Deze examenopgave bestaat uit page 11 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen bestaat uit 4 opgaven en omvat 23 vragen.

Vergelijkbare documenten
SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FINANCE & RISKMANAGEMENT DINSDAG 8 MAART UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 8

Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 23 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 4 opgaven en omvat 19 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Dit examen bestaat uit 11 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 4 opgaven en omvat 25 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 18 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 12 vragen

Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad.

Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 26 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 11 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Dit examen bestaat uit de volgende documenten: examenopgaven. Controleer of alle documenten aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Als bij een vraag een x-aantal antwoorden wordt gevraagd, wordt alleen het eerste x-aantal antwoorden meegenomen in de beoordeling.

Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 14 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 19 vragen.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 14 vragen

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Deze examenopgave bestaat uit page 10 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 22 vragen.

Lever origineel en kopie van het examenpapier in.

Toets 3 HAVO 5 g Diagnostische toets 2012

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FINANCE & RISKMANAGEMENT MAANDAG 3 OKTOBER :45 UUR 11:15 UUR

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FINANCE EN RISK MANAGEMENT DINSDAG 3 MAART UUR

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen omvat 21 vragen.

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

FINANCE & RISK MANAGEMENT DINSDAG 17 DECEMBER UUR UUR

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Examen PC 2 vak Cash Management

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel. Finance & Riskmanagement. Vrijdag 24 juni uur

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen.

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Q1 Q2 Q3 Q4. Liquide middelen begin kwartaal Verkopen

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 12

Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting.

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen heeft 5 opgaven en omvat 21 vragen.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel FINANCE & RISKMANAGEMENT 6 OKTOBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 7

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8

PROEFEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

Aurington. Administratie en Advies

Dit examen bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad en bestaat uit 3 opgaven met in totaal 18 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit page 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 18 vragen.

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek

Deze examenopgave bestaat uit 11 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 4 opgaven en omvat 23 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Wetenschappelijk Onderwijs

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 5 opgaven en omvat 20 vragen.

1 Het kasstroomoverzicht

Hoofdstuk 6: Beoordelen

Oefenopgaven Hoofdstuk 5

9 Uitwerkingen proefwerktrainingen deel 2

Eigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 27 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Bedrijfseconomische aspecten Examennummer: Datum: 29 maart 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 4 vragen

a. U hebt voor deze toets 75 minuten de tijd. VERGEET U NIET UW GEMAAKTE TOETS IN TE LEVEREN BIJ DE SURVEILLANT?

Motiveer altijd uw antwoorden, ook als dat niet expliciet wordt gevraagd.

Deze examenopgave bestaat uit 8 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Hoofdstuk 42 belangrijk

Eindexamen vwo m&o II

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 OPGAVE 3

Antwoorden hoofdstuk 6

Uitwerkingen PDB Financiering met resultaat hoofdstuk 6. Opgave 6.1 a. Gemiddeld eigen vermogen = ( ) / 2 =

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.

2017 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 5 1 / 13

Lever het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 6. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen omvat 3 opgaven

Deze examenopgave bestaat uit page 6 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 2 opgaven en omvat 23 vragen.

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 28 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 4

Oefenopgaven Hoofdstuk 8

Zakelijke kredieten Examennummer: Datum: 29 juni 2013 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 20 vragen.

Bedrijfsadministratie II Examennummer: Datum: 3 juli 2010 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Eindexamen m&o vwo 2008-I

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Deze examenopgave bestaat uit 10 pagina s, inclusief het voorblad. Dit examen bestaat uit 4 opgaven en 7 vragen.

Deze examenopgave bestaat uit 7 pagina s, inclusief het voorblad. Controleer of alle pagina s aanwezig zijn.

Bedrijfsadministratie Examennummer: Datum: 14 december 2013 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel TREASURY MANAGEMENT WOENSDAG 16 DECEMBER UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 8

Bedrijfseconomische aspecten Examennummer: Datum: 28 juni 2014 Tijd: 10:00 uur - 11:30 uur

Transcriptie:

SPD Bedrijfsadministratie Examenopgave FINANCE & RISKMANAGEMENT DINSDAG 8 MAART 2016 08.45-11.15 UUR Belangrijke informatie Deze examenopgave bestaat uit page 11 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen bestaat uit 4 opgaven en omvat 23 vragen. Dit examen bestaat uit de volgende documenten: examenopgaven Controleer of alle pagina's aanwezig zijn. Het aantal te behalen punten is 100. Geef niet meer antwoorden dan er worden gevraagd. Als er bijvoorbeeld drie redenen worden gevraagd en u geeft er meer dan drie, dan worden alleen de eerste drie door u genoemde redenen beoordeeld. Lever beide exemplaren van het examenpapier in. Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling. Schrijf zo duidelijk mogelijk. Motiveer altijd de door u gegeven antwoorden, ook als dat niet expliciet wordt gevraagd. Schrijf met een blauw- of zwartschrijvende pen. Voor alle opgaven in dit examen geldt dat de effecten van belasting buiten beschouwing blijven. De toegestane hulpmiddelen bij dit examen zijn: Woordenboek Programmeerbare rekenmachine SPD Bedrijfsadministratie B / 11

2015 NGO-ENS B / 11

Opgave 1 Aantal te behalen punten: 25 Winstmachine 2M, een (on)gewilde prooi? Van onderneming 2M zijn per 31 december 2014 en 31 december 2015 de saldi van de onderstaande balansposten (alle getallen in euro s) gegeven. De balans van 2014 is definitief vastgesteld. De balansposten van 2015 hebben nog een voorlopig karakter. 31-12-2015 31-12-2014 ACTIVA vaste activa 4.700.000 3.800.000 vlottende activa 2.960.000 4.280.000 liquide activa 610.000 480.000 8.270.000 8.560.000 PASSIVA aandelenkapitaal 2.000.000 2.000.000 aandelen in portefeuille -/- 1.000.000 -/- 1.200.000 geplaatst aandelenkapitaal 1.000.000 800.000 algemene reserve 1.400.000 1.200.000 agioreserve 500.000 300.000 6% hypothecaire lening 2.000.000 2.200.000 7% onderhandse lening 1.600.000 1.900.000 10% rekeningcourantkrediet 300.000 600.000 crediteuren 650.000 850.000 winstsaldo 820.000 710.000 8.270.000 8.560.000 Toelichting op de balansposten: De nominale waarde van een aandeel bedraagt 10,-. De geëmitteerde aandelen werden op 1 januari 2015 geplaatst. De toename van de algemene reserve in 2015 wordt uitsluitend veroorzaakt door de verdeling van de winst van het boekjaar 2014. De aflossing op de hypothecaire lening heeft plaatsgevonden op 31 maart 2015. De aflossing op de onderhandse lening heeft plaatsgevonden op 1 juli 2015. Op de hypothecaire en onderhandse leningen wordt jaarlijks een gelijkblijvend bedrag afgelost. Bij de berekening van de kengetallen wordt de jaarlijks verplichte aflossing gerekend tot het vreemd vermogen op korte termijn. De overige mutaties in het vreemd vermogen vonden gemiddeld medio 2015 plaats. SPD Bedrijfsadministratie 3 / 11

Aan de crediteuren zijn geen kosten verbonden. De voorraden hebben een waarde van 2.100.000,-. Het winstsaldo heeft geen financieringsfunctie en wordt daarom bij de berekening van de liquiditeits-, solvabiliteits- en rentabiliteitskengetallen buiten beschouwing gelaten. Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5 Vraag 6 (3 punten) Bereken tegen welke emissiekoers in euro s de aandelen van 2M op 1 januari 2015 zijn geplaatst. 2M wil graag overgenomen worden. Om dit mogelijk te maken, moet 2M eind 2015 aan de volgende twee eisen voldoen. 1. De quick ratio moet een uitkomst hebben die groter is dan 1,2. 2. Er moet in 2015 sprake zijn geweest van een positieve financiële hefboomwerking. (4 punten) Toon door middel van een berekening aan dat 2M niet voldoet aan de eerste eis. 2M wil overgenomen worden en wil daarom de uitkomst van de quick ratio positief beïnvloeden. De volgende acties worden daarbij overwogen. Actie 1: de hypothecaire lening omzetten in een aflossingsvrije lening. Actie 2: de voorraden in december 2015 versneld met korting verkopen. Geef van elk van de twee genoemde acties aan of de quick ratio op de definitieve balans van 2M per 31 december 2015 verbetert. Motiveer uw antwoord. Bereken de kosten van het vreemd vermogen als percentage van het gemiddelde vreemd vermogen. Rond uw antwoord af op 1 decimaal. (4 punten) Bereken voor 2015 de economische rentabiliteit (RTV) en rond af op 1 decimaal. (2 punten) Voldoet 2M aan de eis dat er sprake moet zijn van een positieve financiële hefboomwerking? Motiveer uw antwoord. SPD Bedrijfsadministratie 4 / 11

Opgave 2 Aantal te behalen punten: 30 Boerenslimheid Het weer wordt steeds extremer. Voor boeren op zandgronden is dat lastig. Perioden van droogte en natheid volgen elkaar steeds vaker op. De grond is vaak kurkdroog, of juist te nat. En als het regent, sijpelt het water door de bodem heen en neemt deze heilzame voedingsstoffen mee. Boer Henk neemt het heft in eigen hand. Via drie apps op zijn smartphone worden elke minuut, dag en nacht, de lucht en de grond in de gaten gehouden. Als het grasland of bietenveld van Henk te droog wordt, klinkt er een alarmsignaal uit zijn mobieltje om aan te geven dat het tijd is om te beregenen. De investering legt Henk geen windeieren. Door het betere waterbeheer is hij in staat om een grotere opbrengst van mais, bieten en tarwe te realiseren. Daarnaast bespaart hij op kosten van veevoer, beregening en behandeling van de landbouwgrond. Het bedrijf van Henk heeft 30 hectare landbouwgrond en 80 stuks jongvee. De beregeningsinstallatie en het drainagesysteem heeft hij aan laten leggen in 2014 voor 75.000,-. De leverancier heeft een levensduur van 15 jaar gegarandeerd. De restwaarde van de investering is nul. Afschrijving vindt plaats met jaarlijks gelijkblijvende bedragen. Eind december 2014 is de investering gereedgekomen. Volgens de leverancier kan Henk uit de investering jaarlijks een voordeel van 15.000,- aan het resultaat van de onderneming toevoegen. Vraag 7 Vraag 8 (3 punten) Bereken de verwachte jaarlijkse cashflow van deze investering. (3 punten) Bereken de terugverdientijd van deze investering in maanden nauwkeurig. Henk is minder optimistisch dan de leverancier. Hij verwacht de eerste 10 jaar een jaarlijkse cashflow van 18.000,- te behalen. Voor de daaropvolgende 5 jaren verwacht hij een jaarlijkse cashflow van 12.000,-. Bij de berekening van de nettocontantewaarde kan uitgegaan worden van de volgende veronderstellingen: De investering is op 1-1-2015 gedaan. De restwaarde van de investering is nul. De jaarlijkse cashflow valt vrij per 31 december, voor het eerst op 31 december 2015. Henk gaat uit van een rendementseis van 12% per jaar. SPD Bedrijfsadministratie 5 / 11

Vraag 9 Vraag 10 Vraag 11 (8 punten) Bereken de nettocontantewaarde op 1 januari 2015 van de investering in de beregeningsinstallatie en drainage. (2 punten) Noem 2 factoren die de hoogte van de gestelde rendementseis bepalen. (2 punten) Verklaar waarom een positieve nettocontantewaarde van de cashflows kan leiden tot een positieve investeringsbeslissing. Henk overweegt om zonnepanelen te laten aanbrengen op zijn bedrijfsgebouwen, om daarmee de kosten voor het gebruik van de diesel voor de bedrijfsinstallaties terug te dringen. De totale netto-investering bedraagt 38.000,-. De leverancier garandeert een levensduur van 20 jaar. Henk schat dat hij elk jaar uit deze investering een cashflow realiseert van 4.000,-. Henk acht de investering aanvaardbaar als de interne rentabiliteit van de investering ten minste 10% bedraagt. Bij de berekening van de interne rentabiliteit kan uitgegaan worden van de volgende veronderstellingen: De investering is gedaan op 1-1-2016. De restwaarde van de investering is nul. De jaarlijkse cashflow valt vrij op 31 december, voor het eerst op 31 december 2016. Vraag 12 Laat met een berekening zien of de interne rentabiliteit van de investering in zonnepanelen voldoet aan de gestelde ondergrens van 10%. Henks broer, Bauke, heeft een boerenbedrijf in Friesland. Hij verbouwt uitsluitend aardappelen. Bauke maakt zich zorgen over de ontwikkeling van de natuur in het algemeen en de stijging van de zeespiegel in het bijzonder. De aardappelopbrengst zou wel eens in hevige mate negatief beïnvloed kunnen worden door schimmels die ontstaan onder vochtige omstandigheden. Hij overweegt om een ander type aardappel te poten. Hij poot nu Bintjes type X. Hij kan ook kiezen uit type Y en Z. SPD Bedrijfsadministratie 6 / 11

Om tot een weloverwogen keuze te komen heeft Bauke onderstaande resultatenmatrix opgesteld: zeespiegel stijgt niet zeespiegel stijgt met 25 cm zeespiegel stijgt met 50 cm Bintje X 100.000,- 70.000,- - 20.000,- Bintje Y 100.000,- 80.000,- 25.000,- Bintje Z 120.000,- 110.000,- 24.000,- Tabel 1: resultatenmatrix aardappelteelt Bij besluitvorming onder volledige onzekerheid zijn er pessimistische beslissers, voorzichtige beslissers en optimistische beslissers tegen. Bauke behoort tot de groep pessimistische beslissers. Pessimistische beslissers gaan uit van de maximin-utility-regel. Vraag 13 Welke keuze zal Bauke maken? SPD Bedrijfsadministratie 7 / 11

Opgave 3 Aantal te behalen punten: 25 Sterke euro maakt pensioenen zwak Pensioenuitkeringen van Nederlandse pensioenfondsen vinden vrijwel altijd in euro s plaats. Om de pensioenuitkeringen in de toekomst te kunnen betalen, belegt een pensioenfonds in een portefeuille waarin verschillende beleggingscategorieën zijn opgenomen. De portefeuille bestaat bijvoorbeeld uit beleggingen in de Verenigde Staten en Japan, beleggingen in dollars en Yen dus. Ook pensioenfondsen hebben te maken met een valutarisico. Vraag 14 (4 punten) Leg uit hoe het valutarisico ontstaat. Het Nederlandse pensioenfonds APB heeft besloten om te gaan beleggen in Amerikaanse aandelen I4Y. Voor deze belegging geldt het volgende: Het APB koopt op 1 januari 2015 1 miljoen aandelen voor $100,- per stuk. De wisselkoers is aan het begin van 2015 1,25 dollar per euro. Aan het einde van 2015 is de koers van het betreffende aandeel gestegen met 20%. De wisselkoers is aan het einde van 2015 en het begin van 2016 1,40 dollar per euro. Het pensioenfonds verkoopt eind 2015 al haar Amerikaanse aandelen I4Y. Het rendement op het aandeel I4Y in euro s is fors minder dan het rendement in dollars. Vraag 15 Vraag 16 (8 punten) Toon door middel van een berekening aan dat het rendement in euro s kleiner is dan het rendement in dollars. Het pensioenfonds heeft op 1 januari 2015 het valutarisico afgedekt met behulp van een valutatermijncontract. Met haar huisbankier is afgesproken om over 1 jaar 100 miljoen dollar om te wisselen in euro s tegen een koers van 1,25 dollar per euro. Aan de aanschaf van het valutatermijncontract zijn geen kosten verbonden. Bereken het resultaat dat het ABP behaalt met het valutatermijncontract. Het rendement op het aandeel I4Y inclusief valuta-afdekking is nog altijd kleiner dan het dollarrendement op het aandeel I4Y. Blijkbaar is ondanks het afsluiten van een valutatermijncontract het valutarisico toch niet volledig afgedekt. Het valutarisico kan worden afgedekt door gebruik te maken van interne en/of externe instrumenten. SPD Bedrijfsadministratie 8 / 11

Vraag 17 Vraag 18 (3 punten) Noem drie externe instrumenten om het valutarisico af te dekken. Behalve een valutarisico heeft het APB ook te maken met een beleggingsrisico. Dit risico kan bijvoorbeeld worden afgedekt met behulp van aandelenopties. De leiding van het APB twijfelt of ze callopties of putopties moet kopen. (4 punten) Welke keuze moet de leiding van het APB maken? Motiveer uw antwoord. SPD Bedrijfsadministratie 9 / 11

Opgave 4 Aantal te behalen punten: 20 Herleefde spaarzin Op 22 oktober 2015 stond onderstaande advertentie in een landelijk dagblad: Obligatielening van 2,5 miljoen. Rente 8% per jaar. De obligatielening wordt uitgegeven door Old Drinks Invest bv. Het betreft een doorlopende uitgifte van 5.000 obligaties van 500,- nominaal. De rente wordt 4 maal per jaar uitgekeerd, aan het einde van elk kwartaal 2%. Aflossing van de obligaties vindt plaats vijf jaar na uitgifte van de obligaties. De relatief hoge interestvergoeding trok veel beleggers aan, waaronder Bart. Bart koopt op 1 januari 2016 40 obligaties. Bart ontvangt aan het einde van elk kwartaal de rentevergoeding. Hij stort deze inkomsten op een spaarrekening bij de GIN-bank tegen een vergoeding van 0,1% per maand. In 2016 neemt Bart geen bedragen op van zijn spaarrekening bij de GIN-bank. Vraag 19 Vraag 20 (4 punten) Bereken het saldo aan het einde van het eerste jaar op de rekening van de GIN-bank. (2 punten) Bereken het rendement in een percentage op jaarbasis dat Bart in het eerste jaar behaalt op deze investering. Bereken het percentage in drie decimalen nauwkeurig. De marktrente bedraagt op 1 januari 2016 0,5% per kwartaal. Vraag 21 Bereken op 1 januari 2016 de rentabiliteitswaarde (obligatiewaarde) per obligatie van Old Drinks Invest. Vraag 22 (2 punten) Bereken de theoretische koers van uitgifte op 1 januari 2016 per obligatie. Old Drinks Invest investeert onder andere in eersteklas wijnen, zeldzame cognac, whisky en port. De bedrijfsleiding heeft een schatting gemaakt van de vermogensbehoefte voor het jaar 2016. SPD Bedrijfsadministratie 10 / 11

Zie hiervoor tabel 2 (alle getallen x 1.000,-). kwartaal 1 kwartaal 2 kwartaal 3 kwartaal 4 vaste activa 200 190 180 170 voorraden 2.000 1.500 1.200 600 debiteuren 1.000 1.400 1.800 2.200 Tabel 2: vermogensbehoefte 2016 Old Drinks Invest Vraag 23 Bereken de diversiteitsfactor voor Old Drinks Invest in 2016. Rond uw antwoord af op 1 decimaal. Einde examen SPD Bedrijfsadministratie 11 / 11