TIJDSCHRIFT. XXXIV Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni 1959

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "TIJDSCHRIFT. XXXIV Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni 1959"

Transcriptie

1 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën en Documentatie TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXIV Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven. De artikels geven de opvatting van de schrijvers weer, onafhankelijk van de mening der Bank. INHOUD : De betalingsbalans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie in 1958 Raming van de ontvangsten en uitgaven van de Staat, het Commissariaat-Generaal en de Maatschappij van de Algemene Wereldtentoonstelling te Brussel 1958 Literatuur betreffende de monetaire en financiële toestand van België Economische wetgeving Statistieken. DE BETALINGSBALANS VAN DE BELGISCH-LUXEMBURGSE ECONOMISCHE UNIE IN 1958 Voor de opstelling van de betalingsbalans der Belgisch-Luxemburgse Economische Unie steunt het Departement Studiën en Documentatie van de Nationale Bank van België hoofdzakelijk op het betalingsverkeer met het buitenland dat via het Belgische of Luxemburgse bankwezen geschiedt (1). Hoewel enkele andere verrichtingen, waarvan het juiste bedrag is gekend, in aanmerking worden genomen, hangt de nauwkeurigheid van de cijfers der betalingsbalans vooral af van de vigerende wisselreglementering. Aangezien deze laatste sedert enkele jaren aanzienlijk werd verzacht, hebben de cijfers van de betalingsbalans aan nauwkeurigheid ingeboet; zij dienen dan ook eerder te worden beschouwd als orden van grootte dan als nauwkeurige gegevens. Ten gevolge van de versoepeling der regelen die het betalingsverkeer met het buitenland beheersen, konden o.m. een aantal verrichtingen niet meer over verschillende rubrieken gesplitst worden; ze werden dan ook hergroepeerd onder de rubriek «Niet bepaalde transacties»; het gaat hier blijkbaar grotendeels om goederentransacties, verplaatsingen in het buitenland en bewegingen van Belgisch-Luxemburgs en buitenlands particulier kapitaal. (1) De balans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie met Kongo wordt opgesteld op basis van de gegevens van de Centrale Bank van Belgisch-Kongo. ALGEMENE BETALINGSBALANS 1. Goederentransacties. De cijfers der goederentransacties die in tabel I zijn opgenomen, worden bekomen door enkele verbeteringen aan te brengen aan de betalingen der goederentransacties, die door het Belgisch-Luxemburgs Instituut voor de Wissel worden geteld. De belangrijkste correcties worden hierna beknopt toegelicht : de toeneming of de vermindering van de uitvoer en van de invoer op krediet wordt respectievelijk gevoegd bij of afgetrokken van de cijfers van het betalingsverkeer in de mate waarin die afzet en aankopen op krediet aanleiding geven tot een wijziging van het uitstaande bedrag der geviseerde uitvoeraccepten of van het bedrag der acceptverplichtingen van Belgische banken tegenover het buitenland. Als tegenpost van deze verbetering worden de brutogegevens van de rubriek «Netto deviezenreserves van het bankwezen» aangepast, wanneer het gaat om geviseerde uitvoeraccepten die door het Belgische bankwezen worden gefinancierd, en van de rubriek «Beweging van het Belgisch-Luxemburgs en buitenlands particulier kapitaal», wanneer het gaat om geviseerde uitvoeraccepten welke door de markt worden aangehouden of om acceptverplichtingen van de Belgische banken tegenover het buitenland; 441

2 Tabel I. Algemene betalingsbalans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie (In miljarden franken) Goederentransacties 1 : F.o.b.-uitvoer 123,3 140,1 141,8 183,0 F.o.b.-invoer 118,5 134,7 141,2 126,0 Saldo + 4,8 + 5,4 + 0,6 + 7,0. "Arbitrageverrichtingen -l- 1;4 + 1,9 + 2,6 + 1,2 - Loonwerk + 2,0 + 2,6 + 2,6 + 2,4 Niet monetair goud - 0,1-0,8-1,1... Totaal + 8,1 + 9,1 -I- 4,7 + 10,6 2. Onzichtbare transacties : Verplaatsingen in het buitenland ' + 0,3 + 1,0 + 1,1 + 3,3 Vervoer - 2,7-4,1 -- 4,3-3,6 Verzekeringspremies en -uitkeringen - - 0,1-0,3-0,4 Inkomsten uit investeringen + 2,1 + 3,5 + 3,3 + 2,6 Overheidstransacties niet elders vermeld - - 1,0 + 0,1-0,6 Grensarbeiders en vreemde arbeiders + 1,1 + 1,8 + 2,2 + 3,2 Diversen + 1,6 + 2,1 + 1,9 + 2,6.. Totaal + 2,0 + 3,2 + 4,0 + 7,0 3. Totaal der transacties op goederen en diensten (3 = 1 + 2) + 10,1 + 12,3 + 8,7 + 17,6 4. Schenkingen : Particuliere schenkingen + 0,8 + 1,0 + 1,3 + 1,1 Regeringsschenkingen Totaal + 0,8 + 1,0 + 1,3 + 1,1 5. Beweging van het Belgisch-Luxemburgs en buitenlands particulier kapitaal : Handelspapier - 0,5 + 1,0-0,9-0,1 Andere kapitalen 1-7,0-9,0 -. 6,6*. - 4,9 Totaal - 7,5-8,0-7,5-5,0 6. Beweging van het overheidskapitaal : Langlopende kapitalen + 1,8-2,0 + * - Kortlopende kapitalen + 0,5-1,6 + 1,2 + 3,1 Totaal + 2,3-3,6 + 1,4 + 2,4 7. Niet bepaalde transacties 1-1,3-1,8-2,2-8. Vergissingen en weglatingen ,5 + 0,4 + 0,6 Totaal overeenstemmend met de beweging van de netto deviezenreserves van het bankwezen + 4,4 + 0,4 + 2,1 + 15,9 waarvan A. Nationale Bank van België : Goudvoorraad + 7,5-0,1-0,5 + 17,7 Tegoeden in inwisselbare munt - 3, ,9-0,5 Vordering op de E.B.U ,5 + 0,6-2,9 + 1,0 Nettotegoeden of -verplichtingen in bilaterale akkoorden met de E.B.U.-landen - - 0,8 + 1,8-0,6 Portefeuille buitenland ,6... Andere nettotegoeden of -verplichtingen + 0,8 + 0, ,,5 Totaal + 6,2 + 0,6 + 0,5 + 17,2 - B. Caisse d'epargne du Grand-Duché de Luxembourg : Goudvoorraad C. Particuliere Belgische en Luxeniburgse banken - 1, ,6-1,3 1 De niet bepaalde transacties blijken vooral goederentransacties, verplaatsi igen in het buite dand en bewegingen van het lleigisch Luxemburga en buitenlands particulier kapitaal te omvatten, welke niet over die verschillende rubrieken kunnen gesplitst worden. 2 Incl. de bijzondere lening aan de E.B.U. De uitvoer van particulier kapitaal en de invoer van overheidskapitaal omvatten een gedeelte van de lening van $ 80 miljoen van de Belgische Staat op de Amerikaanse markt, waarop de Belgisch-Luxemburgse ingezetenen inschreven; het bedrag van die inschrijvingen ie nochtans niet nauwkeurig gekend. (...) Beweging van minder dan fr. 60 miljoen. - de vrachten die in de betalingen uit hoofde van invoer begrepen zijn, worden van die betalingen afgetrokken en opgenomen in de rubriek «Vervoer»; - het aan de Belgische Staat overgemaakte deel in de compensatierechten die door de Nederlandse overheid op de uitvoer van bepaalde Nederlandse landbouwprodukten naar de B.L.E.U. worden geheven, werd van de betalingen uit hoofde van invoer afgetrokken; - de betalingen in Belgische franken betreffende de uitvoer naar en de invoer uit Kongo, worden door het B.L.I.W. niet geteld. Om met deze transacties

3 bij de opstelling van de betalingsbalans rekening te houden, werd gebruik gemaakt van de gegevens van de Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda- Urundi. Daar het cijfer van de invoer uit Kongo, zoals het door deze instelling wordt medegedeeld, gedeeltelijk c.i.f. is berekend, wordt het verminderd met een bedrag overeenstemmend met de vervoerkosten. De aldus verbeterde cijfers van de betalingen uit hoofde van goederentransacties kunnen met de douanestatistieken vergeleken worden. Daartoe dienen deze laatste echter vooraf enigszins aangepast; zulks werd gedaan in tabel II. In weerwil van de aan beide statistieken aangebrachte verbeteringen, blijven er nochtans vrij aanzienlijke afwijkingen bestaan; de oorzaken hiervan Tabel II. Goederentransacties Verbetering der douanestatistieken (In miljarden franken) Ontvangsten Brutogegevens, af te trekken : 139,0 158,1 159,3 152,2 Scheepsproviand - 0,8-1,1-1,0-1,1 Kongolese goederen wederuitgevoerd na loonwerk 1-4,8-4,9-3,8-3,8 Uitvoer naar Kongo volgens de douanestatistieken - 6,6-7,1-7,0-5,9 Niet monetair goud in de douanestatistieken opgenomen bij te voegen : Uitvoer naar Kongo volgens de Centrale Bank van Belgisch- Kongo en Ruanda-Urundi -1-6,3 + 6,6 + 7,0 + 5,9 Gas en elektriciteit -1-0,3-1- 0, ,4 Arbitrageverrichtingen + 7,3 + 8,3 + 10,1 + 9,1 Loonwerk niet in de douanestatistieken vermeld -I- 0,9 + 1,5 + 1,6 + 1,1 Brutogegevens af te trekken : Uitgaven Verbeterde ontvangsten 141,4 161,9 166,9 157,9 142,2 163,6 171,6 156,4 Vrachtkosten 2-13,0-17,3-19,3-16,8 50 pct. der heffingen 3-0,1-0,1-0,1... Invoer uit Kongo volgens de douanestatistieken 4-11,0-12,1-9,4-8,3 Niet monetair goud in de douanestatistieken opgenomen bij te voegen : Invoer uit Kongo volgens de Centrale Bank van Belgisch- Kongo en Ruanda-Urundi 4 + 5,5 + 6,0 + 5,0 + 4,2 -. Gas en elektriciteit + 0,3 + 0,4 + 0,4 + 0,4 Arbitrageverrichtingen -I- 5,9 + 6,4 + 7,5 + 7,9 Niet monetair goj (netto) + 0,1 + 0,8 + 1,1 - Verbeterde uitgaven 129,2 147,7 156,8 143,8 1 Excl. de door het loonwerk bijgevoegde waarde. 2 Excl. do vrachtkosten voor de invoer uit Kongo. 3 Heffingen = compensatierechten door de Nederlandse overheid geheven op de uitvoer van sommige Nederlandse landbouwprodukten naar de B.L.E.U. De opbrengst wordt voor de helft tussen beide landen verdeeld. 4 Excl. de invoer van niet monetair goud. werden vroeger omstandig toegelicht (1). Er zal dan ook niet meer worden op ingegaan. Alleen zij in herinnering gebracht dat de douanecijfers van de invoer en van de uitvoer geregeld hoger liggen dan de cijfers van het betalingsverkeer en dat dit aan de volgende factoren is toe te schrijven : de ruilverrichtingen zijn in de douanestatistieken opgenomen, doch niet in het betalingsverkeer; dit is ook het geval met de invoer en de uitvoer vádr of na loonwerk, behoudens wat de koloniale goederen betreft, waarvoor een (1) Cf. a De betalingsbalans van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie in 1955», Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, juni 1956, blz rectificatie aan de douanestatistieken kon worden aangebracht. Zoals uit de laatste twee lijnen van de tabel III blijkt, ligt het saldo der ontvangsten en uitgaven uit hoofde van goederentransacties, dat op basis van het betalingsverkeer werd berekend, geregeld beneden het saldo der douanestatistieken. "Dit verschil is in 1958 enigszins afgenomen, wat wellicht valt toe te schrijven aan het feit dat de munten van de lidstaten van de Organisatie voor Europese Economische Samenwerking, opnieuw op de gereglementeerde markt dienen verkocht wanneer zij voortvloeien uit de uitvoer van -goederen. De afwijking blijft

4 Tabel III. Goederentransacties Ramingen op basis van de betalingen en van de douanestatistieken (In miljarden franken) Ontvangsten : Volgens de verbeterde betalingen 133,3 151,9 155,6 145,8 Volgens de verbeterde douanestatistieken 141,4 161,9 166,9 157,9 Uitgaven : Volgens de verbeterde betalingen 125,2 142,8 150,9 135,2 Volgens de verbeterde douanestatistieken 129,2 147,7 156,8 143,8 Saldo : Volgens de verbeterde betalingen + 8,1 + 9, ,7 + 10,6 Volgens de verbeterde douanestatistieken + 12,2 + 14,2 + 10,1 + 14,1 nochtans relatief belangrijk en is wellicht grotendeels te wijten aan de omstandigheid dat, in liet betalingsverkeer, de uitgaven uit hoofde van goederentransacties sommige vervoerkosten omvatten. De goederentransacties berekend op basis van het betalingsverkeer kunnen naar hun aard in vier rubrieken ingedeeld worden : uitvoer en invoer, a rbitrageverrich tingen, loonwerk, niet monetair goud. Tabel IV. Goederentransacties Omstandige opgave der verrichtingen (In miljarden franken) vangsten Uitgaven Saldo vanognstt-,, Uitgaven Saldo vangsten Uitgaven Saldo vangeten Uitgaven Saldo F.o.b.-uitvoer en -invoer 123,3 118,5 + 4,8 140,1 134,7+ 5,4 141,8 141,2 + 0,6 133,0 126,0+ 7,0 Arbitrageverrichtingen I 7,3 5,9 + 1,4 8,3 6,4+ 1,9 10,1 7,5 + 2,6 9,1 7,9+ 1,2 Loonwerk 2,7 + 2,0 3,5 0,9+ 2,6 3,7 1,1 + 2,6 3,7 1,3+ 2,4 Niet monetair goud (netto) --- 0,1-0,1 -- 0,8-0,8 -- 1,1-1, Totaal 133,3 125,2 + 8,1 151,9 142,8+ 9,1 155,6 150,9 + 4,7 145,8 135,2+ 10,6 1 Alleen saldi, wanneer het om verrichtingen gaat die de Kolonie als herkomst of bestemming hebben. Het bedrag van de uitvoer stemde in 1957, op ongeveer 0,6 miljard na, overeen met dat van de invoer. Beide liepen in 1958 terug, doch de gezamenlijke waarde van de invoer daalde sterker dan die van de uitvoer; uiteindelijk overschreed de uitvoer de invoer met 7 miljard. Deze gunstige evolutie van 1957 tot 1958 blijkt eveneens vrij duidelijk uit de statistieken van de buitenlandse handel van de B. L. E. U. De ontvangsten uit arbitrageverrichtingen stemmen overeen met de opbrengst van de afzet in derde landen van goederen die in het buitenland werden aangekocht, en de uitgaven, met het bedrag van die aankopen. Het saldo van die rubriek is derhalve gelijk aan de netto-ontvangsten welke voor de Belgische en Luxemburgse doorvoerders uit die verrichtingen voortvloeien en welke hun winst vertegenwoordigen en de door hen gedragen onkosten in Bel-. gische franken dekken. In 1958 verminderden de ontvangsten uit hoofde van arbitrageverrichtingen t.o.v Deze vermindering kan aan twee factoren worden toegeschreven : eensdeels, de conjuncturele inkrimping der winstmarges; anderdeels, een daling van de vervoerkosten. In het totaal liep het batig saldo der arbitrageverrichtingen van 2,6 miljard in 1957 terug tot 1,2 miljard in Tabel V. Buitenlandse handel der Belgisch-Luxemburgse Economische Unie Indexcijfers van de gemiddelde waarde en van het volume (Basis 1953 = 100) Bron : Nationaal Instituut voor do Statistiek. Invoer Uitvoer Waarde Volume Waarde Volume : '

5 ' De ontvangsten voor loonwerk handhaafden zich in 1958 op het in 1957 bereikte peil van 3,7 miljard; daar de uitgaven terzelfder tijd van 1,1 miljard tot 1,3 miljard toenamen, daalden de netto-ontvangsten met miljard. De nulstand van het saldo der verrichtingen op niet monetair goud lijkt in 1958 meer waarschijnlijk dan de nettoafvloeiing die in 1957 werd waargenomen. De gezamenlijke goederentransacties lieten in het beschouwde jaar een overschot van 10,6 miljard; dit bedrag ligt merkelijk hoger dat het overschot van 4,7 miljard en overschrijdt eveneens de batige saldi die in 1955 en 1956 tijdens de fase van conjuncturele expansie werden geboekt. 2. Onzichtbare transacties. In tabel VI worden de onzichtbare transacties in zeven rubrieken ingedeeld; voor elk daarvan worden de bruto-ontvangsten en -uitgaven evenals het saldo aangeduid. Tabel VI. Onzichtbare transacties (In miljarden franken) ontvangsten Saldo Outvangsten Uitgaven Saldo 0 t vangsten Uitgaven Saldo vangsten Uitgaven Saldo 1. Verplaatsingen in het buitenland 3,0 2,7 + 0,3 3,8 2,8 + 1,0 4,3 3,2 -I- 1,1 6,2 2,9 4-3,3 2. Vervoer 10,1 12,8-2,7 12,8 16,9-4,1 14,4 18,7-4,3 12,2 15,8-3,6 3. Verzekeringspremies en -uitkeringen 0,9-1,1 1,2-0,1 1,2 1,5-0,3 1,4 1,8-0,4 4. Inkomsten uit investeringen 6,6 4,5 + 2,1 8,4 4,9 4-3,5 8,1 4,8 + 3,3 7,5 5,0 -f- 2,5 5. Overheidstransacties niet elders vermeld. 2,4 2,6-3,0 4,0-1,0 3,1 3,0 + 0,1 3,7 4,3-0,6 6. Grensarbeiders en vreemde arbeiders 2,5 1,4 -I- 1,1 3,2 1,4 -I- 1,8 3,9 1,7 -I- 2,2 5,1 1,9 -I- 3,2 7. Diversen 8,0 6,4 + 1,6 9,3 7,2 -I- 2,1 9,4 7,5 + 1,9 10,0 7,4 -I- 2,6 Totaal 33,3 31,3 + 2,0 41,6 38,4 + 3,2 44,4 40,4 -I- 4,0 46,1 39,1 + 7,0 Om verschillende redenen dienen de cijfers der onzichtbare transacties met grote omzichtigheid beoordeeld; een zeker aantal ontvangsten en uitgaven die gecompenseerd worden, ontsnappen aan de telling van het betalingsverkeer. Deze opmerking geldt in het bijzonder voor de verplaatsingen in het buitenland, waarvan alleen het saldo commentaar verdient. Dit saldo verbeterde in 1958 met 2,2 miljard. Deze verbetering is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de toeneming van het vreemdelingenverkeer in België, ten gevolge van de Tabel VII. Aantal overnachtingen van vreemdelingen in België (In duizendtallen) Bron : Nationaal Instituut voor de Statistiek. Land van gewoon verblijf (v) Verenigd-Koninkrijk Frankrijk Nederland West-Duitsland Zwitserland Verenigde Staten ' Diveriien Totaal I Ezel. het Groothertogdom Luxemburg. Wereldtentoonstelling te Brussel : het aantal overnachtingen van vreemdelingen in België steeg van in 1957 tot ongeveer in Wellicht komt de verbetering die zich vorig jaar heeft voorgedaan, niet volledig in de cijfers van tabel VI tot uiting. Het is inderdaad mogelijk dat in 1958 ontvangsten uit hoofde van verplaatsingen in het buitenland als invoer van particulier kapitaal werden geboekt, terwijl in 1957 uitgaven uit hoofde van verplaatsingen in het buitenland blijkbaar als uitvoer van particulier kapitaal werden opgetekend. Bovendien omvatten de niet bepaalde transacties wellicht, zoals reeds hoger werd vermeld, sommige verplaatsingen in het buitenland; welnu, het negatieve saldo van deze verrichtingen is in 1958 sterk ingekrompen. De ontvangsten uit vervoer verminderden in 1958 met iets meer dan 2 miljard t.o.v Deze daling houdt verband met de inkrimping der ontvangsten uit hoofde van vervoer voor rekening van Kongo en van doorvoer van goederen : het transitoverkeer, waarmee in ,4 miljoen ton waren gemoeid, bereikte in 1958 nog slechts 14,1 miljoen ton; de ontvangsten uit leveringen van scheepsproviand aan buitenlandse schepen lagen daarentegen in beide jaren nagenoeg op hetzelfde peil, nl. iets meer dan 1 miljard. Daar de uitgaven sterker terugliepen dan

6 de ontvangsten, sloot de rubriek «Vervoer» in 1958 met een enigszins minder belangrijk nettotekort dan in De daling van de uitgaven voor vervoer komt vooral voor rekening van de verlaging der zeevrachten. De betalingen van verzekeringspremies en -uitkeringen, lieten in 1958 een tekort, dat 0,1 miljard hoger lag dan het voorafgaande jaar. Ten gevolge van de verzwakking van de industriële conjunctuur lag het gezamenlijke bedrag der inkomsten uit investeringen van Belgische en Luxemburgse ingezetenen in 1958 met 0,6 miljard beneden het in 1957 geïnde bedrag. Het gezamenlijk inkomen van de investeringen van vreemdelingen in de B.L.E.U. steeg daarentegen met miljard; dit bedrag overschrijdt de toeneming der uitgekeerde interesten op de buitenlandse schuld van de overheid en van de Belgische parastatale instellingen. In het totaal, lieten de betalingen in 1958 een netto-overschot van 2,5 miljard tegen 3,3 miljard één jaar vroeger. De verrichtingen die onder de rubriek niet elders vermelde overheidstransacties zijn opgenomen, hadden in 1957 een overschot gelaten van ongeveer 0,1 miljard, dat in 1958 plaats maakte voor een tekort van 0,6 miljard. Deze evolutie is gedeeltelijk toe te schrijven aan het feit dat in 1958 een deel van de stationeringskosten der Belgische strijdkrachten op het grondgebied van de Duitse Bondsrepubliek door de Belgische Schatkist moest gefinancierd worden, daar waar die uitgaven voordien ten laste vielen van de Bondsrepubliek. De stijging van de netto-ontvangsten onder de rubriek grensarbeiders en vreemde arbeiders is aan de volgende factoren toe te schrijven : de toeneming met ongeveer 12 pct. van het gezamenlijk aantal in Frankrijk en Nederland te werk gestelde Belgische grensarbeiders, de betaling aan de grensarbeiders in 1958 van bedragen die hen normaal in 1957 hadden dienen uitgekeerd en, ten slotte, de opneming onder deze rubriek van betalingen ten gunste van op de \Vereldtentoonstelling te Brussel te werk gestelde werknemers. In 1958 steeg het batig saldo van de in de rubriek diversen gegroepeerde onzichtbare transacties met miljard t.o.v Deze evolutie is in het bijzonder op rekening te stellen van, eensdeels, de stijging van het overschot der verrichtingen begrepen onder de post makelaars- en commissieloon en, anderdeels, van de inkrimping der royalties voor filmen, voor patent- en auteursrechten. De onzichtbare transacties lieten in 1958 een globaal overschot van 7 miljard, d.i. 3 miljard meer dan Tabel VIII. Rubriek «Diversen» der onzichtbare transacties (In miljarden franken) Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten 1 Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Makelaars- en commissielonen 3,4 3,4-3,1 3,2-0,1 3,3 2,9 + 0,4 3,6 2,9 -I-- Royalties voor filmen, voor patent- en auteursrechten 0,5 1,5-1,0 0,6 1,6-1,0 0,8 1,8-1,0 0,9 1,6 - Verrichtingen met de E.G.K.S. 0,4 0,1 + 0,3 0, ,4 0,5 0,1 + 0,4 0,6 0,1 + 0,5 Andere verrichtingen 3,7 1,4 + 2,3 5,2 2,4 + 2,8 4,8 2,7 + 2,1 4,9 2,8 + 2,1 Totaal 8,0 6,4 + 1,6 9,3 7,2 + 2,1 9,4 7,5 + 1,9 10,0 7,4 + 2,6 in Deze verbetering is met name toe te schrijven aan de toeneming der netto-ontvangsten uit hoofde van verplaatsingen in het buitenland en aan de inkrimping der netto-uitgaven voor vervoer. Zij houdt dus in zekere mate verband met een hoofdzakelijk tijdelijke factor, nl. de Wereldtentoonstelling te Brussel, en met conjuncturele factoren, nl. de teruggang van de aankopen in het buitenland en de daling der vrachtkosten. transacties. Deze bedragen dienen echter met het gebruikelijke voorbehoud beoordeeld. Zoals reeds hoger werd gezegd, zijn het overschot van de f.o.b.- uitvoer boven de f.o.b.-invoer en het tekort op de rubriek «Vervoer» onderschat. Bovendien werden in 1957 sommige uitgaven voor verplaatsingen in het buitenland geboekt als uitvoer van particulier kapitaal, terwijl het omgekeerde zich mogelijk heeft voorgedaan in Totaal der goederen- en dienstentransacties. De goederen- en dienstentransacties lieten in 1958 een overschot van 17,6 miljard; in 1957 bedroeg het batig saldo 8,7 miljard. De verbetering is ten belope van 5,9 miljard toe te schrijven aan de goederentransacties en van 3 miljard aan de onzichtbare 4. Schenkingen. Van 1957 tot 1958 daalde het gunstig saldo der particuliere schenkingen van 1,3 miljard tot 1,1 miljard, d.i. met miljard. Deze vermindering is toe te schrijven aan de verlaging der toelagen door de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal aan de

7 Tabel IX. Schenkingen (In miljarden franken) Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uit g aven Saldo Particuliere schenkingen : Verrichtingen met de Kolonie 1,1 0,5-1- 0,6 1,4 0,5 -I- 0,9 1,6 0,4-1- 1,2 1,6 0,4 + 1,2 Verrichtingen in het kader van de E.G.K.S. 0,6 0,3 -I- 0,3 0,5 0,3-1- 0,3 0,1 + 0,1 0,1... Andere verrichtingen 0,3-0,1 0,3-0,1 0,3-0,1 0,4 0,5-0,1 Totaal der particuliere schenkingen 1,9 1,1 + 0,8 2,1 1,1 + 1,0 2,1 0,8-1- 1,3 2,1 1,0-1- 1,1 Regeringsschenkingen Totaal 1,9 1,1 -I- 0,8 2,1 1,1-1- 1,0 2,1 0,8 + 1,3 2,1 1,0-1- 1,1 (...) Beweging van minder dan fr. 50 miljoen. Belgische steenkolenmijnen toegekend; de perekwatiehulp nam in februari 1958 een einde. 5. Beweging van het Belgisch-Luxemburgs en buitenlands particulier kapitaal. De beweging van het Belgisch-Luxemburgs en buitenlands particulier kapitaal wordt gesplitst in twee afzonderlijke rubrieken, resp. onder de titel «Handelspapier» en «Andere kapitalen». De cijfers onder de rubriek «Handelspapier» dekken hoofdzakelijk de beweging van de handelsportefeuille in Belgische franken van de Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi, die van de acceptverplichtingen der Belgische banken tegenover het buitenland en die der geviseerde uitvoeraccepten welke buiten het Belgische bankwezen gefinancierd worden. De «Andere kapitalen» omvatten, op de uitgavenzijde, de Belgisch-Luxemburgse investeringsuitgaven in het buitenland en de buitenlandse desinvesteringen in de B.L.E.U. en, op de ontvangstenzijde, de buitenlandse investeringsuitgaven in de B.L.E.U. en de Belgisch-Luxemburgse desinvesteringen in het buitenland. Het nadelig saldo van het handelspapier daalde van 0,9 miljard in 1957 tot 0,1 miljard in Deze vermindering is toe te schrijven aan de bewe- gingen van de handelsportefeuille in Belgische franken van de Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi. Omzichtigheid is geboden bij de beoordeling van het saldo der andere kapitalen. Bepaalde kapitaalbewegingen die niet konden geïdentificeerd worden, zijn waarschijnlijk begrepen in de rubriek «Niet bepaalde transacties». Anderzijds dekken de bedragen die in tabel I voorkomen, blijkbaar transacties die betrekking hebben op de verplaatsingen in het buitenland. Zoals hij werd geteld, daalde de netto-uitvoer van «Ander particulier kapitaal» van 6,6 miljard in 1957 tot 4,9 miljard in Dit laatste cijfer omvat de inschrijving op twee leningen van elk 2 miljard, die door de Koloniale Schatkist, resp. in februari-maart en in november-december 1958, op de Belgische markt werden geplaatst. 6. Kapitaalverkeer in de overheidssector. De ruimte die, ingevolge de conjuncturele ontwikkeling, in 1958 de financiële markt kenmerkte van de landen welke traditioneel als geldschieters optreden, maakte het mogelijk een beroep te doen op buiten-, lands kapitaal. Daar Belgisch-Kongo op de Belgische en buitenlandse markten kon lenen, heeft het, per saldo, opgehouden certificaten van de Belgische Tabel X. Beweging van het overheidskapitaal (In miljarden franken) Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Ontvangsten Uitgaven Saldo Langlopende kapitalen : Verstrekte en ontvangen leningen 4,0 0,8 -I- 3,2 0,8 1,9-1,1 2,1* 0,6 + 1,5 1,3-1- 0,5 Aflossingen 0,1 1,5-1,4-0,9-0,9 0,1 1,4-1,3 0,1-1,2 Kortlopende kapitalen 1 + 0, ,9-1,6 5,9 4,7-1- 1,2 8,3 + 3,1 Totaal 4,8 2,5 + 2,3 1,1 4,7-3,6 8,1 6,7 + 1,4 9,7 7,3 + 2,4 Nettotoevoer en -afvoer voor de schatkistcertificaten aangehouden door een zelfde instelling. * De invoer' van overheidskapitaal omvat een gedeelte van de lening van $ 80 miljoen van de Belgische Staat op de Amerikaanse markt, waarop de Belgisch-Luxemburgse ingezetenen inschreven; het bedrag van die inschrijvingen is nochtans niet nauwkeurig gekend O 1-1- CO CO cq

8 Schatkist te innen. In het totaal beliep de invoer van overheidskapitaal in ,7 miljard tegen 8,1 miljard in Daar deze toeneming der ontvangsten de stijging der uitgaven overtrof, nam de netto-invoer van overheidskapitaal in 1958 met 1 miljard toe t.o.v Op de ontvangstenzijde van het langlopend overheidskapitaal dienen in 1958 de inning vermeld door de Staat van een gedeelte van de opbrengst van de lening van $ 10 miljoen, die in 1957 door de Internationale Bank voor Herstel en Ontwikkeling werd toegestaan, en de emissie door de Regie van Telegraaf en Telefoon van twee leningen op de Amerikaanse markt voor een gezamenlijk bedrag van $ 22 miljoen. Op de uitgavenzijde komen, naast aflossingen van buitenlandse leningen ten belope van 0,8 miljard, voor 0,4 miljard terugbetalingen voor van schatkistcertificaten waarop door Ruanda-Urundi, was ingeschreven; anderzijds stond de Staat aan Belgisch-Kongo en dan Ruanda-Urundi voor 0,4 miljard voorschotten toe en stortte hij een gedeelte van zijn inschrijving op het kapitaal van de Europese Investeringsbank. De invoer van kortlopend overheidskapitaal bereikte in ,3 miljard : de Staat verhoogde het bedrag van zijn in Zwitserland, West-Duitsland, de Verenigde Staten en bij de Koloniale Schatkist geplaatste kortlopende certificaten met resp. 1,6 miljard, 1,4 miljard, 3 miljard en 0,9 miljard; verschillende parastatale instellingen deden een beroep op de Amerikaanse en op de Duitse markt voor een totaal van ongeveer 0,8 miljard. De uitvoer van overheidskapitaal bereikte 5,2 miljard : de terugbetalingen van de Schatkist bedroegen 2,9 miljard, waarvan 2,5 miljard overeenstemmen met de trekking op het Internationale Monetaire Fonds in april 1957; de Schatkist stond de opbrengst in Belgische franken, nl. 1,4 miljard, van de schatkistcertificaten die zij tijdens het afgelopen jaar in West-Duitsland plaatste opnieuw aan Belgisch-Kongo af; ten slotte werd een lening van 0,9 miljard terugbetaald, die op het einde van 1957 door een parastatale instelling in Zwitserland was uitgegeven. 7. Beweging van de netto goud- en deviezenvoorraad van het bankwezen. De netto goud- en deviezenvoorraad van het bankwezen steeg met 15,9 miljard in Deze toeneming overtreft met 13,8 miljard die van 1957; onder de belangrijkste oorzaken van die evolutie dient de stijging vermeld van het overschot van de uitvoer boven de invoer en van het batig saldo der verplaatsingen in het buitenland, evenals de vermindering van de netto-uitvoer van particulier kapitaal. De netto goud- en deviezenvoorraad van de Nationale Bank steeg met 17,2 miljard in Voor de goudvoorraad en de tegoeden in inwisselbare munt alleen bereikte de stijging hetzelfde bedrag. De nettotegoeden op het buitenland van de Belgische en Luxemburgse particuliere banken kenden niet hetzelfde verloop als die van de Nationale Bank. Terwijl ze in 1957 met 1,6 miljard waren toegenomen, daalden ze in 1958 met 1,3 miljard. BETALINGSBALANS MET KONGO EN MET DE ANDERE LANDEN Evenals de voorgaande jaren, en om dezelfde redenen, zullen hier alleen de betalingsbalans van de B.L.E.U. in Belgische en Kongolese franken met Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi en die van de B.L.E.U. met de gezamenlijke andere landen worden besproken. Deze laatste balans omvat de transacties in vreemde geldsoorten met alle landen en de verrichtingen in Belgische franken met de landen andere dan Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi. 1. Betalingsbalans van de B.L.E.U. in Belgische en Kongolese franken met Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi. De betalingsbalans van de B.L.E.U. met Kongo, waarvan de cijfers in tabel XI voorkomen, stemt niet helemaal overeen met die van Kongo met de B.L.E.U., zoals deze door de Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi wordt gepubliceerd. De afwijkingen tussen deze balansen voor het jaar 1956 werden omstandig toegelicht in een vorig artikel (1). Die welke voor 1958 vallen waar te nemen (2), zijn over het algemeen aan gelijkaardige oorzaken toe te schrijven. Het overschot der lopende transacties daalde van 13,4 miljard' in 1957 tot 11,8 miljard in Deze vermindering is tegelijkertijd toe te schrijven aan de inkrimping van het batig saldo der goederentransacties en van dat der onzichtbare transacties; de inkrimping van het overschot op de onzichtbare transacties was echter in absolute waarde belangrijker dan de daling der netto-ontvangsten uit hoofde van goederentransacties. De teruggang van het gezamenlijke bedrag van de uitvoer van de B.L.E.U. naar Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi is blijkbaar in hoofdzaak toe te schrijven aan de inkrimping der verkochte hoeveelheden, daar de prijzen eerder stabiel bleven; de vermindering van het bedrag van de invoer van de B.L.E.U. moet daarentegen hoofdzakelijk worden toegeschreven aan de daling der eenheidsprijzen. (1) Cf. a De handels- en financiële betrekkingen tussen België en zijn overzeese gebiedsdelen», Tijdschrift voor Documentatie en Voorlichting, februari 1958, blz. 92 e.v. (2) Voor 1958 wordt de betalingsbalans van Belgisch- Kongo en van Ruanda-Urundi met de rest van de wereld en met de B.L.E.U. in het bijzonder, gepubliceerd in het verslag van de Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi voorgelegd op de gewone algemene vergadering der aandeelhouders van 26 mei, en in het aprilnummer van het Tijdschrift van dezelfde instelling. 448

9 Tabel XI. Betalingsbalans van de B.L.E.U. in Belgische en Kongolese franken met Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi (In miljarden franken) Goederentransacties : F.o.b.-uitvoer 6,3 6,6 7,0 5,9 F.o.b.-invoer 5,5 6,0 5,0 4,2 Saldo --h 0,8 -I- 0, ,0 + 1,7 Andere goederentransacties -I- 0,1 -I- 0,1 + 0,1... Totaal -h 0,9 + -I- 2,1 + 1,7 2. Onzichtbare transacties : Verplaatsingen in het buitenland + 0, , ,2 + 1,4 Vervoer -I- 3,5 -I- 4,4 + 4,6 + 3,5 Inkomsten uit investeringen + 2,5 -I- 3,5 + 3,0 + 2,9 Overheidstransacties niet elders vermeld + 0,3 + 0, Diversen + 1,6 -I- 1,7 + 1, ,6 Totaal ,7 -I- 11,3.+ 11, ,1 3. Totaal der transacties op goederen en diensten (3 = 1 -I- 2) -I- 9,6 -I- 12,0 + 13,4 + 11,8 4. Particuliere schenkingen -I- 0,6 -I- 0,9 -I- 1,2 -I- 1,3 5. Beweging van hct Belgisch-Luxemburgs en koloniaal particulier kapitaal : Handelspapier - 1,0 + 1,1-1,1 -I- 0,5 Andere kapitalen - 2,4-1,2 + 0,1-3,7 Totaal - 3,4-0,1-1,0-3,2 6. Beweging van het overheidskapitaal : Langlopende kapitalen - - 1,8-0,4-0,5 Kortlopende kapitalen - 0,1-0,5-8,2 + 0,4 Totaal - 0,3-2,3-3,6-0,1 7. Particuliere overmakingen : Verrichtingen voor rekening van de Kolonie - 7,0-7,7-6,1-5,8 Andere transfers - 1,5-1,7-2,8-4,3 Totaal - 8,5-9,4-8,9-9,6 8. 'Multilaterale betalingen ,4-0,9 9. Vergissingen en weglatingen + 0, ,1 - Totaal overeenstemmend met de beweging van de netto deviezenreserves van het bankwezen - 1,7 + 1,1 + 0,8 - (...) Beweging van minder dan fr. 50 miljoen. De lichte verslechtering in 1958 van het overschot op de onzichtbare transacties komt voor rekening van de inkrimping der netto-ontvangsten uit vervoer en der inkomsten uit investeringen. Deze verminderingen, die verband houden met het conjunctuurverloop, werden slechts in geringe mate goedgemaakt door de stijging van het overschot op de verplaatsingen in het buitenland. Wat het particuliere kapitaal betreft, wordt in 1958 een herneming waargenomen van de beleggingen van Kongo in handelspapier in Belgische franken. Terwijl de bewegingen van het ander particulier kapitaal in 1957 nagenoeg in evenwicht waren, is in 1958 per saldo een gezamenlijk bedrag van 3,7 miljard uitgevoerd. Deze uiteenlopende evolutie vindt haar verklaring in het feit dat de Koloniale Schatkist in 1957 geen leningen op de Belgische markt plaatste en in 1958 echter wel tweemaal daarop een beroep deed door de emissie, in februari-maart, van een lening van 2 miljard en door de plaatsing, op het einde van het jaar, van een tweede lening van hetzelfde bedrag. De bewegingen van het langlopend overheidskapitaal lieten voor de B.L.E.U. een nettotekort van ongeveer 0,5 miljard; dit bedrag dekt namelijk een voorschot van de Belgische Schatkist aan Ruanda- Urundi en terugbetalingen van halflange schatkistcertificaten waarop vroeger door Ruanda-Urundi was ingetekend. De Belgische overheid die, in 1957, aan de Koloniale Schatkist en aan de Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi voor ruim 3 miljard kortlopende verplichtingen had moeten terugbetalen, vond in 1958 baat bij de toeneming van de liquiditeit der Centrale Bank van Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi; in het totaal overschreed de invoer van kortlopend overheidskapitaal uit Kongo en Ruanda-Urundi de uitvoer met ongeveer 0,4 miljard in Evenals de vorige jaren lieten de bilaterale betrekkingen van de B.L.E.U. met Kongo in 1958 een aan

10 zienlijk overschot. Een belangrijk gedeelte van dit overschot werd gesaldeerd door de rechtstreekse betalingen die derde landen, in hoofdzaak landen die lid waren van de B.L.E.U., aan de B.L.E.U. verrichtten ter aanzuivering van hun tekort tegenover Kongo. Het negatieve saldo van de rubriek a Verrichtingen voor rekening van de Kolonie» vertegenwoordigt de Belgische franken welke de B.L.E.U. ter beschikking van Kongo stelde als tegenwaarde van wat zij rechtstreeks uit het buitenland ontving. Het overschot op de lopende transacties van Kongo met de andere landen dan de B.L.E.U. steeg in 1958 t.o.v De andere par- ticuliere transfers en de multilaterale betalingen gaven daarentegen in de jaren 1956 tot 1958 aanleiding tot steeds belangrijkere afvloeiingen ten gunste van Kongo. 2. Betalingsbalans van de B.L.E.U. met de landen andere dan Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi. Van 1957 tot 1958 daalde het bedrag van de uitvoer van goederen naar andere landen dan Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi merkelijk minder dan het bedrag van de invoer van de B.L.E.U. uit Tabel XII. Betalingsbalans van de B.L.E.U. met de landen andere dan Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi 1 (Tn miljarden franken) Goederentransacties : F.o.b.-uitvoer 117,0 133,5 134,8 127,1 F.o.b.-invoer 113,0 128,7 136,2 121,8 Saldo + 4,0 + 4,8-1,4 4-5,3 Andere goederentransacties 4-3,2 4-3,6 -I- 4,0 -I- 3,6 Totaal -I- 7,2 -I- 8,4 + 2,6 -I- 8,9 2. Onzichtbare transacties : Verplaatsingen in het buitenland - 0,5 + 0,1-0,1 -I- 1,9 Vervoer - 6,2-8,5-8,9-7,1 Verzekeringspremies en -uitkeringen - - 0,1-0,3-0,4 Inkomsten uit investeringen - 0, ,3-0,4 Overheidstransacties niet elders vermeld - 0,5-1,6-0,6-1,9 Grensarbeiders en vreemde arbeiders 4-1,1-1- 1,8 + 2,2 4-3,2 Diversen -I- 0,1 + 0,4 + 0,1 -I- 1,0 Totaal - 6,7-8,1-7,3-3,1 3. Totaal der transacties op goederen en diensten (3 = 1 -I- 2) -I- 0,5 -I- 0,3-4,7 + 5,8 4. Schenkingen : Particuliere schenkingen Regeringsschenkingen I- 0, , Totaal + + 0,1 4-0,1-5. Beweging van het Belgisch-Luxemburgs en buitenlands particulier kapitaal : Handelspapier Andere kapitalen -I- 0,5-4,6-0,1-7, ,7* - 0,6-1,2 Totaal - 4,1-7,9-6,5-1,8 6. Beweging van het overheidskapitaal : Langlopende kapitalen -I- 2,0 - Kortlopende kapitalen 4-0,6-1,1 4-0,6* + 4, ,7 Totaal + 2,6-1,3 4-5,0 + 2,5 7. Particuliere overmakingen : Verrichtingen voor rekening van de Kolonie -}- 7,0 Andere transfers + 1,5 -I- 7,7 + 1,7 + 6,1 -I-- 2,8 + 5,3 + 4,3 Totaal + 8,5 + 9,4 + 8,9 + 9,6 8. Multilaterale betalingen - + -I- 0,4 + 0,9 9. Niet bepaalde transacties - 1,3-1,8-2,2-10. Vergissingen en weglatingen - 0,1 + 0,3 + 0,3 + 0,5 Totaal overeenstemmend met de beweging van de netto deviezenreserves van het bankwezen + 6, ,3 4-16,6 1 Incl. de transacties in vreemde munten met Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi. De uitvoer van particulier kapitaal en de invoer van overheidskapitaal omvatten een gedeelte van de lening van $ 80 miljoen van de Belgische Staat op de Amerikaanse markt, waarop de Belgisch-Luxemburgse ingezetenen inschreven; het bedrag van die inschrijvingen is nochtans niet nauwkeurig gekend. (...) Beweging van minder dan fr. 50 miljoen

11 diezelfde landen. Het tekort van 1,4 miljard, waarmee die transacties in 1957 sloten, maakte in 1958 plaats voor een overschot van 5,3 miljard. Van het ene jaar tot het andere daalde het nadelig saldo op de onzichtbare transacties van 7,3 miljard tot 3,1 miljard. Deze verbetering is hoofdzakelijk aan twee factoren toe te schrijven : het verschijnen van een overschot uit hoofde van verplaatsingen in het buitenland in verband met de Wereldtentoonstelling van Brussel en de inkrimping van de uitgaven voor vervoer ten gevolge van de daling der vrachtprijzen en van de teruggang der ingevoerde hoeveelheden. Wat de bewegingen van het particulier kapitaal betreft, vertoont het «Handelspapier» een tekort van 0,6 miljard tegen een overschot van miljard in De beweging van het «Ander particulier kapitaal» gaf aanleiding tot een netto-uitvoer van 1,2 miljard. Hoewel dit laatste bedrag, omwille van zijn betrekkelijke onnauwkeurigheid, slechts als een orde van grootte mag beschouwd worden, kan de vermindering van de netto-uitvoer van kapitaal t.o.v niet worden in twijfel getrokken. De netto-invoer van overheidskapitaal, die in ,0 miljard bedroeg, daalde tot 2,5 miljard in 1958; een overschot van 2,7 miljard op het kortlopende kapitaal werd ten dele gecompenseerd door een tekort van miljard op het langlopende kapitaal. Aangezien er nog slechts twee deelbalansen bestaan van de verrichtingen van de B.L.E.U. met het buitenland, vormen de particuliere overmakingen en de multilaterale betalingen, vermeld in tabel XII, de tegenwaarde van dezelfde verrichtingen die, met tegengesteld teken, in de betalingsbalans van de B.L.E.U. met Kongo worden aangeduid. De beschouwingen die te dier gelegenheid werden uitgebracht, gelden dus ook, mutadis mutandis, voor die rubrieken van de betalingsbalans van de B.L.E.U. met de landen andere dan Belgisch-Kongo en Ruanda- Urundi. Tegenover de overige wereld, met uitzondering van Belgisch-Kongo en van Ruanda-Urundi, steeg de netto goud- en deviezenvoorraad van het Belgisch- Luxemburgse bankwezen in 1958 met 16,6 miljard.

12 RAMING VAN DE ONTVANGSTEN EN UITGAVEN VAN DE STAAT, HET COMMISSARIAAT-GENERAAL EN DE MAATSCHAPPIJ VAN DE ALGEMENE WERELDTENTOONSTELLING TE BRUSSEL 1958 INLEIDENDE NOTA De hierna volgende cijfergegevens werden in de loop van februari geraamd (1). Daar het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling en de Maatschappij van de Tentoonstelling door de Staat werden in het leven geroepen, heeft de raming in feite betrekking op de invloed van de inrichting van de Tentoonstelling op de Schatkist. Getracht werd een inventaris op te maken van enerzijds de staatsuitgaven voortvloeiend uit die inrichting en anderzijds van al de directe en indirecte ontvangsten van de Staat ten gevolge van de weerslag van de Tentoonstelling op de Belgische economie. Die balans is uiteraard zeer approximatief. Vooreerst werd zij opgemaakt op een ogenblik dat nog zeer dicht bij de sluiting van de Tentoonstelling gelegen was; cijfers die thans beschikbaar zijn gekomen, waren toen nog niet bijeengebracht; voor de periode na 30 september 1958, moest men dan ook zijn toevlucht nemen tot schattingen. Nu blijft in dergelijke studiën een grote marge van onnauwkeurigheid bestaan. De raming wordt des te onzekerder naarmate zij betrekking heeft op afgeleide, meer indirecte uitgavenstromen. Bovendien kunnen de in aanmerking genomen gegevens nooit zonder een zekere willekeur worden afgebakend. In het onderhavige geval was men wellicht te optimistisch bij het bepalen van de inhoud der aangetekende uitgaven en ontvangsten. Immers, werden bij de ontvangsten fr. 240 miljoen afkomstig van de Koloniale Loterij in aanmerking genomen. Nu gaat het hier voor de Staat in zijn geheel echter om een andere aanwending van gelden, die hij in ieder geval zou geïncasseerd hebben en niet om een aanvullende ontvangst. Ook aan de ontvangstenzijde hadden de ramingen betrekking op afgeleide en niet alleen op directe ontvangsten. Daarentegen werd, op de uitgavenzijde, de raming beperkt tot de vastgelegde uitgaven en tot de werken die direct met de Tentoonstelling verband houden. Al de bijkomstige uitgaven werden terzijde gelaten : modernisering van het wegennet, oprichting van gebouwen buiten de omheining van de Tentoonstelling, werken van de ondergeschikte openbare besturen. Nochtans zou een (1) De auteur ervan is de H. R. Eglem, lid van de Studiegroep van de Afdeling Toegepaste Economie van de Vrije Universiteit te Brussel. niet onaanzienlijk deel van die uitgaven niet uitgevoerd geweest zijn zo de Tentoonstelling niet had plaatsgevonden. Evenmin werden de supplementaire lopende uitgaven geteld, die de Staat en de andere overheidslichamen hebben gedragen als rechtstreeks gevolg van de Tentoonstelling. Zo heeft de toestroming van toeristen naar deze laatste weliswaar de belastingontvangsten van de Schatkist doen stijgen, doch ook bijkomende lasten voor de administratie veroorzaakt. Hieronder zal blijken dat de geraamde ontvangsten voortvloeiend uit de uitgaven voor werken met de helft werden verminderd. In beginsel werd aangenomen dat een deel van die werken in de periode van hoogconjunctuur werd uitgevoerd : in ieder geval was de volledige werkgelegenheid verzekerd en kwamen die werken zonder meer in de plaats van, andere uitgaven zonder het nationaaal inkomen, noch de staatsontvangsten te verhogen. In feite wordt hierdoor aangenomen dat de uitgaven voor de voorbereiding van de Tentoonstelling, gecompenseerd als ze waren door grotere besparingen in de andere sectoren van de economie, geen spanningen van overtewerkstelling veroorzaakten. Onder voorbehoud van hetgeen hierboven met betrekking tot de ramingen werd gezegd, heeft de Schatkist geen enkele netto-uitgave ten gevolge van de Tentoonstelling moeten doen. Doch hieruit mag nog niet worden afgeleid dat de uitgaven voor de openbare werken van de Staat ontvangsten van dezelfde omvang hebben voortgebracht. Inderdaad bedroegen de uitgaven van het Commissariaat-Generaal voor werken fr. 1,4 miljard. Zij schiepen directe ontvangsten welke op fr. 160 miljoen (of fr. 80 miljoen zo rekening gehouden wordt met de vermindering voor werken uitgevoerd in een periode van volledige werkgelegenheid) werden geraamd en afgeleide ontvangsten welke op hetzelfde bedrag werden geschat. Volgens de gunstigste berekening zou dus fr. 1,4 miljard uitgaven voor werken. slechts ten belope van fr. 320 miljoen teruggewonnen zijn. 452

13 'De aangetekende ontvangsten komen hoofdzakelijk voort van de 'uitgaven van derden, en niet van de Staat; ze zijn ongetwijfeld een gevolg van de Tentoonstelling : toeristische uitgaven, betalingen van het publiek aan de Maatschappij van de Tentoonstelling, bouwwerken uitgevoerd door Belgische of buitenlandse ondernemingen, enz. Er werd immers vastgesteld dat op fr. 3,4 miljard totale geraamde ontvangsten fr. 0,8 miljard bedrijfsontvangsten vertegenwoordigt en fr. 1,3 miljard aan de verbetering van de toeristische balans is toe te schrijven. De staatsuitgaven voor de Tentoonstelling kunnen. dus niet met gewone openbare werken worden gelijkgesteld. Zij vormen een eigen categorie. De inrichting van de Tentoonstelling heeft een bedrijvigheid geschapen die een hele reeks uitgaven vanwege de particuliere sector en van het buitenland heeft uitgelokt, welke even moeilijk te becijferen zijn als de afgeleide uitgaven van de overheid zelf. Mits dit voorbehoud, geeft onderhavige studie een belangwekkende benadering van een bijzonder ingewikkeld probleem. 1. In deze nota wordt getracht de ontvangsten en de uitgaven te ramen van het Commissariaat- Generaal van de Tentoonstelling, van de Maatschappij der Tentoonstelling en van de Staat, voortvloeiend uit de Algemene Wereldtentoonstelling te Brussel 1958 (1). Deze raming het is wenselijk hierop van meet af aan de aandacht te vestigen blijft betrekkelijk onzeker. Voor de jongste periode beschikt men nog niet over al de boekhoudgegevens en, wat de ontvangsten betreft, moeten bepaalde posten, zoals de opbrengst van de belasting op het buitenlandse toerisme en de oprichting van de Tentoonstelling bij gebrek aan speciale opnemingen, op tamelijk onnauwkeurige wijze worden berekend.. 2. De nota. omvat de volgende vier secties : Sectie I : De uitgaven; Sectie II : De ontvangsten die rechtstreeks verband houden met de Wereldtentoonstelling; Sectie. III : De staatsontvangsten voortvloeiend uit de «secundaire» inkomens, opgeleverd door de Tentoonstelling; Sectie IV : Samenvatting. Er werd geen enkel onderscheid tussen de periodes gemaakt, en de verrichtingen werden dus globaal opgenomen, hetzij ze vódr, tijdens of na de Tentoonstelling zijn geschied. SECTIE I DE UITGAVEN 3. De bedragen opgenomen in tabel I geven enkel de uitgaven weer die gedragen werden door het (1) Wij betuigen hier onze beste dank aan de H. Ilegems, Inspecteur-generaal van Financiën bij het Bestuur van de Begroting en de Controle der Uitgaven, die welwillend al de gegevens bijeenbracht betreffende de uitgaven door de Staat en sommige parastatale instellingen gedragen uit hoofde van de 'Tentoonstelling. (2) De cijfers in die nota werden afgesloten in januari, Het blijkt echter niet dat de sedertdien beschikbaar gekomen gegevens de orde van grootte van de ramingen hebben gewijzigd. Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling, de Maatschappij der Tentoonstelling en de Belgische Staat, en dekken slechts de kosten en de werken die rechtstreeks met de Tentoonstelling verband houden. Tabel I. Schatting der uitgaven gedaan door het Commissariaat-Generaal, de Maatschappij van de Tentoonstelling en de Staat, uit hoofde van de Algemene Wereldtentoonstelling te Brussel 1958 ( In miljoenen franken) I. Uitgaven van het Commissariaat-Generaal en van de Maatschappij der Tentoonstelling : Werken Commissariaat 241 Maatschappij van de Tentoonstelling II. Uitgaven van de Staat voor posten niet ten laste van de begroting van het Commissariaat-Generaal : Toelagen aan provincies en grote steden 127 Waarborg voor bezetting van motels 190 Deelneming door de Staat en bepaalde parastatale instellingen ten laste van de staatsbegroting 276 Diversen (deelneming aan «Kunsten en Ambachten» in Vrolijk België, aanvullend aandeel van de Staat in de organisatie van con- ' gressen) IH. Deelneming aan de Tentoonstelling door bepaalde parastatele instellingen ten laste van hun eigen begrotingen 109 Totaal van de uitgaven De werken voor de modernisering van het wegennet alsmede de oprichting van gebouwen buiten de omheining van de Tentoonstelling (het Paleis der Congressen, bijv.) werden dus niet in aanmerking 453

14 genomen. Met de aanvullende uitgaven van bepaalde exploitatiediensten van de Staat (P.T.T., pakketboten Oostende-Dover, enz.) werd evenmin rekening gehouden. 4. De uitgaven die betrekking hebben op alle aangegane verbintenissen sedert 1953; deze omvatten een raming van de betalingen na 30 september 1958 uit te voeren (1). Zij werden opgemaakt op basis van de gegevens welke door het Bestuur van de Begroting en de Controle op de Uitgaven werden overgemaakt. Men vinde hieronder enkele beschouwingen betreffende de bedragen welke in tabel I zijn vermeld. 5. De rubriek «Uitgaven van het Commissariaat-Generaal en van de Maatschappij der Tentoonstelling» wordt als volgt onderverdeeld : ( In miljoenen franken) Betalingen uitgevoerd van 1953 af tot 30 september 1958 : Werken Commissariaat 221 Maatschappij van de Tentoonstelling 601 Raming van de betalingen na 30 september 1958 uit te voeren : Werken 100 Commissariaat 20 Maatschappij van de Tentoonstelling 110 Algemeen totaal «Uitgaven van de Staat voor posten die niet ten laste zijn van de begroting van het Commissariaat». De toelagen aan de provincies en grote steden werden slechts dan opgenomen wanneer zij het organiseren van manifestaties financierden. Het aandeel dat de blijvende werken financierde, werd niet in aanmerking genomen. Het parkeerterrein C, het enige dat met behulp van staatskrediet werd aangekocht, werd niet opgenomen, daar de aankoopprijs in normale omstandigheden moet worden gerecupereerd. De andere parkeerterreinen behoren toe aan de stad Brussel, de gemeente Jette en aan particulieren, en maakten het voorwerp van overeenkomsten uit. Alle inrichtingskosten werden door het Commissariaat-Generaal gedragen en zijn in rubriek I opgenomen. De stortingen voortvloeiend uit de waarborg van bezetting die door de Staat werd gegeven inzake logies (motels), zullen waarschijnlijk fr. 190 miljoen bedragen. (1) Deze ramingen werden in januari herzien en benaderen waarschijnlijk zeer dicht de werkelijkheid. De deelneming van de Staat en van bepaalde parastatale instellingen ten laste van de staatsbegroting wordt als volgt onderverdeeld : ( In miljoenen franken) Openbare Werken 48,0 Openbaar Onderwijs 49,9 Financiën 0,5 Binnenlandse Zaken 2,5 Landbouw 44,1 Economische Zaken 2,9 Arbeid en Sociale Voorzorg 12,7 Verkeerswezen 34,3 Posterijen 17,2 Regie der Luchtwegen 11,1 N.M.B.S. 10,0 N.I.R.-televisie 42,4 De post «Diversen» omvat : 275,6 ( In miljoenen franken) Deelneming van de Staat aan «Kunsten en Ambachten o 10,0 Aanvullend aandeel van de Staat in de organisatie van congressen 23,0 (de globale tussenkomst van de Staat bedroeg fr. 29 miljoen tegenover ongeveer fr. 6 miljoen tijdens de voorgaande jaren). 33,0 7. Tabel I geeft eveneens de deelneming van bepaalde parastatale instellingen weer, voor zover deze ten laste van hun eigen begrotingen is. SECTIE II ONTVANGSTEN DIE RECHTSTREEKS MET DE WERELDTENTOONSTELLING VERBAND HOUDEN 8. Deze sectie is gewijd aan een raming van de ontvangsten die het Commissariaat-Generaal, de Maatschappij van de Tentoonstelling en de Staat uit hoofde van de Tentoonstelling rechtstreeks hebben genoten. Terwijl, wat de uitgaven betreft, de ramingen op betrekkelijk nauwkeurige en volledige gegevens steunen, blijven de schattingen, wat de ontvangsten betreft, in het algemeen oppervlakkig en onvolledig. Bij de interpretatie van de bedragen der ontvangsten vermeld in tabel II, moet het volgende voorbehoud worden gemaakt : De staatsontvangsten die voortvloeien uit de toeristische uitgaven en uit de oprichtingskosten van de Tentoonstelling zoals zij in deze sectie zijn vermeld, hebben enkel betrekking op de a primaire» inkomens welke uit deze uitgaven voortkwamen. 454

15 Het «secundaire» «multiplier»-effect waartoe de opeenvolgende uitgaven van deze nieuwe inkomens aanleiding geven, 1 -naken het voorwerp uit van sectie III. Een gedeelte der werken van de Tentoonstelling werd in een periode van volledige werkgelegenheid uitgevoerd. In dat geval, kunnen de belastingontvangsten waartoe deze werken aanleiding gaven, eenvoudig in de plaats van andere worden gesteld. In sectie IV, «Samenvatting», werd een verbete- ring aangebracht, omdat ermee dient rekening gehouden dat ongeveer de helft van de werken werd uitgevoerd in een periode van zéér hoge conjunctuur. De vermeerdering der ontvangsten van de exploitatiediensten van de Staat (P.T.T., pakketboten Oostende-Dover, enz.) werd niet opgenomen. Men zal zich herinneren dat ook met de aanvullende uitgaven voor de exploitatie geen rekening werd gehouden. 9. De rubriek «Ontvangsten van het Commissariaat-Generaal en van de Maatschappij van de Tabel II. Tentoonstelling» wordt als volgt onderverdeeld : Schatting der ontvangsten van het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling, van de Maatschappij van de Tentoonstelling en van de Staat, rechtstreeks voortvloeiend uit de Algemene Wereldtentoonstelling te Brussel 1958 (In miljoenen franken) (In miljoenen franken) Exploitatie-ontvangsten van de Maatschappij tot 30 septembre Koloniale Loterij 240 Schatting van de exploitatie-ontvangsten na 30 september I. Ontvangsten van het Commissariaat-Generaal en van de Maatschappij van de Tentoonstelling : Exploitatie-ontvangsten van de Maatschappij 820 Opbrengst van de Koloniale Loterij 240 II. Staatsontvangsten voortvloei end uit de verbetering van de toeristische balans van België : Ontvangsten voortvloeiend uit de vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen in België 660 Ontvangsten voortvloeiend uit uitgaven voor toeristische doeleinden gedaan in België, door ingezetenen die anders hun verlof in het buitenland zouden hebben doorgebracht II. Staatsontvangsten voortvloeiend uit de oprichting en de inrichting van de Tentoonstelling : Ontvangsten voortvloeiend uit de werken die door het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling werden uitgevoerd 160 Ontvangsten voortvloeiend uit de werken welke door Belgische afdelingen werden uitgevoerd (Belgische afdeling, commerciële afdeling, Vrolijk België en Attractiepark) 290 Ontvangsten voortvloeiend uit de werken uitgevoerd door niet-ingezetenen (Afdeling Belgisch-Kongo en Ruanda- Urundi, Internationale afdeling en Buitenlandse afdeling) IV. Diversen 200. Totaal der ontvangsten De ramingen werden in januari herzien en benaderen waarschijnlijk zeer dicht de werkelijkheid. Deze cijfers werden door het Bestuur van de Begroting en de Controle op de Uitgaven verstrekt. 10. De beschrijving der berekeningen waardoor de bedragen kunnen worden gereconstrueerd onder de rubriek «Ontvangsten van de Staat voortvloeiend uit de verbetering van de toeristische balans van België», wordt in bijlage A weergegeven. Hier volstaat, het er de aandacht op te vestigen dat de van 1957 tot 1958 waargenomen vermeerdering van de toeristische ontvangsten afkomstig uit het buitenland geheel en al werd toegeschreven aan de Tentoonstelling. De onderstelling dat zonder de Tentoonstelling er geen vermeerdering van deze ontvangsten zou zijn geweest, kan enkel worden gerechtvaardigd uit hoofde van de economische recessie die in 1958 in vele landen heerste. Tijdens de vorige jaren viel er een regelmatige verhoging waar te nemen van de toeristische ontvangsten afkomstig uit het buitenland : +5 pct. in 1955, + 7 pct. in 1956, + 13 pct. in De beschrijving van de berekeningen waardoor de bedragen werden bekomen welke vermeld zijn onder de rubriek «Staatsontvangsten voortvloeiend uit de oprichting en de inrichting van de Tentoonstelling», wordt in bijlage B weergegeven. De ramingen die in deze rubriek voorkomen, gelden slechts als een orde van grootte. Principieel wordt bij deze ramingen rekening gehouden met de staatsontvangsten die uit de slopingswerken voortvloeien. 12. In de rubriek «Diversen», ten slotte, komt een forfaitaire schatting voor van minder belangrijke staatsontvangsten. In wezen gaat het hier om : 455

16 de belastingen op de uitgaven voor de werking van het Commissariaat-Generaal en van de Maatschappij van, de Tentoonstelling; de belastingen geïnd op de kosten van de aanvullende tijdelijke hotelbedrijven; douanerechten alsmede overdracht- en weeldebelasting geïnd op de buitenlandse goederen die in België bleven. SECTIE III DE STAATSONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE «SECUNDAIRE» INKOMENS ONTSTAAN UIT DE TENTOONSTELLING 13. In sectie II werd het bedrag geschat van de belastingen op de inkomens die rechtstreeks ontstonden uit de werken en de werkingskosten van de Tentoonstelling, alsmede uit de vermeerdering van de toeristische uitgaven. De rechtstreekse inkomens echter worden, op hun beurt, opnieuw in België gedeeltelijk uitgegeven en doen aldus nieuwe inkomens ontstaan, waarop de Staat nieuwe belastingen heft, en zo voort. 14. Hieronder vinde men de schatting van de belastingen op deze afgeleide inkomens : (In miljarden franken) e Afgeleide» staatsinkomsten ontstaan uit de verbetering van de toeristische balans van België (cf. bijlage C) 0,6 - «Afgeleide» staatsinkomsten ontstaan uit de werken voor oprichting en inrichting van de Tentoonstelling voor zover deze niet werden uitgevoerd in een hoogconjunctuurperiode (cf. bijlage D) 0,3 «Afgeleide» staatsontvangsten ontstaan uit de werkingskosten van de Tentoonstelling 0,1 Totaal... 1,0 Wij mogen verwijzen naar bijlagen C en D, waar de bronnen en de beschrijving van deze berekeningen zijn aangegeven. De aandacht dient erop gevestigd dat deze schattingen buitengewoon broos blijven. SECTIE IV SAMENVATTING 15. In tabel III wordt tegenover de openbare uitgaven zoals zij in sectie I voorkomen, een raming gesteld van rechtstreekse en afgeleide ontvangsten die uit de Tentoonstelling voortvloeiden ten voordele van het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling, de Maatschappij van de Tentoonstelling en de Staat. 16. De bedragen betrekking hebbend op de uitgaven werden in tabel I opgenomen. 17. De bedragen betrekking hebbend op de rechtstreekse ontvangsten werden afgeleid uit tabel II, met uitzondering van de staatsontvangsten, die voortvloeien uit de werken die met Belgisch materiaal en Belgische werkkrachten werden uitgevoerd. Inderdaad werd in dit laatste geval geraamd dat 5/10 van de werken tijdens een periode van hoogconjunctuur werden uitgevoerd en zich eenvoudig in de plaats van andere werken hadden gesteld; men heeft dus slechts als directe aanvullende ontvangsten voor de Staat in aanmerking genomen, diegene die op de overblijvende 5/10 worden geheven (cf. 8). Men vinde in bijlage E een variante waarin geen enkele aftrek werd verricht. 18. De bedragen betrekking hebbend op de afgeleide ontvangsten werden uit sectie III afgeleid. Deze bedragen werden derwijze bepaald, dat zij een eerder gematigde schatting bieden; niettemin blijven zij nog op zeer onvaste bases rusten. Men vinde in bijlage E twee varianten die gebaseerd zijn op een hogere marginale neiging tot verbruik. 19. Uit tabel III blijkt dat de openbare uitgaven die uit de Tentoonstelling voortvloeien, ongeveer fr. 3,1 miljard bedragen, terwijl de rechtstreekse en afgeleide ontvangsten die aan het Commissariaat-Generaal, aan de Maatschappij van de Tentoonstelling en de Staat ten deel vallen fr. 3,4 miljard schijnen te hebben bereikt, indien men met name de volgende twee onderstellingen aanneemt : de helft van de werken betrekking hebbend op de inrichting en de oprichting van de Tentoonstelling zou plaatshebben gehad in een periode van zeer hoge conjunctuur en zou dus geen aanleiding gegeven hebben tot om het even welke aanvullende ontvangst voor de Staat; de raming van de afgeleide ontvangsten is gesteund op een marginale neiging tot verbruik van nationale goederen en diensten door de gezinnen van 0,43 (1). Men vinde in bijlage E, drie varianten waarin de schatting der ontvangsten wordt gegeven, indien wordt afgezien van een vermindering voor de werken die werden uitgevoerd tijdens een periode van zeer hoge conjunctuur en/of indien men een marginale neiging tot een hoger verbruik aanneemt. (1) Deze neiging is berekend in vergelijking met het bruto nationaal produkt. Voor de bijzonderheden van de berekeningen, zie bijlage C. 456

17 Tabel III. Schatting van de uitgaven en ontvangsten (rechtstreekse en afgeleide) van het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling, van de Maatschappij van de Tentoonstelling en van de Staat, voortvloeiend uit de Algemene Wereldtentoonstelling te Brussel 1958 (In miljarden franken) Uitgaven Ontvangsten Uitgaven van het Commissariaat-Generaal en van de Maatschappij van de Tentoonstelling : Ontvangsten van het Commissariaat- Generaal en van de Maatschappij van de Tentoonstelling 1,1 Werken 1,4 Staatsontvangsten voortvloeiend uit de Andere 1,0 2,4 verbetering van de toeristische Staatsuitgaven voor posten die niet balans van België : ten laste van de begroting van het Rechtstreekse ontvangsten Commissariaat-Generaal vallen 0,6 Afgeleide ontvangsten 0,6 1,3 Uitgaven van parastatale instellingen Staatsontvangsten voortvloeiend uit de ten laste van hun eigen begrotingen 0,1 oprichting en de inrichting van de Tentoonstelling : Totaal der uitgaven... 3,1 Rechtstreekse ontvangsten (na af- Saldo 0,3 trek van de ontvangsten voortkomende uit de werken uitgevoerd tijdens een periode van volledige werkgelegenheid) 0,4 Afgeleide ontvangsten 0,3 Diversen : Rechtstreekse ontvangsten Afgeleide ontvangsten 0,1 0,3 3,4 3,4 BIJLAGE A SCHATTING VAN DE STAATSONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE VERBETERING VAN DE TOERISTISCHE BALANS VAN BELGIE I. Ontvangsten voortvloeiend uit de vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen in België. a) Uitgaven van de buitenlandse toeristen in België in 1957 (1). Fr. 5,3 miljard (waarvan fr. 0,8 miljard van de toeristen uit Kongo). b) Ontwikkeling van, de omvang van deze uitgaven in 1958 volgens de vermeerdering van het aantal getelde overnachtingen van vreemdelingen (2). Periode Stijgings percentage (In duiaendtallen) Januari tot maart April Mei Juni Juli Augustus 878 L September Oktober November tot december 253 ger. 235 Jaartotaal (1) Bron : «Dix années de comptabilité nationale, », Cahiers économiques de Bruxelles, 1958, nr 1, tabel 12. (2) Bron : Nationaal Instituut voor de Statistiek, met uitzondering van de cijfers met vermelding «ger.», die werden geschat. Daar de omvang der uitgaven van de vreemdelingen niet alleen verloopt in functie van het aantal overnachtingen, maar ook in functie van het aantal ééndagsreizen (waarvan de vermeerdering waarschijnlijk nog belangrijker zal zijn geweest dan deze van de overnachtingen), hebben wij aangenomen dat de uitgaven in volume met ongeveer 65 pct. toenamen. Ook waren wij van mening dat, wegens de economische recessie die in vele vreemde landen heerst, deze vermeerdering volkomen aan de Tentoonstelling toe te schrijven is. c) Ontwikkeling van de prijs van deze uitgaven in Rekening houdend met de evolutie van het indexcijfer der hotelprijzen en van het indexcijfer der kleinhandelsprijzen, kan de vermeerdering van de prijs van de toeristische uitgaven op ongeveer 15 pct. worden geschat. d) Waardevermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen in België. Schatting der uitgaven van de buitenlandse toeristen (toeristen uit Kongo niet inbegrepen) : 4,5 x 1,65 x 1,15 = fr. 8,5 miljard. Vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen (toeristen uit Kongo niet inbegrepen) : 8,5 4,5 = fr. 4 miljard. Vermeerdering der uitgaven van de toeristen uit Kongo : fr. 0,3 miljard (het gaat om de vermeerdering die tijdens het tweede en derde kwartaal van 1958 werd geboekt, in vergelijking met de overeenkomstige periodes in 1957). 457

18 Globale vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen die aan de Tentoonstelling wordt toegeschreven : 4 + 0,3 = fr. 4,3 miljard. e) Schatting van het percentage van de toeristische uitgaven die aan de Staat ten deel vallen. Eerste schatting : Het gedeelte van deze uitgaven dat aan de Staat toekomt, werd door het Commissariaat-Generaal voor Toerisme op 16 pct., geschat. Deze 16 pct. omvatten het geheel van allerlei taksen, met inbegrip van de accijnsrechten op de benzine. Tweede schatting : Het gedeelte dat de Staat toekomt, omvat directe belastingen en indirecte belastingen. Het percentage van directe belastingen is, bij gebrek aan nauwkeurigere gegevens, gesteund op de verhouding van de directe belastingen tot het nationale bruto produkt in 1957 (1), d.i. 38,7/554,2= 7 pct. Dit percentage is toepasselijk op de som van de toegevoegde waarde en op de indirecte belastingen welke de toeristische uitgaven doen ontstaan en niet op het totaal van deze laatste. Indien men schat dat de som «toegevoegde waarde +indirecte belastingen», de 9/10 van de toeristische uitgaven vertegenwoordigt, dan bedraagt het percentage van directe belastingen dat rechtstreeks op het totaal van deze uitgaven moet worden toegepast : 7 x 0,9=6,3 pct. Evenzo, bedroeg het aandeel van de indirecte belastingen in het bruto nationaal produkt in 1957 : 51,5/554,2=9,3 pct. Bij vergelijking met het totaal der uitgaven vertegenwoordigt dit : 9,3 x 0,9= 8,4 pct. Het totale bedrag dat aan de Staat toekomt, zou op deze wijze 14,7 pct. belopen. Deze tweede schatting, echter minder nauwkeurig dan de vorige, zal niet in aanmerking worden genomen; zij is een eenvoudige verificatieproef. f) Staatsontvangsten voortvloeiend uit de vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen in België. (In miljarden franken) Vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen in België 4,3 Gedeelte van deze uitgaven dat reeds werd opgenomen in de exploitatie-ontvangsten van de Maatschappij van de Tentoonstelling II. Ontvangsten van de Staat voortvloeiend uit de uitgaven voor toerisme in België verricht door de ingezetenen, die anders hun verlof in het buitenland zouden hebben doorgebracht. a) Uitgaven van de Belgische toeristen in het buitenland in 1957 (1) (zakenreizen niet inbegrepen) : fr. 5,6 miljard. b) Ontwikkeling van de omvang van deze uitgaven in 1958 : op basis van fragmentarische inlichtingen, schijnen de overnachtingen van de Belgen in het buitenland met 10 pct. te zijn verminderd. c) Ontwikkeling der prijzen in het buitenland in 1958 : het indexcijfer der kleinhandelsprijzen in de voornaamste toeristische landen verhoogde met ongeveer 2 pct. d) Waardevermindering der uitgaven van de Belgische toeristen in het buitenland. Zo men aanvaardt dat, zonder de Tentoonstelling, de uitgaven van de Belgische toeristen in het buitenland (de zakenreizen niet inbegrepen) : 5,6 (cijfer 1957) x 1,02 (ontwikkeling kleinhandelsprijzen) = fr. 5,7 miljard zouden hebben bedragen, dan bereikt in 1958 de vermindering van deze uitgaven : 5,7 x 0,10=fr. 570 miljoen. e) Staatsontvangsten voortvloeiend uit de v ermindering der uitgaven van de Belgische toeristen in het buitenland. Zo men aanvaardt dat de in het buitenland niet uitgegeven bedragen, ter gelegenheid van de Tentoonstelling in België werden uitgegeven, dan kunnen de aanvullende ontvangsten van de Staat worden geschat op 16 pct. (zie hierboven) van fr. 570 miljoen, d.i. ongeveer fr. 90 miljoen. BIJLAGE B RAMING VAN DE STAATSONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE OPRICHTING EN DE INRICHTING VAN DE TENTOONSTELLING I. Ontvangsten voortvloeiend uit de werken uitgevoerd voor rekening van de begroting van het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling. Aandeel van de Staat : 4,1 x 0,16 = fr. 660 miljoen. 4,1 a) Raming van de kosten der werken. Fr miljoen (cf. tabel I). (1) Bron : Cahiers économiques de Bruxelles, op. cit., tabel- (1) Bron : Cahiers économiques de Bruxelles, op. cit., len 1 en 2. tabel

19 b) Raming van het percentage van deze uitgaven dat aan de Staat toekomt. Eerste raming : Bepaalde steekproeven wijzen erop dat de staatsontvangsten op 11,6 pct. van de totale bouwprijs kunnen geraamd worden, rekening houdend met het feit dat het Commissariaat-Generaal werd vrijgesteld van de factuurtaks van 5 pct. op de aannemingscontracten. Tweede raming : Directe belastingen. Het aandeel van de directe belastingen in het bruto nationaal produkt bedroeg 7 pet. in Schat men dat het totaal van de toegevoegde waarde en van de indirecte belastingen 91 pct. van de bouwkosten vertegenwoordigt, dan bedraagt de verhouding directe belastingenbouwkosten : 7 x 0,91 =6,4 pct. Indirecte belastingen. Het percentage van de netto indirecte belastingen (indirecte belastingen min toelagen), berekend op basis van een «inputoutput»-tabel (1), bedraagt 4 pct. van de bouwkosten in 1953; dit percentage moet voor 1957 met ongeveer 10 pct. worden verhoogd, d.i. 4,4 pct. (2). Het totale gedeelte dat aan de Staat toekomt, zou dus 10,8 pct. bedragen. De twee ramingen vallen, op 7 pct. na, samen. e) Raming van de staatsontvangsten voortvloeiend uit deze werken x 0,116=fr. 160 miljoen. II. Ontvangsten voortvloeiend uit de werken welke door de Belgische afdelingen werden uitgevoerd. a) Raming van de kosten der werken. De kosten der werken kunnen als volgt worden onderverdeeld : (In miljarden franken) Bouwkosten 1 : Belgische afdeling 0,80 Commerciële afdeling 0 Vrolijk België 0,15 Attractiepark 0,10 1,25 Binneninrichting en : 40 pct. van de bouwkosten 0,50 Totaal... 1,75 1 Zeer approximatieve bedragen door de H. Van Goethem, hoofdarchitect, mondeling medegedeeld. (1) E.S. Kirschen en R. de Falleur : «Analyse input-output de ('Economie beige en 1953», Brussel (2) De taks op het aannemingscontract niet inbegrepen. b) Raming van het percentage dezer uitgaven dat aan de Staat toekomt. 11,6 pct. (zie hierboven) + 5 pct. (factuurtaks op de aannemingscontracten) =16,6 pct. Wij hebben een gelijk percentage toegepast op de bouwkosten en op die van de binneninrichtingen. c) Raming der staatsontvangsten voortvloeiend uit deze werken. 1,75 x 0,166=fr. 290 miljoen. III. Ontvangsten voortvloeiend uit werken door niet-ingezetenen uitgevoerd. a) Raming van de kosten der werken. De kosten der werken kunnen als volgt worden onderverdeeld : (In miljarden franken) Bouwkosten 1 : Afdeling Belgisch-Kongo en Ruanda-Urundi 0 Internationale afdeling 0,06 Buitenlandse afdeling 2,00 2,26 Binneninrichtingen : 40 pct. van de bouwkosten 0,90 Totaal... 3,16 waarvan : gedeelte van de met Belgisch materiaal en Belgische werkkrachten uitgevoerde bouwwerken 1,26 gedeelte van de binneninrichting uitgevoerd met Belgisch materiaal en Belgische werkkrachten 0,50 gedeelte van de bouwwerken uitgevoerd met buitenlands materiaal en buitenlandse werkkrachten (50 pct. buitenlandse afdeling). 1,00 gedeelte van de binneninrichting uitgevoerd met buitenlands materiaal en buitenlandse werkkrachten (50 pct. buitenlandse afdeling) 0,40 b) Raming van het percentage dezer uitgaven dat aan de Staat toekomt. gedeelte van de werken uitgevoerd door Belgische firma's; zie hierboven; voor de andere werken, werd enkel de taks op het aannemingscontract in aanmerking genomen. c) Raming van, de staatsontvangsten voortvloeiend uit deze werken. Werken door Belgische firma's uitgevoerd... 1,76 x 0,166 = fr. 290 miljoen ongeveer Werken door buitenlandse firma's uitgevoerd 1,4 x 0,05 = fr. 70 miljoen ongeveer Totaal... fr. 360 miljoen ongeveer 1 Zeer approximatieve bedragen door de H. Van Goethem, hoofdarchitect, mondeling medegedeeld. 459

20 BIJLAGE C RAMING DER STAATSONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT «SECUNDAIRE» INKOMENS ONTSTAAN UIT DE VERBETERING VAN DE TOERISTISCHE BALANS VAN BELGIE a) Verbetering van de toeristische balans van België : Volgens bijlagen A Id en IId, bereikt de verbetering van de toeristische balans : fr. 4,3 miljard voor de vermeerdering der uitgaven van de buitenlandse toeristen in België; fr. 0,6 miljard voor de vermindering der uitgaven van de Belgische toeristen in het buitenland, zegge een totaal van fr. 4,9 miljard. b) Primair inkomen ontstaan uit de verbetering van de toeristische balans. Dit inkomen (toegevoegde waarde + indirecte belastingen) schijnt op zijn minst te kunnen worden geschat op 9/10 van de totale verbetering (1), d.i. fr. 4,4 miljard. c) «Secundaire» inkomens ontstaan uit de erbetering van de toeristische balans. Hier dient het totaal bedrag geschat van de aanvullende inkomens ontstaan uit de achtereenvolgende privé-verbruiksuitgaven, waartoe het primaire in-' komen van fr. 4,4 miljard aanleiding geeft. Marginale neiging tot verbruik door de gezinnen in verhouding tot het beschikbare inkomen (2) : 0,66. Marginale neiging tot verbruik door de gezinnen in verhouding tot het bruto nationale produkt : 0,66 x 0,8 (3) =0,53. Gedeelte van de invoer opgenomen in het privéverbruik : 18 pct. (4). Marginale neiging tot verbruik, door de gezinnen, van nationale goederen en diensten : 0,53-0,18 x 0,53=0,53-0,10 (5) =0,43. «Multiplier» : ,43 0,57 1,75 «Secundaire» inkomens ontstaan uit de verbetering van de toeristische balans : indien men schat dat het primaire inkomen van fr. 4,4 miljard aanleiding gaf tot fr. 5 miljard belastingen (cf. (1) Men kan inderdaad schatten dat de invoer opgenomen in de vermeerdering van de toeristische uitgaven niet 1/10 van deze vermeerdering, d.i. fr. 0,5 miljard, overschrijdt. (2) Bron : Cahiers économiques de Bruxelles, nr 2, blz (3) Verhouding van het beschikbare inkomen tot het bruto nationale produkt. (4) Deze berekening werd uitgevoerd op basis van een inputoutput-tabel, op. cit. (5) Dit cijfer, dat in feite een gemiddelde neiging tot verbruik van buitenlandse goederen vertegenwoordigt, werd hier opzettelijk, bij gebrek aan andere gegevens, als een marginale neiging genomen. tabel II), dan werden de overblijvende fr. 3,65 miljard verbruikt tot een bedrag van fr. 2 miljard. Op dit bedrag van fr. 2 miljard moet de «multiplier» worden toegepast om het totaal van de «secundaire» inkomens te bekomen, zegge 2 x 1,75 = fr. 3,5 miljard. d) Schatting van het percentage der «secundaire» inkomens die aan de Staat ten deel vallen. Het percentage van de directe en indirecte belastingen in het bruto nationaal produkt bedraagt voor 1957 : 38,7+51, 5 554,2 16,3. e) Staatsontvangsten voortvloeiend uit de inkomens ontstaan uit de verbetering van de toeristische balans. 3,5 x 0,163= ongeveer fr. 0,6 miljard. N. B. Dit lijkt een minimumschatting. Een schatting gesteund op een marginale neiging tot verbruik door gezinnen in verhouding tot een beschikbaar inkomen van 0,83 (1) in plaats van 0,66, zou ongeveer fr. 0,9 miljard geven (in plaats van 0,6). BIJLAGE D RAMING VAN DE STAATSONTVANGSTEN VOORTVLOEIEND UIT DE «SECUNDAIRE» INKOMENS ONTSTAAN UIT DE OPRICHTINGS- EN INRICHTINGSWERKEN VAN DE TENTOONSTELLING a) Schatting der werken uitgevoerd met Belgisch materiaal en Belgische werkkrachten. Op basis van bijlage B, Ia, IIa en Ma, kunnen deze werken als volgt worden geschat : (In miljarden frankon) werken uitgevoerd voor rekening van het Commissariaat-Generaal van de Tentoonstelling 1,4 werken uitgevoerd door de Belgische afdelingen 1,7 werken uitgevoerd door niet-ingezetenen, met Belgisch materiaal en Belgische werkkrachten 1,8 Totaal 4,9 b) Gedeelte van die werken dat niet tijdens een hoogconjunctuurperiode werd uitgevoerd. Men mag aannemen dat de werken die tijdens 'een periode van zeer hoge conjunctuur werden uitgevoerd, geen aanleiding gaven tot nieuwe inkomens, maar zich eenvoudig in de plaats van andere hebben gesteld. Daarentegen hebben de werken die niet tijdens een periode van volledige werkgelegenheid werden uitgevoerd, waarschijnlijk 'een vermeerdering (1) De neiging van 0,83 werd eveneens overgenomen uit nummer 2 van Cahiers économiques de Bruxelles, waar zij de hoogste variante is. 460

INHOUD. Veertigste jaargang Deel II Juli-december De monetaire school versus de inkomens-bestedingsmethode, door Prof. R.T. Selden.

INHOUD. Veertigste jaargang Deel II Juli-december De monetaire school versus de inkomens-bestedingsmethode, door Prof. R.T. Selden. NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Veertigste jaargang Deel II Juli-december 1965 ALGEMEEN Blz. De monetaire school

Nadere informatie

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP 136 (1973-1974) - N 1 CULTUURRAAD VOOR DE NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP ZITTING 1973-1974 12 DECEMBER 1973 ONTWERP VAN DECREET houdende aanpassing van de begroting van de Culturele Zaken van de Nederlandse

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLe Jaargang, Deel I, Nr 6 Juni 1965 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten Perscommuniqué Brussel, 15 september 2000 Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de

Nadere informatie

VLAAMSERAAD ONTWERP VAN DECREET. houdende de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1989. Stuk 71B (BZ 1988) - Nr.

VLAAMSERAAD ONTWERP VAN DECREET. houdende de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1989. Stuk 71B (BZ 1988) - Nr. Stuk 71B (BZ 1988) Nr. 1 VLAAMSERAAD BUITENGEWONE ZITTING 1988 ONTWERP VAN DECREET houdende de middelenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 1989 INHOUD Blz. Ontwerp van decreet.....................................................................................

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks NATIONALE BANK VAN BELOIË Afdeling Studiën en Documentatie 0 TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting Verschijnt maandelijks XXVIIe Jaar, Vol. II, N r 4 October 1952 Dit tijdschrift wordt als objectieve

Nadere informatie

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen t7 7 Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen tweede kwartaal 28 Publicatiedatum CBS-website: 8 oktober 28 Den Haag/Heerlen Verklaring van tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Deel 4: CM in cijfers

Deel 4: CM in cijfers Deel 4: CM in cijfers Tabel 1: Verdeling van de leden per verzekeringsinstelling voor de algemene regeling op 31 december 2016 (totaal in orde) Verzekeringsinstelling Aantal leden % leden LCM 4.081.849

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2018-04-27 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2018 Over het hele jaar 2017

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT INHOUD. Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962

TIJDSCHRIFT INHOUD. Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHUNT MAANDELIJKS INHOUD Zevenendertigste jaargang Deel II Juli-december 1962 ALGEMEEN Nr. Blz. Produktie- en investeringstempo's,

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. XXXDC Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1964

TIJDSCHRIFT. XXXDC Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1964 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXDC Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1964 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven.

Nadere informatie

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten

Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier. Grafiek 1 - Nederlandse aankopen buitenlandse effecten Sterke toename van beleggingen in Duits en Frans schuldpapier Nederlandse beleggers hebben in 21 per saldo voor bijna EUR 12 miljard buitenlandse effecten verkocht. Voor EUR 1 miljard betrof dit buitenlands

Nadere informatie

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)! Vragen aangeduid met een * toetsen in het bijzonder het inzicht en toepassingsvermogen. Deze vragenreeksen zijn vrij beschikbaar.

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

Deel 4: CM in cijfers

Deel 4: CM in cijfers Deel 4: CM in cijfers Ledentallen Tabel 1: Verdeling van de leden per verzekeringsinstelling voor de algemene regeling op 31 december 217 (totaal in regel) Verzekeringsinstelling Aantal leden % leden LCM

Nadere informatie

2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN

2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN Integrale versie 2. METHODOLOGISCHE AANPASSINGEN In vergelijking met de vorig jaar gepubliceerde reeksen 2 over de kapitaalgoederenvoorraad (KGV) en de afschrijvingen zijn er drie methodologische aanpassingen

Nadere informatie

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP

CULTUURRAAD NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP 5 IV (19751976) Nr. 1 CULTUURRAAD VOOR DE NEDERLANDSE CULTUURGEMEENSCHAP ZITTING 19751976 ONTWERP VAN DECREET houdende aanpassing van de begroting van de Culturele Zaken van de Nederlandse Cultuurgemeenschap

Nadere informatie

XLIVe Jaargang, Deel I, 1Nr 6 Juni 1969

XLIVe Jaargang, Deel I, 1Nr 6 Juni 1969 NATIONALE BANK VAN BELGIE TIJD SCHRIF T voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS Departement Studiën XLIVe Jaargang, Deel I, 1Nr 6 Juni 1969 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Nationale Bank van België

Nationale Bank van België Tijdschrift van de Nationale Bank van België LXIIe Jaargang Deel II 1\1 1. 3 September 1987 Verschijnt maandelijks INHOUD : 3 Synthetische curve van de voornaamste gegevens van de maandelijkse conjunctuurtest

Nadere informatie

INHOUD. Eenenveertigste jaargang Deel Ti Juli-december 1966

INHOUD. Eenenveertigste jaargang Deel Ti Juli-december 1966 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Eenenveertigste jaargang Deel Ti Juli-december 1966 ALGEMEEN Blz. Normering van

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. XXXI Jaargang, Deel II, Nr 1 Juli 1956

TIJDSCHRIFT. XXXI Jaargang, Deel II, Nr 1 Juli 1956 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën en Documentatie TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXI Jaargang, Deel II, Nr 1 Juli Dit tijdschrift wordt als objectieve

Nadere informatie

De handelsbetrekkingen van België met Moldavië

De handelsbetrekkingen van België met Moldavië De handelsbetrekkingen van België met Moldavië Algemeen: 2009 BBP (schatting) 5,4 miljard USD Groeipercentage van het BBP -6,5% Inflatie -0,1% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans

Nadere informatie

INHOUD. Vijfenveertigste jaargang Deel I januari-juni Naar een internationale kapitaalmarkt? door Prof. R.N. COOPER 1 1

INHOUD. Vijfenveertigste jaargang Deel I januari-juni Naar een internationale kapitaalmarkt? door Prof. R.N. COOPER 1 1 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Vijfenveertigste jaargang Deel I januari-juni 1970 ALGEMEEN Blz. Naar een internationale

Nadere informatie

Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid.

Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid. DE BETALINGSBALANS VAN ARUBA IN 2003 Een artikel van E.E. Matos-Pereira, econoom bij de afdeling Economisch Beleid. 1. Inleiding De Arubaanse betalingsbalans geeft weer de economische transacties van Aruba

Nadere informatie

3.4 Financieel verslag

3.4 Financieel verslag 3.4 Financieel verslag Verplichte Ziekteverzekering (VP) Afsluiting 2012 2011 Het RIZIV heeft op het moment van de redactie van dit jaarverslag de rekeningen van de verplichte verzekering met betrekking

Nadere informatie

Marktontwikkelingen varkenssector

Marktontwikkelingen varkenssector Marktontwikkelingen varkenssector 1. Inleiding In de deze nota wordt ingegaan op de marktontwikkelingen in de varkenssector in Nederland en de Europese Unie. Waar mogelijk wordt vooruitgeblikt op de te

Nadere informatie

LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL

LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL 009-04-3 Links: BelgoStat On-line Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - april 009 LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL Voortaan worden de synthetische curven

Nadere informatie

INHOUD. Drieënveertigste jaargang Deel I Januari-juni 1968

INHOUD. Drieënveertigste jaargang Deel I Januari-juni 1968 NATIONALE BANK VAN BELGIE Departement Studiën TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS INHOUD Drieënveertigste jaargang Deel I Januari-juni 1968 ALGEMEEN N' Blz. Vergroting

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 20 oktober 2015 (OR. en) 13159/15 FIN 699 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 20 oktober 2015 aan: Nr. Comdoc.: de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal

Nadere informatie

Levensverzekeringen tak 21 tak22 Rechtstreekse zaken individueel (zonder KB 14 mei 69) groep (zonder KB 14 mei 69) KB 14 mei 1969 Totaal Totaal

Levensverzekeringen tak 21 tak22 Rechtstreekse zaken individueel (zonder KB 14 mei 69) groep (zonder KB 14 mei 69) KB 14 mei 1969 Totaal Totaal C.D.V. Statistieken Leven : Collectie Rentabiliteit (1) Bijlage I Levensverzekeringen tak 21 tak22 Rechtstreekse zaken individueel (zonder KB 14 mei 69) groep (zonder KB 14 mei 69) KB 14 mei 1969 Totaal

Nadere informatie

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2000-II 4 Antwoordmodel Opgave voorbeeld van een juiste berekening: 84.760.000 4 = 2.080 uur 63.000 2 voorbeeld van een juist antwoord: Een antwoord waaruit blijkt dat uitzendkrachten in deeltijd werken. 3 voorbeelden

Nadere informatie

De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, EXECUTIEVE, bekrachtigen hetgeen volgt:

De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, EXECUTIEVE, bekrachtigen hetgeen volgt: De VLAAMSE RAAD heeft aangenomen en Wij, EXECUTIEVE, bekrachtigen hetgeen volgt: Artikel 1 Dit decreet regelt een aangelegenheid bedoeld in artikel 107quater van de Grondwet. Artikel 2 Bij het Ministerie

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXX VIII Jaargang, Deel I, N' 1 Januari 1963

TIJDSCHRIFT. voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXX VIII Jaargang, Deel I, N' 1 Januari 1963 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXX VIII Jaargang, Deel I, N' 1 Januari 1963 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXXVIII Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1963

TIJDSCHRIFT VERSCHIJNT MAANDELIJKS. XXXVIII Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1963 NATIONALE BANK VAN BELGIE Studiedienst TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting VERSCHIJNT MAANDELIJKS XXXVIII Jaargang, Deel I, Nr 5 Mei 1963 Dit tijdschrift wordt als objectieve documentatie uitgegeven.

Nadere informatie

Nationale Bank van België

Nationale Bank van België Tijdschrift van de Nationale Bank van België LI e Jaargang Deel I N" 4 - April 1976 Verschijnt maandelijks INHOUD : 3 Aanbevelingen van monetair beleid op 22 maart 1976 door de Nationale Bank van België

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2015-04-29 Links: Publicatie NBB.stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015 De economische activiteit stijgt met

Nadere informatie

Kas en stukken met geldwaarde

Kas en stukken met geldwaarde KLASSE 3 FINANCIELE REKENINGEN Deze klasse bevat de rubrieken en de rekeningen van de geldwaarden, de deposito's op zicht en op termijn, de leningen en voorschotten op één jaar en minder, alsook de effectenportefeuilles.

Nadere informatie

VOORSTEL STRUCTURELE WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTINGEN

VOORSTEL STRUCTURELE WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTINGEN VOORSTEL STRUCTURELE WIJZIGINGEN VAN DE BEGROTINGEN Paramaribo, 26 maart 2015 Inleiding Reeds vele jaren hebben we te maken met een onnauwkeurige en ondoorzichtige wijze van de opstelling en presentatie

Nadere informatie

ZITTING

ZITTING ZITTING 1955 3765 / Betalingsbalans BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN No. 1 's-gravenhage, 4 November. Onder verwijzing naar de brief van mijn ambtsvoorganger dd. 23 November 1951, Directie Buitenlands

Nadere informatie

Verschijnt maandelijks INHOUD. Twintigste jaar Vol. II Juli-December 1945

Verschijnt maandelijks INHOUD. Twintigste jaar Vol. II Juli-December 1945 NATIONALE BANK VAN BELGIË Afdeeling Studiën en Documentatie O TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting Verschijnt maandelijks INHOUD Twintigste jaar Vol. II Juli-December 1945 Nummer van het Tijdschrift

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2017 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Over het hele jaar 2016

Nadere informatie

FINANCIËLE RAPPORTAGE FUNDEREND ONDERWIJS. Utrecht, november 2014

FINANCIËLE RAPPORTAGE FUNDEREND ONDERWIJS. Utrecht, november 2014 FINANCIËLE RAPPORTAGE FUNDEREND ONDERWIJS 2014 Utrecht, november 2014 INHOUD Inleiding 5 1 Basisonderwijs en speciaal basisonderwijs 7 2 Expertisecentra 10 3 Voortgezet onderwijs 12 4 Samenwerkingsverbanden

Nadere informatie

PERSBERICHT. DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002

PERSBERICHT. DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002 8 januari 2002 PERSBERICHT DE GECONSOLIDEERDE WEEKSTAAT VAN HET EUROSYSTEEM per 4 januari 2002 I. Overgang op de chartale euro 2002 Zoals aangekondigd op 3 augustus 2000 en 5 juli 2001 heeft de Raad van

Nadere informatie

Gemeente Pepingen Advies bij nazicht van simulatie meerjarenplan

Gemeente Pepingen Advies bij nazicht van simulatie meerjarenplan & Answer to your Questions Gemeente Pepingen Advies bij nazicht van simulatie meerjarenplan 2014-2019 Technisch nazicht De simulatie (bijlage) van het meerjarenplan 2014-2015 is technisch correct opgebouwd.

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 19.9.2007 COM(2007) 544 definitief VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD over de ontwikkeling van de uitgaven uit het ELGF Alarmsysteem

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen 2015-02-17 Links: Publicatie BelgoStat Online Algemene informatie Broos herstel in 2013 na krimp in 2012 in Brussel en Wallonië; verdere groeivertraging in 2013 in

Nadere informatie

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks INHOUD. Negentiende jaar -- October-December 1944 Twintigste jaar Vol. I. Januari-Juni 1945

TIJDSCHRIFT. Verschijnt maandelijks INHOUD. Negentiende jaar -- October-December 1944 Twintigste jaar Vol. I. Januari-Juni 1945 NATIONALE BANK VAN BELGIË' Afdeeling Studiën en Documentatie O TIJDSCHRIFT voor Documentatie en Voorlichting Verschijnt maandelijks Birtiotlitg!e. INHOUD Negentiende jaar -- October-December 1944 Twintigste

Nadere informatie

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI UUR SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE MAANDAG 27 JUNI 2016 15.30 17.00 UUR SPD Bedrijfsadministratie ALGEMENE ECONOMIE Maandag 27 juni 2016 B / 9 2016 NGO-ENS B / 9 Opgave 1 (20 punten)

Nadere informatie

SCHATTING BBO OPBRENGSTEN

SCHATTING BBO OPBRENGSTEN SCHATTING BBO OPBRENGSTEN 1. Opbrengsten BBO aan overheidsinkomsten Voordat wordt ingegaan op de opbrengsten die de BBO aan Lands kas zal bijdragen, wordt stilgestaan bij het gegeven dat het BBO-stelsel

Nadere informatie

BIJLAGE A bij het. voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

BIJLAGE A bij het. voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD NL NL NL EUROPESE COMMISSIE Brussel, 20.12.2010 COM(2010) 774 definitief Bijlage A/Hoofdstuk 14 BIJLAGE A bij het voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende het Europees

Nadere informatie

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8

Handel (tastbare goederen) 61 35 + 26 Diensten (transport, toerisme, ) 5 4 + 1 Primaire inkomens (rente, dividend, ) 11 3 + 8 betalingsbalans Zweden behoort tot de EU maar (nog) niet tot de EMU. Dat maakt Zweden een leuk land voor opgaven over wisselkoersen, waarbij een vrij zwevende kroon overgaat naar een kroon met een vaste

Nadere informatie

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & Figures over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & figures De lokale overheden zijn een zeer belangrijke speler in ons land. De bevoegdheden die ze

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIEN EN ENERGIE EN DE VLAAMS MINISTER VAN BINNENLANDS BESTUUR, INBURGERING, WONEN, GELIJKE KANSEN EN ARMOEDEBESTRIJDING NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp

Nadere informatie

De handelsbetrekkingen van België met Bolivia

De handelsbetrekkingen van België met Bolivia De handelsbetrekkingen van België met Bolivia Algemeen: 2010 (schattingen) BBP 19,4 miljard USD Groeipercentage van het BBP 4,2% Inflatie 7,2% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans

Nadere informatie

Ondernemersvertrouwen neemt in november zeer licht toe

Ondernemersvertrouwen neemt in november zeer licht toe 4--24 Links: BelgoStat On-line Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - november 4 Ondernemersvertrouwen neemt in november zeer licht toe De conjunctuurbarometer van de Nationale

Nadere informatie

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012

Statistisch Magazine Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Internationale economische ontwikkelingen in de periode 2010 tot en met 2012 Inleiding Lorette Ford De economische ontwikkeling van een land kan door middel van drie belangrijke economische indicatoren

Nadere informatie

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB 1 Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB (Nationale Bank van België) hebben gepubliceerd. Ondernemingen

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2014-04-30 Links Publicatie BelgoStat On-line Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Bij een stijging van 0,3 % in

Nadere informatie

Voor de buitengewone dienst is nog steeds een gedetailleerde voorstelling per budgettaire functie van 8 cijfers vereist.

Voor de buitengewone dienst is nog steeds een gedetailleerde voorstelling per budgettaire functie van 8 cijfers vereist. BEGROTING 2017 door het College van Burgemeester en Schepenen VERSLAG EN COMMENTAAR van dhr. C. Beoziere, Schepen van Financiën Het project van de begroting 2017 werd opgesteld in overeenstemming met het

Nadere informatie

VLAAMSE RAAD ONTWERP VAN DECREET

VLAAMSE RAAD ONTWERP VAN DECREET Stuk 11 - A (1980-1981) - Nr. 1 VLAAMSE RAAD ZITTING 1980-1981 21 OKTOBER 1980 ONTWERP VAN DECREET waarbij nieuwe voorlopige kredieten worden geopend die in mindering komen van de begroting van de Vlaamse

Nadere informatie

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen

Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Eigenschappen Titel : Circulaire 2018/C/37 betreffende de invoering van een nieuwe vrijstelling van de taks op de beursverrichtingen Samenvatting : vrijstelling van de TOB met betrekking tot verrichtingen

Nadere informatie

Kostprijs van een zichtrekening in België Analyse voor de periode 2008 tot 2011

Kostprijs van een zichtrekening in België Analyse voor de periode 2008 tot 2011 Kostprijs van een zichtrekening in België Analyse voor de periode 2008 tot 2011 1 2 De voorwaarden scheppen voor een competitieve, duurzame en evenwichtige werking van de goederen- en Inhoud 1. Achtergrond

Nadere informatie

Ontbinding en vereffening

Ontbinding en vereffening Ontbinding en vereffening Art. 208-214 Situering TITEL III : VENNOOTSCHAPSBELASTING Art. 179-219bis HOOFDSTUK I : AAN DE BELASTING ONDERWORPEN VENNOOTSCHAPPEN Art. 179-182 HOOFDSTUK II : GRONDSLAG VAN

Nadere informatie

Contract van maatschap/samenuitbatingscontract

Contract van maatschap/samenuitbatingscontract Contract van maatschap Tussen de ondergetekenden: (Naam invullen)...... en zijn echtgenote (naam invullen)...... samenwonende te (adres invullen)............... hierna overlaters genoemd, en (Naam invullen).......wonende

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 100 Rijksbegroting voor het dienstjaar 1975 Hoofdstuk IV Kabinet voor Surinaamse en Nederlands-Antilliaanse Zaken Nr. 14 Brief van de Minister voor

Nadere informatie

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur Economische wetenschappen 1 en recht Examen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Woensdag 26 mei 13.30 16.30 uur 19 99 Dit examen bestaat uit 34 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven

Nadere informatie

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse

Studies. De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen. Beschrijvende analyse Studies De Plaatselijke werkgelegenheidsagentschappen Beschrijvende analyse van 1995 tot 1999 Inleiding Deze analyse heeft tot doel na 5 jaar een balans op te maken van het stelsel van de Plaatselijke

Nadere informatie

Jaarcijfers van Almancora Comm.VA (1 juli 2005-30 juni 2006) Toename van het resultaat na belastingen met 36%

Jaarcijfers van Almancora Comm.VA (1 juli 2005-30 juni 2006) Toename van het resultaat na belastingen met 36% JAARLIJKS COMMUNIQUE 30 augustus 2006 Onder embargo tot woensdag 30 augustus 2006, na beurstijd (16.30 u) Jaarcijfers van Almancora Comm.VA (1 juli 2005-30 juni 2006) Toename van het resultaat na belastingen

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Sociale Zekerheid SCSZ/11/142 BERAADSLAGING NR 11/092 VAN 6 DECEMBER 2011 MET BETREKKING TOT DE ONDERLINGE UITWISSELING VAN PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

De handelsbetrekkingen van België met Mozambique

De handelsbetrekkingen van België met Mozambique De handelsbetrekkingen van België met Mozambique Algemeen: 2010 (schattingen) BBP 9,9 miljard USD Groeipercentage van het BBP 7,0% Inflatie 13,0% Uitvoer van goederen (FOB) Invoer van goederen (FOB) Handelsbalans

Nadere informatie

Barometer kinesitherapie 2013

Barometer kinesitherapie 2013 Barometer kinesitherapie 2013 Ingevolge de nomenclatuurhervorming van 2002, lag het uitgavenniveau voor kinesitherapie in 2003 op het laagste niveau sinds 1991. Vanaf 2004 beginnen de uitgaven opnieuw

Nadere informatie

3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen

3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Integrale versie 3. Herziening van de methodologie met betrekking tot de sector van de verzekeringsinstellingen Om tegemoet te komen aan de voorschriften van het ESR 1995, werd de op de verzekeringsinstellingen

Nadere informatie

Record aan hypothecair krediet in 2017

Record aan hypothecair krediet in 2017 Persbericht Record aan hypothecair krediet in 2017 Brussel, 29 januari 2018 In 2017 werden er bijna 243.000 hypothecaire kredietovereenkomsten afgesloten voor een totaalbedrag van 31 miljard EUR (exclusief

Nadere informatie

2. Simulatie van de impact van een "centen i.p.v. procenten"-systeem

2. Simulatie van de impact van een centen i.p.v. procenten-systeem Bijlage/Annexe 15 DEPARTEMENT STUDIËN Impact van een indexering in centen i.p.v. procenten 1. Inleiding Op regelmatige tijdstippen wordt vanuit verschillende bronnen gesuggereerd om het huidige indexeringssysteem

Nadere informatie

Inkomsten en uitgaven van de landsoverheid Curaçao in 2014

Inkomsten en uitgaven van de landsoverheid Curaçao in 2014 Inkomsten en uitgaven van de landsoverheid Curaçao in 2014 Inleiding Joyce Mahabali De inkomsten van de overheid zijn de gelden die de overheid binnenkrijgt, overheidsuitgaven zijn de gelden die de overheid

Nadere informatie

Bronnen en overgang naar het ESR (Waalse provincies)

Bronnen en overgang naar het ESR (Waalse provincies) Bronnen en overgang naar het ESR (Waalse provincies) Databronnen Uitgaven : geboekte ontvangsten - aanrekeningen (bron : boekhoudsysteem + ecomptes) Ontvangsten : geboekte netto vastgestelde rechten (bron

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014

PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 01/2010 05/2010 09/2010 01/2011 05/2011 09/2011 01/2012 05/2012 09/2012 01/2013 05/2013 09/2013 01/2014 05/2014 09/2014 Inflatie (%) PERSBERICHT Brussel, 5 december 2014 Geharmoniseerde consumptieprijsindex

Nadere informatie

Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018

Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018 Persbericht Evolutie hypothecair krediet 3de trimester 2018 Brussel, 26 oktober 2018 In het derde trimester van 2018 werden er ongeveer 62.500 hypothecaire kredietovereenkomsten afgesloten voor een totaalbedrag

Nadere informatie

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context

CRB CCR SR/LVN Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context CRB 2016-0510 SR/LVN 03.02.2016 Conclusies van de sociale gesprekspartners op basis van de documentatienota Macro economische context 2 CRB 2016-0510 Overzicht groei sinds 1996 Onder invloed van de conjuncturele

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies van 4 september 2013 1

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. Advies van 4 september 2013 1 COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2013/12 - Erkenning van de opbrengsten en kosten die overeenstemmen met interesten en royalty's, evenals de toewijzing van de resultaten in de vorm van

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 2001 - Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en economische statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning

Advies. Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning Brussel, 9 juli 2008 070908 Advies decreet hypotheekvestiging Advies Over het voorontwerp van decreet tot invoering van een verhoogd abattement bij hypotheekvestiging op de enige woning 1. Toelichting

Nadere informatie

DE KLOOF TUSSEN DE TOTALE ONTVANGSTEN EN DE RIJKSMIDDELEN: EEN ANALYSE VAN DE PERIODE

DE KLOOF TUSSEN DE TOTALE ONTVANGSTEN EN DE RIJKSMIDDELEN: EEN ANALYSE VAN DE PERIODE DE KLOOF TUSSEN DE TOTALE ONTVANGSTEN EN DE RIJKSMIDDELEN: EEN ANALYSE VAN DE PERIODE 2000-2006 EVELIEN VANALME Adviseur van Financiën 1 1. Algemeen besluit In deze studie staat de toenemende kloof tussen

Nadere informatie

Zitting 1964-1965-7800

Zitting 1964-1965-7800 Zitting 1964-1965-7800 3 RIJKSBEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1965 HOOFDSTUK IXA - NATIONALE SCHULD MEMORIE VAN TOELICHTING NR. 2 Algemeen Een vergelijking van de ramingen voor het dienstjaar 1965 met die

Nadere informatie

Vereniging de Parel JAARREKENING 2017

Vereniging de Parel JAARREKENING 2017 Vereniging de Parel JAARREKENING 2017 Status: Definitief Versie: 1.1 Datum: 15-03-2018 Staat van Baten en lasten Baten Prognose 2018 2017 2016 Ouderbijdrage vereniging 0 0 150 Giften / Rente 500 525 458

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen. Nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen Nationale rekeningen Rekeningen van de overheid 2013 Inhoud van de publicatie De rekeningen van de Belgische overheid worden opgesteld volgens de definities van het

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017

PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017 PERSBERICHT Brussel, 13 december 2017 Inhaalbeweging voor de landbouwers in 2017 De heeft samen met de gewestelijke overheden en deskundigen de voorlopige schattingen van de Belgische landbouweconomische

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2016 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Over het hele jaar 2015

Nadere informatie

Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper

Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper Persbericht Hypothecaire kredietverlening blijft op peil, ondanks afwachtende houding van de Vlaamse koper Brussel, 2 mei 2018 In het eerste trimester van 2018 werden er bijna 60.000 hypothecaire kredietovereenkomsten

Nadere informatie

van Belgische zijde: de heer Dr. Arthur NOKERMAN, Secretaris-generaal van het Ministerie van Sociale Voorzorg,

van Belgische zijde: de heer Dr. Arthur NOKERMAN, Secretaris-generaal van het Ministerie van Sociale Voorzorg, Administratieve schikking houdende de toepassingsmodaliteiten van de Overeenkomst betreffende de Sociale zekerheid tussen het Koninkrijk België en de Staat Israël, ondertekend te Brussel op 5 juli 1971

Nadere informatie

Mutatie ( miljoen) Mutatie 2009* in %

Mutatie ( miljoen) Mutatie 2009* in % Tweede kwartaal/eerste halfjaar 2010 26 augustus 2010 Halfjaarbericht Hoofdpunten Omzet met 10,8% gestegen naar 7,1 miljard (stijging van 4,4% tegen constante wisselkoersen) Bedrijfsresultaat met 17,6%

Nadere informatie

:Rendabiliteit van de categorieën van verzekeringsprodukten LEVEN.

:Rendabiliteit van de categorieën van verzekeringsprodukten LEVEN. 57.620/PC4/VK Brussel, 3 december 1992. MEDEDELING D. 104. Betreft :Rendabiliteit van de categorieën van verzekeringsprodukten LEVEN. I. INLEIDING. In het raam van de a posteriori controle, is het van

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 13

Statistisch Bulletin. Jaargang 71 2015 13 Statistisch Bulletin Jaargang 71 2015 13 26 maart 2015 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 CBS: Werkloosheid gedaald door afname beroepsbevolking 3 Werkloze beroepsbevolking 1) 5 2. Inkomen en bestedingen

Nadere informatie

VERSLAG. van het Rekenhof. over de controle van de rekeningen 2004-2005 van Gimvindus nv

VERSLAG. van het Rekenhof. over de controle van de rekeningen 2004-2005 van Gimvindus nv Stuk 37-K (2007-2008) Nr. 1 Zitting 2007-2008 8 augustus 2008 VERSLAG van het Rekenhof over de controle van de rekeningen 2004-2005 van Gimvindus nv 4596 REK Stuk 37-K (2007-2008) Nr. 1 2 3 Stuk 37-K (2007-2008)

Nadere informatie

CO-PRODUCTIE-OVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN Model artistieke samenwerking

CO-PRODUCTIE-OVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN Model artistieke samenwerking CO-PRODUCTIE-OVEREENKOMST PODIUMKUNSTEN Model artistieke samenwerking De ondergetekenden: 1 (naam en rechtsvorm) woonplaats: OF waarvan de maatschappelijke zetel gevestigd is te ingeschreven in de Kruispuntbank

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 14.3.2003 COM(2003) 114 definitief 2003/0050 (CNS) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de statistische gegevens die moeten worden gebruikt

Nadere informatie