METHODEBERICHT. golf 5 (1996) Caroline Dewilde. Rudy Marynissen. Kristof Decoster. Prof. Dr. Thérèse Jacobs. April 1999

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "METHODEBERICHT. golf 5 (1996) Caroline Dewilde. Rudy Marynissen. Kristof Decoster. Prof. Dr. Thérèse Jacobs. April 1999"

Transcriptie

1 Caroline Dewilde Rudy Marynissen Kristof Decoster Prof. Dr. Thérèse Jacobs METHODEBERICHT golf 5 (1996) April 1999 Het Steunpunt Gezinsdemografisch Panel wordt gefinancierd in het kader van het programma Valorisatie van federale sociaal-economische databanken, Federale Diensten voor Wetenschappelijke, Technische en Culturele Aangelegenheden. Alle data van Wallonië en de meeste data van Brussel werden verzameld door het Waalse PSBH-team onder leiding van prof. Dr. B. Bawin (ULg).

2 Eerste druk: 1999 Gepubliceerd door Steunpunt Gezinsdemografisch Panel, Universiteit Antwerpen (U.I.A.), Universiteitsplein 1, 2610 Wilrijk (België) D/1999/7920/5 NUGI 651 ISBN

3 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 3 Inhoudstafel INHOUDSTAFEL 3 INLEIDING 5 DEEL I ONDERZOEKSMETHODE 7 1. ORGANISATIE VAN HET VELDWERK Bevragingsprocedure Resultaten RESPONS Demografische structuur van de steekproef in de vijfde golf (1996) Attritie en non-respons DE WEGING VAN HET PSBH-BESTAND Panel-opzet en representativiteit Beschrijving van de methode PSBH-weging Het gebruik van de gewichten Effecten van weging 64 DEEL II BESCHIKBARE INFORMATIE INLEIDING DE BASISBESTANDEN Structuur, sleutelvariabelen, naamgeving Feeding forward en variabelen / vragen databank 77 DEEL III INDICATOREN DE DAGELIJKSE LEEFWERELD: KENMERKEN VAN HUISHOUDENS Samenstelling huishoudens Woonindicatoren Welvaartsindicatoren WELZIJNSINDICATOREN Gezondheid Sociale integratie 89 BIBLIOGRAFIE 93

4 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 4

5 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 5 Inleiding De Panel Studie van Belgische Huishoudens is in 1999 aan de achtste bevragingsronde toe; er is een financiering voorzien voor nog minstens vier jaar werking. Het project blijft verankerd in de Federale Diensten voor Wetenschappelijke, Technische en Culturele Aangelegenheden (DWTC), met name in het AGORA-project. Deze institutionele inbedding zorgt ervoor dat de beginfilosofie van het project wordt bewaard en bevestigd. De steunpunt-gedachte omvat essentieel het gebruiksklaar maken van databanken en het beschikbaar stellen van deze gegevens voor wetenschappelijk onderzoek in een non-profit setting. Waar de andere DWTCsteunpunten werken met bestaande databanken, bestaat de opdracht van het Steunpunt Gezinsdemografisch Panel daarnaast ook uit het verzamelen van de gegevens. Voor onze bijdrage aan het European Community Household Panel worden we bijkomend ondersteund door EUROSTAT. Vele activiteiten die zich situeren tussen de dataverzameling en het aanbod van de informatie, en die doel hebben om de kwaliteit van de gegevens te verhogen en om het gebruik van de gegevens zo optimaal mogelijk te maken, worden niet gerapporteerd. Ze zijn nochtans onmisbaar. Het gaat bijvoorbeeld over het feit dat we inspanningen doen om systematisch gemaakte fouten in kaart te brengen en terug te koppelen aan de foutenbron; dit kunnen zowel de interviewers, de invoerders als de ontwerpers van de vragenlijsten zijn. Deze activiteit is een spin-off van de cleaning procedures die op elk bestand in verschillende etappes worden losgelaten. Het opsporen van fouten laat toe om te zoeken naar een systematiek in deze fouten. De koppeling van deze fouten aan de documenten maakt het mogelijk om de interviewer en de invoerder te identificeren, die zo hopen we kunnen leren uit de gemaakte systematische fouten. Tegelijkertijd is dit ook een kritisch evaluatie-instrument om ongelukkige formuleringen van vragen of verwarring scheppende lay-out in een volgende ronde te verbeteren. Zo is onze panelstudie op dit ogenblik tegelijkertijd een proces dat bouwt op herhaling én op continue verbetering. Het gaat ook over de hulpdocumenten die we aanmaken om de gebruiker te loodsen doorheen de verschillende onderzoeksgolven. Zo werd voor elke vraag de levensloop in de PSBH beschreven. Met behulp van dit instrument kan worden nagegaan in welke mate verschuivingen in de positie van de respondenten op een bepaalde vraag eventueel beïnvloed zijn door een verschuiving in de vraagstelling. Dit document is te vinden op onze website: Dit methodebericht is één van de instrumenten die ontwikkeld werden om de gebruikers van de PSBH-databank wegwijs te maken in de procedures die gevolgd worden bij de verzameling van de informatie en bij het uitwerken van de verscheidene hulpbronnen (weegfactoren, feeding forward variabelen, constructs) die de bruikbaarheid van de gegevens verhogen. De kwaliteit van de gegevensbank hangt af van de performantie van de ondervraging in elke golf. Methodebericht golf 5 geeft een zicht op de prestatie van Naast de indicatoren die reeds werden ontwikkeld in de vorige berichten, biedt dit rapport een nieuwe benadering van kwaliteitsevaluatie. In dit geval gaat het over de evaluatie van de gewichten.

6 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) was een zeer goed jaar. Op alle indicatoren wordt beter gescoord dan in de vorige jaren. Het niveau ligt zeer hoog. Na 5 jaar werkte nog steeds 63 % van de panelleden die konden bevraagd worden, effectief aan de studie mee. Van bijna 60 % van alle volwassen respondenten uit 1992 beschikken we over een complete set van 5 volwassenenlijsten en 5 huishoudenlijsten. Voor de komende projectperiode gaat onze aandacht uit naar het versnellen van het ritme waarmee de gegevens ter beschikking gesteld worden. Op dit ogenblik wordt de EUROSTATcleaning gestart voor de geïntegreerde gegevens van Het uitrekenen van de wegingscoëfficiënten voor de Vlaamse data van 1998 is opgestart. Dat houdt in dat de Vlaamse data van 1998 na de zomervakantie kunnen vrijgegeven worden. Het gaat daarbij over de oude panelsteekproef, aangevuld met ruim 800 nieuwe huishoudens. De structuur van het rapport is gelijk gebleven. In het eerste deel bespreken we de onderzoeksmethode met aandacht voor het veldwerk, de respons en de becijfering van de weegfactoren. Het tweede deel herhaalt hoe de bestanden in elkaar zitten, uiteraard aangepast aan de hier voorgestelde golf en het derde deel stelt opnieuw enkele analyses voor. Dit jaar ligt het accent op tijdreeksen en op de vergelijking tussen de regio s.

7 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 7 DEEL I ONDERZOEKSMETHODE 1. Organisatie van het veldwerk 1.1. Bevragingsprocedure De interviewers en supervisoren Net als de vorige jaren deed het UIA-team voor het afnemen van de vragenlijsten een beroep op het Interviewersnetwerk, een project van het Steunpunt Politiek Opinieonderzoek o.l.v. Prof. J. Billiet (KULeuven). De interviewers ingezet door het Ulg-team in Brussel werden gerekruteerd uit het netwerk dat gecoördineerd wordt door de Franstalige partner van het Steunpunt Politiek Opinieonderzoek, Prof F. Frognier (UCL). In Wallonië werden de interviewers geselecteerd door de medewerkers van het Steunpunt in Luik. Zowel het team van Antwerpen als dat van Luik deelden het onderzoeksgebied op in regio s. Aan het hoofd van elke regio staat een supervisor, die de brug vormt tussen het onderzoeksteam en de interviewers. Ook nu werd er in elke provincie een trainingssessie georganiseerd voor de interviewers. Hiertoe werd een Handleiding voor de interviewer geschreven. Alle nieuwe interviewers, met name zij die in de vorige onderzoeksgolf niet meewerkten, dienden na het afwerken van drie huishoudens het afgeleverde werk te bespreken met hun supervisor in het zogenaamde bijsturingsgesprek. In Vlaanderen werden er in de vijfde golf 87 interviewers ingezet, waaronder 12 nieuwe medewerkers. In Wallonië bedroeg het aal aantal interviewers 79, waarvan 16 personen voor het eerst meewerkten. De Brusselse huishoudens tenslotte werden bevraagd door 29 oude en 9 nieuwe interviewers. Om de vertrouwensrelatie met de panelleden optimaal te houden 1 wordt ernaar gestreefd zoveel mogelijk huishoudens jaarlijks door dezelfde interviewer te bevragen. Daarom hechten wij veel waarde aan een goed contact tussen het UIA-team en de interviewers. Ook na de vijfde golf werd er een debriefing georganiseerd, waarbij de interviewers bij een drankje en een hapje hun ervaringen konden uitwisselen. 1 Uit internationaal onderzoek blijkt immers dat de interviewer een cruciale rol speelt bij de panelbinding.

8 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 8 Tenslotte worden de panelhuishoudens ook op andere manieren aangemoedigd om te blijven meewerken. Zo ontvangen de respondenten na het afsluiten van de jaarlijkse onderzoeksronde een dankbrief, en wordt er tijdens de oudejaarsperiode voor een nieuwjaarskaartje gezorgd. Bij de aankondiging van de volgende ronde ontvangen de huishoudens een brochure, waarin de eerste resultaten van de vorige golf aan de hand van enkele eenvoudige analyses geïllustreerd worden. Naar aanleiding van het vijfjarig bestaan van het panel werden de meewerkende huishoudens in 1996 bovendien verrast met een cadeaucheque (350 BF). De bedoeling van al deze instrumenten is het versterken van de panelbinding. Opvolging van de huishoudens Algemeen wordt er in een panelstudie naar gestreefd een initiële steekproef op regelmatige tijdstippen, en op een min of meer uniforme wijze opnieuw te bevragen. Met betrekking de PSBH betekent dit dat de huishoudens - en de individuen binnen deze huishoudens -, die in de eerste golf een representatieve weergave van de Belgische bevolking vormden, het vertrekpunt zijn voor de jaarlijkse bevragingsronden. Huishoudens zijn evenwel dynamische eenheden, die in de loop der jaren heel wat veranderingen kunnen ondergaan: er kunnen zich afsplitsingen voordoen, de individuen die een stamhuishouden verlaten kunnen alleen gaan wonen, of ze kunnen een nieuw huishouden vormen met niet-steekproefpersonen 2, huishoudens kunnen verdwijnen door het overlijden van de leden, of door emigratie naar een land buiten de Europese Unie,... Hoewel de opvolging gerealiseerd wordt via de huishoudens biedt het huishouden op zich geen solide basis voor de koppeling van de verschillende golven. Als longitudinale analyse-eenheid ligt de nadruk dan ook op de panelleden, die elk jaar opnieuw bevraagd worden in de context van hun actuele huishoudelijke situatie. Om aan te tonen hoe dit gebeurt, worden in de volgende paragraaf de panelopvolgingsregels nog eens herhaald. De panelopvolgingsregels 3 In de vijfde PSBH-golf werd ernaar gestreefd alle steekproefpersonen die in golf 4 deel uitmaakten van een geïnterviewd huishouden opnieuw te ondervragen. Hierbij komen de steekproefpersonen wiens huishouden in de vorige golf niet bevraagd werd, omwille van noncontact, fysieke onmogelijkheid om te antwoorden of zachte weigering. Opvolging betekent dat men zowel in aanmerking komt voor het huishouden-interview als voor het persoonlijk interview, ongeacht de responsstatus van het persoonlijk interview in de vorige golven. De volgende categorieën van huishoudens werden in golf 5 niet meer gecontacteerd: 1. huishoudens die in golf 4 definitief weigerden mee te werken 2. huishoudens die in de twee vorige golven, 3 en 4, niet geïnterviewd werden 2 Steekproefpersonen: alle panelleden aanwezig in de eerste golf, en hun kinderen geboren in latere golven. Niet-steekproefpersonen: panelleden die geen deel uitmaken van de initiële steekproef, maar in latere golven deel uitmaken van een huishouden met minstens één steekproefpersoon. 3 Verma, 1995b.

9 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 9 3. huishoudens die tussen golf 4 en golf 5 verhuisden naar een land buiten de Europese Unie of die in hun geheel geïnstitutionaliseerd werden, worden niet meer bevraagd. Deze huishoudens moeten wel nog opgespoord worden met het oog op hun mogelijke opvolging wanneer ze in de toekomst opnieuw deel zouden uitmaken van de beoogde bevolking. 4. huishoudens die niet meer in aanmerking komen of niet meer bestaan. De volgende categorieën van personen werden uitgesloten: 1. personen die overleden zijn tussen golf 4 en golf 5, of op een andere manier niet meer in aanmerking komen 2. personen die tussen golf 4 en golf 5 verhuisden naar een land buiten de Europese Unie, of geïnstitutionaliseerd werden, moeten getraceerd worden. Personen die daarentegen verhuisden naar een collectief huishouden 4 zijn wel nog opgenomen in de beoogde onderzoeksgroep, maar worden beschouwd als een éénpersoonshuishouden en als dusdanig ook ondervraagd. Naast de hierboven afgebakende groep van steekproefpersonen, werden ook hun eventuele mede-huishoudleden, die niet-steekproefpersoon zijn, ondervraagd. Concreet was het dus de bedoeling alle personen van 16 jaar en ouder, die lid zijn van een huishouden dat een steekproefpersoon bevat, met een volwassenenlijst 5 te bevragen. Dit betekent met andere woorden dat wanneer er zich een afsplitsing voordoet enkel de steekproefpersonen gevolgd worden en samen met hun nieuwe huisgenoten aangezocht worden aan de studie mee te werken. Niet-steekproefpersonen worden bij een afsplitsing dus in principe niet verder gevolgd, en verdwijnen weer uit de steekproef. Personen die in golf 4 nog als kind beschouwd werden maar nu 16 jaar geworden zijn, vulden in 1996 voor de eerste keer een volwassenenlijst in. Kinderen (jonger dan 16 jaar) werden bevraagd met een kindlijst. Personen die geboren 6 werden tussen golf 4 en golf 5, als kind van een steekproefpersoon, worden eveneens als steekproefpersoon beschouwd. Personen die geïnstitutionaliseerd werden komen niet meer in aanmerking om een huishoudenlijst of volwassenenlijst in te vullen ze eventueel opnieuw deel uitmaken van een privaat huishouden, of er één vormen. Er is voor deze personen een vragenlijst van één bladzijde voorzien, die eventueel beantwoord mag worden door iemand uit de omgeving. Naast de individuele lijsten is er voor elk huishouden een contactenblad voorzien, waarop alle relevante informatie met betrekking de gezinssamenstelling geregistreerd wordt. Tenslotte is er ook nog de huishoudenlijst; deze wordt bij voorkeur afgenomen van de persoon die het best op de hoogte is van de situatie in het huishouden. 4 Collectieve huishoudens bestaan uit minimum vijf personen waartussen geen verwantschap bestaat. 5 Volwassenen die niet bereid zijn de uitgebreide lijst in te vullen kunnen eventueel bevraagd worden met een beknopte vragenlijst. 6 Of geadopteerd.

10 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) Resultaten De veldwerkperiode Net als vorig jaar slaagden we er in de vijfde golf opnieuw in het veldwerk grotendeels af te ronden in drie maanden: tegen eind juni was in Brussel reeds 94,2 % van de huishoudens geïnterviewd, voor Vlaanderen en Wallonië is dit respectievelijk 87,4 % en 88,5 %. De achterstand werd grotendeels ingehaald in de maanden juli, augustus en september zodat het veldwerk in oktober zo goed als afgerond was. Ook nu weer kende Brussel de snelste start: na één maand was reeds 41 % van de huishoudens bevraagd. Het absoluut aantal missing values ligt iets lager dan vorig jaar, maar blijft in dezelfde grootte-orde: 35 in Brussel, 11 in Vlaanderen en 69 in Wallonië. In grafiek 1 wordt voor de drie gewesten de spreiding van de laatste contactpoging over de maanden voorgesteld. Grafiek 1. Datum van de laatste contactpoging, naar gewest n huishoudens Brussel Vlaanderen Wallonië maand

11 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 11 Grafiek 2. Spreiding van het laatste contact, vergelijking tussen de golven (cumulatieve percentages) cumulatief percentage laatste contact maand Golf 1 Golf 2 Golf 3 Golf 4 Golf 5 In grafiek 2 wordt het verloop van het veldwerk in de verschillende golven met elkaar vergeleken. Hieruit kunnen we afleiden dat de goede prestatie van vorig jaar in de vijfde golf herhaald wordt, zij het niet werkelijk verbeterd. Hoewel het veldwerk in de maanden april en mei sneller opschoot, sleepte de afwikkeling iets langer aan dan in Deze laatste opmerking slaat evenwel op slechts 3 % van de geïnterviewde huishoudens. Het veldwerk Het contacteren van de huishoudens omvat verschillende stappen. In een eerste stap ontvangen de respondenten een introductiebrief. In deze brief wordt het onderzoek nog eens gesitueerd en worden de doelstellingen toegelicht. Ook wordt het telefonisch contact met of het bezoek van de interviewer aangekondigd. Tevens wordt er ieder jaar een brochure gemaakt, waarin de resultaten van de vorige golf aan de hand van enkele eenvoudige analyses gepresenteerd worden. In deze brochure komen verschillende thema s uit de vragenlijsten aan bod (gezinsinkomen, samenstelling huishoudens, woning, ontspanning, opleiding, beroep, gezondheid, waarden, luxe). In een tweede stap nemen de interviewers op het aangekondigde tijdstip contact op met de respondenten. Als men het huishouden al eens eerder geïnterviewd heeft kan dit telefonisch gebeuren, als het huishouden nieuw is voor de interviewer wordt er aangedrongen op een contactname aan de deur.

12 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 12 Het resultaat van deze contactpogingen wordt geregistreerd op het contactenblad. Wanneer het huishouden niet onmiddellijk gecontacteerd kan worden of niet direct medewerking bereid is, worden er van de interviewers tenminste vijf contactpogingen verwacht. In tabel 1 wordt de verdeling van het aantal contactpogingen naar gewest weergegeven. Hoewel de resultaten in de vijfde golf in grote lijnen overeenstemmen met de verdeling in de vorige golven, merken we in vergelijking met golf 4 toch een aantal verschuivingen op. Zo zien we dat de interviewers in Brussel op het eerste zicht opvallend meer huishoudens met een kleiner aantal contactpogingen konden bereiken (69,7 % éénmalige contacten in 1996 ten opzichte van 55,8 % in 1995). Om hieruit een sluitende conclusie af te leiden moeten we echter rekening houden met de respons ratio s; het is immers mogelijk dat deze stijging samenhangt met een hogere non-respons in Brussel. Wat betreft Vlaanderen zien we dat het aantal huishoudens met één contactpoging in ,3 % bedraagt, in vergelijking met de vierde golf een daling van ongeveer 5 %: het traditionele verschil in deelnamebereidheid tussen Wallonië en Brussel aan de ene kant, en Vlaanderen aan de andere wordt met andere woorden nog groter. Ruim een derde van de Vlaamse huishoudens moet drie keer of meer gecontacteerd worden, tegenover 13,5 % bij de Brusselse huishoudens en 12,5 % bij de Waalse. Tabel 1. Aantal contactpogingen in Brussel, Vlaanderen en Wallonië Aantal Brussel Vlaanderen Wallonië Contactpogingen Aantal % Aantal % Aantal % , , , , , , , , , , ,4 36 2,4 5 of meer 21 4,8 98 6,8 31 2,0 Totaal Missing Na een succesvolle contactname kunnen de vragenlijsten onmiddellijk afgenomen worden, of de interviewer kan een afspraak maken. Het is ook mogelijk de volwassenenlijsten bij de respondenten achter te laten om ze later ingevuld terug op te halen. Gezien de PSBH-studie vertrekt van een huishoudenkader is het in principe de bedoeling dat alle gezinsleden participeren, en dat er dus voor iedereen in het huishouden een volwassenenof kindlijst beschikbaar is. Het panel moet immers zowel op het niveau van de huishoudens als van de individuen een representatief beeld verschaffen van de Belgische bevolking. Hoewel er maar één volwassenenlijst naast het contactenblad en de huishoudenlijst vereist

13 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 13 is om een volledig huishoudendossier af te leveren worden de interviewers aangemaand zoveel mogelijk huishoudleden te interviewen. Dat deze aanpak vruchten afwerpt wordt duidelijk uit de cijfers voor de interne coverage van de steekproef. Zo blijkt dat in de vijfde golf 95,4 % van de volwassenen in de meewerkende huishoudens een volwassenenlijst ingevuld hebben, wat vergelijkbaar is met de interne coverage in In tabel 2 wordt de interne coverage bij de volwassenen opgesplitst naar gewest. Hieruit blijkt dat de interne coverage in 1996 in elk gewest nagenoeg stabiel is gebleven in vergelijking met de vorige golf. Ook bij de kinderen is de interne coverage voldoende hoog, al is er een achteruitgang ten opzichte van 1995: van 99 % naar 95 %. In tegenstelling de vorige golf vinden we hier ook enkele regionale verschillen (tabel 3): zo daalde de interne coverage bij de kinderen in zowel Brussel als Wallonië met respectievelijk 6,9 % en 7,9 %, terwijl er voor Vlaanderen een toename van 0,7 % genoteerd wordt. Tabel 2. Interne coverage: % volwassenenlijsten op het aantal volwassenen in de deelnemende huishoudens, naar gewest Resultaat volwassenen Brussel Vlaanderen Wallonië Aantal % Aantal % Aantal % Bevraagd , , ,2 Niet bevraagd 31 3, , ,8 Totaal Tabel 3. Interne coverage: % kindlijsten op het aantal kinderen in de deelnemende huishoudens, naar gewest Resultaat kinderen Brussel Vlaanderen Wallonië Aantal % Aantal % Aantal % Bevraagd , , ,0 Niet bevraagd 21 8,4 5 0,6 73 8,0 Totaal

14 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 14 De huishoudenlijst dient mondeling afgenomen te worden door de interviewer. De volwassenenlijsten mogen, naast het mondelinge interview, door de respondenten zelf ingevuld worden. Eventueel kunnen de volwassenenlijsten tegelijkertijd (in stilte) ingevuld worden, terwijl de interviewer de vragen mondeling toelicht. Gezien het persoonlijke karakter van de vragenlijsten en de delicate aard van een aantal vragen, is het gebruik van een proxy (iemand anders uit het huishouden) niet toegelaten bij het verzamelen van informatie over een bepaalde persoon. Wanneer we de wijze van invullen voor de volwassenenlijsten opsplitsen naar gewest (tabel 4), zien we dat ongeveer de helft van de vragenlijsten mondeling afgenomen wordt door de interviewer, de andere helft wordt ingevuld door de respondent zelf, al dan niet in aanwezigheid van andere leden van het huishouden. Het aantal respondenten dat de vragenlijst zelf invult ligt het hoogst in Vlaanderen en het laagst in Wallonië, al zijn de verschillen klein. Slechts in uitzonderlijke gevallen wordt er gebruik gemaakt van één of andere alternatieve methode, of wordt er beroep gedaan op een volmacht. Tabel 4. Wijze van invullen van de volwassenenlijst, naar gewest Wijze van invullen Brussel Vlaanderen Wallonië Aantal % Aantal % Aantal % Mondeling interview , , ,4 Respondent zelf ingevuld , , ,0 Andere methode 3 0,4 6 0,2 15 0,5 Gevolmachtigd interview 0 0,0 8 0,3 1 0,04 Totaal De gemiddelde tijd nodig voor het invullen van de volwassenenlijst (tabel 5) bedraagt 45 minuten, wat ongeveer overeenstemt met de duurtijd in de vierde golf (42 minuten). Wat betreft de opsplitsing naar gewest doet men er in Vlaanderen gemiddeld iets minder lang over dan in Brussel en Wallonië. Vooral het afnemen van een mondeling interview in Vlaanderen vereist minder inspanning (37 minuten). In Vlaanderen en Wallonië duurt het zelf invullen van de vragenlijst door de respondent ongeveer 7 minuten langer dan wanneer de interviewer de vragen overloopt; in Brussel bedraagt het verschil slechts 2 minuten.

15 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 15 Tabel 5. Gemiddelde duurtijd (in minuten) van de volwasseneninterviews, naar gewest en wijze van invullen Wijze van invullen Brussel Vlaanderen Wallonië Aantal Duur Aantal Duur Aantal Duur Mondeling interview min min min Respondent zelf ingevuld min min min Totaal De gemiddelde duurtijd voor het invullen van de huishoudenlijst (tabel 6) stemt in elk gewest overeen met de cijfers voor golf 4, en bedraagt voor het volledige bestand gemiddeld iets meer dan 21 minuten. Tabel 6. Gemiddelde duurtijd (in minuten) van het huishouden-interview, naar gewest Brussel Vlaanderen Wallonië Aantal Duur Aantal Duur Aantal Duur min min min

16 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) Respons Allereerst onderzoeken we de demografische structuur van het panel anno We controleren de verdeling van een aantal relevante demografische variabelen (leeftijd, geslacht, burgerlijke staat, gezinsgrootte en huishoudenpositie) en indien mogelijk verifiëren we in hoeverre de demografische opbouw van het panel overeenstemt met de opbouw van de bevolking 7. In de tweede paragraaf wordt de uitval tussen golf 4 en golf 5 op een meer systematische wijze geanalyseerd aan de hand van de Eurostat-respons ratiotabellen. Dit gebeurt op het niveau huishouden én individu Demografische structuur van de steekproef in de vijfde golf (1996) niveau van de huishoudens: In tabel 7 wordt de verdeling van de meewerkende huishoudens naar leeftijd van het gezinshoofd, en de gezinsgrootte, weergegeven. Ook de gewogen percentages worden vermeld. De verdeling van de huishoudens in de vijfde golf komt sterk overeen met deze in de vorige golven. Ook nu is het percentage alleenstaanden hoger in Brussel dan in de andere gewesten, vooral in de huishoudens met een gezinshoofd van jaar. Het aantal alleenstaande Brusselse gezinshoofden van 65 jaar en ouder kende tussen de vierde en de vijfde golf een toename van 1,1 %; het percentage alleenstaanden in de andere categorieën bleef vrijwel ongewijzigd. De modale gezinsvorm in elk gewest bestaat uit een huishouden van 2 4 personen, met een gezinshoofd van jaar. De waargenomen verdeling lijkt sterk op de gewogen verdeling. Wel blijkt het percentage alleenstaanden voor de twee oudste leeftijdsgroepen in elk gewest hoger te liggen na weging, wat wijst op een hogere non-respons in deze groep. Deze opmerking geldt ook voor de huishoudens van 2 4 personen met een gezinshoofd van 65 jaar en ouder in Vlaanderen en Wallonië. 7 NIS, 1996, Bevolkingsstatistieken

17 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 17 Tabel 7. Meewerkende huishoudens naar leeftijd gezinshoofd en gezinsgrootte in de PSBHdataset (golf 5) 65 jaar en meer Brussel Vlaanderen Wallonië N % %* N % %* N % %* 1 persoon 68 15,6 19, ,6 13, ,4 13,5 2-4 personen 52 11,9 11, ,2 14, ,4 13,3 > 4 personen 3 0,7 0,6 3 0,2 0,3 1 0,07 0, jaar 1 persoon 82 18,8 21, ,2 8, ,6 12,3 2-4 personen ,4 32, ,0 47, ,7 45,5 > 4 personen 38 8,7 7, ,0 9, ,7 8,1 Jonger dan 30 jaar 1 persoon 12 2,8 4,0 19 1,5 1,3 33 2,2 2,3 2-4 personen 22 5,0 4,1 81 6,2 4, ,8 4,9 > 4 personen 1 0,2 0,0 1 0,08 0,07 2 0,1 0,08 Totaal *Gewogen percentages Grootte van het huishouden Op het huishoudelijk niveau is het mogelijk de verdeling van de private huishoudens naar de grootte van het huishouden in de steekproef (gewogen en ongewogen), per gewest, te vergelijken met dezelfde verdeling in de ale bevolking, zoals geregistreerd door het NIS. Uit de grafieken 3, 4 en 5 kunnen we afleiden dat de steekproef, al dan niet gewogen, over het algemeen een vrij goede weerspiegeling vormt van het beoogde universum. Toch constateren we een paar verschillen tussen de verdeling van de private huishoudens in de PSBH-studie en de verdeling in de bevolking. Vooral in het Brussels gewest vallen de verdelingen niet steeds samen: zo valt onmiddellijk op dat de alleenstaande mannen ondervertegenwoordigd zijn in de steekproef, een tekort dat maar gedeeltelijk gecorrigeerd wordt door de wegingscoëfficiënten. Het probleem stelt zich, zij het in mindere mate, ook in Vlaanderen en Wallonië. De alleenstaande vrouwen zijn eveneens ietwat ondervertegenwoordigd in het panel, maar voor deze groep voldoen de wegingscoëfficiënten wel 8 : enkel in het Brussels gewest bedraagt de discrepantie tussen het gewogen percentage en het bevolkingscijfer iets 8 In een volgend wegingsmodel kan dit geslachtsverschil eventueel in rekening gebracht worden.

18 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 18 meer dan anderhalf procent. Een volgend verschil betreft de lichte oververtegenwoordiging van de gezinnen met vier personen. Ook hier is de afwijking het grootst in Brussel, en zijn de verschillen na weging maar gedeeltelijk weggewerkt. Verder ligt het aantal tweepersoonshuishoudens ongewogen iets te hoog, maar gewogen iets te laag in de Brusselse steekproef. Terwijl de ondervertegenwoordiging van de alleenstaanden in de steekproef verklaard kan worden door de hogere non-respons in deze groep, heeft de oververtegenwoordiging van de gezinnen met twee en vier personen wellicht te maken met de discrepantie tussen de wettelijke en de feitelijke realiteit. Het is immers mogelijk dat samenwonende jongvolwassenen officieel nog thuis wonen, terwijl zij in het panel als een afgesplitst huishouden beschouwd worden. De oververtegenwoordiging van de huishoudens met vier personen kan dan verklaard worden door de nieuw-samengestelde huishoudens gevormd door samenwonende gescheiden personen en hun kinderen; ook hier is het mogelijk dat de feitelijke situatie niet overeenstemt met de geregistreerde gegevens. Grafiek 3. Meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en private huishoudens in de bevolking (NIS) naar grootte van het huishouden (Brussel) percentages Brussel ongewogen (%) Brussel gewogen (%) Brussel % bevolking (NIS) man alleen vrouw alleen 2 pers 3 pers 4 pers 5 pers 6 pers 7 pers grootte van het huishouden 8 pers of meer

19 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 19 Grafiek 4. Meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en private huishoudens in de bevolking (NIS) naar grootte van het huishouden (Vlaanderen) 35 percentages Vlaanderen ongewogen (%) Vlaanderen gewogen (%) Vlaanderen % bevolking (NIS) man alleen vrouw alleen 2 pers 3 pers 4 pers 5 pers 6 pers 7 pers grootte van het huishouden 8 pers of meer Grafiek 5. Meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en private huishoudens in de bevolking naar grootte van het huishouden (Wallonië) 35 percentages Wallonië ongewogen (%) Wallonië gewogen (%) Wallonië % bevolking (NIS) man alleen vrouw alleen 2 pers 3 pers 4 pers 5 pers 6 pers 7 pers grootte van het huishouden 8 pers of meer

20 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 20 niveau van de individuen: leeftijd In de grafieken 6, 7 en 8 worden de individuen in de meewerkende huishoudens opgesplitst naar leeftijd en vergelijken we de gewogen en de ongewogen verdeling in de steekproef met de verdeling in de bevolking. Kanttekening hierbij is dat de NIS-cijfers gelden voor de ale bevolking, terwijl enkel individuen in private huishoudens in aanmerking komen om in de PSBH-studie opgenomen te worden. We kunnen dus verwachten dat de bejaarden, die verhoudingsgewijs meer in een instelling opgenomen zijn, ietwat ondervertegenwoordigd zullen zijn in de steekproef. Uit de grafieken blijkt echter dat dit enkel in Wallonië duidelijk het geval is. Over het algemeen kunnen we vaststellen dat de verdeling in de steekproef zowel gewogen als ongewogen sterke gelijkenissen vertoont met de bevolkingsverdeling door de schaal van de verticale as lijken de verschillen immers groter dan ze zijn. Ook in deze golf zien we opnieuw dat de kinderen (van 0 15 jaar) in de steekproef in elk gewest oververtegenwoordigd zijn met ongeveer 1 à 2 %. Wat betreft de kinderen jonger dan 5 jaar is dit enerzijds een logisch gevolg van de panelopvolgingsregels 9, maar anderzijds zien we dat deze oververtegenwoordiging in Brussel en Wallonië niet gecompenseerd wordt door de wegingscoëfficiënten. Bovendien zijn ook de oudere kinderen, die niet geboren werden in de loop van het panel, oververtegenwoordigd. Terwijl de jarigen ietwat ondervertegenwoordigd zijn, vinden we in elk gewest teveel individuen in de categorie van jaar terug. De jarigen zijn dan weer ietwat ondervertegenwoordigd in Vlaanderen en Wallonië. Al met al zijn de verschillen zoals reeds opgemerkt zeer klein, zodat we kunnen stellen dat de steekproef representatief is naar leeftijd. 9 Ieder nieuwgeboren kind met minstens 1 steekproefouder wordt immers als steekproefpersoon beschouwd.

21 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 21 Grafiek 6. Individuen in de meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en de ale bevolking naar leeftijd (Brussel) percentages Brussel ongewogen (%) Brussel gewogen (%) Brussel % bevolking (NIS) leeftijd Grafiek 7. Individuen in de meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en de ale bevolking naar leeftijd (Vlaanderen) percentages Vlaanderen ongewogen (%) Vlaanderen gewogen (%) Vlaanderen % bevolking (NIS) leeftijd

22 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 22 Grafiek 8. Individuen in de meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en de ale bevolking naar leeftijd (Wallonië) percentages Wallonië ongewogen (%) Wallonië gewogen (%) Wallonië % bevolking (NIS) leeftijd Geslacht In tabel 8 wordt de gewogen en ongewogen geslachtsverdeling van de individuen in de meewerkende huishoudens vergeleken met de verdeling in de bevolking. Hieruit blijkt dat het panel in elk gewest inzake geslacht een zeer representatieve weergave vormt van de Belgische bevolking. Tabel 8. Geslacht van de individuen in de meewerkende huishoudens (gewogen en ongewogen) en de ale bevolking, naar gewest Geslacht Brussel Vlaanderen Wallonië % %* % NIS % %* % NIS % %* % NIS Man 46,9 46,8 47,5 48,8 48,6 49,3 48,7 48,3 48,5 Vrouw 53,2 53,2 52,5 51,2 51,4 50,7 51,3 51,7 51,5 Totaal * Gewogen percentages

23 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 23 In tabel 9 wordt de verhouding tussen de geslachten voor de personen met een lijst 10 weergegeven over de golven heen. Uit de percentages blijkt dat het panel in de loop der jaren niet systematisch mannelijker of vrouwelijker is geworden. De cijfers vallen ook samen met de geslachtsverdeling in de ale bevolking volgens het NIS: 48,9 % van de Belgische bevolking is man, 51,1 % is vrouw. Tabel 9. Geslacht van de personen met ingevulde volwassenen- 5 onderzoeksgolven, ongewogen percentages of kindlijst in de Golf 1 Golf 2 Golf 3 Golf 4 Golf 5 Mannen 48,8 49,3 48,7 48,6 48,1 Vrouwen 51,2 50,7 51,3 51,4 51,9 Burgerlijke staat De volgende demografische variabele waarvan de verdeling in de steekproef getoetst wordt aan die van de bevolking is burgerlijke staat. De cijfers hebben betrekking op de personen van 16 jaar en ouder, en worden apart weergegeven voor mannen en vrouwen in elk gewest (grafiek 9-14). Over het algemeen valt de vergelijking tussen de ongewogen en gewogen verdeling in de steekproef, en de verdeling in de ale bevolking op basis van de NIS-cijfers positief uit: de verschillen bedragen meestal niet meer dan 1 à 2 percentagepunten. Toch zijn er aantal afwijkingen die ieder jaar terugkomen en dus blijkbaar niet gecorrigeerd worden door de wegingscoëfficiënten. Net zoals in de vorige golven zien we dat in elk gewest de ongehuwde mannen in de steekproef lichtjes ondervertegenwoordigd zijn. Deze verschillen tussen de steekproef en de bevolking worden niet altijd gecompenseerd door de wegingscoëfficiënten. Verder zien we dat het percentage gehuwden (gewogen en ongewogen) in de steekproef in de vijfde golf weerom iets hoger ligt dan in de bevolking, en dit in elk gewest én voor de beide geslachten. Een ander terugkerend fenomeen heeft betrekking op de ondervertegenwoordiging van de verweduwde vrouwen. In Brussel en Vlaanderen is er na weging geen verschil meer tussen de steekproef en de bevolking, in Wallonië is dit niet het geval. Het kleiner aantal weduwen in de steekproef kan wellicht verklaard worden door het feit dat enkel mensen in private huishoudens opgenomen worden in de PSBH-dataset. Bejaarde vrouwen in een instelling worden dus niet meer bevraagd met een volwassenenlijst. Een laatste afwijking betreft de lichte ondervertegenwoordiging van de echtgescheidenen bij de vrouwen in Brussel en de mannen in Vlaanderen. 10 Het betreft hier de personen waarvoor een individuele lijst beschikbaar is. In een meewerkend huishouden werden immers niet alle leden noodzakelijk ondervraagd, gezien één volwassenenlijst volstaat om een volledig huishoudendossier te bekomen. Wel ligt de klemtoon op het interviewen van zoveel mogelijk gezinsleden.

24 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 24 Grafiek 9. Mannen met een volwassenenlijst (gewogen en ongewogen) en de ale mannelijke bevolking naar burgerlijke staat (Brussel) percentages mannen ongewogen (%) mannen gewogen (%) mannen % bevolking (NIS) 0 ongehuwd gehuwd verweduwd gescheiden burgerlijke staat Grafiek 10. Vrouwen met een volwassenenlijst (gewogen en ongewogen) en de ale vrouwelijke bevolking naar burgerlijke staat (Brussel) percentages vrouwen ongewogen (%) vrouwen gewogen (%) vrouwen % bevolking (NIS) 0 ongehuwd gehuwd verweduwd gescheiden burgerlijke staat

25 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 25 Grafiek 11. Mannen met een volwassenenlijst (gewogen en ongewogen) en de ale mannelijke bevolking naar burgerlijke staat (Vlaanderen) percentages mannen ongewogen (%) mannen gewogen (%) mannen % bevolking (NIS) 0 ongehuwd gehuwd verweduwd gescheiden burgerlijke staat Grafiek 12. Vrouwen met een volwassenenlijst (gewogen en ongewogen) en de ale vrouwelijke bevolking naar burgerlijke staat (Vlaanderen) percentages vrouwen ongewogen (%) vrouwen gewogen (%) vrouwen % bevolking (NIS) 0 ongehuwd gehuwd verweduwd gescheiden burgerlijke staat

26 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 26 Grafiek 13. Mannen met een volwassenenlijst (gewogen en ongewogen) en de ale mannelijke bevolking naar burgerlijke staat (Wallonië) percentages mannen ongewogen (%) mannen gewogen (%) mannen % bevolking (NIS) 0 ongehuwd gehuwd verweduwd gescheiden burgerlijke staat Grafiek 14. Vrouwen met een volwassenenlijst (gewogen en ongewogen) en de ale vrouwelijke bevolking naar burgerlijke staat (Wallonië) percentages vrouwen ongewogen (%) vrouwen gewogen (%) vrouwen % bevolking (NIS) 0 ongehuwd gehuwd verweduwd gescheiden burgerlijke staat

27 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 27 Positie in het huishouden In tabel 10 worden de individuen in de meewerkende huishoudens per gewest opgesplitst volgens hun positie in het huishouden. De respondenten werden ingedeeld volgens de LIPROtypologie, maar ook dit jaar is het nog nodig een aantal extra categorieën te voorzien voor deze huishoudens waarvan we niet met zekerheid kunnen bepalen of er een huwelijksband is tussen de partners 11. Verder werd naast de categorie andere volwassene ook de categorie ander kind voorzien. De positie in het huishouden wordt bepaald aan de hand van de relatiematrix uit het contactenblad. De relatie tussen de betreffende huishoudleden is met andere woorden bepalend; dit heeft concreet als gevolg dat bijvoorbeeld een verweduwde bejaarde moeder met een inwonende ongehuwde dochter geclassificeerd wordt als het hoofd van een éénoudergezin; de dochter wordt beschouwd als kind in een één-oudergezin 12. Uit de resultaten blijkt dat de verdeling naar positie in het huishouden in de vijfde golf over het algemeen sterke gelijkenissen vertoont met de verdeling in de vorige golf. Enkele minimale veranderingen sinds de vorige golf zijn: de daling van het aantal gehuwden zonder kinderen in het Brussels gewest (van 13,4 % naar 11,8 %), de toename van het aantal samenwonenden zonder kinderen in Vlaanderen (van 1,7 % naar 2,5 %) en voor Wallonië de toename van het aantal gehuwden zonder kinderen (van 16,7 % naar 17,5 %). Verder stellen we nog vast dat het verschil tussen de ongewogen en de gewogen percentages het grootst is voor de Brusselse alleenstaanden, een aanwijzing voor de hogere non-respons in deze groep. Wat betreft de positie in het huishouden naar geslacht (tabel 11) zien we dat vooral vrouwen hoofd zijn van een één-oudergezin (4,1 % tegenover 0,5 % bij de mannen). Opvallend is verder dat voor de vrouwen het percentage alleenstaanden bijna 5 % hoger ligt dan het percentage alleenstaande mannen, ook na weging. Dit kan verklaard worden door de langere levensduur van vrouwen en het leeftijdsverschil tussen partners, wat maakt dat er in de oudere leeftijdscategorieën relatief meer alleenstaande vrouwen zijn. 11 In het contactenblad van golf 5 wordt immers geen onderscheid gemaakt tussen respondenten die samenwonen met een partner of echtgenoot, zodat we voor deze informatie beroep moeten doen op de informatie in de volwassenenlijsten. Hiervoor moet echter minstens één van de partners een lijst ingevuld hebben. Vanaf de volgende golf, golf 6, is dit euvel verholpen, en wordt het onderscheid echtgenoot/partner ook op het contactenblad aangehouden. 12 Dit geldt enkel als de moeder aangeduid werd als gezinshoofd; in deze gevallen waar de dochter het gezinshoofd is komt het huishouden terecht in de categorie andere. Een ander veel voorkomend alternatief gezinstype heeft betrekking op het samenwonen van zussen en/of broers.

28 Tabel 10. Individuen in de meewerkende huishoudens, naar huishoudenpositie en gewest, in de PSBH-dataset (golf 5) Positie in huishouden Kind één-oudergezin Brussel Vlaanderen Wallonië N % %* N % %* N % %* 45 4,3 3, ,2 2, ,5 5,7 Kind echtpaar ,3 23, ,0 29, ,7 25,7 Kind ongehuwd koppel 39 3,7 4,4 47 1,3 1, ,6 2,3 Hoofd één-oudergezin 29 2,8 2,3 73 2,1 1, ,3 3,2 Gehuwd met kinderen ,1 23, ,0 30, ,4 27,3 Gehuwd zonder kinderen Samenwonend met kinderen ,7 4,4 11,8 4, ,4 1,5 19,9 1, ,0 3,1 17,5 2,7 Samenwonend zonder kinderen 46 4,4 3, ,0 2, ,3 2,4 Alleenstaande ,5 19, ,4 9, ,6 11,1 Andere volwassene 5 0,5 0,6 37 1,0 0,9 55 1,4 1,1 Ander kind Paar met kinderen 6 2 0,6 0,2 0,7 0, ,1 0,06 0,1 0, ,2 0,3 0,1 0,07 Paar zonder kinderen 0 0,0 0,0 2 0,06 0,0 0 0,0 0,0 Kind van paar 2 0,2 0,2 1 0,03 0, ,3 0,1 Andere 25 2,4 1,6 24 0,7 0,7 44 Totaal * Gewogen percentages 1,1 0,7

29 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 29 Tabel 11. Individuen in de meewerkende huishoudens, naar positie in het huishouden en geslacht, in de PSBH-dataset (golf 5) Positie in huishouden Kind één-oudergezin Mannen Vrouwen N % %* N % %* 198 4,6 4, ,7 3,6 Kind echtpaar ,9 30, ,3 25,0 Kind ongehuwd koppel 92 2,1 1,8 96 2,0 1,9 Hoofd één-oudergezin 28 0,7 0, ,4 4,1 Gehuwd met kinderen ,9 29, ,3 27,6 Gehuwd zonder kinderen Samenwonend met kinderen ,4 2,4 18,9 2, ,4 2,3 17,7 2,1 Samenwonend zonder kinderen 147 3,5 2, ,0 2,4 Alleenstaande 290 6,7 8, ,2 13,2 Andere volwassene 36 0,9 0,7 61 1,4 1,1 Ander kind Paar met kinderen 7 8 0,2 0,2 0,1 0, ,3 0,2 0,2 0,08 Paar zonder kinderen 1 0,03 0,0 1 0,03 0,0 Kind van paar 8 0,2 0,09 8 0,1 0,05 Andere 30 0,6 0,5 63 1,4 1,1 Totaal * Gewogen percentages

30 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) Attritie en non-respons In tabel 12 wordt per golf een overzicht gegeven van het aantal meewerkende huishoudens (met huishoudenlijst), het aantal ondervraagde volwassenen (met volwassenenlijst) en het aantal ondervraagde kinderen (met kindlijst). Bijkomend is er ook voor een aantal huishoudens zónder huishoudenlijst, maar met ingevulde volwassenenlijsten voor alle in aanmerking komende huishoudleden, informatie beschikbaar. In golf 2 gaat het om 35 dergelijke huishoudens, in golf 3 en 4 vinden we respectievelijk 3 en 5 gevallen. In de vijfde golf is er slechts één huishouden met alle vereiste volwassenenlijsten, maar zonder huishoudenlijst. Tabel 12. Overzicht van het aantal ondervraagde huishoudens, volwassenen en kinderen Golf 1 Golf 2 Golf 3 Golf 4 Golf 5 Ondervraagde huishoudens Ondervraagde volwassenen Ondervraagde kinderen Attritie en non-respons op het niveau van de huishoudens Uit tabel 12 zouden we kunnen afleiden dat we tussen golf 4 en golf ( ) huishoudens verliezen, wat zou neerkomen op een non-respons van 3,8 %. De berekening van de longitudinale respons ratio s is echter niet zo eenvoudig: de bevolking in de Belgische private huishoudens, waarvan de PSBH-studie een weerspiegeling vormt, is immers een dynamisch gegeven: via afsplitsingen uit bestaande panelhuishoudens worden nieuwe huishoudens geboren, andere huishoudens houden op te bestaan omdat de leden geïnstitutionaliseerd werden of overleden zijn, of omdat een afgesplitst huishouden niet levensvatbaar blijkt te zijn en de steekproefpersoon terug in het oorspronkelijk panelhuishouden komt wonen, Bovendien verliezen we ook elk jaar een aantal eenheden. Sommige huishoudens zijn niet meer bereid om mee te werken, andere kunnen niet gecontacteerd worden of raken verloren. Een klein aantal huishoudens verhuist naar het buitenland, en behoort als dusdanig niet meer de Belgische bevolking in private huishoudens. In principe zouden migrerende huishoudens tussen landen die behoren het European Community Household Panel in het panel van het ontvangende land moeten opgenomen worden, maar nader order is dit nog niet het geval. Huishoudens die emigreren buiten de Europese Unie moeten enkel gevolgd worden, voor het geval ze ooit zouden terugkeren in de bevolking. Terwijl de emigratie van huishoudens uit de Belgische bevolking in kaart gebracht kan worden, is dit niet het geval met de immigratie van huishoudens.

31 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 31 Deze verschillende realiteiten worden in essentie bepaald door de panelopvolgingsregels, wat betekent dat de berekening van de longitudinale respons ratio s bepaald wordt door het steekproefdesign. Hiertoe ontwikkelde Eurostat (Verma, 1995a) een standaardset van kruistabellen die de prestaties in iedere golf op een gelijkvormige manier beschrijven voor elk land dat deel uitmaakt van het Europanel. Zowel op het huishoudelijk als op het individueel niveau kunnen vier performantieindicatoren geconstrueerd worden: de respons ratio voor de golf, de longitudinale follow-up ratio, de follow-up ratio en de ratio van de bereikte steekproefgrootte. Gezien het dynamisch en voortdurend veranderende karakter van huishoudens is het niet mogelijk of wenselijk echt longitudinale indicatoren te construeren. De nadruk ligt voor het huishoudelijk niveau dus op de prestaties voor paren van opeenvolgende golven. De Eurostat-tabellen vertrekken van het gegeven dat elke golf bestaat uit een set van huishoudens, die ontvangen werden uit de vorige golf en ter opvolging doorgestuurd worden naar de volgende golf. In de eerste reeks tabellen (tabel 13, 13a - 13d) wordt het steekproefresultaat in de huidige golf (golf 5) vergeleken met het steekproefresultaat in de vorige golf (golf 4). Deze tabel bevat, naast de huishoudens die doorgestuurd werden uit de vierde golf en de afgesplitste huishoudens tussen de vierde en de vijfde golf, ook de huishoudens die verder doorgestuurd zullen worden naar de zesde golf (aangeduid met een X). Huishoudens die in de vierde golf niet teruggevonden werden, definitief weigerden of niet meer in aanmerking komen werden niet doorgestuurd naar de vijfde golf en worden dan ook niet weergegeven in de tabel. De doorgestuurde huishoudens die in de vijfde golf vervolledigd werden worden meteen doorgestuurd naar de zesde golf. Ook de huishoudens die in de vijfde golf niet vervolledigd werden omwille van fysieke incapaciteit, non-contact of initiële weigering, maar wel geïnterviewd werden in de vorige golf, worden doorgestuurd naar de zesde golf. Huishoudens waarover in de vijfde golf geen informatie beschikbaar is of die definitief weigerden, worden niet meer opgevolgd in de zesde golf. Wat betreft de niet-geïnterviewde, maar doorgestuurde, huishoudens in de vierde golf wordt er een verdere opsplitsing gemaakt naar eindresultaat in de derde golf: de in de derde golf vervolledigde huishoudens (aangeduid met een C) die zowel in de vierde als in de vijfde golf niet konden geïnterviewd worden, worden niet meer doorgestuurd naar de zesde golf (aangeduid met een Z). De huishoudens (aangeduid met een NC) die zowel in derde als in de vierde golf niet geïnterviewd werden, waren sowieso al niet meer doorgestuurd naar de huidige golf. In tabel 13 wordt een overzicht gegeven van de respons ratio s op huishoudenniveau.

32 PSBH: Methodebericht golf 5 (1996) 32 Tabel 13. Respons ratio s voor interview huishoudens in golf 5 naar eindresultaat in golf 4 België Brussel Vlaanderen Wallonië 1. Respons ratio voor de golf Weigeringsratio Non-contact en andere 2a. Longitudinale follow-up ratio 2b. Follow-up ratio 3. Bereikte steekproefgrootte ratio 0,897 0,067 0,036 0,964 1,006 0,960 0,889 0,053 0,057 0,951 0,987 0,948 0,899 0,075 0,025 0,984 1,025 0,951 0,897 0,064 0,039 0,955 1,002 0,971 Een eerste indicator is de respons ratio voor de golf, die aangeeft welke proportie van de huishoudens die doorgestuurd werden van golf 4 naar golf 5, of ontstonden tussen beide golven, succesvol bevraagd werd. Huishoudens die niet meer in aanmerking komen of niet meer bestaan worden hierbij buiten beschouwing gelaten. Huishoudens die verhuisden naar een land buiten de Europese Unie of geïnstitutionaliseerd werden, worden enkel in de berekeningen opgenomen als hun adres bekend is. De respons ratio voor de golf bedraagt in de vijfde golf voor België 89,7 %, wat een beter resultaat is dan voor de vierde golf. De respons ratio voor de golf is voor Brussel gelijk aan 88,9 % (een stijging van meer dan 6,5 % in vergelijking met de vierde golf), in Vlaanderen en Wallonië zijn de cijfers respectievelijk gelijk aan 89,9 % en 89,7 %. De classificatie in tabel 13a-d maakt het mogelijk de non-respons op te splitsen naar oorzaak. De weigeringsratio ligt met 7,5 % het hoogst in Vlaanderen, en het laagst in Brussel (5,3 %). In Vlaanderen is slechts 2,5 % van de non-respons te wijten aan fysieke incapaciteit, noncontact en geen informatie, in Wallonië en Brussel is dit respectievelijk 3,9 en 5,7 %. De toename van de respons in vergelijking met vorig jaar kan vooral verklaard worden door een kleiner aantal weigeringen. De longitudinale follow up ratio geeft aan welke proportie van de huishoudens die ontvangen werden uit de vierde golf, in de huidige golf doorgestuurd wordt naar de zesde golf. Hoewel deze indicator geen rekening houdt met nieuw gevormde huishoudens of toevoegingen aan de steekproef, worden de huishoudens die niet meer in aanmerking komen of niet meer bestaan buiten beschouwing gelaten. Wanneer we de longitudinale follow up ratio voor de opeenvolgende golven met elkaar zouden vermenigvuldigen bekomen we een cumulatieve indicator van de attritie die zich heeft voorgedaan sinds de eerste golf-steekproef. Dergelijke indicator laat de nieuw gevormde huishoudens buiten beschouwing, maar houdt wel rekening met het verdwijnen van huishoudens (wanneer een huishouden bijvoorbeeld in zijn geheel geïnstitutionaliseerd wordt, of als alle leden overleden zijn), en geeft dan ook een indicatie van de representativiteit van de steekproef. De longitudinale follow up ratio is voor gans België gelijk aan 96,4 %, met een respons van maar liefst 98,4 % voor Vlaanderen. Ook voor deze indicator worden de prestaties van de vierde golf dus aanzienlijk verbeterd. In tegenstelling de longitudinale follow up ratio brengt de follow up ratio de nieuw gevormde huishoudens of de steekproeftoevoegingen wel in rekening. Deze indicator vergelijkt het aantal huishoudens dat doorgestuurd wordt naar de volgende golf met het aantal huishoudens dat ter opvolging ontvangen werd uit de vierde golf. Huishoudens die niet meer

Martine Verstreken. Winfried Ottoy. Rudy Marynissen. Prof. Dr. Dimitri Mortelmans METHODEBERICHT

Martine Verstreken. Winfried Ottoy. Rudy Marynissen. Prof. Dr. Dimitri Mortelmans METHODEBERICHT Martine Verstreken Winfried Ottoy Rudy Marynissen Prof. Dr. Dimitri Mortelmans METHODEBERICHT golf 9 (2000) Het Steunpunt Gezinsdemografisch Panel wordt gefinancierd in het kader van het programma Valorisatie

Nadere informatie

Sven De Bruyn. Prof. Dr. Thérèse Jacobs. Rudy Marynissen. Rudi Van Dam METHODEBERICHT. golf 3 (1994) November 1996

Sven De Bruyn. Prof. Dr. Thérèse Jacobs. Rudy Marynissen. Rudi Van Dam METHODEBERICHT. golf 3 (1994) November 1996 Sven De Bruyn Prof. Dr. Thérèse Jacobs Rudy Marynissen Rudi Van Dam METHODEBERICHT golf 3 (1994) November 1996 Het Steunpunt Gezinsdemografisch Panel wordt gefinancierd in het kader van het Programma Valorisatie

Nadere informatie

METHODEBERICHT. golf 4 (1995) Kristof Decoster. Prof. Dr. Thérèse Jacobs. Rudy Marijnissen. Elke Speltincx. Heleen Vanden Bergh.

METHODEBERICHT. golf 4 (1995) Kristof Decoster. Prof. Dr. Thérèse Jacobs. Rudy Marijnissen. Elke Speltincx. Heleen Vanden Bergh. Kristof Decoster Prof. Dr. Thérèse Jacobs Rudy Marijnissen Elke Speltincx Heleen Vanden Bergh METHODEBERICHT golf 4 (1995) Juli 1998 Het Steunpunt Gezinsdemografisch Panel wordt gefinancierd in het kader

Nadere informatie

METHODEBERICHT. golf 2 (1993) Prof. Dr. Thérèse Jacobs. Krista Berghs. Rudy Marijnissen. Mei 1995

METHODEBERICHT. golf 2 (1993) Prof. Dr. Thérèse Jacobs. Krista Berghs. Rudy Marijnissen. Mei 1995 Prof. Dr. Thérèse Jacobs Krista Berghs Rudy Marijnissen METHODEBERICHT golf 2 (1993) Mei 1995 Het Steunpunt Gezinsdemografisch Panel wordt gefinancierd in het kader van het Programma Valorisatie van federale

Nadere informatie

Gedrag & ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG 13/09/2012

Gedrag & ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG 13/09/2012 Gedrag & ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG 13/09/2012 VREG - Technisch rapport nr. I109 (ATec1428_I109_D) Dimarso N.V., opererend onder de commerciële

Nadere informatie

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging

Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de

Nadere informatie

4 BEPALEN VAN GEWICHTEN

4 BEPALEN VAN GEWICHTEN 4 BEPALEN VAN GEWICHTEN Van het totaal aantal huishoudens die uit het Rijksregister geselecteerd waren (zgn. bruto-steekproef), hebben er een aantal niet meegewerkt aan de enquête. Zulke non-respons veroorzaakt

Nadere informatie

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997.

Studiepopulatie. Gezondheidsenquête, België, 1997. In deze paragraaf worden een aantal kenmerken van de steekproef besproken. Het gaat om de volgende socio-demografische karakteristieken : verblijfplaats : per regio en per provincie; geslacht en leeftijd;

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

Gedrag en ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT

Gedrag en ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT Gedrag en ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT 10 september 2014 INHOUDSOPGAVE 1. TECHNISCH RAPPORT...3 1.1. Universum en steekproef...

Nadere informatie

Gedrag en ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT

Gedrag en ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT Gedrag en ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT 10 september 2014 INHOUDSOPGAVE 1. TECHNISCH RAPPORT...3 1.1. Universum en steekproef...

Nadere informatie

Gezinsenquête. 1. Situering

Gezinsenquête. 1. Situering Gezinsenquête 1. Situering De gezinsenquête is een schriftelijke enquête (postenquête) Bij gezinnen met kinderen tussen 0 en 25 jaar in het Vlaamse Gewest en Brussels Hoofdstedelijk Gewest Met vragen over

Nadere informatie

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden

Huishoudens die niet gecontacteerd konden worden 4.2. Participatiegraad Om de vooropgestelde steekproef van 10.000 personen te realiseren, werden 35.023 huishoudens geselecteerd op basis van het Nationaal Register. Met 11.568 huishoudens werd gepoogd

Nadere informatie

Gedrag & ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG 10/09/2013

Gedrag & ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG 10/09/2013 Gedrag & ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG 10/09/2013 VREG - Technisch rapport nr. I261 (ATec1416_I261_D) Dimarso N.V., opererend onder de commerciële naam

Nadere informatie

Panel Studie van de Belgische Huishoudens CONTACTENBLAD

Panel Studie van de Belgische Huishoudens CONTACTENBLAD Panel Studie van de Belgische Huishoudens CONTACTENBLAD De interviews zijn strikt vertrouwelijk! Gegevens mogen in geen geval aan derden worden bekendgemaakt! GOLF 2 W2ARCH (Archief) Panel Huishouden in

Nadere informatie

1e contact 2e contact 3e contact 4e contact 5e contact

1e contact 2e contact 3e contact 4e contact 5e contact IN TE VULLEN DOOR U.I.A. - PERSONEEL Panel Studie Belgische Huishoudens 1997 W6HHID Huishoudnr. CONTACTENBLAD GOLF 6 W6ARCH Archiefnr. Panelnummer Huishouden in golf 5 : W5HHID Nummer interviewer in golf

Nadere informatie

Bevolkingsstatistieken geven een eerste beeld van de levensloop en de levensomstandigheden van vrouwen en mannen in België.

Bevolkingsstatistieken geven een eerste beeld van de levensloop en de levensomstandigheden van vrouwen en mannen in België. 1 Bevolking Laatste update 2017 Inhoud 1.1 Leeftijdsverdeling... 1 1.2 Vruchtbaarheid... 2 1.3 Sterfte... 2 1.4 Levensverwachting... 3 1.5 Huwelijken en echtscheidingen... 4 1.6 Wettelijk samenwonen...

Nadere informatie

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen

Wonen zonder partner. Arie de Graaf en Suzanne Loozen Arie de Graaf en Suzanne Loozen In 25 telde Nederland 4,2 miljoen personen van 18 jaar of ouder die zonder partner woonden. Eén op de drie volwassenen woont dus niet samen met een partner. Tussen 1995

Nadere informatie

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau.

4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes. In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. 4.2. Evaluatie van de respons op de postenquêtes 4.2.1. Algemeen In dit deel gaan we in op de respons op instellingsniveau en op respondentenniveau. Instellingsniveau (vragenlijst coördinator) provincie,

Nadere informatie

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013

Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 2004/ 2013 Profiel van de UVW-WZ: vergelijking 24/ 213 Dienst Studies Studies@rva.be Inhoudstafel: 1 INLEIDING 1 2 METHODOLOGIE 1 3 PROFIEL VAN DE UVW-WZ IN 24 EN IN 213 VOLGENS HET GEWEST 2 3.1 De -5-jarigen die

Nadere informatie

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan

Demografische levensloop van jongeren na het uit huis gaan Carel Harmsen en Liesbeth Steenhof In dit artikel wordt de levensloop gevolgd van jongeren die in 1995 het ouderlijk huis hebben verlaten. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan de verschillen tussen herkomstgroeperingen.

Nadere informatie

CONTACTENBLAD GOLF 3

CONTACTENBLAD GOLF 3 Panel Studie Belgische Huishoudens 1994 CONTACTENBLAD GOLF 3 Panelnummer Huishouden : W2HHID Adres van het huishouden bij het vorige interview IN TE VULLEN DOOR U.I.A. - PERSONEEL Naam : Straat en huisnr.:

Nadere informatie

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten

Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten Huishoudensprognose 26 2: belangrijkste uitkomsten Elma van Agtmaal-Wobma en Coen van Duin Het aantal huishoudens blijft de komende decennia toenemen, van 7,2 miljoen in 26 tot 8,1 miljoen in 23. Daarna

Nadere informatie

2011/5 De (in)stabiliteit van huwelijken in België

2011/5 De (in)stabiliteit van huwelijken in België 2011/5 De (in)stabiliteit van huwelijken in België Martine Corijn D/2011/3241/020 Inleiding Het dalende aantal huwelijken en het stijgende aantal echtscheidingen maakt dat langdurende huwelijken soms minder

Nadere informatie

3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons)

3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) 3 NON-RESPONS 3.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) Een aantal huishoudens weigerden mee te doen aan de enquête of stuurden onvoldoende formulieren terug. In Tabel 1 geven

Nadere informatie

2.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons)

2.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) 2 Non-respons 2.1 Bereidwilligheid om vragenlijsten in te vullen (unit non-respons) Een aantal huishoudens weigerden mee te doen aan de enquête, of stuurden onvoldoende formulieren terug. In Tabel 1 geven

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2010 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2010 : Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 2010 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 2010 bestaat uit 10772 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van het vijfde leerjaar lager onderwijs tot het zevende

Nadere informatie

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011)

Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Onderzoek Verplaatsingsgedrag Vlaanderen 4.3 (2010-2011) Verkeerskundige interpretatie van de belangrijkste tabellen (Analyserapport) D. Janssens, S. Reumers, K. Declercq, G. Wets Contact: Prof. dr. Davy

Nadere informatie

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid

Samenvatting van de IMA-studie. Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid 1 Samenvatting van de IMA-studie Sociaaleconomisch profiel en zorgconsumptie van personen in primaire arbeidsongeschiktheid Het aantal arbeidsongeschikten alsook de betaalde uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid

Nadere informatie

WORKLESS HOUSEHOLDS IN VLAANDEREN Hoofdstuk 21

WORKLESS HOUSEHOLDS IN VLAANDEREN Hoofdstuk 21 WORKLESS HOUSEHOLDS IN VLAANDEREN Hoofdstuk 21 Seppe Van Gils De manier waarop individuele arbeidsmarktposities (werkzaam, werkloos of niet-beroepsactief) op gezinsniveau worden gecombineerd, kan belangrijke

Nadere informatie

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA

De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA De jonge uitkeringstrekkers ten laste van de RVA Vooraf Door de aanbevelingen van de Europese Unie is de aandacht momenteel vooral gericht op de werkgelegenheidsgraad van de oudere uitkeringstrekkers.

Nadere informatie

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR)

VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) 3 RIJBEWIJSBEZIT TABEL 1 VERDELING VAN PERSONEN VOLGENS RIJBEWIJSBEZIT (VANAF 6 JAAR) Cumulative Cumulative RYBEWYS Frequency Percent Frequency Percent ƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒƒ

Nadere informatie

1.1 Achtergrond. 1.2 Doelstelling van het onderzoek

1.1 Achtergrond. 1.2 Doelstelling van het onderzoek 1.1 Achtergrond Sinds 1994 voert de Vlaamse Overheid onderzoek uit naar het verplaatsingsgedrag van Vlamingen. Dit onderzoek wordt het Onderzoek VerplaatsingsGedrag of OVG genoemd. In het OVG worden een

Nadere informatie

Eerste Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek 2002 EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTEN ONDERZOEK CURAÇAO 2002

Eerste Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek 2002 EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTEN ONDERZOEK CURAÇAO 2002 EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTEN ONDERZOEK CURAÇAO 2002 1 INHOUDSOPGAVE Inleiding 3 Samenvatting 4 Bonaire 4 Curacao 4 Methodologie 4 Definities 5 Bonaire 6 I Werkenden 8 I.1 Geslacht 8 I.2 Leeftijd 9

Nadere informatie

Huishoudens in schuldbemiddeling: profielen en regionale verschillen

Huishoudens in schuldbemiddeling: profielen en regionale verschillen PERSONEN IN FINANCIËL E MOEILIJKHEDEN : PROFIELEN? Colloquium van het Observatorium Krediet en Schuldenlast, 5 december 2013, Brussel Huishoudens in schuldbemiddeling: profielen en regionale verschillen

Nadere informatie

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg Overzicht uitgeschreven huisartsen 1990-2015 NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg ISBN 978-94-6122-424-8 http://www.nivel.nl nivel@nivel.nl Telefoon 030 2 729 700 Fax 030 2 729 729

Nadere informatie

Arbeid en niet-arbeid bij personen met functiebeperkingen in de Panel Studie van Belgische Huishoudens

Arbeid en niet-arbeid bij personen met functiebeperkingen in de Panel Studie van Belgische Huishoudens 1 Arbeid en niet-arbeid bij personen met in de Panel Studie van Belgische Huishoudens Erik Samoy (PhD) Studiecel VFSIPH Brussel, juni 2001 1. De panel studie (PSBH) De PSBH startte in 1990 als een project

Nadere informatie

VOLTIJDS LOONTREKKEND DOOR HET LEVEN Hoofdstuk 21

VOLTIJDS LOONTREKKEND DOOR HET LEVEN Hoofdstuk 21 VOLTIJDS LOONTREKKEND DOOR HET LEVEN Hoofdstuk 21 Seppe Van Gils Kort samengevat In dit hoofdstuk volgen we de loopbaan van de voltijds en uit het tweede kwartaal van 1998 op tot en met het derde kwartaal

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 22 december 2015 Positieve arbeidsmarktevoluties in het derde kwartaal van 2015 De werkgelegenheidsgraad bij de 20- tot 64-jarigen bedroeg in het derde kwartaal van 2015 67,4% en steeg

Nadere informatie

De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis

De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis Oktober 2009 De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis De werkloosheid: moet het ergste nog komen? De uitzendarbeid en het aantal openstaande betrekkingen lopen weer terug Het

Nadere informatie

Uit huis gaan van jongeren

Uit huis gaan van jongeren Arie de Graaf en Suzanne Loozen Jaarlijks verlaten bijna een kwart miljoen jongeren het ouderlijk huis. Een klein deel van hen is al vóór de achttiende verjaardag uit huis gegaan. De meeste jongeren gaan

Nadere informatie

Evolutie van het aantal alleenwonenden in de volledige werkloosheid

Evolutie van het aantal alleenwonenden in de volledige werkloosheid Evolutie van het aantal alleenwonenden in de volledige werkloosheid 1 Inleiding Tijdens het laatste kwartaal 21 is het aantal alleenwonenden in de loop van de eerste vergoedingsperiode ( 1 jaar) aanzienlijk

Nadere informatie

Onderzoeksverantwoording Panel Fryslân

Onderzoeksverantwoording Panel Fryslân Onderzoeksverantwoording Panel Fryslân Steekproef en werving van een representatief internetpanel Fries Sociaal Planbureau 2017 Versie 1.0 Datum: Juni 2017 Auteur: Miranda Visser en Henk Fernee Voor aanvullende

Nadere informatie

Grote Woononderzoek Deelmarkten, woonkosten en betaalbaarheid

Grote Woononderzoek Deelmarkten, woonkosten en betaalbaarheid Grote Woononderzoek 2013 Deelmarkten, woonkosten en betaalbaarheid Kristof Heylen HIVA - KU Leuven Studiedag Wonen in Vlaanderen anno 2013. De resultaten van het grote woononderzoek 2013 Brussel, Vlaams

Nadere informatie

FOCUS : TOEKENNINGSDUUR

FOCUS : TOEKENNINGSDUUR FOCUS : TOEKENNINGSDUUR 2013.2 1 De toekenningsduur: een nieuwe variabele van de POD Maatschappelijke Integratie 1. INLEIDING Onderzoek naar toekenningsduur binnen de Belgische bijstand werd eerder door

Nadere informatie

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010

ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 26 november 2010 Meer personen op de arbeidsmarkt in de eerste helft van 2010. - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, 2 de

Nadere informatie

Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek Curacao 2009

Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek Curacao 2009 Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek Curacao Curacao: Fort Amsterdam; Tel.: 4611031/4626226 25Hinfo@cbs.an Bonaire: Kaya Governador Debrot 41; Tel.: 0717 676; 26Hcbs.bon@telbonet.an St.Maarten: W.G.Buncamperroad

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

Onderzoek Culturele Veranderingen in Nederland 2006

Onderzoek Culturele Veranderingen in Nederland 2006 /> I Onderzoek Culturele Veranderingen in Nederland 2006 24 augustus 2006, projectnummer Intomart GfK (13.849) Instructies Geachte interview(st)er, Hierbij treft u het materiaal voor het onderzoek aan.

Nadere informatie

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens

Jongeren en Gezondheid 2014 : Socio-demografische gegevens Resultaten HBSC 14 Socio-demografische gegevens Jongeren en Gezondheid 14 : Socio-demografische gegevens Steekproef De steekproef van de studie Jongeren en Gezondheid 14 bestaat uit 9.566 leerlingen van

Nadere informatie

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief

Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Samenvatting Autobiografisch geheugen in longitudinaal perspectief Stabiliteit en verandering in gerapporteerde levensgebeurtenissen over een periode van vijf jaar Het belangrijkste doel van dit longitudinale,

Nadere informatie

VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY. Onderzoeksverantwoording

VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY. Onderzoeksverantwoording VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY Onderzoeksverantwoording Dongen, januari 2003 Ond.nr.: 6168.kvdr/mv Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Methode van onderzoek

Nadere informatie

Bijlage bij hoofdstuk 15 van het Sociaal en Cultureel Rapport 2010

Bijlage bij hoofdstuk 15 van het Sociaal en Cultureel Rapport 2010 Bijlage bij hoofdstuk 15 van het Sociaal en Cultureel Rapport 2010 In deze bijlage wordt achtereenvolgens kort ingegaan op de verrichte analyses en de gebruikte bestanden en worden enige aanvullende resultaten

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014

PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 PERSBERICHT Brussel, 25 maart 2014 Geen heropleving van de arbeidsmarkt in 2013 Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten 4.530.000 in België wonende personen zijn aan het werk in 2013. Hun aantal

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015

PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 PERSBERICHT Brussel, 24 september 2015 Lichte daling werkloosheid Arbeidsmarktcijfers tweede kwartaal 2015 De werkloosheidgraad gemeten volgens de definities van het Internationaal Arbeidsbureau daalde

Nadere informatie

Toekomstverwachtingen van jongvolwassenen

Toekomstverwachtingen van jongvolwassenen Toekomstverwachtingen van jongvolwassenen Onderzoek in samenwerking met de Stichting P&V Rapport 1 Kort Technisch Verslag Toekomstonderzoek MARK ELCHARDUS & PETRUS TE BRAAK Vakgroep Sociologie, Onderzoeksgroep

Nadere informatie

Artikelen. Empty nest-moeders. Ingeborg Deerenberg en Anouschka van der Meulen

Artikelen. Empty nest-moeders. Ingeborg Deerenberg en Anouschka van der Meulen Artikelen Empty nest-moeders Ingeborg Deerenberg en Anouschka van der Meulen Jaarlijks komen ongeveer 8 duizend vrouwen in de fase van het empty nest : hun laatste of enig kind verlaat het ouderlijk huis.

Nadere informatie

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Brussels Gewest Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

Beroepsbevolking 2005

Beroepsbevolking 2005 Beroepsbevolking 2005 De veroudering van de beroepsbevolking is duidelijk zichtbaar in de veranderende leeftijdspiramide van de werkzame beroepsbevolking (figuur 1). In 1975 behoorde het grootste deel

Nadere informatie

Digitale (r)evolutie in België anno 2009

Digitale (r)evolutie in België anno 2009 ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 9 februari Digitale (r)evolutie in België anno 9 De digitale revolutie zet zich steeds verder door in België: 71% van de huishoudens in

Nadere informatie

H A N D L E I D I N G

H A N D L E I D I N G JOUW SUPERVISOR : NAAM :... ADRES :... TELEFOONNUMMER :... BEREIKBAAR :......... H A N D L E I D I N G voor d e i n t e r v i e w e r VOORJAAR 1993 (golf 2) VOORWOORD Deze handleiding is bestemd voor de

Nadere informatie

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft. ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 8 november 2006 1,9 miljoen Belgen hebben nog nooit een computer gebruikt; 2,6 miljoen Belgen hebben nog nooit op het internet gesurft.

Nadere informatie

Demografische evoluties in Vlaamse gezinnen vanaf 1970

Demografische evoluties in Vlaamse gezinnen vanaf 1970 Demografische evoluties in Vlaamse gezinnen vanaf 197 Edith Lodewijckx Departement Kanselarij en Bestuur, Studiedienst Vlaamse Regering 1 Vijftig jaar evolutie van huishoudens in Vlaanderen: 197-22. Edith

Nadere informatie

Europees Sociaal Onderzoek. Interviewerbriefing

Europees Sociaal Onderzoek. Interviewerbriefing Europees Sociaal Onderzoek Interviewerbriefing Wat is het ESS? Groot Europees onderzoek - 1e ronde in 2002, 2e in 2004, 3e in 2006 - Deelname van 24 landen: België, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland,

Nadere informatie

Veldwerkmonitoring in de survey Sociaal-Culturele Verschuivingen in Vlaanderen

Veldwerkmonitoring in de survey Sociaal-Culturele Verschuivingen in Vlaanderen Veldwerkmonitoring in de survey Sociaal-Culturele Verschuivingen in Vlaanderen NPSO themabijeenkomst Leuven, 20 september 2018 Ann Carton Tina Vander Molen Jan Pickery Inhoud SCV SURVEY DE SPELERS BIJ

Nadere informatie

FAQs Ik heb een brief van Statbel ontvangen aangaande de Gezondheidsenquête. Over wat gaat het? Wat is het doel van een Gezondheidsenquête?

FAQs Ik heb een brief van Statbel ontvangen aangaande de Gezondheidsenquête. Over wat gaat het? Wat is het doel van een Gezondheidsenquête? FAQs Ik heb een brief van Statbel ontvangen aangaande de Gezondheidsenquête. Over wat gaat het? Het gaat om een enquête die georganiseerd wordt door het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid die verantwoordelijk

Nadere informatie

EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTENONDERZOEK CURAÇAO 2005

EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTENONDERZOEK CURAÇAO 2005 EERSTE RESULTATEN ARBEIDSKRACHTENONDERZOEK CURAÇAO 2005 Centraal Bureau voor de Statistiek Tel: 461 1031 Fax: 461 1696 Email: info@cbs.an Website: www.cbs.an INHOUDSOPGAVE INLEIDING... 3 SAMENVATTING...

Nadere informatie

Rapport Responsverantwoording Culturele veranderingen en SCP Leefsituatie Index 2017/2018

Rapport Responsverantwoording Culturele veranderingen en SCP Leefsituatie Index 2017/2018 Rapport Responsverantwoording Culturele veranderingen en SCP Leefsituatie Index 2017/2018 w Moniek Coumans CBS Heerlen CBS-weg 11 6412 EX Heerlen Postbus 4481 6401 CZ Heerlen +31 45 570 60 00 www.cbs.nl

Nadere informatie

Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam

Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam Campagne Eenzaamheid Bond zonder Naam Leen Heylen, CELLO, Universiteit Antwerpen Thomas More Kempen Het begrip eenzaamheid Eenzaamheid is een pijnlijke, negatieve ervaring die zijn oorsprong vindt in een

Nadere informatie

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt.

Tabel 69: Verdeling van het gavpppd volgens geslacht en hoofdvervoerswijze. meerdere verplaatsingen heeft gemaakt. 2.2 Gavpppd en socio-economische kenmerken Iedereen die mobiliteit en verplaatsingsgedrag bestudeert, heeft wellicht al wel eens van een studie gehoord waarin socio-economische kenmerken gebruikt worden

Nadere informatie

Leefstijl en preventie

Leefstijl en preventie Leefstijl en preventie Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. . Inhoudstafel Inhoudstafel... 59 Bestudeerde indicatoren... 61 1. Voedingsgewoonten.... 61 3. Gebruik

Nadere informatie

Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek Curaçao 2008

Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek Curaçao 2008 Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek Curaçao 2008 Bonaire: Kaya Governador Debrot 41 Tel.: 0717 8676 cbs.bon@telbonet.an Curacao: Fort Amsterdam Tel.: 4611031/4626226 info@cbs.an St.Maarten: W.G.Buncamperroad

Nadere informatie

Artikelen. Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten. Maarten Alders en Han Nicolaas

Artikelen. Huishoudensprognose : belangrijkste uitkomsten. Maarten Alders en Han Nicolaas Artikelen Huishoudensprognose 2 25: belangrijkste uitkomsten Maarten Alders en Han Nicolaas Het aantal huishoudens neemt de komende jaren toe, van 7,1 miljoen in 25 tot 8,1 miljoen in 25. Dit blijkt uit

Nadere informatie

Preventie van wiegendood bij zuigelingen

Preventie van wiegendood bij zuigelingen Preventie van wiegendood bij zuigelingen Edith Hesse Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Operationele Directie Volksgezondheid en surveillance J. Wytsmanstraat, 14 B - 1050 Brussel 02 / 642 57 71

Nadere informatie

VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4

VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4 VLAANDEREN OP HET EUROPESE SCOREBORD Hoofstuk 4 Seppe Van Gils In vergelijking met Europa (EU-15) wordt Vlaanderen gekenmerkt door een gemiddeld aandeel werkenden (63,4%). Ten opzichte van het gemiddelde

Nadere informatie

Technisch rapport kiesintentiemetingen

Technisch rapport kiesintentiemetingen Technisch rapport kiesintentiemetingen (In te vullen door het betrokken instituut en terug te sturen naar het secretariaat Febelmar, ter publicatie op de Febelmar website.) Dit rapport omvat een geheel

Nadere informatie

Rookgedrag in België

Rookgedrag in België Rookgedrag in België - 2017 Een rapport voor Stichting tegen Kanker Uitgevoerd door GFK Met steun van de overheden 1 Context en methodologie Stichting tegen Kanker is een Belgische stichting met als missie

Nadere informatie

Marktpenetratie DVB-t

Marktpenetratie DVB-t Marktpenetratie DVB-t OPGEMAAKT VOOR: VRT studiedienst, Jo Martens 1 1 01 Onderzoeksmethodologie 2 Onderzoeksmethodologie STEEKPROEF BESCHRIJVING STEEKPROEF GROOTTE QUOTA GEM. DUURTIJD INTERVIEW DATACOLLECTIE

Nadere informatie

Transgender personen in België. die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2018

Transgender personen in België. die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2018 Transgender personen in België die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2018 Gegevens uit het Rijksregister (1 januari 1993 t.e.m. 30 september 2018) Wanneer een persoon bij de

Nadere informatie

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor Vlaamse Gemeenschap Lichamelijke Activiteit Gezondheidsenquête, België, 1997 6.3.1. Inleiding Recente onderzoeken hebben toegelaten aan te tonen dat lichamelijke activiteiten een wezenlijke impact hebben op de gezondheidstoestand en dat ze van groot belang zijn op het vlak van

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013

PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013 PERSBERICHT Brussel, 25 juni 2013 Meer 55-plussers aan het werk Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2013 66,7% van de 20- tot 64-jarigen is aan het werk. Dat percentage daalt licht in vergelijking met

Nadere informatie

Technisch rapport kiesintentiemetingen

Technisch rapport kiesintentiemetingen (In te vullen door het betrokken instituut en terug te sturen naar het secretariaat Febelmar, ter publicatie op de Febelmar website.) Dit rapport omvat een geheel van technische specificaties die moeten

Nadere informatie

Tabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996

Tabel 2.1 Overzicht van de situatie op de arbeidsmarkt van de onderzochte personen op 30/06/97. Deelpopulatie 1996 Dit deel van het onderzoek omvat alle personen tussen de 18 en 55 jaar oud (leeftijdsgrenzen inbegrepen) op 30 juni 1997, wiens dossier van het Vlaams Fonds voor de Sociale Integratie van Personen met

Nadere informatie

De positie van de Vlaamse kust op de Belgische reismarkt

De positie van de Vlaamse kust op de Belgische reismarkt Kusttoerisme West-Vlaanderen Werkt 3, 28 De positie van de Vlaamse kust op de Belgische reismarkt Foto: Evelien Christiaens Rik De Keyser bestuurder-directeur en hoofd afdeling toerisme, WES Evelien Christiaens

Nadere informatie

Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek (AKO) Curaçao 2013

Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek (AKO) Curaçao 2013 Resultaten Arbeidskrachtenonderzoek (AKO) Curaçao 2013 Datum 2 december 2013 INHOUDSOPGAVE INLEIDING... 2 SAMENVATTING... 3 METHODOLOGIE... 3 Betrouwbaarheid en onnauwkeurigheid... 3 Non-respons... 4 Steekproeftrekking...

Nadere informatie

Factsheet burgerparticipatie op het gebied van sociale veiligheid: WhatsAppgroepen

Factsheet burgerparticipatie op het gebied van sociale veiligheid: WhatsAppgroepen Factsheet burgerparticipatie op het gebied van sociale veiligheid: WhatsAppgroepen Margreth Egelkamp Marina Horseling Andrea Donker Contactgegevens: Instituut voor Veiligheid/Lectoraat Kennisanalyse Sociale

Nadere informatie

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau 4. Het doel van deze studie is de verschillen in gezondheidsverwachting naar een socio-economisch gradiënt, met name naar het hoogst bereikte diploma, te beschrijven. Specifieke gegevens in enkel mortaliteit

Nadere informatie

Onderzoek over het spreken van het Frans door de inwoners van Vlaanderen

Onderzoek over het spreken van het Frans door de inwoners van Vlaanderen Onderzoek over het spreken van het Frans door de inwoners van Vlaanderen Onderzoek uitgevoerd voor de vzw: Association pour la Promotion de la Francophonie en Flandre September 2009 Dedicated Research

Nadere informatie

Jongeren vinden moeilijker een job - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, derde kwartaal

Jongeren vinden moeilijker een job - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, derde kwartaal ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 5 februari 2009 Jongeren vinden moeilijker een job - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten, derde kwartaal 2008 - Het hoeft geen

Nadere informatie

Transgender personen in België. die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2016

Transgender personen in België. die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2016 Transgender personen in België die een wijziging van de officiële geslachtsvermelding aanvragen 2016 Gegevens uit het Rijksregister (1 januari 1993 t.e.m. 30 juni 2016) Wanneer een persoon bij de burgerlijke

Nadere informatie

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016

Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen. Rapportage derde meting juni 2016 Draagvlakmonitor huisvesting vluchtelingen Rapportage derde meting juni 2016 Introductie Waarom dit onderzoek? Zijn Nederlanders de afgelopen maanden anders gaan denken over de opvang van vluchtelingen

Nadere informatie

Onderzoektechnische verantwoording. Opinieonderzoek Solidariteit

Onderzoektechnische verantwoording. Opinieonderzoek Solidariteit Onderzoektechnische verantwoording Opinieonderzoek Solidariteit Project 18917 / mei 2013 Een onderzoek in opdracht van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, te Den Haag. AUTEURSRECHT MARKETRESPONSE

Nadere informatie

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997

Resultaten voor België Ongevallen Gezondheidsenquête, België, 1997 6.10.1. Inleiding De term ongeval kan gedefinieerd worden als 'elk onverwacht en plots voorval dat schade berokkent of gevaar oplevert (dood, blessures,...) of als ' een voorval dat onafhankelijk van de

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2014

PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2014 PERSBERICHT Brussel, 26 juni 2014 Werkgelegenheid stabiel, werkloosheidgraad blijft hoog Arbeidsmarktcijfers eerste kwartaal 2014 67% van de 20- tot 64-jarigen was aan het werk. Dat percentage blijft nagenoeg

Nadere informatie

Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten -

Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten - ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 14 mei 2008 Heel gunstige arbeidsmarktevolutie in 2007 - Nieuwe cijfers Enquête naar de Arbeidskrachten - In 2007 Zijn 4,38 miljoen in

Nadere informatie

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies

Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 19 juli 2007 Pendelarbeid tussen Gewesten en provincies Eén op de tien Belgen werkt in een ander gewest; één op de vijf in een andere

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/09/049 ADVIES NR 09/10 VAN 2 JUNI 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEWERKING VAN DE RIJKSDIENST VOOR SOCIALE

Nadere informatie

Impact van de activeringsmaatregelen op de tewerkstelling van werknemers met een buitenlandse nationaliteit

Impact van de activeringsmaatregelen op de tewerkstelling van werknemers met een buitenlandse nationaliteit Impact van de activeringsmaatregelen op de tewerkstelling van werknemers met een buitenlandse nationaliteit Dienst Studies Studies@rva.be Inhoudstafel: 1 INLEIDING 1 2 OVERZICHT VAN DE VOORNAAMSTE ACTIVERINGSMAATREGELEN

Nadere informatie

Internetpeiling ombuigingen

Internetpeiling ombuigingen Internetpeiling ombuigingen In opdracht van: Gemeente Sittard-Geleen januari 2012 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie