PUBLICATIE VAN DE JAARREKENING Onderzoek in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken naar (i) de bevoegdheid om ontheffing te verlenen van de verplichting om de jaarrekening op te maken, over te leggen en vast te stellen en (ii) de naleving van de verplichting om de jaarrekening openbaar te maken door Mr.drs. B.J. de Jong Prof.mr.drs. M.P. Nieuwe Weme KLUWER - DEVENTER - 2006
INHOUDSOPGAVE Hoofdpunten (Executive Summary) 1 Onderzoeksopdracht en uitvoering 19 I De jaarrekening 23 1.1 Inleiding 23 1.2 De historie van de jaarrekeningplicht 24 1.3 Strekking van de jaarrekeningplicht 27 1.3.1 Inleiding 27 1.3.2 Afleggen van rekening en verantwoording 27 1.3.3 Informatieverschaffing ten behoeve van de kapitaalmarkt 28 1.3.4 Kapitaal- en vermogensbescherming 29 1.3.5 Informeren van crediteuren 29 1.3.6 Overige functies van het financieel verslag 30 1.3.6.1 Bepaling van de winst 30 1.3.6.2 Informeren van de ondernemingsraad 30 1.3.6.3 Vaststelling van bepaalde rechtsplichten 31 1.3.6.4 Terrorismebestrijding 31 1.4 De werkingssfeer van de jaarrekeningverplichting 31 1.4.1 Vennootschappen waarop de jaarrekeningplicht van toepassing is 31 1.4.2 Surseance van betaling, vereffening en faillissement 32 1.4.2.1 Inleiding 32 1.4.2.2 Surseance van betaling 32 1.4.2.3 Vereffening buiten faillissement 33 1.4.2.4 Faillissement 35 1.5 Totstandkoming van het financieel verslag 41 1.5.1 Opmaken en ter inzage leggen van de jaarrekening en het jaarverslag 41 1.5.2 Accountantsverklaring 42 1.5.3 Vaststellen van de jaarrekening 43 1.5.4 Ministeriele ontheffing 43 1.6 Openbaarmaking van het financieel verslag 43 1.6.1 Wie is tot openbaarmaking verplicht? 43 1.6.2 De openbaarmakingstermijn 44 1.6.3 De wijze van openbaarmaking 46 1.7 Sancties bij niet-naleving van de jaarrekeningplicht 47 VII
Inhoudsopgave II Uitstel en ontheffing van de jaarrekeningplicht 49 II. 1 Inleiding 49 11.2 De wenselijkheid van een uitstel- en/of ontheffingsregeling 50 11.3 De geoorloofdheid van een ontheffing volgens Europees recht 51 11.3.1 Inleiding 51 11.3.2 Uitleg van EG-richtlijnen in het algemeen 53 11.3.2.1 Uitlegmethoden 53 11.3.2.2 Omzettingsvrijheid 53 11.3.3 De geoorloofdheid van een definitieve ontheffing 54 H.3.3.1 Tekst van de EG-richtlijnen 54 II.3.3.2 Doel en strekking van de EG-richtlijnen 56 H.3.3.3 Conclusie: definitieve ontheffing is ongeoorloofd 58 11.3.4 De geoorloofdheid van een tijdelijke ontheffing 59 11.3.4.1 Tekst van de EG-richtlijnen 59 11.3.4.2 Doel en strekking van de EG-richtlijnen 60 H.3.4.3 Conclusie: tijdelijke ontheffing in beginsel geoorloofd 61 11.3.5 Aanpassing ontheffingsbevoegdheid (art. 2:101 (210) lid 7 BW) 62 11.3.6 Reeds verleende ontheffingen 64 11.4 De mogelijkheid om beperkingen te stellen aan een ontheffing 66 11.5 De tot uitstel of ontheffing bevoegde instantie 67 11.6 De gronden voor uitstel en ontheffing 68 11.6.1 De criteria voor het verlenen van uitstel en ontheffing 68 11.6.1.1 Bijzondere omstandigheden 68 11.6.1.2 Gewichtige redenen 69 11.6.2 Voorbeelden van ontheffingsgronden 71 II.6.2.1 Waarderingsonzekerheden 71 H.6.2.2 Privacy en persoonlijke veiligheid 71 H.6.2.3 Brand-en waterschade, ziekte, inbeslagname bescheiden 71 H.6.2.4 Afwezigheid accountantsverklaring 72 H.6.2.5 Vereffening 73 II.6.2.6 Faillissement 73 II. 7 De duur van een ontheffing 74 11.8 Verlenging van de opmaaktermijn of van de publicatietermijn? 75 11.9 De periode waarin om ontheffing kan worden verzocht 76 II. 10 Deponering van het ontheffingsbesluit 78 11.11 Degevolgen van een ontheffing voor het jaarverslag 79 11.12 Cijfers inzake de ontheffingsbevoegdheid 80 HI Naleving van de publicatieplicht 81 III. 1 Inleiding 81 III.2 Nalevingspercentages in de onderzochte landen 81 VIII
lnhoudsopgave 111.3 Passende sancties en de wenselijkheid van een betere naleving 85 111.4 Straf- en bestuursrechtelijke sancties 87 111.4.1 Strafrechtelijke sanctie 87 IH.4.1.1 Inleiding 87 111.4.1.2 Persoon aan wie de sanctie wordt opgelegd 88 111.4.1.3 De strafmaat 89 111.4.1.4 De toezichthouder en de intensiteit van het toezicht 89 111.4.2 Bestuurlijke boetes 91 III.4.2.1 Inleiding 91 IH.4.2.2 Persoon aan wie de boete wordt opgelegd 92 111.4.2.3 Hoogte van de boete 92 111.4.2.4 De toezichthouder en de intensiteit van het toezicht 93 111.4.2.5 Ontheffing van de verplichting om een boete te betalen 95 111.4.3 Het verband tussen de naleving en de sancties 96 111.4.3.1 Inleiding 96 111.4.3.2 Persoon aan wie de sanctie wordt opgelegd 97 111.4.3.3 De strafmaat 97 111.4.3.4 De kans dat de sanctie wordt opgelegd 98 111.4.4 Herziening van het Nederlandse sanctie-instrumentarium 98 111.4.4.1 Aanvulling van de strafrechtelijke sanctie 98 111.4.4.2 Invoering bestuursrechtelijke sanctie 101 111.5 Ontslag van bestuurders en bestuursverbod 106 111.6 Ontbinding van de vennootschap 108 111.7 De vordering tot naleving van de openbaarmakingsplicht 110 111.7.1 Kwalificatie als sanctie 110 111.7.2 De kring van personen aan wie de vordering toekomt 110 111.7.3 De beperking van de vordering tot belanghebbenden 112 111.7.4 De dwangsom als nevenvordering 113 111.7.5 Het moment waarop de vordering kan worden ingesteld 115 111.8 Civielrechtelijke aansprakelijkheid en omkering van de bewijslast 115 111.8.1 Inleiding 115 111.8.2 Systematiek omkering bewijslast 116 111.8.2.1 Onweerlegbare en weerlegbare vermoedens 116 111.8.2.2 De rechtspraak 116 IH.8.2.3 Schrapping van de omkering van de bewijslast 117 111.8.3 Werkingssfeer van de omkering van de bewijslast 119 Bijlagen 121 Bijlage A: Matrix ontheffingsbevoegdheid en naleving openbaarmakingsplicht 122 Bijlage B: Regelgeving 125 IX
Inhoudsopgave Europees recht 125 Verenigd Koninkrijk 128 Duitsland 132 Frankrijk 135 Belgie 139 Denemarken 144 Bijlage C: Onderzoeksverzoek van het Ministerie van Economische Zaken 149 Bijlage D: Curriculum vitae Onderzoekers en Stuurgroepleden 151 Registers 153 Literatuur 155 Jurisprudentie 165 Afkortingen, terminologie 167