingen afhankelijk is van leerplannen en beginsituatie. Doelstellingen kiezen en formuleren op basis van leerplannen en beginsituatie. DCA, DCP, DCO Doelstellingen kiezen en formuleren op basis van leerplannen, beginsituatie, pedagogisch project en schoolwerkplan. DCS Doelstellingen gedifferentieerd kiezen en formuleren in functie van leerlingen en specifieke behoeften. 1.3 De leraar kan de leerinhouden en leerervaringen selecteren. Notie hebben van de bronnen die moeten geraadpleegd worden om leerinhouden en leerervaringen te selecteren. Uit een gegeven aanbod (leerplannen, handboeken, beginsituatie, ) leerinhouden en leerervaringen selecteren. Uit een gegeven aanbod (leerplannen, handboeken, beginsituatie, ) leerinhouden en leerervaringen selecteren, rekening Leerinhouden en leerervaringen selecteren, rekening houdend met individuele noden van leerlingen. 24

25 DCA, DCP houdend met vakoverschrijdend werken. DCO, DCS 1.4 De leraar kan de leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten. Inzien hoe leerinhouden moeten worden gestructureerd en vertaald in leeractiviteiten. Vanuit doelstellingen en beginsituatie leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten. Leerinhouden structureren en vertalen in leeractiviteiten rekening houdend met vakoverschrijdend werken. Leerinhouden structuren en vertalen in leeractiviteiten vanuit flexibele individuele noden van leerlingen. DCA, DCP DCO, DCS 1.5 De leraar kan aangepaste werkvormen en groeperingsvormen bepalen. Overzicht hebben van de diversiteit aan werk- en groeperingsvormen die een leraar kan gebruiken. Vanuit doelstellingen en beginsituatie werken groeperingsvormen kiezen en aanwenden. DCA Vanuit doelstellingen en beginsituatie werk- en groeperingsvormen verantwoord integreren met extra aandacht voor vakdidactische criteria. DCP, DCO, DCS Werk- en groeperingsvormen flexibel integreren met het oog op een gedifferentieerde onderwijspraktijk. 1.6 De leraar kan individueel en in team leermiddelen kiezen en aanpassen. Overzicht hebben van de diversiteit aan didactische leermiddelen. DCA Vanuit doelstellingen en beginsituatie leermiddelen kiezen en aanwenden. DCP Vanuit doelstellingen en beginsituatie leermiddelen verantwoord integreren met extra aandacht voor vakdidactische criteria. DCO, DCS Leermiddelen flexibel integreren met het oog op een gedifferentieerde onderwijspraktijk. 25

26 1.7 De leraar kan een gedifferentieerde leeromgeving realiseren, met aandacht voor de heterogeniteit binnen de leergroep. Inzien van het belang van krachtige leeromgevingen en deze duiden. DCA, PPC, GRM Krachtige leeromgevingen ontwerpen en binnen een afgebakende context toepassen. DCP, DCO Krachtige leeromgevingen ontwerpen en binnen een complexe context toepassen. DCS Krachtige leeromgevingen ontwikkelen en verzorgen met het oog op differentiatie. 1.8 De leraar kan observatie en evaluatie voorbereiden, individueel en indien nodig in team. Notie hebben van de plaats van evaluatie binnen de didactiek en van de diversiteit van evaluatievormen. DCA Een evaluatieinstrument opstellen vanuit een afgebakende context. DCP Een evaluatieinstrument opstellen vanuit een complexe context. DCS Het opstellen van een evaluatieinstrumentarium kritisch analyseren vanuit de specifieke schoolcultuur. 1.9 De leraar kan proces en product evalueren met het oog op bijsturing, remediëring en differentiatie. Notie hebben van de functionaliteit van evaluatie voor leerlingen en leraar. DCA Een evaluatieinstrument opstellen op valide en doelstellingenrepresentatieve wijze in functie van het begeleiden van leerlingen. DCP Een evaluatieinstrument afnemen en verwerken in functie van het begeleiden van leerlingen en het optimaliseren van het eigen didactisch handelen. DCS Het afnemen en verwerken van een evaluatieinstrumentarium kritisch analyseren vanuit de specifieke schoolcultuur De leraar kan in overleg met collega s deelnemen aan zorgverbredingsinitiatieven en die laten aansluiten bij de totaalbenadering van de school. Zicht hebben op de meest voorkomende zorgverbredingsinitiatieven. PPC In een afgebakende context overleggen over zorgverbreding en gelijke kansen. COO In overleg met de mentor aan een specifiek vakgebonden zorgverbredingsinitiatief deelnemen. DCS* In teamverband een specifiek zorgverbredingsinitiatief ontwikkelingen De leraar kan het leeren ontwikkelingsproces adequaat begeleiden in Bewustzijn van het belang en de rol van taal in het onderwijs. In een afgebakende situatie in Standaardnederlands In een complexe situatie in Standaardnederlands, In overleg met collega s het taalbeleid op vlak van het gebruik van 26

27 Standaardnederlands en daarbij rekening houden met en gericht inspelen op de diverse persoonlijke en maatschappelijk taalachtergronden van de leerlingen. Alle modules op een adequate manier leer- en ontwikkelingsprocessen begeleiden, afgestemd op de leerlingen. DCA, DCP, DCO, COO leer- en ontwikkelingsprocessen begeleiden, afgestemd op de leerlingen en ze hierbij stimuleren in het gebruik van Standaardnederlands bij talige acties. DCS Standaardnederlands bij leer- en ontwikkelingsprocessen verder ontwikkelen en bijsturen De leraar kan omgaan met de diversiteit van de leergroep. Inzicht hebben in de inhoud, reikwijdte en omgangsvormen m.b.t. diversiteit. PPC, GRM Omgangsvormen m.b.t. diversiteit toepassen in een afgebakende context. DCP, DCO, COO Omgaan met diversiteit bij leerlingen ingevuld vanuit de eigen persoon van de leraar en passend binnen de context. DCS In overleg met collega s de eigen omgangsvormen m.b.t. diversiteit verdiepen en verder ontwikkelen De leraar kan leer- en ontwikkelingsprocessen opzetten, zowel vanuit de inhouden van zijn/haar vakgebied, als vanuit een vakoverschrijdende invalshoek. Kennis hebben van het vakoverschrijdend werken als wezenlijke taak van iedere leraar. Binnen gegeven lessen vakoverschrijdend werken integreren. Participeren aan initiatieven vanuit een vakoverschrijdende invalshoek. Initiatieven vanuit een vakoverschrijdende invalshoek opzetten en realiseren. DCA, PPC DCP, DCO DCS* Functioneel geheel 2: de leraar als opvoeder 2.1 De leraar kan in overleg een positief leefklimaat creëren voor de leerlingen in klasverband en op school. Kennis hebben over de factoren die het leefklimaat bepalen en hoe een leraar hierin een rol kan spelen. Deelvaardigheden preventief en remediërend toepassen in functie van een positief leefklimaat. Vanuit de eigen leraarsstijl vaardigheden integreren met het oog In wisselwerking met collega s bijdragen tot een positief schoolklimaat en zichzelf verder ontwikkelen. 27

28 DCA, PPC DCP, GRM op een positief leefklimaat. DCO, DCS 2.2 De leraar kan de emancipatie van de leerlingen bevorderen. Besef hebben van het belang van emancipatie en inzicht hebben in factoren die de emancipatie bij leerlingen belemmeren of bevorderen. COO, LEV Initiatieven nemen om emancipatie bij leerlingen in een afgebakende context te stimuleren. DCP, DCO, BEG Leerlingen stimuleren tot emancipatie en hierin verantwoordelijkheid nemen naar de anderen. DCS Ontwikkelen van schoolbrede initiatieven ter bevordering van emancipatie bij leerlingen. 2.3 De leraar kan door attitudevorming leerlingen op individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie voorbereiden. Het belang inzien dat de leraar door attitudevorming de leerlingen stimuleert tot individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. DCA In een afgebakende situatie door attitudevorming de leerlingen stimuleren tot individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. DCP, DCO, GRM, BEG In een complexe situatie door attitudevorming de leerlingen stimuleren tot individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie en dit kritisch bevragen. DCS In overleg met collega s kritisch bevragen en bijsturen van attitudevorming bij leerlingen m.b.t. individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. 2.4 De leraar kan actuele maatschappelijke ontwikkelingen hanteren in een pedagogische context. Openstaan voor en op zoek gaan naar betrouwbare bronnen rond maatschappelijke thema s en ontwikkelingen. Maatschappelijke ontwikkelingen en thema s integreren in een afgebakende context. Maatschappelijke ontwikkelingen en thema s integreren in een complexe context en ze kritisch bevragen. In overleg met collega s nadenken over maatschappelijke thema s en ontwikkelingen en hoe die te hanteren in een pedagogische context. OMA, PPC, LEV DCP, DCO, BEG DCS 2.5 De leraar kan adequaat omgaan met leerlingen in Kennis hebben van de achtergrond en het Binnen een afgebakende context Binnen een complexe context adequaat In overleg met collega s meedenken, ontwikkelen 28

29 sociaal-emotionele probleemsituaties of met gedragsmoeilijkheden. ontstaan van gedrags- en socio-emotionele moeilijkheden bij leerlingen om op een adequate en deontologische manier hiermee om te gaan. PPC adequaat omgaan met gedrags- en socioemotionele problemen met leerlingen. BEG omgaan met gedragsen socio-emotionele problemen met leerlingen, deze kritisch bevragen en zichzelf bijsturen. DCS en bijsturen van beleidsplannen m.b.t. gedrags- en socioemotionele problemen. 2.6 De leraar kan de fysieke en geestelijke gezondheid van de leerlingen bevorderen. Het belang inzien van het bevorderen van fysieke en geestelijke gezondheid van leerlingen. Zorg dragen voor de gezondheid en het welbevinden van leerlingen in een concrete situatie. Leerlingen in een complexe situatie actief stimuleren tot een gezonde levenswijze. Ontwikkelen en bijsturen van initiatieven in het kader van een gezonde school. 2.7 De leraar kan communiceren met leerlingen met diverse taalachtergronden in diverse talige situaties. BEG Kennis m.b.t. andere culturen en taalregisters. DCP, DCO Binnen een afgebakende context omgaan met leerlingen uit andere culturen en met andere taalachtergrond. COO DCP, DCO, BEG Functioneel geheel 3: de leraar als inhoudelijk expert DCS Binnen een complexe context gepast communiceren met leerlingen uit andere culturen en met andere taalachtergrond en zich via reflectie en feedback bijsturen. DCS In overleg met collega s kritisch bevragen en bijsturen van beleidsplannen m.b.t. leerlingen uit andere culturen of met een andere taalachtergrond. 3.1 De leraar beheerst de domeinspecifieke kennis en vaardigheden, en kan die verbreden en verdiepen. M.b.t. een zelf gekozen context de domeinspecifieke kennis en vaardigheden van het te onderwijzen vakgebied M.b.t. een zelf gekozen context domeinspecifieke kennis en - vaardigheden van het M.b.t. een opgelegd lesonderwerp domeinspecifieke kennis en vaardigheden van het M.b.t. de context van het volledige vakgebied de domeinspecifieke kennis en vaardigheden op eigen niveau 29

30 op eigen niveau beheersen. DCA te onderwijzen vakgebied op eigen niveau beheersen, verbreden en verdiepen. DCP, DCO te onderwijzen vakgebied op eigen niveau beheersen, verbreden en verdiepen. beheersen, verbreden en verdiepen. DCS M.b.t. een opgelegd lesonderwerp domeinspecifieke kennis en vaardigheden vertalen in een pedagogischdidactische aanpak. DCS Vanuit het eigen vormingsaanbod een leerling begeleiden en oriënteren in het geheel van het onderwijsaanbod. DCS* 3.2 De leraar kan de verworven domeinspecifieke kennis en vaardigheden aanwenden. Beseffen dat het overbrengen van inhouden en vaardigheden een methodische aanpak vereist. DCA Het belang inzien van het situeren en integreren van het eigen vormingsaanbod in het geheel van het onderwijsaanbod. M.b.t. een zelf gekozen context domeinspecifieke kennis en vaardigheden vertalen in een pedagogischdidactische aanpak. DCP, DCO Situeren van het eigen vormingsaanbod in het geheel van het onderwijsaanbod. De leerstof zodanig beheersen dat de leraar erin slaagt om een optimale uitdaging te bieden aan zowel inhoudelijk zwakkere als sterkere leerlingen. 3.3 De leraar kan het eigen vormingsaanbod situeren en integreren in het geheel van het onderwijsaanbod met het oog op de begeleiding en de oriëntering van leerlingen. DCA Functioneel geheel 4: de leraar als organisator OMA, LEV In teamverband een leerling met specifieke noden begeleiden en oriënteren in het geheel van het onderwijsaanbod. 4.1 De leraar kan een gestructureerd werkklimaat bevorderen. Inzicht hebben in factoren die invloed hebben op het werkklimaat: zicht hebben op de pedagogische grondhouding, pedagogische en leiderschapsvaardigheden. Elementen van een pedagogische grondhouding, pedagogische vaardigheden en aspecten van goed leiderschap in Rekening houdend met de eigen stijl, een gestructureerd werkklimaat realiseren en dit kritisch bevragen. Flexibel kunnen omgaan met belemmerende en bevorderende factoren in functie van werkklimaat. 30

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs 1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs Het Vlaams parlement legde de basiscompetenties die nagestreefd en gerealiseerd moeten worden tijdens de opleiding vast. Basiscompetenties zijn een

Nadere informatie

Didactische competentie oefenlessen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Didactische competentie oefenlessen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4 MODULE Didactische competentie oefenlessen A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Didactische competentie oefenlessen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Didactische competentie oefenlessen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4 MODULE Didactische competentie oefenlessen A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4 ECTS-FICHE MODULE Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester

Nadere informatie

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4 ALGEMENE INFORMATIE MODULE Didactische competentie algemeen (DCA) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester

Nadere informatie

1. Functionele gehelen

1. Functionele gehelen AR-WG BASISCOMP-DOC-1718-004 Bijlage. Basiscompetenties als vermeld in artikel 1 De basiscompetenties van pas afgestudeerde leraren worden bepaald door twee factoren. Enerzijds zijn er tien functionele

Nadere informatie

Studiegids SLO

Studiegids SLO Studiegids SLO 2017-2018 1 INHOUD INHOUD... 2 1 Uitgangspunten TNA SLO... 3 1.2 Doel en Doelgroep... 3 1.2 Visie TNA SLO... 3 1.3 Competentiegehelen in de Specifieke lerarenopleiding... 4 1.4 Kwalificatieprofiel

Nadere informatie

Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 MODULE Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen. A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 MODULE Vakdidactische Studie (VDS) Algemeen A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Klasmanagement (KLM) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Klasmanagement (KLM) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 MODULE Klasmanagement (KLM) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 Aantal studiepunten 3

Nadere informatie

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 MODULE Begeleiding (BEG) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 Aantal studiepunten 3 (1

Nadere informatie

Onderwijs- en onderzoeksopdrachten (OOO) A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

Onderwijs- en onderzoeksopdrachten (OOO) A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4 Algemene informatie MODULE Onderwijs- en onderzoeksopdrachten (OOO) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester

Nadere informatie

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 MODULE Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 MODULE Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Onderwijs en Maatschappij (OMA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X

Onderwijs en Maatschappij (OMA) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X MODULE Onderwijs en Maatschappij (OMA) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X Aantal studiepunten

Nadere informatie

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4

Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 MODULE Psychopedagogische Competentie (PPC) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester 4 Aantal

Nadere informatie

Communicatie en overleg (COO) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4

Communicatie en overleg (COO) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4 MODULE Communicatie en overleg (COO) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 X Semester 2 Semester 3 Semester 4 Aantal studiepunten

Nadere informatie

Klasmanagement (KLM) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Klasmanagement (KLM) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 MODULE Klasmanagement (KLM) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 Aantal studiepunten 3

Nadere informatie

De verhouding tussen de basiscompetenties, de Dublindescriptoren en de domeinspecifieke leerresultaten

De verhouding tussen de basiscompetenties, de Dublindescriptoren en de domeinspecifieke leerresultaten Bijlage. Basiscompetenties als vermeld in artikel 1 De basiscompetenties van pas afgestudeerde leraren worden bepaald op basis van de volgende twee factoren: - tien functionele gehelen - een set van attitudes

Nadere informatie

Leraar en verantwoordelijkheden (LEV) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X

Leraar en verantwoordelijkheden (LEV) A. Algemeen. Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X MODULE Leraar en verantwoordelijkheden (LEV) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie X Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X Aantal

Nadere informatie

Ondersteuning door kennis van :

Ondersteuning door kennis van : BASISCOMPETENTIES leraar SO (Bron: VLUHR. Domeinspecifiek Referentiekader Visitatie Specifieke Lerarenopleiding (SLO)) Functioneel geheel 1 : De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen

Nadere informatie

Basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs

Basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs Basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs Functioneel geheel 1 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen 1.1 De leerkracht kan de beginsituatie van de leerlingen en de

Nadere informatie

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 MODULE Begeleiding (BEG) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 Aantal studiepunten 3 (1

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches. ECTS-Fiche Vakdidactische oefeningen 1 Code: 10374 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 6

Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches. ECTS-Fiche Vakdidactische oefeningen 1 Code: 10374 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 6 Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches ECTS-Fiche Vakdidactische oefeningen 1 Code: 10374 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 6 Studietijd: 120 à 150 uur Deliberatie: mogelijk Vrijstelling: niet

Nadere informatie

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4

Begeleiding (BEG) A. Algemeen. Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 MODULE Begeleiding (BEG) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie x Praktijk Semester 1 Semester 2 Semester 3 x Semester 4 Aantal studiepunten 3 (1

Nadere informatie

VISIEGIDS SLO TNA voor Cursisten

VISIEGIDS SLO TNA voor Cursisten VISIEGIDS SLO TNA voor Cursisten 1 Inhoud Inleiding:... 3 1 Visie SLO leren en onderwijs... 4 2 Visie SLO Vakdidactiek... 7 3 Visie SLO Competentiegericht onderwijs... 11 4 visie SLO reflectie professionele

Nadere informatie

De competenties die prioritair aan bod komen tijdens dit opleidingsonderdeel zijn:

De competenties die prioritair aan bod komen tijdens dit opleidingsonderdeel zijn: Specifieke lerarenopleiding C ECTS-fiche opleidingsonderdeel vakdidactische oefeningen 2 Code: 10375 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 6 Studietijd: 120 à 150 uur Deliberatie: mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

Competentiegerichte Standaard voor Praktijk

Competentiegerichte Standaard voor Praktijk Competentiegerichte Standaard voor Praktijk Inleiding De basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs geformuleerd door de overheid (5 oktober 2007, verschenen in het Staatsblad op 17 januari

Nadere informatie

A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4

A. Algemeen. Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 X Semester 4 MODULE Professioneel handelen in het onderwijs voor de leraar in opleiding 2 (PHIOLIO 2) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester

Nadere informatie

ECTS- FICHE. Bij aanvang van dit opleidingsonderdeel dient de cursist over de volgende competenties te beschikken:

ECTS- FICHE. Bij aanvang van dit opleidingsonderdeel dient de cursist over de volgende competenties te beschikken: Specifieke lerarenopleiding ECTS- FICHE ECTS-Fiche opleidingsonderdeel Onderwijspsychologie Code: 10372 Academiejaar: 2015 2016 Aantal studiepunten: 6 Studietijd: 150 à 180 uur Deliberatie: mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

ECTS-fiche Didactische competentie praktijkinitiatie (DCP)

ECTS-fiche Didactische competentie praktijkinitiatie (DCP) ECTS-fiche Didactische competentie praktijkinitiatie (DCP) A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 X Semester 3 Semester

Nadere informatie

ECTS- FICHE. L.Fret, H. Hicketick, S. Van Schoubroeck

ECTS- FICHE. L.Fret, H. Hicketick, S. Van Schoubroeck Specifieke lerarenopleiding ECTS- FICHE ECTS-Fiche Communicatievaardigheid Code: COMM Cluster: 1 Academiejaar: 2017-2018 Aantal studiepunten: 3 Studietijd: 75 à 90 lestijden Deliberatie: mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

BEOORDELING STAGE DOOR DE VAKMENTOR

BEOORDELING STAGE DOOR DE VAKMENTOR Opleidingsinstelling Adres Telefoon fax BEOORDELING STAGE DOOR DE VAKMENTOR Identificatie Naam student/cursist: Opleidingsonderdeel/module: Stageplaats: Vakmentoren: naam en contactgegevens Periode: O

Nadere informatie

ECTS-fiche VAKDIDACTISCHE STAGE

ECTS-fiche VAKDIDACTISCHE STAGE ECTS-fiche VAKDIDACTISCHE STAGE A. Algemeen Situering binnen het programma Periode binnen het tweejarige modeltraject Theorie Praktijk X Semester 1 Semester 2 Semester 3 Semester 4 X Aantal studiepunten

Nadere informatie

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel: Gretel Van Heukelom

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel: Gretel Van Heukelom Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches ECTS-fiche opleidingsonderdeel VAKDIDACTISCHE STAGE Code: 10379 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 9 Studietijd: 225 à 270 uur Deliberatie: mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches ECTS-Fiche opleidingsonderdeel: VAKDIDACTISCHE STUDIE Code: 10377 Academiejaar: 2017-2018 Aantal studiepunten: 3 Studietijd: 75 a 90 uur Deliberatie: Mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

Functiebeschrijving beleidsmedewerker

Functiebeschrijving beleidsmedewerker Functiebeschrijving beleidsmedewerker Algemeen kader: Krachtlijnen van het opvoedingsconcept voor het katholiek basisonderwijs ( OKB) Werken aan een schooleigen christelijke identiteit Werken aan een degelijk

Nadere informatie

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel: Gretel Van Heukelom. De cursist moet de volgende opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen:

Verantwoordelijke opleidingsonderdeel: Gretel Van Heukelom. De cursist moet de volgende opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen: Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches ECTS-fiche opleidingsonderdeel PHIOLIO 1 en 2 Code: 10366-10367 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 24 Studietijd: 600 à 720 u Deliberatie: mogelijk Vrijstelling:

Nadere informatie

STUDIEGIDS m.i.v. ECTS-fiches 2015-2016

STUDIEGIDS m.i.v. ECTS-fiches 2015-2016 STUDIEGIDS m.i.v. ECTS-fiches 2015-2016 Stationsstraat 36 3590 Diepenbeek tel 011 350429 fax 011 350428 e-mail info@cvolimlo.be wwwcvolimlo.be Studiegids 2015-2016 1 Inhoud 1 UITGANGSPUNTEN VAN DE OPLEIDING

Nadere informatie

Eindevaluatiedocument

Eindevaluatiedocument Eindevaluatiedocument Naam student: Stageplaats: Het eindevaluatiedocument is gebaseerd op de basiscompetenties voor de leerkracht secundair onderwijs, de taalcompetenties en de overkoepelende attitudes,

Nadere informatie

Functiebeschrijving van onderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties

Functiebeschrijving van onderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties Functiebeschrijving van onderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Besluit van de Vlaamse regering betreffende de basiscompetenties voor de leraar lager onderwijs

Nadere informatie

Functiebeschrijving van kleuteronderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties

Functiebeschrijving van kleuteronderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties Functiebeschrijving van kleuteronderwijzer(es) Bijlage 3: Basiscompetenties Goedkeuringsdatum: 05/10/2007 Publicatie: 17/01/2008 MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Besluit van de Vlaamse regering betreffende

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Module Didactische competentie stage 3

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Module Didactische competentie stage 3 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding SLO Module Didactische competentie stage 3 Code E6 DCS3 Lestijden 40 Studiepunten 6 Ingeschatte totale 150 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen

Nadere informatie

Inhoud. Studiegids 2012-2013 1

Inhoud. Studiegids 2012-2013 1 Inhoud 1 UITGANGSPUNTEN VAN DE OPLEIDING 2 1.1 Doelgroep en algemene doelstellingen 2 1.2 Visie op het leraarsberoep 2 1.2.1 Verruimde professionaliteit 2 1.2.2 Gewijzigde onderwijsopvattingen 2 1.3 Basisprofessionaliteit

Nadere informatie

Functiebeschrijving leraar lager onderwijs

Functiebeschrijving leraar lager onderwijs 1. Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen zal u: Functiebeschrijving leraar lager onderwijs Onze scholen willen de gehele mens vormen. Ze leggen in het bijzonder de nadruk op een pedagogische

Nadere informatie

Basiscompetenties, opleidingsspecifieke accenten en attitudes KdG

Basiscompetenties, opleidingsspecifieke accenten en attitudes KdG Basiscompetenties, opleidingsspecifieke accenten en attitudes KdG DLR 1 BaCo 1 De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces.

Nadere informatie

De 10 basiscompetenties van de leraar

De 10 basiscompetenties van de leraar De 10 basiscompetenties van de leraar Woord vooraf 1 De leraar als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen 2 De leraar als opvoeder 3 De leraar als inhoudelijk expert 5 8 36 52 4 De leraar als organisator

Nadere informatie

Basiscompetenties voor de leraar kleuteronderwijs

Basiscompetenties voor de leraar kleuteronderwijs Bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2007 betreffende de basiscompetenties van de leraren (Verschenen in het Belgisch Staatsblad 17.01.2008, p.1594-1631) Basiscompetenties voor

Nadere informatie

Functiebeschrijving mentor

Functiebeschrijving mentor Functiebeschrijving mentor Algemeen kader: Krachtlijnen van het opvoedingsconcept voor het katholiek basisonderwijs ( OKB) Werken aan een schooleigen christelijke identiteit Werken aan een degelijk onderwijsinhoudelijk

Nadere informatie

De cursist moet geen opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen.

De cursist moet geen opleidingsonderdelen afgewerkt hebben of gelijktijdig volgen. Specifieke lerarenopleiding ECTS-fiches ECTS-fiche opleidingsonderdeel: COMMUNICATIEVAARDIGHEID Code: 10368 Academiejaar: 2015-2016 Aantal studiepunten: 3 Studietijd: 75 à 90 uur Deliberatie: mogelijk

Nadere informatie

ONDERWIJS EN MAATSCHAPPIJ (OMA)

ONDERWIJS EN MAATSCHAPPIJ (OMA) INHOUD MODULES SLO Elke module van de specifieke lerarenopleiding bevat een theoriecomponent en een praktijkcomponent. De praktijkcomponent bestaat enerzijds uit opleidingspraktijk (= OP, praktijkgerichte

Nadere informatie

Functiebeschrijving leerkracht bewegingsopvoeding in het lager en kleuteronderwijs

Functiebeschrijving leerkracht bewegingsopvoeding in het lager en kleuteronderwijs 1. Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen zal u Functiebeschrijving leerkracht bewegingsopvoeding in het lager en kleuteronderwijs Onze scholen willen de gehele mens vormen. Ze leggen in het

Nadere informatie

Functiebeschrijving leraar kleuteronderwijs

Functiebeschrijving leraar kleuteronderwijs 1. Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen zal u: Functiebeschrijving leraar kleuteronderwijs Onze scholen willen de gehele mens vormen. Ze leggen in het bijzonder de nadruk op een pedagogische

Nadere informatie

Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs Beste student, beste klasmentor,

Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs Beste student, beste klasmentor, Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs 08-093 Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs - 08-09 Brusselsepoortstraat 93-9000 GENT - Tel.: 09 34 8 00 - www.arteveldehogeschool.be Dit document vindt

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke lerarenopleiding Maatschappelijk en beroepsgericht handelen in de onderwijspraktijk

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke lerarenopleiding Maatschappelijk en beroepsgericht handelen in de onderwijspraktijk ECTS-fiche Opzet van de ECTS-fiche is om een uitgebreid overzicht te krijgen van de invulling en opbouw van de module. Er bestaat slechts één ECTS-fiche voor elke module. 1. Identificatie Opleiding Specifieke

Nadere informatie

ECTS-fiche. Opleiding Didactische Competentie algemeen

ECTS-fiche. Opleiding Didactische Competentie algemeen ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding SLO Module Didactische Competentie algemeen Code E1 DCa Lestijden 60 Studiepunten 4 Ingeschatte totale 100 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen

Nadere informatie

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de basiscompetenties van de leraren DE VLAAMSE REGERING,

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de basiscompetenties van de leraren DE VLAAMSE REGERING, 2 Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de basiscompetenties van de leraren DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs

Nadere informatie

INFORMATIEBROCHURE. SLO Specifieke Lerarenopleiding Campus Kluizeplein - Lier

INFORMATIEBROCHURE. SLO Specifieke Lerarenopleiding Campus Kluizeplein - Lier INFORMATIEBROCHURE SLO Specifieke Lerarenopleiding Campus Kluizeplein - Lier ACADEMIEJAAR 2015-2016 Pagina 2 van 7 Specifieke Lerarenopleiding DEEL 1 Algemeen Wat is de SLO? SLO is de afkorting voor Specifieke

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 1594 BELGISCH STAATSBLAD 17.01.2008 MONITEUR BELGE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Onderwijs : secundair onderwijs

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Onderwijs : secundair onderwijs Uittreksel uit het visitatierapport Onderwijs: secundair onderwijs, 19 december 2007 Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Onderwijs : secundair onderwijs 1 Inleiding

Nadere informatie

* schrappen wat niet past

* schrappen wat niet past SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING LESEVALUATIEDOCUMENT Gelieve deze tabel in te vullen Naam cursist (lio /stagiair*): Naam vakmentor /stagebegeleider /liobegeleider*: Naam Stageschool/Lioschool*: Graad en leerjaar:

Nadere informatie

Beste student, beste klasmentor,

Beste student, beste klasmentor, Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs - 2018-2019 Brusselsepoortstraat 9-9000 GENT - Tel.: 09 24 81 00 - www.arteveldehogeschool.be Dit document vindt u digitaal op www.partnersinleren.be > Stage

Nadere informatie

Vakdidactiek: inleiding

Vakdidactiek: inleiding Vakdidactiek: inleiding Els Tanghe 1 1. Inleiding Een specialist in de wiskunde is niet noodzakelijk een goede leraar wiskunde. Een briljant violist is niet noodzakelijk een goede muziekleraar. Een meester-bakker

Nadere informatie

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni 27 oktober 2011 Terugkomavond SLO-alumni SLO Liaison Officer: Mevr. C. Van Liedekerke Coördinator: Dhr. G. Walraevens Medewerkers SLO: Mevr. D. Bulckmans Mevr. T. Casteele Mevr. H. De Groote Dhr. O. Holz

Nadere informatie

Studiewijzer Diversiteit

Studiewijzer Diversiteit 1 Thomas More Kempen Studiewijzer Studiewijzer Diversiteit OPO-verantwoordelijke: Annelies Demessemaeker Docenten: Eline Bernaerts en Annelies Demessemaeker CAMPUS Vorselaar Domein Lerarenopleiding Bachelor

Nadere informatie

ECTS-fiche 2015-2016. 10 Theorie (T) 3 Praktijk 7 Praktijkgerichte 5,1 onderwijsactiviteiten (PO) Preservicetraining (PT) 1,9

ECTS-fiche 2015-2016. 10 Theorie (T) 3 Praktijk 7 Praktijkgerichte 5,1 onderwijsactiviteiten (PO) Preservicetraining (PT) 1,9 ECTS-fiche 2015-2016 MODULE Didactische competentie oefenlessen (DCO) Stationsstraat 36 3590 Diepenbeek tel 011 350429 fax 011 350428 e-mail info@cvolimlo.be www.cvolimlo.be Studieomvang (studiepunten)

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische Competentie algemeen. Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische Competentie algemeen. Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding SLO Module Didactische Competentie algemeen Code E1 DCa Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale 150 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen

Nadere informatie

Omgaan met diversiteit in de basiscompetenties voor de lerarenopleiding

Omgaan met diversiteit in de basiscompetenties voor de lerarenopleiding Omgaan met diversiteit in de basiscompetenties voor de lerarenopleiding Sleutelcompetenties Diversiteit zien als een normaal fenomeen waar iedereen dagelijks in verschillende situaties mee te maken krijgt

Nadere informatie

Functiebeschrijving van leerkracht bewegingsopvoeding kleuteronderwijzer. Bijlage 3: Basiscompetenties

Functiebeschrijving van leerkracht bewegingsopvoeding kleuteronderwijzer. Bijlage 3: Basiscompetenties Functiebeschrijving van leerkracht bewegingsopvoeding kleuteronderwijzer Bijlage 3: Basiscompetenties Goedkeuringsdatum: 05/10/2007 Publicatie: 17/01/2008 MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP Besluit

Nadere informatie

Informatie in verband met de LIO-trajecten ( )

Informatie in verband met de LIO-trajecten ( ) Specifieke lerarenopleiding, LIO (Leerkracht in opleiding) Informatie in verband met de LIO-trajecten (2018-2019) LIO 1 Het LIO1-traject vormt een onderdeel van de Specifieke Lerarenopleiding. Binnen het

Nadere informatie

Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO)

Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO) Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO) 2018-2019 www.cvo.vtibrugge.be www.creo.be/slo Inhoudstafel INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 2 1 SITUERING... 3 1.1 Hervorming lerarenopleidingen... 3 1.2

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding

Specifieke lerarenopleiding Rouppeplein 16 1000 Brussel 02/546.22.63 kirsten.deschrijver@cvolethas.be www.lethas.be Specifieke lerarenopleiding 2016-2017 Wil je leraar worden? Standaardtraject 2 jaar Versneld traject 1 jaar+ semester

Nadere informatie

1 COMPETENTIEVELD 1: LERAARS BEWEGEN VOOR KINDEREN

1 COMPETENTIEVELD 1: LERAARS BEWEGEN VOOR KINDEREN 1 BIJLAGE 2 Relatie tussen domeinspecifieke leerresultaten (DLR's) en competentieprofiel van OF3 1 COMPETENTIEVELD 1: LERAARS BEWEGEN VOOR KINDEREN 1.1 De leraar kleuteronderwijs Werkt vanuit een kindgerichte

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Module Didactische competentie stage 2

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Module Didactische competentie stage 2 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding SLO Module Didactische competentie stage 2 Code E5 DCS2 Lestijden 40 Studiepunten 6 Ingeschatte totale 90 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke Lerarenopleiding_SLO

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke Lerarenopleiding_SLO ECTS-fiche Opzet van de ECTS-fiche is om een uitgebreid overzicht te krijgen van de invulling en opbouw van de module. Er bestaat slechts één ECTS-fiche voor elke module. 1. Identificatie Opleiding Specifieke

Nadere informatie

WERKPLEKLEREN OPLEIDINGSFASE 3 ACADEMIEJAAR Geachte stagementor, vakmentor(en)

WERKPLEKLEREN OPLEIDINGSFASE 3 ACADEMIEJAAR Geachte stagementor, vakmentor(en) WERKPLEKLEREN OPLEIDINGSFASE 3 ACADEMIEJAAR 2018-2019 Geachte stagementor, vakmentor(en) Het traject werkplekleren bestaat uit een differentiatiestage (3 weken in semester 1 05/11/2018 t.e.m. 23/11/2018)

Nadere informatie

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject

Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Deze lijst is het onderzoekresultaat van een PWO-traject binnen de lerarenopleidingen van de KAHO Sint-Lieven,

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding

Specifieke lerarenopleiding Rouppeplein 16 1000 Brussel 02/546.22.63 kirsten.deschrijver@lethas.be www.lethas.be Specifieke lerarenopleiding 2015-2016 Wil je leraar worden? In het secundair onderwijs of het volwassenenonderwijs?

Nadere informatie

breidt zijn professionele grondhouding uit: is kritisch ingesteld, creatief, organisatorisch sterk en flexibel

breidt zijn professionele grondhouding uit: is kritisch ingesteld, creatief, organisatorisch sterk en flexibel Beroeps houding Opleidingsvenster BaSO toont een professionele grondhouding o.b.v. verantwoordelijkheid en betrokkenheid: is stipt, leergierig, administratief in orde, ontvankelijk voor feedback, toont

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding

Specifieke lerarenopleiding Structuurschema specifieke lerarenopleiding DC: Didactische Competentie MBC: Maatschappelijke en Beroepsgerichte Competentie POC: Pedagogisch-Organisatorische Competentie PPC: Psycho-Pedagogische Competentie

Nadere informatie

Functiebeschrijving administratief medewerker

Functiebeschrijving administratief medewerker Functiebeschrijving administratief medewerker 1. Als medebegeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen zal u : Onze scholen willen de gehele mens vormen. Ze leggen in het bijzonder de nadruk op een pedagogische

Nadere informatie

Functiebeschrijving leraar

Functiebeschrijving leraar Functiebeschrijving leraar Deze functiebeschrijving is een aanvulling op het geldende arbeidsreglement en het algemeen reglement van de personeelsleden van het Katholiek Onderwijs. Deze functiebeschrijving

Nadere informatie

Hoe bereiden we de toekomstige leerkracht voor op inclusie en inclusief evalueren binnen een klas?

Hoe bereiden we de toekomstige leerkracht voor op inclusie en inclusief evalueren binnen een klas? Hoe bereiden we de toekomstige leerkracht voor op inclusie en inclusief evalueren binnen een klas? 26/03/2014 VELOV-conferentie Mechelen Meggie Verstichele HUB-KAHO Lerarenopleiding Campus Waas, Sint-Niklaas

Nadere informatie

Opleidingsparaktijk: 0,4 studiepunten. Pre-servicepraktijk: 0,6 studiepunten. 1 studiepunt komt in Vlaanderen overeen met 25 à 30 studie-uren.

Opleidingsparaktijk: 0,4 studiepunten. Pre-servicepraktijk: 0,6 studiepunten. 1 studiepunt komt in Vlaanderen overeen met 25 à 30 studie-uren. ECTS FICHES SLO ECTS-/Modulefiche SLO Module: Didactische Competentie algemeen (DCa) Academiejaar 2015-2016 Opleiding Aantal studiepunten SLO-opleiding Totaal: 6 studiepunten Theorie: 5 studiepunten Opleidingsparaktijk:

Nadere informatie

Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING

Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING INHOUD Voor wie? Waar staan wij voor? Opleidingsstructuur en diploma Inhoud van de modules Studiepunten Studieduur en modeltraject Flexibiliteit Waar en wanneer

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

De specifieke lerarenopleiding

De specifieke lerarenopleiding geëngageerd onderzoekend communicatief talent ontwikkelend vakdeskundig leerling gericht samenwerkend De specifieke lerarenopleiding dynamisch leergierig master Jij bent... inspirerend creatief toekomstgericht

Nadere informatie

Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO) 2016-2017

Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO) 2016-2017 Opleidingsbrochure Specifieke Lerarenopleiding (SLO) 2016-2017 www.cvo.vtibrugge.be www.cvovivo.be Inhoudstafel INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 2 1 SITUERING... 4 1.1 Missie en visie van CVO VIVO en CVO VTI

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische competentie oefenlessen

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische competentie oefenlessen ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding SLO Module Didactische competentie oefenlessen Code E3 DCO Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale 150 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen

Nadere informatie

ECTS-fiche 2015-2016. 6 Theorie 5 Praktijk 1 Praktijkgerichte 0,4 onderwijsactiviteiten (PO) Preservicetraining(PT) 0,6

ECTS-fiche 2015-2016. 6 Theorie 5 Praktijk 1 Praktijkgerichte 0,4 onderwijsactiviteiten (PO) Preservicetraining(PT) 0,6 ECTS-fiche 2015-2016 MODULE Psycho-pedagogische competentie (PPC) Stationsstraat 36 3590 Diepenbeek tel 011 350429 fax 011 350428 e-mail info@cvolimlo.be www.cvolimlo.be Studieomvang (studiepunten) 6 Theorie

Nadere informatie

Functiebeschrijving van preventie adviseur

Functiebeschrijving van preventie adviseur Functiebeschrijving van preventie adviseur Algemeen kader: Krachtlijnen van het opvoedingsconcept voor het katholiek basisonderwijs ( OKB) Werken aan een schooleigen christelijke identiteit Werken aan

Nadere informatie

PERSOONLIJKE COMPETENTIEMATRIX STAGE

PERSOONLIJKE COMPETENTIEMATRIX STAGE PERSOONLIJKE COMPETENTIEMATRIX STAGE Inleiding Deze competentiematrix omvat de kerncompetenties van de specifieke lerarenopleiding aan de Vrije Universiteit Brussel. De kerncompetenties geven de accenten

Nadere informatie

1. Stageopdracht. Beste vakmentor

1. Stageopdracht. Beste vakmentor Beste vakmentor Wij willen u van harte danken voor de begeleiding van een stagiair uit het derde opleidingsjaar tijdens de didactische afstudeerstage (PR3.2). Deze begeleiding, gebaseerd op uw vakdeskundigheid

Nadere informatie

1. Algemene situering van de cursus NCZ leraar secundair onderwijs-groep 1 2. Doel van de cursus NCZ

1. Algemene situering van de cursus NCZ leraar secundair onderwijs-groep 1 2. Doel van de cursus NCZ 1. Algemene situering van de cursus NCZ leraar secundair onderwijs-groep 1 De cursus niet-confessionele zedenleer (NCZ) in de opleiding leraar secundair onderwijsgroep 1 (LSO-1) sluit aan bij de algemene

Nadere informatie

MICROTEACHING: een kort lesfragment door een student gegeven aan medestudenten.

MICROTEACHING: een kort lesfragment door een student gegeven aan medestudenten. Inhouden en doelen van de opdrachten in de praktijkcomponent van de SLO en de GLO van BEO MICROTEACHING: een kort lesfragment door een student gegeven aan medestudenten. de student geeft 10 à 20 minuten

Nadere informatie

Hoe kunnen we leraren in opleiding voorbereiden op lesgeven in een inclusieve klas?

Hoe kunnen we leraren in opleiding voorbereiden op lesgeven in een inclusieve klas? Hoe kunnen we leraren in opleiding voorbereiden op lesgeven in een inclusieve klas? 19/02/2014 Symposium Docenten voor Inclusie Breedbeeld van Inclusief Onderwijs Meggie Verstichele HUB-KAHO Lerarenopleiding

Nadere informatie

Word jij leerkracht op de Tienerschool?

Word jij leerkracht op de Tienerschool? Word jij leerkracht op de Tienerschool? Op 1 september 2018 opent de Tienerschool van Anderlecht de deuren. Op 1 september 2019 is de Tienerschool van Schaarbeek aan de beurt. De vzw Sint-Goedele rekruteert

Nadere informatie

ECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk oriëntatie

ECTS-fiche. Specifieke lerarenopleiding Praktijk oriëntatie ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Specifieke lerarenopleiding Module Praktijk oriëntatie Code E1 Lestijden 40 Studiepunten 3 Ingeschatte totale 50 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot NEEN

Nadere informatie

Specifieke Lerarenopleiding Infobrochure

Specifieke Lerarenopleiding Infobrochure Specifieke Lerarenopleiding Infobrochure Centrum voor Volwassenenonderwijs Crescendo Vaartdijk 86, 2800 Mechelen Inhoud Wat is de Specifieke Lerarenopleiding?...3 Wie kan de Specifieke Lerarenopleiding

Nadere informatie

Functiebeschrijving ICT-coördinator basisonderwijs

Functiebeschrijving ICT-coördinator basisonderwijs Functiebeschrijving ICT-coördinator basisonderwijs 1. Als begeleider van leer- en ontwikkelingsprocessen zal u: Onze scholen willen de gehele mens vormen. Ze leggen in het bijzonder de nadruk op een pedagogische

Nadere informatie