PROJECTHANDLEIDING In gesprek
|
|
- Erik Kok
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 1 PROJECTHANDLEIDING In gesprek Kerntaak 1: opstellen van een activiteitenprogramma en een plan van aanpak Werkproces: 1.1 inventariseert de situatie en wensen van het kind/de jongere 1.2 maakt een plan van aanpak Kerntaak 2: Opvangen en begeleiden van de cliënt Werkproces: 2.1: ondersteunt het kind/de jongere bij ontwikkeling en opvoeding 2.4; biedt het kind/de jongere ontwikkelingsgerichte activiteiten aan Kerntaak 3: Uitvoeren van organisatie en professiegebonden taken 3.2 Werkt aan het bevorderen van kwaliteitszorg 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.3 stemt werkzaamheden af met betrokkenen 3.6 voert beleidsmatige taken uit 3.8 evalueert de werkzaamheden Voor je ligt het eerste project van het 2 e jaar. Je hebt nu definitief gekozen je opleiding te vervolgen binnen het Pedagogisch werk. De projecten gaan vanaf nu over belangrijke onderwerpen binnen het Pedagogisch werk. In het eerste project ga je kennismaken met 3 belangrijke onderdelen van het Pedagogisch werk: - Communicatie - Activiteiten methodiek - Visieontwikkeling Communicatie: Alles is communicatie, al bedoelen we vaak niet wat we zeggen en zeggen we vaak niet goed wat we bedoelen. Kijk maar eens naar de volgende voorbeelden: Je zegt tegen je vriend dat je het wel weer eens een keertje heel leuk zou vinden om met je oude vriendinnenclub uit te gaan. Hij reageert: Nou, als je liever met die meiden omgaat dan met mij moet je dat vooral doen Je ligt al uren wakker in bed. Hoe krijg je dit nou weer goed? Toen je stagebegeleider aan gaf dat je wat haar betreft best wat meer initiatief mocht nemen, heb jij gereageerd met Nou, ik doe genoeg hoor! Als je een jongere waarmee je werkt, vraagt om de thee in te schenken reageert hij met: Ja zeg, ik ben je slaaf niet! Op jouw NSO blijkt dat Julia niet is uitgenodigd voor een partijtje maar haar beste vriendinnetje wel: Ik vind het helemaal niet erg hoor, zegt ze met een bibberlip. Een baby kijkt blij naar je en zegt: ba, ba, la, la, brrrrr, euh, euh bheeh! Daarnaast weet je niet altijd hoe je professioneel moet reageren op sommige situaties: Mamma, auto, dada, brabbelt een kleine peuter tegen je. Een moeder vraagt aan jou: Michiel is nu toch al drie jaar en nog steeds praat hij niet in hele zinnen, dat is toch niet normaal, wat denk jij? Je collega s willen graag dat jij een kringgesprek gaat leiden met als onderwerp: zelfstandig wonen. Je hebt echt geen idee hoe je dat nou weer moet aanpakken wat moet je dan vragen en zeggen??
2 2 In dit project gaan we verschillende gesprekstechnieken verdiepen om beter te leren doorvragen, feedback te geven en gesprekken te voeren. Niet alleen met leeftijdgenoten, maar ook met je doelgroep. Als je met mensen en met kinderen werkt is communicatie de kernactiviteit van je werk. Je troost de kinderen door ze te knuffelen als ze verdrietig zijn. Je voert overdrachtsgesprekken en begeleidingsgesprekken. Als professional weet je hoe belangrijk het is taalontwikkeling te stimuleren, de kinderen voor te lezen of taalontwikkelingspelletjes te spelen. Sterker nog: je stimuleert de taalontwikkeling van kinderen alleen al door zelf te spreken. De kwaliteiten van jouw taalgebruik, maar ook jouw valkuilen, worden vrolijk gekopieerd, zodat bijvoorbeeld een leidster ineens een tweejarige hartgrondig Grote shit!! hoorde zeggen toen hij zijn autootje op de grond liet vallen. Ojee, dat zeg ik ook heel vaak, realiseerde zij zich ineens Zelf krijg je feedback van je begeleidster en docenten, en lang niet altijd is het gemakkelijk te weten hoe je daarop het beste kunt reageren. Andersom geldt dit ook, je bent al dagen aan het tobben hoe je een collega feedback kunt geven op de manier waarop zij met dingen omgaat, of je ziet tegen een gesprek met ouders op. Je moet een schriftelijke overdracht doen, maar...wat moet je er nou inzetten en waar moet je op letten? Binnen het project In gesprek gaan we hieraan werken. Activiteitenmethodiek: Samen met de kinderen/jongeren activiteiten bedenken en uitvoeren schept een band. Je ontdekt waar de ander goed in is, je ziet waar een kind enthousiast van wordt, waar een kind zijn/haar gevoel in kwijt kan. Daarnaast is het gezamenlijk uitvoeren van activiteiten ook een van de manieren om contact met een kind/jongere te krijgen, het gesprek op gang te krijgen. En wat is er leuker om door middel van activiteiten een kind motorisch, sociaal en emotioneel te zien groeien? Visieontwikkeling: Hoe denk jij over opvoeden? Welke belangrijke pedagogen zijn er en hoe denken zij over opvoeden? Vanuit welke (pedagogische) visie werkt het kinderdagverblijf waar jij stage loopt? Je komt binnen het pedagogisch werk in aanraking met veel verschillende meningen over opvoeden. Ouders van de kinderen/ jongeren waarmee je werkt hebben verschillende opvoedingsstijlen, jouw collega s hebben soms een andere mening over wat een goede opvoeding is, de instelling waar je werkt schrijft vaak een bepaalde manier van werken voor en dan heb je vaak zelf ook nog een visie op opvoeden. Binnen dit project ga je ook hiermee aan de slag.
3 3 Prestaties: Workshop Activiteiten methodiek (roostercode: ACTM) Opdracht 1. Activiteiten voorbereiden en uitvoeren. - Bedenk 3 creatieve activiteiten die je met jouw kinderen/jongeren in deze periode kunt doen. - Bespreek jouw voorstel met jouw stagebegeleider en met de docent activiteitenmethodiek. Gebruik het activiteitenschema als leidraad van het gesprek. - Vul per activiteit een activiteitenschema kleine activiteit in en voer de 3 activiteiten uit op jouw stageplek in overleg met je stagebegeleider uit (bijlage1). - Vraag je stagebegeleider feedback te geven op jouw functioneren. Gebruik hiervoor het feedbackformulier ( bijlage 2). Workshop Communicatietechnieken (roostercode: METH). Opdracht 2. Video-opname. Maak een opname van jou tijdens het uitvoeren van de activiteit en het gesprek wat jij voert met een kind n.a.v. de activiteit. Jouw communicatie met het kind moet goed in beeld zijn en goed te verstaan zijn. De opname duurt minimaal 7, maximaal 10 minuten. Laat de video opname zien aan je stamgroep in de presentatieweek. Indien de instelling het niet toestaat te filmen: Film een kind/kinderen, jongere/jongeren, uit jouw omgeving (geen familie) Let op! Je mag dit alternatief alleen kiezen als jouw stage geen toestemming geeft te filmen. Je laat daarvoor een bevestiging ondertekenen: (bijlage 3). Opdracht 2.1 evaluatie van de opdracht video-opname. Zie bijlage 7. Opdracht 3. Hulpverlenend gesprek Voer een hulpverlenend gesprek met een leeftijdsgenoot. Dit hulpverlenend gesprek oefen je binnen de workshopuren. De beoordeling vindt binnen de workshopuren plaats. Zorg dat je erbij bent! Opdracht 4. Gespreksverslag van het hulpverlenend gesprek van opdracht 3 bijlage 4). Opdracht 5. Vijf overdrachtsverslagen. Dit kunnen overdrachtsverslagen per kind of per groep zijn. Laat zien dat je hoofdzaken van bijzaken kunt onderscheiden. (Bijlage 5) Let op: voor kinderopvang maak je gebruik van de methode die gehanteerd wordt door de leiding. Denk aan het overdrachtsschriftje voor ouders. Is een mondelinge overdracht gebruikelijk, dan schrijf je toch het verhaal op wat je gewoonlijk aan de ouders zou vertellen. Voor praktijkinstellingen waarbij je weinig of geen contact met ouders/verzorgers hebt, schrijf je een overdrachtsverslag voor je collega s. Workshop Psychologie/Pedagogiek (PSY): Opdracht 6. Verslag pedagogen: 6.1: Beschrijf de 6 pedagogen uit het boek: opvoeden en begeleiden van kinderen. Kern kinderen opvoeden en begeleiden. Beschrijf daarvan de volgende onderdelen: - Wie is de pedagoog. - De uitgangspunten van de verschillende pedagogen - Waaraan herken je een instelling met deze visie. (minimaal 5 A)
4 4 6.2: Vraag het (pedagogisch) beleidsplan van de instelling waar jij stage loopt op. Volgens welke pedagogische stroming werken zij? Wat staat er over de visie van de instelling beschreven in dit plan? Maak hiervan een verslag (minimaal 1 A4) 6.3: Neem gedurende 3 weken de tijd om op jouw groep goed om je heen te kijken. Waaraan kun jij zien dat jouw collega s werken volgens de pedagogische visie uit het pedagogisch beleidsplan? Beschrijf minimaal 3 praktijksituaties waaruit dit blijkt. Indien jouw instelling niet beschikt over een pedagogisch beleidsplan: I.p.v. 6.2: interview 1 van jouw collega s over het padagogisch beleid op jouw stageplek. Onderzoek volgens welke pedagogische stroming (en) jouw stage handelt. Beschrijf jouw bevindingen een verslag (minimaal 1 A). I.p.v. 6.3: Neem gedurende 3 weken de tijd om op jouw groep goed om je heen te kijken. Waaraan kun jij zien dat jouw collega s werken volgens de pedagogische visie(s) die uit het interview naar voren kwam. Beschrijf minimaal 3 praktijksituaties waaruit dit blijkt. Alleen niveau 4 KIO/JZ (wordt behandeld en beoordeeld binnen de workshop communicatietechnieken) Opdracht 7. Communicatie binnen de instelling. Binnen de instelling waar jij stage loopt vinden er vele vormen van overleg plaats. In een kleine instelling is dit overleg vaker informeel, tijdens het werken in kleine groepjes. In grotere instellingen zijn er vaak meerdere overlegvormen. Naast overleg is er ook overdracht nodig. Overdracht kan schriftelijk en mondeling zijn. Er zijn zelfs instellingen waarbij de hele dag via een webcam door de ouders te zien is hoe het met het kind gaat Inventariseer bij de instelling waar jij werkt welke vormen van overleg / overdracht er zijn, gericht op het overdragen van informatie over het kind/de jongere. - tussen collega s onderling - tussen collega s en ouders/vervangende opvoeders van het kind/ de jongere. - tussen instelling en kinderen/jongeren en andersom. Denk hierbij aan cliëntoverleg, overdrachtschriftjes, informeel overleg, oudergesprekken, weekplanners etc. Wees hierin heel nauwkeurig. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld het (pedagogisch) beleidsplan of houd een interview met het locatiehoofd. In je verslag beschrijf je van ieder overleg: - Naam van het overleg - Deelnemers van het overleg; welke medewerkers horen aanwezig te zijn bij dit overleg (denk aan: groepsbegeleiders, coördinatoren, ouders etc.). - Doel van het overleg: wat wil men bereiken met dit overleg. - Inhoud van het overleg: de agenda. - frequentie: hoe vaak vind dit overleg plaats per maand/jaar. In je verslag beschrijf je van iedere vorm van overdracht: - Naam van de overdracht - Vorm waarin de overdracht plaats vindt (schriftje, fotoboek, telefoongesprek, ouderavond e.d). - Doel van de overdracht: wat wil men bereiken met deze overdracht. - frequentie: hoe vaak vind deze overdracht plaats per maand/jaar.
5 5 Je hebt nu veel informatie verzameld. Lees alle informatie nog eens goed door. Als het goed is, heb je nu een goed beeld van de verschillende vormen van overdracht en de overleggen die in jouw instelling plaatsvinden om informatie over de kinderen/ jongeren over te brengen. Misschien heb je ook ontdekt dat er verschillende overleggen of vormen van overdracht niet plaatsvinden, te weinig plaatsvinden of dat er overleggen plaatsvinden die niet in het (pedagogisch) beleidsplan staan. Conclusie en aanbevelingen: 7.2. Schijf een conclusie en aanbeveling voor de leidinggevende van de instelling waar je stage loopt over de overleg/overdrachtsmomenten die gaan over de kinderen/jongeren. Beantwoord hiervoor de volgende vragen: - Welke vormen van overleg die je hebt gevonden in het beleidsplan vinden inderdaad plaats? - Welke overleggen mis je? (dit mogen ook vormen van overdracht zijn die niet in het beleidsplan zijn benoemd). - Wat is je advies? - Welke vormen van overdracht die je hebt gevonden in het pedagogisch beleidsplan vinden inderdaad plaats? - Welke overleggen mis je? (dit mogen ook vormen van overdracht zijn die niet in het beleidsplan zijn benoemd). - Wat is je advies? 7.3 Lees het pedagogisch beleidsplan nog eens goed door en zoek wat er in staat over: - De visie op taalontwikkeling of het gebruik van taal. - De visie op de communicatie met de kinderen/ jongeren of contact maken met de doelgroep. Maak een verslag van alle informatie die je over deze 2 punten vindt. Schrijf er steeds bij waarom jij vindt dat de informatie die jij gebruikt uit het pedagogisch beleidsplan, past bij een van de 2 bovenstaande punten (minimaal 2 A4 Arial 12). Let op: indien een instelling niet over een (pedagogisch) beleidsplan beschikt, is het ook mogelijk om de informatie te verzamelen via een interview met de locatiemanager. Je mag dit interview alleen doen indien er geen plan is en je van te voren een uitgebreide lijst met interviewvragen hebt opgesteld. Deze lijst laat je eerst lezen aan jouw projectbegeleider. Op de uitwerking van het interview komt duidelijk te staan wanneer en met wie (naam) het gesprek is gevoerd. (Minimaal 2 A4) 7.4 Je woont een overleg bij waarin de kinderen/ jongeren besproken worden. Maak hiervan notulen volgens de richtlijnen die beschreven zijn bijlage 6.) Laat deze notulen eerst lezen en ondertekenen door je stagebegeleider voordat je dit op school laat beoordelen (1 a4 Arial 12). Literatuur en materialen: Om de workshops te kunnen volgen moet je in het bezit zijn van: Boek methodiek van begeleiden: thema 1methodisch handelen,2 begeleiden van groepen, 5 gesprekstechnieken. Boek opvoeden en begeleiden van kinderen: thema 1, 2, 3, 4, 5. Boek de professionele pedagogisch werker. Thema 1 en 3. Reader Nederlands: blz. 42 luisteren, blz.130 spreken en gesprekken voeren. Boek methodiek van begeleider; thema schriftelijke communicatie blz. 203/205 Pedagogisch kader: blz. 169, hoofdstuk 18: taal en communicatie.
6 6 Planning: 1. Lees de projecthandleiding zorgvuldig. 2. Maak in week 2 al een afspraak voor het bijwonen van een vergadering. 3. Lees de boeken en alle andere opgegeven literatuur rondom communicatie. 4. Regel toestemming en zorg dat anonimiteit van alle betrokken correct gewaarborgd is (toestemmingsbrief). 5. Maak een goede planning/plan van aanpak. Denk om het bijtijds (week 2) regelen van apparatuur!. 6. Vul bij alle activiteiten het schema kleine activiteit in, vraag feedback aan je begeleider en aan je docent en probeer eventueel de activiteiten van te voren uit. 7. Bundel je verslagen in een mapje (zonder insteekhoesjes) en maak er een logisch geheel van. 8. De producten van workshop 1, 2 en 3 worden in de laatste lesweek ingeleverd bij de workshopdocent. 9. De loopbaanbegeleider ondertekent het projectformulier definitief na de presentatie. 10. Houd het projectformulier steeds goed in de gaten. Lees het formulier voordat je je werk inlevert nog eens goed door en vergelijk jouw prestaties met de eisen op het projectformulier. Wees er zeker van dat jouw werk voldoet aan de eisen. 11. Lees je praktijkkaart goed. Op bladzijde 1 staat welke praktijkopdracht je in periode 1 (in ieder geval) moet doen. 12. Veel plezier met het werken aan dit project! WORKSHOP Introductie Om een prestatie te kunnen leveren moet je weten wat je precies moet doen. De volgende vraag staat in deze workshop dan ook centraal: begrijp ik wat er in dit project van mij wordt verwacht? Je krijgt informatie over het project en de prestaties die je moet leveren. Inhoud: - Inleiding door de projectleider. - doornemen van de projecthandleiding en gelegenheid tot het stellen van vragen - maken van een plan van aanpak voor jezelf Resultaat: je hebt inzicht in het belang van het project voor je werk, je doelgroep en je opleiding je bent op de hoogte van de prestatie-eisen van dit project en weet wat er van je verwacht wordt. Je bent op de hoogte van de inhoud van de workshops Je hebt een voorlopige eerste planning gemaakt Literatuur: Projecthandleiding in gesprek Duur: 1 x 1 uur
7 7 WORKSHOP 1: Activiteitenmethodiek (ACTM) Goede activiteiten zijn van groot belang voor het slagen van een goede opvang van kinderen en jongeren. Activiteiten zijn vaak een belangrijk middel om het kind of de jongere te helpen bij de ontwikkeling. Taalontwikkeling, emotionele ontwikkeling, motorische ontwikkeling. Overal worden creatieve, sportieve en muzikale activiteiten voor ingezet. Daarnaast gaan we met voorlezen aan de gang. Goed voorlezen en gebruik maken van prentenboeken is een kunst. Ook leer je hoe je je voorleesverhaal kunt ondersteunen met het gebruik van handpoppen en knuffels of andere voorwerpen die aansluiten bij het verhaal wat je vertelt. Inhoud: Methodisch opzetten van een activiteit Het gebruik van het activiteitenschema gekoppeld aan de verschillende ontwikkelingsaspecten van het kind/de jongere. Voorlezen Gebruik maken van ondersteunende materialen bij activiteiten Resultaat: Je hebt geoefend met het methodisch opzetten en uitvoeren van 3 activiteiten door middel van het activiteitenschema. Je kunt voorlezen inzetten voor verschillende doeleinden en bent je bewust van de doelen die je daarmee wilt bereiken. Duur: 7 x 2 uur + laatste week inleveren en nakijken producten. WORKSHOP 2: communicatietechnieken (METH) Luister je wel naar mij? Kinderen en jongeren horen deze vraag dagelijks en vaak op besliste en strenge toon gesteld worden. Van binnen denken ze vaak: Luister jij wel naar mij? De vraag van de volwassene is bedoeld om het kind of de jongere te laten gehoorzamen, het kind of de jongere wil gewoon dat er echt naar hem of haar geluisterd wordt. Luisteren is de basis van een goed gesprek. Goed, actief luisteren is razend moeilijk! En goed gesprek voeren is helemaal niet zo gemakkelijk: wanneer kies je voor open of juist gesloten vragen? Hoe kom je professioneel over maar ben je toch geen betweter? Hoe leer je goede inbreng te hebben en goed door te vragen in vergaderingen? Hoe geef je feedback en hoe ga je in op feedback die aan jou gegeven wordt?? Hoe praat je beter met ouders, leidinggevenden en collega s. Hoe voer je betere gesprekken met je doelgroep? Hoe communiceer je met baby s?. Verdiepend op het eerste jaar leer je in deze workshop verschillende gesprekstechnieken: doorvragen, parafraseren, slecht nieuwsgesprek, informatieoverdracht, samenvatten, en het hulpverlenende gesprek. We gaan vooral ook heel veel oefenen, gespreksvoering leer je nou eenmaal niet alleen theoretisch.
8 8 Op je werk worden regelmatig geschreven producten van je verwacht. Een aantal voorbeelden zijn: overdrachtschriftjes, aankondigingen van activiteiten, bijhouden van ontwikkelingsverslagen, schriftelijke overdracht aan collega s of externen, verslagen van vergaderingen, brieven aan ouders en -afhankelijk van je werkplek- misschien nog wel veel meer. Veel hiervan komt terug in de workshop Nederlands. In deze workshop leggen we de een relatie tussen ontwikkelingspsychologie en het schrijven van overdrachtschriftjes en ontwikkelingsverslagen. Je deelt met je klasgenoten door jou geschreven materialen en vraagt om feedback. Inhoud: Werken als professional: Communicatie van organisaties Communicatieve vaardigheden Positieve communicatie Assertiviteit Actief luisteren Omgaan met feedback Zelfreflectie Luistervaardigheden, Feedback geven en ontvangen Thematisch kringgesprek, hulpverlenend gesprek, slecht nieuwsgesprek Overdracht Resultaat: Je bent in staat op adequate wijze keuzes te maken voor verschillende gesprekstechnieken en deze professioneel in te zetten. Je bent in staat om te communiceren met je doelgroep. Je kunt werkgebonden informatie professioneel op schrift zetten en communiceren Literatuur: Boek. ThiemeMeulenhoff: methodiek van begeleiden: blz. 139 t/m 174 Boek. ThiemeMeulenhoff: de professionele pedagogisch werker. Thema sociale vaardigheden. Duur: 7 x 2 uur WORKSHOP 3: psychologie/pedagogiek. (PSY) Je hoort het vast wel eens: Iedereen kan toch kinderen opvangen?!. Een baan in de kinderopvang of jeugdzorg vraagt om veel meer kwaliteiten dan sommige mensen denken. Je bent professioneel met opvoeden bezig. Je biedt kinderen een plek waar ze zicht veilig en gewenst voelen, waar ze zich kunnen ontplooien en ontwikkelen. Dat doe je samen met je collega s vanuit een visie op opvoeding en door bewust gebruik te maken van opvoedingsmiddelen. Zo schep je een pedagogisch klimaat waarin een kind zich kan ontplooien tot een sociaal-emotioneel evenwichtig persoon die zijn talent gebruikt om een positieve bijdrage te leveren aan de samenleving. Misschien heb je het al gemerkt, veel instellingen werken net even anders. De een volgens de visie van Emmi Pikler een ander
9 9 volgens de uitgangspunten van Rudolf Steiner. Zo is de ene instelling heel streng in het volgen van de visie en de andere instelling gebruikt maar een klein aantal van de uitgangspunten. Er zijn ook instellingen die een combinatie hebben gemaakt van de uitgangspunten van verschillende pedagogen. Jij leert in deze workshop welke grote pedagogen er zijn en oefent met het herkennen van de uitgangspunten van de verschillende pedagogen op de werkvloer. Inhoud: Verschillende pedagogen: Maria Montessori, Janus Korczak, Rudolf Steiner, Celestin Freinet, Reggio Emilia, Thomas Gordon, Emmi Pikler. Vanuit je eigen visie werken aan opvoedingsdoelen Pedagogische ondersteuning. Gedrag leren of afleren Eigen stijl van opvoeden Resultaat: Je kent de 6 grootste pedagogen, weet wat hun uitgangspunten zijn Je hebt geoefend met het herkennen van de uitgangspunten van de pedagogen op de werkvloer Je kent de verschillende leertheorieën Je hebt nagedacht en gediscussieerd over jouw eigen stijl van opvoeden Literatuur: Boek. ThiemeMeulenhoff: Opvoeden en begeleiden van kinderen: Thema kinderen opvoeden en begeleiden. Blz. 1 t/m 38 Duur: 7X 2uur.
10 10 Bijlage 1: Activiteitenschema 'Kleine activiteit' (workshop 1 activiteitenmethodiek) Naam activiteit Doelgroep Soort activiteit Tijdsduur Beginsituatie Aantal deelnemers Doel van de activiteit Cognitief Lichamelijk Sociaal Emotioneel Pedagogische visie Plaats Materiaal Uitvoering Opstelling Opbouw Planning Inleiding Uitleg Voorbeeld Afronding met doelgroep Veiligheid Knelpunten Inschatting doelgroep Doelen Evaluatie Middelen Organisatie Begeleiding Evaluatie met Doelgroep
11 11 Uitleg 1 e deel activiteitenschema Kleine activiteit. (workshop 1 activiteitenmethodiek) Naam activiteit Doelgroep Soort activiteit Tijdsduur Beginsituatie Aantal deelnemers Doel van de activiteit Cognitief Een activiteit heeft een cognitief doel, als de verstandelijke ontwikkeling van de mens wordt gestimuleerd. Denk hierbij aan de ontwikkeling van het verstand en het geheugen, maar ook de taalontwikkeling. Taal en denken hangen nauw met elkaar samen: zonder taal (woorden) ben je niet in staat tot denken. Maar ook: zonder denken ben je niet in staat tot taal (spreken). Bijvoorbeeld: Memorie, een kookactiviteit waarbij er hoeveelheden moeten worden afgewogen, woordspelletjes enz. Lichamelijk Een activiteit heeft een lichamelijk doel, als de lichamelijke ontwikkeling van de mens wordt gestimuleerd. Denk hierbij aan de motorische ontwikkeling (= de ontwikkeling van de beweging) en de zintuiglijke ontwikkeling (= de ontwikkeling van de zintuigen zoals het zien en horen). Bij de motorische ontwikkeling kun je onderscheid maken tussen grove motoriek (de grove bewegingen van het lichaam; van de armen en benen) en de fijne motoriek (de fijne bewegingen, uitgevoerd met de handen en voeten). Bijvoorbeeld: voetbal, rennen, klim- en klauterspelletjes (grove motoriek), een activiteit waarbij figuren moeten worden uitgeknipt, kralen rijgen (fijne motoriek) enz. Sociaal Een activiteit heeft een sociaal doel, als de omgang met andere mensen wordt gestimuleerd: contact maken en contact onderhouden. Het sociale gedrag van de mens heeft te maken met samenwerken en rekening houden met de wensen en behoeften van anderen. De ontwikkeling van het sociale gedrag hangt nauw samen met de persoonlijkheidsontwikkeling. Bij de ontwikkeling van de persoonlijkheid gaat het om de vorming van de eigen identiteit, de eigen aard. Hieronder valt ook de ontwikkeling van de eigen wil, de eigen opvattingen (normen en waarden) en de ontwikkeling van meisjes- en jongensgedrag. Ook activiteiten die een beroep doen op de creativiteit en fantasie stimuleren de persoonlijkheidsontwikkeling. Bijvoorbeeld: gezelschapsspelletjes, teamsporten Emotioneel Een activiteit heeft een emotioneel doel als de emotionele ontwikkeling wordt gestimuleerd. Dat wil zeggen: de ontwikkeling van gevoelens van (basis)vertrouwen en veiligheid. Maar ook een activiteit die troost biedt of die iemand de kans geeft gevoelens te verwerken of te uiten, heeft een emotioneel doel. Bijvoorbeeld: een liedje zingen met een kind dat verdrietig is, spelletjes waarbij de deelnemers moeten kunnen omgaan met verlies, enz.
12 12 PROJECT IN GESPREK (workshop1 activiteitenmethodiek) Naam student: 2011/2012 Wanneer Wat O/V/G Les 1 2 activiteiten uitgewerkt volgens vragen uit de les Les 2 Vertrouwen. Drama of muziek activiteit uitgewerkt in schema Zelfvertrouwen Knutsel activiteit uitgewerkt in schema Sociale vaardigheden Huiswerk: Les 3 Sport en spel of drama activiteit uitgewerkt in schema Bespreek de uitgewerkte activiteitenschema s met jouw stagebegeleider. En maak een afspraak om deze activiteiten uit te voeren. (zie ook pagina 3 van de projecthandleiding). Boekje, verhaal die je nodig hebt voor de opdracht van les 3, 4 en 5. Een uitgevoerde teken- of schilderactiviteit n.a.v. verhaal Een uitgewerkte teken- of schilderactiviteit n.a.v. verhaal in activiteitenschema Huiswerk: Les 4 Tip: Neem een washand of een sok mee voor het maken van een handpop Zelfgemaakte handpop Les 5 en 6 Voorlezen Les 7 Muziek en spelactiviteiten Evaluatie van de 3 activiteiten die je op je stage hebt uitgevoerd Feedback van de stagebegeleider Totaal:
13 13 Bijlage 2: Feedback (workshop 1 activiteitenmethodiek) Feedback op jouw functioneren tijdens het uitvoeren van de 3 (creatieve) activiteiten. Gebruik bij het evalueren het activiteitenschema Feedbackformulier in gesprek Feedback Nederlands Handtekening praktijkbegeleider Handtekening deelnemer
14 14 Bijlage 3. (Workshop 2 communicatietechnieken) Hilversum, september 2011 Betreft: beeldmateriaal in gesprek. Geachte stagebegeleider, Voor de schoolopdracht In gesprek vragen wij onze student/uw stagiaire een opname te maken van een gesprek met een kind/groepje kinderen. Uiteraard worden deze beelden op school uitsluitend gebruikt om de gesprekskwaliteiten van onze student te kunnen toetsen. De student overlegt met u wat er met de filmbestanden na de beoordeling op school moet gebeuren. In het verleden is gebleken dat een klein aantal instellingen geen toestemming geeft om een filmopname te maken. In het geval dat de student echt niet in de mogelijkheid is deze opdracht uit te voeren, willen wij u vragen dit via onderstaande invulstrook te bevestigen. Deze leerling mag het gesprek dan in een andere setting uitvoeren ( in overleg met de loopbaanbegeleider). Bij voorbaat hartelijk dank voor uw medewerking, Het docententeam PW 2 e jaar. Ja, het klopt dat er binnen onze instelling geen mogelijkheid is om een kind te filmen. Naam leerling: Naam stagebegeleider:. Handtekening stagebegeleider:.... Naam instelling:... Telefoonnummer instelling:..
15 15 Bijlage 4: gespreksverslag (workshop 2 communicatietechnieken) In het gespreksverslag laat je de volgende punten terug komen: 1. Doel van het gesprek 2. Tijd en duur van het gesprek 3. De aanwezigen bij het gesprek 4. Keuze van de gespreksruimte, heeft de gespreksruimte/ omgeving invloed gehad op het gesprek? Op welke momenten? 5. Voorbereiding. Hoe heb je dit gesprek voorbereid? Hoe heb je je gesprekspartner benaderd? Hoe heeft je gesprekspartner op jouw verzoek om een gesprek gereageerd? Welke verschillende gespreksonderwerpen komen er aan bod tijdens het gesprek? Wat voor soort gesprek is het? Vraag je alleen iemand zijn mening of moeten er ook besluiten worden genomen? 6. Beschrijf het taalgebruik van de gesprekspartner (non-verbaal en verbaal). 7. Hoe verliep het gesprek? 8. Hoe heb je het gesprek geopend? 9. Hoe reageerde je gesprekspartner? 10. Welke vragen heb je gesteld? 11. Wat waren de antwoorden? 12. Welke vragen heeft de ander gesteld? 13. Wat waren jouw antwoorden? 14. Hoe was de sfeer tijden het gesprek? 15. Welke gesprekstechnieken heb je toegepast? (denk aan: parafraseren, doorvragen, gevoelsreflecties, samenvatten etc.). Geef minimaal 3 concrete voorbeelden waaruit blijkt welke technieken je hebt toegepast. ( kopieer voorbeelden uit het gesprek). 16. Welke conclusies zijn er getrokken?
16 16 Bijlage: 5 Overdrachtsverslagen (workshop 2 communicatietechnieken) Je beschrijft 5 overdrachtsverslagen. Dit kunnen dagverslagen zijn of weekverslagen. Lees het beoordelingsformulier overdrachtsverslagen goed door. Hierin staan de eisen waaraan de verslagen moeten voldoen. De volgende vier ontwikkelingsaspecten gebruik je als leidraad. 1 Sociaal 2 Emotioneel 3 Cognitief 4 Lichamelijk Alle vijf overdrachtverslagen bevatten een aanduiding in het verslag waarin helder wordt voor de beoordelaar om welk van de vier ontwikkelingsaspecten het gaat. Dit kan op de volgende manier 1. Tussenhaakjes: je geeft aan het einde van een zin aan welk ontwikkelingsaspect wordt beschreven. 2. Je maakt een kopje waarin boven aan de tekst aangegeven wordt welk ontwikkelingsaspect er volgt.
17 17 Bijlage 6: notulen (workshop 2 communicatietechnieken) Notuleren De taak van een notulist is om van een vergadering een ordelijke en relevante samenvatting te geven. Tijdens de vergadering komt het aan op goed luisteren en opschrijven wat voor alle deelnemers straks het belangrijkste is om te weten. Na de vergadering moet de notulist dat kort en bondig formuleren zodat iedereen weet wat is afgesproken. Waarvoor zijn notulen bedoeld? verslag, ook voor de niet-aanwezigen geheugensteun voor alle deelnemers bewijsstuk van gemaakte afspraken de basis voor nieuwe vergadering of acties archief of documentatie Hoe word je een goede notulist? Er zijn een paar handige tips waar je je voordeel mee kunt doen. Neem niet zelf aan de vergadering deel. Wees onafhankelijk. Bovendien is het een zware belasting om zowel te moeten schrijven als meedenken. Bereid je goed voor en vraag wat gewenst is: een lijstje van actiepunten of een weegave van de discussie? Ga na wie er allemaal deelnemen aan de vergadering. Wie is de voorzitter? Zorg er voor dat je beschikt over de agenda. Zorg dat je op een plek zit waar je iedereen goed kunt zien en verstaan. Als je niet verstaat wat iemand zegt, mag je diegene altijd vragen om zijn antwoord of toelichting te herhalen. Je kunt ook de voorzitter vragen om hetgeen wat besproken is, kort samen te vatten. Een goede voorzitter doet dit uit zichzelf. Noteer eerst wie aanwezig zijn en vermeld altijd de datum en plaats van de vergadering en de naam van de voorzitter. Beperk je tot hoofdzaken: wie zegt wat (initialen), wie moet wat doen. Belangrijk zijn zaken als data, hoeveelheden, namen, producten, etcetera. Schrijf geen hele zinnen maar gebruik telegramstijl en steekwoorden. Houd voor ogen dat bij één onderwerp meerdere meningen worden gegeven. Blijf objectief en laat je eigen mening achterwege. Werk overzichtelijk: maak een duidelijk onderscheid tussen de verschillende onderdelen van de vergadering. Noteer steeds om welk agendapunt het gaat. Maak direct na de vergadering je verslag: een besluiten- en/of actielijst, een beknopt verslag of een uitvoerig verslag. Daarmee voorkom je dat je zaken vergeet. Bovendien willen de deelnemers van de vergadering het verslag vaak snel in hun bezit hebben. Controleer het verslag op taalfouten. Stuur het eventueel eerst naar de voorzitter voor opmerkingen en aanvullingen. Verspreid het daarna naar alle deelnemers. Wat mag je niet doen als notulist? Je eigen mening of waardeoordeel laten merken in de notulen. Feiten of informatie later toevoegen of verbeteren.
18 18 Bijlage 7 Evaluatieverslag prestaties in gesprek. (loopbaanbegeleider) Beantwoord de volgende vragen en verwerk dit in een verslag van 1 A4 Arial 12. De prestatie: video presentatie van een gesprek. Hoe vond je het om aan deze prestatie te werken? Wat vond je leuk/makkelijk? Wat vond je minder leuk/moeilijk? Welke feedback heb je van je klasgenoten gekregen? Welke feedback kreeg je van je Loopbaanbegeleider? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waar ben je tevreden over? Jouw functioneren: Ben je op tijd begonnen met het maken van de opdrachten? Heb je genoeg tijd besteed / te veel tijd besteed aan de opdrachten? Was jouw inzet en betrokkenheid voldoende? Waar is dit uit gebleken? Heb je een positieve houding getoond of een negatieve? Wat ging goed, wat zou je de volgende keer anders doen? Belangrijke websites voor de kinderopvang en Jeugdzorg: Professionele kinderopvang is goed voor kinderen. Of dat nu op het kinderdagverblijf, de buitenschoolse opvang (bso) of bij een gastouder gebeurt. Onder begeleiding van een pedagogisch geschoolde groepsleiding of een ervaren gastouder draagt kinderopvang bij aan de ontwikkeling van kinderen. kinderdagverblijf Het virtueel kinderdagverblijf is ondergebracht bij het Waarborgfonds Kinderopvang en staat weer live. Over de arbo-wet, het bouwbesluit, ergonomieeisen en beleidsregels kwaliteit kinderopvang Het Expertisecentrum Jeugdzorg geeft op deze site informatie en nieuws over ontwikkelingen in de jeugdzorg. Jeugdzorg Nederland is de branchevereniging voor jeugdzorgorganisaties. Ze behartigt de belangen en treedt op als werkgeversorganisatie.
19 19 PROJECTFORMULIER In Gesprek PW niveau 3 en 4 + jeugdzorg Deel 1 Naam: Klas: Datum: Loopbaanbegeleider: Competentie Beoordelingscriteria werkproces Product O V G Werkproces: 1.1Inventariseert de situatie en de wensen van het kind/de jongere Werkproces: 1.2 Maakt een plan van aanpak Werkproces: 2.4 Biedt het kind/de jongere ontwikkelingsgerichte activiteiten aan Onderzoeken Op de behoeften en verwachtingen van de klant richten Materialen en middelen inzetten Formuleren en rapporteren Samenwerken en overleggen Je gebruikt verschillende bronnen en informatie zodat je een goed beeld hebt van de situatie en wensen van het kind/de jongere Je kiest spelen/speelmaterialen en oefeningen die bijdragen aan de ontwikkeling van het kind/de jongere. Je stelt een nauwkeurig en volledig plan van aanpak op. Je bespreekt de inhoud van het plan van aanpak met de stagebegeleider. Werkproces 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep Werkproces 3.8 Evalueert de werkzaamheden Je toont interesse in nieuwe ontwikkelingen in je eigen vakgebied, vraag actief om feedback en gebruik het als kans om te leren en te Leren verbeteren. Je stelt jezelf concrete ontwikkeldoelen en past nieuw geleerde competenties toe in je werk zodat je op een actieve manier je deskundigheid vergroot. Workshop Activiteitenmethodiek. Opdracht 1: activiteiten voorbereiden en uitvoeren. Aftekenkaart workshop ACTM totaal. Loopbaanbegeleider Presentatieweek volgens rooster Opdracht 2: Een video-opname van de communicatie met een kind/jongere tijdens een na een activiteit of een thematisch kringgesprek. (7-10 min.) Inclusief evaluatie verslag (bijlage 7)
20 20 PROJECTFORMULIER In Gesprek PW niveau 3/4 + jeugdzorg Deel 2 Naam: Klas: Datum: Loopbaanbegeleider: Werkproces 2.1 Ondersteunt het kind/de jongere bij ontwikkeling en opvoeding Competentie Beoordelingscriteria Product O V G Aandacht en begrip tonen Begeleiden Je toont betrokkenheid bij het kind/jongere en de ouders/vervangende opvoeders en luistert actief en herkent wanneer het kind/de jongere het moeilijk heeft, zodat ze de nodige ondersteuning kan bieden. Workshop communicatietechnieken (Methodisch handelen) Je geeft het kind/de jongere heldere, eerlijke en constructieve feedback en stimuleert om alternatieven uit te proberen, zodat het functioneren van het kind/de jongere wordt versterkt. Opdracht 3: hulpverlenend gesprek Opdracht 4: gespreksverslag Werkproces 2.1 Ondersteunt het kind/de jongere bij ontwikkeling en opvoeding Werkproces 3.3 Stemt werkzaamheden af met betrokkenen Samenwerken en overleggen Je informeert de ouders/vervangende opvoeders over de gang van zaken in de opvang en over de ontwikkeling van het kind/de jongere. Je deelt met hen kennis, ervaring en inzichten met betrekking tot de opvoeding van het kind, zodat de ouders/vervangende opvoeders steeds op de hoogte zijn van de gang van zaken in de opvang en van de ontwikkeling van hun kind/ jongere. Workshop communicatietechnieken (Methodisch handelen) Opdracht 5: vijf overdrachtsverslagen Samenwerken en overleggen Je overlegt bij de uitvoering van de opvang en begeleiding tijdig en regelmatig met collega s, raadpleegt anderen indien nodig, weet wat de consequenties zijn van je eigen acties en stelt je zo op dat de samenwerking in het team soepel verloopt, zodat de gezamenlijke dienstverlening eenduidig en soepel verloopt.
21 21 PROJECTFORMULIER In Gesprek PW niveau 4 + jeugdzorg Deel 3 Naam: Klas: Datum: Loopbaanbegeleider: Werkproces 3.6 Voert beleidsmatige taken uit Werkproces 3.2 Werkt aan het bevorderen van kwaliteitszorg Competentie Beoordelingscriteria werkproces Product O V G Overtuigen en beïnvloeden Je doet voorstellen voor beleidswijzigingen. Op basis hiervan stel je mogelijk uit te voeren activiteiten/ veranderingen van de organisatie/vestiging voor. Je bevraagt collega s binnen de organisatie/vestiging op knelpunten in het (pedagogisch) beleid wat betreft overdracht en overleg en zoekt oplossingen, je geeft advies. Workshop communicatietechnieken Opdracht 7:communicatie binnen de instelling. Samenwerken en overleggen Je onderzoekt binnen de organisatie welke knelpunten er zijn bij de uitvoering van het (pedagogisch) beleid en zoekt oplossingen en levert een bijdrage aan beleidsontwikkeling. Totaal: 7.1 Inventarisatie vormen van overleg / overdracht 7.2 Conclusie en aanbevelingen 7.3 visie op taalontwikkeling en communicatie met kinderen Kwaliteit leveren en bewaken van kwaliteitszorg Je bewaakt de kwaliteit van de dienstverlening op een systematische wijze en werkt mee aan de ontwikkeling ervan, Je signaleert en rapporteert tijdig knelpunten. Je draagt actief bij aan een optimale kwaliteit van de dienstverlening. Werkproces 3.8 Evalueert de werkzaamheden Formuleren en rapporteren Je verwerkt en registreert zorgvuldig alle benodigde gegevens en scheidt de hoofd- en bijzaken, zodat de notulen kernachtig, volledig en inzichtelijk zijn. Workshop communicatietechnieken 7.4 Notulen van een vergadering
22 22 PROJECTFORMULIER In Gesprek PW niveau 3/4 + jeugdzorg Deel 4 Naam: Klas: Datum: Loopbaanbegeleider: Competentie Beoordelingscriteria werkproces Product O V G Werkproces 3.1 werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep Werkproces 2.1: biedt het kind/de jongere opvang Vakdeskundigheid toepassen begeleiden Stelt zich op de hoogte van het pedagogisch beleid van de instelling op het gebied van de pedagogische visie. Je verdiept je in verschillende visies over opvoeden van kinderen/jongeren om zo een bredere kijk te krijgen op opvoeden. Workshop psychologie/pedagogiek Opdracht 6 Verslag Pedagogen. Totaal: 6.1:verslag 6 pedagogen 6.2: pedagogisch beleid van de instelling 6.3 praktijksituaties
23 23 Feedback in gesprek Presentatie Werkgroepbespreking Feedback Nederlands Handtekening projectleider Handtekening student
24 24
WORKSHOPHANDLEIDING Het Verbeterplan
1 WORKSHOPHANDLEIDING Het Verbeterplan Doorstroomtraject BBL/BOL-PW4 Kerntaak: 3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Werkprocessen: 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering
Nadere informatieVOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk
VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk 2010-2013 volgens het kwalificatiedossier Jeugdzorg 2011. 1=startniveau, 2= aardig eindje op weg 3= beginnend beroepsbeoefenaar Kerntaak
Nadere informatiePROJECTHANDLEIDING BBL PW
PROJECTHANDLEIDING Proeve On your Proeven site BBL PW Werkproces 1.1: Inventariseert de situatie en wensen van de cliënt Werkproces 1.2: Schrijft een plan van aanpak Werkproces 2.1: Ondersteunt de cliënt
Nadere informatieWORKSHOP: Plan van Aanpak
PROJECTHANDLEIDING Proeve On your Proeven site PW Werkproces 1.1: Inventariseert de situatie en wensen van de cliënt Werkproces 1.2: Schrijft een plan van aanpak Werkproces 2.1: Ondersteunt de cliënt bij
Nadere informatiegestructureerd activiteitenprogramma, zodat dit goed leesbaar en hanteerbaar is.
VOORTGANGSRAPPORTAGE Praktijk PW 4 Jeugdzorg 2009-2011 naam: klas: loopbaanbegeleider: 1=startniveau, 2= aardig eindje onderweg 3= beginnend beroepsbeoefenaar Kerntaak 1 Opstellen van een activiteitenprogramma
Nadere informatieVOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk 2010-2012
VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk 2010-2012 volgens het kwalificatiedossier Kinderopvang 2009. naam: klas: loopbaanbegeleider: 1=startniveau, 2= aardig eindje op weg 3= beginnend
Nadere informatieBeoordelingseenheid B Proeve van Bekwaamheid. Planmatig werken. Crebonummer: 92620
Beoordelingseenheid B Proeve van Bekwaamheid Planmatig werken Crebonummer: 92620 Opleiding Pedagogisch werker 3 kinderopvang Kwalificatieniveau 3 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: december
Nadere informatieWORKSHOP 1: Persoonlijke verzorging PROJECTHANDLEIDING
PROJECTHANDLEIDING Proeve On your Proeven site PW Werkproces 1.1: Inventariseert de situatie en wensen van de cliënt Werkproces 1.2: Schrijft een plan van aanpak Werkproces 2.1: Ondersteunt de cliënt bij
Nadere informatie1. Opstellen van een activiteitenprogramma en een plan van aanpak
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Opvallend gedrag Cursus Kinderopvang (kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, tienerwerk, naschoolse opvang,
Nadere informatieWorkshophandleiding Thematisch werken BBL PW, niveau 4
Workshophandleiding Thematisch werken BBL PW, niveau 4 Werkproces: 1.1: Inventariseert de situatie en wensen van het kind Werkproces: 1.2: Stelt een activiteitenprogramma op. Werkproces: 2.4 Biedt de cliënt
Nadere informatieVOORTGANGSRAPPORTAGE PRAKTIJK KINDEROPVANG BBL vlg het Kwalificatiedossier 2011
VOORTGANGSRAPPORTAGE PRAKTIJK KINDEROPVANG BBL vlg het Kwalificatiedossier 2011 K1: Pedagogisch werker = 3; de gewoon getypte onderdelen behoren bij de kwalificatie van niveau 3 en van niveau 4. K2: Gespecialiseerd
Nadere informatieToelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg
Naam: Klas: praktijkbegeleider: Werkplek: Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg Gedurende de opleiding werken de studenten in de praktijk aan praktijkopdrachten. Een schooljaar
Nadere informatieSpelenderwijs begeleiden bij ingrijpende levensgebeurtenissen
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Soort: Werksituatie: Spelenderwijs begeleiden bij ingrijpende levensgebeurtenissen Cursus PW peuterspeelzaal, kinderdagverblijf BSO 4 t/m 8 jaar
Nadere informatieDrie video-opnames van gesprekken, met tips over het omgaan met interculturele misverstanden.
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Professioneel intercultureel communiceren Training Kinderopvang Drie video-opnames van gesprekken, met tips
Nadere informatieConsortium Beroepsonderwijs
Consortium Beroepsonderwijs www.consortiumbo.nl Verzamelformulier beroepsgerichte examens Kwalificatiedossier (KD): Pedagogisch Werk Datum uitgifte KD: oktober 2015 Crebonummer KD: 23183 Cohort: 2016 ev
Nadere informatiePROJECTHANDLEIDING. Deel 3 Bedrijf onder de loep Het verbeterplan BBL-PW4
1 PROJECTHANDLEIDING Bedrijf onder de loep - Deel 3 Het Verbeterplan BBL-PW4 Kerntaak: 3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Werkprocessen: 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en
Nadere informatieHandleiding Plannen van Zorg BBL-CombiCare Gehandicaptenzorg Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg
Handleiding Plannen van Zorg BBL-CombiCare Gehandicaptenzorg Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg Werkproces VZ-IG 1.1 Stelt (mede) het zorgplan op De verzorgende-ig verzamelt gegevens om de
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdrachten
Nadere informatieToelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg
Naam: Klas: praktijkbegeleider: Werkplek: Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg Het werken aan en en de relatie daarvan met de voortgangsrapportage Gedurende de verdiepingsfase
Nadere informatieVerzamelformulier beroepsgerichte examens
Consortium Beroepsonderwijs www.consortiumbo.nl Verzamelformulier beroepsgerichte examens KD: Pedagogisch Werk Datum uitgifte KD: 24-02-2016 Crebonummer KD: 23183 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Kwalificatie:
Nadere informatie1. Opstellen van een activiteitenprogramma en plan van aanpak 2. Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Ontwikkelingspsychologie deel 2: Dreumes en peuter Soort: Werksituatie: Eindproduct: Cursus Kinderopvang, peuterspeelzaal Ingevuld ontwikkelingsschema
Nadere informatieOPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Gevorderd
OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT Uitvoeren van activiteiten met zorgvragers (Verpleeg- en verzorgingshuiszorg & thuiszorg) Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten Niveau
Nadere informatieCommuniceren met de doelgroep voor OA en PW Kinderopvang
Specificaties Onderwijsassistent Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Communiceren met de doelgroep voor OA en PW Kinderopvang Training Kinderdagverblijf, BSO of basisschool Demonstratie Niveau: 4
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 1 e herziene druk: november 2013 ISBN:
Nadere informatiePROJECTHANDLEIDING Oudercontacten. On your site BOL PW, niveau 4
PROJECTHANDLEIDING Oudercontacten On your site BOL PW, niveau 4 In je dagelijkse werk heb je veel met ouders te maken. Zij zijn, samen met de kinderen, jouw belangrijkste klant, en zoals je weet is het
Nadere informatieHandleiding Kwaliteitszorg BOL, tweede jaar, periode 3
Handleiding Kwaliteitszorg BOL, tweede jaar, periode 3 Gebruikte literatuur: Specifieke doelgroepen, Uitgeverij Angerenstein. Je levert de uitgewerkte praktijkopdrachten digitaal in. Werkproces MMZ 3.1
Nadere informatiePROJECTFORMULIER het beste idee BOL Niv.3/4 verdiepingsfase
1 PROJECTFORMULIER het beste idee BOL Niv.3/4 verdiepingsfase De schriftelijke voorbereiding het idee (gezamenlijk + ) niv 3 & 4 Competentie Beoordelingscriteria Product O V G 1.1 inventariseert de situatie
Nadere informatieGehandicaptenzorg, woonbegeleiding, activiteitenbegeleiding, zorgcoördinatie.
Specificaties Medewerker maatschappelijke zorg Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Kwaliteitszorg voor MZ Cursus Gehandicaptenzorg, woonbegeleiding, activiteitenbegeleiding, zorgcoördinatie. Een presentatie
Nadere informatiePROJECTHANDLEIDING IN GESPREK
PROJECTHANDLEIDING IN GESPREK PW 3/4 Kerntaak 1: opstellen van een activiteitenprogramma en een plan van aanpak Werkproces: 1.1 Inventariseert de situatie en wensen van het kind/de jongere 1.2 Maakt een
Nadere informatieInzoomen op de cliënt en zijn omgeving
Beoordelingseenheid B Proeve van Bekwaamheid Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving Crebonummer: 92661 en 92662 Opleiding Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen
Nadere informatieSpecificaties. Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang. Peuterplusactiviteiten. Kinderopvang, peuterspeelzaal
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Peuterplusactiviteiten Project Kinderopvang, peuterspeelzaal Een vernieuwd activiteitenprogramma dat de ontwikkeling
Nadere informatiebasis-cv, gericht cv, profielschets, open sollicitatiebrief, gerichte sollicitatiebrief, sollicitatiegesprek en netwerkgesprek.
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Niveau: 3 KD: Pedagogisch werk 2012-2013 3.2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg T Instructies en procedures opvolgen Prestatie-indicatoren
Nadere informatieEen verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage.
Specificaties Medewerker maatschappelijke zorg Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Coachend begeleiden en sociaal activeren Cursus Gehandicaptenzorg, geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg,
Nadere informatieKD: Maatschappelijke Zorg 2012-2013 3. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
Specificaties Medewerker maatschappelijke zorg Titel: Soort: Werksituatie: Werken in een team: vergaderen en evalueren Training gehandicaptenzorg, ouderenzorg, geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke
Nadere informatieGoed voorbereid! Je onderzoekt of de twee activiteiten passen binnen het beleid van de instelling.
Goed voorbereid! Kerntaken en werkprocessen JZ en SCW Kerntaak 1: Opstellen van een plan van aanpak - Inventariseert de vraag naar SCW/JZ - Maakt een plan van aanpak voor projecten of activiteiten Kerntaak
Nadere informatieWorkshops en Praktijkopdrachten Periode 1 Schooljaar 2015-2016 Opleiding: Maatschappelijke Zorg Groep: HWEMZO3V, niveau 4
Workshops en Praktijkopdrachten Periode 1 Schooljaar 2015-2016 Opleiding: Maatschappelijke Zorg Groep: HWEMZO3V, niveau 4 Workshop 1: Ouderenzorg Werkproces: 1.1, 1.2, 2.1, 2.2, 2.3, 2.4, 2.6, 3.1, 3.6
Nadere informatieHandleiding Activiteitenmethodiek Maatschappelijke Zorg Periode 2, 2015-2016
Handleiding Activiteitenmethodiek Maatschappelijke Zorg Periode 2, 2015-2016 KD Maatschappelijke Zorg Werkproces 2.3: Ondersteunt de cliënt bij dagbesteding. Je ondersteunt de cliënt bij het realiseren
Nadere informatieSTAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE
STAGEVERSLAG VMBO LEERLING INSTRUCTIE Naam: Klas: Bedrijf: Stageperiode: Maak een inhoudsopgave zoals hieronder is afgebeeld. Indien nodig je eigen onderdelen tussen voegen en uiteindelijk de inhoudsopgave
Nadere informatieSpecificaties. Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang. Basiscompetenties in de kinderopvang
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Soort: Werksituatie: Beroepsproduct: Niveau: 3 Basiscompetenties in de kinderopvang Cursus Kinderopvang Fotoserie met een mondelinge toelichting
Nadere informatieHandleiding Palliatieve Zorg
BOL-MZ Handleiding Palliatieve Zorg Werkprocessen: 3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.3 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen 1.1 Inventariseren van de
Nadere informatieKerntaak 1 Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning. STER opdracht: helpen bij een creatieve activiteit
werkplanning Werkproces 1.5 Ondersteunt bij (sociale) activiteiten STER opdracht: helpen bij een creatieve activiteit Als je in zorg of welzijn werkt, krijg je te maken met het helpen bij creatieve activiteiten.
Nadere informatieOPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Startbekwaam
OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT Uitvoeren van groepsactiviteiten met zorgvragers (Verpleeg- en verzorgingshuiszorg & thuiszorg) Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten
Nadere informatieOPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E
OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E Albeda college Branche gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Cohort: 2009-2010 Versie: 3 Fase: Gevorderd 1 Naam Student:.
Nadere informatieALGEMENE INSTRUCTIE EXAMINERING BEROEPSOPDRACHT A (BOL)
ALGEMENE INSTRUCTIE EXAMINERING BEROEPSOPDRACHT A (BOL) VOOR STUDENTEN EN BEOORDELAARS Datum: AUG 2015 Crebo 95 ALGEMENE INLEIDING Elke beroepstaak bestaat uit een aantal beroepsopdrachten dat de student
Nadere informatiePRAKTIJKKAART Pedagogisch Werker niveau 4 jeugdzorg Verdiepingsfase Kwalificatiedossier 2011
PRAKTIJKKAART Pedagogisch Werker niveau 4 jeugdzorg Verdiepingsfase 2014-2016 Kwalificatiedossier 2011 De praktijkkaart is een pakket praktijkopdrachten. De opdrachten moeten gedurende de verdiepingsfase
Nadere informatieWORKSHOP 1: Anatomie Werkproces: 2.1, 2.6
Workshops en Praktijkopdrachten Periode 1 Schooljaar 2015-2016 Opleiding: Maatschappelijke Zorg Groep: HWEMZO4P, niveau 4 WORKSHOP 1: Anatomie Werkproces: 2.1, 2.6 In je werk zal je mogelijk soms, in meer
Nadere informatieOPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID
OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID Beleid is alleen nodig als je iets gaat veranderen. INLEIDING Het beleid van een organisatie bepaalt hoe je moet werken en wat de bestuurders belangrijk vinden. Dat beleid
Nadere informatieOmgaan met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit in de kinderopvang
>Specificaties Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Omgaan met lichamelijkheid, intimiteit en seksualiteit in de kinderopvang Cursus Als pedagogisch medewerker ben je verantwoordelijk voor het welzijn
Nadere informatieVerzamelformulier beroepsgerichte examens
Consortium Beroepsonderwijs www.consortiumbo.nl Verzamelformulier beroepsgerichte examens KD: Pedagogisch Werk Datum uitgifte KD: Crebonummer KD: 23183 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Crebonummer kwalificatie:
Nadere informatieZelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W
Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument
Nadere informatieWaarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2
Waarom stage? Regels stage Interview 1+2 Stage eindverslag 1+2 Naam Klas Mentor Waar loop jij stage? Naam 1 e stagebedrijf Adres Telefoon Stagebegeleider Startdatum stage Einddatum stage Aantal stagedagen
Nadere informatieInformatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Pedagogisch Werk
Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure Pedagogisch Werk Kwalificatie: Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Crebonummer: 92620 Niveau: 3 Geldig vanaf: 1 augustus 2012 Deel A: Beeld van de
Nadere informatieFormeel en informeel. Formeel: Je gebruikt u om iemand aan te spreken. Je noemt iemand bij zijn achternaam.
Formeel en informeel Tijdens je stage praat je veel met mensen. Soms is het een officieel gesprek, soms een gezellig praatje met een collega. Dit noem je formele en informele gesprekken. Formeel betekent
Nadere informatieSECTORWERKSTUK 2013-2014
SECTORWERKSTUK 2013-2014 1 HET SECTORWERKSTUK Het sectorwerkstuk is een verplicht onderdeel voor alle leerlingen uit het Mavo. Het maken van een sectorwerkstuk is een manier waarop je, als eindexamenkandidaat,
Nadere informatiePRAKTIJKOPDRACHT 3 DE VRAAG SIGNALEREN
PRAKTIJKOPDRACHT 3 DE VRAAG SIGNALEREN SOCIAAL WERK Opdracht 3: DE VRAAG SIGNALEREN Sociaal werk Student: Studentennummer: Klas: Stagebegeleider: SLB er: KD Sociaal Werk Crebo 23185 Afname periode leerjaar
Nadere informatieSCW BOL 2 / 3. Project MY PLACE
SCW BOL 2 / 3 Project MY PLACE DE KERNTAKEN, WERKPROCESSEN EN COMPETENTIES MET BETREKKING TOT HET BEROEP VAN SOCIAAL CULTUREEL WERKER BEHORENDE BIJ DIT PROJECT: Kerntaak 2 Uitvoeren van projecten en activiteiten
Nadere informatieProfessioneel communiceren: belangrijk onderdeel van dit boek en deze lessen DENK NA: WAAR KAN JE ALS JURIDICH MEDEWERKER TERECHTKOMEN?
Hoofdstuk 1 Leerdoelen pg 17 Link tussen leerdoelen en toets stof 1.1 Juridisch medewerker Algemene vaardigheden besproken: Op de hoogte zijn (kennis) Informatie op papier kunnen zetten Goed kunnen lezen
Nadere informatiePedagogisch medewerker 3 kinderopvang. 2 Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de jongere
Specificaties Pedagogisch medewerker 3 kinderopvang Titel: Soort: Werksituatie: Beroepsproduct: Religies in de wijk Project Kinderdagverblijf, bso Informatiemap, presentatie Niveau: 3 KD: Pedagogisch werker
Nadere informatieSectorwerkstuk 2012-2013
Sectorwerkstuk 2012-2013 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------
Nadere informatieDocentenexemplaar. Verzamelformulier beroepsgerichte examens. Beoordeling O V G. Consortium Beroepsonderwijs
Consortium Beroepsonderwijs www.consortiumbo.nl Verzamelformulier beroepsgerichte examens Kwalificatiedossier (KD): Pedagogisch Werk Datum uitgifte KD: oktober 2015 Crebonummer KD: 23183 Cohort: 2016 ev
Nadere informatieBPV-praktijkboek. Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent
BPV-praktijkboek Arbeidsmarktgekwalificeerd assistent Crebocode 90440, dossier 2013-2014 Bedrijfsnaam :. Naam Student : Cohort :.. Wat is een BPV werkboek Dit BPV werkboek maakt onderdeel uit van de Opleiding
Nadere informatieHandleiding Gesprekstechnieken BBL-CombiCare Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg
Handleiding Gesprekstechnieken BBL-CombiCare Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg Medewerker Maatschappelijke Zorg: Werkproces 1.1: Inventariseert de hulpvraag van de cliënt. De medewerker maatschappelijke
Nadere informatie3. Handleiding bij de peuter-estafette
3. Handleiding bij de peuter-estafette Voor leidinggevenden en pedagogisch medewerkers peuterspeelzaal en kinderdagverblijf Een goede overdracht waarborgt de doorgaande ontwikkeling van de peuter. Bij
Nadere informatieSectorwerkstuk 2010-2011
Sectorwerkstuk 2010-2011 Namen: ---------------------------------------------------------------------------------------- Klas: -------------------- Sector: --------------------------------------------
Nadere informatieProeve van Bekwaamheid. Onderzoeken en presenteren. Crebonummer 93500. Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Proeve van Bekwaamheid Onderzoeken en presenteren Crebonummer 93500 Opleiding Onderwijsassistent Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE Kwalificatiedossier 2012-2013 Inhoudsopgave Inleiding
Nadere informatieReflectiegesprekken met kinderen
Reflectiegesprekken met kinderen Hierbij een samenvatting van allerlei soorten vragen die je kunt stellen bij het voeren van (reflectie)gesprekken met kinderen. 1. Van gesloten vragen naar open vragen
Nadere informatie2: vergaderen VASTE VOORZITTER EN NOTULIST
2: vergaderen Als je lid bent van een studentenraad, vergader je vaak. Je hebt vergaderen met de studentenraad, maar ook vergaderingen met het College van Bestuur en de Ondernemingsraad (OR). Gemiddeld
Nadere informatieInhoud. Werken met de BPV-opdrachten 3 Routeplanner 5 Aftekenlijst 7
BPV PM3KO Inhoud Werken met de BPV-opdrachten 3 Routeplanner 5 Aftekenlijst 7 1. De situatie en wensen van het kind/de jongere inventariseren 8 2. Een activiteitenprogramma opstellen 14 3. Een plan van
Nadere informatiePraktijkkaart basisfase SAW Jeugdzorg
Praktijkkaart basisfase SAW Jeugdzorg 4 2014-2015 Instructie voor de praktijk: Allereerst danken wij u hartelijk voor de begeleiding van onze student. De stageperiode is voor de student een belangrijke,
Nadere informatieWat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk?
Wat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk? Verantwoordelijkheid. Ja, ook heel belangrijk voor school!!! Het lijkt veel op zelfstandigheid, maar toch is het net iets anders. Verantwoordelijkheid
Nadere informatieSpecificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Titel: Muzisch-creatieve vorming deel 2
Specificaties Medewerker maatschappelijke zorg Titel: Muzisch-creatieve vorming deel 2 Soort: Werksituatie: Eindproduct: Niveau: 3 Training Muzisch-creatieve activiteiten kunnen op allerlei plaatsen in
Nadere informatieBeroepsopdracht Beroepstaak B Startbekwaam
Beroepsopdracht Beroepstaak B Startbekwaam Toelichting: Deze beroepsopdracht is om te leren, vraag feedback met behulp van het feedbackformulier. NB. Beroepstaak B heeft 2 niveaus! En dan wordt het gezellig.!
Nadere informatieSpecificaties. Pedagogisch medewerker 4 jeugdzorg. Creëer een veilig seksueel klimaat. Werksituatie:
Specificaties Pedagogisch medewerker 4 jeugdzorg Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Creëer een veilig seksueel klimaat Cursus PWJ Voorlichtingsprogramma voor een specifieke doelgroep Niveau: 4 KD:
Nadere informatieOPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT
OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT (Thuiszorg) Beroepstaak B Helpen bij de persoonlijke zorg/ ADL Niveau Startbekwaam Toets beroepstaak B Helpende startbekwaam Thuiszorg 08-2011 Beroepsopdracht
Nadere informatieBeroepsopdracht Beroepstaak C Helpende Gevorderd niveau
Beroepsopdracht Beroepstaak C Helpende Gevorderd niveau Toelichting: Deze beroepsopdracht is om te leren, vraag feedback met behulp van het feedbackformulier. NB. Beroepstaak C heeft 2 niveaus! Uitvoeren
Nadere informatieOpdracht Klachten, en wat nu?
Al doe je nog zo je best, het kan gebeuren dat een zorgvrager of ouders niet tevreden zijn en met een klacht bij jou komen. Hoe ga je daarmee om? Opdracht Klachten, en wat nu? Wat ga je laten zien? Je
Nadere informatieVoorleesExpress. Samen met ouders aan de slag. Praktische tips
VoorleesExpress Samen met ouders aan de slag Praktische tips Samen met ouders aan de slag Ouders betrekken bij het voorlezen Je gaat straks via de VoorleesExpress twintig weken voorlezen bij een of meerdere
Nadere informatieGelderland. Dit is een uitgave van de samenwerkingsverbanden. Gelderland en Oost-Overijssel/Twente en is mede mogelijk gemaakt door BKK.
samenwerkingsverband kinderopvang beroepsonderwijs Gelderland Colofon Februari 2014 Dit is een uitgave van de samenwerkingsverbanden Kinderopvang-Beroepsonderwijs Gelderland en Oost-Overijssel/Twente en
Nadere informatiemaandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING...
maandag 11 mei inleveren! STAGE BOEK 2015 VAN.AFDELING... 1 Gegevens leerling Naam Adres Postcode Woonplaats Geboortedatum Telefoon Afdeling/leerweg Gegevens school Naam Schoolbegeleider Adres Plaats Telefoon
Nadere informatieOPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG
OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER SPECIFIEKE DOELGROEPEN OPLEIDING PERSOONLIJK BEGELEIDER GEHANDICAPTENZORG BPV WERKBOEK, LEERJAAR 1 BOL SCHOOLJAAR 2015-2016 Summacollege Cluster Welzijn, Cultuur & Onderwijs
Nadere informatieVoor de paboopleider. Werkvorm 9: voor de opleider (1) Reageren op discriminatie
Werkvorm 9: voor de opleider (1) Hoe kun je reageren op discriminatie op school? Iedereen in het onderwijs krijgt er vroeg of laat mee te maken: vooroordelen en discriminatie. Het is zaak om hier goed
Nadere informatieDocument vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4. Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2:
Document vertellen en presenteren voor de groepen 1, 2, 3 en 4 Doelen van vertellen en presenteren in groep 1 en 2: Leerlingen raken vertrouwd met het presenteren voor een groep Leerlingen raken vertrouwd
Nadere informatieOPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT
OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT Helpen waar het nodig is! (Thuiszorg) Beroepstaak B Helpen bij de persoonlijke zorg/ ADL Niveau Beginner Toets beroepstaak B beginner Helpende Thuiszorg
Nadere informatieGESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:
AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG: - Kun je een verzorgde brief schrijven. - Kun je op een juiste manier werkwoorden vervoegen. - Schrijf je op een juiste manier in meervoud. - Gebruik je hoofdletters op een
Nadere informatieHet observatieplan. 1 Inleiding
DC 23 Het observatieplan 1 Inleiding bserveren kan je helpen bij het oplossen van problemen van een cliënt of in een groep. Het helpt je om juiste beslissingen te nemen. bserveren doe je niet zomaar. Je
Nadere informatieCreatief en flexibel toepassen van Triplep. Maarten Vos Doe, laat zien, lach, oefen en geef applaus
Creatief en flexibel toepassen van Triplep Maarten Vos Doe, laat zien, lach, oefen en geef applaus Programma Overzicht Kennismaking Persoonlijke werving van ouders Een goede relatie opbouwen met de ouders
Nadere informatieSTAGEBOEKJE 2016 / 2017
STAGEBOEKJE 2016 / 2017 Naam: Klas: Bedrijf / Instelling: 1 Dit stageboekje is voor jou gemaakt. Aan de hand van een logboek en een aantal opdrachten hopen we dat je zoveel mogelijk van je stage kunt leren.
Nadere informatieT: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering
VOORTGANGSRAPPORTAGE Onderwijsassistent BOL leerjaar 2 in 2011-2012 Verdiepingsfase OAS praktijk 2011-2013 volgens het Kwalificatiedossier 2010. naam: klas: Loopbaanbegeleider: 1= startniveau 2=aardig
Nadere informatieHet Sectorwerkstuk 2015-2016
Het Sectorwerkstuk 2015-2016 Inhoud Inleiding... 3 Het Sectorwerkstuk... 4 De opbouw... 4 De voorbereiding... 5 Het onderzoek... 6 De verwerking... 7 De presentatie... 7 Het filmpje... 7 Het werkstuk...
Nadere informatieOntdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek
Ontdek de Bibliotheek Ontdek de Bibliotheek Ontdek de Bibliotheek Welkom in de bibliotheek. Je gaat op ontdekking in de bibliotheek. Hierbij doe je een onderzoek naar verschillende soorten media; zoals
Nadere informatieCommunicatie op de werkvloer
Communicatie op de werkvloer Voor een goede communicatie op de werkvloer is het noodzakelijk dat we letterlijk dezelfde taal spreken. Een goede kennis van het vakjargon is dan ook erg belangrijk. Net zo
Nadere informatieCP9. In gesprek over de toekomst
CP9 In gesprek over de toekomst Na het voortgezet onderwijs kiest uw kind welk vak hij wil gaan leren en welke opleiding hij wil gaan volgen. Hij maakt een beroepskeuze. Een decaan of studiebegeleider
Nadere informatiePedagogisch beleidsplan
Pedagogisch beleidsplan Auteur: Ingeborg van der Zanden Bartels Datum: 05 januari 2015 Plaats: Kerkdriel Versie: 0.1 Pedagogisch beleidsplan BSO VillaDriel 12 april 2015 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding...
Nadere informatiePraktijkopdracht. Instructie student. Kwalificerend. Ondernemer horeca/bakkerij Meewerkend horeca ondernemer. Uitstroom : Meewerkend horeca ondernemer
Praktijkopdracht Kwalificerend Instructie student Ondernemer horeca/bakkerij Meewerkend horeca ondernemer Uitstroom : Meewerkend horeca ondernemer Niveau : 4 Crebonr. : 25185 Kerntaak : B1-K2 Dossier :
Nadere informatieMentor!Wat nu? Danique Voorthuijzen Jaar 4
Mentor!Wat nu? Danique Voorthuijzen Jaar 4 Inleiding Deze Ptaak is geschreven om meer te weten te komen over het mentor zijn: welke taken komen er bij kijken en hoe voer je eigenlijk een gesprek met leerling
Nadere informatieBeroepstaak C Helpende Startbekwaam niveau
Beroepsopdracht Beroepstaak C Helpende Startbekwaam niveau Toelichting: Deze beroepsopdracht is om te leren, vraag feedback met behulp van het feedbackformulier. NB. Beroepstaak C heeft 2 niveaus! Uitvoeren
Nadere informatieKwaliteitszorg. Test jezelf.
Kwaliteitszorg. Test jezelf. Pagina 1 Weet jij hoe je je deskundigheid of die van je collega s kunt bevorderen of professionaliseren? Kun je goed samenwerken? Kun je kwaliteitszorg leveren? Doe de testjes
Nadere informatieKerntaak 3 opleiding doktersassistent: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
Proeve van bekwaamheid Kerntaak 3 opleiding doktersassistent: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken Ter beoordeling van de werkprocessen 3.1, 3.2, 3.3 en 3.4 worden (onderzoeks)opdrachten
Nadere informatie1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving
Pedagogisch Beleidsplan 1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving Een veilige en vertrouwde omgeving is de basis van waaruit een kind zich kan gaan ontwikkelen. Het is dus belangrijk dat
Nadere informatie3.1 Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.6 Evalueert de geboden ondersteuning
Specificaties Medewerker Maatschappelijke zorg Titel: Soort: Werksituatie: Eindproduct: Onderzoeksvaardigheden Training In elk werkgebied kan onderzoek plaatsvinden. Voorbeelden: onderzoek naar het welzijn
Nadere informatie