TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS"

Transcriptie

1 NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLe Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni 1965 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven. De artikels geven de opvatting van de schrijvers weer, onafhankelijk van de mening der Bank. INHOUD : De betalingsbalans van de B.L.E.U. in 1964 Literatuur in verband met de economische en financiële problemen van België Economische wetgeving Statistieken. DE BETALINGSBALANS VAN DE BELGISCHLUXEMBURGSE ECONOMISCHE UNIE IN 1964 Deze kroniek omvat drie delen en één aanhangsel. Deel 1 «Algemeen overzicht van de betalingsbalans van de BelgischLuxemburgse Economische Unie» beschrijft in grote trekken de evolutie van die balans in Deel 2 «Deeltabellen en technische aantekeningen» omvat deeltabellen van de betalingsbalans van de B.L.E.U. alsmede technische aantekeningen waarin de soorten transacties, die in de diverse rubrieken begrepen zijn, nader omschreven worden en de evolutie tussen 1963 en 1964 besproken wordt. De algemene evolutie van de betalingsbalans wordt beschreven in deel 1 volgens het hergroeperingsschema van de gegevens zoals het gepubliceerd wordt in de «Statistieken» van het Tijdschrift. Deze hergroepering, die de aangroei of de vermindering van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen als eindsaldo van alle transacties met het buitenland te zien geeft, is het meest geschikt om de samenhang tussen de evolutie van de betalingsbalans en die van de diverse elementen van de algemene financiële toestand van België in het licht te stellen : daarom werd ze gebruikt voor de analyse van de ontwikkeling der betalingen met het buitenland. Ten einde te beantwoorden aan de desiderata van de internationale instellingen en aldus de vergelijking met de betalingsbalansen van de andere landen te vergemakkelijken, werden in deel 3 «Voorstelling van de gegevens volgens het geunificeerde O.E.S.O. I.M.F.schema» de gegevens van de tabellen van delen 1 en 2 evenwel gehergroepeerd volgens het enige schema van betalingsbalans dat werd aangenomen door het Internationale Monetaire Fonds en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling tijdens de vergadering van nationale deskundigen inzake betalingsbalans, gehouden in februari 1964 onder de bescherming van het Comité voor Onderzoek van de Economische Toestanden en de Ontwikkelingsproblemen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. Het aanhangsel «Wijzigingen aan de voorstelling van de betalingsbalans» geeft de beschrijving van de wijzigingen aan de voorstelling van bepaalde gegevens van de balans, met het doel hun economische betekenis beter te doen uitkomen; deze beschrijving werd reeds gepubliceerd in het Tijdschrift van januari 1965 ( 1 ). ( 1 ) a Aanpassing van bepaalde reeksen van de a Statistieken», A. Hoofdstuk IX : Betalingsbalans, blz. 22 tot 25.

2 718 DEEL 1 ALGEMEEN OVERZICHT VAN DE BETALINGSBALANS VAN DE BELGISCH LUXEMBURGSE ECONOMISCHE UNIE De lopende transacties en het kapitaalverkeer van de B.L.E.U. met het buitenland sloten, rekening houdend met de vergissingen en weglatingen, met een overschot van fr. 10,4 miljard in 1964, tegen een tekort van fr. 0,1 miljard in Het tekort van het lopend verkeer, dat in 1963 aan het licht kwam, werd in de loop van 1964 vrijwel volledig weggewerkt en het kapitaalverkeer gaf aanleiding tot een nettoinvoer in de B.L.E.U. die veel aanzienlijker was dan in 1963, ondanks een inkrimping van de ontvangsten voortvloeiend uit de toeneming van de buitenlandse overheidsschuld. De verbetering van de balans van de lopende transacties vloeit voort uit de gunstige evolutie van de twee elementen waaruit zij is samengesteld, de goederen en dienstentransacties en de overdrachten. De vermindering van fr. 4,2 miljard in 1963 tot fr. 0,7 miljard in 1964 van de goederenen dienstentransacties vloeit voort uit de aanzienlijke toeneming van het overschot op de goederentransacties die niet bij de invoer of bij de uitvoer kunnen worden ondergebracht, rn.a.w. de arbitrageverrichtingen en het loonwerk. Daarentegen bereikte het negatieve saldo van de uitvoer en invoertransacties dezelfde orde van grootte als vorig jaar, terwijl het tekort op de dienstentransacties toenam. De stijging van de invoeruitgaven die tijdens beide semesters van 1963 en in het eerste halfjaar van 1964, in vergelijking met de overeenstemmende periodes van de voorgaande jaren, zich in een versneld tempo voortzette, ging tijdens het tweede halfjaar van 1964, in vergelijking met dezelfde periode van 1963, merkelijk verzwakken. Deze evolutie, die eveneens tot uiting komt in de invoercijfers verstrekt door de douane, kan in verband worden gebracht met de algemene ontwikkeling van de economische activiteit in de loop van deze periodes. Het groeipercentage van de industriële produktie, dat tussen het eerste halfjaar van 1963 en dezelfde periode van ,6 pct. bereikte, is tussen het tweede halfjaar van 1963 en dezelfde periode van 1964 tot 4,7 pct. gedaald. De maandelijkse conjunctuuronderzoekingen georganiseerd door de Bank brengen in de loop van de tweede helft van 1964 eveneens tekenen van ontspanning aan het licht. Nu is in een land als België, waar vooral de verwerkende nijverheid belangrijk is, de invoer uiterst gevoelig voor de ontwikkeling van de conjunctuur : een lichte vertraging van het groeitempo van de economische bedrijvigheid kan een sterke afneming van de aangroei der aankopen in het buitenland tot gevolg hebben, terwijl in een periode van economisch herstel de marginale importneiging veeleer zal toenemen. De uitvoerontvangsten daarentegen stegen tijdens de beide helften van 1964 vrijwel tegen hetzelfde tempo als tijdens de overeenstemmende periodes van Aldus kwam er in het tweede halfjaar een tegenstelling aan het licht tussen de evolutie van de uitgaven voor invoer en die van de ontvangsten wegens uitvoer. Zij vloeit in de eerste plaats voort uit het feit dat de buitenlandse vraag vaster was dan de binnenlandse, hetgeen dient toegeschreven aan een ongelijktijdige ontwikkeling van de economische bedrijvigheid in de voornaamste landen sedert 1963, alsmede uit de gunstige ontwikkeling van de ruilvoeten. Vervolgens, schijnen de uitvoerontvangsten in zekere mate gunstig te zijn beïnvloed door de verkorting van de inningstermijnen. Dit blijkt uit de vergelijking tussen de evolutie van de betalingsstatistieken, enerzijds, en die van de douanestatistieken, anderzijds, rekening houdend met het feit dat de variaties van beide reeksen chronologisch niet samenvallen, wat aan de betalingsgewoonten moet worden toegeschreven. Hoewel de resultaten van deze vergelijkingen met een zeer grote omzichtigheid moeten geïnterpreteerd worden, vooral wegens de onzekerheid in het vaststellen van een «normale» betalingstermijn, m.a.w. van een tijdsverschil tussen de evolutie van de twee reeksen, mag men besluiten dat in de loop van de laatste maanden van 1964 de betalingen voor uitgevoerde goederen sterker toenamen dan de waarde der uitgevoerde goederen volgens de cijfers der douanestatistieken, d.w.z. dat de inningstermijnen bij de uitvoer korter werden. Deze wijziging van de betalingstermijnen valt vooral op voor de uit

3 ERRATUM In het artikel «De monetaire analyse van De Nederlandsche Bank», van Prof. F.J. de Jong, aprilnummer, blz. 446, gelieve de onderste drie regels van tabel II als volgt te lezen : «Nettoliquiditeitsoverschot ( ) of tekort ( ). Dit overschot komt tot uiting in de toeneming van de inactieve geldhoeveelheid en de secundaire liquiditeiten, verminderd met de vernietiging van primaire en secundaire liquiditeiten (wegens binnenlandse oorzaken).»

4

5 719 Tabel I. Algemene betalingsbalans van de Belgisch Luxemburgse Economische Unie (Miljarden franken) Jaar Jaar le halfjaar 0 halfaar Jaar le halfjaar e halfjaar Jaar 1. Goederen en dienstentransacties : 1.1 Goederentransacties : 1.11 Uit en invoer 1 6,1 6,4 2,7 5,9 8,6 7,3 1,4 8, Loonwerk + 2,7 + 3,8 + 1,7 + 1,6 + 3,3 + 2,2 + 3,0 + 5, Arbitrage + 2,3 + 3,1 + 0,9 + 1,5 + 2,4 + 2,8 + 2,6 + 5,4 1.2 Nietmonetair goud 0,9 0,5 0,1 0,6 0,7 0,5 0,3 0,8 1.3 Vervoer en verzekeringskosten van goederen 2 0,3 1.4 Andere vervoerkosten 0,4 3 0,7 0,2 + ''' 0,4 + 0,4 + 0,3 0,8 + 0,1 0,5 + 0,3 0,5 + 0,4 1,0 1.5 Reisverkeer 2,4 2,2 1,1 2,1 3,2 1,7 1,7 3,4 1.6 Opbrengsten uit investeringen + 1,3 + 0,1 0,9 0,1 1,0 1,2 + 0,3 0,9 1.7 Overheidstransacties niet elders vermeld 0,1 0,2 0,5 0,5 1,0 1,1 1,2 2,3 1.8 Overige + 5,1 + 5,2 + 2,5 + 1,6 + 4,1 + 2,3 + 1,9 + 4,2 Totaal 1 + 1,5 + 3,4 + 0,2 4,4 4,2 4,1 + 3,4 0,7 2. Overdrachten : 2.1 Particulieren + 3,0 + 2,6 + 1,4 + 1,1 + 2,5 + 1,3 + 1,7 + 3,0 2.2 Staat 2,3 1,8 1,5 1,6 3,1 1,3 1,1 2,4 Totaal 2 + 0,7 + 0,8 0,1 0,5 0,6 + 0,6 + 0,6 3. Nettokapitaalverkeer van de overheid : 3.1 Staat 5,3 2,2 + 3,1 0,7 + 2,4 + 0,8 0,4 + 0,4 3.2 Andere overheid + 0,1 + 0,4 + 0,1 + 0,1 + 0,9 + 0,2 + 1,1 Totaal 3 5,2 1,8 + 3,1 0,6 + 2,5 + 1,7 0,2 + 1,5 4. Nettokapitaalverkeer van de bedrijven en particulieren : 4.1 Overheidsbedrijven + 1,9 0,1 0,1 0,1 + 0,4 0,1 + 0,3 4.2 Nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector + 0,2 0,7 + 0,5 + 0,2 + 0,7 + 2,2 0,2 + 2,0 4.3 Particuliere sector : 4.31 Bekende effectentransacties : a) Belgische effecten + 1,5 + 0,8 + 0,4 + 0,4 + 0,8 0,2 + 0,3 + 0,1 b) buitenlandse effecten 4,7 3,0 2,7 2,4 5,1 1,3 + 0,3 1, Overig (directe investeringen inbegrepen) + 5,2 + 3,4 + 2,4 + 2,9 + 5,3 + 1,8 + 5,3 + 7,1 Totaal 4 + 4,1 + 0,4 + 0,6 + 1,0 + 1,6 + 2,9 + 5,6 + 8,5 5. Vergissingen en weglatingen + 0,6 + 1,4 + 1,4 0,8 + 0,6 + 0,8 0,3 + 0,5 Totaal 1 tot 5 + 1,7 + 4,2 + 5,2 5,3 0,1 + 1,3 + 9,1 +10,4 6. Herfinanciering buiten de geldschep. pende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland (stijging : ) 1,1 0,2 1,3 + 0,8 0,5 0,6 + 1,0 + 0,4 7. Totaal (1 tot 6) overeenstemmend met de mutaties van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen + 0,6 + 4,0 + 3,9 4,5 0,6 + 0,7 +10,1 +10,8 Nationale Bank Overige +12,2 11,6 1,7 + 7,6 + 3,6 +11,2 + 1,0 +11,6 +12,6 + 5,7 3,7 8,1 11,8 0,3 1,5 1,8 1 Voor een deel van de invoer zijn het c.i.fcijfers, d.w.z. inclusief de vervoer en verzekeringskosten van deze invoer. 2 Deze rubriek vermeldt, in uitgaven, slechts een deel van de kosten van het vervoer en de verzekering van de invoer. Het andere deel kan niet gescheiden worden van de invoer waarop het betrekking heeft en is dus begrepen in de uitgaven van de rubriek 1.11 «Uit en invoer (zie noot 1). 3 Voor 1961, zijn alleen de cijfers beschikbaar die terzelfder tijd betrekking hebben op de rubrieken 1.8 c Vervoer en verzekeringskosten van goederen e en 1.4 «Andere vervoerkosten s. Daarenboven, kunnen deze cijfers niet helemaal worden vergeleken met de gecombineerde cijfers van de rubrieken 1.8 en 1.4 voor de jaren nadien. Zij omvatten niet de ontvangsten en uitgaven voor de verzekering van het goederenvervoer die sedert 1962 begrepen zijn in rubriek 1.3 en ook niet de aan en verkopen van boordproviand en de ontvangsten en uitgaven voor het personenvervoer die sedert 1962 opgenomen zijn in rubriek 1.4.

6 720 voer naar het sterlinggebied, maar zij komt eveneens tot uiting in de verkopen aan de andere landen; de vrees voor een devaluatie van het pond sterling kan deze wijziging dus slechts ten dele verklaren : bij overigens gelijk blijvende omstandigheden kunnen de interne liquiditeitsbehoeften en de door de monetaire overheid opgelegde kredietbeperkingen de bedrijven ertoe aangezet hebben hun thesaurieontvangsten te versnellen. In totaal, lieten de invoer en uitvoertransacties zoals zij op de betalingsbalans voorkomen, in het tweede halfjaar van 1964 slechts een tekort van fr. 1,4 miljard, tegen fr. 7,3 miljard in het eerste halfjaar : ondanks deze merkelijke verbetering in de loop van het jaar was het jaartekort zo groot als in Het tekort van de dienstentransacties, dat in 1963 aan het licht kwam, is in 1964 nog toegenomen. Deze evolutie is vooral te wijten aan de verhoging van de uitgaven van de overheid voor de landsverdediging. De toeneming van de nettoontvangsten uit de particuliere overdrachten van fr. 2,5 miljard in 1963 tot fr. 3 miljard in 1964 kan ten dele toegeschreven worden aan de gezamenlijke stijging van de bezoldigingen waarover de Belgen, die in Kongo werken, in België beschikken. De nettouitgaven uit hoofde van overdrachten van de Staat zijn gedaald van fr. 3,1 miljard in 1963 tot fr. 2,4 miljard in 1964; vorig jaar omvatten zij de betaling van de bijdrage tot het Europese Ontwikkelingsfonds van de Europese Economische Gemeenschap, niet alleen voor 1963, maar eveneens voor 1962, terwijl dit organisme in 1964 om geen enkele storting verzocht. Samen met een verbetering van de balans der lopende transacties, toe te schrijven aan de evolutie van de overdrachten en van de goederentransacties die niet in de uitvoer of de invoer begrepen zijn, vertoonde ook het positieve saldo van het kapitaalverkeer in 1964 een stijging : de nettokapitaalontvangsten van de overheid verminderden enigszins, maar de bedrijven en particulieren voerden uit het buitenland geldmiddelen in tot een bedrag dat merkelijk hoger was dan in De nettokapitaalontvangsten ten gunste van de overheid liepen terug van fr. 2,5 miljard in 1963 tot fr. 1,5 miljard in Deze evolutie is het resultaat van een aanzienlijke vermindering van de nettoontvangsten uit het kapitaalverkeer van de Staat, die de aanmerkelijke ver meerdering van de leningen in het buitenland ten behoeve van de andere overheidsorganen overtrof. Het kapitaalverkeer van de Staat sloot in 1964 met een nettoontvangst van fr. 0,4 miljard, tegen fr. 2,4 miljard in Deze vermindering dient te worden toegeschreven aan de sterke inkrimping van de nettofinancieringsbehoeften van de Staat en aan de verbetering van de structuur van de schuldenlast van de Staat die een groter beroep heeft kunnen doen op de Belgische markt van de langlopende kapitalen. In 1964 zijn de inschrijvingen van de geldschieters op de leningen van de overheidssector, waarvan zij zich een jaar voordien hadden afgekeerd, opnieuw toegenomen. De andere overheidsorganen die in 1963 slechts voor fr. 0,1 miljard buitenlandse leningen opnamen, hebben in 1964 tot een bedrag van fr. 1,1 miljard in het buitenland geleend; het gaat hier hoofdzakelijk om dollarleningen aangegaan door de Stad Antwerpen. Bij het kapitaalverkeer van de bedrijven en particulieren dient een onderscheid te worden gemaakt tussen de transacties van de overheidsbedrijven en de nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector, de effectentransaties van de particuliere sector, alsmede de directe investeringen en andere transacties van de particuliere sector. Het geheel van deze verrichtingen gaf in 1964 aanleiding tot een nettoontvangst van fr. 8,5 miljard, tegen fr. 1,6 miljard in Het kapitaalverkeer van de overheidsbedrijven en van de nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector sloot in 1964 met een nettoontvangst van fr. 2,3 miljard, tegen fr. 0,6 miljard in 1963; hierin is vooral begrepen het provenu van een deviezenlening uitgegeven door de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid. De nettouitvoer van particulier kapitaal uit hoofde van effectentransacties, die in 1963 het hoge peil van fr. 4,3 miljard bereikt had, werd in 1964 teruggebracht tot fr. 0,9 miljard. De nettoaankopen van Belgische effecten door buitenlanders zijn verminderd, maar deze daling van de ontvangsten werd meer dan volledig goedgemaakt door een aanmerkelijke afneming van de aankopen van buitenlandse effecten door Belgische ingezetenen. De stijging van de rentepercentages op lange termijn in België en de fiscale maatregelen die in sommige andere landen overwogen werden, hebben

7 721 de aantrekkingskracht van de buitenlandse vast rentende effecten doen verminderen. Terwijl de Belgische ingezetenen, in het eerste kwartaal, per saldo, nog voor fr. 1,5 miljard buitenlandse effecten kochten, dan waren, tijdens de laatste negen maanden, na de bekendmaking door de Duitse autoriteiten van hun voornemen een belasting van 25 pct. te heffen op de opbrengsten van obligaties in het bezit van nietingezetenen, de aankopen lager dan de verkopen. De directe investeringen en de overige transacties van de particuliere sector sloten in 1964 met een overschot van fr. 7,1 miljard, tegen fr. 5,3 miljard in De geleidelijke verwezenlijking van de Europese Economische Gemeenschap heeft sedert 1961 blijkbaar bijgedragen tot een versnelling van de buitenlandse, en vooral Amerikaanse, investeringen in de BelgischLuxemburgse Economische Unie. De goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de Belgische en Luxemburgse geldscheppende instellingen, waarvan de beweging de voornaamste tegenpost vormt van het saldo van de betalingsbalans, zijn in 1964 gestegen met fr. 10,8 miljard, terwijl ze in 1963 met fr. 0,6 miljard waren gedaald. De toeneming van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de Nationale Bank werd slechts in zeer geringe mate teniet gedaan door de verhoging van de nettoverplichtingen van de andere geldscheppende instellingen. De vermeerdering met fr. 12,6 miljard van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de Nationale Bank heeft voornamelijk betrek king op de goudvoorraad, de vordering op het Internationale Monetaire Fonds en de valutareserves. De toeneming van de goudvoorraad dient, ten belope van fr. 0,8 miljard, te worden toegeschreven aan de aankopen van Belgische franken tegen goud door het Internationale Monetaire Fonds, toen het VerenigdKoninkrijk gebruik maakte van de door het Fonds geopende kredietlijn. Die zelfde trekking noopte het Fonds eveneens 0,5 miljard van zijn reserves aan Belgische franken af te nemen, terwijl het bovendien een beroep deed op de deelneming van België aan de Algemene Leningsovereenkomsten tot een bedrag van fr. 1,5 miljard; daar het Fonds eveneens Belgische franken verstrekte aan verschillende landen tot een nettobedrag van fr. 1,1 miljard, is de vordering van de Nationale Bank op deze instelling toegenomen met fr. 3,1 miljard. De aangroei van de valutareserves met fr. 5,5 miljard moet hoofdzakelijk worden toegeschreven aan de dollarvoorschotten ten belope van fr. 3,75 miljard aan de Bank of England en aan de verhoging met fr. 1,5 miljard van de dollarreserves ten gevolge van de opneming door de Federal Reserve Bank van New York van Belgische franken waarover zij krachtens swapakkoorden de beschikking had. De nettoverplichtingen van de overige geldscheppende instellingen stegen slechts met fr. 1,8 miljard, tegen fr. 11,8 miljard in 1963; dit jaar bedroegen de valutaverplichtingen die de Belgische banken in het buitenland aangingen om kredieten aan de Staat te verstrekken, inderdaad slechts fr. 1,8 miljard, tegen fr. 8,6 miljard in DEEL 2 DEELTABELLEN EN TECHNISCHE AANTEKENINGEN Tabel II : Rubriek 1.1 «Goederentransacties». Rubriek 1.11 «Uit en invoer». Deze gegevens werden verkregen door een zeker aantal correcties aan te brengen aan de door het BelgischLuxemburgs Instituut voor de Wissel geregistreerde betalingen. De belangrijkste correctie bestaat erin de uitvoer en invoertransacties op krediet bij de betalingen te voegen; zij wordt toegelicht in paragraaf 2 van de in het aanhangsel opgenomen tekst. De betalingen voor goedereninvoer en uitvoer werden, vooral in 1964, wellicht beïnvloed door wijzigingen in de betalingstermijnen (leads and tags), inzonderheid een verkorting van de inningstermijnen bij de uitvoer. Deze wijzigingen hadden moeten opgetekend worden als kapitaalverkeer en niet als goederenverkeer; het bestaande statistisch materiaal maakt het

8 722 Tabel II. Rubriek 1.1 «Goederentransacties» (Mi jarden franken) Periode Ontvangsten 1.11 Uit en invoer 1.12 Loonwerk Uitgaven 1 Saldo Ontvangsten 1,18 Arbitrage Uitgaven Saldo Saldo Ontvangsten 2 Totaal Uitgaven Saldo 1961 Jaar 172,7 178,8 6,1 4,1 1,4 + 2,7 + 2,3 179,1 180,2 1, Jaar 181,1 187,5 6,4 5,1 1,3 + 3,8 + 3,1 189,3 188,8 + 0, halfjaar 96,1 98,8 2,7 2,4 0,7 + 1,7 + 0,9 99,4 99,5 0,1 2 0 halfjaar 105,0 110,9 5,9 2,7 1,1 + 1,6 + 1,5 109,2 112,0 2,8 Jaar 201,1 209,7 8,6 5,1 1,8 + 3,3 + 2,4 208,6 211,5 2, halfjaar 111,4 118,7 7,3 3,1 0,9 + 2,2 + 2,8 117,3 119,6 2,3 2e halfjaar 119,1 120,5 1,4 3,9 0,9 + 3,0 + 2,6 125,6 121,4 + 4,2 Jaar 230,5 239,2 8,7 7,0 1,8 + 5,2 + 5,4 242,9 241,0 + 1,9 1 Voor een deel van de invoer zijn het c.i.fcijfers, d.w.z. inclusief de vervoer en verzekeringskosten van deze invoer. 2 Inch het positief saldo van de arbitrage. evenwel niet mogelijk de vereiste correctie aan te brengen. Rubriek 1.13 «Arbitrage». Het saldo van deze rubriek is gelijk aan het verschil tussen, enerzijds, het bedrag van de verkopen aan derde landen van goederen die door Belgische ingezetenen in andere derde landen gekocht werden, en, anderzijds, de aankoopprijs van deze goederen vermeerderd met de uitgaven in het buitenland die de Belgische ingezetenen uit hoofde van hun wederverkoop moesten dragen; m.a.w., het saldo van deze transacties omvat de winstmarge van de Belgische en Luxemburgse expediteurs en de kosten die zij voor het verwezenlijken van hun transacties aan andere ingezetenen hebben betaald. Het is mogelijk dat deze rubriek, zoals die van de in en uitvoer, beïnvloed werd door de wijzigingen in de betalingstermijnen van de gekochte of verkochte goederen. Tabel III : Rubrieken 1.3 tot 1.8 «Diensten. transacties». De cijfers van die tabel dienen met veel omzichtigheid te worden gebruikt. Een zeker aantal uitgaven en ontvangsten uit hoofde van dienstentransacties zijn gecompenseerd, inzonderheid op het gebied van het reisverkeer, en zijn bijgevolg niet in de betalingsstatistieken geregistreerd. Rubriek 1.5 «Reisverkeer». De ontvangsten en uitgaven uit hoofde van reisverkeer zijn in dezelfde verhouding toege nomen. De stijging van de ontvangsten blijkt ook uit die van het aantal overnachtingen van vreemdelingen in België, vermeld in tabel IV. Rubriek 1.6 «Opbrengsten uit investeringen». Krachtens de overeenkomst van 6 februari 1965, waarvan sprake zal zijn in rubriek 3.1 «Kapitaalverkeer van de overheid», draagt België de last van de Kongolese schuld luidend in andere valuta's dan de Kongolese frank. De betalingen van interest op deze schuld werden dus opgenomen bij de uitgaven onder de rubriek «Opbrengsten uit investeringen» voor al de jaren sedert De onder deze rubriek opgenomen ontvangsten en uitgaven zijn in 1964 tamelijk sterk toegenomen. Bij de factoren die de ontvangsten en de uitgaven ongetwijfeld hebben beïnvloed, dient o.m. vermeld te worden een grotere activiteit van de Belgische en Luxemburgse banken op de internationale financiële markten. Wat meer in het bijzonder de ontvangsten betreft, dient er op gewezen te worden dat hun expansie in 1963 geremd werd door de gevolgen van de fiscale hervorming die wellicht tot uiting kwamen hetzij in de directe inning in het buitenland van buitenlandse coupons, die belangrijker was dan de voorgaande jaren, hetzij eenvoudig in een afwachtende houding die bepaalde houders van buitenlandse effecten ertoe zou aangespoord hebben de inning van hun opbrengsten uit te stellen. In deze laatste veronderstelling werden de ontvangsten die betrekking hadden op het jaar 1963 mogelijk slechts in 1964 verwezenlijkt,

9 l 723 Rubrieken 1.3 tot 1.8 «Dienstentransaeties» ,1 1.8 Overige 1.7 Overhe idstransacties niet elders vermeld 1. 0 Opbrengsten uit investeringen Zawligespu Vervoer en verzekeringskosten van goederen 1 2 Periode Opp3 S Uitgaven Ontvangsten I 0PIeS Uitgaven Ontvangsten I 0PIe S, Uitgaven Ontvangs te n I e PM Uitgaven Ontvangsten Saldo i Uitgaven Ontvangste n I eple Uitgaven Ontvangsten ' o plas Uitgaven Ontvangsten.4 <1.1 <1.. 0 t0 CO 1.0 CO.. C 0 c» r 4. C; 11" +++ II III., t t OD ud UD c C9 Zg g7 cc g g cc CD r9 r9 OD Cn C9 CA,M 10 r9 10 CO. CO CnC9 r9, xo c9 UD C9 OD co r9 C9 10 CO r9 CO Cn C co cn c::.,f, d.,,t. cn o.) p1 cc t CO IC> cc cn co r9 r9 ri r9 r9 10 CZ, In C CO In cc Cn C> C> Cr> CD r9 C9 r9 r9 r9 r9 r9 r9 C9 r9 C9 xn In CD r9 C9 CO C/^ o C., r.1 r7,.1. C.. 1 I I I I III cool cz ko 4.. cz c) o,.... <1.1 cc OD CO CO <N CO C. C9 0 UD 0 V') CD C cc a7 *. oi 0.;* u..; c ;' c., jo' co,, cl,,i o cq ad CD /1 0 PD 0 r1 r.i C 07 E A III , co 0 CCD CO r1 0 P C CO 0 <P C0 P.0 UD r1 ri n C CD ri UD 02 CD CO C9 te kos cc CO. <I," NP; CO w 4 c7 1 e, cq,1,4 0 t t.e. vervoer c7,7 cg" co,.7,7 cc 2 dere I I III 111 An cq C0 un C) r9 OD CO ri 4 C> Cn,r en riln c) nl rs ri 1. cc. cp. <p UD CD CO r9 C, CO cc CO,M C, CO 10 CO CV <P <P OD O UD C) I CD C) C; C7 Je; r9 1 h E A E F F r9 C9 co 0 co CC t i CO" ;114 CP; r1 14 CO^ cn CO C9 CO CO,r, t <P t CO 03 ri 00,r C C :O C 00 C> I+ I I III co t. C0 CC CC CC ni r ) r,m,r cc CD ri c>,r <D CO CD 00 O> t CO CO d+..4. CO.1. rt, Cr> 1961 Jaar 1962 Jaar 1963 le halfjaar 2e halfjaar Jaar 1964 le halfjaar 2e halfjaar Jaar ro g w ti.59. zst.0 bm 2 5 o ga ti,' klg I ' ts. o ""' o o x $71 s 51 5 g" g. E.g p ti.5 2}.22 P.. Fj g 21 t.0 0 " C Q. b g g g1 3; 2 g.' g % P221,41.. g tg ri. a 0 0.,1!0 0.1,1' m~á 08 àx % 5 no; g 11' 75 1) ",'. i4' ^1 7 g. 1 S o t ' wat aanleiding heeft kunnen geven tot een verhoging van ontvangsten uit hoofde van opbrengsten uit investeringen. Rubriek 1.7 «Overheidstransaties niet elders vermeld». Deze rubriek omvat grotendeels, in ontvangsten, de lopende uitgaven van Europese instellingen waarvan de zetel thans in de B.L.E.U. gevestigd is. Deze uitgaven stegen van fr. 3 miljard in 1963 tot fr. 3,3 miljard in De belangrijke stijging van de overheidsuitgaven in 1964 is, zoals in 1963, hoofdzakelijk toe te schrijven aan de toeneming van de aankopen van legermaterieel in het buitenland. Rubriek 1.8 «Overige dienstentransacties». Tabel V geeft een indeling van deze rubriek. Tabel VI : Rubrieken 2.1 en 2.2 «Overdrachten». Rubriek 2.1 «Particuliere overdrachten». De ontvangsten bestaan voornamelijk uit de bezoldigingen waarover de in Kongo werkende Belgen in België beschikken. Hoewel het grootste deel van die bezoldigingen in België werd ontvangen en hierbij geen enkele financiële transactie met Kongo plaatshad, komen zij toch onder deze rubriek voor, gelet op de buitenlandse verblijfplaats van de bezoldigde personen. Bovendien omvatten de ontvangsten vergoedingen uitgekeerd aan oorlogslachtoffers in België en Luxemburg, tot een bedrag van fr. 1,4 miljard in 1961, fr. 0,3 miljard in 1962 en fr. 0,2 miljard in 1963 en Rubriek 2.2 «Overdrachten van de Staat». De uitgaven voor overdrachten van de Staat omvatten de technische hulp van België aan Kongo, o.m. het door België betaalde deel van de wedden van de Belgische technici die hun medewerking verlenen aan de Kongolese administratie, en de verschillende tranches van de bijdragen die België krachtens een aangegane verbintenis moet betalen aan het Europese Ontwikkelingsfonds van de Europese Economische Gemeenschap. Het feit dat de bijdragen van 1962 en van 1963 tot het Fonds beide in 1963 werden betaald en dat in 1964 geen enkele bijdrage werd gestort, verklaart de vermindering, van het ene jaar tot het andere, van de nettouitgaven uit hoofde van de 4) overdrachten van de Staat.

10 Tabel IV. Bron : Nationaal Instituut voor de Statistiek. Periode 724 Aantal overnachtingen van vreemdelingen in België Verenigd Koninkrijk Frankrijk (Duizendtallen) Nederland Land van gewoon verblijf West. Duitsland. _ Zwitserland Verenigde Staten Diversen 1 Totaal Excl. het Groothertogdom Luxemburg. Tabel V. Rubriek 1.8 «Overige» van de dienstentransacties (Miljarden franken) Grensarbeiders Koveltjes voor films, voor patenten auteursrechten Makelaarsen commissielonen Verzekeringspremies en uitkeringen 1 Diverse diensten Totaal Periode Ontvangsten Uitgaven oplas Ontvangsten! Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten uaagolln Opp3S Ontvangsten Uitgaven Opp3S Ontvangsten U itgaven PPS 1961 Jaar 4,1 0,8 13,3 1,4 2,2 0,8 4,6 3,7 10,9 1,6 1,9 0,3 4,7 2,7 12,016,411,3 15, Jaar 4,4 0,7 13,7 2,3 2,6 0,3 5,7 4,6 A1,1 1,5 1,8 0,3 5,2 4,2 11,019,113,9 A5, le halfj. 2e halfj. 2,3 0,4 11,9 1,1 1,3 0,2 3,2 2,4 A0,8 1,0 0,9 A0,1 1,9 2,0 0,1 9,5 7,0 A2,5 2,6 0,5 12,1 1,2 1,8 0,6 3,4 3,0 A0,4 0,8 1,0 0,2 2,0 2,1 0,110,0 8,4 A1,6 Jaar 4,9 0,9 A4,0 2,3 3,1 0,8 6,6 5,4 11,2 1,8 1,9 0,1 3,9 4,1 0,219,515,4 A4, halfj. 2,4 0,5 11,9 1,4 1,7 0,3 3,7 2,9 10,8 0,9 1,0 0,1 2,3 2,3 10,7 8,4 12,3 2e halfj. 2,6 0,5 A2,1 1,3 1,8 0,5 3,8 3,3 0,5 1,1 1,1 3,0 3,2 0,211,8 9,9 A1,9 Jaar 5,0 1,0 14,0 2,7 3,5 0,8 7,5 6,2 A1,3 2,0 2,1 0,1 5,3 5,5 0,222,518,3 A4,2 1 Excl. de premies en ui keringen in verband met levens, krediet en kapitalisatieverzekeriugen en, voor 1962, 1968 en 1964, excl. die welke betrekking hebben op de verzekeringen van het goederenvervoer. Tabel VI. Rubrieken 2.1 en 2.2 «Overdrachten» (Miljarden franken) Periode OMvangsten 2.1 Particulieren 2.2 Staat Totaal Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ont vangeten Uitgaven Saldo 1961 Jaar 5,8 2,8 E 3,0 2,3 2,3 5,8 5,1 + 0, Jaar 5,6 3,0 A 2,6 0,1 1,9 1,8 5,7 4,9 I 0, le halfjaar 3,0 1,6 F 1,4 1,5 1,5 3,0 3,1 0,1 2e halfjaar 3,0 1,9 + 1,1 0,1 1,7 1,6 3,1 3,6 0,5 Jaar 6,0 3,5 A 2,5 0,1 3,2 3,1 6,1 6,7 0, le halfjaar 3,1 1,8 A 1,3 1,3 1,3 3,1 3,1 2e halfjaar 3,5 1,8 A 1,7 0,1 1,2 1,1 3,6 3,0 + 0,6 Jaar 6,6 3,6 A 3,0 0,1 2,5 2,4 6,7 6,1 1 0,6 Tabel VII : Rubrieken 3.1 en 3.2 «Kapitaalverkeer van de overheid». Rubriek 3.1 «Staat». De nettokapitaalontvangsten van de Staat uit het buitenland bereikten in 1964 slechts fr. 0,4 miljard. Zij vloeien voort uit een vermeerdering van de verplichtingen op meer dan één jaar met fr. 0,6 miljard, een vermindering van de verplichtingen op korte termijn met fr. 0,1 miljard en een nettolening aan andere Staten tot een bedrag van fr. 0,1 miljard.

11 725 Tabel VII. Rubrieken 3.1 en 3.2 «Kapitaalverkeer van de overheid» (Miljarden franken) Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo traqs8usequo Uitgaven Saldo 3.1 Staat : Verplichtingen op meer dan een jaar aan het buitenland : Emissies 7,3 I 7,3 1,5 I 1,5 4,5 + 4,5 3,9 I 3,9 Terugbetalingen 1,6 1,6 2,9 2,9 2,6 2,6 3,3 3,3 Leningen op lange termijn aan andere Staten 0,2 0,3 0,1 0,7 0,7 0,4 0,4 0,1 0,1 Participaties Vorderingen op korte termijn 1 0,1 0,1 Verplicht. op korte termijn 1 1,8 12,6 10,8 5,4 5,5 0,1 3,0 2,1 1 0,9 1,6 1,7 0,1 3.2 Andere overheid : Verplichtingen op meer dan een jaar aan het buitenland : Emissies 0,3 j 0,3 0,7 + 0,7 Terugbetalingen Vorderingen op korte termijn 0,1 + 0,1 0,1 I 0,1 0,1 I 0,1 0,1 I 0,1 Verplichting. op korte termijn. 0,3 I 0,3 1 Nettoontvangsten en uitgaven voor de verrichtingen met een zelfde instelling op Belgische schatkistcertificaten gesteld in een zelfde valuta. De cijfers van deze kolom omvatten niet de veranderingen van het uitstaande bedrag sol atkistcertificaten afgestaan aan het Internationale Monetaire Fonds; elke stijging of daling van dit bedrag (buiten een stijging veroorzaakt door een verhoging van de quota's) komt tot uiting in de betalingsbalans van de B.L.E.U., niet als een in of uitvoer van overheidskapitaal, maar als een daling of stijging van de goudvoorraad en nettodeviezenpositie van de Nationale Bank van Belgió (tabel XII) omdat, krachtens de op 1 augustus 1959 en 14 oktober 1959 gesloten overeenkomsten tussen de Belgische Staat en de Bank, deze laatste de opbrengst ontvangt van de inschrijvingen en de lasten draagt van de inningen van bedoelde certificaten; deze boekingswijze stemt overeen met de voorschriften van de derde uitgave van het Balance of Paymente Manna dat al de transacties van een land met hot Internationale Monetaire Fonds beschouwt als verrichtingen van de geldscheppende instellingen. Wat de uitgiften op meer dan één jaar betreft, komt de ontvangst van fr. 3,9 miljard voort van de plaatsing van schatkistcertificaten bij Duitse en Amerikaanse banken, tot een bedrag van respectievelijk fr. 1,9 en 1,1 miljard, en, voor het overige, van de cessie aan het buitenland door Belgische banken van een deel van de valutaschuld van de Staat, die oorspronkelijk bij deze banken was ondergebracht. De terugbetalingen van de verplichtingen op meer dan één jaar omvatten, tot een bedrag van fr. 1,1 miljard, aflossingen op de door België gewaarborgde Kongolese schuld. Krachtens de op 6 februari 1965 ondertekende overeenkomst tussen België en de Democratische Republiek Kongo, draagt België de last van de schuld van BelgischKongo luidend in andere valuta's dan de Kongolese frank, voor zover zij door de Belgische Staat gewaarborgd is. De aflossingen van die schuld moeten dus aanleiding geven tot een uitgave van de Staat uit hoofde van terugbetalingen van verplichtingen en niet meer uit hoofde van de vorming van vorderingen op korte termijn van de Staat op Kongo, zoals vóór de Conventie van 6 februari het geval was. De bedragen die betrekking hebben op deze aflossingen werden dus voor al de jaren sedert 1961 van deze tweede rubriek naar de eerste overgebracht. Om dezelfde redenen werden de betaalde interesten van de door de Belgische Staat gewaarborgde Kongolese deviezenschuld overgebracht van de kapitaaluitgaven van de Staat uit hoofde van de vorming van vorderingen op Kongo naar de lopende uitgaven uit hoofde van opbrengsten uit investeringen. De leningen op lange termijn aan andere Staten betreffen een voorschot in Belgische franken aan Turkije. Tabel VIII geeft een indeling per geldsoort van de toegestane en opgenomen leningen van de Staat op meer dan één jaar. Er zij aan herinnerd dat men de verplichtingen van de Staat aan het buitenland niet moet verwarren met de openbare schuld in buitenlandse geldsoorten. Eensdeels omvatten de verplichtingen van de Staat aan het buitenland de openbare schuld in Belgische franken en de door de Belgische Staat gewaarborgde Kongolese schuld, waarvan men weet dat ze in het buitenland ondergebracht zijn. Anderdeels vertegenwoordigt de overheidsschuld in buitenlandse geldsoorten niet voor

12 726 Tabel VIII. Indeling per geldsoort van de door de Staat toegestane en opgenomen leningen op meer dan een jaar (Miljarden franken) Binnenkomend kapitaal : j Uitgaand kapitaal : Toegestane leningen Opgenomen leningen Toegestane leningen Opgenomen leningen Toegestane leningen Opgenomen leningen Toegestane leningen Opgenomen leningen Opnemingen : DM BF N. guld. U.S.$ ZF Totaal 0,3 0,3 1 2,5 I 2,1 + 2,7 + 7,3 0,7 0, ,5 + 1,5 0,4 0,4 I 4,4 I 0,1 + 4,5... 0,1 0,1 I 1,9 I 2,0 + 3,9 Terugbetalingen : DM N. guld. U.S.$ ZF BF Canad. $ Totaal I 0,2 + 0,2 0,1 1,3 0,1 0,1 1,6... 0,1 2,5 0,1 0,1 0,1 2,9 0,1 0,3 1,9 0,1 0,1 0,1 2,6 0,3 2,1 0,1 0,8 8,3 Saldo : DM BF N. guld. U.S.$ ZF Canad. $ Totaal + 0,2 0,3. + 2,5 + 2,0 + 1,4 0,1 0,1 0, ,1 0,1 1,0 0,1 0,1 0, ,1 0,3 + 2,5 0,1 0,1 0,1 + 1,9 0,3 0,1 0,1 0,8 0,1 + 5,7 0,7 1,4 0,4 + 1,9 0,I. + 0,6 het volle bedrag een verplichting van de Staat aan het buitenland, want een gedeelte van die schuld is ondergebracht bij de banken in België. Tabel IX geeft de bedragen die men moet aftrekken van of bijvoegen bij de mutatie van de openbare schuld in buitenlandse geldsoorten om de beweging te verkrijgen van de verplichtingen van de Staat aan het buitenland. Rubriek 3.2 «Andere overheid». De ontvangst van fr. 1 miljard onder de verplichtingen op lange en op korte termijn aan het buitenland, vertegenwoordigt het provenu van een dollarlening uitgegeven door de Stad Antwerpen. De ontvangst van fr. 0,1 miljard onder de kortlopende vorderingen vertegenwoordigt terugbetalingen aan de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid van in betalingsakkoorden geconsolideerde vorderingen, die zij krachtens de Overeenkomst van 1 juli 1959 van de Nationale Bank had afgekocht. Tabel X : Rubrieken 4.1 en 4.2 «Kapttaalverkeer van de overheldsbedrijven en van de nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector». Rubriek 4.1 «Overheidsbedrijven». De Regie van Telegrafie en Telefonie vermeerderde haar verplichtingen op meer dan één jaar, terwijl de Nationale Maatschappij van Belgische Spoorwegen de hare verminderde. Rubriek 4.2 «Nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidsector». De nettoontvangsten zijn hoofdzakelijk het gevolg van een lening in deviezen uitgegeven door de Nationale Maatschappij voor Krediet aan de Nijverheid, en bestemd voor de financiering van industriële investeringen. Rubriek 4.3 «Nettokapitaalverkeer van de particuliere sector».

13 727 Tabel IX. Evolutie van de openbare schuld in buitenlandse geldsoorten en evolutie van de verplichtingen van de Staat aan het buitenland (Miljarden franken) Schuld op meer dan een jaar : Openbare schuld in buitenlandse geldsoorten j 6,1 0,9 + 3,6 + 1,4 Min : Openbare schuld in buitenlandse geldsoorten ondergebracht bij de Belgische banken ( ) () (+0,5) (0,3) Openbare schuld in buitenlandse geldsoorten die in de betalingsbalans opgenomen is + 6,1 0,9 + 3,1 1 1,7 Openbare schuld in Belgische franken waarvan men weet dat ze in het buitenland is ondergebracht 0,1 Gewaarborgde Kongolese schuld 0,4 0,6 1,2 1,1 Diversen + 0,2 Verplichtingen van de Staat aan het buitenland + 5, 7 1,4 + 1,9 + 0,6 Schuld op ten hoogste een jaar : Openbare schuld in buitenlandse geldsoorten 3,6 9,1 I 5,8 + 1,0 Min : Openbare schuld in buitenlandse geldsoorten ondergebracht bij de Belgische banken (+7,8) (8,6) (+4,4) (+2,1) Openbare schuld in buitenlandse geldsoorten die in de betalingsbalans opgenomen is 11,4 0,5 + 1,4 1,1 Openbare schuld in Belgische franken waarvan men weet dat ze in het buitenland is ondergebracht + 1,2 + 0,5 0,5 + 1,1 Gewaarborgde Kongolese schuld 0,2 Diversen 0,4 0,1 0,1 Verplichtingen van de Staat aan het buitenland 10,8 0,1 + 0,9 0,1 Rubriek 4.32 «Overig particulier kapitaalverkeer (directe investeringen inbegrepen)». Tabel XI geeft de verdeling van deze kapitalen voor de jaren 1961 tot 1964 volgens hun bestemming als BelgischLuxemburgse investeringen en beleggingen in het buitenland of als buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U. De transacties waarvan de aard niet nader bepaald is, werden gegroepeerd onder de benaming «Nietonderscheiden investeringen en beleggingen»; daar de richting en de omvang van deze transacties van de ene periode tot de andere zeer kunnen verschillen en zij, indien men over nader statistisch materiaal zou beschikken, naargelang het geval zouden moeten toegevoegd worden aan de BelgischLuxemburgse investe ringen en beleggingen in het buitenland, of aan de buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U., kan de evolutie van deze beide rubrieken een enigszins onjuist beeld geven. Bovendien dient te worden onderstreept dat de cijfers van de BelgischLuxemburgse investeringen en beleggingen in het buitenland, evenzeer als die van de buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U., opgevoerd kunnen zijn door gelijktijdige invoer en uitvoertransacties van kapitaal, m.a.w. door buitenlands kapitaal dat in de B.L.E.U. doorgevoerd wordt en, bij het binnenkomen, geregistreerd wordt als investeringen en beleggingen in de B.L.E.U. en, bij het uitgaan, als investeringen en beleggingen in het buitenland. Ten slotte kunnen onder het in de B.L.E.U. ingevoerde kapitaal begrepen

14 728 Tabel X. Rubrieken 4.1 en 4.2 «Kapitaalverkeer van de overheidsbedrijven en van de nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector» (Miljarden franken) Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo 4.1 Overheidsbedrijven : Verplichtingen op meer dan een jaar aan het buitenland : Emissies 2,3 +2,3 0,1 +0,1 0,2 +0,2 0,4 +0,4 Terugbetalingen 0,4 0,4 0,2 0,2 0,3 0,3 0,2 0,2 Vorderingen op korte termijn..... Verplichting, op korte termijn 0,1 +0,1 4.2 Nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector : Verplichtingen op meer dan een jaar aan het buitenland : Emissies 0,5 +0,5 0,6 +0,6 2,0 +2,0 Terugbetalingen 0,2 0,2 0,6 0,6 0,1 0,1 Leningen op lange termijn 0,2 0,2 0,2 0,2 Vorderingen op korte termijn.... Verplichting. op korte termijn 0,1 0,1 0,1 +0,1 0,2 0,1 +0,1 0,5 0,2 +0,3 Tabel XI. Rubriek 4.32 «Overig particulier kapitaalverkeer (directe investeringen inbegrepen)» (Miljarden franken) BelgischeLuxemburgse investeringen en beleggingen in het buitenland + 2,1 1,4 4,9 6,0 Buitenlandse investeringen en beleggingen in de B.L.E.U. + 3,5 + 5,6 + 8,9 +12,1 Nietonderscheiden investeringen en beleggingen 0,4 0,8 + 1,3 + 1,0 + 5,2 + 3,4 + 5,3 + 7,1 zijn de opbrengsten van investeringen in het buitenland of nog het provenu van sommige andere transacties wanneer de oorsprong van de geldmiddelen niet kon worden bepaald. Tabel XII : «Vorderingen en verplichtingen van de geldscheppende instellingen in de B.L.E.U. op en aan het buitenland». A «Vorderingen van de Nationale Bank van België : Aandeel in het I.M.F.». Het bedrag van deze rubriek stijgt wanneer het Internationale Monetaire Fonds zijn tegoeden in Belgische franken vermindert om deze aan de LidStaten te verkopen; het daalt wanneer het Fonds zijn tegoeden opnieuw aanvult met Belgische franken gekocht van de LidStaten. Hoewel zij gepaard gaan met het incasseren of het afnemen van Belgische schatkistcertificaten door het Fonds, komen deze disponeringen en bijstortingen op de betalingsbalans van de B.L.E.U. voor als variaties van een vordering van de Nationale Bank en niet als kapitaalverkeer van de Staat, omdat krachtens de overeenkomsten van 1 augustus 1959 en 14 oktober 1959 gesloten tussen de Staat en de Bank, deze laatste voor rekening en tot ontheffing van de Staat de verrichtingen met het Internationale Monetaire Fonds financiert. Deze boekingswijze strookt met de voorschriften van de derde uitgave van het Balance of Payments Manual dat al de transacties van een land met het Fonds beschouwt als behorend tot het domein der geldscheppende instellingen. In 1964 leverde het Fonds Belgische franken ten bedrage van 1 miljard aan Italië,

15 729 Tabel XII. Vorderingen en verplichtingen van de geldscheppende instellingen in de Belgisch Luxemburgse Economische Unie op en aan het buitenland (Miljarden franken) Uitstaande bedragen Bewegingen in 1981 in 1962 in 1983 in 1964 A. Vorderingen van : 1. Nationale Bank van België : 1.1 Goud 58,5 62,4 68,3 68,6 72,5 + 3,9 + 5,9+ 0,3 + 3,9 1.2 I.M.F. : 1.21 Aandeel 4,4 8,0 6,7 7,1 8,7 + 3,6 1,3 + 0,4 + 1, Leningen 1 1,5 + 1,5 1.3 Obligaties 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 1.4 Voorschotten, disconto en acceptkredieten 2,4 2,4 3,8 4,1 4,3 + 1,4 + 0,3 + 0,2 1.5 Vorderingen op de E.B.U. 2 3,5 0,4 0,3 0,1 0,1 3,1 0,1 0,2 1.6 Overige : 1.61 In buitenlandse valuta's 3 12,6 20,4 12,8 21,5 27,0 + 7,8 7,6 + 8,7 + 5, In Belgische franken 3 0,1 1,5 1,5 + 0,1 0,1 + 1,5 1.7 Totaal 81,5 93,8 92,0 103,0 115,7 +12,3 1,8 +11,0 +12,7 2. Belgische overheidsinstellingen : voorschotten, disconto en acceptkredieten. 0,4 0,5 0,2 0,2 0,1 + 0,1 0,3 0,1 3. Belgische en Luxemburgse banken : 3.1 Obligaties 0,9 1,5 1,1 0,9 0,9 + 0,6 0,4 + 0, Voorschotten, disconto en acceptkredieten 3,3 4,3 6,4 9,2 12,2 + 1,0 + 2,1 + 1, ,0 3.3 Overige : 3.31 In buitenlandse valuta's 13,0 14,1 19,4 20,5 29,0 + 1,1 + 5,3 + 1,1 + 8, In Belgische franken 0,9 1,0 1,7 1,8 2,5 + 0,1 + 0,7 + 0,1 + 0,7 3.4 Totaal 18,1 20,9 28,6 32,4 44,6 + 2,8 + 7,7 + 2, ,2 Totaal der vorderingen van de geldscheppende instellingen 100,0 115,2 120,8 135,6 160,4 +15,2 + 5,6 A 13, ,8 B. Verplichtingen van : 1. Nationale Bank van België 1.1 Aan het I.M.F. 0,2 0,2 0,2 0,2 0,2 1.2 Aan andere officiële instellingen 4 0,8 0,9 0,8 0,6 0,7 + 0,1 0,1 0,2 + 0,1 1.3 Overige : 1.31 In buitenlandse valuta's 132 In Belgische franken Totaal 1,0 1,1 1,0 0,8 0,9 + 0,1 0,1 0,2 + 0,1 2. Belgische overheidsinstellingen 2.1 Aan officiële instellingen Overige 1,5 2,0 1,9 3,1 2,8 + 0,5 0,1 + 1,2 0,3 2.3 Totaal 1,5 2,0 1,9 3,1 2,8 + 0,5 0,1 + 1,2 0,3 3. Belgische en Luxemburgse banken : 3.1 In buitenlandse valuta's 9,5 22,6 23,1 34,6 47,4 A13,1 + 0,5 111,5 A12,8 3.2 In Belgische franken 10,8 11,7 13,0 14,6 16,0 + 0,9 + 1,3 + 1,6 + 1,4 3.3 Totaal 20,3 34,3 36,1 49,2 63,4 +14,0 + 1,8 +13,1 +14,2 Totaal der verplichtingen van de geldscheppende instellingen 22, ,0 53,1 67,1 +14,6 + 1,6 +14,1 +14,0 C. Goudvoorraad en nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen van de B.L.E.U. (A B) 77,2 77,8 81,8 82,5 93,3 + 0,6+ 4,0 0, ,8 1 Speciale bons van de Belgische Schatkist (Wet van 4 januari Overeenkomst van 1 februari 1963). 2 Bilateraal gemaakte vorderingen op de debiteurlanden, bij de vereffening van de E.B.U. 3 Voor de aan 30 juni 1963 voorafgaande periode hebben de bedragen van rubriek 1.61 s In buitenlandse valuta's e alleen betrekking op de inwisselbare buitenlandse valuta's, terwijl die van rubriek 1.62 s In Belgische franken» niet alleen slaan op de Belgische franken maar ook op de niet inwisselbare buitenlandse valuta's. Deze laatste vertegenwoordigen slechts geringe bedragen. 4 Exclusief de nietgeldscheppende internationale instellingen. 5 De evolutie stemt niet overeen met het verschil tussen de eindejaarsbedragen omdat bepaalde zuiver boekhoudkundige bewegingen werden uitgeschakeld.

16 730 0,5 miljard aan het VerenigdKoninkrijk, 0,4 miljard aan de Verenigde Staten en 0,3 miljard aan Turkije, en het kocht er voor 0,2 miljard van Turkije, 0,2 miljard van Italië en 0,2 miljard van verschillende Zuidamerikaanse landen. A «Vorderingen van de Nationale Bank van België : Leningen aan het I.M.F.». Deze rubriek geeft het bedrag aan van de leningen verstrekt aan het Internationale Monetaire Fonds krachtens de instemming van de Belgische Regering bekrachtigd bij de wet van 4 januari 1963 met de beslissing van 5 januari 1962 van de raad van beheer van het Fonds met betrekking tot de Algemene Leningsovereenkomsten. In 1964 heeft België aldus aan het Fonds een lening van 1,5 miljard toegekend om het in staat te stellen een gedeelte van de aankoop van Belgische franken door het VerenigdKoninkrijk te financieren. Deze aankoop had plaats in het kader van het krediet van $ 1 miljard dat bij het Fonds ten behoeve van het VerenigdKoninkrijk geopend werd. Deze lening is gedekt door speciale bons van de Belgische Schatkist, die de Bank verkreeg krachtens haar overeenkomst met de Staat van 1 februari 1963, geamendeerd door die van 1 december Volgens de bepalingen van deze overeenkomst worden de leningen aan het Internationale Monetaire Fonds geboekt als variaties van een vordering van de Nationale Bank op het buitenland. A «Overige vorderingen van de Nationale Bank van België : in buitenlandse valuta's». Behoudens een marge van enkele honderden miljoenen, die de Bank aanhoudt om de noteringen op de valutamarkt te kunnen regulariseren, staan tegenover de vorderingen in buitenlandse valuta's van de rubriek A. 1.61, op de balans van de Bank, verplichtingen om op termijn deviezen tegen Belgische franken te leveren, hetzij aan de Schatkist om de komende vervaldagen van de schuld in buitenlandse valuta's te dekken, hetzij aan de Belgische banken die aan de Bank contant deviezen hebben verkocht om in te schrijven op schatkistcertificaten in Belgische franken, hetzij aan de Federal Reserve Bank of New York krachtens de met deze instelling gesloten «swap»overeenkomsten, hetzij aan de Bank of England in het kader van de haar toegezegde dollarvoorschotten. In 1964 is het de evolutie van de op termijn aan de Federal Reserve Bank of New York verkochte dollartegoeden en het bedrag van de dollarvoorschotten toegestaan aan de Bank of England, die eveneens op termijn gedekt zijn, die in hoofdzaak de tegenpost vormen van de verhoging met fr. 5,5 miljard in deze rubriek. A «Overige vorderingen van de Nationale Bank van België in Belgische franken». Deze vorderingen bestaan uit certificaten van de Amerikaanse Schatkist in Belgische franken. Het bedrag ervan onderging in 1964 geen wijzigingen. A «Overige vorderingen van de Belgische en Luxemburgse banken in buitenlandse valuta's» en B. 3.1 «Verplichtingen van de Belgische en Luxemburgse banken in buitenlandse valuta's». De onder deze twee rubrieken geregistreerde bedragen gaven in 1964 een aanzienlijke stijging te zien. Het accres was nochtans sterker voor de verplichtingen dan voor de vorderingen : eensdeels, stond tegenover de inkrimping van de deposito's in deviezen van de Belgische ingezetenen bij de Belgische banken, die in 1964 fr. 4 miljard bereikte, blijkbaar de tegeldemaking van sommige bankactiva in buitenlandse valuta's op het buitenland en, anderdeels, dienden de Belgische banken om de uitbreiding van hun bezit aan binnenlands papier in deviezen te financieren, zich in het buitenland middelen in vreemde valuta's aan te schaffen. Tabellen XIII tot XVI : Geografische betalingsbalans van de B.L.E.U. Het criterium gebruikt bij de geografische indeling van de betalingen van de B.L.E.U. met het buitenland was, over het algemeen, het land van verblijf van de buitenlandse ontvanger of opdrachtgever van de betaling. Ontbrak deze inlichting, dan diende de geldsoort waarin de betaling plaatsvond als criterium voor de indeling van de transacties die blijkbaar meestal geschieden in de valuta van de buitenlandse partner, veeleer dan in andere geldsoorten. De betalingen zonder enige betrouwbare aanduiding van het land van ver

17 731 blijf van de buitenlandse ontvanger of opdrachtgever, zoals dit bij voorbeeld voor sommige kapitaaltransacties van de particuliere sector het geval is, zijn opgenomen in kolom X «Nietgelokaliseerde betalingen en aanpassingen». Bovendien worden hierna bijzonderheden gegeven over de indelingswijze van rubriek 7 «Totaal van de ontvangsten en uitgaven waarvan het saldo overeenstemt met de mutaties van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen». Rubriek 1.13 «Arbitrage». Het cijfer van deze rubriek werd niet gesplitst per geografisch gebied, maar in zijn geheel opgenomen in kolom X «Nietgelokaliseerde betalingen en aanpassingen». De winsten die uit de arbitrageverrichtingen voortvloeien, zouden normaal moeten ingedeeld worden volgens de landen waaraan de goederen verkocht werden maar, o.m. met het oog op vereenvoudiging, wordt door het Balance of Payments Manual de hier gevolgde methode aanbevolen. Rubriek 1.6 «Opbrengsten uit investeringen». De transacties onder deze rubriek met het gebied «Europese en internationale instellingen» konden niet afgezonderd worden en zijn begrepen in het geografische gebied waar de instelling haar zetel heeft. Rubriek 3.1 «Kapitaalverkeer van de Staat». Een indeling per geldsoort van de opgevraagde en terugbetaalde bedragen op de toegestane en opgenomen leningen op meer dan één jaar van de Staat wordt in tabel VIII gegeven. Rubriek 4.31 «Bekende effectentransacties». Om aan de wensen van diverse internationale instellingen inzake statistieken tegemoet te komen, geven de tabellen XIII tot XVI, voor de bekende effectentransacties evenals voor de meeste andere rubrieken van de betalingsbalans, niet alleen de saldi, maar ook de ontvangsten en uitgaven. Wat de transacties met buitenlandse effecten betreft, mogen de uitgaven evenwel niet met nieuwe beleggingen in het buitenland en de ontvangsten niet met kapitaalrepatriëringen gelijkgesteld worden. Beide worden inderdaad aanzienlijk beïnvloed door de arbitrages op effecten, daar een ontvangst en een uitgave opgetekend worden telkens een ingezetene een buitenlands effect verkoopt om een ander te kopen. Hieruit vloeit voort dat, behalve misschien wanneer men de omzet in buitenlandse effecten wil ramen, de aandacht alleen moet gaan naar de saldi. Rubriek 4.32 «Overig particulier kapitaalverkeer (directe investeringen inbegrepen)». De onder deze rubriek geregistreerde kapitaalbewegingen kunnen doorgaans niet per gebied ingedeeld worden, hetgeen verklaart dat zij haast alle voorkomen in kolom X, waarin de nietgelokaliseerde betalingen en de aanpassingen opgenomen zijn. De cijfers omvatten niet de opnieuw geïnvesteerde winsten. Rubriek 5 «Multilaterale betalingen, vergissingen en weglatingen». De cijfers van deze rubriek zijn berekend door het verschil te maken tussen de mutatie van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen (rubriek 7), eensdeels, en het saldo van de goederenen dienstentransacties, de overdrachten, het kapitaalverkeer en de herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland (rubrieken 1, 2, 3, 4 en 6), anderdeels. Rubriek 7 «Totaal van de ontvangsten en uitgaven waarvan het saldo overeenstemt met de mutaties van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen». Voor elk geografisch gebied omvat het saldo van deze rubriek niet alleen de vermeerdering ( + ) of de vermindering ( ) van het nettotegoed in Belgische franken op dit gebied en van het nettotegoed in de valuta's van genoemd gebied, doch ook de vermeerdering ( + ) of de vermindering ( ) van de goudvoorraad van de Nationale Bank voortvloeiend uit de goudtransacties van deze instelling met de landen van het gebied. Het saldo dat voorkomt in kolom IX «Europese en internationale instellingen», omvat de variatie van de vordering van de Nationale Bank op het Internationale Monetaire Fonds, ten gevolge van de op blz. 728 en 730 beschreven transacties.

18 Tabel XIII.. Geografische betalingsbalans van de BelgischLuxemburgse Economische Unie in 1961 (Miljarden franken) I. Sterlingzone II. Verenigde Staten en Canada III. E.E.G.landen en rest van hun monetaire. zone I V. Overige landen van do 0.E.S.O. V. Overige Europese landen VI. l Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven opius Ontvangsten Uitgaven opp,s Ontvangsten 1. Goederen en dienstentransacties : 1.1 Goederentransacties : 1.11 Uit en invoer 1 18,8 28,1 9,3 19,5 19,3 + 0,2 93,7 93,8 0,1 21,1 16,5 + 4,6 5,1 5,6 0,5 5, Loonwerk 0,8 + 0,8 0,4 0,1 + 0,3 2,2 1,0 + 1,2 0,4 0,1 + 0,3 0,1 + 0,1 0, Arbitrage (netto) 1.2 Rietmonetair goud 1.3 Vervoer en verzekeringskosten van goederen 2 3 1,4 2,4 1,0 1,1 1,0 + 0,1 4,9 4,6 + 0,3 0,7 1,2 0,5 0,3 0,1 + 0,2 1.4 Andere vervoerkosten Reisverkeer 1,0 0,3 + 0,7 1,6 0,6 + 1,0 1,3 4,4 3,1 0,3 2,0 1,7 0,1 0,1 1.6 Opbrengsten uit investeringen 1,7 0,6 + 1,1 1,9 2,7 0,8 2,4 2,4 0,5 1,1 0,6 0,1 1.7 Overheidstransacties niet elders vermeld 0,5 0,1 + 0,4 0,1 0,6 0,5 0,9 3,0 2,1 0,1 0,2 0,1 0,1 + 0,1 1.8 Overige : 1.81 Grensarbeiders 4,1 0,8+ 3, Overige 1,4 1,5 0,1 2,0 2,0 5,2 4,6 + 0,6 1,0 1,9 0,9 0,3 0,1 + 0,2 0,1 2. Overdrachten : Totaal 1 25,6 33,0 7,4 26,6 26,3 + 0,3 114,7 114,6 + 0,1 24,1 23,0 + 1,1 6,0 5,9 + 0,1 6,0 2.1 Particulieren 0,3 0,2 + 0,1 0,4 0,3 + 0,1 1,6 1,1 + 0,5 0,2 0,3 0,1 2.2 Staat 3. Kapitaalverkeer van de overheid : Totaal 2 0,3 0,2 + 0,1 0,4 0,4 1,6 1,2 + 0,4 0,2 0,3 0,1 3.1 Staat : a) korte termijn 1,5 + 1,5 6,0 6,0 4,9 4,9 0,9 0,9 b) lange termijn 0,1 0,1 2,7 1,2 + 1,5 4,8 0,1 + 4,7 0,1 0,1 3.2 Andere overheid a) korte termijn b) lange termijn Kapitaalverkeer van de bedrijven en particulieren : Totaal 3 1,5 0,1 + 1,4 2,7 7,2 4,5 4,8 5,0 0,2 1,0 1,0 0,1 + 0,1 4.1 Overheidsbedrijven a) korte termijn b) lange termijn 1,1 0,3 + 0,8 1,2 0,1 + 1,1 4.2 Nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector a) korte termijn b) lange termijn 4.3 Particuliere sector : 4.31 Bekende effectentransacties : a) Belgische effecten 0,2 + 0,2 0,8 0,2 + 0,6 1,3 0,7 + 0,6 0,8 0,7 + 0,1 b) buitenlandse effecten 0,9 1,2 0,3 3,3 4,3 1,0 3,8 6,9 3,1 0,8 1,1 0, Overig (directe investeringen inbegrepen) (netto) Totaal 4 1,1 1,2 0,1 5,2 4,8 + 0,4 6,8 7,9 1,1 1,6 1,8 0,2 5. Multilaterale betalingen, vergissingen en weglatingen (netto) : 0,1 + 0,1 12,5 +12,5 3,3 3,3 0,2 0,2 0,3 0,3 Totaal 1 tot 5 28,6 34,5 5,9 47,4 38,7 + 8,7 127,9 132,0 4,1 25,9 26,3 0,4 6,1 6,2 0,1 6,0 6. Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland (stijging: ) 7. Totaal van de ontvangsten en de uitgaven (1 tot 6) waarvan het saldo overeenstemt met de mutaties van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen 28,6 34,5 5,9 47,4 38,7 + 8,7 127,9 132,0 4,1 25,9 26,3 0,4 6,1 6,2 0,1 6,0 1 Voor een deel van de invoer zijn het c.i.f.cijfers, d.w.z. inclusief de vervoer en verzekeringskosten betreffende deze invoer. 2 Deze rubriek vermeldt, in uitgaven, slechts een deel van de kosten van het vervoer en de verzekering van de invoer. Het andere deel kan niet gescheiden worden do invoer waarop het betrekking heeft en ie dus begrepen in de uitgaven van de rubriek 1.11 a Uit en invoer» (zie noot 1). 3 Voor 1961, zijn alleen do cijfers beschikbaar die terzelfder tijd betrekking hebben op de rubrieken 1.8 a Vervoer en verzekeringskosten van goederen s en 1.4 oc And vervoerkosten». Daarenboven kunnen die cijfers niet helemaal vergeleken worden met de gecombineerde cijfers van do rubrieken 1.8 en 1.4 voor 1962 (tabel XIV), 1968 (te XV) en 1964 (tabel XVI). Zij omvatten niet de ontvangsten en uitgaven voor de verzekering van het goederenvervoer die in 1962, 1968 en 1964 in rubriek 1.8 begrepen ei noch de aan en verkopen van boordproviand en de ontvangsten en uitgaven voor het personenvervoer die voor 1962, 1968 en 1964 in rubriek 1.4 opgenomen zijn,

19 Geografische betalingsbalans van de Belgisch Luxemburgse Economische Unie in 1961 (vervolg) (Miljarden franken).ika VII. Kongo, Rwanda en Burundi VIII. Overige landen IX Europese en in onale ernati instellingen X. Nietgelokali Beerde betalingen en aanpassingen Totaal 0 Ontvangsten mus Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven oplgs Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven opi"s 1. Goederen en dienstentransacties : ' 1,1 Goederentransacties : 11,0 3,2 8,1 4,9 5,6 2,7 + 2,9 172,7 178,8 6, Uit en invoer 1 '.. 0,1 + 0,1 0,1 0,1 4,1 1,4 + 2, Loonwerk. 2,3 + 2,3 2,3 + 2, Arbitrage (netto) 0,2 0,2 0,3 1,0 0,7 0,3 1,2 0,9 1.2 Nietmonetair goud 1.3 Vervoer en verzekeringskosten van I.. 0,2 + 0,2 0,3 + 0,3 8,9 9,3 0,4 cj goederen Andere vervoerkosten 3.. 1,0 + 1,0 1,5 1,8 0,3 6,8 9,2 2,4 1.5 Reisverkeer 0,1 1,4 + 1,4 0,7 0,6+ 0,1 8,7 7,4 + 1,3 1.6 Opbrengsten uit investeringen 1.7 Overheidstransacties niet elders 0,1 1 0,3 0,2 + 0,1 0,1 0,1 2,2 + 2,2 4,2 4,3 0,1 vermeld 1,8 Overige : 4,1 0,8 + 3, Grensarbeiders 1,7 0,1 + 1,6 0,1 0,1 0,5 0,1 + 0,4 12,3 10,5 + 1, Overige 1,0 7,9 8,6 0,7 5,7 3,0 + 2,7 2,2 + 2,2 5,6 3,5 + 2,1 224,4 222,9 + 1,5 Totaal 1 2. Overdrachten :.. 2,8 0,1 + 2,7 0,2 0,2 0,5 0,6 0,1 5,8 2,8 + 3,0 2.1 Particulieren. 1,0 1,0 1,1 1,1 2,3 2,3 2.2 Staat 2,8 1,1 + 1,7 1,3 1,3 0,5 0,6 0,1 5,8 5,1 + 0,7 Totaal 2 3. Kapitaalverkeer van de overheid : 3.1 Staat :.. 0,1 0,1 0,2 0,8 0,6 1,8 12,7 10,9 a) korte termijn 0,3 0,3 0,1 0,1 7,5 1,9 + 5,6 b) lange termijn 3.2 Andere overheid a) korte termijn b) lange termijn 0,1 0,4 0,3 0,2 0,9 0,7 9,4 14,6 5,2 Totaal 3 4. Kapitaalverkeer van de bedrijven en particulieren : 4.1 Overheidsbedrijven a) korte termijn 2,3 0,4 + 1,9 b) lange termijn 4.2 Nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector a) korte termijn 0,5 0,2 + 0,3 b) lange termijn 4.3 Particuliere sector : 4.31 Bekende effectentransacties : 0,1 0,1.._ 3,2 1,7 + 1,5 a) Belgische effecten.. 0,1 0,1 _ 8,9 13,6 4,7 b) buitenlandse effecten 4.32 Overige (directe investeringen 0,3 + 0,3 0,5 + 0,5 4,4 + 4,4 5,2 + 5,2 inbegrepen) (netto) '.. 0,3 0,1+ 0,2 0,2 0,2 0,5 + 0,5 4,4 + 4,4 20,1 16,0+ 4,1 Totaal 4 5. Multilaterale betalingen, vergissingen 1,6 1,3 1,3 2,7 2,7 2,8 + 2,8 5,4 5,4 15,4 14,8 + 0,6 en weglatingen (netto) : 3,6 11,1 11,5 0,4 5,9 5,9 5,7 2,2 + 3,5 10,5 9,5 + 1,0 275,1 273,4 + 1,7 Totaal 1 tot 5 6. Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland (stij 1,1 1,1 ging : ),6 11,1 11,5 0,4 5,9 5,9 5,7 2,2 + 3,5 10,5 10,6 0,1 275,1 274,5 + 0,6 7. Totaal van de ontvangsten en de uitgaven (1 tot 6) waarvan het saldo overeenstemt met de mutaties van de goudvoorraad en de nettodeviesenpositie van de geldscheppende instellingen

20 Tabel XIV. Geografische betalingsbalans van de BelgischLuxemburgse Economische Unie in 1962 (Miljarden franken) I. Sterlingzone II. Verenigde Staten 2.1Eillnctitz. e Canada zone IV. Overige landen van de 0.E.S.O. V. Overige Europese landen VI. Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten neeassm. Saldo uals2usequ0 Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven oplas ( Ontvangsten 1. Goederen en dienstentransacties : 1.1 Goederentransacties : 1.11 Uit en invoer 1 16,9 30,3 13,4 20,8 20,0 + 0,8 103,1 99,5 + 3,6 21,4 17,7 + 3,7 4,7 6,0 1,3 5, Loonwerk 0,8 0,1 + 0,7 0,5 + 0,5 3,1 1,1 + 2,0 0,4 0,1 + 0,3 0,1 + 0,1 0, Arbitrage (netto) 1.2 Nietmonetair goud. 1.3 Vervoer en verzekeringskosten van goederen 2 1,1 1,7 0,6 1,2 0,7 + 0,5 5,1 3,9 + 1,2 0,6 1,2 0,6 0,2 0,1 + 0,1 0,1 1.4 Andere vervoerkosten 0,7 0,9 0,2 0,5 0,4 + 0,1 0,8 1,3 0,5 0,3 0,3 0,1 + 0,1 0,1 1.5 Reisverkeer 1,0 0,3 + 0,7 1,7 0,7 + 1,0 1,6 4,3 2,7 0,4 1,7 1,3 1.6 Opbrengsten uit investeringen 2,2 0,8 + 1,4 2,7 2,8 0,1 2,7 2,9 0,2 0,7 1,7 1,0 1.7 Overheidstransacties niet elders vermeld 0,6 0,2 + 0,4 0,1 1,1 1,0 1,2 3,4 2,2 0,1 0,4 0,3 0,1 + 0,1 1.8 Overige : L81 Grensarbeiders 4,4 0,7 + 3, Overige 1,5 1,4 + 0,1 3,0 3,1 0,1 6,6 5,8 + 0,8 1,3 2,1 0,8 0,3 0,1 + 0,2 0,1 2. Overdrachten : Totaal 1 24,8 35,7 10,9 30,5 28,8 + 1,7 128,6 122,9 + 5,7 25,2 25,2 5,5 6,2 0,7 6,1 2.1 Particulieren 0,2 0,2 0,5 0,3 + 0,2 0,6 1,2 0,6 0,2 0,3 0,1 0,1 2.2 Staat 0,1 0,1 0,1 0,2 0,1 0,1 0,1 Totaal 2 0,2 0,2 0,5 0,4 + 0,1 0,7 1,4 0,7 0,2 0,4 0,2 0,1 3. Kapitaalverkeer van de overheid : 31 Staat : a) korte termijn 1,5 1,5 2,2 0,9 + 1,3 2,9 2,9 0,1 + 0,1 b) lange termijn 0,1 0,1 1,5 2,5 1,0 0,1 0,1 3.2 Andere overheid a) korte termijn 0, ,1 b) lange termijn Totaal 3 1,6 1,6 4,0 3,4 + 0,6 3,0 3,0 0,1 + 0,1 0,1 + 0,1 4. Kapitaalverkeer van de bedrijven en particulieren : 4.1 Overheidsbedrijven : a) korte termijn. b) lange termijn 0,2 0,2 0,1 + 0,1 4.2 Nietgeldscheppende financiële instellingen van de overheidssector a) korte termijn.. b) lange termijn 0,5 0,5 4.3 Particuliere sector : 4.31 Bekende effectentransacties : a) Belgische effecten 0,3 0,2 + 0,1 0,5 0,3 + 0,2 1,2 0,8 + 0,4 0,7 0,5 + 0,2 b) buitenlandse effecten 0,8 0,7 + 0,1 2,6 3,6 1,0 2,8 4,7 1,9 0,6 0,8 0, Overig (directe investeringen inbegrepen) (netto) Totaal 4 1,1 0,9 + 0,2 3,1 4,1 1,0 4,1 5,5 1,4 1,3 1,8 0,5 5. Multilaterale betalingen, vergissingen en weglatingen (netto) : 10,4 +10,4 0,4 0,4 0,7 + 0,7 1,4 + 1,4 1,1 + 1,1 0,7 Totaal 1 tot 5 36,5 38,4 1,9 38,1 37,1 + 1,0 134,1 132,8 + 1,3 28,2 27,4 + 0,8 6,7 6,2 + 0,5 6,9 6. Herfinanciering buiten de geldscheppende instellingen van commerciële vorderingen op het buitenland (stijging : ) 7. Totaal van de ontvangsten en de uitgaven (1 tot 6) waarvan het saldo overeenstemt met de mutaties van de goudvoorraad en de nettodeviezenpositie van de geldscheppende instellingen 36,5 38,4 1,9 38,1 37,1 + 1,0 134,1 132,8 + 1,3 28,2 27,4 + 0,8 8,7 6,2 + 0,5 6,9 1 Voor een deel van do invoer zijn het c.i.f.cijfers, d.w.z. inclusief de vervoer en verzekeringskosten betreffende deze invoer. 2 Deze rubriek vermeldt, in uitgaven, slechte een deel van de kosten van het vervoer en de verzekering van de invoer. Het andere deel kan niet gescheiden worden v de invoer waarop het betrekking heeft en is dus begrepen in de uitgaven van de rubriek 1.11 a Uit en invoer (zie noot 1). 1

TIJDSCHRIFT. XXXDC Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1964

TIJDSCHRIFT. XXXDC Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1964 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXDC Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1964 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven.

Nadere informatie

XLIVe Jaargang, Deel I, 1Nr 6 Juni 1969

XLIVe Jaargang, Deel I, 1Nr 6 Juni 1969 NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJD SCHRIF T voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLIVe Jaargang, Deel I, 1Nr 6 Juni 1969 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXXVIII Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1963

TIJDSCHRIFT VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXXVIII Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1963 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXVIII Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1963 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven.

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting DE BETALINGSBALANS VAN DE BELGISCH-LUXEMBURGSE ECONOMISCHE UNIE IN 1966 NATIONALE BANK VAN BELGIE

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting DE BETALINGSBALANS VAN DE BELGISCH-LUXEMBURGSE ECONOMISCHE UNIE IN 1966 NATIONALE BANK VAN BELGIE NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLIIe Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1967 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

INHOUD. Veertigste jaargang Deel II Juli-december De monetaire school versus de inkomens-bestedingsmethode, door Prof. R.T. Selden.

INHOUD. Veertigste jaargang Deel II Juli-december De monetaire school versus de inkomens-bestedingsmethode, door Prof. R.T. Selden. NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Veertigste jaargang Deel II Juli-december 1965 ALGEMEEN Blz. De monetaire school

Nadere informatie

Nationale Bank van België

Nationale Bank van België Tijdschrift van de Nationale Bank van België LXIIe Jaargang Deel II 1\1 1. 3 September 1987 Verschijnt maandelijks INHOUD : 3 Synthetische curve van de voornaamste gegevens van de maandelijkse conjunctuurtest

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. XXXIV Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni 1959

TIJDSCHRIFT. XXXIV Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni 1959 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën en Documentatie TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXIV Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni Dit tijdschrift wordt als objectieve

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT VERSCHIJNT MAANDELIJKS

TIJDSCHRIFT VERSCHIJNT MAANDELIJKS NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLIII` Jaargang, Deel I, N` 5 Mei 1968 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT INHOUD. Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962

TIJDSCHRIFT INHOUD. Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHUNT MAANDELIJKS INHOUD Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962 ALGEMEEN Nr. Blz. Produktie- en investeringstempo's,

Nadere informatie

INHOUD. Eenenveertigste jaargang Deel Ti Juli-december 1966

INHOUD. Eenenveertigste jaargang Deel Ti Juli-december 1966 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Eenenveertigste jaargang Deel Ti Juli-december 1966 ALGEMEEN Blz. Normering van

Nadere informatie

INHOUD. Vijfenveertigste jaargang Deel I januari-juni Naar een internationale kapitaalmarkt? door Prof. R.N. COOPER 1 1

INHOUD. Vijfenveertigste jaargang Deel I januari-juni Naar een internationale kapitaalmarkt? door Prof. R.N. COOPER 1 1 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Vijfenveertigste jaargang Deel I januari-juni 1970 ALGEMEEN Blz. Naar een internationale

Nadere informatie

INHOUD. Drieënveertigste jaargang Deel I Januari-juni 1968

INHOUD. Drieënveertigste jaargang Deel I Januari-juni 1968 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Drieënveertigste jaargang Deel I Januari-juni 1968 ALGEMEEN N' Blz. Vergroting

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXX VIII Jaargang, Deel I, N' 1 Januari 1963

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXX VIII Jaargang, Deel I, N' 1 Januari 1963 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXX VIII Jaargang, Deel I, N' 1 Januari 1963 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

Kas en stukken met geldwaarde

Kas en stukken met geldwaarde KLASSE 3 FINANCIELE REKENINGEN Deze klasse bevat de rubrieken en de rekeningen van de geldwaarden, de deposito's op zicht en op termijn, de leningen en voorschotten op één jaar en minder, alsook de effectenportefeuilles.

Nadere informatie

2.1 Bekendmaking inzake het deviezenverkeer AW 1999/1

2.1 Bekendmaking inzake het deviezenverkeer AW 1999/1 2.1 Bekendmaking inzake het deviezenverkeer AW 1999/1 De Centrale Bank van Aruba ("de Bank"), gelet op, het bepaalde in artikel 6, lid 2, van de Landsverordening deviezenverkeer ("Ldv"), AB 1990 no. GT

Nadere informatie

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier Nederlandse beleggers hebben in 21 per saldo voor bijna EUR 12 miljard buitenlandse effecten verkocht. Voor EUR 1 miljard betrof dit buitenlands

Nadere informatie

Nationale Bank van België

Nationale Bank van België Tijdschrift van de Nationale Bank van België LI e Jaargang Deel I N" 4 - April 1976 Verschijnt maandelijks INHOUD : 3 Aanbevelingen van monetair beleid op 22 maart 1976 door de Nationale Bank van België

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks INHOUD. Negentiende jaar -- October-December 1944 Twintigste jaar Vol. I. Januari-Juni 1945

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks INHOUD. Negentiende jaar -- October-December 1944 Twintigste jaar Vol. I. Januari-Juni 1945 NATIONALE BANK VAN BELGIË' Afdeeling Studiën en Documentatie O TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting Verschijnt maandelijks Birtiotlitg!e. INHOUD Negentiende jaar -- October-December 1944 Twintigste

Nadere informatie

Zitting 1964-1965-7800

Zitting 1964-1965-7800 Zitting 1964-1965-7800 3 RIJKSBEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1965 HOOFDSTUK IXA - NATIONALE SCHULD MEMORIE VAN TOELICHTING NR. 2 Algemeen Een vergelijking van de ramingen voor het dienstjaar 1965 met die

Nadere informatie

STAAT VAN HET VRIJ VERMOGEN

STAAT VAN HET VRIJ VERMOGEN C.D.V. - D. 135/D/COR1 STAAT VAN HET VRIJ VERMOGEN Deze staat bevat de gegevens, bestemd voor de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (Belgische toezichthouder inzake verzekeringen) betreffende

Nadere informatie

ZITTING

ZITTING ZITTING 1955 3765 / Betalingsbalans BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN No. 1 's-gravenhage, 4 November. Onder verwijzing naar de brief van mijn ambtsvoorganger dd. 23 November 1951, Directie Buitenlands

Nadere informatie

Levensverzekeringen tak 21 tak22 Rechtstreekse zaken individueel (zonder KB 14 mei 69) groep (zonder KB 14 mei 69) KB 14 mei 1969 Totaal Totaal

Levensverzekeringen tak 21 tak22 Rechtstreekse zaken individueel (zonder KB 14 mei 69) groep (zonder KB 14 mei 69) KB 14 mei 1969 Totaal Totaal C.D.V. Statistieken Leven : Collectie Rentabiliteit (1) Bijlage I Levensverzekeringen tak 21 tak22 Rechtstreekse zaken individueel (zonder KB 14 mei 69) groep (zonder KB 14 mei 69) KB 14 mei 1969 Totaal

Nadere informatie

:Rendabiliteit van de categorieën van verzekeringsprodukten LEVEN.

:Rendabiliteit van de categorieën van verzekeringsprodukten LEVEN. 57.620/PC4/VK Brussel, 3 december 1992. MEDEDELING D. 104. Betreft :Rendabiliteit van de categorieën van verzekeringsprodukten LEVEN. I. INLEIDING. In het raam van de a posteriori controle, is het van

Nadere informatie

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1956 No. 104

TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN. JAARGANG 1956 No. 104 19 (1950) No. 2 TRACTATENBLAD VAN HET KONINKRIJK DER NEDERLANDEN JAARGANG 1956 No. 104 A. TITEL Verdrag inzake de nomenclatuur voor de indeling van goederen in de douanetarieven, met Bijlage; Brussel,

Nadere informatie

Verschijnt maandelijks INHOUD. Twintigste jaar Vol. II Juli-December 1945

Verschijnt maandelijks INHOUD. Twintigste jaar Vol. II Juli-December 1945 NATIONALE BANK VAN BELGIË Afdeeling Studiën en Documentatie O TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting Verschijnt maandelijks INHOUD Twintigste jaar Vol. II Juli-December 1945 Nummer van het Tijdschrift

Nadere informatie

Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, titel III, hoofdstuk II, afdeling III, onderafdeling 4. Ondernemingen die investeren in een raamovereenkomst voor de productie van een audiovisueel werk Art. 194ter.

Nadere informatie

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2014.

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2014. 13.10.2014 S 847 SIBELGA Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Boekjaar 2014 REKENINGEN OP 30 JUNI Toelichting bij de actieve

Nadere informatie

TIJD SCHRIFT INHOU D. Zesendertigste jaargang Deel I Juli-december 1961

TIJD SCHRIFT INHOU D. Zesendertigste jaargang Deel I Juli-december 1961 r% - NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën en Documentatie TIJD SCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS 5 INHOU D Zesendertigste jaargang Deel I Juli-december 1961 0,'

Nadere informatie

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen t7 7 Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen tweede kwartaal 28 Publicatiedatum CBS-website: 8 oktober 28 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil

Nadere informatie

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2013.

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2013. 21.10.2013 S 813 SIBELGA Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Boekjaar 2013 REKENINGEN OP 30 JUNI Toelichting bij de actieve

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 213, Ontwerp voor een VERORDENING (EG) VAN DE RAAD betreffende de toerekening van de indirect gemeten diensten van financiële intermediairs (IGDFI) in het kader van het Europees systeem van nationale en regionale

Nadere informatie

Deel 4: CM in cijfers

Deel 4: CM in cijfers Deel 4: CM in cijfers Tabel 1: Verdeling van de leden per verzekeringsinstelling voor de algemene regeling op 31 december 2016 (totaal in orde) Verzekeringsinstelling Aantal leden % leden LCM 4.081.849

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks NATIONALE BANK VAN BELOIË Afdeling Studiën en Documentatie 0 TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting Verschijnt maandelijks XXVIIe Jaar, Vol. II, N r 4 October 1952 Dit tijdschrift wordt als objectieve

Nadere informatie

STAAT VAN HET VRIJ VERMOGEN

STAAT VAN HET VRIJ VERMOGEN STAAT VAN HET VRIJ VERMOGEN Deze staat bevat de gegevens, bestemd voor de Controledienst voor de Verzekeringen, betreffende het vrij vermogen van de herverzekeringsonderneming (1) I. ADMINISTRATIEVE GEGEVENS

Nadere informatie

PERSBERICHT. DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002

PERSBERICHT. DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002 8 januari 2002 PERSBERICHT DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002 I. Overgang op de chartale euro 2002 Zoals aangekondigd op 3 augustus 2000 en 5 juli 2001 heeft de Raad van

Nadere informatie

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2015.

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2015. RvB van 19.10.2015 S-889 SIBELGA Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Boekjaar 2015 REKENINGEN OP 30 JUNI Toelichting

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP INSINGER DE BEAUFORT BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa

Nadere informatie

COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Het gebruik van de verbindingsrekening tussen een buitenlandse vennootschap en haar Belgisch bijkantoor

COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Het gebruik van de verbindingsrekening tussen een buitenlandse vennootschap en haar Belgisch bijkantoor COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN Het gebruik van de verbindingsrekening tussen een buitenlandse vennootschap en haar Belgisch bijkantoor Ontwerpadvies I. Inleiding 1. Wat betreft de boekhoudkundige

Nadere informatie

http://ccff02.minfin.fgov.be/kmweb/document.do?method=printselecteddocuments...

http://ccff02.minfin.fgov.be/kmweb/document.do?method=printselecteddocuments... Page 1 of 5 Home > Résultats de la recherche > Circulaires > Circulaire nr. Ci.RH.231/532.259 (AAFisc Nr. 3/2013) dd. 25.01.2013 Algemene administratie van de FISCALITEIT - Centrale diensten Personenbelasting

Nadere informatie

Enkelvoudige jaarrekening

Enkelvoudige jaarrekening De hierna opgenomen verkorte jaarrekening is de jaarrekening van Bank Degroof Petercam nv waarvan de maatschappelijke zetel in de Nijverheidsstraat 44 te 1040 Brussel gevestigd is. Deze jaarrekening werd

Nadere informatie

FINANCIEEL VERSLAG PENSIOENFONDS

FINANCIEEL VERSLAG PENSIOENFONDS BANK VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN (CENTRALE BANK) FINANCIEEL VERSLAG PENSIOENFONDS JAARTAL NAAM VAN HET FONDS INHOUD Ingesloten 1 Staat 400 Algemene Informatie 2 Staat 401 Specificatie van de activa 3 Staat

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. XXXIXe Jaargang, Deel I, Nr 3 Maart 1964

TIJDSCHRIFT. XXXIXe Jaargang, Deel I, Nr 3 Maart 1964 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXIXe Jaargang, Deel I, Nr 3 Maart 1964 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven.

Nadere informatie

Deel 4: CM in cijfers

Deel 4: CM in cijfers Deel 4: CM in cijfers Ledentallen Tabel 1: Verdeling van de leden per verzekeringsinstelling voor de algemene regeling op 31 december 217 (totaal in regel) Verzekeringsinstelling Aantal leden % leden LCM

Nadere informatie

De buitenlandse handel van België

De buitenlandse handel van België De buitenlandse handel van België 1 ste kwartaal 2010 1 De buitenlandse handel van België na het eerste kwartaal van 2010 (Bron: NBB communautair concept*) Analyse van de cijfers van het eerste kwartaal

Nadere informatie

COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN COMMISIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2013/13 - Het gebruik van de verbindingsrekening tussen een buitenlandse vennootschap en haar Belgisch bijkantoor Advies van 4 september 2013 1 I. Inleiding

Nadere informatie

Rubriek 404 Werkgevers, L/R bijdragen en premies voor beroepsziekten.

Rubriek 404 Werkgevers, L/R bijdragen en premies voor beroepsziekten. KLASSE 4 REKENINGEN VAN DERDEN De klasse 4 bevat de rekeningen van derden en neemt alle balansverrichtingen met derden, andere dan financiële (klasse 3), die zich in het verband van de betrekkingen met

Nadere informatie

3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen

3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Integrale versie 3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Om tegemoet te komen aan de voorschriften van het ESR 1995, werd de op de verzekeringsinstellingen

Nadere informatie

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land.

= de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. 1 De wisselmarkt 1.1 Begrip Wisselkoers = de ruilverhouding tussen 2 munten De wisselkoers is de prijs van een buitenlandse valuta uitgedrukt in de valuta van het eigen land. bv: prijs van 1 USD = 0,7

Nadere informatie

Ontbinding en vereffening

Ontbinding en vereffening Ontbinding en vereffening Art. 208-214 Situering TITEL III : VENNOOTSCHAPSBELASTING Art. 179-219bis HOOFDSTUK I : AAN DE BELASTING ONDERWORPEN VENNOOTSCHAPPEN Art. 179-182 HOOFDSTUK II : GRONDSLAG VAN

Nadere informatie

XLIIe Jaargang, Deel II, Nr 4 Oktober 1967

XLIIe Jaargang, Deel II, Nr 4 Oktober 1967 NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLIIe Jaargang, Deel II, Nr 4 Oktober 1967 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

Institutionele beleggers verwachten meer te beleggen in vastgoed

Institutionele beleggers verwachten meer te beleggen in vastgoed Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 18 januari 25 Institutionele beleggers verwachten meer te beleggen in vastgoed Drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

Persbericht Fluxys Belgium

Persbericht Fluxys Belgium Bijlagen Geconsolideerde balans I. Vaste activa 2.392.797 2.463.346 Materiële vaste activa 2.250.659 2.321.123 Immateriële vaste activa 45.246 52.250 Deelnemingen waarop vermogensmutatie is toegepast 16

Nadere informatie

SOFINA GECONSOLIDEERDE REKENINGEN OP 30 JUNI 2009

SOFINA GECONSOLIDEERDE REKENINGEN OP 30 JUNI 2009 SOFINA GECONSOLIDEERDE REKENINGEN OP 30 JUNI 2009 Gereglementeerde informatie 28 augustus 2009 - na 17.30 uur Halfjaarlijks financieel verslag Tussentijds beheersverslag De resultaten (deel van de Groep)

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II 4 Antwoordmodel Opgave voorbeeld van een juiste berekening: 84.760.000 4 = 2.080 uur 63.000 2 voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat uitzendkrachten in deeltijd werken. 3 voorbeelden

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog

Beleggingen institutionele beleggers in 2004 met 8,1 procent omhoog Publicatiedatum CBS-website Centraal Bureau voor de Statistiek 9 december 25 Beleggingen institutionele beleggers in 24 met 8,1 procent omhoog drs. J.L. Gebraad Centraal Bureau voor de Statistiek, Voorburg/Heerlen,

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. XXXI Jaargang, Deel II, Nr 1 Juli 1956

TIJDSCHRIFT. XXXI Jaargang, Deel II, Nr 1 Juli 1956 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën en Documentatie TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXI Jaargang, Deel II, Nr 1 Juli Dit tijdschrift wordt als objectieve

Nadere informatie

3.4 Financieel verslag

3.4 Financieel verslag 3.4 Financieel verslag Verplichte Ziekteverzekering (VP) Afsluiting 2012 2011 Het RIZIV heeft op het moment van de redactie van dit jaarverslag de rekeningen van de verplichte verzekering met betrekking

Nadere informatie

Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar ooo.

Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar ooo. 17.10.2011 S 738 SIBELGA Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Boekjaar 2011 REKENINGEN OP 30 JUNI Toelichting bij de actieve

Nadere informatie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD. tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD. tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.5.2017 COM(2017) 530 final Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot intrekking van Besluit 2010/288/EU betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Portugal

Nadere informatie

INHOUD. Vijfenveertigste jaargang Deel II juli-december 1970

INHOUD. Vijfenveertigste jaargang Deel II juli-december 1970 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MÁANDELUICS INHOUD Vijfenveertigste jaargang Deel II juli-december 1970 ALGEMEEN N BI*. De. definities

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLIe Jaargang, Deel I, N r 3 Maart 1966 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

Persbericht Fluxys Belgium 27 maart 2019 Gereglementeerde informatie: resultaten 2018

Persbericht Fluxys Belgium 27 maart 2019 Gereglementeerde informatie: resultaten 2018 6. Bijlagen Geconsolideerde balans I. Vaste activa 2.321.691 2.392.797 Materiële vaste activa 2.181.771 2.250.659 Immateriële vaste activa 39.862 45.246 Deelnemingen waarop vermogensmutatie is toegepast

Nadere informatie

19. Totaal van het niet-hybride eigen vermogen sensu stricto 199

19. Totaal van het niet-hybride eigen vermogen sensu stricto 199 Tabel 42.70 - SAMENSTELLING VAN HET EIGEN VERMOGEN OP GECONSOLIDEERDE BASIS (Art. 14, 15, 87, 87bis van het reglement) 1. Eigen vermogen sensu stricto (art. 14, 1, 1, art. 87 en 87bis+B40) Boekwaarde Code

Nadere informatie

F I N A N C I Ë L E I N F O F I C H E

F I N A N C I Ë L E I N F O F I C H E F I N A N C I Ë L E I N F O F I C H E Argenta-Flexx 1 Deze financiële infofiche maakt integraal deel uit van de verzekeringsvoorwaarden T Y P E L E V E N S V E R Z E K E R I N G Levensverzekering met een

Nadere informatie

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Moldavië

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad tot toekenning van aanvullende macro-financiële bijstand aan Moldavië RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 juni 2000 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 99/0213 (CNS) 9028/00 LIMITE ECOFIN 137 NIS 66 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Besluit van de Raad

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa Handelsdebiteuren 1.624

Nadere informatie

Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase

Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase Toetsopgaven VWO bij de euro-editie van het Onderdeel Geld van Percent Economie voor de tweede fase Opgave 1 Sinds 1 juni 1998 maakt De Nederlandsche Bank (DNB) samen met de centrale banken van andere

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2015/XX - Verrichtingen met betrekking tot inschrijvingsrechten. Ontwerpadvies van 9 september 2015

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2015/XX - Verrichtingen met betrekking tot inschrijvingsrechten. Ontwerpadvies van 9 september 2015 COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2015/XX - Verrichtingen met betrekking tot inschrijvingsrechten Ontwerpadvies van 9 september 2015 In het kader van een individuele vraagstelling omtrent

Nadere informatie

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8 betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste

Nadere informatie

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING Heijmans N.V., gevestigd te Rosmalen.

VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING Heijmans N.V., gevestigd te Rosmalen. VOORSTEL TOT STATUTENWIJZIGING Heijmans N.V., gevestigd te Rosmalen. Zoals dit ter besluitvorming zal worden voorgelegd aan de op 10 april 2019 te houden algemene vergadering van aandeelhouders van de

Nadere informatie

Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018

Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018 Persbericht Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018 Brussel, 26 oktober 2018 In het derde trimester van 2018 werden er ongeveer 62.500 hypothecaire kredietovereenkomsten afgesloten voor een totaalbedrag

Nadere informatie

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014

BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD. Suriname Debt Management Office. Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014 BUREAU VOOR DE STAATSSCHULD Suriname Debt Management Office Kosten en Risico analyse van de Surinaamse schuldportefeuille per ultimo 2014 Sarajane Marilfa Omouth Paramaribo, juni 2015 1. Inleiding De totale

Nadere informatie

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2012.

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2012. 22.10.2012 S 772 SIBELGA Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Boekjaar 2012 REKENINGEN OP 30 JUNI Toelichting bij de actieve

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017

Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Datum van inontvangstneming : 06/03/2017 Vertaling C-45/17-1 Zaak C-45/17 Verzoek om een prejudiciële beslissing Datum van indiening: 30 januari 2017 Verwijzende rechter: Conseil d État (Frankrijk) Datum

Nadere informatie

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2016.

SIBELGA. Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. Boekjaar 2016. RVB 2016.10.17 Nota S-918 SIBELGA Intercommunale vereniging die de vorm heeft aangenomen van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Boekjaar 2016 REKENINGEN OP 30 JUNI Toelichting

Nadere informatie

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP 136 (1973-1974) - N 1 CULTUURRAAD VOOR DE NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP ZITTING 1973-1974 12 DECEMBER 1973 ONTWERP VAN DECREET houdende aanpassing van de begroting van de Culturele Zaken van de Nederlandse

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende een waarborgregeling voor de ondernemingen die zijn getroffen door de dioxinecrisis in 1999

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende een waarborgregeling voor de ondernemingen die zijn getroffen door de dioxinecrisis in 1999 Stuk 182 (1999-2000) Nr. 4 VLAAMS PARLEMENT Zitting 1999-2000 29 maart 2000 ONTWERP VAN DECREET houdende een waarborgregeling voor de ondernemingen die zijn getroffen door de dioxinecrisis in 1999 TEKST

Nadere informatie

Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper

Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper Persbericht Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper Brussel, 2 mei 2018 In het eerste trimester van 2018 werden er bijna 60.000 hypothecaire kredietovereenkomsten

Nadere informatie

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP 5 IV (19751976) Nr. 1 CULTUURRAAD VOOR DE NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP ZITTING 19751976 ONTWERP VAN DECREET houdende aanpassing van de begroting van de Culturele Zaken van de Nederlandse Cultuurgemeenschap

Nadere informatie

BIJLAGE A bij het. voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

BIJLAGE A bij het. voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.12.2010 COM(2010) 774 definitief Bijlage A/Hoofdstuk 14 BIJLAGE A bij het voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende het Europees

Nadere informatie

OVEREENKOMST EN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE DOOR DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE AAN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDONESIA

OVEREENKOMST EN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE DOOR DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE AAN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDONESIA II OVEREENKOMST TUSSEN DE REGERING VAN DE REPUBLIEK INDONESIA EN DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE INZAKE DE VERLENING VAN EEN FINANCIELE HULP DOOR DE REGERING VAN HET KONINKRIJK BELGIE AAN DE REGERING

Nadere informatie

Protocol over de voorrechten en immuniteiten van de Intergouvernementele organisatie voor het internationale spoorwegvervoer (OTIF)

Protocol over de voorrechten en immuniteiten van de Intergouvernementele organisatie voor het internationale spoorwegvervoer (OTIF) 50 Protocol over de voorrechten en immuniteiten van de Intergouvernementele organisatie voor het internationale spoorwegvervoer (OTIF) Artikel 1 Immuniteit van rechtsmacht, executie en beslag 1 In het

Nadere informatie

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010 11 Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in John Gebraad Publicatiedatum CBS-website: 3-11-211 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer ** = nader

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies van 4 september 2013 1

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies van 4 september 2013 1 COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2013/12 - Erkenning van de opbrengsten en kosten die overeenstemmen met interesten en royalty's, evenals de toewijzing van de resultaten in de vorm van

Nadere informatie

JAARRESULTATEN IMMOBEL kondigt een kleine winst aan, ondanks het uitstel van de verkoop van het Belair 1 project tot begin 2014

JAARRESULTATEN IMMOBEL kondigt een kleine winst aan, ondanks het uitstel van de verkoop van het Belair 1 project tot begin 2014 Brussel, 27 maart 2014 17u40 Gereglementeerde informatie PERSBERICHT JAARRESULTATEN 2013 IMMOBEL kondigt een kleine winst aan, ondanks het uitstel van de verkoop van het Belair 1 project tot begin 2014

Nadere informatie

Inmaxxa BV te Naarden Halfjaarbericht 2010 28 juli 2010

Inmaxxa BV te Naarden Halfjaarbericht 2010 28 juli 2010 Inmaxxa BV te Naarden Halfjaarbericht 2010 28 juli 2010 Inmaxxa BV Halfjaarbericht 2010 1 Inhoudsopgave Algemeen 3 Jaarverslag van de directie 4 Halfjaarbericht over de periode 1 januari 2010 tot en met

Nadere informatie

Datum: 02/12/2000 Lead Tijd: 15:54:28 Aanvrager: JV 1-Z9003 OEFENING 1/3.24 (30/11/1998-31/12/1998)

Datum: 02/12/2000 Lead Tijd: 15:54:28 Aanvrager: JV 1-Z9003 OEFENING 1/3.24 (30/11/1998-31/12/1998) OPENINGSJOURNAAL Datum: 02/12/2000 Lead Tijd: 15:54:28 Aanvrager: JV 1-Z9003 OEFENING 1/3.24 (30/11/1998-31/12/1998) De Deyne, Verhoeye Accountants en Belastingconsulenten Adres: Kort Eindeken 25 9920

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 1-6 Europese economische samenwerkingsverbanden en economische samenwerkingsverbanden

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 1-6 Europese economische samenwerkingsverbanden en economische samenwerkingsverbanden COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 1-6 Europese economische samenwerkingsverbanden en economische samenwerkingsverbanden De Europese Ministerraad hechtte op 25 juli 1985 zijn goedkeuring

Nadere informatie

BIJLAGE IV: ALGEMENE VOORWAARDEN VAN HET STOCKBONUS PLAN

BIJLAGE IV: ALGEMENE VOORWAARDEN VAN HET STOCKBONUS PLAN BIJLAGE IV: ALGEMENE VOORWAARDEN VAN HET STOCKBONUS PLAN INHOUD 1. Doel... 1 2. Definities... 1 3. Toekenning van het aantal Eenheden... 3 4. Vernietiging... 4 5. Bijzondere gevallen... 4 5.1. Definitieve

Nadere informatie

Jaarrekening 2015. Stichting Chabad Central Amsterdam Dr. Eijkmanstraat 1 1181 WG Amstelveen

Jaarrekening 2015. Stichting Chabad Central Amsterdam Dr. Eijkmanstraat 1 1181 WG Amstelveen Jaarrekening 2015 Stichting Chabad Central Amsterdam Dr. Eijkmanstraat 1 1181 WG Amstelveen INHOUD JAARREKENING 1 Samenstellingsverklaring 4 2 Balans 5 3 Winst en verliesrekening 6 4 Toelichting op de

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank. Statistisch Bulletin maart 2009

De Nederlandsche Bank. Statistisch Bulletin maart 2009 9 De Nederlandsche Bank Statistisch Bulletin maart 29 Financiering via kapitaalmarkt moeilijker en duurder geworden Nederlandse ingezetenen hadden eind 28 voor het eerst meer dan eur 1. miljard aan schuldpapier

Nadere informatie

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB 1 Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB (Nationale Bank van België) hebben gepubliceerd. Ondernemingen

Nadere informatie

Stichting Vrienden van het Mauritshuis te s-gravenhage

Stichting Vrienden van het Mauritshuis te s-gravenhage BALANS PER 31 DECEMBER 2015 (na verwerking van het resultaat) ACTIEF 31.12.2015 31.12.2014 VASTE ACTIVA MATERIËLE VASTE ACTIVA Kunstvoorwerpen en schilderijen 4.020.706 3.573.155 Antieke meubelen 66.522

Nadere informatie

Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995

Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995 (Tekst geldend op: 13-01-2004) Vrijstellingsregeling Wet toezicht effectenverkeer 1995 De Minister van Financiën; Gelet op de artikelen 4, eerste lid, 5, tweede lid, 10, eerste lid, en 22, vijfde lid,

Nadere informatie

De Veste B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2018

De Veste B.V. te Breda. Kamer van Koophandel Inschrijfnummer JAARREKENING 2018 JAARREKENING 2018 BALANS PER 31 DECEMBER 2018 (na resultaatbestemming) 31 december 2018 31 december 2017 ACTIVA Materiële vaste activa 62.290 94.446 Financiële vaste activa 31.212 70.986 Vaste activa 93.502

Nadere informatie

CBN-advies 137/4 - Renteloze vorderingen (schulden) en vorderingen (schulden) met een abnormaal lage rente, op meer dan één jaar

CBN-advies 137/4 - Renteloze vorderingen (schulden) en vorderingen (schulden) met een abnormaal lage rente, op meer dan één jaar CBN-advies 137/4 - Renteloze vorderingen (schulden) en vorderingen (schulden) met een abnormaal lage rente, op meer dan één jaar Overeenkomstig artikel 27bis, 2, eerste lid, litt. c) van het koninklijk

Nadere informatie

ACTIEF. Scmactn.doc [22]

ACTIEF. Scmactn.doc [22] ACTIEF I. Oprichtingskosten... 20 II. Immateriële vaste activa... 21 III. Materiële vaste activa... 22/27 A. Terreinen en gebouwen...22 B. Installaties, machines en uitrusting...23 C. Meubilair en rollend

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

STICHTING WERELDWIJD EVANGELIEWERK JAARVERSLAG 2014

STICHTING WERELDWIJD EVANGELIEWERK JAARVERSLAG 2014 STICHTING WERELDWIJD EVANGELIEWERK JAARVERSLAG 2014 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding 2 2 Algemene informatie over de stichting 2 3 Bestuurs- en activiteitenverslag 2014 2 4 Jaarrekening 2014 4 Pagina 1 1. Inleiding

Nadere informatie