Pensioen financiële aspecten VEP workshop 1 september 2015 Contact SPE - deelnemers Dinsdag 27 oktober: ALV van de VEP: 10:30-12:30 + lunch SPE deelnemers: 14:00-16:00 Werkweek van 5 dagen Je werkt: 1 dag voor je pensioen 1 dag voor de zorg 1 dag voor wonen 01-09-2015 VEP workshop 1 1 01-09-2015 VEP workshop 1 4 01-09-2015 VEP workshop 1 7 Twee workshops: eerste Fred Steenwinkel Financiële aspecten: 1. Wat is het verschil tussen reëel en nominaal pensioen? 2. Waarom blijft indexatie van reeds opgebouwde pensioenen en van pensioenuitkeringen uit ondanks de toegenomen beleggingswinsten? 3. Hoe gaat SPE om met vermogensbeheer? 4. Welke factoren zijn van invloed op de toekomstige waarde van het pensioenvermogen? 5. Wat zijn de invloeden van het Nieuwe Financieel Toetsingskader 2015 op het financieel beleid van het fonds? 1. Wat is er aan de hand: 1. Pensioenen 2. Zorg 3. Wonen programma 2. Techniek: hoe werkt het 3. Toepassing: hoe pakt dat uit voor pensioenen Binnenkort Je werkt: 2 dagen voor je pensioen 2 dagen voor de zorg 2 dagen voor wonen 01-09-2015 VEP workshop 1 2 01-09-2015 VEP workshop 1 5 01-09-2015 VEP workshop 1 8 Twee workshops: tweede Piet-Hein Oyens stakeholders en organisaties: 1. wat zijn de actuele ontwikkelingen op pensioengebied, landelijk en specifiek bij ons pensioenfonds? 2. Wie doet wat? Denk daarbij bijvoorbeeld aan Sociale partners (de vakbonden en de werkgever Equens), De Nederlandsche Bank, het bestuur van SPE, het Verantwoordingsorgaan, de rol van de interne actuaris, de rol van de externe actuaris maar bijvoorbeeld ook de regering, het parlement en politici. 3. Wie heeft welke verantwoordelijkheden en bevoegdheden? Wat is er aan de hand Sinds 1950 pensioenen AOW sinds 1956 70 % laatst verdiende bruto loon 90 % laatst verdiende netto loon Indexatie Crises? Achterliggende oorzaken Pensioen & zorg: exponentieel betere gezondheidszorg => meer mensen leven langer Eén jaar extra pensioen = 5 % extra kosten AOW op start positie = 71 jaar ingang 01-09-2015 VEP workshop 1 3 01-09-2015 VEP workshop 1 6 01-09-2015 VEP workshop 1 9 1
Wat nu? Mogelijke oplossingen: 1. Twee banen 2. Schrappen in aanbod 3. Betere organisatie en inrichting Tijdswaarde van geld: t 1 nu is meer dan 1 over een jaar Stel 4 % rendement Na 20 jaar 2,19 Na 30 jaar 3,24 Na 40 jaar 4,80 Stel na 40 jaar 1 uitkeren = inleg nu: 0,21 Inflatie 2 Geen kosten van energie (te wisselend) Geen belasting (eigen keus) Vergelijking: Golf 1 Golf 7 Golf 1: 4 wielen en 1 stuur met ARKO Golf 7: idem: airco, stuurbekrachtiging, elektrische ramen, ABS, EFT, EGR, navigatie, automatisch parkeren 01-09-2015 VEP workshop 1 10 01-09-2015 VEP workshop 1 13 01-09-2015 VEP workshop 1 16 Pensioen: 3 pijlers 1 e pijler: AOW: voor iedereen gelijk 2 e pijler: bedrijfspensioen afhankelijk van dienstjaren en salaris 3 e pijler: zelfregelen, bijvoorbeeld levensverzekering Rendementswaarde van geld: % Stel 1 gedurende 40 jaar: Bij 4 % 4,80 Bij 1 % 1,49 Bij 2 % 2,20 Bij 6 % 10,28 Inflatie 3 Beeldbuis 59 cm smart TV 100 cm Zwarte telefoon in gang mobiele telefoon Mobiele telefoon smartphone Wet van Moore: iedere 18 maanden: verdubbeling 01-09-2015 VEP workshop 1 11 01-09-2015 VEP workshop 1 14 01-09-2015 VEP workshop 1 17 Techniek: theorie 1. Tijdswaarde van geld 2. Rendementswaarde van geld 3. Inflatie Inflatie 1 Een gemiddelde man met: 0,667 vrouw 1,8 kinderen 60 % eigen huis, 40 % huurhuis 0,7 hond 0,8 auto Inflatie 4 Bij introductie EURO: alles duurder: gulden => euro Waarneming: supermarkt en horeca Voedsel is 10 à 20 % van uitgaven Gevoel is nog geen werkelijkheid 01-09-2015 VEP workshop 1 12 01-09-2015 VEP workshop 1 15 01-09-2015 VEP workshop 1 18 2
Kortom: inflatie Drie componenten: Rendement 1 Risico: waarde van je inleg Rendement: risico Inflatie is een soort van ongeveer 1. Vergoeding voor tijdswaarde 2. Inflatie 3. risico Obligaties: aan het eind van de looptijd krijg je je geld terug Aandelen: koersen variëren => risico premie 01-09-2015 VEP workshop 1 19 01-09-2015 VEP workshop 1 22 01-09-2015 VEP workshop 1 25 indexatie Evenwichtige belangen afweging: iedereen gelijkwaardig behandelen: Actieven Slapers Gepensioneerden Dus: indexatie voor iedereen. 01-09-2015 VEP workshop 1 20 Rendement 2 vergoeding tijdswaarde Lastig meten, omdat altijd in combinatie inflatie en risico Vermoedelijk: ongeveer 1 à 2 % 01-09-2015 VEP workshop 1 23 1. Netto rente 2 % 2. Inflatie 0 % 3. Risicopremie - 3% Bruto rente -1 % Negatieve rente Normaal krijg je een risicopremie. Nu wil jij zelf een veilige belegging, bijvoorbeeld bij de ECB => risicopremie betalen. 01-09-2015 VEP workshop 1 26 Geen indexatie Gepensioneerden: meteen in de portemonnee Actieven: bij pensioendatum + misgelopen rendement Meeste pensioenregelingen: nominaal pensioen Reëel pensioen scheelt zo een 30 punten Nominaal pensioen: dekkingsgraad 100 Reëel pensioen: dekkingsgraad: 70 01-09-2015 VEP workshop 1 21 Doelstelling ECB: 2 % Rendement 2 inflatie Spanningsveld: Als je meer krijgt, word je vrolijker: hoge inflatie Als geld snel minder waard wordt, geen vertrouwen: lage inflatie Compromis: Smeermiddel economie: 2 % 01-09-2015 VEP workshop 1 24 aandelen 1. Netto rente 2 % 2. Inflatie 2 % 3. Risicopremie 2 % Natuurlijke opbrengst6 %-8% Is dat een natuurlijk recht? Ja, mits lange termijn. Bewijs uit het ongerijmde: niet => niemand belegt meer in aandelen. 01-09-2015 VEP workshop 1 27 3
Aandelen termijn Aandelen geven op termijn een hoger rendement dan obligaties als gevolg van de risicopremie. Risico neemt in de tijd af Incasseren risicopremie alleen als je geen risico meer loopt Wanneer loop je geen risico? Na: Minimaal 7 jaar nog een klein risico 15 jaar: vrijwel geen risico meer Selectie: Welke aandelen 65 % asset mix: hoe zwaar in aandelen 15 % regio 15 % karakter: conjunctuur gevoelig of niet 5 % individueel aandeel Rentevoet contant maken Tot 20 jaar zijn er rente producten => markt rente Na 20 jaar niet of dunne markt => UFR (kunstmatig) Verzekeraars: UFR = 4,2 % Pensioenfondsen: UFR = 3,3 % en dalend (10 jaars) 01-09-2015 VEP workshop 1 28 01-09-2015 VEP workshop 1 31 01-09-2015 VEP workshop 1 34 Waar komt je pensioen vandaan Ongeveer 20 % komt uit de premie Ongeveer 40 % komt uit het beleggingsrendement tijdens actieve periode Ongeveer 40 % komt uit beleggingsrendement tijdens pensioen Conclusie: je pensioen bestaat uit beleggingen Hedge funds & Alternatives Containerbegrip Hedge funds = risico omzetten: Bank: kortlopende spaarrente langlopende hypotheken Alternatives: Kleine Beta(β) (kleine correlatie met aandelen) Veel rommel: grote β+ hoge provisie Private Equity: herstructuren en/of leegzuigen ABP rendement over 10 jaar: 14,9 %. Aandelen 7,3 % Toepassing: hoe werkt dat uit 1. Waarom in pensioenfonds 2. Wat krijg je te horen en wat is waar 01-09-2015 VEP workshop 1 29 01-09-2015 VEP workshop 1 32 01-09-2015 VEP workshop 1 35 conclusie Als je nog wat pensioen wilt hebben, moet je beleggen in aandelen Mits: Lange termijn Gespreid Balans pensioenfonds Actief (links): bezittingen (= beleggingen) Passief (rechts): schulden (= pensioenverplichtingen) Dekkingsgraad: bezittingen / pensioenverplichtingen Bezit = koersen Verplichting: termijnen => contant maken => welke rentevoet? 1. Waarom in een pensioenfonds? Tegen argumenten Verplicht is niet leuk Inflexibel Geen / weinig invloed Ondoorzichtig: waar betaal ik voor? 01-09-2015 VEP workshop 1 30 01-09-2015 VEP workshop 1 33 01-09-2015 VEP workshop 1 36 4
Waarom wel in een pensioenfonds 1. Langleven risico 2. Beleggingshorizon 3. discipline Waarom in pensioenfonds 3. Discipline Planningshorizon van een mens: Natuur = ½ jaar Pensioen = tientallen jaren. Hoe groot is dat risico Stel dat je pensioen had mee geveerd: Pensioen per maand: Voor de crises: 1.000 Tijdens crises: 800 Nu: 1.200 01-09-2015 VEP workshop 1 37 01-09-2015 VEP workshop 1 40 01-09-2015 VEP workshop 1 43 Waarom in pensioenfonds 1. Langleven risico: gemiddeld 20 jaar pensioen Maar ben jij gemiddeld? Niet individueel verzekerbaar: kort-levers verzekeren zich niet, lang-levers wel => alleen collectief 01-09-2015 VEP workshop 1 38 2. Wat krijg je te horen Je hebt recht op een pensioen van 70 % van je laatste salaris Superkleine letters: mits beleggingsresultaat dat toelaat. Die boodschap willen wij verstoppen => ieder jaar of zelfs per maand dekkingsgraad positief. Dat kan alleen, wanneer je het beleggingsrisico afdekt => je haalt de risico premie niet binnen => slechter pensioen. 01-09-2015 VEP workshop 1 41 nftk Basisgedachte: geen risico Jaarlijks bepalen (dekkingsgraad publiceren per maand) Strijdig met lange termijn beleggen => je haalt de risicopremie niet binnen => geen rendement => indexatie 01-09-2015 VEP workshop 1 44 Waarom in een pensioenfonds 2 2. beleggingshorizon Privé persoon: op je zestigste zit de pensioenpot behoorlijk vol. Maar: geen beleggingshorizon meer => veilig beleggen => geen extra rendement meer Pensioenfonds: gemiddelde leeftijd 40 jaar => beleggingshorizon: 25 jaar => risicovol beleggen is mogelijk. 01-09-2015 VEP workshop 1 39 Hoe groot is dat risico Pensioenvermogen voor de crises: 1.000.000.000.000 (= 1 biljoen) Pensioenvermogen tijdens de crises: 800.000.000.000 (= 0,8 biljoen) Pensioenvermogen nu: 1.200.000.000.000 (=1,2 biljoen) 01-09-2015 VEP workshop 1 42 doorsneepremie Pensioenpremie is 20 % Maar: Jongere rendeert bijvoorbeeld 30 jaar Oudere rendeert bijvoorbeeld 10 jaar Dus: Jongere betaalt te veel Oudere betaalt te weinig 01-09-2015 VEP workshop 1 45 5
doorsneepremie Volgens CBS ongeveer 100 miljard Aan het eind van de rit weer glad (te veel = te weinig) Als werkgever de premie betaalt: totaal bedrag op basis individuele verplichtingen. Voor de mutaties in het jaar: doorsnee premie. Echte zelfstandige: meer dan pensioen: arbeidsongeschiktheid, risico ondernemen Alleen gedwongen zelfstandigen van 45 jaar probleem 01-09-2015 VEP workshop 1 46 samenvatting: eerste workshops Financiële aspecten: 1. Wat is het verschil tussen reëel en nominaal pensioen? 2. Waarom blijft indexatie van reeds opgebouwde pensioenen en van pensioenuitkeringen uit ondanks de toegenomen beleggingswinsten? 3. Hoe gaat SPE om met vermogensbeheer? 4. Welke factoren zijn van invloed op de toekomstige waarde van het pensioenvermogen? 5. Wat zijn de invloeden van het Nieuwe Financieel Toetsingskader 2015 op het financieel beleid van het fonds? 01-09-2015 VEP workshop 1 47 6