BIJLAGE TOOLS Behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding mei 2011
Inleiding In deze bijlage zijn een aantal tools verzameld die vrij te gebruiken zijn bij het ondersteunen van het leer/werkproces van de AIOS tijdens de medische vervolgopleiding. Ze zijn bedoeld voor de opleiders/supervisors in het proces van leren en werken. Deze verzameling van tools is een dynamisch geheel d.w.z. het kan worden uitgebreid maar ook worden ingeperkt en is onderhevig aan ontwikkelingen die plaatsvinden binnen de modernisering van de medische vervolgopleiding. Er zijn tools te gebruiken bij het schrijven van het opleidingsplan en tools te gebruiken bij het begeleiden in de praktijk. Tools voor het schrijven van het lokaal opleidingsplan basisschema lokaal opleidingsplan pagina 3 opleidingsschema pagina 4 weekschema pagina 5 Tools voor het begeleiden leerproces AIOS pagina 6 CanMEDS (beknopt overzicht) pagina 7 rollen en competenties opleider (verkorte versie) pagina 8 Individueel Opleidingsplan (IOP) pagina 11 Portfolio pagina 12 Begeleidingsgesprekken pagina 13 360 feedback pagina 16 verslaglegging (voorbeeld formulieren) pagina 18 Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 2
Basis lokaal opleidingsplan Algemene competenties (7) Thema s Kennis Vaardigheden Gedrag Leermiddelen of opleidingsactiviteiten Bekwaamheidsniveau Toetsen Leerdoelen Opleidingsplan, structuur, stages Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 3
Hart-bewaking / EHH (3 maanden) JAAR 1 Stage Thema BN Opleidingsactiviteit Toetsing Coronairlijden 2S Ochtendrapport (I-1,2,3) Avondoverdracht Hartfalen Afdelingsvisite (II-1) Slecht nieuwsgesprek KBP Ritme Electrocardioversie OSATS (III-1,2,3) Reanimatie OSATS Overige Uitwendige PM draad OSATS (VII-5) Swann-Ganz catheter OSATS Algemeen 2S Dienst Coronairlijden 2S Ochtendrapport (I-2,3) Avondoverdracht Hartfalen Afdelingsvisite (II-1,2) Slecht nieuwsgesprek Ritme (III-1,2,3) Klepziekten (VII-1) Endocarditis (VII-2) Peri(myo)cardziekten (VII-8) Klin. Farmacologie (VII-12) Hartrevalidatie (VII-13) Verpleegafdeling (3 maanden) Beeldvorming (3 maanden) Referaat MultiDisciplinairOverleg Algemeen 2S Dienst Echocardiografie 2S Echo verrichten (IV-1) Echo verslag maken CMRI Echobespreking (IV-2) Echo-onderwijs CCT CMRI en CCT onderzoek en (IV-3) bespreking bijwonen Nucleaire Cardiologie (IV-4) Hartcatheterisatie, Pacemakerimplantatie en pacemakerpoli (3 maand) OSATS Algemeen 2S Dienst Coronairangiografie, 2S Indicatiestelling cath. LV-angio, aortagrafie, Cath. verrichten Drukmetingen Cath. verslag maken (V-1) Hartteambespreking Cath. onderwijs Pacemakerimplantatie, Pacemakerpoli (III-1) Indicatiestelling PM Pacemakercontrole Pacemakerimplantatie OSATS OSATS Algemeen 2S Dienst Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 4
Weekschema stage Stage Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 5
Proces AIOS Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 6
CanMEDS De opleiding is gericht op het verwerven van de door het CCMS (kaderbesluit CCMS)vastgestelde algemene en specialismengebonden competenties, waarbij de specialismengebonden competenties worden verworven op de bijbehorende bekwaamheidsniveaus per specialisme. De specialismengebonden competenties zijn per medisch specialisme vastgelegd in het specifieke besluit. De bedoelde algemene competenties zijn de volgende: Ten aanzien van medisch handelen: De specialist bezit adequate kennis en vaardigheid naar de stand van het vakgebied; De specialist past het diagnostisch, therapeutisch en preventief arsenaal van het vakgebied goed en waar mogelijk evidence based toe; De specialist levert effectieve en ethisch verantwoorde patiëntenzorg; De specialist vindt snel de vereiste informatie en past deze goed toe; Ten aanzien van communicatie: De specialist bouwt effectieve behandelrelaties met patiënten op; De specialist luistert goed en verkrijgt doelmatig relevante patiëntinformatie; De specialist bespreekt medische informatie goed met patiënten en desgewenst familie; De specialist doet adequaat mondeling en schriftelijk verslag over patiëntencasus Ten aanzien van samenwerking: De specialist overlegt doelmatig met collegae en andere zorgverleners; De specialist verwijst adequaat; De specialist levert effectief intercollegiaal consult; De specialist draagt bij aan effectieve interdisciplinaire samenwerking en ketenzorg; Ten aanzien van kennis en wetenschap: De specialist beschouwt medische informatie kritisch; De specialist bevordert de verbreding van en ontwikkelt de wetenschappelijke vakkennis; De specialist ontwikkelt en onderhoudt een persoonlijk bij- en nascholingsplan; De specialist bevordert de deskundigheid van studenten, aios, collegae, patiënten en andere betrokkenen bij de gezondheidszorg; Ten aanzien van maatschappelijk handelen: De specialist kent en herkent de determinanten van ziekte; De specialist bevordert de gezondheid van patiënten en de gemeenschap als geheel; De specialist handelt volgens de relevante wettelijke bepalingen; De specialist treedt adequaat op bij incidenten in de zorg; Ten aanzien van organisatie: De specialist organiseert het werk naar een balans in patiëntenzorg en persoonlijke ontwikkeling; De specialist werkt effectief en doelmatig binnen een gezondheidszorgorganisatie; De specialist besteedt de beschikbare middelen voor de patiëntenzorg verantwoord; De specialist gebruikt informatietechnologie voor optimale patiëntenzorg, en voor bij- en nascholing; Ten aanzien van professionaliteit: De specialist levert hoogstaande patiëntenzorg op integere, oprechte en betrokken wijze; De specialist vertoont adequaat persoonlijk en interpersoonlijk professioneel gedrag; De specialist kent de grenzen van de eigen competentie en handelt daar binnen; De specialist oefent de geneeskunde uit naar de gebruikelijke ethische normen van het beroep. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 7
Competentieprofiel van de opleider (werkgroep modernisering CCMS) De taakstelling van de opleider respectievelijk supervisor behelst de AIOS in staat te stellen binnen de vastgestelde duur van de opleiding zich alle algemene én specialismengebonden competenties eigen te maken. De opleider onderscheidt zich hierbij van de supervisor doordat de opleider eindverantwoordelijk is voor de gehele opleiding inclusief de organisatie hiervan en de supervisor een scherp omschreven gedeelte van de opleiding verzorgt met een daarbij behorende, van de opleider afgeleide, deelverantwoordelijkheid. Het competentieprofiel van de opleider/supervisor: De opleider is rolmodel (als medisch specialist-professional en opleider); De opleider onderwijst en coacht; De opleider bewaakt de voortgang van de ontwikkeling van het leer/werkproces van de AIOS; De opleider zorgt voor een effectieve opleidingssituatie. Deelcompetenties en indicatoren De opleider is rolmodel (als medisch specialist-professional en opleider) De opleider werkt m.b.t. de competenties op excellent niveau, beargumenteert, reflecteert en verklaart zijn eigen handelen; De opleider past de voor de situatie geschikte communicatieve strategieën en technieken toe; De opleider laat zien dat samenwerken een belangrijk fundament van de gezondheidszorg is; De opleider bevordert de verbreding en ontwikkeling van wetenschappelijke vakkennis; De opleider is wetenschappelijk actief en heeft wetenschappelijke interesse; De opleider handelt volgens de relevante wettelijke bepalingen en regelgeving m.b.t. tot patiëntenzorg en opleiden; De opleider gaat adequaat om met eigen fouten, heeft daarin een voorbeeldfunctie en stelt het omgaan met eigen fouten als voorbeeld; De opleider is rolmodel in het in balans houden van werk en privé; De opleider is rolmodel op het gebied van effectief en doelmatig werken in een gezondheidszorgorganisatie; De opleider organiseert het eigen werk zodanig dat er voldoende tijd en ruimte is voor opleiden en patiëntenzorg; De opleider draagt zorg voor een adequate verslaglegging en administratie van de opleiding; De opleider maakt bij het inrichten van de opleiding optimaal gebruik van ICT; De opleider levert hoogstaande patiëntenzorg op integere, betrokken en ethisch verantwoorde wijze en toont hierin adequaat professioneel gedrag en voldoet hiermee aan de kwaliteitseisen van de betreffende wetenschappelijke medisch specialisten vereniging; De opleider past kennis van culturele, sociale, ethische en etnische factoren bij inter-persoonlijke en groepinteracties met AIOS, studenten, (para)professionals toe; De opleider toont een persoonlijke gedrevenheid om te onderwijzen en te leren; De opleider is zich bewust dat AIOS leren door observatie en imitatie van kennis, vaardigheden en professioneel gedrag; De opleider werkt systematisch en doelgericht aan onderhoud en verbetering van het professioneel handelen als opleider en organiseert hiervoor eigen bij- en nascholing; De opleider erkent het belang van audit en toetsen van onderwijs en opleiding bij zichzelf en collega s; De opleider kent de eisen voor de opleiding tot specialist van het CCMS en de regelgeving van de eigen organisatie met betrekking tot opleiden van AIOS en handelt hiernaar. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 8
De opleider/supervisor onderwijst en coacht De opleider onderwijst en coacht de AIOS in de ontwikkeling van de (deel-)competenties, geeft hierin zo nodig het goede voorbeeld en past hierin effectieve onderwijsstrategieën en technieken toe; De opleider erkent morele/ethische aspecten van medische beslissingen en heeft een open houding naar de mening van de AIOS hierover; De opleider stuurt op basis van onderwijskundige principes het leerproces van de AIOS; De opleider (micro niveau): 1. past principes van individueel en (klein) groepsonderwijs in de context van leren van volwassenen effectief toe. 2. is in staat de te overdragen informatie onderwijskundig verantwoord te organiseren en te presenteren. 3. past de eisen die gesteld worden aan de kwaliteit van beoordelen en toetsen toe. De opleider (meso niveau): 1. is in staat onderwijsmateriaal te ontwikkelen, te beoordelen, te selecteren en aan te passen. 2. past principes van opleidingsontwikkeling (doelen formuleren, selecteren van onderwijsmethodiek, ontwikkelen van evaluatie) toe. 3. past kennis van opleidingsorganisatie en innovatie toe. De opleider/supervisor bewaakt de voortgang van de ontwikkeling van het leer/werkproces van de AIOS De opleider stimuleert en ondersteunt de AIOS bij het formuleren van (individuele) leerdoelen op de competentiegebieden en het opstellen, realiseren en evalueren van opleidingsplannen; De opleider draagt er zorg voor dat de AIOS wordt gesuperviseerd, effectief feedback krijgt, getoetst en beoordeeld wordt op het niveau van de competentieontwikkeling; De supervisor stimuleert en ondersteunt de AIOS bij het formuleren van (individuele) leerdoelen op de competentiegebieden en het opstellen, realiseren enevalueren van opleidingsplannen voor dat gedeelte van de opleiding waarvoor de supervisor verantwoordelijk is; De opleider/supervisor superviseert de AIOS en past diverse beoordelingsinstrumenten op juiste wijze toe. De opleider/supervisor zorgt voor een effectieve opleidingssituatie De opleider faciliteert de AIOS dat hij geconfronteerd wordt met een gevarieerd aanbod van leermomenten dat leidt tot de gewenste ontwikkeling van de competenties; De opleider draagt er zorg voor dat een AIOS belast wordt met een klinische taakstelling die past bij een eerder vastgesteld niveau van de competentie; De opleider creëert een veilig leerklimaat waarin de AIOS zich kan ontwikkelen tot specialist; De opleider weet tekortkomingen in de eigen opleiding te identificeren en kan dit herstellen door o.a. bij- en nascholing te organiseren; De opleider draagt zorg voor een veilige manier van reflectie over complicaties; De opleider richt op adequate wijze werkactiviteiten op de polikliniek en afdeling in en benut deze als leermoment, bijv. bedside teaching, ochtendrapport, papieren visite, overlegsituaties, etc.; De opleider bewaakt randvoorwaarden, werkaanbod en druk van AIOS om stagnaties in het opleiden te voorkomen en adviseert de organisatie hierover; De opleider bewaakt de kwaliteit van de opleiding dmv het uitvoeren van een evaluatie, interne audit en/of toetsen van het onderwijs en de opleiding; Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 9
De opleider draagt door eigen handelen en leiderschap zorg voor een veilig opleidingsklimaat waarbij de supervisoren enthousiast, respectvol, reflectief en ondersteunend zijn naar AIOS; Met betrekking tot de opleidingsgroep: De opleider draagt zorg voor een gezamenlijk gevoelde verantwoordelijkheid van de opleidingsgroep om de opleidingsactiviteiten een structurele plaats binnen de eigen organisatie te geven; De opleider organiseert (personele) inzet, middelen en informatiestromen met de betrokken partijen zodanig dat er efficiënt en effectief gewerkt en geleerd kan worden; De opleider ontwikkelt en onderhoudt een bij- en nascholingsplan op het gebied van onderwijs en opleiding mbt de opleidingsgroep; Met betrekking tot derden: De opleider laat andere specialismen een effectieve bijdrage aan de opleiding geven; De opleider schept en onderhoudt goede werkrelaties met partijen betrokken bij de uitvoering van de opleiding en het leren, zowel binnen als buiten zijn eigen organisatie; De opleider is op de hoogte van de regionale en landelijke netwerken rond de opleiding en is bereid hierin te participeren. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 10
Individueel Opleidingsplan (IOP) Het IOP is onderdeel van het portfolio van de AIOS. Bij aanvang van de opleiding of een bepaalde leer/werkperiode stelt de AIOS in samenspraak met de opleider een IOP op. Het IOP is een wegwijzer/hulpmiddel voor zowel de AIOS als de opleider(s). Het maakt de beginsituatie van de AIOS duidelijk evenals de eventuele aandachtspunten. De AIOS reflecteert gedurende zijn opleiding over zijn/haar ontwikkeling. Dit kan enerzijds aan de hand van de gekregen feedback (, CAT), maar daarnaast is het noodzakelijk dat de AIOS bijhoudt welke ervaringen aan de ontwikkeling van de competenties gedurende de leer/werkperiode hebben bijgedragen. De doorgemaakte ontwikkelingen worden in een IOP bijgehouden. Hierin tekent de AIOS per periode aan hoe er aan is gewerkt: bijvoorbeeld welk soort patiënten of pathologie er is gezien, wat er is geleerd en hoe dit is ervaren. Naast de toetsingsverslagen (, CAT etc.) reflecteert de AIOS middels het IOP over de vorderingen in de opleiding en bespreekt dit met de opleider tijdens de voortgangsgesprekken. Het maken van een individueel opleidingsplan Doel Inzicht en overzicht over de AIOS met name het opleidingsniveau van de AIOS en het beloop hiervan. Concrete beschrijving van (persoonlijke) leerdoelen. Wanneer De AIOS maakt in samenspraak met de opleider tijdens de voortgangsgesprekken zijn/haar individueel opleidingsplan. Wat staat beschreven Een beginsituatie aan de hand van de zeven competenties; Doelstellingen voor de komende leer/werkperiode (leerdoelen/persoonlijke doelen), afgestemd op het lokaalopleidingsplan; Wijze van toetsing (wat, waar en met wie); Gesprekken; Afspraken. Aandachtspunten Wat waren de afspraken bij het vorige gesprek? In hoeverre zijn de afspraken geëffectueerd? Hoe kijkt de AIOS nu terug op de afgelopen 3-6 maanden? Welke sterkte en/of zwakte analyse wordt nu gegeven en op basis van welk bewijs (bijv. worden alle competenties in de analyse betrokken; worden uitspraken gedaan die voortvloeien uit de verzamelde bewijsmaterialen; worden activiteiten genoemd die bijdragen tot het verbeteren van het functioneren voor wat betreft de zwakke punten dan wel het verder ontwikkelen van de sterke punten)? Welke afspraken dienen gemaakt te worden tot het volgende voortgangsgesprek? Maak de afspraken zo specifiek mogelijk, haalbaar binnen een bepaalde tijdsperiode en toetsbaar. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 11
Portfolio Het portfolio wordt gebruikt als onderliggend document bij alle gesprekken. Het portfolio is het verzamelpunt van alle informatie die over de AIOS beschikbaar is en heeft tot doel inzicht te verkrijgen in de voortgang van het leren/werken ten aanzien van alle competenties van de AIOS. De AIOS is zelf verantwoordelijk voor het verzamelen van deze informatie en toont het portfolio volgens afspraak aan de opleider. Opbouw portfolio Het portfolio start met een Curriculum Vitae (CV))van de AIOS die, voorafgaand een voortgang en/of beoordelingsgesprek wordt bijgewerkt. Het CV heeft een statisch (algemeen) deel: opleiding, diploma s en werkervaring en een dynamisch deel: cursussen, voordrachten, publicaties, lidmaatschappen, nevenactiviteiten en interesses. Het portfolio van de AIOS omvat ten minste de volgende onderdelen: Zie http://knmg.artsennet.nl/opleiding-en-registratie/modernisering/informatie-voor-aios/portfolio- 1/Kaderbesluit-CCMS-over-portfolio.htm; CV het individueel opleidingsplan (IOP); reflectieverslagen (360 feedback); de documenten ten behoeve van de toetsing / beoordeling van de AIOS (, OSATS, verslagen voortgangs- en beoordelingsgesprekken etc.); beoordelingen per stage of opleidingsonderdeel; de gehouden voordrachten en/of referaten; de gepubliceerde artikelen; de gevolgde cursussen, inclusief certificaten; deelname certificaten regionale en landelijke onderwijsdagen. Aandachtspunten bij het bespreken van het portfolio neem voldoende tijd voor het gesprek. Is het portfolio op tijd ingeleverd? (één week voorafgaand) Bevat het portfolio minimaal de volgende (zie bovenstaande) informatie? Wat is er de vorige keer besproken? Het bespreken van de eventuele discrepanties in de beoordeling van de opleider/supervisor en/of AIOS; Hoe ervaart de AIOS het leerklimaat op de desbetreffende werkeenheden? Wat dient voor de volgende keer te worden afgesproken? En hoe kan dit getoetst worden? Wat is de kwaliteit van het totale portfolio? De opleider dient de informatie ten opzichte van elkaar te wegen. Is er twijfel over de kwaliteit van het portfolio dan is het wenselijk leden van de opleidingsgroep in het oordeel te betrekken. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 12
Begeleidingsgesprekken De volgende gesprekken vinden minimaal plaats tijdens de medische vervolgopleiding ten behoeve van de voortgang van het leer/werkproces van de AIOS: Het introductiegesprek Het voortgangsgesprek Het geschiktheidbeoordeling gesprek Het introductiegesprek Doel Het bespreken van het lokaal opleidingsplan en het individueel opleidingsplan en de uitvoerbaarheid van beide. Het bespreken van de wederzijdse verwachtingen ten aanzien van het functioneren van zowel de AIOS als de opleider. Het bespreken van de wederzijdse verwachtingen ten aanzien van de begeleiding. Het maken van vervolgafspraken Wanneer? Bij de start van de leer/werkperiode (start opleiding, stage). Aandachtspunten sterke en zwakke punten van de AIOS in de voorafgaande periode; leerdoelen van de AIOS in deze periode (IOP); Wat kan de AIOS leren in komende periode? Hierbij moet niet alleen gedacht worden aan medisch handelen, maar ook aan andere competenties als communicatie, samenwerking en organisatie; Afspraken over welke thema s worden getoetst; Afspraken over hoeveel s worden afgenomen. Ook worden afspraken gemaakt over het inhoudelijk domein waar de s over gaan; Afspraken over hoeveel briefbeoordelingen zullen worden afgenomen; Afspraken over het eventueel gebruik van andere beoordelingsinstrumenten tijdens de stage; Tijdstip van eerstkomend voortgangsgesprek; Alle gebruikte formulieren van de introductiegesprekken dienen te worden opgenomen in het portfolio (voorbeeld formulier zie pagina 16); Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 13
Het voortgangsgesprek Doel De AIOS en opleider/supervisor bespreken het functioneren van de AIOS van de afgelopen periode in brede zin en meer specifiek de voortgang en het niveau van de verschillende competenties die de AIOS ontwikkelt. Het voortgangsgesprek kan beschouwd worden als een tussentijdse evaluatie gericht op specifieke leermomenten voor de komende periode. Wanneer? Het voortgangsgesprek vindt elke drie maanden plaats met de opleider en/of supervisor. Werkwijze De AIOS en opleider bereiden beiden het voortgangsgesprek voor. De opleider stelt de agenda samen, mede op basis van de punten die door de AIOS worden aangedragen. Vraagt na bij leden van het opleidingsteam en andere medewerkers hoe de betreffende AIOS functioneert. De AIOS levert uiterlijk één week van tevoren de agendapunten en het portfolio bij de opleider aan. Aandachtspunten voortgangsgesprek Identificeren sterke en zwakke punten; Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd; Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt; Vastleggen van het bekwaamheidsniveau op het gebied van de verschillende thema s en verrichtingen; Bespreken van zelfreflectie en mate van overeenkomst en eventuele discrepanties met het oordeel van de opleidingsgroep; Bespreken opties differentiatie / specialisatie (in latere opleidingsjaren); Bespreken leerklimaat voor de AIOS; Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio. De opleider ziet erop toe dat er van het voortgangsgesprek een schriftelijke verslag wordt gemaakt, door de AIOS, dat zowel door de opleider als door de AIOS ondertekend wordt. Dit verslag wordt aan het portfolio toegevoegd. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 14
Het geschiktheidbeoordeling gesprek Bij de geschiktheidbeoordeling wordt door de opleider/supervisor een oordeel uitgesproken over de geschiktheid van de AIOS als toekomstig specialist. Wanneer? De AIOS wordt ieder jaar in zijn opleiding door de opleider, in samenspraak met de supervisor, beoordeeld of hij geschikt is de opleiding voort te zetten. Dat is een unilateraal oordeel. Op deze momenten kan de opleiding van de AIOS tussentijds worden gestaakt. Deze beoordeling vindt plaats op het AB formulier van de MSRC. Bij een onvoldoende oordeel wordt dit formulier naar de MSRC gestuurd. Werkwijze De AIOS en opleider bereiden beiden het gesprek voor. De opleider stelt de agenda samen, mede op basis van de punten die door de AIOS worden aangedragen. Vraagt na bij leden van het opleidingsteam en andere medewerkers hoe de betreffende AIOS functioneert. De AIOS levert uiterlijk één week van tevoren de agendapunten en het portfolio bij de opleider aan. Aandachtspunten geschiktheid beoordeling gesprek Oordeel uitspreken over het niveau van de AIOS; Identificeren sterke en zwakke punten; Vastleggen op welke wijze zwakke punten kunnen worden verbeterd; Vastleggen hoe deze verbetering getoetst wordt; Vastleggen van het bekwaamheidsniveau op het gebied van de verschillende thema s en verrichtingen; Bespreken van zelfreflectie en mate van overeenkomst en eventuele discrepanties met het oordeel van de opleidingsgroep; Bespreken opties differentiatie / specialisatie (in latere opleidingsjaren); Bespreken leerklimaat voor de AIOS; Alle verslagen dienen te worden opgenomen in het portfolio. De opleider maakt een schriftelijke verslag, dat zowel door de AIOS als door de opleider ondertekend wordt. Dit verslag wordt aan het portfolio toegevoegd. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 15
360 graden (of multi source) feedback De term 360 graden feedback is ingeburgerd, maar een vollediger en daarom betere omschrijving zou zijn: feedback die is gebaseerd op beoordelingen van verschillende partijen, die hun oordeel vanuit verschillende perspectieven en op basis van observatie kunnen geven. De basisgedachte is dat een allround beoordeling van functioneren het beste tot stand komt door daarin diverse partijen te betrekken: op verschillende hiërarchische niveaus binnen de eigen organisatie, bij diverse externe partijen, (vaak ook) door de betrokkene zelf. De feedback kan bijvoorbeeld niet alleen worden gevraagd van opleider en supervisors, maar ook van verpleegkundigen, collega-aios en/of patiënten. Zij nemen het functioneren van de AIOS waar vanuit een ander perspectief dan de opleider/supervisor kan. Dat heeft een toegevoegde waarde voor het leerproces en de beoordeling van AIOS. Een betrokken partij inschakelen als beoordelaar is alleen zinvol als de beoordelaar: 1. gevraagd wordt naar die aspecten van het functioneren die hij/zij ook kán beoordelen; 2. voldoende gelegenheid heeft om de AIOS te observeren. Bijvoorbeeld: patiënten kunnen hun oordeel geven over bejegening en communicatie, maar niet over het medisch handelen; leden van een multidisciplinair team kunnen oordelen over de samenwerking, verpleegkundigen o.a. over professionaliteit. Uit onderzoek blijkt dat de geloofwaardigheid van de beoordelaar een belangrijke factor is bij het accepteren van de feedback. Geloofwaardigheid hangt af van wat aan wie wordt gevraagd en de kwaliteit van de vragen. Vanuit de opleiding is dus belangrijk om vast te stellen: welke partijen een oordeel kan worden gevraagd (met wie hebben AIOS in hun werk te maken); over welke aspecten van de competentie (wat kan elke partij beoordelen, op welke wijze hebben AIOS met deze partij te maken); hoe kunnen zij worden bevraagd (op welke wijze worden vragen gesteld). Doel Het verkrijgen van informatie over eigen functioneren door professionals die veel met de AIOS te maken hebben aan de hand van een gestructureerde vragenlijst. Wanneer? De AIOS en opleider maken afspraken over de frequentie van de 360 feedback. Als richtlijn wordt voorgesteld om twee oordelen te verzamelen van twee AIOS, van twee stafleden van het opleidingsteam en van iemand uit de verpleegkundige staf (of andere discipline). Werkwijze De AIOS overlegt met de opleider welke personen gevraagd dienen te worden om een oordeel te geven over het functioneren. De waarde van de beoordeling zit in het aantal en de diversiteit van de personen die gevraagd worden. Uit deze oordelen destilleert de opleider een sterkte/zwakte analyse en bespreekt deze met de AIOS. De vergelijking tussen zelfbeoordeling en de beoordeling van anderen kan globaal een van de vier volgende uitkomsten hebben: Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 16
Positieve zelfbeoordeling Negatieve zelfbeoordeling Positieve beoordeling van 1 overeenstemming positief 3 zelfonderschatting anderen Negatieve beoordeling van anderen 2 zelfoverschatting 4 overeenstemming negatief De opleider bespreekt met de AIOS de inhoud van de 360 graden feedback, maar vooral ook de wijze waarop de AIOS met deze feedback omgaat. De vergelijking tussen zelfbeoordeling en beoordeling van anderen is daarbij een belangrijk aangrijpingspunt. Zelfoverschatting en onderschatting vereisen dat de opleider de AIOS allereerst helpt om een correcter zelfbeeld te krijgen. De analyse met de onderliggende beoordelingen wordt opgenomen in het portfolio. Aandachtspunten bij de beoordeling 360 feedback formulier Tussen AIOS en opleider wordt afgesproken welke personen bijdragen aan de 360 feedback. De AIOS vraagt de professionals formulieren in te vullen voor zover mogelijk; De beoordelingen worden in principe gegeven door personen die niet wezenlijk bijdragen aan het beoordelingsproces van de AIOS; De formulieren worden verzameld in het portfolio; De AIOS is verantwoordelijk voor het verkrijgen van de informatie en de analyse ervan; De opleider bepaalt welke weging wordt gegeven aan de verzamelde beoordelingen; De weging en het oordeel worden toegevoegd aan het portfolio. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 17
Verslaglegging (voorbeeldformulieren) Formulier introductiegesprek introductiegesprek naam AIOS Stage/opleidings onderdeel periode/jaar Samenvatting/conclusie opleider supervisor datum Aandachtspunten vorige periode Aandachtspunten komende periode Te toetsen komende periode Opmerkingen Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 18
Formulier voortgangsgesprek MEDISCH SPECIALISTEN REGISTRATIE COMMISSIE FORMULIER DRIEMAANDELIJKSE VOORTGANGSGESPREKKEN, VERPLICHT IN EERSTE JAAR VAN DE OPLEIDING. Dit formulier dient niet ter vervanging van het A/B-formulier. Beoordeling van de assistent-geneeskunde door de opleider en leden van het opleidingsteam gedurende het eerste, respectievelijk eerste én tweede jaar van de opleiding, respectievelijk in het eerste jaar van een vervolgopleiding. CHECKLIST VOORTGANGSGESPREKKEN Naam assistent in opleiding: Specialisme: Opleider: Opleidingsinrichting: Per rubriek in te vullen met één enkel trefwoord in de bijbehorende kolom. Zo nodig uitvoeriger omschrijven in de desbetreffende toelichting Eerste gesprek Tweede gesprek Derde gesprek Vierde gesprek Datum: 1. kennis: Hoe is het algemeen medisch kennisniveau? Hoe is het medisch specialistisch kennisniveau? Hoe is de praktische toepassing van de kennis? Hoe is het probleem oplossend vermogen? Hoe is de overdracht van de relevante patiënten (dienst etc)? 2. vaardigheden: Hoe zijn de algemene technische vaardigheden? Hoe is de specialistische handvaardigheid in de relatie tot opleidingsniveau? Hoe zijn contactuele vaardigheden ontwikkeld? Hoe zijn de administratieve vaardigheden? (verslaglegging in status, correspondentie)? Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 19
Per rubriek in te vullen met één enkel trefwoord in de bijbehorende kolom. Zo nodig uitvoeriger omschrijven in de desbetreffende toelichting Eerste gesprek Tweede gesprek Derde gesprek Vierde gesprek 3. wetenschappelijke interesse Vindt literatuurstudie plaats, regelmatig en adequaat? Hoe is het niveau van refereren en voordrachten? Is er actieve deelname en inbreng bij maken van protocollen? Is er voortgang in het wetenschappelijk onderzoek? 4. wijze van functioneren: Hoe zijn de klinische- en poliklinische vaardigheden (kwalitatief en kwantitatief)? Hoe is de relatie met de supervisor(en)? Hoe is de relatie met andere assistenten? Hoe is de relatie met andere stafleden? Hoe is de attitude t.o.v. verpleegkundigen? Hoe is de attitude t.o.v. paramedische medewerkers? Hoe is de attitude t.o.v. patiënten? Is de werkindeling adequaat, met onderscheid van hoofd- en bijzaken (time-management)? Zijn zelfkritiek en zelfvertrouwen adequaat ontwikkeld? Wordt de opleiding gevolgd met actieve of passieve instelling? Hoe is de belastbaarheid c.q. stressbestendigheid? Hoe is het onderwijs aan co-assistenten, verpleegkundige en andere medewerkers? Is de keuze van het specialisme juist? Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 20
5. resultaat van het gesprek: Reden voor aanwijzen van andere supervisor Reden voor extra begeleiding Reden voor extra studie Reden voor extra gesprek Reden voor twijfel aan voortzetting van de opleiding Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 21
Formulier A/B (beoordeling door de opleider) (ingevolge B6 of B7 Kaderbesluit CCMS) 1. ALGEMEEN Betreft (naam aios): Beoordelingsdatum: In opleiding sinds: Voor het specialisme: Opleider: Opleidingsinrichting: 2. COMPETENTIES (Beoordeling in de context van het opleidingsjaar) I. Ten aanzien van medisch handelen: A. kennis en vaardigheden B. diagnostiek C. patiëntenzorg II. Ten aanzien van communicatie: A. behandelrelatie met patiënten B. communicatie met patiënten C. mondeling en schriftelijk verslag over patiëntencasus III. Ten aanzien van samenwerking: A. overleg met leden van de opleidingsgroep B. overleg met collega s C. overleg met andere zorgverleners IV. Ten aanzien van kennis en wetenschap: A. wetenschappelijke vakkennis B. vorderingen eigen wetenschappelijk werk C. medewerking aan onderwijs aan anderen V. Ten aanzien van maatschappelijk handelen: A. inzicht in determinanten van ziekte B. inzicht in relevante wettelijke bepalingen C. handelwijze bij incidenten in de zorg Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 22
VI. Ten aanzien van organisatie: A. functioneren binnen de gezondheidszorgorganisatie B. besteding beschikbare middelen voor de patiëntenzorg C. kennis van informatie technologie VII. Ten aanzien van professionaliteit: A. kennis van de eigen competentie B. persoonlijk en interpersoonlijk professioneel gedrag C. betrokkenheid bij patiëntenzorg 3. PORTFOLIO Wordt het portfolio door de aios adequaat bijgehouden? Ja Nee 4. CURSORISCH ONDERWIJS Participeert de aios in het cursorisch onderwijs? 5. PATIËNTENZORG A. Houdt de aios de ziektegeschiedenissen op correcte wijze bij en werkt de aios de verslaggeving aan huisartsen en andere verwijzers zorgvuldig en vlot af? Ja Ja Nee Nee B. Participeert de aios in patiëntenbesprekingen, multidisciplinaire besprekingen en refereerbijeenkomsten? Ja Nee 6. BEOORDELING A. Geschiktheidsbeoordeling (artikel B.6) Of Is de aios geschikt en in staat de opleiding voort te zetten? Zo nee, welke zijn hiervoor uw redenen? B. Jaarlijkse beoordeling (artikel B.7) Hoe luidt uw jaarlijkse beoordeling van de aios? Datum: Voor gezien,... (Handtekening aios) Ja Nee Datum:. (Handtekening opleider) Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 23
Voorbeeld formulier: het standaard eindverslag evaluatiegesprek AIOS: Medisch specialist: Gespreksleider: Periode/opleidingsonderdeel: Datum: Eindverslag evaluatiegesprek 1. Samenvatting feedback van het professioneel functioneren (zelfevaluatie en omgeving) Sterke punten: Aandachtspunten: 2. Conclusies en afspraken per competentiedomein Conclusies Afspraken I. Medisch handelen II. Communicatie III. Samenwerking IV. Kennis en wetenschap V. Maatschappelijk handelen VI. Organisatie VII. Professionaliteit 3. Persoonlijke verbeteracties/ontwikkelingsinitiatieven Ter verdere verbetering van het professioneel functioneren zullen de komende periode de volgende acties worden ondernomen: Ondergetekenden bevestigen dat het bovenstaande een accurate samenvatting is van het gevoerde evaluatiegesprek. Geaccordeerd d.d. /, door:.. Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 24
Beoordelingsformulier 360 feedback Naam AIOS Specialisme Datum Naam medisch opleider/supervisor Opleidingsonderdeel Beoordelaar Met betrekking tot de volgende competenties (aankruisen wat van toepassing is, kan meerdere zijn) 0 medisch handelen 0 communicatie 0 samenwerking 0 kennis en wetenschap 0 maatschappelijk handelen 0 organisatie 0 professionaliteit Korte schets van de beoordeelde situatie: Feedback bestond uit: de feedback heeft mij het volgende opgeleverd: Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 25
-uitwerking (voorbeeld Zwolse kinderartsen) Deze toetst het competentiegebied: (kies één mogelijkheid) medisch handelen samenwerking maatschappelijk handelen organisatie en management Beoordelaar: AIOS: communicatie kennis en wetenschap professioneel gedrag anders, nl.: Datum: in organisatie sinds: Setting: afdeling poli SEH anders, nl.: 1. Wat ging er goed? 1. 2. 3. 2. Wat kan er beter? 1. 2. 3. Concrete actiepunten/vervolgafspraken: AIOS presteert: 1 2 3 4 5 Beneden Volgens Boven verwachting verwachting verwachting Handtekening beoordelaar: Handtekening aios: Duur observatie: maximaal 10 minuten Nabespreking: maximaal 15 minuten Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 26
-formulier (CCMS) Aandachtpunten bij de competenties die gedurende het Korte Praktijk Beoordelingsmoment worden getoond. Korte Praktijk Beoordeling () Beoordelaar: Datum: Aios/coassistent: Opleidingsjaar/stage: Situatie: poli zaal dagbeh. SEH Elders: Patiënt: nieuw follow-up Probleem/diagnose: (graag aankruisen wat van toepassing is/beoordeeld wordt) 1. Anamnese Stimuleert de patiënt tot het meedelen van de ziektegeschiedenis Stelt adequaat vragen en geeft adequaat aanwijzingen om de noodzakelijke informatie te verkrijgen. Reageert adequaat op emotie en non-verbale signalen. 1. Anamnese = niet geobserveerd 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 2. Lichamelijk onderzoek Houdt een logische en efficiënte volgorde aan. Kiest een goed evenwicht tussen algemeen en hypothesegericht onderzoek. Informeert de patiënt; is attent op de belasting voor de patiënt en dienst gêne. 2. Lichamelijk onderzoek = niet geobserveerd 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 3. Klinische beoordelingsvaardigheid Vraagt geëigend aanvullend onderzoek selectief aan of voert dit uit. Neemt de risico s en voordelen in overweging. 3. Klinische beoordelingsvaardigheid = niet geobserveerd 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 4. Beleidsgesprek met de patiënt Verklaart indicaties voor onderzoek en behandeling. Vraagt om instemming waar nodig. Overlegt over het beleid 4. Beleidsgesprek met de patiënt = niet geobserveerd 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 5. Organisatie en efficiëntie Organiseert adequaat. Bewaakt de tijd. Is beknopt. 5. Organisatie en efficiëntie = niet geobserveerd 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 27
6. Algemeen oordeel over klinische competentie Heeft een adequaat klinisch oordeel. Houdt overzicht. Is zorgzaam, effectief en efficiënt 6. Algemeen oordeel over klinische competentie (kennis/observatie/interpretatie/vaardigheden/ verslaglegging) 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 7. Professioneel gedrag Toont respect, betrokkenheid en empathie. Wekt vertrouwen. Reageert adequaat op de behoeften van patiënt aan comfort, eerbaarheid, vertrouwen en informatie 7. Professioneel gedrag (richting patiënt/collegae/ overig personeel) 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 8. Mate van groei bij de assistent Heeft zichtbare vorderingen gemaakt. Weet de eigen verbeterpunten gedetailleerd te noemen. Kan de verbeterpunten concritiseren. Staat open voor feedback. 8. Mate van groei bij de assistent. = niet beoordeeld 1 2 3 / 4 5 6 / 7 8 9 Onvoldoende Voldoende Uitstekend 9. Opmerkingen naar aanleiding van de observatie Het is wenselijk in het kader van de feedback hier te vermelden wat er goed gaat (Pendleton) 9. Opmerkingen naar aanleiding van de observatie (wat gaat er goed) 10. Adviezen/verbeterpunten naar aanleiding van het gesprek 2 suggesties/verbeterpunten is ongeveer het maximum dat binnen het kader van een bespreekbaar en voor de aios behapbaar is. Adviezen/verbeterpunten naar aanleiding van het gesprek (maximaal 2) 1 2 Paraaf beoordelaar: Paraaf AIOS: Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 28
OSATS-formulier OSATS (Objective Structured Assessment of Technical Skills) Beoordelaar: Aios: Datum: Opleidingsjaar: Verrichting: Complexiteit: laag gemiddeld hoog Weefselgevoel 1 2 3 4 5 Gebruikt frequent onnodige Gaat zorgvuldig om met weefsel, Consistente zorgvuldige behankracht of veroorzaakt incidenteel weefselschade deling weefsel met minimale weefselschade door onjuist weefselschade gebruik instrumenten Tijd en beweging 1 2 3 4 5 Frequent onnodige bewegingen Redelijk efficiënte bewegingen, Economische bewegingen, nog enkele onnodige bewegingen maximale efficiëntie Hanteren van instrumenten 1 2 3 4 5 Maakt herhaaldelijk onzekere en/ Kundig gebruik van instrumenten, Vloeiende bewegingen, kundig of onhandige bewegingen nog enkele onnodige bewegingen Instrumentenkennis 1 2 3 4 5 Vraagt regelmatig verkeerde Kent de namen van de meeste Duidelijk bekend met de benoinstrumenten of onjuist gebruik instrumenten en gebruikt het juiste digde instrumenten, correcte van instrumenten instrument op het juiste moment benaming Gebruik van assistentie 1 2 3 4 5 Zeer matige instructie assistentie Gebruikt assistentie grootste deel Gebruikt assistentie strategisch, of onvoldoende gebruik van de tijd adequaat benut deze optimaal assistentie Voortgang operatie 1 2 3 4 5 Stopt frequent met opereren, Demonstreert voorwaartse Duidelijke planning van operatie, vraagt vaak om instructie planning, gestage vordering moeiteloos van de ene stap naar de operatie volgende Kennis van procedure Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 29
1 2 3 4 5 Onvoldoende kennis, heeft Kent de meest belangrijke Demonstreert een grote mate van bij bijna elke volgende stap aspecten van de operatie kennis van de hele operatie specifieke instructie nodig Tevredenheid beoordelaar met OSATS 1 2 3 4 5 Tevredenheid AIOS met OSATS 1 2 3 4 5 Handtekening beoordelaar: Handtekening aios: Bijlage Tools:behorende bij de handleiding lokaal opleidingsplan medische vervolgopleiding 30