v o o r d r a c h t 12 juli 2016 Corr.nr , PPM Nummer 57/2016 Zaaknr

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "v o o r d r a c h t 12 juli 2016 Corr.nr , PPM Nummer 57/2016 Zaaknr"

Transcriptie

1 v o o r d r a c h t 12 juli 2016 Corr.nr , PPM Nummer 57/2016 Zaaknr Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van de uitgangspunten en opzet van het revolverend fonds leefbaarheid en energie. 1. Samenvatting In het Collegeakkoord Vol Vertrouwen van 23 april 2015 hebben wij aangekondigd voor een aantal doelen een revolverend fonds in te stellen. In de begroting 2016 hebben wij hiervoor middelen gereserveerd. Wij hebben de volgende fondsen benoemd: een fonds leefbaarheid, een revolverend accommodatiefonds, dat ingezet kan worden als maatschappelijke investeringsregeling en een (revolverend) investeringsfonds voor energie. In de begroting 2016 zijn de volgende middelen voor deze fondsen gereserveerd: - 10 miljoen voor een revolverend fonds voor sportvoorzieningen en dorpshuizen ("Accommodatiefonds"); - 15 miljoen voor een revolverend fonds voor energie ( 10 miljoen) en zorg ( 5 miljoen) ("Maatschappelijk investeringsfonds"). Wij noemen dit revolverend fonds het fonds leefbaarheid en energie. In deze voordracht staan de uitgangspunten van dit fonds en de wijze waarop wij dit in willen richten, beschreven. Wij vragen u deze uitgangspunten en inrichting vast te stellen. 2. Doel en wettelijke grondslag Revolverende middelen zijn als regel publieke financiële middelen die na inzet in een rechtspersoon op een termijn van maximaal 15 jaar na beschikbaarstelling geheel, gedeeltelijk of meer dan geheel worden terugbetaald en vervolgens terugvloeien naar de verstrekker van die middelen, om eventueel opnieuw revolverend te kunnen worden ingezet. Met het op te richten revolverend fonds leefbaarheid en energie willen wij maatschappelijke initiatieven stimuleren van op het gebied van leefbaarheid, zorg en energie. In paragraaf 6.1 hebben wij deze doelen nader uitgewerkt. Hieronder geven wij kort de relatie met eerdere voordrachten aan die mede hebben geleid tot dit voorstel. Wij hebben in voordracht 87/2015 (Kadernotitie uitvoeringsprogramma leefbaarheid) aangegeven dat wij de mogelijkheid zouden onderzoeken om de drie fondsdelen onder een dak konden onderbrengen. In deze voordracht geven wij hier invulling aan. In de voordracht 25/2016 (Kaders Revolverende fondsen) zijn algemene kaders geformuleerd welke zijn gehanteerd als uitgangspunt voor de uitwerking van dit revolverend fonds. In dit stuk geven wij per onderdeel hoe wij invulling geven op deze kaders. In de voordracht Kaders revolverende fondsen hebben wij tevens aangegeven het thans voorliggend overkoepelende fonds het Fonds leefbaarheid en energie te noemen. Zo zal het fonds in de voorliggende voordracht verder worden aangeduid. Tot slot heeft u met voordracht 41/2016 (lening aan gemeente Groningen voor het project Geothermie Noordwest) het voorstel ontvangen om 2 mln. van de 10 mln. vanuit het revolverend fonds(deel) energie als lening te verstrekken aan de gemeenten Groningen bedoeld voor het project Geothermie Noordwest. 57-1

2 Wij hebben bij het opzetten van het revolverend fonds leefbaarheid en energie het door u op 12 maart 2014 vastgestelde provinciale Afwegingskader publiek vermogen (voordracht 2/2014) als uitgangspunt genomen. Het voorstel tot oprichting van dit het revolverend fonds leefbaarheid en energie leggen wij bij deze voor aan Uw Staten. Wij vragen hierbij om instemming voor het aanwenden van de vrijgevallen middelen van de risicobuffer in te zetten voor dekking van de uitvoeringskosten. Dit wordt nader toegelicht. 3. Procesbeschrijving en planning In het collegeakkoord hebben wij de oprichting van het revolverend fonds aangekondigd. Wij hebben onder meer bij de bespreking van de kadernotitie leefbaarheid en het programma Energietransitie eerder dit jaar aangegeven om voor de zomer van 2016 met een voorstel voor de uitwerking van dit fonds te komen. In deze voordracht staan de kaders voor het revolverend fonds leefbaarheid en energie beschreven. Nadat u deze kaders heeft vastgesteld, zullen wij een aanbesteding starten voor een fondsmanager en bestuurders zoeken die toezicht houden op dit fonds. De benodigde concept regelingen zullen dan zijn uitgewerkt om vervolgens te worden vastgesteld. Dit alles staat inhoudelijk verder toegelicht onder punt 6.5 Wij verwachten, wanneer alles voorspoedig loopt, aan het einde van dit jaar het fonds open te kunnen stellen. 4. Begroting Er is voor het accommodatiefonds van 10 miljoen en het maatschappelijk investeringsfonds 15 miljoen geserveerd in de begroting 2016, wat komt op een totaal van 25 miljoen. Hiervan is vooruitlopend op de openstelling van dit fonds, voorgesteld om 2 miljoen reeds als lening aan het project geothermie ter beschikking te stellen. Voor dit revolverend fonds is op basis van het Collegeakkoord miljoen (20% van het fondsvermogen) gereserveerd ter afdekking van de risico's binnen de Algemene Reserve. 5. Inspraak/participatie Niet van toepassing. 6. Nadere toelichting 6.1 Revolverende inzet van middelen in drie deelfondsen In samenspraak met uw Staten zijn wij tot de conclusie gekomen dat provinciale middelen in toenemende mate revolverend ingezet moeten worden. Met deze voordracht introduceren wij revolverende fondsen met een maatschappelijke doelstelling. Hiermee willen wij initiatieven stimuleren van doelgroepen die zonder deze mogelijkheid hun initiatieven niet gerealiseerd zien worden. Wij geven hieronder per deelfonds aan welk type initiatieven wij willen ondersteunen met dit fonds. Hierna zijn de uitgangspunten opgenomen. In de uitwerking kan een en ander lichte wijziging ondergaan (bv maximum bedragen, doelgroep) in verband met o.a. het staatssteunrecht. Deelfonds 1: Leefbaarheid: de aankoop, nieuwbouw, verbouw of het herstel van sportaccommodaties en buurt-en dorpshuizen dan wel multifunctionele gebouwen; de inrichting (inboedel en roerende zaken) van hiervoor genoemde accommodaties. Dit betreft over het algemeen vastgoed dat in eigendom of exploitatie is bij een organisatie zonder winstoogmerk (zoals verenigingen en stichtingen). Het fonds staat niet open voor sportaccommodaties en buurt-/dorpshuizen die geheel in eigendom zijn van commerciële partijen. Zowel bij leefbaarheid als zorg stellen wij als randvoorwaarde aan investeringen in bv gebouwen dat duurzaamheid hierin moet worden meegenomen. De maximale omvang van een lening bedraagt in beginsel 1 miljoen. Deelfonds 2:. Zorg: de aankoop, nieuwbouw, verbouw of het herstel van Zorg- en welzijnsgerelateerd vastgoed; de inrichting (inboedel en roerende zaken) van hiervoor genoemd vastgoed. Dit betreft voorzieningen (niet limitatief) zoals: zorgcoöperaties (bouwkundige investeringen), zorgboerderijen+, kleinschalige woon-zorgvoorzieningen, zorggeschikt maken van woningen, ombouw verpleeg- en verzorgingshuizen, Centra voor Jeugd en Gezin, Steunstee, Huisartsen 57-2

3 Onder Eén Dak en gezondheidscentra (eerste lijn/1,5 lijn zorg). De maximale omvang van een lening bedraagt in beginsel 1 miljoen. Op verzoek van uw Staten (toezegging Statencommissie RNL, 20 januari 2016) hebben wij onderzocht of het mogelijk is deze middelen breder beschikbaar te maken voor andere vormen van coöperaties, zoals een coöperatie voor de bakker in een dorp, een coöperatie voor een buurtsuper, dorpscoöperaties en gebiedscoöperaties. In praktische zin zou dit alleen een verbreding van de scope van het deelfonds zorg betekenen. Voor wat betreft het deelfonds leefbaarheid en het deelfonds energie (bij een aanvraag gericht op energie) zijn genoemde type organisaties al doelgroep. Wanneer deze initiatieven ten laste komen van het beoogde zorgfonds, betekent dit dat deze middelen niet in zijn geheel beschikbaar komen voor de zorg(coöperaties). Omdat wij nog geen beeld hebben hoe groot de vraag vanuit deze sector is en omdat de andere coöperaties wel degelijk vanuit de twee andere deelfondsen bediend worden is ons advies om niet vanaf het begin deze andere coöperatieve vormen te bedienen uit het deelfonds zorg. Wij stellen voor de mogelijkheid open te houden om dit na evaluatie (na 2 jaar) door te voeren. Dit laatste door de regels (en titel) van het zorgfonds te herijken/aan te passen. Synergie met programma leefbaarheid Wij willen voor de deelfondsen leefbaarheid en zorg (en in sommige gevallen ook energie) komen tot een maximale synergie met het uitvoeringsprogramma leefbaarheid, met een subsidiebudget van 22 mln. Dit betekent dat initiatieven die in aanmerking komen voor subsidie uit het subsidieprogramma daar bovenop en voor zover nodig een lening vanuit de deelfondsen kunnen krijgen. Wij zullen de begeleiding en behandeling van aanvragen vanuit de subsidie en lening in samenhang oppakken. Hiermee zorgen we voor een goede aansluiting van beide regelingen en voorkomen we twee verschillende loketten die los van elkaar werken. Dit laat onverlet dat initiatieven ook rechtstreeks en zonder een beroep te doen op het subsidieprogramma bij de deelfondsen voor een lening terecht kunnen. Om de koppeling tot stand te brengen hanteren we voor de deelfondsen tevens dezelfde criteria als voor de locatiegerichte aanpak in het subsidieprogramma, namelijk: 1. Het project is toekomst- en/of regiobestendig. Het project houdt rekening met de opgaven die het gevolg zijn van de veranderende samenstelling van de bevolking in een bepaald gebied (toekomstgericht). 2. Er moet aantoonbaar draagvlak zijn vanuit de bevolking. 3. Het project heeft een aantoonbaar verdienmodel. 4. Het project draagt op langere termijn bij aan de leefbaarheid in de buurt, wijk, dorp of kern waarin het wordt gerealiseerd. 5. Voordat met de uitvoering van het project begonnen wordt dient er voor een kalenderjaar een samenwerkingsovereenkomst of convenant tussen de gebruikersgroepen te zijn gesloten over het beheer, de planning van activiteiten en het gebruik van ruimtes. 6. De financiering van het project is na verstrekking van de lening sluitend of is dit op korte termijn. Deelfonds 3: Energie Het gaat om de volgende te subsidiëren maatregelen, op basis van bewezen techniek: Energiebesparende maatregelen: schilmaatregelen aan gebouwen, zuinige installaties; Opwekking van duurzame energie: zowel gebouw gebonden als solitair; Zeer energiezuinige nieuwbouw of verbouw; Maatregelen bedoeld om primaire processen bij bedrijven energiezuiniger te maken. Alleen de kosten van de hardware en installatie kunnen worden betrokken, planvorming en voorbereiding niet. Doelgroepen zijn met name lokale initiatieven, ondernemers en andere organisaties. Het fonds staat niet open voor particulieren. Voorbeeld van te financieren projecten zijn: organisaties die een energieneutraal of Nul-op-de-Meter gebouw realiseren (nieuwbouw/verbouw); een lokaal initiatief dat een zonnepark wil realiseren en een bedrijf dat zijn primaire proces energiezuinig maakt door een nieuwe zuinigere machine hiervoor aan te schaffen. De maximale omvang van een lening bedraagt in beginsel 1 miljoen. 57-3

4 Wij hanteren hiervoor de volgende criteria: 1. Het project is toekomst- en/of regiobestendig. Dat kan betekenen de veranderende samenstelling van de bevolking in een bepaald gebied (toekomstgericht), dan wel vooruitzichten van een bedrijf of organisatie. 2. Er moet aantoonbaar draagvlak zijn vanuit de bevolking, met name bij energie projecten in de open(bare) ruimte. 3. Het energieproject kan zichzelf terugverdienen. 4. Het draagt bij aan de doelen in het programma Energietransitie. 5. De financiering van het project is na verstrekking van de lening sluitend of is dit op korte termijn. 6.2 Provinciale beleidskader revolverende fondsen Hieronder gaan wij kort in op de kaders uit bijlage 1 van de Voordracht kadernotitie revolverende fondsen. Wij hanteren hierbij grotendeels 1 de nummering van bijlage 1 bij de Kadernotitie revolverende fondsen. Algemeen 1) Doel: mogelijk maken van projecten op het gebied van leefbaarheid, zorg en energie (besparing en verduurzaming). Dit fonds heeft een sterke maatschappelijke grondslag. Deze maatschappelijke grondslag vraagt om een fonds dat is afgestemd op de maatschappelijke vragen uit de maatschappij op het gebied van leefbaarheid, zorg en energie. Bij de uitwerking van de drie deelfondsen (zie 6.1) staan de doelen per deelfonds nader uitgewerkt. 2) Behoefte: er heeft een aparte behoeftebepaling plaatsgevonden voor leefbaarheid en zorg. Bij energie zijn wij uitgegaan van de kennis en praktijk zowel in onze provincie als ervaringen bij vergelijkbare overheden. Daaruit blijkt dat er behoefte is aan leningen voor het energiezuinig maken van gebouwen en of bedrijven en de opwekking van duurzame energie zoals zonneparken. Voor wat betreft leefbaarheid zien wij vooral een behoefte bij dorps- en buurthuizen en sportverenigingen die zoeken naar slimme combinaties met (sociale) ontmoeting, kinderopvang, dagbesteding etc. Bovendien constateren wij bij deze voorzieningen de behoefte aan leningen om gebouwen aan te passen, uit te breiden en groot onderhoud te plegen. Dit betreffen dan met name bouwkundige investeringen die gericht zijn op het realiseren van meer duurzaamheid, grotere veiligheid en/of betere toegankelijkheid van de accommodatie. Belangrijke behoefte die voor zorg naar voren is gekomen zijn de bouwkundige investeringen die nodig zijn voor zorgcoöperaties om leegstaand en leegkomend vastgoed te kunnen kopen en te verbouwen om verzorging te kunnen behouden binnen dorpen. 3) Afwegingskader publiek vermogen: Het op te richten fonds past binnen het afwegingskader publiek vermogen. Hier gaan wij in paragraaf 6.2 verder op in. 4) Entiteit: wij stellen voor een aparte rechtspersoon, een stichting, op te richten voor het fondsbeheer (zie par. 6.5). Nu wij zorgen voor de financiering van het fonds zou de stichting als bestuursorgaan kunnen worden aangemerkt als wij beslissende invloed zouden hebben op de voorwaarden waaronder leningen etc. worden verstrekt. Van een dergelijke beslissende invloed is echter geen sprake. In de statuten en de managementovereenkomst geven wij de kaders voor het fondsbeheer aan, maar het Investeringsreglement op basis waarvan de bijdragen daadwerkelijk worden verstrekt, wordt niet door ons, maar door het bestuur van de rechtspersoon vastgesteld. 5) Governance: Wij doen in paragraaf 6.5 een voorstel voor de governance. Het doel van dit voorstel is een zo eenvoudig en helder mogelijk wijze van sturing en toezicht te bieden. 6) Looptijd: De startdatum zullen wij in overleg met de partij die uit de aanbesteding komt vaststellen. Hierbij is onze inzet erop gericht om dit zo kort mogelijk na de gunning te laten plaatsvinden, uiterlijk 1 februari ) Startdatum: De looptijd van het fonds stellen wij op 10 jaar. Wij zetten er op in om het fondsvermogen van 25 mln. binnen die periode minimaal een keer (en bij voorkeur vanwege het revolverend karakter meer dan een keer) uit te zetten. Na 10 jaar komt het fonds in een beheersfase terecht. Het fonds zal in die fase de aflossing en rentebetalingen van de openstaande 1 Bijlage 1 bij de voordracht Kadernotitie revolverende fondsen biedt vanaf punt 19 de keuze om verder gaan bij nummer (20) keuze intern fondsbeheer of (25) keuze extern fondsbeheer. 57-4

5 leningen innen. Deze beheersfase is een beperkte administratieve taak die zowel extern als intern belegd kan worden. Wij zullen de mogelijkheid openhouden om het fonds te verlengen, onder meer op basis van hetgeen er uit de evaluatie (punt 11 en 12) komt. De looptijd van de leningen stellen wij in beginsel voor op 10 jaar, met een maximum van 15 jaar. In geval van bijvoorbeeld bij een zonnepark, waarbij SDE-subsidie voor 15 jaar wordt verstrekt of waarbij coöperatief gebruik wordt gemaakt van de postcoderegeling, blijkt uit praktijk dat een lening voor 10 jaar te kort is om het project te realiseren. 8) Fiscale toets: Wij hebben de financiële opzet en risico s laten toetsen bij onze accountant Ernst & Young. In de aanbesteding zal rekening worden gehouden met de fiscale mogelijkheden van dit fonds. 9) Financieringsinstrumenten: Wij kiezen voor het instrument leningen. De praktijk bij bestaande fondsen leert dat 99% van de financieringsverzoeken in de vorm van leningen kan worden opgelost. Ook bij verzoeken om participaties en garanties blijkt een lening vaan een eenvoudiger en goedkopere oplossing te bieden. 10) Staatssteun- en aanbestedingsaspecten: Het Europese staatssteunrecht biedt verschillende mogelijkheden om steun te verlenen voor de doelen van het fonds (leefbaarheid, zorg en energie). In de verdere uitwerking van het fonds, wordt uiteraard aansluiting gezocht bij de staatssteunregelgeving. De vergoeding van de fondsmanager overschrijdt het drempelbedrag voor een Europese aanbesteding. Deze opdracht zal dan ook worden aanbesteed. Voorgaande wordt nader toegelicht in ) Monitoring: Wij ontvangen jaarlijks verantwoording van het fonds over de werkzaamheden en de (financiële) ontwikkeling van het fonds. Een uitgebreide evaluatie voeren wij elke vier jaar uit (zie volgend punt: 12). 12) Evaluatie: Een keer per 4 jaar wordt een uitgebreide evaluatie uitgevoerd. Hierbij kijken wij naar of de voorgestelde regeling goed aansluit bij de behoefte in de markt en ook of de rentes en aflossing (in geval van een lening) worden betaald. Hiermee monitoren we het risico van het fonds en zullen wij indien daar aanleiding toe is de risico s naar boven of beneden toe bij te stellen en indien wenselijk daartoe aanvullende voorzieningen voor treffen. Dit betekent aan het eind van jaar 4, aan het einde van jaar 8 en aan het einde van de looptijd, voordat het fonds overgaat in de beheerfase (jaar 10). Duurzaamheid 13) Duurzaamheid krijgt een plek in de criteria waaraan projecten moeten voldoen. Dit betekent dat voor alle drie de onderdelen duurzaamheidscriteria mee zullen wegen in de beoordeling. Financieel 14) en 15) Minimaal het ingelegde vermogen dient terug te vloeien. Gezien het maatschappelijk karakter van dit fonds, willen wij inzetten op een lage rente. Wij stellen voor om af te wijken van het kader om uit te gaan dat het rendement van dit fonds het rendement op ons eigen vermogen (gesteld op 2%) moet compenseren. Wij stellen in plaats van dit vaste rendement van 2% voor om uit te gaan van de 3-maands Euribor rente, met een ondergrens van 0,7%. Wanneer de Euribor rente stijgt, kan het fonds deze stijging betrekken bij de rente die het fonds de lening nemers in rekening brengt. Dit voorstel doen wij in verband met het maatschappelijk karakter van het fonds en de wenselijkheid om een aantrekkelijke lening te kunnen bieden aan de betreffende doelgroepen. De rente-effecten hiervan zullen wij verwerken in de Najaarsnota De financiering van het fonds wordt nader toegelicht in paragraaf ) Inschatting risicoprofiel: Er is een risicoprofiel opgesteld van dit fonds. Het risicoprofiel van dit fonds schatten wij in op 10%. Dit doen wij op basis van ervaringen bij met name de energiefondsen van de provincie Drenthe en gemeente Utrecht, die op dit moment voor hun energiefonds rekening houden met 5% risico en in praktijk nog geen enkele uitval van projecten (geen rente geen aflossing) hebben. Wij stellen voor om het risicopercentage te verlagen van 20% naar 10%. Dit voorgestelde percentage is lager dan de 20% risicoafdekking zoals wij het kader voor revolverende fondsen hebben voorgesteld als algemeen uitgangspunt. Hierbij is aangegeven dat gemotiveerd afwijken mogelijk is. Het percentage van 10% is gecontroleerd en goedgekeurd door onze accountant. 57-5

6 De ratio achter de lage uitval is voor wat betreft de energiefondsen is verklaarbaar. Investeren in energiemaatregelen (energiebesparing en realisatie van duurzame energie) gaat over het algemeen om bewezen technieken waarbij vooraf de terugverdientijd prima is uit te rekenen. Het betreft niet (zoals bij sommige andere fondsen) innovatieve projecten of investering die het primaire proces van de organisatie raken, waarbij de risico s intrinsiek groter zijn. Daarnaast zijn veel van de maatregelen goed middels een projectfinanciering te financieren waardoor een eventueel tegenvallend bedrijfsresultaat geen invloed heeft op de financiering. Per saldo betekent dit dat er geen 5 mln, maar 2,5 mln. binnen het weerstandvermogen hoeft te worden gereserveerd als risicobuffer voor het fonds. Wij stellen voor om de 2,5 miljoen die hiermee vrijvalt, in te zetten om een deel van de uitvoeringskosten te dekken. Zie ook punt (17 en 18). Hiermee wijken wij af van het kader voor revolverende fondsen. 17) Inschatting apparaatskosten: Wij schatten de apparaatskosten van dit fonds in - op basis van ervaringen elders - tussen de ,- en ,- per jaar. Uit de Europese aanbesteding zal blijken wat de werkelijke apparaatskosten worden. Een deel van deze kosten ( 2,5 mln, dat is gemiddeld ,- per jaar) stellen wij zoals onder punt 16 is beschreven, te dekken uit de vrijval van middelen die bestemd waren voor risicoafdekking. 18) Dekking apparaatskosten: In principe dienen de uitvoeringskosten te worden gedekt uit het rendement van het fonds. Om de rente die de fonds in rekening brengt laag te kunnen houden (gemiddeld 3%) stellen wij voor de vrijval van de risico s in te zetten ter dekking van de apparaatskosten (zie ook punten 16 en 17). Dit betekent concreet dat de uitvoeringskosten worden gedekt uit de voorgestelde vrijval van 2,5 miljoen en de rente inkomsten van het fonds. Fondsbeheer 19) Externe fondsbeheerder: Wij stellen voor het fondsbeheer extern te beleggen. Een extern beheerd fonds kan makkelijker extra middelen van andere partijen aantrekken. Het initiëren van private financiering komt eenvoudiger op gang als er vertrouwen is dat de besluitvorming omtrent individuele financieringen genomen wordt met de benodigde expertise en op afstand van politieke afwegingen. Ook hebben wij onvoldoende expertise in huis om het fondsbeheer binnen de provincie uit te voeren. Ten slotte kunnen wij een ruimer gebruik maken van vrijstellingen op het staatssteunverbod als sprake is van een intermediaire organisatie, d.w.z. als het fondsbeheer op afstand is geplaatst. 20) Stichting: Wij willen aan aparte entiteit op gaan richten. Wij kiezen hierbij voor een stichting, omdat deze rechtsvorm een eenvoudige organisatiestructuur kent en een ideëel doel nastreeft dat past bij het maatschappelijke karakter van het fonds. Zie verder paragraaf ) Organisatiestructuur stichting: Om de organisatie slagvaardig te houden en de kosten voor de uitvoering laag te houden stellen wij voor een bestuur en de fondsmanager aan te stellen als bestuurder/directeur van de stichting. In die rol beoordeelt hij de verzoeken voor investeringen. Gezien het doel en de omvang van het fonds en de gewenste kleine uitvoeringsorganisatie willen wij naast het bestuur geen separate investeringscommissie in het leven roepen. Het bestuur stelt het Investeringsreglement vast en fungeert als investeringscommissie. Vanuit het bestuur vindt eveneens sturing en controle plaats op de fondsmanager. Wij zoeken de leden voor het eerste bestuur en in de stichtingsstatuten wordt vastgelegd dat wij invloed hebben op de bestuurssamenstelling. 22) Investeringsreglement: In het Investeringsreglement wordt onder andere aangegeven welke deelfondsen er zijn, welke criteria gelden voor investeringsverzoeken en hoe daarover de besluitvorming plaatsvindt. Het stichtingsbestuur stelt het investeringsreglement vast, overeenkomstig de daarvoor gestelde kaders in de statuten en de overeenkomst tussen de provincie en de fondsbeheerder (managementovereenkomst). 23) Verantwoording: Wij spreken af met de fondsbeheerder dat er in elk geval jaarlijks gerapporteerd wordt op basis van een jaarrekening voorzien van een controleverklaring van de accountant. 57-6

7 6.3 Toetsing leningsverstrekking aan het provinciale afwegingskader publiek vermogen De voorgenomen lening voldoet op de volgende manier aan de toetsingscriteria die in het provinciale afwegingskader publiek vermogen door uw Staten zijn vastgesteld op 12 maart 2014 (voordracht 2/2014). Daarin is een 7-tal afwegingscriteria benoemd: - Er is sprake van provinciaal publiek belang: Het project sluit uitstekend aan bij de in het programma energietransitie en programma leefbaarheid vastgestelde provinciale doelstellingen; - Het provinciaal publiek belang vereist een provinciale financiering De ervaring op het gebied van leefbaarheid en energie en de consultatie die is uitgevoerd voor zorg, blijkt dat er behoefte is aan leningen, naast de bestaande instrumentaria. In voorkomende gevallen kan een laag rentepercentage, maar ook het feit dat een provinciale lening naast andere financieringsbronnen (eigen vermogen, lening bij een bank etc.) bestaat, projecten en initiatieven over de streep trekken. - De risico's zijn deugdelijk in kaart gebracht. De risico s voor dit fonds zijn in kaart gebracht en getoetst door onze accountant. De risico s wordt vanwege de aard van de initiatieven waar een lening aan wordt verstrekt, als laag ingeschat. Dit betekent dat wij een risicopercentage voorstellen van 10% en hiermee rekening houden in ons weerstandsvermogen. - Er is sprake van marktconform financieel rendement (bijv. kapitaal of risicovergoeding). Het rentepercentage zal worden vastgesteld op basis van uitvoeringskosten, vermeerderd met een risico-opslag en een rentevast opslag, passend bij het maatschappelijke karakter van het fonds. Er worden alleen initiatieven ondersteund die aantoonbaar geen of onvoldoende financiering uit de reguliere markt kunnen verkrijgen. In die zin gaat een vergelijking met de marktrente niet op: het fonds concurreert niet met reguliere kapitaalverstrekkers. - Er is voldoende cofinanciering van derden Wij geven als opdracht mee dat cofinanciering een voorwaarde is om voor financiering uit het fonds in aanmerkingen te komen. In beginsel stellen wij het deelname percentage op maximaal 75%. - De duur van de inzet van provinciaal vermogen moet onderbouwd zijn De looptijd van de leningen stellen wij in beginsel voor op 10 jaar, met een maximum van 15 jaar. Hier kan gemotiveerd van worden afgeweken. - Selectiviteit en Precedentwerking In het investeringsreglement zijn concrete criteria opgenomen (met betrekking tot de aard van het project, de aard van de initiatiefnemer, de mate van duurzaamheid). Tezamen met de procedures beschreven in het procedurehandboek bieden voldoende houvast bij de beoordeling van projecten c.q. de toekenning of afwijzing ervan. 6.4 Financiële doorrekening Wij hebben een meerjaren exploitatiebegroting opgesteld voor het revolverend fonds energie, maatschappelijke investeringen en accommodaties. Deze is getoetst door onze accountant en akkoord bevonden. Een aantal factoren is bepalend voor deze begroting: 1) het te hanteren rentepercentage voor uit te lenen middelen; 2) het moment van storting van het fondsvermogen van 25 miljoen (vooraf of op afroep); 3) inschatting van de exploitatiekosten (apparaatskosten); 4) subsidie/ bijdrage voor afdekking van exploitatiekosten. 5) inschatting van het fondsrendement; 6) risico inschatting te maken van het percentage dat afgezonderd moet worden ter dekking van de risico's. Ad 1) Het is wenselijk dat middelen worden uitgeleend uit het revolverend fonds tegen een laag gemiddeld rentepercentage (uiteraard binnen de grenzen van staatssteun). Bij een laag rentepercentage neemt het maatschappelijk rendement van het fonds (toegankelijkheid, gebruik, aanvulling op reguliere financieringsmogelijkheden) toe. Indien het te hanteren rentepercentage te 57-7

8 hoog wordt dan zal de werking (minder aanvragen en mogelijk aanvragen met een hoger risicoprofiel) negatief beïnvloed worden. Door enerzijds uit te gaan van Euribor rente (met een ondergrens van 0,7%) en een exploitatiebijdrage toe te voegen aan het fonds van 2,5 miljoen kan het fonds een rentepercentage hanteren van gemiddeld 3% (zie Ad 4)). Dit percentage schatten wij in als goed passend bij de te ondersteunen doelgroepen en initiatieven. Bij fondsen die meer commerciële activiteiten en bedrijven ondersteunen speelt de discussie over de hoogte van het rentepercentage een minder grote rol. Hierbij is de beschikbaarheidstelling van middelen vaak belangrijker. Ad 2) Voor de doorrekening is rekening gehouden met een storting van het fondsvermogen op afroep. Dit betekent dat door de provincie middelen worden overgemaakt naar het fonds op het moment dat middelen benodigd zijn. Dit principe is niet in strijd met verplicht schatkistbankieren. Aangezien het fonds de provincie compenseert voor gederfde rente is een storting in één keer vooraf niet rendabel omdat het te compenseren rentepercentage een gemiddelde is en hoger dan de marktrente op dit moment. Zou er in één keer vooraf worden gestort dan zou dat negatief uitpakken voor de exploitatie van het fonds. Ad 3) In de begroting hebben wij gerekend met jaarlijkse exploitatiekosten t/m 2025 van circa 0,6 miljoen per jaar. Dit komt neer op 2,4% per jaar gerelateerd aan de omvang van het totale fonds. In de raming is rekening gehouden met een fondsmanager, senior en junior ondersteuning fondsmanagement, ondersteuning op het gebied van communicatie, huisvesting, kantoorkosten, reiskosten, drukwerk en een vacatievergoeding voor het stichtingsbestuur. Het fondsmanagement zal worden aanbesteed en op basis daarvan zullen de daadwerkelijke uitvoeringskosten vastgesteld worden. De exploitatiekosten die nu in de begroting zijn opgenomen, zijn afgeleid van de exploitatiekosten en ervaringen van de Drentse Energie Organisatie (DEO). De grootste kostenpost is de inhuur van menskracht. Binnen DEO is geconstateerd dat (net als de fondsen in Utrecht, Friesland, Flevoland en Amsterdam) de fondsmanager en de medewerkers een belangrijke aanjaagfunctie hebben. Projecten komen niet vanzelf binnen. Daarnaast hebben leningnemers veel ondersteuning nodig om ten eerste het gehele proces te doorlopen en ten tweede om te komen tot een inhoudelijk deugdelijke aanvraag. Fondsen met een meer afwachtende houding zijn veel minder succesvol. Hier willen wij vanuit de bestaande bezetting en menskracht, in het programma leefbaarheid en in het programma energie, als provincie medewerkers voor inzetten. Dit kan de uitvoeringskosten voor een deel naar beneden brengen. Lagere exploitatiekosten leiden tot lagere rente. Ad 4) Er is gerekend met het voorstel van de bijdrage voor uitvoeringskosten van 2,5 miljoen ter afdekking van de lasten. Een gedeelte van de dekking van deze uitvoeringskosten komt dus niet uit de exploitatie van het fonds, maar wordt gedekt uit de voorgestelde exploitatiebijdrage. In het rekenmodel zijn wij uitgegaan van een jaarlijkse kosten van ,- voor de jaren 2017 tot en met Door deze bijdrage van 2,5 mln. zal het gemiddeld rentepercentage voor uit te lenen middelen dalen van 5,7% naar 4,3%. Ad 5) Onze kaders geven aan dat het fondsrendement minimaal gelijk is aan het begrote rendement op het provinciaal vermogen (rentederving dient voorkomen te worden): 2%. Wij stellen voor uit te gaan van Euribor-rente (met een ondergrens van 0,7%) als compensatie voor het rendement op het provinciaal vermogen, in plaats van 2% vaste vergoeding komt de voor het fonds te hanteren rente uit (van de hierboven genoemde 4,3%) op ongeveer 3% (zie Ad 4). Ad 6) Met betrekking tot de risicoanalyse wordt op basis van ervaring van vergelijkbare fondsen (in Drenthe en Utrecht) een nihil risico aan de orde is. Op basis hiervan stellen wij dat een risicobuffer van 10% meer dan voldoende moet zijn. 57-8

9 Samengevat geven de adviseurs het volgende weer: Het gemiddelde rentepercentage dient het liefst zo laag mogelijk uit te vallen; Het fondsvermogen dient op afroep beschikbaar te worden gesteld; Voor een goed werkend fonds is actief fondsbeheer noodzakelijk (aanjaagfunctie en goede begeleiding van eventuele leningnemers); Een exploitatiesubsidie van 2,5 miljoen is wenselijk om een enigszins acceptabel gemiddeld rentepercentage te kunnen hanteren; Rentecompensatie voor gederfde rente is mogelijk, maar geeft opwaartse druk op het te hanteren gemiddeld rentepercentage; Risicobuffer van 10% is voldoende. 6.5 Organisatievorm Zoals hiervoor is aangegeven, stellen we voor het fondsbeheer extern te beleggen. Een extern beheerd fonds kan makkelijker extra middelen van andere partijen aantrekken. Het fonds moet private financiering initiëren. Dergelijke financiering komt eenvoudiger op gang als er vertrouwen is dat de besluitvorming omtrent individuele financieringen genomen wordt met de benodigde expertise en op afstand van politieke afwegingen. Ten slotte beschikt de provincie niet over de kennis en vaardigheden om het revolverende fonds optimaal uit te voeren. Als wij het fonds in eigen beheer zouden uitvoeren, zouden wij bovendien een beperkter beroep kunnen doen op vrijstellingen van het staatssteunverbod. Voor bepaalde vrijstelling categorieën vereist de Europese Commissie een intermediaire structuur moet zijn (lees: fondsmanagement met heldere spelregels en risicospreiding). De Europese Commissie wil voorkomen dat overheden of entiteiten van de overheid rechtstreeks een individuele investering plegen. Dus dat een college van GS in een individueel geval zelf een weging maakt voor één specifiek bedrijf een risicofinanciering te plegen. Als er geen sprake is van een intermediaire structuur, moeten andere staatssteunregels worden toegepast. Kort samengevat: om zo ruim mogelijk gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden steun te verstrekken is een intermediaire structuur vereist. Qua rechtsvorm kan gekozen worden voor een BV of stichting. Wij stellen voor niet een BV, maar een stichting op te richten omdat de organisatiestructuur van een stichting eenvoudiger is. Een stichting heeft een bestuur, maar geen leden. De bestuurders van een stichting zijn niet in loondienst, maar kunnen wel een vergoeding ontvangen voor hun werkzaamheden. De stichting zullen wij als provincie oprichten. De provincie verbindt zich dan via statuten privaatrechtelijk aan de stichting, maar houdt bestuur en operatie op afstand. In de statuten wordt bepaald dat wij invloed hebben op de bestuurssamenstelling (bv door opname van het recht een bestuurslid voor te dragen). Het bestuur fungeert als investeringscommissie en stuurt/controleert de fondsmanager. Eveneens wordt in de statuten dat deze niet gewijzigd kunnen worden dan na toestemming van ons college. Wij staan hiermee op afstand van de stichting en stuurt vooral vooraf op de kaders voor investeringen. Een beslissende, doorslaggevende stem bij individuele financieringen hebben wij niet. De stichting mag en hoeft geen winst te maken. De stichtingsvorm kan uitdragen onpartijdig te zijn, zij streeft niet naar winstmaximalisatie maar naar maximalisatie van maatschappelijke/sociale baten. De stichting kan een fonds opzetten afhankelijk van de beschikbare middelen (transactiekosten moeten opwegen tegen baten). De stichting verkrijgt middelen van de provincie, een jaarlijks bedrag ten behoeve van de bureaukosten en ter beschikking voor investeringen. Daarnaast wordt een eenmalig startkapitaal ter beschikking gesteld. Winstuitkering kan alleen worden aangewend voor ideële doelen in het verlengde van de missie van het fonds. Dit is in overeenstemming het revolverende karakter van het fonds. Een alternatief is geen nieuwe entiteit op te richten, maar aan te sluiten bij bestaande fondsen (Economic Board, SVN etc.), maar al deze opties hebben nadelen. Belangrijkste nadelen van aansluiten bij bestaande structuren zijn (1) dat dit revolverend fonds een duidelijke projectverwerver(s)/ aanjager(s) met specifieke kennis en ervaring op de terreinen van leefbaarheid, zorg en energie heeft nodig heeft, terwijl dit bij de meeste fondsen anders is ingericht. Gelet op de werkzaamheden van andere fondsen/fondsmanagers ligt het niet voor de hand daarbij aan te sluiten. Daarnaast (2) verstrekken in elk geval een aantal andere fondsen financiering van veel grotere omvang dan beoogd met dit revolverend fonds. 57-9

10 Het fondsbeheer één op één gunnen aan het Drentse Fonds, de DEO, is niet mogelijk want in strijd met de aanbestedingsregels. Onderzocht wordt welke aansluiting bij de uitvoeringsorganisatie van Drenthe (DEO) binnen de kaders van het aanbestedingsrecht wel mogelijk is. Uiteraard is wel van belang dat de verschillende fondsen goed naast elkaar (doelgroep/spelregels) kunnen werken. Wij zullen de specifieke spelregels van de deelfondsen zo inrichten dat deze aanvullende zijn op bijvoorbeeld de Economic Board, SvN en IFG en Groeifonds. Wat betreft het fonds van de Economic Board zal een relevant verschil vooral liggen in de omvang van de te ondersteunen financieringen. Het revolverend fonds zal leningen verstrekken tot maximaal 1 mln, terwijl de Economic Board grote initiatieven ook zal ondersteunen. Uitvoeringsorganisatie Zoals hiervoor is aangegeven wordt voor het fondsbeheer een aparte entiteit opgericht. Wij zullen hierbij de in aanbesteding veel aandacht besteden aan de rol van het fondsmanagement. Wij verwachten een actieve, projectverwerver die actief op zoek gaat naar projecten en niet een bancair loket dat wacht op initiatieven. Het ligt daardoor in de rede dat er een fondsmanager wordt aangesteld die de ruimte krijgt om de front office en de back office in te richten. Bij de provincie Drenthe en gemeente Utrecht zijn hier met hun betreffende energiefonds goede ervaringen mee. Naast de rol van projectverwerver door de fondsmanager hebben wij vanuit het programma Energietransitie in de bemensing al rekening gehouden met inzet op projectverwerving. Dit kan de externe kosten hierop beperken. Vanuit de regluiere werkzaamheden op het gebied van leefbaarheid kan ook actief worden (door)verwezen naar het revolverend fonds om zo de projectverwerving te ondersteunen (en de kosten hiervan te beperken). 6.6 Staatssteun Het project dient te voldoen aan de regelgeving met betrekking tot staatssteun. De inschatting die wij nu maken is dat eventuele staatssteun onder de AGVV (Algemene Groepsvrijstellingsverordening van de EC) is aan te merken als geoorloofde staatssteun. Derhalve hoeft dit niet ter goedkeuring te worden aangemeld bij de Europese Commissie. Wel is een kennisgeving van het Investeringsreglement aan de Commissie een vereiste. Bij concrete investeringsverzoeken wordt aan de hand van het Investeringsreglement en informatie van de aanvrager getoetst of de projecten 'staatssteun proof' zijn. Gezien de omvang en looptijd van de opdracht (fondsmanagement) is een Europese aanbesteding een vereiste. Hiermee is een procedure van 2-3 maanden gemoeid. Deze zal ingaan na vaststelling van bijgevoegd besluit door uw Staten. 7. Geheimhouding Niet van toepassing. 8. Voorstel Wij stellen u voor het in ontwerp bij deze voordracht gevoegde besluit vast te stellen. Groningen, 12 juli Gedeputeerde Staten van Groningen: H. Staghouwer, voorzitter. H.J. Bolding, secretaris. Behandeld door : D.I. de Vries Telefoonnummer : d.de.vries@provinciegroningen.nl 57-10

11 Nr. 57/2016 Provinciale Staten van Groningen: Gelezen de voordracht van Gedeputeerde Staten van 12 juli 2016, nr , PPM; Gelet op - het uitvoeringsprogramma leefbaarheid - het programma energietransitie het provinciale afwegingskader publiek vermogen (voordracht 2/2014) - de kaders voor revolverende fondsen (voordracht 25/2016) Besluiten: De in de voordracht beschreven uitgangspunten en opzet van het revolverend fonds leefbaarheid en energie vast te stellen, te weten: A) Doel: Het mogelijk maken van projecten op het gebied van leefbaarheid, zorg en energie; B) Entiteit: Een aparte rechtspersoon, een stichting, op te richten voor het fondsbeheer; C) Startdatum en looptijd: Het fonds in te stellen voor een looptijd van 10 jaar; D) Uit te gaan van de 3-maands Euribor rente, met een ondergrens van 0,7% in plaats van het vaste rendement van 2% als compensatie op ons eigen vermogen. Dit is een afwijking van het kader; E) Uit te gaan van een risicoprofiel van 10%. Dit is een afwijking van het kader; F) De 2,5 miljoen die vrijvalt wanneer het risico op 10% wordt gesteld in te zetten om een deel van de uitvoeringskosten te dekken. Dit is een afwijking van het kader. Groningen, Provinciale Staten voornoemd:, voorzitter., griffier

v o o r d r a c h t 5 april 2016 Corr.nr. 2016-08713, ECP Nummer 25/2016 Zaaknr. 618308

v o o r d r a c h t 5 april 2016 Corr.nr. 2016-08713, ECP Nummer 25/2016 Zaaknr. 618308 v o o r d r a c h t 5 april 2016 Corr.nr. 2016-08713, ECP Nummer 25/2016 Zaaknr. 618308 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van de kaders voor nieuw

Nadere informatie

9 februari 2016 Corr.nr , LGW Nummer 13/2016 Zaaknr

9 februari 2016 Corr.nr , LGW Nummer 13/2016 Zaaknr 9 februari 2016 Corr.nr. 2016-03833, LGW Nummer 13/2016 Zaaknr. 614826 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het voornemen voor het verstrekken van leningen aan de

Nadere informatie

J^ J. provmcie ~^^^ groningen

J^ J. provmcie ~^^^ groningen J^ J. provmcie ~^^^ groningen 13 maart 2012 Corr.nr. 2012-11.623, LGW Nummer 6/2012 Zaaknr. 385833 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten over deelname aan RaboStreekrekeningen en de

Nadere informatie

PS2009WMC01-1 - Ontwerpbesluit pag. 5

PS2009WMC01-1 - Ontwerpbesluit pag. 5 PS2009WMC01-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 18 november 2008 Nummer PS : PS2009WMC01 Afdeling : MOW Commissie : WMC Registratienummer : 2008INT229564 Portefeuillehouder : De

Nadere informatie

v o o r d r a c h t 24 mei 2016 Corr.nr. 2016-18.253, ECP Nummer 41/2016 Zaaknr. 625314

v o o r d r a c h t 24 mei 2016 Corr.nr. 2016-18.253, ECP Nummer 41/2016 Zaaknr. 625314 v o o r d r a c h t 24 mei 2016 Corr.nr. 2016-18.253, ECP Nummer 41/2016 Zaaknr. 625314 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het uiten van wensen en bedenkingen

Nadere informatie

Investeringsreglement Fonds Nieuwe Doen

Investeringsreglement Fonds Nieuwe Doen Investeringsreglement Fonds Nieuwe Doen Vastgesteld bij het besluit van het bestuur van de Stichting Fonds Leefbaarheid, Zorg en Energie Groningen, d.d. 12 oktober 2018. A. OVERWEGINGEN: 1. Stichting Fonds

Nadere informatie

17 februari 2015 Corr.nr. 2015-05372, ECP Nummer 14/2015 Zaaknr. 559117

17 februari 2015 Corr.nr. 2015-05372, ECP Nummer 14/2015 Zaaknr. 559117 17 februari 2015 Corr.nr. 2015-05372, ECP Nummer 14/2015 Zaaknr. 559117 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het verstrekken van een lening aan de Coöperatieve Kredietvereniging

Nadere informatie

16 december 2014 Corr.nr. 2014-51.832, ECP Nummer 71/2014 Zaaknr. 551221

16 december 2014 Corr.nr. 2014-51.832, ECP Nummer 71/2014 Zaaknr. 551221 16 december 2014 Corr.nr. 2014-51.832, ECP Nummer 71/2014 Zaaknr. 551221 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het verstrekken van een lening aan de Coöperatieve

Nadere informatie

Intentieovereenkomst tussen het Ministerie van. Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en. Rabobank met betrekking tot het Revolverend

Intentieovereenkomst tussen het Ministerie van. Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en. Rabobank met betrekking tot het Revolverend Intentieovereenkomst tussen het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Rabobank met betrekking tot het Revolverend Fonds Energiebesparing 11 Juli 2013 Betrokken partijen Initiatiefnemer:

Nadere informatie

1. We maken voor dit raadsvoorstel een uitzondering op artikel 21 van het treasurystatuut:

1. We maken voor dit raadsvoorstel een uitzondering op artikel 21 van het treasurystatuut: 1. We maken voor dit raadsvoorstel een uitzondering op artikel 21 van het treasurystatuut: a) waarom is expliciet in het treasurystatuut opgenomen dat de gemeente geen lening verstrekt? Antwoord 1a: In

Nadere informatie

27 oktober 2015 Corr.nr. 2015-46.491, OM Nummer 69/2015 Zaaknr. 600103

27 oktober 2015 Corr.nr. 2015-46.491, OM Nummer 69/2015 Zaaknr. 600103 27 oktober 2015 Corr.nr. 2015-46.491, OM Nummer 69/2015 Zaaknr. 600103 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van de wijziging van de Verordening op de

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: Vaststellen verordening : Stimuleringslening Duurzame Stedelijke Vernieuwing Haarlem BBVnr: 2016/397219

Raadsstuk. Onderwerp: Vaststellen verordening : Stimuleringslening Duurzame Stedelijke Vernieuwing Haarlem BBVnr: 2016/397219 Haarlem Raadsstuk Onderwerp: Vaststellen verordening : Stimuleringslening Duurzame Stedelijke Vernieuwing Haarlem BBVnr: 2016/397219 1. Inleiding In maart 2016 is de eerste tranche van het activiteitenprogramma

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr. 116034. Beleidsregels Verstrekken Lening of Garantie

GEMEENTEBLAD. Nr. 116034. Beleidsregels Verstrekken Lening of Garantie GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Nijmegen. Nr. 116034 4 december 2015 Beleidsregels Verstrekken Lening of Garantie Hoofdstuk 1 Inleiding De gemeente Nijmegen kan een lening verstrekken aan een

Nadere informatie

17 november 2015 Corr.nr , FC Nummer 82/2015 Zaaknr

17 november 2015 Corr.nr , FC Nummer 82/2015 Zaaknr 17 november 2015 Corr.nr. 2015-49.452, FC Nummer 82/2015 Zaaknr. 603304 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake het optimaliseren van de huidige Planning & Controlcyclus

Nadere informatie

Juridische totaalscan (revolverende) overheidsfondsen een vogelvlucht. Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn

Juridische totaalscan (revolverende) overheidsfondsen een vogelvlucht. Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn Juridische totaalscan (revolverende) overheidsfondsen een vogelvlucht Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn Wat is een overheidsfonds? Een fonds is een benaming voor door een bestuursorgaan ter beschikking

Nadere informatie

v o o r d r a c h t 21 mei 2019 Documentnummer: , afdeling Mobiliteit Projecten Dossiernummer : K1280

v o o r d r a c h t 21 mei 2019 Documentnummer: , afdeling Mobiliteit Projecten Dossiernummer : K1280 v o o r d r a c h t 21 mei 2019 Documentnummer: 2019-031568, afdeling Mobiliteit Projecten Dossiernummer : K1280 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen voor het beschikbaar

Nadere informatie

Fondsreglement Fonds Delft 2040

Fondsreglement Fonds Delft 2040 Fondsreglement Fonds Delft 2040 Inhoudsopgave 1. Definitie 2. Voorwaarden 3. Doelstellingen Agenda Delft 2040 4. Criteria Fonds Delft 2040 5. Randvoorwaarden t.a.v. business cases Fonds Delft 2040 6. Instrumentarium

Nadere informatie

Onderdeel Risico Kans op risico Maatregelen Schade worst case Kans x schade Conclusie risico

Onderdeel Risico Kans op risico Maatregelen Schade worst case Kans x schade Conclusie risico Bijlage b: : risicoanalyse r nieuwbouw MFA/BHS Bij de raadsbehandeling van de informatie omtrent de mogelijkheden om het MFA/BHS nieuw te bouwen heeft de raad gevraagd om een risicoanalyse op de beoogde

Nadere informatie

B&W besluit Publicatie

B&W besluit Publicatie B&W besluit Publicatie Onderwerp Stelselwijziging leningen via het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Bestuurlijk behandelvoorstel (2013/367273) CS/CC Collegebesluit 1. Kennis te nemen van het eindrapport

Nadere informatie

Voordracht aan Provinciale Staten. van Gedeputeerde Staten. Oprichten en deelnemen in de houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V.

Voordracht aan Provinciale Staten. van Gedeputeerde Staten. Oprichten en deelnemen in de houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. Voordracht aan Provinciale Staten van Gedeputeerde Staten Vergadering September 2016 Nummer 6929 Onderwerp Oprichten en deelnemen in de houdstermaatschappij Zuid-Holland B.V. 1 Ontwerpbesluit Provinciale

Nadere informatie

Aan: de gemeenteraad Vergadering: 13 juli 2015

Aan: de gemeenteraad Vergadering: 13 juli 2015 Aan: de gemeenteraad Vergadering: 13 juli 2015 Onderwerp: Verordening VROM-Startersleningen gemeente Beesel Oppe Brik Agendapunt: STATUS RAADSVOORSTEL Commissie en Raad. Vaststellen van de verordening

Nadere informatie

19 mei 2015 Corr.nr , FC Nummer 36/2015 Zaaknr

19 mei 2015 Corr.nr , FC Nummer 36/2015 Zaaknr 19 mei 2015 Corr.nr. 2015-20.867, FC Nummer 36/2015 Zaaknr. 574002 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van de Voorjaarsnota 2015 en de daarin opgenomen

Nadere informatie

INTENTIEOVEREENKOMST Leisure Ontwikkelfonds

INTENTIEOVEREENKOMST Leisure Ontwikkelfonds INTENTIEOVEREENKOMST Leisure Ontwikkelfonds Ondergetekenden: 1) De Efteling, gevestigd te Kaatsheuvel, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door de Voorzitter van de Raad van Bestuur, de heer A.G.A.

Nadere informatie

Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr , PB Nummer 25/2002

Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr , PB Nummer 25/2002 Commissie Welzijn, Zorg en Cultuur Commissie Ruimte, Water en Groen (t.k.) 23 april 2002 Nr. 2002-06055, PB Nummer 25/2002 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake

Nadere informatie

Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het voornemen tot omzetting van de EDON-lening in aandelen.

Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het voornemen tot omzetting van de EDON-lening in aandelen. 24 november 2015 Corr.nr. 2015-51.715, ECP Nummer 83/2015 Zaaknr. 605637 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over het voornemen tot omzetting van de EDON-lening in aandelen.

Nadere informatie

: Initiatiefvoorstel met betrekking tot duurzaamheidsleningen van de fractie van GroenLinks

: Initiatiefvoorstel met betrekking tot duurzaamheidsleningen van de fractie van GroenLinks Nummer : 13-13.2011 Onderwerp : Initiatiefvoorstel met betrekking tot duurzaamheidsleningen van de fractie van GroenLinks Korte inhoud : De GroenLinks fractie stelt u de volgende beslispunten voor: 1.

Nadere informatie

Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om:

Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om: STATENBRIEF Onderwerp: Statuten Fonds Gelderse Cultuurleningen Doel van deze brief: Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om: Te besluiten conform het ontwerpbesluit

Nadere informatie

Statenvoorstel nr. PS/2007/837

Statenvoorstel nr. PS/2007/837 Statenvoorstel nr. PS/2007/837 Instellen Overijssels Startersfonds Datum GS-kenmerk Inlichtingen bij 30 oktober 2007 2007/0553317 dhr. A. P. van Weezel Errens, telefoon 038 499 81 21 ap.v.weezelerrens@overijssel.nl

Nadere informatie

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel ~,,~ Raadsvoorstel Agendapuntnummer: Registratienr: [ 40523] Onderwerp Instemmen met het doonoeren van een stelselwijziging voor de verantwoording- en dekkingswijze van investeringen met maatschappelijk

Nadere informatie

Subsidiëring Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland ten behoeve van de Drentse Participatie Maatschappij

Subsidiëring Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland ten behoeve van de Drentse Participatie Maatschappij 2004-98 Subsidiëring Investerings- en Ontwikkelingsmaatschappij voor Noord-Nederland ten behoeve van de Drentse Participatie Maatschappij Voorgestelde behandeling: - Statencommissie Bestuur, Financiën

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel PS2008WMC16-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 15 april 2008 Nummer PS : PS2008WMC16 Afdeling : MOW Commissie : WMC Registratienummer : 2008INT216622 Portefeuillehouder : De Wilde

Nadere informatie

Reglement Fonds Delft 2040, gemeente Delft 2019

Reglement Fonds Delft 2040, gemeente Delft 2019 Reglement Fonds Delft 2040, gemeente Delft 2019 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Organisatie Delft Organisatietype Gemeente Officiële naam regeling Reglement Fonds Delft 2040, gemeente

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: Verhuur en exploitatie multifunctionele sporthal Duinwijck BBV nummer: 2013/520442

Raadsstuk. Onderwerp: Verhuur en exploitatie multifunctionele sporthal Duinwijck BBV nummer: 2013/520442 Raadsstuk Onderwerp: Verhuur en exploitatie multifunctionele sporthal Duinwijck BBV nummer: 2013/520442 1. Inleiding De gemeenteraad heeft middelen gereserveerd voor de bouw van een multifunctionele badmintonhal

Nadere informatie

Advies Renteloze lening Onderwijshuisvesting Openbaar Lichaam Bonaire

Advies Renteloze lening Onderwijshuisvesting Openbaar Lichaam Bonaire Aan De Minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap Contactpersoon Telefoonnummer Dwight Tjin Kon Kiem (Cft) +5999 461 9081 Datum E-mail 23 mei 2013 info@cft.an Ons kenmerk Uw kenmerk Pagina Bijlagen 1/5

Nadere informatie

2016-728. Initiatiefvoorstel Sport en duurzaamheid

2016-728. Initiatiefvoorstel Sport en duurzaamheid 2016-728 Initiatiefvoorstel Sport en duurzaamheid Voorgestelde behandeling: - Statencommissie Commissie Omgevingsbeleid op 23 maart 2016 - Provinciale Staten op 13 april 2016 - fatale beslisdatum: 13 april

Nadere informatie

Inleiding. Vervanging huidige telefooncentrale. Commissie Bestuur en Financiën. 11 december 2001 Nr. 2001-17.866, CDB Nummer 64/2001

Inleiding. Vervanging huidige telefooncentrale. Commissie Bestuur en Financiën. 11 december 2001 Nr. 2001-17.866, CDB Nummer 64/2001 Commissie Bestuur en Financiën 11 december 2001 Nr. 2001-17.866, CDB Nummer 64/2001 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake de aanschaf en financiering van een nieuwe

Nadere informatie

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage

1. Huidige aandelenverhouding en verliesbijdrage 11 november 2003 Nr. 2003-19.448, EZ Nummer 38/2003 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake aandelenoverdracht en baanverlenging van Groningen Airport Eelde N.V.

Nadere informatie

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5. Binnen het evenementenbeleid worden drie categorieën evenementen onderscheiden.

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5. Binnen het evenementenbeleid worden drie categorieën evenementen onderscheiden. S T A T E N V O O R S T E L Datum : 4 maart 2008 Nummer PS : PS2008MME10 Afdeling : Economie, Cultuur en Vrije Tijd Commissie : MME Registratienummer : 2008int218775 Portefeuillehouder : J.H. Ekkers Titel

Nadere informatie

Investeringsreglement Stichting Energietransitie Utrecht

Investeringsreglement Stichting Energietransitie Utrecht Investeringsreglement Stichting Energietransitie Utrecht Vastgesteld bij het besluit van het bestuur van de Stichting Energietransitie Utrecht, d.d. 2 november 2015. A. OVERWEGINGEN: 1. SETU is opgericht

Nadere informatie

Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten

Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten Bijlage 05 Stad en Regio Sleutelprojecten Toelichting sleutelprojecten programma Stad en Regio 2012-2015/17 1 1 Inlichtingen bij dhr. A.J.H.P. Elferink, (026) 3599756, e-mailadres a.elferink@gelderland.nl

Nadere informatie

voorstel aan de raad Subsidie en garantie DOMunder Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Nieuwhof, P. (Petra) Kenmerk

voorstel aan de raad Subsidie en garantie DOMunder Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Nieuwhof, P. (Petra) Kenmerk voorstel aan de raad Opgesteld door Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Nieuwhof, P. (Petra) Kenmerk 16.504503 Vergadering Gemeenteraad Vergaderdatum 7 juli 2016 Jaargang en nummer 2016 62 Geheim Nee

Nadere informatie

31 mei 2011 Corr.nr , VV Nummer 16/2011 Zaaknr

31 mei 2011 Corr.nr , VV Nummer 16/2011 Zaaknr 31 mei 2011 Corr.nr. 2011-24.946, VV Nummer 16/2011 Zaaknr. 328334 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over gemaakte financiële afspraken over de N33. SAMENVATTING:

Nadere informatie

Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om:

Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale Staten om: STATENBRIEF Onderwerp: Fonds Gelderse Vrijetijdseconomie uitwerking inzet revolverende middelen vrijetijdseconomie Doel van deze brief: Het college van Gedeputeerde Staten verzoekt de leden van Provinciale

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit financiering instandhouding provinciale monumenten in Drenthe

Uitvoeringsbesluit financiering instandhouding provinciale monumenten in Drenthe Uitvoeringsbesluit financiering instandhouding provinciale monumenten in Drenthe (geconsolideerde versie, geldend vanaf 1-1-2013) Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie provincie Drenthe Officiële

Nadere informatie

Oordeelvormende raad 26 november / 3 december 2015 Besluitvormende raad 17 december 2015 Gemeentebladnummer 79

Oordeelvormende raad 26 november / 3 december 2015 Besluitvormende raad 17 december 2015 Gemeentebladnummer 79 Initiatiefvoorstel Startersregeling Landgraaf Gemeente Landgraaf Verantwoordelijk portefeuillehouder Wethouder mw. Dreissen Oordeelvormende raad 26 november / 3 december 2015 Besluitvormende raad 17 december

Nadere informatie

NU in. Raadsvoorstel. Voorstel tot het vaststellen van het gemeentelijk borgstellingen- en geldleningsbeleid.

NU in. Raadsvoorstel. Voorstel tot het vaststellen van het gemeentelijk borgstellingen- en geldleningsbeleid. NU in Raadsvoorstel gemeente Reg. nr Ag. nr Datum Boxtel 96100086 6 28-03-96 Onderwerp Voorstel tot het vaststellen van het gemeentelijk borgstellingen- en geldleningsbeleid. Inhoud Zowel de oude gemeente

Nadere informatie

Uithuizen, 16 november Aan de raad, KORTE INHOUD :

Uithuizen, 16 november Aan de raad, KORTE INHOUD : RAADSVERGADERING : 30 november 2017 AGENDAPUNT : 09-16.2017 ONDERWERP : Verordening Blijverslening PORTEFEUILLEHOUDER(S) : H. Sienot STATUS : Besluitvormend Uithuizen, 16 november 2017 Aan de raad, KORTE

Nadere informatie

proainci renthe Assen, 1 juli2015 energiebeleid door financiële knelpunten die de transitie naar duurzame energieprojecten

proainci renthe Assen, 1 juli2015 energiebeleid door financiële knelpunten die de transitie naar duurzame energieprojecten Proaincie b î't is rù(/esterbrink r, Assen postødres Postbus r22, 94oo Ac Assen www.drenthe.nl (o592) 36 55 55 proainci renthe Aan: de voorzitter en leden van Provinciale Staten van Drenthe Assen, 1 juli2015

Nadere informatie

gemeente Tubbergen *«

gemeente Tubbergen *« gemeente Tubbergen *«Aan de gemeenteraad Tubbergen, 8 maart 2013 Vergadering: Nummer: 18 maart 2013 16A Onderwerp: Subsidie verbouw en duurzaamheid de Gaarf Langeveen. Samenvatting raadsvoorstel: De Gaarf

Nadere informatie

Regeling Energielening Maatschappelijke Organisaties

Regeling Energielening Maatschappelijke Organisaties Regeling Energielening Maatschappelijke Organisaties Vastgesteld bij het besluit van de Directie van de Stichting Drentse Energie Organisatie d.d. 16 december 2015 en goedgekeurd bij het besluit van de

Nadere informatie

Raadsvoorstel Garantstelling Internationale School Eindhoven

Raadsvoorstel Garantstelling Internationale School Eindhoven gemeente Eindhoven 16R6734 Raadsnummer Inboeknummer 16bst00376 Beslisdatum B&W 22 maart 2016 Dossiernummer 16.12.251 Raadsvoorstel Garantstelling Internationale School Eindhoven Inleiding Bij nieuwbouw

Nadere informatie

l i llülllllini illl III II NOORDENVELD Agendapunt: 5.2/19122012 Documentnr.: RV12.0715 s Raad 'd"d v»o' 1 2- f Aan de gemeenteraad

l i llülllllini illl III II NOORDENVELD Agendapunt: 5.2/19122012 Documentnr.: RV12.0715 s Raad 'dd v»o' 1 2- f Aan de gemeenteraad Aan de gemeenteraad Roden, 12 december 2012 G E M E E N T E t NOORDENVELD Agendapunt: 5.2/19122012 Documentnr.: RV12.0715 s Raad 'd"d v»o' 1 2- f Besluit/ Onderwerp Initiatiefvoorstel financiële ondersteuning

Nadere informatie

Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over de herfinanciering Groningen Seaports NV

Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over de herfinanciering Groningen Seaports NV 12 januari 2016 Corr.nr. 2016-00694, ECP Nummer 3/2016 Zaaknr. 612717 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over de herfinanciering Groningen Seaports NV 1. Samenvatting

Nadere informatie

FINANCIËLE BIJLAGE VOORSTEL MFC. Inleiding

FINANCIËLE BIJLAGE VOORSTEL MFC. Inleiding FINANCIËLE BIJLAGE VOORSTEL MFC Inleiding Om een solide financiële basis onder het Multifunctioneel Centrum (hierna: MFC) te realiseren is gezocht naar aanvullende partners. Inmiddels zijn de deelnemende

Nadere informatie

Achtergrond Op 19 december 2012 hebben PS met statenstuk 2012 549 het algemene kader voor revolverend financieren vastgesteld.

Achtergrond Op 19 december 2012 hebben PS met statenstuk 2012 549 het algemene kader voor revolverend financieren vastgesteld. Onderbouwing agendapunt Evaluatie revolverend financieren. Tijdens de FCBE vergadering van 18 februari 2015 heb ik aangegeven het ingekomen stuk Evaluatie revolverend financieren (brief 21 01 2015, kenmerk

Nadere informatie

Onderwerp: instellen provinciaal Jeugdsportfonds als invulling van de motie Armoede

Onderwerp: instellen provinciaal Jeugdsportfonds als invulling van de motie Armoede Provinciale Staten van Noord Holland Voordracht Haarlem, Onderwerp: instellen provinciaal Jeugdsportfonds als invulling van de motie Armoede Bijlage: ontwerpbesluit 1. Inleiding Op 29 mei 2006 hebben PS

Nadere informatie

Openbaar Lichaam Park Lingezegen CONCEPT BEGROTING 2016

Openbaar Lichaam Park Lingezegen CONCEPT BEGROTING 2016 Openbaar Lichaam Park Lingezegen CONCEPT BEGROTING 2016 13 februari 2014 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Algemeen... 4 3. Begroting... 5 4. Begroting... 5 4. Toelichting bij de begroting... 7 LASTEN...

Nadere informatie

Toekomst Riegmeer: 3 e sessie werkgroep Raad 5 juli. 1. Inleiding

Toekomst Riegmeer: 3 e sessie werkgroep Raad 5 juli. 1. Inleiding Toekomst Riegmeer: 3 e sessie werkgroep Raad 5 juli 1. Inleiding Met een commissie vanuit de raad is de afgelopen maanden gekeken welke opties en scenario s denkbaar zijn als het gaat om de toekomst van

Nadere informatie

Schriftelijke vragen van de CDA-fractie aan het college van B&W. Datum: 16 juni 2015. Geacht college,

Schriftelijke vragen van de CDA-fractie aan het college van B&W. Datum: 16 juni 2015. Geacht college, Schriftelijke vragen van de CDA-fractie aan het college van B&W Datum: 16 juni 2015 Betreft: duurzaamheidslening Geacht college, Op 30 oktober 2014 is tijdens de programmabegroting 2015 een motie van het

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Samenvatting (Verplicht, maximaal een half A4)

Raadsvoorstel. Samenvatting (Verplicht, maximaal een half A4) Raadsvoorstel GEMEENTEBESTUUR onderwerp Startersregeling venlo. raadsnummer 2011 100 collegevergadering d.d. 22-11-2011 raadsvergadering d.d. 21-12-2011 fatale termijn programma Veelzijdige stad in het

Nadere informatie

Investeringsreglement

Investeringsreglement Investeringsreglement Inhoud 1. Aanleiding, doel en uitgangspunten 3 2. Definities 5 3. Doelstellingen en beleid van het Fonds 6 4. Criteria Aanvraag 7 4.1 Criteria Duurzaamheidsinitiatief 7 4.2 Criteria

Nadere informatie

2014 VERBINDINGENSTATUUT

2014 VERBINDINGENSTATUUT 2014 VERBINDINGENSTATUUT 1. Inleiding 1.1 Algemeen 1.1.1. In het verbindingenstatuut is het toetsingskader vastgelegd dat door Woningstichting St. Joseph (hierna: de woningstichting) wordt gehanteerd bij

Nadere informatie

Voorstel aan raad. Geadviseerd besluit. Samenvatting ROM. H.J. Weeda. 5 februari 2013 Intrekken SVn subsidieverordening

Voorstel aan raad. Geadviseerd besluit. Samenvatting ROM. H.J. Weeda. 5 februari 2013 Intrekken SVn subsidieverordening Voorstel aan raad Verantwoordelijke afdeling ROM Nummer Inboeknummer: Raad d.d. Paragraaf begroting: 27 maart 2013 Steller: L. Aries Portefeuillehouder H.J. Weeda Datum Onderwerp 5 februari 2013 Intrekken

Nadere informatie

PROCEDURE EN CRITERIA VOOR VERSTREKKING

PROCEDURE EN CRITERIA VOOR VERSTREKKING PROCEDURE EN CRITERIA VOOR VERSTREKKING financiële bijdragen uit het leefbaarheidsbudget 1 1. Inleiding De gemeenteraad van Hellendoorn heeft enkele budgeten overgedragen aan de dorpen en wijken in de

Nadere informatie

na de investering rendabel wordt en geld oplevert voor de clubkas. Dit resulteert na de terugverdientijd in structureel lagere energiekosten.

na de investering rendabel wordt en geld oplevert voor de clubkas. Dit resulteert na de terugverdientijd in structureel lagere energiekosten. Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 7 juli 2015 RV/15/00547 6 Voorstel ingebracht door Portefeuillehouder Begrotingsprogramma Beheerproduct Onderwerp W. Kuster S. van Alfen Milieu

Nadere informatie

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Onderwerp: Korte-termijnoplossing Hofke van Marijke Registratienummer: 00518414 Op voorstel B&W d.d.: 29-04-2014 Datum vergadering: 06-05-2014 Portefeuillehouder: J.P. Ragetlie

Nadere informatie

Subsidieregeling Financiering Energieprojecten Bedrijven

Subsidieregeling Financiering Energieprojecten Bedrijven Subsidieregeling Financiering Energieprojecten Bedrijven Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn; overwegende: 1. dat het college bevoegd is voor bepaalde vormen van subsidie

Nadere informatie

Gemeente Bergen op Zoom

Gemeente Bergen op Zoom Gemeente Bergen op Zoom Voorlegger Onderwerp Nummer voorstel Datum voorstel Portefeuillehouder(s) Contactpersoon Afdeling Contactpersoon Email Contactpersoon Telefoon Programmanummer en -naam : Instelling

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel PS2010WMC14-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum :14 september 2010 Nummer PS: PS2010WMC14 Afdeling : ECV Commissie: WMC Registratienummer : 2010INT262333 Portefeuillehouder: Raven

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL MET BESLUIT

RAADSVOORSTEL MET BESLUIT RAADSVOORSTEL MET BESLUIT Raadsvergadering : 8 april 2019 Agendapunt : Onderwerp : Verzilverlening Portefeuillehouder : Libbe de Vries Beetsterzwaag, 5 maart 2019 Voorstel 1. De verordening Verordening

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerpbesluit pag. 4. Toelichting pag. 5

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerpbesluit pag. 4. Toelichting pag. 5 2018MME22 College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel DATUM 19 december 2017 NUMMER PS AFDELING Domein Mobiliteit COMMISSIE MME STELLER Pauline Bredt DOORKIESNUMMER 06-22161118 DOCUMENTUMNUMMER 81C592AA

Nadere informatie

Duurzaam Haren STARTNOTITIE DUURZAAMHEIDCOÖPERATIE GEMEENTE HAREN

Duurzaam Haren STARTNOTITIE DUURZAAMHEIDCOÖPERATIE GEMEENTE HAREN Duurzaam Haren STARTNOTITIE DUURZAAMHEIDCOÖPERATIE GEMEENTE HAREN Uitgangspunt Duurzaam Haren wordt een duurzaamheidscoöperatie, waarin inwoners, bedrijven en organisatie kunnen participeren in duurzaamheids-

Nadere informatie

Geschreven door OVL donderdag 12 november :00 - Laatst aangepast donderdag 12 november :01

Geschreven door OVL donderdag 12 november :00 - Laatst aangepast donderdag 12 november :01 Algemeen Op 21 december 2011 heeft de gemeenteraad van de gemeente Leek ingestemd met een breed gedragen initiatief voor de oprichting van een ondernemersfonds ter behartiging van collectieve belangen

Nadere informatie

Toelichting op Financieringsregeling sociale huur

Toelichting op Financieringsregeling sociale huur Toelichting op Financieringsregeling sociale huur Onderdeel van de maatregelen uit het Aanvalsplan Woningmarkt is de Financieringsregeling sociale huur, waarvoor een bedrag van 20 miljoen voorwaardelijk

Nadere informatie

Regeling Energielening MKB Flevoland

Regeling Energielening MKB Flevoland I: Regeling Energielening MKB Flevoland Vastgesteld bij het besluit van de raad van Toezicht van de Stichting DE-on d.d. 27 juni 2016. A. OVERWEGINGEN: 1. STICHTING DE-ON is opgericht met als doel de energietransitie

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op de artikelen 4, 6 en 32 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht;

PROVINCIAAL BLAD. Gelet op de artikelen 4, 6 en 32 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Utrecht. Nr. 935 3 maart 2017 Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 21 februari 2017, nr. 81A700C3, tot wijziging van de Uitvoeringsverordening

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma visiedocument inclusief financiële paragraaf "Sport- en welzijnsaccommodaties gemeente Olst- Wijhe"

Uitvoeringsprogramma visiedocument inclusief financiële paragraaf Sport- en welzijnsaccommodaties gemeente Olst- Wijhe Uitvoeringsprogramma visiedocument inclusief financiële paragraaf "Sport- en welzijnsaccommodaties gemeente Olst- Wijhe" Olst/Wijhe, september 2007. doc. nr.: 0749-4-BZ-MS 1. Uitvoeringsprogramma visiedocument

Nadere informatie

Deelnemersmemorandum

Deelnemersmemorandum Deelnemersmemorandum Dit memorandum is bedoeld om deelnemers te interesseren deel te nemen in het fonds. Het MKB is gebaat bij dit initiatief. Voor u de mogelijkheid een beter rendement te behalen dan

Nadere informatie

J))^ provincie h groningen

J))^ provincie h groningen J))^ provincie h groningen 7 januari 2014 Corr.nr. 2013-56.705, ECP Nummer 1 /2014 Zaaknr. 493228 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen voor het vaststellen van de uitgangspunten

Nadere informatie

Glasvezel Ommen-Hardenberg Nieuwsbrief januari 2014

Glasvezel Ommen-Hardenberg Nieuwsbrief januari 2014 Glasvezel Ommen-Hardenberg Nieuwsbrief januari 2014 Afgelopen jaar bent u geïnformeerd over de mogelijkheden voor aanleg van glasvezel in de buitengebieden van de gemeenten Ommen en Hardenberg. In de tweede

Nadere informatie

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5

Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE 3 3. INTERNE ORGANISATIE TREASURY FUNCTIE 5 4. TREASURYPARAGRAAF 5 Treasury Statuut MT: Besproken: 21 februari 2017 CvB: Vastgesteld: 12 februari 2017 Raad van Toezicht Goedgekeurd: 6 maart 2017 MR: Besproken: 4 april 2017 Inhoud 1. INLEIDING 3 2. DOELSTELLING TREASURYFUNCTIE

Nadere informatie

Haarlem, 13 maart 2013

Haarlem, 13 maart 2013 Haarlem, 13 maart 2013 2013 21 Onderwerp: Herallocatie EXIN-H middelen binnen het compartiment Sociaal Culturele Infrastructuur van programma Verbetering en Uitbreiding Podia (CC3) naar programma Restauratie

Nadere informatie

2 mei 2017 Corr.nr Nummer 22/2017 Zaaknr

2 mei 2017 Corr.nr Nummer 22/2017 Zaaknr 2 mei 2017 Corr.nr. 2017-18.235 Nummer 22/2017 Zaaknr. 678901 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen betreffende het vervangen van de brug Mensingeweer, inclusief het verwijderen

Nadere informatie

STICHTING LANDA FOUNDATION BELEIDSPLAN

STICHTING LANDA FOUNDATION BELEIDSPLAN STICHTING LANDA FOUNDATION BELEIDSPLAN Adresgegevens organisatie: Theo van Loonstraat 10 7552 GN Hengelo (Overijssel) Email: ar.braun@telfort.nl Telefoonnummer: 074-2914448 Inhoud 1 Inleiding...3 2 Strategie...3

Nadere informatie

3. Beoogd effect Versterken van de regionale economie en de concurrentiekracht van het Flevolandse

3. Beoogd effect Versterken van de regionale economie en de concurrentiekracht van het Flevolandse ** Aan Provinciale Staten Onderwerp Financieringsinstrumenten MKB: nieuwe TMI-regeling en Kredietfaciliteit Besluitvormingsronde Statendag 18 december 2013 (ov) / 15 januari 2014 Agendapunt 1. Beslispunten

Nadere informatie

2015-686 HERZIEN. Spelregelkader EU-cofinanciering

2015-686 HERZIEN. Spelregelkader EU-cofinanciering 2015-686 HERZIEN Spelregelkader EU-cofinanciering Voorgestelde behandeling: - Statencommissie Financiën, Cultuur, Bestuur en Economie op 9 september 2015 - Provinciale Staten op 23 september 2015 - fatale

Nadere informatie

West-Brabant. Gemeenteraden West-Brabant

West-Brabant. Gemeenteraden West-Brabant West-Brabant Gemeenteraden West-Brabant Kenmerk: UIT-17038478 Datum: 14 april 2017 Behandeld door: M. v.d. Wijgert E-mail: M.Wijgert@ggdwestbrabant.nl Onderwerp: Aanbiedingsbrief jaarstukken 2016 Geachte

Nadere informatie

Datum : 16 oktober 2007 Nummer PS : PS2007WMC03 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2007INT Portefeuillehouder : A.

Datum : 16 oktober 2007 Nummer PS : PS2007WMC03 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2007INT Portefeuillehouder : A. S T A T E N V O O R S T E L Datum : 16 oktober 2007 Nummer PS : PS2007WMC03 Afdeling : ECV Commissie : WMC Registratienummer : 2007INT201390 Portefeuillehouder : A. Raven Titel : Kadernotitie Erfgoedparels

Nadere informatie

Subsidieregeling Financiering Energieprojecten Instellingen

Subsidieregeling Financiering Energieprojecten Instellingen Subsidieregeling Financiering Energieprojecten Instellingen Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn; Overwegende: 1. dat het college bevoegd is voor bepaalde vormen van subsidie

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 december 2016, nummer 16/956;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 december 2016, nummer 16/956; Gewijzigd exemplaar RIS. 8027 (was RIS.7993) De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 december 2016, nummer 16/956; gelet op het bepaalde in de Gemeentewet,

Nadere informatie

Borgstelling geldlening SPPiLL tbv aankoop langgevelboerderij Barrierweg 4.

Borgstelling geldlening SPPiLL tbv aankoop langgevelboerderij Barrierweg 4. Onderwerp Borgstelling geldlening SPPiLL tbv aankoop langgevelboerderij Barrierweg 4. Samenvatting De aankoop en restauratie van de langgevelboerderij is een belangrijk onderdeel van het deelproject "Versterking

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23199 21 december 2011 Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 13 december 2011, nr.

Nadere informatie

Notitie Blijverslening Inleiding

Notitie Blijverslening Inleiding Notitie Blijverslening 2017 1 Inleiding 1.1 Het speelveld Het aantal ouderen in Nederland neemt de komende jaren sterk toe. Het CBS verwacht dat in 2040 ruim een kwart van de bevolking ouder is dan 65

Nadere informatie

8 september 2015 Corr.nr , BJC Nummer 56/2015 Zaaknr

8 september 2015 Corr.nr , BJC Nummer 56/2015 Zaaknr 8 september 2015 Corr.nr. 2015-37.523, BJC Nummer 56/2015 Zaaknr. 590932 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen waarbij overeenkomstig artikel 40 van de Wet gemeenschappelijke

Nadere informatie

Achtergronden Wormerlandse VROM Startersregeling. 1. Waarom SVn-startersregeling?

Achtergronden Wormerlandse VROM Startersregeling. 1. Waarom SVn-startersregeling? Bijlage Achtergronden Wormerlandse VROM Startersregeling Februari 2009 In deze bijlage wordt de startersregeling nader toegelicht. Allereerst wordt de keuze voor deelname aan de startersregeling van de

Nadere informatie

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control Grip op Financiën 13 januari 2015 Sector Control Opbouw presentatie Inzicht in ontwikkeling leningenportefeuille en rente Normenkader van de gemeente Eindhoven Beheersmaatregelen Huidige leningenportefeuille

Nadere informatie

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 25 oktober Voorstel van : college van burgemeester en wethouders

GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD. Datum : 25 oktober Voorstel van : college van burgemeester en wethouders GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD Datum : 25 oktober 2016 Voorstel van : college van burgemeester en wethouders Onderwerp : Verzoek tennisvereniging i.o. Venhorst Samenvatting om één tennisvereniging

Nadere informatie

Voorwaarden en procedure Duurzaamheidsfonds Amsterdam, leningen projecten

Voorwaarden en procedure Duurzaamheidsfonds Amsterdam, leningen projecten Voorwaarden en procedure Duurzaamheidsfonds Amsterdam, leningen projecten 10.000-200.000 I. Algemeen De uitgangspunten, kaders en instrumenten van het Duurzaamheidsfonds Amsterdam zijn op 25 november 2015

Nadere informatie

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten betreffende de vaststelling van de Begroting 2014 en de Robuuste Investeringsimpuls;

Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten betreffende de vaststelling van de Begroting 2014 en de Robuuste Investeringsimpuls; Vergadering d.d. Besluit nr. PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND Gezien het voorstel van Gedeputeerde Staten betreffende de vaststelling van de Begroting 2014 en de Robuuste Investeringsimpuls; Gelet op

Nadere informatie