Inhoudsopgave VERTROUWEN, VERBINDEN, MEESTERSCHAP. 1. Voorwoord... 3



Vergelijkbare documenten
Verkort jaarverslag 2013 Jaarrekening 2013

Inhoudsopgave VERTROUWEN, VERBINDEN, MEESTERSCHAP. 1. Voorwoord... 3

Verkort jaarverslag 2013

Jaarplan SOPOH Personeel. Onderwijs. Organisatie. Voor ieder kind het beste bereiken, met passie, plezier en professionaliteit.

Jaarverslag DE DELTA

Jaarverslag 2013 Jaarrekening 2013

Jaarplan Sint Jozefschool Moordrecht

Inleiding. Begrippenkader

Inhoudsopgave. Deel A Kengetallen en terugblik op het afgelopen schooljaar. Deel B Doelstellingen en jaarplan. Inleiding. School. 1.

Jaarplan OBS Het Spectrum. Jaarplan OBS Het Spectrum

spoor "asis voor uw kind

1. Voorwoord Controleverklaring Overige gegevens...45

Schoolondersteuningsprofiel

Bovenschools Jaarplan niet apart maar samen

Samen werken, samen ontwikkelen

Kadernotitie professionalisering

4. Zelf ervaren te werken met het schooljaarplan 5. Vragen en mogelijkheden de producten in te kijken

JAARVERSLAG GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD

Schoolplan Stichting Katholiek Onderwijs Volendam

VERSLAG van de 149e vergadering van de GMR

Toelichting bij de begroting 2015 Stopoz Hierbij biedt het bestuur van Stopoz u de toelichtingsbrief en de begroting 2015 aan.

Profiel- en situatieschets

Het huidige jaarplan van de Delta (BRIN 19 ML) is mede gebaseerd op het strategisch beleidsplan van stichting Proo.

JAARPLAN OBS De Driehoek

Binnen. creëren wij kansen

Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid

Organisatie: Samenwerkingsverband Stichting Samenwerkingsverband RiBA ( Ridderkerk, Barendrecht, Albrandswaard)

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL KOTTEN

Schooljaarplan obs de Skûle

Jaarplan Basisschool St. Catharina Haastrecht

Bijlage 4 INTEGRAAL VEILIGHEIDSBELEID. Unicoz onderwijsgroep primair onderwijs

Wij danken iedereen die heeft meegewerkt aan de behaalde resultaten van onze scholen. Bestuur Stichting Poolster

Jaarplan Basisschool De Regenboog

Jaarplan De Berkel

Nieuwsbrief januari t/m juli 2016

JAARPLAN Op volle kracht vooruit. Maar zeker niet vergeten te genieten van het uitzicht!

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK C.B.S. IT GROVESTINSHÔF

Artikel 7 Opdracht Stichting Onderwijs Primair heeft de opdracht uitgewerkt naar vijf kernwaarden:

Profielschets bestuurder. SWV PO en SWV VO Zoetermeer

Informatie Innovatietraject Voortgezet Leren Serie 1

Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid

Jaarverslag Basisschool St. Catharina Haastrecht

Medezeggenschapsraad basisschool De Sporckt Jaarverslag

Jaarplan De Berkel

Werken aan kwaliteit oog voor onderwijs in de 21e eeuw

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK SAMSAM

Ontdek je wereld. Koersplan THUIS IN DE WERELD. Hoogen Dries 3, 5051 WK Goirle

INHOUDSOPGAVE... 2 INLEIDING MEDEZEGGENSCHAP BIJ STICHTING PRISMA Samenstelling Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR)...

Jaarplan BASISSCHOOL ST. CATHARINA HAASTRECHT

Jaarplan Basisschool St. Catharina Haastrecht

Bijlage C. Communicatieplan. Passenderwijs

Bovenschools Jaarplan 2018

JAARPLAN ST. MATTHEUSSCHOOL AFDELING SO ALEYDA VAN RAEPHORSTLAAN CR ROTTERDAM

Managementstatuut. Stichting Invitare Openbaar Onderwijs. Managementstatuut. Zoals vastgesteld. Geldig tot uiterlijk:

Jaarverslag Basisschool St. Catharina Haastrecht

Jaarverslag schooljaar Basisschool Maria Goretti

(hoe wordt dit zichtbaar?) De indicatoren zijn beschreven in het jaarplan The Leader in Me vanuit het 3- jarige implementatieplan.

Situatie- en profielschets adjunct-directeur CSO De Zonnehoek

Evenredige verdeling man / vrouw bij het Veenplaspersoneel

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL DE MULDERSHOF

Jaarverslag schooljaar Basisschool De Violier

Jaarplan Basisschool de Krullevaar. Schoonhoven. Doelenplein CV Schoonhoven T

Basisondersteuning Samenwerkingsverband Stromenland

NIEUWE RONDE, NIEUWE KANSEN. Middelen (en mensen) echt verbinden aan de strategie & de routekaart naar goed financieel management

Bijeenkomst GMR. maandag 23 juni 2014

Schoolondersteuningsprofiel. 14GF00 De Zeester

TWEE LEDEN RAAD VAN TOEZICHT

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK R.K.B.S. "SINT MAARTENSCHOOL"

Schoolbudget voor Ontwikkeling en Ondersteuning: bestedingsvoorbeelden

Basisschool de Krullevaar. Schoonhoven

Toezichtskader SBO De Vlieger

De Vogelveste. speciale school voor basisonderwijs

JAARPLAN JAARVERSLAG Jaar School Schoolleider Datum Inleiding

JAARPLAN Samen werken aan de toekomst! Bekkampstraat AH Hengevelde

Jaarverslag Sint Jozefschool Moordrecht

BOOR speciaal, speciaal BOOR VERANTWOORDEN

Activiteitenplan MR Melanchthon

Bestuursreglement samenwerkingsverband Passend Primair Onderwijs Noord-Kennemerland

Directeur (0,8 wtf) bouwend verbindend

Werkplan. Medezeggenschapsraad

Basisschool De Werf: vrije persoonlijkheidsvorming, sterk inhoudelijk onderwijs en een goede zorgstructuur

Communicatie & Plan van aanpak 1.6 Veranderen met Visie. Fase 3 Augustus 2013/augustus 2016

Omdat elk kind telt en groeit met plezier ; dat is de titel van het strategisch beleidsplan van onze Stichting Proo.

ACTIEPUNTEN 2015 (uit de onderlegger A3 meerjaren beleidsplan Poolster )

Samenkomst gezamenlijke Medezeggenschapsraden STAIJ

Meerjarenbegroting van de Stichting SPOOR

Jaarplan SWV PO3002

Nieuwsbrief. Voorwoord. Geslaagde Tour met de Raad van Toezicht. Positieve resultaten teldatum. Interne nieuwsbrief november 2017

Versie 0.3 Datum: 4 maart Managementstatuut

SOCIAAL JAARVERSLAG 2013

PROFIEL Directeur Samenwerkingsverband Passend Onderwijs de Kempen PO 30-09

Functieprofiel Raad van Toezicht

Jaarverslag Evaluatie jaarplan

Herstelacties naar aanleiding van het inspectiebezoek voorjaar 2018

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK OBS JULIANA VAN STOLBERG

Passend onderwijs en kwaliteitsbeleid

Datum Betreft Bestuursakkoord PO-Raad-OCW Geacht schoolbestuur,

Onderwijskundig jaarplan GBS Het Talent 1

Onderwijskundig jaarverslag

Transcriptie:

Jaarverslag 2014

Inhoudsopgave TIP: klik op de oranje hoofdstukken om direct verder te lezen 1. Voorwoord... 3 Jaarverslag 2014 2. Samen sterker voor het beste onderwijs voor elk kind...4 3. De bestuurlijke organisatie...5 4. Onderwijs... 7 5. Personeel...1 1 6. Huisvesting...15 7. Financiën... 18 8. Continuïteitsparagraaf...20. Bijlagen 1. Invulling bestuurlijke organisatie... 46 2. Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad... 48 3. Overzicht Prestatiebox middelen SPOOR... 48 4. Financiële uitgangspunten voor de Meerjarenbegroting 2015-2018... 50 5. Leerlingtelling...53 6. Personeelssterkte per functiegroep...53 Jaarrekening 2014 9.1 Grondslagen... 25 9.2 Financiële kengetallen... 26 9.3 Balans per 31 december 2014... 29 9.4 Staat van baten en lasten per 31 december 2014... 30 9.5 Kasstroomoverzicht... 31 9.6 Toelichting op de Balans... 32 9.7 Toelichting op de Staat van baten en lasten... 36 9.8 Voorstel voor de resultaatbestemming... 39 9.9 Treasuryverslag... 39 9.10 Overzicht verbonden partijen... 40 9.11 Gebeurtenissen na balansdatum... 40 9.12 Kosten accountantscontrole... 40 9.13 Vermelding bezoldiging topfunctionarissen en gewezen topfunctionarissen... 41 Controleverklaring... 42 Overige gegevens... 44 2

1 Voorwoord terug naar inhoudsopgave Het beste onderwijs voor elk kind Jaarverslag 2014 Met trots presenteren SPOOR en OPSO hun jaarverslagen als resultaat van het samenwerkingsjaar 2014. Vol verwachting kijken we uit naar 2015 waarin we verder bouwen aan ons gezamenlijk meesterschap voor het beste onderwijs voor elk kind. Het jaarverslag gaat over het onderwijs op scholen in onze regio van SPOOR en de scholen van OPSO in Purmerend. Het laat zien dat we iedere dag bezig zijn binnen onze stichtingen, scholen en in de klassen om met elkaar het beste onderwijs te bieden en daar waar nodig te verbeteren. We hebben ervoor gekozen het jaarverslag 2014 alleen digitaal uit te brengen. Zo kunt u gericht achtergrondinformatie zoeken of snel een item terugvinden via de handige doorklikmogelijkheid. Op www.opspoor.nl kunt u ook andere informatie en verslagen van SPOOR en OPSO vinden. Kijk mee met wat we doen Transparantie en het afleggen van verantwoording hoort bij organisaties die met publieke middelen worden gefinancierd. Dat is niet de enige reden dat SPOOR en OPSO hun jaarverslagen uitbrengen. We zijn trots op wat wij doen voor de leerlingen, de medewerkers en het onderwijs. Het fundament van SPOOR en OPSO is stabiel. De bedrijfsvoering is steeds beter op orde. De extra financiële middelen die wij in december 2013 ontvingen en de uitwerking van het sociaal plan zorgen dat we er financieel beter voorstaan. De vrijgekomen middelen zetten we in voor verbeteringen in onze schoolontwikkeling. SPOOR en OPSO trekken samen op Het jaarverslag 2014 laat zien dat we als samenwerkende stichtingen steeds meer in verbinding met elkaar zijn en dat we steeds dichter naar elkaar toe groeien. Dat gaat natuurlijk niet vanzelf. Het is het werk van alle mensen binnen onze organisaties. Zij werken met passie en betrokkenheid. De doelstellingen, die in de jaarverslagen staan, komen voort uit het Koersdocument en de notitie Vitale en Duurzame Scholen. De vertaling van deze twee documenten vindt u terug in onze Jaarplannen 2014. De komende jaren houden we de ingeslagen weg vast. We blijven werken aan het verbeteren van het onderwijs met hulp van interne en externe deskundigen. Samen leren en kennis delen Anderen willen laten leren, betekent jezelf ontwikkelen door met en van elkaar te leren. Dat varieert van de GMR tot het onderwijzend personeel en van directies tot het College van Bestuur. Onderwerpen uit de leer- en klankbordgroepen zijn bijvoorbeeld: breinontwikkeling, passend onderwijs, begrijpend lezen, teamleren, systeemontwikkeling, NPDL, opbrengstgericht werken, financiën en NLP. We zijn elkaars klankbord, (leer)ervaringen worden gebundeld, en kennis gedeeld met als doel onze eigen ontwikkeling te verbreden en te verdiepen. Tijdens deze zoektocht naar en uitwisseling van kennis leren collega s uit alle geledingen van de samenwerkende stichtingen SPOOR en OPSO van elkaar. Van elkaar leren betekent ook leren van en met onze samenwerkingspartners en collega-besturen. We hebben elkaar nodig om het onderwijs en de ondersteuning die elk kind nodig heeft zo passend mogelijk te laten zijn. Ons onderwijs past elk kind. De samenwerkende Colleges van Bestuur SPOOR en OPSO Alina Kuiper Jelte de Graaf 3

2 Samen sterker voor het beste onderwijs voor ieder kind De OPSPOOR-organisatie De Stichting Primair Openbaar Onderwijs in de Regio Waterland & Oostzaan (SPOOR) is sinds 2004 een zelfstandige stichting, die 24 scholen bestuurt. De stichting kent een eenhoofdig College van Bestuur. In het toezicht is voorzien in de vorm van een Raad van Toezicht, die uit vijf personen bestaat. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad bestaat uit een personeels- en oudergeleding. Ten behoeve van de ondersteuning van het College van Bestuur en de directies van scholen is een Servicebureau ingericht. Binnen de samenwerking is de doelstelling dezelfde. De organisatie-inrichting van OPSO is vergelijkbaar. OPSO verzorgt het openbaar primair onderwijs in Purmerend. De in 2012 gesloten samenwerkingsovereenkomst tussen beide besturen maakt het mogelijk om op bestuurlijk niveau als ware als één organisatie te functioneren. Dit betreft dan de twee samenwerkende Raden van Toezicht en de twee samenwerkende Colleges van Bestuur. Hetzelfde geldt voor de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraden. De ondersteunende bureaus werken sinds eind 2013 als één Servicebureau voor de twee stichtingen. Waar staan we voor In het Koersdocument 2013-2016 hebben we onze visie als volgt omschreven: Onze openbare scholen nemen actief deel aan allerlei ontwikkelingen door initiatieven te ontplooien en verbeteringen in gang te zetten om het beste onderwijs voor ieder kind te realiseren. Wij gaan uit van de mogelijkheden van ieder kind. Wij zijn erop gericht om samen met het kind en de ouders alle creatieve, cognitieve, sociaal-emotionele en fysieke talenten te ontplooien. SPOOR werkt vanuit deze missie intensief samen met OPSO om onze kennis en inzichten te delen. Op deze wijze creëren wij het beste onderwijs voor onze kinderen, gaan we efficiënter met de middelen om en vullen wij onze ondersteuningsplicht nog beter in. We worden geïnspireerd door de stelling dat we verschil kunnen maken. Dat doen we door samen het beste onderwijs te bieden vanuit onze kernwaarden: Vertrouwen We gaan uit van de mogelijkheden van ieder mens en stimuleren elk individu zichzelf verder te ontwikkelen. Wij zijn van nature nieuwsgierig naar de ander en heten iedereen welkom. Verbinden Iedereen binnen en buiten de organisatie. Kind, medewerkers en andere betrokkenen voelen zich erkend en geaccepteerd ongeacht geloof, ras, huidskleur, geslacht, taal en afkomst. Iedereen is in staat om op een respectvolle manier met elkaar om te gaan en op een constructieve wijze samen te werken. Verschillen in visie en geloofsovertuigingen zien we en ervaren we als een bron van inspiratie. Samen komen we verder. Meesterschap Elke medewerker is op zijn/haar vakgebied een professional die kritisch naar zichzelf kijkt, die zich openstelt voor anderen en nieuwe opvattingen op waarde weet te schatten. Elke mede werker is eigenaar van het vak dat hij uitoefent en laat iedereen profiteren van eigen ervaringen en nieuwe inzichten. Elke medewerker is in staat de verschillen te overbruggen, betrokkenen te verbinden en daadwerkelijk vertrouwen te geven aan kinderen, ouders en collega s. Elke medewerker ontwikkelt zich permanent om het vakmanschap te onderhouden en te verbeteren. terug naar inhoudsopgave Van onze medewerkers verwachten wij, dat zij handelen vanuit deze drie kernwaarden en elkaar daarop aanspreken. Wij zetten het gedachtengoed gebaseerd op de lerende organisatie in als voertuig voor verandering. 4

terug naar inhoudsopgave 3 Bestuurlijke organisatie De doelstellingen, zoals opgenomen in de meerjarenbegroting 2014 zijn: 1. Opstellen van een Koersdocument 2014 2017 OPSO/SPOOR. 2. Opstellen van de krimpnotitie Naar Vitale en Duurzame Scholen. 3. Verdere intensivering van de samenwerking met OPSO op bestuurlijk niveau, toezicht en medezeggenschapsterrein door verkenning van de personele unie. 4. Verdere profilering van de scholen. 5. Verbetering van de financiële kengetallen. De resultaten van bovenstaande punten: De resultaten van bovenstaande punten: 1. Het Koersdocument is in het afgelopen jaar opgesteld en voorgelegd aan de directies, GMR en Raad van Toezicht en daarna vastgesteld. 2. De notitie Vitale en Duurzame Scholen is door ons vastgesteld en de uitvoering is voorzichtig gestart in Zeevang, Oostzaan, Landsmeer en Wormerland. 3. De samenwerking met OPSO is geïntensiveerd. De wijze waarop dat is gebeurd staat in dit jaarverslag vermeld. 4. Deels gerealiseerd in de vorm van een start van twee scholen met het New Pedagogies for Deep Learning. 5. Beperkt gerealiseerd in de vorm van een verbeterd weerstandvermogen. Bestuurlijke samenwerking De samenwerking tussen de Colleges van Bestuur van SPOOR en OPSO is intensiever geworden en sinds de zomer van 2013 werken we op basis van een interne portefeuilleverdeling. De bestuurder van SPOOR heeft de portefeuilles Huisvesting, Financiën en het Servicebureau. De bestuurder van OPSO is voorzitter van de samenwerkende Colleges van Bestuur en beheert de portefeuilles Onderwijs, Personeel en Communicatie. De beide Colleges van Bestuur werken vanuit de gedachte van beleidsvormend besturen. Het gekozen bestuursmodel voldoet aan de code goed bestuur. Deze basis van besturen is versterkt door een vast wekelijks overleg en een besluitenlijst die gepubliceerd wordt in De Newz, het tweewekelijks bulletin voor directeuren. Daarnaast stellen we deze ter beschikking aan de Raad van Toezicht. In 2014 zijn het Koersdocument 2014-2017 en het gezamenlijk Jaarplan 2014 vastgesteld. Deze twee stukken geven inzicht in de voorgenomen concrete activiteiten en beoogde resultaten. In dat kader zijn de samenwerkende Colleges begonnen met de voorbereiding van een antwoord op drie belangrijke strategische vraagstukken: De daling van het aantal leerlingen. Het monitoren van de onderwijsopbrengsten en de kwaliteit daarvan. Een exactere onderbouwing van het financieel meerjarenperspectief van beide stichtingen. Het vastgestelde Koersdocument en Jaarplan 2014 is voor advies voorgelegd aan de directies, Raad van Toezicht en GMR. Raad van Toezicht SPOOR is op grond van de Wet goed onderwijs, goed bestuur (2010) zo ingericht dat er sprake is van een functionele scheiding tussen toezicht en bestuur. De functie van het intern toezicht wordt uitgeoefend door de Raad van Toezicht. De leden van de Raad van Toezicht zijn benoemd door SPOOR-raad. In het verslagjaar 2014 zijn de beide Raden van Toezicht van SPOOR en OPSO zich gaan verdiepen in de invoering van een Personele Unie. Ze hebben een verkenning van de mogelijkheden laten uitvoeren en hebben een miniconferentie met de wethouders Onderwijs belegd. De uitwerking van de Personele Unie tussen beide stichtingen wordt in 2015 voortgezet. Dit jaar heeft de Raad van Toezicht een structureel overleg met de GMR ingevoerd. Daarnaast hebben de leden van de Raad van Toezicht hun opgedane kennis op het terrein van het toezichthouden actief met elkaar gedeeld. Verder hebben de leden van de Raad van Toezicht een bezoek gebracht aan twee scholen van SPOOR en OPSO. Dat waren De Bloeiende Perelaar en de Martin Luther Kingschool. De Raad van Toezicht is in het verslagjaar zes keer bij elkaar gekomen. Onderwerpen en besluiten van de Raad van Toezicht KLIK HIER 5

Auditcommissie en de Remuneratiecommissie De Raden van Toezicht van SPOOR en OPSO hebben samen twee commissies ingericht. Dat zijn de Auditcommissie en een Remuneratiecommissie. SPOOR-raad en gemeente Purmerend Vanuit de verticale verantwoordingsplicht zijn er in 2014 twee bijeenkomsten geweest met de SPOOR-raad en de gemeente Purmerend. Daarin zijn de volgende zaken aan de orde geweest: 1. De meerjarenbegroting 2014-2017. 2. Het lopende sociaal plan. 3. De notitie Vitale en Duurzame Scholen. 4. De verwachte leerlingaantallen. 5. De jaarrekeningen 2013. Servicebureau Het Servicebureau heeft vier afdelingen: Financiën, Personeelszaken, Huisvesting en Onderwijs en een bestuurssecretariaat. Het Servicebureau wordt aangestuurd door de portefeuillehouder Servicebureau. Medewerkers van het Servicebureau zijn leverancier van informatie, adviseur en ondersteuner van de samenwerkende Colleges van Bestuur, de samenwerkende toezichthouders en de directeuren. Vanuit deze ondersteunende rol leveren zij een bijdrage aan de resultaten, zoals die in dit jaarverslag naar voren komen. Tevens zijn zij de motor in de totstandkoming van het jaarverslag zelf. GEMEENTE PURMEREND SPOORRAAD Gemeente Zeevang, Wormerland, Waterland, Oostzaan, Landsmeer, Edam-Volendam, Beemster. Beleids stukken GMR KLIK HIER Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) vertegenwoordigt de ouders en leerkrachten van de scholen. De GMR krijgt beleidstukken voor instemming of advies aangeboden. In 2014 heeft de GMR wederom een achterbanbijeenkomst georganiseerd. Dit keer stond de bijeenkomst in het teken van Passend Onderwijs. Peter Riezenbos auteur van het boek Van Mavo tot Harvard plaatste zijn eigen schoolloopbaan in het bredere onderwijskader. Centraal stond de vraag: is het de leerling of de school die passend is of zou moeten zijn? Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad RAAD VAN TOEZICHT College van Bestuur Servicebureau FZ PAZ HV OW/ICT Secr. Directieberaad Het afgelopen jaar volgden alle directeuren een tweedaagse cursus over het coachen van leerteams binnen de scholen. Daarnaast heeft het Directieberaad veel aandacht besteed aan het begeleiden van ziekte en de preventiemaatregelen die een directeur op het gebied van ziekteverzuim kan treffen. Er is aan het eind van het kalenderjaar uitgebreid stilgestaan bij de gevolgen van de nieuwe cao. Projectgroepen van directeuren hebben actief voorstellen voorbereid op het terrein van financiën en personeel. Wat betreft het verbeteren van werkprocessen en administratieve processen heeft de klankbordgroep Servicebureau een paar maal feedback gegeven op voorstellen. De praktische uitvoering van Passend Onderwijs op de scholen zelf heeft in het afgelopen najaar verschillende malen op de agenda gestaan. In 2014 is het Directieberaad zes keer bij elkaar gekomen. OPSO PURMEREND 13 basisscholen 1 school voor speciaal basisonderwijs 1 school voor (voortgezet) speciaal onderwijs 3 Projectgroepen Cluster 1 Cluster 2 Cluster 3 Cluster 4 Cluster 5 Cluster 6 SPOOR 23 basisscholen 1 school voor speciaal basisonderwijs 6

terug naar inhoudsopgave 4 Onderwijs In 2014 zijn de volgende meetbare doelstellingen geformuleerd: 1. Elke school heeft een eigen schoolondersteuningsprofiel (augustus 2014). 2. Elke medewerker heeft minimaal één studiedag gevolgd over de lerende organisatie. Op scholen wordt gewerkt aan de hand van een stappenschema (van analyse t/m evaluatie). 3. 25% van de SPOOR-scholen doet mee aan het excellentieproject. 4. We hebben een aantal deeldoelstellingen geformuleerd over de digitalisering van het onderwijs. Deze deeldoelstellingen hebben betrekking op het gebruik van ipads en trainen van leerkrachten in het gebruik daarvan. De meetbare doelen voor de ICT-pilots staan beschreven in de projectaanvraag van de school. Bij een positieve uitkomst, gaan minimaal vijf scholen meedoen met de projecten. De verkregen informatie is gedeeld met alle scholen. 33% van de scholen heeft deelgenomen aan de cursus Train de trainer. De cursus ging over het didactisch gebruik van het digitale schoolbord. De trainer heeft de verkregen kennis overgedragen aan het schoolteam. 5. Er is een conceptvisie voor een andere aanpak voor het gebruik van ICT in het onderwijs. 6. Er is een SharePoint-omgeving voor kantoor, directeuren en ICT-coördinatoren De resultaten van bovenstaande punten: 1. Passend Onderwijs is halverwege 2014 ingevoerd. De resultaten zijn daardoor nog nog zeer voorlopig. 2. Elke medewerker heeft deelgenomen aan een studiedag Boeiend Onderwijs en na de zomer zijn de trainingen gestart, die hier een vervolg op zijn. 3. Gerealiseerd met betrekking tot het onderdeel training van teams in de omgang met excellente leerlingen. Niet gerealiseerd met betrekking tot extra groep voor excellente leerlingen in de regio. 4. Op verschillende scholen gestart, maar niet afgerond in 2014. 5. Niet gerealiseerd, doorgeschoven naar 2015. 6. Voorbereidingen gerealiseerd, implementatie in 2015. De ingeslagen wegen in het onderwijs en de onderwijsorganisatie in 2014 1 Integraal scholingsaanbod in het kader van de lerende organisatie In 2014 maken alle medewerkers kennis met het gedachtengoed van de lerende orga nisatie. De lerende organisatie en de werkwijze worden op de scholen geïmplementeerd. De directeuren worden geschoold in het aansturen van een lerende organisatie. Uitwerking De kwaliteit van het onderwijs staat of valt met de kwaliteit van de leerkracht. De lerende leerkracht, die voortdurend aan de verbetering van zijn kwaliteit werkt, blijkt in alle onderzoeken een cruciale factor voor de kwaliteit van de school. Om de kwaliteitsontwikkeling te vergroten is er in 2014 een vervolg gegeven aan het scholingstraject dat in 2013 is gestart. Na de laatste Onderwijsdag voor alle medewerkers o.l.v. Jan Jutten met als onderwerp Leiding geven aan professional capital, zijn de onderstaande modules en trainingsdagen van start gegaan: Voor de leerkrachten: Verbeteren van begrijpend lezen met behulp van systeemdenken. Hoge opbrengsten door boeiend onderwijs. Beter onderwijs door breinkennis. Van vast menu naar lopend buffet. Omgaan met gedragsproblematiek. NLP voor je dagelijks werk in de klas. Voor de intern begeleiders: Intern begeleider in een lerende school. Van onderwijskundig naar opbrengstgericht leider. Communicatie: kerncompetentie van intern begeleiders. Begeleiden van meetbaar gestuurd onderwijs. Data gebruiken om het onderwijs te verbeteren. 7

Voor de directeuren: Werken aan inspirerend leiderschap in een lerende organisatie met behulp van o.a. leerteams. Communicatie, de kerncompetentie van een goede leider. Teamcoaching. Van leren van het verleden naar leren voor de toekomst. Belangrijk uitgangspunt is het vliegwielprincipe, waarbij leerkrachten, intern begeleiders en directeuren hun opgedane kennis en vaardigheden delen met de rest van het team. Dat betekent voor de directeuren dat het teamleren concreet vormgegeven wordt binnen de eigen school. De opleiding voor directeuren heeft daar input aan gegeven en zal ook net als de overige modules en trainingen worden voortgezet in 2015. 2 Scholing signalering kindermishandeling Alle leerkrachten, intern begeleiders (medewerkers met een ondersteuningstaak o.a. in het kader van Passend Onderwijs) en schoolleiders hebben via e-learning geleerd kindermishandeling te signaleren. Hiermee voldoen ze aan de wettelijke eisen in 2014. Uitwerking De leerkrachten, intern begeleiders en schoolleiders hebben een verplichte scholing gekregen over het signaleren van kindermishandeling. De opgedane kennis wordt geborgd door op elke school ook één teambijeenkomst o.l.v. een medewerker van het Samenwerkingsverband Waterland te organiseren. De meldcode is bij elke school in een specifiek werkwijze/protocol vastgelegd. Daarmee zijn alle medewerkers meer alert en bekwaam in het signaleren van en het handelen in geval van kindermishandeling. Al onze scholen voldoen nu aan de wettelijke eisen op dit gebied. 3 Monitoringsinstrument Goed Onderwijs voor schooldirecteuren De Monitor Goed Onderwijs (MGO) wordt naast het CITO LOVS als instrument gebruikt. Hiermee krijgen scholen beter inzicht in de kwaliteit van hun onderwijs. Uitwerking Scholen moeten beter inzicht in de kwaliteit van hun onderwijs krijgen. Door de kwaliteit te monitoren kan, waar nodig, het onderwijs worden verbeterd. Op de scholen wordt er gewerkt met twee instrumenten die daarbij behulpzaam zijn: 1. De Monitor Goed Onderwijs (MGO) is een instrument waarmee scholen, naast het gebruik van het CITO LOVS, inzicht krijgen in de stand van zaken wat betreft de kwaliteit van hun onderwijs. Tevens krijgen scholen zicht op wat er moet gebeuren om het onderwijs, indien noodzakelijk, te verbeteren. De MGO kijkt o.a. naar de positie t.a.v. het waarderingskader van de onderwijsinspectie, de plannen van aanpak, het didactisch handelen van de leerkrachten, de opbrengst - analyses en de borgingsdocumenten. In 2015 zal de webbased versie van het MGO bovenschools ingezet worden. 2. Daarnaast wordt er gebruikgemaakt van het CITO LOVS op school- en bovenschoolsniveau. Deze monitor geeft direct inzicht in de behaalde resultaten op de diverse leergebieden. De inzet van genoemde instrumenten stelt het bestuur in staat het jaarlijkse bestuursgesprek met de inspectie proactief te voeren. In 2015 wordt het advies van de basisschool richting het VO leidend en wordt de centrale eindtoets definitief ingevoerd. In het schooljaar 2015-2016 zal de zogenaamde Waterlandse Overstap daarop aangepast worden. Hetzelfde geldt voor de werkwijze in de Zaanse regio. 8

4 Passend onderwijs: inzet Onderwijsondersteuner in de school Vanaf augustus 2014 wordt op iedere school de onderwijsondersteuner (OSA) ingezet. De OSA helpt de school bij de verdere vormgeving van passend onderwijs. Het accent wordt verlegd van curatief naar preventief, van leerling naar leerkracht en van incident naar systeem. Ter voorbereiding is in het voorjaar van 2014 een pilot met negen scholen uitgevoerd. Uitwerking Voor een adequate invoering van passend onderwijs is een lerende organisatie volgens ons van groot belang. Leren van jezelf, van elkaar en van experts zijn daarbij voor ons de uitgangspunten. Zo ontstaat er continue verandering op individueel, groeps- en organisatieniveau. Om die reden zijn we in 2014 gestart met het vormen van clusters van scholen die een gezamenlijke verantwoordelijkheid dragen voor een goede en effectieve besteding van de ondersteuningsmiddelen. De clusters dragen verantwoording voor zowel het onderzoek als voor de te ontwerpen arrangementen. Deze werkwijze leidt tot: Gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het geheel. Een situatie waarin iedere school wordt uitgedaagd om de basiskwaliteit te verbeteren met zijn eigen kwaliteit als vertrekpunt. Bewust leren van en met elkaar waardoor initiatieven worden gestimuleerd. Om dit proces te ondersteunen is er in 2014 een begin gemaakt met de inzet van een ondersteuningsadviseur of schoolondersteuner. Deze expert begeleidt en adviseert de school en het cluster. Hij werkt tevens mee aan het op orde brengen van de basiskwaliteit. Het accent wordt verlegd van curatief naar preventief, van leerling naar leerkracht en van incident naar systeem. Werkwijze Elk cluster krijgt een ondersteuningsadviseur. Al werkende wordt de inhoud en werkwijze samen verder vormgegeven. De ondersteuningsadviseurs worden ook aangestuurd door het schoolbestuur. 5 Excellentieproject De werkwijze m.b.t. hoogbegaafde leerlingen die de afgelopen jaren binnen OPSO is ontwikkeld, blijkt zeer effectief te zijn. Het bestuur streeft ernaar om op alle SPOOR-scholen d.m.v. een scholings- en begeleidingstraject (Laika) dezelfde werkwijze te implementeren. Binnen de scholen wordt gewerkt volgens vaste afspraken en protocollen en is er een toelatingscommissie voor de bovenschoolse voorziening VOSTOK in Purmerend. Het bestuur van het SWV Waterland bespreekt met andere schoolbesturen of onze effectieve aanpak kan worden gebruikt op andere plekken binnen de regio Waterland. Het resultaat is dat het SWV een positief advies heeft gegeven aan andere besturen. Een voorwaarde is wel dat de expertise van de andere besturen wordt geïntegreerd. Het huidige Excellentieproject kan uiteindelijk als één van de onderdelen opgenomen worden in het toekomstig expertisecentrum van het SWV Waterland. De Zaanstreek heeft ook een aanpak en voorziening hoogbegaafden. Daar worden het Pluskinderen genoemd. De aanpak van Pluskinderen verschilt wezenlijk van onze aanpak. Daarom hebben wij besloten om niet bij te dragen in de kosten van het Zaanse traject. We onderzoeken of het mogelijk is een VOSTOK-voorziening op te zetten in Oostzaan en/of Wormer. 6 Ontwikkeling diversiteit in onderwijsinhoudelijke profielen Van alle scholen binnen SPOOR hebben op dit moment slechts een paar een onderwijsinhoudelijk profiel. De SPOOR-scholen Blauwe Morgenster en Fuut zijn bezig met het ontwikkelen van een onderwijsinhoudelijk profiel t.w. Dalton- en Circuitonderwijs. In 2014 zijn er voorbereiding getroffen om vanaf januari 2015 drie jaar lang deel te nemen aan het project New Pedagogies Deep for Learning (NPDL). Dit project wordt in diverse landen over de hele wereld gestart. Het doel is om te komen tot een andere manier van onderwijzen. Het onderwijs is meer gericht op persoonlijk leren van leerlingen. Het ligt in de bedoeling om de opbrengsten van dit project breed te delen binnen de organisatie zodat andere scholen kunnen meeliften. Twee scholen hebben zich tot nu toe aangemeld: De Harpoen in Jisp en Van Randwijk in Ilpendam. 9

7 Inzet van ICT op school en in de organisatie Werken in de cloud Binnen de scholen vindt er een omslag plaats van het gebruik van server en bekabeld netwerk naar het gebruik van mobiele devices en opslag in de cloud. In 2014 zijn scholen gestart met de aanschaf van een draadloos netwerk. Verder wordt onderzocht of en op welke wijze het werken met een eigen mobiel apparaat (bring your own device, BYOD) door leerlingen geïmplementeerd kan worden. Een van de zaken is het inrichten van het draadloze netwerk door middel van mobile device management (MDM). De technische en inhoudelijke ontwikkelingen op het terrein van digitaal leren en ICT worden nauwlettend gevolgd om scholen zo goed mogelijk te ondersteunen. Werken met tablets Twee scholen doen mee aan pilots waarbij tablets worden gebruikt. De Harpoen in Jisp gebruikt een Snappet (Android tablet) en De van Randwijkschool in Ilpendam gebruikt ipads. De resultaten die behaald worden met de programma s van Snappet en de nieuwe verwerkingssoftware van de rekenmethode Pluspunt worden aan het eind van het schooljaar 2014/2015 geëvalueerd. Invoering Office 365 Office 365 is ingevoerd op het bestuurskantoor en op een aantal scholen om het werken in de cloud te bevorderen. Office 365 is aan het eind van het schooljaar 2014-2015 op alle scholen ingevoerd. 8 Beeld onderwijskwaliteit vanuit de inspectie De Inspectie van het Onderwijs heeft voor alle scholen op 25 november 2014 het basisarrangement vastgesteld. Dit betekent dat de inspectie geen aanwijzingen heeft dat er belangrijke tekortkomingen zijn in de kwaliteit van het onderwijs op onze scholen. 9 Klachten Er zijn acht klachten bij SPOOR ingediend. In het kader van de klachtenregeling onderwijs is de externe vertrouwenspersoon in 2014 bij vijf kwesties betrokken geweest. Zes klachten zijn naar tevredenheid afgerond. Twee klachten worden in januari 2015 afgerond. Door leden van de schoolorganisatie en ouders is gedurende het jaar 2014 achttien keer gebruikgemaakt van de helpdesk voor advies en informatie. Om de werkpraktijk van de Contactpersonen op de scholen te professionaliseren zijn in maart en november netwerkbijeenkomsten gehouden en begeleid. Onderwerpen waren casuïstiek over verschillen van inzicht of omgang tussen school en ouders, de meldcode Kindermishandeling en de nieuwe wetgeving rond pesten. 10

terug naar inhoudsopgave 5 Personeel De doelstellingen zoals deze zijn opgenomen in de begroting 2014: 1. Er is een (ver)nieuw(d) personeelsbeleid geformuleerd en de gesprekkencyclus Functioneren en Beoordelen is, waar nodig, aangepast. De klachtenregeling en de klokkenluidersregeling zijn beide vastgesteld. 2. Het sociaal plan 2012-2014 is geëvalueerd en er is een besluit genomen over een vervolg sociaal plan. 3. Op basis van de RI&E s op schoolniveau is er een Arbobeleidsplan op bestuursniveau opgesteld. 4. De resultaten van het project Preventie ziekteverzuim moeten zodanig zijn dat het ziekteverzuimcijfer gelijk of lager is aan het landelijke gemiddelde. 5. Er is een eerste leeromgeving voor leerkrachten gevormd. De resultaten van de hierboven genoemde punten zijn: 1. In afwachting van de cao-po 2014 nog niet gerealiseerd. 2. Gerealiseerd. 3. Niet gerealiseerd. 4. Bijna gerealiseerd. 5. Gerealiseerd in de vorm van een pilot op De Wagenmakerschool. In 2014 zijn de volgende regelingen (voorlopig) vastgesteld: Klachtenregeling. Klokkenluidersregeling. Protocol cyberpesten en mediawijsheid. Gedragscode personeel. Beleidsuitgangspunten inzake omgang met agressie en geweld tegen personeel. Werkkostenregeling. Herplaatsingsbeleid. Deze regelingen vormen onderdeel van het personeelsbeleid en zullen in de komende tijd verder worden uitgewerkt. Kentallen Binnen SPOOR wordt 84,19% van de middelen besteed aan personele kosten. Onder personele kosten wordt niet alleen verstaan de salariskosten, maar ook alle aan het personeel gerelateerde kosten, zoals scholing (individueel, team en stichtingsniveau), contractkosten arbodienst en arbozorg, personeel derden (lees: inhuur), kerstpakketten, teamuitjes enz. Bovenschools scholingsaanbod Het bovenschools scholingsaanbod was in 2014 divers en gericht op de lerende organisatie. Het scholingsaanbod bestond uit: NLP in het onderwijs 1 NLP in het onderwijs 2 NLP in het onderwijs 3 Vuurwerk Beter onderwijs door breinkennis Verbeteren van begrijpend lezen met behulp van systeemdenken en coöperatief leren Van dagmenu naar lopend buffet Hoge opbrengsten door boeiend onderwijs Specifieke gedragskenmerken van het kind Boeiend Onderwijs Boeiend Onderwijs in de vorm van het natuurlijk leren stond centraal tijdens de organisatiebrede studiedag. Vanwege de omvang van de groep is de studiedag drie keer georganiseerd. Iedereen heeft met veel inzet en plezier deelgenomen aan de studiedag. Na een enthousiaste inleiding van Jan Jutten met mindmapping en veel illustraties werden er verschillende workshops gegeven, waarin aan een concrete vertaling van het principe van Boeiend Onderwijs werd gewerkt. Als onderdeel van de studiedag zijn de medewerkers teruggegaan naar hun team. Daar hebben ze een eerste activiteit uitgewerkt in het kader van Boeiend Onderwijs en het natuurlijk leren voor hun eigen school. Sociaal plan SPOOR hanteert voor alle medewerkers in vaste dienst het principe van werkgelegenheidsbeleid. Ondanks het werkgelegenheidsbeleid was 2014 het laatste jaar van het sociaal plan 2012-2014. Het sociaal plan was noodzakelijk omdat de daling van het leerlingenaantal geen gelijke tred hield met het natuurlijk verloop van de leerkrachten. In het sociaal plan staat dat bij SPOOR een reductie 11

van 16,112 fte oftewel 906.000,- gerealiseerd moest worden. In oktober van het verslagjaar moest nog een reductie plaatsvinden van 5,2451 fte. Voor deze 5,2451 fte is ontslag aangezegd. De uitvoering van het sociaal plan heeft veel gevergd van diverse medewerkers. Het getuigt van goed werkgeverschap dat uiteindelijk slechts voor één derde noodge dwongen ontslag aangezegd moest worden. Overzicht verloop ziekteverzuim SPOOR en landelijk: ZIEKTEVERZUIM 7,00 6,50 In het afgelopen verslagjaar is onderzocht of een nieuw sociaal plan moest worden opgesteld. Hierover is geen besluit genomen. De keuze is om eerst mobiliserende maatregelen onder de medewerkers te nemen om de daling van het leerlingenaantal op te kunnen vangen. In 2015 zullen de mobiliserende maatregelen worden voorgesteld, waarna gekeken wordt welke maatregelen verder worden uitgevoerd. Dit proces zal in nauw overleg met de vakbonden en de GMR worden gevoerd. PERCENTAGE 6,00 5,50 5,00 4,50 4,00 2011 2012 2013 2014 SPOOR landelijk Ziekteverzuim In 2014 is weer gebruikgemaakt van de arbodienst Tredin. De arbeidsdeskundige bij Tredin legt het accent op de benadering van ziekteverzuim vanuit de opvatting verzuim is een keuze. Deze invalshoek is ook de onze met dien verstande dat met medewerkers en directies overlegd wordt op welke wijze een zieke medewerker zo goed mogelijk in de school aan de slag kan blijven zonder dat dit het herstel belemmerd. Tredin ondersteunt ons in de uitvoering van de ziekteverzuimpreventie en begeleiding. De preventie en begeleiding richt zich op wat iemand wel kan in plaats van wat iemand door ziekte niet kan. In 2014 is het gemiddelde percentage ziekteverzuim 6,6%. Het ziekteverzuim is in vergelij k ing met 2013 iets gestegen en ligt iets boven het landelijke gemiddelde van 6,3%. Er is geïnvesteerd in het aanpakken van het ziekteverzuim. In 2014 is een extra directieoverleg geweest waarbij dit onderwerp uitgebreid aan de orde is gekomen. Daarnaast is een incompanybasistraining ziekteverzuim gegeven Er is een flyer met informatie over de aanpak van ziekteverzuim gemaakt. In 2015 zal dit een vervolg krijgen. Vervangingsfonds Binnen SPOOR is de mogelijkheid eigen risicodragerschap voor vervanging onderzocht. Vooralsnog is nog niet besloten om over te gaan tot een eigen risicodragerschap vanwege te hoge financiële risico s. Personele ontwikkelingen Het aantal leerlingen op een school is op hoofdlijnen de basis voor de formatieruimte. Ook in 2014 is er sprake van een daling van het aantal leerlingen op de scholen. Bij SPOOR daalde het aantal leerlingen op de reguliere teldatum (1 oktober 2014) met 140 leerlingen naar 4382 leerlingen (-3,10%). Op 1 augustus 2014 waren er 376 personeelsleden in dienst met een totale omvang in fte s van 280,76. Ten opzichte van 1 augustus 2013 is er een daling van 17 personeelsleden en een daling in fte s van 11,58. Deze uitstroom is tot stand gekomen door het niet verlengen van tijdelijke aanstellingen, WIA-afkeuringen, ontslag op eigen verzoek, ontslag i.v.m. FPU, het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd en gedwongen ontslag als uitvloeisel van het sociaal plan. Overzicht Leerlingenaantal KLIK HIER Naast de uitstroom heeft ook interne mobiliteit plaatsgevonden. Deze mobiliteit vond plaats op basis van het vastgestelde herplaatsingsbeleid. Dit beleid is eveneens geëvalueerd en zal voor de komende jaren worden voortgezet. 12

VERHOUDING MAN/VROUW 16% 84% MAN VROUW LEEFTIJDSCATEGORIE 1% 21% 15-24 jaar 34% 25-34 jaar 14% 35-45 jaar 45-54 jaar 30% 55-65 jaar VERDELING PERSONEELSCATEGORIE Functiemix Op basis van de cao-po is elk schoolbestuur verplicht functies toe te kennen aan personeelsleden gekoppeld aan een LB-schaal voor personeel werkzaam aan een basisschool en een LC-schaal voor personeel werkzaam in het speciaal basisonderwijs of (voortgezet) speciaal onderwijs. Op 1 augustus moest op bestuursniveau het percentage LB-functies 46% zijn voor het personeelsbestand van het basisonderwijs. Het percentage LC-functies moest 0,14% zijn voor het personeelsbestand van het speciaal basisonderwijs en (voortgezet) speciaal onderwijs. Deze streefpercentages zijn niet gehaald. Waarom bereiken we niet het beoogde aandeel aanstellingen in een hogere functieschaal? 1. De functiemix is in onze ogen geen doel op zich. De inrichting in de schoolorganisatie moet een aparte functie met een hogere inschaling rechtvaardigen. Dat is binnen onze scholen mondjesmaat het geval. 2. We zijn gezien de extra kosten die aan een hogere inschaling verbonden zijn en de daling in leerlingen en werknemers de komende jaren voorzichtig in het versneld aanstellen van medewerkers in reguliere functies in een hogere schaal. Een overtuigende inhoudelijke motivering staat voorop. 80% 7% 13% DIRECTEUREN OOP (onderwijs ondersteunend personeel) OP (onderwijzend personeel) In vier jaar tijd moet gegroeid worden van 0% naar 46% aan LB-functies in het basisonderwijs. Dit is een grote opgave en in de praktijk blijkt dat niet haalbaar te zijn. Het blijft het streven om dit percentage te halen alleen in een tempo dat past binnen de ontwikkeling van onze organisatie. Eind 2014 zijn binnen SPOOR de volgende percentages gehaald: VERHOUDING VOLTIJD/PARTTIME: Functiemix SPOOR Wtf op 31-12-2014 Te realiseren wtf LB (basisonderwijs) en LC (speciaal Gerealiseerd 31-12-2014 Percentage onderwijs) 29% Totaal basisonderwijs 214,0444 98,4604 44,1870 44,88% SBO De Botter 4,3898 0,6146 0,0000 0% 71% voltijd parttime 13

Cao-PO 2014 In het verslagjaar is in de zomer het cao-onderhandelaarsakkoord tot stand gekomen. In deze cao is nadere invulling gegeven aan duurzame inzetbaarheid van medewerkers. Deze duurzame inzetbaarheid bestaat uit drie elementen: 1. Elke medewerker heeft een budget van 40 uur per jaar voor persoonlijke duurzaamheid naar rato van de omvang van het dienstverband. 2. Startende leerkrachten krijgen een bijzonder budget (40 uur extra + een coach die niet de leidinggevende is). 3. Oudere werknemers krijgen vanaf de leeftijd van 57 jaar een bijzonder budget (130 uur extra) dat naast de 40 uur ingezet kan worden voor verlof. De invoering van duurzame inzetbaarheid is gepaard gegaan met het afschaffen van de bapo-regeling. De huidige opname wordt gerespecteerd maar nieuwe instroom behoort niet meer tot de mogelijkheden. Daarnaast is in het cao-onderhandelaarsakkoord bepaald dat in het onderwijs sprake is van een 40-urige werkweek. In het verslagjaar is een plan van aanpak gemaakt naar aanleiding van het cao-onderhandelaarsakkoord. Daarnaast zijn voorlichtingsdagen voor directeuren georganiseerd. De voorlichting richtte zich op de invulling die kan worden gegeven aan de door het cao-akkoord aangeboden ruimte. Voorlichtingsdagen voor alle medewerkers zijn voor 2015 gepland. Tot slot is in de werkgroep personeel aandacht besteed aan de coaching van startende leerkrachten en over de kansen en mogelijkheden van startende leerkrachten binnen de stichting. Het cao-onderhandelaarsakkoord is eind 2014 verder uitgewerkt en op de valreep van 2015 was de tekst van het cao-akkoord beschikbaar. Bedrijfshulpverlening (BHV) Op elke school zijn er minimaal twee medewerkers opgeleid tot BHV er. Op de meeste scholen zijn er meer dan twee BHV ers, mede afhankelijk van de aard, omvang en ligging van de school. Er wordt op de scholen twee keer per jaar een ontruimingsoefening gehouden. Alle BHV ers nemen één keer per jaar op woensdagmiddag deel aan de herhalingsopleiding BHV. Dat is een gecombineerde en geïntegreerde training voor levensreddende eerste hulp en brandbestrijding. De training is op maat gemaakt voor het primair onderwijs en wordt verzorgd door V.A.K. Bedrijfshulpverlening in Purmerend. De training is ook dit jaar weer door de deelnemers als positief beoordeeld. Er zijn elk jaar ook weer nieuwe BHV ers nodig. Deze nieuwe BHV ers volgen een basisopleiding BHV. Behalve BHV ers heeft elke school ook één medewerker met preventietaken. In de Arbowet worden drie concrete taken genoemd voor de preventiemedewerker: 1. (Meewerken aan) het uitvoeren van een Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E). 2. (Meewerken aan) het uitvoeren van arbomaatregelen. 3. Het adviseren aan en samenwerken met de medezeggenschapsraad. Voor de preventiemedewerkers heeft ArboRapport in Purmerend in het najaar van 2014 een studiemiddag verzorgd. Hierin zijn zaken die betrekking hebben op alle taken, verantwoordelijkheden en positie van de preventiemedewerkers aan de orde gekomen. Daarnaast is de taak van de nieuwe Arbomeester kort toegelicht. Er is ook aandacht besteed aan hoe we nu verder gaan met vraagstukken bij de uitvoering en het vervolg van de RI&E. Deze middag is als voldoende/goed door de deelnemers beoordeeld. De in 2013 verschenen RI&E s zijn in 2014 voor het merendeel uitgevoerd. Het geplande arbobeleidsplan op bestuursniveau is echter nog niet tot stand gekomen. 14

terug naar inhoudsopgave 6 Huisvesting In 2014 zijn de volgende meetbare doelstellingen geformuleerd: 1. De werkprocedure rondom het dagelijks en calamiteitenonderhoud is per augustus 2013 gestart. Evaluatie hiervan heeft eind 2014 plaatsgevonden. 2. Er wordt een overzicht gemaakt, waarin het energiegebruik van de scholen op basis van m2 met elkaar vergeleken wordt. Er kan actie worden ondernomen bij uitschieters. 3. Er wordt deelgenomen aan vier nieuwbouw- en verbouwprojecten. 4. Er wordt een meerjarenonderhoudsplan voor 2014 opgesteld en uitgevoerd. 5. Er wordt een eigen integraal huisvestingsplan gemaakt inclusief de hiervoor benodigde interne en externe afstemming. De resultaten van hierboven genoemde punten zijn: 1. De evaluatie is vlak na het eind van het verslagjaar gedaan. De werkprocedure is aangepast. 2. Deels gerealiseerd. Het blijft een traject in uitvoering. 3. Gerealiseerd. 4. Niet gerealiseerd doordat er extra werkzaamheden voor nodig zijn. 5. Gerealiseerd in de vorm van een voorlopig voorstel. Duurzaam en goed onderhouden schoolgebouwen Het geven van kwalitatief goed onderwijs vraagt om goed geoutilleerde en onderhouden gebouwen. Dat is in eerdere jaren ook naar voren gekomen. In 2014 is geanticipeerd op de uitbreiding van onze bestuurlijke verantwoordelijkheid die we per 1 januari 2015 hebben. Vanaf dat moment zijn wij verantwoordelijk voor zowel de binnen- als de buitenkant van de gebouwen. Het indienen van aanvragen in het kader van de onderwijshuisvesting (met uitzondering van nieuwbouw) is per 2015 niet meer mogelijk. Duurzaamheid We proberen duurzaamheid zoveel mogelijk centraal te stellen binnen onze huisvestingsvraagstukken. Bij elk nieuwbouwproject wordt hier aandacht voor gevraagd. Verder is in november 2014 de zgn. Green Deal getekend door vertegenwoordigers van een aantal overheidsinstanties. Deze Green Deal moet ertoe leiden dat schoolbesturen beter worden gefaciliteerd om duurzaamheidsmaatregelen, daar waar mogelijk, toe te passen. Huisvestingsbeleid Het huisvestingsbeleid is in 2014 verder ontwikkeld. In dit stuk is een aanzet gegeven voor het Plan van Eisen voor de school van de toekomst. Verder zijn hier stappenplannen aan toegevoegd om leegstand tegen te gaan en deel te nemen aan een MFA/brede school. Onderhoud In 2014 is na de zomer gestart met het maken van een jaarplan voor 2015. Tijdens het maken van het jaarplan bleek dat in de aangekochte meerjarenonderhoudsplanning zaken ontbraken en dat er onjuistheden in voor kwamen. Een correcte meerjarenonderhoudsplanning zeker ook in het kader van de Overheveling Onderhoud Buitenkant per 1 januari 2015 is van groot belang. Daarom is er na een aantal gesprekken met de leverancier van de planning besloten om alle scholen nogmaals te laten schouwen en de planning secuur te laten aanpassen. Huisvestingsprojecten 2014 Brede School Scholeneiland - Monnickendam Het technisch en het ruimtelijk/functioneel programma van eisen is in 2014 vastgesteld voor de brede school/ MFA Scholeneiland. De geplande oplevering van de Brede School Scholeneiland is eind 2015. Monnickendam heeft dan drie scholen: Binnendijk (CPOW), Gouwzee (SPOOR) en de nieuwe brede school/mfa Scholeneiland. Het technisch en ruimtelijk/functioneel programma van eisen is voor deze brede school/mfa in 2014 vastgesteld. De geplande oplevering van de brede school/mfa in Monnickendam is eind 2015. In Monnickendam zijn er dan drie locaties waar meerdere scholen gehuisvest zijn: Binnendijk (CPOW), Gouwzee (SPOOR) en de nieuwe brede school/mfa. Er is in 2014 is een nieuwe speler in Monnickendam verschenen nl. basisschool De Verwondering. Deze zesde basisschool 15

heeft een (tijdelijke) plek gekregen in Monnickendam. De gemeente Waterland heeft een onderzoek laten uitvoeren waaruit blijkt dat qua m2 er eind 2015 voldoende plek zal zijn voor alle Monnickendamse scholen. Op basis van dit onderzoek heeft de gemeente Waterland de in Monnickendam opererende schoolbesturen verzocht onderling een verdeling per school te maken. Besprekingen hierover worden op bestuurlijk niveau gevoerd, waarbij de schoolbesturen nadrukkelijk een rol voor de gemeente zien. SPOOR heeft samen met beide scholen (Gouwzee en Fuut) een zgn. rondetafelgesprek georganiseerd om gedachten en ideeën hierover te delen met school en ouders (MR). Afhankelijk van de uitkomsten van de besprekingen kan het zijn dat zowel het functioneel als het technische programma van eisen voor de brede school/ MFA op losse schroeven kan komen te staan. Vertraging in het bouwproces is te verwachten. Nieuwbouw OBS Het Kraaiennest Oosthuizen De architectenselectie voor de nieuwe MFA in Oosthuizen heeft in 2014 plaatsgevonden. Rietvink Architecten heeft een ontwerp gemaakt voor sporthal, cultureel centrum, kinderopvang en OBS Het Kraaiennest. Na goed overleg tussen architect, gemeentelijke adviseurs, school en schoolbestuur is eind 2014 het voorlopig ontwerp zo goed als afgerond. Het beheer en exploitatie moet nog worden onderzocht. De eerste markering van de nieuwbouw is een fietsenstalling. Het Kraaiennest oriënteert zich op de inrichting van het nieuwe gebouw. Nieuwbouw OBS Noorderschool Oostzaan Vlak na de zomervakantie is de vergunning afgegeven voor de bouw van de nieuwe Noorderschool. Er is vlak voor de kerstvakantie 2014 begonnen met het bouwen. De planning is dat het pand net voor of in de zomervakantie 2015 opgeleverd wordt. De school is nu tijdelijk gehuisvest in oude schoolwoningen bij OBS De Kweekvijver. Tot nu toe is aan voorbereidende werkzaamheden zo n 130.000,- uitgegeven. Zonnepanelen De gemeenten Landsmeer, Zeevang en Wormerland hebben geld beschikbaar gesteld om zonnepanelen op scholen te plaatsen. Sommige scholen gebruiken de zonnepanelen voor onderwijskundige doelen. Andere scholen hebben meer panelen die energie voor de school gaan leveren Schoolbezoeken sectie Huisvesting BMO De medewerkers hebben alle scholen bezocht en met de directie de staat van het gebouw en het noodzakelijk en wenselijk onderhoud doorgesproken. De uitkomsten van de schoolbezoeken zijn verwerkt en samengevoegd in een actielijst. Nagenoeg alle actiepunten zijn in 2014 afgehandeld. Actiepunten waren bijvoorbeeld het informeren van scholen over de werkwijze omtrent klachten bij schoonmaak, het oplossen van kleine onderhoudsproblemen of het gezamenlijk zoeken naar een oplossing voor leegstand c.q. een tekort aan lokalen. De resterende actiepunten zullen zo snel mogelijk in 2015 worden afgerond. Onderwijshuisvestingsaanvragen 2014 De volgende aanvragen zijn toegekend en uitgevoerd in het kader van de onderwijshuisvesting: OBS t Tilletje Straatwerk schoolplein OBS De Blauwe Morgenster Vervangen complete dakbedekking OBS De Eendracht Straatwerk schoolplein OBS De Fuut Straatwerk schoolplein OBS De Harpoen Vervangen gevelkozijn OBS De Kweekvijver Straatwerk schoolplein OBS De Kweekvijver Betonnen raamdorpels herplaatsen en vastzetten OBS De Piramide Straatwerk schoolplein OBS De Piramide Vervangen complete dakbedekking OBS De Rietkraag Gedeelte gevel isoleren wegens condensatie probleem OBS De Stap Straatwerk schoolplein OBS De Stap Noodlokaal verwijderen, gevel aanpassen en straatwerk schoolplein OBS Middelie Straatwerk schoolplein OBS Middelie Gevelkozijnen vervangen OBS Prinses Beatrix Vochtprobleem gevel oplossen OBS Weremere Complete vloerbedekking vervangen De dependance van de OBS Weremere in Oostknollendam en de tijdelijke lokalen bij OBS De Rietkraag zijn in 2014 teruggegeven aan de gemeenten. 16

Onderhoud Planmatig Onderhoud Het planmatig onderhoud volgens de meerjarenonderhoudsplanning is uitgevoerd bij de volgende scholen: OBS Weremere Buitenschilderwerk OBS De Rietkraag Buitenschilderwerk OBS De Rietkraag Nieuwe cv-installatie + regeling OBS De Rietkraag Kozijn + entreekozijn vervangen OBS De Rietkraag Vloerbedekking vervangen OBS De Stap Buitenschilderwerk OBS De Stap Nieuwe cv-installatie + regeling OBS Blauwe Morgenster Nieuwe keuken OBS De Wagemaker Deels nieuwe zonneschermen OBS De Kweekvijver Herstellen bediening screens Met de bovenstaande werkzaamheden was ongeveer 120.000 gemoeid. Verder zijn er werkzaamheden gedaan die niet gepland waren. Dit had te maken met de eisen van de brandweer, verhuizingen en nieuwbouw (aanpassing bouwbesluit) en de samenwerking met een peuterspeelzaal. Deze werkzaamheden betroffen: OBS De Fuik OBS De Stap OBS Piramide OBS Noorderschool OBS Noorderschool OBS Blauwe Morgenster Interne verbouwing wegens uitbreiding peuterspeelzaal Extra stuk grond bestraat wegens verplaatsen fietsenstalling Nieuw brandwerend plafond (eis brandweer) Schoolwoningen De Kweekvijver bewoonbaar gemaakt In gang zetten en begeleiding nieuwbouwproject Houtrot, herstel plafonds, entree en diverse gevel kozijnen en -deuren Voor deze werkzaamheden hebben we ongeveer 180.000 uitgegeven. 17

terug naar inhoudsopgave 7. Financiën In de meerjarenbegroting 2014-2017 zijn de volgende meetbare doelstellingen voor 2014 geformuleerd: 1. Er ligt een beleidsrijke meerjarenbegroting 2014-2017. 2. Er is een eerste versie van een beleidskader financiën opgesteld. 3. Directeuren kennen hun eigen schoolbegroting en maken binnen de bestuurlijke kaders keuzes. Zij blijven bij het leiden van hun school binnen de begroting. 4. De projectgroep bovenschoolse middelen prestatiebox heeft een advies opgesteld over de inzet van deze middelen in de meerjarenbegroting 2015-2018. 5. Er zijn op de verschillende terreinen werkprocessen en -procedures opgesteld. De resultaten van de hierboven genoemde punten zijn: 1. In bescheiden vorm als eerste stap gerealiseerd. 2. Niet gerealiseerd, alleen algemene uitgangspunten bij de meerjarenbegroting opgesteld. 3. Deels gerealiseerd. 4. Gerealiseerd. 5. Deels gerealiseerd. Toelichting: 1. Eind 2013 is de meerjarenbegroting 2014-2017 vastgesteld. De voorgaande meerjarenbegrotingen waren beleidsarm en werden lopende de begroting procentueel doorberekend naar de volgende jaren. In de meerjarenbegroting 2014-2017 zijn er vooraf financiële uitgangspunten en kaders geformuleerd en vastgesteld. Er zijn per werkterrein meetbare doelstellingen geformuleerd. Dit is gedaan op basis van het inhoudelijk jaarplan 2014 van het College van Bestuur (CvB). Het jaarplan 2014 van het CvB betreft een concrete uitwerking per jaar van het Koersdocument: Samen sterker voor het beste onderwijs 2013-2016. 2. De meerjarenbegroting 2015-2018 is eind 2014 vastgesteld. In deze begroting is de lijn voortgezet van het vooraf formuleren van kaders en doelen. In de meerjarenbegroting 2015-2018 zijn niet alleen de beleidsvoornemens en financiële uitgangspunten vooraf beschreven en vastgesteld. De voornemens, voor zover mogelijk, zijn ook financieel vertaald. Meerjarenbegroting 2015-2018 KLIK HIER 3. De begroting en de meerjareninvesteringsbegroting zijn per school opgesteld. De schoolbegroting en de meerjareninvesteringsbegroting zijn met elke directeur vooraf besproken en eventueel bijgesteld. In deze gesprekken zijn ook de resultaten van het voorgaand begrotingsjaar meegenomen. Alle producten die voortkomen uit de Planning en Control-cyclus, worden op de agenda van het directieberaad gezet. 4. De projectgroep bovenschoolse middelen heeft in 2014 een advies uitgebracht over de wijze waarop de bovenschoolse middelen worden vastgesteld en worden ingezet. In de notitie Bovenschoolse gelden is vastgesteld welke activiteiten er bovenschools gelden Budgetten Bovenschoolse worden uitgevoerd en welke budgetten daarvoor nodig zijn. KLIK HIER Dit advies is meegenomen bij het opstellen van de meerjarenbegroting 2015-2018. 5. Eind 2014 zijn de werkprocessen met betrekking de Planning en Control-cyclus beschreven en uitgewerkt in het document Planning en Controlcyclus (rapportage) structuur SPOOR en OPSO in 2015. Het conceptvoorstel is in de eerste week van 2015 door het CvB vastgesteld. In 2014 zijn er twee managementrapportages (Marap) gemaakt. De 1e Marap beslaat de periode januari/maart 2014 en de 2e Marap beslaat de periode januari/juli 2014. De jaarrekening 2013 gaf aanleiding tot een nadere analyse van de loonkosten. De loonkosten van de periode augustus 2013 t/m februari 2014 zijn geanalyseerd. De analyse inclusief een aantal aanbevelingen zijn toegevoegd aan de 1e Marap Personeel. Het College van Bestuur heeft de aanbevelingen overgenomen en besproken met de directeuren in het directieberaad. De 2e Marap besteedt aandacht aan inhoudelijke (tussen)rapportages en aan de te verwachten resultaten in de jaarrekening 2014. 18

Risico-inventarisatie van SPOOR Bij het risicomanagement is gebruikgemaakt van de door de PO-Raad beschikbaar gestelde tool. Aan de hand van deze tool zijn risico s benoemd en heeft er een prioritering plaats gevonden. De rapportages Risico inventarisatie van SPOOR zijn op basis van het risicoinventarisatie-instrument tot stand gekomen. Deze rapportages zijn in de continuïteitsparagraaf in een overzicht samengevat. Het contract met Van Ree Accountants is in 2014 beëindigd en er is een contract afgesloten met Horlings Accountants. Horlings Accountants heeft in de week van 20 oktober 2014 een interimcontrole uitgevoerd. De bevindingen en aanbevelingen van Horlings zijn vastgelegd in een managementletter. Deze managementletter is besproken met het CvB en de Auditcommissie. Het Treasurystatuut heeft een update gekregen naar aanleiding van de managementletter. 19

terug naar inhoudsopgave 8. Continuïteitsparagraaf Meerjarenbegroting 2015-2018 terug naar jaarverslag Meerjarenbegroting 2015-2018 In 2015 komt in totaal een bedrag van 339 miljoen euro nieuw geld naar de schoolbesturen primair onderwijs toe. Dat is 210 per leerling. Dit bedrag kan oplopen naar 501 miljoen euro, wat 310 per leerling is. Tegenover deze extra middelen staan ook extra uitgaven, zoals uitgaven voor het buitenonderhoud en uitgaven in het kader van het Bestuursakkoord. Voor een deel zijn deze extra uitgaven en inkomsten in de begroting verwerkt. Dit betreft met name het buitenonderhoud, de salarisverhoging, de te verwachten hogere inkomsten en uitgaven voor de professionalisering en extra middelen waar géén extra verplichtingen tegenover staan. De uitwerking van de akkoorden in de regeling bekostiging personeel was pas in januari 2015 klaar. We hebben in de begroting meer aannames moeten doen dan we zelf wenselijk vinden. Het hanteren van aannames brengt risico s met zich mee. Zodra de nieuwe gegevens bekend waren, hebben we de begroting opnieuw doorgerekend en een begrotingswijziging vastgesteld. Deze hebben we in de eerste Managementrapportage 2015 verwerkt. Om een sluitende jaarrekening 2015 te realiseren dwingt het begrotingsresultaat van SPOOR tot taakstellende maatregelen. Deze maatregelen liggen vooral op het terrein van personeel en huisvesting. Algemene uitgangspunten voor de opstelling van de begroting Ten opzichte van de vorige meerjarenbegroting hebben we een aantal zaken aangevuld of gewijzigd. Deze staan opgenomen in de algemene uitgangspunten in de bijlagen Financiële uitgangspunten voor de meerjarenbegroting 2015-2018. Deze algemene uitgangspunten zijn gebruikt voor de opstelling van de begroting. Het betreft met name de wijziging van de gelden, die we ontvangen onder de noemer van Passend Onderwijs. De gemeentelijke subsidies gericht op de ondersteuning van de schoolorganisaties zijn per 1 januari 2015 allemaal vervallen. Deze gelden werden meestal ingezet voor schoolmaatschappelijk werk. We hebben samen met de directeuren met name het budget voor bovenschoolse voorzieningen onder de loep genomen. In de notitie Bovenschoolse gelden hebben we vastgesteld welke activiteiten we binnen scholen en bovenschools uitvoeren en welk budget daarvoor nodig is. Baten en lasten 2015 2016 2017 2018 Baten 3.1 Rijksbijdragen OCW 22.121.058 21.331.694 20.669.899 20.280.466 3.2 Overige overheids - bijdragen en -subsidies 0 0 0 0 3.5 Overige baten 161.960 161.409 160.948 160.676 22.283.018 21.493.103 20.830.847 20.441.142 Lasten 4.1 Personeelslasten 18.897.852 17.947.124 17.631.155 16.730.457 Realisatie taakstelling - 360.077-133.411-473.233 0 4.2 Afschrijvingen 524.224 566.871 560.406 546.159 4.3 Huisvestingslasten 1.812.745 1.807.245 1.807.245 1.777.614 4.4 Overige lasten 1.408.274 1.305.274 1.305.274 1.305.274 22.283.018 21.493.103 20.830.847 20.359.504 Saldo 0 0 0 81.638 Meerjarenbalans 2015-2018 Balans 2015 2016 2017 2018 1. Activa 1.2 Materiële vaste activa 2.747.122 2.695.386 2.422.705 2.252.813 Totaal Vaste Activa 2.747.122 2.695.386 2.422.705 2.252.813 1.5 Vorderingen 1.860.485 1.856.485 1.852.485 1.848.485 1.7 Liquide middelen 2.554.589 2.013.286 1.866.672 1.799.713 Totaal Vlottende activa 4.415.074 3.869.771 3.719.157 3.648.198 Totaal Activa 7.162.196 6.565.157 6.141.862 5.901.011 2. Passiva 2.1 Eigen Vermogen 4.430.419 4.430.419 4.430.419 4.512.057 -bestemmingsreserve 124.381 79.381 34.381 0 2.2 Voorzieningen 459.692 517.164 404.521 200.598 2.4 Kortlopende schulden 2.147.704 1.538.193 1.272.541 1.188.356 Totaal Passiva 7.162.196 6.565.157 6.141.862 5.901.011 20