STATEN ZUID. provincie HQLLAND. Memo. Martin van Engelshoven - Huls. Beantwoording vragen inzake concept-pve. Geachte Statenleden,

Transcriptie

1 Memo provincie HQLLAND ZUID STATEN Contact I.G.M. de Bondt Datum 17 Oktober 2011 Aan Martin van Engelshoven - Huls Kopie aan Onderwerp Beantwoording vragen inzake concept-pve Geachte Statenleden, Op 07 oktober jongstleden vroeg de heer Van Engelshoven per mail of het college zijn vragen over het concept Programma van Eisen kon beantv^roorden voor de commissiebehandeiing van 19 oktober a.s. Door de korte termijn is dit niet gelukt. Een collegestandpunt over de politieke onderwerpen kan ik helaas niet tijdig aanleveren. Hierbij merk ik op dat de Commissie ook nadnjkkelijk heeft gevraagd het concept Programma van Eisen te bespreken voordat GS het Programma van Eisen en de nota van beantwoording definitief vaststelt. In de nota van beantwoording wordt ingegaan op vragen en suggesties van de reizigersadviezen, de regio's Holland Rijnland en Midden-Holland en de aangrenzende vervoersautoriteiten. Vanzelfsprekend krijgt u de nota van beantwoording na vaststelling toegestuurd. De antwoorden op de feitelijke vragen krijgt u hierbij per mail, zodat u indien gewenst de antwoorden bij de behandeling in de commissie kunt betrekken. Met vriendelijke groet, Ingrid de Bondt 1/5

2 17 Oktober 2011 "^^-^-j^ij HOLLAND 1. Een GS nota uit 2006 voor aanbesteding van OV t/m Is die niet deels achtertiaald. Heeft dit college dan niets aan de ervaringen rond aanbesteding van openbaar vervoer in de tussenliggende jaren gehad? Is er sindsdien bijvoorbeeld niets gebeurd in termen van concessiebeheer, infomnatievoorziening aan de reiziger, bereikbaarheidsproblemen en milieuvraagstukken? De PvdA ziet dat veel zaken in de ontwikkeltaak van de vervoerder zijn opgenomen, maar hebben ontwikkelingen en ervaringen van de afgelopen jaren geen enkel gevolg voor concessie-eisen? De genoemde GS nota uit 2006 voor de aanbesteding van OV vormt de basis van het provinciale beleid. Met de uitvoering van dit beleid is ervaring opgedaan bij de aanbesteding van de DAV concessie en de HWGO concessie. De ervaring die hiermee is opgedaan met betrekking tot informatievoorziening, bereikbaarheidsproblemen, etc. is meegenomen in het PvE voor de aantiesteding van Zuid-Holland Noord. De aansturingsfilosofie, met andere woorden waar ligt de ontwikkelfunctie, ligt conform de nota uit 2006 bij de ven/oerder Dit beleid is bij de aanbesteding van de DAV en HWGO concessies niet gewijzigd en ook in het PvE voor de concessie Zuid- Holland Noord is opgenomen dat de ontwikkelfunctie bij de vervoerder ligt. Een eventuele koerswijziging zou niet alleen betekenen dat er andere eisen aan de vervoerder moeten worden gesteld. Het zou ook betekenen dat de ambtelijke organisatie van de provincie moet worden aangepast. Een wijziging van de aansturingsfilosofie was en is gezien de termijnen van de aant>estedingsprocedure niet meer mogelijk. 2. De OV-visie van Holland Rijnland gaat nooit boven GS-visie 2006 schrijft GS. Dus die visie had net zo goed niet geschreven kunnen worden? Wat vinden GS van de Visie? Op welke onderdelen wordt de visie wel overgenomen en op welke onderdelen niet? En waarom dan niet? Ik verwijs hierbij naar de brief die ik op vrijdag 14 oktober aan de commissie heb gestuurd. 3. Welke wensen van de reizigers organisaties heeft u overgenomen? Welke niet? En waarom niet? De reizigersadviesraden hebben aanzienlijk aantal waardevolle adviezen gegeven waarvan ik aan GS zal voorstellen om deze ook daadwerkelijk over te nemen. GS zullen op 25 oktober de nota van beantwoording vaststellen. Hierin zal GS aangegeven hoe zij met de verschillende suggesties van onder andere de reizigersorganisaties omgaat. 4. De visie van Holland Rijnland vraagt er om dat GS vooral de lijnen (+haltes) voor de doorgaande lijnen zelf vooraf vastleggen in de concessievoonwaarden (meer inzet op ontwikkelfunctie). Het onderiiggende lijnennet (wijkontsluiting) wordt dan door de concessienemer ontwikkeld. In het PvE wordt door GS opnieuw de totale ontwikkeltaak bij de vervoerder gelegd. Waarom kiest u niet voor een ontwikkeltaak van de provincie bij doorgaande hoofdontsluitingen? Bij de Rijn Gouwe Lijn doet u dit immers wel. 2/5

3 17 oktober 2011 TuiD^^^^^^ Ik verwijs u naar de t>eantwoording onder vraag De gestelde eisen blijven, zo lijkt het, hetzelfde bij teruglopend budget (min 5-8%) (p6) hoe realistisch is dat (zie bv prognoses stadsregio's). Wat betekent de korting straks echt voor het lijnennet, de kwaliteitseisen of overige concessievoonwaarden? Zoals u aangeeft, is er sprake van een teruglopend budget als gevolg van het teruglopen van de BDU-bijdrage van het Rijk. De wijze waarop het college voornemens is om de korting op de BDU te verwerken is opgenomen in het BDU-bestedingsplan. (is dit nog een concept??zo ja, toevoegen) 6. P17: voor de agglomeratie geldt dat 80% van de woonadressen binnen 800 meter moet liggen. Hoe verhoudt zich dat ten opzichte van eisen uit 2006 en t.o.v. de periode toen er nog een Leidse vervoersregio bestond? Het getal van 800 meter in het concept-pve betreft een verschrijving. Dit wordt aangepast naar 500 meter zoals ook in de huidige concessie geldt. 7. P17: In kem of stadsdienst, minimaal 3 vertrek en aankomst mogelijkheden per richting per dag? Is dat niet een veel te lage eis? Op welke lijnen is dat nu het geval? Zou een uurfrequentie niet minimaal een eis moeten zijn? Wa publicatie van het concept Programma van Eisen zijn de reizigersorganisaties en (graag aanvullen) gehoord. Tijdens de commissiebehandeling hoor ik ook graag van de verschillende fracties hoe zij tegen het Programma van Eisen aankijken, zodat GS ook hun suggesties mee kunnen wegen bij het vaststellen van het definitieve Programma van Eisen. 8. P20: Bij deur-halte vervoer (is nieuw in concessie) staat dat reiziger minstens 60 minuten voor aanvang het vervoer besteld. En dat vervoerder niet meer dan 10 minuten later of eerder dan de afgesproken tijd verschijnt. Waarom staat er niet bij dat de vervoerder in 90% van de gevallen uiteriijk binnen 1 uur {of 1,25 uur) dient ie verschijnen, (in andere woorden, wat als vervoerde zegt: wij kunnen u over zes uur ophalen? Dan is dat toch binnen de eisen de huidige PvE voonvaarden. Het definitieve PvE zal op dit punt nog worden bijgesteld, aangezien u aantoont dat de passage verkeerd kan worden geïnterpreteerd. Ik zal aan GS voorstellen dat de ven/oerder binnen een uur invulling geeft aan de bestelling van een rit, en ten opzichte van de afgesproken verirektijd een bandbreedte heeft van 10 minuten voor de daadwerkelijke aankomst op het vertrekpunt. 9. Elke Bus moet WIFI bevatten, mag tegen vergoeding. Waarom wordt geen gratis WIFI veriangd in een bepaalde categorie bussen of gespreid over de jaren van de concessie? Levert ook mogelijkheden op voor actuele reizigersinformatie. Wat kost dat extra? 3/5

4 P^ ^^ ^jjholland Datum wn 17 oktober 2011 Wa publicatie van het concept Programma van Eisen zijn de reizigersorganisaties en graag aanvullen gehoord. Tijdens de commissiebehandeling hoor ik ook graag van de verschillende fracties hoe zij tegen het Programma van Eisen aankijken, zodat GS hun suggesties mee kunnen wegen bij het vaststellen van het definitieve Programma van Eisen. 10. Is er een tegenstrijdigheid met het eerste doel van de concessie (P11: Het bereiken dat het huidige voorzieningenniveau (zowel kwantitatief als kwalitatief) minimaal gehandhaafd blijft, en indien mogelijk zelfs wordt verhoogd.) Dit betreft vooral de plaatsing van haltes, zie PvE nieuw versus oude concessie: Nieuw P22: Artikel Te ontsluiten woonlocaties, Ic vergelijk met: Oud P8: Artikel 12: vervoerkundige bepalingen, Lid 5 Denkt GS niet dat het voorzieningenniveau aangetast wordt door deze andere eisen? Wa publicatie van het concept Programma van Eisen zijn de reizigersorganisaties en graag aanvullen gehoord. Tijdens de commissietyehandeling hoor ik ook graag van de verschillende fracties hoe zij tegen het Programma van Eisen aankijken, zodat GS hun suggesties mee kunnen wegen bij het vaststellen van het definitieve Programma van Eisen. 11. Waarom blijft een duur papieren kaartje in stand? Waarom daar feitelijk tariefvrijheid? Ik neem aan dat u doelt op het kaartje dat verkocht wordt bij de chauffeur De ven/oerder heeft een ven/oerplicht Dit houdt in dat een persoon te allen tijde in staat moeten worden gesteld om van het OV gebruik te maken - met als enige randvoorwaarde dat hij of zij (gepast) geld bij zich heeft om een kaartje bij de chauffeur te kopen. Vooralsnog is gekozen voor een kanonnen kaarije daar het 'verchippen' van het enkeltje dat kan worden gekocht bij de chauffeur een relatief dure aangelegenheid is. De tariefvrijheid wordt binnen het tarievenkader gezamenlijk ingevuld door vervoerder en provincie, na consultatie van de reizigersoverleggen. Dat geldt ook voor het vast stellen van de hoogte van het wagentariel 12. Welke lijnen zijn parallelle aan de RijnGouweLijn? Gezien de halte-deurafstand eisen kunnen parallelle lijnen toch niet verdwijnen? Het PvE bevat een regeling op basis waarvan in overteg met de nieuwe vervoerder mogelijke parallelliteit van lijnen met een toekomstige RijnGouwelijn kan worden vastgesteld. Daarbij worden uiteraard de minimum dekkings- en ontsluitingseisen voor kernen in ogenschouw genomen, waarvan de door u genoemde maximaal toegestane afstand naar een halte deel uitmaakt. 13. De buurtbus komt er bekaaid vanaf. Is GS bereid meer buurtbusprojecten op te zetten? Minimaal de huidige buurtbussen worden in het concessiegebied voortgezet Dat zijn er een viertal. De concessie bevat een regeling waariangs nieuwe buuribusprojecten kunnen worden georganiseerd vanuit de regio. 14. Is GS bereid in overieg met de nieuwe vervoerder de bus-infrastructuur goed af te stemmen op het (eventuele) nieuwe lijnennet. Hoeveel budget is daarvoor beschikbaar? 4/5

5 17 oktober 2011 P'^^^YD HOLLAND De nieuwe vervoerder moet verplicht gebruik maken van bestaande infrastructuur alsmede nieuwe businfrastructuur die gedurende de looptijd van de concessie tot stand komt 15. Is halte-deur vervoer wel openbaar vervoer? Kan deze functie niet voordeliger met gemeentelijk cvv, leerilngenvervoer en WMO-vervoer worden gecombineerd? Besparing kan worden ingezet voor betere bediening in spits en kernen. In diverse concessie in Nederiand is het deur-halteven/oer al in de openbaar ven/oerconcessie ondergebracht. Het deur-halteven/oer vormt, anders dan de andere categorieën van vraagafhankelijk vervoer die deel uitmaken van de CW-contracten, een uitgesproken rol in de keten met het lijngebonden openbaar ven/oer Deur-halteven/oer en lijngebonden vervoer dienen bij uitstek goed op elkaar aan te sluiten en dat kan het beste worden bereikt door deze twee vormen in één concessie onder te brengen. Hier liggen ook mogelijkheden tot synergie en efficiëntie aangezien er sprake is van één regisseur 5/5