NOTA VAN UITGANGSPUNTEN

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "NOTA VAN UITGANGSPUNTEN"

Transcriptie

1 NOTA VAN UITGANGSPUNTEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE HOEKSCHE WAARD/GOEREE-OVERFLAKKEE 2015 Vast te stellen door Provinciale Staten op 23 april 2014 Oud- Beijerland Binnenmaas Korendijk Goeree-Overflakkee Cromstrijen Strijen Concept Versie maart 2014

2 Inhoudsopgave SAMENVATTING INLEIDING EUROPESE AANBESTEDING PROFIELSCHETS VAN DE CONCESSIE SCOPE EN FINANCIËN VAN DE CONCESSIE DOELSTELLING VAN DE CONCESSIE FUNCTIE EN TOTSTANDKOMING VAN DEZE NOTA VAN UITGANGSPUNTEN PLANNING BELEIDSKADERS CONCESSIE VISIE RUIMTE EN MOBILITEIT BELEIDSKADER OPENBAAR VERVOER HWGO R-NET CONCESSIEDUUR EN VERLENGINGSMOGELIJKHEID DE CONCESSIEDUUR BEDRAAGT TEN MINSTE ACHT JAAR DE CONCESSIEDUUR KAN MET MAXIMAAL TWEE JAAR WORDEN VERLENGD OPBRENGSTVERANTWOORDELIJKHEID EN ONTWIKKELFUNCTIE DE OPBRENGSTVERANTWOORDELIJKHEID WORDT BELEGD BIJ DE VERVOERDER DE ONTWIKKELFUNCTIE WORDT BELEGD BIJ DE VERVOERDER MET HET STUURGROEPOVERLEG WORDEN UITVOERING EN ONTWIKKELING AFGESTEMD VOORZIENINGENNIVEAU EN KWALITEIT VOOR DE REIZIGER ER GELDEN DEKKINGSEISEN EN EISEN VOOR SCHOLIERENLIJNEN ER GELDT EEN MINIMUM EN MAXIMUM TOTAALAANTAL DIENSTREGELINGUREN DE VERVOERDER DIENT DUURZAAM OPENBAAR VERVOER TE VERZORGEN HET MATERIEEL DIENT TOEGANKELIJK, VERZORGD EN COMFORTABEL TE ZIJN DE VERVOERDER DIENT TOEGEWEZEN PERSONEEL OVER TE NEMEN DE VERVOERDER MOET EEN BIJDRAGE LEVEREN AAN DE SOCIALE VEILIGHEID ER WORDT SCHRIFTELIJKE EN DIGITALE INTERMODALE REISINFORMATIE GEËIST DE KILOMETERTARIEVEN ZONDER KORTING WORDEN NIET HOGER DE BIJDRAGE AAN KETENMOBILITEIT WORDT UITGEVRAAGD TIJDENS DE AANBESTEDING CONCESSIEMANAGEMENT HET IMPLEMENTATIEPLAN WORDT GETOETST TIJDENS DE BEOORDELINGSFASE DE UITVOERINGSKWALITEIT WORDT VOORNAMELIJK GESTUURD OP OUTPUTNORMEN DE PROVINCIE HOUDT ACTIEF TOEZICHT OP DE UITVOERINGSKWALITEIT DE PROVINCIE EN VERVOERDER BETREKKEN EXTERNE PARTIJEN BIJLAGE A RAPPORTAGE MARKTCONSULTATIE van 34

3 Samenvatting De provincie Zuid-Holland moet de openbaar vervoerconcessie Hoeksche Waard/Goeree- Overflakkee (HWGO) aanbesteden. De nieuwe concessie gaat in op 13 december In deze Nota van Uitgangspunten staan de belangrijkste uitgangspunten voor de nieuwe concessie. Doelstelling en kaders concessie De (bestuurlijke) kaders en overeenkomsten zijn verwerkt in deze Nota van Uitgangspunten De voor deze concessieverlening meest relevante (bestuurlijke) kaders betreffen de Visie Ruimte en Mobiliteit, het Beleidskader Openbaar Vervoer Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee en R- net. Deze kaders zijn verwerkt in het vervolg van deze Nota van Uitgangspunten. De jaarlijkse vergoeding wordt gesplitst De huidige concessie is verleend voor een jaarlijkse vergoeding van in totaal 9,94 miljoen (prijspeil 2014). De provincie is voornemens om deze vergoeding op te splitsen naar: 7,94 miljoen voor de nieuwe concessie conform het Beleidskader Openbaar Vervoer Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee. Deze bijdrage wordt door de vervoerder met name ingezet voor de dikke lijnen en scholierenvervoer; 2,00 miljoen voor kleinschalig (openbaar) vervoer dat wordt ingekocht voor de overblijvende dunne lijnen (i.e. de lijnen en/of ritten die niet meer worden gereden door de nieuwe concessiehouder). Het is de verwachting van de provincie dat de beschikbare gelden voor deze dunne lijnen zodoende beter en gerichter kunnen worden ingezet. Ook krijgen lokale ondernemers een betere kans om een mobiliteitsbijdrage te leveren. Omdat afstemming tussen de verschillende vervoerders nodig zal zijn, onderzoekt de provincie de mogelijke inzet van een regiecentrale. De opdrachtverlening voor kleinschalig (openbaar) vervoer en een mogelijke regiecentrale valt buiten de scope van deze nota. Voor het geval dat de nieuwe opzet niet volledig slaagt, neemt de provincie een meerwerkregeling op in de concessiebepalingen om alsnog vervoer voor de dunne lijnen in te kunnen kopen bij de concessiehouder HWGO. De jaarlijkse bijdrages worden geïndexeerd conform de door het IPO met de sector afgesproken OV-index (Landelijke Bijdrage-index). Met de nieuwe concessie wordt een kwaliteitsverhoging voor de dikke lijnen nagestreefd Met de nieuwe concessieverlening streeft de provincie het volgende na: Een kwaliteitsverhoging op de dikke lijnen richting Rotterdam en Dordrecht, bijvoorbeeld door een grotere zitplaatskans, verhoogde punctualiteit en/of comfortabelere bussen en door de implementatie van R-net op een deel van de dikke lijnen (zonder een frequentie voor te schrijven om de vervoerder niet te beperken in zijn (ontwikkel)mogelijkheden); Een betere aansluiting op openingstijden van scholen voor het scholierenvervoer. 3 van 34

4 Voor reizigers op de dunne lijnen die vooral in de regio liggen wordt ook een kwaliteitsverhoging en efficiëntieslag nagestreefd. Naar deze verbeteringen wordt toegewerkt via separate opdrachtverlening door de provincie - of via meeliften op contracten van gemeenten voor zover dit juridisch is toegestaan - wat zoals aangegeven buiten de scope van dit document valt. Concessieduur en verlengingsmogelijkheid De concessieduur bedraagt ten minste acht jaar en kan met maximaal twee jaar worden verlengd De provincie kiest voor een concessieduur van acht jaar om een gunstige verhouding tussen de opbrengsten en substantiële kosten te creëren. Na acht jaar kan de provincie onder voorwaarden de concessieduur met twee jaar of twee maal één jaar verlengen. Zo heeft de vervoerder er tijdens de eerste acht jaar een extra belang bij om zich in te spannen voor goede dienstverlening. Opbrengstverantwoordelijkheid en ontwikkelfunctie De opbrengstverantwoordelijkheid wordt belegd bij de vervoerder De opbrengstverantwoordelijkheid wordt belegd bij de vervoerder. Dit is in lijn met het beleid van de provincie en gelijk aan alle andere OV-concessies en -contracten van de provincie. Daarmee wordt de vervoerder risicodragend voor tegen- of meevallende vervoersopbrengsten. Hierdoor wordt de vervoerder gestimuleerd om zich actief in te spannen voor de concessie. De ontwikkelfunctie wordt belegd bij de vervoerder De ontwikkelfunctie wordt ook belegd bij de vervoerder. Ook dit is lijn met de huidige en andere OV-concessies en -contracten van de provincie. In eerste instantie wordt hiervoor gekozen omdat de vervoerder opbrengstverantwoordelijk is en hij daarmee een belang heeft in de doorontwikkeling van deze concessie. Daarnaast wordt de marktkennis van de vervoerder beter benut. De vervoerder richt zijn ontwikkelrol voornamelijk op de bovenkant van de markt. Met een stuurgroepoverleg worden uitvoering en ontwikkeling afgestemd Voor het ontwikkelen van openbaar vervoer is, naast een goede afstemming met de reiziger, goede samenwerking tussen de vervoerder, provincie en gemeenten cruciaal. Daarom wordt een stuurgroepoverleg ingericht, waarin op uitvoerend en bestuurlijk niveau de uitvoering en ontwikkeling van de concessie en het kleinschalig vervoer wordt besproken. Ook komen binnen de stuurgroep onderwerpen als R-net, P+R, busstations, busbanen, fietsbeleid in relatie tot het openbaar vervoer, een regie(centrale) en (integratie met) doelgroepenvervoer aan bod. Voorzieningenniveau en kwaliteit voor de reiziger Er gelden dekkingseisen voor de bovenkant van de markt Voor de nieuwe concessie gelden zogenaamde dekkingseisen voor de bovenkant van de markt. Dit betekent dat voor de tien grootste kernen (met inwoners of meer 1 ) de volgende eis 1 Indien de ontwikkeling van het aantal inwoners in een kern dit noodzakelijk maakt, dient de concessiehouder het aanbod van openbaar vervoer overeenkomstig aan te passen bij de eerstvolgende wijziging van de dienstregeling. 4 van 34

5 geldt: binnen deze kernen moet voor minimaal 80 procent van de woonadressen ten minste één door het openbaar vervoer bediende halte binnen een hemelsbrede straal van 500 meter liggen. Voor alle woonadressen binnen de kern moet ten minste één door het openbaar vervoer bediende halte binnen een hemelsbrede straal van meter liggen. Tussen 6.00 en uur op werkdagen is een halfuurbediening het absolute minimum voor deze haltes. Tussen 8.00 en uur op zaterdagen is een uurbediening het minimum. Op zondagen is er geen minimumeis. Voor de zeven kernen met tot inwoners is tussen 6.00 en 9.00 uur en tussen en 19.00u op werkdagen een halfuurbediening het minimum. Op zaterdagen en zondagen is er geen minimumeis. De halteafstandeis is gelijk aan die voor de tien grootste kernen. De hiervoor genoemde halteafstandeis geldt ook voor de grootste kernen in de recent aanbestede concessie Zuid-Holland Noord (ZHN). De frequentie-eis voor de bovenkant van de markt is gelijk aan de huidige concessie HWGO. Er gelden eisen voor het bedienen van scholen die een functie hebben voor HWGO scholieren Scholen die een functie hebben voor HWGO scholieren (de scholen kunnen dus ook buiten het concessiegebied liggen), dienen voor hun scholieren bereikbaar te zijn (de scholieren kunnen dus ook buiten het concessiegebied wonen). Indien deze scholen onvoldoende bereikbaar zijn per fiets en/of regulier openbaar vervoer, realiseert de vervoerder bij voldoende vervoervraag een spitsafhankelijke scholierenlijn. Zie paragraaf 5.1 voor een concrete uitwerking van deze alinea. Er gelden geen bedieningseisen voor de onderkant van de markt De provincie hanteert voor de nieuwe concessie - net als voor de huidige concessie - geen frequentie-eisen voor de kleinste kernen (met minder dan inwoners) om de vervoerder in staat te stellen zo efficiënt mogelijk vervoer aan te bieden aansluitend op de huidige en toekomstige vervoersvraag. De nieuwe concessie wijkt af van de huidige concessie met betrekking tot het oproepafhankelijke openbaar vervoer. Voor de nieuwe concessie wordt geen oproepafhankelijk openbaar vervoer (zoals belbussen of deur-haltevervoer) meer geëist op die momenten dat er geen vast openbaar vervoer wordt aangeboden. Dergelijk vervoer gaat in de nieuwe situatie vallen onder het kleinschalig vervoer en dat wordt - zoals eerder aangegeven - separaat ingekocht. Er geldt een minimum en maximum totaalaantal te leveren dienstregelinguren De provincie hanteert naast de hiervoor genoemde eisen een minimum en maximum aantal te leveren gewogen dienstregelinguren (DRU s). Het aantal gewogen DRU s wordt beoordeeld in het gunningsmodel. Ook worden vervoerders in het gunningsmodel beloond als zij (bijvoorbeeld): een goed vervoerplan ontwikkelen voor de dikke lijnen, nachtnet en scholierenvervoer; mogelijkheden benutten om bijvoorbeeld meer toeristen met het openbaar vervoer te vervoeren en/of om meer bedrijventerreinen/economische centra te bedienen; ouderen en minder validen beter begeleiden als zij gebruik gaan maken van het openbaar vervoer en personeel trainen in gedrag en rijstijl gelet op de verschillende type reizigers; aantoonbaar lokaal en regionaal betrokken gaan zijn. De vervoerder dient duurzaam openbaar vervoer te verzorgen De provincie streeft naar duurzaam openbaar vervoer. In dit kader wordt in ieder geval voor nieuw busmaterieel minimaal Euro-VI geëist en voor gebruikt busmaterieel minimaal EEV. Voor 5 van 34

6 klein materieel (bijvoorbeeld achtpersoonsbussen) wordt minimaal Euro-5 geëist. Daarnaast wordt de inzet van klein materieel beter beloond in het gunningsmodel en financieel model dan voor de concessie ZHN. Hier wordt voor gekozen omdat de inzet van klein materieel voor lijnen met een lage bezetting duurzamer wordt geacht dan de inzet van groot materieel. In het kader van het realiseren van een energietransitie, wordt gestreefd naar een well to wheel CO 2 -reductie van in totaal 40 procent binnen acht jaar (en 50 procent binnen tien jaar), waarbij het energieverbruik niet mag toenemen. Bij de start van de concessie wordt ingezet op de exploitatie van minimaal vier waterstofbussen die mogelijk deels worden gefinancierd door een EU-innovatiesubsidie. Indien deze bussen worden ingezet, dient de vervoerder over een veiligheidsmanagementsysteem te beschikken. Een dergelijke eis geldt ook als de vervoerder andere gasvormige brandstoffen wil gebruiken. Er wordt verder geen techniek voorgeschreven anders dan de inzet van de vier waterstofbussen. Om de energietransitie te faciliteren reserveert de provincie hier een eenmalig bedrag van 2,0 miljoen voor. De provincie reserveert daarnaast, naast de EU-subsidie, een eenmalig bedrag van 2,0 miljoen voor de financiering van de waterstofbussen. Deze bedragen worden niet geïndexeerd. Het materieel dient toegankelijk, verzorgd en comfortabel te zijn Het busmaterieel hoeft niet nieuw te zijn, maar moet wel beschikken over displays met actuele intermodale reisinformatie, gratis WiFi en moet toegankelijk zijn voor reizigers met een functiebeperking. Bussen die worden ingezet op het traject Rotterdam Zuidplein - Dirksland worden uitgerust in R-nethuisstijl. De provincie investeert op dit traject extra in haltes en versnellingsmaatregelen. De vervoerder dient schriftelijke en actuele, intermodale digitale reisinformatie te verzorgen De vervoerder dient zorg te dragen voor het tijdig aanleveren van de juiste reisinformatie. Ook moet hij actuele reisinformatie beschikbaar stellen aan andere markt- en overheidspartijen. De kilometertarieven zonder korting worden niet hoger door de concessieovergang De belangrijkste uitgangspunten voor de tarieven zijn dat: het geactualiseerde tarievenkader leidend is voor het assortiment aan kortingsproducten en abonnementen; de kilometertarieven zonder korting gelijk zijn aan de huidige kilometertarieven zonder korting (vóór indexatiecorrectie). De indexering wordt gedaan op basis van de Landelijke Tariefindex; de Zuidvleugelproducten (die momenteel worden uitgewerkt) en het Reisbundelproduct (een nieuw te ontwikkelen product) onderdeel worden van het productassortiment; als sprake is van een vorm van kleinschalig lijngebonden openbaar vervoer dezelfde tarieven en producten worden geaccepteerd als voor de reguliere OV-concessie; indien er na de concessieovergang andere kortingsproducten en/of abonnementen worden aangeboden dan ervoor, dat er aantoonbaar sprake is van gemiddelde kostenneutraliteit voor de reiziger. De maximale kostenstijging voor individuele reizigers als gevolg van andere kortingsproducten en/of abonnementen bedraagt maximaal 10 procent. 6 van 34

7 De bijdrage aan ketenmobiliteit wordt uitgevraagd tijdens de aanbesteding Van de vervoerder wordt verwacht dat hij een goede overstap biedt op onder andere metro, auto en fiets en het kleinschalig (openbaar) vervoer. De OV-concessie is leidend voor wat betreft de aansluitingen op het kleinschalig (openbaar) vervoer. Dit functioneert dus op een soortgelijke wijze als het hoofdrailnet functioneert ten opzichte van regionaal openbaar vervoer. Het is aan de vervoerder of deze ook fietsen op bepaalde lijnen wil toelaten. Een pilot Fiets in de bus wordt wel gestimuleerd via het gunningsmodel. Een opgevouwen vouwfiets geldt als grote bagage en mag altijd kosteloos worden vervoerd. Voor drie busstations - Heinenoord, Oude Tonge en Schaapsweg - wordt onderzocht of een onbemenste toiletvoorziening kan worden gerealiseerd, gegeven de soms lange reisafstanden. Concessiemanagement Het implementatieplan wordt getoetst tijdens de beoordelingsfase Tijdens de gunningsfase zal het implementatieplan van elke inschrijvende vervoerder getoetst worden. In dit plan is de invoering van het materieel de belangrijkste te beheersen factor. Tijdens de concessieovergang gaat de provincie een actievere rol als opdrachtgever vervullen dan tot op heden het geval is geweest. De vervoerder blijft wel eindverantwoordelijk voor de implementatie. De uitvoeringskwaliteit wordt voornamelijk gestuurd op outputnormen De uitvoering van de concessie zal voornamelijk worden gestuurd op basis van voor de reiziger relevante outputnormen (zie paragraaf 6.2). Deze normen hebben een relatie met zaken als informatievoorziening, op tijd rijden, zitplaatsgarantie, aansluitingen halen en sociale veiligheid. De provincie houdt actief toezicht op de uitvoeringskwaliteit De provincie houdt tijdens de concessieduur actief toezicht op de uitvoeringskwaliteit. Onder andere het kunnen opleggen van sancties fungeert als vangnet voor ongewenste situaties. Door de aangepaste organisatie van het openbaar vervoer voor HWGO wordt de concessiebeheerdersrol van de provincie zwaarder dan in de huidige situatie het geval is. Het is de verwachting dat ten minste één fte inzet nodig is vanuit de provincie. De provincie betrekt externe partijen tijdens de aanbesteding en uitvoering Het speelveld van openbaar vervoer is breder dan alleen de reiziger, vervoerder en provincie en raakt ook diverse andere partijen. Hieronder vallen andere vervoerders (voor kleinschalig vervoer en andere concessies), een eventuele regiecentrale, het reizigersoverleg, (het) buurtbusproject(en), gemeenten, maatschappelijke organisaties en wegbeheerders. De provincie beoogt deze partijen zoveel als mogelijk te betrekken bij de aanbesteding en het concessiemanagement. Van wegbeheerders - onder andere gemeenten en de provincie - wordt verwacht dat zij bij geplande onderhoudswerkzaamheden vooraf contact opnemen met de vervoerder en aangeven wat zij doen om overlast voor reizigers te beperken. Indien wegbeheerders hieraan voldoen zijn exploitatieve nadelen door het onderhoud voor eigen rekening en risico van de concessiehouder. Hiertoe wordt een wegbeheerdersconvenant opgesteld. 7 van 34

8 1 Inleiding Dit inleidende hoofdstuk beschrijft de scope en de belangrijkste doelstelling van de concessie. Daarnaast wordt de functie van deze Nota van Uitgangspunten en de vervolgplanning toegelicht. 1.1 Europese aanbesteding De provincie is concessieverlener voor de exploitatie van het openbaar vervoer over de weg in het concessiegebied Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee (HWGO). De huidige concessiehouder is Arriva, op basis van een openbaar Europees aanbestede concessie. De huidige concessie loopt uiterlijk in december 2015 af. Door middel van een openbare Europese aanbesteding zal een vervoerder gecontracteerd worden die vanaf medio december 2015 de concessie zal exploiteren. 1.2 Profielschets van de concessie De concessie HWGO wordt gevormd door het grondgebied van de gemeenten: Cromstrijen; Binnenmaas; Goeree-Overflakkee; Korendijk; Oud-Beijerland; Strijen. De huidige concessie bestaat uit een aantal hoogfrequente basislijnen tussen Ouddorp/Stellendam en Rotterdam Zuid (zie ook het volgende figuur). Deze lijnen hebben thans een zeer goede kostendekkingsgraad van circa 100 procent (i.e. voor deze lijnen is geen of nauwelijks subsidie nodig). Er is daarnaast een brede middengroep van scholierenlijnen en lijnen vanuit Goeree-Overflakkee (GO) en Hoeksche Waard (HW) naar Rotterdam Zuid en Dordrecht met een huidige kostendekkingsgraad van tussen de 40 en 50 procent. De basislijnen die niet op Rotterdam zijn gericht en vooral in de regio liggen hebben thans de laagste kostendekkingsgraad (lager dan 20 procent). 8 van 34

9 Het gebruik van het openbaar vervoer in HWGO is relatief beperkt en omvat slechts 1 procent van alle verplaatsingen. Van de reizigers is circa: 44 procent scholier; 22 procent forens; 70 procent 27 jaar of jonger. Het is de verwachting van de provincie dat het aantal inwoners in GO min of meer gelijk blijft tijdens de nieuwe concessie, terwijl dat in HW afneemt. Het aandeel ouderen neemt toe en het aandeel jongeren en de omvang van de beroepsbevolking krimpt. Daarnaast is er sprake van een trend waarbij basisscholen verdwijnen en middelbare scholen fuseren, waardoor het aantal te bedienen locaties afneemt. Ook in de zorg is sprake van concentratie van voorzieningen op minder locaties. 9 van 34

10 1.3 Scope en financiën van de concessie Binnen de scope Het openbaar vervoer binnen de concessie is niet kostendekkend. De vervoerder ontvangt daarom jaarlijks een vergoeding van de provincie. De huidige jaarlijkse vergoeding voor de concessie bedraagt in totaal 9,94 miljoen (prijspeil 2014). De provincie is voornemens om deze vergoeding op te splitsen naar: 7,94 miljoen voor de nieuwe concessie, conform het Beleidskader Openbaar Vervoer Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee ; 2,00 miljoen voor kleinschalig (openbaar) vervoer dat via separate opdrachtverlening wordt georganiseerd voor de dunne lijnen. De besteding van dit budget wordt nader toegelicht in de paragraaf Buiten de scope. De jaarlijkse vergoeding dient de vervoerder te gebruiken voor de exploitatie (hier wordt een exploitatiebijdrage van 7,64 miljoen voor ter beschikking gesteld) en het doorontwikkelen van de nieuwe concessie (hier wordt een ontwikkelbijdrage van voor ter beschikking gesteld). Tevens behoudt de provincie de mogelijkheid om met de winnende vervoerder afspraken te maken over meer- en minderwerk. Het totaalbedrag van 7,94 miljoen is vrijwel gelijk aan het totaalbedrag waarvoor de huidige concessie is aanbesteed in De provincie verwacht dat voor de van 9,94 naar 7,94 miljoen verlaagde vergoeding de vervoerder in staat blijft om de lijnen (bezien per dag) met een kostendekkingsgraad van circa 40 procent en hoger te blijven exploiteren en zo mogelijk voor een betere kwaliteit (zie paragraaf 1.4). Voor de nieuwe concessie wordt dus met name ingezet op de snelle dikke gestrekte lijnen gericht op Rotterdam, Dordrecht en Hellevoetsluis, het scholierenvervoer en op verbeteringen in het netwerk waar mogelijk. De jaarlijkse bijdrages worden geïndexeerd conform de door het IPO met de sector afgesproken OV-index (Landelijke Bijdrage-index). Deze OV-index is gebaseerd op de werkelijke kostenstijgingen in het openbaar vervoer. De BDU-index die de provincie van het Rijk ontvangt is lager dan de OV-index. Daarom wordt voor de nieuwe concessie eenmalig een bedrag van 0,2 miljoen gereserveerd om het verschil te dekken met de BDU-index. Buiten de scope Met een nieuwe reguliere concessie wordt de vervoerder niet verplicht om alle (kleine) kernen te blijven bedienen met vast lijngebonden openbaar vervoer op hetzelfde niveau als in de huidige concessie wordt verreden. Enkele dunne lijnen met een (zeer) lage kostendekkingsgraad zullen waarschijnlijk vervallen binnen de OV-concessie, omdat de jaarlijkse vergoeding voor het openbaar vervoer wordt gesplitst. Daarnaast zal in de weekenden, daluren en avonden een aantal ritten waarschijnlijk niet meer worden gereden. Het al dan niet vervallen van ritten en/of lijnen wordt bekend zodra de nieuwe concessiehouder is geselecteerd. De plaatsen die minder goed bediend gaan worden via de nieuwe concessie dan in de huidige situatie worden witte vlekken genoemd. Conform het Beleidskader Openbaar Vervoer 10 van 34

11 Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee worden opdrachten voor het kleinschalig (openbaar) vervoer voor deze witte vlekken separaat verleend (i.e. kleine opdrachten), daar waar mogelijk en relevant in samenwerking met de gemeenten. Op basis van onder andere de marktconsultatie is het de verwachting dat de beschikbare gelden voor deze witte vlekken zodoende beter en gerichter kunnen worden ingezet. Tevens krijgen lokale ondernemers dan betere kans om een bijdrage te leveren aan de mobiliteit in de regio. De mogelijke inzet van een regiecentrale zal voor de afstemming tussen de verschillende vervoerders zorgen. De kleine opdrachten - die wat financiële omvang betreft niet klein hoeven te zijn - vallen buiten de scope van de concessie HWGO (en van deze Nota van Uitgangspunten). Eventueel extra regulier lijnbusvervoer (dat niet kleinschalig is) wordt niet via deze kleine opdrachten georganiseerd, maar wordt via de meerwerkregeling van de OV-concessie opgedragen aan de concessiehouder. Voor een verdere toelichting van de beweegredenen en het nieuwe OV-model voor HWGO wordt verwezen naar het beleidskader. Terugvalregeling Indien de nieuwe opzet niet volledig slaagt, houdt de provincie een meerwerkregeling achter de hand om alsnog vervoer voor de dunne lijnen in te kopen bij de exploitant van de concessie HWGO. Om te hoge of te lage meerwerktarieven te voorkomen, wordt de wijze waarop meerwerktarieven worden berekend grotendeels vastgelegd in de concessiebeschikking. Daarbij wordt rekening gehouden met onder andere: De kostendekkingsgraad van een lijn. Bij een hoge dekkingsgraad is namelijk een lager meerwerktarief nodig dan bij een lage kostendekkingsgraad; De inzet van extra materieel wat extra kosten met zich mee brengt; De grootte van het type materieel dat wordt ingezet; Het al dan niet vraagafhankelijk zijn van een lijn. 1.4 Doelstelling van de concessie De doelstelling van de aanbesteding is te komen tot een concessieverlening aan één vervoerder (i.e. er wordt aanbesteed met één perceel) die het vast lijngebonden openbaar personenvervoer over de weg gaat verzorgen in het concessiegebied HWGO. Daarbij streeft de provincie het volgende na: Dikke lijnen Een kwaliteitsverhoging voor reizigers op de dikke lijnen richting Rotterdam en Dordrecht. De inhoud van deze kwaliteitsverhoging kan - afhankelijk van het aanbestedingsresultaat - tot uiting komen in bijvoorbeeld een grotere zitplaatskans, hogere punctualiteit of comfortabelere bussen; Scholierenlijnen Een betere aansluiting op openingstijden van scholen voor het scholierenvervoer. De inhoud hiervan kan - weer afhankelijk van het aanbestedingsresultaat - tot uiting komen in bijvoorbeeld een flexibelere dienstregeling voor scholierenvervoer. De hierboven bedoelde inhoud wordt nader beschreven in het vervolg van deze Nota van Uitgangspunten en wordt verder uitgewerkt in het Programma van Eisen. 11 van 34

12 Conform het Beleidskader Openbaar Vervoer Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee wordt een kwaliteitsverhoging en efficiëntieslag nagestreefd voor het vervoer van reizigers op de dunne lijnen die vooral in de regio liggen (i.e. de witte vlekken ). Deze verbeteringen worden via separate opdrachtverlening nagestreefd en vallen - zoals aangegeven in paragraaf buiten de scope van de concessie HWGO (en deze Nota van Uitgangspunten). 1.5 Functie en totstandkoming van deze Nota van Uitgangspunten In deze Nota van Uitgangspunten worden de hoofdkeuzes voor de concessieverlening met een toelichting beschreven. Deze keuzes passen binnen het provinciale beleid (Visie Ruimte en Mobiliteit en Beleidskader Openbaar Vervoer HWGO) en fungeren als kader voor het op te stellen Programma van Eisen en de hieraan gerelateerde aanbestedingsdocumenten. Voor de totstandkoming van deze Nota van Uitgangspunten is onder andere gebruik gemaakt van de procesevaluaties van de concessies Zuid-Holland Noord en HWGO. Het ter vaststelling voorleggen van deze Nota van Uitgangspunten aan Provinciale Staten is een van de uitkomsten geweest van de procesevaluaties. Voor deze nota is er inhoudelijk gebruik gemaakt van de uitkomsten van een opdrachtgeversconsultatie en een marktconsultatie. De opdrachtgeversconsultatie is gebruikt om voort te kunnen bouwen op ervaringen van enkele andere concessieverleners. Tijdens de marktconsultatie is in totaal met 23 diverse marktpartijen een aantal specifieke onderwerpen besproken inzake de concessie (de opgedane inzichten van de marktconsultatie zijn samengevat in bijlage A). De belangrijkste onderwerpen die zijn besproken betroffen: Bereikbaarheid Hoe kunnen beschikbare gelden voor (openbaar) personenvervoer beter worden benut? Integratie In hoeverre is het zinvol om (een deel van) het doelgroepenvervoer met het openbaar vervoer te integreren c.q. te combineren? Energietransitie Hoe kan er een stap gezet worden richting emissieneutraal openbaar vervoer met de volgende concessie? Deze Nota van Uitgangspunten is ter advisering voorgelegd aan het reizigersoverleg Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee en de gemeenten. De gehanteerde planning stelde het reizigersoverleg en de gemeenten in de gelegenheid hun adviezen en reacties tijdig aan Provinciale Staten te zenden, zodat deze bij de behandeling en vaststelling van deze nota in de Statencommissie kunnen worden meegewogen. De uitgebrachte adviezen en reacties worden tevens meegenomen bij het op te stellen ontwerp-programma van Eisen. 12 van 34

13 1.6 Planning De streefplanning voor de nieuwe concessie ziet er op hoofdlijnen als volgt uit: Activiteit Uitgebreide marktconsultatie en overleg met lokale betrokkenen Beleidskader en Nota van Uitgangspunten concessie Programma van Eisen inclusief aanvullende marktconsultatie Vaststellen bestek en start aanbesteding concessie Beoordeling en concessieverlening inclusief bezwarentermijn en eventuele juridische procedures Betrokkenheid GS, PS, gemeenten en overige lokale betrokkenen 2 Planning Informeren betrokkenen Oktober 2013 Besluit GS en PS en informeren gemeenten en overige betrokkenen maart 2014 Maart april 2014 Advies ROCOV en gemeenten Mei juni 2014 Besluit GS en informeren PS, gemeenten en overige betrokkenen Besluit GS en informeren PS, gemeenten en overige betrokkenen Juli 2014 December 2014 (voorlopig) april 2015 (definitief) Implementatie concessie Informeren betrokkenen Na verlening december 2015 Start concessie Informeren betrokkenen December 2015 De streefplanning voor onder andere de kleine opdracht(en) ziet er op hoofdlijnen als volgt uit (dit valt buiten de scope van deze Nota van Uitgangspunten): Activiteit Betrokkenheid GS, PS, gemeenten Planning en overige lokale betrokkenen Bestuursovereenkomst provincie Besluit GS en gemeenten en April Juli 2014 en gemeenten informeren PS en overige betrokkenen Voorbereiding kleine opdracht(en) met gemeenten en betrokkenen, Besluit GS en gemeenten, advies ROCOV en informeren PS en overige April oktober 2014 resulterend in een stappenplan voor verlening kleine opdracht(en) betrokkenen Uitwerken regie en infrastructuur met gemeenten Informeren betrokkenen Juli 2014 december 2015 Uitvoering stappenplan resulterend in opdrachtverlening door de Besluit GS en gemeenten en informeren PS en overige December juni 2015 provincie voor kleine opdracht(en) betrokkenen Start kleine opdracht(en) Informeren betrokkenen December Dit betreffen lokale zorginstellingen, onderwijsinstellingen, buurtschappen, ondernemers en belangenorganisaties voor onder andere ouderen en welzijn. 13 van 34

14 2 Beleidskaders concessie In dit hoofdstuk worden de belangrijkste beleidskaders voor de concessie samengevat. Voor een nadere toelichting van de beleidskader wordt verwezen naar de betreffende beleidsdocumenten. 2.1 Visie Ruimte en Mobiliteit De provincie wil hoogwaardig, samenhangend en kosteneffectief openbaar vervoer ontwikkelen dat de ruimtelijke ontwikkelingen ondersteunt, de bereikbaarheid van stedelijke gebieden in stand houdt dan wel verbetert en de gebruikers een zo hoog mogelijke kwaliteit biedt tegen een redelijke prijs. Daarnaast streeft de provincie naar 'emissieneutraal' openbaar vervoer binnen een periode van 20 jaar voor al haar OV-concessies. Om de maatschappelijke participatie te bevorderen, stelt de provincie eisen aan de basiskwaliteit van het openbaar vervoer. Het is voorts primair aan de vervoerder om hier invulling aan te geven. 2.2 Beleidskader Openbaar Vervoer HWGO Specifiek voor het concessiegebied HWGO heeft de provincie het voornemen om het openbaar vervoer in dit deels landelijk gebied efficiënter en effectiever in te richten en beter aan te laten sluiten op de regionale en individuele vraag. Voor de aankomende concessie HWGO wenst de provincie daarnaast de eerstvolgende stap te zetten in de richting van 'emissieneutraal' openbaar vervoer. Het gebruik van het openbaar vervoer en het realiseren van de energietransitie wil de provincie faciliteren met een passende infrastructuur. 2.3 R-net Randstadnet is een geïntegreerd hoogwaardig OV-netwerk in de Randstad dat in het OV-bureau Randstad samen met andere Randstedelijke opdrachtgevers wordt ontwikkeld. R-net staat voor frequent, betrouwbaar, samenhangend, herkenbaar, aantrekkelijk en comfortabel. Regionale bussen en regionale railverbindingen vormen samen één herkenbaar netwerk van openbaar vervoer. Alle voertuigen hebben een hoogwaardige, uniforme afwerking en bieden actuele reisinformatie. Hetzelfde geldt voor de haltes en stations, waar reizigers gemakkelijk kunnen overstappen op ander openbaar vervoer, fiets en auto. De bussen die worden ingezet op het traject Rotterdam Zuidplein - Oude-Tonge - Middelharnis - Dirksland dienen volgens de R-netformule te worden uitgerust. Ook investeert de provincie op dit traject in versnellingsmaatregelen en het hanteren van de R-netformule voor de haltelocaties. Op deze haltelocaties wordt informatie over de vertrektijden en aansluitingen weergegeven. De vervoerder dient voor het R-net een eenvoudige dienstregeling, met vaste patronen en routes, te rijden. De R-net lijnen dienen tevens aan te sluiten op andere R-net lijnen. Om de vervoerder niet te beperken in zijn (ontwikkel)mogelijkheden voor de concessie wordt geen frequentie voorgeschreven. De inzet van R-netritten tijdens de spits wordt wel extra beloond in het gunningsmodel. 14 van 34

15 De provincie investeert op het traject extra in haltes en versnellingsmaatregelen. Het bedrag dat de provincie hierin investeert, stelt de provincie als subsidie aan de gemeenten beschikbaar voor het realiseren van de R-netvoorzieningen. Voor een drietal busstations Heinenoord, Oude Tonge en Schaapsweg - wordt onderzocht of een onbemenste toiletvoorziening kan worden gerealiseerd, gegeven de soms lange reisafstanden. In het beheer van deze mogelijke faciliteiten zal in de concessie worden voorzien. 15 van 34

16 3 Concessieduur en verlengingsmogelijkheid De huidige concessie is verleend voor een periode van zeven jaar met een verlengingsmogelijkheid van één jaar. Ten tijde van de verlening van de huidige concessie, was een totale concessieduur van acht jaar de maximaal toegestane concessieduur. In het vervolg van dit hoofdstuk wordt de duur van de nieuwe concessie en een verlengingsmogelijkheid beschreven. 3.1 De concessieduur bedraagt ten minste acht jaar De provincie kiest voor de nieuwe concessie voor een concessieduur van ten minste acht jaar, zodat een gunstige verhouding tussen de kosten en opbrengsten wordt gecreëerd. De opstartkosten en omvangrijke investeringen in onder andere het materieel die de vervoerder moet doen voor de concessie, worden over een lange termijn afgeschreven. Een lange concessieduur leidt tot een betere balans tussen deze opbrengsten en de investeringen. 3.2 De concessieduur kan met maximaal twee jaar worden verlengd Na afloop van de concessie van acht jaar kan de provincie onder voorwaarden de concessieduur met twee jaar of twee maal één jaar verlengen. Op deze wijze heeft de vervoerder er tijdens de eerste acht jaar een extra belang bij om zich in te spannen voor goede dienstverlening. Een dergelijke constructie hanteert de provincie ook voor de concessie ZHN. Een totale concessieduur van tien jaar is in de huidige situatie gebruikelijk voor concessies voor openbaar vervoer over de weg. Het is conform de huidige wetgeving niet toegestaan om voor deze concessie voor openbaar vervoer over de weg een langere concessieduur aan te gaan dan tien jaar. 16 van 34

17 4 Opbrengstverantwoordelijkheid en ontwikkelfunctie In dit hoofdstuk wordt beschreven waar de opbrengstverantwoordelijkheid en ontwikkelfunctie worden belegd. Tevens wordt ingegaan op het zogeheten stuurgroepoverleg. 4.1 De opbrengstverantwoordelijkheid wordt belegd bij de vervoerder In lijn met het beleid van de provincie en gelijk aan de huidige concessie en de andere concessies van de provincie, wordt de opbrengstverantwoordelijkheid belegd bij de vervoerder. Daarmee wordt de vervoerder risicodragend voor eventuele tegenvallende of meevallende vervoersopbrengsten. De provincie verwacht hiermee dat de vervoerder zich, onder andere door diens uitvoerings-, onderhouds- en marketingactiviteiten, actief inspant voor een kwalitatief goede uitvoering van de concessie, voor goed (onderhouden) busmaterieel en voor de ontwikkeling van de (potentiële) marktvraag. Dit is in lijn met het principe dat de provincie de markt wil laten doen waar de markt goed in is en de provincie zich richt op de zaken waar de provincie meerwaarde heeft (zie ook paragraaf 4.3 en het laatste hoofdstuk van deze nota). Door de opbrengstverantwoordelijkheid te beleggen bij de vervoerder loopt de provincie geen kostenrisico op deze concessie. Eventuele risico s in de exploitatiesfeer door bijvoorbeeld wegwerkzaamheden zijn de verantwoordelijkheid van de vervoerder en de wegbeheerder. Ook een stijging van bijvoorbeeld onderhoudskosten komt voor rekening van de vervoerder. Naast het kostenrisico loopt de provincie geen opbrengstenrisico. Indien bijvoorbeeld het aantal reizigers daalt of toeneemt, heeft dat geen financiële gevolgen voor de provincie. Indien het aantal reizigers substantieel daalt kan de provincie minderwerk toepassen. Ook in een dergelijke situatie zijn er geen nadelige financiële gevolgen voor de provincie. Randvoorwaardelijk voor het kunnen beleggen van de opbrengstverantwoordelijkheid bij de vervoerder is dat vervoerders: voldoende tijd krijgen om de concessie te kunnen ontwikkelen. Uit landelijke ervaringen en ervaringen met de andere concessies van de provincie blijkt dat met een concessieduur van minimaal acht jaar hieraan wordt voldaan; tijdens de aanbesteding een redelijke inschatting kunnen maken van de te verwachten vervoersopbrengsten tijdens de concessie. Het is de verwachting van de provincie dat deze opbrengsten goed zijn in te schatten. 4.2 De ontwikkelfunctie wordt belegd bij de vervoerder Bij de aansturing van een concessie maakt de provincie onderscheid tussen de beleidsrol (strategisch), de ontwikkelrol (tactisch) en de uitvoeringsrol (operationeel). De beleidsrol is een taak voor de aanbestedende overheid. De uitvoeringsrol is een taak van de vervoerder. De ontwikkelfunctie omvat alle elementen die ten behoeve van het openbaar vervoer ontwikkeling behoeven. Te denken valt aan onder meer het: planmatig ontwikkelen van het openbaar vervoeraanbod, marketing en communicatie; 17 van 34

18 ontwikkelen en implementeren van aansluitingen tussen de diverse vervoersdiensten; verbeteren van de sociale veiligheid en toegankelijkheid van het materieel. Vergeleken met de andere provinciale concessies voor personenvervoer over de weg is de ontwikkelfunctie voor de concessie HWGO van beperkte omvang, omdat: vergeleken met de andere concessies er sprake is van een relatief dunbevolkt gebied; het wegennet overzichtelijk is en er binnen het gebied niet veel mogelijkheden aanwezig zijn voor bijvoorbeeld andere lijnvoeringen; de brandingformule (R-net) is voorgeschreven voor een deel van het openbaar vervoer; de vervoerder zijn ontwikkelfunctie voornamelijk moet richten op de bovenkant van de markt (en niet zozeer op de onderkant van de markt), oftewel op de verdere ontwikkeling van de dikke lijnen en het scholierenvervoer. De relatief beperkte ontwikkelfunctie wordt gelijk aan de huidige en andere concessies van de provincie belegd bij de vervoerder. In eerste instantie wordt hiervoor gekozen omdat de vervoerder ook opbrengstverantwoordelijk is en hij daarmee een direct belang heeft in de ontwikkeling van de concessie. Daarnaast heeft de vervoerder de beste marktkennis en die wordt op deze manier beter benut. Het ontwerpen van een optimale dienstregeling met bijbehorende materieelinzet behoort tot de kerncompetenties van de vervoerder en niet tot die van de provincie. Door de ontwikkelrol bij de vervoerder te leggen ontstaan tevens meer mogelijkheden voor vervoerders om zich op kwaliteit te onderscheiden tijdens de aanbesteding. Daarmee wordt de aanbesteding geen prijsaanbesteding. In de gunning speelt vooral het voorzieningenniveau en de geboden kwaliteit voor de reiziger een belangrijke rol. Dat leidt naar verwachting van de provincie uiteindelijk tot een beter product voor de reiziger. De vervoerder wordt naast de ontwikkelfunctie tevens verantwoordelijk voor onder andere het: planmatig ontwikkelen van het openbaar vervoernetwerk; ontwikkelen en implementeren van fysieke en dienstverlenende aansluitingen tussen de diverse vervoersdiensten; onderhouden, stallen en eventuele tussentijds vervangen van het materieel; uitvoeren van de marketing en communicatie; verbeteren van de sociale veiligheid; verbeteren van de toegankelijkheid van het materieel. De provincie richt zich in haar rol op enerzijds het stellen van kaders aan de ontwikkelvrijheid van de vervoerder. Deze kadering wordt in het volgende hoofdstuk van deze nota verder vorm gegeven. Anderzijds richt de provincie zich op het concessiemanagement. Dit betekent onder andere het monitoren van de uitvoering van de concessie. In het laatste hoofdstuk van deze nota wordt hier nader op ingegaan. 18 van 34

19 4.3 Met het stuurgroepoverleg worden uitvoering en ontwikkeling afgestemd De vervoerder ontwikkelt het vervoer niet alleen. Voor het bereiken van goed openbaar vervoer is goede samenwerking met de provincie, de gemeenten en maatschappelijke organisaties cruciaal. Daarom wordt een (ambtelijk en bestuurlijk) stuurgroepoverleg concessie Hoeksche Waard/Goeree-Overflakkee ingericht. Tijdens een stuurgroepoverleg wordt op ambtelijk en vervolgens op bestuurlijk niveau gesproken over onder andere de uitvoering en ontwikkeling van: het openbaar vervoer; het kleinschalig (openbaar) vervoer; het doelgroepenvervoer; regie en een eventuele regiecentrale; fietsbeleid en infrastructuur betreffende het openbaar vervoer, zoals R-net, P+R, busstations en busbanen. In het stuurgroepoverleg zijn ten minste de provincie, de vervoerder en de gemeenten vertegenwoordigd. Het ambtelijk stuurgroepoverleg adviseert aan het bestuurlijk stuurgroepoverleg, dat op zijn beurt adviseert aan het beslissingsbevoegde orgaan: De vervoerder voor ontwikkeling binnen de kaders van de concessievoorwaarden; De provincie voor onder andere tarieven en provinciale infrastructuur; Gemeenten en provincie over de regie(centrale); Gemeenten over doelgroepenvervoer en gemeentelijke infrastructuur. 19 van 34

20 5 Voorzieningenniveau en kwaliteit voor de reiziger In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van het voorgeschreven voorzieningenniveau van de concessie. 5.1 Er gelden dekkingseisen en eisen voor scholierenlijnen Er gelden dekkingseisen voor de bovenkant van de markt Voor de nieuwe concessie gelden zogenaamde dekkingseisen voor de bovenkant van de markt. Dit betekent dat voor de tien grootste kernen (met inwoners of meer 3 ) de volgende eisen gelden: binnen deze kernen moet voor minimaal 80 procent van de woonadressen ten minste één door het openbaar vervoer bediende halte binnen een hemelsbrede straal van 500 meter liggen. Voor alle woonadressen binnen de kern moet ten minste één door het openbaar vervoer bediende halte binnen een hemelsbrede straal van meter liggen. Alle zorginstellingen binnen de tien grootste kernen die reeds binnen een hemelsbrede straal van 500 meter liggen van een halte, moeten tevens bediend blijven worden door middel van een halte binnen een hemelsbrede straal van 500 meter (als dit exploitatieve voordelen heeft kan dit een andere halte worden dan de huidige halte). Tussen 6.00 en uur op werkdagen is een halfuurbediening het absolute minimum voor al deze haltes. Tussen 8.00 en uur op zaterdagen is een uurbediening het minimum. Op zondagen is geen minimumeis van toepassing. Voor de zeven kernen met tot inwoners is tussen 6.00 en 9.00 uur en tussen en 19.00u op werkdagen een halfuurbediening het absolute minimum. Op zaterdagen en zondagen is geen minimumeis van toepassing. De halteafstandeis is gelijk aan de halteafstandeis voor de tien grootste kernen. De hiervoor genoemde halteafstandeis geldt ook voor de grootste kernen in de recent aanbestede concessie Zuid-Holland Noord (ZHN). De frequentie-eis voor de bovenkant van de markt is gelijk aan de huidige concessie. 3 De tien grootste kernen met inwoners of meer zijn Oude Tonge, Dirksland, Ouddorp, Middelharnis, Puttershoek, Sommelsdijk, Strijen, Numansdorp, s-gravendeel en Oud-Beijerland. Er zijn daarnaast zeven kernen met tot inwoners, dit zijn Maasdam, Heinenoord, Zuid- Beijerland, Stellendam, Nieuw-Beijerland, Klaaswaal en Mijnsheerenland. De overige kernen die specifiek worden genoemd in de eisenlijst voor de huidige concessie zijn Zuidzijde, Mookhoek, Strijenas, Achthuizen, Herkingen, Stad aan 't Haringvliet, Piershil, Den Bommel, Westmaas, Melissant, Goudswaard, Goedereede, Nieuwe-Tonge en Ooltgensplaat. De kleinste van deze overige kernen heeft circa 170 inwoners en de grootste circa inwoners. Indien de ontwikkeling van het aantal inwoners in een kern dit noodzakelijk maakt, dient de concessiehouder het aanbod van openbaar vervoer overeenkomstig aan te passen bij de eerstvolgende wijziging van de dienstregeling. 20 van 34

21 Er gelden eisen voor het bedienen van scholen die een functie hebben voor HWGO scholieren Scholen die in het concessiegebied HWGO zijn gevestigd dienen voor hun scholieren bereikbaar te zijn. De scholieren kunnen binnen en buiten het concessiegebied wonen. Scholen die niet in het concessiegebied zijn gevestigd maar waar wel scholieren naar toe gaan die in het concessiegebied HWGO wonen (i.e. HWGO scholieren), dienen voor HWGO scholieren bereikbaar te zijn. Indien bovengenoemde scholen onvoldoende bereikbaar zijn per fiets en/of regulier lijngebonden openbaar vervoer, realiseert de vervoerder bij voldoende vervoervraag een spitsafhankelijke scholierenlijn: Er is sprake van onvoldoende bereikbaarheid per fiets als de fietsafstand van huis naar school s winters meer dan 10 kilometer en s zomers meer dan 15 kilometer bedraagt; Er is sprake van onvoldoende bereikbaarheid per regulier lijngebonden openbaar vervoer als er van beginhalte tot eindhalte met het openbaar vervoer meer dan twee maal zoveel reistijd is gemoeid dan met de reis per auto; Er is sprake van voldoende vervoervraag als het aantal scholieren dat van een scholierenlijn gebruik maakt of zal maken gemiddeld ten minste 30 scholieren in de ochtendspits bedraagt. Soortgelijke eisen zijn ook van toepassing voor de concessie Zeeland, maar nog niet in de huidige concessie. Er gelden geen bedieningseisen voor de onderkant van de markt De provincie hanteert voor de nieuwe concessie - net als voor de huidige concessie - geen frequentie-eisen voor de onderkant van de markt. Het is de ervaring van de provincie en ook een van de uitkomsten van de marktconsultatie dat dergelijke eisen beperkend werken op de doelmatigheid van het openbaar vervoer en de flexibiliteit van de concessiehouder om in te kunnen springen op actuele vervoervraag en (demografische) ontwikkelingen. Afwijkend van de huidige concessie wordt geen oproepafhankelijk openbaar vervoer (waaronder belbussen en/of deur-haltevervoer) meer voorgeschreven voor de busconcessie. Het vervoer voor de momenten en gebieden die niet meer worden ontsloten door de concessiehouder wordt - zoals aangegeven in paragraaf georganiseerd via separate opdrachtverlening. 5.2 Er geldt een minimum en maximum totaalaantal dienstregelinguren Naast de dekkingseisen en eisen voor scholierenlijnen hanteert de provincie een minimum en maximum totaal aantal te leveren dienstregelinguren (DRU s). Het aantal aangeboden DRU s wordt beoordeeld in het gunningsmodel. Er wordt een maximum aantal te leveren DRU s gehanteerd om onrealistische inschrijvingen zo goed mogelijk te voorkomen. Het maximum aantal DRU s wordt gelijk gesteld aan het aanbestedingsresultaat van 2007 (circa DRU s), waarbij de inkoop van meerwerk-dru s in 2008 buiten beschouwing wordt gelaten. Het minimum aantal DRU s wordt gebaseerd op vervoerkundig onderzoek en nader gespecificeerd in het ontwerp-programma van Eisen. 21 van 34

22 In het gunningsmodel worden vervoerders verder beloond als zij: een kwalitatief goed vervoerplan ontwikkelen voor de dikke lijnen en inzetten op daar waar vervoervraag is. De inzet door de vervoerder tijdens de spitsuren wordt extra beloond in het gunningsmodel ten opzichte van inzet tijdens de daluren; een kwalitatief goed vervoerplan ontwikkelen voor een nachtnet en scholierenvervoer, ook voor scholieren die van en naar omringende regio s reizen; (nieuwe) mogelijkheden benutten om bijvoorbeeld meer toeristen/evenementbezoekers/ bezoekers van Tiengemeten met het openbaar vervoer te vervoeren en/of om meer bedrijventerreinen/economische centra te bedienen met (besloten) (strand)pendeldiensten; ouderen en minder validen beter begeleiden als zij gebruik gaan maken van het openbaar vervoer; personeel geregeld instrueren en trainen in gedrag en rijstijl gelet op de verschillende type reizigers; aantoonbaar lokaal en regionaal betrokken zijn. Aangezien de concessiehouder opbrengstverantwoordelijk is zal hij zijn DRU s en initiatieven vooral inzetten op verbindingen en tijdstippen waar veel reizigers zijn. De concessiehouder is dus niet alleen op basis van de ontwikkelfunctie verplicht om het aanbod af te stemmen op de (potentiële) vraag, maar wordt daar op economische gronden sterk toe gestimuleerd. Op de in deze en de vorige paragraaf beschreven wijze wordt een flexibele concessie gecreëerd die niet opereert op basis van voorgeschreven vervoer, maar vooral op basis van de daadwerkelijke vervoersprestatie (i.e. nuttige dienstregelinguren). 5.3 De vervoerder dient duurzaam openbaar vervoer te verzorgen Voor nieuw busmaterieel wordt Euro-VI geëist en voor gebruikt busmaterieel EEV De provincie streeft naar duurzaam openbaar vervoer. In dit kader wordt in ieder geval als uitgangspunt gehanteerd dat nieuw busmaterieel minimaal dient te voldoen aan de Euro-VI norm. Dit is de strengste Europese emissienorm tot nu toe. Voor gebruikt materieel hanteert de provincie de lichtere EEV-norm als minimumeis, omdat gebruikt materieel dat voldoet aan de Euro-VI norm nog niet of nauwelijks verkrijgbaar is. Deze normen gelden niet voor volledig elektrische bussen. Voor klein materieel wordt Euro-5 geëist De inzet van klein materieel (achtpersoonsbussen of kleiner) wordt beter beloond in het gunningsmodel en financieel model dan voor de concessie ZHN is gedaan. Hier wordt voor gekozen omdat de inzet van klein materieel duurzamer wordt geacht voor lijnen met een relatief lage bezetting dan de inzet van groot materieel. Ondanks deze maatregel wordt klein materieel waarschijnlijk nog steeds weinig ingezet door de vervoerder. Het betreft naar verwachting minder dan 10 procent van de totale inzet. Voor de inzet van klein materieel wordt net als voor de concessie ZHN ten minste Euro-5 geëist. Sommige vervoerders maken voor de inzet van klein materieel gebruik van lokale onderaannemers die vaak over Euro-5 materieel beschikken. Een scherpere emissienorm dan 22 van 34

23 Euro-5 voor klein materieel kan de vervoerder beperken in de inzet van gebruikt materieel en/of lokale ondernemers. De Euro-5 norm geldt niet voor volledig elektrisch materieel. Er wordt gestreefd naar een reductie van well to wheel CO 2 -uitstoot van 5 procent per jaar Voor de nieuwe concessie gaat een termijn van 20 jaar in waarbinnen de provincie het busvervoer CO 2 - neutraal en uiteindelijk 0-emissiebusvervoer wil laten worden. Dit betekent dat er per jaar een reductie van gemiddeld 5 procent well to wheel 4 CO 2 -uitstoot zou moeten worden gerealiseerd. De referentie ten opzichte waarvan de reductie moet worden gerealiseerd is de gemiddelde CO 2 -uitstoot per gereden kilometer in de huidige concessie. Een trapsgewijze lineaire CO 2 -reductie ligt niet voor de hand. Immers, het jaarlijks vervangen van een aantal bussen levert een ingewikkeld en kostbaar vraagstuk op voor het materieel. Bovendien liggen de grote slagen die op het gebied van CO 2 -uitstoot gemaakt kunnen worden nog een aantal jaren voor ons. Het eisen van 40 procent reductie binnen acht jaar (i.e. 5 procent per jaar) brengt tevens het risico met zich mee dat slechts één of twee vervoerders geïnteresseerd zijn in de nieuwe concessie, wat een negatief effect kan hebben op de marktwerking tijdens de aanbesteding. De vervoerders dienen in het kader van de aanbesteding wel een energietransitieplan als optie in te dienen (dit wordt niet beoordeeld in het gunningsmodel). De vervoerders geven in het plan aan hoe zij - bovenop hun inschrijving - de verlangde slag kunnen maken betreffende CO 2 -uitstootreductie richting 40% reductie in 8 jaar en 50% reductie in 10 jaar. Het energieverbruik mag daarbij niet toenemen ten opzichte van nu. De precieze uitwerking van de optie wordt in onderling overleg tussen provincie en concessiehouder na concessieverlening bepaald. Daarbij zal de provincie het ingediende plan met name waarderen op het punt van meerwaarde voor regionale initiatieven op het vlak van energietransitie gedurende de concessieperiode. Een eventueel geheel of gedeeltelijk niet honoreren van het bij de inschrijving ingediende optie door de provincie, ontslaat de concessiehouder op geen enkele wijze van de plicht om mee te werken aan de geschetste provinciale ambitie ten aanzien van CO 2 -reductie ten tijde van de concessieduur. Voor het invullen van de CO 2 -doelstelling voor de concessie wordt door de provincie een eenmalig bedrag van 2,0 miljoen gereserveerd (dit bedrag wordt niet geïndexeerd). De nieuwe vervoerder kan dit bedrag gedurende de concessieduur in de vorm van een bonus incasseren als hij op het punt van CO 2 -reductie resultaten boekt. 4 Well to wheel betekent dat zowel emissies van het materieel zelf als emissies die vrijkomen tijdens winning en het raffinageproces of de productie van brandstof worden meegenomen. 23 van 34

24 De verdere concrete invulling van de energietransitie, onder meer in de vorm van het werken met een bonusstructuur voor behaalde CO 2 -reductie, wordt vormgegeven in het Programma van Eisen en getoetst tijdens een marktconsultatie. Uitgangspunt is daarbij dat de energietransitie niet ten koste gaat van het voorzieningenniveau. Het gebruik van lokaal geproduceerde groene brandstof wordt gestimuleerd Parallel aan de ontwikkeling van het materieel wordt in het concessiegebied aan vergroening van de energievoorziening gewerkt. Dit leidt ertoe dat er in het gebied de beschikking is over diverse vormen van groene brandstof. Het is de uitdrukkelijke wens van de provincie dat de concessiehouder hiervan gebruikt maakt. Dit aspect dient in de hierboven omschreven optie te worden meegenomen. Het gaat daarbij om: Groene stroom uit HW en GO; Waterstof en/of methaan uit groene stroom; Methaan uit regionale biomassa; Tweede generatie biodiesel. Er wordt gestreefd naar de inzet van minimaal vier waterstofbussen Bij de start van de concessie wordt gestreefd naar de inzet van vier waterstofbussen uit het EU Seventh Framework subsidieprogramma voor innovatie. De bussen zullen launching customer zijn voor de waterstofvulpunten in de regio. In dit project werkt de provincie samen met de steden Londen, Cherbourg en Rome en met de regio Vlaanderen. Duidelijkheid over definitieve honorering van het projectvoorstel door Europa is voorzien in april De provincie en de EU financieren de onrendabele top voor de inzet van de vier brandstofcelbussen buiten de exploitatie- en ontwikkelbijdrage om. De provincie reserveert voor de financiering van de onrendabele top een eenmalig bedrag van 2,0 miljoen (dit bedrag wordt niet geïndexeerd). Eerder heeft de provincie al geanticipeerd op het EU programma en is voor de waterstofbussen 1,5 miljoen gereserveerd in de programmareserve. De provincie brengt de resterende eenmalige bijdrage van 0,5 miljoen ten laste van de BDU. Indien de vier waterstofbussen daadwerkelijk worden ingezet, dient de vervoerder over een veiligheidsmanagementsysteem te beschikken. Een dergelijke eis geldt ook als de vervoerder andere gasvormige brandstoffen wil gebruiken zoals methaangas van (gecertificeerd) duurzame origine. Er wordt geen techniek voorgeschreven anders dan de vier waterstofbussen Voor al het in te zetten materieel zal de provincie geen specifieke technieken of materialen bindend voorschrijven, om een doelmatige aanschaf van materieel door de vervoerder te bevorderen. Het is aan de opbrengstverantwoordelijke vervoerder om een optimale keuze te maken voor wat betreft de aanschaf van het materieel. 5 Provinciale Staten zijn in augustus 2013 reeds bij brief geïnformeerd over de deelname aan dit projectvoorstel. 24 van 34

25 Er worden enkele overige eisen gesteld op het gebied van duurzaamheid De vervoerder dient zich verder blijvend in te spannen om, waar mogelijk, geluid te minimaliseren, het energiegebruik te beperken en overige negatieve milieueffecten te vermijden, bijvoorbeeld door het onderhoud van het materieel milieuvriendelijker uit te voeren. 5.4 Het materieel dient toegankelijk, verzorgd en comfortabel te zijn De provincie beperkt de eisen aan het materieel tot de minimaal noodzakelijke om een doelmatige aanschaf van materieel te bevorderen. De vervoerder heeft de vrijheid het materieel te kiezen. De vervoerder wordt tevens vrijgelaten in de hoeveelheid materieel die wordt aangeschaft (en daarmee het hebben van voldoende technische reserve). De provincie staat het de vervoerder ook toe om gebruikt materieel in te zetten vanaf de start van de concessie. Voor nieuwe bussen die een nader te bepalen aantal jaren na aanvang van de start van de concessie instromen, kan een overnameregeling voor de volgende concessie (die start in 2023 of 2025) overeen worden gekomen. Hier wordt voor gekozen om de vervoerder niet op kosten te jagen ten aanzien van materieelafschrijvingen. De eisen - op hoofdlijnen - die wel gesteld zullen worden, zijn als volgt: Het busmaterieel behoeft niet nieuw te zijn, maar dient wel te beschikken over informatiedisplays met actuele intermodale reisinformatie en draadloos internet (WiFi), waarvan reizigers gratis gebruik mogen maken; Het materieel dient, conform de daarvoor geldende regelgeving, toegankelijk te zijn voor reizigers met een functiebeperking en derhalve te beschikken over ten minste één rolstoelopstelplaats. Een extra opstelplaats wordt positief beoordeeld in het gunningsmodel. Ook wordt de inzet van extra toegankelijk kleinschalig materieel met een lage vloer positief beoordeeld in het gunningsmodel; Het busmaterieel dat wordt ingezet op het traject Rotterdam Zuidplein - Oude-Tonge - Middelharnis - Dirksland dient uitgerust te worden volgens de huisstijlformule van R-net. Het zal daarbij een passende moderne en verzorgde uitstraling moeten hebben en voldoende comfort moeten bieden aan de reizigers. Daarnaast dienen de bussen te beschikken over informatiedisplays (met actuele intermodale aankomst- en vertrektijd en overstapinformatie). De provincie staat het de vervoerder toe om R-netmaterieel ook in te zetten op de trajecten Ouddorp - Middelharnis en Stellendam - Oude-Tonge. Zo wordt voorkomen dat de vervoerder wordt beperkt in een effectieve inzet van zijn materieel; De vervoerder moet voldoen aan de outputnormen die in paragraaf 6.2 worden gesteld. Deze normen hebben onder andere betrekking op geluid in en netheid van het voertuig. De kwaliteit van het aangeboden materieel wordt beoordeeld in het gunningsmodel. De provincie zal vooral een betere kwaliteit op de goed bezette lijnen richting Rotterdam en Dordrecht belonen. Een betere kwaliteit voor het materieel dat wordt ingezet op scholierenlijnen acht de provincie van lager belang. 25 van 34

26 5.5 De vervoerder dient toegewezen personeel over te nemen De nieuwe vervoerder dient zich maximaal in te spannen om een eventuele overgang van personeel op een zo soepel mogelijke wijze te laten verlopen. Daarbij wordt rekening gehouden met de bevoegdheden en mogelijkheden die de vervoerder terzake heeft. 5.6 De vervoerder moet een bijdrage leveren aan de sociale veiligheid De provincie maakt de inzet van de vervoerder op het gebied van sociale veiligheid geen onderdeel van het gunningsmodel. In plaats daarvan wordt een minimale inzet geëist op een soortgelijke wijze als dit is gedaan voor de concessie ZHN. Dit betekent dat vervoerders niet met elkaar hoeven te concurreren op het gebied van sociale veiligheid. Verder moet de vervoerder voldoen aan de outputnormen voor sociale veiligheid die in paragraaf 6.2 worden gesteld. De vervoerder dient deel te nemen aan de huidige sociale veiligheidsarrangementen in het gebied. Daarnaast dient hij mee te werken aan de ontwikkeling van mogelijke toekomstige veiligheidsarrangementen. De concessie zal tevens een aantal maatregelen bevatten om ervoor te zorgen dat de vervoerder zwartrijden voorkomt. 5.7 Er wordt schriftelijke en digitale intermodale reisinformatie geëist Correcte en actuele intermodale reisinformatie over aankomst- en vertrektijden en overstapmogelijkheden bevordert het gebruik van het openbaar vervoer. Door deze informatie zijn reizigers in staat gemakkelijker naar hun bestemming te reizen en wordt wachten minder vervelend omdat een stuk onzekerheid wordt weggenomen. De provincie hecht dan ook veel belang aan een goed en betrouwbaar reisinformatiesysteem dat reizigers in staat stelt optimaal gebruik te maken van het openbaar vervoer. Om dit mogelijk te maken dient de vervoerder in ieder geval zorg te dragen voor schriftelijke informatie (zoals vertrekstaten) en het tijdig aanleveren van de juiste digitale reisinformatie. Ten slotte moet de vervoerder de gegevens die nodig zijn om actuele reisinformatie te kunnen tonen beschikbaar stellen aan andere markt- en overheidspartijen. De provincie verwacht dat de kwaliteit en beschikbaarheid van actuele reisinformatie verder toeneemt wanneer ook andere marktpartijen de kans krijgen om deze informatie via bijvoorbeeld displays van andere vervoerders, internet en smartphones te verspreiden. 5.8 De kilometertarieven zonder korting worden niet hoger Het uitgangspunt voor de reizigerstarieven is dat: de kilometertarieven (zonder korting) door de provincie worden voorgeschreven en gelijk zijn aan de huidige kilometertarieven (zonder korting en voor indexatie); de jaarlijkse indexatie van tarieven tijdens de concessie plaatsvindt aan de hand van de Landelijke Tariefindex; de vervoerder de Zuidvleugelproducten - die momenteel worden uitgewerkt - onderdeel maakt van zijn productassortiment; 26 van 34

27 de vervoerder een samenhangende invulling geeft aan de landelijke tarievenvisie en de actualisering van het provinciaal tarievenkader die hiermee samenhangt. Het Reisbundelproduct - een nieuw te ontwikkelen product - dient onderdeel uit te maken van het productassortiment van de vervoerder vanaf het moment dat dit in Zuidvleugelverband of landelijk wordt afgesproken; als sprake is van een vorm van kleinschalig lijngebonden openbaar vervoer inzake een kleine opdracht (die dus buiten de reguliere OV-concessie valt) dezelfde tarieven en producten worden geaccepteerd als voor de reguliere OV-concessie; de vervoerder zijn OV-chipkaartsysteem ter beschikking moet stellen voor eventueel kleinschalig lijngebonden openbaar vervoer inzake een kleine opdracht; de vervoerder een vergoedingsregeling hanteert die in ieder geval reizigers compenseert die een half uur of meer vertraging oplopen; een (nieuwe) vervoerder zijn eigen kortingsproducten en/of abonnementen mag aanbieden. Dit wordt de opbrengstverantwoordelijke vervoerder toegestaan, zodat hij niet wordt beperkt in zijn proposities en markt(ontwikkel)mogelijkheden. Het geactualiseerde tarievenkader is het leidende kader voor het assortiment aan kortingsproducten en abonnementen; indien er na de concessieovergang andere kortingsproducten en/of abonnementen worden aangeboden dan ervoor, dient er aantoonbaar sprake te zijn van gemiddelde kostenneutraliteit voor de reiziger. Daarnaast zijn grote kostenstijgingen in de ritprijzen niet toegestaan. De maximale kostenstijging voor individuele reizigers als gevolg van andere kortingsproducten en/of abonnementen bedraagt maximaal 10 procent. Bij de uitwerking van alle tariefvoorstellen is de vervoerder gehouden aan het gebruik van de OVchipkaart en het landelijk tarievenkader en eventuele bijstellingen daarvan. Indien er grote wijzigingen optreden, zullen de vervoerder en de provincie nadere afspraken maken over de consequenties hiervan. Dit geldt ook indien er vanuit het Rijk voorschriften komen die grote consequenties hebben voor de vervoerder. 5.9 De bijdrage aan ketenmobiliteit wordt uitgevraagd tijdens de aanbesteding De provincie wil het gebruik van het openbaar vervoer faciliteren met een passende infrastructuur. Het gaat hier om bijvoorbeeld OV-knooppunten, (snellere) busbanen, aangename halte(voorzieningen), P+R en fietsinfrastructuur. Van de vervoerder wordt verwacht dat hij een kwalitatief goede en aangename overstap biedt van de concessie op andere vervoersmodaliteiten, waaronder metro, auto en fiets. Bij de 27 van 34

28 aanbesteding zal daarom worden uitgevraagd hoe de vervoerder zijn bijdrage aan ketenmobiliteit precies vorm gaat geven. Deze bijdrage wordt beoordeeld als onderdeel van de gunning. De OV-concessie is leidend voor wat betreft de aansluitingen op het kleinschalig (openbaar) vervoer. Dit functioneert dus op een soortgelijke wijze als het hoofdrailnet functioneert ten opzichte van regionaal openbaar vervoer. In samenwerking met de eventuele regiecentrale wordt van de vervoerder in voorkomende gevallen wel enige mate van flexibiliteit verwacht ten bate van de reiziger aan de onderkant van de markt. Het is aan de vervoerder of deze ook fietsen op bepaalde lijnen in de bus wil toelaten. Een pilot Fiets in de bus wordt wel gestimuleerd via het gunningsmodel. Een opgevouwen vouwfiets geldt als grote bagage en mag altijd kosteloos worden vervoerd, ook tijdens de spits. 28 van 34

29 6 Concessiemanagement In dit hoofdstuk wordt een beschrijving gegeven van het concessiemanagement tijdens de implementatie- en uitvoeringsfase. 6.1 Het implementatieplan wordt getoetst tijdens de beoordelingsfase Na de aanbestedingsprocedure volgt een traject waarin de vervoerder in opdracht van en in samenwerking met de provincie verantwoordelijk is voor de implementatie van diens aanbod en toezeggingen. Bij de aanbesteding zal daarom een implementatieplan uitgevraagd worden, waarin de tijdige beschikbaarheid van volledig werkend en besteksconform materieel de belangrijkste te beheersen factor zal zijn, inclusief een terugvaloptie indien het materieel niet tijdig volledig werkend is. Het implementatieplan zal getoetst worden als onderdeel van de gunning. Om voor gunning in aanmerking te kunnen komen, dient het plan van een vervoerder ten minste als voldoende te worden beoordeeld. Tijdens de implementatie wordt ook het stuurgroepoverleg (zie paragraaf 4.3) opgezet. Dit zorgt ervoor dat al tijdens deze fase de gewenste samenwerking tussen provincie, vervoerder en gemeenten vorm krijgt. Mede op basis van de ervaringen met de overgang van de concessie ZHN zal de provincie bij de concessieovergang een actievere rol vervullen dan tot op heden het geval is geweest bij concessieovergangen. Ook zal de provincie een actievere rol als opdrachtgever op zich nemen in de communicatie en het verwachtingenmanagement over de nieuwe concessie richting de betrokken gemeenten en maatschappelijke organisaties. Concreet betekent dit dat de provincie meer regie gaat voeren zonder dat de verantwoordelijkheid verschuift. De vervoerder blijft te allen tijde verantwoordelijk voor de implementatie van de concessie. Dit kan ook niet anders omdat de vervoerder verantwoordelijk is voor onder andere de aanschaf van het materieel. De provincie stelt wel de kaders en spreekt de vervoerder aan op zijn verplichtingen. Het gezamenlijke belang van provincie en vervoerder is dat de reiziger zo goed mogelijk wordt bediend gedurende en na een concessieovergang. 6.2 De uitvoeringskwaliteit wordt voornamelijk gestuurd op outputnormen De uitvoering van de concessie - en de uitvoering van de kleine opdracht(en) - zal voornamelijk worden gestuurd op basis van outputnormen die voor de reiziger relevant zijn. De outputnormen zijn gelijk of hoger dan het landelijk gemiddelde voor soortgelijke concessies. Er is sprake van een hogere norm dan het landelijk gemiddelde indien de huidige concessie positief afwijkt van het gemiddelde. De norm voor het verstrekken van informatie bij vertragingen of andere problemen is extra scherp gesteld om de vervoerder uit te dagen om dit onderwerp substantieel te verbeteren. De onderwerpen en outputnormen worden in de volgende tabel weergegeven. 29 van 34

30 Onderwerp Comfort Reizigersoordeel 6 : klantvriendelijkheid 7,5 Reizigersoordeel: netheid van het voertuig 7,25 Reizigersoordeel: rijstijl van de bestuurder 7,25 Reizigersoordeel: geluid in het voertuig 6,5 Gemak Kwaliteitsmeting: beschikbare zitplaatsen buiten de spits voor lijnen 95% die niet tot het R-net behoren 7 Kwaliteitsmeting: beschikbare zitplaatsen tijdens de spits voor lijnen die niet tot het R-net behoren Reizigersoordeel: gemak van het in- en uitstappen 8,5 Outputnorm 75% Reizigersoordeel: gemak van het vinden van een zitplaats 8,75 Reis Kwaliteitsmeting: aankomstpunctualiteit op knooppunten en tijdhaltes Kwaliteitsmeting: aantal gehaalde aansluitingen van de aangeboden aansluitingen (i.e. aankomstpunctualiteit voor aansluitingen) Kwaliteitsmeting: vertrekpunctualiteit op knooppunten en tijdhaltes Kwaliteitsmeting: vertrekpunctualiteit op knooppunten en tijdhaltes Kwaliteitsmeting: vermijdbare rituitval 8 0% Kwaliteitsmeting: gemiddelde CO 2 -uitstoot per gereden kilometer (norm is afhankelijk van het aanbestedingsresultaat) Reizigersoordeel: reissnelheid 7,5 85% binnen 3 minuten 100% 85% binnen 3 minuten 0% te vroeg n.t.b. Reizigersoordeel: op tijd rijden 7,25 Reizigersoordeel: informatie bij vertragingen of andere problemen 5,5 Veiligheid Reizigersoordeel: beleefde veiligheid tijdens de rit 8,25 De outputnormen kunnen tijdens de (voorbereiding van de) aanbesteding en de concessie (jaarlijks) aangepast worden, bijvoorbeeld als blijkt dat de gemiddelde scores in soortgelijke concessies hoger worden. Daarnaast kunnen in overleg tussen vervoerder, provincie en gemeenten jaarlijks indicatoren worden aangepast, indien er sprake is van een gewijzigde sturingsbehoefte. Als een outputnorm voor een bepaald onderwerp niet wordt gehaald en er wordt niet veel beter gescoord op andere onderwerpen dan geëist (i.e. slechte scores op bepaalde onderwerpen 6 Dit betreft een subjectieve meting die in de huidige situatie wordt gemeten met de OVklantenbarometer; rapportcijfers door reizigers in het voertuig gegeven. 7 Voor de R-netlijnen geldt een 100 procent zitplaatsgarantie. Het is niet toegestaan om te staan in de R-netbussen, omdat deze een snelheid van 100 km/u halen. 8 Niet-vermijdbare gevolgen zijn bijvoorbeeld gevolgen van aanrijdingen of calamiteiten, waarbij de vervoerder zich heeft ingespannen om zo snel mogelijk vervangend vervoer aan te bieden. 30 van 34

31 worden niet gecompenseerd door goede scores op andere onderwerpen), dan kan de concessiehouder een sanctie worden opgelegd. De precieze toepassing en hoogte van sancties wordt nader uitgewerkt in het ontwerp-programma van Eisen. 6.3 De provincie houdt actief toezicht op de uitvoeringskwaliteit In de concessie worden met betrekking tot de te bieden kwaliteit outputnormen geformuleerd. De vervoerder moet hieraan voldoen. Tevens moet de vervoerder zich aan het toegezegde in de inschrijving houden en meewerken aan de volgende concessieovergang om een soepele overgang te bewerkstelligen. Daarom houdt de provincie toezicht op de nakoming van het toegezegde in de inschrijving alsmede op de uitvoeringskwaliteit gedurende de gehele concessieduur. De provincie reageert op periodieke rapportages van de vervoerder en signalen en klachten die door reizigers, consumentenorganisaties en gemeenten naar voren worden gebracht. Op basis van die informatie kan de provincie besluiten nader onderzoek te (laten) verrichten om vast te stellen of, en zo ja, in welke mate sprake is van een overtreding van de concessievoorwaarden. De reizigers en het reizigersoverleg spelen hierbij een belangrijke rol, omdat zij - als gebruikers - van het openbaar vervoer de provincie van de benodigde signalen kunnen/moeten voorzien. In de concessie worden bepalingen opgenomen ter voorkoming van en het oplossen van overtredingen van de concessievoorwaarden. Het opleggen van een sanctie fungeert als vangnet voor situaties waarin de in het financieringssysteem ingebouwde prikkels tekort schieten. Het totale bedrag van opgelegde sancties bedraagt per kwartaal maximaal 5 procent van de exploitatiebijdrage in dat kwartaal. Hetzelfde percentage is gehanteerd voor de concessie ZHN en de concessie Treindienst Alphen aan den Rijn - Gouda. Met een dergelijk maximum wordt voorkomen dat vervoerders een hoog risico moeten incalculeren in hun inschrijvingen voor eventuele sancties. Wanneer het opleggen van meerdere substantiële sancties niet tot naleving door de vervoerder leidt, kan de provincie besluiten tot het intrekken van de concessie. Door de aangepaste organisatie van het openbaar vervoer voor HWGO wordt de concessiebeheerdersrol van de provincie zwaarder dan in de huidige situatie het geval is. Het is de verwachting dat ten minste één fte inzet nodig is vanuit de provincie. 6.4 De provincie en vervoerder betrekken externe partijen Het speelveld van openbaar vervoer is breder dan alleen de provincie en de vervoerder en raakt ook diverse andere partijen. De provincie beoogt deze partijen zoveel als mogelijk en relevant te betrekken bij de aanbesteding en het concessiemanagement. Kleinschalig (openbaar) vervoer en regiecentrale Belangrijk voor goede aansluitingen en een hoge kwaliteitsbeleving van het openbaar vervoer is het zorgen voor goede afstemming met het kleinschalig (openbaar) vervoer dat via separate opdrachtverlening wordt georganiseerd. Tevens dient de vervoerder samen te werken met een eventuele (onafhankelijke) regiecentrale. 31 van 34

32 Aangrenzende openbaar vervoerconcessies Betreffende de aangrenzende concessies verdienen de overstaprelaties op Rotterdam Zuidplein en Dordrecht extra aandacht. Als onderdeel van de concessie zullen daarom afspraken worden gemaakt met de aangrenzende concessiehouders. Gedurende de nieuwe concessie en de voorbereidingen ervan stemt de provincie Zuid-Holland ook met de provincie Zeeland waar mogelijk en waar gewenst af. Deze afstemming betreft bijvoorbeeld het oplossen en/of voorkomen van onnodige bestuurlijke knippen (i.e. reizigers die moeten overstappen omdat de bus niet verder rijdt door een aangrenzend concessiegebied) en het voorkomen dat bussen van verschillende concessies achter elkaar aan rijden. Reizigersoverleg HWGO Tijdens de looptijd van de concessie moeten grote wijzigingen in de concessie - waaronder dienstregelingwijzigingen - voor advies worden voorgelegd aan het reizigersoverleg. Ook zal het reizigersoverleg op de hoogte gehouden worden van de besprekingen van het stuurgroepoverleg. Buurtbusverengingen Het door Gedeputeerde Staten aangewezen buurtbusproject Zuid-Beijerland - Oud-Beijerland blijft onderdeel uitmaken van het openbaar vervoernetwerk en de exploitatie. De concessiehouder dient voor elk (nieuw) buurtbusproject in ieder geval een achtpersoonsbus ter beschikking te stellen. De specifieke eisen die aan een buurtbus worden gesteld worden uitgewerkt in het Programma van Eisen. Gemeenten De gemeenten worden via het stuurgroepoverleg betrokken bij de ontwikkeling van het openbaar vervoer. De gemeenten werken in het stuurgroepoverleg zowel ambtelijk als bestuurlijk samen met de vervoerder en de provincie (zie ook paragraaf 4.3). Voorafgaand aan de aanbestedingsprocedure zal er met de gemeenten overleg plaats hebben. De vervoerder dient het advies van het stuurgroepoverleg mee te nemen bij de ontwikkeling en uitvoering van het openbaar vervoer en dient terug te koppelen wat ermee gebeurd is. De precieze invulling van het stuurgroepoverleg zal tijdens het aanbestedingsproces met de gemeenten worden verkend. Wegbeheerders De wegbeheerders, waaronder de gemeenten en de provincie, zullen in sterkere mate dan thans het geval is worden betrokken bij het openbaar vervoer. De vervoerder is verplicht minimaal eenmaal per jaar contacten te onderhouden met gemeenten die deel uitmaken van het concessiegebied, evenals met wegbeheerders van aangrenzende concessiegebieden die van belang zijn voor de concessie. Tijdens deze overleggen wordt de kwaliteit en effectiviteit van het geboden openbaar vervoer besproken, alsmede de wijze waarop de toekomstige ontwikkelingen vanuit beider verantwoordelijkheid wordt vormgegeven. 32 van 34

1 5 MEI 2013 ^ Onderwerp Nota van Uitgangspunten concessie treindienst Alphen aan den Rijn - Gouda 2016

1 5 MEI 2013 ^ Onderwerp Nota van Uitgangspunten concessie treindienst Alphen aan den Rijn - Gouda 2016 5 -minuten versie voor Provinciale Staten provincie pjqlland ZUID Directie DRM Afdeling Mobiliteit en Milieu Registratienummer PZH-2013-389891839 {DOS-2013-0000336) Datum vergadering Gedeputeerde Staten

Nadere informatie

Holland Rijnland, PHO Sociale Agenda en Verkeer & Vervoer. 7 maart 2014, Erik van der Kooij

Holland Rijnland, PHO Sociale Agenda en Verkeer & Vervoer. 7 maart 2014, Erik van der Kooij Holland Rijnland, PHO Sociale Agenda en Verkeer & Vervoer 7 maart 2014, Erik van der Kooij Programma vandaag 1. Visie Ruimte en Mobiliteit & Ontwerpprogramma Mobiliteit 2. Proces Hoeksche Waard / Goeree-Overflakkee

Nadere informatie

Openbaar vervoer Hoeksche Waard Goeree-Overflakkee Gemeenteraad Korendijk 27 mei Erik van der Kooij & Marcel Scheerders

Openbaar vervoer Hoeksche Waard Goeree-Overflakkee Gemeenteraad Korendijk 27 mei Erik van der Kooij & Marcel Scheerders Openbaar vervoer Hoeksche Waard Goeree-Overflakkee Gemeenteraad Korendijk 27 mei 2014 Erik van der Kooij & Marcel Scheerders Programma 1. Context 2. Beleid OV HWGO 3. Nota van Uitgangspunten OV-concessie

Nadere informatie

Kenmerken per buslijn

Kenmerken per buslijn Kenmerken per buslijn Lijn 104 Renesse Hellevoetsluis (-Spijkenisse) Lijn 104 biedt de verbinding tussen Renesse - Ouddorp Hellevoetsluis en ontsluit de westkant van Goeree-Overflakkee. Lijn 104 stopt

Nadere informatie

VERSCHILLENSTAAT HWGO 2016

VERSCHILLENSTAAT HWGO 2016 VERSCHILLENSTAAT HWGO 2016 Dienstregeling Arriva versus Connexxion Auteur: René Smaal Datum: 17-9-2015 Versie: 3.0 VERSCHILLENSTAAT HUIDIGE DIENSTREGELING ARRIVA VERSUS CONNEXXION In deze verschillenstaat

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. B.K. Potjer (GroenLinks) (d.d. 11 november 2015) Nummer 3096

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. B.K. Potjer (GroenLinks) (d.d. 11 november 2015) Nummer 3096 van Gedeputeerde Staten op vragen van B.K. Potjer (GroenLinks) (d.d. 11 november 2015) Nummer 3096 Onderwerp Openbaar Vervoer Hoeksche Waard Goeree Overflakkee Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting

Nadere informatie

Bijlage 1: Overzicht van wijzigingen voorzien van een korte toelichting

Bijlage 1: Overzicht van wijzigingen voorzien van een korte toelichting Bijlage 1: Overzicht van wijzigingen voorzien van een korte toelichting Onderstaand geven we per lijn aan op welke lijnen wijzigingen hebben plaatsgevonden. Tevens geven we een korte toelichting en vermelden

Nadere informatie

8 mei: nieuwe dienstregeling HWGO

8 mei: nieuwe dienstregeling HWGO Home Contact Mijn Connexxion Reizen Vervoerbewijzen Service en contact Webshop Home! Reizen Mijn Connexxion Dienstregeling zoeken Halte zoeken 8 mei: nieuwe dienstregeling HWGO 18 april 2016 Reis plannen

Nadere informatie

Huidige Arriva lijnen Connexxion lijnen per 13-12

Huidige Arriva lijnen Connexxion lijnen per 13-12 Inleiding 13 december aanstaande wijzigt de dienstregeling in de regio Hoeksche Waard / Goeree Overflakkee. In onderstaande tabel vind u een overzicht van de huidige Arriva lijnen en de Connexxion lijnen

Nadere informatie

OPENBAAR VERVOER CONCESSIE DAV

OPENBAAR VERVOER CONCESSIE DAV OPENBAAR VERVOER CONCESSIE DAV Hoofdlijnen Definitief Programma van Eisen 4 april 2017 Hooflijnen Programma van Eisen Dav concessie 1 Het openbaar vervoer in de regio Drechtsteden/Alblasserwaard- Vijfheerenlanden

Nadere informatie

OPENBAAR VERVOER CONCESSIE DAV

OPENBAAR VERVOER CONCESSIE DAV OPENBAAR VERVOER CONCESSIE DAV Hoofdlijnen Ontwerp Programma van Eisen 31 januari 2017 Hooflijnen Programma van Eisen Dav concessie 1 Het openbaar vervoer in de regio Drechtsteden/AlblasserwaardVijfheerenlanden

Nadere informatie

BELEIDSKADER OPENBAAR VERVOER DAV IN VOGELVLUCHT

BELEIDSKADER OPENBAAR VERVOER DAV IN VOGELVLUCHT BELEIDSKADER OPENBAAR VERVOER DAV IN VOGELVLUCHT September 2016 1 Beleidskader openbaar DAV in vogelvlucht Het openbaar vervoer in de regio Drechtsteden / Alblasserwaard- Vijfheerenlanden (DAV) wordt opnieuw

Nadere informatie

Statenvoorstel. Beleidskader Openbaar Vervoer Drechtsteden / Alblasserwaard-Vijfheerenlanden.

Statenvoorstel. Beleidskader Openbaar Vervoer Drechtsteden / Alblasserwaard-Vijfheerenlanden. Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 27 september 2016 Geheim: nee Portefuillehouder: F. Vermeulen Uiterlijke beslistermijn: 9 november 2016 Behandeld ambtenaar : J.C. Wassens E-mailadres: jc.wassens@pzh.nl

Nadere informatie

Reizigersonderzoek R-net 436/437

Reizigersonderzoek R-net 436/437 Documentbeschrijving Inhoudsopgave Management samenvatting Vervoergroei Klanttevredenheid Wat kan beter? Aanbevelingen Doorstroming A29 Comfort op de halte Ketenmobiliteit werkt 1. Inleiding lijnvoering

Nadere informatie

NIEUW-BEIJERLAND GOUDSWAARD PIERSHIL ZUID- BEIJERLAND STAD AAN T HARINGVLIET NIEUWE-TONGE DEN BOMMEL KNOOPPUNT SCHAAPSWEG

NIEUW-BEIJERLAND GOUDSWAARD PIERSHIL ZUID- BEIJERLAND STAD AAN T HARINGVLIET NIEUWE-TONGE DEN BOMMEL KNOOPPUNT SCHAAPSWEG GRATIS LIJNFOLDER 2014/2015 HOEKSCHE WAARD / GOEREE-OVERFLAKKEE GELDIG VANAF 31 AUGUSTUS 2014 LIJN 711 BUURTBUS 712 BUURTBUS ROTTERDAM KRALINGSE ZOOM ROTTERDAM ZUIDPLEIN ROTTERDAM LOMBARDIJEN RENESSE OUDDORP

Nadere informatie

c) d) Voordracht aan Provinciale Staten van Gedeputeerde Staten

c) d) Voordracht aan Provinciale Staten van Gedeputeerde Staten Voordracht aan Provinciale Staten van Gedeputeerde Staten m Onderwerp Gewijzigde kaderstelling europese aanbesteding OVconcessie Hoekscha Waard en Goeree-Overflakkee 2015 1 Ontwerpbesluit Provinciale Staten

Nadere informatie

'ZUID^ ^^'^^ CONCEPT NOTA VAN UITGANGSPUNTEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE TREINDIENST ALPHEN AAN DEN RIJN - GOUDA 2016

'ZUID^ ^^'^^ CONCEPT NOTA VAN UITGANGSPUNTEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE TREINDIENST ALPHEN AAN DEN RIJN - GOUDA 2016 'ZUID^ ^^'^^ CONCEPT NOTA VAN UITGANGSPUNTEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE TREINDIENST ALPHEN AAN DEN RIJN - GOUDA 2016 Ter vaststelling voor te leggen aan Provinciale Staten op 26 juni 2013 Versie:

Nadere informatie

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland - Voor de OV Visie - Voor de OV-Concessie Zuid-Holland Noord Fred van der Blij 14 februari 2018 OV Visie is gezamenlijk proces Vanuit 19 gemeenten afspraak om OV

Nadere informatie

Connexxion HWGO 2016-2023

Connexxion HWGO 2016-2023 Connexxion HWGO 2016-2023 Presentatie Stuurgroep HWGO 25 september 2015 Tarievenpalet 2016 HWGO Saldoreizen vaste voet 0,89 (2015 0,88) ; km-tarief 0,135 (2015 0,134) Abonnementen: o Introductie Regio

Nadere informatie

STATEN HOLLAND. Lid Gedeputeerde Staten. I.G.M. de Bondt. Contact

STATEN HOLLAND. Lid Gedeputeerde Staten. I.G.M. de Bondt. Contact Lid Gedeputeerde Staten HOLLAND STATEN Aan de leden van de Statencommissie Verkeer en Milieu I.G.M. de Bondt Contact 070 441 71 12 lgm.de.bondt@pzh.nt Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP De n

Nadere informatie

Connexxion een scala aan diensten

Connexxion een scala aan diensten Connexxion HWGO Agenda 1. Welkom 2. Connexxion 7 jaar later. 3. Samenstelling implementatieteam 4. Doorkijk implementatie periode 5. Vervoerplan, dienstregeling 6. Accountmanagement 7. Personeel (art 40)

Nadere informatie

Concessie Rail Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Eric Bavelaar, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 17 juni 2015

Concessie Rail Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Eric Bavelaar, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 17 juni 2015 Concessie Rail 2016 Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Eric Bavelaar, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 17 juni 2015 Context Twee railconcessies: Rail Rotterdam: Tram en Metro (inclusief

Nadere informatie

Behorend bij busboekje 2012 / 2013 / 2014 Hoeksche Waard / Goeree-Overflakkee van 1 juli Ook eerdere wijzigingen zijn opgenomen.

Behorend bij busboekje 2012 / 2013 / 2014 Hoeksche Waard / Goeree-Overflakkee van 1 juli Ook eerdere wijzigingen zijn opgenomen. WIJZIGINGEN DIENSTREGELING VANAF 31 AUGUSTUS 2014 HOEKSCHE WAARD / GOEREE-OVERFLAKKEE Behorend bij busboekje 2012 / 2013 / 2014 Hoeksche Waard / Goeree-Overflakkee van 1 juli 2012. Ook eerdere wijzigingen

Nadere informatie

Plan van aanpak Monitoring OV-visie Holland Rijnland

Plan van aanpak Monitoring OV-visie Holland Rijnland Plan van aanpak Projectnaam/ onderwerp: Status: vastgesteld, DB 12 december 2013 Naam auteur(s): Claudia de Kort en Iris de Bruyne 1. Inleiding/ aanleiding Het Algemeen Bestuur van Holland Rijnland heeft

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus MD Haarlem

Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus MD Haarlem Aan de Voorzitter van Provinciale Staten van Noord-Holland De heer J. Remkes Postbus 123 2000 MD Haarlem Haarlem, 2 mei 2016. Onderwerp: Regionaal openbaar vervoer & inter-concessie stroomlijnen Geachte

Nadere informatie

mermeer Aan de leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Ruimtelijke Ontwikkeling W. Thon

mermeer Aan de leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Ruimtelijke Ontwikkeling W. Thon mermeer Aan de leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG Hoofddorp Bezoekadres: Raadhuisplein 1 Hoofddorp Telefoon 0900 1852 Telefax 023 563 95 50 Cluster Contactpersoon Telefoon

Nadere informatie

MEMO Ontwerp Programma van Eisen Concessie Zuidoost Brabant

MEMO Ontwerp Programma van Eisen Concessie Zuidoost Brabant MEMO Voor : Gemeenteraad Someren Van : Richard de Ruiter Kopie : College van burgemeester en wethouders Afdeling : RBO Betreft : Aanbesteding Openbaar Vervoer Zuidoost Brabant Datum : 02 april 2015 Ontwerp

Nadere informatie

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp gemeente Haarlemmermeer De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG Hoofddorp Bezoekadres: Raadhuisplein 1 Hoofddorp Telefoon 0900 1852 Telefax 023 563 95 50 Cluster Contactpersoon

Nadere informatie

Concessie Rail Gemeenteraad Den Haag Gertjan Nijsink, projectleider concessieverleningen Vervoersautoriteit MRDH 2 september 2015

Concessie Rail Gemeenteraad Den Haag Gertjan Nijsink, projectleider concessieverleningen Vervoersautoriteit MRDH 2 september 2015 Concessie Rail 2016 Gemeenteraad Den Haag Gertjan Nijsink, projectleider concessieverleningen Vervoersautoriteit MRDH 2 september 2015 Context Twee railconcessies: Rail Rotterdam: Tram en Metro (inclusief

Nadere informatie

Samenvatting ONTWERP Programma van eisen

Samenvatting ONTWERP Programma van eisen Samenvatting ONTWERP Programma van eisen Concessie OV Gooi en Vechtstreek Provincie Noord-Holland Maart 2019 Jordy van Slooten, j.vanslooten@regiogv.nl 1 Inhoud Vervoerplan Fase 1, fase 2 & fase 3 (hoofdstuk

Nadere informatie

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland

OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland OV Visie Holland Rijnland Midden-Holland Integratie doelgroepenvervoer en Openbaar Vervoer Fred van der Blij 14 maart 2018 Waarom OV en Doelgroepenvervoer integreren? Demografische en maatschappelijke

Nadere informatie

Concessieverlening Openbaar Vervoer Amstelland Meerlanden 2018

Concessieverlening Openbaar Vervoer Amstelland Meerlanden 2018 Concessieverlening Openbaar Vervoer Amstelland Meerlanden 2018 Informatiebrochure ontwerp Programma van Eisen Concessie Amstelland-Meerlanden 2018 Februari 2016 INHOUD 1. Inleiding 2. Resultaten en trends

Nadere informatie

NOORDOOST FRYSLÂN ZOEKT VERVOERDERS VOOR

NOORDOOST FRYSLÂN ZOEKT VERVOERDERS VOOR Samenvatting aanbesteding vervoer NOORDOOST FRYSLÂN ZOEKT VERVOERDERS VOOR NIEUW VERVOERSYSTEEM De regio Noordoost Fryslân werkt hard aan een nieuw vervoersysteem. Met dit systeem worden verschillende

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: Dhr. M. Bus 070-441 71 04 m.bus@pzh.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Datum Zie

Nadere informatie

Bestedingsplan mobiliteit 2017

Bestedingsplan mobiliteit 2017 Bestedingsplan mobiliteit 2017 Provincie Zuid-Holland Status: Definitief Datum: 11 oktober 2016 BESTEDINGSPLAN MOBILITEIT 3 TOELICHTING BESTEDINGEN 5 A. OPENBAAR VERVOER...5 B. INFRASTRUCTUUR...6 C. GEDRAGSBEÏNVLOEDING

Nadere informatie

Presentatie intermodale aanbesteding concessie Rivierenland. Provincie Gelderland Stadsregio Arnhem / Nijmegen

Presentatie intermodale aanbesteding concessie Rivierenland. Provincie Gelderland Stadsregio Arnhem / Nijmegen Presentatie intermodale aanbesteding concessie Rivierenland Provincie Gelderland Stadsregio Arnhem / Nijmegen Vervoerkundige presentatie Toelichting Programma van Eisen Plaats van het PvE in totale proces

Nadere informatie

Beleidskader aanbesteding OV Zuid-Holland Noord

Beleidskader aanbesteding OV Zuid-Holland Noord Beleidskader aanbesteding OV Zuid-Holland Noord Sessie 15 oktober 2018 Ambtelijke begeleidingsgroep: I. de Bruyne, M. Bus, C. Goelela, M. Kalai, R. Poppeliers, M. Scheerders, H. Verdonk, T. Verhaar. Feiten

Nadere informatie

Het nieuwe vervoerplan 2018 van EBS

Het nieuwe vervoerplan 2018 van EBS Samengevat voor u: Het nieuwe vervoerplan 2018 van EBS De komst van de Noord/Zuid metrolijn heeft grote gevolgen voor het gehele openbaar vervoer, zowel in de stad Amsterdam als de streek. Ook voor de

Nadere informatie

Atlijd Korting Scholier

Atlijd Korting Scholier Atlijd Korting Scholier 1. Waarom een nieuw product voor scholieren en een compensatieregeling? De introductie van de nieuwe abonnementen en de daarbij horende prijseffecten in de regio DAV en HWGO hebben

Nadere informatie

Rondetafelgesprek Andere mobiliteit

Rondetafelgesprek Andere mobiliteit Rondetafelgesprek Andere mobiliteit Maikel Bracun Ontwikkelmanager Oost Nederland Arriva Nederland 5-sep 2018 Inleiding De OV-visies die in de afgelopen jaren zijn vastgesteld in de provincies Flevoland,

Nadere informatie

Concessie(busvervoer(Almere(2018!2027"

Concessie(busvervoer(Almere(2018!2027 Concessie(busvervoer(Almere(20182027" OntwerpProgrammavaneisen VastgestelddoorB&WvanAlmereop15december2015 OntwerpPvEBusvervoerAlmerev3.421.docx ConcessiebusvervoerAlmere2018F2027 OntwerpProgrammavanEisen

Nadere informatie

1

1 Geachte voorzitter, Hierbij zend ik u mijn antwoorden op de vragen van de leden Middendorp en Remco Dijkstra (beiden VVD) over de aanpassing van de dienstregeling van het treinverkeer in het Rivierengebied

Nadere informatie

Nota van uitgangspunten. voor regionale samenwerking op het gebied van. Basismobiliteit

Nota van uitgangspunten. voor regionale samenwerking op het gebied van. Basismobiliteit Nota van uitgangspunten voor regionale samenwerking op het gebied van Basismobiliteit 1. Inleiding In opdracht van de provinciale bestuurlijke Adviesgroep Regiotaxi, waarin alle Gelderse regio's bestuurlijk

Nadere informatie

waterschap Hollandse Delta

waterschap Hollandse Delta Het hanteerde tot op heden een het werkgebied van het. Concreet betekent De contactgegevens staan op: /baggeren Dordrecht 5-dagenregeling staat op: /baggeren meldingen of klachten kunt u bellen met het

Nadere informatie

Lid Gedeputeerde Staten

Lid Gedeputeerde Staten Lid Gedeputeerde Staten F. Vermeulen Contact 070 441 71 12 f.vermeulen@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Provinciale Staten Datum 28 juni

Nadere informatie

Ontwerp Programma van Eisen concessies Bus

Ontwerp Programma van Eisen concessies Bus Ontwerp Programma van Eisen concessies Bus Adviescommissie Vervoersautoriteit MRDH Sjoerd, Bosman, Directeur Openbaar Vervoer Vervoersautoriteit MRDH 16 november 2016 Concessie Stand van zaken OV-concessies

Nadere informatie

ROCOV Gelderland. Ben Mouw Voorzitter

ROCOV Gelderland. Ben Mouw Voorzitter ROCOV Gelderland Ben Mouw Voorzitter 20 jaar OV consumentenplatform De stem van de reiziger Toevoeging Stadsregio Arnhem Nijmegen ROCOV Gelderland Start platform WP 2000 Start ROCOV Gelderland Stadsregio

Nadere informatie

Dienstregeling Goeree-Overflakkee. Geldig vanaf 10 december 2017

Dienstregeling Goeree-Overflakkee. Geldig vanaf 10 december 2017 Goeree-Overflakkee Dienstregeling 08 Geldig vanaf 0 december 07 04 34 35 38 436 437 604 630 635 639 Renesse - Hellevoetsluis - Spijkenisse Middelhaarnis Gemeentehuis - Binnenhof Ooltgensplaat - Middelharnis

Nadere informatie

Samenvatting ONTWERP Programma van eisen

Samenvatting ONTWERP Programma van eisen Samenvatting ONTWERP Programma van eisen Concessie OV Gooi en Vechtstreek Provincie Noord-Holland 28 maart 2019 Jordy van Slooten/ Erik Verkerk 1 Inhoud Voorgeschiedenis Vervoerplan fase 1, fase 2 & fase

Nadere informatie

ZUID. province HOLLAND NOTA VAN BEANTWOORDING ONTWERP PROGRAMMA VAN EISEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE OPENBAAR VERVOER OVER DE WEG

ZUID. province HOLLAND NOTA VAN BEANTWOORDING ONTWERP PROGRAMMA VAN EISEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE OPENBAAR VERVOER OVER DE WEG province HOLLAND ZUID NOTA VAN BEANTWOORDING ONTWERP PROGRAMMA VAN EISEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE OPENBAAR VERVOER OVER DE WEG HOEKSCHE WAARD/GOEREE-OVERFLAKKEE 2015 Vast te stellen op 15 juli 2014

Nadere informatie

Vragen en antwoorden bij het ontwerp Programma van Eisen van de aanbesteding OV-concessie Gooi en Vechtstreek

Vragen en antwoorden bij het ontwerp Programma van Eisen van de aanbesteding OV-concessie Gooi en Vechtstreek Vragen en antwoorden bij het ontwerp Programma van Eisen van de aanbesteding OV-concessie Gooi en Vechtstreek Maart 2019 0 13 Toelichting De provincie Noord-Holland is opdrachtgever van de openbaar vervoer

Nadere informatie

Beleidskader openbaar vervoer regio Hoeksche Waard / Goeree- Overflakkee

Beleidskader openbaar vervoer regio Hoeksche Waard / Goeree- Overflakkee Beleidskader openbaar vervoer regio Hoeksche Waard / Goeree- Overflakkee in samenhang met het gemeentelijke doelgroepenvervoer Vast te stellen door Provinciale Staten van Zuid-Holland op 23 april 2014

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. M. Cetin (CDA) (d.d. 11 november 2015) Nummer 3097

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. M. Cetin (CDA) (d.d. 11 november 2015) Nummer 3097 van Gedeputeerde Staten op vragen van M. Cetin (CDA) (d.d. 11 november 2015) Nummer 3097 Onderwerp Bereikbaarheid en toegankelijkheid van het openbaar vervoer in de Provincie Zuid-Holland Aan de leden

Nadere informatie

Openbaar vervoer en gemeenten

Openbaar vervoer en gemeenten Openbaar vervoer en gemeenten Inhoud Het functioneren van het OV-systeem Rol en verantwoordelijkheid Provincie gemeenten/regio Recente ontwikkelingen in het busvervoer Twee functies OV Sociale functie

Nadere informatie

Bijlage D.9 Opties Huidige Dienstregeling en Pluspakket

Bijlage D.9 Opties Huidige Dienstregeling en Pluspakket Bijlage D.9 Opties Huidige Dienstregeling en Pluspakket In deze bijlage worden de volgende opties beschreven: Optie Huidige Dienstregeling; Opties Pluspakket. Optie Huidige Dienstregeling De inschrijver

Nadere informatie

BEHEERSPROTOCOL VOOR HET TOEZICHT DOOR HET OV-BUREAU GRONINGEN DRENTHE OP DE CONCESSIEHOUDERS

BEHEERSPROTOCOL VOOR HET TOEZICHT DOOR HET OV-BUREAU GRONINGEN DRENTHE OP DE CONCESSIEHOUDERS BEHEERSPROTOCOL VOOR HET TOEZICHT DOOR HET OV-BUREAU GRONINGEN DRENTHE OP DE CONCESSIEHOUDERS 21 oktober 2005 Het OV-bureau Groningen Drenthe ontwikkelt, organiseert en beheert het openbaar vervoer en

Nadere informatie

GEMEENTE BOEKEL. Onderwerp : Concept kadernota 2017 GR Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) Brabant Noordoost (Regiotaxi)

GEMEENTE BOEKEL. Onderwerp : Concept kadernota 2017 GR Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) Brabant Noordoost (Regiotaxi) GEMEENTE BOEKEL VOORSTEL AAN DE RAAD Datum : 16 februari 2016 Voorstel van : college van burgemeester en wethouders Onderwerp : Concept kadernota 2017 GR Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) Brabant Noordoost

Nadere informatie

Aanbesteding OV-concessies Flevoland, Gelderland en Overijssel. Concept Nota van Uitgangspunten

Aanbesteding OV-concessies Flevoland, Gelderland en Overijssel. Concept Nota van Uitgangspunten Aanbesteding OV-concessies Flevoland, Gelderland en Overijssel Concept Nota van Uitgangspunten Doelstellingen nieuwe concessies Op basis van OV-visies volgende doelstellingen voor de nieuwe concessies

Nadere informatie

Statenmededeling aan Provinciale Staten

Statenmededeling aan Provinciale Staten Statenmededeling aan Provinciale Staten Onderwerp Evaluatie Regiotaxi Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van 1. De evaluaties van het systeem Regiotaxi voor OV-gebruikers en de bijbehorende

Nadere informatie

Dienstregeling Goeree-Overflakkee. Geldig vanaf 11 december 2016

Dienstregeling Goeree-Overflakkee. Geldig vanaf 11 december 2016 Goeree-Overflakkee Dienstregeling 07 Geldig vanaf december 06 04 34 35 38 436 437 604 630 635 639 Renesse - Hellevoetsluis - Spijkenisse Middelhaarnis Gemeentehuis - Binnenhof Ooltgensplaat - Middelharnis

Nadere informatie

ORGANISATIE OV-CONCESSIEMANAGEMENT PROVINCIE NOORD-BRABANT

ORGANISATIE OV-CONCESSIEMANAGEMENT PROVINCIE NOORD-BRABANT ORGANISATIE OV-CONCESSIEMANAGEMENT PROVINCIE NOORD-BRABANT 1. Context De provincie Noord-Brabant is concessieverlener voor het openbaar vervoer in zijn gebied, m.u.v. het SRE-gebied. De provincie is voornemens

Nadere informatie

Vragen van de heer J.H. Leever (ONH), inzake kosten HOV Huizen Hilversum en reizigersaantallen OV Gooi en Vechtstreek.

Vragen van de heer J.H. Leever (ONH), inzake kosten HOV Huizen Hilversum en reizigersaantallen OV Gooi en Vechtstreek. Vragen nr. 34 Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland Haarlem, 7 mei 2013 Vragen van de heer J.H. Leever (ONH), inzake kosten HOV Huizen Hilversum en reizigersaantallen OV Gooi en Vechtstreek.

Nadere informatie

Basisvoorzieningenniveau Openbaar Vervoer

Basisvoorzieningenniveau Openbaar Vervoer Basisvoorzieningenniveau Openbaar Vervoer Behorend bij Statenvoorstel 02/09 Inhoud 1 Inleiding... 3 1.1 Eenduidig en transparant beleid is wenselijk...3 1.2 Basisvoorzieningenniveau en toetsingskader...3

Nadere informatie

OV, hoe werkt het? (in de MRDH) Ivo van der Linden Adviescommissie VA, 10 oktober 2018

OV, hoe werkt het? (in de MRDH) Ivo van der Linden Adviescommissie VA, 10 oktober 2018 OV, hoe werkt het? (in de MRDH) Ivo van der Linden Adviescommissie VA, 10 oktober 2018 Inhoudsopgave 1 2 3 4 1. Wettelijk kader en context Wettelijk kader en begrippen Wet Lokaal Spoor (WLS) Aanleg, beheer,

Nadere informatie

VERVOERPLAN VOORNE-PUTTEN 2008

VERVOERPLAN VOORNE-PUTTEN 2008 VERVOERPLAN VOORNE-PUTTEN 2008 In 2007 is de concessieduur van de concessie Voorne-Putten / Rozenburg met 2 jaar verlengd door de Stadsregio Rotterdam. Naar aanleiding van deze verlenging is er een evaluatie

Nadere informatie

Openbaar Vervoer in Brabant Vraaggericht, Verbindend en Verantwoord

Openbaar Vervoer in Brabant Vraaggericht, Verbindend en Verantwoord Openbaar Vervoer in Brabant Vraaggericht, Verbindend en Verantwoord Ruud van Heugten Gedeputeerde Mobiliteit & Financiën Presentatie Land van Cuijk 18 september 2013 Vormen van OV in Brabant Rol en Taakverdeling

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten verzoeken de leden van Provinciale Staten om: - de inhoud van deze brief voor kennisgeving aan te nemen (informatieplicht)

Gedeputeerde Staten verzoeken de leden van Provinciale Staten om: - de inhoud van deze brief voor kennisgeving aan te nemen (informatieplicht) Statenbrief Datum Onderwerp Wijzigingen in de dienstregeling 2019 per concessie in Gelderland Inlichtingen P. v.d. Boogaard 026 359 8511 post@gelderland.nl 1 van 6 Portefeuillehouder Conny Bieze Kerntaak

Nadere informatie

VERGADERING VAN DE REGIORAAD

VERGADERING VAN DE REGIORAAD agendapunt : 14 voorstelnummer : 09/15 onderwerp : Ontwerp Programma van Eisen voor de Concessie Amsterdam 2012 Op 7 mei 2009 heeft het Dagelijks Bestuur het volgende besluit genomen: 1. Het ontwerp Programma

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: M. Bus T 070-441 71 04 m.bus@pzh.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Datum 19 september

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. G. Wenneker (D66) (d.d. 3 oktober 2007) Nummer Onderwerp Tarieven OV-chipkaart

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. G. Wenneker (D66) (d.d. 3 oktober 2007) Nummer Onderwerp Tarieven OV-chipkaart van Gedeputeerde Staten op vragen van G. Wenneker (D66) (d.d. 3 oktober 2007) Nummer 2109 Onderwerp Tarieven OV-chipkaart Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting vragensteller Vooruitlopend op

Nadere informatie

Gewijzigd voorstel van het college inzake Zienswijze op de ontwerp kadernota Openbaar Vervoer MRDH

Gewijzigd voorstel van het college inzake Zienswijze op de ontwerp kadernota Openbaar Vervoer MRDH Datum 18 september 2017 Registratienummer RIS297417 Gewijzigd voorstel van het college inzake Zienswijze op de ontwerp kadernota Openbaar Vervoer MRDH Op 17 mei 2017 heeft de MRDH het ontwerp van de Kadernota

Nadere informatie

Nota van B&W. onderwerp Convenant beschikbare wegen Portefeuilehouder dr. Derk Reneman

Nota van B&W. onderwerp Convenant beschikbare wegen Portefeuilehouder dr. Derk Reneman gemeente Haarlemmermeer Nota van B&W onderwerp Convenant beschikbare wegen 2018 Portefeuilehouder dr. Derk Reneman Collegevergadering 14 juni 2016 inlichtingen W. Thon (0900-1 852) Registratienummer 2016.0027733

Nadere informatie

Samenvatting reizigersconsultatie 2018 Maxim Meijers Syntus Utrecht

Samenvatting reizigersconsultatie 2018 Maxim Meijers Syntus Utrecht Maxim Meijers Syntus Utrecht 07-05-2018 Inleiding In 2018 heeft Syntus Utrecht voorafgaand aan het schrijven van het vervoerplan de Utrechtse reizigers en inwoners gevraagd om mee te denken over het OV

Nadere informatie

COLLECTIEF VERVOER. Wat verstaan we eronder, wat is het probleem en wat is de kracht ervan?

COLLECTIEF VERVOER. Wat verstaan we eronder, wat is het probleem en wat is de kracht ervan? COLLECTIEF VERVOER Wat verstaan we eronder, wat is het probleem en wat is de kracht ervan? OPZET PRESENTATIE Wat verstaan we onder collectief vervoer? Wat is het probleem? -> uitdagingen Wat is de kracht

Nadere informatie

Thema-avond D66. OV concessie / A7 corridor 4 februari 2019

Thema-avond D66. OV concessie / A7 corridor 4 februari 2019 Thema-avond D66 OV concessie / A7 corridor 4 februari 2019 1 Agenda 1. Opening/mededelingen 2. Kennismaking 3. OV concessie aanbesteding Zaanstreek-Waterland 4. A7 corridor: opties en gevolgen voor Purmerend

Nadere informatie

Kennisnemen van Het rapport Bussen in Brabant. Trends in het regionaal openbaar vervoer

Kennisnemen van Het rapport Bussen in Brabant. Trends in het regionaal openbaar vervoer Statenmededeling Onderwerp Bussen in Brabant, Trendmonitor OV 2012-2016 Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van Het rapport Bussen in Brabant. Trends in het regionaal openbaar vervoer

Nadere informatie

DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN

DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN EUROPESE AANBESTEDING CONCESSIE OPENBAAR VERVOER OVER DE WEG ZUID-HOLLAND NOORD 2012 Vastgesteld op 25 oktober 2011 Versie: 1.0 Datum: 25 oktober 2011 Inhoudsopgave 1 INLEIDING...

Nadere informatie

Lijnfolder 2009 Hoeksche Waard / Goeree- Overflakkee

Lijnfolder 2009 Hoeksche Waard / Goeree- Overflakkee Lijnfolder 2009 Hoeksche Waard / Goeree- Overflakkee Qliner 396 Geldig vanaf 4 januari 2009 HWGO2009-LF8 Gratis HWGO2009-LF8.indb 1 24-12-2008 16:31:32 Welkom in de Qliner Tussen Dirksland Sommelsdijk

Nadere informatie

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT Grote Marktstraat 43 Postbus 66 2501 CB Den Haag Telefoon 088 5445 100 Retouradres: Postbus 66 2501 CB Den Haag Aan de colleges van Burgemeester en

Nadere informatie

Renswoude, 5 april 2016 Nr.: Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: instellingsbesluit bestuurscommissie basismobiliteit Regio FoodValley

Renswoude, 5 april 2016 Nr.: Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: instellingsbesluit bestuurscommissie basismobiliteit Regio FoodValley Agendapuntnr.: Renswoude, 5 april 2016 Nr.: 154375 Behandeld door: J. van Dijk Onderwerp: instellingsbesluit bestuurscommissie basismobiliteit Regio FoodValley Geachte raad, Aan de gemeenteraad Samenvatting:

Nadere informatie

Factsheet Resultaten Klanttevredenheidsonderzoek okt./nov. 2013

Factsheet Resultaten Klanttevredenheidsonderzoek okt./nov. 2013 Geachte panelleden, In oktober/november jl. heeft u deelgenomen aan het tweede klanttevredenheidsonderzoek van 2013. Hartelijk dank voor uw deelname! Aan het onderzoek hebben 522 panelleden deelgenomen.

Nadere informatie

STATEN ZUID. provincie HQLLAND. Memo. Martin van Engelshoven - Huls. Beantwoording vragen inzake concept-pve. Geachte Statenleden,

STATEN ZUID. provincie HQLLAND. Memo. Martin van Engelshoven - Huls. Beantwoording vragen inzake concept-pve. Geachte Statenleden, Memo provincie HQLLAND ZUID STATEN Contact I.G.M. de Bondt 070-441 7112 lgm.de.bondt@pzh.nl Datum 17 Oktober 2011 Aan Martin van Engelshoven - Huls Kopie aan Onderwerp Beantwoording vragen inzake concept-pve

Nadere informatie

Factsheet Resultaten Klanttevredenheidsonderzoek juni/juli 2013

Factsheet Resultaten Klanttevredenheidsonderzoek juni/juli 2013 Geachte panelleden, In juni/juli jl. heeft u deelgenomen aan het eerste klanttevredenheidsonderzoek van 2013. Hartelijk dank voor uw deelname! Aan het onderzoek hebben 520 panelleden deelgenomen. Bij deze

Nadere informatie

Postbus AA Bleskensgraaf T Aan de leden van de gemeenteraad

Postbus AA Bleskensgraaf T Aan de leden van de gemeenteraad Aan de leden van de gemeenteraad Postbus 5 2970 AA Bleskensgraaf T 14 0184 www.gemeentemolenwaard.nl Zaaknummer 678343 Datum: 14 februari 2017 Portefeuillehouder: wethouder C.G. (Kees) Boender Bijlage:

Nadere informatie

Lange termijn spooragenda

Lange termijn spooragenda BEDRIJFSVERTROUWELIJK CONCEPT Lange termijn spooragenda VHS bijeenkomst 25 februari 2014 1 Aanleiding Masterplan NS en ProRail 03-02-2012 : nieuwe, zware winterdag op het spoor 16-02-2012 : Commissie Kuiken

Nadere informatie

HTMbuzz Vervoerplan 2018 Vervoerplan HTMbuzz 2018 Concessie openbaar vervoer bus Haaglanden-Stad

HTMbuzz Vervoerplan 2018 Vervoerplan HTMbuzz 2018 Concessie openbaar vervoer bus Haaglanden-Stad HTMbuzz Vervoerplan 2018 Vervoerplan HTMbuzz 2018 Concessie openbaar vervoer bus Haaglanden-Stad Colofon Datum : 7 november 2016 Versie : 2 2016 HTMbuzz BV, Den Haag Inhoud INHOUD... 2 INLEIDING... 3 OVERZICHT

Nadere informatie

Op grond van de Wet Personenvervoer (Wp 2000), artikel 32, lid 2 sub d:

Op grond van de Wet Personenvervoer (Wp 2000), artikel 32, lid 2 sub d: Vergadering: 25 oktober 2017 Agendapunt: 4.7. Onderwerp: Toelichting op Tarieven OV 2019 Portefeuille: OV Performance Datum: 8 november 2018 Contactpersoon: Jan-Kees van Elderen Telefoonnummer: 088-5445211

Nadere informatie

Uitwerking diverse samenwerkingspunten PoW Hannah en Robert, concept 12 januari 2018

Uitwerking diverse samenwerkingspunten PoW Hannah en Robert, concept 12 januari 2018 Uitwerking diverse samenwerkingspunten PoW Hannah en Robert, concept 12 januari 2018 Eenduidige productformule/branding Branding kan tot uiting komen in Aankleding, kleur en logo s op de schepen Personeelsuniform

Nadere informatie

Pallas Advies. Bedrijfsinformatie

Pallas Advies. Bedrijfsinformatie Pallas Advies Bedrijfsinformatie Wat is Pallas Advies? Pallas Advies ondersteunt en adviseert overheidsorganisaties op het gebied van parkeren, mobiliteit en (reis)informatie. De ondersteuning kan op meerdere

Nadere informatie

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT

METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT METROPOOLREGIO ROTTERDAM DEN HAAG VERVOERSAUTORITEIT Grote Marktstraat 43 Postbus 66 2501 CB Den Haag Telefoon 088 5445 100 E-mail: informatie@mrdh.nl Internet: www.mrdh.nl KvK nummer: 62288024 Retouradres:

Nadere informatie

Radenbijeenkomst Alblasserwaard Vijfheerenlanden 18 mei 2016

Radenbijeenkomst Alblasserwaard Vijfheerenlanden 18 mei 2016 Radenbijeenkomst Alblasserwaard Vijfheerenlanden 18 mei 2016 Programma 1 e sessie: 19.30 20.30 Opening wethouder Hans Freije, (regionaal portefeuillehouder Verkeer & Vervoer) Openbaar Vervoer in de Alblasserwaard-

Nadere informatie

Vragenuurtje over de uitgangspunten nieuwe aanbestedingen openbaar vervoer

Vragenuurtje over de uitgangspunten nieuwe aanbestedingen openbaar vervoer Vragenuurtje over de uitgangspunten nieuwe aanbestedingen openbaar vervoer Op woensdag 25 februari is een vragenuurtje georganiseerd voor technische vragen over de statennotitie uitgangspunten nieuwe aanbestedingen

Nadere informatie

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland. Haarlem, 13 september Vragen nr. 90

Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland. Haarlem, 13 september Vragen nr. 90 Aan de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland Haarlem, 13 september 2016 Vragen nr. 90 Vragen van de heer mr. J.M. Bruggeman (SP) over de verlenging van de proef met de belbus op Texel De voorzitter

Nadere informatie

DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN

DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN DEFINITIEF PROGRAMMA VAN EISEN EUROPESE AANBESTEDING OPENBAAR VERVOER DRECHTSTEDEN, ALBLASSERWAARD- VIJFHEERENLANDEN (DAV) Definitief Progamma van Eisen vast te stellen door Gedeputeerde Staten op 4 april

Nadere informatie

Kadernota OV Metropoolregio Rotterdam Den Haag

Kadernota OV Metropoolregio Rotterdam Den Haag Kadernota OV Metropoolregio Rotterdam Den Haag 11-05-2016 Context en proces Onze vijf kerndoelen: Concurrerende economie Efficiënt en rendabel Kwaliteit van plekken 1 Strategisch Bepalen van doelen Lange

Nadere informatie

Bestedingsplan mobiliteit 2016

Bestedingsplan mobiliteit 2016 Bestedingsplan mobiliteit 2016 Provincie Zuid-Holland Status: bestedingsplan exclusief de vastgestelde projectenlijst (bijlage 1) Datum: 22 september 2015 BESTEDINGSPLAN MOBILITEIT 3 TOELICHTING BESTEDINGEN

Nadere informatie

NOTA VAN UITGANGSPUNTEN

NOTA VAN UITGANGSPUNTEN NOTA VAN UITGANGSPUNTEN definitief europese aanbesteding openbaar vervoer concessie Provincie utrecht 2016 VASTGESTELD DOOR PROVINCIALE STATEN OP 29 SEPTEMBER 2014 PROVINCIE-UTRECHT.NL COLOFON Uitgave:

Nadere informatie

Pijler 1: Inspelen op veranderende mobiliteitsstromen

Pijler 1: Inspelen op veranderende mobiliteitsstromen Vervoervisie Pijler 1: Inspelen op veranderende mobiliteitsstromen Het aantal huishoudens in de regio Amsterdam neemt tot 2040 met circa 270.000 toe. Hiermee neemt ook de economische bedrijvigheid en de

Nadere informatie

GS brief aan Provinciale Staten

GS brief aan Provinciale Staten GS brief aan Provinciale Staten Contact: M. Bus 070 441 7104 m.bus@pzh.nl Aan Provinciale Staten Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Datum Zie verzenddatum

Nadere informatie