3 Resultaten van de seminar games

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "3 Resultaten van de seminar games"

Transcriptie

1 3 Resultaten van de seminar games 3.1 Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de resultaten van de seminar games. De resultaten worden in eerste instantie gepresenteerd aan de hand van de belangrijkste elementen van de seminar games, dat wil zeggen de door de deelnemers geformuleerde aanbevelingen (paragraaf 3.2), de statistische analyse van de vragenlijsten (paragraaf 3.3) en de plenaire discussie aan het einde van de dag (paragraaf 3.4). Vervolgens worden de resultaten geanalyseerd aan de hand van kernvragen ten aanzien van het wetenschappelijk onderzoek (paragraaf 3.5) en wordt er een overzicht van de bevindingen gegeven (paragraaf 3.6). De informatie uit dit hoofdstuk vormt de basis voor de discussie in hoofdstuk 4. In paragraaf 3.2 wordt op hoofdlijnen ingegaan op de belangrijkste uitkomsten van de discussies tijdens de ochtendsessie van de seminar games. Zoals eerder is aangegeven, zijn de seminar games deelnemers in drie groepen ingedeeld. De groepen werd gevraagd om, uitgaande van het gepresenteerde toekomstbeeld, de situatie in 2008 te beoordelen op zijn sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen en om, op basis van deze analyse, een set beleidsaanbevelingen te formuleren voor het volgende regeerakkoord (in dit geval het regeerakkoord van 2008). De belangrijkste uitkomsten van deze discussie zijn opgenomen in paragraaf 3.2. De aanbevelingen zelf worden opgesomd in bijlage 4. Aan het einde van de ochtend- en de middagsessie hebben de deelnemers vragenlijsten ingevuld. Deze vragenlijsten dienden om een kwantitatief beeld te krijgen van de visie van de deelnemers op het gepresenteerde toekomstbeeld. De vragenlijsten zijn met behulp van een factoranalyse geanalyseerd. Deze heeft geresulteerd in vier cognitieve dimensies die een beeld geven van de manier waarop de deelnemers tegen wetenschappelijk onderzoek aankijken. Paragraaf 3.3 beschrijft de wijze waarop de vragenlijsten zijn geanalyseerd en de resultaten van die analyse. Een uitgebreide beschrijving van de kwantitatieve analyses is te vinden in bijlage 5. Paragraaf 3.4 geeft een overzicht van hetgeen er besproken is in de plenaire eindsessie. In die laatste sessie hebben de betrokkenen bediscussieerd welke wijzigingen 29

2 er in de nabije toekomst in het beleid ten aanzien van het wetenschappelijk onderzoek noodzakelijk zijn. Ook is bediscussieerd welke rol het ministerie van OC&W in de toekomst moet spelen. In paragraaf 3.5 wordt ingegaan op kernvragen ten aanzien van de toekomst van het wetenschappelijk onderzoek. De basis hiervoor wordt gevormd door de 23 kernvragen die naar voren zijn gekomen uit focusgroepen die door RAND Europe in opdracht van OC&W zijn georganiseerd 1. Deze lijst is enigszins herzien (zie bijlage 6) om te komen tot een zo goed mogelijk overzicht van de kernvragen die momenteel ten aanzien van het wetenschappelijk onderzoek leven. In paragraaf 3.5 worden de kernvragen stuk voor stuk behandeld en wordt per vraag kort beschreven hoe de deelnemers aan de seminar games over dit issue dachten. Daarbij wordt in grote lijnen ingegaan op de algemene inzichten die uit de groepssessies naar voren zijn gekomen. Ook wordt beschreven in hoeverre per seminar game of per groep (producenten, gebruikers en financiers) verschillen bestonden in de manier waarop over het aandachtspunt werd gedacht en, zo ja, wat de verschillen tussen de seminar games of groepen waren. Paragraaf 3.6 is een syntheseparagraaf waarin verbanden worden gelegd tussen de eerder opgesomde bevindingen. Dit gebeurt aan de hand van drie stellingen die een context creëren voor de discussie die zal volgen in hoofdstuk Aanbevelingen van de groepen tijdens de seminar games Tijdens de groepsdiscussies hebben de deelnemers steeds de opdracht gekregen om op basis van een SWOT-analyse (analyse van de sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen) van de scenario s aanbevelingen te doen. Deze aanbevelingen hebben betrekking op de situatie van 2008 en zijn bedoeld voor de periode ná Steeds heeft één persoon uit de groep tijdens de plenaire sessie de beleidsaanbevelingen gepresenteerd. Over het algemeen hebben de deelnemers zich aan de onderwerpindeling (mens, inhoud, onderwijs, geld, omgeving) gehouden, echter in sommige gevallen werd de nadruk op één onderwerp gelegd. Een uitgebreid overzicht van de gepresenteerde beleidsaanbevelingen en andere besproken onderwerpen van alle groepen is opgenomen in bijlage 4. 1 Van de Linde, et al. (2001), op. cit., pp

3 Hoofdpunten uit de gepresenteerde aanbevelingen Op basis van de presentaties valt te concluderen dat er met name beleidsaanbevelingen zijn gedaan voor aspecten in de scenario s die de deelnemers niet bevielen, bijvoorbeeld de allocatie van geld. Er is ook veel gesproken over aspecten die wel goed waren in het scenario, maar daar zijn niet zo veel beleidsaanbevelingen voor gedaan. Zo is er bijvoorbeeld heel veel gesproken over prestatie-indicatoren, maar zijn er op dat gebied weinig concrete beleidsaanbevelingen gepresenteerd. Verder is er weinig overeenkomst te vinden in de gepresenteerde beleidsaanbevelingen. Er is wel veel op dezelfde onderwerpen ingegaan (zoals tabel 3.1 weergeeft), maar het betrof steeds aanbevelingen van een andere aard. Dit illustreert de vele verschillende beleidsopties en de uiteenlopende visies van de betrokkenen op het wetenschappelijk onderzoek. Het geeft een beeld van de complexiteit van de materie en de verschillen die er bestonden binnen respectievelijk de groepen en de scenario s. Geld Het zijn met name de financiers die aandacht besteden aan het onderwerp geld. Maar ook de andere groepen hebben er veel aandacht aan besteed. Het is opvallend dat de presentaties weinig terugkerende beleidsaanbevelingen hebben. Aandachtspunten die door meerdere groepen worden genoemd, zijn: transparantie, de manier waarop geld wordt toegewezen, prioritering en de relatieve omvang van de geldstromen. Omgeving Op het gebied van internationalisering zijn het vooral de financiers die beleidsaanbevelingen doen. Zij raden veel internationale samenwerking aan. Het zijn met name de gebruikers die zich op het imago richten. Onderwijs Op het gebied van onderwijs zijn er veel verschillende dingen gezegd door de verschillende groepen. Er is overeenkomst te vinden op BaMa-gebied, namelijk dat daar een flexibele structuur voor gevonden moet worden. Verder is wel te merken dat iedereen het onderwerp onderwijs, zowel op middelbare school niveau, als op hoger onderwijs niveau belangrijk vindt, als voorbereiding op wetenschappelijk onderzoek. 31

4 Inhoud en mens Ook op het gebied van inhoud en mens zijn er weinig overeenkomstige beleidsaanbevelingen gedaan. Terugkerende thema s hier zijn onder andere: prestatie-indicatoren, keuze voor onderzoeksthema s en human resources management. Tabel 3.1 t/m 3.3 geven een overzicht van de frequentie waarmee aanbevelingen binnen de verschillende thema s zijn gedaan. Een lichtgrijs vakje betekent dat er opvallend weinig aanbevelingen zijn gedaan, terwijl een donker grijs vak aangeeft dat er opvallend veel aanbevelingen zijn ten aanzien van een bepaald onderwerp. Tabel 3.1: Frequentietabel van de aanbevelingsonderwerpen per seminar game per groep Geld Mens Omgeving Inhoud Onderwijs BV Onderzoek Nederland Financiers Gebruikers Producenten Van Leeuwenhoek Financiers Gebruikers Producenten Champions Leagues Financiers Gebruikers Producenten CAESAR Financiers Gebruikers Producenten Tabel 3.2: Frequentietabel van aanbevelingsonderwerpen per scenario Geld Mens Omgeving Inhoud Onderwijs BV Onderzoek Nederland Van Leeuwenhoek Champions Leagues CAESAR Tabel 3.3: Frequentietabel van aanbevelingsonderwerpen per groep Geld Mens Omgeving Inhoud Onderwijs Financiers Gebruikers Producenten Totaal

5 Verschillen tussen de scenario s Geld Tijdens Champions Leagues of Research zijn er weinig aanbevelingen op het gebied van geld gedaan. Geld was dan ook niet het onderwerp waar men zich druk over maakte in dit scenario. De aandacht in dit scenario ging uit naar onderwijs en inhoud. In de andere scenario s werd veel over geld gesproken. Mens In BV Onderzoek Nederland en in Champions Leagues of Research zijn er weinig beleidsaanbevelingen ten aanzien van het onderwerp mens gedaan. De aandacht in deze scenario s ging meer uit naar inhoud. Waarschijnlijk wordt dit veroorzaakt doordat deze twee scenario s prestatie-indicatoren als variabele hebben en doordat de onderzoeksprioriteiten door het management van het onderzoeksinstituut worden vastgesteld. Deze twee variabelen stimuleren de gedachtengang over inhoud van onderzoek. De producenten van wetenschappelijk onderzoek hebben de meeste beleidsaanbevelingen gedaan op het gebied van mens. Dit is niet zo verwonderlijk want het gaat tenslotte om hun welzijn. Omgeving Ten aanzien van het thema omgeving hebben de financiers meer aanbevelingen gedaan. Dit is echter met name door de groep financiers in BV Onderzoek Nederland gedaan, waardoor hier geen algemene conclusies over mogen worden getrokken. Inhoud Er zijn met name aanbevelingen gedaan met betrekking tot het Champions Leagues of Research en CAESAR scenario. Het zijn met name de gebruikers die veel aanbevelingen hebben gedaan op dit punt. Dat is te verklaren doordat de gebruikers zich veelal druk maakten over de invloed die zij zouden moeten hebben op onderzoeksprioriteiten. Bijna alle groepen hebben aanbevelingen gedaan voor het onderwerp inhoud. Dit is ook de categorie met de meeste aanbevelingen. Dit is niet opvallend omdat het in het wetenschappelijk onderzoek uiteindelijk toch om de inhoud van het onderzoek gaat. Verder is deze categorie zeer breed. 33

6 Onderwijs De meeste aanbevelingen zijn gedaan tijdens de Champions Leagues of Research seminar game. Dit scenario beschreef een hoge mate van concurrentie tussen de onderzoeksinstellingen en de vorming van topinstituten. Indien dat werkelijkheid wordt, geldt dat ook voor de onderwijsinstellingen, omdat deze veelal onderdeel zijn van een onderzoeksinstelling. Dit kan negatieve gevolgen hebben voor de onderwijsinstellingen. Te implementeren beleidsaanbevelingen Na de presentaties is steeds geprobeerd om tot een set van beleidsaanbevelingen te komen die na 2008 geïmplementeerd kan worden. Over deze set van aanbevelingen moest consensus tussen alle groepen bestaan. Met deze set van te implementeren beleidsaanbevelingen kregen de groepen de opdracht om de mogelijke gevolgen van de aanbevelingen te bespreken 2. Hier volgen per seminar game de te implementeren aanbevelingen: BV Onderzoek Nederland: het aantal geldstromen wordt gereduceerd tot twee: een basisstroom en een meer vraaggestuurde stroom, de zogenaamde + stroom; er worden prestatie-indicatoren ingevoerd; er komen één of meerdere makelaars die de wensen van verschillende partijen op het gebied van onderzoek verwoorden en de beste voorstellen selecteren. In de voetsporen van Van Leeuwenhoek: de tweede geldstroom wordt vergroot, waarvan 15% wordt besteed aan ongethematiseerd onderzoek. Over de besteding hiervan zal NWO beslissen. De overige 85% valt binnen thema s, welke bottom up vanuit de samenleving tot stand zullen komen; de bacheloropleiding zal zowel mono- als multidisciplinaire richtingen hebben. De masteropleiding is een gespecialiseerde opleiding; 2 Dit is tijdens de BV Onderzoek Nederland game niet gebeurd, omdat de presentaties en de rest van de plenaire discussie zo veel tijd in beslag namen dat daar geen gelegenheid meer voor was. 34

7 evaluatie-indicatoren zullen aangepast/uitgebreid worden. Een commissie zal erop toezien dat de indicatoren ten uitvoer worden gebracht. Champions Leagues of Research: een deel van het geld uit de tweede geldstroom wordt naar de eerste geldstroom verplaatst, met het oog op lange termijn onderzoek; er komt een rugzakje met geld voor maatschappelijke groeperingen om onderzoek te laten doen naar problemen die in hun ogen belangrijk zijn; aparte criteria voor wetenschappelijk onderwijs; een gedeelte van het onderzoeksbudget wordt via thema s vergeven; een basis-cao voor onderzoekers op Europees niveau. CAESAR: de eerste geldstroom komt weer onder Nederlands beheer; de tweede nationale geldstroom wordt kleiner; de inhoudelijke sturing neemt af. Ter compensatie wordt een kwaliteitscontrolesysteem ingebouwd aan de hand van visitatiecommissies; prestatie-indicatoren worden afgestemd te worden op de onderzoeksrichting: alfa, bèta en gamma-richtingen; er komt meer loopbaanbegeleiding; BaMa wordt flexibeler. Aan het einde van deze sessie is een vragenlijst ingevuld om de situatie in 2015 te vergelijken met die van Analyse van de vragenlijsten Opzet van de vragenlijst Tijdens de seminar games hebben de deelnemers twee keer een vragenlijst ingevuld. De eerste keer gebeurde dat na bespreking van het gepresenteerde scenario binnen de teams, de tweede keer na bespreking van de implementatie van de beleidsaanbevelingen. In beide gevallen werd de deelnemers gevraagd de vragenlijst in te vullen vanuit het perspectief van het team waarin zij waren ingedeeld, dat wil zeggen vanuit het perspectief van financier, gebruiker of producent van wetenschappelijk onderzoek. 35

8 Doel van de vragenlijsten was om de mening van de deelnemers over verschillende aspecten van het wetenschappelijk onderzoek te kwantificeren. De vragenlijst is weergegeven in tabel 3.4. Aan het einde van de ochtend werd de deelnemers gevraagd het wetenschappelijk onderzoek in 2008, zoals beschreven in het aan hen voorgelegde scenario, te vergelijken met de huidige situatie. Daarbij moesten zij aangeven of het wetenschappelijk onderzoek in Nederland er in 2008 beter of slechter voor staat dan in Voor elke vraag kon de respondent het jaar 2008 vergelijken met 2001 op een vijfpuntsschaal lopend van sterk verslechterd (een score van 2) tot sterk verbeterd (een score van +2). Deze lijst noemen we in de rest van deze paragraaf de 2008-lijst. Aan het einde van de groepssessies in de middag kregen de deelnemers de vragenlijst opnieuw voorgelegd. Deze keer werd hen gevraagd de situatie in te beoordelen, dat wil zeggen de situatie waarin het voorgestelde beleid ook daadwerkelijk is geïmplementeerd. De deelnemers werd gevraagd of de situatie in 2015 beter of slechter zou zijn dan in Deze lijst noemen we in de rest van deze paragraaf de lijst. Beide responses zijn afzonderlijk van elkaar geanalyseerd, omdat zij een beoordeling zijn van verschillende situaties. De analyse van de vragenlijst De kwantitatieve analyses van de vragenlijst kunnen in twee categorieën worden verdeeld: a. analyses op het niveau van de (26) afzonderlijke vragen uit de vragenlijst b. analyses op het niveau van de totale vragenlijst Bij de analyses op het niveau van de afzonderlijke vragen uit de vragenlijst is per vraag uit de vragenlijst gekeken naar het gemiddelde en de standaarddeviatie van de scores. Indien een relatie bestaat tussen een vraag uit de vragenlijst en één of meerdere kernvragen die het uitgangspunt vormen voor de bevindingen in paragraaf 3.5, 3 De vragenlijst in de eerste seminar game had betrekking op De deelnemers gaven echter aan dat de termijn van 2 jaar te kort is om beleidsaanbevelingen volledig te implementeren. Daarom is er in de volgende games voor gekozen de situatie in 2015 te beoordelen. 36

9 wordt het resultaat van deze analyse beschreven in paragraaf 3.5. Daarbij is tevens het effect bestudeerd dat het gevolg zou kunnen zijn van het type scenario. 37

10 Tabel 3.4: De vragenlijst (2008-versie) Hieronder worden enkele aspecten genoemd met betrekking tot het publiek gefinancierde wetenschappelijk onderzoek in Nederland (WO). Wij verzoeken u om op basis van het scenario en de groepsdiscussie voor ieder aspect aan te geven of de situatie in 2008 ten opzichte van 2001 volgens u is verbeterd, verslechterd, of vrijwel onveranderd is gebleven. U kunt hierbij de volgende scores gebruiken: Score Betekenis ++ De situatie in 2008 met betrekking tot dit punt is sterk verbeterd t.o.v De situatie in 2008 met betrekking tot dit punt is verbeterd t.o.v De situatie in 2008 met betrekking tot dit punt is vrijwel onveranderd t.o.v De situatie in 2008 met betrekking tot dit punt is verslechterd t.o.v De situatie in 2008 met betrekking tot dit punt is sterk verslechterd t.o.v SCORE Carrière en imago De motivatie van jongeren om een carrière in het WO te beginnen Het vermogen om getalenteerde onderzoekers aan te trekken en te behouden Het imago van het beroep van wetenschappelijk onderzoeker De waarde van het WO voor de samenleving Het belang van WO voor de samenleving De toegankelijkheid/openbaarheid van onderzoeksresultaten van het WO De toegankelijkheid van onderzoekers en onderzoeksmateriaal De invloed van de maatschappelijke vraag op het WO Aard van het onderzoek Het multidisciplinaire karakter van het WO De autonomie van de onderzoeker met betrekking tot de methode van onderzoek De autonomie van de onderzoeker met betrekking tot het onderwerp van onderzoek De objectiviteit van het WO Alomvattendheid onderzoeksthema s Samenwerking en concurrentie onderzoeksinstellingen De relatieve omvang van universiteiten, faculteiten en (top)instituten in het WO De verdeling van fte s WO over alfa, beta en gamma De nationale samenwerking tussen onderzoeksinstellingen De nationale samenwerking tussen onderzoeksinstellingen en andere organisaties De internationale samenwerking tussen onderzoeksinstellingen De internationale samenwerking tussen onderzoeksinstellingen en andere organisaties De concurrentiepositie van WO op de Nederlandse arbeidsmarkt De concurrentiepositie van WO op de internationale arbeidsmarkt Het management van instellingen voor WO De financiering van onderzoeksinstellingen De verdeling van het overheidsbudget over geldstromen De verdeling van het overheidsbudget over instellingen De doelmatigheid van de inzet van het beschikbare budget De interdepartementale coördinatie over financiering van multidisciplinair WO Rechtvaardigheid van de totale financiering van het wetenschappelijk onderzoek 38

11 Bij de analyses op het niveau van de totale vragenlijst is getracht uitspraken te doen op een hoger aggregatieniveau dan dat van de individuele vragen uit de vragenlijst. De achterliggende gedachte hierbij is dat de 26 vragen van de vragenlijst niet op zichzelf staan, maar voortkomen uit achterliggende thema s. Wij hebben hiervoor gebruik gemaakt van een factoranalyse. De methodologie die hierbij is gevolgd alsmede de resultaten, staan gedetailleerd beschreven in bijlage 5. Uit onze analyses blijkt dat de gedachten van de deelnemers het beste kunnen worden gekarakteriseerd aan de hand van vier cognitieve dimensies (de achterliggende thema s). Dit was zowel voor de eerste als de tweede vragenlijst het geval. De precieze invulling van de vier dimensies verschilde echter. Het RAND Europe onderzoeksteam is gekomen tot de volgende benamingen voor de dimensies: 2008A 2008B 2008C 2008D Toegepast onderzoek als inherent onderdeel van de maatschappij Aantrekkelijkheid van onderzoek als professionele topcarrière Onderzoek als een goede publieke dienaar Pure wetenschap als waarde op zich 2015A 2015B 2015C 2015D Onderzoek als goed geleide publieke dienaar Onderzoek van waarde voor de maatschappij Aantrekkelijkheid van onderzoek als professionele topcarrière Onderzoek op juiste wijze geleid voor sociaal voordeel De geconstrueerde dimensies reduceerden de informatie uit elke vragenlijst van 26 aspecten naar vier thema s. Vervolgens werden gemiddelden berekend voor elke dimensie: er werd een overall gemiddelde berekend, een gemiddelde per scenario en een gemiddelde per groep (financier, gebruiker, producent). Deze gemiddelden zijn weergegeven in tabel 3.5. Evenals in de originele vragenlijst kunnen de weergegeven gemiddelde scores variëren van 2 tot

12 Tabel 3.5: Gemiddelden per scenario en per groep 2008A: inherent onderdeel van maatschappij 2008B: aantrekkelijkheid carrière 2008C: goede publieke dienaar 2008D: wetenschap als waarde op zich 2015A: publieke dienaar 2015B: waarde voor maatschappij 2015C: aantrekkelijkheid carrière 2015D: sociaal voordeel overall +0,13 +0,07 +0,18-0,19 +0,41 +0,53 +0,50 +0,32 scenario BV Nederland +0,44 a +0,44 a +0,39-0,34 +0,22 +0,50 +0,37 +0,29 Van Leeuwenhoek -0,79 b -0,21 b -0,09 +0,05 +0,50 +0,68 +0,39 +0,30 Champions' League +0,17 c +0,56 a +0,26-0,14 +0,52 +0,43 +0,62 +0,23 CAESAR +0,69 a +0,30 a +0, ,40 +0,44 +0,62 +0,46 groep Financier +0,11 +0,02 +0,06-0,02 +0,26 a +0,31 a +0,40 +0,32 Gebruiker +0,06 +0,06 +0,21-0,30 +0,64 b +0,57 b +0,44 +0,31 Producent +0,21 +0,14 +0,28-0,25 +0,33 a +0,66 b +0,66 +0,33 Binnen elke kolom verschillen gemiddelden met verschillende superscripts (a, b, c) statistisch van elkaar (p<0,05), op basis van variantie-analyse. Resultaten: overall-gemiddelde Wanneer we kijken naar de overall gemiddelden in tabel 3.5, dan blijkt dat de deelnemers positiever waren over de situatie binnen het wetenschappelijk onderzoek in 2015 dan over de situatie in Dit is ook logisch aangezien voor de periode aanbevelingen zijn gedaan om het beleid ten aanzien van het wetenschappelijk onderzoek te verbeteren en de deelnemers er vanuit mochten gaan dat deze aanbevelingen succesvol zijn geïmplementeerd. Op drie van de vier dimensies werden de scenario's voor 2008 gunstiger beoordeeld dan de situatie in Alleen ten aanzien van de dimensie Pure wetenschap als waarde op zich waren de deelnemers in 2008 minder tevreden dan in Resultaten: gemiddelde per scenario Om te kijken of de verschillen in gemiddelden tussen de scenario's statistisch significant zijn, werd een variantie-analyse voor elk van de acht dimensies uitgevoerd (significantieniveau van 0,05). De analyse maakt duidelijk dat voor twee dimensies een statistisch significant verschil tussen de scenario s bestaat, namelijk voor de dimensies: 2008A ('Toegepast onderzoek als een inherent onderdeel van de maatschappij') en 2008B ('Aantrekkelijkheid van onderzoek als professionele topcarrière). Zoals na de 40

13 implementatie van de aanbevelingen te verwachten is, bestaan er geen significante verschillen tussen de scenario's wanneer naar 2015 wordt gekeken. Indien we kijken naar de verschillen tussen scenario s voor 2008 (zie tabel 3.5), zien we dat de deelnemers in het In de voetsporen van Van Leeuwenhoek scenario hun scenario slechter vonden met betrekking tot toegepast onderzoek als inherent onderdeel van de maatschappij dan de deelnemers in elk van de andere scenario s. Het Champions Leagues scenario nam een middenpositie in en de andere twee scenario s scoorden hoog. Onze interpretatie daarvan is dat deze andere twee scenario s worden gekenmerkt door onderzoek dat sterk wordt gestuurd door maatschappelijke waarden, hetgeen de hoge scores in de vragenlijst verklaart. In het In de voetsporen van Van Leeuwenhoek scenario wordt onderzoek nauwelijks vanuit de maatschappelijke vraag gestuurd en was er sprake van sterke competitie tussen individuele onderzoekers; deze competitie had geen positieve uitwerking op de keuze voor maatschappelijk relevant onderzoek. Een vergelijkbaar beeld ontstaat bij de scores voor de aantrekkelijkheid van onderzoek als professionele topcarrière. Ook op dit punt werd In de voetsporen van Van Leeuwenhoek (2008) als slechter beoordeeld dan het heden (2001), terwijl de andere drie scenario's positiever werden beoordeeld. Hoewel het In de voetsporen van Van Leeuwenhoek scenario individuen stimuleerde hoge prestaties te bereiken, gingen de prijzen slechts naar de absolute top. Dientengevolge werd een carrière in het wetenschappelijk onderzoek door de massa risicovol en daarom minder aantrekkelijk gevonden. Resultaten: gemiddelde per groep De variantie-analyse van de verschillen tussen groepen (zie tabel 3.5) maakte, verrassend genoeg, duidelijk dat er voor 2008 geen statistisch significante verschillen tussen de groepen bestonden. Ten aanzien van de situatie in 2015 bestonden echter wel significante verschillen voor de dimensies: 2015A ('Onderzoek als goed geleide publieke dienaar ) en 2015B ('Onderzoek als waarde voor de maatschappij ). Met betrekking tot verschillen tussen groepen kan worden gesteld dat, hoewel alle deelnemers het management van wetenschap in 2015 positiever beoordeelden dan in 41

14 2008, de gebruikers het meest extreme standpunt innamen in dit opzicht. Dit komt waarschijnlijk doordat het management van wetenschap van groter belang is voor gebruikers dan voor andere groepen, die tevreden zijn met een lossere structuur dan door de deelnemers werd aanbevolen. Hoewel dit verschil statistisch significant is, zijn we geneigd hier geen groot belang aan te hechten aangezien alle drie de groepen positieve scores lieten zien. Ten aanzien van dimensie 2015B 'Wetenschap als waarde voor de maatschappij' hadden alle groepen wederom een positieve score, waarbij de financiers het minst positief oordeelden. Dit is waarschijnlijk toe te schrijven aan het feit dat een hooggewaardeerde wetenschap directe gevolgen heeft voor gebruikers en producenten, en slechts indirect voor financiers, maar ook hier zijn we geneigd weinig waarde aan deze verschillen te hechten. Conclusie Samenvattend kan worden gesteld dat de deelnemers in het algemeen elk van de scenario s redelijk positief beoordeelden ten opzichte van de situatie in Het In de voetsporen van Van Leeuwenhoek scenario werd negatiever beoordeeld dan de andere scenario s voor twee van de vier dimensies. In 2015 was het algehele beeld gunstiger dan in Dit wijst er op dat de problemen in het scenario volgens de deelnemers geheel of gedeeltelijk waren opgelost na implementatie van de door hen naar voren gebrachte beleidsaanbevelingen. Ook waren de verschillen tussen de scenario s hierdoor verdwenen. 3.4 Analyse van de finale plenaire sessie Iedere seminar game werd afgesloten met een discussie over de vraag welke beleidswijzigingen nodig zijn met het oog op de toekomst van het wetenschappelijk onderzoek. Tevens werd aan de deelnemers gevraagd of er in de toekomst nog wel een rol is voor het Ministerie van OC&W en, zo ja, wat die rol zou moeten zijn. Hier volgt een uiteenzetting van de verschillende suggesties die tijdens de laatste sessie van de vier games zijn gedaan: 42

15 BV Onderzoek Nederland Suggesties voor beleid de deelnemers geven aan dat de Nederlandse Onderzoeksdatabank (NOD), in aangepaste vorm, in het buitenland als voorbeeld zou kunnen dienen; er wordt gesuggereerd dat de nationale NWO s door een European Science Fund zouden kunnen worden vervangen; over deze suggestie bestaat echter geen consensus onder de deelnemers; internationale samenwerking zou moeten worden bevorderd door middel van strategische allianties, bijvoorbeeld tussen onderzoeksinstellingen; er zouden cultuuraspecten moeten worden ingebouwd in de discussie omtrent wetenschappelijk onderzoek, aangezien de culturele dimensie ten onder dreigt te gaan in de door technologie beheerste samenleving. Suggesties voor de rol van het Ministerie van OC&W De deelnemers noemen een aantal taken die een ministerie zou moeten hebben met betrekking tot onderzoek: veilig stellen van onderzoek; beheren van de basisfinanciering; kennis over onderzoek verspreiden en communiceren richting burgers; onderwijs reguleren. Dit zijn taken die niet per se door een Ministerie van OC&W moeten worden gedaan. Andere ministeries zouden deze taken ook uit kunnen voeren. Er zijn echter redenen aan te dragen waarom de drie elementen (onderwijs, onderzoek en cultuur) van het Ministerie van OC&W bij elkaar passen. Ten eerste horen academisch onderwijs en onderzoek bij elkaar. Om onderzoek en onderwijs binnen één instelling te realiseren is beleid nodig. Zonder beleid kan één van beide elementen op de achtergrond geraken, zoals in het buitenland wel eens gebeurt. Het is dan ook goed om deze twee componenten binnen één ministerie te hebben, hetgeen in het buitenland dan ook niet altijd het geval is. Verder kan wetenschappelijk onderzoek als een cultuurelement worden beschouwd, waardoor het voor de hand ligt dat de elementen cultuur en onderzoek binnen één ministerie vallen. Bovendien suggereren de deelnemers dat er een organisatie moet 43

16 zijn die zicht houdt op de toekomstige behoeften aan wetenschapsontwikkelingen. Deze drie taken zijn moeilijk door een ander ministerie uit te voeren. Geconcludeerd kan worden dat het Ministerie van OC&W nodig blijft, in principe in haar huidige vorm. De sturing op het gebied van bekostiging zou echter bijvoorbeeld wel wat minder kunnen 4. Een verschuiving van beleidsbegroting naar beleidsverantwoording is gewenst. In de voetsporen van Van Leeuwenhoek Suggesties voor beleid de deelnemers constateren dat er een goede balans tussen mono- en multidisciplinariteit nodig is. Enerzijds is er diepgang in de eigen discipline nodig en anderzijds moet je ook in staat zijn multidisciplinair te werken. De meeste personen en onderzoeken zijn gebaat bij een multidisciplinaire opleiding, waarbij veel nadruk wordt gelegd op vaardigheden; het is belangrijk de doorstroming van onderzoekers te bevorderen. Momenteel is er veelal sprake van vaste aanstellingen voor professoren. Enkele deelnemers geven aan dat zij een aanstelling van vijf jaar een betere optie vinden; sommige deelnemers bevelen aan dat het human resource management moet worden verbeterd; andere deelnemers vragen zich af of dit een voldoende oplossing is voor de problemen ten aanzien van doorstroming van jonge onderzoekers; de deelnemers benadrukken het belang van transparantie van het onderzoeksbudget; daarbij moet stilgestaan worden bij de gevolgen voor de verscheidene organisaties met een onderzoeksbudget, met name de departementen; er moet een goede definitie komen van wat onderzoek nu precies is; gesuggereerd wordt dat onderzoekers op facultair niveau op hun prestaties afgerekend zouden moeten worden. 4 NB: er is nauwelijks sturing. Universiteiten ontvangen een lump sum bedrag. Sturing is alleen in de tweede geldstroom te vinden. 44

17 Suggesties voor de rol van het Ministerie van OC&W enkele deelnemers geven aan dat er behoefte is aan meer verstrengeling tussen wetenschap en technologie; de deelnemers zien in de toekomst een Ministerie van OC&W in een kleinere omvang; er is verschil van mening over de vraag of onderwijs en onderzoek gesplitst zouden kunnen worden. Aan de ene kant staat onderzoek dusdanig in dienst van het onderwijs dat het onlogisch lijkt om het af te splitsen. Aan de andere wordt slechts een heel klein percentage van de afgestudeerden onderzoeker, waardoor een afsplitsing wel weer goed mogelijk lijkt; er is een ondersteunend en coördinerend apparaat nodig dat het algemene, niet economische, belang (bijvoorbeeld culturele waarde) van wetenschappelijk onderzoek ondersteunt. Geconcludeerd kan worden dat dit alles betekent dat er een ministerie moet zijn dat zich bezig houdt met onderzoek. De naam en combinatie met andere elementen doet er niet zoveel toe, het zou bijvoorbeeld ook het ministerie van onderzoek en innovatie kunnen zijn. De taken met betrekking tot onderzoek zouden moeten zijn: randvoorwaarden en sturingsmechanismen scheppen en minder bemoeienis op inhoudelijk vlak. Het ministerie zou klein van omvang kunnen zijn. Champions Leagues of Research Suggesties voor beleid de deelnemers geven aan dat er een goede balans moet bestaan tussen monoen multidisciplinair onderzoek. Zij zijn van mening dat onderzoek momenteel teveel monodisciplinair is, wat leidt tot verschraling. Problematisch is dat het geld vooral monodisciplinair wordt toegekend. Daarom zijn er mechanismen nodig om multidisciplinaire onderzoek te bevorderen, zoals onderzoekscholen en de kaderprogramma s van EU en NWO. Daarbij wordt opgemerkt dat niet alle onderzoekscholen even goed functioneren; er zijn goede en slechte voorbeelden; er wordt opgemerkt dat de verdeling van geld op basis van prestatie-indicatoren een goed idee is, mits er nuances worden aangebracht; tenslotte wordt aangegeven dat de overheid de verantwoordelijkheid heeft voor financiering van het fundamentele onderzoek. 45

18 Suggesties voor de rol van het Ministerie van OC&W enkele deelnemers geven aan voorstander te zijn van een ministerie van onderzoek en innovatie; andere deelnemers zijn tegen de combinatie van onderzoek en technologie; zij geven aan dat onderzoek veel breder is dan technologie; er wordt benadrukt dat het belangrijk is dat het ministerie door een stevige minister wordt geleid. Als er een goede minister is, maakt de indeling niet zo veel uit; er wordt opgemerkt dat het ministerie wellicht een kleinere omvang zou kunnen hebben dan het huidige Ministerie van OC&W. Geconcludeerd kan worden dat het belangrijkste van een Ministerie van Onderzoek de positie van de minister is. Minder belangrijk is de precieze vorm van een dergelijk ministerie. CAESAR Suggesties voor beleid de deelnemers pleiten voor versterking van het middelbaar en hoger onderwijs (niet alleen financieel, maar bijvoorbeeld ook op het gebied van human resource management); er wordt aanbevolen nieuwe modellen en financieringsmechanismen op te zetten voor multidisciplinair onderwijs en onderzoek; ook zou meer en beter over onderzoek, -methoden en -uitkomsten moeten worden gecommuniceerd; tenslotte geven de deelnemers aan dat beter naar de competenties van onderzoekers moet worden gekeken (onderwijs, onderzoek, management, etc.) en eventueel specialisatie moet plaatsvinden. 46

19 Suggesties voor de rol van het Ministerie van OC&W de deelnemers geven aan dat financiering en management van onderzoek in Nederland over meerdere ministeries zijn verdeeld. Daarom zou er meer overleg moeten zijn tussen met name de ministeries van Economische Zaken (EZ), Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) en Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV); de financieringsfunctie van de ministeries zou overgedragen kunnen worden aan intermediaire organisaties die per vakgebied gespecialiseerd zijn. Geconcludeerd kan worden dat het ministerie er meer is voor aansturing, dan voor financiering van het wetenschappelijk onderzoek. Dit laatste zou ook door intermediaire organisaties gedaan kunnen worden. Over het algemeen vinden de deelnemers dat onderzoek in één of andere vorm binnen een ministerie moet vallen. Niet iedereen legt de koppeling met onderwijs en cultuur, alhoewel velen deze wel logisch vinden. Twee keer is ook de suggestie gedaan voor het Ministerie van Onderzoek en Innovatie. De financieringstaak zou ook door andere organisaties uitgevoerd kunnen worden. De belangrijkste rol van het Ministerie van Onderzoek ligt bij de aansturing en het scheppen van randvoorwaarden. De meeste deelnemers vinden dat de omvang teruggebracht kan worden. 3.5 Visie van de deelnemers op de kernvragen Zoals in paragraaf 3.1 beschreven staat, vormen de kernvragen, die zijn voortgekomen uit de eerdere, onderliggende studie de basis voor dit onderzoek. Elke kernvraag is verwerkt in één van de facetten van de seminar games. Dit betekent dat het onderwerp is verwerkt in de scenario s, is opgenomen in de vragenlijst, of is behandeld in de groepsdiscussies. In de volgende paragraaf wordt verwoord hoe iedere kernvraag in de seminar game is verwerkt en wat de participanten erover hebben gezegd. 47

20 Kernvraag 1: Hoe kan meer coördinatie worden bereikt in alle investeringen van overheden in wetenschappelijk onderzoek? Achtergrond Dit onderzoek gaat om de toekomst van het publiek gefinancierde wetenschappelijke onderzoek. Van alle investeringen in R&D in Nederland, is de helft afkomstig van de overheid. Daarbij zijn tien departementen met een onderzoeksbudget betrokken. Het is van groot belang dat alle betrokkenen van elkaars onderzoeken en onderzoeksinvesteringen op de hoogte zijn en liever nog: daar met elkaar over overleggen. Op die manier worden doublures voorkomen en kan synergie ontstaan. Wijze waarop met deze kernvraag is omgegaan Er is met name aandacht besteed aan geldstromen die van OC&W (en LNV) afkomstig zijn. Dit zijn de geldstromen die naar universiteiten en de belangrijkste onderzoeksinstituten gaan. Deze zijn in de scenario s opgenomen, uitgedrukt in de eerste en tweede geldstroom. De financiering door andere ministeries is onderdeel van de derde geldstroom. Tevens is in de vragenlijst een aspect opgenomen dat aan deze kernvraag gerelateerd is. Wat is er gebeurd tijdens de seminar games? Uit de plenaire en groepsdiscussies kwam naar voren dat er vooral onduidelijkheid heerst ten aanzien van de verschillende geldstromen. Het gaat hier om onduidelijkheid in de breedste zin van het woord: wat gaat naar wie, hoe en waarom? De vraag om meer duidelijkheid kwam in iedere seminar game naar voren. Over het algemeen werden hier geen concrete beleidsaanbevelingen voor ontwikkeld. De participanten redeneerden met name vanuit het heden ten aanzien van dit onderwerp. Dit werd waarschijnlijk veroorzaakt doordat de scenario s nog steeds het drie-stromenmodel vertoonden. Opvallend was de plenaire sessie van de In de voetsporen van Van Leeuwenhoek game. Tijdens deze discussie vroeg men zich af of de verschillende departementen van zichzelf en van elkaar wel weten wat ze aan onderzoek uitgeven. Men vermoedde dat de verschillende departementen bang zouden zijn om dat in kaart te brengen, omdat er dan wellicht blijkt dat er onderzoeken dubbel of niet efficiënt worden uitgevoerd. Dit zou aanleiding kunnen vormen tot het korten op hun budget. Uit deze discussie bleek dat er een grote behoefte bestaat aan transparantie omtrent de onder- 48

21 zoeksbudgetten (grootte, besluitvormingsprocessen, naar wie, etc.). Meer inzicht in onderzoeksbudgetten kan antwoord geven op vragen zoals: voldoet het Nederlandse allocatiemechanisme? Moeten de departementen wel eigen onderzoeksbudgetten hebben? Is het niet beter om al die budgetten bij elkaar te doen? Er is de gesuggereerd een interdepartementale overlegcommissie voor onderzoek op te richten. De financiers in CAESAR waren van mening dat er meer gebruik gemaakt moest worden van intermediaire organisaties om het geheel van onderzoeken overzichtelijker te maken. Zij waren van mening dat het de financiers zijn die de sleutel tot transparantie in de hand hebben. Vragenlijst Een vraag over de interdepartementale coördinatie over financiering van multidisciplinair wetenschappelijk onderzoek is in de vragenlijst opgenomen. De gemiddelde score was: -0,11. Dit betekent dat de deelnemers de situatie in 2008 voor dit aspect vergelijkbaar tot iets verslechterd vinden ten opzichte van Er zijn geen significante (p<0,05) verschillen per groep of scenario gevonden. Dat de situatie in 2008 als vergelijkbaar met die van 2001 werd ervaren, werd waarschijnlijk veroorzaakt doordat de scenario s allemaal nog steeds uitgingen van het driestromenmodel, zoals nu het geval is. Kernvraag 2: Hoe kunnen tegelijkertijd excellentie (het individuele accent) en samenwerking (het groepsaccent) in het wetenschappelijk onderzoek worden bevorderd? Achtergrond Voor onderzoekers is het belangrijk om onderzoek te doen dat ze zelf belangrijk vinden, op de manier zoals zij dat goed achten. Een onderzoeker heeft behoefte aan een bepaalde mate van individuele vrijheid. Het huidige onderzoek, met name het multidisciplinaire onderzoek, vindt echter veel minder plaats op individuele basis. Dit kan, maar hoeft geen inbreuk te zijn op de autonomie, afhankelijk van het onderzoeksonderwerp en de karakters van de onderzoekers. Verder zijn onderzoekers erg afhankelijk van hun geldschieters, die invloed kunnen hebben op het wel of niet in een onderzoeksteam kunnen/moeten werken, maar soms ook op de uitvoering van het onder- 49

22 zoek zelf. De kernvraag hier is hoe een goede balans tussen individueel en groepswerk bereikt kan worden. Wijze waarop met deze kernvraag is omgegaan In de scenario s is gevarieerd met de variabelen onderzoeker werkt individueel en onderzoeker werkt in een team (individuen groepen dimensie). In BV Onderzoek Nederland en CAESAR werd er binnen onderzoeksteams gewerkt. In In de voetsporen van Van Leeuwenhoek en Champions Leagues of Research zijn de onderzoekers autonoom en werken ze individueel. Tevens zijn in de vragenlijst drie aspecten opgenomen, die aan deze kernvraag gerelateerd zijn. Wat is er gebeurd tijdens de seminar games? Tijdens de game heeft geen van de participanten gepleit voor individueel onderzoek. Er is vaak gezegd dat samenwerking, uitwisseling en contacten erg nuttig zijn en dat dit gestimuleerd moet worden (ook op internationaal gebied), zowel binnen de eigen discipline als tussen verschillende disciplines. Beurzen voor reizen en het wegnemen van mobiliteitsobstakels werden genoemd om dit te stimuleren. Ook is gepleit voor een zekere mate van autonomie voor onderzoekers, maar dit hoeft zeker niet te botsen met samenwerking. De mate van autonomie is meer afhankelijk van de manier waarop onderzoeksprioritering tot stand komt. Indien dit van bovenaf wordt bepaald, bijvoorbeeld door de overheid of het management van de onderzoeksinstellingen, loopt de autonomie gevaar. Hier waarschuwen de gebruikers in BV Onderzoek Nederland en de financiers en gebruikers in CAESAR voor. Volgens sommige groepen moet er ruimte komen voor creativiteit, intellectuele vrijheid en vertrouwen in het inzicht van de excellente onderzoeker ten aanzien onderzoeksprioritering (De producenten in In de voetsporen van Van Leeuwenhoek en CAESAR, de financiers in Champions Leagues of Research en CAESAR en de gebruikers in CAESAR). Vragenlijst In de vragenlijst is de deelnemers gevraagd naar hun mening omtrent het multidisciplinaire karakter van het wetenschappelijk onderzoek. Multidisciplinariteit vereist samenwerking en legt het accent op groepsmatig werken. Daarnaast is de deelnemers gevraagd naar hun mening omtrent autonomie, zowel ten aanzien van de methode als het onderwerp van onderzoek. 50

23 Tabel 3.6: Gemiddelde scores voor enkele aspecten per scenario 2008 BV Onderzoek Van Champions' CAESAR Leeuwenhoek Leagues groepen individuen individuen groepen decentraal centraal decentraal centraal Het multidisciplinaire karakter van het WO De autonomie van de onderzoeker met betrekking tot de methode van onderzoek De autonomie van de onderzoeker met betrekking tot het onderwerp van onderzoek Uit tabel 3.6 blijkt dat in de twee scenario s waarin sprake is van multidisciplinaire samenwerking (BV Onderzoek Nederland en CAESAR) de deelnemers van mening zijn dat de situatie met betrekking tot het multidisciplinaire karakter van wetenschappelijk onderzoek in 2008 is verbeterd ten opzichte van In de beide individuele (monodisciplinaire) scenario s (Van Leeuwenhoek en Champions Leagues) treffen we echter niet het tegengestelde effect aan. In het Van Leeuwenhoek scenario zien we inderdaad een ruime mate van ontevredenheid ten aanzien van het multidisciplinaire karakter van wetenschappelijk onderzoek, in het Champions Leagues scenario echter niet! Met andere woorden: ondanks het feit dat in dit scenario het accent ligt op individueel werken, vinden de deelnemers dat dit nauwelijks een negatief effect heeft op het multidisciplinaire karakter van het wetenschappelijk onderzoek. Indien we vervolgens naar de mening van de deelnemers ten aanzien van de autonomie in de methode van onderzoek kijken, dan zien we dat men in het In de voetsporen van Van Leeuwenhoekscenario een aanzienlijke verbetering herkent. Tegelijkertijd scoort dit scenario het slechtst ten aanzien van de multidisciplinariteit. We kunnen dus stellen dat de elementen van dit scenario de meest extreme verhouding tussen het groepsaccent en het individuele accent opleveren, met een sterke nadruk op het individuele accent. Het omgekeerde is het geval in BV Onderzoek Nederland en in iets mindere mate in CAESAR, echter nu ligt de nadruk op het (multidisciplinaire) groepsaccent. Het grootste evenwicht lijkt in het Champions Leagues scenario te bestaan. Er kan worden geconcludeerd dat het leggen van het accent op individualiteit in combinatie met centrale sturing samenhangt met een aanmerkelijke verslechtering van het multidisciplinaire karakter van het wetenschappelijk onderzoek. Indien het accent wordt gelegd op samenwerking in groepen, zien we weliswaar een verslechtering ten aanzien van de autonomie optreden, maar deze is slechts gering van omvang. Een 51

24 combinatie van individueel werken en decentralisatie leidt tot de meest evenwichtige situatie. Ten opzichte van de huidige situatie brengt deze combinatie echter slechts marginale verbetering. Voor de reacties op het gebied van multi- en monodisciplinair verwijzen wij naar kernvraag nr. 12: monodisciplinariteit versus multidisciplinariteit. Kernvraag 3: Wat zijn de kenmerken van een functionerend systeem van persoonlijke resultaatverantwoordelijkheid? Kunnen prestatie-indicatoren worden ingezet als persoonlijk verantwoordingsmechanisme? Achtergrond Tijdens de focusgroepbijeenkomsten is er vaak op gewezen, ook door onderzoekers zelf, dat onderzoekers te weinig op hun prestaties worden beoordeeld. Wijze waarop met deze kernvraag is omgegaan Daarom zijn in twee van de vier scenario s prestatie-indicatoren ingevoerd. De prestatie-indicatoren die in de scenario s zijn gehanteerd, zijn: aantal publikaties, aantal citaten, peer review, aantal afgestudeerden, aantal promoties en aantal octrooien. Dit is gebeurd in BV Onderzoek Nederland en Champions Leagues of Research. Er zijn in de vragenlijst twee aspecten opgenomen die met dit onderwerp te maken hebben. Wat is er gebeurd tijdens de seminar games? Alle groepen vonden de prestatie-indicatoren een interessant onderwerp. Het is in alle seminar games ter sprake gekomen. In de games waar het onderwerp in het scenario was opgenomen, werd de set van prestatie-indicatoren bekritiseerd. Het doel werd gewaardeerd, maar dat kon niet worden gehaald met deze indicatoren. Punten van kritiek zijn: prestatie-indicatoren kunnen hoge administratieve lasten geven; de indicatoren mogen niet te gedetailleerd zijn, want dan moet er te veel aandacht en tijd aan worden besteed; de prestatie-indicatoren mogen geen doel op zich worden; de gegeven prestatie-indicatoren zijn niet bruikbaar voor ieder soort onderzoek. Ze zijn erg op de disciplines gericht. Het woord 'maatwerk' is vaak ter sprake ge- 52

25 komen. Dat betekent dat ze per vakgebied vastgesteld zouden moeten worden en misschien wel per onderzoek; aan iedere indicator zou per onderzoek een bepaalde wegingsfactor moeten worden gegeven. Er is bijvoorbeeld weinig multidisciplinaire vakliteratuur, waardoor de prestatie-indicator aantal publikaties en citaties minder zwaar zou moeten wegen; ook wordt benadrukt dat er prestatie-indicatoren moeten komen die een maatschappelijk invulling hebben; de prestatie-indicatoren zijn te veel aanbodgericht. Tijdens de seminar games waar geen prestatie-indicatoren in de scenario s verwerkt zaten (In de voetsporen van Van Leeuwenhoek en CAESAR), is vaak naar voren gebracht dat er handvaten nodig zijn om onderzoek te kunnen meten en evalueren. De gebruikers in In de voetsporen van Van Leeuwenhoek gaven bijvoorbeeld aan dat onderzoekers moeten worden beoordeeld op kwaliteit, creativiteit, persoonlijke vaardigheden en expertise. Tevens moet het belang van onderzoek gemeten kunnen worden. Daarbij gaat het niet alleen om economisch belang, maar ook om culturele, sociale en maatschappelijke baten. Ook de financiers hechten belang aan evaluatie. In de plenaire sessie bestaat consensus dat de onderzoekers op hun resultaten afgerekend moeten kunnen worden. Er wordt voor gepleit om dat op facultair niveau te doen. Er zijn tijdens alle games verschillende suggesties gedaan voor aanvulling en verbetering van de set van prestatie-indicatoren, onder andere: met name peer review wordt gewaardeerd als evaluatiemethode; grijze publikaties; hoe vaak in populaire media (krant, tv. en radio); reacties van lokale politieke groeperingen; mate van toegankelijkheid. Er werden ook meer algemene aanbevelingen gedaan, waaronder: formuleer de indicatoren minder gedetailleerd; formuleer prestatie-indicatoren die toegankelijkheid van onderzoek en van resultaten meten; prestatie-indicatoren die het belang van onderzoek (economisch, maatschappelijk en cultureel) kunnen meten. 53

26 Vragenlijst In de vragenlijst zijn twee aspecten opgenomen die voor deze kernvraag relevant zijn, zoals tabel 3.7 toont: Tabel 3.7: Gemiddelde scores voor enkele aspecten per scenario 2008 BV Onderzoek Van Champions CAESAR Leeuwenhoek Leagues Groepen Individuen Individuen Groepen Het management van instellingen voor wetenschappelijk onderzoek De doelmatigheid van de inzet van het beschikbare budget Wel prestatieindicatoretie-indicatoreindicatoretie-indicatoren Geen presta- Wel prestatie- Geen presta Uit de tabel blijkt dat in de twee scenario s met sturing op basis van prestatieindicatoren (BV Onderzoek Nederland en Champions Leagues of Research) de deelnemers positief zijn over zowel het management van de instellingen als de doelmatigheid van de inzet van het beschikbare budget. Indien niet op basis van prestatieindicatoren wordt gestuurd, maar wel in groepen wordt samengewerkt (CAESAR), zijn de deelnemers nog steeds positief, zij het minder dan in de vorige twee scenario s. Ronduit negatief over het management en de doelmatigheid van de inzet van het budget zijn de deelnemers bij een combinatie van de afwezigheid van prestatieindicatoren, gekoppeld aan individueel werken (zoals in het In de voetsporen van Van Leeuwenhoek scenario). Kernvraag 4: Op welke wijze kan worden nagegaan hoeveel universiteiten en faculteiten er nodig zijn en hoe kan daaraan vervolgens uitvoering worden gegeven? Achtergrond Studentenaantallen lopen terug, er komt meer toegepast onderzoek, het is moeilijk om onderzoekers op deze arbeidsmarkt te vinden; dit zijn slechts enkele aspecten die hun uitwerking hebben op de groei of inkrimping van onderzoeks- en onderwijsinstellingen. De vraag is of men de markt zijn werk moet laten doen of dat de overheid maatregelen moet nemen omtrent het wel of niet in stand houden van bepaalde onderzoeksinstellingen. Deze kernvraag is met name belangrijk met het oog op de toekomst. Er zijn in het verleden bijvoorbeeld opleidingen voor tandheelkunde gesloten, waar nu weer behoefte aan is. Door de snelle ontwikkelingen is het moeilijk om in te 54

Bijlage 5: Kwantitatieve analyse

Bijlage 5: Kwantitatieve analyse Bijlage 5: Kwantitatieve analyse Deze bijlage bevat een beschrijving van de kwantitatieve analyse, zoals die is uitgevoerd op de 26 vragen in de vragenlijst. Analyses op het niveau van de (26) afzonderlijke

Nadere informatie

Bijlage 6: De oude en de nieuwe vragen

Bijlage 6: De oude en de nieuwe vragen Bijlage 6: De oude en de nieuwe vragen Oorspronkelijke lijst met kernvragen 1.* Kan er één beleid worden uitgestippeld dat leidt tot een hechte kennisinfrastructuur en een productief nationaal innovatiesysteem?

Nadere informatie

Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan

Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Hoe tevreden zijn de medewerkers met en hoe betrokken zijn zij bij de organisatie en welke verbeterpunten ziet men voor de toekomst? Wat is medewerkerstevredenheid

Nadere informatie

Een consistent en plausibel beeld van een mogelijk toekomstige werkelijkheid

Een consistent en plausibel beeld van een mogelijk toekomstige werkelijkheid 2 Scenario s 2.1 Inleiding In dit hoofstuk wordt een beschrijving gegeven van de scenario s zoals die zijn gebruikt in de seminar games. Na een korte beschouwing over het gebruik van scenario s in seminar

Nadere informatie

Bijlage 4: Aanbevelingen van de groepen tijdens de seminar games

Bijlage 4: Aanbevelingen van de groepen tijdens de seminar games Bijlage 4: Aanbevelingen van de groepen tijdens de seminar games Tijdens de groepsdiscussies hebben de deelnemers steeds de opdracht gekregen om op basis van een SWOT-analyse (analyse van de sterkten,

Nadere informatie

1 Achtergrond en opzet van de studie

1 Achtergrond en opzet van de studie 1 Achtergrond en opzet van de studie 1.1 Introductie Het Nederlands wetenschappelijk onderzoek kan zich thans verheugen in een vooraanstaande positie op de wereldranglijst. Maar de wereld verandert en

Nadere informatie

Voor meer informatie over RAND Europe kan contact worden opgenomen met de algemeen

Voor meer informatie over RAND Europe kan contact worden opgenomen met de algemeen Voorwoord Het Nederlands wetenschappelijk onderzoek kan zich thans verheugen in een vooraanstaande positie op de wereldranglijst. Maar de wereld verandert en dat kan gevolgen hebben voor die positie. Het

Nadere informatie

Kennisdeling in lerende netwerken

Kennisdeling in lerende netwerken Kennisdeling in lerende netwerken Managementsamenvatting Dit rapport presenteert een onderzoek naar kennisdeling. Kennis neemt in de samenleving een steeds belangrijker plaats in. Individuen en/of groepen

Nadere informatie

Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV

Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV Cijfers Enque te Rekenkamercommissie WVOLV Onderstaand een kort overzicht van de belangrijkste conclusies die zijn te trekken uit de evaluatie van de Rekenkamercommissie. Daarbij is in eerste instantie

Nadere informatie

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting

Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting xvii Invloed van IT uitbesteding op bedrijfsvoering & IT aansluiting Samenvatting IT uitbesteding doet er niet toe vanuit het perspectief aansluiting tussen bedrijfsvoering en IT Dit proefschrift is het

Nadere informatie

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Wonen Noordwest Friesland

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Wonen Noordwest Friesland Uw imago onder uw regionale belanghouders Resultaten imago-onderzoek Wonen Noordwest Friesland Over het onderzoek Wonen Noordwest Friesland heeft in oktober 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat

Nadere informatie

Medewerkerstevredenheidsonderzoek Fictivia 2008.V.

Medewerkerstevredenheidsonderzoek Fictivia 2008.V. Medewerkerstevredenheidsonderzoek Fictivia 2008.V. Opdrachtgever: Uitvoerder: Plaats: Versie: Fictivia B.V. Junior Consult Groningen Fictief 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Directieoverzicht 4 Leiderschap.7

Nadere informatie

De respons op het onderzoek was 57% en is daarmee representatief. Het aantal respondenten was 171 van de 300 genodigden.

De respons op het onderzoek was 57% en is daarmee representatief. Het aantal respondenten was 171 van de 300 genodigden. Beste ouders, Hierbij presenteren wij de resultaten van de oudertevredenheidsonderzoeken van 2017. Dit onderzoek is online gehouden en heeft de tevredenheid van ouders gemeten t.a.v. meerdere aspecten

Nadere informatie

MONITOR TOEKOMST- SCENARIO S LELYSTAD 2018

MONITOR TOEKOMST- SCENARIO S LELYSTAD 2018 MONITOR TOEKOMST- SCENARIO S LELYSTAD 18 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 3-278574 E-mail: lelystadspanel@lelystad.nl www.lelystadspanel.nl Colofon Deze rapportage is gemaakt door: Onderzoek

Nadere informatie

Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie DURVEN DELEN OP WEG NAAR EEN TOEGANKELIJKE WETENSCHAP

Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie DURVEN DELEN OP WEG NAAR EEN TOEGANKELIJKE WETENSCHAP Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie DURVEN DELEN OP WEG NAAR EEN TOEGANKELIJKE WETENSCHAP Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie!! " # "# $ -. #, '& ( )*(+ % & /%01 0.%2

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester Over het onderzoek Thuisvester heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek voerden

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek.

Samenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek. Samenvatting In september 2003 publiceerde TNO de resultaten van een onderzoek naar de effecten op het welbevinden en op cognitieve functies van blootstelling van proefpersonen onder gecontroleerde omstandigheden

Nadere informatie

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Elan Wonen

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Elan Wonen Uw imago onder uw regionale belanghouders Resultaten imago-onderzoek Elan Wonen Over het onderzoek Elan Wonen heeft in oktober 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde onder de regionale

Nadere informatie

INBRENG VAN HET PATIËNTENPERSPECTIEF BIJ HET OPSTELLEN VAN WETENSCHAPSAGENDA S - ERVARINGEN VAN [AANDOENING]PATIENTEN

INBRENG VAN HET PATIËNTENPERSPECTIEF BIJ HET OPSTELLEN VAN WETENSCHAPSAGENDA S - ERVARINGEN VAN [AANDOENING]PATIENTEN INBRENG VAN HET PATIËNTENPERSPECTIEF BIJ HET OPSTELLEN VAN WETENSCHAPSAGENDA S - ERVARINGEN VAN [AANDOENING]PATIENTEN RAPPORT VAN ACHTERBANRAADPLEGING [NAAM PATIËNTENORGANISATIE] Versie 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en discussie

Samenvatting, conclusies en discussie Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit

Nadere informatie

Competency Check. Datum:

Competency Check. Datum: Competency Check Naam: Sample Candidate Datum: 08-08-2013 Over dit rapport: Dit rapport is op automatische wijze afgeleid van de resultaten van de vragenlijst welke door de heer Sample Candidate is ingevuld.

Nadere informatie

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en

het laagste niveau van psychologisch functioneren direct voordat de eerste bestraling begint. Zowel angstgevoelens als depressieve symptomen en Samenvatting In de laatste 20 jaar is er veel onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen van kanker. Een goede zaak want aandacht voor kanker, een ziekte waar iedereen in zijn of haar leven wel eens

Nadere informatie

Samenvatting. BS De Fontein/ Helden. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Fontein. Ouders vinden 'Begeleiding' op school het belangrijkst

Samenvatting. BS De Fontein/ Helden. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Fontein. Ouders vinden 'Begeleiding' op school het belangrijkst BS De Fontein/ Helden Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Fontein Enige tijd geleden heeft onze school BS De Fontein deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland

Nadere informatie

De vragenlijst van de openbare raadpleging

De vragenlijst van de openbare raadpleging SAMENVATTING De vragenlijst van de openbare raadpleging Tussen april en juli 2015 heeft de Europese Commissie een openbare raadpleging gehouden over de vogel- en de habitatrichtlijn. Deze raadpleging maakte

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Brederode Wonen Over het onderzoek Brederode Wonen heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek

Nadere informatie

De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention

De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention De invloed van Vertrouwen, Relatietevredenheid en Commitment op Customer retention Samenvatting Wesley Brandes MSc Introductie Het succes van CRM is volgens Bauer, Grether en Leach (2002) afhankelijk van

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Samenvatting F-Scan. Onderzoek naar de effectiviteit en efficiency van de kerntaken binnen NOC*NSF. April 2011

Samenvatting F-Scan. Onderzoek naar de effectiviteit en efficiency van de kerntaken binnen NOC*NSF. April 2011 Samenvatting F-Scan Onderzoek naar de effectiviteit en efficiency van de kerntaken binnen NOC*NSF 1 Inhoud 1. Achtergrond en doelstelling 2. Effectiviteit NOC*NSF 3. Organisatie- en efficiency analyse

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Het gemiddelde rapportcijfer dat de personeelsleden van onze kindcentrum bij de vorige peiling gaven is 8.0.

Het gemiddelde rapportcijfer dat de personeelsleden van onze kindcentrum bij de vorige peiling gaven is 8.0. Enige tijd geleden heeft ons kindcentrum Laterna Magica deelgenomen aan de personeelstevredenheidpeiling onder teamleden. Van ons kindcentrum hebben achtenvijftig medewerkers de vragenlijst ingevuld. In

Nadere informatie

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Heuvelrug Wonen

Uw imago onder uw regionale belanghouders. Resultaten imago-onderzoek Heuvelrug Wonen Uw imago onder uw regionale belanghouders Resultaten imago-onderzoek Heuvelrug Wonen Over het onderzoek Heuvelrug Wonen heeft in oktober 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde onder

Nadere informatie

Samenvatting. SBO Focus/ Venray. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus. Ouders vinden 'Kennisontwikkeling' op school het belangrijkst

Samenvatting. SBO Focus/ Venray. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus. Ouders vinden 'Kennisontwikkeling' op school het belangrijkst Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO Focus Enige tijd geleden heeft onze school SBO Focus deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 208250 ouders en verzorgers

Nadere informatie

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte.

Geven en ontvangen van steun in de context van een chronische ziekte. Een chronische en progressieve aandoening zoals multiple sclerose (MS) heeft vaak grote consequenties voor het leven van patiënten en hun intieme partners. Naast het omgaan met de fysieke beperkingen van

Nadere informatie

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers

Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers Research Centre for Education and the Labour Market ROA Salarissen en competenties van MBO-BOL gediplomeerden: Feiten en cijfers ROA Fact Sheet ROA-F-2014/1 Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt

Nadere informatie

Samenvatting SBO2007. SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam. Schoolgebouw. Omgeving van de school. Kennisontwikkeling. Begeleiding

Samenvatting SBO2007. SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam. Schoolgebouw. Omgeving van de school. Kennisontwikkeling. Begeleiding SBO A.J. Schreuderschool/ Rotterdam Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) A.J. Schreuderschool Enige tijd geleden heeft onze school A.J. Schreuderschool deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling.

Nadere informatie

Inspectie Jeugdzorg. Belevingsonderzoek naar klanttevredenheid 2014

Inspectie Jeugdzorg. Belevingsonderzoek naar klanttevredenheid 2014 Inspectie Belevingsonderzoek naar klanttevredenheid 2014 Samenvatting Opzet belevingsonderzoek naar klanttevredenheid De Inspectie heeft een belevingsonderzoek naar klanttevredenheid gedaan, om inzicht

Nadere informatie

Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving

Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Introductie Met de REQUEST methode wordt getracht de participatie van het individu in hun eigen mobiliteit te vergroten. Hiervoor moet het individu voldoende

Nadere informatie

INLEIDING. Deelrapport Samenwerken voor Innovatie Innovatiemonitor Noord-Nederland Pagina 2 van 10

INLEIDING. Deelrapport Samenwerken voor Innovatie Innovatiemonitor Noord-Nederland Pagina 2 van 10 1 INLEIDING SAMENWERKINGSPROJECT NOORD-NEDERLANDSE INNOVATIEMONITOR Dit rapport is opgesteld in het kader van de Noord-Nederlandse Innovatiemonitor. De monitor is het resultaat van een strategische samenwerking

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Woongoed GO

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Woongoed GO UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Woongoed GO Over het onderzoek Woongoed GO heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek voerden

Nadere informatie

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer

Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer Stand van zaken van de Smart City -dynamiek in België: een kwantitatieve barometer AUTEURS Jonathan Desdemoustier, onderzoeker-doctorandus, Smart City Institute, HEC-Liège, Universiteit van Luik (België)

Nadere informatie

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008

Feiten en cijfers. Studenttevredenheids onderzoek juni 2008 Feiten en cijfers Studenttevredenheids onderzoek 2008 juni 2008 Feiten en cijfers 2 Studenttevreden heids - onderzoek 2008 Inleiding In maart 2008 hebben 27 hogescholen dezelfde vragenlijst voorgelegd

Nadere informatie

Beoordelingskader Dashboardmodule Claimafhandeling

Beoordelingskader Dashboardmodule Claimafhandeling Beoordelingskader Dashboardmodule Claimafhandeling I. Prestatie-indicatoren Een verzekeraar beschikt over verschillende middelen om de organisatie of bepaalde processen binnen de organisatie aan te sturen.

Nadere informatie

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Deelprogramma voor wijkverpleegkundigen en ouderenadviseurs die opgeleid worden tot casemanager SamenOud R. Brans April 2013 Inhoud

Nadere informatie

Voorwoord. Namens Stichting IBASS T. Horstik en P. Fopma

Voorwoord. Namens Stichting IBASS T. Horstik en P. Fopma Voorwoord Al onze cliënten zijn uitgenodigd om anoniem via internet een enquête in te vullen over hun tevredenheid met de dienstverlening van Stichting IBASS. 34 cliënten (22 mannen en 12 vrouwen) hebben

Nadere informatie

Verdiepingsdocument Spiegel Personeel & School

Verdiepingsdocument Spiegel Personeel & School Verdiepingsdocument Spiegel Personeel & School Opgemaakt februari 2019 door de VO-raad Ter ondersteuning van scholen die de Spiegel gaan inzetten. De Spiegel wat is het? Het realiseren van onderwijskundige

Nadere informatie

Management Summary. Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator

Management Summary. Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator Management Summary Evaluatie onderzoek naar Peer Review voor de MfN-registermediator Uitgevoerd door onderzoekers van het Montaigne Centrum voor Rechtspleging en Conflictoplossing van de Universiteit Utrecht

Nadere informatie

Samenvatting. SBO De Kring/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Kring

Samenvatting. SBO De Kring/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Kring Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Kring Enige tijd geleden heeft onze school SBO De Kring deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 189910 ouders

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20566 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Wit, Frank R.C. de Title: The paradox of intragroup conflict Issue Date: 2013-02-28

Nadere informatie

Nationale Zorg enquête. Enkele conclusies

Nationale Zorg enquête. Enkele conclusies Nationale Zorg enquête Enkele conclusies Introductie Het doel van De Nationale Zorgenquête was tweeledig: het biedt u de gelegenheid een indruk te krijgen van de beleving van kwaliteit binnen uw eigen

Nadere informatie

Aan de slag met de Startwijzer-mbo Handleiding

Aan de slag met de Startwijzer-mbo Handleiding Aan de slag met de Startwijzer-mbo Handleiding Inleiding De Startwijzer-mbo is een digitale scan die in beeld brengt hoe starters op dit moment worden ingewerkt en begeleid en op welke onderdelen er (nog)

Nadere informatie

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij Nederlandse Landbouw en Visserij Inhoud 1 Inleiding 03 2 Samenvatting en conclusies landbouw en visserij 3 Maatschappelijke waardering landbouw 09 4 Associaties agrarische sector 13 5 Waardering en bekendheid

Nadere informatie

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat externe tevredenheidsmeting Pagina 1 Rinske Rill en Dea Bobeldijk. 21 mei 1 Inhoud Samenvatting... 1. Inleiding... 4 2. Aantallen respondenten...

Nadere informatie

Een benchmark van de communicatiefunctie onder 13 organisaties

Een benchmark van de communicatiefunctie onder 13 organisaties Een benchmark van de communicatiefunctie onder 13 organisaties Robert Wester Angela Liebregts Alexandra Schippers april 2015 1 Onderzoeksaanpak Dataverzameling en analyse Voor de deelnemers aan de benchmark

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 58771 22 oktober 2018 Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Staatssecretaris van Binnenlandse

Nadere informatie

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober 2017 Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Managementsamenvatting In het kader van de totstandkoming van het

Nadere informatie

Samenvatting. BS Anne Frankschool. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Anne Frankschool

Samenvatting. BS Anne Frankschool. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Anne Frankschool BS Anne Frankschool/ Arnhem Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Anne Frankschool Enige tijd geleden heeft onze school BS Anne Frankschool deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling.

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Introductie In dit proefschrift evalueer ik de effectiviteit van de academische discussie over de ethiek van documentaire maken. In hoeverre stellen wetenschappers de juiste

Nadere informatie

Handleiding Startwijzer

Handleiding Startwijzer Handleiding Startwijzer Aan de slag met de Startwijzer VO De Startwijzer VO is een digitale scan die in beeld brengt hoe startende leraren op school ingewerkt en begeleid worden en op welke onderdelen

Nadere informatie

Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting

Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131 chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 132 Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 133 Zaadbalkanker wordt voornamelijk bij jonge mannen vastgesteld

Nadere informatie

Samenvatting. SBO De Regenboog/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Regenboog

Samenvatting. SBO De Regenboog/ Rotterdam. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Regenboog SBO De Regenboog/ Rotterdam Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) SBO De Regenboog Enige tijd geleden heeft onze school SBO De Regenboog deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling.

Nadere informatie

Chinese borden Universiteiten in en uit balans

Chinese borden Universiteiten in en uit balans Chinese borden Universiteiten in en uit balans 15-03-2016, Science in Transition conferentie Barend van der Meulen, Elizabeth Koier, Edwin Horlings 2 Universiteiten uit en in balans Barend van der Meulen

Nadere informatie

TESTCASE 2018: LEGAAL ONLINE-FILMAANBOD SAMENVATTING

TESTCASE 2018: LEGAAL ONLINE-FILMAANBOD SAMENVATTING TESTCASE 2018: LEGAAL ONLINE-FILMAANBOD SAMENVATTING Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie, 2018 Overneming met bronvermelding is toegestaan. RAPPORT 2018 AANGAANDE DE TESTCASE LEGAAL

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

MANTELZORG, GOED GEVOEL

MANTELZORG, GOED GEVOEL UITKOMSTEN ONDERZOEK: MANTELZORG, GOED GEVOEL Inhoud: Theorie & Vragen Methode Theoretische achtergrond: Mantelzorgers zijn iets minder gelukkig dan de rest van de bevolking (CBS, 2016). Mantelzorg brengt

Nadere informatie

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015

Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Jaap Barink Juni 2015 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 1. Indienen melding...

Nadere informatie

Samenvatting afstudeeronderzoek

Samenvatting afstudeeronderzoek Samenvatting afstudeeronderzoek Succesfactoren volgens bedrijfsleven in publiek private samenwerkingen mbo IRENE VAN RIJSEWIJK- MSC STUDENT BEDRIJFSWETENSCHAPPEN (WAGENINGEN UNIVERSITY) IN SAMENWERKING

Nadere informatie

Resultaten van de patiënten enquête 2010

Resultaten van de patiënten enquête 2010 FYSIO HUIS patiënten enquête Resultaten patiëntenenquête Fysiohuis Resultaten van de patiënten enquête Inleiding In het kader van de doelstelling van het kwaliteitsjaarplan van om inzicht te krijgen in

Nadere informatie

Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten

Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten Opdrachten speciaal herontworpen voor eerstejaars studenten Auteur: Dick Vrenssen, docent pedagogiek psychologie onderwijskunde, Fontys Hogeschool Kind en Educatie In het schooljaar 2013/ 2014 heeft het

Nadere informatie

CBS De Vaart Hoogersmilde. Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, juli 2016

CBS De Vaart Hoogersmilde. Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs Haarlem, juli 2016 CBS De Vaart Hoogersmilde Oudertevredenheidspeiling Basisonderwijs 2016 Haarlem, juli 2016 Scholen met Succes Postbus 3386 2001 DJ Haarlem www.scholenmetsucces.nl info@scholenmetsucces.nl tel: 023 534

Nadere informatie

SWOT-ANALYSE. SWOT en confrontatiematrix aangeboden door www.managementmodellensite.nl 1

SWOT-ANALYSE. SWOT en confrontatiematrix aangeboden door www.managementmodellensite.nl 1 SWOT-ANALYSE De SWOT-analyse is een breed toegepaste manier om kansen en bedreigingen voor en sterkten en zwakten van de organisatie in beeld te brengen. Vaak blijft het bij het benoemen van deze vier

Nadere informatie

Leiderschap in Turbulente Tijden

Leiderschap in Turbulente Tijden De Mindset van de Business Leader Leiderschap in Turbulente Tijden Onderzoek onder 175 strategische leiders Maart 2012 Inleiding.. 3 Respondenten 4 De toekomst 5 De managementagenda 7 Leiderschap en Ondernemerschap

Nadere informatie

ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES. Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M.

ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES. Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. ONDERWIJSVORMEN EN SCHOOLSE PRESTATIES Dockx J., De Fraine B. & Vandecandelaere M. Promotor: B. De Fraine Research paper

Nadere informatie

Meer Merkbeleving door Merkextensies Een onderzoek naar de invloed van merkextensies op de merkbeleving van de consument

Meer Merkbeleving door Merkextensies Een onderzoek naar de invloed van merkextensies op de merkbeleving van de consument Meer Merkbeleving door Merkextensies Een onderzoek naar de invloed van merkextensies op de merkbeleving van de consument - Marieke van Westerlaak 2007 - 1. Inleiding Libelle Idee, Libelle Balans, Libelle

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

Advies Universiteit van Tilburg

Advies Universiteit van Tilburg Advies Universiteit van Tilburg De Reviewcommissie (hierna commissie) heeft kennisgenomen van het voorstel van de Universiteit van Tilburg (hierna UvT) dat het College van Bestuur met zijn brieven van

Nadere informatie

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics

HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS. Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics HET NIEUWE WERKEN IN RELATIE TOT PERSOONLIJKE DRIJFVEREN VAN MEDEWERKERS Onderzoek door TNO in samenwerking met Profile Dynamics 1 Inleiding Veel organisaties hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in

Nadere informatie

Samenvatting. CSBO Fiduciaschool/ Groningen. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) CSBO Fiduciaschool

Samenvatting. CSBO Fiduciaschool/ Groningen. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) CSBO Fiduciaschool Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) CSBO Fiduciaschool Enige tijd geleden heeft onze school CSBO Fiduciaschool deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 256636

Nadere informatie

Europese peer review van het Nationaal Rapport stresstest kerncentrale Borssele

Europese peer review van het Nationaal Rapport stresstest kerncentrale Borssele > Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal voor Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 30 2594 AV Den

Nadere informatie

Appraisal. Datum:

Appraisal. Datum: Appraisal Naam: Sample Candidate Datum: 08-08-2013 Over dit rapport: Dit rapport is op automatische wijze afgeleid van de resultaten van de vragenlijst welke door de heer Sample Candidate is ingevuld.

Nadere informatie

Operationaliseren van variabelen (abstracte begrippen)

Operationaliseren van variabelen (abstracte begrippen) Operationaliseren van variabelen (abstracte begrippen) Tabel 1, schematisch overzicht van abstracte begrippen, variabelen, dimensies, indicatoren en items. (Voorbeeld is ontleend aan de masterscriptie

Nadere informatie

Werkstress is fysieke, mentale of sociale spanning die voortkomt uit werk. Werkstress kan nadelige

Werkstress is fysieke, mentale of sociale spanning die voortkomt uit werk. Werkstress kan nadelige SAMENVATTING Werkstressisfysieke,mentaleofsocialespanningdievoortkomtuitwerk.Werkstresskannadelige gevolgenhebbenvoorwerknemers,organisatiesendemaatschappijinhetalgemeen.opindividueel niveauhangtwerkstresssamenmetdepressie,angstenburnoutenmetfysiekegezondheidsrisico

Nadere informatie

Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak

Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak Inzet van social media in productontwikkeling: Meer en beter gebruik door een systematische aanpak 1 Achtergrond van het onderzoek Bedrijven vertrouwen meer en meer op social media om klanten te betrekken

Nadere informatie

Afvalenquête gemeente Elburg en gemeente Oldebroek Analyse van de gegevens

Afvalenquête gemeente Elburg en gemeente Oldebroek Analyse van de gegevens BIJLAGE 2, nr. 248011 Afvalenquête gemeente Elburg en gemeente Oldebroek Analyse van de gegevens April 2016 Gemeente Elburg Gemeente Oldebroek Inhoudsopgave Deel 1. Inleiding 3 Deel 2. Motivatie afval

Nadere informatie

Samenvatting. BS Het Kompas/ Ijmuiden. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Het Kompas

Samenvatting. BS Het Kompas/ Ijmuiden. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Het Kompas Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Het Kompas Enige tijd geleden heeft onze school BS Het Kompas deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 203379 ouders

Nadere informatie

Bepalende factoren voor Constructieve veiligheid

Bepalende factoren voor Constructieve veiligheid Bepalende factoren voor Constructieve veiligheid Projectvoorstel Projectleider: ir. K.C. Terwel Delft, 19 december 2012 Aan: Bouwend Nederland VNConstructeurs NLingenieurs Samenvatting Constructieve veiligheid

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Samenvatting. BS Klingelenburg. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Klingelenburg. Ouders vinden 'De leerkracht' op school het belangrijkst

Samenvatting. BS Klingelenburg. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Klingelenburg. Ouders vinden 'De leerkracht' op school het belangrijkst BS Klingelenburg/ Tuil Samenvatting Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Klingelenburg Enige tijd geleden heeft onze school BS Klingelenburg deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel

Nadere informatie

Samenvatting 2013/2014

Samenvatting 2013/2014 Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Nienekes Enige tijd geleden heeft onze school BS De Nienekes deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 209645 ouders

Nadere informatie

Samenvatting. BS Rehoboth/ Boskoop. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Rehoboth. Ouders vinden 'De leerkracht' op school het belangrijkst

Samenvatting. BS Rehoboth/ Boskoop. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Rehoboth. Ouders vinden 'De leerkracht' op school het belangrijkst Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS Rehoboth Enige tijd geleden heeft onze school BS Rehoboth deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 227360 ouders en

Nadere informatie

Noord-Nederlandse Innovatiemonitor 2017

Noord-Nederlandse Innovatiemonitor 2017 Noord-Nederlandse Innovatiemonitor 2017 Deelrapport Creativiteit en Innovatie Prof.Dr. D.L.M. (Dries) Faems d.l.m.faems@rug.nl Prof.Dr. B.A. (Bernhard) Nijstad b.a.nijsta@rug.nl Dr. B. (Bart) Verwaeren

Nadere informatie

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rapportage Leerlingtevredenheid Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rob Swager ECABO, mei 2011 1. Inleiding... 3 2. Tevredenheid algemeen.... 4 3. Aspecten die

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE

ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID TWEEDE MEERJARENPLAN 2013-2017 Contract 2013 ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE Sp-ziekenhuizen 1 1. Inleiding Hierna volgt

Nadere informatie

Samenvatting. BS De Kameleon. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Kameleon. Ouders vinden 'De leerkracht' op school het belangrijkst

Samenvatting. BS De Kameleon. Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Kameleon. Ouders vinden 'De leerkracht' op school het belangrijkst Resultaten Oudertevredenheidspeiling (OTP) BS De Kameleon Enige tijd geleden heeft onze school BS De Kameleon deelgenomen aan de oudertevredenheidspeiling. In heel Nederland hebben in totaal 209645 ouders

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut. Samenvatting Rapport 833 Derriks, M., & Kat, E. de. (2020). Jeugdmonitor Zeeland Amsterdam: Kohnstamm Instituut. De Jeugdmonitor Zeeland De Jeugdmonitor Zeeland is een plek waar allerlei informatie bij

Nadere informatie

Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting (Summary in Dutch) Samenvatting (Summary in Dutch) Burnout, een toestand van mentale uitputting door chronische stress in de werksituatie, vormt een ernstig maatschappelijk probleem dat momenteel veel aandacht krijgt. In

Nadere informatie