PEDAGOGISCHE WERKWIJZE KIEVITSNEST pagina 1 van 7

Transcriptie

1 pagina 1 van 7 1. WAT IS KARAKTERISTIEK VOOR HET KIEVITSNEST Een grote inspiratiebron voor het Kievitsnest is de visie Reggio Emilia van Loris Malaguzzi. Uit zijn pedagogische zienswijze halen we elementen om binnen het Kievitsnest mee aan het werk te gaan. Wat ons aanspreekt aan de visie van Reggio Emilia is dat een kind honderd talen heeft om zich uit te drukken. Dat doen kinderen niet alleen middels taal, maar ook door creatieve activiteiten zoals knutselen met allerlei verschillende materialen, drama en muziek. Dit is verweven in onze planmatige en thematische manier van werken. Daarnaast gaat het Kievitsnest zich verder ontwikkelen op het gebied van VVE (voor- en vroegschoolse educatie). Het VVE programma waarin de Pedagogisch Medewerkers (PM's) worden opgeleid, is Startblokken. De visie van Malaguzzi en Startblokken zullen als een rode draad door de pedagogische werkwijze van het Kievitsnest gaan lopen. De kern van onze werkwijze is dat wij het kind volgen, we kijken waar de interesse van het kind ligt en daar spelen we op in. Dat betekent dat we continu observeren en luisteren naar wat er leeft bij kinderen en dat we ons activiteiten aanbod daarop aanpassen. We zijn in 2012 gestart met thematisch werken. De PM's begeleiden, stimuleren en sturen het spel van kinderen om hen de beste mogelijkheden te bieden om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Dit doen we door betekenisvolle spelactiviteiten aan te bieden waardoor de interesse van kinderen geprikkeld wordt. Deze activiteiten lokken enthousiasme en actieve betrokkenheid uit bij kinderen en dit is een voorwaarde voor hun continue ontwikkeling. Bij het Kievitsnest hebben we twee BSO groepen: de Snelle Kiwi s met 20 kindplaatsen ( 4-7 jaar) en de Coole Pinguïns met 10 kindplaatsen (7-10 jaar). Als de kinderen 10 worden stromen zij door naar een 10+ BSO groep op de BSO die bij hun school hoort. Naast de BSO hebben we bij het Kievitsnest 3 KDV groepen. De Groene groep heeft 11 hele dagopvang plaatsen voor kinderen van 0-4 jaar. De Gele groep heeft 12 hele dagopvang plaatsen voor kinderen van 0-4 jaar. De Blauwe groep biedt naast 12 kindplaatsen voor hele dagopvang ook 4 halve dagopvang plaatsen in de ochtend. Ook de Blauwe groep is voor kinderen van 0-4 jaar. Concreet betekent dit dat het aantal kinderen in de ochtend kan variëren van 12 tot 16 kinderen. Als er meer dan 12 kinderen zijn, werken er drie PM's i.p.v. twee. Een van deze drie PM's gaat met een aantal oudere peuters vanaf drie jaar extra activiteiten ondernemen op de hal. Deze activiteiten bieden de oudere kinderen extra uitdaging in hun ontwikkeling. Hierbij bieden we bijv. constructie materiaal en puzzels aan met een hogere moeilijkheidsgraad en allerlei knutselactiviteiten die je met jongere kinderen nog niet kunt doen, zoals knippen, plakken met lijm i.p.v. plaksel etc. We bieden hier ook extra uitdaging op motorisch gebied. Naast onze eigen buitenruimte hebben we een aantal keren per week de beschikking over het kleutergymlokaal van de Johan Friso school Zuid. Op deze manier proberen we kinderen die bijna naar school gaan extra aandacht te geven zodat het kinderdagverblijf voldoende uitdagend blijft, maar wel met de vertrouwde PM van de eigen stamgroep. In de middag is de hal multifunctioneel te gebruiken door alle stamgroepen. Alle kinderen kunnen dan gebruik maken van de extra materialen voor de oudere peuters. Er is op dat moment geen extra PM meer aanwezig omdat er op alle groepen niet meer dan 12 kinderen zijn, waarvan het flex kind bij uitzondering wel het 13 e kind kan zijn. De PM's kunnen met elkaar afspreken dat één PM met 6 jongere kinderen op de groep blijft, terwijl één PM met de oudere kinderen op de hal gaat spelen. Doordat dit met verschillende groepen tegelijk kan, kunnen kinderen van de verschillende groepen elkaar ontmoeten in de hal om met elkaar te spelen. We spreken dan van een open deuren beleid.

2 pagina 2 van 7 2. PEDAGOGISCHE PRAKTIJK De kinderopvang moet bijdragen aan een gezonde en goede ontwikkeling van het kind in een veilige omgeving. In de wet kinderopvang staan daarom 4 opvoedingsdoelen die geformuleerd werden door professor J.M.A. Riksen-Walraven. Op de volgende manier proberen we deze doelen in de praktijk te realiseren. Emotionele veiligheid Een kind wat zich emotioneel veilig voelt is in staat zich verder te ontwikkelen. Belangrijk is dat een kind zich in de geborgenheid van de eigen stamgroep veilig kan hechten aan de nieuwe situatie, aan de PM, aan de kinderen en aan de groep. Als een kind bij ons komt wordt het gekoppeld aan een vaste PM. We streven er zoveel mogelijk naar dat dit de PM is, die het kind het meest ziet. Deze PM zal het vaste aanspreekpunt zijn voor de ouders. Deze PM verzorgt het kennismakingsgesprek, de afspraken rondom het wennen, de evaluatie na drie maanden, de jaarlijkse observatie vanuit ons kind -volg -systeem met hieraan gekoppeld het gesprek met de ouders en natuurlijk het overdrachtsformulier naar de basisschool. De andere PM van de groep is de tweede verzorger van het kind. Zeker als een kind nog erg jong is, vinden wij het belangrijk dat er sprake is van een vaste verzorger. Ook bij de BSO zijn de kinderen gekoppeld aan een vaste PM. We hechten veel waarde aan een wenperiode bij de BSO. De verandering van KDV naar de Basisschool is al best groot. Daar komt de overgang naar de BSO nog bij. Daarom komen kinderen ook vaak al even wennen voordat ze de overstap maken van het KDV naar de BSO. Als een kind niet eerder naar het KDV ging, maken de PM's een afspraak met de ouders van het kind voor een kennismakingsgesprek en wenperiode. We zorgen voor voorspelbaarheid en structuur in de dag, d.m.v. een dagritme. Dit is beschreven in het organisatiehandboek (PED-pro02) en is voor ouders op verzoek in te zien bij het Locatiehoofd. Onderdelen daarin zijn de eet- en drink momenten rond vaste tijden aan tafel, verschillende activiteiten gedurende de dag aansluitend bij de behoefte van het kind en vaste slaapmomenten, afgestemd op het ritme van het kind. De grotere peuters slapen met name in de middag. We streven er zoveel mogelijk naar dat ieder kind zijn eigen bedje heeft. In sommige gevallen deelt een kind het bedje met een ander kind, dan zorgen we ervoor dat ieder kind zijn eigen beddengoed heeft. Dit betreft natuurlijk alleen de kinderen van het KDV. We besteden aandacht aan rituelen en vieringen zoals verjaardagen, sinterklaas en kerst. Naast de vaste PM's is er bij het Kievitsnest een gekoppelde invalkracht werkzaam. Bij ziekte en verlof van vaste PM's wordt deze zoveel mogelijk ingezet en is daarmee een vast gezicht voor de kinderen. Daarnaast kan het altijd voorkomen dat we gebruik moeten maken van invalkrachten uit onze centrale invalpool. We streven er dan wel naar dat deze PM op een late dienst staat zodat er voor de kinderen een bekend gezicht op de groep staat als het gebracht wordt. Persoonlijke competenties Ieder kind is autonoom en heeft een eigen identiteit. Deze identiteit is nog volop in ontwikkeling. We bieden kinderen de mogelijkheden om hun eigen persoonlijke vaardigheden te ontwikkelen, passend bij hun leeftijd. Je kunt hierbij denken aan zelfvertrouwen, zichzelf durven zijn, in staat zijn zelf initiatieven te nemen en kleine problemen op te lossen. We leren kinderen assertief te zijn en voor zichzelf op te komen. We geven ze de ruimte en spelen in op hun interesses. We stimuleren de taal/ spraak ontwikkeling en de grove en fijne motoriek. We zorgen voor een uitdagende omgeving die tegemoet komt aan het verlangen van kinderen om op verkenning te gaan, nieuwe dingen te ontdekken en zich de wereld eigen te maken. Als kinderen vertrouwen hebben in zichzelf, nemen zij op een natuurlijke manier

3 pagina 3 van 7 nieuwe initiatieven nemen en ontwikkelen ze zich. Dit stimuleren we door het creëren van verschillende speelhoeken op de stamgroepen waarin alle facetten van de alle ontwikkelingsgebieden aan bod komen. Daarnaast hebben we speciaal voor de drie jarigen extra uitdagend spelmateriaal op onze centrale hal. Met deze materialen worden de oudere peuters extra geprikkeld en gestimuleerd in hun spel. Deze 3+ activiteiten zijn er voor kinderen die al meer uitdaging nodig hebben, maar nog niet naar school gaan. Bij de BSO is de ruimte verdeeld in drie compartimenten. De Coole Pinguïns drinken 's middags wat in de huiskamer, de Snelle Kiwi s doen dit in de keukenruimte. Dit doen we omdat de oudere kinderen weer andere behoeften hebben en ook andere verhalen hebben dan de jongere kinderen. Zo creëren we ruimte voor ieder kind en nemen we hen allemaal serieus. Naast de verschillende speelhoeken bieden we afwisselend rustige meer actieve activiteiten aan, soms in groepsverband, maar soms ook individueel. Op deze manier ontstaat een gevarieerd spelprogramma waardoor kinderen spelenderwijs de grenzen van hun eigen kunnen en kennen ontdekken, ervaren, verleggen en daarvan leren. We bieden kinderen ontwikkelingsmogelijkheden voor zowel de grove als de fijne motoriek. Alle kinderen krijgen de ruimte om zich op hun eigen niveau te ontwikkelen. We stimuleren kinderen in hun zelfredzaamheid, in het nemen van eigen initiatieven en in hun vermogen zelf conflicten op te kunnen lossen. Hierin begeleiden we kinderen en helpen hen daar waar nodig. We vinden het belangrijk dat ieder kind zich prettig voelt en voldoende zelfvertrouwen opbouwt om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Sociale competenties Als een kind vertrouwen heeft in zichzelf, is de volgende stap vertrouwen in de ander. Dit is de basis voor de ontwikkeling van sociale competenties. Een sociaal competent kind weet wanneer het om hulp kan vragen. Het kan zich verplaatsen in de gevoelens van de anderen en kan de gevoelens van andere kinderen aanvoelen. Sociaal competente kinderen genieten van contact en van samen plezier maken. Ze leren delen en op hun beurt wachten. En ze leren vriendschappen aangaan en onderhouden (BSO). Bij het Kievitsnest stimuleren we een positieve groepssfeer. De groepen zijn voor de kinderen uitdagend en gezellig ingericht. De kinderen worden ontvangen door de PM, er is tijd voor een overdracht met ouders. De kinderen van de BSO worden met de bus gebracht of door de PM lopend gehaald. Juist op die momenten is er sprake van sociale contacten. Tijdens de wandeling naar het Kievitsnest ontstaan de leukste gesprekjes tussen de kinderen onderling en met de PM over school of dat wat hen bezig houdt. We moedigen kinderen aan samen dingen te doen en te delen. Is het kind hier nog te klein voor zorgen we dat ieder kind de ruimte heeft om gezellig naast elkaar te kunnen spelen, maar zich wel bewust te zijn van de ander. We eten en drinken gezamenlijk en er is ruimte voor elkaars verhalen. Dit komt met name veel aan de orde tijdens de kringmomenten. Hierbij luisteren we naar elkaar, met ieder zijn eigen verhaal. We wachten op elkaar bijv. met het eten, de één is immers sneller dan de ander. Soms werken kinderen individueel aan verschillende knutselwerkjes maar er wordt ook vel samengewerkt in verschillende activiteiten. We verven bijv. samen een grote doos, die zo wordt omgetoverd tot een huis. Ook bouwen is een activiteit die vaak met elkaar wordt gedaan. Vooral bij de BSO worden de mooiste bouwwerken in elkaar gezet met Kapla of Knex. Kinderen leren hiermee goed samen te werken. Overdracht van normen en waarden Bij het Kievitsnest leren we kinderen bewust om te gaan met regels en grenzen en fatsoensnormen. Kinderen ontwikkelen zich door te imiteren, daarom is het belangrijk dat PM's

4 pagina 4 van 7 hierin het goede voorbeeld geven en gewenst gedrag belonen. De PM heeft altijd een voorbeeldfunctie. We letten goed op wat we zeggen en schreeuwen niet. We praten niet over de hoofden van de kinderen, maar met de kinderen. We hebben respect voor elkaar en veroordelen elkaar niet. We hebben respect voor de verschillende culturen die binnen ons kindercentrum vertegenwoordigd zijn. We staan open voor elkaar en maken kinderen hier deelgenoot van. Kinderen zoeken vaak de grenzen op van wat kan en niet kan. Dit doen ze ook door grenzen te overschrijden en zo te leren wat geaccepteerd gedrag is. Soms gaan ze dan te ver en spreken we over grensoverschrijdend gedrag. Hierbij keuren we altijd dit gedrag af, nooit het kind. Grensoverschrijdend gedrag ontwikkelt zich soms tot pestgedrag of agressief gedrag. Dit accepteren we niet bij het Kievitsnest. Hierbij grijpen we direct in. We benoemen wat pestgedrag kan veroorzaken bij de ander en dat de ander daar veel verdriet van kan hebben. Dit bespreken we dan met het kind. Bij de BSO werken we met een pestprotocol. We hechten veel belang aan het uitpraten en oplossen van ruzies. Het goed maken door met elkaar te praten en elkaar de hand te geven werkt goed bij kinderen in de BSO leeftijd. Minstens zo belangrijk is het belonen van positief gedrag en het corrigeren van ongewenst gedrag. We gaan altijd eerst uit van het positieve, dat werkt in de dagelijkse praktijk veel beter dan ergens alleen boos om worden. Natuurlijk hebben we bij het Kievitsnest huisregels. Dit zijn regels waar iedereen zich binnen ons kindercentrum aan houdt. In sommige gevallen gaan we flexibel om met onze huisregels en wordt hier om bepaalde redenen vanaf geweken. Dit is dan een uitzondering. Betekenisvolle activiteiten in een leerrijke omgeving Alle PM's die bij ons werken, zijn opgeleid in de VVE methode Startblokken. Belangrijke elementen in de werkwijze van Startblokken zijn: het werken met thema s, de spelactiviteiten, gesprekken, verhalen en zorgactiviteiten. In het werken met thema s komen onderwerpen uit de echte wereld aan de orde. Denk hierbij aan thema s als 'op vakantie', 'ik woon in een huis', 'kleuren en vormen', 'verkeer', 'dieren', etc. Spelactiviteiten zijn cruciaal voor leer- en ontwikkelingsprocessen. Bij baby s gaat het vooral om contactspel. Zo leren zij de ander en hun omgeving kennen. Peuters spelen om te experimenteren en dingen te maken. Zij ervaren het samenzijn door met elkaar te praten en te denken. In spel ontwikkelen kinderen zich optimaal. Ze vinden manieren om zich steeds beter uit te drukken, zich dingen voor te stellen en te verbeelden en zich aan regels te houden. Het spel ontwikkelt zich van contactspel, via doen alsof, naar spel dat steeds dichter bij de echte wereld komt. De PM's zijn zeer actief in het aanbieden van spelactiviteiten op de groep. Zij zorgen voor een samenhangend en gevarieerd aanbod en doet intensief mee aan de ontwikkeling en verdieping van spelactiviteiten van de kinderen. Hierbij worden verschillende spelvormen aangeboden. Bijv. spel waarin het maken van contact centraal staat, spel met ongevormd materiaal zoals zand, water, speelklei etc. Maar ook spel met kosteloze en natuurlijke materialen, constructiespel en rollenspel. Voor de oudere peuters bovendien ook spel met (voor)lezen, motorisch spel en spelenderwijs voorbereidend rekenen en wiskunde. De rol van de PM heeft richt zich op het ontwerpen van speelthema s, het inrichten van de ruimte zodat die uitnodigt tot spelend leren, handelingsgericht observeren en het opzetten van en actief meedoen aan spelactiviteiten. De PM's helpen de kinderen met het voorbereiden van de activiteiten van de kinderen. Ze maken samen plannetjes, doen suggesties, vertellen verhalen en doen dingen voor. Tijdens de activiteiten spelen ze mee, ze doen voorstellen en geven zetjes in de juiste richting.

5 pagina 5 van 7 Na afloop is het gezamenlijk terugkijken en nabespreken. Er is voldoende ruimte voor eigen oplossingen, ideeën en uitingen van kinderen. Taalbegeleiding is een integraal onderdeel van de spelondersteuning van PM's. Door handelingsgericht te observeren komen PM veel te weten. Over taalontwikkeling, maar ook over mogelijkheden voor taalactiviteiten met groepjes kinderen. Er zijn gesprekken met kinderen, kinderen worden gehoord. Er is echte belangstelling voor ieders verhalen. Hardop nadenken, plannen maken, ideeën krijgen en nabespreken, boeken en teksten lezen en voorlezen hoort daarbij en wordt verbonden aan het spelthema, maar ook aan alledaagse gebeurtenissen in de groep. Ook 'zorgactiviteiten', de alledaagse activiteiten zoals zorgen voor elkaar bij binnenkomst, toiletbezoek, samen eten en drinken, zorg voor de spullen van de groep, planten en dieren zijn leerbronnen. 3+ groep Het Kievitsnest kent halve dagopvang op de blauwe groep. Omdat er in de ochtend op deze groep meer kinderen geplaatst worden dan in de middag werken we daar met drie i.p.v. twee PM's per dagdeel. De derde PM begeleidt de oudste kinderen in de hal. Zij biedt daar activiteiten die speciaal zijn gericht op de oudste peuters en kan dan deze groep extra aandacht en extra uitdaging bieden. Omdat dit een speciaal aanbod is voor deze kinderen noemen we deze kinderen onze Geluksvogeltjes. De PM van de Geluksvogeltjes is voor de kinderen een vertrouwde PM van hun eigen stamgroep. Kinderparticipatie Bij het Kievitsnest nemen we kinderen serieus. We luisteren naar hen en kijken goed waar hun behoeften liggen. We maken kinderen deelgenoot en laten hen meedenken over wat we die dag zullen gaan doen. Binnen de afgesproken kaders kunnen kinderen zelf bepalen of ze mee willen doen aan een activiteit. We stimuleren kinderen om mee te doen en betrekken hen zoveel mogelijk bij de verschillende activiteiten, maar we verplichten niets. We laten kinderen meedenken als we met bepaalde thema s aan de gang gaan door met hen in gesprek te gaan. Vooral bij de BSO kinderen en de oudere peuters kan dit al heel goed. Ook laten we met name BSO kinderen meedenken als het gaat om bepaalde huisregels. Als de kinderen hierbij betrokken zijn geweest is het draagvlak voor de huisregels veel groter. We spreken elkaar aan op gemaakte afspraken en houden ons hier ook aan. Ouderparticipatie Bij het Kievitsnest zijn de PM's opgeleid voor het werken met Startblokken. Dit is een VVE methode voor ontwikkelingsgericht werken met kinderen. De werkwijze vraagt veel van de PM's maar is ook zeer van toegevoegde waarde. Dit wordt nog versterkt als er ook in de thuissituatie door de ouders aandacht aan geschonken wordt. Uitwisseling tussen ouders en PM's over de kinderen op de groep en thuis is daarom van groot belang. De PM's proberen ouders actief te betrekken bij het thematisch werken en luisteren naar waardevolle suggesties die ouders daarvoor geven, zoals uitbrengen van een thema brief met activiteiten voor thuis, ouders informeren over nieuwe woorden die in het thema voorkomen, liedjes die we met de kinderen zingen etc. Op die manier kunnen ouders hier ook thuis mee aan de slag. Deze uitwisseling zorgt dat we samen met de ouders bouwen aan Startblokken en samen werken aan een optimale ontwikkeling van de kinderen! Specifieke onderdelen in de werkwijze bij de bso Bij de BSO vangen we kinderen op in de leeftijd van 4-7 jaar en van 7-10 jaar. Juist bij de oudere BSO kinderen komt het voor dat zij bijv. zelfstandig buiten willen spelen of zelfs al zelfstandig naar huis fietsen. We hebben bij het Kievitsnest de afspraak dat ouders schriftelijk toestemming

6 pagina 6 van 7 geven als kinderen zelfstandig buiten mogen spelen en/ of ook zelfstandig naar huis mogen. Het zelfstandig buiten spelen en/of naar huis gaan bevordert wel de zelfredzaamheid bij kinderen. Kinderen voelen en gedragen zich verantwoordelijk als ze zelfstandig naar huis gaan. Bij het buiten spelen hebben we de afspraak dat de PM wel regelmatig even om het hoekje kijken hoe het gaat,[ wij noemen dat buiten spelen onder indirect toezicht]. ` Oudere kinderen hebben vaker behoefte aan even een momentje alleen en aan privacy. Sommige kinderen vinden het fijn om binnen op de bank rustig een (strip)boek te lezen. Anderen kinderen willen juist graag naar buiten. Het kan dan voorkomen dat we dat kind lekker binnen laten terwijl de andere kinderen buiten spelen. Hierover maken we dan wel goede afspraken met het kind. Bijvoorbeeld als er iets aan de hand is, dat hij dan wel naar de PM toe gaat. We zorgen bij de BSO voor een evenwichtige verdeling in formele en informele activiteiten. BSO is voor kinderen vrije tijd. Ze zijn al een hele dag naar school geweest en hebben dan niet altijd zin om nog eens deel te nemen aan formele activiteiten. Soms gebeurt het dat we een dag laten lopen zoals deze verloopt. Het komt ook voor dat we kinderen gericht iets aanbieden en dan kijken we of er interesse voor is. We stimuleren kinderen om mee te doen, maar verplichten niets. Vaak is er veel behoefte aan beweging, een uitlaatklep. Lekker uitwaaien op het schoolplein om een potje te voetballen of heerlijk spelen met de waterpomp in de tuin. In de vakantieperiode doen we mee aan de vakantie activiteiten binnen de verschillende locaties van onze organisatie. We gaan bij elkaar op bezoek, doen mee aan de scouting week en aan de verschillende voorstellingen en workshops die gegeven worden. Altijd een groot succes! Binnen onze BSO hebben we afgesproken dat we geen computerspellen of games op bijv. X- BOX aanbieden. Veel kinderen hebben dergelijke apparaten thuis en zitten er daar al voldoende achter. We stimuleren liever dat kinderen lekker buiten spelen, mee doen aan knutselactiviteiten of gewoon lekker lezen. Pestgedrag zie je meer in de basisschoolleeftijd, en dus meer op de BSO, dan op het KDV. Bij het KDV spreken we eigenlijk meer over plagen dan over echt pesten. We zijn er binnen onze BSO erg alert op en hanteren een pestprotocol binnen onze organisatie. Pesten wordt niet getolereerd. We spreken het kind dat pestgedrag vertoont hierop aan en laten ook zien wat dit met de ander doet. Ook spreken we tijdens een kring met de grotere groep over pestgedrag en waarom we dit absoluut niet goed vinden. We willen kinderen laten inzien dat pesten veel verdriet met zich mee brengt en hen leren ook elkaar aan te spreken op dit ongewenste gedrag. Tevens laten we het kind wat gepest heeft het weer goed maken met degene die gepest is. Ook evalueren we dit tijdens een team overleg. Komt het vaker voor, dan bespreken we het ook met de ouders van de betreffende kinderen. Vierogenprincipe Het vierogenprincipe houdt in dat er altijd een volwassene moet kunnen meekijken of meeluisteren met een beroepskracht als die op enig moment alleen is met de groep. Het vierogenprincipe geldt vooralsnog alleen voor dagopvang. Iedere ochtend starten er twee tot drie pedagogisch medewerkers. Dit is afhankelijk van het kindaantal. Als we met z n tweeën starten beginnen we structureel op onze centrale hal. Als we met z n drieën starten begint een ieder op haar eigen stamgroep. De deur van de groene groep en de hal is van glas. Je kunt daar altijd naar binnen kijken. Op de gele en de blauwe groep is de wand naast de deur van glas. Ook hier kun je naar binnen kijken. Om 8.45 uur begint de tweede pedagogisch medewerker. De rest van de dag staan er dus twee pedagogisch medewerkers op de groep. Dit is tot uur het geval en er is een afwijking tijdens pauzetijd. In tijden van mindere bezetting kan het zijn dat het kindaantal het toelaat om alleen te werken. In deze gevallen kan het voorkomen dat we twee groepen samenvoegen. Wordt er wel alleen

7 pagina 7 van 7 gewerkt dan zien we elkaar sowieso altijd tijdens het gezamenlijke buiten spelen en is er toezicht middels de glazen puien op de stamgroepen. Achterwachtregeling Bij het Kievitsnest is een achterwachtregeling op maat afgesproken. Een achterwacht is een volwassene (PM, Locatiehoofd of huismeester) die gekoppeld aan deze vestiging, die op de achtergrond aanwezig is en die ingeschakeld kan worden als dit nodig is. Deze achterwachtregeling ligt vast in een locatiegebonden document en is voor ouders ter inzage beschikbaar bij het Locatiehoofd. 3. EVALUATIE De pedagogische werkwijze van het Kievitsnest komt voor een deel voort uit ons vorige pedagogisch profiel. De pedagogische werkwijze gebruiken we als leidraad voor ons pedagogisch handelen. Daarnaast is het natuurlijk belangrijk dat we als team met elkaar in gesprek blijven over ons pedagogisch handelen. We doen wat we zeggen, en we zeggen wat we doen! In het groepsoverleg wordt altijd ruimte gemaakt voor de kindbesprekingen. We kijken dan hoe het met het kind op de groep gaat, wat kinderen nodig hebben, hoe we hiermee omgaan etc. We zorgen dat elk kind een aantal keren per jaar aan bod komt in de kindbesprekingen. De pedagogische werkwijze evalueren we jaarlijks. Ook behandelen we tijdens een themabijeenkomst een onderwerp uit onze pedagogische werkwijze. Uit die discussies kunnen nieuwe of verbeterde zienswijzen naar voren komen die maken dat we een aanpassing doen in onze pedagogische werkwijze. Ook kunnen er aanpassingen nodig zijn in onze huisregels. Eventuele aanpassingen worden na bespreking in het team voorgelegd aan de LOC (Lokale oudercommissie).de LOC-leden krijgen jaarlijks de pedagogische werkwijze ter inzage en kunnen tijdens het overleg met het Locatiehoofd hun bevindingen bespreken. De eventuele aanpassingen vanuit het team worden met de LOC doorgenomen. Daarna worden eventuele aanpassingen in de pedagogische werkwijze door het Locatiehoofd doorgevoerd.