Haalbaarheidsverkenning geïntegreerd kindcentrum Leens. januari 2014

Transcriptie

1 Haalbaarheidsverkenning geïntegreerd kindcentrum Leens januari 2014

2 Haalbaarheidsverkenning geïntegreerd kindcentrum Leens Eindrapportage Maarten Noordhoff Hennie van Beek januari 2014 Sterremuurweg AT Haren info@hennievanbeek.nl 2

3 3

4 Inhoudsopgave 1. AANLEIDING EN AANPAK 4 2. VISIE DOCUMENT SCHOOLBESTUREN 7 4. LOCATIES COMMUNICATIE VERVOLG 13 Bijlagen: Visie document schoolbesturen over samenwerking Verkenning programma van eisen scholen, leerling-prognoses Verkenning potentiële locaties, scenario's en concept uitvraag Communicatieplan Hand-out PowerPoint informatieve raadsbijeenkomst Bronnen en bronvermeldingen: IHP De Marne Toekomstscenario s scholenspreiding Noord Groningen Een verkenning in opdracht van stichting Lauwers & Eems en VCPO Noord-Groningen december

5 1. Aanleiding en aanpak De gemeenteraad van de gemeente De Marne heeft op 23 april 2013 het Integraal Huisvestingsplan (IHP) vastgesteld. Onderdeel van het IHP is de ambitie om in Leens een geïntegreerd kindcentrum te realiseren waarin de Openbare basisschool Lydinge en Christelijke basisschool De Regenboog, de peuterspeelzaal Bruintje Beer en waar mogelijk kinderopvang/bso onderdak krijgen en intensief zullen gaan samenwerken. De Gereformeerde basisschool De Handpalm heeft uiteindelijk aangegeven niet bij deze plannen betrokken te willen worden. In deze notitie treft u de eerste uitkomst aan betreffende de verkenning naar de haalbaarheid van een geïntegreerd kindcentrum in Leens. De gemeente De Marne neemt haar verantwoording als het gaat om het realiseren van goede huisvesting voor het primair basisonderwijs en de peuterspeelzaal in Leens. Op haar beurt zijn de schoolbesturen verantwoordelijk voor het bieden van kwalitatief goed onderwijs. De schoolbesturen VCPO Noord-Groningen en Lauwers & Eems hebben recent gezamenlijk toekomstscenario s over de scholenspreiding in Noord Groningen laten opstellen. Deze toekomstscenario s, ook wel verkenning genoemd, biedt goede aanknopingspunten voor het in gezamenlijkheid met de gemeente realiseren van een geïntegreerd kindcentrum. Deze haalbaarheidsverkenning is gebaseerd op de ambitie om in Leens een geïntegreerd kindcentrum te realiseren. Het proces om te komen tot de verkenning van de beide schoolbesturen ondersteunt de ambitie van het IHP volledig. Om een goede start te kunnen maken is er voor gekozen om eerst haalbaarheid van de basis van het te ontwikkelen geïntegreerd kindcentrum, de beide scholen, helder te krijgen. Het resultaat hiervan is te vinden in het door hen samen opgestelde visiedocument. In een volgende stap zal de peuterspeelzaal betrokken worden; het zogenoemde zwaan kleef aan principe. Ook wordt in deze stap verkend om andere ondersteunende functies te laten aansluiten zoals bijvoorbeeld kinderopvang. De feitelijke aansturing heeft plaatsgevonden door een stuurgroep waarin wethouder Harm Evert Waalkens en vertegenwoordigers van bovengenoemde schoolbesturen zitting hadden. Deze stuurgroep is een drietal keren bijeen geweest in respectievelijk november, december en januari. Ten behoeve van deze haalbaarheidsverkenning heeft de stuurgroep de volgende verkenningen laten uitvoeren: - Visiedocument schoolbesturen over samenwerking - Verkenning programma van eisen scholen - Verkenning potentiële locaties - Communicatieplan 5

6 De producten die ten behoeve hiervan zijn opgesteld zijn integraal als bijlage bij dit rapport gevoegd. In de volgende hoofdstukken worden kort de bevindingen per onderdeel geschetst. In hoofdstuk 6 zijn tot slot de te nemen vervolgstappen weergegeven. 6

7 2. Visiedocument schoolbesturen Na de vaststelling van het IHP in april 2013 hebben de gemeente en de schoolbesturen besproken hoe de realisatie van een geïntegreerd kindcentrum in Leens verder gebracht kan worden. Om focus te krijgen op wat deze ontwikkeling betekent voor de betreffende scholen hebben de beide schoolbesturen het visiedocument opgesteld. Dit visiedocument is meerdere malen in de stuurgroep besproken en wordt door alle partijen onderschreven als belangrijk basisdocument. Het zal als basis dienen voor de verdere samenwerking tussen de scholen en andere partijen en vormt het uitgangspunt voor het programma van eisen wat in samenspraak met de beide schoolteams, de peuterspeelzaal en mogelijk kinderopvang/bso, wordt opgesteld. Hieronder zijn enkele belangrijke punten uit dit visiedocument opgenomen. Het integrale document is in bijlage 1 bijgevoegd. - De school biedt meer dan alleen rekenen en taal. De school en het schoolgebouw bieden een uitdagende leeromgeving waar het voor kinderen van 0-12 jaar prettig toeven is. Waar geleerd en gespeeld kan worden. Waar aandacht is voor elkaar en voor de ontwikkeling van kinderen. Waar ook voor en na schooltijd aantrekkelijke activiteiten aangeboden worden. Het is een geïntegreerd kindcentrum waar kinderen van 0-12 jaar en van uur vijf dagen in de week terecht kunnen. - De scholen hebben elk een eigen cultuur en identiteit. Ook in de nieuwe situatie, in het geïntegreerde kindcentrum, is er ruimte voor eigen culturen en identiteiten. - Er is een groot gezamenlijk belang: het bieden van hoogwaardig en kwalitatief goed primair onderwijs aan de kinderen in Leens. Bij de nieuwbouw in Leens is het uitwisselen van kennis tussen de twee organisaties en het waar mogelijk bundelen van activiteiten van belang. Activiteiten die dit ondersteunen worden waar mogelijk samen ontwikkeld en passen binnen het gezamenlijk te ontwikkelen pedagogisch beleid zoals het samen afspreken van regels. Door samen gebruik te maken van voorzieningen kan er efficiënter gewerkt worden; dit komt de kwaliteit van het onderwijs ten goede. Het uitgangspunt hierbij is steeds samen waar het kan en apart waar het moet. - Een geïntegreerd kindcentrum kan ruimte bieden aan diverse onderwijsgerelateerde, onderwijsondersteunende en onderwijsversterkende functies zoals een peuterspeelzaal, buitenschoolse opvang, muziek, kunst en culturele en creatieve vorming, lezen (bibliotheek) en sporten. Met het verleggen van de jeugdzorg naar de gemeente kan ook de jeugdzorg gerelateerd aan het Centrum voor Jeugd en Gezin een plaats krijgen in het geïntegreerde kindcentrum. Van elk van deze activiteiten wordt onderzocht of deze zich lenen voor opname in het beoogde kindcentrum. Het geïntegreerd kindcentrum en de scholen anticiperen op Passend Onderwijs en Vervroegde Voorschoolse Educatie (VVE). Naast dit specifiek ten behoeve van de samenwerking in Leens opgestelde visiedocument hebben beide schoolbesturen samen toekomstscenario s voor de scholenspreiding in Noord Groningen opgesteld. Deze scenario s zijn opgesteld om antwoord te kunnen geven op de vraag: Hoe gaan we om met krimp in onze regio?. In de verkenning van de scenario s 7

8 wordt de schoolgrootte over 15 jaar geschetst. Dit sluit aan bij de uitgangspunten voor het op te stellen programma van eisen. Een vervolg op deze toekomstscenario s wordt door de beide schoolbesturen samen met hun achterban komend voorjaar verder uitgewerkt. Uiteindelijk trekken de beide schoolbesturen conclusies over het toekomstig perspectief van het primair onderwijs in Noord Groningen. De nu gestarte samenwerking in Leens, zoals uitgewerkt in het visiedocument, wordt hier in meegenomen. 8

9 3. Verkenning programma van eisen scholen Het visiedocument is het uitgangspunt geweest voor de verkenning van het programma van eisen van de scholen. In deze verkenning wordt in eerste instantie uitgegaan van het benodigde aantal vierkante meters voor de scholen. In een volgend stadium wordt het programma van eisen van de peuterspeelzaal op basis van vierkante meters toegevoegd. Tot slot wordt geïnventariseerd welke functionaliteiten nog meer zijn op te nemen in het geïntegreerd kindcentrum. In het IHP is geld gereserveerd voor de realisatie van nieuwbouw voor de beide scholen en de peuterspeelzaal. Wanneer andere functionaliteiten worden toegevoegd gebeurt dit kostendekkend. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een verordening met normgetallen opgesteld omtrent de bouw van schoolgebouwen. Deze normen zeggen iets over het aantal noodzakelijke vierkante meters schoolgebouw per kind en per schoolorganisatie. Ook zijn er normen opgesteld over het aantal groepen bij welk kinderaantal en eventuele extra groepen/lokalen als bijvoorbeeld een speellokaal en is er een normbedrag per te realiseren vierkante meter schoolgebouw opgenomen. Voor het bepalen van het programma van eisen is samengewerkt met de bouwkundig adviseurs van de beide schoolbesturen. De noodzakelijke schoolomvang is gebaseerd op de leerling-prognose. Hiertoe zijn de meest recente leerling-prognoses van december 2013 gebruikt. De volledige prognoses zijn in bijlage 2 bijgevoegd. Voor de beide scholen geeft dit het volgende beeld voor de nieuwbouwopgave. Hierbij is gebruik gemaakt van de kengetallen zoals die in 2013 gelden voor scholenbouw. Peiljaar: 2029 Aantal kinderen: 125 (dieptepunt leerlingaantal is in 2017) Aantal klaslokalen: 7 Overige ruimtes: Speellokaal, gezamenlijke ruimte Totaal oppervlak (bvo*): 1028 m2 Bouwbudget (norm): ,- (inclusief BTW, 2013) *bruto vloer oppervlak In de stuurgroep is besproken hoe met de prognose en kengetallen omgegaan dient te worden. Het beeld bestaat dat met een 7-klassige school met een omvang van ruim 1000 m2 in Leens een robuuste voorziening gerealiseerd kan worden welke ook in kan springen op eventuele onvoorziene veranderingen in leerlingaantallen (het blijven immers prognoses waarmee gewerkt wordt). In de stuurgroep is ook gesproken over de vraag of de samenwerking niet tot een kleiner gebouw kan leiden. Hierover is besproken dat de feitelijke situatie is dat er sprake is van twee scholen, Lydinge en De Regenboog. Verder is het zo dat samenwerking ook ruimte vraagt. Zo is het van belang over de mogelijkheid te beschikken dat de beide scholen in zijn geheel samen bijeenkomsten kunnen organiseren en houden. Ook voorziet de normering in 9

10 extra onderwijsruimtes voor een schoolgebouw vanaf 5 klaslokalen. Een 7 klassige school met een gelijk aantal leerlingen zal dan ook ongeveer dezelfde omvang hebben. Een ander aspect betreft de bouwkosten. Het zal duidelijk zijn dat het bouwen van 2 kleine scholen op twee locaties kostbaarder is dan samen op één locatie. Voor kleine scholen blijkt in de praktijk dan ook dat de normbedragen vaak onvoldoende zijn. Gelet op de omvang van het bouwproject is sprake van een gebouw van een dusdanige omvang dat de bouwadviseurs van de scholen de normbouwbedragen als realistisch en bruikbaar beoordelen. Het door de scholen ingeschatte kale bouwbudget zal verhoogd worden met de kosten voor de bouw van accommodatie voor de peuterspeelzaal. Daarboven komen afhankelijk van de locatie kosten als aankoop grond, eventuele sloop, een eventuele tijdelijk voorziening voor de bestaande scholen, infrastructurele aanpassingen (bijvoorbeeld een smok- en vortzone) e.d.. In het IHP is een totaal budget gereserveerd van ,-. Indien er overige of commerciële functies onderdak in het centrum krijgen dan zullen de faciliteiten hiervoor kostendekkend gefinancierd dienen te worden. Een belangrijk aspect bij het verder invullen van het programma van eisen tot een functioneel programma van eisen en de uiteindelijke keuze van de architect is rekening te houden met maximale flexibiliteit. Het te realiseren gebouw dient toekomstbestendig te zijn en moet kunnen anticiperen op schommelingen in leerlingaantallen, bijbehorende schoolgroottes en overige functionaliteiten. 10

11 4. Locaties In overleg met de ambtelijke organisatie zijn 5 locaties in het dorp Leens als potentiele locatie voor het te realiseren kindcentrum benoemd en op criteria zoals o.a. huidig gebruik en bestemming, omvang locatie, ligging en beschikbaarheid beoordeeld. In bijlage 3 treft u dit overzicht aan. Op basis van deze inventarisatie zijn door de stuurgroep drie locaties als zeer voorlopig aangewezen ten behoeve van nadere studie. Dit zijn de locaties: - De Regenboog - Oude Lydinge - Gemeentehuis De stuurgroep heeft voor deze drie locaties gevraagd een inschatting te maken van het tijdpad dat met de (her-)ontwikkeling gemoeid zal zijn. In bijlage 3 treft u de hiertoe opgestelde scenario s integraal aan. Op basis van de opgestelde scenario s kan geconcludeerd worden dat voor de locaties oud Lydinge en De Regenboog de meest optimistische uitkomst is dat de school in augustus 2016 in gebruik genomen kan worden en dat dit bij de locatie gemeentehuis mogelijk een jaar eerder zou kunnen. Duidelijk is dat de scenario s nogal verschillende consequenties hebben. Zo zal bij het bouwen van het geïntegreerd kindcentrum op de locatie van De Regenboog tijdelijke huisvesting gerealiseerd dienen te worden. Op de locatie oude Lydinge zal de door Woningstichting Wierden en Borgen voorziene planontwikkeling aangepast dienen te worden en de locatie gemeentehuis roept niet alleen vragen op omtrent mogelijkheden en onmogelijkheden van hergebruik, maar ook vragen over het verdere toekomstige gebruik van het gemeentehuis als gemeentehuis. De stuurgroep is op basis van deze eerste verkenningen tot de conclusie gekomen dat voor deze drie locaties een nadere ruimtelijke en financiële verkenning opgesteld dient te worden om tot een volwaardige afweging te kunnen komen. In overleg met o.a. de beide scholen zal een definitieve bepaling van de te onderzoeken locaties gemaakt worden. De concept uitvraag is in bijlage 3 bijgevoegd. In deze uitvraag wordt onder andere gevraagd om voor de locaties de capaciteit te geven die ruimtelijk geaccommodeerd kan worden. Op deze wijze wordt een doorkijk verkregen naar eventuele toekomstige mogelijkheden bij verdergaande centralisatie. 11

12 5. Communicatie en organisatie van het vervolg Het geïntegreerd kindcentrum wordt gerealiseerd voor kinderen 0-12 jaar uit Leens. In het gebouw worden de basisscholen De Regenboog en Lydinge en peuterspeelzaal Bruintje Beer gehuisvest. De kans bestaat dat ook andere organisaties aansluiten in het geïntegreerd kindcentrum. Om het gebouw maximaal te kunnen ontwikkelen en na realisatie optimaal te kunnen benutten is goede communicatie vanaf heden tussen alle betrokken partijen van groot belang. De beide schoolbesturen hebben met het maken van hun visiedocument hiertoe de eerste aanzet gegeven. Naast de stuurgroep met ambtelijke voorbereidingsgroep zal er een projectgroep geformeerd worden met hierin een afvaardiging van de teams van de beide scholen en de peuterspeelzaal welke worden ondersteund door de bouwkundig adviseurs van de beide schoolbesturen. Door de projectgroep worden tal van zaken uitgewerkt die leiden tot een definitief Programma van Eisen, wordt de architectkeuze voorbereid en de locatiekeuze beoordeeld. De projectgroep adviseert vervolgens de stuurgroep waarop de stuurgroep afwegingen maakt en besluiten neemt die weer aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Binnen de scholen en de peuterspeelzaal functioneren klankbordgroepen. Deze klankbordgroepen zijn geformeerd uit leerkrachten en ouders. Uiteindelijk zullen deze klankbordgroepen als één klankbordgroep gaan functioneren. De projectgroep betrekt de klankbordgroep(en) bij de diverse hierboven genoemde zaken en streeft maximale communicatiemomenten en inspraak na. Op basis van bovenstaande wordt aan het begin van het vervolgtraject een communicatieschema met alle betrokken partijen en beslispunten in tijd uiteengezet. Een belangrijk onderdeel van dit schema vormen de contactmomenten met de gemeenteraad. 12

13 6. Vervolg Geconcludeerd kan worden dat met de opstelling van beide schoolbesturen en de gemeente de realisatie van een geïntegreerd kindcentrum in Leens een stap dichter bij is gekomen. Binnen de door de gemeenteraad geschetste kaders worden de volgende vervolgstappen voorzien: - Uitwerken communicatietraject, betrekken/contracteren partijen - Uitwerken verkenning locaties/locatieonderzoek - Ontwikkelen definitief Programma van Eisen en uitwerken in een Functioneel Programma van Eisen - Financiële consequenties Deze vervolgstappen zouden eind 2014 moeten leiden tot een definitief plan (locatie en PVE) waarover de gemeenteraad een besluit zal kunnen nemen. 13

14 Bijlagen Bijlage 1 Visie document schoolbesturen over samenwerking Visiedocument Kansen voor een geïntegreerd kindcentrum in Leens gezamenlijk document van de schoolbesturen: Lauwers & Eems VCPO Noord-Groningen Januari

15 Inleiding Deze notitie is opgesteld door de besturen van het VCPO-Noord-Groningen en Lauwers & Eems en bevat uitgangspunten om het primair onderwijs in Leens vorm te geven. De inzet is het optimaal benutten van de kans die er is om een geïntegreerd kindcentrum te realiseren in Leens waar de Lydinge en De Regenboog onderdak krijgen. Vertrekpunten Bij het onderzoeken van deze kans is er een aantal vertrekpunten: - De school biedt meer dan alleen rekenen en taal. De school en het schoolgebouw bieden een uitdagende leeromgeving waar het voor kinderen van 0-12 jaar prettig toeven is. Waar geleerd en gespeeld kan worden. Waar aandacht is voor elkaar en voor de ontwikkeling van kinderen. Waar ook voor en na schooltijd aantrekkelijke activiteiten aangeboden worden. Het is een geïntegreerd kindcentrum waar kinderen van 0-12 jaar en van uur vijf dagen in de week terecht kunnen. - De scholen hebben elk een eigen cultuur en identiteit. Ook in de nieuwe situatie, in het geïntegreerde kindcentrum, is er ruimte voor eigen culturen en identiteiten. De partijen Lauwers & Eems: Schoolbestuur Lauwers & Eems (Noord Groningen) is het bevoegd gezag van 21 basisscholen en 1 school voor voortgezet onderwijs met 3 vestigingen. Lauwers & Eems verzorgt het openbaar onderwijs in de gemeenten De Marne, Winsum en Eemsmond en is eveneens verantwoordelijk voor de Neutrale Bijzondere school te Uithuizermeeden. De scholen verschillen in grootte, situering, leerling-populatie, historie en onderwijsconcept. Verschillen tussen scholen mogen. Sterker nog: L&E stimuleert dat de scholen een eigen profiel hebben of dit ontwikkelen. Tegelijkertijd trekken de scholen samen op en bundelen ze waar mogelijk de krachten. Het motto daarbij is: sterk door samenhang in verscheidenheid. VCPO Noord-Groningen: VCPO Noord-Groningen is een vereniging voor primair onderwijs die 14 scholen beheert in Noord- Groningen. VCPO Noord-Groningen wil alle kinderen in de gemeenten Bedum, De Marne, Eemsmond en Winsum de kans bieden om christelijk onderwijs te volgen dat hen de ruimte biedt om het eigen leerproces te sturen en hun talenten binnen en buiten de school te ontwikkelen. De VCPO zet zich in voor veelzijdig, veilig en verantwoord onderwijs. De scholen van de vereniging hebben elk een eigen profiel en een eigen gezicht, maar maken wel levend onderdeel uit van de grotere lerende organisatie (het verenigingsverband) waarin het delen en vergroten van kennis en ervaring gestimuleerd wordt. Daarbij wordt gestreefd naar eenheid in verscheidenheid. De basisscholen zijn christelijk met een open karakter. Dat betekent dat ook kinderen met een andere achtergrond welkom zijn; hierbij wordt de bereidheid gevraagd om de christelijke uitgangspunten te respecteren. Samen waar het kan en apart waar het moet Er is een groot gezamenlijk belang: het bieden van hoogwaardig en kwalitatief goed primair onderwijs aan de kinderen in Leens. Bij de nieuwbouw in Leens is het uitwisselen van kennis tussen de twee organisaties en het waar mogelijk bundelen van activiteiten van belang. Activiteiten die dit ondersteunen worden waar mogelijk samen ontwikkeld en passen binnen het gezamenlijk te ontwikkelen pedagogisch beleid zoals het samen afspreken van regels. Door samen gebruik te maken van voorzieningen kan er efficiënter gewerkt worden; dit komt de kwaliteit van het onderwijs ten goede. Het uitgangspunt hierbij is steeds samen waar het kan en apart waar het moet. 15

16 Geïntegreerd kindcentrum: Van 0-12 jaar en van uur Een geïntegreerd kindcentrum kan ruimte bieden aan diverse onderwijsgerelateerde, onderwijsondersteunende en onderwijsversterkende functies zoals een peuterspeelzaal, buitenschoolse opvang, muziek, kunst en culturele en creatieve vorming, lezen (bibliotheek) en sporten. Met het verleggen van de jeugdzorg naar de gemeente kan ook de jeugdzorg gerelateerd aan het Centrum voor Jeugd en Gezin een plaats krijgen in het geïntegreerde kindcentrum. Van elk van deze activiteiten wordt onderzocht of deze zich lenen voor opname in het beoogde kindcentrum. Het geïntegreerd kindcentrum en de scholen anticiperen op Passend Onderwijs en Vervroegde Voorschoolse Educatie (VVE). Tijdpad De kans om een schoolgebouw te ontwikkelen doet zich nu voor en vraagt actief en participerend handelen van alle partijen. Het streven is dat partijen begin volgend jaar een principebesluit nemen op basis van een ruimtelijk PvE en een locatiestudie met daaraan de globaal geraamde kosten. Bij een positief besluit is het uitgangspunt dat het geïntegreerd kindcentrum zo spoedig mogelijk wordt gerealiseerd voor de leerlingen van de De Regenboog en de Lydinge in Leens. 16

17 Bijlage 2 Verkenning programma van eisen scholen, leerling-prognoses Samenwerken levert ruimte, samenwerken vraagt ruimte Betreft: Resultaten gesprek adviseurs huisvesting VCPO en L&E: Alexander Bleker en Wietze From aangaande PvE geïntegreerd kindcentrum Leens Datum: 8 januari 2014 Uitgangspunten: VNG-normen Peiljaar: 2029 (dieptepunt 2017) Aantal kinderen: 125 Aantal klaslokalen: 7 Overige ruimtes: Speellokaal, gezamenlijke ruimte Totaal oppervlak (bvo): 1028 m2 Bouwbudget: ,- (inclusief BTW, 2013) 17

18 18

19 19

20 Scenario s 3 scenario s De stuurgroep heeft de volgende 3 lokaties benoemd voor de brede school in Leens: - nr 1 locatie De Regenboog - nr 2 locatie oude Lydinge - en nr. 5 locatie gemeentehuis Op basis van deze 3 locaties zijn scenario s verkend wat deze locaties voor de planning kunnen betekenen. Uitgangspunt bij alle 3 de scenario s is dat minimaal het programma van een samenwerkende scholen de Regenboog en Lydinge gehuisvest kan worden (circa 115 kinderen, minimaal bebouwd oppervlak 775 m, locatie minimaal 2200 m2) en wordt aangegeven wat de perspectieven zijn om eventuele toekomstige groei te accommoderen indien dit ten behoeve van verdergaande concentratie gewenst zou zijn. Opgemerkt: dit zijn in tijd de snelst haalbare scenario s. Regenboog De locatie De oppervlakte van het terrein bedraagt 3700 m2 met een bouwblok van 1950 m2. Met deze oppervlakte zou de locatie potentieel een school van maximaal circa 200 leerlingen kunnen accommoderen. Het huidige schoolgebouw is technisch op en verouderd. De locatie heeft de bestemming maatschappelijke doeleinden. Stappen - Februari 2014 raadsbesluit - Februari t/m augustus 2014 uitwerking p.v.e. + bepalen aanbestedingsstrategie + procedure tijdelijke huisvesting Regenboog - September 2014 raadsbesluit p.v.e. - Oktober 2014 bouwvergunning, evt. wijziging bestemmingsplan, aanbesteding - Augustus 2014 t/m december 2014 aanbesteding (design + construct) - Augustus 2014 t/m december 2014 bouw tijdelijke huisvesting - December 2014 gunning - Januari 2015 start sloop Regenboog - Maart 2015 start nieuwbouw school - Augustus 2016 in gebruikname nieuwe school Kritische factoren - De tijdelijke huisvesting - Augustus 2014 definitieve omvang school - December 2014 gunning Oude Lydinge De locatie De oppervlakte van het terrein bedraagt 1540 m2 met een bouwblok van 750 m2. Het oude schoolgebouw is gesloopt. De locatie heeft de bestemming maatschappelijke doeleinden. De locatie is aan de kleine kant; achter de locatie liggen sociale huurwoningen van Wierden en Borgen welke op de nominatie staan om gesloopt te worden. Mogelijk is een aanpassing van de plannen die hiermee zijn mogelijk en kan zo de oppervlakte uitgebreid worden. 20

21 Stappen - December 2013 start locatieonderzoek - Februari 2014 raadsbesluit - Februari t/m augustus 2014 uitwerking p.v.e. + bepalen aanbestedingsstrategie + bespreking met woningbouwvereniging over aanpassen planvorming - September 2014 raadsbesluit p.v.e. - Oktober 2014 bouwvergunning, evt. wijziging bestemmingsplan, aanbesteding - Augustus 2014 t/m december 2014 aanbesteding (design + construct) - December 2014 gunning - Januari 2015 start nieuwbouw school - Augustus 2016 in gebruikname nieuwe school Kritische factoren - Overleg met corporatie over toekomst huurwoningen - Augustus 2014 definitieve omvang school - December 2014 gunning Gemeentehuis De locatie De oppervlakte van de locatie bedraagt circa 3900 m2, waarvan nu 2400 m2 bebouwd oppervlak. Het zou op deze locatie gaan om hergebruik van het bestaande gebouw. Mogelijk is er ook een mix van school en kantoorfuncties voor ambtenaren denkbaar. Ook is de optie denkbaar dat er een soort ingroei model in het gebouw gerealiseerd wordt. Maandag 9 december heeft er een oriënterend gesprek met de architect van het gemeentehuis plaatsgevonden. De inschatting is dat de noodzakelijke verdiepingshoogte voor klassikale leslokalen niet, of slechts door het maken van grote kosten te realiseren is. De gedachte is dat een nieuw te realiseren nevengebouw met enkel de noodzakelijke lokalen aangehaakt aan het gemeentehuis waarin alle ondersteunende functies een plek krijgen wel een kansrijk concept kan zijn. Met een dergelijk concept zou circa 50% van het te bouwen oppervlakte van de school in het gemeentehuis geaccommodeerd kunnen worden en 50% in het nieuw te realiseren nevengebouw. Dit concept is de moeite waard om nader onderzocht te worden. Stappen - December 2013 verkennend gesprek architect en locatieonderzoek - Februari 2014 raadsbesluit; start planologische procedure - Februari t/m augustus 2014 uitwerking p.v.e. + bepalen mogelijkheden gebouw + opstellen herhuisvestingsstrategie gemeentehuis - September 2014 raadsbesluit p.v.e. - Oktober 2014 bouwvergunning, evt. wijziging bestemmingsplan, aanbesteding en herhuisvestingsstrategie gemeentefuncties - Augustus 2014 t/m december 2014 aanbesteding - December 2014 gunning en uitplaatsing gemeentefuncties + afronding planologische procedure - Februari 2015 start verbouwing - Augustus 2015 in gebruikname nieuwe school Kritische factoren - Besluitvorming en herhuisvesting gemeentefuncties - Augustus 2014 definitieve omvang verbouwing voor school - December 2014 gunning 21

22 Concluderend De inschatting is dat voor wat betreft snelheid de twee locaties De Regenboog en locatie oude Lydinge niet van elkaar verschillen. In beide gevallen is ingebruikname van de school voorzien in augustus Wel vormt de sloop van de Regenboog een extra risico in de tijd. Bij de locatie oude Lydinge is het wel wenselijk om met Wierden en Borgen tot een planaanpassing te komen. Deze planaanpassing is echter niet kritisch voor de start bouw. De planning om de school in het gemeentehuis te accommoderen komt een jaar gunstiger uit; in gebruikname school augustus Deze planning is onzekerder omdat op dit moment onvoldoende zicht is op de omvang van de noodzakelijke verbouwing. Daarnaast bepalen in dit scenario de bestuurlijke besluitvormingstraject als de uitplaatsingsmogelijkheden van werkplekken het kritische pad. 22

23 Locatie onderzoek Ten behoeve van het haalbaarheidsonderzoek naar een Integraal Kindcentrum in Leens is in samenwerking met de gemeentelijke ruimtelijke specialisten een groslijst van locaties opgesteld die mogelijk in aanmerking komen voor de vestiging van een Integraal Kindcentrum. In de stuurgroep zijn uit deze groslijst drie te onderzoeken locaties geselecteerd. Deze te onderzoeken locaties zijn: - Voormalige locatie Lydinge - Regenboog - Gemeentehuis Uitgangspunt is dat het programma voor de scholen Lydinge en Regenboog in combinatie met peuterspeelzaal geaccommodeerd zal worden. Gelet op de kinderaantallen gaat het dan minimaal om een schoolgebouw van 1000 m2 plus een peuterspeelzaal. Gelet op onder andere schaalvergrotingstendensen is in de toekomst ook een grotere omvang denkbaar. Bij de locatiekeuze zijn een groot aantal ruimtelijke aspecten van belang, zoals: - de ligging van de school ten opzichte van de woonwijken en ten opzichte van andere gerelateerde functies (sporthal); - de bereikbaarheid van de school, waarbij een veilige route (in Leens en vanuit de regio) van groot belang is; - de stedenbouwkundige inpassing; - milieutechnische randvoorwaarden en planologische beperkingen; - omvang en capaciteit van de locatie (welk programma kan worden geaccommodeerd); - uitbreidingsmogelijkheden. Om enthousiasme in het project te genereren wordt geadviseerd aan deze ruimtelijke analyse te koppelen het opstellen van inspiratiebeelden. Daarnaast spelen bij de afweging ook niet ruimtelijke factoren zoals bijvoorbeeld financiële aspecten en maatschappelijk draagvlak. Hierbij zijn ook van belang de herontwikkelingsmogelijkheden van de vrijkomende schoollocaties. Tenslotte vormt de locatie gemeentehuis een bijzonder aandachtspunt. De gedachte hierbij is dat het huidige gemeentehuis (gedeeltelijk) gebruikt kan worden voor het te realiseren integraal kindcentrum. Naast een analyse welk ruimtelijk programma hier geaccommodeerd kan worden in en naast het huidig gebouw zal hier een verdiepingsslag gemaakt moeten worden naar zowel de bouwkundige aspecten als functioneel naar het toekomstperspectief van de functie van het gemeentehuis in het kader van de op stapel staande gemeentelijke samenvoeging. Om tot een integrale afweging te komen zal het onderzoek de volgende onderdelen omvatten: 1. Ruimtelijke analyse drie geselecteerde locaties; 2. Herontwikkelingsmogelijkheden vrijkomende schoollocaties; 3. Verdiepingsslag locatie gemeentehuis; 4. Analyse financiële verschillen drie geselecteerde locaties. 23

24 Ten behoeve van de eerste twee onderdelen is de uitvraag hiermee voldoende omkaderd. Het derde punt, de verdiepingsslag voor de locatie gemeentehuis, is complex en omvat zowel een bouwkundig deel als een beleidsmatig deel. Geadviseerd wordt dit onder directe aansturing van de stuurgroep/projectgroep door de architect van het gemeentehuis (BD architectuur) een eerste globale modelmatige verkenning op te stellen. Zij hebben een goede kennis over zowel het gebouw als dragen veel kennis over hergebruik bestaande gebouwen. Door de aansturing hiervan direct bij de stuurgroep te leggen kan de projectgroep tegelijkertijd een beleidsmatige verkenning van de consequenties uitvoeren en is tevens afstemming geborgd met de financiële analyse (punt 4) welke intern door de projectgroep in samenwerking met de gemeentelijke organisatie opgesteld wordt. Samengevat worden de volgende werkzaamheden voorzien: - Bouwkundig modelmatige analyse; BD architectuur in samenwerking met stedenbouwkundige; - Financiële analyse; op basis boekwaarde huidig gebouw en input BD; - Beleidsmatig; verkenning betekenis gemeentelijke samenvoeging voor gebruik gemeentehuis op basis van drie modellen en verkenning mogelijkheden experiment/voorbeeldplan bijdragen. 24

25 Bijlage 4 Communicatieplan Kansen voor een brede school in Leens Tijdpad: november 2013-februari 2014 Aandachtspunt: af te stemmen Rob van Nuil en met medewerker communicatie gemeente De Marne alvorens het plan in de Stuurgroep wordt vastgesteld. Wanneer Wat Onderwerp Wie 4 november Projectgroep Voorbereiden Stuurgroep 19 november Bespreken van planning, kaders, uitgangspunten, visie, locaties, overige agendapunten RvN EB MN HvB 19 november Stuurgroep Bespreken, opiniëren van planning, kaders, Stuurgroep en Raadsmemo Memo aan scholen uitgangspunten, visie, locaties, overige agendapunten Informeren van de raad over actuele stand van zaken ter voorbereiding op Raadsinformatiebijeenkomst en besluitvorming Informeren van schoolachterbannen over actualiteit brede school, voorsorterend op besluitvorming raad en intentie scholen 3 december Projectgroep Doornemen agenda Stuurgroep, communicatieplan, bepalen opties omgaan met programma 18 december Stuurgroep Vaststellen van kaders, uitgangspunten, visie, kennis nemen van rapportage VCPO/L&E, bespreken opties uur omgaan met programma RvN, MN, HvB RvN, MN, HvB HEW RvN, MN, HvB SvdW, HtBdV RvN, MN, HvB, Medew comm Stuurgroep en RvN, MN, HvB? Projectgroep Voorbereiden Stuurgroep RvN, MN, HvB, Medew comm 16 januari Raadsinformatie avond voor 16 januari 9 of 14 januari tussen 16 januari en 18 februari Informatieve ronde diverse partijen Stuurgroep Informeren ouders Schoolgeledingen Vaststellen beslisdocumenten waaronder een globaal PVE (omvang school, globale functionaliteiten), bepalen benodigd voorbereidingsbudget voor volgende stap (vervolg locatiestudie en uitwerking in concreet PVE). Brief en ronde tafel gesprekken 18 februari Gemeenteraad Op basis van rapportage stuurgroep beschikbaar stellen van voorbereidingsbudget voor volgende stap (vervolg locatiestudie en uitwerking in concreet PVE). Bestuurders VCPO en L&E Zonodig met ondersteuning Van MN en HvB Stuurgroep en RvN, MN, HvB Bestuurders VCPO en L&E Zonodig met ondersteuning Van MN en HvB 25

26 Bijlage 5 Presentatie informatieve raadsbijeenkomst dd 16 januari

27 27

28 28

29 29

30 30

31 Bronvermelding Beleidsrijk Integraal Huisvestings Plan De Marne Van kwalitatief onderwijs tot passend vastgoed %20Marne%2028%20januari% pdf Toekomstscenario s scholenspreiding Noord Groningen Een verkenning in opdracht van stichting Lauwers & Eems en VCPO Noord-Groningen december 2013 Deze rapportage is opvraagbaar bij de beide schoolbesturen: Lauwers & Eems en VCPO Noord-Groningen