I. Programma P4Q voor algemene en universitaire ziekenhuizen vanaf 2018

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "I. Programma P4Q voor algemene en universitaire ziekenhuizen vanaf 2018"

Transcriptie

1 INHOUD I. Programma P4Q voor vanaf II. Beschikbaarheid en (toestemming tot) gebruik van data... 3 III. Advies van de werkgroep P4Q over de indicatorenset A. ISQua-accreditatiestatus die op datum van 1 januari 2018 van toepassing is B. Deelname aan niet-verplichte en kwaliteitsbevorderende klinische registraties en kwaliteitslabels... 6 C. Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incidentmeldingen dat conform gecodeerd is... 9 D. Patiëntenervaringen E. Klinische procesindicatoren: antibioticaprofylaxe bij chirurgische interventies F. Klinische procesindicatoren kanker G. Aantal te verwerven punten voor klinische procesindicatoren antibioticaprofylaxe en kanker IV. Advies van de werkgroep P4Q over het berekenen van de financiële beloning in A. Beschikbaar bedrag voor P4Q B. Verdeling van het beschikbaar bedrag C. Berekening totaalscore D. Berekening bedrag financiële beloning per punt en per verantwoord bed E. Uitbetaling P4Q-budget in het BFM van V. Werkgroep P4Q

2 I. Programma P4Q voor vanaf 2018 In het kader van de hervorming van de ziekenhuisfinanciering en zoals aangekondigd in opeenvolgende beleidsplannen wordt de invoering van een Pay for Quality programma (P4Q) 1 een duidelijke prioriteit. Pay for Quality (P4Q) is het mechanisme dat de beloning voor geleverde zorg rechtsreeks in verband brengt met de bereikte resultaten op gebied van structuur, proces en/of uitkomstindicatoren. P4Q wordt wereldwijd steeds meer gebruikt als middel om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Er bestaat echter geen duidelijke evidentie over de impact van P4Q op zorgresultaten 2-4. Eveneens bestaat het risico op negatieve neveneffecten zoals bijvoorbeeld gaming, d.w.z. manieren vinden om de gemeten resultaten te maximaliseren zonder in werkelijkheid de gewenste doelstellingen te bereiken. Selectie van patiënten is een ander mogelijk neveneffect. Negatieve neveneffecten zijn in de literatuur echter heel weinig onderzocht. Een goed P4Q-model zou ook rekening moeten houden met de uitdagingen voor de toekomst. Het Belgische P4Q-programma richt zich bijgevolg niet enkel op klinische activiteiten binnen de muren van het ziekenhuis maar omvat ook indicatoren over patiëntenervaringen, cultuur en lerende organisatie. Idealiter worden op termijn ook indicatoren over zorgcontinuïteit en klinische samenwerking in netwerken toegevoegd. Hierna volgt het advies van de werkgroep P4Q over de indicatorenset voor 2018 en de bijbehorende methode om de financiële beloning te berekenen. In eerste instantie wordt de focus gelegd op de algemene en de universitaire ziekenhuizen 5. 1 Annemans L, Boeckxstaens P, Borgermans L, De Smedt D, Duchesnes C, Heyrman J, Remmen R, Sermeus W, Van Den Broecke C, Van Herck P, Vanmeerbeek M, Willems S, De Gauquier K. Voordelen, nadelen en haalbaarheid van de introductie van Pay for Quality programma s in België. Health Services Research (HSR). Brussel: Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) KCE Reports vol 118A. D/2009/10.273/50. 2 Ogundejia et al. The effectiveness of payment for performance in health care: a meta-analysis and exploration of variation in outcomes. Health Policy 120 (2016) R. Milstein en J. Schreyoegg. Pay for performance in the inpatient sector: A review of 34 P4P programs in 14 OECD countries. Health Policy 120 (2016) A. Mendelson et al. The Effects of Pay-for-Performance Programs on Health, Health Care Use, and Processes of Care. A Systematic Review. Ann Intern Med DOI: /M De niet-psychiatrische ziekenhuizen, met uitzondering van de ziekenhuizen die enkel over erkende bedden beschikken onder de kenletter G en/of de kenletter Sp in combinatie met bedden erkend onder de kenletters A, T of K en de Sp-ziekenhuizen voor palliatieve zorg. 2

3 Meer informatie over de P4Q-werkgroep is terug te vinden in onderdeel V van dit document. De effectieve start van het P4Q-programma is vastgelegd op 1 juli II. Beschikbaarheid en (toestemming tot) gebruik van data Voor het P4Q-programma zal door de FOD Volksgezondheid gebruik gemaakt worden van indicatoren die reeds voor andere doeleinden verzameld worden, om bijkomende registratielast voor de ziekenhuizen te vermijden. Hierbij dient er onderscheid gemaakt te worden tussen publiek beschikbare en niet-publiek beschikbare data. Voor publiek beschikbare data (bv. over accreditatiestatus) dient geen specifieke toestemming te worden gevraagd aangezien deze informatie op de websites van de accrediteringsinstellingen gevonden kan worden. Voor de niet-publiek beschikbare data (bv. patiëntenervaringen en (borst)kanker) wordt door de FOD Volksgezondheid de volgende werkwijze voorgesteld: o ofwel leveren de ziekenhuizen zelf de gevraagde informatie aan (i.e. extra rapporteringswerk) o ofwel geven de ziekenhuizen toestemming aan de betrokken instanties om de gegevens en bloc aan de FOD Volksgezondheid aan te leveren. Ter voorbereiding van deze werkwijze (i.e. voor een toelating tot het secundair gebruik van data) werd reeds een aanvraag verzonden naar het sectoraal comité van de sociale zekerheid en de gezondheid (t.a.v. Yves Roger, voorzitter). Deze aanvraag had betrekking op het secundair gebruik van data van: het kankerregister (procesindicatoren kanker) VIP 2 (patiëntenervaringen) Vlaams Patiëntenplatform (patiëntenervaringen) Santhea (patiëntenervaringen) BSM-management (patiëntenervaringen) Zowel VIP 2 als het AVIQ (Agence pour une Vie de Qualité, Région wallonne) werden per brief geïnformeerd over het gebruik van borstkankerindicatoren voor het programma P4Q. Zij hebben de analyses van de indicatoren die werden uitgevoerd door de Stichting Kankerregister (SKR), gefinancierd. 3

4 III. Advies van de werkgroep P4Q over de indicatorenset 2018 De P4Q-indicatorenset voor 2018 is te beschouwen als een eerste stap in de richting van een volwaardig P4Q-programma. Pragmatisme, beschikbaarheid van nationale data en haalbaarheid op korte termijn zijn drie elementen die een rol hebben gespeeld bij de selectie van de indicatoren voor In toekomstige indicatorensets zullen andere, wellicht nog beter geschikte, kwaliteitsindicatoren kunnen toegevoegd worden en andere aangepast of weggelaten. De P4Q-indicatorenset 2018 bestaat uit ziekenhuisbrede en pathologiegebonden indicatoren. de ziekenhuisbrede indicatoren omvatten 3 structuurindicatoren en 1 proces/ resultaatsindicator. de pathologiegebonden indicatoren bevatten procesindicatoren (aantal afhankelijk van aantal indicatoren antibioticaprofylaxe en (borst)kanker (zie verder) en resultaatsindicatoren In totaal zijn 80 punten te verwerven, op basis waarvan een P4Q-score wordt berekend (cf. onderdeel IV). In 2018 is het grootste deel van de punten te behalen met de ziekenhuisbrede indicatoren (55/80). In de toekomst wordt de verdeling van de punten jaarlijks herzien waardoor deze, voor de respectievelijke indicatoren, kan wijzigen. De mortaliteitsindicatoren zijn grijs gemarkeerd (cf. tabel 1) omdat ze wel opgenomen worden in de set van 2018 maar nog niet in aanmerking komen voor het berekenen van de financiële beloning. De werkgroep P4Q is van mening dat dit de beste werkwijze is en beargumenteert dit door te stellen dat de huidig beschikbare MZG-gegevens om mortaliteitsindicatoren te berekenen onvoldoende recent zijn. Daarom is het beter om te wachten op meer recente MZG-gegevens voor het berekenen van een financiële beloning. Van zodra mortaliteitsindicatoren kunnen worden berekend met MZG-data vanaf 2018 (voor data vanaf 2016), zullen deze wel worden meegenomen voor het berekenen van de financiële beloning. Dit kan ten vroegste vanaf 2020 aangezien er verschillende jaren moeten worden gebundeld om de indicatoren op voldoende volumes van opnames te berekenen. De werkgroep P4Q uit de bezorgdheid dat MZG-data onvoldoende valide zijn om een P4Q-financiering op te enten. Het zijn momenteel echter de enig beschikbare nationale data m.b.t. ziekenhuismortaliteit. In de toekomst kunnen, naast MZG-data, ook andere gegevensbronnen worden gebruikt, zoals bv. de IMA-data voor heropnames en de data van het kankerregister voor rectumkanker (bv. 90 dagen postoperatieve mortaliteit). Door mortaliteitsindicatoren op te nemen in de set van 2018 wordt het belang ervan aangegeven en wordt het signaal gegeven dat ze een belangrijke triggerfunctie hebben. Van de ziekenhuizen wordt verwacht dat mortaliteitsratio s intern verder geanalyseerd worden en dat verbeterstrategieën worden opgestart. Om ziekenhuizen hierin te ondersteunen dient een specifiek programma te worden ontwikkeld met een aantal bruikbare instrumenten en tools om verbeterinitiatieven te initiëren. Dit programma zou een vervolg kunnen zijn op het ondersteuningsprogramma dat aan de ziekenhuizen werd aangeboden tussen 2013 en 2017 (in het kader van de contracten kwaliteit en patiëntveiligheid). 4

5 In 2018 zijn geen punten te verwerven voor deze indicatoren aangezien de meest recente MZG data - van 2014 en vroeger - te gedateerd zijn om er uitspraken over te doen (cf. supra). In een latere fase zullen 20 punten voorbehouden worden voor de scores m.b.t. de geselecteerde mortaliteitsindicatoren. Tabel 1: P4Q-indicatorenset 2018 en het aantal te verwerven punten per domein en per indicator Ziekenhuisbrede indicatoren (55 punten) Pathologiegebonden indicatoren (25 punten) Structuur (35 punten) Proces/resultaat (20 punten) Proces (25 punten) Resultaat 0 punten in 2018 (20 punten in een latere fase) ISQua-accreditatiestatus die op datum van 1 januari 2018 van toepassing is (25/80 punten) Indicatoren antibioticaprofylaxe bij chirurgische interventies (10/80 punten) Deelname aan niet-verplichte en kwaliteitsbevorderende klinische registraties en/of het behalen van bepaalde kwaliteitslabels (5/80 punten) Patiëntenervaringen (20/80 punten) Indicatoren (borst)kanker Mortaliteitsindicatoren Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incident-meldingen dat conform gecodeerd is (15/80 punten) (5/80 punten) 5

6 A. ISQua-accreditatiestatus die op datum van 1 januari 2018 van toepassing is. In een ziekenhuisbrede ISQua-accreditatie wordt de reële zorgkwaliteit ziekenhuisbreed doorgelicht en afgetoetst aan omschreven hoogstaande (internationale) normen en standaarden. Het is een ingrijpende oefening die impact heeft op alle afdelingen en alle niveaus in het ziekenhuis. Zorginstellingen leveren grote inspanningen om een ISQUA-accreditatiecertificaat te behalen. Door het opnemen van accreditatie in de P4Q-indicatorenset worden ziekenhuizen die reeds een certificaat hebben behaald, beloond. Ziekenhuizen die nog in een voorbereidingstraject zitten, worden ermee gestimuleerd. Om ervoor te zorgen dat alle ziekenhuizen een beloning kunnen bekomen, worden de punten voor deze indicator toegekend volgens een getrapt systeem (cf. tabel 2). Tabel 2: aantal te verdienen punten met ziekenhuisbrede ISQua-accreditatie ISQua-accreditatie behaald die op 1 januari 2018 van toepassing is Proefaudit achter de rug door een ISQua-geaccrediteerde instantie uiterlijk op 1 januari 2018 Contract ondertekend met ISQua -geaccrediteerde instantie uiterlijk op 1 januari punten 15 punten 10 punten In 2018 wordt voor P4Q (nog) geen extra beloning voorzien voor ziekenhuizen die reeds meerdere ISQuaaccreditaties behaalden. Ziekenhuizen die een ISQua-accreditatie behaalden maar die niet meer geldig is op 1 januari 2018 en die niet wensen deel te nemen aan een vervolgcyclus kunnen voor deze indicator geen punten realiseren. De accreditatiestatus van ziekenhuizen is na te gaan bij de respectievelijke ISQua-geaccrediteerde instellingen en is informatie die publiek beschikbaar is. B. Deelname aan niet-verplichte en kwaliteitsbevorderende klinische registraties en kwaliteitslabels Niet-verplichte klinische registraties Klinische registraties kunnen een belangrijke rol spelen bij het verbeteren van de kwaliteit van de zorg in specifieke zorgdomeinen en worden onder meer gezien als een middel om kwaliteit van zorg te evalueren, feedback te geven en te krijgen, performantie te benchmarken en de variatie in praktijken te verminderen. Voor deze indicator komen enkel de niet-verplichte en kwaliteitsbevorderende klinische registraties in aanmerking. Registraties die door alle ziekenhuizen gebeuren, registraties die gebeuren in de context van een clinical trial en registraties die gekoppeld zijn aan een bepaalde RIZIV-conventie komen niet in aanmerking voor deze indicator. 6

7 In de huidige set van 2018 wordt enkel gekeken naar het deelnemen aan een klinische registratie als structuurindicator. Het is de bedoeling om op termijn na te kijken of deze klinische registers proces- of resultaatsindicatoren kunnen aanleveren. Integratie van deze klinische registers in Healthdata.be is hiervoor een vereiste. Uit onderstaande lijst (tabel 3) kunnen ziekenhuizen een keuze maken. Er wordt een zekere keuzemogelijkheid voorzien, omdat niet alle patiëntengroepen voorkomen in alle ziekenhuizen. Sommige registraties hebben betrekking op oudere data (bv. PROCARE, dat nog eenmalig kan gebruikt worden, vermits de laatste datacollectie dateert van 2014). In de toekomst zal de focus enkel liggen op recente(re) data maar de werkgroep P4Q is van mening dat het een goed signaal is om inspanningen die kwaliteitsbevorderend zijn, ook retroactief, te belonen. Tabel 3: lijst van niet-verplichte, kwaliteitsbevorderende klinische registraties Domein Registratie Bron Registratiejaar voor P4Q-financiering in Radiotherapie PRISMA-RT Belgium m.b.t. incident analyse in radiotherapiediensten PRISMA-RT Cardiologie STEMI-register (ST elevation myocardial infarction) Belgian Interdisciplinary Working Group on Acute Cardiology (BIWAC) Oncologie Baarmoederkanker EFFECT (EFFectiveness of Endometrial Cancer Treatment) Stichting Kankerregister (SKR) Oncologie Hoofd en Hals Orofarynxcarcinomen Stichting Kankerregister (SKR) Oncologie Rectumkanker Oncologie Hematologie PROCARE Stichting Kankerregister (SKR) 2014 Belgian Transplant Registry (BTR) Stichting Kankerregister (SKR) Puntprevalentiestudie GLOBAL-PPS (The Global Point Prevalence Survey of Antimicrobial Consumption and Resistance) BAPCOC Antibioticaprofylaxe Audit op medische dossiers BAPCOC

8 Omdat het risico bestaat dat in sommige ziekenhuizen onvoldoende patiëntengroepen uit bovenstaande lijst voorkomen (en de ziekenhuizen dus onvoldoende punten kunnen verwerven), worden ook kwaliteitslabels, die ziekenhuizen - op vrijwillige basis - kunnen behalen, aan deze indicator toegevoegd. Kwaliteitslabels Voor deze indicator werden drie labels geselecteerd (cf. tabel 4). Deze lijst is beperkt omdat het de enige drie labels bevat die beantwoorden aan de volgende criteria: het label is potentieel haalbaar voor de meeste ziekenhuizen (i.e. geen labels die zeer specifiek zijn voor zorgopdrachten die slechts in een (heel) klein aantal ziekenhuizen voorkomen) het label heeft een meerwaarde op vlak van kwaliteit en de inspanningen om het label te behalen zijn kwaliteitsbevorderend voor de patiëntenzorg het wel/niet hebben van het label is verifieerbaar aan het label is geen andere financiering gekoppeld Tabel 4: lijst van kwaliteitslabels Domein Label Bron Label van toepassing op 1 Moeder/kind 2 Gynaecologie en verloskunde Baby Friendly Hospital Initiative (BFHI-label) EBCOG (European Board & College of Obstetrics and Gynaecology) FOD Volksgezondheid 1 januari januari Borstkanker Breast Centres Certification ITALCERT (EUSOMA) escertification.com/ 1 januari 2018 In de toekomst kan gedacht worden aan bijkomende labels die nu nog in ontwikkeling zijn en die op termijn mogelijks interessant kunnen zijn mee op te nemen, zoals bv. het senior friendly hospital. Het al dan niet deelnemen aan een klinische registratie en het beschikken over een kwaliteitslabel kan worden opgevraagd bij de beheerder van de betreffende registratie of de organisatie die het label verstrekt. Aantal te verwerven punten voor deelname aan niet-verplichte klinische registraties en voor kwaliteitslabels Ziekenhuizen verwerven 1 punt per deelname aan een niet-verplichte klinische registratie uit de lijst en 1 punt per kwaliteitslabel uit de lijst. Het maximum aantal te verdienen punten kan voor deze indicator echter niet hoger zijn dan 5. 8

9 C. Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incidentmeldingen dat conform gecodeerd is Deze indicator is de enige patiëntveiligheidsindicator uit de set en past binnen de implementatie van een ziekenhuisbreed patiëntveiligheidsmanagementsysteem. De afgelopen 10 jaar hebben alle algemene en universitaire ziekenhuizen, via de federale contracten kwaliteit en patiëntveiligheid, veel geïnvesteerd om een dergelijk patiëntveiligheidsmanagementsysteem te implementeren. Concreet betekent dit: 1. de implementatie van een ziekenhuisbreed meld-en leersysteem met als doel om alle zorgverleners en, zo mogelijk ook patiënten, de mogelijkheid te geven om vrij en zonder restrictie een melding te doen over situaties die de patiëntveiligheid in het gedrang (zouden kunnen) brengen. 2. de toepassing van de WHO-taxonomie op alle incidentmeldingen. Dit houdt in dat elke incidentmelding ontleed wordt en volgens een internationaal en breed gedragen model geclassificeerd wordt (de WHO-taxonomie) 6. Daarbij worden een aantal onderliggende elementen op een zo uniform mogelijke wijze toegewezen aan vast overeengekomen klassen. 3. de data uit het meld-en leersysteem van de individuele ziekenhuizen te exporteren in een XMLbestand. Deze mogelijkheid werd door de FOD Volksgezondheid reeds voorzien in 2010 en elk ziekenhuis kan een exportrapport genereren. 4. de bedoeling van de export is dat incidentmeldingen van verschillende ziekenhuizen op een volledig geanonimiseerde wijze kunnen worden geaggregeerd om een gezamenlijke leermogelijkheid te bekomen: een ziekenhuis kan zich op het vlak van haar incidentmeldingspatroon vergelijken met de groep op een geaggregeerde database kan statistische analyse gebeuren. Dit kan ondermeer leiden tot het herkennen van specifieke aandachtspunten die op een hoger niveau kunnen worden aangepakt (b.v. incidenten met bepaalde groepen van geneesmiddelen of bepaalde medische materialen zoals b.v. chemopompen). Voor deze indicator zullen de resultaten van het exportrapport (punt 3) gebruikt worden. Deze indicator heeft dus niet de bedoeling om de prevalentie van incidenten na te gaan maar wel om een verdere stimulans te geven aan het systematisch en gestructureerd leren uit incidentmeldingen, zowel binnen het ziekenhuis als tussen ziekenhuizen onderling. Tabel 5: aantal te verwerven punten met het aanleveren van een XML bestand met conform gecodeerde incidentmeldingen (op basis van minimum 100 meldingen in het betreffende kwartaal) XML-bestand met 98 % conform gecodeerde incidentmeldingen XML-bestand met % conform gecodeerde incidentmeldingen XML-bestand met < 90% conform gecodeerde incidentmeldingen XML-bestand dat niet kan aangeleverd worden 5 punten 4 punten 3 punten 0 punten 6 9

10 De conformiteit van de coderingen van de incidentmeldingen is softwarematig te controleren en kan door elk individueel ziekenhuis worden uitgevoerd. Voor de eerste toepassing (2018) kunnen de ziekenhuizen deze indicator rapporteren voor een kwartaal naar keuze, maar niet minder recent dan 2017-Q1. Noot (cf. onderdeel E): indien het P4Q-budget voor 2018 wordt toegekend via het BFM juli 2018, dient de FOD volksgezondheid reeds te beschikken over deze gegevens in maart 2018 (i.e. dus het recentste kwartaal waarover kan gerapporteerd worden is 2017-Q4). Indien men recentere data wil gebruiken, zal de FOD dienen te opteren voor toekenning van het P4Q-budget 2018 via een inhaalbedrag in januari In de toekomst (vanaf 2019) is het wel de bedoeling om voor deze indicator een vaste meetperiode te bepalen. Ziekenhuizen belonen voor deze indicator is een verdere borging van eerder genomen FOD-initiatieven maar is tevens een voorbereidende stap om op termijn te kunnen deelnemen aan het FOD-project aggregation of adverse events i.s.m. Healthdata.be, dat als toekomstige indicator (bv. vanaf 2021) gepland wordt. D. Patiëntenervaringen Het meten van patiëntenervaringen is belangrijk. In Vlaanderen gebeurt dit door middel van de Vlaamse patiëntenpeiling, een instrument dat werd ontwikkeld door het Vlaams Patiëntenplatform. Een gevalideerde versie van deze vragenlijst is beschikbaar in het Frans maar deze wordt tot nu toe enkele gebruikt voor Franstalige patiënten die zijn opgenomen in Vlaamse ziekenhuizen. Ziekenhuizen in Wallonië en Brussel maken geen gebruik van deze vragenlijst. De meeste Franstalige ziekenhuizen werken voor de meting van patiëntenervaringen samen met Santhea of BSM-management 7, of organiseren de meting op autonome basis. In Vlaanderen maakt de indicator over patiëntenervaringen deel uit van het Vlaams indicatorenproject VIP 2. De resultaten worden, indien ziekenhuizen dit wensen, gepubliceerd op In het Franstalige landsgedeelte bestaat een dergelijk initiatief (nog) niet. Op termijn kan worden gestreefd naar één gemeenschappelijk systeem. Voor de Franstalige ziekenhuizen in Wallonië en Brussel is het PAQS (Plateforme pour l Amélioration continue de la Qualité des soins et de la Sécurité des patients), zoals VIP 2 in Vlaanderen, een drijvende kracht in het kwaliteitsbeleid van de ziekenhuizen. 7 BSM-management is een commerciële organisatie in Franstalig België die advies verleent aan en studies uitvoert voor ziekenhuizen en andere (commerciële en niet-commerciële) organisaties. Ze staan ook in voor opleiding met het oog op continue verbetering van activiteiten en processen binnen de respectievelijke organisaties waar ze mee samenwerken. BSM-management voert patiëntenbevragingen uit in 16 Waalse ziekenhuizen en analyseert de resultaten. 10

11 Deze platformen kunnen hierin een rol kunnen spelen, in samenwerking en in overleg met andere actoren zoals het VPP, het LUSS en Santhea. Het resultaat van de bevraging van patiëntenervaringen is immers sterk afhankelijk van de methode van bevragen en deze zou op termijn valide en uniform moeten zijn. In beide landsgedeelten worden momenteel verschillende schalen gehanteerd voor het meten van patiëntenervaringen (een 11-puntenschaal door het Vlaams Patiëntenplatform en een 5-puntenschaal door de organisaties Santhea en BSM-management). Omwille van deze methodologische verschillen en om ziekenhuizen te stimuleren in het peilen naar patiëntenervaringen werd een specifiek beloningssysteem ontwikkeld voor deze indicator (cf. tabel 6). De indicator wordt opgedeeld in een procesindicator (het al dan niet uitvoeren van de meting) en een resultaatsindicator (de positieve scores op twee geselecteerde items): Procesindicator: het uitvoeren van een meting van patiëntenervaringen op C- en D-diensten, waarbij minstens 300 vragenlijsten op jaarbasis beantwoord werden. o in 2018 worden ook de resultaten van de ziekenhuizen die patiëntenervaringen meten op autonome basis, zonder tussenkomst van een andere organisatie, weerhouden in de berekening van de indicator. Deze ziekenhuizen worden echter wel gestimuleerd om op termijn aan te sluiten bij initiatieven zoals de Vlaamse patiëntenpeiling, Santhea of BSM-management. o in 2018 wordt het uitvoeren van een meting van patiëntenervaringen beloond met 10 punten. Ziekenhuizen kunnen bijkomende punten (maximum 10) verwerven op de resultaatsindicator indien zij op de twee geselecteerde items een voldoende aantal positieve scores behalen. Resultaatsindicator: positieve scores op de twee items uit de metingen: o Welk cijfer zou u dit ziekenhuis geven voor deze opname? o Zou u dit ziekenhuis aanbevelen aan uw vrienden en familie? Voor elk item worden de scores berekend door het aantal respondenten met een positieve respons te delen door het totaal aantal respondenten (= % positieve respons per item). In de berekening van de positieve scores wordt rekening gehouden met de verschillen in meetschalen. De gehanteerde schalen zijn een 5-punt Likertschaal en een 11-punt Likertschaal. De Likertschaal is een intervalschaal waarbij respondenten op een continuüm aangeven in welke mate zij het eens of oneens zijn met elk van de uitspraken. Om de gelijkwaardige scores van de verschillende meetschalen te berekenen en de vergelijking tussen de verschillende meetschalen mogelijk te maken, dient voor de verschillende meetschalen telkens het middelpunt worden bepaald (cf. figuur 1). 11

12 Figuur1: berekening positieve scores 5-puntenschaal Middelpunt Percentage positieve respons 11-puntenschaal Middelpunt Percentage positieve respons Bij de 5-puntenschaal wordt het percentage positieve respons berekend op basis van het aantal respondenten dat hoger dan 3 scoort (scores 4 en 5). Bij een 11-puntenschaal wordt het percentage positieve respons berekend op basis van het aantal respondenten dat een score gaf hoger dan 6 (scores 7, 8, 9 en 10). De werkgroep is er zich van bewust en bekommerd over het risico dat ziekenhuizen een selectie kunnen maken van vragenlijsten met (enkel) positieve scores op beide items. Toch wordt deze indicator opgenomen van bij de start van P4Q, als signaal dat het bevragen van patiëntenervaringen een belangrijk element van kwaliteitsvolle zorg is maar met, voorlopig, een beperkt aantal punten voor de resultaatsscores op de patiëntenbevragingen. Op termijn wordt wel gestreefd naar een uniforme methodologie om een representatieve steekproef samen te stellen (en dan kan ook een groter deel van de P4Q-punten gerelateerd worden aan de behaalde resultaten op de patiëntenbevragingen). Voor toekomstige indicatorensets kan ook gedacht worden aan een indicator die weergeeft of er een procedure bestaat om de resultaten van de patiëntenbevraging ook werkelijk te benutten voor verbeterprocessen. 12

13 Tabel 6: aantal te verwerven punten met de indicator patiëntenervaringen Proces (o.b.v. minstens 300 vragenlijsten) Patiëntenervaringen worden gemeten op C-en D diensten binnen de vastgelegde periode Ja 10 punten Resultaat 60% % patiënten met een positieve respons op het item: Welk cijfer zou u dit ziekenhuis geven voor deze opname? % patiënten met een positieve respons op het item: Zou u dit ziekenhuis aanbevelen aan uw vrienden en familie? 5 punten 5 punten Neen 0 punten Positieve respons binnen de vastgelegde periode < 60 % en 50% < 50 % en 40% < 40% geen respons 3 punten 2 punten 1 punt 0 punten 3 punten 2 punten 1 punt 0 punten Voor de eerste toepassing (2018) kunnen de ziekenhuizen deze indicator rapporteren voor een kwartaal naar keuze, maar niet minder recent dan 2017-Q1. Noot (cf. onderdeel E): indien het P4Q-budget voor 2018 wordt toegekend via het BFM juli 2018, dient de FOD Volksgezondheid reeds te beschikken over deze gegevens in maart 2018 (i.e. dus het recentste kwartaal waarover kan gerapporteerd worden is 2017-Q4). Indien men recentere data wil gebruiken, zal de FOD dienen te opteren voor toekenning van het P4Q-budget 2018 via een inhaalbedrag in januari In de toekomst (vanaf 2019) is het wel de bedoeling om voor deze indicator een vaste meetperiode te bepalen. Het doel is om op termijn, bij voorkeur via een onafhankelijke partij, te evolueren naar een zuivere resultaatsindicator waarbij patiëntenervaringen bevraagd worden op basis van een representatieve steekproef. Op termijn zullen patiëntenervaringen (enquêtes van het type PREM of Patient Reported Experience Measures) op andere diensten dan C en D worden bevraagd en worden de resultaten ervan publiek gemaakt. PREMs zijn erop gericht patiënten te bevragen over objectiveerbare elementen die bijgedragen hebben tot hun ervaring in het ziekenhuis. Tevredenheidsenquêtes peilen eerder naar de subjectieve tevredenheid van de patiënten. De individuele tevredenheid is meer onderhevig aan factoren waarop het ziekenhuis en zijn zorgverstrekkers geen of weinig invloed hebben en geeft minder aanleiding tot concrete verbetervoorstellen in de zorg. 13

14 Op langere termijn zullen ook metingen van PROMs (Patient Reported Outcome Measurements) geïntegreerd worden als resultaatsindicator in het domein Patiëntenervaringen. Een PROM is een belangrijke indicator van kwaliteit van zorg en meet hoe patiënten (het effect van) de behandeling zelf ervaren. Er zijn vele meetinstrumenten ontwikkeld die de ervaren gezondheid, de kwaliteit van leven en het functioneren vanuit het perspectief van patiënten (en niet van de zorgverlener) meten. E. Klinische procesindicatoren: antibioticaprofylaxe bij chirurgische interventies Antibioticumbeleid en infectiebeheersing zijn fundamentele pijlers voor de kwaliteit van de zorg en dragen ook bij tot de veiligheid van de patiënt. De BAPCOC beleidsnota van definieerde voor de Belgische ziekenhuizen een continue opvolging van enkele kwaliteitsindicatoren, waaronder de indicatoren 'Keuze van antibioticum in het kader van chirurgische profylaxe'. Voor het programma P4Q 2018 werden, in samenspraak met de BAPCOC-experten de volgende indicatoren bepaald: Antibioticaprofylaxe bij: totale heupprothese (kan in de toekomst afgewisseld worden met totale knieprothese) colorectale chirurgie bij kwaadaardige tumoren alle electieve abdominale of vaginale hysterectomieën electieve vaatheelkunde implantatie van een (permanente) pacemaker Om deze indicatoren te berekenen wordt gebruik gemaakt van MZG en RIZIV-gegevens ( ). Beide databases werden gekoppeld op basis van de identificatiecode voor ziekenhuisverblijven door de Technische Cel FOD Volksgezondheid-RIZIV. Voor deze indicatoren zijn enkel data beschikbaar over de keuze van het antibioticum en de toegediende dosis per ziekenhuisverblijf. Er kunnen nog geen gegevens gegenereerd worden over het moment van toediening of de duurtijd van de toediening. Voor deze indicatoren wordt erover gewaakt dat de volumes (aantal ingrepen) voldoende groot zijn. Hiervoor worden de procesindicatoren antibioticaprofylaxe berekend over een periode van drie jaar ( ). F. Klinische procesindicatoren kanker In de P4Q-indicatorenset worden klinische procesindicatoren over borstkanker en andere procesindicatoren kanker opgenomen. De resultaten worden berekend door de SKR (Stichting Kankerregister). 14

15 Voor de klinische procesindicatoren borstkanker werd met klinische experten en het kankerregister een eerste selectie gemaakt op basis van gegevens Deze oefening heeft geresulteerd in de volgende indicatoren (indicatoren ook gebruikt door VIP² staan in het cursief): diagnostiek en stagïering: cytologische en/of histologische bepaling: % patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie cytologische en/of histologische bepaling van maligniteit plaatsvond voor de eerste chirurgie diagnostiek en stagïering: % patiënten gediagnosticeerd met een klinisch stadium (cstadium) I-III borstkanker bij wie mammo-en/ of borstechografie en/of NMR van de borst plaatsvond binnen 3 maanden vóór de eerste chirurgie, in aanwezigheid van neo-adjuvante therapie multidisciplinair oncologisch consult: % patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker die binnen 1 maand voor t.e.m. 2 maanden na incidentiedatum besproken werden op een multidisciplinair oncologisch consult behandeling/borstsparende chirurgie: % patiënten gediagnosticeerd met een klinisch stadium (cstadium) I of II borstkanker die borstsparende chirurgie (BSC) ondergingen, niet gevolgd door mastectomie binnen 6 maanden na BSC behandeling/adjuvante radiotherapie: % patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker die radiotherapie kregen na borstsparende chirurgie registratie: ongekend stadium: % geopereerde patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker, waarvoor het pathologisch stadium (pstadium) als ongekend geregistreerd staat bij de SKR indicator zonder target: behandeling: adjuvante chemo/hormonale therapie: % patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker die hormonale therapie kregen binnen 9 maanden na chirurgie Bovenstaande indicatoren worden in januari/februari 2018 opnieuw geëvalueerd op basis van de meest recente beschikbare data ( ) waarbij enkel indicatoren worden weerhouden met voldoende variabiliteit tussen de ziekenhuizen en voldoende verbeterpotentieel. Beide criteria zijn belangrijk voor een P4Q-programma. Voor de procesindicatoren borstkanker wordt een financiële beloning enkel berekend voor ziekenhuizen met een erkende borstkliniek of erkende satellietborstkliniek. Niet-erkende borstkankercentra kunnen voor deze indicatoren geen financiële beloning bekomen. Voor de andere klinische procesindicatoren kanker zijn, in overleg met de SKR, de volgende indicatoren bepaald (data ): % patiënten gediagnosticeerd met kanker, waarvoor het klinisch stadium (ctnm) als ongekend geregistreerd staat bij de SKR voor: o o o o o o rectumkanker prostaatkanker longkanker endometriumkanker hoofd-en halskanker invasieve borstkanker (enkel voor erkende centra) 15

16 Om een idee te hebben van de uitgebreidheid van de tumor wordt het ctnm-classificatie voor kwaadaardige tumoren gebruikt. De target van ctnm voor elk van deze tumoren ligt tussen de 0 en de 5 %. Echter voor endometriumkanker wordt ook het stadiëringssysteem van de Fédération Internationale de Gynécologie et d Obstétrique (FIGO) gebruikt naast de ctnm classificatie. De target voor het ontbreken van klinisch stadium voor endometriumkanker ligt eveneens tussen de 0 en de 5%, ongeacht of de ctnm stadiëring of de FIGO stadiëring wordt gebruikt. Het bepalen van het klinisch stadium is cruciaal voor het opstellen van een behandelplan. Het is geweten dat het klinisch stadium (ctnm) vaak gekend is maar niet wordt genoteerd of geregistreerd. Door deze indicator op te nemen in het P4Q-programma wordt in eerste instantie de kwaliteit van de data verbeterd, wat uiteindelijk ook de kwaliteit van de zorg ten goede komt. Met uitzondering van hoofd-en halskanker worden de bovenstaande kankers behandeld in de meeste algemene ziekenhuizen waardoor elk ziekenhuis (bij goede score) in aanmerking kan komen voor een P4Q-financiering. G. Aantal te verwerven punten voor klinische procesindicatoren antibioticaprofylaxe en kanker Het maximum aantal te behalen punten voor de klinische procesindicatoren antibioticaprofylaxe bedraagt 10 punten. Voor de klinische procesindicatoren kanker is dat 15 punten. De resultaten van de klinische procesindicatoren antibioticaprofylaxe en kanker worden voorgesteld met een funnel plot (trechtergrafiek) waarbij ziekenhuizen, die significant afwijken van het gemiddelde ziekenhuis, met een anoniem nummer zijn gepositioneerd (boven of onder de controlelimiet). Ter illustratie wordt hieronder de funnel plot weergegeven van de resultaten op de indicator antibioticaprofylaxe bij totale heupprothese (cf. grafiek 1). 16

17 Grafiek 1: antibioticaprofylaxe bij totale heupprothese gemiddelde ziekenhuis 5 punten 3 punten 0 punten Voor de procesindicatoren antibiotica profylaxe wordt de compliantie (in %) berekend. Ziekenhuizen worden in 3 groepen verdeeld, afhankelijk van de behaalde score: slecht, goed en excellent. Dit gebeurt op basis van een 99,8 % controlelimiet (dit is het 99.8 % exact betrouwbaarheidsinterval van een binomiaal verdeelde variabele). De referentie is het gemiddelde ziekenhuis. Datapunten die buiten de controlelimieten liggen, worden beschouwd als buiten de normale variatie rond het gemiddelde ziekenhuis en worden geklasseerd als excellent, indien boven of op de bovenste controlelimiet, of als slecht indien onder of op de onderste controlelimiet. Datapunten die binnen de controlelimieten liggen, worden beschouwd als binnen de normale variatie rond het gemiddelde ziekenhuis en worden geklasseerd als goed. De referentiewaarde van het gemiddelde ziekenhuis bedraagt 92,27 %. Een correctie voor SOI en jaar werd uitgevoerd bij de analyse. 17

18 Aangezien in de grafiek alleen de afwijkende ziekenhuizen (slecht of excellent) van een nummer voorzien zijn, worden aan elk ziekenhuis afzonderlijk zowel de compliantie als de klassering meegedeeld, na de berekening van de indicatoren. Ziekenhuizen kunnen per indicator 0, 3 of 5 punten per indicator verwerven, afhankelijk van het behaalde resultaat (slecht, goed of excellent) (cf. tabel 7). Tabel 7: Aantal te verwerven punten voor de indicator antibioticaprofylaxe bij totale heupprothese Ziekenhuizen met SCR de bovenste controlelimiet excellente compliantie 5 punten Ziekenhuizen met SCR binnen de controlelimieten goede compliantie 3 punten Ziekenhuizen met SCR de onderste controlelimiet slechte compliantie 0 punten Voor ziekenhuizen die niet actief zijn in alle pathologiegroepen, wordt een aangepaste berekening uitgewerkt. Indien een ziekenhuis een bepaalde pathologie niet behandelt, worden deze indicatoren niet meegenomen bij het berekenen van de score. De noemer zal dus herzien worden volgens het aantal indicatoren waarvoor het ziekenhuis KAN scoren. 18

19 IV. Advies van de werkgroep P4Q over het berekenen van de financiële beloning in 2018 A. Beschikbaar bedrag voor P4Q Het te verdelen financieringsbedrag voor de 102 algemene ziekenhuizen bedraagt ,00 euro in Elk ziekenhuis kan een deel van dit budget verwerven, op basis van de behaalde scores op de indicatoren uit de set Ziekenhuizen die slecht scoren worden niet bijkomend gepenaliseerd (d.w.z. geen reductie in andere onderdelen van BFM). Er zijn verschillende ziekenhuizen met één erkenningsnummer die verschillende sites omvatten. Het zou kunnen dat de resultaten tussen de verschillende sites van één ziekenhuis sterk verschillend zijn. De ziekenhuizen ontvangen de P4Q-financiering per erkenningsnummer. Een ziekenhuis wordt verondersteld eenzelfde beleid te voeren op elke campus van het ziekenhuis. B. Verdeling van het beschikbaar bedrag Idealiter zou de link tussen geleverde kwaliteit (behaalde P4Q-score) en financiering zo sterk mogelijk moeten zijn en zou het volledige P4Q-bedag gerelateerd moeten zijn aan de behaalde P4Q-score. Omdat de financiële beloning geleidelijk aan ingevoerd wordt, wordt voor 2018 een hybride systeem voorgesteld (geïnspireerd op de EPD-financiering). Dit wil zeggen dat het beschikbare bedrag van ,00 euro in de opstartfase van het P4Q-ststeem wordt opgedeeld in een vast gedeelte van 20 % en een variabel gedeelte van 80 %. Het vast gedeelte zal een vast bedrag zijn, uniform voor elk ziekenhuis, ongeacht de P4Q-score of de verantwoorde activiteit 8. Het variabel gedeelte wordt toegekend op basis van de scores per ziekenhuis, gewogen volgens de verantwoorde activiteit (cf. tabel 8). Tabel 8: verdeling beschikbaar bedrag ,00 EURO TOTAAL P4Q BEDRAG IN ,00 EURO totaal vast gedeelte (20% van het P4Q bedrag) ,19 EURO per ziekenhuis ,00 EURO variabel deel te verdelen over 102 ziekenhuizen, op basis van behaalde P4Q-score en verantwoorde activiteit De methode om de financiële beloning te berekenen kan jaarlijks worden herzien. Op termijn is het de bedoeling om het volledige P4Q-gedrag te relateren aan de behaalde P4Q-score. 8 Vanaf 1 juli 2017, wordt de berekening gerealiseerd waarbij met bed wordt bedoeld de verantwoorde bedden of erkende bedden voor de kenletters waarvoor geen verantwoorde bedden worden berekend of voor de ziekenhuizen bedoeld in artikel 33, 1 en 2. Het aantal verantwoorde bedden is dat gebruikt bij de vaststelling van het budget van financiële middelen van het betrokken dienstjaar en het aantal erkende bedden is datgene dat bekend is bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu op 1 januari van het betrokken jaar. 19

20 C. Berekening totaalscore Aangezien de gewichten rechtstreeks aan de indicatoren en de domeinen toegekend werden, volstaat het de punten per domein op te tellen om de totaalscore te bekomen per ziekenhuis (cf. figuur 2). In 2018 zijn in totaal 80 punten te verwerven. Van zodra een stimulus voor mortaliteitsindicatoren wordt toegekend, wordt het aantal te verwerven punten gelijk aan 100. Figuur 2: punten per domein en per indicator 20

21 D. Berekening bedrag financiële beloning per punt en per verantwoord bed Om de financiële beloning per ziekenhuis te kunnen berekenen, wordt een bedrag per punt en per verantwoord bed berekend. Dit gebeurt als volgt: Totaal te besteden bedrag (aantal verantwoorde bedden ZHi x totaalscore ZHi) = BEDRAG PER BED PER PUNT = Z Het bedrag per ZHi = Z x aantal verantwoorde bedden ZHi x totaalscore ZHi E. Uitbetaling P4Q-budget in het BFM van De toekenning aan de ziekenhuizen van het voorziene P4Q-budget voor 2018 kan op twee tijdstippen gebeuren. Via het BFM van 1 juli 2018 o Het P4Q-budget op 1 juli voor het tweede semester van 2018 wordt toegekend op 1 juli. Voor het eerste semester kunnen de ziekenhuizen geen P4Q-budget ontvangen (financieringsbesluit moet eerst gepubliceerd zijn). o Ziekenhuizen hebben mogelijks onvoldoende tijd om acties te ondernemen die nodig zijn om een goede score te behalen op bepaalde indicatoren uit de set; voor sommige indicatoren kunnen enkel gegevens gebruikt worden uit één of meerdere kwartalen van 2017 en het eerste kwartaal van o Omdat de FOD Volksgezondheid tijdig de nodige berekeningen moet kunnen doen, zijn de data van maart 2018 de meest recente data die kunnen worden gebruikt. Via inhaalbedragen in januari 2019 o Ziekenhuizen krijgen het P4Q-budget voor 2018 pas toegekend in het BFM van januari 2019, via inhaalbedragen. o Ziekenhuizen hebben voldoende tijd om initiatieven te nemen die een betere score toelaten op bepaalde indicatoren. o Voor sommige indicatoren kunnen gegevens gebruikt worden uit één of meerdere kwartalen van 2017 en de 2 eerste kwartalen van Bovenstaande scenario s zijn enkel van toepassing voor Vanaf 2019 zal de toekenning aan de ziekenhuizen telkens gebeuren via het BFM van 1 juli van het betreffende jaar. 21

22 V. Werkgroep P4Q Begin 2017 werd een werkgroep P4Q opgericht met experten van de administraties en uit de sector, onder het voorzitterschap van de FOD Volksgezondheid. Het kiezen van de leden en de voorzitter gebeurde in samenspraak met de beleidscel van Minister De Block. De taak van de werkgroep was, via een proces van co-creatie, een klankbord te zijn voor de betrokken stakeholders. De werkgroep P4Q komt maandelijks bij elkaar en heeft vergaderd op 26/1, 22/2, 16/3, 8/6, 29/6, 14/9, 19/10 en 16/11. De volgende vergaderingen zijn gepland op 14/12, 11/1, 8/2 en 8/3. Op korte termijn wordt een strategie uitgewerkt voor de opvolging, de implementatie en de evaluatie van het P4Q-programma. Tabel 9: leden van de werkgroep P4Q 1 Aelvoet Wim Cel kwaliteit en patiëntveiligheid van de FOD Volksgezondheid 2 Annemans Lieven UGent 3 Casselman Kristien Beleidscel Volksgezondheid en Sociale Zaken 4 Claesen Marlies Cel kwaliteit en patiëntveiligheid van de FOD Volksgezondheid 5 Crommelynck Anja Cliniques universitaires Saint-Luc, Bruxelles 6 De Toeuf Jacques BVAS-ABSyM 7 Geboers Marc Zorgnet/ICURO 8 Haelterman Margareta Hoofd van de cel kwaliteit en patiëntveiligheid, voorzitter van de werkgroep P4Q 9 Herbaux Denis Directeur PAQS 10 Jacques Jessica CHU de Liège 11 Kesteloot Katrien Beleidscel Volksgezondheid en Sociale Zaken 12 Marquet Kristel UHasselt - AZ Vesalius 13 Meeus Pascal RIZIV 14 Peleman Hilde Cel kwaliteit en patiëntveiligheid van de FOD Volksgezondheid 15 Ramaekers Dirk Hoofdarts Jessaziekenhuis KU Leuven 16 Vanhaecht Kris Leuvens Instituut voor Gezondheidszorgbeleid (LIGB) 17 Vlayen Annemie Cel kwaliteit en patiëntveiligheid van de FOD Volksgezondheid 18 Winnen Bert Kabinetschef Volksgezondheid en Sociale Zaken 22

P4P indicatorenset Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q.

P4P indicatorenset Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q. INDICATORFICHE Patiëntenervaringen P4P indicatorenset 2018 Basisfiche Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2018 Versie 5 Status Gevalideerd door de werkgroep P4Q Het meten van patiëntenervaringen

Nadere informatie

P4P indicatorenset 2019

P4P indicatorenset 2019 INDICATORFICHE Patiëntenervaringen P4P indicatorenset 2019 Basisfiche Domein Patiëntenervaringen/ Patiëntgerichtheid Datum April 2019 Versie 2 (2019) Status Gevalideerd door de Expertengroep Patiëntenervaringen

Nadere informatie

P4P-indicatorenset Pay for Performance programma voor algemene ziekenhuizen

P4P-indicatorenset Pay for Performance programma voor algemene ziekenhuizen P4P-indicatorenset 2019 Pay for Performance programma voor algemene ziekenhuizen 19 DECEMBER 2018 Inhoudsopgave 1. P4P-PROGRAMMA 2019... 2 1.1. Set 2019: indicatoren en puntenverdeling... 2 1.1.1. ISQua-accreditatiestatus

Nadere informatie

Pay for Performance-programma 2018 voor algemene ziekenhuizen. Begeleidende nota

Pay for Performance-programma 2018 voor algemene ziekenhuizen. Begeleidende nota Pay for Performance-programma 2018 voor algemene ziekenhuizen Begeleidende nota APRIL 2018 Inhoud I. Programma P4P voor algemene ziekenhuizen vanaf 2018... 2 II. Beschikbaarheid en (toestemming tot) opvragen

Nadere informatie

Pay for Performance-programma 2019 voor algemene ziekenhuizen Individuele feedback

Pay for Performance-programma 2019 voor algemene ziekenhuizen Individuele feedback Pay for Performance-programma 2019 voor algemene ziekenhuizen Individuele feedback ZIEKENHUIS: ALGEMEEN ZIEKENHUIS ST.-DIMPNA ERKENNINGSNUMMER (ERK): 709 IDENTIFICATIENUMMER (ID NUMMER) IN DE FUNNEL PLOTS:

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie. % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie. % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen P4P indicatorenset 2018 Domein Effectiviteit

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese % verblijven voor implantatie van een totale heupprothese waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij implantatie van een (permanente) pacemaker

Antibioticaprofylaxe bij implantatie van een (permanente) pacemaker INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij implantatie van een (permanente) pacemaker % verblijven voor een implantatie van een (permanente) pacemaker waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 75 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 78 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 85 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 16 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2007-2008) - Beschrijving

Nadere informatie

az groeninge scoort zeer goed op de borstkankerindicatoren uit VIP²

az groeninge scoort zeer goed op de borstkankerindicatoren uit VIP² az groeninge scoort zeer goed op de borstkankerindicatoren uit VIP² We zijn als ziekenhuis trots op onze goede resultaten, maar we hebben ook aandacht voor enkele punten waar we minder dan gemiddeld lijken

Nadere informatie

KCE Stichting KankerRegister

KCE Stichting KankerRegister Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg Centre fédéral d expertise des soins de santé Belgian Health Care Knowledge Centre KCE Stichting KankerRegister Een efficiënte samenwerking rond kwaliteit

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project VIP²: borstkankerindicatoren

Vlaams Indicatoren Project VIP²: borstkankerindicatoren Vlaams Indicatoren Project VIP²: borstkankerindicatoren Op initiatief van de Vlaamse Vereniging van Hoofdartsen, Icuro, Zorgnet Vlaanderen en de Vlaamse overheid, is het Vlaamse VIP 2 -indicatorenproject

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project VIP²

Vlaams Indicatoren Project VIP² Vlaams Indicatoren Project VIP² Op initiatief van de Vlaamse Vereniging van Hoofdartsen, Icuro, Zorgnet Vlaanderen en de Vlaamse overheid, is het Vlaamse VIP 2 -indicatorenproject opgericht. Samen met

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale knieprothese

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale knieprothese INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale knieprothese % verblijven voor implantatie van een totale knieprothese waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project

Vlaams Indicatoren Project Laarbeeklaan 101 1090 Brussel Borstkliniek Vlaams Indicatoren Project Borstkliniek VLAAMS INDICATOREN PROJECT - UZ BRUSSEL INLEIDING In het kader van het 'Vlaams Indicatoren Project, voor Patiënten en

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker ( ) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: Invasieve borstkanker (2009-2011) Individueel feedbackrapport Ziekenhuis 21 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker (2009-2011) - Beschrijving

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008)

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Algemene informatie In dit rapport vindt U de resultaten van de kwaliteitsindicatoren voor borstkankertumoren van AZNikolaas. Hierbij

Nadere informatie

INDICATORFICHE Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incidentmeldingen dat conform gecodeerd is

INDICATORFICHE Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incidentmeldingen dat conform gecodeerd is INDICATORFICHE Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incidentmeldingen dat conform gecodeerd is P4P indicatorenset 2018 Domein Patiëntveiligheid Datum Maart 2018 Versie 5 Status

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Handleiding bij: Individueel feedbackrapport

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) Handleiding bij: Individueel feedbackrapport KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Handleiding bij: Individueel feedbackrapport 1 Met dank aan: Op initiatief van: 2 Op initiatief van de Vlaamse Overheid, het Vlaams

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER (2007-2008) Handleiding bij fase 1: Validatie van de individuele resultaten

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER (2007-2008) Handleiding bij fase 1: Validatie van de individuele resultaten KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER (2007-2008) Handleiding bij fase 1: Validatie van de individuele resultaten 1 2 Op initiatief van de Vlaamse Overheid, de Vlaamse Vereniging van Hoofdartsen,

Nadere informatie

Toelichting bij de resultaten van het Vlaams Indicatoren Project (VIP²)

Toelichting bij de resultaten van het Vlaams Indicatoren Project (VIP²) Toelichting bij de resultaten van het Vlaams Indicatoren Project (VIP²) Resultaten behandeling borstkanker Recent werden de resultaten van het Vlaams Indicatoren Project (VIP²) gepubliceerd met betrekking

Nadere informatie

Vlaamse Kwaliteitsindicatoren. Moeder en Kind Dirk De Wachter TTP & Agentschap Zorg en Gezondheid

Vlaamse Kwaliteitsindicatoren. Moeder en Kind Dirk De Wachter TTP & Agentschap Zorg en Gezondheid Vlaamse Kwaliteitsindicatoren Moeder en Kind Dirk De Wachter TTP & Agentschap Zorg en Gezondheid Agenda Kwaliteitsindicatoren een gezamenlijk project Plaats in het kwaliteitslandschap De domeinen Het domein

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( )

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER ( ) KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER (2007-2008) Algemene informatie In dit rapport vindt U de resultaten van de kwaliteitsindicatoren voor borstkankertumoren van AZNikolaas. Hierbij

Nadere informatie

TECHNISCHE FICHES KWALITEITSINDICATOREN RECTUM-, PROSTAAT-, LONG-, ENDOMETRIUM- en HOOFD- en HALSKANKER ( )

TECHNISCHE FICHES KWALITEITSINDICATOREN RECTUM-, PROSTAAT-, LONG-, ENDOMETRIUM- en HOOFD- en HALSKANKER ( ) TECHNISCHE FICHES KWALITEITSINDICATOREN RECTUM-, PROSTAAT-, LONG-, ENDOMETRIUM- en HOOFD- en HALSKANKER (2013-2015) A. Inclusie- en exclusiecriteria voor deze studie Inclusiecriteria: Tumorspecifieke topografie-

Nadere informatie

Project Kwaliteitsindicatoren Borstkanker 2007-2008

Project Kwaliteitsindicatoren Borstkanker 2007-2008 Project Kwaliteitsindicatoren 2007-2008 De borstkliniek: Iedere nieuwe diagnose van een borsttumor dient door de borstkliniek te worden geregistreerd bij het Nationaal Kankerregister. Het Project Kwaliteitsindicatoren

Nadere informatie

ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE

ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID TWEEDE MEERJARENPLAN 2013-2017 Contract 2013 ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE Sp-ziekenhuizen 1 1. Inleiding Hierna volgt

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 1 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: BORSTKANKER Fase 1: validatie van de individuele resultaten Ziekenhuis 86 2 1. BESCHRIJVENDE STATISTIEK Tabel 1: Invasieve borstkanker en ductaal carcinoma in situ

Nadere informatie

Kwaliteitsindicatoren inzake borstkanker

Kwaliteitsindicatoren inzake borstkanker Kwaliteitsindicatoren inzake borstkanker Hieronder vindt u de resultaten van de Borstkliniek van az Sint-Blasius. De Borstkliniek werd opgestart in 2002 en behandelt jaarlijks ruim 200 nieuwe patiënten

Nadere informatie

Kwaliteitsindicatoren voor de opvolging van borstkanker (2007-2008).

Kwaliteitsindicatoren voor de opvolging van borstkanker (2007-2008). Kwaliteitsindicatoren voor de opvolging van borstkanker (2007-2008). Datum publicatie: 20/12/2013 Wanneer mensen met kanker af te rekenen krijgen, dan mogen ze terecht hopen op de best mogelijke zorg om

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project VIP²

Vlaams Indicatoren Project VIP² Vlaams Indicatoren Project VIP² Het initiatief voor het Vlaams Indicatoren Project VIP² gaat uit van de Vlaamse overheid, de Vlaamse vereniging van hoofdartsen en de ziekenhuiskoepels Zorgnet en Icuro.

Nadere informatie

Bevraging over het veiligheidsmanagementsysteem voor het jaar 2016

Bevraging over het veiligheidsmanagementsysteem voor het jaar 2016 Administratieve gegevens * Geef hieronder uw erkenningsnummer en de naam van uw ziekenhuis: * Naam en voornaam van de contactpersoon * Contactgegevens van de contactpersoon: E-mailadres Telefoonnummer

Nadere informatie

% incidentmeldingen dat conform gecodeerd is

% incidentmeldingen dat conform gecodeerd is INDICATORFICHE Implementatie van een patiëntveiligheidsmanagementsysteem: % incidentmeldingen dat conform gecodeerd is P4P indicatorenset 2019 Basisfiche Domein Patiëntveiligheid Datum April 2019 Versie

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN AGRESSIVITEIT

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN AGRESSIVITEIT SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN 2014-2015-2016 AGRESSIVITEIT 1 Inhoudstafel I. INLEIDING... 3 II. METHODOLOGIE... 3 STRUCTUURINDICATOREN... 3 PROCESINDICATOREN... 5 RESULTAATINDICATOREN...

Nadere informatie

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn :

De indicatoren omtrent borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn : Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project VIP²: Vlaamse Patiënten Peiling

Vlaams Indicatoren Project VIP²: Vlaamse Patiënten Peiling Vlaams Indicatoren Project VIP²: Vlaamse Patiënten Peiling Op initiatief van de Vlaamse Vereniging van Hoofdartsen, Icuro, Zorgnet Vlaanderen en de Vlaamse overheid, is het Vlaamse VIP 2 -indicatorenproject

Nadere informatie

Vragenlijst SAFE SURGERY voor het uitvoeren van een zelfevaluatie in contractjaar 2013

Vragenlijst SAFE SURGERY voor het uitvoeren van een zelfevaluatie in contractjaar 2013 Vragenlijst SAFE SURGERY voor het uitvoeren van een zelfevaluatie in contractjaar 2013 De vragen zijn opgedeeld in verschillende rubrieken en betreffen het thema safe surgery. Het is de bedoeling dat de

Nadere informatie

Centrale website zorgkwaliteit.be toont patiënten de resultaten van kwaliteitsmetingen in ziekenhuizen

Centrale website zorgkwaliteit.be toont patiënten de resultaten van kwaliteitsmetingen in ziekenhuizen PERSMEDEDELING VAN JO VANDEURZEN, VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN 4 juni 2015 Centrale website zorgkwaliteit.be toont patiënten de resultaten van kwaliteitsmetingen in ziekenhuizen

Nadere informatie

METEN, MONITOREN, EN (PROACTIEF) ANTICIPEREN

METEN, MONITOREN, EN (PROACTIEF) ANTICIPEREN METEN, MONITOREN, EN (PROACTIEF) ANTICIPEREN ondertitel Liesbet Van Eycken INHOUD > VIP² => Oncologie > Overzicht Kwaliteitsindicatoren Oncologie Meten Monitoring Anticiperen 4.12.14 Vlaams Indicatorenproject

Nadere informatie

BORSTKANKER INDICATOREN

BORSTKANKER INDICATOREN BORSTKANKER INDICATOREN Deze set van indicatoren geven de resultaten over borstkankerpatiëntes voor diagnose, behandeling en overleving. Het betreft geaggregeerde cijfers van 2007+2008 voor GZA Ziekenhuizen.

Nadere informatie

http://www.health.fgov.be/pls/apex/f?p=225:1:1754521204855099.

http://www.health.fgov.be/pls/apex/f?p=225:1:1754521204855099. STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID Het contract coördinatie kwaliteit en patiëntveiligheid 2013 wordt stilzwijgend verlengd voor een periode van 12 maanden

Nadere informatie

Bevraging over het veiligheidsmanagementsysteem voor het jaar 2017

Bevraging over het veiligheidsmanagementsysteem voor het jaar 2017 Administratieve gegevens * Geef hieronder uw erkenningsnummer en de naam van uw ziekenhuis: * Naam en voornaam van de contactpersoon * Contactgegevens van de contactpersoon: E-mailadres Telefoonnummer

Nadere informatie

Borstkanker B1: Bepalen van ER/PR/Her2/Neu. Definitie: Aandeel van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie

Borstkanker B1: Bepalen van ER/PR/Her2/Neu. Definitie: Aandeel van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie Borstkanker B1: Bepalen van ER/PR/Her2/Neu Definitie: Aandeel van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie systemische therapie (hormoon- en/of chemotherapie) voorafgegaan werd door

Nadere informatie

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID Het contract coördinatie kwaliteit en patiëntveiligheid 2013 wordt stilzwijgend verlengd voor een periode van 12 maanden

Nadere informatie

Vlaams Indicatorenproject VIP²: Kwaliteitsindicatoren Borstkanker

Vlaams Indicatorenproject VIP²: Kwaliteitsindicatoren Borstkanker Vlaams Indicatorenproject VIP²: Kwaliteitsindicatoren Borstkanker INDICATOR B1 Proportie van patiënten gediagnosticeerd met invasieve borstkanker bij wie een systeembehandeling voorafgegaan werd door ER/PR-

Nadere informatie

Meten van veiligheidscultuur in de Belgische ziekenhuizen 7de Limburgse Patiëntveiligheidssymposium 15 november, Atrium Heerlen

Meten van veiligheidscultuur in de Belgische ziekenhuizen 7de Limburgse Patiëntveiligheidssymposium 15 november, Atrium Heerlen Meten van veiligheidscultuur in de Belgische ziekenhuizen 7de Limburgse Patiëntveiligheidssymposium 15 november, Atrium Heerlen Annemie Vlayen annemie.vlayen@uhasselt.be UHasselt Patient Safety Group Inhoud

Nadere informatie

Borstkanker indicatoren - Resultaten voor

Borstkanker indicatoren - Resultaten voor Borstkanker indicatoren - Resultaten voor 2009-2011 AZ Sint-Jozef Malle maakt samen met AZ Klina Brasschaat deel uit van de Borstkliniek Voorkempen. Recent werden vanuit het Vlaams Indicatoren Project

Nadere informatie

Een meld- en leersysteem: stand van zaken

Een meld- en leersysteem: stand van zaken 1 Een meld- en leersysteem: stand van zaken M. Haelterman DG1 FOD VVVL margareta.haelterman@health.fgov.be 2 overzicht kort overzicht strategische beleidsnota participatie contract coördinatie kwaliteit

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN BORSTKANKER AZ KLINA

KWALITEITSINDICATOREN BORSTKANKER AZ KLINA KWALITEITSINDICATOREN BORSTKANKER AZ KLINA AZ Klina legt hierbij de resultaten voor van de tweede kwaliteitsmeting van onze borstkankerzorg. Deze resultaten werden in januari 2015 meegedeeld door het Kankerregister

Nadere informatie

Lentesymposium Dienst Orthopedie

Lentesymposium Dienst Orthopedie 1 Lentesymposium Dienst Orthopedie Kan meer met minder middelen? Naar meer performantie en kwaliteit van zorg in het gezondheidssysteem Zaterdag 23 maart 2013 De Montil (Essene) Decoster Christiaan Directeur-generaal

Nadere informatie

18 november Plateforme fédérale d hygiène hospitalière. Federaal Platform Ziekenhuishygiëne. Baudouin BYL Annette Schuermans Anne Simon

18 november Plateforme fédérale d hygiène hospitalière. Federaal Platform Ziekenhuishygiëne. Baudouin BYL Annette Schuermans Anne Simon 18 november 2015 Plateforme fédérale d hygiène hospitalière Federaal Platform Ziekenhuishygiëne Baudouin BYL Annette Schuermans Anne Simon Doelstellingen Communicatiekanaal en interface tussen de verschillende

Nadere informatie

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID Het contract coördinatie kwaliteit en patiëntveiligheid 2013 wordt stilzwijgend verlengd voor een periode van 12 maanden

Nadere informatie

Indicatoren in de oncologie: borstkanker. Liesbet Van Eycken Stichting Kankerregister

Indicatoren in de oncologie: borstkanker. Liesbet Van Eycken Stichting Kankerregister Indicatoren in de oncologie: borstkanker Liesbet Van Eycken Stichting Kankerregister Overzicht Introductie Methodologie Proces- en outcome-indicatoren Gegevensverzameling en analyse Resultaten Besluit

Nadere informatie

Complementariteit tussen federaal platform ziekenhuishygiëne en VIP2: samen voor een betere (hand)hygiëne Dr Michiel Costers BAPCOC

Complementariteit tussen federaal platform ziekenhuishygiëne en VIP2: samen voor een betere (hand)hygiëne Dr Michiel Costers BAPCOC Complementariteit tussen federaal platform ziekenhuishygiëne en VIP2: samen voor een betere (hand)hygiëne Dr Michiel Costers BAPCOC Resultaten ziekenhuisbrede indicator VIP 2 basisvereisten handhygiëne

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project VIP² GGZ: Vlaamse Patiënten Peiling psychiatrische afdeling

Vlaams Indicatoren Project VIP² GGZ: Vlaamse Patiënten Peiling psychiatrische afdeling Vlaams Indicatoren Project VIP² GGZ: Vlaamse Patiënten Peiling psychiatrische afdeling Het Vlaams Indicatorenproject voor Patiënten en Professionals in de Geestelijke Gezondheidszorg (VIP² GGZ) meet aspecten

Nadere informatie

INLEIDING kwaliteitsindicatoren.

INLEIDING kwaliteitsindicatoren. INLEIDING Om objectief zicht te krijgen op de resultaten en de geleverde kwaliteit van onze patiëntenzorg, heeft het A.Z. St.-Dimpna in 2013 besloten in het Vlaamse indicatorenproject voor patiënten en

Nadere informatie

Projectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie

Projectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie B Projectoproep Kankerplan Actie 24 : Wetenschappelijke analyse in de onco-geriatrie Inleiding Deze projectoproep kadert binnen de verderzetting van Actie 24 van het Kankerplan: Steun aan pilootprojecten

Nadere informatie

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID Het contract coördinatie kwaliteit en patiëntveiligheid 2013 wordt stilzwijgend verlengd voor een periode van 12 maanden

Nadere informatie

De indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn:

De indicatoren over borstkanker, die in kader van het VIP²-project worden opgevolgd zijn: Indicatoren VIP²-project Oncologie In België is, net als in Europa, borstkanker de meest voorkomende oorzaak van overlijden door kanker bij vrouwen (20,6 % van alle overlijdens ingevolge kanker). In 2009

Nadere informatie

Bevraging over de interne organisatie van het kwaliteits- en patiëntveiligheidsbeleid in Vlaamse ziekenhuizen

Bevraging over de interne organisatie van het kwaliteits- en patiëntveiligheidsbeleid in Vlaamse ziekenhuizen Universiteit Hasselt Onderzoeksgroep Patiëntveiligheid Faculteit Geneeskunde en Levenswetenschappen Faculteit Bedrijfseconomische Wetenschappen Bevraging over de interne organisatie van het kwaliteits-

Nadere informatie

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu DIRECTORAAT-GENERAAL ORGANISATIE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN BESTUURSDIRECTIE GEZONDHEIDZORGBELEID Vragen naar: J-P Gorissen : (02) 210.50.47 : (02) 210.64.00 : e-mail adres : JeanPierre.Gorissen@health.fgov.be

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018 Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2018 NBCA 2018.2 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 01-07-2016 2017.1 Aanpassingen conform indicatorendagen juli DICA 2016. Verwijderen

Nadere informatie

Uitleg over de interpretatie van de grafiek : De resultaten worden weergegeven via een trechtertechniek (= Funnel plot).

Uitleg over de interpretatie van de grafiek : De resultaten worden weergegeven via een trechtertechniek (= Funnel plot). Het H.-Hartziekenhuis scoort bij het Vlaams Indicatoren Project! Het initiatief voor het Vlaams Indicatoren Project (VIP²) gaat uit van de Vlaamse overheid, de Vlaamse vereniging van hoofdartsen en de

Nadere informatie

Kris Vanhaecht* Luk Bruyneel* Barbara Lommers

Kris Vanhaecht* Luk Bruyneel* Barbara Lommers Kris Vanhaecht* Luk Bruyneel* Barbara Lommers *Leuvens Instituut voor GezondheidszorgBeleid (LIGB), KULeuven Dienst Kwaliteit, UZ Leuven www.kuleuven.be/ligb Follow us on Twitter: @krisvanhaecht #QMBG

Nadere informatie

Accreditatiethema s in het tweede meerjarig programma kwaliteit en patiëntveiligheid

Accreditatiethema s in het tweede meerjarig programma kwaliteit en patiëntveiligheid Accreditatiethema s in het tweede meerjarig programma kwaliteit en patiëntveiligheid Dr. Margareta Haelterman - Hilde Peleman Infodag accreditatie GGZ - 6 mei 2015 Fotolia_21212138_M_NLshop 2 Fotolia_29175479_M_NLshop

Nadere informatie

STILZWIJGENDE VERLENGING VAN HET CONTRACT COÖRDINATIE KWALITEIT EN PATIËNTVEILIGHEID Het contract coördinatie kwaliteit en patiëntveiligheid 2013 wordt stilzwijgend verlengd voor een periode van 12 maanden

Nadere informatie

Samenvatting. Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting Samenvatting Dikkedarmkanker is een groot gezondheidsprobleem in Nederland. Het is de derde meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de tweede meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. In 2008

Nadere informatie

Evidence-based werken in het ziekenhuis, kan dat?

Evidence-based werken in het ziekenhuis, kan dat? Evidence-based werken in het ziekenhuis, kan dat? Prof Dr Dirk Ramaekers medisch directeur, Jessa Leuvens instituut voor gezondheidszorgbeleid, KU Leuven 14 maart 2019 Vraag: waar wordt er meest EB gewerkt?

Nadere informatie

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017

Factsheet Indicatoren NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017 Factsheet en NABON Breast Cancer Audit (NBCA) 2017 Registratie gestart: 2009 Datum Versie Mutatie Eigenaar 23-10-2017 2017.1 Vrijwillig/ verplicht toegevoegd DICA 27-11-2017 2017.2 Schrappen van indicatoren

Nadere informatie

METHODOLOGIE & TECHNISCHE FICHE KWALITEITSINDICATOR POSTOPERATIEVE MORTALITEIT RECTUMKANKER ( )

METHODOLOGIE & TECHNISCHE FICHE KWALITEITSINDICATOR POSTOPERATIEVE MORTALITEIT RECTUMKANKER ( ) METHODOLOGIE & TECHNISCHE FICHE KWALITEITSINDICATOR POSTOPERATIEVE MORTALITEIT RECTUMKANKER (2014-2016) A. In- en exclusiecriteria voor deze studie Inclusiecriteria: Patiënten gediagnosticeerd met een

Nadere informatie

Contract kwaliteit en patiëntveiligheid 2016 Sp-ziekenhuizen

Contract kwaliteit en patiëntveiligheid 2016 Sp-ziekenhuizen Administratieve gegevens * Selecteer hieronder het erkenningsnummer en de naam van uw ziekenhuis: * Naam en voornaam van de contactpersoon: * Contactgegevens van de contactpersoon: E-mailadres Telefoonnummer

Nadere informatie

Studie over de implementatie en het gebruik van de Safe Surgery Checklist in het operatiekwartier

Studie over de implementatie en het gebruik van de Safe Surgery Checklist in het operatiekwartier Studie over de implementatie en het gebruik van de Safe Surgery Checklist in het operatiekwartier Individuele feedback Ziekenhuis : AZ Monica Erkenningsnummer : 682 Contactpersoon : Greet.Peeters@azmonica.be

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER VERGELIJKING 2007-2008 met 2009-2011

KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER VERGELIJKING 2007-2008 met 2009-2011 KWALITEITSINDICATOREN VOOR ONCOLOGIE: INVASIEVE BORSTKANKER VERGELIJKING 2007-2008 met 2009-2011 Algemene informatie In dit rapport vindt U de resultaten van de kwaliteitsindicatoren voor borstkankertumoren

Nadere informatie

Feedback rapport Kwaliteitsindicatoren palliatieve zorg. Fictief voorbeeld feedbackrapport TEAM X

Feedback rapport Kwaliteitsindicatoren palliatieve zorg. Fictief voorbeeld feedbackrapport TEAM X Feedback rapport Kwaliteitsindicatoren palliatieve zorg Fictief voorbeeld feedbackrapport TEAM X Auteurs: Kathleen Leemans, Joachim Cohen Contact: kleemans@vub.ac.be 02/477.47.64 De indicatorenset is ontwikkeld

Nadere informatie

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG Ministerie van Volksgezondheid, Sociale Zaken, Leefmilieu Bestuur Gezondheidszorgbeleid Dinsdag 17 september 2002 Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG Prof. Dr. W. Sermeus Prof. Dr. L. Delesie K. Van den

Nadere informatie

Situering algemene en universitaire ziekenhuizen

Situering algemene en universitaire ziekenhuizen Situering Sinds 1 januari 2005 moet ieder Vlaams ziekenhuis een periodieke evaluatie maken van de kwaliteit van de zorgen in het eigen ziekenhuis. Dit staat beschreven in het kwaliteitsdecreet van 17 oktober

Nadere informatie

Workshop Global PPS on antimicrobial consumption and resistance

Workshop Global PPS on antimicrobial consumption and resistance INLEIDING CONFERENTIE Workshop Global PPS on antimicrobial consumption and resistance Nieuw strategisch plan BAPCOC 2015-2019 Christiaan Decoster Directeur-generaal Directoraat-generaal Gezondheidszorg

Nadere informatie

BasisFiche Keizersneden... 3. Beschrijving en Achtergrond van de Indicator... 3. Definitie... 3. Relatie tot Kwaliteit... 3. Technische Fiche...

BasisFiche Keizersneden... 3. Beschrijving en Achtergrond van de Indicator... 3. Definitie... 3. Relatie tot Kwaliteit... 3. Technische Fiche... Keizersneden Logo Quality Indicators Project Moeder & Kind TABEL 1 INFORMATIE Naam Keizersneden Domein Moeder & Kind Identificatie M&K004 Auteur Geert Van de Water Datum 4/10/2013 Versie 1 Status Publicatie

Nadere informatie

VISIE VAN DE VLAAMSE OVERHEID OP KWALITEITSMETINGEN IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG

VISIE VAN DE VLAAMSE OVERHEID OP KWALITEITSMETINGEN IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG VISIE VAN DE VLAAMSE OVERHEID OP KWALITEITSMETINGEN IN DE GEESTELIJKE GEZONDHEIDSZORG 8e Vlaams Geestelijke Gezondheidscongres 20 september 2016 Wilrijk - Antwerpen Dirk Dewolf Administrateur-generaal

Nadere informatie

/////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// / nota Onderwerp Veelgestelde vragen over de Vlaamse Patiënten Peiling in algemene ziekenhuizen Inhoud 1 Vragen met betrekking tot de vragenlijst 3 1.1 Is het zo dat de vragenlijst één en ondeelbaar is?

Nadere informatie

Vlaams Indicatoren Project VIP²: Veilige heelkunde

Vlaams Indicatoren Project VIP²: Veilige heelkunde Vlaams Indicatoren Project VIP²: Veilige heelkunde Op initiatief van de Vlaamse Vereniging van Hoofdartsen, Icuro, Zorgnet Vlaanderen en de Vlaamse overheid, is het Vlaamse VIP 2 -indicatorenproject opgericht.

Nadere informatie

FEEDBACKFICHE VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM VERSIE ACUTE ZIEKENHUIZEN

FEEDBACKFICHE VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM VERSIE ACUTE ZIEKENHUIZEN FEEDBACKFICHE VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM 2015-2016 VERSIE ACUTE ZIEKENHUIZEN Feedbackfiche met de resultaten zoals die werden gerapporteerd in de VMSbevragingen van 2015 en 2016. QS-Team Victor Hortaplein

Nadere informatie

NETWERK ORGANISATIEBEHEERSING: FOCUSSEN OP KLANTEN Case study: Zorg en Gezondheid kiest voor kwaliteit samen met de ziekenhuizen

NETWERK ORGANISATIEBEHEERSING: FOCUSSEN OP KLANTEN Case study: Zorg en Gezondheid kiest voor kwaliteit samen met de ziekenhuizen NETWERK ORGANISATIEBEHEERSING: FOCUSSEN OP KLANTEN Case study: Zorg en Gezondheid kiest voor kwaliteit samen met de ziekenhuizen VIP² Ziekenhuizen meten kwaliteit en patiëntentevredenheid. Met veel overleg

Nadere informatie

Goede scores voor het OLV Ziekenhuis

Goede scores voor het OLV Ziekenhuis Toelichting bij de resultaten van het OLV Ziekenhuis voor de kwaliteitsindicatoren van het Vlaams Ziekenhuisnetwerk Goede scores voor het OLV Ziekenhuis Het project Sinds enkele jaren is er meer aandacht

Nadere informatie

CoRPS. 'Cancer survivorship' onderzoek in Zuid Oost Nederland: van epidemiologische bevindingen naar interventies

CoRPS. 'Cancer survivorship' onderzoek in Zuid Oost Nederland: van epidemiologische bevindingen naar interventies 'Cancer survivorship' onderzoek in Zuid Oost Nederland: van epidemiologische bevindingen naar interventies Center of Research on Psychology in Somatic diseases Lonneke van de Poll Franse, Integraal Kankercentrum

Nadere informatie

KWALITEITSINDICATOREN BINNEN DE ALGEMENE ZIEKENHUIZEN

KWALITEITSINDICATOREN BINNEN DE ALGEMENE ZIEKENHUIZEN KWALITEITSINDICATOREN BINNEN DE ALGEMENE ZIEKENHUIZEN Het VPP neemt actief deel aan het Quality Indicators project van de Vlaamse overheid, de Vlaamse Vereniging van Hoofdgeneesheren en de ziekenhuiskoepels

Nadere informatie

FEEDBACKFICHE VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM VERSIE PSYCHIATRISCHE ZIEKENHUIZEN

FEEDBACKFICHE VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM VERSIE PSYCHIATRISCHE ZIEKENHUIZEN FEEDBACKFICHE VEILIGHEIDSMANAGEMENTSYSTEEM 2015-2016 VERSIE PSYCHIATRISCHE ZIEKENHUIZEN Feedbackfiche met de resultaten zoals die werden gerapporteerd in de VMSbevragingen van 2015 en 2016. QS-Team Victor

Nadere informatie

Technische fiche: indicatoren Relatieve vijfjaarsoverleving

Technische fiche: indicatoren Relatieve vijfjaarsoverleving Technische fiche: indicatoren Relatieve vijfjaarsoverleving Overzicht van de indicatoren Relatieve vijfjaarsoverleving voor alle patiënten Relatieve vijfjaarsoverleving voor patiënten die radicale resectie

Nadere informatie

Rapport Safe Surgery 2016

Rapport Safe Surgery 2016 Rapport Safe Surgery 2016 Kennis, attitude en druk bij het gebruik van de safe surgery checklist in Belgische Augustus 2017 Cel Kwaliteit en Patiëntveiligheid FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen

Nadere informatie

Nota bij de mededeling van het budget van financiële middelen op 1 januari 2018.

Nota bij de mededeling van het budget van financiële middelen op 1 januari 2018. Nota bij de mededeling van het budget van financiële middelen op 1 januari 2018. Ter inleiding Het doel van deze nota is alle informatie te bieden die nodig is voor een goed begrip van de bedragen die

Nadere informatie

Gebruik van PROM s in de zorg DE PATIENT CENTRAAL. Nierpatiënten Vereniging Nederland

Gebruik van PROM s in de zorg DE PATIENT CENTRAAL. Nierpatiënten Vereniging Nederland Gebruik van PROM s in de zorg DE PATIENT CENTRAAL 1 Gebruik van PROM s in de zorg PROM s vanuit patiëntenperspectief 31 maart 2017 Hans Bart Directeur NVN 2 Gebruik van PROM s in de zorg Prom s ontwikkeling

Nadere informatie